Casio 2453 Owner's Manual [nl]

Module nr. 2453 2453-1
Gebruik de tijdfunctie om de huidige tijd en datum
1. In de tijdfunc
tie, hou A ingedrukt totdat de
1. In de tijdfunctie, hou A ingedrukt totdat de
Telememo maakt het mogelijk dat
u tot en met
horloge worden gesorteerd.
ALGEMENE GEBRUIKSAANWIJZING
Druk op C om van functie te veranderen.
In een willekeurige functie, druk op L om het display te verlichten
TIJDFUNCTIE
in te stellen en te bekijken. U kunt de tijdfunctie ook gebruiken om het kleurpatroon van het display te selecteren.
1. In de tijdfunctie, hou A ingedrukt totdat de secondecijfers beginnen te
knipperen, wat inhoudt dat het instelscherm is geselecteerd.
2. Druk op C om het knipperen op de volgende wijze te veranderen om
andere instellingen te selecteren.
3. Als de instelling die u wilt wijzigen knippert, druk op D en B om het als
hieronder beschreven te wijzigen.
Om deze instelling te wijzigen Voer deze operatie uit
Seconden Druk op D om deze op 00 in te stellen DST Druk op D om van de zomertijd (On) naar
Uur, minuten, jaar, maand, dag Gebruik D (+) en B (-) om de instelling te wijzigen Kleurpatroon Gebruik D en B om de instelling van het
Door op D te drukken als de secondetelling in het bereik van 30 tot en
met 59 is, worden de seconden op 00 ingesteld en de minutentelling met 1 verhoogd. In het bereik van 00 tot en met 29 blijft de minutentelling ongewijzigd.
Zie “Zomertijd (DST)” voor details over de DST instelling.
Zie “Instelling kleurpatroon” voor gedetailleerde informatie over de
instelling van het kleurpatroon.
4. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
De dag van de week wordt automatisch overeenkomstig de
datuminstellingen (jaar, maand en dag) getoond.
Het jaartal kan in het bereik van 2000 tot en met 2039 worden
ingesteld.
De in het horloge ingebouwde volautomatische kalender houdt
automatisch rekening met verschillende maandlengtes en schrikkeljaren. Nadat u eenmaal de datum heeft ingesteld, dient er geen reden meer te zijn deze te wijzigen, behalve nadat u de batterijen van het horloge vervangen heeft.
Tussen 12-uur en 24-uur weergave kiezen
In de tijdfunctie, druk op D om tussen 12 -uur weergave (aangegeven door A of P op het display) en 24-uur weergave te kiezen.
Bij de 12 -uur weergave verschijnt de P (PM) indicator links van de
uurcijfers bij tijden in het bereik 12 uur ’s middags tot middernacht en verschijnt de A (AM) indicator links van de uurcijfers bij tijden in het bereik van middernacht tot 12 uur ’s middags.
de standaardtijd (Of) en vice versa te gaan
kleurpatroon te wijzigen.
Bij de 24 -uur weergave wordt bij alle tijden geen indicator getoond.
De 12 -uur/24-uur weergave die u in de tijdfunctie selecteert, wordt in
alle functies toegepast.
Zomertijd (DST)
Zomertijd (DST) zet automatisch de tijd een uur vooruit ten opzichte van de standaardtijd. Let er op dat niet alle landen of zelfs locale gebieden gebruik maken van zomertijd.
De tijdfunctietijd van DST naar de standaardtijd en vice versa wijzigen
secondecijfers beginnen te knipperen, wat inhoudt dat het instelscherm geselecteerd is.
2. Druk eenmaal op C om het DST instelscherm te tonen dat wordt
aangegeven door een knipperende ON (DST on) of OFF (DST off) indicator.
3. Druk op D om van de zomertijd (On getoond) naar de standaardtijd (Off
getoond) en vice versa te gaan.
4. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
De DST indicator verschijnt op het scherm om te tonen dat de zomertijd
is ingeschakeld.
