Daikin FNA25A2VEB, FNA35A2VEB, FNA50A2VEB, FNA60A2VEB User reference guide [nl]

Uitgebreide handleiding
voor de gebruiker
Split-systeem airconditioners
FNA25A2VEB FNA35A2VEB FNA50A2VEB FNA60A2VEB
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
Split-systeem airconditioners
Nederlands

Inhoud

Inhoud

1 Algemene veiligheidsmaatregelen 2

1.1 Over de documentatie ............................................................... 2
1.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ....... 2
1.2 Voor de gebruiker...................................................................... 2
2 Over dit document 3
3 Over het systeem 3
3.1 Onderdelen................................................................................ 4
3.2 Units en opties combineren....................................................... 4
3.2.1 Mogelijke opties voor de binnenunit............................ 4
3.3 Informatie voor units met R32-koelmiddel................................. 4
4 Gebruikersinterface 4
5 Voor het gebruik 5
6 Bediening 5
6.1 Werkingsgebied......................................................................... 5
7 Energie besparen en optimale werking 6
8 Onderhoud en service 7
8.1 Overzicht: onderhoud en service............................................... 7
8.2 Luchtfilter, aanzuigrooster, luchtuitblaas en buitenpanelen
reinigen ..................................................................................... 7
8.2.1 Afvoerbak schoonmaken ............................................ 7
8.2.2 Luchtuitblaas en buitenpanelen reinigen .................... 7
8.2.3 Luchtfilter reinigen....................................................... 8
8.3 Dienst-na-verkoop en garantie .................................................. 8
8.3.1 Garantieperiode .......................................................... 8
8.3.2 Aanbevelingen voor onderhoud en inspectie.............. 8
8.3.3 Aanbevolen onderhouds- en inspectiecycli................. 9
9 Opsporen en verhelpen van storingen 9
9.1 Symptomen die geen storingen van het systeem zijn ............... 10
9.1.1 Symptoom: Het systeem werkt niet ............................ 10
9.1.2 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook
(binnenunit) ................................................................. 11
9.1.3 Symptoom: Er komt stof uit de unit ............................. 11
9.1.4 Symptoom: De units geven een geur af...................... 11
9.1.5 Symptoom: De werking is plots gestopt
(bedrijfslampje brandt) ................................................ 11
9.1.6 Symptoom: De ventilator van de buitenunit draait
terwijl de airconditioner niet wordt gebruikt................. 11
9.1.7 Symptoom: Het verwarmen stopt plots en u hoort
een stromend geluid ................................................... 11
10 Verplaatsen 11
▪ De installatie van het systeem en alle in de installatiehandleiding
en de uitgebreide handleiding voor de installateur beschreven handelingen moeten door een erkende installateur worden uitgevoerd.

1.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen

GEVAAR
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen als gevolg heeft.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Duidt op een situatie die elektrocutie kan veroorzaken.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
Duidt op een situatie die brandwonden kan veroorzaken als gevolg van extreem hoge of lage temperaturen.
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Duidt op een situatie die een ontploffing kan veroorzaken.
WAARSCHUWING
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen als gevolg zou kunnen hebben.
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
VOORZICHTIG
Duidt op een situatie die kleine of matige verwondingen als gevolg zou kunnen hebben.
OPMERKING
Duidt op een situatie die schade aan apparatuur of eigendom zou kunnen berokkenen.
INFORMATIE
Duidt op nuttige tips of bijkomende informatie.
Symbool Verklaring
Lees de montagehandleiding, de gebruiksaanwijzing en het instructievel voor de bedrading alvorens te beginnen met de installatie.
Lees de servicehandleiding alvorens onderhouds­en servicewerkzaamheden uit te voeren.
Voor meer informatie, zie de uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker.
11 Als afval verwijderen 11
12 Verklarende woordenlijst 11
1 Algemene
veiligheidsmaatregelen

1.1 Over de documentatie

▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer
belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden nageleefd.
2

1.2 Voor de gebruiker

▪ Indien u twijfels heeft over de bediening van de unit, contacteer
uw installateur.
▪ Dit toestel mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en
personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale mogelijkheden of met een gebrek aan ervaring en kennis indien ze onder toezicht staan of onderricht zijn in het veilige gebruik van het toestel en de mogelijke gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het toestel spelen. Reiniging en onderhoud door de gebruiker mogen niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
FNA25~60A2VEB
Split-systeem airconditioners
4P494211-1 – 2017.06

2 Over dit document

WAARSCHUWING
Om elektrische schokken of brand te vermijden:
▪ Spoel de unit NIET af.
▪ Bedien de unit NIET met natte handen.
▪ Plaats GEEN voorwerpen die water bevatten op de
unit.
OPMERKING
▪ Plaats GEEN voorwerpen, apparatuur of uitrustingen
bovenop de unit.
▪ Zit, klim of sta NIET op de unit.
▪ Het volgende symbool staat vermeld op de units:
Dit betekent dat u geen elektrische en elektronische producten mag mengen met ongesorteerd huishoudelijk afval. Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen moeten door een erkende installateur conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units moeten voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld. Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste manier wordt weggeworpen, draagt u bij tot het voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen voor milieu en menselijke gezondheid. Voor meer informatie, contacteer uw installateur of de plaatselijke overheid.
▪ Het volgende symbool staat vermeld op de batterijen:
Documentatieset
Dit document is een onderdeel van een documentatieset. De volledige set omvat:
Algemene veiligheidsmaatregelen:
▪ Veiligheidsinstructies die u moet lezen vooraleer uw systeem te
bedienen
▪ Formaat: Papier (in de doos van de binnenunit)
Gebruiksaanwijzing:
▪ Snelle gids voor basisgebruik
▪ Formaat: Papier (in de doos van de binnenunit)
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker:
▪ Gedetailleerde stap per stap instructies en
achtergrondinformatie voor basis- en gevorderd gebruik
▪ Formaat: Digitale bestanden op http://www.daikineurope.com/
support-and-manuals/product-information/
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op de regionale Daikin-website of via uw installateur beschikbaar zijn.
De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen.

