Bosch WAK282S1NL User manual

Page 1
Wasmachine WAK282S1NL
nl Gebruiksaanwijzing en installatievoorschrift
Page 2

Uw nieuwe wasmachine

U hebt gekozen voor een premium wasmachine van het merk Bosch.
Om aan de hoge kwaliteitsstandaard van het merk Bosch te voldoen, is de werking en de onberispelijke toestand van elke wasmachine die onze fabriek verlaat, zorgvuldig getest.
Verdere informatie over onze producten, toebehoren, reserveonderdelen en Service onder www.bosch-home.com of neem contact op met onze Servicedienst.
Waar de gebruiksaanwijzing/ installatievoorschrift verschillende modellen beschrijft, wordt op de desbetreffende punten op de verschillen gewezen.
De wasmachine pas na het lezen van de gebruiksaanwijzing en installatievoorschrift in gebruik nemen!

Weergaveregels

: Waarschuwing!

Deze combinatie van symbool en signaalwoord wijst op een mogelijke gevaarlijke situatie. Niet aanhouden kan de dood of ernstig letsel tot gevolg hebben.

Attentie!

Dit signaalwoord wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie. Niet aanhouden kan materiële schade of schade aan het milieu tot gevolg hebben.

Aanwijzing/tip

Aanwijzingen voor optimaal gebruik van het apparaat / nuttige informatie.

1. 2. 3. / a) b) c)

Handelingsstappen wroden voorafgegaan door getallen of letters.
/ -
Opsommingen worden door een vakje of een schuine streep voorafgegaan.
2
Page 3
nl
Inhoudsopgave
nl Gebruiksaanwijzing en installatievoorschrift
8 Correct gebruik van het apparaat
4
(Veiligheidsvoorschriften . . . . . . .5
Elektrische veiligheid . . . . . . . . . . . . . 5
Kans op letsel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Veiligheid voor kinderen . . . . . . . . . . . 5
7 Milieubescherming . . . . . . . . . . .7
Verpakking/Oude apparaat . . . . . . . . 7
Besparingstips . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Y Het belangrijkste in het kort . . . .8
* Het apparaat leren kennen . . . . .9
Wasmachine . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . 10
Display . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Z Wasgoed. . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
Wasgoed voorbereiden . . . . . . . . . . 11
Wasgoed sorteren . . . . . . . . . . . . . . 11
C Wasmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . .12
Juiste wasmiddelkeuze . . . . . . . . . . . 12
Energie en wasmiddel besparen . . . 12
/ Programma-overzicht . . . . . . . .13
Programma's op de programmakiezer
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Stijven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Verven/Ontkleuren . . . . . . . . . . . . . . 15
Inweken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
0 Programmavoorinstellingen . . .16
Temperatuur (Temp °C) . . . . . . . . . . 16
Centrifugetoerental (Omw./min) . . . . 16
Klaar in-tijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
\ Extra programma-instellingen
kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
G SpeedPerfect. . . . . . . . . . . . . . . 17
F EcoPerfect . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
{ Licht strijken . . . . . . . . . . . . . . . . .17
1 Apparaat bedienen . . . . . . . . . . 17
Wasmachine voorbereiden . . . . . . . .17
Programma kiezen/Apparaat
inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
Programmavoorinstellingen wijzigen .18 Extra programma-instellingen kiezen.18
wasgoed in de trommel doen . . . . . .18
Vullen met was- en
wasverzorgingsmiddel. . . . . . . . . . . .18
Starten van het programma. . . . . . . .19
Kinderslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
Wasgoed bijvullen . . . . . . . . . . . . . . .20
Programma wijzigen . . . . . . . . . . . . .20
Afbreken van het programma . . . . . .20
Programma-einde met instelling
Spoelstop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
Einde van het programma. . . . . . . . .21
Wasgoed uitnemen / apparaat
uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
H Sensoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Beladingsautomaat . . . . . . . . . . . . . .22
Onbalans-controlesysteem . . . . . . . .22
VoltCheck . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
M Signaalinstelling . . . . . . . . . . . . 23
2 Reinigen en onderhouden . . . . 24
Buitenkant van het apparaat/
Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . .24
Wastrommel . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
Ontkalken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
Wasmiddellade en behuizing . . . . . .24
Afvoerpomp verstopt . . . . . . . . . . . . .24
Afvoerslang aan de sifon verstopt . . .25
Zeef in de watertoevoer verstopt. . . .25
3 Storingen, wat te doen? . . . . . . 26
Noodontgrendeling . . . . . . . . . . . . . .26
Aanwijzingen op het display . . . . . . .27
Storingen, wat te doen?. . . . . . . . . . .27
3
Page 4

nl Correct gebruik van het apparaat

4 Servicedienst . . . . . . . . . . . . . . 29
[ Verbruikswaarden. . . . . . . . . . . 30
Energie- en waterverbruik, programmaduur en restvochtgehalte
van het hoofdwasprogramma . . . . . 30
Efficiëntste programma’s voor katoenen
textielsoorten . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
J Technische gegevens. . . . . . . . 31
5 Plaatsen en aansluiten. . . . . . . 32
Leveringsomvang . . . . . . . . . . . . . . 32
Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . . 32
De juiste plaats . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Plaatsing op een sokkel of op een
houten vloer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Onderbouw/inbouw van het apparaat in
een rij keukenmeubelen . . . . . . . . . 33
Transportbeveiligingen verwijderen.. 33 Lengte van de slangen en de
aansluitkabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Watertoevoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Waterafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Stellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . 37
Vóór de eerste was . . . . . . . . . . . . . 37
Transporteren . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
8 Correct gebruik van
het apparaat

Correct gebruik van het apparaat

Uitsluitend voor privé, huishoudelijk
gebruik en voor gebruik in de huiselijke omgeving.
De wasmachine is geschikt voor
textiel dat in de machine en voor wol die in zeepsop, met de hand, gewassen mag worden.
Voor gebruik met koud leidingwater
en in de handel verkrijgbare wasmiddelen die geschikt zijn voor de wasmachine.
Neem bij de dosering van alle was-,
hulp-, verzorgings- en reinigingsmiddelen beslist de aanwijzingen van de fabrikant in acht.
De wasmachine kan worden
bediend door kinderen vanaf 8 jaar, door personen met fysieke, sensorische of psychische beperkingen of door personen met gebrekkige ervaring of kennis, indien deze onder toezicht staan of door een verantwoordelijke persoon zijn geïnstrueerd. Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- of onderhoudswerkzaamheden uitvoeren.
Huisdieren uit de buurt van de
wasmachine houden!
U dient de gebruiksaanwijzing, het installatievoorschrift en alle meegeleverde informatie over uw wasautomaat door te lezen en in overeenstemming hiermee te handelen.
Bewaar alle gegevens voor later gebruik.
4
Page 5
Veiligheidsvoorschriften nl
(Veiligheidsvoorschrifte
n
Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Bij contact met onderdelen die onder spanning staan bestaat het risico van een elektrische schok.
De stekker nooit aanraken
met natte handen.
Trek wanneer u de machine
van de stroom haalt altijd aan de stekker en niet aan het snoer, omdat dit beschadigd kan raken.
Kans op letsel
:Waarschuwing
Risico van letsel!
Wanneer de wasmachine
wordt opgetild aan uitstekende onderdelen (bijv. de vuldeur), kunnen deze onderdelen afbreken en letsel veroorzaken. De wasmachine niet optillen aan uitstekende onderdelen.
Wanneer iemand op de
wasmachine gaat staan, kan het werkblad breken en letsel ontstaan. Niet op de wasmachine gaan staan.
Bij het leunen/steunen op de
geopende vuldeur kan de wasmachine kantelen en letsel veroorzaken. Leun niet op de geopende vuldeur.
Wanneer u met uw handen in
de draaiende trommel komt, kunnen deze letsel oplopen. Niet met uw handen in de draaiende trommel komen. Wacht tot de trommel niet meer draait.
:Waarschuwing
Risico van verbranding!
Bij het wassen met hoge temperaturen kunnen er bij aanraking met heet zeepsop, bijv. wanneer er heet zeepsop in een wastafel wordt gepompt, brandwonden ontstaan. Kom niet met uw handen in het hete zeepsop.
Veiligheid voor kinderen
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Kinderen kunnen bij het spelen met de wasmachine in levensgevaarlijke situaties raken of letsel oplopen.
Kinderen nooit zonder
toezicht bij de wasmachine laten!
Kinderen niet met de
wasmachine laten spelen!
5
Page 6
nl Veiligheidsvoorschriften
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Kinderen kunnen zichzelf opsluiten in apparaten en in levensgevaar komen. Bij afgedankte apparaten:
de stekker uit het
stopcontact halen.
aansluitkabel doorknippen
en samen met de stekker verwijderen.
het slot van de vuldeur
onklaar maken.
:Waarschuwing
Kans op stikken!
Kinderen kunnen zich bij het spelen in verpakkingen/folie en verpakkingsdelen wikkelen of deze over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingen, folie en verpakkingsdelen uit de buurt van kinderen.
:Waarschuwing
Risico van letsel!
Bij het wassen op hoge temperaturen wordt het glas van de vuldeur heet. Voorkom dat kinderen de hete vuldeur aanraken.
:Waarschuwing
Kans op vergiftiging!
Was- en verzorgingsmiddelen kunnen bij inname tot vergiftigingen leiden. Bewaar was- en wasverzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen.
:Waarschuwing
Oog-/huidirritaties!
Contact met was- en verzorgingsmiddelen kan leiden tot oog-/huidirritaties. Bewaar was- en wasverzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen.
6
Page 7

