BenQ DC X720 User Manual [nl]

DC X720 Digitale camera
Gebruiksaanwijzing
Welkom
Copyright
Copyright © 2006 BenQ Corporation. Alle rechten voorbehouden. Geen enkel deel van deze uitgave mag worden gereproduceerd, verzonden, overgezet, opgeslagen in een archiveringssysteem of vertaald in enige taal of computertaal, in geen enkele vorm of op geen enkele wijze, elektronisch, mechanisch, magnetisch, optisch, chemisch, handmatig of anderszins, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van BenQ Corporation.
Bepalingen
BenQ Corporation aanvaardt geen verantwoordelijkheden of garanties, hetzij uitdrukkelijk of impliciet, met betrekking tot de inhoud van dit document en verwerpt specifiek elke garantie op de verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel. BenQ Corporation behoudt zich bovendien het recht voor de publicatie te herzien en af en toe wijzigingen aan de inhoud van dit document aan te brengen, zonder enige verplichting van deze onderneming om enige persoon op de hoogte te brengen van dergelijke revisie of wijzigingen.
Zorg dragen voor uw camera
• Gebruik uw camera niet buiten het volgende omgevingsbereik: temperaturen lager dan 0 °C of hoger dan 40 °C.
• De camera niet gebruiken noch opslaan in de onderstaande omgevingen: – Direct zonlicht – Hoge vochtigheid of stof – In de buurt van een luchtkoeler, verwarming of andere warmtebronnen – In een gesloten auto in direct zonlicht – Onstabiele locaties
• Indien uw camera vochtig wordt, neem deze dan zo snel mogelijk af met een droge doek.
• Zout of zeewater kan ernstige schade toebrengen aan de camera.
• Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol enz. om de camera te reinigen.
• Indien de lens of zoeker vuil zijn, gebruik dan een lensborstel of een zachte doek om de lens te reinigen. Raak de lens niet aan met uw vingers.
• Om elektrische schokken te voorkomen, mag u de camera niet uit elkaar nemen of zelf repareren.
• Water op of in de camera kan leiden tot brand of elektrische schokken. Bewaar uw camera dus steeds op een droge plaats.
• Gebruik de camera niet buitenshuis wanneer het regent of sneeuwt.
• Gebruik de camera niet in of in de nabijheid van water.
• Als een vreemd object of water in uw camera terechtkomt, schakel dan onmiddellijk de voeding uit, neem de batterijen uit het toestel en koppel de voedingsadapter los. Ver w i jd e r h et vu il of water en stuur de camera ter reparatie op naar het onderhoudscentrum.
• Draag de gegevens zo snel mogelijk over naar de computer om verlies van uw foto’s en/of videofragmenten te vermijden.
Verwijdering van afval van elektrische en elektronische apparaten door gebruikers in privé­huishoudens in de Europese Unie.
Dit symbool op het product of op de verpakking geeft aan dat het niet als huishoudelijk afval mag worden verwijderd. U dient uw versleten apparatuur af te geven volgens het toepasselijke terugnameschema voor de recyclage van elektrische en elektronische apparaten. Voor meer informatie over de recyclage van dit apparaat, kunt u contact opnemen met uw lokaal stadsbestuur, de winkel waar u het apparaat hebt gekocht of het vuilnisverwerkingsbedrijf. Dankzij de recyclage van materialen worden de natuurlijke bronnen bewaard en wordt het apparaat
Regelgevende CE-verklaring Hierbij verklaart BenQ Corp. onder onze verantwoordelijkheid dat het product in
overeenstemming is met de vereisten die zijn uiteengezet in de Richtlijn van de Raad op de benadering van de lidstaten met betrekking tot de richtlijnen voor elektromagnetische compatibiliteit (89/336/EEG, 92/31/EEG) en de Lage voltage-richtlijn (73/23/EEG).
gerecycleerd op een manier die de menselijke gezondheid en het milieu beschermd.
Inhaltsverzeichnis
1. Rondleiding door uw camera............................................... 1
1.1 Inhoud Verpakking ........................................................ 1
1.2 Camera-onderdelen........................................................ 1
1.2.1 Vooraanzicht ....................................................... 1
1.2.2 Achteraanzicht ..................................................... 2
1.2.3 LED-indicator ...................................................... 2
2. De camera voorbereiden voor gebruik................................ 3
2.1 De batterij plaatsen........................................................ 3
2.2 De batterij laden............................................................. 3
2.3 Een SD-geheugenkaart plaatsen en verwijderen............... 4
2.4 De datum en tijd instellen............................................... 4
3. De camera gebruiken............................................................ 5
3.1 Fotostand....................................................................... 5
3.1.1 Aan de slag met foto’s ............................................ 5
3.1.2 LCD-beeldscherminformatie Fotostand .................... 6
3.1.3 De camera-instellingen wijzigen .............................. 7
3.1.4 De opnamestand instellen ...................................... 7
3.1.5 De flitser gebruiken ............................................... 8
3.1.6 De Zelfontspanner gebruiken.................................. 9
3.1.7 De burstfunctie gebruiken ...................................... 9
3.1.8 De optische zoom gebruiken................................... 9
3.1.9 De digitale zoom gebruiken .................................. 10
3.1.10 Het scherpstelbereik wijzigen ................................ 10
3.1.11 De belichtingswaarde aanpassen ............................ 10
3.1.12 Menu-instellingen Fotostand ................................ 11
3.1.12.1Menu Fotostand........................................... 11
3.1.12.2De intervalopname gebruiken......................... 12
3.2 Videostand................................................................... 13
Nederlands
iii
3.2.1 LCD-beeldscherminformatie Videostand ................ 14
3.2.2 Menuinstellingen Videostand................................ 14
3.2.2.1 Menu Videostand......................................... 14
3.2.3 Opnametimer..................................................... 15
3.3 Weergavestand ............................................................. 16
3.3.1 LCD-beeldscherm weergavestand Informatie (opname)
3.3.2 Foto’s weergeven ................................................ 16
3.3.2.1 Foto’s vergroten ........................................... 16
3.3.2.2 Miniatuurweergave (Indexweergave) ............... 17
3.3.2.3 Spraakmemo ............................................... 17
3.3.3 Bestanden verwijderen ......................................... 17
3.3.4 Menu-instellingen Weergavestand ......................... 18
3.3.4.1 Menu Weergavestand.................................... 18
3.3.5 LCD-beeldscherminformatie Weergavestand (Video)
3.3.6 Videofragmenten afspelen .................................... 19
.......................................................... 16
3.4 Instelstand ................................................................... 20
3.4.1 Menu Instelstand ................................................ 20
Nederlands
4. PC-Afhankelijke functies.................................................... 23
4.1 Bijgeleverde software .................................................... 23
4.2 USB-modus ................................................................. 24
4.3 PictBridge-stand........................................................... 24
5. Probleemoplossing ............................................................. 25
... 19
6. Specificaties ......................................................................... 27
7. Ondersteuningsinformatie ................................................. 28
iv

1 Rondleiding door uw camera

1.1 Inhoud Verpakking

Haal voorzichtig alle items uit de verpakking en controleer of u over de volgende items beschikt.
1. Gebruiksaanwijzing
2. Digitale camera
3. USB-kabel
4. Lithium-ion-batterij
5. Handriem
6. CD-ROM met software
7. Batterijlader
8. AC voedingsadapter
9. AV-kabel
10. Draagtas
Indien een onderdeel ontbreekt of beschadigd lijkt, neem dan contact op met uw leverancier. Bewaar de verpakking voor het geval u deze zou nodig hebben om uw camera te verzenden voor onderhoud of reparatie.