Instelling kleurpatroon
Dit horloge is uitgevoerd met twee kleuren LCD-panelen die het mogelijk maken om uit 12 verschillende kleurpatronen te kiezen.
De instelling van het kleurpatroon veranderen
2. Gebruik C om door de diverse instelschermen te bladeren totdat het kleurpatroon instelscherm (aangegeven door een knipperende COL indicator) op het display getoond wordt.
3. Gebruik B en D om het gewenste kleurpatroon te selecteren.
4. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
TELEMEMO
secondecijfers beginnen te knipperen, wat inhoudt dat het instelscherm geselecteerd is.
30 gegevenssets, elk bevattende naam en telefoonnummer gegevens, op kunt slaan. Gegevens worden automatisch gesorteerd op naam. U kunt gegevens oproepen door op het display door ze te bladeren.
Zie “gegevenslijst” op de achterzijde van
deze ge bruiksaanwijzing voor gedetailleerde informatie over hoe gegevens door het
Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in de telememo functie die u selecteert door op C te drukken.
2453-2
1. In de telememo functie, gebruik B en D om
(zonder naam en telefoonnummer).
U kunt vijf onafhankelijke dagelijkse
horloge elk heel uur twee keer een s
ignaal geeft.
1. In de alarmfunctie, druk op D om door de
Een nieuwe telememo gegevenset aanmaken
door de gegevensschermen te bladeren totdat het nieuwe gegevens scherm verschijnt.
Het nieuwe gegevens scherm is het lege scherm
Als het nieuwe gegevens scherm niet verschijnt, betekent dit dat het
geheugen vol is. Om een nieuwe gegevensset op te slaan dient u eerst een in het geheugen opgeslagen gegevensset te verwijderen.
2. Hou A ingedrukt totdat de knipperende cursor (-) in het naamgedeelte van het display verschijnt, wat inhoudt dat het instelscherm geselecteerd is.
3. Gebruik D en B om het karakter op de positie van de cursor in het naamgebied te veranderen. Het karakter verandert op de volgende wijze.
4. Als het gewenste karakter zich op de positie van de cursor bevindt, druk op C om de cursor naar rechts te verplaatsen.
5. Herhaal stap 3 en 4 totdat de naam compleet is.
U kunt tot en met acht karakters voor de naam invoeren.
6. Nadat u de naam heeft ingevoerd, druk op C zoveel als nodig om de cursor naar het nummergebied te verplaatsen.
Als de cursor zich op de achtste positie van het naamgebied bevindt,
gaat deze naar het eerste cijfer van het nummer als u deze naar rechts verplaatst. Als de cursor zich op het twaalfde cijfer van het nummer bevindt, gaat deze naar het eerste karakter van het naamgebied als u deze naar rechts verplaatst (door op C te drukken).
7. Gebruik D en B om het karakter (verbindingsstreepje, nummer of spatie) op de positie van de cursor in het naamgebied te veranderen. Het karakter verandert op de volgende wijze.
De boodschap CLR verschijnt om aan te geven dat de gegevensset
verwijderd is. Nadat de gegevensset verwijderd is, verschijnt de cursor op het display, klaar voor invoer van gegevens.
4. Voer gegevens in of druk op A om terug te keren naar het telememo
gegevensscherm.
ALARMEN
alarmtijden instellen. Als een alarm is ingeschakeld, klinkt het alarmsignaal als de tijd bereikt is. Een van de alarmen is een wekalarm, terwijl de andere vier normale (geen wek-) alarmen zijn die 20 seconden klinken. U kunt ook een uursignaal inschakelen waarna het
Het wekalarm gaat elke vijf minuten af met een maximum van zeven
keer.
Het alarmnummer op het display geeft het alarmtype aan, zoals hieronder
beschreven. AL1 tot en met AL4: normaal alarmscherm SNZ: wekalarm scherm SIG: uursignaal
Alarminstellingen (en uursignaal instellingen) zijn beschikbaar in de
alarmfunctie, die u kunt selecteren door op C te drukken.