7 Milieubescherming

Milieubescherming
Verpakking/Oude apparaat
)
De verpakking milieuvriendelijk (laten) afvoeren.
Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment - WEEE).De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude apparaten.
Besparingstips
Maximale hoeveelheid wasgoed bij
het betreffende programma gebruiken. Programma-overzicht ~ Blz. 13
Normaal verontreinigd wasgoed
wassen zonder voorwas.
Milieubescherming nl
U kunt bij licht en normaal
verontreinigde was besparen op energie en wasmiddel. ~ Blz. 12
Energiebesparings-modus: de
verlichting van het display gaat na enkele minuten uit, Start knippert. Om de verlichting te activeren een willekeurige toets kiezen. De energiebesparings-modus wordt niet geactiveerd, wanneer er een programma loopt.
Als het wasgoed aansluitend in de
wasdroger wordt gedroogd: centrifugetoerental kiezen volgens de gebruiksaanwijzing bij de droogautomaat.
7
Page 8
nl Het belangrijkste in het kort
Y Het belangrijkste in
het kort
Het belangrijkste in het kort
1 @ @ @
Stekker in
Kraan opendraaien. Wasgoed sorteren. Vuldeur openen.
wandcontactdoos
--------
steken.
2 @ @ @
Programma kiezen bijv. Katoen.
--------
Max. belading op het display in acht nemen.
Trommel met wasgoed vullen.
3 @ @ @
Wasmiddel in de wasmiddelade doen.
Eventueel programma-
Eventueel extra instellingen kiezen.
voorinstellingen
--------
wijzigen.
4 @ @ @
Vuldeur sluiten.
Programma starten.
Einde van het programmaVuldeur openen en
wasgoed eruit halen.
--------
Programmakiezer op Ú zetten.
Kraan sluiten (bij modellen zonder Aquastop).
8
Page 9
* Het apparaat leren
kennen
Het apparaat leren kennen
Wasmachine
Het apparaat leren kennen nl
6 7
( Wasmiddellade ~ Blz. 18 8 Vuldeur met greep 0 Bedienings- en displayelementen 9S Vuldeur openen
9T Vuldeur sluiten @ Serviceklep
#
9
Page 10
nl Het apparaat leren kennen
Bedieningspaneel
+
( Temp. °C, Omw./min, Klaar in -tijd voor het wijzigen van de programma-voorinstellingen
0 G SpeedPerfect , F EcoPerfect, Q Licht strijken extra programma-instellungen
8 Start/reload (Start/bijvullen) om een programma te starten, te onderbreken (was bijvullen) of af te breken
@ Programmakiezer voor het kiezen van een programma en Aan/Uit-schakelaar
HDisplay voor instellingen en informatie
#
Display
Instellingen voor het gekozen programma
Cold - 90 °C Temperatuur Cold = koud – – –...1400* 0 Centrifugetoerental;
* max. toerental afhankelijk van het model
1:30 Programmaduur na programmakeuze in h:min (uren:minuten)
1 - 24h Klaar in Programma-einde na ... h (h=uur)
8,0 kg Maximale belading
Statusindicaties voor de programmavoortgang (programma-afloop):
9 ' 0 Einde : wassen, spoelen, centrifugeren, programmaduur of -einde
¼ : Vuldeur openen, was bijvullen
E : Kinderbeveilging
in omw./min (onwentelingen per minuut) ; – – – = spoelstop (zonder eindcentrifugeren)
10
Page 11
Wasgoed nl

Z Wasgoed

Wasgoed
Wasgoed voorbereiden
Attentie! Beschadiging van het apparaat/textiel
Vreemde voorwerpen (bijv. munten, paperclips, naalden, spijkers) kunnen het wasgoed, of onderdelen van de wasmachine beschadigen.
Neem daarom de volgende aanwijzingen in acht bij de voorbereiding van uw was:
Zakken leegmaken.
Metalen voorwerpen (zoals
paperclips) verwijderen.
Tere weefsels wassen in een
wasnet/zak (panty’s, beugel-BH's).
Ritssluitingen sluiten, overtrekken
dichtknopen.
Zand uit zakken en omslagen
borstelen.
Rollertjes van vitrage verwijderen of
in een apart netje / aparte zak doen.
Wasgoed sorteren
Houd u bij het sorteren van het wasgoed aan de aanwijzingen voor de verzorging en de opgaven van de producent, zoals aangegeven op de waslabels:
Soort weefsel/vezels
Kleur
Aanwijzing: Wasgoed kan
verkleuren of niet goed schoon worden. Witte en bonte was dient u apart te wassen. Nieuw bont wasgoed de eerste keer afzonderlijk wassen.
Mate van verontreiniging
Kies steeds wasgoed dat in dezelfde mate verontreinigd is. Enkele voorbeelden voor de mate van verontreiniging vindt u
~ Blz. 12
licht: niet voorwassen, eventueel
instelling Vario Speed kiezen
normaalsterk: minder wasgoed in de
machine doen, programma met voorwas kiezen
Vlekken: vlekken zolang ze nog
'vers' zijn, verwijderen/ voorbehandelen. Vervolgens met een sopje afdeppen / niet inwrijven. Wasgoed hierna wassen met een geschikt programma. Hardnekkige / ingedroogde vlekken verdwijnen pas na meerdere keren wassen.
Symbolen op de verzorgingslabels
Getallen in de symbolen verwijzen naar de maximaal in te stellen temperatuur van de machine. – M: geschikt voor normaal
wasproces; bijv. programma
Katoen
U : mild wasproces nodig; bijv.
programma Kreukherstellend
V : bijzonder mild
wasprogramma nodig, bijv. programma Fijn/Zijde
W : geschikt voor handwas; bijv.
programma W Wol
Ž : Wasgoed niet in de
wasmachine wassen.
11
Page 12
nl Wasmiddel

C Wasmiddel

Wasmiddel
Juiste wasmiddelkeuze
Voor de juiste wasmiddelkeuze, temperatuur en behandeling van het wasgoed is het waslabel doorslaggevend. ~ zie ook www.sartex.ch
Op de website www.cleanright.eu vindt u veel aanvullende informatie over was-, verzorgings- en reinigingsmiddelen voor huishoudelijk gebruik.
Totaal wasmiddel met optische
witmakers
geschikt voor kookbestendige witte was van linnen of katoen Programma: Katoen / Cold °C - max. 90 °C
Bontwasmiddel zonder
bleekmiddel en optische witmakers
geschikt voor bonte was van linnen of katoen Programma: Katoen / Cold°C - max. 60°C
Bonte-/fijnwasmiddel zonder
optisch witmiddel
geschikt voor bonte was van kreukherstellende vezels, synthetische materialen Programma: Kreukherstellend / Cold °C - max. 60°C
Fijnwasmiddel
geschikt voor kwetsbaar, fijn textiel, zijde of viscose Programma: Fijn/Zijde / Cold °C - max. 40°C
Wolwasmiddel
geschikt voor wol Programma Wol / Cold °C - max. 40°C
Energie en wasmiddel besparen
energie (lagere wastemperatuur) en wasmiddel.
Besparen Mate van verontreiniging /
Aanwijzing
Lagere tempera­tuur en minder wasmiddel vol­gens doseerad­vies
licht
Geen verontreiniging of vlek­ken zichtbaar. Kledingstukken hebben lichaamsgeur aange­nomen, bijv.:
lichte zomer-/sportkle-
ding (enkele uren gedra­gen)
T-shirts, overhemden ,
blouses, (max. 1 dag gedragen)
Beddengoed en handdoe-
ken van gasten (1 dag gebruikt)
normaal
Verontreiniging zichtbaar / of een paar lichte vlekken her­kenbaar, bijv.:
T-shirts, overhemden,
blouses, (bezweet, meer­dere malen gedragen)
Handdoeken, bedden-
goed (max. 1 week gebruikt)
Temperatuur vol­gens het waslabel en wasmiddel­hoeveelheid vol­gens doseeradvies /
sterk
Verontreiniging en/of vlek­ken duidelijk zichtbaar, bijv. theedoeken, babywas, werk­kleding
sterk verontrei­nigd
Aanwijzing: Bij dosering van alle was-/
hulp-/verzorgings- en reinigingsmiddelen moet u absoluut de aanwijzingen van de fabrikant en de overige aanwijzingen in acht nemen.
~ Blz. 18
U kunt bij licht en normaal verontreinigde was besparen op
12
Page 13
Programma-overzicht nl

