BenQ MP620p User Manual [nl]

MP620p Digitale projector Mainstream-serien Gebruikershandleiding
Welkom

Copyright

Copyright 2006 BenQ Corporation. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd, verzonden, opgeslagen in een zoeksysteem of vertaald in een andere taal of computertaal, onder geen enkele vorm en op geen enkele wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, magnetisch, optisch, chemisch, handmatig of op andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van BenQ Corporation.

Aansprakelijkheid

BenQ Corporation is niet aansprakelijk en geeft geen garanties, uitdrukkelijk noch stilzwijgend, ten aanzien van de inhoud van deze publicatie en wijst alle garanties van verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel af. BenQ Corporation behoudt zich het recht voor deze publicatie te herzien en de inhoud ervan van tijd tot tijd te wijzigen zonder verplicht te zijn aan enige persoon mededeling van die herzieningen of wijzigingen te doen.
*DLP, Digital Micromirror Device en DMD zijn handelsmerken van Texas Instruments. Andere merk- en productnamen zijn eigendom van de respectieve bedrijven of organisaties.

Inhoud

Belangrijke veiligheidsinstructies .......................... 1
Inleiding.................................................................. 5
Kenmerken van de projector ......................................... 5
Inhoud van de verpakking .............................................. 6
Optionele accessoires ............................................................................... 6
Buitenkant van de projector ........................................... 7
Voorkant/bovenkant ...............................................................................7
Achterkant ................................................................................................7
Onderkant ................................................................................................7
Bedieningselementen en functies ................................... 8
Extern bedieningspaneel ..........................................................................8
Afstandsbediening ...................................................................................9
Bereik van de afstandsbediening ........................................................... 10
De batterij van de afstandsbediening vervangen .................................. 10
De projector plaatsen........................................... 11
Een locatie kiezen ......................................................... 11
De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen ... 12
De positie van de projector bij een bepaalde schermgrootte bepalen: 13 De aanbevolen schermgrootte voor een bepaalde afstand bepalen: ...13
Aansluitingen ....................................................... 15
Een computer of beeldscherm aansluiten ................... 15
Een computer aansluiten .......................................................................15
Een beeldscherm aansluiten ..................................................................16
Video-apparaten aansluiten.......................................... 17
Een componentvideo-apparaat aansluiten............................................18
Een S-Video-apparaat aansluiten...........................................................19
Een composietvideo-apparaat aansluiten..............................................20
Bediening.............................................................. 21
Starten ........................................................................... 21
De wachtwoordbeveiliging gebruiken ......................... 21
Het wachtwoord instellen: .....................................................................21
Als u het wachtwoord bent vergeten: ....................................................22
De procedure voor het oproepen van het wachtwoord starten: .........22
Het wachtwoord wijzigen: ..................................................................... 22
De hoogte aanpassen .................................................... 23
Het beeld automatisch aanpassen ................................ 23
Het beeldformaat en de helderheid fijnafstemmen .... 24
Inhoud iii
Keystone (Trapezium) corrigeren ................................24
Projectietoepassing selecteren .......................................25
Schakelen tussen ingangssignalen ................................25
Het beeld verbergen ......................................................25
Door pagina's scrollen vanaf de afstandsbediening .....26
Het beeld stilzetten ........................................................ 26
Afsluiten .........................................................................26
Menubewerkingen .........................................................27
Menusysteem ......................................................................................... 27
De menu's gebruiken ............................................................................ 28
1. Menu Beeld ........................................................................................ 29
2. Menu Pro-beeld ................................................................................. 31
3. Menu Setting (Instellingen) .............................................................. 32
4. Menu Geavanceerd ........................................................................... 33
5. Menu Informatie................................................................................ 35
Onderhoud ........................................................... 36
Onderhoud van de projector ........................................36
De lens reinigen ..................................................................................... 36
De projectorbehuizing reinigen ............................................................ 36
De projector opbergen .......................................................................... 36
De projector vervoeren ......................................................................... 36
Informatie over de lamp ................................................ 37
De gebruiksduur van de lamp berekenen ............................................ 37
Waarschuwingsberichten ...................................................................... 37
De lamp vervangen ................................................................................ 38
Informatie over de temperatuur ........................................................... 41
Lampjes................................................................................................... 42
Veiligheidsvoorschriften voor de plafondmontage van de BenQ-projector44
Probleemoplossing............................................... 45
Specificaties........................................................... 46
Projectorspecificaties ....................................................46
Timing-diagram ............................................................. 47
Ondersteunde timing voor PC-ingang ................................................ 47
Ondersteunde timing voor Component-YPbPr -ingang .................... 47
Ondersteunde timing voor video- en S-Video-ingang ....................... 47
Afmetingen ....................................................................48
Garantie ................................................................ 49
Beperkte garantie ...........................................................49
Verklaringen ......................................................... 50
FCC-verklaring ..............................................................50
Inhoudiv
EU-verklaring ............................................................... 50
MIC-verklaring ............................................................. 50
AEEA-richtlijn .............................................................. 50
Inhoud v
<Memo>
Inhoudvi

