Becker CASCADE PRO 7941 User Manual [nl]

Inhoudsopgave
Veiligheidsvoorschriften 261 Richtlijnen m.b.t. de
verkeersveiligheid 262 Overzicht bedieningselementen 263
Algemene bediening 264
Principes van menu’s 264
Beveiliging tegen diefstal 267
Codenummer van toestel invoeren 267
Onjuist codenummer ingevoerd 267
Bedieningsgedeelte verwijderen/aanbrengen 268
Verwijderen 268 Plaatsen 269
Zichtbeveiliging verwijderen/ aanbrengen 269
Zichtbeveiliging aanbrengen 269 Zichtbeveiliging verwijderen 269
Toestel inschakelen/uitschakelen 270
Inschakelen 270 Uitschakelen 270
Volume instellen 271
Klankinstellingen 271
Klankinstellingen opvragen 271 Equalizer instellen 272
Equalizerinstelling definiëren 272
Balance en fader instellen 273
Instelling balance 273 Instelling fader 273
Loudness in-/uitschakelen/instellen 273 Becker Surround 274 Subwoofer 274 Crossover 274 Compressie 275 Instellingen terugzetten 275
Geluidsonderdrukking - mute 276
Gebruiksmodus Navigatie 277
Wat is navigatie? 277 Navigatiegegevens 277
Geheugenkaart plaatsen 278
Geheugenkaart verwijderen 279
Navigatie kiezen 279 Hoofdmenu Navigatie oproepen 280 Adres invoeren 281
Land selecteren 281 Plaats van bestemming invoeren 282 Plaats van bestemming via postcode selecteren 283 Straat van de plaats van bestemming invoeren 284 Centrum van de plaats van bestemming invoeren 285 Huisnummer van de straat van bestemming invoeren 285 Kruising van de straat van bestemming selecteren 286
Bestemming invoeren met coördinaten 286 Routeopties instellen 287
Routeopties opslaan/afsluiten 288
Bestemming opslaan 289
Snelle toegang navigatie 289
Navigeren vanuit snelle toegang 289 Navigatie naar bijzondere bestemming in omgeving. 290 Vermelding beveiligen 290 Vermelding wissen 290 Lijst wissen 291 Vermelding in adresboek opslaan 291
Nieuwe vermelding aanmaken 291 Vermelding aanvullen 292
Bestemming uit adresboek selecteren 293 Bijzondere bestemming 293
In omgeving 294 In land 295 In omgeving van bestemming 296 In plaats 296 Informatie over bijzondere bestemmingen 297
Externe bijzondere bestemmingen 298 BeckerClub 299
@-bestemmingen laden/actualiseren 299 Naar @-bestemming navigeren 300 Functies in de lijst met @-bestemmingen 300
Tijdens de navigatie 300
255
Inhoudsopgave
Statusscherm Navigatie 301 Voorbeelden van navigatieaanwijzingen 301 Rijstrookadviezen 303 Menu Opties 303
Navigatie afbreken 304 Verkeersberichten 305 Lijst route 305 Tussenstop 305 Traject blokkeren 307 Routeopties aanpassen 307 Navigatieaanwijzingen in-/uitschakelen 308
Informatie tijdens de navigatie 308
Gegevens over de bestemming weergeven 308 Positie weergeven/opslaan 309 Verkeersberichten weergeven 309
Routeopties weergeven/wijzigen 310 Gegevens bij niet geactiveerde navigatie 310
Positie weergeven/opslaan 310
TMC-meldingen weergeven 310
Dynamische navigatie met TMC 310
Wat is dynamische navigatie? 310
Dynamische navigatie 311
Verkeersinformatie weergeven 312
Instellingen 313
Verkeersberichten 313
Aankomsttijd mededelen 314
Snelheidslimieten weergeven 314
Instelling ETA 315
Maateenheid 316
Gebruiksmodus radio 317
Gebruiksmodus radio inschakelen 317
Hoofdmenu Radio oproepen 317 Golfbereik kiezen 318
Weergave van het FM-bereik 319
Instelmogelijkheden voor FM-zenders 319
Zenderlijst 319 Scanfunctie 320 Handmatig instellen van de zenders 321
Filterfunctie 321
Filterfunctie in-/uitschakelen 321 Zendergroep filteren 322 Zender filteren 322 Filteren deactiveren 322
Programmatype 323
Functie Programmatype in-/uitschakelen 323 Programmatypen kiezen 323
Regiofunctie 324 Radiotekst 324 Gesproken vermeldingen 325 Optimale ontvangst 325 Controle bandbreedte 326
Verkeersinformatie 326
Verkeersinformatie in-/uitschakelen 327 Zender met verkeersinformatie kiezen 327
Automatisch 327 Handmatig kiezen van zenders met verkeersinformatie 327
Volume verkeersinformatie 328 Doorgeven van verkeersinformatie afbreken 328
AM 328
Instelmogelijkheden voor AM-zenders 328
Zoekfunctie 329 Scanfunctie 329
Zendergeheugen 330
Zendergeheugen oproepen 330 Zenders opslaan 330
Ander golfbereik ingesteld. 330 Zendergeheugen reeds ingesteld 331
Zenders verplaatsen 331 Zenders wissen 332 Naam aan zender toewijzen 332 Gesproken vermelding aanmaken/wissen 333
Aanmaken 333 wissen 333
Gesproken vermelding voorlezen 333
Modus Media 334
Modus Media activeren 334
Snelle toegang tot media 334 Statusscherm Media 335
Andere titel/titelsprong 336 Versneld vooruit/achteruit 336
256
Inhoudsopgave
Playmode 336
Menu Playmode oproepen 336 Titel Mix (shuffle) 337 Titel scannen 337 Titel herhalen 338 Cd-mix 338 Cd herhalen 338 Directory-mix 338 Directory herhalen 339
Hoofdmenu Media oproepen 339
Uitgebreid titelscherm in-/uitschakelen 339
Cd-weergave 340
Aanwijzingen m.b.t. de compactdisc (cd) 340 Cd’s plaatsen/verwijderen 340 Aanwijzingen voor cd-r en cd-rw 341 Aanwijzing m.b.t. cd’s met kopieerbeveiliging 341 Thermische beveiliging 341
MP3-weergave 341
Algemene aanwijzing voor mp3 341 Een mp3-gegevensdrager maken 342 Mp3-cd-weergave 343 Mp3-geheugenkaart/microdrive­weergave 343
Microdrive/CF-geheugenkaart plaatsen 343 Microdrive/CF-geheugenkaart verwijderen 344 SD-/MMC-kaart plaatsen 344 SD-/MMC-kaart verwijderen 345
Afspeelvolgorde bij mp3-gegevensdragers 346 Playlists 346
Playlists maken 347
Audioweergave via een optionele Apple™ iPod 347 Weergave cd-wisselaar 348
Gebruik van de cd-wisselaar 348 Cd-magazijn laden/verwijderen 348
Weergave externe toestellen/AUX 348
Telefoonmodus 349
SIM-kaart plaatsen 350 PIN-code invoeren 351 Telefoon oproepen 351 Hoofdmenu Telefoon oproepen 352
Nummer kiezen 353
Nummer bezet 353
Nummer uit adresboek selecteren 354 Gesprekslijsten 355
Nummer uit lijst bellen 356 Informatie over de vermelding opvragen 356 Gesprekslijst wissen 356
Alarmnummer 356 Instellingen 357
Gesprekken doorschakelen 358 Instellingen voor het kiezen 360 Netwerk kiezen 362 Beltoon 363 PIN-instellingen 363
Automatisch oproepsignaal 364 Dialoog bij oproep 364
Telefoon uitschakelen 365
Telefoongesprekken 365
Statusscherm 365 Gesprek aannemen/weigeren 366
Gesprek aannemen 366 Gesprek weigeren 366
Gesprek beëindigen 367 In de wacht zetten 367 Wisselgesprek 368 Conferentiegesprek 368
Conferentie tot stand brengen 368 Deelnemer toevoegen 369 Privé-gesprek 369 Gesprek met specifieke deelnemers afsluiten 370 Conferentie beëindigen 370
Menu Opties 370
Ophangen 371 Alle ophangen 371 In de wacht zetten 371 Activeren 371 Kiezen 371 Conferentie 372 Verbreken 372 Toonkeuze 372 Privé 373
Functies van snelle toegang Telefoon 373
Nummer direct bellen 374 Vermelding beveiligen 374
257
Inhoudsopgave
Vermeldingen wissen 374
Lijst wissen 375
Nummer in het adresboek opslaan 375
Nieuwe vermelding aanmaken 375 Vermelding aanvullen 376
Nummer op de SIM-kaart opslaan 377
Post - berichten 378
Melding van nieuw ontvangen SMS 378 SMS-snelle toegang opvragen 379
SMS lezen 379
Opties voor gelezen SMS-berichten 380
Antwoorden 380 Gesprek beantwoorden 380 Wissen 380 Nr. in adresboek opslaan 380 Nr. op de SIM-kaart opslaan 381 Bewerken 381 Alle SMS-berichten wissen 381
Hoofdmenu SMS oproepen. 381
SMS schrijven 382
Opgeslagen SMS-berichten 384
Verzenden 385 Wissen 385 Bewerken 385 Alle SMS-berichten wissen 385
Verzonden SMS-berichten 386
Vrij geheugen tonen 386
Post-instellingen 387
Post-instellingen oproepen 387
Nieuwe SMS mededelen 387 Nummer van het SMS-center 388
Internet (WAP)-functie 389
WAP-verbinding opbouwen 389
Bediening in WAP-pagina’s 390
Tekstinvoer 391 WAP-verbinding verbreken 391 Favorieten 391 Bezochte pagina’s 392 URL voor WAP-pagina invoeren 392
WAP-verbinding verbreken 393 WAP-snelle toegang opvragen 393
WAP-adres direct opvragen 394 Vermelding in favorieten opslaan 394 Vermelding in adresboek opslaan 395 Vermelding beveiligen 396 Vermelding wissen 396 Lijst wissen 396 Adres van BeckerClub wijzigen 397
WAP-hoofdmenu 397
Hoofdmenu WAP oproepen. 397 Favorieten 398
Lijst met favorieten opvragen 398 Favorieten laden 398 Favorieten bewerken 399
URL invoeren 400 Toegangsprofielen 400
Toegangsprofielen laden 400 Toegangsprofiel aanmaken 401
Toegangsprofiel wijzigen/wissen 404
Instellingen 404
Begin URL 405 Einde URL 405
BeckerClub 405
BeckerClub op Cascade oproepen 406
Adresboek 407
Adresboek opvragen 407 Adresboek-hoofdmenu oproepen 407 Vermelding aanmaken 408 Vermelding aanmaken navigeerbaar 409 Vermelding zoeken 411
Zoekcriterium instellen 412
Vermeldingen bewerken 412
Vermelding wijzigen 413 Vermelding wissen 414 Gesproken vermeldingen aanmaken/wissen 414
Aanmaken 414 wissen 414
Ingesproken commando voorlezen 414
Adresboek/gegevens exporteren 415 Vermelding exporteren 416 Adresboekvermeldingen importeren 416 Adresboekvermelding op SIM-kaart opslaan 418 Gegevens van de SIM-kaart importeren 418
258
Inhoudsopgave
Adresboek/gegevens volledig wissen 419 Naar vermelding in adresboek navigeren 419 Adresboekvermelding bellen/ SMS verzenden 419 Gesproken vermeldingen 420 Functies van snelle toegang 421
Vermelding beveiligen 421 Vermelding wissen 421 Lijst wissen 422
Instellingen 423
Algemene instellingen opvragen 423 Bluetooth 423
Lijst met toestellen oproepen 424
Verbinding altijd accepteren 425 Naam van toestel wijzigen 425 Toestel uit lijst wissen 425 Alle toestellen uit lijst wissen 426
Toestellen aansluiten (Cascade) 426 Toestel verbinden (extern toestel) 428 Toestellen loskoppelen 430
Bluetooth instellingen oproepen 431
Bluetooth activeren/deactiveren 431 Zoeken naar Bluetooth toestellen 432 Toestellen zichtbaar voor andere 432 Naam van toestel 433
Verbale besturing 433
Instellingen voor verbale besturing opvragen 433
Systeemtaal instellen 434 Spraakinstellingen weergeven 434 Volume verbale aanwijzingen 435 Automatische dialogen 435 Gesproken vermeldingen 436 Verbale aanwijzingen 436 PTT uitgebreid 437 Verbale aanwijzing herhalen 437
Systeeminstellingen 437
Systeeminstellingen opvragen 438 Audio 439
GAL 439 Gevoeligheid van microfoon instellen 439 Instelling auto stuur links/rechts 439 Volume instructietonen 440 Volume weergeven 440 Digitaal geluidsniveau 440 Parkeerhulp ondersteunen 441
Display 441
Helderheid display 441 Displaykleur 441 Dag-/nachtmodus 442
Extern toestel 442 Reset-functie 443 Gegevens opslaan 443
Gegevens opslaan 444 Gegevens laden 444
Draairichting van draai-/drukknop 445 Klok 445
Software-update 446
Verbale besturing 447
Wat is verbale besturing? 447
Gebruikte symbolen 447
Algemene aanwijzingen voor het spraakbedieningssysteem 448
Spraakbedieningssysteem activeren 448
Spraakdialoog voortijdig afsluiten 449
Gesproken vermeldingen 449 Instellingen 450
Voorbeelden van een spraakdialoog 450
Voorbeeld van het bedienen bij radioweergave 451 Voorbeeld van invoeren van een navigatiebestemming 452 Voorbeeld voor invoeren van een telefoonnummer 454
Algemene commando’s 454
Help-functie (on line Help) 455 Spraakdialogen afbreken 455 Navigatie in lijsten 455 Statusscherm opvragen 455 Commando’s voor statusschermen, snelle toegang en hoofdmenu’s 456
Commando’s voor gebruiksmodus radio 457
Commando’s voor statusscherm radio 457
259
Inhoudsopgave
Commando’s voor snelle toegang
tot radio 459
Commando’s in menu Zenders bewerken 460
Commando’s voor hoofdmenu Radio 461
Commando’s in menu Golfbereik 462 Commando’s in menu Programmatype 463 Commando’s in filtermenu 463 Commando’s in het menu Ontvangen van verkeersberichten 464 Commando’s in menu Gesproken vermeldingen 464 Commando’s in menu Optimale ontvangst 465
Commando’s voor gebruiksmodus Media 465
Commando’s voor statusscherm
media 466
Commando’s voor snelle toegang
tot media 468
Commando’s voor hoofdmenu Media 469
Commando’s voor menu
Playmode media 470
Commando’s voor navigatie 471
Correctiemogelijkheid bij invoeren van een onjuiste bestemming 471
Commando’s voor statusscherm
navigatie 471
Commando’s voor snelle toegang
tot navigatie 472
Commando’s in menu Snelle toegang tot bestemmingen bewerken 474
Commando’s voor hoofdmenu Navigatie 474 Commando’s voor menu Adresinvoer 475 Commando’s voor menu Bijzondere bestemmingen 476 Commando’s voor menu Routeopties 476 Commando’s voor menu Tussenstop 477
Vraag: nieuwe bestemming hoofd­bestemming of tussenstop? 478
Commando’s voor gebruiksmodus Telefoon, Post en WAP 478
Commando’s voor het menu PIN invoeren 478 Commando’s voor de snelle toegang Telefoon 479
Commando’s in menu Snelle toegang tot telefoonnummers bewerken 480
Commando’s voor hoofdmenu Telefoon 481
Commando’s in het invoermenu voor telefoonnummers 482 Commando’s in menu Gesprekslijsten 482 Commando’s in de gesprekslijsten 482 Commando’s in het menu Telefooninstellingen 483
Commando’s voor hoofdmenu Post 484
Commando’s voor een dialoog bij een binnenkomend gesprek 485 Commando’s voor een dialoog bij een binnenkomende SMS 485
Commando’s voor het adresboek 485
Commando’s voor snelle toegang tot adresboek 485
Commando’s in menu Snelle toegang tot vermeldingen bewerken 488 Commando’s in het menu Bewerken 488 Commando’s in het menu Vermeldingen bewerken 488 Commando’s in het menu voor het kiezen van een Bluetooth toestel bij het exporteren 488 Commando’s bij een geopende vermelding 489
Commando’s voor hoofdmenu Adresboek 490
Commando’s in menu Gesproken vermeldingen 491 Commando’s in menu Zoekcriterium 491
Vakterminologie 492
Technische gegevens 505
NORMEN EN RICHTLIJNEN 506
Correcte verwerking van dit product (afval van elektrische apparaten) 507
260

Veiligheidsvoorschriften

G
Het toestel mag alleen worden bediend als de verkeerssituatie dit toelaat en u er geheel zeker van bent dat u zelf, uw mede­passagiers of andere verkeersdeelnemers geen gevaar lopen, worden gehinderd of worden gestoord.
In elk geval zijn de voorschriften van de Wegenverkeerswet van toepassing. De plaats van bestemming mag alleen worden ingevoerd als de wagen stilstaat.
Voor het gebruik van de telefoon gelden de landelijk geldende voorschriften.
Het navigatiesysteem is maar een hulpmiddel, in sommige gevallen kunnen de gegevens onjuist zijn. De bestuurder moet in elke situatie zelf besluiten of hij de gegevens betrouwbaar vindt. Wij zijn in geen geval aansprakelijk voor onjuiste gegevens in het navigatiesysteem.
Gezien het feit dat verkeerssituaties aan veranderingen onderhevig zijn of gegevens veranderen kan het voorkomen dat de gegeven aanwijzingen niet geheel of niet correct zijn. Derhalve moet altijd rekening worden gehouden met de verkeersbor­den en de verkeerssituatie ter plaatse. Het navigatiesysteem is met name niet bedoeld als hulpmiddel ter oriëntatie bij slecht zicht.
Het toestel mag alleen voor de doeleinden waarvoor het is bedoeld worden gebruikt. Het volume van de autoradio/naviga­tiesysteem moet zo worden ingesteld dat de bestuurder nog geluiden van buiten kan waarnemen.
Schakel de telefoon niet in de buurt van tankstations, brandstofdepots, chemische fabrieken en explosiewerkzaamheden in.
Bij storingen (bijv. rookontwikkeling of stank) moet het apparaat meteen worden uitgeschakeld.
Om veiligheidsredenen mag het toestel alleen door een vakman worden geopend. Voor reparaties wordt u verzocht met uw dealer contact op te nemen.
261

Richtlijnen m.b.t. de verkeersveiligheid

Deze autoradio is bedoeld en goedgekeurd voor inbouw en gebruik in personenauto's, bedrijfsauto’s en bussen (voertuig­klasse M, N en O) met een boordnetspanning van 12 V.
Wij raden u aan om het apparaat uitsluitend door deskundig personeel te laten inbouwen resp. onderhouden. Bij een ver­keerde montage resp. slecht onderhoud kunnen storingen in de voertuigsystemen optreden. Volg de veiligheidsrichtlijnen van de autofabrikant op.
Werkzaamheden aan de voertuigelektronica (bijv. aansluiting snelheidssignaal) mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een erkend servicestation. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan de voertuigelektro­nica.
Dit toestel mag uitsluitend op de door de autofabrikant daarvoor bestemde plaats worden ingebouwd.
Kies de apparaatbevestiging zodanig, dat het apparaat bij een eventuele botsing correct blijft zitten.
De stroomvoorziening dient correct te worden afgezekerd.
Wanneer mobiele telefoons zonder buitenantenne in de buurt van de radio worden gebruikt, kan dat storingen veroorzaken.
Zorg dat u vertrouwd bent met het apparaat en de bediening daarvan alvorens te gaan rijden. Bedien het apparaat tijdens het rijden alleen wanneer de verkeerssituatie dat toelaat. Het weergavevolume van de autoradio dient zodanig te worden ingesteld, dat geluiden van buitenaf (bijv. sirene van de politie) nog goed waargenomen kunnen worden.
262

Overzicht bedieningselementen

1
2
15
14
Overzicht bedieningselementen
1 Informatietoets
2 Knop aan/uit
3 Omschakelen naar radioweergave
4 Omschakelen naar cd/cdc/geheugenkaart
5 Omschakelen naar navigatie
6 Omschakelen telefoon
7 Omschakelen naar adresboek
8 Uitwerpknop cd
9 Statustoets
3
4
5
6 7
8 9
10
13
12
11
10 Rechter draai-/drukknop
Indrukken = bevestigen Draaien = scrollen in lijsten en menu’s
11 Toets terug 12 Ontgrendelingsschuif voor afneembaar bedieningsgedeelte 13 Scherm
14 Pijltjestoetsen en
Andere radiozender of ander audionummer
15 Linker draai-/drukknop
Indrukken = activeert spraakdialoog Draaien = instellen van het volume
263

Algemene bediening

Algemene bediening

Principes van menu’s

Aanwijzing:
Als er in een lijst een vermelding wegens te veel tekens wordt afgekort (drie punten aan het einde van de tekst), kunt u door lang indrukken van de toets
gedurende korte tijd een scherm met de complete tekst van de vermel­ding bekijken.