/ Programma-overzicht

Programma-overzicht
Programma's op de programmakiezer
Programma / Soort wasgoed / Aanwijzingen Instellingen
Naam programma
Korte toelichting bij het programma, bijv. voor welke textielsoorten het geschikt is.
Katoen
stevig textiel, kookvast textiel van katoen of linnen. Katoen + Voorwas: programma met voorwas, wasmiddel over com-
partiment I en II verdelen
Aanwijzing: Bij instelling G SpeedPerfect geschikt als kort pro-
gramma voor licht verontreinigd wasgoed.
Kreukherstellend
Textiel van synthetische of gemengde weefsels. Kreukherstellend + Voorwas: programma met voorwas; wasmiddel
over compartiment I en II verdelen
Mix
gemengde stukken, van katoen en synthetisch textiel.
Fijn/Zijde
voor kwetsbaar textiel dat gewassen mag worden, zoals zijde, satijn, synthetische of gemengde weefsels (bijv. zijden blouses, of -sjaals).
Aanwijzing: Een machinewasmiddel gebruiken dat geschikt is voor
fijne was of zijde.
maximale belading; * minder belading bij instelling G
SpeedPerfect
te kiezen temperatuur
te kiezen centrifugetoerental; ** max. centrifugetoerental afhanke-
lijk van het model
mogelijke programma-instellingen
max. 8kg / 5* kg
Cold - 90 °C
– – – ... 1400** omw./min F, G, Q
max. 4 kg
Cold - 60 °C
– – – ... 1200 omw./min F, G, Q
max. 3,5 kg
Cold - 40 °C
– – – ... 1400** omw./min F, G, Q
max. 2 kg
Cold - 40 °C
– – – ... 800 omw./min F, G, Q
13
Page 14
nl Programma-overzicht
Programma / Soort wasgoed / Aanwijzingen Instellingen
W Wol
textiel van wol of met wol gemengde weefsels dat met de hand of in de wasmachine gewassen mag worden;
bijzonder mild wasprogramma om krimpen van het wasgoed te voor­komen, langere programmapauzes (het textiel rust in het waswater).
max. 2 kg
Cold - 40 °C
– – – ... 800 omw./min
-
Aanwijzingen
Wol is een dierlijk product, bijv. angora, alpaca, lama, schaap.
Een machinewasmiddel gebruiken dat geschikt is voor wol.
Spoelen
Extra spoelen met centrifugeren.
max. 8 kg
-
– – – ... 1400** omw./min
Q
Centrifugeren/Afpompen Extra centrifugeren met te kiezen centrifugetoerental. Moet alleen weggepompt worden, het centrifugetoerental op – – –
zetten.
Extra Snel 30’/ 15’ extra kort programma ca.30’/15’ minuten, geschikt voor licht veront-
reinigd wasgoed in kleine hoeveelheden
max. 8 kg
-
– – – ... 1400** omw./min
Q
max. 3,5 kg / 2 kg
Cold - 40 °C
– – – ... 1200 omw./min
-
Sport w
Textiel van microvezels voor sport en vrije tijd.
Aanwijzingen
Het wasgoed mag niet met wasverzachter behandeld worden.
Voor het wassen de wasmiddellade (alle bakjes) grondig ont-
max. 2 kg
Cold - 40 °C
– – – ... 800 omw./min F, G, Q
doen van wasverzachterresten.
Synthetisch Waterdichte- en outdoorkleding met een membraanlaag en wateraf-
stotende textielsoorten.
Aanwijzingen
Gebruik een speciaal machinewasmiddel, dosering volgens aan-
max. 2 kg
Cold - 40 °C
– – – ... 800 omw./min F, G, Q
wijzingen van de fabrikant in compartiment II.
Het wasgoed mag niet met wasverzachter behandeld worden.
Voor het wassen de wasmiddellade (alle bakjes) grondig ont-
doen van wasverzachterresten.
14
Page 15
Programma-overzicht nl
Programma / Soort wasgoed / Aanwijzingen Instellingen
Allergie +
stevig textiel
Aanwijzing: Langer wassen en spoelen bij een hogere waterstand
voor een bijzonder gevoelige huid.
Overhemden/blouses strijkvrije overhemden/blouses van katoen, linnen, synthetische of
gemengde weefsels.
Aanwijzing: Hemden/blouses van zijde/gevoelig materiaal wassen
met het Fijn/Zijde-programma.
Kreukherstellend speciaal
donker gekleurd textiel van katoen en donker, kreukherstellend tex­tiel
Textiel binnenstebuiten wassen.
max. 7,5 kg / 5* kg
Cold - 60 °C
– – – ... 1400** omw./min F, G, Q
max. 2 kg
Cold - 60 °C
– – – ... 800 omw./min F, G, Q
max. 3,5 kg
Cold - 40 °C
– – – ... 1200 omw./min F, G, Q
Stijven
Aanwijzing: Het wasgoed mag niet met
wasverzachter gespoeld zijn.
Stijven is in alle wasprogramma's met vloeibaar stijfsel mogelijk. Doseer het stijfsel volgens instructies van de fabrikant in het compartiment M (eventueel eerst schoonmaken).
Verven/Ontkleuren
Verf uitsluitend hoeveelheden die in het huishouden gebruikelijk zijn. Zout kan roestvrijstaal aantasten! Neem de instructies van de producent van de verf in acht!
Wasgoed niet in de machine ontkleuren!
Inweken
1. Inweek-/wasmiddel volgens opgave
van de fabrikant in compartiment II doen.
2. Programmakiezer op Katoen 30 °C
zetten.
3. Start/Pauze kiezen.
4. Na ca. 10 minuten Start/Pauze
kiezen.
5. Na de gewenste inweektijd als het
programma voortgezet moet worden opnieuw Start/Pauze kiezen of het programma wijzigen.
Aanwijzingen
Wasgoed van dezelfde kleur in de
trommel doen.
Geen extra wasmiddel nodig, het
inweeksop wordt ook gebruikt voor het wassen.
15
Page 16
nl Programmavoorinstellingen
0

Programmavoorinstelli ngen

Programmavoorinstellingen
In de fabriek zijn voor alle programma's de temperatuur, het centrifugetoerental en de programmaduur (Klaar in tijd) vooringesteld.
Deze worden na het kiezen van het programma op het display weergegeven.
De voorinstellingen kunt u als volgt wijzigen.
Temperatuur (Temp °C)
Voor en tijdens het programma kunt u afhankelijk van de programmavoortgang de vooringestelde temperatuur (in °C) wijzigen.
Druk hiervoor zo vaak op de betreffende toets tot de gewenste instelling wordt weergegeven.
De maximaal in te stellen temperatuur hangt af van het gekozen programma.
Programma-overzicht ~ Blz. 13
Centrifugetoerental (Omw./ min)
Voor en tijdens het programma kunt u afhankelijk van de programmavoortgang het centrifugetoerental (in omw./min.) wijzigen.
Druk hiervoor zo vaak op de betreffende toets tot de gewenste instelling wordt weergegeven.
Instelling – – – 0 : Spoelstop = zonder eindcentrifugeren, het wasgoed blijft na de laatste spoelcyclus in het water liggen.
Spoelstop kunt u kiezen om kreukvorming te voorkomen, wanneer na afloop van het programma het wasgoed niet direct uit de machine wordt genomen.
Het maximaal in te stellen toerental hangt af van het gekozen programma en het model.
Programma-overzicht ~ Blz. 13
Klaar in-tijd
Door een programma te kiezen wordt de bijbehorende programmaduur weergegeven.
Wanneer er een programma loopt, wordt de programmaduur automatisch aangepast. Wijzigingen van de programma-voorinstellingen of programma-instellingen leiden ook tot veranderingen in de programmaduur.
Voor de programmastart kan het programma-einde (Klaar in tijd) in stappen van 1 uur (h=uur) worden ingesteld tot maximaal 24h.
Druk hiervoor zo vaak op de betreffende toets tot de gewenste instelling wordt weergegeven.
Aanwijzing: De programmaduur wordt
in de ingestelde Klaar in-tijd opgenomen.
Na de start wordt de ingestelde tijd bijv. 8h weergegeven en afgeteld, totdat het wasprogramma begint. Daarna wordt de programmaduur bijv. 2:30 (uur:minuten) weergegeven.
Vooringestelde tijd wijzigen:
U kunt de vooringestelde tijd na de programmastart als volgt wijzigen:
1. Start/bijvullen kiezen.
2. Zo vaak op de toets Klaar in
drukken tot het gewenste aantal uren wordt weergegeven.
3. Toets Start/bijvullen kiezen.
16
Page 17
Extra programma-instellingen nl
Was bijvullen tot de vooringestelde tijd loopt:
1. Start/bijvullen kiezen.
2. Op het display zijn YES en ¼
verlicht. De vuldeur kan geopend worden en u kunt wasgoed bijvullen.
3. Vuldeur sluiten.
4. Toets Start/bijvullen kiezen. De
vooringestelde tijd loopt verder.
\ Extra programma-
instellingen kiezen
Extra programma-instellingen
G SpeedPerfect
om in kortere tijd te wassen bij een wasresultaat vergelijkbaar met het standaardprogramma.
Aanwijzing: De maximale belading
mag niet overschreden worden. Programma-overzicht ~ Blz. 13
F EcoPerfect
om energie te besparen bij een wasresultaat vergelijkbaar met het standaardprogramma..

