10. IN GEVAL VAN PROBLEMEN .................... 15
11. VEREISTEN VOOR VERWIJDERING ........ 16
De instructies zijn oorspronkelijk in het Engels
geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen
van de oorspronkelijke instructies.
Onze welgemeende dank voor de aankoop van
deze Daikin airconditioner. Lees deze
gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de
airconditioner gebruikt. In deze gebruiksaanwijzing
wordt beschreven hoe u de unit op de juiste manier
kunt gebruiken; deze gebruiksaanwijzing bevat
tevens waardevolle informatie over het oplossen
van problemen in het geval deze zouden
voorkomen. Deze gebruiksaanwijzing is bestemd
voor de binnenunit. Raadpleeg ook de
gebruiksaanwijzingen die bij de buitenunit en
de afstandsbediening worden geleverd.
*Alleen van toepassing als dit toestel is verbonden
met de volgende buitenunitmodellen:
RZAG71, RZASG71, RZAG100, RZASG100,
RZAG140, RZASG140, AZAS71, AZAS100.
.... 12
Belangrijke informatie over het
Afhankelijk van de Europese of lokale wetgeving
kunnen periodieke inspecties voor koelmiddellekken
1.VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Om de functies van de airconditioner ten volle te kunnen
benutten en om storingen als gevolg van een verkeerde
handeling te voorkomen, raden wij u aan deze
gebruiksaanwijzing zorgvuldig te lezen vooraleer het apparaat
te gebruiken.
Dit product is ingedeeld in de categorie "apparaten niet voor
algemeen gebruik".
Dit apparaat is bedoeld om in werkplaatsen, in de lichte
industrie en in boerderijen door deskundige of geschoolde
gebruikers gebruikt te worden of, in de handel en in
huishoudens, door niet gespecialiseerde personen.
Dit toestel mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar
en personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale
mogelijkheden of met een gebrek aan ervaring en kennis
indien ze onder toezicht staan of onderricht zijn in het
veilige gebruik van het toestel en de mogelijke gevaren
begrijpen.
Kinderen mogen niet met het toestel spelen.
Reiniging en onderhoud door de gebruiker mogen niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
Dit toestel is niet ontworpen om zonder toezicht te worden
gebruikt door kinderen of mensen die niet in staat zijn om
1Nederlands
met airconditioners te werken.
Deze personen lopen zo het risico elektrische schokken te
krijgen of zich te verwonden.
•
Deze handleiding verdeelt de veiligheidsmaatregelen
onder in WAARSCHUWINGEN en OPGELET. Leef alle
onderstaande veiligheidsmaatregelen steeds na: ze zijn
allemaal belangrijk voor de veiligheid.
Page 3
WAARSCHUWING.....Geeft een mogelijk gevaarlijke
WAARSCHUWING
OPGELET
situatie aan die, indien niet
vermeden, de dood of ernstige
verwonding kan veroorzaken.
OPGELET...................Geeft een mogelijk gevaarlijke
situatie aan die, indien niet
vermeden, lichte of matige
verwonding kan veroorzaken.
Deze aanduiding kan tevens
gebruikt worden als waarschuwing
tegen onveilige handelingen.
• Bewaar deze handleiding op een geschikte plaats nadat
u deze hebt gelezen, zodat u deze later, indien nodig,
nog kunt terugvinden. Als het toestel aan een nieuwe
gebruiker wordt overgedragen, moet deze handleiding
bij het toestel blijven.
Wanneer de airconditioner niet correct functioneert
(een brandlucht afgeeft enz.), schakel de airconditioner
dan uit en neem contact op met uw plaatselijke
verdeler.
Wanneer u de airconditioner onder deze omstandigheden
blijft gebruiken, kan dit defecten, elektrische schokken of
brand tot gevolg hebben.
Laat onderhoud en reparaties uitsluitend door uw
dealer uitvoeren.
Een onjuiste verwerking kan waterlekkage, elektrische
schokken of brand tot gevolg hebben.
Gebruik altijd zekeringen met de juiste ampèrewaarde.
Gebruik geen andere zekeringen, koper of andere draden
ter vervanging, aangezien dit kan resulteren in elektrische
schokken, brand, letsels of schade aan de airconditioner.
Neem contact op met uw verdeler als de airconditioner
een natuurramp, zoals een overstroming of harde
storm, heeft moeten doorstaan.
Gebruik de airconditioner in dat geval niet, want dit zou
kunnen resulteren in een storing, elektrische schokken of
brand.
Start of stop de airconditioner met de
afstandsbediening. Gebruik hiervoor nooit de
stroomonderbreker.
Dit kan namelijk resulteren in brand of waterlekkage. Als er
bovendien een automatische herstarter is voorzien voor in
geval van een stroomstoring en er wordt opnieuw stroom
geleverd, dan zal de ventilator plots beginnen te draaien en
mogelijk letsel veroorzaken.
Gebruik de airconditioner niet in een atmosfeer die
verontreinigd is met oliedampen, zoals bakolie- of
machineoliedampen.
Oliedampen kunnen beschadiging, elektrische schokken
of brand veroorzaken bij de airconditioner.
Gebruik geen ontvlambare stoffen (bijv. haarspray
of insectenverdelgingsmiddel) in de buurt van de
airconditioner.
Reinig de airconditioner niet met organische
oplosmiddelen zoals verfverdunner.
Het gebruik van organische oplosmiddelen kan de
airconditioner beschadigen of elektrische schokken of
brand veroorzaken.
Gebruik de airconditioner niet op plaatsen met een
grote hoeveelheid vettige rook, zoals kookruimten of
op plaatsen met ontbrandbare gassen, bijtende gassen
of metaalstof.
Gebruik van de airconditioner op dergelijke plaatsen kan
brand of defecten veroorzaken.
Pas bij lekkage van koelmiddel op voor brandgevaar.
Als de airconditioner niet correct functioneert, d.w.z. geen
koele of warme lucht produceert, kan lekkage van
koelmiddel de oorzaak zijn. Neem contact op met uw
plaatselijke leverancier voor assistentie. Het koelmiddel dat
wordt gebruikt voor de airconditioner is veilig en lekt
gewoonlijk niet weg. Als het koelmiddel evenwel lekt en
in contact komt met een naakte brander, verwarming of
kooktoestel, kunnen gevaarlijke componenten vrijkomen.
Schakel de airconditioner uit en bel uw plaatselijke verdeler
op. Schakel de airconditioner terug in nadat een
gekwalificeerde servicetechnicus heeft bevestigd dat
het lek is hersteld.
Plaats geen voorwerpen, zoals staven, uw vingers,
enz. in de luchtinlaat of luchtuitlaat.
Als gevolg van aanraking met de hoge-snelheid
ventilatorbladen van de airconditioner kan letsel ontstaan.
Raadpleeg uw plaatselijke verdeler voor informatie
over het reinigen van de binnenkant van de
airconditioner.
Wanneer dit niet juist gebeurt, kunnen plastic onderdelen
breken en kan dit leiden tot waterlekken en andere schade
of elektrische schokken.
Houd er rekening mee dat langdurige directe blootstelling
aan koele of warme lucht van de airconditioner of aan
lucht die te koel of te warm is, schadelijk kan zijn voor uw
lichamelijke conditie en gezondheid.
Laat de apparatuur door uw dealer installeren.
Door een onvolledige, door u zelf uitgevoerde, installatie
kunnen waterlekkage, gevaar voor elektrische schokken en
brand ontstaan.
Raadpleeg deskundig personeel over de bevestiging
van accessoires en gebruik enkel accessoires die door
de fabrikant zijn gespecificeerd.
Als er een defect ontstaat als gevolg van door uzelf
uitgevoerde werkzaamheden, kan dit waterlekkage,
elektrische schokken of brand veroorzaken.
Raadpleeg uw plaatselijke dealer wanneer u de
airconditioner wilt verplaatsen en opnieuw installeren.
