of de verpakking en de afwasautomaat
tijdens het transport beschadigd zijn.
Een beschadigd apparaat niet
in gebruik nemen maar contact
opnemen met uw leverancier.
– Het verpakkingsmateriaal
milieuvriendelijk volgens de geldende
voorschriften afvoeren.
– Laat kinderen niet met de verpakking
en de onderdelen daarvan spelen.
Kans op stikken door vouwdozen
en folie.
Bij de installatie
Hoe het apparaat volgens de voorschriften
geplaatst en aangesloten moet worden,
kunt u nalezen in het hoofdstuk
„Installatie”.
Dagelijks gebruik
– De afwasautomaat alleen in het
huishouden gebruiken en alleen voor
het aangegeven doel: het afwassen
van huishoudelijk serviesgoed.
– Kinderen of personen die vanwege
hun beperkte lichamelijke
of geestelijke vermogens, motorische
storingen, onervarenheid of gebrekkige
kennis niet in staat zijn het apparaat
veilig te bedienen, mogen dit apparaat
alleen onder toezicht of na instructie
door een verantwoordelijke persoon
gebruiken.
– Niet op de geopende deur gaan zitten
of staan. Het apparaat kan kantelen.
– Bij vrijstaande apparaten erop letten
dat het apparaat naar voren kan kiepen
bij te vol geladen servieskorven.
– Doe geen oplosmiddel
in de spoelruimte. Kans op explosie.
– Tijdens het programmaverloop de deur
alleen heel voorzichtig openen. Er kan
namelijk heet water uit het apparaat
spuiten.
– Let op de veiligheidsvoorschriften
resp. de aanwijzingen bij het gebruik
op de verpakkingen van het afwasen glansspoelmiddel.
ã=Waarschuwing
Messen en andere voorwerpen
met scherpe punten met de punten naar
beneden in de bestekkorf zetten of plat
in het messenrek * leggen.
*Afhankelijk vanhetmodel
Bij kinderen in het huishouden
– Maak gebruik – indien aanwezig –
van de kinderbeveiliging. Een
nauwkeurige beschrijving vindt
u achter in de omslag.
– Laat kinderen nooit met het apparaat
spelen of het bedienen.
– Kinderen uit de buurt van afwasmiddel
en glansspoelmiddel houden. Deze
kunnen irritaties in mond, keel en ogen
veroorzaken of tot verstikking leiden.
– Kinderen uit de buurt van de geopende
afwasautomaat houden, Het water
in het apparaat is geen drinkwater.
Er kunnen nog resten afwasmiddel
in het apparaat zijn achtergebleven.
Kinderbeveiliging
(deurvergrendeling) *
De beschrijving van de kinderbeveiliging
bevindt zich achterin in de omslag.
* Afhankelijk van het model
Bij schade
– Reparaties en ingrepen mogen alleen
door een vakkundig monteur worden
uitgevoerd. Hierbij mag het apparaat
niet op het lichtnet zijn aangesloten.
Stekker uit het stopcontact trekken
of de zekering losdraaien resp.
uitschakelen. Kraan dichtdraaien.
4
nl
Bij het afvoeren van het apparaat
– Het afgedankte apparaat onmiddellijk
onbruikbaar maken om eventuele
ongelukken te voorkomen.
– Het apparaat op een milieuvriendelijke
wijze (laten) afvoeren.
ã=Waarschuwing
Kinderen kunnen zichzelf tijdens het
spelen in het apparaat opsluiten (kans
op stikken) of in een andere gevaarlijke
situatie geraken.
Trek daarom de stekker uit het
stopcontact. Aansluitkabel doorknippen
en verwijderen. Deurslot onklaar maken
zodat de deur niet meer sluit.
Kennismaking met het
apparaat
De afbeeldingen van het
bedieningspaneel en van de binnenruimte
van het apparaat vindt u vooraan
in de omslag van deze
gebruiksaanwijzing.
In de tekst wordt op de verschillende
posities gewezen.
Bedieningspaneel
( AAN/UIT-schakelaar
0 Programmakiezer
8 START-toets
@ Starttijd kiezen *
H Extra functies **
P Indicatie glansspoelmiddel bijvullen
X Indicatie zout bijvullen
` Indicatie „Watertoevoer controleren”
h Indicatie Einde
)" Indicatie Reinigen
*Afhankelijk vanhetmodel
** Aantal afhankelijk van het model
Binnenkant van het apparaat
1" Sproeiarm
1* Zeven
12 Reservoir voor onthardingszout
1: Bestekkorf
1B Servieskorf
1J Voorraadreservoir voor
glansspoelmiddel
1R Afwasmiddelbakje
1Z Vergrendeling voor afwasmiddelbakje
1b Typeplaatje
5
nl
Wateronthardingsinstallatie
Voor een goed afwasresultaat heeft
de afwasautomaat zacht water, d.w.z.
water met weinig kalk nodig. Anders zetten
zich witte kalkresten op het serviesgoed
en de binnenkant van de spoelruimte af.