Snelle toegang

Via de snelle toegang hebt u snel toe­gang tot de belangrijkste functies van de verschillende gebruiksmodi. In de meeste gevallen hebt u vervolgens de mogelijkheid om in lijsten (radiozen­ders, navigatiebestemmingen enz.) te kiezen. Door kiezen van de eerste ver­melding in de lijst kunt u naar het desbe­treffende hoofdmenu van de gebruiks­modus gaan.
Aanwijzing:
Na korte tijd zonder handelingen in de weergegeven snelle toegang springt het scherm automatisch naar het status­scherm van de actieve gebruiksmodus.
1001
Als voorbeeld ziet u hier de snelle toe­gang voor de radio. Door indrukken van de verschillende bedieningselementen ziet u:
de snelle toegang tot de radio.
de snelle toegang tot de media (cd, cd-wisselaar en geheugenkaart).
de snelle toegang tot de naviga­tie.
de snelle toegang tot de tele­foon (als Bluetooth ingeschakeld is en er een telefoon verbonden is of SIM­toegang of de interne telefoon inge­schakeld is).
de snelle toegang tot het adres­boek.

Hoofdmenu

In het hoofdmenu van een gebruiksmo­dus hebt u toegang tot de verschillende functies en instelopties van een gebruiks­modus.
1002
Als voorbeeld ziet u hier het hoofdmenu voor de radio. Het hoofdmenu kan voor de verschil­lende gebruiksmodi op twee verschil­lende manieren worden opgevraagd:
• Activeer de snelle toegang (toets , , , of
indrukken).
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop de eerste vermelding van de snelle toegang.
X Druk op de draai-/drukknop .
of
X Druk opnieuw op de toets waarvan u
de snelle toegang hebt opgeroepen (toets , , , of
).
264
Algemene bediening
1003
1004

Statusscherm

Op het statusscherm ziet u alle beno­digde informatie over de op dat moment ingestelde gebruiksmodus.
Aanwijzing:
Het adresboek heeft geen statusscherm.
Als naast de huidige gebruiksmodus Radio of Media de navigatie ook actief is, kunt u een gecombineerd scherm opvragen.
Als voorbeeld ziet u hier het status­scherm voor de radio.
Als voorbeeld ziet u hier het status­scherm voor de radio met de geacti­veerde navigatie.
U vraagt het statusscherm altijd op door op de toets te drukken. Bij een actieve navigatie kunt u door meermaals indrukken van de toets tussen het gecombineerde scherm en het statusscherm van de navigatie wisselen.

Menu Opties

In het statusscherm kunt u het menu Opties oproepen.
X Druk op de draai-/drukknop .
Op het display verschijnt het menu Opties.
In het menu Opties hebt u direct toegang tot belangrijke functies van de actieve gebruiksmodus. Sommige van de instel­opties en functies van het menu Opties kunnen ook via het hoofdmenu worden ingesteld of geactiveerd.
1005
Als voorbeeld ziet u hier het menu Opties van de functie Radio.

Bediening in menu’s

De bediening in de verschillende menu’s is altijd identiek.
1005
Als voorbeeld ziet u hier het menu Opties van de functie Radio. Door de draai-/drukknop te draaien kunt u in de menu’s scrollen.
Een optie in een menu leidt u naar een volgend menu of er kan door kiezen (indrukken van de draai-/drukknop ) van de vermelding een functie worden in- of uitgeschakeld.
265
Algemene bediening
Als er onder een menuoptie een submenu zit, staat er een klein driehoekje naast de menuoptie. Bij de mogelijkheid om een functie in- of uit te schakelen wordt dit vóór de menu­optie door of aangegeven. Het sym­bool staat voor “uitgeschakeld” en het symbool staat voor “ingeschakeld”.
Aanwijzing:
Door indrukken van de toets kunt u altijd naar het menu van een niveau hoger teruggaan.

Invoermenu’s

In sommige gevallen kunt u gegevens invoeren, dit gebeurt in speciale invoer­menu’s.
6003
Als voorbeeld ziet u het invoermenu voor de achternaam van een adresboek­vermelding.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de letters.
Aanwijzing:
Door kiezen van het symbool kunt u steeds het laatste teken van de invoer wissen. Wanneer u bij het kiezen van het sym­bool de draai-/drukknop langer dan 2 seconden ingedrukt houdt, wordt de complete invoer gewist.
Door het kiezen van verschillende sym­bolen kunt u op een andere tekenset van de beschikbare tekens omschakelen.
Omschakelen op kleine letters.
Omschakelen op hoofdletters.
Omschakelen op getallen.
Omschakelen op speciale tekens.
Omschakelen op kleine letters in-
ternationaal.
Omschakelen op hoofdletters in-
ternationaal.
Aanwijzing:
Na het invoeren van het eerste teken gaat de Cascade automatisch over op het invoeren van kleine letters.
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
266
Algemene bediening

Beveiliging tegen diefstal

Uw Cascade is uitgerust met een dub­bele beveiliging tegen diefstal:
• Beveiliging door een 5-cijferig toe­stelcodenummer
• Beveiliging door een afneembaar bedieningsgedeelte

Codenummer van toestel invoeren

Als de Cascade van de stroomvoorzie­ning wordt losgekoppeld, is de radio bij een volgende aansluiting beveiligd tegen onbevoegd gebruik. Voor het in bedrijf stellen van de Cas­cade hebt u het op de CODE CARD ver­melde 5-cijferige codenummer nodig.
Aanwijzing:
De CODE CARD moet buiten de auto op een veilige plaats worden bewaard. De kaart kan zodoende niet onrechtma­tig gebruikt worden. De bijgeleverde ruitenstickers kunt u op de binnenkant van uw ruiten plakken.
Als u het toestel inschakelt met behulp van de knop , verschijnt na korte tijd het invoermenu voor het codenum­mer.
1006
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop het eerste cijfer van het codenummer.
X Druk op de draai-/drukknop . X Ga bij de overige cijfers van het code-
nummer op dezelfde manier te werk.
Aanwijzing:
Bij een foutieve invoer:
X Door indrukken van de toets Terug
wordt het laatst ingevoerde cij-
fer gewist.
of
X Selecteer het symbool .
Na correct invoeren van alle 5 cijfers van het codenummer, schakelt de Cas­cade zichzelf in en kunt u alle functies bedienen.
Onjuist codenummer ingevoerd
Na invoeren van een onjuist codenum­mer verschijnt het volgende scherm.
1007
X Druk op de draai-/drukknop .
Het invoermenu voor het codenummer verschijnt opnieuw.
X Voer het juiste codenummer zoals
bovenstaand beschreven opnieuw in.
267
Algemene bediening
1008
Aanwijzing:
Als u het codenummer drie keer onjuist hebt ingevoerd, is het toestel gedurende ca. 1 uur geblokkeerd.
De nog resterende wachttijd tot de vol­gende mogelijke code-invoer verschijnt.
X Laat het contact ingeschakeld.
Bij uitschakelen van het contact begint de wachttijd van een uur opnieuw. Na afloop van de wachttijd verschijnt het invoermenu voor het codenummer opnieuw.

Bedieningsgedeelte verwijderen/aanbrengen

Als nog een effectieve beveiliging tegen diefstal is een deel van het bedieningspa­neel afneembaar. De Cascade kan zonder dit afneembare bedieningsgedeelte niet worden inge­schakeld.
Verwijderen
A
X Schuif de ontgrendelingsschuif voor
het bedieningsgedeelte (A) naar rechts.
Het bedieningsgedeelte wordt ontgrendeld.
X Verwijder het bedieningsgedeelte uit
de houder.
Als de Cascade bij het verwijderen van het bedieningsgedeelte nog ingescha­keld is, wordt het geluid onderdrukt en kan het toestel niet meer worden bediend.
1009
Bij opnieuw plaatsen van het bedie­ningsgedeelte binnen 90 seconden wordt de Cascade weer ingeschakeld.
Aanwijzingen:
• Plaats het bedieningsgedeelte na het verwijderen in de bijgeleverde be­schermhoes. Raak de metalen contactpunten op het bedieningsgedeelte of op de Cas­cade niet aan.
• Als nu na het verwijderen van uw be­dieningsgedeelte uw auto verplaatst, duurt het na het aanbrengen van het bedieningsgedeelte enige tijd totdat de navigatie uw positie weer kan be­palen.
268
Algemene bediening
Plaatsen
X Verwijder het bedieningsgedeelte uit
het beschermhoesje.
X Plaats het linker gedeelte van het
bedieningsgedeelte eerst.
X Druk het bedieningsgedeelte vast.
De Cascade is nu klaar voor gebruik en kan worden ingeschakeld of schakelt zichzelf in.

Zichtbeveiliging verwijderen/ aanbrengen

Bij de Cascade wordt een rood kunststof onderdeel meegeleverd. U kunt dit kunststof onderdeel van verwijderen van het bedieningsgedeelte in het ontstane gat plaatsen. Het kunststof onderdeel dient in dat geval enerzijds als zichtbeveiliging voor een eventueel geplaatste CF card/ microdrive, anderzijds geeft de rode kleur duidelijk aan dat het bedieningsge­deelte verwijderd is.
Zichtbeveiliging aanbrengen
X Verwijder het bedieningsgedeelte
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
X Plaats het kunststof onderdeel met het
gat naar boven en de gladde kant naar buiten in het gat.
X Druk het kunststof onderdeel onder-
aan naar achteren totdat het vastklikt.
De zichtbeveiliging is nu geplaatst.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
Zichtbeveiliging verwijderen
X Verwijder het bedieningsgedeelte
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
X Steek een vinger in het gat van het
kunststof onderdeel.
X Druk het kunststof onderdeel iets naar
beneden.
X Trek het kunststof onderdeel iets naar
voren.
De zichtbeveiliging is nu verwijderd.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
269
Algemene bediening
1010

Toestel inschakelen/uitschakelen

Inschakelen

X Druk op de toets .
of
X Als de Cascade van te voren via het
contact werd uitgeschakeld, schakelt de Cascade zichzelf na inschakelen van het contact weer in.
X Druk op de draai-/drukknop om de
weergegeven waarschuwing te bevesti­gen.
Aanwijzingen:
• Bij niet bevestigen van de waarschu­wing kunt u de Cascade niet bedie­nen.
• De Cascade geeft na het inschakelen de laatst ingestelde bron radio of media weer. Een eventuele geluids­onderdrukking of de pauzefunctie wordt opgeheven.
• Een actieve navigatie wordt, voorzo­ver het toestel niet langer dan 2 uur geleden werd uitgeschakeld, opnieuw gestart.
• Bij een zeer hoog volume vóór de laatste keer uitschakelen wordt dit na het opnieuw inschakelen op stand 26 teruggezet.

Uitschakelen

X Druk op de toets .
Bij ingeschakeld contact wordt de Cas­cade in de stand-by-stand gezet. Het dis­play dooft en het geluid van de Cascade wordt uitgeschakeld.
of
X Contact van het voertuig uitschakelen.
1010
Het uitschakelscherm verschijnt gedu­rende ca. 5 seconden. Tijdens deze ca. 5 seconden kunt u door indrukken van één van de toetsen van de Cascade of door opnieuw inschakelen van het contact het uitschakelen voorko­men. De Cascade wordt vervolgens weer ingeschakeld en geeft de laatst inge­stelde bron radio of media weer.
270
Algemene bediening
1011

Volume instellen

Het volume kan trapsgewijs in 50 stan­den worden ingesteld. De volume-instel­ling geldt voor alle radio- en audiobron­nen. Onder “Volume weergeven” op pagina 440 kunt u instellen of een hoger of lager volume al dan niet grafisch wordt weergegeven.
X Draai de draai-/drukknop naar
rechts of naar links.
X Het volume wordt hoger of lager.
Aanwijzing:
In andere gedeelten van deze gebruiks­aanwijzing vindt u aanwijzingen voor het instellen van het volume van:
• Verkeersberichten op pagina 328.
• Navigatieaanwijzingen en andere ge­sproken meldingen op pagina 435.
• Instructietonen op pagina 440.

Klankinstellingen

Met de klankinstellingen kunt u de klank van uw Cascade naar eigen wens instel­len. De instellingen gelden voor alle radio- en audiobronnen.

Klankinstellingen opvragen

X Druk op de toets of toets
totdat de klankinstellingen opgevraagd zijn.
of
X Selecteer de optie .ODQN in het hoofd-
menu Radio of Audio (hoofdmenu Radio pagina 317 of hoofdmenu Audio pagina 339).
1012
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
(TXDOL]HU, %DODQFHIDGHU, 9ROXPH, %HFNHUVXUURXQG, 6XEZRRIHU, &URVVRYHU, &RPSUHVVLH en ,QVWHOOLQJHQUHVHWWHQ
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Aanwijzing:
Druk op een van de toetsen ,
, , of om de
klankinstellingen te verlaten.
271
Algemene bediening
1013

Equalizer instellen

Met de instelling Equalizer kunt u het klankprofiel in 5 frequentiebereiken wij­zigen. Bovendien hebt u nog 4 voorgeprogram­meerde equalizerinstellingen (presets) ter beschikking. Als extra optie kunt u nog 3 eigen equalizerinstellingen definiëren.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
(TXDOL]HU.
X Door draaien aan de draai-/drukknop
kunt u nu tussen de 4 voorgepro-
grammeerde equalizerinstellingen
5RFN 3RS, -D]] en .ODVVLHN of de drie
eigen equalizerinstellingen
- *HEUXLNHU of /LQHDLU kiezen.
*HEUXLNHU
X Door de draai-/drukknop in te
drukken wordt de gewenste equalizer­instelling overgenomen.
Aanwijzing:
De voorgeprogrammeerde equalizerin­stellingen
5RFN3RS, -D]] en .ODVVLHN kun-
nen niet worden gewijzigd. Door kiezen van
/LQHDLU worden de equa-
lizerinstellingen op een gemiddelde waarde ingesteld.
Equalizerinstelling definiëren
X Kies tussen *HEUXLNHU , *HEUXLNHU en
*HEUXLNHU.
X Druk lang op de draai-/drukknop .
1014
De cursor springt naar het eerste fre­quentiebereik.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop het te wijzigen frequentiebe­reik.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
1015
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop de gewenste instelling voor het gekozen frequentiebereik.
X Druk op de draai-/drukknop om
de instelling te bevestigen.
U kunt nog meer instellingen configure­ren. Ga na het configureren van de gewenste instellingen als volgt te werk:
X Druk lang op de draai-/drukknop .
of
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop de pijl naast de frequentie­bereiken en druk op de draai-/
drukknop . U kunt nu nog meer equalizerinstellin­gen configureren of één van de voorge­programmeerde instellingen kiezen.
272
Algemene bediening
1016

Balance en fader instellen

Met instelling Balance en Fader kunt u de geluidsbalans in het voertuig ver­plaatsen.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
%DODQFHIDGHU.
Op het scherm verschijnt het interieur gezien in de rijrichting. De kleine drie­hoek geeft de huidige positie van de geluidsbalans aan. De instelling Balance is actief.
X Door de draai-/drukknop in te
drukken kunt u nu tussen
)DGHU kiezen.
%DODQFH en
Instelling balance
X Draai de draai-/drukknop naar
rechts of naar links.
1016
De geluidsbalans wordt naar rechts of naar links verplaatst.
Instelling fader
X Draai de draai-/drukknop naar
rechts of naar links.
1017
De geluidsbalans wordt naar voren of naar achteren verplaatst.

Loudness in-/uitschakelen/ instellen

Loudness zorgt afhankelijk van het volume voor een juiste verhoging van lage frequenties. U kunt de Loudness­functie via de instelmogelijkheden aanpassen aan uw voertuig.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
9ROXPH.
1018
X Stel door draaien van de draai-/druk-
knop de gewenste waarde in.
Aanwijzing:
Met de instelling ’ verhoging bij hoge basfrequenties, met ’
’ bij midden- en met ’’ bij lage
basfrequenties. Bij kiezen van de instelling Loudness-functie uitgeschakeld.
’ selecteert u een
XLW is de
273
Algemene bediening
1019

Becker Surround

Met deze functie kunt u de virtuele ste­reofonie activeren en voor een optimale stereofoniefunctie de grootte van het voertuig aangeven.
Aanwijzing:
De functie Becker Surround werkt niet voor de middengolf of de kortegolf.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
%HFNHUVXUURXQG.
X Kies %HFNHU VXUURXQG en schakel door
het indrukken van de draai-/drukknop
de virtuele stereofonie in ( ) of
uit ( ).
X Kies tussen *URRW YRHUWXLJ en 0LGGHOJU
YRHUWXLJ
(ingeschakeld = ).
Aanwijzing:
Er kan steeds maar één type voertuig in de lijst actief ( ) zijn.