Een niet goed uitgevoerde installatie kan lekkage,
elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
Neem contact op met uw plaatselijke leverancier over
wat te doen in het geval van koelmiddellekkage.
Wanneer de airconditioner in een kleine kamer wordt
geïnstalleerd, is het noodzakelijk de juiste maatregelen
te nemen, zodat in geval van koelmiddellekkage de
hoeveelheid weggelekt koelmiddel de concentratielimiet
niet overschrijdt. Anders kan dit een ongeval als gevolg van
zuurstoftekort veroorzaken.
Houd toezicht op kinderen om te verzekeren dat ze niet
met de binnenunit of de afstandsbediening spelen.
Een kind dat de unit per ongeluk bedient kan een
elektrische schok krijgen of zich verwonden.
Laat kinderen niet op de buitenunit klimmen en plaats
er geen voorwerpen bovenop.
Door vallen of omvallen van de voorwerpen kan letsel
veroorzaakt worden.
Nederlands2
Page 4
Laat kinderen niet op of rondom de buitenunit spelen.
WAARSCHUWING
Als de buitenunit verkeerd wordt aangeraakt, kan dit
resulteren in letsel.
Zorg ervoor dat kinderen, planten of dieren niet direct
worden blootgesteld aan de luchtstroom van de
binnenunit, aangezien dit nadelige gevolgen kan
hebben.
Plaats geen ontvlambare sprays of gebruik geen
sprays in de buurt van de airconditioner aangezien dit
brand kan veroorzaken.
Spoel de airconditioner of de afstandsbediening niet af
met water, aangezien dit elektrische schokken of brand
kan veroorzaken.
Plaats geen bakken met water (bloemenvazen enz.) op
de binnenunit, aangezien dit elektrische schokken of
brand kan veroorzaken.
Plaats ontvlambare middelen, zoals spuitbussen,
minimaal 1 meter van de luchtuitlaat verwijderd.
De containers kunnen tot ontploffing komen als gevolg
van de warme lucht van de binnen- of buitenunit.
Trek de stekker uit het stopcontact als de airconditioner
gedurende langere periodes niet wordt gebruikt.
Anders kan de airconditioner warm worden of in brand
schieten door het stof dat er zich ophoopt.
Plaats geen voorwerpen in de directe nabijheid van
de buitenunit en zorg er voor dat bladeren of andere
overblijfselen zich niet rondom het apparaat ophopen.
Bladeren trekken kleine dieren aan die in de unit kunnen
binnendringen. In de unit kunnen dergelijke dieren
storingen, rook of brand veroorzaken wanneer ze in contact
komen met elektrische onderdelen.
Stop de werking van de airconditioner en schakel het
stroomcircuit en de onderbreker uit voordat u hem
schoonmaakt.
Anders dreigt u elektrische schokken te krijgen en letsel op
te lopen.
Bedien het apparaat niet met natte handen om
elektrische schokken te voorkomen.
Raak nooit de inwendige onderdelen van de
afstandsbediening aan.
Aanraken van de interne onderdelen kan resulteren
in een elektrische schok of beschadiging van de
afstandsbediening. Neem contact op met uw lokale
verdeler voor het controleren of afstellen van interne
onderdelen.
Zorg, om zuurstofgebrek te voorkomen, voor een
degelijke ventilatie van de kamer als samen met de
airconditioner een brander en dergelijke wordt
gebruikt.
Laat de afstandsbediening niet achter op plaatsen waar
de kans bestaat dat deze nat wordt.
Als water in de afstandsbediening terechtkomt, bestaat het
gevaar van kortsluiting en beschadiging van de elektrische
onderdelen.
Let goed op bij het schoonmaken of nakijken van het
luchtfilter.
De werkzaamheden vinden op grotere hoogte plaats, dus
wees zeer voorzichtig.
Als de stellage onstabiel is, kunt u vallen of uitglijden met
letsel tot gevolg.
Verwijder het rooster aan de zijde van de uitlaat van de
buitenunit niet.
Het rooster beschermt tegen de hogesnelheidsventilator
van de unit, welke letsel kan veroorzaken.
Raak de luchtinlaat of de aluminium vinnen van de
airconditioner niet aan, dit om letsels te voorkomen.
Plaats geen voorwerpen die gevoelig zijn voor vocht,
direct onder de binnen- of buitenunits.
Onder bepaalde omstandigheden kan condensvorming op
de hoofdunit of de koelmiddelleidingen, vuil in het luchtfilter
of een verstopte afvoer waterlekkage veroorzaken,
waardoor het betreffende voorwerp vervuild of defect kan
raken.
Plaats geen verwarmingstoestellen direct onder de
binnenunit, aangezien de resulterende warmte
vervorming kan veroorzaken.
Plaats geen apparatuur die open vuur produceert op
plaatsen die blootstaan aan de luchtstroom van de
airconditioner, want dit kan de verbranding van de
brander nadelig beïnvloeden.
De luchtinlaten of luchtuitlaten niet blokkeren.
Een geblokkeerde of belemmerde luchtstroom kan
verminderde prestaties of defecten veroorzaken.
Gebruik de airconditioner niet voor andere doeleinden
dan waarvoor deze bestemd is.
Gebruik de airconditioner niet voor het koel houden van
precisie-instrumenten, voedsel, dieren, planten of
kunstvoorwerpen, aangezien dit de prestaties, kwaliteit en/
of levensduur van het betreffende voorwerp nadelig kan
beïnvloeden.
Installeer de airconditioner niet op plaatsen waar het
gevaar bestaat van lekkage van ontvlambaar gas.
In het geval van een gaslekkage, kan de opeenhoping van
gas in de buurt van de airconditioner brand veroorzaken.
Leg de afvoerleidingen goed aan zodat een volledige
afvoer kan worden gewaarborgd.
Als de afvoerleidingen niet goed zijn aangelegd, zal er niet
uit de afvoer komen. Zo kunnen vuil en gruis zich ophopen
in de afvoerleidingen en waterlekkage veroorzaken. Stop in
dat geval de airconditioner en bel uw plaatselijke verdeler
op voor hulp.
• OPMERKING AAN HET SERVICEPERSONEEL
Kan een elektrische schok, ontsteking of brand
veroorzaken
• Voor u de elektrische onderdelen (schakelkast,
motor van de ventilator, afvoerpomp enz.)
controleert, moet u de volledige stroom van de
airconditioner voor de binnen- en de buitenunit en
andere voedingen uitschakelen om te vermijden
dat u een elektrische schok krijgt.
• Vergeet voor het reinigen van de
warmtewisselaar niet de schakelkast, de motor
van de ventilator en de afvoerpomp te
verwijderen. De isolatie van de elektrische
componenten kan door water of
schoonmaakmiddel worden aangetast, waardoor
deze componenten kunnen doorbranden.
• Omwille van de hoge spanning mag u het deksel
van de schakelkast niet openen gedurende tien
minuten nadat de veiligheidsschakelaar is
uitgeschakeld.
3Nederlands
Page 5
OPGELET! ELEKTRISCHE SCHOK
A1P
X2M
C-
C+
-
+
0
A1P
Meetpunten restspanning
Regelkast
2.WAT TE DOEN VOOR GEBRUIK
OPMERKING
A
1
2
BUITENINDOOR
B
BUITENINDOOR
1
1
• Omwille van de hoge spanning mag u de
afdekking van de schakelkast niet openen
gedurende tien minuten nadat de
veiligheidsschakelaar is uitgeschakeld.
• Als de kast open staat, meet u de spanning van
de punten die onder de printplaat worden
weergegeven met een tester en bevestig dat ze
niet hoger is dan DC50V.
Raak geen onder spanning staande delen aan
terwijl u dit werk uitvoert.
Printplaat
X1M
• Na een stroomonderbreking zal de werking
automatisch worden herstart.
Deze gebruiksaanwijzing is van toepassing op de
volgende systemen met standaardbesturing. Voordat u
het systeem in gebruikt neemt, moet u uw Daikin dealer
raadplegen omtrent de juiste werking van uw systeem.