Leidingwater met een te hoge
hardheidsgraad moet voor gebruik
in de afwasautomaat onthard, d.w.z.
ontkalkt worden. Dit gebeurt met behulp
van speciaal zout
in de wateronthardingsinstallatie
van de afwasautomaat.
De instelling en daarmee de benodigde
hoeveelheid zout zijn afhankelijk
van de hardheidsgraad van het
leidingwater.
Instellen
De hoeveelheid zout is op 4 standen
instelbaar, afhankelijk van de hardheid
van het water. Afhankelijk van de stand
branden 0, 1, 2 of 3 indicaties (zie
Tabel voor de waterhardheid
Waterhardheid
°dH
Hardheidsbereik
mmol/l
stand
de tabel). De in de fabriek ingestelde
stand is 1.
De indicatie Zout bijvullen X knippert
en de indicatie „Watertoevoer
controleren” ` brandt (= stand 1).
Om de instelling te wijzigen:
– Programmakiezer 0 draaien tot
de gewenste stand is ingesteld.
–START-toets8 indrukken.
De indicatie zout bijvullen X gaat uit.
De ingestelde stand is opgeslagen.
,
End
6
6
0–6
7–16
17–21
22–35
zacht
gemiddeld
hard
hard
0–1,1
1,2–2,9
3,0–3,7
3,8–6,2
0
1
2
3
nl
Onthardingszout
Gebruik van onthardingszout
Onmiddellijk vóór het inschakelen van het
apparaat zout bijvullen. Hiermee bereikt
u dat de overgelopen zoutoplossing
onmiddellijk wordt uitgespoeld en corrosie
aan het spoelreservoir wordt voorkomen.
– De schroefdop van het
voorraadreservoir 12 eraf draaien.
– Het reservoir met water vullen (alleen
nodig bij het eerste gebruik).
– Hierna onthardingszout bijvullen (geen
keukenzout of tabletten).
Hierdoor wordt het water verdrongen
en loopt weg.
Zodra de indicatie zout bijvullen X
op het bedieningspaneel brandt, moet
opnieuw zout worden bijgevuld.
*
Indicatie zout bijvullen/
ontharding uitschakelen
Als de indicatie zout bijvullen X stoort
(bijv. bij gebruik van gecombineerde
reinigingsproducten
met zoutcomponenten), dan kan deze
uitgeschakeld worden.
–Gatewerk zoals onder
„Onthardingsinstallatie instellen”
beschreven en stel in op stand 0.
Hiermee zijn de onthardingsinstallatie
en de indicatie zout bijvullen
uitgeschakeld.
ã=Waarschuwingen
– Het zoutreservoir nooit
met afwasmiddel vullen. Hierdoor gaat
de onthardingsinstallatie kapot.
– Zout moet altijd onmiddellijk vóór het
inschakelen van het apparaat worden
bijgevuld om schade door corrosie
te voorkomen.
* Afhankelijk van het model
Gebruik van reinigingsproducten
met zoutcomponenten
Bij gebruik van gecombineerde
reinigingsproducten
met zoutcomponenten hoeft in het
algemeen tot een waterhardheid
van 21°dH (37°fH, 26°Clarke, 3,7mmol/l)
geen onthardingszout gebruikt te worden.
Bij een waterhardheid boven 21° dH is
ook hier het gebruik van onhardingszout
noodzakelijk.
7
nl
Glansspoelmiddel
Als indicatie Glansspoelmiddel
bijvullen P op het bedieningspaneel
brandt, dan is er nog glansspoelmiddel
voor 1 – 2 afwasbeurten aanwezig. U
moet glansspoelmiddel bijvullen.
Glansspoelmiddel hebt u nodig voor
streeploos gedroogd serviesgoed
en heldere glazen. Gebruik alleen
glansspoelmiddel voor huishoudelijke
afwasautomaten.
Gecombineerde reinigingsproducten
met glansspoelcomponenten kunnen
alleen tot een waterhardheid van 21° dH
(37° fH, 26° Clarke, 3,7 mmol/l) gebruikt
worden. Bij een waterhardheid
boven 21° dH is ook hier het gebruik
van glansspoelmiddel noodzakelijk.
– Het voorraadreservoir 1J openen
door het lipje op het deksel in
te drukken en op te tillen.
– Glansspoelmiddel voorzichtig tot
de max. markering in de vulopening
gieten.
max
– Deksel sluiten tot u een klik hoort.
– Eventueel gemorst glansspoelmiddel
met een doekje verwijderen om
overmatige schuimontwikkeling
bij de volgende afwasbeurt
te voorkomen.
Hoeveelheid glansspoelmiddel
instellen
De hoeveelheid glansspoelmiddel is
op 4 standen instelbaar. Afhankelijk
van de stand branden 0, 1,
2of3indicaties
(zie de waterhardheidstabel).
De in de fabriek ingestelde stand is 2.
Verander de hoeveelheid
glansspoelmiddel alleen als er strepen
(lagere stand instellen) of watervlekken
(hogere stand instellen) op het
serviesgoed achterblijven.