Subwoofer

U kunt het volumeniveau van de sub­wooferuitgang instellen of de sub­wooferuitgang uitschakelen.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
6XEZRRIHU.
1024
X Stel door draaien van de draai-/druk-
knop de gewenste waarde in.
Aanwijzing:
De instelling „+10“ betekent een hoger volume van de subwoofer. Bij kiezen van de instelling wooferuitgang uitgeschakeld. Bovendien wordt bij de crossover­instelling
6XEZRRIHU gedeactiveerd.
XLW is de sub-

Crossover

Met deze functie kunt u de limietfre­quenties voor de voorste luidsprekers, achterste luidsprekers of de subwoofer instellen.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
&URVVRYHU.
1025
X U kunt nu tussen 9RRUVWH OXLGVSUHNHU,
$FKWHUVWH OXLGVSUHNHU en 6XEZRRIHU kie-
zen.
9RRUVWH OXLGVSUHNHU en $FKWHUVWH
OXLGVSUHNHU
U kunt de ondergrens van de
frequentie van de voorste en achterste
luidsprekers op een waarde tussen
20 en 150 Hz instellen.
6XEZRRIHU
U kunt de bovengrens van de frequen-
tie van de subwoofer op een waarde
tussen 50 en 150 Hz instellen.
XLW,
274
Algemene bediening
1026
1027
Als voorbeeld ziet u de instelling voor de voorste luidsprekers:
X Stel door draaien van de draai-/druk-
knop de gewenste waarde in.

Compressie

U kunt met deze functie de reductie van de dynamische breedte van het audiosignaal in-/uitschakelen.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
&RPSUHVVLH.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de functie in ( ) of uit ().

Instellingen terugzetten

U kunt alle klankinstellingen op de basisinstelling terugzetten. De volgende instellingen worden op de desbetreffende waarde teruggezet:
(TXDOL]HU: Alle voorgeprogrammeerde
instellingen worden op de oorspronke­lijke waarde teruggezet. De gebruiker­specifieke instelling wordt op de waarde nul teruggezet.
%DODQFHIDGHU op de middelste stand.
9ROXPH op uit.
%HFNHUVXUURXQG op uit.
6XEZRRIHU op XLW.
&URVVRYHU voorste en achterste luid-
sprekers op
&RPSUHVVLH op XLW.
XLW, subwoofer op 100 Hz.
X Selecteer in de klankinstellingen de
optie
,QVWHOOLQJHQUHVHWWHQ.
1020
X Kies -D om de klankinstellingen terug
te zetten of
door te gaan. Bij de keuze lingen teruggezet.
1HH om zonder wijzigingen
-D worden de klankinstel-
275
Algemene bediening
1021
1022

Geluidsonderdrukking - mute

U kunt het geluid van uw Cascade onderdrukken, d.w.z. het geluid van de huidige radio- of mediabron wordt uit­geschakeld. Navigatieaanwijzingen, verkeersberich­ten (bij geactiveerde verkeersinforma­tie) of andere verbale aanwijzingen van de Cascade worden echter wel doorge­geven.
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
Voorbeeld voor radiomodus met geluids­onderdrukking.
Voorbeeld voor modus Media met geluidsonderdrukking.
Ga als volgt te werk om de geluidson­derdrukking te deactiveren:
• Druk opnieuw langer dan 2 seconden op de draai-/drukknop .
• Wijzig het volume door aan de draai-/ drukknop te draaien.
• Een andere zender of ander nummer selecteren.
• Druk op de toets of de toets
.
• De Cascade uit- en weer inschakelen.
276

Gebruiksmodus Navigatie

Wat is navigatie?

Onder navigatie (lat. navigare = op zee varen) verstaat men in het algemeen de plaatsbepaling van een voertuig, de bepaling van de richting en de afstand tot de bestemming en het uitzetten van de route ernaar toe. Als hulpmiddelen bij het navigeren worden o.a. sterren, mar­kante punten, kompas en satellieten gebruikt. Bij de Cascade wordt de positie via de GPS-ontvanger (GPS = Global Positio­ning System) bepaald. De richting en de afstand tot de bestemming worden o.a. met behulp van een digitale wegenkaart, een navigatiecomputer en sensoren bepaald. Voor het berekenen en het vol­gen van de route worden ook het signaal van de kilometerteller en de achteruit­versnelling gebruikt. Om veiligheidsredenen vindt de naviga­tie voornamelijk door verbale aanwij- zingen plaats, ondersteund door rich­tingspijlen op het display.
Veiligheidsvoorschriften
G
• De geldende verkeersregels zijn te allen tijde bepalend. Het navigatiesy­steem is maar een hulpmiddel, in sommige gevallen kunnen de gege­vens onjuist zijn. De bestuurder moet in elke situatie zelf besluiten of hij de gegevens betrouwbaar vindt. Wij zijn in geen geval aansprakelijk voor onjuiste gegevens in het naviga­tiesysteem.
• Verkeersborden en plaatselijke ver­keersvoorschriften hebben altijd prio­riteit.
• De verkeersgeleiding geldt alleen voor personenauto’s. Er is geen reke­ning gehouden met specifieke aanbe­velingen over de route en voorschrif­ten voor andere voertuigen (bijv. bedrijfswagens).
• De plaats van bestemming mag alleen worden ingevoerd als de wagen stil­staat.
Gebruiksmodus Navigatie

Navigatiegegevens

Bij de Cascade ontvangt u een CF­geheugenkaart. Op deze geheugenkaart bevindt zich een gedigitaliseerde wegenkaart.
Aanwijzing:
De navigatiefunctie van de Cascade werkt alleen met een originele door Harman/ Becker geleverde geheugenkaart. U mag de bijgeleverde geheugenkaart in geen geval formatteren. De geheugenkaart met de navigatiegegevens is van een kopieerbeveiliging voorzien. Als u de gegevens op de kaart op welke wijze dan ook wijzigt, zal de Cascade deze geheugenkaart niet meer accepteren.
Op de gedigitaliseerde wegenkaart zijn de snelwegen, provinciale, regionale en plaatselijke wegen opgeslagen. Grote steden en gemeenten zijn volledig ingevoerd. Bij kleine steden en gemeentes staan de regionale en plaatselijke wegen of doorgaande wegen alsmede het centrum van de bebouwde kom vermeld. Er is zoveel mogelijk rekening gehouden met eenrichtingswegen,
277
Navigatie
voetgangersgebieden, plaatsen waar een verbod geldt om af te slaan en andere verkeersregelingen. Vanwege het feit dat het wegennet en de bijbehorende verkeersbepalingen doorlopend worden gewijzigd, kan het voorkomen dat de gegevens op de geheugenkaart en de plaatselijke situatie niet geheel overeenkomen.
Aanwijzing:
Voor de landen Noorwegen, Zweden, Finland, Denemarken, Spanje en Italië is het niveau van digitaliseren hoog doordat er niet-geverifieerde gegevens worden gebruikt. Bij deze gegevens is het niet mogelijk te navigeren op basis van informatie als snelweg, provinciale weg, woonerf, eenrichtingsverkeer of andere verkeersregelingen, omdat deze informatie niet is geregistreerd. Weliswaar kunt u naar alle wegen navigeren, maar optimale navigatie is hierbij niet gegarandeerd.

Geheugenkaart plaatsen

De sleuf voor het plaatsen van de geheugenkaart met navigatiegegevens bevindt zich onder het afneembare bedieningsgedeelte van de Cascade of onder de geplaatste zichtbeveiliging.
X Verwijder het bedieningsgedeelte
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
X Verwijder de zichtbeveiliging zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Haal de geheugenkaart met navigatie-
gegevens uit de beschermende ver­pakking.
X Plaats de geheugenkaart in de rechts
zichtbare sleuf.
Aanwijzingen:
De geheugenkaart kan maar in één richting worden geplaatst. Hierbij wijst de achterkant van de geheugenkaart naar links.
X Schuif de geheugenkaart voorzichtig
naar voren.
De links boven naast de sleuf geplaatste uitwerptoets wordt geactiveerd.
X Plaats de zichtbeveiliging weer zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
De geheugenkaart met navigatiegegevens is nu klaar voor gebruik en het systeem heeft toegang tot de navigatiegegevens.
278
Gebruiksmodus Navigatie

Geheugenkaart verwijderen

X Verwijder het bedieningsgedeelte
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
X Verwijder de zichtbeveiliging zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Druk op de linksboven naast de sleuf
geplaatste uitwerptoets.
X De geheugenkaart komt een stukje
naar voren.
X Trek de geheugenkaart uit de sleuf. X Plaats de geheugenkaart met naviga-
tiegegevens terug in de beschermende verpakking.
X Plaats de zichtbeveiliging weer zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.

Navigatie kiezen

X Druk op de toets .
2001
De navigatie wordt gestart. De melding wordt alleen gedaan als de navigatie sinds de laatste keer inschakelen van de Cascade nog niet geactiveerd is of nog niet gereed is.
2002
Vervolgens verschijnt het menu snelle toegang. Op het rechter gedeelte van het display ziet u het aantal ontvangen satel­lieten (in het voorbeeld ziet u 5 van de maximaal 8 ontvangbare satellieten) In de snelle toegang kunt u de laatst ingevoerde bestemmingen of de door u in de snelle toegang beveiligde bestem­mingen selecteren en erheen rijden. Meer informatie vindt u onder “Snelle toegang navigatie” op pagina 289.
Aanwijzing:
Als het navigatiesysteem voor het eerst wordt opgestart, moet de geheugenkaart met navigatiegegevens worden geplaatst. Wanneer de kalibrering van het navigatiesysteem nog niet is voltooid, vraagt het systeem om een kalibreringsrit (zie inbouwinstructies). Voor het starten van een routeberekening plaatst u eventueel de geheugenkaart met navigatiegegevens in het systeem. Bij niet-geplaatste geheugenkaart krijgt u het verzoek om deze te plaatsen. Tijdens de berekening van de route verschijnt rechts op het display het symbool . Als de berekening is voltooid, verdwijnt het symbool ; de geheugenkaart kan nu worden verwijderd en indien gewenst door een geheugenkaart met audiogegevens worden vervangen. Bij het invoeren van verre bestemmingen is het zinvol pas weg te rijden wanneer het symbool is verdwenen. Het is mogelijk dat u in geval van verre bestemmingen later nog eens het verzoek krijgt om de geheugenkaart te plaatsen.
279
Navigatie
Oude versie

Hoofdmenu Navigatie oproepen

X Druk twee keer op de toets .
of
X Druk op de toets .
U bevindt zich in het menu Snelle toe­gang.
X Selecteer de optie 1DYLJDWLHPHQX.
Het navigatiemenu wordt nu getoond.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
$GUHVLQYRHUHQ, %HVWHPPLQJXLWDGUHVERHN, %LM]RQEHVW 6SHFLDDOGRHOH[WHUQ %HFNHUFOXEen ,QVWHOOLQJ
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De gewenste functie wordt opgeroepen.
$GUHVLQYRHUHQ
Hiermee opent u het invoermenu voor het bestemmingsadres. Zie “Adres invoeren” op pagina 281.
280
,
%HVWHPPLQJXLWDGUHVERHN
• U kunt een bestemming uit het adres­boek selecteren. Zie “Bestemming uit adresboek selecteren” op pagina 293.
%LM]RQEHVW
Hiermee opent u het menu voor het kiezen van een bijzondere bestem­ming. Speciale bestemmingen kunnen bijv. pompstations, vliegvelden of zie­kenhuizen zijn. Zie “Bijzondere be­stemming” op pagina 293.
%HFNHUFOXE
De op de homepage van de Becker­Club opgeslagen bestemmingen kun­nen worden opgeroepen. Zie “Becker­Club” op pagina 299.
6SHFLDDOGRHOH[WHUQ
Hierdoor komt u in het menu voor de selectie van een externe bijzondere bestemming. Dit houdt in dat u bijzondere bestemmingen op een speciale gegevensdrager kunt selecte­ren. Deze menuoptie kan pas worden geselecteerd wanneer bijvoorbeeld een cd met externe bijzondere bestem­mingen is geplaatst. Zie “Externe bij­zondere bestemmingen” op pagina 298.
,QVWHOOLQJ
• Hiermee opent u het menu voor het instellen van voor de navigatie rele­vante instellingen. Zie “Instellingen” op pagina 313.
Aanwijzing:
U kunt ook bij een reeds actieve naviga­tie een andere bestemming invoeren via
$GUHVLQYRHUHQ, %HVWHPPLQJXLWDGUHVERHN en %LM]RQEHVW.
Na het kiezen van de bestemming wordt u vervolgens door de Cascade gevraagd of de nieuwe bestemming als hoofdbe­stemming of als tussenstop moet wor­den gebruikt.
2096
X Door aan de draai-/drukknop de
draaien kunt u nu tussen
VWHPPLQJ
X Druk op de draai-/drukknop om
en +RRIGEHVW kiezen.
de keuze te bevestigen. Afhankelijk van de keuze wordt de nieuwe bestemming als tussenstop of als nieuw hoofdbestemming gebruikt.
7XVVHQEH
Gebruiksmodus Navigatie
2004

Adres invoeren

X Kies in het hoofdmenu Navigatie de
optie
$GUHVLQYRHUHQ.
Op het display verschijnt het menu Adres invoeren. Het laatst gekozen land en de laatst gekozen plaats staan op de eerste plaats.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
1('(5/$1'(land als voorbeeld), $51+(0(plaats als voorbeeld), 6WUDDW, 1DYLJDWLHVWDUWHQ, 3RVWFRGH, +XLVQXPPHU, .UXLVLQJ, &HQWUXP, *HRFRØUGLQDWHQ, 5RXWH NRUW resp. 5RXWH VQHO of 5RXWH G\QDPLVFK 'RHORSVODDQ
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
en
Het desbetreffende menu wordt opge­roepen cq. de gewenste actie gestart.
Aanwijzing:
Sommige opties in het menu Adresboek kunnen niet direct worden gekozen. Er kan bijv. geen huisnummer worden ingevoerd als er niet eerst een straat ingevoerd is. Deze niet selecteerbare opties verschijnen uitgegrijsd op het dis­play en kunnen niet worden gekozen. Ook wanneer er voor een bepaalde straat geen huisnummers beschikbaar zijn, wordt de desbetreffende optie uit­gegrijsd weergegeven.

Land selecteren

Als uw bestemming in een ander land (in het voorbeeldscherm
1('(5/$1') ligt,
moet u eerst het gewenste land selecte­ren.
X Kies in het menu Adres invoeren het
land (in het voorbeeld
1('(5/$1'.
2005
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u uw land van bestemming marke­ren.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
281
Navigatie
2004
2006
Plaats van bestemming invoe­ren
X Markeer in het menu Adres invoeren
de plaats (in het voorbeeld
Aanwijzing:
Wanneer uw bestemming in dezelfde plaats ligt als de plaats die wordt weer­gegeven, kunt u de straat of het centrum direct invoeren.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Het invoermenu voor de plaats ver­schijnt.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de letters.
$51+(0).
Aanwijzing:
Door kiezen van het symbool kunt u steeds het laatste teken van de invoer wissen.
2007
De invoermarkering staat achter de reeds ingevoerde letter. Als hulpmiddel wordt de plaatsnaam getoond die het meest lijkt op de reeds ingevoerde tekst. De Cascade biedt alleen nog de moge­lijke letters aan. Wanneer er geen andere invoermogelijkheden meer zijn, vult de Cascade de plaatsnaam vanzelf aan.
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
Wanneer de complete plaatsnaam reeds is ingevoerd of automatisch is aange­vuld, dan wordt er doorgeschakeld naar de lijst met plaatsen die erop lijken of kunt u direct de straat of het centrum invoeren. Wanneer een onvolledige plaatsnaam is bevestigd, wordt de plaatskeuzelijst getoond.
2008
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste plaats.
Bij een eenduidige invoer kunt u direct de straat of het centrum invoeren.
282
Gebruiksmodus Navigatie
2008
2009
Wanneer de ingevoerde plaatsnaam niet eenduidig is, dan verschijnt de lijst met plaatsen die erop lijken.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste plaats.
Daarna kunt u de straat of het centrum invoeren.
Plaats van bestemming via post­code selecteren
U kunt de plaats van bestemming ook via de postcode van de plaats selecteren.
X Markeer in het menu Adres invoeren
3RVWFRGH.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2010
Het invoermenu voor de postcode ver­schijnt.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de cij­fers en de letters.
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
Bij niet compleet invoeren van de post­code verschijnt de keuzelijst met de postcodes.
2011
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste post­code.
Vervolgens wordt de bij de postcode behorende plaats in het menu Adres invoeren weergegeven of als meerdere plaatsen onder de postcode zijn inge­deeld, wordt een lijst met deze plaatsen weergegeven.
2012
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste plaats.
Daarna kunt u de straat of het centrum invoeren.
283
Navigatie
2013
2014
2015

Straat van de plaats van bestemming invoeren

X Markeer in het menu Adres invoeren
6WUDDW.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Het invoermenu voor de straat verschijnt of als er minder dan 10 straten in de plaats beschikbaar zijn, verschijnt met­een het stratenoverzicht.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de letters.
De invoermarkering staat achter de reeds ingevoerde letter. Als hulpmiddel wordt de straatnaam getoond die het meest lijkt op de reeds ingevoerde tekst. De Cascade biedt alleen nog de moge­lijke letters aan. Wanneer er geen andere invoermogelijkheden meer zijn, vult de Cascade de straatnaam vanzelf aan.
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
Bij niet compleet invoeren van de straat­naam verschijnt het stratenoverzicht.
2016
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste straat.
U kunt nu door kiezen van
WHQ
de navigatie starten of een huisnum-
1DYLJDWLHVWDU
mer of een kruising bij de ingevoerde straat invoeren.
284
Centrum van de plaats van
2017
2018
bestemming invoeren
U kunt ook in plaats van direct naar een straat naar het centrum van een plaats navigeren.
X Markeer in het menu Adres invoeren
&HQWUXP.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Het invoermenu voor het centrum ver­schijnt of als er minder dan 10 centra in de plaats beschikbaar zijn, verschijnt meteen het centrumoverzicht.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de letters.
2019
De invoermarkering staat achter de reeds ingevoerde letter. Als hulpmiddel wordt de centrumnaam getoond die het meest lijkt op de reeds ingevoerde tekst. De Cascade biedt alleen nog de moge­lijke letters aan. Wanneer er geen andere invoermogelijkheden meer zijn, vult de Cascade de centrumnaam vanzelf aan.
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
Bij niet compleet invoeren van de cen­trumnaam verschijnt het centrumover­zicht.
Gebruiksmodus Navigatie
2020
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop het gewenste cen­trum.
U kunt nu door het kiezen van
VWDUWHQ
de navigatie starten.
1DYLJDWLH

Huisnummer van de straat van bestemming invoeren

Aanwijzing:
Een huisnummer kan alleen worden gekozen als deze informatie in de navi­gatiegegevens is opgeslagen.
X Markeer in het menu Adres invoeren
+XLVQXPPHU.
2021
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
285
Navigatie
2022
Er verschijnt een lijst met huisnummer­bereiken.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop het gewenste huis­nummerbereik.
U kunt nu door het kiezen van
VWDUWHQ
de navigatie starten.