Nederlands4
A= paarsysteem of systeem voor simultane werking
B= multisysteem
1= unit met afstandsbediening
2= unit zonder afstandsbediening (bij gebruik met gelijktijdige
werking)
• Raadpleeg de handleiding van de
afstandsbediening die u gebruikt.
Indien uw installatie een speciaal aangepast
besturingssysteem is, vraag dan uw Daikin dealer
om de juiste werking van uw systeem.
• Warmtepomptype
Dit systeem heeft standen voor KOELING,
VERWARMING, AUTOMATISCH,
DROOGPROGRAMMA en ALLEEN VENTILATOR.
• Alleen voor koelunits
Dit systeem heeft standen voor KOELING,
DROOGPROGRAMMA en VENTILATOR.
Page 6
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR
OPMERKING
GROEPSBESTURINGS-SYSTEEM OF
BESTURINGS-SYSTEEM MET TWEE
AFSTANDSBEDIENING
NAMEN EN FUNCTIES VAN ONDERDELEN
d
k
a
Behalve individuele besturing (één
afstandsbediening bestuurt één binnenunit), biedt
dit systeem nog twee andere besturingssystemen.
Controleer het volgende als uw unit met één van die
besturingssystemen is uitgerust.
• Groepsbesturing
Eén afstandsbediening bestuurt tot
16 binnenunits.
Alle binnenunits krijgen dezelfde instelling.
• Systeem wordt met twee afstandsbedieningen
bediend
Eén binnenunit met twee afstandsbedieningen
(in geval van groepsbesturingssysteem, één
groep binnenunits)
• Neem contact op met uw Daikin dealer bij het
veranderen van de combinatie of de instelling van
groepsbesturing en regelsystemen met twee
afstandsbedieningen.
• Wijzig de combinatie en de instellingen voor de
groepsbesturing en de twee afstandsbedieningen
niet zelf, maar vraag uw verdeler om dat te doen.
f
e
h
g
c
i
b
j
e
Zie bovenstaande afbeelding
aBinnenunit
bBuitenunit
Afstandsbediening
Om BRC1E of een draadloze
afstandsbediening te gebruiken, raadpleegt
u de bij de afstandsbediening geleverde
c
gebruiksaanwijzing.
Afhankelijk van de systeemconfiguratie kan
het zijn dat u de afstandsbediening niet nodig
heeft.
dAanzuiglucht
eUitlaatlucht – uitgeblazen lucht
fLuchtuitlaat
Luchtstroomklep (jaloezie waarmee de
g
luchtstroom in verticale richting kan worden
gericht)
Luchtstroomklep (jaloezie waarmee
h
de luchtstroom in horizontale richting kan
worden gericht)
Koelmiddelleiding, aansluiting elektrische
i
draden, aardingsdraad
jAfvoerleiding
Luchtinlaat
k
Het ingebouwde luchtfilter verwijdert stof
en vuil.
Aardingsdraad
Leg een aardingsdraad aan vanaf de
l
buitenunit om elektrische schokken en brand
te voorkomen.
d
f
l
5Nederlands
Page 7
3.BEREIK
4.INSTALLATIELOCATIE
Indien de temperatuur of de vochtigheid buiten de
volgende limieten valt, kan de veiligheidsapparatuur
in bedrijf komen en de airconditioning afslaan, en
soms kan er water uit de binnenunit lekken.
KOELING [°C]
BUITENUNIT
RZQG
RZQSG71~140
RZQ200
BUITENUNIT
RZAG71~140
RZASG71~140
Temperatuur
DB18~37
WB12~28
DB20~37
WB14~28
DB20~37
WB14~28
Temperatuur
DB18~37
WB12~28
DB20~37
WB14~28
INDOOR
INDOOR
Vochtig-
heid
≤80%
≤80%
≤80%
Vochtig-
heid
≤80%
≤80%
Buitentemperatuur
–15~50
DB
–15~43
DB
–5~46
DB
Buitentemperatuur
–20~52
DB
–15~46
DB
VERWARMING [°C]
BUITENUNIT
RZQGDB10~27
RZQSG71DB10~27
RZQSG100~140
RZQ200DB10~27
Binnentemperatuur
DB10~27
Buitentemperatuur
–19,5~21
DB
–20~15,5
WB
–14~21
DB
–15~15,5
WB
–14~21
DB
–15~15,5
WB
–14~21
DB
–15~15
WB
Met betrekking tot de plaats van installatie
• Is de airconditioner geïnstalleerd in een goed
geventileerde ruimte waar er geen obstructies
zijn?
• Installeer de airconditioner niet in de volgende
plaatsen.
a.In ruimten waar veel oliedampen van minerale
oliën hangen
b.Op plaatsen waar de lucht erg zout is, zoals aan
de kust
c.Op plaatsen waar zwaveldampen voorkomen,
zoals bij warmwaterbronnen
d.In ruimten waar veel spanningsschommelingen
optreden, zoals in fabrieken
e.In voer- en vaartuigen
f. In ruimten waar sprays worden gebruikt
of stoom voorkomt, zoals in een keuken
g.In de buurt van machines die
elektromagnetische golven opwekken
h.In ruimten waar zuren en/of alkalinedampen
voorkomen
Met betrekking tot de bedrading
• Laat de aanleg van de elektrische bedrading
uitsluitend door erkende elektriciens
uitvoeren.
Raadpleeg hierover uw dealer. Leg de bedrading
nooit zelf aan.
• Zorg ervoor dat de unit wordt voorzien van een
gescheiden voedingssysteem en dat al het
werk aan elektrische bedrading wordt
uitgevoerd door erkende elektriciens en
conform de landelijk geldende voorschriften
en de instructies van deze
installatiehandleiding.
BUITENUNIT
RZAG71~140
RZASG71~140
D
B: droge-bol-temperatuur
Binnentemperatuur
DB10~27
DB10~27
WB: natte-bol-temperatuur
Buitentemperatuur
–19,5~21
DB
–20~15,5
WB
–14~21
DB
–15~15,5
WB
Besteed ook aandacht aan het geluid
van het in werking zijnde systeem
• Zijn de volgende plaatsen gekozen?
a. Een plaats die sterk genoeg is om het gewicht
van de airconditioner te kunnen dragen en
bestand is tegen trillingen en geluid.
b. Een plaats waar de warme lucht die uit
de luchtuitlaat van de buitenunit komt en de
werkingsgeluiden van de apparatuur overlast
veroorzaken voor uw buren.
Het instelbereik van de temperatuur van de
afstandsbediening is 16°C tot 32°C, afhankelijk van
de verwarmings-/koelingsstand.
• Weet u zeker dat er geen voorwerpen voor
de luchtuitlaat van de buitenunit staan?
Dergelijke voorwerken kunnen de prestaties
verminderen en bijgeluiden veroorzaken.
• Schakel de airconditioner uit wanneer deze een
ongewoon geluid maakt tijdens gebruik en
neem dan hierover contact op met uw
leverancier.
Nederlands6
Page 8
Met betrekking tot de afvoerleidingen
• Zijn de afvoerleidingen goed aangelegd zodat
een volledige afvoer kan worden
gewaarborgd?
Als de afvoerleidingen niet goed zijn aangelegd,
kunnen vuil en grijs zich ophopen in de
afvoerleiding en waterlekkage veroorzaken. Stop
in dat geval de airconditioner en vraag uw
plaatselijke verdeler om hulp.
5.BEDIENING
Raadpleeg de handleiding van
de afstandsbediening die u gebruikt.
• Ter bescherming van de unit met de
hoofdschakelaar 6 uur voordat de unit in gebruik
wordt genomen worden aangezet.
• Als de hoofdvoeding tijdens de werking wordt
uitgeschakeld zal de unit automatisch herstarten
nadat de voeding terug is ingeschakeld.