1.2 Camera-onderdelen

1.2.1 Vooraanzicht

1. Ontspanknop
2. Voedingsknop
3. Status-LED indicator
4. Ingebouwde flitser
5. LED zelfontspanner
6. Luidspreker
7. Lens/lensafsluiting
8. Statiefbevestiging
9. Microfoon
Nederlands
Rondleiding door uw camera 1
Nederlands

1.2.2 Achteraanzicht

1. LCD-scherm
2. W (groothoek)
Uitzoomen of miniatuur
3. T (tele)
Inzoomen
4. Oogje voor riem
5. Knop Afspelen/opnemen
6. Knop Foto/Video opnemen
7. Navigatieknop –
vierwegkn op en de knop OK
8. Knop Menu
9. Weregaveknop

1.2.3 LED-indicator

indicator Status Beschrijving
Status-LED indicator
LED zelfontspanne r
Het LCD-scherm van de digitale camera werd vervaardigd met de meest verfijnde technol-
ogie. Het scherm kan echter enkele lichte vlekjes bevatten of ongewone kleuren weer­geven. Dit is normaal en wijst niet op een defect aan het scherm. Het zal evenmin de opnamen die u met de camera maakt, beïnvloeden.
Stabiel groen • De camera is ingeschakeld en klaar voor gebruik.
Knipperend groen
Knipperend oranje
Stabiel rood • De functies voor de geluids- of video-opname zijn geactiveerd.
Knipperend rood
• De USB-verbinding is bezig.
• De camera is in de energiebesparingsstand.
• De camera is bezig met de verwerking of het openen van gegevens.
• Er zijn fout- of waarschuwingsberichten.
• De functies voor de zelfontspanner of de intervalopname zijn
geactiveerd.
Het is normaal dat de camera tijdens het gebruik warm wordt omdat de metalen camerabehuizing warmte kan geleiden.
Rondleiding door uw camera2

2 De camera voorbereiden voor gebruik

2.1 De batterij plaatsen

Wij raden u sterk aan alleen de opgegeven oplaadbare lithium-ion-batterij te gebruiken voor uw camera. Zorg ervoor dat u de voeding van de camera uitschakelt voordat u de batterij plaatst of verwijdert.
De batterij plaatsen:
1. Sluit het batterij/SD-geheugenkaartklepje (A).
2. Plaats de batterij in de correcte richting zoals aangegeven (B).
3. Duw de batterij helemaal in het vak tot de vergrendelingshendel van de batterij op zijn plaats klikt (C).
4. Sluit het batterij/SD-geheugenkaartklepje (D).
De batterij verwijderen:
1. Open de klep van de batterij/SD-geheugenkaart.
2. Ontgrendel de batterijvergrendeling.
3. Wanneer de batterij een weinig uit het vak springt, trekt u deze langzaam volledig uit het vak.
A
B
C
D

2.2 De batterij laden

De laadstatus van de batterij beïnvloedt de prestatie van de camera. Voor een maximale prestatie en levensduur van de batterij, raden wij u aan de batterij volledig op te laden met de aanbevolen laderset (lader en wisselstroomadapter) en deze vervolgens minstens eenmaal volledig te ontladen door normaal gebruik. Zorg ervoor dat u de voeding van de camera uitschakelt voordat u de batterij plaatst.
1. Plaats de batterijen in de lader zoals weergegeven in de afbeelding.
2. Sluit een uiteinde van de wisselstroomadapter aan op de lader.
3. Stop het andere uiteinde van de AC voedingsadapter in het stopcontact.
4. Wanneer de batterij wordt opgeladen, zal de LED-indicator van de lader rood oplichten. Wanneer de batterij volledig is opgeladen, wordt deze LED groen.
De duur van het opladen is afhankelijk van de omgev ingstemperatuur en de status van de batterij.
Nederlands
De camera voorbereiden voor gebruik 3
Nederlands
De camera moet worden gebruikt met de opgegeven laderset. Schade die wordt vero-
orzaakt door gebruik van een verkeerde adapter valt niet onder de garantie. Zorg er steeds voor dat de camera is uitgeschakeld voordat u de batterij verwijdert.
De batterij kan warm zijn na het opladen of na het gebruik. Dit is normaal en wijst niet op
een defect.
Wanneer u de camera gebruikt in koude omgevingen, zorg er dan voor dat de camera en
zijn batterij warm blijven door de camera in uw jas of een andere warme beschermende omgeving te bewaren.

2.3 Een SD-geheugenkaart plaatsen en verwijderen

De camera is voorzien van intern geheugen, zodat u videofragmenten kunt opnemen, foto’s maken of spraakbestanden samenstellen. U kunt ook de geheugencapaciteit uitbreiden met een optionele SD-geheugenkaart (Secure Digital) om nog meer bestanden op te slaan.
1. Controleer altijd of de camera is uitgeschakeld voordat u een geheugenkaart plaatst of verwijdert.
2. Plaats een SD-geheugenkaart in de correcte richting, zoals weergegeven in de afbeelding.
3. Sluit het batterij/SD-geheugenkaartklepje. Controleer of de camera is uitgeschakeld voordat u de SD-geheugenkaart verwijdert.
Duw lichtjes op de rand van de geheugenkaart zodat deze wordt uitgeworpen.
Zorg ervoor dat u de SD-geheugenkaart met
deze camera formatteert voordat u de kaart voor het eerst gebruikt.
Om te vermijden dat waardevolle gegevens per
ongeluk worden gewist van de SD-geheugen­kaart, moet u het schrijfbeveiligingsklepje (op de zijkant van de SD-geheugenkaart) naar de stand “LOCK (VERGRENDELEN)” schuiven.
Om gegevens op de SD-geheugenkaart op te slaan, te bewerken of te wissen, moet u de
kaart ontgrendelen.
Plaats geen geheugenkaart in de camera terwijl u het intern geheugen formatteert. Als u
dat toch doet, wordt de geheugenkaart in plaats van het interne geheugen van de camera geformatteerd.
Formatteren is een onomkeerbare actie en de gegevens kunnen niet meer worden her-
steld op een later tijdstip. Maak een back-up van uw gegevens voordat u formatteert.
Wanneer u problemen ondervindt bij het lezen van of schrijven op een SD-geheugenkaart,
is het mogelijk dat de kaart niet correct is geformatteerd.

2.4 De datum en tijd instellen.

Stel de datum en tijd in voordat u uw camera voor de eerste keer gebruikt. Raadpleeg de tabel onder 3.4.1 “Menu Instelstand” op pagina 20 voor meer informatie.
De camera voorbereiden voor gebruik4

3 De camera gebruiken

3.1 Fotostand

3.1.1 Aan de slag met foto’s

1. Druk gedurende meer dan één seconde op de knop
schakelen.
2. Stel uw opname in het LCD-scherm in onder de Fotostand.
3. Druk de ontspanknop halverwege (1) en vervolgens volledig in (2).
Wanneer u de ontspanknop halver-
Het scherpstelkader wordt groen wan-
Wanneer de scherpstelling of de beli-
Druk op de knop [ ] om het laatst
opgenomen beeld te bekijken.
Duw de ontspanknop halverwege in of
druk op de knop [ ] om terug te keren naar de Snapshotmodus.
Het LCD-scherm wordt donkerder bij sterk zonlicht of helder licht. Dit is geen defect.
Houd uw camera altijd stil wanneer u de ontspanknop indrukt om onscherpe opnamen te
voorkomen. Dit is vooral belangrijk wanneer u foto’s maakt bij lage belichtingsomstan­digheden, waarbij de camera de sluitertijd zal vertragen om ervoor te zorgen dat uw opnamen correct belicht zijn.
Als u de knop [ ] indrukt, wisselt het LCD-scherm in deze volgorde: OSD normaal
Gedetailleerde info. Info. Uit.
Als QuickView (Snelweergave) is ingesteld op “On” (Aan) wordt een voorbeeld van het
opgenomen beeld weergegeven terwijl de opname in het geheugen wordt opgeslagen.
[] om de camera in te
wege indrukt, wordt er automatisch scherpgesteld en de belichting aange­past.
neer de camera is scherpgesteld en wanneer de belichting is vastgesteld.
chting niet geschikt is, wordt het kader van het scherpstelgebied rood.
Nederlands
De camera gebruiken 5
3.1.2 LCD­beeldscherminformatie Fotostand
1.
Fotost and
[]Automatisch
[]Handmatig
[]S.S.F.
[]Portret
[]Landschap
[]Nachtopname
Nederlands
[]Sport
[]Achtergrondverlichting
2. Flitserstand
[]Automatische flitser
[]Flitser aan
[]Flitser Uit
[]Rode ogen
[ ] Langzaam synchroniseren
3. Pictogram zelfontspanner (indien gebruikt)
[]Zelfontspanner (2s)
[ ] Zelfontspanner (10s)
[ ] Inter valopname
[]Burst
4. Witbalans (indien weergave [Detailed Info] is geselecteerd)
[]Automatische WB
[]Zonlicht
[]Bewolkt
[]Gloeilamp
[]TL-lamp
5. EV (Belichtingswaarde)
-0.3, -0.6, -1.0, -1.3, -1.6, -2.0, +0.3, +0.6, +1.0, +1.3, +1.6, +2.0
6. ISO
[ ] ISO Auto (Maximum 400)
[ ] ISO 80 [ ]ISO 160
[ ] ISO 320 [ ]ISO 400
[ ] ISO 800
7. Metering
[ ] Centraal gem.
[]Punt
[]Matrix
8. Beeldkwaliteit
[]Fijn
Norma al
[]
9. Resolutie (Beeldformaat)
[ ] 3072 x 2304
[ ] 2560 x 1920
[ ] 2048 x 1536
[ ] 1600 x 1200
[ ] 640 x 480
10. Beschikbaar aantal opnamen
11. Zoomstatus
12. Scherpstelgebied
13. Indicator niveau batterijvermogen
[ ] Volledig batterijvermogen
[ ] Gemiddeld batterijvermogen
[]Laag batterijvermogen
[ ] Bijna geen batterijvermogen
De camera gebruiken6
Waarschuwingsbericht met de vraag de batterij op te laden