Kruising van de straat van bestemming selecteren

Aanwijzing:
Een kruising kan alleen worden geko­zen als deze informatie in de navigatie­gegevens is opgeslagen.
X Markeer in het menu Adres invoeren
.UXLVLQJ.
1DYLJDWLH
2023
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2024
Er verschijnt een lijst met kruisende stra­ten.
Aanwijzing:
Bij meer dan 9 kruisingen met de inge­voerde straat van bestemming ver­schijnt er voor het invoeren eenzelfde invoermenu als dat bij het invoeren van straten.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste krui­sende straat.

Bestemming invoeren met coördinaten

U kunt een bestemming ook invoeren met coördinaten.
X Markeer *HRFRØUGLQDWHQ in het menu
Adres invoeren.
2097
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2098
U ziet het invoermenu voor de coördinaten.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de cijfers van de coördinaten.
286
Gebruiksmodus Navigatie
Aanwijzingen:
• U kunt door selecteren van de richting van de geografische breedte vastleggen (
1 = noord en 6 = zuid).
• Door het selecteren van kunt u de richting van de geografische lengte vastleggen (
(
= oost en : = west).
• De ingevoerde coördinaten moeten overeenkomen met WGS84 (World Geodetic System 1984 ).
• Als er bijvoorbeeld een enkel cijfer moet worden ingevoerd, moet u eerst een nul invoeren.
• Als de coördinaten correct zijn ingevoerd, verschijnt in het invoermenu het symbool en kunt u de invoer bevestigen.
• Wanneer de ingevoerde coördinaten kunnen worden toegewezen aan een adres (land, plaats en straat), wordt dit weergegeven in het menu Adres invoeren.
2099
X Kies in het invoermenu het symbool
.
U kunt nu door het kiezen van
VWDUWHQ
de navigatie starten.
1DYLJDWLH

Routeopties instellen

Met de routeopties kunt u instellen hoe de Cascade de route naar de bestemming berekent.
X Markeer in het menu Adres invoeren
afhankelijk van de huidige instelling
5RXWH NRUW, 5RXWH VQHO of 5RXWH G\QD PLVFK
.
2025
Druk op de draai-/drukknop om de keuze te bevestigen.
2026
Op het display verschijnt het menu Rou­teopties.
287
Navigatie
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
'\QDPLVFKHURXWH, 6QHOOHURXWH, .RUWHURXWH, 6QHOZHJPLMGHQ, 7XQQHOPLMGHQ, 7ROPLMGHQ, 9HHUPLMGHQen *HUHHG
kiezen.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de functie in ( ) of uit ().
Aanwijzing:
Van de drie instellingen
URXWH
, 6QHOOH URXWH of .RUWH URXWH kan er
'\QDPLVFKH
steeds maar één actief ( ) zijn.
'\QDPLVFKHURXWH
De route wordt berekend, rekening houdend met de actuele verkeersbe­richten. Bij een actieve dynamische navigatie worden de routes met de optie voor de snelst mogelijke route berekend.
Aanwijzingen:
• Dynamische navigatie is op dit moment niet in alle landen mogelijk.
• Door de eventuele nieuwe bereke­ning van de route bij een actieve dynamische navigatie kan het voor­komen, dat de Cascade om de geheu­genkaart met navigatiegegevens vraagt (als de geheugenkaart niet in het systeem is geplaatst).
6QHOOHURXWH
• Met deze instelling wordt een route met een zo kort mogelijke reistijd naar de bestemming berekend.
.RUWHURXWH
Met deze instelling wordt een route met een zo kort mogelijk traject naar de bestemming berekend.
6QHOZHJ PLMGHQ, 7XQQHO PLMGHQ,7ROPLMGHQ
en9HHUPLMGHQ Met deze opties hebt u de mogelijk­heid om bijv. veerboten of snelwegen bij het berekenen van de route uit te sluiten. In dat geval probeert de Cas­cade een route zonder snelwegen en veerboten te berekenen.
Aanwijzingen:
• Routes zonder snelweg kunnen alleen binnen een gebied tot ca. 200 km worden berekend (al naar gelang de mate waarin de wegenkaart voor het gebied is gedigitaliseerd).
• Ondanks de gekozen instelling
PLMGHQ
worden wegen waarvoor een
7RO
vignet vereist is (bijv. in Zwitserland of Oostenrijk) bij het berekenen van de route meegerekend.
Routeopties opslaan/afsluiten
X Markeer in het menu Routeopties
*HUHHG.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
of
X Druk op de toets .
U kunt de navigatie nu starten.
288
Gebruiksmodus Navigatie
2027

Bestemming opslaan

Hiermee kunt u de ingevoerde bestem­ming in het adresboek opslaan. Dit kan van pas komen als u later weer naar deze bestemming wilt rijden.
X Markeer in het menu Adres invoeren
'RHORSVODDQ.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De verdere bediening is onder “Vermel­ding in adresboek opslaan” op pagina 291 beschreven.

Snelle toegang navigatie

In de snelle toegang tot de navigatie wordt een lijst met de laatste 50 bereikte bestemmingen weergegeven. De bestemmingen 1 - 20 zijn genummerd om deze te kunnen selecteren middels spraakgestuurde bediening. U hebt de volgende bedieningsopties:
• U kunt naar deze bestemmingen direct een navigatie starten.
U kunt een navigatie naar een bijzon­dere bestemming in de omgeving star­ten.
• U kunt de vermeldingen in de snelle toegang beveiligen, d.w.z. de vermel­ding wordt niet gewist als het maxi­maal aantal bestemmingen bereikt is. Vervolgens wordt de oudste onbevei­ligde vermelding gewist.
• U kunt de afzonderlijke vermeldingen van de snelle toegang wissen.
• U kunt de volledige lijst van de snelle toegang wissen.
• U kunt een gegeven uit de snelle toe­gang in het adresboek opslaan.
X Druk op de toets .
2002
De snelle toegang tot de navigatie wordt opgevraagd.

Navigeren vanuit snelle toegang

X Roep de snelle toegang tot de navigatie
op.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste be-
stemming in de lijst. De navigatie naar deze bestemming wordt meteen gestart.
289
Navigatie

Navigatie naar bijzondere bestemming in omgeving.

X Roep de snelle toegang tot de naviga-
tie op.
X Markeer een optie. X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Markeer de optie %LM]EHVWLQRPJHYLQJ of
6SHFLDDO GRHO LQ RPJ H[WHUQ (wanneer
een gegevensdrager met externe bij­zondere bestemmingen is geplaatst).
X Kies zoals onder “In omgeving” op
pagina 294 of “Externe bijzondere bestemmingen” op pagina 298 beschreven de gewenste bestemming.

Vermelding beveiligen

X Roep de snelle toegang tot de naviga-
tie op.
X Markeer de te beveiligen vermelding. X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Markeer de vermelding ,WHP EHVFKHU
PHQ
.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de beveiliging in ( ) of
uit ( ). Een beveiligde vermelding wordt ge­markeerd met het symbool .
Aanwijzing:
Een beveiligde vermelding wordt uit­sluitend tegen het wissen uit de snelle toegang beveiligd. U kunt deze bevei­ligde vermelding echter afzonderlijk wissen. Bovendien wordt de vermel­ding bij het wissen van de complete lijst ook gewist.

Vermelding wissen

X Roep de snelle toegang tot de naviga-
tie op.
X Markeer de te wissen vermelding. X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de
vermelding De vermelding wordt uit de snelle toe­gang gewist.
,WHPZLVVHQ.
290

Lijst wissen

2028
X Roep de snelle toegang tot de naviga-
tie op.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de vermelding
/LMVWZLVVHQ.

Vermelding in adresboek opslaan

X Roep de snelle toegang tot de naviga-
tie op.
X Markeer de vermelding die moet wor-
den opgeslagen.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de vermelding
,QDGUHVERHNRSVODDQ.
Gebruiksmodus Navigatie
1LHXZLWHPDDQPDNHQ
Met deze optie kunt u een nieuwe ver-
melding in het adresboek aanmaken.
,WHPDDQYXOOHQ
Met deze optie kunt u een bestaande
vermelding in het adresboek met het
actuele adres uitbreiden.
Nieuwe vermelding aanmaken
X Selecteer de vermelding 1LHXZLWHPDDQ
PDNHQ
.
X Kies in de vraag -D voor wissen van de
lijst of
1HH om de lijst op te vragen.
Bij de keuze
-D wordt de lijst in de snelle
toegang gewist.
2029
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
1LHXZLWHPDDQPDNHQ en ,WHPDDQYXOOHQ
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2030
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van
de draai-/drukknop achter elkaar de let-
ters van de achternaam.
Aanwijzing:
Neem ook de beschrijving onder “Invoermenu’s” op pagina 266 in acht.
291
Navigatie
2031
2032
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
De invoer wordt overgenomen.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de let­ters van de voornaam.
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
De adresboekvermelding verschijnt.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de vermelding
2SVODDQ.
De bevestiging van het opslaan van de vermelding verschijnt.
X Druk op de draai-/drukknop .
Vermelding aanvullen
X Selecteer de vermelding ,WHPDDQYXOOHQ.
2032
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de aan te vullen vermelding.
Aanwijzing:
Bij meer dan 10 vermeldingen in het adresboek verschijnt er een invoermenu voor het zoeken van de gewenste naam.
De gekozen vermelding in het adresboek wordt met het eerder gekozen navigatie­adres uitgebreid.
Als de gekozen adresboekvermelding al een adres bevat, verschijnt de volgende vraag:
2034
X Kies in de vraag -D om het bestaande
adres te overschrijven of
adres te behouden. Bij de keuze
-D wordt het bestaande
adres overschreven.
1HH om het
292
Gebruiksmodus Navigatie
2035
2036

Bestemming uit adresboek selecteren

U kunt een bestemming uit het adres­boek zoeken en een navigatie erheen starten.
X Markeer in het hoofdmenu Navigatie
de optie
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De navigeerbare adresboekvermeldingen verschijnen.
Aanwijzing:
Bij meer dan 9 vermeldingen in het adresboek verschijnt er een invoermenu voor het zoeken van de gewenste naam.
%HVWHPPLQJXLWDGUHVERHN.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste ver­melding.
De navigatie naar deze bestemming wordt meteen gestart.

Bijzondere bestemming

U kunt een bijzondere bestemming als hoofdbestemming of tussenstop kiezen. Bijzondere bestemmingen kunnen bijv. pompstations, vliegvelden of ziekenhui­zen zijn.
X Markeer in het hoofdmenu Navigatie
de optie
%LM]RQEHVW.
2037
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
of bij reeds geactiveerde navigatie
X Druk in het statusscherm Navigatie op
de draai-/drukknop .
2038
Op het display verschijnt het menu Opties.
X Markeer de optie 7XVVHQEHV. X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
293
Navigatie
2039
2040
X Markeer de optie %LM]RQEHVW.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Op het display verschijnt het menu Bij­zondere bestemmingen.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
,QRPJHYLQJ, ,QODQG, ,QEHVWHPPLQJVRPJHYLQJ en ,QSODDWV
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
,QRPJHYLQJ
U kunt een bijzondere bestemming in de omgeving van de auto selecteren. Bij het kiezen krijgt u informatie over de richting naar en de afstand tot de bijzondere bestemming.
,QODQG
U kunt nu uit een reeks van interregio­nale categorieën bijzondere bestem­mingen een bijzondere bestemming voor het gekozen land selecteren.
,QEHVWHPPLQJVRPJHYLQJ
U kunt een bijzondere bestemming in de omgeving van de plaats van bestemming selecteren.
Aanwijzing:
De optie ,Q EHVWHPPLQJVRPJHYLQJ kan alleen bij actieve navigatie worden gekozen.
,QSODDWV
U kunt een bijzondere bestemming in een bepaalde plaats selecteren.

In omgeving

X Markeer in het menu Bijzondere be-
stemmingen de optie
,QRPJHYLQJ.
Oude versie
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2042
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van
de draai-/drukknop de gewenste cate-
gorie Bijzondere bestemmingen.
2043
Het invoermenu voor bijzondere bestemmingen verschijnt of als er min­der dan 10 bijzondere bestemmingen in de gekozen categorie beschikbaar zijn, verschijnt meteen het overzicht van de bijzondere bestemmingen.
294
Gebruiksmodus Navigatie
2044
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de letters.
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste bij­zondere bestemming.
De navigatie naar de gekozen bijzondere bestemming wordt gestart.

In land

X Markeer in het menu Bijzondere
bestemmingen de optie
,QODQG.
2045
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2046
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop het land waarin u een interregionale bijzondere bestem­ming zoekt.
2047
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste cate­gorie Bijzondere bestemmingen.
2053
Het invoermenu voor bijzondere bestemmingen verschijnt of als er min­der dan 10 bijzondere bestemmingen in de gekozen categorie beschikbaar zijn, verschijnt meteen het overzicht van de bijzondere bestemmingen.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van
de draai-/drukknop achter elkaar de
letters.
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool . of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
2049
295
Navigatie
2055
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste bij­zondere bestemming.
De navigatie naar de gekozen bijzondere bestemming wordt gestart.

In omgeving van bestemming

X Markeer in het menu Bijzondere
bestemmingen de optie
PLQJVRPJHYLQJ
X Druk op de draai-/drukknop om
.
de keuze te bevestigen.
De verdere bediening is onder “In omge­ving” op pagina 294 beschreven. Bij deze keuze verschijnen er echter geen gegevens m.b.t. richting en afstand in het overzicht bijzondere bestemmingen.
,Q EHVWHP

In plaats

X Markeer in het menu Bijzondere
bestemmingen de optie
,QSODDWV.
2050
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2051
X Kies zoals onder “Land selecteren” op
pagina 281 beschreven het gewenste land.
X Kies zoals onder “Plaats van bestem-
ming invoeren” op pagina 282 beschreven de gewenste plaats.
of
X Kies zoals onder “Plaats van bestem-
ming via postcode selecteren” op pagina 283 beschreven de gewenste postcode.
Aanwijzing:
Via de optie
=RHNHQVWDUWHQ kunt u in een
reeds weergegeven plaats zoeken.
2052
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van
de draai-/drukknop de gewenste cate-
gorie Bijzondere bestemmingen.
2053
Het invoermenu voor bijzondere bestemmingen verschijnt of als er min­der dan 10 bijzondere bestemmingen in de gekozen categorie beschikbaar zijn, verschijnt meteen het overzicht van de bijzondere bestemmingen.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van
de draai-/drukknop achter elkaar de
letters.
296
Gebruiksmodus Navigatie
2054
Invoer overnemen:
X Selecteer in het invoermenu het sym-
bool .
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste bij­zondere bestemming.
De navigatie naar de gekozen bijzondere bestemming wordt gestart.

Informatie over bijzondere bestemmingen

U kunt bij veel bijzondere bestemmingen extra informatie, zoals een korte beschrij­ving of een telefoonnummer, opvragen. Dit telefoonnummer kunt u dan ook direct bellen. Hiervoor moet u in de lijst met bijzon­dere bestemmingen staan.
2044
X Druk herhaaldelijk op de toets
totdat de informatie wordt weerge­geven.
2056
X Door de draai-/drukknop te
draaien kunt u in de informatie scrol-
len.
Aanwijzing:
Om een weergegeven telefoonnummer direct op te bellen markeert u het num­mer en drukt u op de draaiknop .
X Druk op de toets om naar de lijst
van bijzondere bestemmingen terug te
gaan.
297
Navigatie
2102

Externe bijzondere bestemmingen

U kunt een externe bijzondere bestemming als hoofdbestemming of tussenstop kiezen.
X Plaats een gegevensdrager met
externe bijzondere bestemmingen.
X Markeer in het hoofdmenu Navigatie
de optie
Aanwijzing:
De menuoptie pas worden geselecteerd wanneer een gegevensdrager met externe bijzondere bestemmingen is geplaatst en herkend.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
of bij reeds geactiveerde navigatie
X Druk in het statusscherm Navigatie op
de draai-/drukknop .
6SHFLDDOGRHOH[WHUQ.
6SHFLDDO GRHO H[WHUQ kan
2038
Op het display verschijnt het menu Opties.
X Markeer de optie 7XVVHQEHV. X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
X Markeer de optie 6SHFLDDOGRHOH[WHUQ.
2103
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2104
Op het display verschijnt het menu Bijzondere bestemmingen.
X Door de draai-/drukknop te
draaien kunt u nu tussen
,QRPJHYLQJen ,QEHVWHPPLQJVRPJHYLQJ
kiezen.
Aanwijzing:
De optie
,Q EHVWHPPLQJVRPJHYLQJ kan
alleen bij actieve navigatie worden gekozen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
,QRPJHYLQJ
U kunt een bijzondere bestemming in
de omgeving van de auto selecteren.
Bij het kiezen krijgt u informatie over
de richting naar en de afstand tot de
bijzondere bestemming.
,QEHVWHPPLQJVRPJHYLQJ
U kunt een bijzondere bestemming in
de omgeving van de plaats van
bestemming selecteren. Hier wordt
geen informatie gegeven over richting
en afstand.
In het volgende gedeelte wordt de bediening via de menuoptie
,Q RPJHYLQJ
beschreven.
298
Gebruiksmodus Navigatie
2105
De categorieën die kunnen worden geselecteerd, worden weergegeven.
Aanwijzingen:
• De hier in de afbeeldingen weergegeven categorieën en bijzondere bestemmingen zijn voorbeelden. De werkelijke weergave is afhankelijk van de gebruikte gegevensdrager met bijzondere bestemmingen.
• Als de ingestelde taal voor het systeem overeenkomt met één van de talen die op de gegevensdrager staan, worden de categorieën in deze taal weergegeven. Als de taal niet op de gegevensdrager staat, worden de categorieën in alle beschikbare talen weergegeven. U herkent dit aan een afkorting voor het land vóór de categorie.
• U kunt zoals onder “Informatie over bijzondere bestemmingen” op pagina 297 is beschreven informatie over de bijzondere bestemmingen laten weergeven.
X Markeer de gewenste categorie. X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2106
De beschikbare bijzondere bestemmingen van de gekozen categorie worden weergegeven.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste bijzondere bestemming.
De navigatie naar de gekozen bijzondere bestemming wordt gestart.