1 Apparaat bedienen

Apparaat bedienen
Wasmachine voorbereiden
Aanwijzing: De wasmachine moet
deskundig opgesteld en aangesloten zijn. vanaf ~ Blz. 32
1. Stekker in de wandcontactdoos
steken.
2. Kraan opendraaien.
3. Vuldeur openen.
4. Controleren of de trommel geheel
leeg is. Eventueel leegmaken.
Programma kiezen/Apparaat inschakelen
Aanwijzing: Wanneer u de
kinderbeveiliging hebt geactiveerd, moet u deze eerst deactiveren voordat u een programma kunt instellen.
~ Blz. 20
{ Licht strijken
speciale centrifugeercyclus met aansluitend luchtig maken van het wasgoed. Behoedzaam eindcentrifugeren - restvocht van het wasgoed licht verhoogd.
Kies met de programmakiezer het gewenste programma. De knop kan in beide richtingen worden gedraaid.
De machine is ingeschakeld.
Op het display verschijnt voor het gekozen programma doorlopend.
de programmaduur,
de vooringestelde temperatuur,
het vooringestelde
centrifugetoerental en
de maximale belading.
17
Page 18
nl Apparaat bedienen
Programmavoorinstellingen wijzigen
U kunt de voorinstellingen gebruiken of de voorinstellingen wijzigen.
Druk hiervoor zo vaak op de betreffende toets tot de gewenste instelling wordt weergegeven.
De instellingen zijn zonder bevestiging actief.
Deze blijven na het uitschakelen van het apparaat niet bewaard.
Programmavoorinstellingen~ Blz. 16 Programma-overzicht vanaf ~ Blz. 13
Extra programma-instellingen kiezen
Door het kiezen van extra instellingen kunt u het wasprogramma nog beter aanpassen aan uw wasgoed.
De instellingen kunnen afhankelijk van de programmavoortgang geselecteerd/ gedeselecteerd worden.
De indicatielampjes van de toesten branden wanneer de instelling actief is.
De instellingen blijven na het uitschakelen van het apparaat niet bewaard.
Extra instellingen ~ Blz. 17 Programma-overzicht vanaf ~ Blz. 13
wasgoed in de trommel doen
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Wasgoed dat vóór het wassen met een reinigingsmiddel met oplosmiddel (bijv. vlekkenmiddel of wasbenzine) is behandeld, kan nadat het in de wastrommel is gedaan tot een explosie leiden. Spoel het wasgoed van te voren grondig met de hand uit.
Aanwijzingen
Doe grote en kleine stukken
wasgoed door elkaar. Stukken wasgoed van verschillende grootte worden bij het centrifugeren beter verdeeld. Afzonderlijke stukken wasgoed kunnen tot onbalans leiden.
Houd u aan de aangegeven max.
belading. Overbelading vermindert het wasresultaat en bevordert kreukvorming.
1. Voorgesorteerd wasgoed uit elkaar
gevouwen in de trommel doen.
2. Let erop dat er geen wasgoed
tussen vuldeur en rubberen manchet ingeklemd raakt en sluit de vuldeur.
Het indicatielampje van de toets Start/ bijvullen knippert en op het display verschijnen continu de instellingen van het programma. De instellingen kunnen gewijzigd worden.
Vullen met was- en wasverzorgingsmiddel
Attentie! Schade aan het apparaat
Reinigingsmiddelen en middelen voor het voorbehandelen van was (bijv. vlekkenmiddelen, voorwassprays,...) kunnen het oppervlak van de wasmachine aantasten wanneer ze hiermee in aanraking komen. Breng deze middelen niet in contact met de oppervlakken van de wasmachine. Eventueel sproeinevelresten en andere restanten / druppels direct met een vochtige doek afnemen.
18
Page 19
Apparaat bedienen nl
Doseren
Doseer de was- en onderhoudsmiddelen op de juiste manier:
De waterhardheid; op te vragen bij
uw waterleidingbedrijf
De opgaven van de fabrikant op de
verpakking
Hoeveelheid wasgoed
Mate van verontreiniging ~ Blz. 12
Vullen
:Waarschuwing
Oog-/huidirritaties!
Als de wasmiddellade tijdens het gebruik wordt geopend, kan er was-/ wasverzorgingsmiddel uit spetteren. Open de wasmiddellade voorzichtig. Spoel bij contact met was-/ verzorgingsmiddel goed de ogen uit, resp. de huid af. Raadpleeg bij per ongeluk innemen een arts.
Aanwijzing: Verdun stroperige
wasverzachter en textielversteviger met water. Dit voorkomt verstoppingen.
Doe de was- en verzorgingsmiddelen in de juiste compartimenten:
1. Wasmiddellade tot aan de aanslag
uittrekken.
2. Was en/of verzorgingsmiddel erin
doen.
3. Wasmiddellade sluiten.
Doseerhulp* voor vloeibaar wasmiddel
*afhankelijk van het model
Voor het doseren van vloeibaar wasmiddel positioneert u de doseerhulp:
1. Wasmiddellade uittrekken. Inzetstuk
naar beneden drukken en de lade er helemaal uithalen.
2. Doseerhulp naar voren schuiven,
naar beneden klappen en inklikken.
3. Lade weer terugplaatsen.
Aanwijzing: Gebruik de doseerhulp
niet bij gelachtige wasmiddelen en waspoeder en bij programma's met voorwas of wanneer Klaar in tijd gekozen is.
Bij modellen zonder doseerhulp doet u vloeibaar wasmiddel in de betreffende doseerbol en legt u deze in de trommel
Doseerhulp A voor vloeibaar wasmiddel
Compartiment IIWasmiddel voor de hoofdwas,
waterontharder, bleekmiddel, vlekkenzout
Compartiment iWasverzachter, stijfsel
Max. niet overschrijden
Compartiment IWasmiddel voor de voorwas
Starten van het programma
Kies de toets Start/bijvullen. Indicatielampje is verlicht en het programma start.
Op het display wordt tijdens het programma Klaar in tijd of, na het begin van het wasprogramma, de programmaduur en de symbolen voor de voortgang van het programma weergegeven.. Display ~ Blz. 10
19
Page 20
nl Apparaat bedienen
Aanwijzing: Wilt u het programma
tegen onbedoeld wijzigen beveiligen, kies dan als volgt de kinderbeveiliging.
Kinderslot
U kunt de wasmachine beveiligen tegen het per ongeluk wijzigen van de ingestelde functies. Hiervoor na de start van het programma de kinderbeveiliging activeren.
Om te Activeren/Deactiveren ca. 5 seconden lang op Start/Pauze drukken. Op het display verschijnt het symbool E.
E is verlicht: de kinderbeveiliging is
actief.
E knippert: de kinderbeveiliging is
actief en er is aan de programmakiezer gedraaid. Om afbreken van het programma te voorkomen, draait u de programmakiezer terug naar het beginprogramma. Het symbool is weer verlicht.
Aanwijzing: De kinderbeveiliging kan
tot de volgende programmastart geactiveerd blijven, ook na het uitschakelen van de machine. Dan moet u vóór het starten van het programma de kinderbeveiliging deactiveren en eventueel na de programmastart weer activeren.
Wasgoed bijvullen
Na het starten van het programma kunt u indien gewenst wasgoed bijvullen of uitnemen.
Kies hiervoor de toets Start/Pauze. Het indicatielampje voor Start/bijvullen
knippert en de machine controleert of bijvullen mogelijk is.
kan water uit het wasgoed naar buiten lopen.
Wanneer op het display:
de beide symbolen YES en ¼
verlicht zijn, kan er worden bijgevuld.
NO knippert, wacht tot YES en ¼
verlicht zijn. Vuldeur pas openen wanneer beide symbolen YES en ¼ verlicht zijn.
NO is verlicht, dan is bijvullen niet
mogelijk. Bij een hoge waterstand, een hoge temperatuur of een draaiende trommel blijft de vuldeur om veiligheidsredenen vergrendeld en kan er geen was bij worden gedaan.
Om verder te gaan met het programma kiest u de toets Start/
Pauze. Het programma wordt automatisch hervat.
Programma wijzigen
Wanneer u per ongeluk een verkeerd programma heeft gestart, kunt u dit als volgt wijzigen:
1. Kies Start/bijvullen.
2. Een ander programma kiezen.
3. Start/bijvullen kiezen. Het nieuwe
programma begint van voren af aan.
Afbreken van het programma
Bij programma’s met hoge temperatuur:
1. Kies Start/bijvullen.
2. Wasgoed afkoelen: Spoelen kiezen.
3. Start/bijvullen kiezen.
Bij programma’s met lage temperatuur:
1. Kies Start/bijvullen.
2. Centrifugeren of Afpompen kiezen.
3. Start/bijvullen kiezen.
Aanwijzing: Laat bij het bijvulllen de
vuldeur niet langere tijd open staan - er
20
Page 21
Programma-einde met instelling Spoelstop
Op het het display verschijnt – – – 0 en het indicatielampje van de toets Start/ bijvullen knippert.
Om het programma te beëindigen zet u de programmakiezer op Centrifugeren/ Afpompen of kiest u een centrifugetoerental. Vervolgens de toets
Start/bijvullen kiezen.
Einde van het programma
Op het display verschijnt Einde en het indicatielampje van de toets Start/Pauze is uit.
Wanneer op het display bovendien het symbool 9 verschijnt, dan heeft de wasmachine te veel schuim tijdens het wasprogramma geconstateerd en automatisch een extra spoelcyclus toegevoegd om dit te verwijderen.
Aanwijzing: Doseer bij de volgend
wasbeurt met gelijke belading minder wasmiddel.
Apparaat bedienen nl
Vuldeur en wasmiddellade open
laten zodat het restwater kan opdrogen.
Altijd wachten tot het programma is
afgelopen, omdat het apparaat dan nog vergrendeld kan zijn. Vervolgens het apparaat inschakelen en wachten op de ontgrendeling.
Wanneer het display na afloop van
het programma niet verlicht is, is de energiebesparingsmodus actief. Om het te activeren kiest u een willekeurige toets.
Wasgoed uitnemen / apparaat uitschakelen
1. Vuldeur openen en wasgoed eruit
halen.
2. Programmakiezer op Uit zetten. Het
apparaat is uitgeschakeld.
3. Kraan dichtdraaien.
Aanwijzing: Niet nodig bij modellen
met Aquastop.
Aanwijzingen
Geen wasgoed achterlaten in de
trommel. Dit kan bij de volgende wasbeurt krimpen of andere stukken verkleuren.
Eventueel aanwezige voorwerpen uit
de trommel en de rubbermanchet verwijderen – roestgevaar.
21
Page 22
nl Sensoren