6.FUNCTIEKENMERKEN
[KENMERKEN VAN DE KOELFUNCTIE
(KOELFUNCTIE EN AUTOMATISCHE
KOELFUNCTIE)]
• Nadat u de airconditioner langere tijd heeft
gebruikt in de stand dat de lucht naar beneden
werd geblazen, moet u een tijdje een andere
richting instellen om te voorkomen dat er zich
condensatie vormt op de jaloezieën. (De
afstandsbediening geeft de ingestelde richting
van de luchtstroom weer.)
• Als de KOELFUNCTIE wordt gebruikt wanneer
de binnentemperatuur laag is, vormt er zich vorst
op de warmtewisselaar van de binnenunit.
Hierdoor kan de koelcapaciteit verminderen. In dit
geval schakelt het systeem automatisch een tijdje
naar de ONTDOOIFUNCTIE.
Tijdens de ONTDOOIFUNCTIE wordt een lager
luchtdebiet gebruikt om de vorming van
smeltwater te voorkomen. (De afstandsbediening
geeft het ingestelde luchtdebiet weer.)
• Als de buitentemperatuur hoog is, kan het soms
even duren voordat de binnentemperatuur de
ingestelde temperatuur bereikt.
[KENMERKEN VAN DE
VERWARMINGSFUNCTIE
(VERWARMINGSFUNCTIE EN
AUTOMATISCHE
VERWARMINGSFUNCTIE)]
BEDIENING STARTEN
• In vergelijking met de KOELFUNCTIE duurt
het doorgaans langer vooraleer de
VERWARMINGSFUNCTIE de ingestelde
temperatuur heeft bereikt. Het is aangeraden
om de bediening op het starten voor u de
TIMERFUNCTIE gebruikt.
Voor de volgende handeling uit om te
voorkomen dat de verwarmingscapaciteit
vermindert en er koude lucht wordt geblazen.
BIJ DE START VAN DE BEDIENING EN NA
ONTDOOIEN
• In dit systeem wordt de warme lucht gecirculeerd,
zodat het enige tijd kan duren voordat het in de
gehele ruimte warm wordt.
• De ingebouwde ventilator blijft enige tijd draaien,
totdat de temperatuur in de airconditioner een
bepaalde hoogte bereikt. Op dat moment
verschijnt "" op het scherm van de
afstandsbediening. Laat het systeem ongemoeid
en wacht rustig af.
(De afstandsbediening geeft het ingestelde
luchtdebiet weer.)
• De richting waarin de lucht wordt geblazen is nu
horizontaal om te voorkomen dat de mensen
koude lucht voelen. (De afstandsbediening geeft
weer in welke richting de lucht wordt geblazen.)
ONTDOOIFUNCTIE (functie voor het
verwijderen van vorst voor de buitenunit)
• Naarmate op de buitenunit rijm wordt gevormd,
verminder het verwarmingseffect en wordt het
toestel in ONTDOOIWERKING (ontdooien)
geschakeld.
• De ventilator van de binnenunit stopt en op het
scherm van de afstandsbediening is "" te
zien.
Via de draadloze afstandsbediening stopt
de warme lucht en gaat de lamp van de
ONTDOOIFUNCTIE voor indicator
van de lichtontvangende unit branden.
(De afstandsbediening geeft het ingestelde
luchtdebiet weer.)
• Na 6 tot 8 minuten (maximum 10 minuten)
ONTDOOIWERKING wordt het systeem weer in
VERWARMWERKING (verwarmen) geschakeld.
• De lucht wordt nu in de horizontale richting
geblazen. (De afstandsbediening geeft de
ingestelde richting van de luchtstroom weer.)
7Nederlands
Page 9
• Als de bediening tijdens of na de
ONTDOOIFUNCTIE op de
VERWARMINGSFUNCTIE wordt gezet, komt er
witte nevel uit de luchtuitlaat van de buitenunit.
(Zie "VII." op pagina 14.)
• Bij deze functie kunt u een sissend geluid horen.
• Als het DROOGPROGRAMMA wordt gebruikt
wanneer de binnentemperatuur laag is, vormt er
zich vorst op de warmtewisselaar van de
binnenunit. In dit geval schakelt het systeem
automatisch een tijdje naar de
ONTDOOIFUNCTIE.
Met betrekking tot de temperatuur van de
buitenlucht en de verwarmingscapaciteit
• De verwarmingscapaciteit van de airconditioner
neemt af als de temperatuur van de buitenlucht
daalt. Als de capaciteit te veel afneemt, moet u
de airconditioner in combinatie met een andere
warmtebron gebruiken.
(Wanneer er een verbrandingstoestel wordt
gebruikt, moet de kamer regelmatig worden
verlucht.)
Als de lucht van de airconditioner direct op het
verbrandingstoestel wordt geblazen, mag u het
niet gebruiken.
• Wanneer de warme lucht onder het plafond blijft
hangen en u koude voeten krijgt, verdient het
aanbeveling om met behulp van een ventilator de
lucht in de ruimte te ventileren. Raadpleeg uw
dealer voor details.
• Als de binnentemperatuur hoger ligt dan de
ingestelde temperatuur, komt er een zachte bries
uit de airconditioner (gaat naar de stille stand). De
lucht wordt nu in de horizontale richting geblazen.
(De afstandsbediening geeft het luchtdebiet en de
richting van de luchtstroom weer die zijn
ingesteld.)
[KENMERKEN VAN HET
DROOGPROGRAMMA]
•
Deze functie verlaagt de vochtigheid zonder
de binnentemperatuur te verlagen. De
binnentemperatuur op het moment dat de
bedieningsknop wordt ingedrukt, is de ingestelde
temperatuur. Op dat moment worden het
luchtdebiet en de temperatuur automatisch
ingesteld en geeft de afstandsbediening het
luchtdebiet en de ingestelde temperatuur niet weer.
Om de binnentemperatuur en de vochtigheid op
efficiënte wijze te verlagen, verlaagt u eerst de
binnentemperatuur met de KOELFUNCTIE en
gebruikt u vervolgens het
DROOGPROGRAMMA. Als de
binnentemperatuur daalt, is het mogelijk dat
de airconditioner niet langer lucht blaast.
• Nadat u de airconditioner langere tijd heeft
gebruikt in de stand dat de lucht naar beneden
werd geblazen, moet u een tijdje een andere
richting instellen om te voorkomen dat er zich
condensatie vormt op de jaloezieën.
(De afstandsbediening geeft de ingestelde
richting van de luchtstroom weer.)
[GELUIDSDRUKNIVEAU]
•
Het geluidsdrukniveau bedraagt minder dan 70 dB(A).
DE RICHTING VAN DE
LUCHTSTROOM AANPASSEN
• De richting van de luchtstroom kan op 2 manieren
worden aangepast.
(Als de airconditioner stopt, sluiten de jaloezieën
van de luchtuitlaat (jaloezieën waarmee de
luchtstroom in verticale richting kan worden
gericht) automatisch.)
B. Naar links en naar rechts
A. Omhoog en omlaag
A. OMHOOG EN OMLAAG
Druk op de knop DE RICHTING VAN
DE LUCHTSTROOM AANPASSEN om de
uitblaashoek van de luchtstroom als volgt te
wijzigen.
Het scherm RICHTING VAN DE
LUCHTSTROOM draait zoals
op de afbeelding links wordt
draaien
getoond en de richting van de
luchtstroom verandert
voortdurend. (Automatische
draai-richting)
Druk op de knop DE RICHTING
VAN DE LUCHTSTROOM
AANPASSEN om de gewenste
richting van de luchtstroom te
kiezen.
Het scherm RICHTING VAN
DE LUCHTSTROOM stopt met
draaien en de
luchtstroomrichting blijft ook in
één richting staan. (vaste
luchtstroomrichting).
Nederlands8
Page 10
BEWEGING VAN DE JALOEZIEËN
OPMERKING
B. NAAR LINKS EN NAAR RECHTS
Voor de volgende condities wordt de
luchtstroomrichting gestuurd door een
microcomputer. Hij kan daarom verschillen
van wat op het scherm wordt weergegeven.