3.1.3 De camera-instellingen wijzigen

U kunt de camerainstellingen wijzigen met de vierwegknoppen en de knop OK.
1. Omhoog/EV:
schuift omhoog in de menu’s.
Hiermee kunt u de EV-instellingen aanpassen.
2. Links/Scherpstellen:
schuift naar links in de menu’s.
Hiermee kunt u de gewenste instellingen voor het
scherpstellen selecteren.
3. Uit/Zelfontspanner/Intervalopname/Burstopname/Verwijderen
schuift omlaag in de menu’s.
Schakelt tussen de zelfontspannerinstellingen.
Activeert de functies Intervalopname en Burstopname.
Verwijdert foto’s, videofragmenten of spraakmemo’s.
4. Naar rechts/Flitser:
schuift naar rechts in de menu’s.
Hiermee kunt u de gewenste instellingen voor de flitser selecteren.
5. OK: Bevestigt de gekozen instelling.

3.1.4 De opnamestand instellen

Volg de onderstaande stappen om de opnamestand in te stellen voor het maken van foto’s.
1. Druk in de fotostand op de knop Het menu van de opnamestand wordt weergegeven.
2. Gebruik de knoppen [ ]/ te sel ecteren en druk vervolgens op de knop OK om uw keuze te bevestigen.
De onderstaande tabel zal u helpen bij het kiezen van de geschikte opnamestand:
Picto-
Opnamestand Beschrijving
gram
Automatisch Selecteer deze stand wanneer u de instellingen aan de camera wilt over-
[]
Handmatig Selecteer deze stand als u de instellingen witbalans, lichtmeting en ISO wilt
[]
S.S.F. (Super
[]
Shake-Free)
Portret Selecteer deze stand wanneer u een foto wilt maken waarbij de persoon
[]
[] .
[] om d e gewe nste s tand
laten, zodat u met meer gemak uw opnamen kunt maken.
aanpassen. Deze menu’s zijn alleen beschikbaar in de handmatige stand.
Selecteer deze mo dus om wazige beelden te voorkomen die d oor het trillen van de camera zijn veroorzaakt. Hierdoor verbetert u de kwaliteit en de zuiverheid van de opname. In deze modus wordt de ISO-waarde automatisch aangepast (maximum 1200) op basis van de om¿ü
opvalt tegenover een onscherpe (vage) achtergrond. De standaard flitser-
stand is ingesteld op [ ] . Dit is ook effectief bij het verminderen van het fenomeen rode ogen.
Nederlands
De camera gebruiken 7
Nederlands
Picto-
Opnamestand Beschrijving
gram
Landschap Selecteer deze stand om de kleur en de verzadiging die in de bergen
[]
Nachtopname Selecteer deze functie wanneer u mensen wilt fotograferen met een avond-
[]
Sport Selecteer deze stand wanneer u foto’s wilt maken van snel bewegende
[]
Achtergrond-
[]
verlichting
De beschrijving van elke opnamestand is bedoeld als een algemene gids voor uw
gebruikscomfort. Stel de digitale fotocamera in volgens uw voorkeuren.
voorkomt, bossen en andere landschapstaferelen te verbeteren of om por­tretfoto’s te maken met een monument op de achtergrond. De flitser is vast
ingesteld op [ ].
of nachtscène als achtergrond. De flitser is vast ingesteld op [ ].
onderwerpen. De flitser is vast ingesteld op [ ].
Selecteer deze stand wanneer u foto’s maakt waarbij het licht van achter het
onderwerp komt. De flitser is vast ingesteld op [ ].
De opnamestand kan alleen in de fotostand worden ingesteld.

3.1.5 De flitser gebruiken

De flitser is voorzien om automatisch te werken wanneer de belichtingsomstandigheden het gebruik van de flitser vereisen. Bij het maken van een foto kunt u een flitserstand gebruiken die geschikt is voor de omstandigheden. Indien u de flitserstand wijzigt zal de camera deze instelling behouden, zelfs nadat u deze hebt uitgeschakeld.
1. In de fotostand wordt de automatische flitser [] standaard geactiveerd.
2. Schakel de knop [] om desgewenst andere flitserstanden te selecteren.
3. Stel uw opname samen en druk op de ontspanknop.
De onderstaande tabel zal u helpen bij het kiezen van de geschikte flitserstand:
Picto-
Flitser Beschrijving
gram
Auto mati sche
[]
flitser
Flitser aan De flitser zal steeds werken ongeacht de helderheid van de omgeving.
[]
Flitser Uit De flitser zal niet afgaan. Selecteer deze stand wanneer u foto’s maakt op
[]
Rode ogen Deze stand kan het fenomeen rode ogen reduceren wanneer u natuurlijk
[]
Langzaam syn-
[]
chronisere n
De flitser gaat automatisch af naargelang de fotografische omstandigheden.
Selecteer deze stand om foto’s te maken met hoge contrasten (achtergrond­verlichting) en diepe schaduwen.
een plaats waar het gebruik van een flitser verboden is, of wanneer de afstand tot het object buiten het effectieve bereik van de flitser ligt.
uitziende foto’s maakt van mensen of dieren bij zwakke belichtingsomstan­digheden. Wanneer u opnamen maakt, kan het fenomeen rode ogen worden geredu­ceerd door het onderwerp (de persoon) te vragen in de cameralens te kijken of zo dicht mogelijk bij de camera te staan.
Deze stand opent de sluiter voor een langere tijd dan normaal en activeert de flits net voordat de sluiter wordt gesloten. Selecteer deze stand om een onderwerp op de voorgrond te belichten, maar ook het renderen van een donkerdere achtergrond toe te staan. Deze stand is geschikt om een nacht­opname te maken met mensen op de voorgrond.
U kunt de flitser niet gebruiken in de videostand.
Als u langzaam synchroniseren selecteert om wazige foto’s te vermijden, raden wij u aan
een statief te gebruiken en statische onderwerpen te fotograferen.
De camera gebruiken8

3.1.6 De Zelfontspanner gebruiken

U kunt de zelfontspanner instellen in de fotostand. Deze functie is nuttig wanneer u zelf op de foto wilt staan.
1. Maak de camera vast op een statief of plaats hem op een stabiel oppervlak.
2. Schakel in de fotostand de knop
[] om de gewenste zelfontspannerstand te
selecteren.
Picto-
Zelfontspanner Beschrijving
gram
Zelfontspanner
[]
(2s)
Zelfontspanner
[]
(10s)
Intervalopname De camera neemt automatisch een foto volgens elke vooraf ingestelde tijd
[]
Burstopname Wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, activeert de camera automa-
[]
De camera neemt de foto automatisch met een vertraging van twee sec­onden.
De camera neemt de foto automatisch met een vertraging van tien sec­onden.
tot het medium vol of de batterij leeg is.
tisch een burstopname van drie foto’s.
3. Stel uw opname samen en druk op de ontspanknop.
De zelfontspannerfunctie wordt geactiveerd en
de status van het aftellen wordt weergegeven op het LCD-scherm.
De LED van de zelfontspanner knippert en de
foto wordt gemaakt nadat de vooraf ingestelde duur is verlopen.
U kunt de zelfontspanner op elk ogenblik annul-
eren door de knop
De zelfontspannerinstelling wordt automatisch geannuleerd nadat een opname is gemaakt.
[] in te drukken.

3.1.7 De burstfunctie gebruiken

Deze stand wordt gebruikt voor doorlopende opnamen. De foto’s worden ononderbroken gemaakt zolang de ontspanknop wordt ingedrukt.
1. Schakel de knop [ ] in de Fotostand tot het pictogram Burst [ ] wordt weergegeven op het LCD-scherm.
2. Druk de ontspanknop halverwege in om de scherpstelling te vergrendelen.
3. Druk de ontspanknop volledig in om de foto’s te maken.
In de stand Burst wordt de flitserstand automatisch ingesteld op [Flitser uit].