3 Over het systeem

INFORMATIE
Het geluidsdrukniveau is lager dan 70dBA.
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
Het koelmiddel R32 (indien van toepassing) in deze unit is weinig ontvlambaar.
1
Dit betekent dat de batterijen niet met ongesorteerd huishoudelijk afval gemengd mag worden. Indien onder het symbool een scheikundig symbool afgebeeld staat, betekent dit scheikundig symbool dat de batterij een zwaar metaal bevat over een bepaalde concentratie. Mogelijke scheikundige symbolen: Pb: lood (>0,004%). Wegwerpbatterijen moeten voor hergebruik door een gespecialiseerde installatie behandeld worden. Door ervoor te zorgen dat wegwerpbatterijen op de juiste manier worden weggeworpen, draagt u bij tot het voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen voor milieu en menselijke gezondheid.
2 Over dit document
Onze welgemeende dank voor de aankoop van dit product. Verzoek:
▪ Lees zorgvuldig de documentatie vooraleer de gebruikersinterface
te gebruiken om zo de best mogelijke werking te kunnen garanderen.
▪ Bewaar de documentatie voor latere raadpleging.
Bedoeld publiek
Eindgebruikers
INFORMATIE
Dit apparaat is bedoeld om in werkplaatsen, in de lichte industrie en in boerderijen door deskundige of geschoolde gebruikers gebruikt te worden of, in de handel en in huishoudens, door niet gespecialiseerde personen.
WAARSCHUWING
▪ Wijzig, demonteer, verwijder, herinstalleer of repareer
de unit niet zelf aangezien een verkeerde demontage of installatie een elektrische schok of brand kan veroorzaken. Neem contact op met uw dealer.
▪ Zorg dat er geen open vlammen zijn in het geval van
een koelmiddellek. Het koelmiddel is volledig veilig en niet giftig. R410A is een niet-brandbaar koelmiddel, en R32 een matig ontvlambaar koelmiddel, maar er zal wel een giftig gas vrijkomen wanneer ze per ongeluk lekken in een kamer met lucht van een ventilatorkachel, gasfornuis, enz. Laat de reparatie van een lek altijd controleren door erkend servicepersoneel voordat u de unit weer in gebruik neemt.
WAARSCHUWING
Laat de apparatuur door uw dealer plaatsen of terugplaatsen. Door een niet volledig uitgevoerde installatie kunnen waterlekkage, gevaar voor elektrische schokken en brand ontstaan.
OPMERKING
Een foute installatie of bevestiging van apparatuur, uitrustingen of accessoires kan elektrische schokken, een kortsluiting, lekken, brand of schade aan de apparatuur of uitrustingen als gevolg hebben. Gebruik enkel accessoires, optionele apparatuur en uitrustingen en reserveonderdelen die door Daikin gemaakt of goedgekeurd werden.
(1)
Alleen voor units met R32-koelmiddel. Zie de handleiding van de buitenunit voor het te gebruiken type koelmiddel.
FNA25~60A2VEB Split-systeem airconditioners 4P494211-1 – 2017.06
3

4 Gebruikersinterface

a
b
c
f
d
e

3.1 Onderdelen

INFORMATIE
De volgende afbeelding is een voorbeeld en stemt mogelijk NIET overeen met de lay-out van uw installatie.
a Binnenunit b Buitenunit c Gebruikersinterface d Koelmiddelleiding en elektrische bedrading e Afvoerleiding
f Aardingsdraad voor aarding van de buitenunit om
elektrische schokken te voorkomen.
VOORZICHTIG
Steek geen vingers, stokken of andere voorwerpen in de luchtinlaat of -uitlaat. Verwijder de ventilatorafscherming niet. Wanneer de ventilator met hoge snelheid draait, zou dit letsels veroorzaken.
VOORZICHTIG
Raak de interne delen van de controller NOOIT aan.
Verwijder het voorpaneel NIET. Sommige onderdelen in het toestel aanraken is gevaarlijk en kan problemen met het toestel veroorzaken. Neem contact op met uw dealer voor controle en afstelling van de interne delen.
OPMERKING
Veeg het bedieningspaneel van de controller niet af met benzine, thinner, reinigingsdoeken met chemische producten, enz. Het paneel kan verkleuren of de coating kan afschilferen. Dompel bij een sterk vervuild bedieningspaneel een doek in met water verdund neutraal detergent, wring de doek goed uit en veeg er dan het paneel mee schoon. Veeg het daarna af met een andere droge doek.
OPMERKING
Druk nooit op de knop van de gebruikersinterface met een hard en puntig voorwerp. De gebruikersinterface kan beschadigd raken.
OPMERKING
Trek of draai nooit aan de elektrische draad van de gebruikersinterface. Dit kan een storing van de unit veroorzaken.