BeckerClub

U kunt via Internet op de BeckerClub bestemmingen opslaan. Zie “Becker­Club” op pagina 405. Deze bestemmin­gen kunt u in uw Cascade laden (alleen
interne telefoon en SIM-toegang).
@-bestemmingen laden/actua­liseren
X Markeer in het hoofdmenu Navigatie
de optie
%HFNHUFOXE.
2112
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2113
Het menu @-bestemmingen verschijnt. De tot nu toe geladen bestemming en
EHVWHPPLQJDFWXDOLVHUHQ
X Selecteer de optie #EHVWHPPLQJDFWXDOL
VHUHQ
.
verschijnen.
#
299
Navigatie
2115
De op de homepage van de BeckerClub opgeslagen bestemmingen worden gela­den.
Verbreek na het laden van de bestem­mingen de verbinding zoals onder “WAP-verbinding verbreken” op pagina 393 beschreven.
De geladen bestemmingen worden weergegeven.

Naar @-bestemming navigeren

U kunt een navigatie naar een @-be­stemming starten.
X Roep het menu @-bestemmingen op. X Markeer de bestemming waarheen u
wilt navigeren.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De navigatie naar de gekozen bestem­ming wordt gestart.
Functies in de lijst met @­bestemmingen
U kunt vermeldingen in het adresboek opslaan, wissen of alle @-bestemmin­gen wissen.
X Roep het menu @-bestemmingen op. X Markeer de bestemming die u wilt be-
werken.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Kies vervolgens tussen ,QDGUHVERHNRS
VODDQ
, ,WHPZLVVHQ en /LMVWZLVVHQ.
,QDGUHVERHNRSVODDQ
De bestemming wordt in het adres­boek opgeslagen.
,WHPZLVVHQ De bestemming wordt uit de lijst met @-bestemmingen gewist.
/LMVWZLVVHQ
U kunt de hele lijst met @-bestemmin­gen wissen. Kies in de vraag wissen van de lijst of
1HH om de lijst op
te vragen.
-D voor

Tijdens de navigatie

Tijdens de navigatie verschijnen in alle gebruiksmodi navigatiegegevens op het statusscherm. De complete navigatiegegevens ver­schijnen echter uitsluitend in het status­scherm voor de navigatie.
Voorbeelden:
2057
Het statusscherm Navigatie.
1004
Het statusscherm voor radio met actieve navigatie. Voor andere bronnen worden deze gegevens op dezelfde manier weer­gegeven. Bij het naderen van een afslag­punt verschijnt automatisch het status­scherm Navigatie. Na het afslaan schakelt het toestel weer terug naar het vorige sta­tusscherm.
300
Gebruiksmodus Navigatie
2057

Statusscherm Navigatie

Op het statusscherm Navigatie ver­schijnt alle voor de navigatie relevante informatie.
Rechts op het display verschijnen de afstand het volgende afslagpunt en de vermoedelijke aankomsttijd. Links boven op het scherm verschijnt op de eerste regel de naam van de straat waarin u moet afslaan. Op de tweede regel verschijnt de naam van de straat waarop u nu rijdt. Links onder op het scherm ziet u afhan­kelijk van de instelling de huidige tijd, de geschatte resterende reistijd of het nog af te leggen traject.
X Door draaien van de draai-/drukknop
kunt u in het statusscherm de ver-
schillende schermen selecteren.
2057
Scherm met huidige tijd.
2058
Scherm met geschatte resterende reistijd.
2059
Scherm met nog af te leggen traject.
Voorbeelden van navigatie­aanwijzingen
Waarschuwing
GG
Gevaar voor ongevallen
Bij het rijden van een voertuig in het verkeer zijn de geldende verkeersregels te allen tijde bepalend. Het navigatiesy­steem is maar een hulpmiddel, in som­mige gevallen kunnen de gegevens onjuist zijn. De bestuurder moet in elke situatie zelf besluiten of hij de gegevens betrouwbaar vindt. Wij zijn in geen geval aansprakelijk voor onjuiste gegevens in het navigatie­systeem.
• 'Indien mogelijk, keren'.
2060
U bevindt zich in de verkeerde rijrich­ting en u moet keren zodra dit moge­lijk is.
301
Navigatie
2061
2062
• “Na 100 meter links afslaan”.
Links boven op het scherm verschijnt op de eerste regel de naam van de straat waarin u moet afslaan. Op de tweede regel verschijnt de naam van de straat waarop u nu rijdt.
• “Verlaat de rotonde via de derde afslag”.
Op dit scherm ziet u welke afslag u op de rotonde moet nemen.
• “Volg de richtingspijlen”.
2063
Dit duidt aan dat u zich op een niet­gedigitaliseerde straat bevindt (bijv. parkeerplaats, garage, parkeergarage). Uw positie is dus geen onderdeel van de digitale wegenkaart. De pijl geeft de richting (hemelsbreed) naar de bestemming aan.
• Actieve tussenstop:
2064
• Blokkering actief:
2065
• Route wordt opnieuw berekend:
2066
• Bestemming bereikt:
2067
• Navigatiescherm bij geactiveerde snelheidsbegrenzing:
2110
302
Gebruiksmodus Navigatie
G
G
2107

Rijstrookadviezen

U krijgt van de Cascade naast de navigatieaanwijzingen op sommige wegen ook adviezen voor rijstrookkeuze (animatie). Dit kan handig zijn bijvoorbeeld bij onoverzichtelijke afritten op de snelweg.
Waarschuwing Gevaar voor ongevallen
Let alleen op het display van de Cascade als de verkeerssituatie dit toelaat en u niet wordt gehinderd bij het rijden.
Aanwijzingen:
Rijstrookadviezen zijn niet altijd beschikbaar. In sommige landen zijn geen rijstrookadviezen beschikbaar.
Voorbeelden voor rijstrookadviezen:
2108
U moet naar rechts afslaan en vervolgens bij de tweede afrit naar rechts afslaan.
2109
De weg splitst zich en u moet links aan­houden.

Menu Opties

Tijdens de navigatie kunt u in het status­scherm Navigatie het menu Opties opvragen.
X Druk op de draai-/drukknop .
2068
Op het display verschijnt rechts het menu Opties.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
$QQXOHUHQ, 0HOGLQJHQ, 5RXWHOLMVW, 7XVVHQEHV (tussenstop), %ORNNHUHQ, 5RXWHRSWLHV en 0HOGLQJ
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Ga rechts rijden. Binnenkort moet u naar rechts afslaan.
303
Navigatie
$QQXOHUHQ U kunt de huidige navigatie afbreken. Zie “Navigatie afbreken” op pagina 304.
0HOGLQJHQ
U kunt een lijst met voor de route rele­vante verkeersberichten bekijken of laten voorlezen. Zie “Verkeersberich­ten” op pagina 305.
5RXWHOLMVW
U kunt de door de Cascade geplande route laten weergeven. Zie “Lijst route” op pagina 305.
7XVVHQEHV
Tijdens de huidige navigatie kunt u nog een bestemming als tussenstop invoe­ren. Zie “Tussenstop” op pagina 305.
%ORNNHUHQ
U kunt een vóór u liggend deel van het traject laten blokkeren. Zie “Traject blokkeren” op pagina 307.
5RXWHRSWLHV
• U kunt de routeopties tijdens de navi­gatie aanpassen. Zie “Routeopties aanpassen” op pagina 307.
0HOGLQJ
U kunt de navigatieaanwijzingen uit­en weer inschakelen. Zie “Navigatie­aanwijzingen in-/uitschakelen” op pagina 308.
Navigatie afbreken
Via deze functie kunt u de navigatie vóór het bereiken van de eigenlijke bestemming afbreken.
X Kies in het menu Opties de optie $QQX
OHUHQ
.
2068
X Kies tussen -D (navigatie afbreken) en
1HH (verder met de navigatie).
Aanwijzing:
Als u geen keuze maakt, wordt het menu na korte tijd automatisch afgeslo­ten en gaat het toestel verder met de navigatie.
304
Gebruiksmodus Navigatie
2069
Verkeersberichten
U kunt een lijst met voor de route rele­vante verkeersberichten bekijken of laten voorlezen.
X Kies in het menu Opties de optie 0HO
GLQJHQ
.
Er verschijnt een lijst met de voor de route relevante verkeersberichten.
X Voor het oplezen van alle berichten
selecteert u de optie
OH]HQ
.
$OOHPHOGLQJHQYRRU
of
X Markeer de gewenste melding. X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De complete melding verschijnt.
Meer informatie over verkeersberichten vindt u onder “Verkeersinformatie weer­geven” op pagina 312.
Lijst route
U kunt de door de Cascade geplande route laten weergeven.
X Kies in het menu Opties de optie 5RX
WHOLMVW
.
2070
De wegen tot aan de bestemming wor­den in een lijst weergegeven. Achter de straatnaam/wegaanduiding verschijnt de afstand die op de desbetreffende straat/ weg moet worden afgelegd.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u in de lijst scrollen.
Aanwijzing:
Na het starten van de navigatie duurt het nog even voordat de routelijst is samen­gesteld. Als de route vanwege het opnieuw bere­kenen van de route niet beschikbaar is, verschijnt Om technische redenen wordt de afstand op de weg waar u nu rijdt niet aangegeven.
*HHQURXWHOLMVWEHVFKLNEDDU.
X Druk op de toets om de route-
lijst af te sluiten.
Tussenstop
Tijdens een navigatie kunt u nog een bestemming als tussenstop vastleggen.
X Kies in het menu Opties de optie 7XV
VHQEHV
.
2039
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
$GUHVLQYRHUHQ, $GUHVERHN, %LM]RQEHVW 6SHFLDDOGRHOH[WHUQ 6QHOOHWRHJDQJ
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
en
305
Navigatie
$GUHVLQYRHUHQ U kunt zoals onder “Adres invoeren” op pagina 281 beschreven een com­pleet adres als tussenstop invoeren.
$GUHVERHN
U kunt zoals onder “Bestemming uit adresboek selecteren” op pagina 293 beschreven een adresboekvermelding als tussenstop selecteren.
%LM]RQEHVW
U kunt zoals onder “Bijzondere bestemming” op pagina 293 beschre­ven een bijzondere bestemming als tussenstop selecteren.
6SHFLDDOGRHOH[WHUQ
U kunt zoals onder “Externe bijzon­dere bestemmingen” op pagina 298 beschreven een bijzondere bestem­ming als tussenstop selecteren.
6QHOOHWRHJDQJ
U kunt zoals onder “Snelle toegang navigatie” op pagina 289 beschreven een bestemming uit de snelle toegang als tussenstop selecteren.
Aanwijzing:
Na het bereiken van de tussenstop ver­schijnt het volgende scherm.
2071
De navigatie naar de hoofdbestemming wordt automatisch gestart.
Tussenstop wissen
Als u een tussenstop hebt ingevoerd, kunt u dit vóór het bereiken ervan wissen.
X Kies in het menu Opties opnieuw de
optie
7XVVHQEHV.
2072
X Kies tussen -D (tussenstop wissen) en
1HH (tussenstop aanhouden).
Aanwijzing:
Als u geen keuze maakt, wordt het menu na korte tijd automatisch afgeslo­ten en blijft de tussenstop ongewijzigd.
Bij de optie
-D wordt de tussenstop
gewist en de navigatie naar de hoofdbe­stemming automatisch gestart.
Na het kiezen van de tussenstop wordt de route opnieuw berekend en de navi­gatie naar de tussenstop gestart.
306
Gebruiksmodus Navigatie
2073
Traject blokkeren
Met deze functie kunt u het vóór u lig­gende deel van het traject blokkeren. De Cascade berekent dan indien mogelijk een omleidingsroute. Dit kan handig zijn bij een file of een wegblokkade onmid­dellijke voor u.
X Kies in het menu Opties de optie %ORN
NHUHQ
.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu de gewenste lengte van de blokkering instellen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De route wordt opnieuw berekend.
Blokkering ongedaan maken
Na invoeren van een blokkering kunt u deze ook weer wissen.
X Kies in het menu Opties de optie
%ORNNHUHQ.
2074
X Kies tussen -D (blokkering wissen) en
1HH (blokkering aanhouden).
Aanwijzing:
Als u geen keuze maakt, wordt het menu na korte tijd automatisch afgeslo­ten en blijft de blokkering ongewijzigd.
Routeopties aanpassen
U kunt de routeopties tijdens de naviga­tie aanpassen.
X Kies in het menu Opties de optie 5RX
WHRSWLHV
.
2075
X Kies tussen '\QDPLVFKH URXWH 6QHOOH
URXWH
, .RUWHURXWH en de functie Vermij-
den (ingeschakeld = ).
Aanwijzing:
Van de drie instellingen (
URXWH 6QHOOH URXWH
, .RUWH URXWH) kan er steeds maar één actief ( ) zijn. Meer aanwijzingen over routeopties vindt u onder “Routeopties instellen” op pagina 287.
X Kies in het menu Routeopties *HUHHG.
De route wordt met de nieuwe routeoptie berekend.
'\QDPLVFKH
307
Navigatie
Navigatieaanwijzingen in-/uitschakelen
U kunt de navigatieaanwijzingen uit- en weer inschakelen.
X Markeer in het menu Opties de optie
0HOGLQJ
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de navigatieaanwijzin­gen in ( ) of uit ( ).

Informatie tijdens de navigatie

Gegevens over de bestemming weergeven

X Druk op de toets . X Draai de draai-/drukknop naar
rechts totdat er rechtsboven op het dis­play
'RHO verschijnt.
2076
De volgende informatie verschijnt:
• Links boven de plaats en de straat van bestemming.
• Links onder de plaats van bestemming de huidige gemiddelde snelheid.
• Boven de weergegeven auto het nog af te leggen traject en de vermoedelijke aankomsttijd.
• Links en rechts naast de weergegeven auto het reeds afgelegde traject en de huidige reistijd.
Aanwijzingen:
• Bij een actieve tussenstop verschijnt de informatie over de tussenstop. Op het display wordt boven de auto weergegeven.
• Door drukken op de draai-/drukknop
worden de waarden voor de ge­middelde snelheid, het afgelegde tra­ject en de huidige reistijd op nul teruggezet.
• Door lang indrukken van de toets kunt u de complete informatie
over de weergegeven bestemming weergeven.
• Door indrukken van de toets
kunt u de informatie over de bestem­ming afsluiten.
308
Gebruiksmodus Navigatie
2077

Positie weergeven/opslaan

X Druk op de toets . X Draai de draai-/drukknop naar
rechts totdat er rechtsboven op het dis­play
3RVLWLH verschijnt.
De volgende informatie verschijnt:
• Links indien mogelijk plaats en straat cq. de geografische coördinaten en de hoogte boven zeeniveau (alleen bij voldoende satellietontvangst).
• Boven de weergegeven auto het aantal ontvangen satellieten/ontvangbare satellieten.
X Druk op de draai-/drukknop om
de actuele positie op te slaan.
2078
De actuele positie is in de snelle toegang opgeslagen.

Verkeersberichten weergeven

X Druk op de toets . X Draai de draai-/drukknop naar
rechts totdat er rechtsboven op het dis­play
70& verschijnt.
2079
De volgende informatie verschijnt:
• Het aantal ontvangen TMC-meldingen.
• Het aantal voor de route relevante TMC-meldingen.
X Druk op de draai-/drukknop .
2069
Alle TMC-meldingen verschijnen.
X Voor het oplezen van alle berichten
selecteert u de optie
OH]HQ
.
of
X Markeer de gewenste melding. X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De complete melding verschijnt.
Meer informatie over verkeersberichten vindt u onder “Verkeersinformatie weer­geven” op pagina 312.
$OOHPHOGLQJHQYRRU
309
Navigatie
2081
2082

Routeopties weergeven/wijzigen

X Druk op de toets . X Draai de draai-/drukknop naar
rechts totdat er rechtsboven op het dis­play
5RXWH verschijnt.
De actuele route-instellingen worden weergegeven.
X Druk op de draai-/drukknop .
X Kies tussen '\QDPLVFKH URXWH 6QHOOH
, .RUWHURXWH en de functie Vermij-
URXWH
den (ingeschakeld = ).
Aanwijzing:
Van de drie instellingen (
URXWH6QHOOHURXWH
, .RUWH URXWH) kan er
'\QDPLVFKH
steeds maar één actief ( ) zijn. Meer aanwijzingen over routeopties vindt u onder “Routeopties instellen” op pagina 287.
De route wordt met de nieuwe routeoptie berekend.

Gegevens bij niet geactiveerde navigatie

Positie weergeven/opslaan

U kunt de actuele positie weergeven en opslaan. Zie “Positie weergeven/opslaan” op pagina 309.

TMC-meldingen weergeven

U kunt zoals onder “Verkeersberichten weergeven” op pagina 309 beschreven de TMC-meldingen laten weergeven. Hierbij verschijnen uiteraard geen ver­keersberichten voor de route.
Dynamische navigatie met TMC
Aanwijzing:
Dynamische navigatie is niet in alle lan­den mogelijk. Door de eventuele nieuwe berekening van de route bij een actieve dynamische navigatie kan het voorkomen, dat het navigatiesysteem om de geheugenkaart met navigatiegegevens vraagt (als de geheugenkaart niet in het systeem is geplaatst).

Wat is dynamische navigatie?

Met dynamische navigatie wordt de route berekend, rekening houdend met de actuele verkeersberichten. De verkeersberichten worden door een TMC-radiozender naast het normale radioprogramma uitgezonden en door het navigatiesysteem ontvangen en ver­werkt. De ontvangst van deze verkeers­berichten is kosteloos.
310
Gebruiksmodus Navigatie
Aanwijzing:
Omdat de verkeersinformatie door radiozenders wordt uitgezonden, kun­nen wij de volledigheid en juistheid van de berichten niet garanderen.
Oostenrijk: De locatie en eventcode zijn door de ASFINAG en de BMVIT ter beschikking gesteld.