Een alarmtijd instellen
alarmschermen te bladeren totdat het scherm waarvan u de tijd wilt instellen getoond wordt.
8. Als het gewenste karakter zich op de positie van de cursor bevindt, druk op C om de cursor naar rechts te verplaatsen.
9. Herhaal stap 7 en 8 totdat de invoer van het nummer is afgerond.
U kunt tot en met 12 cijfers voor het nummer invoeren.
Het nummer bevat aanvankelijk allemaal verbindingsstreepjes. U kunt
de verbindingsstreepjes laten staan of deze vervangen door nummers of spaties.
10.Druk op A om uw gegevens op te slaan en terug te keren naar het telememo gegevensscherm (zonder de cursor).
Bij de naam kunnen slechts drie karakters op een moment getoond
worden, bij een langere naam bladert deze daarom continu van rechts naar links. Het laatste karakter wordt getoond door het symbool ? daarna.
Telememo gegevens oproepen
In de telememo functie, gebruik D (+) en B (-) om door de telememo gegevens op het display te bladeren.
Een telememo gegevensset veranderen
1. In de telememo functie, blader door de gegevens en toon de gewenste gegevens die u wilt wijzigen.
2. Hou A ingedrukt totdat de knipperende cursor op het display verschijnt.
3. Gebruik C om het knipperen naar het karakter dat u wilt wijzigen te verplaatsen.
4. Gebruik B en D om het karakter te wijzigen.
Voor gedetailleerde informatie over het invoeren van karakters, zie “Een nieuwe telememo gegevensset aanmaken” (stap 3 voor naaminvoer en 7 voor nummerinvoer).
5. Nadat u de gewenste wijzigingen heeft gemaakt, druk op A om deze op te slaan en terug te keren naar het telememo gegevensscherm.
Een telememo gegevensset verwijderen
1. In de telememo functie, blader door de gegevens en toon de gewenste gegevensset die u wilt verwijderen.
2. Hou A ingedrukt totdat de knipperende cursor op het display verschijnt.
3. Druk tegelijkertijd op B en D om de gegevensset te verwijderen.
2. Nadat u een alarm geselecteerd heeft, hou A ingedrukt totdat de
uurcijfers van het alarm beginnen te knipperen, wat laat zien dat het instelscherm geselecteerd is.
Door deze bedienin g wordt het alarm automatisch ingeschakeld.
3. Druk op C om het knipperen van de uurcijfers naar de minutencijfers en omgekeerd te veranderen.
4. Als een instelling knippert, druk op D (+) en B (-) om deze te veranderen.
Als u de alarmtijd instelt met gebruikmaking van het 12 -uur formaat,
let er dan op dat u de tijd correct als a.m. (A indicatie) of p.m. (P indicatie) instelt.
5. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
Alarm bediening
Vanaf het moment dat de tijd van de tijdfunctie een uur voor de alarmtijd bereikt, verandert het patroon op het display elke seconde. Deze pre -alarm functie laat u zien dat een alarmtijd bijna bereikt wordt. Als de alarmtijd bereikt is, klinkt een signaal gedurende 20 seconden. In het geval van een wekalarm wordt het alarm maximaal zeven keer elke vijf minuten herhaald totdat het alarm uitgeschakeld wordt.
Door op een willekeurige knop te drukken, stopt de pre-alarm functie of het alarmsignaal.
De pre -alarm functie werkt uitsluitend in de tijdfunctie.
Het alarm testen
In de alarmfunctie, hou B ingedrukt om het alarm te laten klinken.
Een normaal 20-seconde alarm en het uursignaal in- en uitschakelen
1. In de alarmfunctie, druk op D om een normaal 20-seconde alarm (AL1 tot en met AL4) of het uursignaal (SIG) te selecteren.
2. Als het gewenste alarm of het uursignaal is geselecteerd, druk op B om deze in of uit te schakelen.
Loading...
+ 2 hidden pages