3.2 Units en opties combineren

3.2.1 Mogelijke opties voor de binnenunit

Controleer of de volgende verplichte opties aanwezig zijn:
▪ Gebruikersinterface: Bedraad of draadloos
Selecteer een gebruikersinterface die voldoet aan de wensen van de klant. Zie de onderstaande tabel voor de selectie van een geschikte gebruikersinterface.
Gebruikersinterface
Bedrade gebruikersinterface BRC1D52/BRC1D61/
BRC1E51A/BRC1E53A7/ BRC1E53B7/BRC1E53C7
Draadloze gebruikersinterface BRC4C65
3.3 Informatie voor units met R32­koelmiddel
WAARSCHUWING
Gebruik nooit een ontvlambare spuitbus of verstuiver, zoals haarspray, lak of verf nabij de unit. Zij kunnen brand veroorzaken of, in het geval van R32-koelmidddel, een verkeerde detectie door de koelmiddellekssensor.
VOORZICHTIG
Zet de schakelaar NIET uit, tenzij u iets verbrand ruikt, of gedurende een korte reparatieperiode, inspectie of schoonmaken van de unit. Anders kan een koelmiddellek niet worden gedetecteerd.
VOORZICHTIG
Installeer of gebruik de unit NIET in luchtdichte ruimten, bijv. geluidsdichte ruimten of kamers met afgedichte
1
deuren.
VOORZICHTIG
Deze unit is uitgerust met elektrische veiligheidsmaatregelen zoals een koelmiddelleksensor. Om efficiënt te zijn, moet de unit na de installatie, op korte onderhoudsperiodes na, altijd van stroom voorzien zijn.
VOORZICHTIG
Installeer of gebruik de unit NIET op plaatsen vol rook, gas, chemische producten, etc. Sensoren in de binnenunit kunnen deze stoffen detecteren en een koelmiddellekprobleem op het scherm weergeven.
1
1
1
1
4 Gebruikersinterface
VOORZICHTIG
Raak de interne delen van de controller NOOIT aan.
Verwijder het voorpaneel NIET. Sommige onderdelen in het toestel aanraken is gevaarlijk en kan problemen met het toestel veroorzaken. Neem contact op met uw dealer voor controle en afstelling van de interne delen.
Voor meer informatie over de gebruikersinterface, zie de gebruiksaanwijzing van de geïnstalleerde gebruikersinterface.
(1)
Alleen voor units met R32-koelmiddel. Zie de handleiding van de buitenunit voor het te gebruiken type koelmiddel.
4
Split-systeem airconditioners
FNA25~60A2VEB
4P494211-1 – 2017.06

5 Voor het gebruik

5 Voor het gebruik
WAARSCHUWING
Laat uw dealer verbeteringen, reparaties en onderhoud uitvoeren. Onvolledige verbeteringen, reparaties en onderhoud kunnen waterlekken, elektrische schokken of brand veroorzaken.
WAARSCHUWING
Laat de apparatuur door uw dealer plaatsen of verwijderen. Door een niet volledig uitgevoerde installatie kunnen waterlekkage, gevaar voor elektrische schokken en brand ontstaan.
WAARSCHUWING
Laat de binnenunit of de gebruikersinterface nooit nat worden. Anders kan dit een elektrische schok of een brand veroorzaken.
WAARSCHUWING
Plaats geen voorwerpen in de directe nabijheid van de buitenunit en zorg er voor dat bladeren of andere overblijfselen zich niet rondom het apparaat ophopen. Bladeren trekken kleine dieren aan die in de unit kunnen binnendringen. In de unit kunnen dergelijke dieren storingen, rook of brand veroorzaken wanneer ze in contact komen met elektrische onderdelen.
VOORZICHTIG
Gebruik het systeem NIET wanneer een rookvormig insecticide in de ruimte wordt verspreid. Anders zouden de chemische stoffen zich in de unit kunnen ophopen, met gevaar voor de gezondheid van mensen die overgevoelig zijn voor chemische stoffen.
VOORZICHTIG
Stel kleine kinderen, planten of dieren nooit rechtstreeks bloot aan de luchtstroom.
VOORZICHTIG
Raak de lamellen van de warmtewisselaar niet aan. Deze lamellen zijn scherp en kunnen snijwonden veroorzaken.
OPMERKING
Installeer de gebruikersinterface niet op een plaats waar zij aan rechtstreeks zonlicht wordt blootgesteld. Het lcd­display kan verkleuren of de gegevens worden niet meer weergegeven.
OPMERKING
Plaats geen voorwerpen die door vocht kunnen worden beschadigd onder de binnenunit. Bij een vochtigheid van meer dan 80% is, wanneer de afvoer verstopt is of wanneer het filter vervuild is, kan er condens worden gevormd.
WAARSCHUWING
Plaats de gebruikersinterface niet waar er water op kan spatten. Water dat in het toestel terechtkomt, kan elektrische lekkage veroorzaken of kan de interne elektronische onderdelen beschadigen.
WAARSCHUWING
Deze unit bevat elektrische en hete onderdelen.
WAARSCHUWING
Controleer vóór het gebruik van de unit of zij correct werd geïnstalleerd door een installateur.
WAARSCHUWING
Gebruik nooit een ontvlambare spuitbus of verstuiver, zoals haarspray, lak of verf nabij de unit. Anders kan dit brand veroorzaken.
WAARSCHUWING
Zet geen brandbare spray bij de airconditioner en gebruik geen spray. Anders kan er brand ontstaan.
WAARSCHUWING
Bewaar GEEN brandbare materialen in de unit. Anders kunnen zij een ontploffing of brand veroorzaken.
VOORZICHTIG
Langdurige blootstelling van uw lichaam aan de luchtstroom is niet gezond.
VOORZICHTIG
Zorg voor een goede verluchting van de ruimte als samen met het systeem een apparaat met brander wordt gebruikt; dit om zuurstofgebrek te voorkomen.
OPMERKING
Leg de afvoerslang zodanig dat een vlotte afvoer verzekerd is. Door een onvolledige afvoer kan het gebouw, de meubels, e.d. nat worden.
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor de volgende systemen met standaardbesturing. Neem vóór de ingebruikneming contact op met uw dealer voor informatie over de bediening die overeenstemt met uw systeem en versie. Dit is ook het geval als uw installatie is uitgerust met een op maat ontworpen besturingssysteem.