Dynamische navigatie

In de routeopties kunt u door het kiezen van
'\QDPLVFKHURXWH de navigatie starten.
Is de dynamische navigatie actief, dan wordt voortdurend gecontroleerd of er relevante verkeersberichten voor de ingestelde route zijn. Met de optie ’Snelle route’ wordt de route berekend, hierbij rekening houdend met de actuele verkeersberichten. Wordt bij de controle geconstateerd, dat een verkeersbericht voor de navigatie van belang is, dan berekent het apparaat automatisch een nieuwe route naar de bestemming. Op het display wordt geven. Bovendien wordt de volgende tekst gesproken: “De route wordt op
basis van actuele verkeersberichten opnieuw berekend”.
1ZHURXWH weerge-
Aanwijzing:
Als gedurende 10 minuten geen TMC­zender werd ontvangen, verschijnt de melding
QDYLJDWLH QLHW PRJHOLMN
0RPHQWHHO JHHQ 70&RQWY '\Q
. Bovendien klinkt
een kort akoestisch signaal.
Uw navigatiesysteem kan bij een inge­stelde of bij een niet ingestelde TMC­zender TMC-informatie ontvangen. Om TMC-informatie optimaal te kunnen ontvangen, raden wij u echter aan om een TMC-zender in te stellen.
311
Navigatie

Verkeersinformatie weergeven

Actuele verkeersberichten kunnen in niet-gecodeerde tekst worden weergege­ven. Actuele verkeersinformatie kan op verschillende manieren worden opge­roepen. U kunt verkeersberichten via het menu Opties van de navigatie en via de toets
opvragen. Neem hierbij de beschrijving onder “Verkeersberichten” op pagina 305 en “Verkeersberichten weergeven” op pagina 309 in acht.
Aanwijzing:
Wanneer geen actuele verkeersinfor­matie beschikbaar is, verschijnt *HHQ
70&EHULFKWHQ
display.
In beide gevallen verschijnt er op de Cascade een lijst met de momenteel beschikbare actuele verkeersberichten.
en *HHQ70&RSURXWH op het
2069
Alle TMC-meldingen verschijnen.
Aanwijzing:
De verkeersberichten worden gegroe­peerd op categorieën en wegen weerge­geven. Voor de categorieën verschijnen er verschillende symbolen vóór het ver­keersbericht.
staat voor waarschuwingsmeldin-
gen.
staat voor wegwerkzaamheden en
soortgelijke obstakels.
staat voor files in het algemeen.
X Voor het oplezen van alle berichten
selecteert u de optie
OH]HQ
.
of
X Markeer de gewenste melding. X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
$OOHPHOGLQJHQYRRU
2084
De complete melding verschijnt.
X Voor het oplezen van het bericht
selecteert u de optie
of
X Scroll in het verkeersbericht door aan
de draai-/drukknop te draaien.
Aanwijzing:
U kunt het oplezen van verkeersberich­ten onderbreken door op de draai-/druk­knop te drukken.
Een typisch verkeersbericht bestaat uit de volgende elementen:
• het nummer van een snelweg of een rijksweg
• een grove richtingsaanduiding
• een gedetailleerde plaats- en richtings­aanduiding
• de gebeurtenis
• indien bekend de oorzaak
9RRUOH]HQ.
312
Gebruiksmodus Navigatie
2085
2086

Instellingen

U kunt in de instellingen verschillende instellingen voor de navigatie configure­ren.
X Markeer in het hoofdmenu Navigatie
de optie
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Op het display verschijnt het menu Instellingen
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
9HUNHHUVPHOGLQJHQ, $DQNRPVWWLMGPHOGHQ, 6QHOKHLGVEHSHUNLQJHQWRQHQ, (7$LQVWHOOLQJ en 0DDWHHQKHLG
kiezen.
,QVWHOOLQJ.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
9HUNHHUVPHOGLQJHQ
U kunt instellen of en zo ja welke ver­keersberichten automatisch door het toestel worden voorgelezen.
$DQNRPVWWLMGPHOGHQ
U kunt instellen of de berekende aan­komsttijd automatisch na het bereke­nen van de route of bij een nieuwe berekening wordt vermeld.
6QHOKHLGVEHSHUNLQJHQWRQHQ
Door inschakelen van de functie krijgt u tijdens het navigeren en voorzover beschikbaar informatie over de gel­dende maximumsnelheid voor de weg waarop u op dat moment rijdt.
(7$LQVWHOOLQJ
U kunt de berekening van de ver­wachte aankomsttijd beïnvloeden. ETA staat hierbij voor het Engelse begrip Estimated Time of Arrival – vermoedelijk aankomsttijd.
0DDWHHQKHLG
• U kunt de berekening van de afstan­den van het metrische (weergave in meters en kilometers) op het imperial (weergave in yards en miles) systeem en omgekeerd overschakelen.

Verkeersberichten

U kunt instellen of en zo ja welke ver­keersberichten automatisch door de Cas­cade worden voorgelezen.
X Markeer in het menu Instellingen de
optie
9HUNHHUVPHOGLQJHQ.
2086
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2087
X U kunt nu tussen 0HOGLQJHQDDQNRQGLJHQ,
$OOHHQRSURXWH en $OOHHQZDDUVFKXZ kie-
zen.
313
Navigatie
0HOGLQJHQDDQNRQGLJHQ Als deze functie actief is, worden alle verkeersberichten automatisch na de ontvangst ervan doorgegeven.
Aanwijzing:
Deze instelling moet ingeschakeld ( ) zijn om de beide andere instellingen te kunnen activeren.
$OOHHQRSURXWH
Na inschakelen van deze functie ( ) worden alleen de voor de route relevante verkeersberichten doorge­geven.
$OOHHQZDDUVFKXZ
Na inschakelen van deze functie ( ) worden alleen waarschuwings­meldingen doorgegeven.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de functie in ( ) of uit ().

Aankomsttijd mededelen

U kunt instellen of de berekende aan­komsttijd automatisch na het berekenen van de route of bij een nieuwe bereke­ning of bij drukken op de toets wordt vermeld.
X Markeer in het menu Instellingen de
optie
$DQNRPVWWLMGPHOGHQ.
2088
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop het doorgeven van de aankomsttijd in ( ) of uit ( ).

Snelheidslimieten weergeven

Door inschakelen van de functie krijgt u tijdens het navigeren en voorzover beschikbaar informatie over de geldende maximumsnelheid voor de weg waarop u op dat moment rijdt.
Waarschuwing
GG
Gevaar voor ongevallen
Bij het rijden van een voertuig in het verkeer zijn de geldende verkeersregels te allen tijde bepalend. Volg verkeersborden van de weg waarop u rijdt op. De door het navigatiesysteem weergegeven maximumsnelheid kan in sommige gevallen onjuist zijn. De bestuurder moet in elke situatie zelf besluiten of hij de weergegeven maximumsnelheid aanhoudt. Wij zijn in geen geval aansprakelijk voor onjuiste gegevens in het navigatiesysteem.
X Markeer in het menu Instellingen de
optie
6QHOKHLGVEHSHUNLQJHQWRQHQ.
314
Gebruiksmodus Navigatie
2100
2101
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de weergave van de snelheidslimiet in ( ) of uit ( ).
Als u na inschakelen van weergave van maximumsnelheden op een weg rijdt waarop een maximumsnelheid geldt en deze weg in de navigatiegegevens is opgeslagen, verschijnt op het display het desbetreffende symbool met de maximumsnelheid.
Aanwijzing:
Bij wegen met een dynamische maxi­mumsnelheid wijst een symbool met de aanduiding
G\Q hierop.
Aanwijzing:
Begrenzingen als gevolg van bijv. het weer of het tijdstip worden aangeduid door een onderstreepte snelheidswaar­de (bijv.: „80 Omdat tijdelijke maximumsnelheden, bijv. bij wegwerkzaamheden, korte tijd gelden, is hiermee in de navigatiegege­vens geen rekening gehouden. Voorbeeld van een maximumsnelheid:
“).
2110
Voorbeeld van een dynamische maxi­mumsnelheid:
2111

Instelling ETA

U kunt de berekening van de verwachte aankomsttijd beïnvloeden. ETA staat hierbij voor het Engelse begrip Estima­ted Time of Arrival – vermoedelijk aan­komsttijd.
X Markeer in het menu Instellingen de
optie
(7$LQVWHOOLQJ.
2091
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2092
X U kunt nu tussen 6SRUWZDJHQ, $XWR,
7UDQVSRUWHU en 9ULMLQVWHOOHQ kiezen.
6SRUWZDJHQ Bij deze keuze neemt de Cascade aan dat u een iets vlottere rijstijl hebt. Er wordt een vroegere aankomsttijd bere­kend.
315
Navigatie
$XWR Deze instelling is de basisinstelling. Voor de meeste automobilisten is deze ETA-berekening nauwkeurig genoeg.
7UDQVSRUWHU
Bij deze keuze neemt de Cascade aan dat u iets meer tijd nodig hebt voor de geplande route. Deze instelling kan bijvoorbeeld bij een langzamer voer­tuig of een grote verkeersdrukte wor­den gebruikt.
9ULMLQVWHOOHQ
Door deze keuze kan de berekening van de verwachte aankomsttijd naar believen worden aangepast.
Aanwijzing:
Van de instellingen kan er steeds maar één actief ( ) zijn.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de gewenste instelling in ( ).
Bij de keuze
9ULMLQVWHOOHQ moet u nog de
gewenste instelling kiezen. U hebt de beschikking over een regelgebied van 50% - 200%. De waarde 100% staat voor de instelling
$XWR. Bij een hoger
percentage wordt er een latere aan­komsttijd berekend.
2093
X Draai aan de draai-/drukknop om
het gewenste percentage in te stellen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.

Maateenheid

U kunt de berekening van de afstanden van het metrische (weergave in meters en kilometers) op het imperial (weer­gave in yards en miles) systeem en omgekeerd overschakelen.
X Markeer in het menu Instellingen de
optie
0DDWHHQKHLG.
2094
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
2095
X Kies tussen 0HWULVFK en ,PSHULDDO (inge-
schakeld = ).
Aanwijzing:
Van beide instellingen kan er steeds maar één actief ( ) zijn.
316

Gebruiksmodus radio

3001
Gebruiksmodus radio inschakelen
X Druk op de toets .
De gebruiksmodus radio wordt geacti­veerd. Het laatste geselecteerde golfbe­reik en de laatst ingestelde zender wordt ingesteld.

Hoofdmenu Radio oproepen

In het hoofdmenu Radio kunt u instellin­gen voor de gebruiksmodus Radio confi­gureren. Bij de onderstaande beschrijving wordt aangenomen dat u in het statusscherm staat.
X Druk tweemaal achter elkaar op de
toets .
of
X Druk op de toets .
U bevindt zich in het menu Snelle toe­gang.
X Selecteer de vermelding 5DGLRPHQX.
Het hoofdmenu Radio verschijnt. Als voorbeeld verschijnt hier het hoofd­menu Radio voor FM.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
*ROIOHQJWH, 7\SHSURJDPPD, )LOWHU, 9HUNHHUVLQIR, .ODQN, 6SUDDNLWHPV, 5HJ, 2QWYDQJVWYHUEHWHULQJ en &RQWUROHEDQGEUHHGWH
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De gewenste functie wordt opgeroepen.
*ROIOHQJWH
Hiermee opent u het keuzemenu voor het golfbereik. Zie “Golfbereik kie­zen” op pagina 318.
Gebruiksmodus radio
7\SHSURJDPPD
• Hiermee opent u het keuzemenu voor het programmatype. Zie “Programma­type” op pagina 323.
)LOWHU
Hiermee opent u het keuzemenu voor de filterfuncties. Zie “Filterfunctie” op pagina 321.
9HUNHHUVLQIR
Hiermee opent u het keuzemenu voor het ontvangen van verkeersberichten. Zie “Verkeersinformatie” op pagina 326.
.ODQN
Hiermee geeft u de klankinstellingen weer. Zie “Klankinstellingen” op pagina 271.
6SUDDNLWHPV
Hiermee opent u het keuzemenu voor gesproken vermeldingen. Zie “Ge­sproken vermeldingen” op pagina 325.
5HJ
U kunt de regionaalfunctie in- of uit­schakelen. Zie “Regiofunctie” op pagina 324.
317
Gebruiksmodus radio
3002
2QWYDQJVWYHUEHWHULQJ Hiermee opent u het keuzemenu voor het optimaliseren van de ontvangst. Zie “Optimale ontvangst” op pagina 325.
&RQWUROHEDQGEUHHGWH
U kunt de controle van de bandbreedte in- of uitschakelen. Zie “Controle bandbreedte” op pagina 326.

Golfbereik kiezen

X Kies in het hoofdmenu Radio de optie
*ROIOHQJWH.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
)0DOIDEHWLVFK, )0QDDUNZDOLWHLW, =HQGHUJHKHXJHQ, 0LGGHQJROI en .RUWHJROI
kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
Het gekozen golfbereik wordt ingesteld.
)0DOIDEHWLVFK
• Als er eerder een FM-zender was ingesteld, wordt deze aangehouden of als er een AM-zender was ingesteld, wordt de laatst ingestelde AM-zender ingesteld. Op het display verschijnt het menu snelle toegang. Alle te ontvangen en niet gefilterde zenders worden in alfa­betische volgorde in de lijst weergege­ven. In het statusscherm wijst het symbool
op het ingestelde golfbereik.
)0QDDUNZDOLWHLW
Als er eerder een FM-zender was ingesteld, wordt deze aangehouden of als er een AM-zender was ingesteld, wordt de laatst ingestelde AM-zender ingesteld. Op het display verschijnt het menu snelle toegang. Alle te ontvangen en niet gefilterde zenders worden in volg­orde van kwaliteit in de lijst weerge­geven. In het statusscherm wijst het symbool
op het ingestelde golfbereik.
=HQGHUJHKHXJHQ
• De eerder ingestelde zender blijft be­waard. Het zendergeheugen met maximaal 20 opgeslagen zenders uit de golfberei­ken FM en AM verschijnt. In het statusscherm wijst het symbool
op het ingestelde golfbereik.
Zie “Zendergeheugen” op pagina 330.
0LGGHQJROI
De laatst ingestelde middengolfzender wordt gekozen. Het statusscherm verschijnt. In het statusscherm wijst het symbool
op het ingestelde golfbereik.
.RUWHJROI
De laatst ingestelde kortegolfzender wordt gekozen. Het statusscherm verschijnt. In het statusscherm wijst het symbool
op het ingestelde golfbereik.
318
Gebruiksmodus radio

Weergave van het FM-bereik

Onder FM-weergave vallen de beide golfbereiken
NZDOLWHLW

Instelmogelijkheden voor FM-zenders

U hebt voor het instellen van zenders in het FM-bereik meerdere opties:
• Instellen via de zenderlijst. Zie “Zen­derlijst” op pagina 319.
• De scanfunctie. Zie “Scanfunctie” op pagina 320.
• Het handmatig instellen van de zen­ders. Zie “Handmatig instellen van de zenders” op pagina 321.
• Via het zendergeheugen. Zie “Zender­geheugen” op pagina 330.
)0DOIDEHWLVFK en )0QDDU
.
Zenderlijst
In de zenderlijst worden alle ontvang- of identificeerbare zenders weergegeven. De weergavevolgorde hangt af van het ingestelde golfbereik
)0QDDUNZDOLWHLW.
)0  DOIDEHWLVFK of
Er zijn twee opties om zenders met behulp van de zenderlijst in te stellen:
Kiezen in het statusscherm:
X Draai de draai-/drukknop naar
rechts of naar links.
of
X Druk in het statusscherm op de toets
of toets .
3003
Door drukken op de toets of draaien aan de draaiknop naar rechts wordt de volgende zender in de zender­lijst ingesteld. De naam van de zender verschijnt onder de nu ingestelde zen­der.
Door drukken op de toets of
draaien aan de draaiknop naar links wordt de vorige zender in de zenderlijst
ingesteld. De naam van de zender ver­schijnt boven de nu ingestelde zender.
Keuze via de snelle toegang:
X Druk op de toets .
3004
Op het display verschijnt het menu snelle toegang.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop de gewenste zender en druk
op de draai-/drukknop . De geselecteerde zender wordt inge­steld.
319
Gebruiksmodus radio
Aanwijzingen:
• Wanneer het bij de geselecteerde invoer een zendergroep betreft, dan wordt dit aangegeven middels een kleine driehoek aan de rechterkant van de lijst. Na de keuze verschijnt er nog een lijst waarin u de gewenste zender uit de zendergroep kunt kiezen. Door indrukken van de toets kunt u zonder kiezen van een zender weer naar het bovenliggende menu teruggaan.
• Ook als een zender verschillende re­gionale programma’s uitzendt en de regionaalfunctie zoals onder “Regio­functie” op pagina 324 beschreven ingeschakeld is, verschijnt er een lijst waarin u de gewenste zender kunt kiezen. In de zenderlijst worden zulke zenders door
5(* aangegeven.
Scanfunctie
Alle zenders in de zenderlijst worden korte tijd gescand en u kunt zo de gewenste zender kiezen.
X Druk in het statusscherm lang op de
toets of toets .
of
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop . Op het display verschijnt het menu Opties.
X Markeer de optie $IVSHOHQ. X Door indrukken van de draai-/druk-
knop wordt de functie geactiveerd
(). De zenders in de zenderlijst worden in aflopende of oplopende volgorde kort gescand.
Aanwijzing:
Wanneer u zich in het zendergeheugen bevindt en een FM-zender hebt inge­steld, dan worden tijdens de scanfunctie alleen de zenders in het zendergeheu­gen afgespeeld.
Scanfunctie afsluiten
X Druk in het statusscherm op de toets
of toets .
of
X Draai aan de druk-/draaiknop .
of
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop . Op het display verschijnt het menu Opties.
X Markeer de optie $IVSHOHQ. X Door indrukken van de draai-/druk-
knop wordt de functie gedeacti-
veerd ( ). De momenteel gescande zender wordt bewaard en de scanfunctie is afgesloten.
320
Gebruiksmodus radio
3005
Handmatig instellen van de zenders
U kunt de gewenste frequentie handma­tig instellen.
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop totdat er in het scherm in plaats van de vorige of de volgende zender
)UHTXHQW  of )UHTXHQW  ver-
schijnt.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u de gewenste frequentie instellen. Om het handmatig instellen van zenders af te sluiten moet u de draai-/drukknop
indrukken totdat
TXHQW
verdwijnt.
)UHTXHQW  of )UH
De geselecteerde frequentie blijft inge­steld.
Aanwijzing:
Door indrukken van de toets of toets activeert u een scanzoek­functie naar de volgende ontvangbare zender. Lang ingedrukt houden van de toest
resp. toets resulteert in een snel door de frequenties heen stap­pen tot de toets wordt losgelaten.