3.1.8 De optische zoom gebruiken

Met zoomfotografie kunt u beelden tot 3 maal vergroten bij de opname of een breedhoekfoto maken, afhankelijk van de afstand tot het onderwerp. U kunt ook het midden van het scherm vergroten en foto’s maken met de digitale zoom.
1. Druk op de knop [ ] om naar de fotostand of de videostand te gaan.
2. Stel uw opname samen met de zoomtoets.
Nederlands
De camera gebruiken 9
Nederlands
Als u de toets naar rechts aanpast, zoomt u in op het onderwerp en vergroot u het
onderwerp op het LCD-scherm.
Als u de toets naar links aanpast, krijgt u een beeld met een bredere hoek.
De lenspositie verschuift alleen met de optische zoom volgens de zoominstelling.
3. Druk de ontspanknop halverwege in om de scherpstelling en belichting in te stellen en druk de knop vervolgens volledig in om de opname te maken.
U kunt de zoomfunctie niet gebruiken tijdens de opname van een videofragment. Stel de
zoomfactor in voordat u de opname begint.

3.1.9 De digitale zoom gebruiken

Wanneer u de 3x optische zoom en de 4 x digitale zoom combineert, kunt u ingezoomde foto’s maken tot 12 maal de oorspronkelijke grootte om uw opname aan te passen volgens het onderwerp en de afstand. De digitale zoom is een nuttige functie, maar hoe meer u uw beeld vergroot (inzoomt), hoe meer pixels (korrels) het zal vertonen.

3.1.10 Het scherpstelbereik wijzigen

1. Schakel in de fotostand de knop [ ] om te schakelen tussen de volgende standen.
Picto-
Scherpstelling Beschrijving
gram
Normaal (AF) Normaal automatisch scherpstellen (40 cm tot oneindig).
Macro Macro automatisch scherpstellen (15-30cm) De flitser is vast ingesteld op
[]
Panfocus (PF) Deze optie kan de duur voor het scherpstellen verkorten en de efficiëntie bij
[]
2. Stel de opname samen.
3. Druk de ontspanknop halverwege en vervolgens volledig in.
[].
het maken van foto’s verbeteren. Hiermee kunt u gemakkelijk foto’s maken van snel bewegende objecten en objecten in het donker.

3.1.11 De belichtingswaarde aanpassen

Met de instelling EV (belichtingswaarde) kunt u een foto helderder of donkerder maken. Gebruik deze instelling wanneer de helderheid tussen het onderwerp en de achtergrond niet in balans is, of wanneer het onderwerp slechts een klein gedeelte van de foto inneemt.
1. Controleer in de fotostand of de opnamestand is ingesteld op [Auto] of [Manual] (Handmatig). Raadpleeg 3.1.4 “De opnamestand instellen” op pagina 7 voor meer informatie over het instellen van de opnamestand.
2. Druk op de knop [ ] . De aanpassingsbalk voor de belichtingswaarde wordt onderaan in het LCD-scherm weergegeven.
3. De belichtingswaarde is standaard ingesteld op 0. Deze waarde kan worden aangepast tussen -2.0 en +2.0.
Om de afwijking van de belichtingswaarde te vergroten, drukt u op de knop [] en
vervolgens op de knop OK.
Om de af wijking van de belichtingswaarde te verkleinen, drukt u op de knop [ ] en
vervolgens op de knop OK.
De camera gebruiken10

3.1.12 Menu-instellingen Fotostand

3.1.12.1 Menu Fotostand
1. Druk in de fotostand op de knop [] om het menu
te openen. Gebruik vervolgens de knoppen [ ] /
[ ] om de menu-instellingen die u wilt wijzigen, te selecteren.
2. Gebruik de knoppen [ ]/ in het menu te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
3. Druk op de knop
Picto-
Item Optie Functionele beschrijving
gram
Resolut ie
[]
Foto
[]
Kwaliteit
Scherpstelge-
[]
bied
Interval op-
[]
name
Datumstem-
[]
pel
Wit
[]
Balans (Alleen beschikbaar in Hand­matige stand)
[] om het gewenste item
[] om het menu te sluiten.
[ ] 3072 x 2304
[ ] 2560 x 1920
[ ] 2048 x 1536
[ ] 1600 x 1200
[ ] 640 x 480
[] Fijn
[ ] Normaal
[] Punt
[ ] Multi
[]
[]
[] Aut o WB
[ ] Zonnig
[ ] Bewolkt
[ ] Gloeilamp
[ ] TL-lamp
Stelt het formaat in van de foto die zal worden gemaakt.
Opnamen met een hogere resolutie vere-
isen meer geheugen. Als u meer opnamen wilt opslaan in een beperkte hoeveelheid geheugen, dient u een kleiner beeldformaat in te stellen.
Stelt de kwaliteit (compressieverhouding) in voor de foto die u wilt maken.
bepaalt de manier waarop het scherpstelgebied wordt geselecteerd. U kunt kiezen voor het scherpstellen met centrale punt of multi-punt.
Maakt foto’s volgens de opgegeven instellingen. Zie
3.1.12.2 “De intervalopname gebruiken” op pagina 12 voor details. Drukt de huidige datum af in de rechterbenedenhoek van de gemaakte foto’s. Deze functie dient te worden geac­tiveerd voordat de opname wordt gemaak t. Raadpleeg de tabel onder 3.4 “Instelstand” op pagina 20 voor meer informatie over het instellen van de datum en tijd of de datumnotatie. Stelt de witbalans in wanneer u opnamen maakt bij spec­ifieke belichtingsomstandigheden
– Auto WB: Past de witbalans automatisch aan – Zonnig: Geschikt voor helder daglicht. – Bewolkt: Geschikt voor bewolkte, schemerige of
schaduwrijke omstandigheden.
– Gloeilamp: Geschikt voor onderwerpen met
gloeilampverlichting.
– TL-lamp: Geschikt voor onderwerpen met TL-
verlichting.
Nederlands
De camera gebruiken 11
Nederlands
Picto-
Item Optie Functionele beschrijving
gram
Lichtmeting
[]
(Alleen beschikbaar in Hand­matige stand)
Effect
[]
ISO
[]
(Alleen beschikbaar in Hand­matige stand)
[]
Centraal gem.
[] Punt
[] Matrix
[ ] Normaal
[ ] Z & W
[ ] Sepia
[] Levendig
[] ISO Auto
[ ] ISO 80
[ ] ISO 160
[ ] ISO 320
[ ] ISO 400
[ ] ISO 800
Past het gedeelte van het onderwerp of het beeld aan, dat door de camera wordt gebruikt om het licht te meten.
– Centraal gem.: De lichtmeting van de camera is
ingesteld voor de gemiddelde helderheid van onderwerpen in het centrale gebied van het kader.
– Punt: De lichtmeting van de camera is ingesteld
voor de helderheid van het onderwerp in het midden van het beeld.
– Matrix: de camera bepaalt de belichting door
alleen de objecten in het centrale punt te meten. Gebruik deze optie om de correcte belichting op een klein gedeelte van de opname te verkrijgen.
Past een tint of kleur toe op uw foto’s om een artistiek effect te creëren.
– Normaal: Standaard RGB-kleurinstellingen,
geschikt voor algemene fotogr afie. – Z & W Zwart-wit foto’s met grijswaarden. – Sepia: Zorgt voor een foto met een warme,
ouderwetse stijl waarbij de kleuren meer bruin en
oranje zijn. – Helder: Zorgt voor scherpere en levendigere kleuren.
Configureert de gevoeligheid van de camera voor het licht.
– ISO Auto: Stelt de ISO-waarde automatisch.
(Maximum 400) – ISO 80/160: Equivalent met kleurenfilm ISO
80/160. Wordt gebruikt voor fotografie
buitenshuis bij helder zonlicht. – ISO 320 / 400 /800: equivalent met kleurenfilm
ISO 320/400/800. Gebruik deze optie in een
omgeving met een lage belichting of waar het
gebruik van de flitser niet is toegelaten.
Hoe hoger de ISO-waarde, hoe meer ruis er in de opname kan zichtbaar zijn.
De witbalans instellen
Het menselijk oog past zich aan wijzigingen in het licht aan, zodat witte objecten er, zelfs wanneer het licht wijzigt, nog steeds wit uitzien. Bij een digitale camera wordt de kleur van het onderwerp echter beïnvloed door de kleur van het licht in de omgeving van het onderwerp. Deze kleuraanpassing wordt “aanpassing witbalans” genoemd. Met deze instellingen kunt u de witbalans instellen wanneer u foto’s maakt bij specifieke belich­tingsomstandigheden.
3.1.12.2 De intervalopname gebruiken
De camera biedt u de mogelijkheid beelden op te nemen met een interval die op de instelling is gebaseerd. Deze stand is beschikbaar wanneer u de zelfontspanner gebruikt. U kunt het interval en het aantal gemaakte foto’s opgeven. De instellingen voor de intervalopname aanpassen:
1. Selecteer het menu Interval Shoot (Intervalopname) in de fotomodus.
2. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om te schakelen tussen het interval en de telling en druk vervolgens op de knop OK.
De camera gebruiken12
Interval:
[15 sec.]: Het opname-interval is 15 seconden. [1 min.]: Het opname-interval is 1 minuut. [3 min.]: Het opname-interval is 3 minuten. [10 min.]: Het opname-interval is 10 minuten. [60 min.]: Het opname-interval is 60 minuten.
Teller: 2 ~ 99 tellingen (geeft aan hoeveel foto’s kunnen worden gemaakt).
3. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om de instellingen aan te passen en druk vervolgens op de knop OK.
Foto’s maken met de functie Interval Shoot (Intervalopname):
1. Schakel in de fo tostand de knop [ ] om de stand Inte rval Shoot (In tervalopname) te selecteren.
2. Druk op de ontspanknop om te starten. De foto’s worden gemaakt volgens het vooraf ingestelde interval en de telling.
3. Druk op de ontspanknop als u wilt stoppen.