Belangrijke veiligheidsinstructies

De BenQ-projector is ontwikkeld en getest volgens de nieuwste veiligheidsstandaards voor IT-apparatuur. Voor een veilig gebruik van dit product dient u echter de instructies in deze handleiding en op de verpakking van het product nauwkeurig op te volgen.
Let op
Open de behuizing niet, om het risico van elektrische schokken te voorkomen. In het station bevinden zich geen onderdelen die door de gebruiker kunnen worden onderhouden.
Lees deze gebruikershandleiding aandachtig door voordat u de projector gaat gebruiken. Bewaar deze gebruikershandleiding voor toekomstig gebruik.
Kijk tijdens het projecteren niet rechtstreeks in de lens van de projector. De sterke lichtstraal kan uw ogen beschadigen.
Laat reparatie- of onderhoudswerkzaamheden over aan een bevoegd technicus.
Zorg er altijd voor dat de lenssluiter is geopend of de lensdop is verwijderd wanneer de projectorlamp brandt.
In sommige landen is de netspanning ongelijkmatig. Hoewel deze projector normaal werkt bij een netspanning van 100 tot 240 V (wisselstroom), kan het apparaat uitvallen wanneer zich een stroomstoring of een spanningspiek van ±10 V voordoet. In gebieden waar dit risico hoog is, is het raadzaam de projector aan te sluiten op een spanningsstabilisator, piekbeveiliging of UPS-systeem (Uninterruptible Power Supply).
Belangrijke veiligheidsinstructies 1
Veiligheidsinstructies
1. De lamp wordt erg heet tijdens het gebruik. Laat de projector ongeveer 45 minuten afkoelen voordat u de lamp vervangt.
4. Plaats dit product nooit op een onstabiele ondergrond. Het product kan dan vallen en ernstig worden beschadigd.
2. Gebruik de lamp niet langer dan de voorgeschreven levensduur. Als u de lamp toch langer gebruikt, kan deze in zeldzame gevallen breken.
3. Zorg dat de stekker van de projector uit het stopcontact is verwijderd voordat u de lamp of elektronische onderdelen vervangt.
5. Het wordt aanbevolen dit apparaat niet zelf te demonteren om het risico van een elektrische schok te vermijden. Wanneer er onderhouds­of reparatiewerkzaamheden aan het apparaat nodig zijn, dient u een bevoegd technicus in te schakelen. Wanneer het apparaat na demontage verkeerd in elkaar wordt gezet en vervolgens wordt gebruikt, kunnen zich storingen of elektrische schokken voordoen.
Belangrijke veiligheidsinstructies2
Veiligheidsinstructies (vervolg)
6. Plaats de projector niet in de volgende ruimtes:
- Slecht geventileerde of gesloten ruimtes. Zorg dat de projector ten minste 50 cm van de muur staat en laat voldoende ruimte vrij rondom de projector.
- Plaatsen waar de temperatuur extreem hoog kan oplopen, zoals in een auto met gesloten ramen.
- Erg vochtige, stoffige of rokerige plaatsen die optische componenten mogelijk aantasten. Dit verkort de levensduur van de projector en verdonkert het beeld.
- Plaatsen in de buurt van een brandalarm.
- Plaatsen met een omgevingstemperatuur van meer dan 40 °C.
- Plaatsen die hoger zijn dan 3000 m.
7. Blokkeer het ventilatierooster niet.
- Plaats het apparaat niet op een laken, beddengoed of andere zachte materialen.
- Bedek het apparaat niet met een doek of andere voorwerpen.
- Plaats geen ontvlambare stoffen in de buurt van de projector.
Als het ventilatierooster niet vrij wordt gehouden, kan er door oververhitting in het apparaat brand ontstaan.
8. Plaats het apparaat tijdens gebruik altijd op een stabiel en niet hellend oppervlak.
- Maak geen gebruik van de projector als deze gekanteld staat in een hoek van meer dan 10 graden (links naar rechts) of in een hoek van meer dan 15 graden (voor naar achter). Als u het apparaat gebruikt wanneer het niet volledig horizontaal staat, werkt het mogelijk niet optimaal of kan de lamp beschadigd raken.
3000
m
9. Plaats het apparaat niet verticaal. De projector kan vallen en letsel veroorzaken of beschadigd raken.
Belangrijke veiligheidsinstructies 3
Veiligheidsinstructies (vervolg)
10. Trap niet op de projector of leg er geen voorwerpen op. Dit kan niet alleen schade aan de projector veroorzaken, maar kan ook leiden tot ongevallen en mogelijk letsel.
11. Plaats geen voorwerpen voor de projectielens als de projector wordt gebruikt. De voorwerpen kunnen heet worden en daardoor vervormd raken of vlam vatten. Druk op Blank (Onderdrukken) op de projector of op de afstandsbediening om de lamp tijdelijk uit te schakelen.
12. Plaats geen vloeistoffen in de buurt van of op de projector. Als er vloeistof in de projector wordt gemorst, werkt deze mogelijk niet meer. Haal in dit geval de stekker uit het stopcontact en laat een BenQ-onderhoudstechnicus de projector controleren.
13. Dit product kan beelden omgekeerd weergeven, zodat plafondmontage mogelijk is.
Gebruik de plafondmontageset van BenQ en zorg dat het apparaat stevig vastzit.
Belangrijke veiligheidsinstructies4