H Sensoren

Sensoren
Beladingsautomaat
Afhankelijk van het soort textiel en de belading past de beladingsautomaat het waterverbruik optimaal aan elk programma aan.
Onbalans-controlesysteem
Het automatische onbalans­controlesysteem herkent onbalans en zorgt door meermaals aanloopcentrifugeren voor een gelijkmatige verdeling van het wasgoed.
Bij een zeer ongunstige verdeling van het wasgoed wordt om veiligheidsredenen het toerental verlaagd of wordt er niet gecentrifugeerd.
Aanwijzing: Kleine en grote stukken
wasgoed in de trommel doen.
~ Blz. 27
VoltCheck
Het automatische spanningscontrolesysteem herkent een ontoelaatbare spanningsonderschrijding. Op het display knippert de dubbele punt van de Klaar in-indicatie. ~ Blz. 10
Is de voedingsspanning weer stabiel, dan knippert de dubbele punt in de Klaar in-indicatie niet meer
Zou de spanningsonderschrijding echter leiden tot een verlenging van het programma, dan knippert de punt in de Klaar in-indicatie.
22
Page 23

M Signaalinstelling

Signaalinstelling
1. Instelmodus voor het signaalvolume activeren
Signaalinstelling nl
Op Ú zetten. Toets (Centrifugeren) 0 ingedrukt houden
+ één positie naar rechts draaien.
Ca. nog 5 s ingedrukt houden tot de indicatie-elementen verlicht zijn. Instel­modus is geactiveerd.
2. Volume voor toetssignalen instellen (afhankelijk van het model)
Zo vaak drukken tot het gewenste volume bereikt is.
op 3 of Op Ú zetten om de instelmmodus voor het
signaalvolume te verlaten.
3. Volume voor indicatiesignalen instellen
Eén positie naar rechts draaien.
Zo vaak drukken tot het gewenste volume bereikt is.
Op Ú zetten om de instelmmodus voor het sig­naalvolume te verlaten.
23
Page 24

nl Reinigen en onderhouden

2 Reinigen en
onderhouden
Reinigen en onderhouden
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Bij contact met onderdelen die onder spanning staan bestaat het risico van een elektrische schok. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact.
:Waarschuwing
Kans op vergiftiging!
Door oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen zoals wasbenzine kunnen giftige dampen ontstaan. Gebruik geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen.
Attentie! Schade aan het apparaat
Oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen, zoals wasbenzine, kunnen oppervlakken en onderdelen van de machine aantasten. Gebruik geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen.
Buitenkant van het apparaat/ Bedieningspaneel
Neem de behuizing en het
bedieningspaneel af met een zachte, vochtige doek.
Wasmiddelresten onmiddellijk
verwijderen.
Reinigen met een waterstraal
verboden.
Wastrommel
Gebruik een chloorvrij reinigingsmiddel, geen staalwol.
Ontkalken
Bij een correcte dosering van het wasmiddel is ontkalken niet nodig. Indien toch: te werk gaan volgens de opgaven van de fabrikant van het ontkalkingsmiddel. Geschikte ontkalkers zijn verkrijgbaar via onze website of via de servicedienst.
Wasmiddellade en behuizing
Als er resten wasmiddel of wasverzachter aanwezig zijn:
1. wasmiddellade uittrekken. Inzetstuk
naar beneden drukken en de lade er helemaal uithalen.
2. Inzetstuk eruit halen: met de vinger
van beneden naar boven drukken.
3. Inspoellade en inzetstuk met water
en een borstel reinigen en afdrogen. Ook de behuizing van binnen reinigen.
4. Inzetstuk plaatsen en vastklikken
(cilinder op geleidestift steken).
5. Wasmiddellade erin schuiven.
Aanwijzing: Wasmiddellade open
laten, zodat het resterende vocht kan opdrogen.
Afvoerpomp verstopt
:Waarschuwing
Risico van verbranding!
Zeepsop wordt heet bij het wassen op hoge temperaturen. Door contact met heet zeepsop kunnen brandwonden ontstaan. Laat het zeepsop afkoelen.
24
Page 25
1. De waterkraan dichtdraaien, zodat er
geen water meer toestroomt dat via de afvoerpomp afgevoerd moet worden.
2. Apparaat uitschakelen. Stekker uit
de wandcontactdoos nemen.
3. Onderhoudsklep openen en eraf
halen.
Reinigen en onderhouden nl
Aanwijzing: Om te voorkomen dat bij
de volgende wasbeurt ongebruikt wasmiddel in de afvoer loopt, raden wij u het volgende aan: 1 liter water in compartiment II gieten en het programma Afpompen starten.
4. Aftapslang uit de houder halen.
Stopje verwijderen, zeepsop in een geschikte opvangbak laten stromen. Stopje erin drukken en aftapslang in de houder plaatsen.
5. Pompdeksel voorzichtig
losschroeven, er kan restwater uit lopen. Binnenruimte, schroefdraad van het pompdeksel en pomphuis reinigen. De waaier van de pomp moet gedraaid kunnen worden. Pompdeksel weer plaatsen en vastschroeven. De handgreep moet verticaal staan.
6. Serviceklep plaatsen, inklikken en
sluiten.
Afvoerslang aan de sifon verstopt
1. Apparaat uitschakelen. Stekker uit
de wandcontactdoos nemen.
2. Slangenklem losmaken. Afvoerslang
er voorzichtig aftrekken, er kan resterend water uit lopen.
3. Afvoerslang en aansluitstuk van de
sifon schoonmaken.
4. Afvoerslang weer erop plaatsen en
de aansluiting met een slangklem vastzetten.
Zeef in de watertoevoer verstopt.
Verlaag hiervoor eerst de waterdruk in de toevoerslang:
1. Kraan dichtdraaien.
2. Willekeurig programma kiezen
(behalve Spoelen/Centrifugeren/ Afpompen).
3. Start kiezen. Programma ca. 40
seconden laten draaien.
25
Page 26

nl Storingen, wat te doen?