Filterfunctie

Met deze functie kunt u zenders of hele zendergroepen uit de zenderlijst filteren.
X Kies in het hoofdmenu Radio de optie
)LOWHU.
3006
Op het display verschijnt het filtermenu.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
)LOWHU, 5HVHWWHQ en
de momenteel ontvangbare zenders en zendergroepen kiezen.
Filterfunctie in-/uitschakelen
X Markeer in het filtermenu de optie
)LOWHU.
X
Schakel door indrukken van de draai-/ drukknop de functie in ( ) of uit
(). Bij ingeschakelde functie ( ) verschij­nen in de FM-zenderlijsten alleen de zenders en zendergroepen die niet uitge­filterd zijn.
Aanwijzing:
Na deactiveren van de functie blijven de filterinstellingen bewaard.
321
Gebruiksmodus radio
Zendergroep filteren
X Kies in het filtermenu de te filteren
zendergroep en druk op de draai-/ drukknop .
X Markeer vervolgens de optie WRWDOH
]HQGHUNHWHQ
X Schakel door indrukken van de draai-/
.
drukknop de functie in ( ).
of
X Druk op de toets . X Markeer in het weergegeven menu
voor snelle toegang de te filteren zen­dergroep.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Selecteer de optie =HQGHUNHWHQILOWHU.
De geselecteerde zendergroep verschijnt niet meer in de zenderlijst.
Zender filteren
X Markeer in het filtermenu de te filte-
ren zender.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop het filter voor deze zen­der in ( ).
of
X Druk op de toets . X Markeer in het weergegeven menu
snelle toegang de te filteren zender.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Selecteer de optie =HQGHUILOWHUHQ.
of
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop om de nu beluisterde zender te filteren.
X Markeer vervolgens de optie )LOWHU. X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop het filter voor deze zen-
der in ( ). De geselecteerde zender verschijnt niet meer in de zenderlijst.
Filteren deactiveren Alle filters deactiveren
X Kies in het filtermenu de optie 5HVHW
WHQ
.
Zendergroepfilter wissen
X Kies in het filtermenu de te activeren
zendergroep en druk op de draai-/druk­knop .
X Markeer vervolgens de optie WRWDOH
]HQGHUNHWHQ
X Schakel door indrukken van de draai-/
.
drukknop het filter uit ( ).
Zenderfilter wissen
X Markeer in het filtermenu de te active-
ren zender.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop het filter voor deze zen­der uit ( ).
322
Gebruiksmodus radio
3007

Programmatype

Het programmatype (PTY) is een ser­vice die veel zenders binnen het Radio Data System (RDS) aanbieden. Zo kunt u gericht vastleggen welke zenders er met welke programmatypen in de zen­derlijst moeten verschijnen.
X Kies in het hoofdmenu Radio de optie
7\SHSURJDPPD.
Op het display verschijnt het menu Pro­grammatype.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
7\SHSURJDPPD, 5HVHWWHQ, *HHQ37< en
de weergegeven PTY-categorieën kiezen.
Functie Programmatype in-/uitschakelen
X Markeer in het menu Programmatype
de optie
X Schakel door indrukken van de draai-/
7\SHSURJDPPD.
drukknop de functie in ( ) of uit
(). Bij ingeschakelde functie ( ) verschij­nen in de FM-zenderlijsten alleen de zenders met de gekozen programmaty­pen. Bovendien verschijnt er in het sta­tusscherm rechts het programmatype van de ingestelde zender.
Aanwijzing:
Na deactiveren van de functie blijven de instellingen bewaard.
Programmatypen kiezen
X Markeer in het menu Programmatype
de optie van het gewenste programma-
type.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de diverse programma-
typen in ( ) of uit ( ).
5HVHWWHQ te selecteren in het pro-
Door grammatype-menu worden alle pro­grammatypen gereset naar uitgeschakeld.
Aanwijzing:
Door
5HVHWWHQ te markeren en vervol-
gens de draai-/drukknop lang inge­drukt te houden, worden alle program­matypen gereset op ingeschakeld. In het menu Programmatype verschij­nen alle PTY-categorieën. Als er op dat moment geen zenders van een bepaalde categorie kunnen worden ontvangen, verschijnt deze categorie uitgegrijsd. U kunt deze categorie echter wel acti­veren of deactiveren. Bij activeren van de optie
*HHQ37< ver-
schijnen in de zenderlijst ook de zen­ders die geen PTY-informatie meezen­den.
323
Gebruiksmodus radio
3008

Regiofunctie

Sommige RDS-programma’s gaan tij­dens hun zendtijd over op regionale zen­ders met een andere programmering. Het inschakelen van de regionaalfunctie voorkomt dat de Cascade tussen de regionale programma’s met verschil­lende inhoud omschakelt.
X Markeer in het hoofdmenu Radio de
optie
5HJ.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de functie in ( ) of uit ().
Aanwijzing:
In de zenderlijst worden zenders met regionale programma’s door 5(* aan­gegeven. Als u naar een regionale zender luistert en de regionaalfunctie uitschakelt, wordt de bijbehorende basiszender ingesteld.

Radiotekst

FM-zenders leveren via de RDS-gege­vensstroom extra informatie zoals bijv. berichten of informatie over het huidige programma. U kunt deze informatie zichtbaar maken.
Waarschuwing
GG
Gevaar voor ongevallen
Omdat de informatie die via radiotekst wordt overgedragen nogal eens wisselt, raden wij u uitdrukkelijk aan om de radiotekst alleen in een stilstaand voer­tuig te activeren, zodat de bestuurder zo min mogelijk wordt afgeleid. Alleen op deze wijze kunnen hiermee samenhan­gende ongevallen worden vermeden.
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop . Op het display verschijnt het menu Opties.
3009
X Markeer de optie 5DGLRWH[W.
X Door indrukken van de draai-/druk-
knop wordt de functie geactiveerd ().
3010
De radiotekst van de huidige FM-zender wordt weergegeven.
Aanwijzing:
Door ongunstige omstandigheden of storingen is het mogelijk dat de radio­tekst slechts in verminkte vorm of hele­maal niet wordt weergegeven.
Radiotekst uitschakelen
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop .
X Markeer de optie 5DGLRWH[W. X Door indrukken van de draai-/druk-
knop wordt de functie gedeacti­veerd ( ).
324

Gesproken vermeldingen

3011
U kunt de aan de zender toegewezen gesproken vermeldingen wissen of laten voorlezen. Bovendien kunt u de spraak­dialoog voor het aanmaken van nieuwe gesproken vermeldingen in- of uitscha­kelen (zie op pagina 333).
X Kies in het hoofdmenu Radio de optie
6SUDDNLWHPV.
X Kies tussen $OOHLWHPVYRRUOH]HQ, $OOH
LWHPVZLVVHQ
en 'LDORRJELMRSVODD.
$OOHLWHPVZLVVHQ
Na het kiezen van $OOHLWHPVZLVVHQ
wordt u gevraagd of u werkelijk alle
gesproken vermeldingen al dan niet
wilt wissen.
Kies
-D voor het wissen van de gespro-
ken vermeldingen of
1HH om zonder te
wissen door te gaan.
'LDORRJELMRSVODD
Bij geactiveerde functie wordt er bij
het opslaan van een zender een auto-
matische dialoog voor het toewijzen
van een gesproken vermelding gestart.
Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de functie in ( ) of uit
().
Gebruiksmodus radio

Optimale ontvangst

Om storingen en echo bij de ontvangst te onderdrukken, kunt u hier tussen drie verschillende instellingen kiezen.
Aanwijzing:
Bij de middengolf en de kortegolf werkt deze instelling niet.
X Kies in het hoofdmenu Radio de optie
2QWYDQJVWYHUEHWHULQJ.
3012
X Kies tussen $XWRPDWLVFK, $OWMG VWHUHR en
$OWMGPRQR (ingeschakeld = ).
$OOHLWHPVYRRUOH]HQ Na het kiezen van $OOHLWHPVYRRUOH]HQ worden alle aan radiozenders gespro­ken vermeldingen achter elkaar voor­gelezen.
Aanwijzing:
Er kan steeds maar één optie in de lijst actief ( ) zijn.
325
Gebruiksmodus radio
$XWRPDWLVFK Instelling voor normaal gebruik, dat wil zeggen dat het toestel naargelang de ontvangststerkte van stereo op mono overschakelt (deze instelling biedt voor bijna alle ontvangstgebie­den de optimale instelling).
$OWMGVWHUHR
Instelling voor bijzondere ontvangst­situaties, d.w.z. het toestel is steeds op stereo ingesteld.
$OWMGPRQR
Instelling voor ontvangstsituaties waar­bij standaard sprake is van terugkaat­sing. Het toestel is steeds op mono ingesteld.

Controle bandbreedte

Met de bandbreedtecontrole kunt u de ontvangst van een zender bij een moei­lijke ontvangst (zender A ligt zeer dicht in de buurt van zender B) verbeteren.
X Markeer in het hoofdmenu Radio de
optie
&RQWUROHEDQGEUHHGWH.
X
Schakel door indrukken van de draai-/ drukknop de functie in ( ) of uit ().

Verkeersinformatie

Als een RDS-zender verkeersberichten uitzendt, kunt u de modus Audio (cd, mp3 enz.), de modus AM of de geluids­onderdrukking onderbreken en de ver­zonden verkeersberichten doorschakelen. Bovendien is het mogelijk om naar een FM-zender te luisteren en de verkeersbe­richten van een andere FM-zender door te schakelen.
X Kies in het hoofdmenu Radio de optie
9HUNHHUVLQIR.
3013
Op het display verschijnt het menu Ver­keersinformatie.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu tussen
9HUNHHUVLQIR, 9ROXPH, =HQGHUDXWRPDWLVFK en
de weergegeven zenders met verkeers­informatie kiezen.
326
Gebruiksmodus radio

Verkeersinformatie in-/uitschakelen

X Markeer in het menu Verkeersinfor-
matie de optie
X
Schakel door indrukken van de draai-/ drukknop de functie in ( ) of uit ().
X of X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop .
X Markeer vervolgens de optie 73.
X
Schakel door indrukken van de draai-/ drukknop de functie in ( ) of uit ().
Bij ingeschakelde functie Verkeersin­formatie ( ) wijst het symbool in het statusscherm erop dat de verkeersin­formatie geactiveerd is.
9HUNHHUVLQIR.

Zender met verkeersinformatie kiezen

U kunt vastleggen of u de verkeersbe­richten van een specifieke zender al dan niet wilt beluisteren.
Automatisch
X Markeer in het menu Verkeersinfor-
matie de optie
X
Schakel door indrukken van de draai-/ drukknop de functie in ( ) of uit ().
Aanwijzing:
Bij activeren van deze functie kiest de Cascade de momenteel beluisterde zen­der als zender met verkeersinformatie. Als deze zender geen verkeersinforma­tie uitzendt of niet goed kan worden ontvangen, wordt er een andere zender uit de zenderlijst ingesteld.
=HQGHUDXWRPDWLVFK.
Handmatig kiezen van zenders met verkeersinformatie
X Markeer in het menu Verkeersinfor-
matie de zender waarvan u de ver­keersinformatie wilt ontvangen.
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de zender als zender met verkeersinformatie in ( ).
of
X Druk op de toets . X Markeer in het weergegeven menu
snelle toegang de gewenste zender met verkeersinformatie.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Selecteer de optie $OV YHUNHHUV]HQGHU
LQVW
.
Aanwijzing:
Als de ingestelde zender met verkeers­informatie niet meer kan worden ont­vangen, activeert de Cascade het auto­matisch kiezen van de zender met verkeersinformatie. Deze wordt aangehouden totdat de gekozen zender met verkeersinformatie weer beschikbaar is.
327
Gebruiksmodus radio
3014

Volume verkeersinformatie

Met deze functie kunt u het geluidsvo­lume van de verkeersberichten beïnvloe­den.
X Kies in het menu Verkeersinformatie
de optie
X Stel door draaien van de draai-/druk-
knop de gewenste waarde in.
Aanwijzingen:
• De instelling “0” betekent geen ver­hoging.
• De instelling “10” betekent een grote verhoging van het volume.
9ROXPH.
Doorgeven van verkeers­informatie afbreken
U kunt doorgeschakelde verkeersinfor­matie afbreken.
Tijdens het doorgeven van verkeersinfor­matie verschijnt het volgende scherm.
3015
X Druk op de draai-/drukknop .
of
X Druk op de toets .
Het doorgeven van verkeersinformatie wordt afgebroken.
AM
Onder AM-weergave vallen de beide golfbereiken

Instelmogelijkheden voor AM-zenders

U hebt voor het instellen van zenders in het AM-bereik meerdere opties:
• Instellen via de zoekfunctie. Zie “Zoekfunctie” op pagina 329.
• De scanfunctie. Zie “Scanfunctie” op pagina 329.
• Via het zendergeheugen. Zie “Zender­geheugen” op pagina 330.
0LGGHQJROI en .RUWHJROI.
328
Gebruiksmodus radio
3016
Zoekfunctie
X Druk in het statusscherm op de toets
of toets .
of
X Draai aan de druk-/draaiknop .
Door toets in te drukken wordt de volgende zender in oplopende volgorde van frequentie ingesteld. Door toets in te drukken wordt de volgende zender in aflopende volgorde van frequentie ingesteld.
Scanfunctie
Alle ontvangbare zenders worden korte tijd gescand en u kunt zo de gewenste zender kiezen.
X Druk in het statusscherm lang op de
toets of toets .
of
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop . Op het display verschijnt het menu Opties.
X Markeer de optie $IVSHOHQ. X Door indrukken van de draai-/druk-
knop wordt de functie geactiveerd
(). De ontvangbare zenders worden in aflo­pende of oplopende volgorde van fre­quentie kort gescand.
Aanwijzing:
Wanneer u zich in het zendergeheugen bevindt en een AM-zender hebt inge­steld, dan worden tijdens de scanfunctie alleen nog niet opgeslagen zenders kort afgespeeld.
Scanfunctie afsluiten
X Druk in het statusscherm op de toets
of toets .
of
X Draai aan de druk-/draaiknop .
of
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop . Op het display verschijnt het menu Opties.
X Markeer de optie $IVSHOHQ. X Door indrukken van de draai-/druk-
knop wordt de functie gedeacti-
veerd ( ). De momenteel gescande zender wordt permanent ingesteld en de scanfunctie is afgesloten.
329
Gebruiksmodus radio

Zendergeheugen

In het zendergeheugen kunt u maximaal 20 zenders uit de golfbereiken FM, mid­dengolf en kortegolf opslaan.

Zendergeheugen oproepen

X Kies in het hoofdmenu Radio de optie
*ROIOHQJWH.
X Kies in het menu Golfbereik de optie
=HQGHUJHKHXJHQ.
In het snelle toegang-zendergeheugen worden de tot nu tot opgeslagen zenders weergegeven.

Zenders opslaan

U kunt de huidige zender opslaan als u al in het zendergeheugen staat of als er een ander golfbereik ingesteld is.
Aanwijzingen:
• Als alle 20 geheugenposities bezet zijn en er nog een zender wordt opgeslagen, ontvangt u de melding dat er een zender (de 20e zender) wordt overschreven.
• Als er voor een zender een gesproken vermelding is toegewezen, wordt dit door het symbool vóór de naam van de zender aangeduid.
• Elke zender kan slechts één keer in het geheugen worden opgeslagen.
Ander golfbereik ingesteld.
X Markeer in het menu snelle toegang
(niet voor AM golflengte) de zender die moet worden opgeslagen.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
3017
X Selecteer de optie =HQGHURSVODDQ.
of
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop . Op het display verschijnt het menu Opties.
X Selecteer de optie 2SVODDQ.
3018
In beide gevallen wordt het zenderge­heugen weergegeven. De zender die moet worden opgeslagen verschijnt als eerste zender in de lijst en wordt via een pijl aangeduid.
330
Gebruiksmodus radio
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu de gewenste geheugenpositie instellen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de geheugenpositie te bevestigen.
Afhankelijk van de instelling onder “Gesproken vermeldingen” op pagina 325 start nu automatisch de proce­dure voor het opslaan van een gesproken vermelding voor de opgeslagen zender.
De zender is nu in het zendergeheugen opgeslagen.
Zendergeheugen reeds ingesteld
De zender die moet worden opgeslagen is ingesteld en u staat nu in de snelle toe­gang tot het zendergeheugen.
X Markeer door draaien van de draai-/
drukknop de positie in het zender­geheugen waarop de desbetreffende zender moet worden opgeslagen.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
3019
X Selecteer de optie $FWXHOH ]HQGHU KLHU
RSVODDQ
.
De zender is nu in het zendergeheugen opgeslagen.
Afhankelijk van de instelling onder “Gesproken vermeldingen” op pagina 325 start nu automatisch de proce­dure voor het opslaan van een gesproken vermelding voor de opgeslagen zender.

Zenders verplaatsen

U kunt de positie van een in het zender­geheugen opgeslagen zender verplaat­sen.
X Markeer door draaien van de draai-/
drukknop de te verplaatsen zender.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
3020
X Selecteer de optie =HQGHUYHUSODDWVHQ.
Het zendergeheugen verschijnt. De te verplaatsen zender wordt met een pijl gemarkeerd.
X Door de draai-/drukknop te draaien
kunt u nu de gewenste geheugenpositie
instellen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de geheugenpositie te bevestigen.
331
Gebruiksmodus radio
3021

Zenders wissen

U kunt een in het zendergeheugen opge­slagen zender wissen.
In de snelle toegang
X Markeer door draaien van de draai-/
drukknop de te wissen zender.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Selecteer de optie =HQGHUZLVVHQ.
De geselecteerde zender is gewist.
Aanwijzing:
Als er aan de gewiste zender een gesproken vermelding was toegewezen, wordt deze ook gewist.
In het statusscherm
X Druk in het statusscherm op de draai-/
drukknop . Op het display verschijnt het menu Opties.
X Selecteer de optie :LVVHQ.
De zender is uit het zendergeheugen gewist.

