Voor alle magneetventielen van het type EVR/
EVRA en EVH geldt dat ze alleen werken wanneer
ze zijn gemonteerd in de stromingsrichting, d.w.z.
in de richting van de pijl.
Magneetventielen die vóór een thermostatisch
expansieventiel worden gemonteerd,
moeten gewoonlijk zo dicht mogelijk bij het
expansieventiel worden gemonteerd.
Dit voorkomt leidingslag op het moment dat het
magneetventiel opent.
Zorg ervoor dat de leidingen rond het ventiel
goed worden gemonteerd, zodat geen breuken
kunnen ontstaan.
Af0_0001
Af0_0003
Magneet-
ventielen
Voorzorgsmaatregelen voor
EVRA 32 & 40
Voor het solderen/lassen van EVR/EVRA en EVH
magneetventielen is demontage gewoonlijk niet
nodig, mits er maatregelen worden genomen om
te voorkomen dat het ventiel verhit wordt.
NB! Bescherm de kernbuis altijd tegen
lasvonken.
Nadat het ventiel op de leiding is gehecht,
verwijdert u het klephuis om de O-ringen
en pakkingen tegen de hitte te beschermen.
Bij systemen met gelaste stalen leidingen
wordt aanbevolen een zeef van het type FA
of vergelijkbaar vóór het magneetventiel
te monteren. (Het wordt aanbevolen een
nieuwe installatie door te spoelen vóór de
inbedrijfstelling.)
Alle magneetventielen in de installatie moeten
worden geopend door spanning op de spoelen
te zetten of door de ventielen handmatig te
openen (als het ventiel is uitgerust met een
handmatig bedienbare spindel).
Vergeet niet om de spindel voor het opstarten
weer terug te draaien; anders kan het ventiel niet
sluiten.
Af0_0005
Maak altijd gebruik van tegenkracht bij het
denitief vastdraaien van het magneetventiel
op de leiding, d.w.z. twee sleutels aan
dezelfde kant van het ventiel.
De spoel is eenvoudig te monteren door hem op
de kernbuis te drukken totdat u een klik hoort.
Dit betekent dat de spoel goed is aangebracht.
NB: vergeet niet een O-ring te monteren
tussen klephuis en spoel.
Controleer of de O-ring glad en onbeschadigd
is en het oppervlak vrij is van verf of andere
materialen.
NB: De O-ring moet bij een onderhoudsbeurt
worden vervangen.
De spoel is te verwijderen door een schroevendraaier tussen de spoel en het klephuis te steken.
De schroevendraaier kan dan worden gebruikt als
hefboom om de spoel los te maken.
Af0_0018
Af0_0019
Magneet-
ventielen
Wees voorzichtig met kabeldoorvoeren. Er mag
geen water in de aansluitdoos kunnen lopen.
De kabel moet worden voorzien van een zgn.
druiplus.
De kabeldoorvoer moet de buitenomtrek van de
kabel geheel omsluiten.
Gebruik daarom altijd ronde kabels (dit zijn
de enige kabels waarbij een goede afdichting
mogelijk is).
Bij het verwijderen van de spoel kan het noodzakelijk
zijn handgereedschap te gebruiken, bijv. twee
schroevendraaiers.
Controleer of de spoelgegevens (spanning en
frequentie) en voedingsspanning overeenkomen.
Anders kan de spoel verbranden. Controleer altijd of
het ventiel en de spoel overeenkomen.
Denk er bij het vervangen van een spoel in een
EVR20 NC
(NC = normaal gesloten) aan dat:
- een klephuis met een AC-spoel een vierkante
kern heeft;
- een klephuis met een DC-spoel een ronde kern
heeft.
Montage van een verkeerde spoel resulteert in een
lagere MOPD. Zie de gegevens op de bovenste
moer. Kies zo mogelijk altijd spoelen met één
frequentie. Deze geven minder warmte
af dan spoelen met dubbele frequentie.
Gebruik magneetventielen van het type NC
(normaal gesloten) voor systemen waarin het ventiel
het grootste deel van de bedrijfstijd gesloten moet
blijven (spanningloos).
Gebruik magneetventielen van het type NO
(normaal open) voor systemen waarin het ventiel
het grootste deel van de bedrijfstijd geopend moet
blijven (spanningloos).
Vervang nooit een NO-ventiel (normaal open) door
een NC-ventiel (normaal gesloten) of omgekeerd.
Af0_0012
Af0_0013
Af0_0014
(De nieuwe ‘clip-on’-spoel)
Bij iedere clip-onspoel worden twee labels geleverd
(zie afbeelding).
Het zelfklevende label moet op de zijkant
van de spoel worden aangebracht, terwijl het
geperforeerde label op de kernbuis geschoven moet
worden voordat de spoel in positie wordt geklikt.