4. Programmakiezer op Uit zetten.
Stekker uit het stopcontact halen.
5. Zeef van de waterkraan reinigen:
Slang loskoppelen van de kraan. Zeef met een borsteltje reinigen.
6. Bij de modellen Standard en Aqua-
Secure de zeef op de achterkant van het apparaat reinigen: Slang aan de achterkant van het apparaat eraf halen, Zeef met een tang eruit halen en schoonmaken.
7. Slang weer aansluiten en op
dichtheid controleren.
:Waarschuwing
Risico van verbranding!
Bij het wassen met hoge temperaturen kunnen er bij aanraking met heet zeepsop en wasgoed brandwonden ontstaan. Eventueel eerst laten afkoelen.
:Waarschuwing
Risico van letsel!
Wanneer u met uw handen in de draaiende trommel komt, kunt u letsel oplopen. Niet met uw handen in de draaiende trommel komen. Wacht tot de trommel niet meer draait.
Attentie! Waterschade
Wegstromend water kan tot waterschade leiden. De vuldeur niet openen zolang er water achter het glas te zien is.
1. Apparaat uitschakelen. Stekker uit
de wandcontactdoos nemen.
2. Zeepsop laten weglopen
3. Noodontgrendeling met een tang of
iets dergelijks naar beneden trekken en loslaten. Hierna kan de vuldeur geopend worden.
.
3 Storingen, wat te
doen?
Storingen, wat te doen?
Noodontgrendeling
bijv. bij een stroomstoring. Het programma wordt hervat als er
weer stroom is.
Als het wasgoed toch uit de trommel gehaald moet worden, dan kan de vuldeur geopend worden zoals hierna beschreven:
26
Page 27
Storingen, wat te doen? nl
Aanwijzingen op het display
Indicatie Oorzaak/Oplossing
YES De vuldeur is ontgrendeld. Bijvullen van wasgoed mogelijk.
NO Temperatuur te hoog. Wacht tot de temperatuur is gedaald.
Waterniveau te hoog. Bijvullen van wasgoed niet mogelijk. Eventueel vuldeur
direct sluiten. Start/bijvullen kiezen om het programma te hervatten.
¼ knippert Wasgoed eventueel ingeklemd. Vuldeur nogmaals openen en sluiten en Start/
E:17 Kraan helemaal opendraaien.
E:18 Afvoerpomp verstopt. Afvoerpomp schoonmaken. ~ Blz. 24
bijvullen kiezen.
Eventueel de vuldeur dichtdrukken of wasgoed verwijderen en de deur
opnieuw dichtdrukken.
Schakel uw apparaat uit en weer aan; programma instellen en individuele
instellingen uitvoeren; programma starten.
Toevoerslang geknikt/afgeklemd,
Waterdruk te laag. Zeef schoonmaken. ~ Blz. 25
Afvoerslang/Afvoerpijp verstopt. Afvoerslang bij de sifon reinigen.
E:23 Water in de bodemplaat, ondichtheid van het apparaat. Kraan dichtdraaien. Service-
dienst inschakelen!
E Kinderbeveiliging geactiveerd; deactiveren. ~ Blz. 20 9 knippert te veel schuim herkend, een spoelcyclus toegevoegd.
: Netspanning te laag.
Onderspanning in het wasprogramma.
.
Het programma wordt verlengd. ~ Blz. 21
andere indicaties Apparaat uitschakelen, 5 seconden wachten en weer inschakelen. Verschijnt de
indicatie opnieuw, schakel dan de servicedienst in.
Storingen, wat te doen?
Storingen Oorzaak/Oplossing
Er lekt water. Afvoerslang goed vastzetten/vervangen.
Schroefkoppeling van de toevoerslang vastdraaien.
Geen watertoevoer. Wasmiddel niet inge-
spoeld.
Vuldeur gaat niet open. Veiligheidsfunctie actief. Programma-afbreking?
Start/bijvullen niet gekozen?
Kraan niet geopend?
Zeef eventueel verstopt? Zeef reinigen. ~ Blz. 25
Toevoerslang geknikt of ingeklemd?
■ – – – 0 (Spoelstop = zonder eindcentrifugeren) gekozen?
Openen alleen via noodontgrendeling mogelijk? ~ Blz. 26
27
Page 28
nl Storingen, wat te doen?
Storingen Oorzaak/Oplossing
Het programma start niet. Start/bijvullen of Klaar in-tijd gekozen?
Vuldeur gesloten?
E Kinderbeveiliging geactiveerd? Deactiveren. ~ Blz. 29
Waswater wordt niet weg­gepompt.
Water in de trommel niet
■ – – – 0 (Spoelstop = zonder eindcentrifugeren) gekozen?
Afvoerpomp schoonmaken. ~ Blz. 24
Afvoerpijp en/of afvoerslang schoonmaken.
Geen fout – het water bevindt zich onderin en is daardoor niet te zien.
zichtbaar.
Centrifugeresultaat niet naar tevredenheid.
Wasgoed nat/te vochtig.
Meermalen beginnen met
Geen fout - Het onbalansherkenningssysteem heeft het centrifugeren afge-
broken wegens ongelijkmatige verdeling van het wasgoed. Kleine en grote stukken wasgoed verdelen over de trommel.
Licht strijken gekozen? ~ Blz. 17
Te laag centrifugetoerental gekozen?
Geen fout – Het onbalans-controlesysteem heft de onbalans op.
centrifugeren.
Programmaduur langer dan gewoonlijk.
Geen fout - Het onbalans-controlesysteem heft de onbalans op door het
wasgoed meermaals te verdelen.
Geen fout schuimcontrolesysteem actief – er wordt een extra spoelcyclus
toegevoegd.
De programmaduur ver­andert tijdens de wascy­clus.
Restwater in het compar­timent voor wasverzor-
Geen fout – het programmaverloop wordt geoptimaliseerd voor het betreffende wasproces. Dit kan leiden tot een verandering van de programmaduur op het display.
Geen fout - Werking van het verzorgingsmiddel wordt niet beïnvloed.
Eventueel het inzetstuk reinigen.
gingsmiddel.
Geurvorming in de was­machine.
Symbool N knippert op het display. Er komt even­tueel schuim uit de was­middellade.
Harde geluiden, trillingen en „wandelen” tijdens het centrifugeren.
Programma Katoen 90 °C draaien zonder wasgoed. Gebruik hiervoor een totaalwasmiddel.
Teveel wasmiddel gebruikt? Een eetlepel wasverzachter met 1/2 l water mengen en in compartiment II
doen (niet bij outdoor- en sportkleding en textiel met dons!). Bij de volgende was minder wasmiddel gebruiken.
Is het apparaat gesteld? Apparaat stellen. ~ Blz. 36
Zijn de voetjes vastgezet? Voetjes van het apparaat vastzetten. ~ Blz. 36
Transportbeveiligingen verwijderd? Transportbeveiligingen verwijderen.
~ Blz. 33
Display / displaylampen werken niet tijdens het gebruik.
Wasmiddelresten op het wasgoed.
Stroomstoring?
Zekeringen geactiveerd? Zekeringen inschakelen/vervangen.
Doet de storing zich vaker voor, schakel dan de servicedienst in.
Soms bevatten fosfaatvrije wasmiddelen resten die niet in water oplosbaar
zijn.
Spoelen kiezen of de was na het wassen uitborstelen.
28
Page 29
Servicedienst nl
Storingen Oorzaak/Oplossing
Tijdens het bijvullen ver­schijnt NOop het display.
In de bijvullen-toestand
Waterniveau te hoog. Bijvullen van wasgoed niet mogelijk. Eventueel vul-
deur direct sluiten.
Start/bijvullen kiezen om het programma te hervatten.
De vuldeur is ontgrendeld. Bijvullen van wasgoed mogelijk. verschijnt YES op het dis­play.
De dubbele punt van de
Netspanning te laag. indicatie Klaar in (:) knip­pert op het display.
De punt (.) knippert. De onderspanning heeft geleid tot een verlenging van het wasprogramma.
~ Blz. 20
Wanneer u een storing niet zelf kunt verhelpen (na uit/inschakelen) of wanneer een reparatie noodzakelijk is:
Programmakiezer op Uit zetten. Het apparaat is uitgeschakeld.
Stekker uit het stopcontact halen.
Kraan dichtdraaien en de servicedienst inschakelen.