3.2 Videostand

Met de speciaal ontwikkelde pauzefunctie van de camera, kunt u de opnamesessie op elk willekeurig ogenblik pauzeren volgens uw behoefte. Ontdek deze functie met de volgende eenvoudige stappen.
1. Schakel de knop [ ] om de videostand te openen. Het opnamescherm voor videofragmenten wordt weergegeven.
2. Plaats het onderwerp desgewenst in een kader op het LCD-scherm met behulp van de zoomknop.
De optische zoom moet voor de opname worden ingesteld.
De optische zoom kan niet worden gebruikt tijdens de opname.
3. Druk op de ontspanknop om de opname te starten.
Druk opnieuw op de ontspanknop om de opnamesessie te stoppen.
Druk op de knop OK om de opnamesessie te pauzeren. Druk op de knop OK om de
opname te hervatten.
U kunt de flitser niet gebruiken in de videostand.
Open de batterij/SD-geheugenkaartklep niet of verwijder de batterij of de SD-geheugen-
kaart niet terwijl een video wordt opgenomen op een SD-geheugenkaart. Als u dit toch doet, kan dit de SD-geheugenkaart beschadigen of de gegevens vernietigen.
De duur van de opname is afhankelijk van de resterende capaciteit van uw geheugen-
kaart of van het interne geheugen van de camera. De resterende duur wordt weergegeven in de rechterbovenhoek van het LCD-scherm.
Nederlands
De camera gebruiken 13
Nederlands
3.2.1 LCD-beeldscherminformatie Video­stand
1. Videostand
2. Beschikbare opnametijd
3. Filmkwaliteit
4. Zoomstatus
5. Indicator niveau batterijvermogen

3.2.2 Menuinstellingen Videostand

3.2.2.1 Menu Videostand
1. Druk in de videostand op de knop [ ] om het menu te
openen en gebruik vervolgens de knoppen [ ]/[ ] om de menu-instellingen die u wilt wijzigen, te selecteren.
2. Gebruik de knoppen [ ]/
het menu te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
3. Druk op de knop [ ] om het menu te sluiten.
Picto-
Item Optie Functionele beschrijving
gram
Videok walitei t
[]
Witbalans
[]
[] om het gewenste item in
[] TV-SHQ
[ ] TV-HQ
[] TV-S
[] Web-HQ
[ ] Web-S
[] Auto W B
[ ] Zonnig
[ ] Bewolkt
[ ] Gloeilamp
[ ] TL-lamp
Stelt de kwaliteit en het formaat in van het videof­ragment dat zal worden opgenomen.
kwaliteit”. “HQ” verwijst naar “hoge kwaliteit”. “S” verwijst naar “standaard”.
Stelt de witbalans in wanneer u onderwerpen opneemt bij specifieke belichtingsomstandighe­den.
– TV-SHQ (superhoge kwaliteit): 640 x 480 – TV-HQ (hoge kwaliteit): 640 x 480 – TV-S (standaard kwaliteit): 320 x 240 – Web-HQ (hoge kwaliteit): 320 x 240 – Web-S (standaard kwaliteit): 160 x 128
“SHQ” verwijst naar “superhoge
– Auto WB: Past de witbalans automatisch
aan. – Zonnig: Geschikt voor helder daglicht. – Bewolkt: Geschikt voor bewolkte,
schemerige of schaduwrijke
omstandigheden. – Gloeilamp: Geschikt voor onderwerpen
met gloeilampverlichting. – TL-lamp: Geschikt voor onderwerpen met
TL-verlichting.
De camera gebruiken14
Effect
[]
Opnametimer
[]
Stabilisator
[]
[ ] Normaal
[ ] Z & W
[ ] Sepia
[] Levendig
[ ] Instellen
[ ] Aan
[ ] Uit
Stelt de kleur in van het videofragment dat zal worden opgenomen.
– Normaal: Standaard RGB-
kleurinstellingen, geschikt voor algemene
opnamen.. – Z & W Zwart-wit videofragmenten met
grijswaarden. – Sepia: Zorgt voor videofragmenten met
een warme, ouderwetse stijl waarbij de
kleuren meer bruin en oranje zijn. – Helder: Zorgt voor scherpere en
levendigere kleuren.
Hiermee kunt u de opnamesessie vooraf instellen. Raadpleeg 3.2.3 “Opnametimer” op pagina 15 voor meer informatie over het instellen van de opnametimer.
Verhindert het schudden en verbetert de kwaliteit en zuiverheid van videofragmenten.

3.2.3 Opnametimer

Met de speciale functie “Timer Recording” (Opnametimer), kunt u de opnamesessie vooraf instellen door de onderstaande stappen te volgen.
1. Druk in de videostand op de knop [ ] om het menu te openen en blader vervolgens naar [Timer REC] (Opnametimer).
2. Druk op [ ]. Het scherm [Timer recording setting] (Instelling
opnametimer) wordt weergegeven.
3. Druk op de knop [ ]/[ ] om elk item in te stellen.
Druk op de knop [ ]/
4. Nadat u de starttijd en de duur hebt ingesteld, drukt u op de knop OK om uw instellingen te bevestigen.
5. Het scherm [Timer Recording Standby] (Stand-by opnametimer) wordt weergegeven. U kunt de zoomknop indrukken om de afstand aan te passen.
[] om elk item in te stellen.
Druk op de ontspanknop om de instelling te activeren.
Druk op de knop [ ].
6. Het scherm [Timer Recording] (Opnametimer) wordt weergegeven. De camera gaat naar de stand-bystand en toont de informatie van uw sessie. Druk op de ontspanknop als u de actie wilt annuleren.
7. Wanneer de opnamesessie begint, gaat de camera opnieuw naar de opnamestand. Nadat de opnamesessie voltooid is, wordt de camera automatisch uitgeschakeld.
Nederlands
De camera gebruiken 15
Nederlands

3.3 Weergavestand

In de weergavestand kunt u foto’s bekijken, vergroten, herschalen, bijsnijden en verwijderen, videofragmenten afspelen, een spraakmemo opnemen of een diavoorstelling geven. Deze stand biedt ook een miniatuurweergave van de opnamen, zodat u snel de gewenste foto kunt zoeken.
1. Druk op de knop
Wanneer de camera is uitgeschakeld, kunt u rechtstreeks
naar de Weergavemodus gaan door de knop [ ] en de
voedingsknop tegelijkertijd in te drukken.
Om energie te besparen in de Weergavemodus, kunt u de knop [ ] twee seconden
ingedrukt houden om de lens in te trekken.
2. Gebruik de knoppen [ ]/[] om de gewenste foto’s te selecteren.
Druk op de knop [ ] om de vorige foto weer te geven.
Druk op de knop [] om de volgende foto weer te geven.