6 Bediening

6.1 Werkingsgebied

Gebruik het systeem binnen de volgende temperatuur- en vochtgehaltewaarden om een veilige en efficiënte werking te verzekeren.
Buitenunits met R410A-koelmiddel
Buitenunit Koelen Verwarmen
RR71~125 Buitentemperat
uur
Binnentempera tuur
RQ71~125 Buitentemperat
uur
Binnentempera tuur
15~46°Cdroge
bol
18~37°Cdroge
bol
12~28°Cnatte
bol
–5~46°Cdroge
bol
18~37°Cdroge
bol
12~28°Cnatte
bol
–9~21°Cdroge
bol
–10~15°Cnatte
bol
10~27°Cdroge
bol
FNA25~60A2VEB Split-systeem airconditioners 4P494211-1 – 2017.06
5

7 Energie besparen en optimale werking

Buitenunits met R410A-koelmiddel
Buitenunit Koelen Verwarmen
RXS25~60 Buitentemperat
uur
10~46°Cdroge
15~24°Cdroge
bol
–16~18°Cnatte
Binnentempera tuur
3MXS40~68
4MXS68~80
Buitentemperat uur
5MXS90
Binnentempera tuur
RZQG71~140 Buitentemperat
uur
18~32°Cdroge
bol
10~46°Cdroge
bol
18~32°Cdroge
bol
15~50°Cdroge
10~30°Cdroge
15~24°Cdroge
–16~18°Cnatte
10~30°Cdroge
19~21°Cdroge
bol
20~15,5°Cnatt
e bol
Binnentempera tuur
18~37°Cdroge
bol
10~27°Cdroge
12~28°Cnatte
bol
RZQSG71~140 Buitentemperat
uur
15~46°Cdroge
14~21°Cdroge
bol
15~15,5°Cnatt
e bol
Binnentempera tuur
20~37°Cdroge
bol
10~27°Cdroge
14~28°Cnatte
bol
RZQ200~250 Buitentemperat
uur
–5~46°Cdroge
bol
14~21°Cdroge
–15~15°Cnatte
Binnentempera tuur
20~37°Cdroge
bol
10~27°Cdroge
14~28°Cnatte
bol
Binnenvochtigheid ≤80%
(a)
Buitenunits met R32-koelmiddel
Buitenunit Koelen Verwarmen
RXM25~60 Buitentemperat
uur
10~46°Cdroge
15~24°Cdroge
bol
–16~18°Cnatte
Binnentempera tuur
18~32°Cdroge
bol
10~30°Cdroge
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
bol
Buitenunits met R32-koelmiddel
Buitenunit Koelen Verwarmen
3MXM40~68
4MXM68~80
5MXM90
Buitentemperat uur
10~46°Cdroge
bol
15~24°Cdroge
bol
–16~18°Cnatte
bol
Binnentempera tuur
RZAG71~140 Buitentemperat
uur
18~32°Cdroge
bol
20~52°Cdroge
bol
10~30°Cdroge
bol
19,5~21°Cdrog
e bol
20~15,5°Cnatt
e bol
Binnentempera
tuur
18~37°Cdroge
bol
10~27°Cdroge
bol
12~28°Cnatte
bol
RZASG71~140 Buitentemperat
uur
15~46°Cdroge
bol
14~21°Cdroge
bol
15~15,5°Cnatt
e bol
Binnentempera
tuur
20~37°Cdroge
bol
10~27°Cdroge
bol
14~28°Cnatte
bol
Binnenvochtigheid ≤80%
(a) Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water
uit de unit druppelt. Als de temperatuur of de vochtigheid buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
7 Energie besparen en optimale
(a)
werking
VOORZICHTIG
Deze unit is uitgerust met elektrische veiligheidsmaatregelen zoals een koelmiddelleksensor. Om efficiënt te zijn, moet de unit na de installatie, op korte onderhoudsperiodes na, altijd van stroom voorzien zijn.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om voor een optimale werking van het systeem te zorgen.
▪ Pas de kamertemperatuur aan voor een aangename omgeving.
Voorkom te sterk verwarmen of koelen.
▪ Houd bij het koelen rechtstreeks zonlicht uit de kamer met behulp
van gordijnen of jaloezieën.
▪ Verlucht dikwijls. Zorg bij langdurig gebruik vooral voor
verluchting.
▪ Houd deuren en ramen dicht. Als de deuren of ramen open
blijven, zal er lucht uit de kamer stromen, met een kleiner koel- of verwarmeffect tot gevolg.
▪ Koel of verwarm niet te sterk. Om zuinig om te gaan met energie
houdt u de temperatuurinstelling op een gematigd niveau.
▪ Plaats nooit voorwerpen in de buurt van de luchtinlaat of -uitlaat
van de unit. Anders kan dit een verminderd effect of een uitval veroorzaken.
1
(1)
Alleen voor units met R32-koelmiddel. Zie de handleiding van de buitenunit voor het te gebruiken type koelmiddel.
6
Split-systeem airconditioners
FNA25~60A2VEB
4P494211-1 – 2017.06

8 Onderhoud en service

▪ Als op het display staat (tijd om het luchtfilter te reinigen), laat
u de filters door een erkend servicetechnicus schoonmaken (zie
"8.2.3Luchtfilter reinigen"op pagina8).
▪ Houd de binnenunit en de gebruikersinterface op minstens 1 m
van televisie-, radio-, stereotoestellen of dergelijke. Anders zijn statische storingen of vervormde beelden mogelijk.
▪ Plaats GEEN voorwerpen onder de binnenunit; anders kunnen ze
schade oplopen door water.
▪ Bij een vochtigheid van meer dan 80% of wanneer de afvoeruitlaat
verstopt is, kan condensvorming optreden.
8 Onderhoud en service