4 Servicedienst

Servicedienst
Als u de storing niet zelf kunt verhelpen, Storingen, wat te doen? ~ Blz. 27, neem dan contact op met de servicedienst. ~ Omslagpagina
Wij vinden altijd een passende oplossing, ook om een onnodig bezoek van een monteur te voorkomen.
Aan de servicedienst dient u het typenummer (E-Nr.) en het fabricagenummer (FD) van de machine op te geven.
(1U )'
Typenummer Fabricagenummer
Deze gegevens vindt u *afhankelijk van het model:
aan de binnenkant van de vuldeur* / de geopende serviceklep* en aan de achterkant van het apparaat..
Vertrouw op de competentie van de fabrikant.
Neem contact met ons op. Zo weet u zeker dat de reparatie wordt uitgevoerd door goed opgeleide servicemonteurs die de beschikking hebben over originele reserve-onderdelen.
29
Page 30
nl Verbruikswaarden

[ Verbruikswaarden

Verbruikswaarden

Energie- en waterverbruik, programmaduur en restvochtgehalte van het hoofdwasprogramma

(waarden bij benadering)
Programma Belading Energieverbruik* Waterver-
bruik*
Katoen 20 °C 8 kg 0,40 kWh 71 l 2 3/4 h
Katoen 40 °C 8 kg 1,10 kWh 71 l 2 3/4 h
Katoen 60 °C 8 kg 1,51 kWh 71 l 2 3/4 h
Katoen 90 °C 8 kg 2,39 kWh 82 l 2 3/4 h
Kreukherstellend 40 °C 4 kg 0,79 kWh 53 l 2 h
Mix 40 °C 3,5 kg 0,51 kWh 45 l 1 1/4 h
Fijn/Zijde 30 °C 2 kg 0,21 kWh 36 l 3/4 h
Wol 30 °C 2 kg 0,22 kWh 42 l 3/4 h
Programma indicaties van restvochtgehalte bij benadering**
WAK28 ... WAK24 ... WAK20 ...
WM14K ... WM12K ... WM10K ...
max 1400 T/min max 1200 T/min max 1000 T/min
Katoen 48 % 53 % 62 %
Kreukherstellend 40 % 40 % 40 %
Fijne was /Zijde 30 % 30 % 30 %
Wol 45 % 45 % 45 %
* De waarden wijken afhankelijk van de waterdruk, hardheid, toevoertemperatuur, ruimtetemperatuur,
wasgoedsoort hoeveelheid en vervuiling, gebruikt wasmiddel, variaties in de netspanning en gekozen extra functies af van de aangegeven waarden.
** Restvochtindicaties op basis van programma-afhankelijke toerentalbegrenzing en maximale belading.
Programmaduur*
Efficiëntste programma’s voor katoenen textielsoorten
De volgende programma’s (standaard programma's), die met ü worden aangeduid) zijn geschikt voor het wassen van normaal vervuilde katoenen textielsoorten en zijn het efficiëntst wat
30
betreft het gecombineerde energie- en waterverbruik.
Page 31
Technische gegevens nl
Standaardprogramma's voor katoen overeenkomstig de norm (EU) Nr. 1015/2010
Belading Programma-
duur, bij benade­ring
Programma Katoen ú + toets ü EcoPerfect 8 kg 3 ^ h Programma Katoen ú + toets ü EcoPerfect 4 kg 3 ^ h Programma Katoen û + toets ü EcoPerfect 4 kg 3 ] h
Programma-instelling voor testen en energie-labeling conform richtlijn 2010/30/EU met koud wa­ter (15 °C). De vermelde programmatemperatuur heeft betrekking op de temperatuur die op het waslabel van het textiel staat. Om energiebesparingsredenen kan de werkelijke wastemperatuur afwijken van de vermelde programmatemperatuur.
J Technische gegevens
Technische gegevens
Afmetingen: 850 x 600 x 590 mm
(breedte x diepte x hoogte) Gewicht:
63 - 83 kg (afhankelijk van het model) Netaansluiting:
Netspanning 220-240 V, 50Hz Nominale stroom 10 A Nominaal vermogen 2300 W Waterdruk:
100 - 1000 kPa (1 - 10 bar)
Opgenomen vermogen in uitgeschakelde toestand:
0,14 W
Opgenomen vermogen in Standby­toestand (niet-uitgeschakelde toestand):
1,38 W
31
Page 32
nl Plaatsen en aansluiten
5 Plaatsen en aansluiten
Plaatsen en aansluiten
Leveringsomvang
Aanwijzing: Controleer de machine op
transportschade. Een beschadigd apparaat nooit in gebruik nemen. Voor klachten kunt u terecht bij de winkel waar u het apparaat hebt aangeschaft of bij onze servicedienst.
 