• KOELING
• AUTO-
Bedrijfsmodus
Verticale
luchtstroom
Koeling
We adviseren de hierboven genoemde standen van
de jaloezie wanneer u de luchtstroom in één richting
wenst.
MATISCHE
KOELING
• DROOG-
PROGRAMMA
• Als de lucht-
stroom voortdurend omlaag
gericht is (De
lucht blaast een
tijdje in de
automatisch
ingestelde
richting om te
voorkomen dat
er zich
condensatie
vormt op de
jaloezieën.)
Aanbevolen jaloeziestanden
Verwarming
• VERWARMING
• AUTO-
MATISCHE
VERWARMING
• Wanneer de
kamertemperatu
ur hoger is dan
de ingestelde
temperatuur
• Als de VER-
WARMINGSFUNCTIE start
of tijdens de
ONTDOOIFUNCTIE (als er
zich vorst heeft
gevormd op de
buitenunit) (De
luchtstroomrichting is nu
horizontaal
zodat de lucht
niet rechtstreeks
op uw lichaam
wordt geblazen.)
Houd de lipjes op de verticale jaloezieën (jaloezieën
waarmee de luchtstroom in horizontale richting kan
worden gericht) omlaag en stel de jaloezieën links
en rechts op de gewenste positie in.
Stop de horizontale jaloezieën op een positie
waarbij u de lipjes vast kunt houden en ze naar
rechts of links kunt verstellen.
• Pas de richting van de luchtstroom alleen aan
wanneer de jaloezie is gestopt in een positie
waarin de luchtstroom kan worden afgesteld.
Wanneer de jaloezie beweegt, bestaat het risico
dat uw hand beklemd raakt.
7.OPTIMALE WERKING
Ga als volgt te werk om ervoor te zorgen dat
het systeem op de juiste manier werkt.
• Zorg er met behulp van gordijnen of rolluiken voor
dat de kamer tijdens de KOELFUNCTIE niet
wordt blootgesteld aan direct zonlicht.
• De deuren en ramen moeten gesloten blijven. Als
de ramen en deuren openblijven zal er lucht uit de
kamer wegvloeien en het koel- en
verwarmingseffect verminderen.
• Nooit voorwerpen in de buurt van de luchtinlaat
en de luchtuitlaat van de unit plaatsen. Zij zouden
anders het effect negatief kunnen beïnvloeden of
de unit stoppen.
• Pas de kamertemperatuur aan zodat u een
aangename omgeving creëert. Voorkom
overmatig koelen of verwarmen.
Als u dat niet doet, verspilt u elektriciteit.
• Als "" of "Tijd om het luchtfilter te reinigen" op
het scherm verschijnt, moet een gekwalificeerd
servicetechnicus de filters reinigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.)
Als u de unit gebruikt met een vervuild luchtfilter
kan de capaciteit verminderen of kunnen er
storingen optreden.
• Installeer tv's, radio's of een stereo op ten minste
1 m van de binnenunit en de afstandsbediening.
De beelden kunnen wazig worden en er kan ruis
worden gegenereerd.
9Nederlands
Page 11
• Schakel de stroomonderbreker uit wanneer die
WAARSCHUWING
OPGELET
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
gedurende langere tijd niet wordt gebruikt. Als de
stroomonderbreker aan staat, wordt er een kleine
hoeveelheid stroom verbruikt, zelfs als het
systeem niet werkt. (*1) Schakel de
stroomonderbreker uit om energie te besparen.
Als u hem opnieuw wilt inschakelen, doe dat dan 6
uur op voorhand.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.) (*2)
*1 Het stroomverbruik terwijl de buitenunit niet
actief is, hangt af van het model.
*2 De instelling voordat de stroomonderbreker
wordt uitgeschakeld, blijft behouden.
(De instelling van de timer wordt gewist.)
• Benut de functie voor het aanpassen van
de luchtstroomrichting ten volle.
Koude lucht blijft op de grond, terwijl warme lucht
zich aan het plafond verzamelt.
Zet de luchtstroomrichting horizontaal tijdens de
KOELFUNCTIE en het DROOGPROGRAMMA,
en zet ze omlaag tijdens de
VERWARMINGSFUNCTIE.
Zorg dat de lucht niet rechtstreeks op een
persoon blaast.
• Gebruik de TIMERFUNCTIE efficiënt.
Het duurt even voordat de binnentemperatuur
de ingestelde temperatuur bereikt. Het is
aangeraden om de bediening op het starten
voor u de TIMERFUNCTIE gebruikt.
8.ONDERHOUD (VOOR
ONDERHOUDSPERSONEEL)
• Verwijder het luchtfilter niet behalve om te
reinigen. De unit kan hierdoor beschadigd raken.
• Installeer alleen de goedgekeurde luchtfilters (en
geen keukenpapier of iets dergelijks) op de
luchtinlaat. Hierdoor kan het rendement dalen en
kan er vorst of lekkage optreden.
HET REINIGEN VAN HET LUCHTFILTER
Reinig het luchtfilter als de afstandsbediening ""
of "Tijd om het filter te reinigen" aangeeft.
• U krijgt dit na een bepaalde tijd te zien.
• De tijd totdat het scherm verschijnt, kan worden
gewijzigd. Voor meer informatie over het gebruik
van de airconditioner in een vuile omgeving,
raadpleegt u uw verdeler.
Vervuiling
Standard
Bij ernstige
vervuiling
1. Open het frontpaneel.
Plaats uw vingers op de uitsteeksels links en
rechts van het paneel van de hoofdunit en open
het tot het niet verder geopend kan worden.
Tijd totdat het scherm
verschijnt
200 uur
(ca. 1 maand)
100 uur
(ca. 2 weken)
Laat onderhoudswerkzaamheden uitsluitend
door erkend onderhoudspersoneel uitvoeren
• Gebruik geen ontvlambaar gas (zoals haarspray
of insectenverdelgingsmiddel) in de buurt van de
airconditioner.
Veeg de binnenunit niet schoon met benzine of
verdunners.
Dit kan scheuren, elektrische schokken of brand
veroorzaken.
• Was de airconditioner niet met water.
Dit kan elektrische schokken en brand
veroorzaken.
• Schakel de airconditioner uit voordat u hem
schoonmaakt en zet de stroomonderbreker uit.
Zo niet kan dit een elektrische schok of letsels
veroorzaken.
•
Let op de steun wanneer u op hoge plaatsen werkt.
Een onstabiele steun kan ertoe leiden dat de
persoon valt en gewond raakt.
2. Neem het luchtfilter eruit
Druk het lipje in het midden van het luchtfilter
een stukje omhoog en trek vervolgens het filter
omlaag.
• Raak de warmtewisselaar niet aan nadat u het
filter heeft verwijderd, zodat u uw hand niet snijdt.
Nederlands10
Page 12
3. Maak de luchtfilter schoon.
OPMERKING
OPMERKING
OPGELET
Gebruik een stofzuiger A) of was het luchtfilter
met water B).
A)Reinigen met een
stofzuiger
B)Reinigen met water
Als het luchtfilter erg vuil
is, gebruik dan een
zachte borstel en
een neutraal
reinigingsmiddel.
Schud het water af en laat het rooster drogen in
de schaduw.
• Was het luchtfilter niet met water van 50°C of
meer, anders kan het verkleuren en/of vervormd
raken.
• Stel het filter niet bloot aan open vuur omdat het in
brand kan vliegen.
4. Bevestig de luchtfilter.
Plaats het luchtfilter, wanneer het gereinigd is,
op dezelfde manier terug in het apparaat.
5. Sluit het frontpaneel.
6. Zet de aanduiding " " of "Tijd om het
filter te reinigen" dat op de
afstandsbediening wordt weergegeven uit
nadat u de stroom heeft ingeschakeld.
• Zie voor details de gebruiksaanwijzing die
bij de afstandsbediening wordt geleverd.
U kunt de melding altijd uitschakelen, zowel
tijdens de werking of bij stilstand.