Inleiding

Kenmerken van de projector

De projector combineert krachtige optische projectiemogelijkheden met een gebruikersvriendelijk ontwerp dat betrouwbaarheid en gebruiksgemak garandeert.
De projector heeft de volgende kenmerken:
Instelbare wachtwoordbeveiliging
Compact en draagbaar model
Kwalitatief hoogwaardige handmatige zoomlens
Automatisch de beste beeldkwaliteit met één druk op een knop
Digitale trapeziumcorrectie om vervormde beelden te corrigeren
Instelbare kleurbalansregeling voor weergave van gegevens/videobeelden
Projectielamp met een zeer hoge helderheid
Weergave van 16,7 miljoen kleuren
Meertalige schermmenu's
Schakelen tussen de normale en economische modus om het stroomverbruik te verminderen
Ingebouwde luidspreker voor gemengd monogeluid bij gebruik van een audio-ingang
Krachtige AV-functie voor kwalitatief hoogwaardig AV-beeld
Compatibel met component-HDTV (YP
De helderheid van het geprojecteerde beeld is afhankelijk van het omgevingslicht en de instellingen voor contrast en helderheid van de geselecteerde ingangsbron, én van de afstand tot het scherm.
De helderheid van de lamp neemt na verloop van tijd af en verschilt per fabrikant. Dit is normaal.
bPr)
Inleiding 5

Inhoud van de verpakking

Bij de projector worden de kabels geleverd die nodig zijn om het apparaat op een PC of op video-apparatuur aan te sluiten. Pak alles voorzichtig uit en controleer of u alle onderstaande items hebt. Wanneer één of meerdere van deze items ontbreken, dient u contact op te nemen met de leverancier.
De meegeleverde accessoires zijn geschikt voor uw regio, maar verschillen mogelijk van die in de afbeeldingen.
Projector Draagtas Gebruikers-
handleiding
Trek aan het klepje voordat u de afstandsbediening gebruikt.
Snelgids Afstands-
bediening en
batterij
V G A - k a b e l U S B - k a b e l N e t s n o e r R e i n i g i n g s d o e k

Optionele accessoires

1. Macintosh-adapter
2. Lamp van 200 W
3. Plafondmontageset
4. Componentvideo-naar-VGA (of D-sub) adapterkabel
5. RS232-aansluiting
Gebruikers-
handleiding op
cd-rom
Inleiding6

Buitenkant van de projector

Voorkant/bovenkant

1
2
3 4
5

Achterkant

Zie "Aansluitingen" op pagina 15 voor meer informatie over het aansluiten van andere apparatuur.
12 13 14 15 16 17
11
1. Extern bedieningspaneel (Zie "Extern bedieningspaneel" op
6
7
pagina 8 voor meer informatie.)
2. Ventilatierooster
3. Projectielens
4. Knop voorste versteller
5. Lensdop
6. Focusring en zoomring
7. IR-sensor afstandsbediening voorzijde
18
10
9
8
8. Achterste verstelvoetje
9. Aansluiting netsnoer
10. Sleuf voor Kensington­vergrendeling
11. IR-sensor afstandsbediening
12. RS-232-controlepoort
13. USB-aansluiting