3.3.1 LCD-beeldscherm weergavestand Informatie (opname)

3.3.2 Foto’s weergeven

3.3.2.1 Foto’s vergroten
Tijdens het bekijken van uw afbeeldingen kunt u een geselecteerd gedeelte van de afbeelding vergroten. Door deze vergroting kunt u de details van de opname beter bekijken. De camera biedt een vergrotingsfactor van 12x tijdens de weergave.
1. Gebruik de zoomknop om de zoomverhouding aan te passen.
Om in te zoomen past u de zoomknop naar rechts aan.
Om uit te zoomen past u de zoomknop naar links aan.
De vergrotingsfactor wordt weergegeven op het
LCD-sc herm.
2. Om een ander gedeelte van de opname weer te geven,
drukt u op de knoppen [ ]/[ ]/[ ]/ het weergavegebied aan te passen. U zult een vierkant vak in een kader zien. Het kader geeft de volledige opname aan,
terwijl het vierkante vak de locatie aangeeft van het momenteel vergrote gebied.
[] om de weergavestand te openen.
[] om
De camera gebruiken16
3. Om terug te keren naar de normale weergave, past u de zoomknop aan naar links tot het normale beeld (vergrotingsfactor 1x) op het scherm verschijnt. U kunt ook op de knop
[ ] drukken om rechtstreeks af te sluiten.
Als er geen foto is opgeslagen in het intern geheugen of op de geheugenkaart, verschijnt
het bericht [No File! ] (Geen Bestand) op het scherm.
Als u de knop [ ] indrukt tijdens de weergave van foto’s, wisselt het LCD-scherm in
deze volgorde: OSD normaal Gedetailleerde info. Info. Uit.
3.3.2.2 Miniatuurweergave (Indexweergave)
Met deze functie kunt u negen miniatuurafbeeldingen tegelijk weergeven op het LCD­scherm, zodat u gemakkelijk de gewenste opname kunt zoeken.
1. Pas de zoomknop aan naar links. Negen miniatuurafbeeldingen worden tegelijk weergegeven.
2. Gebruik de knoppen [ ]/[ ]/[ ]/ opname te selecteren die op normaal formaat moet
worden weergegeven. Druk vervolgens op de kn op de geselecteerde opname op volledige schermgrootte weer te geven.
[]
om de
OK
om
3.3.2.3 Spraakmemo
Een spraakmemo is een nuttige manier om notities en herinneringen aan foto’s toe te voegen.
1. Selecteer een foto in de weergavestand. Het pictogram [ ] wordt weergegeven in de
rechterbenedenhoek van het LCD-scherm.
2. Druk op de knop OK om de opname te star ten. De verstreken tijd wordt weergegeven op het LCD-scherm. Voor elke foto kunt u een spraakmemo toevoegen van maximaal 20 seconden.
3. Druk opnieuw op de knop OK om de opname te stoppen.
4. Druk op de knop OK om de spraakmemo af te spelen.
5. Als u de spraakmemo wilt verwijderen, drukt u op de knop [ ], selecteert u [Delete Voice] (Spraak wissen) en drukt u tenslotte op de knop OK.

3.3.3 Bestanden verwijderen

Wanneer u niet tevreden bent met de foto’s, videofragmenten of spraakmemo’s, kunt u ze afzonderlijk of allemaal tegelijk verwijderen. Houd ermee rekening dat verwijderde bestanden niet kunnen worden hersteld.
1. Druk in de weergavestand op de knop [ ] om bestanden te wissen.
Selecteer [Delete One] (Eén wissen) en druk op de knop OK om het huidige onge-
wenste bestand te verwijderen.
Selecteer [Delete All] (Alles wissen) en druk op de knop OK om alle bestanden te ver-
wijderen.
Selecteer [Delete Voice] (Spraak wissen) en druk op de knop OK als u een foto die
een spraakmemo bevat, wilt verwijderen.
Selecteer [Exit] (Afsluiten) om de actie te annuleren.
Beveiligde bestanden kunnen niet worden verwijderd.
Nederlands
De camera gebruiken 17
Nederlands

3.3.4 Menu-instellingen Weergavestand

3.3.4.1 Menu Weergavestand
1. Druk op de knop [ ] om de weergavestand te openen.
2. Druk op de knop [ ] om het menu te openen en gebruik vervolgens de knoppen
[]/[ ] om de menu-instellingen die u wilt wijzigen, te selecteren.
3. Gebruik de knoppen [ ]/ vervolgens op de knop OK.
4. Druk op de knop [ ] om het menu te sluiten.
Picto-
Item Optie Functionele beschrijving
gram
Beveiligen
[]
PictBridge
[]
Bijsnijden
[]
[]
[]
[]
[] om het gewenste item in het menu te selecteren en druk
Stelt de bestanden in op alleen-lezen om te voorkomen dat ze bij vergissing worden gewist.
Volg de onderstaande stappen om uw bestanden te beveiligen.
1. Druk op [ ] wanneer het menu [Protect] (Beveiligen) wordt weergegeven.
2. U kunt de beveiliging van de bestanden inschakelen of opheffen als volgt:
– Selecteer [Protect One] (Eén beveiligen) en druk
op de knop OK om het huidige geselecteerde bestand te beveiligen . Als u de beveiliging van het huidige bestand wilt opheffen, selecteert u [Unprotect One] (Eén beveiligen opheffen) en drukt u op de knop OK .
– Selecteer [Protect All] (Alles beveiligen) en druk op
de knop OK om alle bestanden te beveiligen. Als u de beveiliging van alle bestanden wilt opheffen, selecteert u [Unprotect alle] (Alle beveiligingen opheffen) en drukt u op de knop OK.
– Druk op [Exit] (Afsluiten) om het menu af te sluiten.
Als het bestand beveiligd is, wordt het picto-
gram weergegeven.
Hiermee kunt u de camera rechtstreeks aansluiten op een PictBridge-compatib ele printer, zodat de opnamen recht­streeks kunnen worden afgedrukt, zonder dat u ze hoeft over te dragen naar uw computer. Raadpleeg 4.3 “Pict­Bridge-stand” op pagina 24 voor meer informatie.
Hiermee kunt u een gedeelte van een foto bijsnijden. Volg de onderstaande stappen om een foto bij te snijden.
1. Selecteer Trim (bijsnijden) in de weergavestand en
drukt vervolgens op [ ].
2. Gebruik de zoomknop en de
knoppen[ ]/[ ]/[ ]/[ ] om naar het gewenste gedeelte te gaan.
3. Druk op de knop OK .
Een bijgesneden foto wordt als een ander
bestand opgeslagen en heeft een kleiner formaat.
De camera gebruiken18
Picto-
Item Optie Functionele beschrijving
gram
Diavoor-
[]
stelling
Her-
[]
schalen
[ ] 1 sec.
[ ] 3 sec.
[ ] 5 sec.
[ ] 2560 x 1920
[ ] 2048 x 1536
[ ] 1600 x 1200
[ ] 640 x 480
Met deze functie kunt u het tijdsinterval instellen terwijl uw afbeeldingen automatisch achtereenvolgens als een dia­voorstelling worden weergegeven. Dit is een heel handige en prettige functie voor het bekijken van opgenomen afbeeldingen en voor presentatiedoeleinden. Zodra u een optie selecteert, wordt de diavoorstelling gestart. Als u wilt stoppen, hoeft u alleen op de knop OK te drukken.
Hiermee kunt u het formaat van een foto wijzigen. Volg de onderstaande stappen om het formaat van een foto te wijzigen.
1. Selecteer Resize (Herschalen) in de weergavestand en selecteer de gewenste optie.
2. Druk op de knop OK .
Een herschaalde foto wordt als een ander
bestand opgeslagen en heeft een kleiner formaat.

3.3.5 LCD-beeldscherminformatie Weergavestand (Video)

1. Weergavestand
2. Huidig bestand/Totaal aantal bestanden
3. Bestandsnaam
4. Bestandsformaat
5. Weergavenavigator
6. Datum / Tijd
7. Indicator niveau batterijvermogen

3.3.6 Videofragmenten afspelen

Gebruik in de weergavestand, de
weergavenavigator in de
rechterbenedenhoek van het LCD-scherm om de weergave van videofragmenten te beheren.
Druk op de knop OK om de weergave van een videofragment te starten.
Druk op de knop OK om de videoweergave te pauzeren of te hervatten.
Druk op de knop [ ] om de videoweergave te stoppen.
Druk op de knop [ ] om het videofragment vertraagd (slow motion) af te spelen.
Druk op de knop [] om de video snel vooruit af te spelen.
Druk op de knop [ ] om de video snel achteruit af te spelen.
Tijdens het afspelen van videofragmenten kunt u de zoomfunctie niet activeren.
Wij raden u aan Windows Media Player 9.0 (WMP 9.0) of hoger te gebruiken om videofrag-
menten af te spelen op de computer. U moet het stuurprogramma Xvid vooraf installeren om de opgenomen videofragmenten normaal te kunnen afspelen. U kunt het stuurpro­gramma gratis downloaden van het Internet of vanaf het pad \VideoSt\Driver\Xvid van de bijgeleverde cd.
Xvid is een MPEG4-codec, waarmee u videobestanden die met Xvid werden gecom-
primeerd, kunt importeren of maken. Raadpleeg de website van Xvid op http://www.xvid­movies.com voor meer details.
Nederlands
De camera gebruiken 19
Nederlands

3.4 Instelstand

U hebt altijd toegang tot de instelstand, ongeacht de stand die u momenteel gebruikt. In deze stand kunt u uw voorkeuren voor de camera selecteren.