DE LUCHTINLAAT, LUCHTUITLAAT,
BUITENKANT EN AFSTANDSBEDIENING
REINIGEN
• Veeg schoon met een droge zachte doek.
•
Als een vlek niet kan worden verwijderd, veeg
er dan stevig op met een doek die u heeft
uitgewrongen nadat u hem in een verdund
neutraal reinigingsmiddel heeft gedrenkt. Veeg
daarna het gebied schoon met een droge doek.
ZO REINIGT U HET FRONTPANEEL
Om het frontpaneel te reinigen kunt u het
demonteren.
• Houd het frontpaneel goed vast zodat het niet kan
vallen.
• Gebruik nooit water met een temperatuur van
50°C of meer, benzeen, benzine, verdunner of
andere vluchtige oplosmiddelen, schuurpoeder,
schuursponsjes om het paneel te reinigen.
• Stel het filter niet bloot aan open vuur omdat het in
brand kan vliegen.
• Leg het frontpaneel op een solide ondergrond.
1. Open het frontpaneel.
Plaats uw vingers op de uitsteeksels links en
rechts van het paneel van de hoofdunit en open
het tot het niet verder geopend kan worden.
2. Verwijder het frontpaneel.
Druk de haken aan beide zijden van het
frontpaneel naar het midden van de hoofdunit en
verwijder het paneel.
(U kunt het frontpaneel ook verwijderen door het
ofwel geheel naar links of naar rechts te
schuiven en het daarna naar voor te trekken.)
3. Maak het frontpaneel schoon.
• Wrijf het paneel schoon met een natte zachte
doek.
• Gebruik altijd een neutraal reinigingsmiddel.
• Veeg na het wassen het resterende water weg
en laat hem drogen in de schaduw.
4. Monteer het frontpaneel.
Zet de haken van het frontpaneel in de sleuven
en druk ze helemaal naar binnen.
Sluit het frontpaneel langzaam in deze toestand.
•
Gebruik geen benzine, benzeen, verdunner,
schuurpoeder of in de handel verkrijgbare
vloeibaar insecticide. Deze kunnen verkleuring of
vervorming veroorzaken.
• Gebruik geen water met een temperatuur van
50°C of meer. Dit kan verkleuring of vervorming
veroorzaken.
11Nederlands
5. Sluit het frontpaneel.
Page 13
[REINIGEN VOOR EN NA
SEIZOENSGEBONDEN GEBRUIK]
OPSTARTEN NA EEN LANGE PERIODE
VAN INACTIVITEIT
Bevestig het volgende
• Controleer of de luchtinlaat en -uitlaat niet zijn
geblokkeerd.
Verwijder eventuele belemmeringen.
Belemmeringen kunnen het luchtdebiet verlagen
waardoor de prestaties dalen en het apparaat
defect kan raken.
WAT TE DOEN OM HET SYSTEEM VOOR
LANGERE TIJD TE STOPPEN
• Als u dat doet, voorkomt u dat er schimmel wordt
gevormd.
Schakel de stroomonderbreker uit.
• Als de stroomonderbreker aan staat, wordt er een
klein wattage verbruikt, zelfs als het systeem niet
werkt.
Schakel de stroomonderbreker uit om energie te
besparen.
• Het scherm op de afstandsbediening verdwijnt
wanneer de stroomonderbreker wordt uitgezet.
Maak het luchtfilter schoon
• Vergeet niet het luchtfilter na het reinigen
te bevestigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.)
• Zet de aanduiding " " of "Tijd om het filter te
reinigen" dat op de afstandsbediening wordt
weergegeven uit nadat u de stroom heeft
ingeschakeld.
• Zie voor details de gebruiksaanwijzing die bij de
afstandsbediening wordt geleverd.
U kunt de melding altijd uitschakelen, zowel
tijdens de werking of bij stilstand.
Schakel de stroomonderbreker ten minste
6 uur voor de bediening in.
• Dit is nodig om de unit te beschermen door hem
vlot te activeren.
• Het scherm op de afstandsbediening wordt
getoond wanneer de stroomonderbreker wordt
aangezet.
VERWARMINGSFUNCTIE binnen de 6 uur nadat
de stroomonderbreker is ingeschakeld.
• Sommige modellen voeren de volgende
handeling uit om de apparaten te beschermen.
Als de VERWARMINGSFUNCTIE binnen 6 uur
na inschakelen van de stroomonderbreker wordt
uitgevoerd, stopt de ventilator in de binnenunit
gedurende 10 minuten tijdens de werking van
de buitenunit om de apparaten te beschermen.
Bovenstaande handeling wordt niet alleen op het
moment van installatie uitgevoerd, maar telkens
als de stroomonderbreker aan/uit wordt gezet.
Voor een comfortabele verwarming, raden we
aan om de stroomonderbreker niet uit te
schakelen tijdens de VERWARMINGSFUNCTIE.
Maak de luchtfilter schoon.
• Vergeet niet het luchtfilter weer te monteren nadat
het is schoongemaakt.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.)
9.DE AIRCONDITIONER IS NIET
DEFECT
Volgende symptomen duiden niet op een probleem
met de airconditioner
• VERWARMINGSFUNCTIE binnen de 6 uur
nadat de stroomonderbreker is ingeschakeld.
Sommige modellen voeren de volgende
handeling uit om de apparaten te beschermen.
Als de VERWARMINGSFUNCTIE binnen 6 uur
na inschakelen van de stroomonderbreker wordt
uitgevoerd, stopt de ventilator in de binnenunit
gedurende 10 minuten tijdens de werking van de
buitenunit om de apparaten te beschermen.
Bovenstaande handeling wordt niet alleen op het
moment van installatie uitgevoerd, maar telkens
als de stroomonderbreker aan/uit wordt gezet.
Voor een comfortabele verwarming, raden we
aan om de stroomonderbreker niet uit te
schakelen tijdens de VERWARMINGSFUNCTIE.
I.HET SYSTEEM WERKT NIET
•Het systeem start niet onmiddellijk opnieuw
nadat de AAN/UIT-knop is ingedrukt.
•Het systeem wordt niet direct in werking
gesteld als de TEMPERATUURINSTELLINGtoets in de vorige stand wordt teruggezet
nadat de toets is ingedrukt.
Als de BEDRIJFS-indicator gaat branden,
functioneert het systeem normaal.
Het systeem wordt niet direct in werking gesteld
omdat er een beveiliging is geactiveerd om
overbelasting te voorkomen. Het systeem wordt
na ongeveer 3 minuten automatisch opnieuw in
werking gesteld.
Nederlands12
Page 14
•
Het systeem start niet wanneer het scherm
"" toont en enkele seconden knippert
nadat een bedieningstoets is ingedrukt.
Dit komt doordat het systeem centraal bestuurd
wordt. Wanneer het display knippert betekent dit
dat het systeem niet met de afstandsbediening
bestuurd kan worden.
•VERWARMINGSFUNCTIE binnen de 6 uur
nadat de airconditioner is ingeschakeld.
Sommige modellen voeren de volgende
handeling uit om de apparaten te beschermen.
Als de VERWARMINGSFUNCTIE binnen 6 uur
na inschakelen van de airconditioner wordt
uitgevoerd, stopt de ventilator in de binnenunit
gedurende ongeveer 10 minuten tijdens de
werking van de buitenunit om de apparaten
te beschermen.
Bovenstaande handeling wordt niet alleen op
het moment van installatie uitgevoerd, maar
telkens als de stroomonderbreker aan/uit
wordt gezet.
Schakel voor een comfortabel gebruik de
stroomonderbreker niet uit tijdens het
seizoensgebonden gebruik van de
VERWARMINGSFUNCTIE.
•De werking van de buitenunit stopt.
De binnentemperatuur heeft immers de
ingestelde temperatuur bereikt. De binnenunit
staat in de VENTILATORSTAND.
KOELFUNCTIE (AUTOMATISCHE
KOELFUNCTIE): zet de ingestelde temperatuur
lager.