8.1 Overzicht: onderhoud en service

De installateur moet een jaarlijks onderhoud uitvoeren.
Over het koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Laat de gassen NIET vrij in de atmosfeer.
Koelmiddeltype: R32
Waarde globaal opwarmingspotentieel (GWP): 675
Koelmiddeltype: R410A
Waarde globaal opwarmingspotentieel (GWP): 2087,5
OPMERKING
In Europa worden de broeikasgasemissies van de totale koelmiddelvulling in het systeem (uitgedrukt in tonnen CO2­equivalent) gebruikt om de onderhoudsintervallen te bepalen. Houd u aan de geldende wetgeving.
Formule om broeikasgasemissies te berekenen: GWP­waarde koelmiddel × totale koelmiddelvulling [in kg] / 1000
Neem contact op met uw installateur voor meer informatie.
WAARSCHUWING
R410A is een niet-brandbaar koelmiddel, en R32 een matig ontvlambaar koelmiddel; normaal lekken zij niet. Als het koelmiddel in de kamer lekt en in contact komt met vuur van een brander, een verwarming of een fornuis, dan kan er brand ontstaan (in het geval van R32), of kan een schadelijk gas worden gevormd.
Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding uit, verlucht de kamer en neem contact op met de dealer waar u de unit hebt gekocht.
Gebruik de unit niet totdat iemand van de servicedienst heeft bevestigd dat het deel met het koelmiddellek gerepareerd is.
WAARSCHUWING
▪ Doorboor of verbrand GEEN onderdelen van de
koelmiddelcyclus.
▪ Gebruik GEEN andere schoonmaakmiddelen of
manieren om het ontdooien te versnellen dan die aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat het koelmiddel in het systeem geurloos
is.
OPMERKING
Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend installateur of een servicetechnicus.
Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren. De geldende wetgeving kan evenwel kortere onderhoudsintervallen vereisen.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Wanneer u de airconditioner of het luchtfilter wilt schoonmaken, moet u de unit eerst stilleggen en alle voedingen uitschakelen. Anders dreigt u elektrische schokken en letsel op te lopen.
▪ Als de unit over een koelmiddelleksensor beschikt,
schakelt u de voedingsschakelaar na het schoonmaken onmiddellijk weer in om de detectiefunctie weer te activeren.
WAARSCHUWING
Om elektrische schokken of brand te vermijden:
▪ Spoel de unit NIET af.
▪ Bedien de unit NIET met natte handen.
▪ Plaats GEEN voorwerpen die water bevatten op de
unit.
VOORZICHTIG
Controleer na langdurig gebruik of de staander en bevestiging niet beschadigd zijn. Bij beschadiging dreigt de unit te vallen en letsel te veroorzaken.
VOORZICHTIG
Raak de lamellen van de warmtewisselaar niet aan. Deze lamellen zijn scherp en kunnen snijwonden veroorzaken.
OPMERKING
Verwijder de schakelkast en de ventilatormotor wanneer u de warmtewisselaar schoonmaakt. De isolatie van de elektronische componenten kan door water of schoonmaakmiddel worden aangetast, waardoor deze componenten kunnen doorbranden.
WAARSCHUWING
Ga voorzichtig te werk met ladders wanneer u op een hoogte werkt.

8.2 Luchtfilter, aanzuigrooster, luchtuitblaas en buitenpanelen reinigen

8.2.1 Afvoerbak schoonmaken

Maak de afvoerbak schoon zodat hij NIET verstopt of stoffig wordt.
Dek de afvoerbak af om te voorkomen dat er stof in terechtkomt.

8.2.2 Luchtuitblaas en buitenpanelen reinigen

WAARSCHUWING
Laat de binnenunit NIET nat worden. Mogelijk gevolg: Elektrische schokken of brand.
FNA25~60A2VEB Split-systeem airconditioners 4P494211-1 – 2017.06
7
8 Onderhoud en service
2
1
2
1
2
1
2
1
OPMERKING
▪ Gebruik GEEN benzine, benzeen, verdunner,
schuurpoeder of vloeibaar insecticide. Mogelijk gevolg: Verkleuring en vervorming.
▪ Gebruik GEEN water of lucht van 50°C of warmer.
Mogelijk gevolg: Verkleuring en vervorming.
▪ Schrob NIET te hard wanneer u de lamel wast met
water. Mogelijk gevolg: Anders kan de coating er afkomen.
Reinig ze met een zachte doek. Als sommige vlekken moeilijk te verwijderen zijn, gebruik dan water of een neutraal schoonmaakmiddel.

8.2.3 Luchtfilter reinigen

Wanneer het luchtfilter reinigen:
▪ Vuistregel: Eens om de 6 maand reinigen. Reinig vaker als de
lucht in de kamer heel sterk vervuild is.
▪ Afhankelijk van de instellingen, kan op de gebruikersinterface de
aanduiding "TIME TO CLEAN AIR FILTER" (tijd om het luchtfilter te reinigen) verschijnen. Reinig het luchtfilter wanneer de aanduiding op het scherm verschijnt.
▪ Als het vuil niet meer verwijderd kan worden, moet u het luchtfilter
vervangen (=optionele uitrusting).
Hoe het luchtfilter reinigen:
1 Schakel de voeding UIT.
2 Verwijder het luchtfilter. Duw de haken in en trek het
luchtfilter zoals te zien op de afbeelding hieronder. (2 haken voor type 25 en 35 of 3 haken voor type 50 en 60)
vooraanzuiging onderaanzuiging
3 Reinig het luchtfilter. Gebruik een stofzuiger of was het
luchtfilter met water. Als het filter heel vuil is, gebruik dan een zachte borstel en een mild schoonmaakmiddel.
6 Schakel de voeding IN.
7 Druk op de knop FILTER SIGN RESET.
Gevolg: De aanduiding TIME TO CLEAN AIR FILTER verdwijnt van
de gebruikersinterface.