3.4.1 Menu Instelstand

1. Druk in elk willekeurige stand (fotostand,
videostand of weergavestand) op de knop [ ] (Stap A).
2. Druk tweemaal op de knop [ ] om de instelstand te openen (Stap B en Stap C).
3. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om de menu­instellingen die u wilt wijzigen, te selecteren.
4. Gebruik de knoppen [ ]/ item in het menu te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
5. Druk tweemaal op de knop [ ] om het menu te verlaten.
Picto-
Item Optie Functionele beschrijv ing
gram
Geheugen
[]
Geheugen
[]
[] om het gewenste
[ ] Format Memory
[ ] Copy to Card
[ ] Format Card
wanneer u een SD-geheugenkaart hebt geplaatst.
A
B
C
– [Format Memory] (Geheugen formatteren):
Deze optie wordt weergegeven wanneer er geen SD-geheugenkaart is geplaatst. Hiermee wist u alle gegevens en wordt het intern geheugen opnieuw geformatteerd. Ook beveiligde bestanden worden gewist.
– [Copy to Card] (Kopiëren naar kaart): Deze
optie wordt weergegeven wanneer er een SD-geheugenkaart is geplaatst. U kunt bestanden kopiëren van het interne geheugen van de camera naar een geïnstalleerde SD-geheugenkaart.
– [Format Card] (Kaart formatteren): Deze
optie wordt weergegeven wanneer er een SD-geheugenkaart is geplaatst. Hiermee wist u alle gegevens op de SD­geheugenkaart en wordt de kaart opnieuw geformatteerd. Ook beveiligde bestanden worden gewist. Een SD-geheugenkaart kan niet worden geformatteerd wanneer deze tegen schrijven beveiligd is.
Dit menu is alleen beschikbaar
De camera gebruiken20
Picto-
Item Optie Functionele beschrijv ing
gram
Opstartbeeld
[]
Energiebe-
[]
sparing
QuickView
[]
(Snelweer­gave)
Digitale
[]
zoom
Volume Hiermee kunt u het volume regelen voor de videof-
[]
Systee mge-
[]
luid
[]
[]
[]
[]
[]
[]
[]
[]
[]
[]
[]
Volg de onderstaande stappen om een opstartbeeld in te stellen dat telkens wordt weergegeven wanneer u de camera inschakelt.
1. Selecteer [ ] en u wordt gevraagd een opstartbeeld te selecteren. Gebruik de knoppen
[ ]/[ ]/[ ]/[ ] om de gewenste afbeelding te selecteren.
2. Als u niet tevreden bent met de vooraf geïnstalleerde afbeeldingen, kunt u naar de rechterbenedenhoek van het LCD-scherm gaan om uw opstartbeeld aan te passen door de gewenste afbeeldingen te selecteren.
3. Nadat u de gewenste afbeelding hebt geselecteerd, drukt u op de knop OK om uw keuze te bevestigen en drukt u vervolgens op
[ ] om af te sluiten.
Als de camera gedurende een bepaalde periode niet wordt gebruikt terwijl het toestel is ingeschakeld, zal de camera schakelen naar de energiebesparingsstand volgens uw instellingen. Als de camera in de energie­besparingsstand is, kunt u deze opnieuw activeren door een willekeurige knop in te drukken.
– Uit/30 sec./1 min./3 min.
Als de camera inactief is gedurende 5
minuten, wordt de camera automatisch uit­geschakeld.
Hiermee kunt u meteen nadat een opname is gemaakt snel een voorbeeld weergeven. Het voor­beeld wordt enkele ogenblikken weergegeven en u kunt vervolgens doorgaan met het maken van de volgende foto.
– Aan/Uit
Hiermee kunt u de digitale zoom volgens uw voorkeur inschakelen of uitschakelen.
– Aan/Uit
ragmenten of spraakmemo’s. U kunt het volume
regelen met de knoppen []/[ ].
Hiermee kunt u de geluidseffecten van het systeem, zoals de pieptoon wanneer u een knop indrukt of bladert, in- of uitschakelen
Nederlands
De camera gebruiken 21
Nederlands
Picto-
Item Optie Functionele beschrijv ing
gram
LCD
[]
Helder heid
Datum / Tijd Hiermee kunt u de datum en tijd van de camera
[]
Datumno-
[]
tatie
Video- uit-
[]
gang
Taal Hiermee kunt u de taal instellen die wordt weerge-
[]
Reset
[]
(Opnieuw instellen)
Firmware Ve r.
[]
[ ] Normaal
[ ] Helder
[]
[]
[]
[]
[]
[ ] File No. Reset
[ ] Default
Hiermee kunt u de helderheid van het LCD-scherm instellen op Normaal of Helder.
aanpassen.
1. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om het item dat u wilt wijzigen, te selecteren.
2. Druk op de knop OK en gebruik vervolgens de knoppen [ ]/[ ] om de instelling aan
te passen.
Het is belangrijk dat u de datum en tijd
instelt, aangezien deze informatie wordt opgeslagen met de foto’s die u maakt en wordt gebruikt wanneer u de Datumafdruk hebt ingeschakeld. Stel de datum en tijd in voordat u de camera voor de eerste maal gebruikt.
Hiermee kunt u de datumnotatie selecteren voor de functie [Date Stamp] (Datumafdruk).
– [ ] Jaar – Maand - Dag
– [ ] Maand – Dag - Jaar
– [ ] Dag – Maand - Jaar
De tv-uitgang van de camera biedt de video-uitgang voor het weergeven van foto’s of videofragmenten op een standaard tv-toestel. Stel de stand van de video-uitgang in op NTSC of PAL. Raadpleeg uw lokale televisiemaatschappij om te weten of NTSC of PAL wordt gebruikt in uw land/regio.
geven op het LCD-scherm.
– [File No. Reset] (Reset bestandsnummer):
De camera wijst automatisch opeenvolgende nummers toe aan de bestandsnamen van alle foto’s, videofragmenten en spraakmemo’s die u hebt opgenomen. U kunt het automatisch nummeren instellen om opnieuw te starten vanaf 1.
– [Default] (Standaard): als u deze functie
selecteert, worden alle camera-instellingen opnieuw ingesteld naar de vooraf ingestelde fabriekswaarden.
Geeft het versienummer weer van de geïnstalleerde firmware.
De camera gebruiken22

4 PC-Afhankelijke functies

4.1 Bijgeleverde software

De camera wordt geleverd met de volgende software. Raadpleeg de informatie die bij de respectieve cd’s is geleverd voor de installatie van de software.
Ulead Photo Express
Ulead Photo Explorer
Ulead VideoStudio Ulead® VideoStudio™ 8 SE VCD is bewerkingssoftware voor thuis-
Ulead® Photo Express™ 5.0 SE is een compleet fotoprojectpro­gramma voor digitale beelden. Haal foto’s probleemloos op van dig­itale camera’s of scanners. Bewerk en verbeter uw opnamen met gebruiksvriendelijke bewerkingsgereedschappen en fantastische fotografische filters en effecten. Stel creatieve fotoprojecten samen en deel uw resultaten met anderen via e-mail en talrijke afdrukop­ties.
Ulead® Photo Explorer™ 8.0 SE Basic biedt u een efficiënte manier om digitale media over te dragen, te verkennen, te wijzigen en te verdelen. Dit programma is het alles-in-een hulpmiddel voor eigenaars van digitale camera’s, webcams, DV-camcorders, scanners of iedereen die ernaar streeft op een efficiënte manier om te gaan met digitale media.
video’s die u evenveel plezier biedt bij het bewerken van video’s als bij de opname. Met de nieuwe Movie Wizard-stand kunt u nu een video maken in drie eenvoudige stappen. Deel uw afgewerkte pro­jecten op VCD, op cassette, via het web of via mobiele apparaten.
Nederlands
PC-Afhankelijke functies 23
Nederlands

4.2 USB-modus

1. Sluit het uiteinde met de kleinere stekker van de USB­kabel aan op de camera.
2. Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op een beschikbare USB-poort op uw computer.
3. Schakel de camera in. Het scherm “USB” wordt weergegeven.
4. Een pictogram “Verwisselbare schijf” verschijnt onder “Deze computer”. Klik op dit pictogram om toegang te krijgen tot uw foto’s of videofragmenten.
Wanneer u het toestel aansluit op een computer, moet u
een batterij installeren.