Onderkant

20
21
19
14. Aansluiting voor RGB (PC)-/ componentvideo (YPbPr/YCbCr)­signaalinvoer
15. Aansluiting voor RGB-signaaluitvoer
16. Videoaansluiting
17. S-Video-aansluiting
18. Audioaansluiting
19. Luidspreker
20. Voorste verstelvoetje
21. Lampdeksel
22. Achterste verstelvoetje
22
Inleiding 7

Bedieningselementen en functies

I

Extern bedieningspaneel

13
14
8
1
7
12
6
5
9
10
2
11
3
1. Aan/uit (zie "Starten" op pagina 21 en "Afsluiten" op pagina 26 voor meer informatie.)
Hiermee kunt u de projector aan- of uitzetten.
2. Blank (Onderdrukken) (zie "Het beeld verbergen" op pagina 25 voor meer informatie.)
Hiermee kunt u de schermafbeelding verbergen. Druk op een willekeurige knop op het bedieningspaneel om de afbeelding opnieuw weer te geven.
3. Mode (Modus) (zie "Projectie-toepassing" op pagina 29 voor meer informatie.)
Afhankelijk van het geselecteerde ingangssignaal zijn er verschillende afbeeldingsmogelijkheden beschikbaar.
4. Source (Bron) (zie "Schakelen tussen ingangssignalen" op pagina 25 voor meer informatie.)
Hiermee selecteert u achtereenvolgens het ingangssignaal RGB, componentvideo, S-Video of video.
5. Auto (zie "Het beeld automatisch aanpassen" op pagina 23 voor meer informatie.)
Hiermee worden automatisch de beste beeldtiminginstellingen bepaald voor het weergegeven beeld.
6. Waarschuwingslampje lamp (zie "Lampjes" op pagina 42 voor meer informatie.)
Geeft de lampstatus aan. Brandt of knippert als er een probleem is met de lamp.
7. Waarschuwingslampje temperatuur (zie "Lampjes" op pagina 42 voor meer informatie.)
Knippert rood als de temperatuur van de projector te hoog wordt.
8. Power-lampje (aan/uit) (zie "Lampjes" op pagina 42 voor meer informatie.)
Brandt of knippert als de projector wordt gebruikt.
9. 3 Links
10. Rechts 4 (zie "Keystone (Trapezium) corrigeren" op pagina 24 voor meer informatie.)
Als het schermmenu niet is geactiveerd, functioneren de knoppen #9 en #10 als sneltoetsen voor Keysto ne -/+ (Trapezium).
11. 6 Menu (zie "De menu's gebruiken" op pagina 28 voor meer informatie.)
Hiermee schakelt u het schermmenu (OSD) in.
12. 5 Exit (Afsluiten)
Hiermee slaat u de menu-instellingen op en sluit u het menu.
Inleiding8
4
Als het schermmenu is geactiveerd, functioneren de knoppen #9 en #12 als
I
richtingsknoppen om de gewenste items te selecteren en de instellingen te wijzigen.
13. Focusring (zie "Het beeldformaat en de helderheid fijnafstemmen" op pagina 24 voor meer informatie.)
Hiermee past u de scherpstelling van het geprojecteerde beeld aan.
14. Zoomring (zie "Het beeldformaat en de helderheid fijnafstemmen" op pagina 24 voor meer informatie.)
Hiermee past u de grootte van het beeld aan. Draai de ring rechtsom om het beeld te vergroten of linksom om het beeld te verkleinen.