8.3 Dienst-na-verkoop en garantie

8.3.1 Garantieperiode

▪ Bij dit product wordt een garantiekaart geleverd die de dealer bij
de installatie heeft ingevuld. De klant moet de ingevulde kaart controleren en zorgvuldig bewaren.
▪ Als het product binnen de garantieperiode moet worden
gerepareerd, neemt u contact op met uw dealer en houd u de garantiekaart klaar.

8.3.2 Aanbevelingen voor onderhoud en inspectie

Aangezien zich na verschillende jaren van gebruik stof kan ophopen in de unit, zullen de prestaties van de unit enigszins afnemen. Het demonteren en schoonmaken van de binnenkant van units vereist een zekere technische kennis. Om voor een optimaal onderhoud van uw units te zorgen, raden wij aan de normale onderhoudswerkzaamheden aan te vullen met een onderhouds- en inspectiecontract. Ons dealernetwerk heeft toegang tot een permanente voorraad essentiële onderdelen om uw unit zo lang mogelijk te laten meegaan. Neem contact op met uw dealer voor meer informatie.
Vermeld altijd de volgende informatie wanneer u uw dealer om een interventie vraagt:
▪ De volledige modelnaam van de unit.
▪ Het fabricagenummer (vermeld op het naamplaatje van de unit).
▪ De installatiedatum.
▪ De symptomen of de storing, en details van het defect.
4 Laat het luchtfilter drogen in de schaduw.
5 Breng het luchtfilter opnieuw aan. Haak het filter achter de
klep en bevestig het filter aan de hoofdunit terwijl u de haken induwt.
vooraanzuiging onderaanzuiging
8
WAARSCHUWING
▪ Wijzig, demonteer, verwijder, herinstalleer of repareer
de unit niet zelf aangezien een verkeerde demontage of installatie een elektrische schok of brand kan veroorzaken. Neem contact op met uw dealer.
▪ Zorg dat er geen open vlammen zijn in het geval van
een koelmiddellek. Het koelmiddel is volledig veilig en niet giftig. R410A is een niet-brandbaar koelmiddel, en R32 een matig ontvlambaar koelmiddel, maar er zal wel een giftig gas vrijkomen wanneer ze per ongeluk lekken in een kamer met lucht van een ventilatorkachel, gasfornuis, enz. Laat de reparatie van een lek altijd controleren door erkend servicepersoneel voordat u de unit weer in gebruik neemt.
FNA25~60A2VEB
Split-systeem airconditioners
4P494211-1 – 2017.06