4.3 PictBridge-stand

Als u beschikt over een printer die PictBridge ondersteunt, kunt u de foto’s afdrukken door de digitale fotocamera rechtstreeks aan te sluiten op de PictBridge-compatibele printer zonder dat u een computer nodig hebt. De camera aansluiten op een PictBridge-compatibele printer
1. Druk in de weergavestand op de knop [ ] en schuif naar PictBridge.
2.
Selecteer [ ] en u zult worden gebruikt de USB-kabel aan
te sluiten op de camera en de PictBridge-compatibele printer
Sluit een USB-kabel aan om de verbinding te maken.
Druk op de knop [ ] om te annuleren.
3. Wanneer de verbinding is gemaakt, wordt u gevraagd [Print One] (Eén afdrukken), [Print All] (Alles afdrukken) of [Print Index] (Index afdrukken) te selecteren. Selecteer de gewenste optie en druk vervolgens op de knop OK.
4. De opties [Setup] (Instelling), [Print] (Afdrukken) en [Exit] (Afsluiten) worden onderaan op het LCD-scherm weergegeven.
Als u [Setup] (Instelling) selecteert, wordt het scherm
[Pictbridge setup] weergegeven. U kunt naar keuze [Copies] (Exemplaren), [Size] (Formaat) en [Quality] (Kwaliteit) instellen.
Als u tevreden bent met de instellingen, selecteert u [Print] (Afdrukken) om door te gaan.
Selecteer [Exit] (Afsluiten) als u de bewerking wilt annuleren.
De hierboven beschreven functies kunnen verschillen, afhankelijk van het ontwerp van
de printer waarmee u een verbinding maakt
.
PC-Afhankelijke functies24

5 Probleemoplossing

Raadpleeg de onderstaande lijst met symptomen en oplossingen voordat u de camera verzendt voor reparatie. Neem contact op met uw lokale verdeler of met een onderhoudsdienst als het probleem zich blijft voordoen.
Symptoom Oorzaak Oplossing
Ik kan geen videoclips afspelen met Windows Media Player.
De camera kan niet worden ingeschakeld.
De batterij loopt snel leeg.
De batterij of camera voelt warm aan.
De flitser werkt niet. De flitser laadt niet op.
Ondanks het feit dat de flitser heeft gewerkt, blijft het beeld donker.
De foto is te helder of te donker.
Ik kan de geheugenkaart niet formatteren.
De MPEG4-videocompressiemeth­ode is in Xvid-formaat. Als de Xvid-codec niet is geïn­stalleerd, is het mogelijk dat u geen videoclips kunt afspelen op uw com­puter.
Er is geen batterij aanwezig of de bat­terij is niet correct geplaatst.
De batterij heeft geen vermogen. De batterij opladen.
De externe temperatuur is extreem laag.
Er worden veel foto’s gemaakt in een donkere omgeving, zodat de flitser steeds nodig is.
De batterij is niet volledig geladen. De batterij werd niet gebruikt gedurende een langere periode nadat deze werd opgeladen.
De camera of flitser werd gedurende een langere periode ononderbroken gebruikt.
De cameraflitser is uitgeschakeld.
De lichtbron volstaat.
De afstand tot het onderwerp is groter dan het effectieve bereik van de flitser.
Er is een overdaad of een tekort aan belichting.
De geheugenkaart is tegen schrijven beveiligd.
Einde levensduur geheugenkaart. Plaats een nieuwe geheugenkaart.
Zorg ervoor dat u Windows Media Player 9.0 (of hoger) gebruikt. Zorg ervoor dat u het gratis stuurpro­gramma voor de MPEG4-codec installeert. Dit is beschikbaar bij de meegeleverde software of op de Xvid­website: http://www.xvidmovies.com .
Plaats de batterij op de correcte manier.
Voer minstens één volledige cyclus uit voor het opladen en ontladen van de batterij voordat u deze opnieuw gebruikt.
Stel de flitser in op Automatische flitser.
Ga dichter bij het onderwerp staan en maak uw opname.
Stel de belichtingscompensatie opnieuw in.
Verwijder de schrijfbeveiliging.
Nederlands
Probleemoplossing 25
Symptoom Oorzaak Oplossing
Ik kan geen opnamen downloaden.
De camera neemt niet op, zelfs wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.
Nederlands
Ik kan geen foto’s afdrukken met Pict­Bridge-compatibele printers.
Er is onvoldoende vrije ruimte op de harde schijf van uw computer.
Er wordt geen stroom geleverd aan de camera.
Het batterijvermogen is laag. De batterij opladen.
De camera is niet ingesteld op de Fotost and.
De ontspanknop is niet volledig ingedrukt.
Het intern geheugen of de geheu­genkaart heeft geen vrije ruimte meer.
De flitser is bezig met opladen. Wacht tot het pictogram van de flit-
De camera herkent de geheugen­kaart niet.
De camera is aangesloten op de printer terwijl de camera is uitge­schakeld.
Controleer of de harde schijf vol­doende ruimte heeft voor het uitvo­eren van Windows en of het station waar u de opnamebestanden wilt downloaden minstens evenveel vrije ruimte heeft als de inhoud van de geheugenkaart in de camera.
De batterij opladen.
Schakel naar de fotostand.
Druk de ontspanknop volledig in.
Plaats een nieuwe kaart of verwijder ongewenste bestanden.
serstand op het scherm stopt met knipperen.
Formatteer de geheugenkaart voor­dat u deze voor de eerste maal gebruikt of voordat u deze met een andere camera gebruikt.
Schakel de camera in, selecteer Pict­Bridge en sluit vervolgens de printer aan.
Probleemoplossing26

6 Specificaties

Beeldsensor 1/2,5-inch CCD
LCD-scherm 2,5” LTPS LCD-kleurenscherm 230K
Lens Brandpuntsafstand: f = 6,2 – 18,6 mm (37,5 mm - 112,5 mm; 35 mm
Scherpstelling TTL Automatisch scherpstellen
Ontspanknop Mechanische ontspanknop: 1/2000 -1 sec (4 sec in de
Opnamestand Auto/Handmatig/S.S.F./Portret/Landschap/Nacht/Sport/Achtergrondverli
Flit ser Stan den: Auto / Geforceerde Flits / Rode Ogen Reductie / Flitser uit /Langzaam
Zelfontspanner
Belichting compensatie: ±2 EV (1/3 EV / stap)
ISO Auto / 80 / 160 / 320 / 400 / 800 / 1200 (S.S.F. modus) / 4000(Videomodus) Witbalans Automatisch / Zonnig / Bewolkt / Zonsondergang / Gloeilamp / TL-lamp
Bestandsindeling Foto: JPEG-indeling (EXIF2.2), DCF
Opslag Intern geheugen: 18 MB/SD-geheugenkaart compatibel.
Beeldweergave Enkele afbeelding / AVI-weergave / Kleine afbeeldingen / Diavoorstelling Interface Digitale uitgang: USB
Voedingsbron Oplaadbare Lithium-ion-batterij / voedingsadapter
Bedrijfstemperatuur 0 - 40 graden Celsius
Afmetingen (B x H x D)91 x 60 x 14,7 mm (12,5 mm dunst)
Effectieve pixels: 7,2 megapixels
equivalent)
F-nr.: F2,7 / F4,3
Bereik: Macro: 15 ~ 30 cm, Normaal: 40 cm ~ oneindig
Nachtopnam emodus)
chting
synchroniseren
Bereik: 0,5 tot 2,0m 10 sec, 2 sec, Interval
Beeldformaat: 3072 x 2304, 2560 x 1920, 2048 x 1536, 1600 x 1200, 640 x 480 pixels
Audio: WAV
Videofragmenten: AVI (MPEG-4)-indeling met Continu opname. Filmformaat: 640 x 480, 320 x 240, 160 x 128 pixels (30 fps)
Audio/Video-uitgang (NTSC/PAL)
Nederlands
Gewicht ca. 120 g (zonder batterij, SD-geheugenkaart)
Systeemvereisten (voor Windows)
* Pentium III 600 MHz of hogere compatibele CPU * 64 MB RAM * Cd-romstation
* Windows XP/ME/2000 * 128 MB beschikbare schijfruimte * Beschikbare USB-aansluiting
Specificaties 27
7 Ondersteuningsinformatie
Te c h n i s ch e O nd e r st e u ni n g
Als u problemen of vragen hebt met betrekking tot de camera, kunt u terecht op de volgende website voor meer hulp:
http://support.BenQ.com
Bezoek de volgende website voor gratis updates van stuurprogramma’s, productinformatie en nieuws:
http://www.BenQ.com
Nederlands

Ondersteuningsinformatie28

Loading...