VERWARMINGSFUNCTIE (AUTOMATISCHE
VERWARMINGSFUNCTIE): zet de ingestelde
temperatuur hoger.
Als het systeem zich in een normale toestand
bevindt, start de functie na een tijdje.
•Op de afstandsbediening wordt ""
getoond en er wordt geen lucht meer
geblazen.
Het systeem schakelt namelijk automatisch naar
de ONTDOOIFUNCTIE om te voorkomen dat de
verwarmingscapaciteit vermindert wanneer er
zich meer vorst vormt op de buitenunit.
Na 6 tot 8 minuten (maximum 10 minuten) keert
het systeem terug naar de originele stand.
II. DE BEDIENING STOPT SOMS.
•Op de afstandsbediening worden "U4" en
"U5" getoond en de werking stopt. Na een
paar minuten kan die evenwel opnieuw
worden hervat.
De communicatie tussen de units wordt namelijk
uitgeschakeld en de werking gestopt omwille
van ruis die wordt veroorzaakt door andere
apparaten dan de airconditioner.
Als de elektrische ruis vermindert, start het
systeem automatisch opnieuw.
III. DE VENTILATORSNELHEID VERSCHILT VAN
DE INGESTELDE SNELHEID.
•De ventilatorsnelheid verandert niet, zelfs
niet als u op de knop voor regeling van de
ventilatorsnelheid drukt.
Voor de ONTDOOIFUNCTIE tijdens de
KOELFUNCTIE, wordt het luchtdebiet verlaagd
om te voorkomen dat smeltwater wordt
overgebracht.
Na een tijdje kunt u het luchtdebiet wijzigen.
(Het luchtdebiet kan niet worden ingesteld
voor het DROOGPROGRAMMA.)
Als de kamertemperatuur hoger is dan de
ingestelde temperatuur, gaat de binnenunit naar
de stille stand. Het duurt even vooraleer het
luchtdebiet verandert.
Verhoog de ingestelde temperatuur. Na een
tijdje verandert de luchtstroomsnelheid.
IV. DE LUCHTUITBLAASRICHTING IS NIET
ZOALS OPGEGEVEN.
•De huidige luchtuitblaasrichting is niet zoals
aangegeven op de afstandsbediening.
•De automatische draai-instelling werkt niet.
De luchtstroomsnelheid wordt namelijk
automatisch geregeld.
Na een tijdje kunt u de luchtstroomrichting
wijzigen.
V. DE LUCHTSTROOMRICHTING VERSCHILT
VAN WAT OP HET SCHERM VAN DE
AFSTANDSBEDIENING WORDT GETOOND.
•De jaloezieën draaien niet wanneer de
afstandsbediening de draaifunctie toont.
<VERWARMEN>
Dat komt doordat de luchtstroomrichting zodanig
wordt geregeld dat die horizontaal is nadat de
functie start of als de binnentemperatuur hoger
is dan de ingestelde temperatuur. Hierdoor
wordt vermeden dat de lucht rechtstreeks op uw
lichaam wordt geblazen.
Na een tijdje start de draaifunctie.
(Zie "BEWEGING VAN DE JALOEZIEËN"
op pagina 9.)
•De op de afstandsbediening weergegeven
luchtstroomrichting verschilt van de
werkelijke richting van de jaloezieën.
<KOELFUNCTIE en DROOGPROGRAMMA>
Als de luchtstroom omlaag gericht is, verschilt
de luchtstroomrichting een tijdje van die op het
scherm om te voorkomen dat er zich vorst vormt
op de jaloezieën.
Na een tijdje verandert de luchtstroomrichting in
de ingestelde richting.
(Zie "BEWEGING VAN DE JALOEZIEËN" op
pagina 9.)
13Nederlands
Page 15
<VERWARMEN>
Dat komt doordat de luchtstroomrichting zodanig
wordt geregeld dat die horizontaal is nadat de
functie start of als de binnentemperatuur hoger
is dan de ingestelde temperatuur. Hierdoor
wordt vermeden dat de lucht rechtstreeks op
uw lichaam wordt geblazen.
Na een tijdje verandert de luchtstroomrichting
in de ingestelde richting.
(Zie "BEWEGING VAN DE JALOEZIEËN"
op pagina 9.)
VI. DE JALOEZIEËN SLUITEN NIET.
•De jaloezieën sluiten niet, zelfs niet als de
werking stopt.
Als de luchtstroom omlaag is gericht om
condensatie op de jaloezieën te voorkomen,
sluiten de jaloezieën en gaan ze vervolgens
weer open.
Na een tijdje sluiten ze opnieuw.
VII.ER KOMT WITTE NEVEL UIT EEN UNIT
•Wanneer de vochtigheid hoog is tijdens de
KOELFUNCTIE (op vette of stoffige plaatsen)
Indien de binnenkant van een binnenunit
bijzonder vervuild is, wordt de
temperatuurverspreiding in een kamer ongelijk.
Het is nodig de binnenkant van de binnenunit te
reinigen. Vraag uw Daikin dealer om gegevens
over het reinigen van de unit. Dit is immers het
werk van een bekwaam servicetechnicus.
Controleer de gebruiksomgeving.
•Als de bediening naar de VERWARMINGSFUNCTIE gaat tijdens of na de
ONTDOOIFUNCTIE.
Het door het ontdooien gegenereerde vocht
wordt stoom en zweeft in het rond.
Als op de afstandsbediening "" wordt
getoond, staat de unit op ONTDOOIEN.
VIII.DE AIRCONDITIONERS MAKEN LAWAAI
•Nadat het apparaat is gestart, hoort u een
gonzend geluid.
Dit geluid wordt gegenereerd door de
aandrijfmotoren van de jaloezieën.
Na ongeveer een minuut wordt het stiller.
•Er is een voortdurend laag sisgeluid te horen
wanneer de systemen in de stand KOELING
of ONTDOOIEN staan.
Dit is het geluid van het koelgas dat door zowel
de binnen- als buitenunits stroomt.
•Er is een sisgeluid te horen bij het starten of
onmiddellijk nadat de werking is gestopt, of
aan het begin of onmiddellijk na het stoppen
van het ONTDOOIEN.
Dit is het geluid van koelmiddel, veroorzaakt
door het stoppen en veranderen van de stroom.
Tijdens het VERWARMEN schakelt het systeem
automatisch over naar de stand ONTDOOIEN.
Op de afstandsbediening verschijnt "".
Na 6 tot 8 minuten (maximum 10 minuten) keert
het systeem terug naar de originele stand.
•Het apparaat maakt een geluid dat klinkt als
"shah" in de stand KOELEN of terwijl het
uitgeschakeld is.
Vocht dat tijdens het KOELEN uit de lucht
binnen wordt verwijderd, wordt afgevoerd. (De
afvoer wordt als optioneel onderdeel geleverd.)
•Er is een piepgeluid te horen wanneer het
systeem in bedrijf is of nadat het systeem is
gestopt.
Dit geluid wordt veroorzaakt door het uitzetten en
inkrimpen van plastic onderdelen.
IX. STOF VAN DE UNITS
•Wanneer het systeem gestart wordt nadat het
langere tijd niet in gebruik is geweest, kan er
stof uit de unit worden geblazen.
Stof dat in de unit terecht is gekomen wordt naar
buiten geblazen.
X. DE UNITS GEVEN EEN GEUR AF
•Tijdens de werking
De unit neemt de geur van de kamer, de
meubelen, sigaretten, enz. op en geeft ze dan
weer vrij.
Als de geur een probleem is, kunt u de
luchtstroomsnelheid op nul zetten als de
binnentemperatuur de ingestelde temperatuur
heeft bereikt.
Neem voor meer informatie contact op met uw
Daikin-verdeler.
XI. HET APPARAAT KOELT NIET EFFICIËNT.
•Het apparaat staat in de stand voor
droogprogramma.