9 Opsporen en verhelpen van storingen

8.3.3 Aanbevolen onderhouds- en inspectiecycli

De vermelde onderhouds- en vervangingscycli staan los van de garantieperiode van de onderdelen.
Onderdeel Inspectiecy
clus
Elektromotor 1 jaar 20.000 uur
Printplaat 25.000 uur
Warmtewisselaar 5 jaar
Sensor (thermistor, enz.) 5 jaar
Gebruikersinterface en schakelaars
Lekbak 8 jaar
Expansieklep 20.000 uur
Magneetklep 20.000 uur
Voor de tabel wordt uitgegaan van de volgende gebruiksomstandigheden:
▪ Normaal gebruik zonder veelvuldig starten en stoppen van de unit.
Afhankelijk van het model, bevelen wij aan het toestel niet meer dan 6 keer/uur te starten en te stoppen.
▪ Er wordt uitgegaan van een gebruik van 10 uur/dag en 2.500 uur/
jaar.
OPMERKING
▪ In de tabel staan de belangrijkste onderdelen.
Raadpleeg uw onderhouds- en inspectiecontract voor meer informatie.
▪ De tabel geeft de aanbevolen onderhoudsperiodes
aan. Om de unit evenwel zo lang mogelijk te laten meegaan, is het mogelijk dat u het onderhoud vroeger moet uitvoeren. De aanbevolen intervallen kunnen worden gebruikt voor het gepaste onderhoudsontwerp voor wat betreft de budgettering van kosten voor onderhoud en inspectie. Afhankelijk van de inhoud van het onderhouds- en inspectiecontract, kunnen de inspectie- en onderhoudscycli in werkelijkheid korter zijn dan vermeld.
Onderhoudscyclus
(vervangingen en/of
reparaties)
25.000 uur
Storing Maatregel
Als een veiligheidsfunctie, zoals bijvoorbeeld een zekering, een stroomonderbreker, of een aardlekschakelaar, vaak worden geactiveerd, of als de AAN/UIT­schakelaar niet goed werkt.
Als water uit de unit lekt. Stop de werking.
De bedrijfsschakelaar werkt niet naar behoren.
Als het unitnummer op het scherm van de gebruikersinterface staat, het bedrijfslampje knippert en een foutcode wordt aangegeven.
Als het systeem niet goed werkt en geen van de bovenstaande storingen in aanmerking komt, volg dan de onderstaande procedures.
Storing Maatregel
Indien het systeem helemaal niet werkt.
▪ Controleer of er geen
stroomonderbreking is. Wacht tot de stroom is hersteld. Als de stroom tijdens de werking uitvalt, zal het systeem automatisch herstarten direct nadat de stroom is hersteld.
▪ Controleer of er geen zekering is
doorgebrand of een onderbreker in werking is gesteld. Vervang indien nodig de zekering of stel de onderbreker terug.
▪ Zitten er batterijen in de
afstandsbediening?
▪ Is de timer juist ingesteld?
Schakel de hoofdvoeding uit. In het geval van R32­koelmiddel, schakel de unit alleen uit met de AAN/UIT-knop op de gebruikersinterface en neem contact op met uw verdeler.
Schakel de hoofdvoeding uit. In het geval van R32­koelmiddel, schakel de unit alleen uit met de AAN/UIT-knop op de gebruikersinterface en neem contact op met uw verdeler.
Verwittig uw installateur en geef hem de foutcode door.
9 Opsporen en verhelpen van
storingen
Als zich één van de volgende problemen voordoet, neem dan onderstaande maatregelen en neem contact op met uw dealer.
WAARSCHUWING
Stop de werking en schakel de voeding uit als er zich iets abnormaals voordoet (brandgeur, enz.).
Als u de unit onder dergelijke omstandigheden laat werken, kan dit leiden tot een defect, elektrische schok of brand. Neem contact op met uw dealer.
WAARSCHUWING
Als de unit over een koelmiddelleksensor1 beschikt, schakelt u de unit alleen uit met de AAN/UIT-knop op de gebruikersinterface.
Alleen een erkend servicetechnicus mag het systeem repareren:
(1)
Alleen voor units met R32-koelmiddel. Zie de handleiding van de buitenunit voor het te gebruiken type koelmiddel.
FNA25~60A2VEB Split-systeem airconditioners 4P494211-1 – 2017.06
9
9 Opsporen en verhelpen van storingen
Storing Maatregel
Het systeem werkt, maar koelt of verwarmt onvoldoende.
De werking stopt plots. (Bedrjifslampje knippert.)
Tijdens de werking kan iets abnormaals gebeuren.
▪ In het geval van een koelmiddelleksensor:
▪ Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van
de buitenunit of de binnenunit niet geblokkeerd is. Verwijder eventuele obstakels en zorg ervoor dat de lucht vrij kan circuleren.
▪ Controleer of het luchtfilter verstopt is.
Neem contact op met uw dealer om het luchtfilter schoon te maken.
▪ Controleer de temperatuurinstelling.
Raadpleeg de handleiding van de gebruikersinterface.
▪ Controleer of de luchtstroomhoek goed
is. Raadpleeg de handleiding van de gebruikersinterface.
▪ Controleer of de ventilatorsnelheid op
lage snelheid is ingesteld. Raadpleeg de handleiding van de gebruikersinterface.
▪ Controleer of er geen deuren of ramen
openstaan. Sluit alle deuren en ramen om te voorkomen dat er wind binnenkomt.
▪ Controleer of er geen rechtstreeks
zonlicht in de kamer schijnt. Gebruik gordijnen of jaloezieën.
▪ Indien de warmtebron in de kamer te
hoog is (bij koelen). Het koeleffect vermindert wanneer er te veel warmte in de kamer wordt geproduceerd.
▪ Controleer of er niet te veel mensen
aanwezig zijn in de kamer tijdens het koelen. Controleer of de warmtebron in de kamer niet te groot is.
▪ Controleer of het luchtfilter verstopt is.
Neem contact op met uw dealer om het luchtfilter schoon te maken (zie "Onderhoud" in de handleiding van de binnenunit).
▪ Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van
de buitenunit of de binnenunit niet geblokkeerd is. Verwijder eventuele obstakels, draai de onderbreker op OFF en weer op ON. Raadpleeg uw verdeler als het lampje nog steeds knippert.
▪ Controleer of alle op de buitenunit
aangesloten binnenunits in het multi­systeem in dezelfde stand werken.
▪ De airconditioner kan slecht werken door
bliksem of radiogolven. Draai de onderbreker op OFF en weer op ON.
Storing Maatregel
De ventilator draait, zelfs wanneer de unit uitgeschakeld is. (Bedrjifslampje knippert)
De unit verwarmt of koelt niet en de ventilatie-instelling is op "Sterke luchtstroom" omgeschakeld. (Bedrjifslampje knippert)
De ventilator van de binnen- of buitenunitdraait, zelfs wanneer de unit uitgeschakeld is.
De foutcode " " wordt weergegeven op het scherm van de gebruikersinterface.
De foutcode " " wordt weergegeven op het scherm van de gebruikersinterface.
▪ Foutcodes voor koelmiddelleksensor.1 De code-aanduiding
verandert zoals hierna aangegeven en u hoort een langepieptoon.
Hoofdcode Inhoud
Neem contact op met uw installateur als u na controle van alle bovenstaande punten het probleem niet zelf kunt oplossen. Geef hem de symptomen door, de volledige modelnaam van de unit (met indien mogelijk ook het fabricagenummer) en de installatiedatum (mogelijk vermeld op de garantiekaart).
Koelmiddelleksensor is beginnen te werken:
▪ Als de foutcode " " op het scherm van
de gebruikersinterface wordt weergegeven, kan er een koelmiddellek zijn. Verlucht de kamer en neem contact op met uw verdeler.
▪ Als de foutcode " " NIET op het
scherm van de gebruikersinterface wordt weergegeven, is er geen koelmiddellek of loopt de detectie nog. Als er geen lek gedetecteerd is, wordt de ventilator na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Soms detecteert de koelmiddelleksensor andere stoffen dan koelmiddel, bijv. insecticiden of haarspray.
▪ Storing van koelmiddelleksensor.
▪ Kabel van koelmiddelleksensor defect.
▪ Kabelaansluiting van
koelmiddelleksensor niet compleet.
▪ Storing van printplaat.
Neem contact op met uw dealer.
Koelmiddellek gedetecteerd.
Probleem met koelmiddelleksensor.