Afstandsbediening

1
7
2
3 4
5 3
8
9
10
11
6
1. Aan/uit (zie "Starten" op pagina 21 en "Afsluiten" op pagina 26 voor meer informatie.)
Hiermee kunt u de projector aan- of uitzetten.
2. Stilstaand beeld
Wanneer u deze knop indrukt, wordt het beeld stilgezet. Het pictogram " " wordt in de rechterbenedenhoek van het scherm weergegeven. Als u het beeld weer wilt laten
bewegen, drukt u nogmaals op de knop voor stilstaand beeld.
3. 5Omhoog, 6 Omlaag
4. 3Links, Rechts 4
Als het schermmenu is geactiveerd, functioneren de knoppen 5 Omhoog, 6 Omlaag, 3 Links en Rechts 4 als richtingsknoppen om de gewenste items te selecteren en de instellingen te wijzigen.
5. Menu (zie "De menu's gebruiken" op pagina 28 voor meer informatie.)
Hiermee kunt u de gewenste items selecteren en de instellingen wijzigen.
6. Keystone (Trapezium) (zie pagina "Keystone (Trapezium) corrigeren" op
pagina 24 voor meer informatie.)
Hiermee corrigeert u handmatig de vervormde beelden die door de projectiehoek worden veroorzaakt.
Inleiding 9
7. Page Up en Page Down (Pagina omhoog en omlaag) (zie "Door pagina's scrollen vanaf
de afstandsbediening" op pagina 26 voor meer informatie.)
Met deze knoppen kunt u een softwareprogramma op de PC bedienen dat reageert op scrollopdrachten (bijv. Microsoft PowerPoint)
.
8. Auto (zie "Het beeld automatisch aanpassen" op pagina 23 voor meer informatie.)
Hiermee worden automatisch de beste beeldinstellingen bepaald voor het weergegeven beeld.
9. Source (Bron) (zie "Schakelen tussen ingangssignalen" op pagina 25 voor meer informatie.)
Hiermee selecteert u achtereenvolgens het ingangssignaal RGB, componentvideo, S-Video of video.
10. Blank (Onderdrukken) (zie "Het beeld verbergen" op pagina 25 voor meer informatie.)
Hiermee kunt u de schermafbeelding verbergen. Druk op een willekeurige knop op de afstandsbediening om de afbeelding opnieuw weer te geven.
11. Mode (Modus) (zie "Projectie-toepassing" op pagina 29 voor meer informatie.)
Afhankelijk van het geselecteerde ingangssignaal zijn er verschillende afbeeldingsmogelijkheden beschikbaar.

Bereik van de afstandsbediening

De IR-sensoren (infrarood) van de afstandsbediening bevinden zich op de voor- en achterzijde van de projector. Houd de afstandsbediening onder een hoek van maximaal 30 graden ten opzichte van de IR-sensoren van de afstandsbediening op de projector. De afstand tussen de afstandsbediening en de sensoren mag niet meer dan 6 meter bedragen.
~ 6 m
Zorg dat niets de infraroodstraal tussen de afstandsbediening en de IR-sensoren op de projector blokkeert.

De batterij van de afstandsbediening vervangen

1. Verwijder de batterijhouder.
2. Plaats de nieuwe batterij in de houder. De positieve pool van de batterij moet naar buiten wijzen.
3. Duw de houder in de afstandsbediening.
Vermijd hoge temperaturen en
vochtigheid. De batterij kan beschadigd raken als u deze niet correct plaatst.
Vervang batterijen alleen door hetzelfde
type of een soortgelijk type batterijen, zoals door de fabrikant aanbevolen.
Gooi lege batterijen weg overeenkomstig de instructies van de fabrikant.
Gooi een batterij nooit in een vuur. De batterij kan in dat geval ontploffen.
Verwijder de batterij als deze leeg is of als u de afstandsbediening langere tijd niet
gebruikt. Zo voorkomt u dat de afstandsbediening beschadigd raakt door mogelijke lekkage van de batterij.
Inleiding10

De projector plaatsen

Een locatie kiezen

De projector kan op de volgende vier manieren worden geïnstalleerd:
1. Op de vloer en voor het scherm;
2. Op het plafond en voor het scherm;
3. Op de vloer en achter het scherm;
4. Op het plafond en achter het scherm. Welke installatie u het beste kunt gebruiken, is afhankelijk van de indeling van de ruimte en
uw persoonlijke voorkeur. Houd rekening met de grootte en de positie van het scherm, de nabijheid van een stopcontact en de afstand tussen de projector en de andere apparatuur.
I. Vloer voorkant
Selecteer deze instelling als u de projector op de vloer en voor het scherm installeert. Als u een snelle opstelling en draagbaarheid wenst, is dit de meest gebruikte opstelling.
II. Plafond voorkant
Selecteer deze instelling als u de projector tegen het plafond en voor het scherm installeert.
Als u de projector tegen het plafond wilt bevestigen, kunt u het beste de plafondmontageset van BenQ bij uw leverancier kopen.
Nadat u de projector hebt ingeschakeld, kiest u in het menu Geavanceerd > Spiegel.
III. Vloer achterkant
Selecteer deze instelling als u de projector op de vloer en achter het scherm installeert.
Voor deze opstelling is een speciaal scherm voor achterwaartse projectie vereist.
Nadat u de projector hebt ingeschakeld, kiest u in het menu Geavanceerd > Spiegel.
IV. Plafond achterkant
Selecteer deze instelling als u de projector tegen het plafond en achter het scherm installeert.
Voor deze opstelling zijn een speciaal scherm voor achterwaartse projectie vereist en de plafondmontageset van BenQ.
Nadat u de projector hebt ingeschakeld, kiest u in het menu Geavanceerd > Spiegel.
De projector plaatsen 11
Loading...
+ 39 hidden pages