De stand voor droogprogramma zorgt er
namelijk voor dat de binnentemperatuur zo
weinig mogelijk daalt.
Verlaag de binnentemperatuur via de stand
KOELEN en gebruik daarna het
DROOGPROGRAMMA.
(Zie "KENMERKEN VAN HET
DROOGPROGRAMMA" op pagina 8.)
• Lees de kenmerken van KOELEN, de
kenmerken van VERWARMEN en de
kenmerken van het DROOGPROGRAMMA
op pagina 7, 8.
Nederlands14
Page 16
10. IN GEVAL VAN PROBLEMEN
IN GEVAL VAN PROBLEMEN
Controleer het volgende voor u een
serviceoproep doet.
1. Indien het systeem helemaal niet werkt.
• Controleer of er een zekering is doorgebrand.
Schakel de voeding uit.
•
Controleer of de stroomonderbreker is
doorgebrand.
Zet de stroom aan terwijl de stroomonderbreker uit staat.
Zet de stroom niet aan als de stroomonderbreker
in de uitschakelpositie staat.
(Neem contact op met uw verdeler.)
Lipje
Uitschakelpositie
Stroomonderbreker (aardlekschakelaar)
• Controleer of er een stroompanne is.
Wacht totdat de voeding is hersteld. Indien er
zich tijdens de werking van het systeem een
stroomstoring voordoet, start het systeem
weer vanzelf, onmiddellijk nadat de stroom
hersteld is.
2. Het systeem stopt nadat de werking is
beëindigd.
• Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van de
buiten- of binnenunit geblokkeerd is door een
voorwerp.
Verwijder de belemmering en zorg ervoor dat
de lucht vrij kan stromen.
• Controleer of het luchtfilter verstopt is.
Vraag een gekwalificeerd servicetechnicus
om de luchtfilters te reinigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.)
Als het luchtfilter verstopt is, zal de
luchtstroomsnelheid dalen, en bijgevolg
zal ook de prestatie verminderen.
Bovendien kan hierdoor condens worden
gevormd op de luchtuitlaat.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.)
3. Het systeem werkt, maar koelt of verwarmt
onvoldoende.
• Indien de luchtinlaat of -uitlaat van de binnen- of
buitenunit geblokkeerd is door een voorwerp.
Opmerking:Na een tijdje sluiten de jaloezieën
op de luchtuitlaat waarmee de
luchtstroom in verticale richting kan
worden gericht en stopt het apparaat.
Verwijder de belemmering en zorg ervoor dat
de lucht vrij kan stromen.
Belemmeringen verlagen de
luchtstroomsnelheid, verminderen de
prestaties en veroorzaken defecten als
afgevoerde lucht wordt aangezogen.
Er wordt elektriciteit verspild waardoor
de apparaten mogelijk stoppen.
• Indien het luchtfilter verstopt is.
Vraag een gekwalificeerd servicetechnicus
om de luchtfilters te reinigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.)
Als het luchtfilter verstopt is door stof of vuil,
zal het luchtstroomvolume van de
airconditioner dalen en zullen de prestaties
van de airconditioner achteruitgaan.
Bovendien kan hierdoor condens worden
gevormd op de luchtuitlaat.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 10.)
• Als de ingestelde temperatuur niet juist is
(Stel in op een geschikte temperatuur,
luchtstroomsnelheid en blaasrichting.).
• Als de knop VENTILATORSNELHEID is
ingesteld op LAGE SNELHEID (Stel in op een
geschikte temperatuur, luchtstroomsnelheid
en blaasrichting.).
• Als de luchtstroomhoek niet juist is (Stel in op
een geschikte temperatuur,
luchtstroomsnelheid en blaasrichting.).
• Indien de deuren en ramen open zijn. Sluit de
deuren of ramen om te voorkomen dat de wind
naar binnen waait.
• Indien rechtstreeks zonlicht de kamer binnen
komt (tijdens koeling).
Gebruik gordijnen of jaloezieën.
• Als er te veel mensen in de kamer zijn (bij het
koelen).
• Indien de warmtebron in de kamer te hoog is
(tijdens koeling).
4. Hoewel er niet op de aan/uit-knop werd
gedrukt, is het apparaat gestart of gestopt.
• Bent u zeker dat u de AAN/UIT-timer niet heeft
gebruikt?
Zet de AAN/UIT-timer uit.
• Bent u zeker dat er geen afstandsbediening is
aangesloten?
Neem contact op met de centrale
controlekamer die de stop heeft aangestuurd.
• Bent u zeker dat het scherm voor
gecentraliseerde regeling niet brandt?
Neem contact op met de centrale
controlekamer die de stop heeft aangestuurd.
Als het probleem niet is opgelost nadat u bovenste
punten heeft gecontroleerd, probeer het dan niet
zelf te herstellen. Vraag in dergelijke gevallen uw
plaatselijke verdeler altijd om hulp. Vermeld daarbij
het symptoom en de naam van het model (staat op
het etiket van de fabrikant).
15Nederlands
Page 17
Als één van de volgende storingen zich
WAARSCHUWING
Koel
Instellen
28
°C
Fout: druk op knop Menu
Bedrijfslampje
Informatie contact
0123–4567–8900
Binnenmodel
–––
/000
Foutcode:A1
Buitenmodel
–––
/000
Terug
voordoet, neemt u de getoonde maatregelen
en contacteert u uw Daikin-verdeler.
Het systeem moet worden hersteld door een
bevoegd servicetechnicus.
Als u iets abnormaals merkt aan de
airconditioner (een brandlucht e.d.), haalt
u direct de stekker uit het stopcontact
Wanneer u het apparaat gewoon ingeschakeld
laat, kan het defect raken, gevaar voor
elektrische schokken of brand ontstaan.
Neem contact op met uw verdeler.
• Uw product en de batterijen die met de
afstandsbediening zijn meegeleverd, zijn met dit
symbool gemarkeerd. Dit symbool betekent dat
u geen elektrische en elektronische producten
en batterijen mag mengen met niet-gesorteerd,
huishoudelijk afval.
11. VEREISTEN VOOR
VERWIJDERING
Bij batterijen is mogelijk een scheikundig
symbool onder het symbool gedrukt. Dit
scheikundige symbool betekent dat de
batterij een zwaar metaal bevat boven
een bepaalde concentratie. Mogelijke
scheikundige symbolen zijn:
Pb: lood (> 0,004%)
Probeer het systeem niet zelf te ontmantelen: het
ontmantelen van het product en het behandelen van het
koelmiddel, olie en/of andere onderdelen moeten gebeuren
door een bevoegde monteur in overeenstemming met de
relevante lokale en nationale wetgeving.
De units en oude batterijen moeten bij een gespecialiseerd
behandelingsbedrijf worden behandeld voor hergebruik,
recycling en terugwinning.
Door voor de juiste afvalverwijdering te zorgen, draagt u bij
aan het voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen voor
het milieu en de gezondheid van de mens.
Voor meer informatie, gelieve contact op te nemen met
de monteur of de lokale overheid.
• Als een veiligheidsinrichting zoals een zekering,
stroomonderbreker of aardlekschakelaar
frequent wordt geactiveerd;
Maatregel: de hoofdschakelaar niet aanzetten.
• Wanneer de AAN/UIT knop niet goed werkt;
Maatregel: de hoofdschakelaar uitzetten
• Als water uit de unit lekt.
Maatregel: de werking stilzetten.
Als er zich een fout voordoet, knipperen het
foutpictogram
•op het basisscherm en het
bedrijfslampje.
•Als er zich een
waarschuwing voordoet,
zal alleen het foutpictogram
knipperen en niet het
bedrijfslampje.
•Om de foutcode en de contactinformatie
weer te geven, drukt u op de Menu/Enterknop.
•De foutcode knippert en het contactadres en
de modelnaam verschijnen.
•Meld de foutcode en de modelnaam aan uw
Daikin-verdeler.
Nederlands16
Page 18
4P465287-1C 2017.03
Copyright 2017 Daikin
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.