#
+
3
( Aansluitkabel 0 Zak:
Gebruiksaanwijzing en
installatievoorschrift
Overzicht servicediensten*
Garantie*
Afdekkappen voor openingen, na het
verwijderen van de transportbeveiligingen
Steeksleutel*
8 Watertoevoerslang bij model
Aquastop
@ Waterafvoerslang H Bochten voor het fixeren van de
waterafvoerslang*
P Watertoevoerslang bij de modellen
Standard/Aqua-Secure
* afhankelijk van het model
Daarnaast is bij het aansluiten van de waterafvoerslang op een sifon een slangenklem ∅ 24 - 40 mm (vakhandel) nodig.
Nuttig gereedschap
Waterpas voor het stellen
Steeksleutel met:
– SW13 voor het losdraaien van de
transportbeveiligingen en
– SW17 voor het stellen van de
apparaatvoetjes
Veiligheidsvoorschriften
:Waarschuwing
Risico van letsel!
De wasmachine is zwaar.
Wees voorzichtig bij het tillen/ transporteren van de wasmachine.
Wanneer de wasmachine wordt
opgetild aan uitstekende onderdelen (bijv. de vuldeur), kunnen deze onderdelen afbreken en letsel veroorzaken. De wasmachine niet optillen aan uitstekende onderdelen.
Wanneer de slangleidingen en de
aansluitkabel onjuist worden aangelegd, bestaat er struikel- en letselgevaar. Slangen en kabels zodanig leggen dat u er niet over kunt struikelen.
Attentie! Schade aan het apparaat
Bevroren slangen kunnen barsten/ springen. De wasmachine niet op vorstgevoelige plaatsen en/of buiten zetten.
32
Page 33
Plaatsen en aansluiten nl
Attentie! Waterschade
De aansluitingen van de watertoevoer­en waterafvoerslang staan onder druk van het water. Om lekkage of waterschade te voorkomen dient u zich absoluut te houden aan de aanwijzingen in dit hoofdstuk.
Aanwijzingen
Naast de hier vermelde aanwijzingen
kunnen speciale voorschriften van het waterleiding- en energiebedrijf in uw regio van toepassing zijn.
In geval van twijfel de aansluiting
door een vakkundig monteur laten uitvoeren.
De juiste plaats
Aanwijzing: Stabilliteit is belangrijk,
zodat de wasmachine niet gaat "wandelen"!
De ondergrond moet stevig en
waterpas zijn.
Niet geschikt voor zachte
vloerbedekking.
Plaatsing op een sokkel of op een houten vloer
Attentie! Schade aan het apparaat
De wasmachine kan tijdens het centrifugeren gaan schuiven en van zijn sokkel kantelen/vallen. Bevestig de apparaatvoeten absoluut met bevestigingsbeugels. Bestelnummer WMZ 2200, WX 9756, CZ 110600, Z 7080X0
Aanwijzing: Plaats bij vloeren met
houten balken de wasmachine:
indien mogelijk in een hoek,
op een watervaste houten plaat (min.
30 mm dik) die vast op de vloer is geschroefd.
Onderbouw/inbouw van het apparaat in een rij keukenmeubelen
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Bij contact met onderdelen die onder spanning staan bestaat het risico van een elektrische schok. De afdekplaat van het apparaat niet verwijderen.
Aanwijzingen
Noodzakelijke nisbreedte 60 cm.
Plaats de wasmachine uitsluitend
onder een doorlopend werkblad dat vast verbonden is met de keukenmeubelen ernaast.
Transportbeveiligingen verwijderen.
Attentie! Schade aan het apparaat
De machine is voor transport met
transportbeveiligingen geborgd. Niet verwijderde transportbeveiligingen kunnen bij gebruik van de machine bijv. de trommel beschadigen. Verwijder voorafgaand aan het eerste gebruik absoluut de vier transportborgingen. Bewaar de transport- beveiligingen.
Om bij later transport
transportschade te voorkomen, moet u de transportbeveiligingen voor het transport beslist weer aanbrengen.
Aanwijzing: Bewaar schroeven en
hulzen.
33
Page 34
nl Plaatsen en aansluiten
1. Slangen uit de houders halen.
aFP
aFP
2. De vier
transportbeveiligingsschroeven losdraaien en verwijderen. Hulzen verwijderen. Hierbij de aansluitkabel uit de houders halen.
3. Afdekkingen plaatsen. Afdekkingen
vast vergrendelen door op de sluithaak te drukken.
Lengte van de slangen en de aansluitkabel
Aansluiting aan de linkerkant
PD[FP
aFP
Aansluiting aan de rechterkant
aFP
aFP
aFP
PD[FP
Tip: Bij de vakhandel/servicedienst de
volgende onderdelen verkrijgbaar:
een verlenging voor de Aquastop-
resp. koudwatertoevoerslang (ca. 2,50 m); bestelnr. WMZ2380, WZ10130, CZ11350, Z7070X0
een langere toevoerslang (ca. 2,20
m) voor model Standard.
Watertoevoer
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Bij contact met onderdelen die onder spanning staan bestaat het risico van een elektrische schok. Aquastop-veiligheidssysteem niet in water dompelen (bevat een elektrisch ventiel).
34
Let bij het aansluiten op het volgende
Page 35
Aanwijzingen
Gebruik voor de wasmachine alleen
koud leidingwater.
Sluit de machine niet aan op de
mengkraan van een drukloos heetwatertoestel.
Gebruik uitsluitend de meegeleverde
of bij een geautoriseerde vakhandelaar gekochte toevoerslang, geen gebruikt exemplaar.
De watertoevoerslang niet knikken,
platdrukken, veranderen of doorsnijden (dan is de sterkte niet meer gegarandeerd).
Draai de schroefkoppelingen slechts
handvast aan. Worden ze te stevig met een stuk gereedschap (tang) vastgedraaid, dan kunnen de schroefdraden beschadigd raken.
Optimale waterdruk in de waterleiding minimaal 100 kPa (1 bar) maximaal 1000 kPa (10 bar)
Uit de geopende kraan stroomt tenminste 8 liter water per minuut.
Bij een hogere waterdruk een drukreduceerventiel inbouwen.
Aansluiting
Sluit de watertoevoerslang aan op de waterkraan (¾" = 26,4 mm) en het apparaat (bij modellen met Aquastop niet nodig, vast geïnstalleerd):
Model: Standard
Plaatsen en aansluiten nl
Model: Aquastop
Aanwijzing: Kraan voorzichtig
opendraaien en daarbij de aansluitingen op dichtheid controleren. De schroefkoppeling staat onder druk van de waterleiding.
Waterafvoer
Attentie! Waterschade
Wanneer de afvoerslang door de hoge druk van het water tijdens het afpompen uit de wastafel of van de aansluiting glijdt, kan het wegstromende water schade veroorzaken. Borg de afvoerslang zodanig dat deze er niet uit kan schieten.
Aanwijzing: De waterafvoerslang niet
knikken of in de lengte uitrekken.
Model: Aqua-Secure
U kunt de waterafvoerslang als volgt leggen:
Afvoer in een wastafel
35
Page 36
nl Plaatsen en aansluiten
:Waarschuwing
Risico van verbranding!
Bij het wassen met hoge temperaturen kunnen er bij aanraking met heet zeepsop, bijv. wanneer het naar een wastafel wordt gepompt, brandwonden ontstaan. Kom niet met uw handen in het hete zeepsop.
Attentie!
Schade aan het apparaat/textiel
Wanneer het uiteinde van de afvoerslang in het weggepompte water komt, kan het water in het apparaat worden teruggezogen en het apparaat / textiel beschadigd raken. Let erop dat: – de stop van de wastafel de afvoer
niet afsluit.
– het uiteinde van de afvoerslang
niet in het weggepompte water is gedompeld.
– het water snel genoeg
wegstroomt.
Afvoer in een sifon
De aansluiting moet met een slangklem, 24-40 mm (ijzerhandel of bouwmarkt) worden geborgd.
Stellen
Stel het apparaat horizontaal m.b.v. een waterpas.
Sterke geluidsontwikkeling, vibraties en „lopen” kunnen het gevolg zijn van het niet correct stellen van het apparaat!
1. Contramoeren met een steeksleutel
losdraaien met de wijzers van de klok mee.
2. De stand van de wasmachine met
een waterpas controleren, eventueel corrigeren. De hoogte veranderen door aan het voetje van het apparaat te draaien. Alle vier de voetjes moeten stevig op de grond staan.
3. Contramoer tegen de onderkant van
het apparaat vastdraaien. Het voetje hierbij vasthouden en niet in de hoogte verstellen. De contramoeren van alle vier de voetjes moeten vast tegen de onderkant van het apparaat zijn geschroefd!
Afvoer in een kunststof standpijp
met rubberen mof of in een afvoerputje
36
Page 37
Plaatsen en aansluiten nl
Elektrische aansluiting
:Waarschuwing
Levensgevaar!
Bij contact met onderdelen die onder spanning staan bestaat het risico van een elektrische schok.
De stekker nooit aanraken met natte
handen.
Trek wanneer u de machine van de
stroom haalt altijd aan de stekker en niet aan het snoer, omdat dit beschadigd kan raken.
Nooit de stekker uit het stopcontact
trekken tijdens het gebruik.
Houd u aan de volgende instructies en zorg ervoor dat:
Aanwijzingen
De netspanning en aangegeven
spanning op de wasmachine (typeplaatje) met elkaar overeenstemmen. De aansluitwaarde en de vereiste zekering staan vermeld op het typeplaatje.
De aansluiting van de wasmachine
uitsluitend plaats vindt op wisselstroom, via een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met randaarde.
De stekker overeenkomt met het
stopcontact.
De doorsnede van de elektrische
kabel groot genoeg is.
Het aardingssysteem volgens
voorschrift is geïnstalleerd.
Vervanging van de aansluitkabel
(indien nodig) alleen plaaatsvindt door een vakkundig monteur. Een nieuwe kabel is bij de Servicedienst tegen meerprijs verkrijgbaar.
Er geen meervoudige stekkers/
contactdozen of verlengkabels worden gebruikt.
Bij gebruik van een
aardlekschakelaar alleen een type met dit symbool z wordt gebruikt. Alleen dit symbool garandeert dat aan de momenteel geldende voorschriften is voldaan.
De stekker altijd bereikbaar is.
Aansluitkabel niet knikken,
afklemmen, wijzigen, doorsnijden of met warmtebronnen in aanraking laten komen.
Vóór de eerste was
De wasmachine is voor het verlaten van de fabriek grondig getest. Om eventuele restjes water van het testen te verwijderen, de machine de eerste keer
zonder was laten draaien.
Aanwijzingen
De wasmachine moet deskundig
opgesteld en aangesloten zijn.
vanaf ~ Blz. 32
Neem een beschadigde machine
nooit in gebruik. Neem contact op met de servicedienst.
1. Apparaat controleren.
2. Folie van het bedieningspaneel
verwijderen.
3. Stekker in wandcontactdoos steken.
4. Kraan opendraaien.
5. Vuldeur sluiten (Trommel niet vullen
met wasgoed!).
6. Programma Katoen kiezen en als
temperatuur 90 °C instellen.
7. Wasmiddellade openen.
8. Ca. 1 liter water in compartiment II
gieten.
9. Totaalwasmiddel in compartiment II
doen.
Aanwijzing: Ter voorkoming van
schuimvorming slechts de helft van de door de wasmiddelproducent aanbevolen hoeveelheid wasmiddel gebruiken. Gebruik geen wol- of fijnwasmiddel.
10.Wasmiddellade sluiten.
11.Start kiezen.
37
Page 38
nl Plaatsen en aansluiten
12.Aan het einde van het programma
apparaat uitschakelen.
Uw wasmachine is nu gebruiksklaar.
Transporteren
bijv. bij verhuizing
Voorbereidende werkzaamheden:
1. Kraan dichtdraaien.
2. Waterdruk in de toevoerslang
verminderen. Onderhoud – Zeef in de watertoevoer ~ Blz. 25
3. Zeepsopresten laten weglopen.
Onderhoud – Afvoerpomp verstopt
~ Blz. 24
4. Wasmachine van de stroom halen.
5. Slangen demonteren.
Transportbeveiligingen monteren:
1. Afdekkingen eraf halen en bewaren.
Eventueel een schroevendraaier gebruiken.
Om te voorkomen dat bij de
volgende wasbeurt wasmiddel ongebruikt in de afvoer wegloopt: ca. 1 liter wasser in compartiment II gieten, het programma Afpompen kiezen en starten.
2. Alle 4 de hulzen erin zetten.
Aansluitkabel op de houders vastklemmen. Schroeven inbrengen en vastdraaien.
Vóór het eerste gebruik:
Aanwijzingen
absoluut de transportbeveiligingen
verwijderen!
38
Page 39
6
Page 40
Aqua-Stop-garantie
Alleen voor apparaten met Aqua-Stop
Als aanvulling op de garantieregeling wordt u schadeloos gesteld als aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
1. Als door een fout in het Aqua-Stop-systeem waterschade wordt veroorzaakt,
dan vergoeden wij de schade van particuliere gebruikers.
2. De aansprakelijkheidsgarantie geldt voor de levensduur van het apparaat.
3. Voorwaarde voor aanspraak op garantie is dat het apparaat met Aqua-Stop
vakkundig en overeenkomstig ons installatievoorschrift is opgesteld en aangesloten; hiertoe behoort ook de vakkundige verlenging van de Aqua­Stop (origineel toebehoren). Onze garantie heeft geen betrekking op defecte toevoerleidingen of armaturen tot aan de Aquastop-aansluiting op de kraan.
4. Tijdens het gebruik van een apparaat met Aqua-Stop hoeft u er in principe
niet bij te blijven resp. na het gebruik om veiligheidsredenen de kraan dicht te draaien. Alleen bij langere afwezigheid, bijvoorbeeld als u een paar weken op vakantie gaat, moet de kraan worden dichtgedraaid.
Verzoek om reparatie en advies bij storingen
NL 088 424 4010
B 070 222 141
De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst met Servicedienstadressen.
Robert Bosch, Hausgeräte GmbH Carl-Wery-Straße 34 81739 München DEUTSCHLAND
*9000963526*
9000963526 (9401)
Loading...