9.1 Symptomen die geen storingen van het systeem zijn

De volgende symptomen zijn GEEN storingen van het systeem:

9.1.1 Symptoom: Het systeem werkt niet

1
▪ De airconditioner start niet meteen nadat u op de AAN/UIT-knop
van de gebruikersinterface drukt. Als het bedrijfslampje brandt, werkt de airconditioner normaal. De airconditioner herstart niet meteen omdat één van de beveiligingen is geactiveerd om overbelasting van de airconditioner te voorkomen. De airconditioner wordt na 3 minuten automatisch opnieuw ingeschakeld.
▪ De airconditioner start niet meteen na het inschakelen van de
voeding. Wacht 1 minuut totdat de microcomputer werkingsklaar is.
▪ De airconditioner herstart niet meteen als de toets voor de
temperatuurinstelling op zijn vroegere instelling wordt ingesteld. De airconditioner herstart niet meteen omdat één van de
(1)
Alleen voor units met R32-koelmiddel. Zie de handleiding van de buitenunit voor het te gebruiken type koelmiddel.
10
Split-systeem airconditioners
FNA25~60A2VEB
4P494211-1 – 2017.06

10 Verplaatsen

beveiligingen is geactiveerd om overbelasting van de airconditioner te voorkomen. De airconditioner wordt na 3minuten automatisch opnieuw ingeschakeld.
▪ De buitenunit is gestopt. De reden is dat de kamertemperatuur de
ingestelde temperatuur heeft bereikt. De unit schakelt over op
ventilatorwerking. " " (symbool externe besturing) verschijnt op de gebruikersinterface en de echte werking verschilt van de instelling van de gebruikersinterface. Bij multisplitmodellen voert de microcomputer de volgende besturing uit, afhankelijk van de bedrijfsmodus van andere binnenunits.
▪ De ventilatorsnelheid is niet die van de instelling. De
ventilatorsnelheid verandert niet wanneer u op de regeltoets voor de ventilatorsnelheid drukt. Wanneer de kamertemperatuur in de verwarmingsmodus de ingestelde temperatuur bereikt, is de capaciteitstoevoer van de buitenunit gestopt en werkt de binnenunit in de modus alleen ventilator (L tab). Bij een multisplitsysteem werkt de binnenunit afwisselend in de ventilatorstopmodus en de modus alleen ventilator (L tab). Dit voorkomt dat rechtstreeks koude lucht op de aanwezigen in de kamer wordt geblazen.

9.1.2 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit)

▪ Bij een hoge vochtigheidsgraad tijdens koelen (op vettige of
stoffige plaatsen). Als de binnenkant van een binnenunit extreem vuil is, zal de temperatuurverdeling in de kamer ongelijk zijn. Daarom is het nodig om de binnenkant van de binnenunit schoon te maken. Vraag aan uw dealer meer informatie over het schoonmaken van de unit. Dit is het werk van een erkend servicetechnicus.
▪ Wanneer de airconditioner na het ontdooien wordt omgeschakeld
op verwarmen. Het vocht dat bij ontdooien werd geproduceerd, wordt in stoom omgezet en komt vrij.

9.1.3 Symptoom: Er komt stof uit de unit

Wanneer een unit na een lange periode van stilstand weer wordt gebruikt. Dit komt door stof in de unit.

9.1.4 Symptoom: De units geven een geur af

De unit kan geuren opnemen van kamers, meubilair, sigaretten, enz., en die dan weer afgeven.

9.1.5 Symptoom: De werking is plots gestopt (bedrijfslampje brandt)

De airconditioner stopt om het systeem te beveiligen wanneer er grote spanningsschommelingen zijn. Na ongeveer 3 minuut wordt de werking hervat.

9.1.6 Symptoom: De ventilator van de buitenunit draait terwijl de airconditioner niet wordt gebruikt

Nadat de unit is gestopt. De ventilator van de buitenunit blijft nog
30 seconden draaien om het systeem te beveiligen.
Terwijl de airconditioner niet wordt gebruikt. Bij een heel hoge
buitentemperatuur begint de ventilator van de buitenunit te draaien om het systeem te beveiligen.

9.1.7 Symptoom: Het verwarmen stopt plots en u hoort een stromend geluid

Het systeem verwijdert vorst op de buitenunit. Wacht ongeveer 3 tot 8minuten.
10 Verplaatsen
Neem contact op met uw dealer om de volledige unit te verwijderen en opnieuw te installeren. Het verplaatsen van units vereist een zekere technische kennis.

11 Als afval verwijderen

Deze unit werkt met fluorkoolwaterstof (HFK). Neem contact op met uw dealer wanneer u deze unit verwijdert.
OPMERKING
Probeer het systeem niet zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen moeten conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units moeten voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld.

12 Verklarende woordenlijst

WTW = warm tapwater
Warm water gebruikt, in elk type van gebouw, voor huishoudelijke doeleinden.
AWT = Aanvoerwatertemperatuur
De watertemperatuur aan de wateruitgang van de warmtepomp.
Dealer
Verdeler die het product verkoopt.
Erkende installateur
Technisch bekwame persoon met een erkenning om het product te installeren.
Gebruiker
Persoon die de eigenaar is van het product en/of die het product gebruikt.
Geldende wetgeving
Alle geldende internationale, Europese, nationale en plaatselijke richtlijnen, wetten, reglementen en/of voorschriften betreffende een bepaald product of domein.
Onderhoudsbedrijf
Bedrijf dat bevoegd is om de vereiste service voor het product uit te voeren of te coördineren.
Installatiehandleiding
Handleiding met instructies betreffende het installeren, het configureren en het onderhouden van een bepaald product of een bepaalde toepassing.
Gebruiksaanwijzing
Instructiehandleiding voor een bepaald product of een bepaalde toepassing waarin wordt uitgelegd hoe het product of de toepassing moet worden gebruikt.
Accessoires
Labels, handleidingen, informatiefiches, apparatuur en uitrustingen die met het product worden meegeleverd en die volgens de instructies in de meegeleverde documentatie geïnstalleerd moeten worden.
Optionele apparatuur
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.
FNA25~60A2VEB Split-systeem airconditioners 4P494211-1 – 2017.06
11
12 Verklarende woordenlijst
Ter plaatse te voorzien
NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.
12
Split-systeem airconditioners
FNA25~60A2VEB
4P494211-1 – 2017.06
4P494211-1 2017.06
Copyright 2017 Daikin
Loading...