Naam aan zender toewijzen

U kunt een naam van maximaal 8 tekens lang naar eigen keuze aan een opgesla­gen zender toewijzen.
X Markeer door draaien van de draai-/
drukknop de te benoemen zender.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
3022
X Selecteer de optie 1DDP]HQGHU.
3023
X Kies achter elkaar de letters van de
gewenste naam en bevestig de inge­voerde naam.
Aanwijzing:
Neem ook de beschrijving onder “Invoermenu’s” op pagina 266 in acht.
De benoemde zender verschijnt nu met de eerder ingevoerde naam in het zen­dergeheugen (ook in andere golfleng­ten).
332
Gebruiksmodus radio
3024
Gesproken vermelding aanmaken/wissen
U kunt voor een in het zendergeheugen opgeslagen zender een gesproken ver­melding aanmaken of een aangemaakte gesproken vermelding wissen.
Aanmaken
Aanwijzing:
Als er al een gesproken vermelding voor deze zender toegewezen is (sym­bool ) en u deze wilt wijzigen, moet u deze eerst wissen voordat u een nieuwe kunt toewijzen.
X Markeer in de snelle toegang door
draaien van de draai-/drukknop de zender waarvoor u een gesproken ver­melding wilt aanmaken.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
X Selecteer de optie 6SUDDNLWHPDDQPDNHQ.
De procedure voor het opslaan van een gesproken vermelding wordt gestart.
wissen
X Markeer in de snelle toegang door
draaien van de draai-/drukknop de
zender waarvan u de gesproken ver-
melding wilt wissen.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
3025
X Selecteer de optie 6SUDDNLWHPZLVVHQ.
U wordt gevraagd of de gesproken ver­melding werkelijk moet worden verwij­derd.
X Kies -D voor het wissen van de gespro-
ken vermelding of
wissen door te gaan.
1HH om zonder te
Gesproken vermelding voorlezen
U kunt de gesproken vermelding van een in het zendergeheugen opgeslagen zen­der laten voorlezen.
X Markeer in de snelle toegang door
draaien van de draai-/drukknop de zender waarvan u de gesproken ver­melding wilt laten voorlezen.
X Druk op de draai-/drukknop totdat
er een menu verschijnt.
3026
X Selecteer de optie 6SUDDNLWHPYRRUOH]HQ.
De gesproken vermelding wordt voorge­lezen
333

Modus Media

Modus Media
Onder modus Media zijn alle bronnen van de Cascade samengevat waarvan audio- of mp3-tracks kunnen worden afgespeeld.

Modus Media activeren

X Druk op de toets .
De laatst actieve bron van de media wordt indien mogelijk geactiveerd.
of
X Plaats een audio-cd of een mp3-cd.
De Cascade begint de geplaatste cd af te spelen.
of
X Steek een geheugenkaart (microdrive/
CF-kaart of SD/MMC-kaart met audio- of mp3-tracks) in de daarvoor bedoelde sleuf.
De Cascade begint de tracks van de geplaatste microdrive/geheugenkaart af te spelen.
In alle drie de gevallen verschijnt gedu­rende korte tijd de snelle toegang tot media. Vervolgens wordt het statusscherm weergegeven.

Snelle toegang tot media

In de snelle toegang tot de media worden de beschikbare cd’s en mappen weerge­geven en kunt u deze kiezen. Bij de onderstaande beschrijving wordt aangenomen dat u in het statusscherm staat.
X Druk op de toets .
4001
De snelle toegang tot de media ver­schijnt. Als er net een nummer wordt afge­speeld, verschijnt op de snelle toegang direct de directory of de cd. Om naar het hoogste niveau van de snelle toegang te gaan, drukt u eventueel meerdere keren op de toets .
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop het gewenste medium of de gewenste bron en druk op de draai-/ drukknop .
Aanwijzingen:
• In de snelle toegang worden de afzon­derlijke beschikbare cd’s, geheugen­kaarten, bronnen en mappen door symbolen aangeduid:
staat voor een cd in de ingebouwde
drive. SCD staat voor single-cd.
staat voor geheugenkaarten. staat voor een cd in de cd-wisse-
laar.
staat voor AUX-bron.
staat voor playlists.
staat voor mappen.
• Als er bijv. slechts een audio-cd in de interne drive beschikbaar is, verschij­nen in de snelle toegang meteen de nummers op de cd.
334
Modus Media
4002
Aanwijzingen:
• Door lang indrukken van de toets kunt u voor de afzonderlijke
opties van de snelle toegang de com­plete naam (voorzover beschikbaar) laten verschijnen. Bij een map verschijnt bovendien nog het aantal titels en de totale speeltijd.
• Na afspelen van het laatste nummer
van een cd of van een map speelt de Cascade indien mogelijk als volgend nummer het eerste nummer van de volgende map of van de volgende cd af. Als er geen nummers meer beschikbaar zijn, wordt het eerste nummer van de huidige map of van de cd afgespeeld.
De gewenste cd, microdrive/geheugen­kaart, bron of map wordt opgevraagd en indien beschikbaar verschijnen de num­mers van de cd of van de map.
Het geselecteerde nummer wordt afge­speeld.
Aanwijzingen:
Door lang indrukken van de toets kunt u voor de titelvermeldingen van de snelle toegang de complete naam (voorzover beschikbaar) laten verschijnen. Ook verschijnen het nummer en de speelduur van de titel. Als aanvullende informatie verschijnt het medium waarop de huidige titel staat. Als er een naam van een cd of een directory beschikbaar is, verschijnt deze. Bovendien verschijnt het totaal aantal nummers van de cd of de directory en de totale speelduur. De lengte van tot nu toe niet afgespeelde nummers wordt geschat op basis van een bitsnelheid van 128 kbit/ u.

Statusscherm Media

Het statusscherm Media is het “normale scherm” voor de audiomodus. Op het statusscherm verschijnen alle voor de audiomodus relevante gegevens. Getoond worden:
• Soort medium (cd, cd-wisselaar en microdrive/geheugenkaart)
• Formaat van nummer (audio of mp3)
• Status van scanfunctie, titel mix, enz.
• Volgend en vorig nummer
• Speeltijd
4003
Als voorbeeld ziet u hier het status­scherm voor mp3-tracks op een geheu­genkaart.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop het gewenste nummer en druk op de draai-/drukknop .
335
Modus Media
Andere titel/titelsprong
X Druk op de toets op de volgende
of op de toets om het vorige nummer te kiezen.
of
X Druk op de draai-/drukknop het
gewenste nummer te kiezen.
Aanwijzingen:
• U kunt nummers ook in de snelle toe­gang kiezen. Zie 'Snelle toegang tot media' op pagina 334.
• Als er na het activeren van de titel­sprong terug pas ca. 8 seconden van het huidige nummer afgespeeld, wordt er meteen naar het vorige num­mer gesprongen. Als de afspeeltijd van het huidige nummer meer dan 8 seconden is, gaat de cd-speler naar het begin van het huidige nummer.
• Wanneer bij titelsprong het eerste resp. laatste nummer van een inhoudsopgave resp. cd niet wordt bereikt, dan springt de cd-speler naar het eerste resp. laatste nummer van de inhoudsopgave resp. cd.
Versneld vooruit/achteruit
U kunt een hoorbaar versneld vooruit-/ terugspoelen starten.
Aanwijzingen:
Bij mp3-nummers verloopt het vooruit­/terugspoelen onhoorbaar.
Vooruitspoelen
X Druk op de toets tot het ge-
wenste punt is bereikt.
X Laat de toets los.
Het weergeven wordt op normale snel­heid voortgezet.
Terugspoelen
X Druk op de toets tot het ge-
wenste punt is bereikt.
X Laat de toets los.
Het weergeven wordt op normale snel­heid voortgezet.

Playmode

Playmode omvat functies als titel mix (shuffle), de scanfunctie en de herhaal­functie.
Menu Playmode oproepen
X Druk in het statusscherm Media op de
draai-/drukknop .
4004
Op het display verschijnt het menu Opties.
X Kies door draaien van de draai-/
drukknop draai-/drukknop .
3OD\PRGH en druk op de
336
Modus Media
4005
Op het display verschijnt het menu Play­mode. Door de draai-/drukknop te draaien kunt u nu tussen
1RUPDOHYROJRUGH, 7LWHOPL[, 7LWHODIVSHOHQ, 7LWHOKHUKDOHQ,
als een mp3-cd of een geheugenkaart met meerdere directory’s de momenteel actieve bron is ook de vermelding
PL[
,
0DS
en als de momenteel actieve bron de cd­wisselaar is, ook tussen
&'PL[ en &'KHUKDOHQ
kiezen.
Door indrukken van de draai-/drukknop
kunt u de afzonderlijke functies in-
( ) of uitschakelen ( ).
Aanwijzingen:
• Van deze functies kan er steeds maar één ingeschakeld ( ) zijn.
• Door kiezen van
1RUPDOH YROJRUGH,
wordt een eventueel ander geacti­veerde functie gewist en het nummer in de normale volgorde afgespeeld.
Titel Mix (shuffle)
Bij activeren van deze functie worden alle nummers van de huidige map of de huidige cd in willekeurige volgorde afgespeeld.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop in het menu Playmode de optie
7LWHOPL[.
X Door indrukken van de draai-/druk-
knop schakelt u de functie in ( ) of uit ( ).
Aanwijzingen:
Door toets of toets in te drukken, wordt het volgende willekeu­rige nummer afgespeeld. Als het hui­dige nummer meer dan 8 seconden is afgespeeld en u op de toets drukt, springt het toestel naar het begin van het huidige nummer.
Titel scannen
Wanneer de functie geactiveerd is, wor­den alle nummers van de actuele inhoudsopgave resp. actuele cd gedu­rende ca. 10 secunden kort gespeeld.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop in het menu Playmode de optie
7LWHODIVSHOHQ.
X Door indrukken van de draai-/druk-
knop schakelt u de functie in ( ) of uit ( ).
Aanwijzingen:
Deze functie kan ook door indrukken van toets of toets worden afgesloten. Het huidige gescande num­mer wordt dan verder afgespeeld.
337
Modus Media
Titel herhalen
Na activeren van deze functie wordt het huidige nummer herhaald.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop in het menu Playmode de optie
7LWHOKHUKDOHQ.
X Door indrukken van de draai-/druk-
knop schakelt u de functie in ( ) of uit ( ).
Aanwijzingen:
Door op toets of te druk­ken wordt het volgende nummer afge­speeld en is de functie uitgeschakeld. Als het nummer meer dan 8 seconden is afgespeeld en u op de toets drukt, springt het toestel naar het begin van het nummer. De functie blijft dan ingescha­keld.
Cd-mix
Aanwijzingen:
Deze functie is alleen beschikbaar als de cd-wisselaar de actieve bron is.
Bij activeren van deze functie worden alle nummers van de verschillende cd’s in willekeurige volgorde afgespeeld.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop in het menu Playmode de optie
&'KHUKDOHQ.
X Door indrukken van de draai-/druk-
knop schakelt u de functie in ( ) of uit ( ).
Aanwijzingen:
Door toets of toets in te drukken, wordt het volgende willekeu­rige nummer afgespeeld. Als het hui­dige nummer meer dan 8 seconden is afgespeeld en u op de toets drukt, springt het toestel naar het begin van het huidige nummer.
Cd herhalen
Aanwijzingen:
Deze functie is alleen beschikbaar als de cd-wisselaar de actieve bron is.
Na activeren van deze functie wordt de huidige cd eindeloos herhaald.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop in het menu Playmode de optie
&'KHUKDOHQ.
Door indrukken van de draai-/drukknop
schakelt u de functie in ( ) of uit
().
Directory-mix
Aanwijzingen:
Deze functie is uitsluitend beschikbaar als een mp3-cd of een geheugenkaart met directory's de actuele audiobron is.
Bij activeren van deze functie worden alle nummers van de verschillende directory’s in willekeurige volgorde afgespeeld.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop in het menu Playmode de optie
0DSPL[.
338
Modus Media
X Door indrukken van de draai-/druk-
knop schakelt u de functie in ( ) of uit ( ).
Aanwijzingen:
Door toets of toets in te drukken, wordt het volgende willekeu­rige nummer afgespeeld. Als het hui­dige nummer meer dan 8 seconden is afgespeeld en u op de toets drukt, springt het toestel naar het begin van het huidige nummer.
Directory herhalen
Aanwijzingen:
Deze functie is uitsluitend beschikbaar als een mp3-cd of een geheugenkaart met directory’s de actuele audiobron is.
Als de functie is geactiveerd, wordt de huidige directory telkens herhaald.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop in het menu Playmode (afspeelopties) de optie
X Door indrukken van de draai-/druk-
0DSKHUKDOHQ.
knop schakelt u de functie in ( ) of uit ( ).

Hoofdmenu Media oproepen

In het hoofdmenu Media kunt u instellin­gen voor de modus Media configureren. Bij de onderstaande beschrijving wordt aangenomen dat u in het statusscherm staat.
X Druk tweemaal achter elkaar op de
toets .
of
X Druk op de toets .
U bevindt zich in de snelle toegang tot Media.
X Selecteer de vermelding 0HGLDPHQX.
4006
Het hoofdmenu Media verschijnt.
Uitgebreid titelscherm in-/uitschakelen
Bij geactiveerde uitgebreide titelweer­gave wordt een eerder ingekorte titel/ ID3-Tag zoveel mogelijk compleet weergegeven.
X Markeer in het hoofdmenu Media de
optie
8LWYRHULJHWLWHOZHHUJDYH.
4007
X Schakel door indrukken van de draai-/
drukknop de functie in ( ) of uit ().
339
Modus Media
Goed
Fout
Fout
Goed

Cd-weergave

Aanwijzingen m.b.t. de compactdisc (cd)
Als zich vuil op de cd bevindt, kan dat gevolgen hebben voor het geluid. Let op het volgende om een optimaal geluid te verkrijgen:
• Pak cd's altijd alleen bij de randen vast. Raak cd's nooit aan de opper­vlakken aan en zorg ervoor dat cd's niet vuil worden.
• Plak niets op cd's.
• Houd cd’s uit de buurt van fel zonlicht en van warmtebronnen, zoals verwar­mingen.
• Maak cd's voordat ze worden afge­speeld van binnen naar buiten schoon met een normaal in de handel verkrijg­bare schoonmaakdoek. Oplosmidde­len zoals benzine, verdunners of andere gebruikelijke schoonmaakmid­delen en antistatische sprays mogen niet worden gebruikt.
Aanwijzingen:
• De Cascade kan geen dvd-plus-media (één kant audio-cd, andere kant dvd) afspelen. Plaatsen van een dvd-plus kan door de grotere dikte van het medium schade aan de Cascade tot gevolg hebben.
• Voorkom dat er voorwerpen van bui­tenaf, zoals bijv. munten of andere objecten door de cd-sleuf in de Cas­cade terecht komen. Een voorwerp van buitenaf in het toe­stel kan schade aan de Cascade tot gevolg hebben.
Cd’s plaatsen/verwijderen
Plaatsen
X Schuif de cd met het opschrift naar
boven in de cd-opening. Het apparaat haalt de cd automatisch naar binnen en begint vanaf het eerste nummer met afspelen.
Uitwerpen
X Druk op de knop .
De cd wordt uitgeworpen.
X Verwijder de cd.
Aanwijzingen:
• Als u de radio uitschakelt, wordt de cd niet uitgeworpen; deze blijft in de cd-opening.
• Als u de cd na het uitwerpen niet uit de opening verwijdert, trekt het toe­stel deze even later weer naar binnen.
340
Modus Media

Aanwijzingen voor cd-r en cd-rw

Met dit toestel kunt u cd-r’s (beschrijf­bare cd's) en cd-rw's (herschrijfbare cd’s) beluisteren. Neem hierbij echter de wette­lijke voorschriften in acht. Deze voor­schriften kunnen van land tot land verschillen. Naargelang het opnameapparaat waar­mee de cd-r werd bespeeld of de toe­stand van de cd-r zelf is het mogelijk dat sommige cd-r’s niet met dit toestel kun­nen worden weergegeven. Een cd-r moet volgens de 'Orange Book'-standaard worden aangemaakt (geldt niet voor mp3-cd’s).
Aanwijzing m.b.t. cd’s met kopieerbeveiliging
In sommige gevallen kunnen bij cd's met kopieerbeveiliging problemen ontstaan. De inleestijd kan bijvoorbeeld erg lang zijn of de cd kan niet worden weergege­ven.

Thermische beveiliging

Om de laserdiode tegen te hoge tempera­turen te beschermen, is er in de Cascade een thermische veiligheidsschakeling ingebouwd. Bij het activeren van deze veiligheids­schakeling verschijnt er een dienover­eenkomstige waarschuwing en klinkt er een signaaltoon. De interne cd-drive is pas na een afkoel­periode weer bedrijfsgereed.

MP3-weergave

Algemene aanwijzing voor mp3

De muziek die u in de mp3-modus van uw toestel kunt weergeven, is in de regel onderworpen aan de bescherming van de auteursrechten conform de toe te passen internationale en nationale voorschrif­ten. In sommige landen mogen in dit geval zonder voorafgaande goedkeuring van de bevoegden geen kopieën, ook niet voor privé gebruik, worden gemaakt. Informeer daar de actueel gel­dende voorschriften i.v.m. de auteurs­rechten en neem deze in acht. Zover u zelf, bijv. bij eigen composities en ­opnames, deze rechten hebt of deze door bevoegden werden verleend, gelden deze beperkingen uiteraard niet.
341
Modus Media

Een mp3-gegevensdrager maken

Op een opslagmedium worden maximaal 63 mappen met elk een capaciteit van maximaal 254 nummers ondersteund. Maximaal worden echter 1000 num­mers voor cd of SD/MMC-kaart en 2000 nummers per CF-card/ microdrive ondersteund. meer dan 254 nummers bevat, worden er automatisch meer mappen aangemaakt, die elk weer maximaal 254 nummers kunnen bevatten. Er kunnen maximaal 254 tekens van een map- of nummernaam worden weergegeven.
• Alleen mp3-tracks kunnen worden afgespeeld die conform ISO 9660 op het opslamedium zijn opgeslagen.
• Als u van de mogelijkheid gebruik wilt maken om de naam van de uitvoe­rende artiest en de titel van het num­mer weer te geven, moet aan het mp3­bestand een zogenaamde ID3-tag wor­den toegevoegd. Dit apparaat onder­steunt de versies ID3v1 en ID3v2.
Als een map
• De lengte van de naam van de artiest en titel van het nummer is beperkt tot in totaal 63 tekens.
Het toestel ondersteunt de mp3-indelin-
• gen MPEG1- en MPEG2 Layer3. Er worden vaste en variabele bitsnelhe­den van 8-320 kbit/s en aftastsnelheden van 16-48 kHz ondersteund (bij bestan­den met variabele bitsnelheid alleen met Xing-Header). Voor het maken van mp3-bestanden wordt geadviseerd gebruik te maken van de Fraunhofer mp3-encoder.
• Voor het comprimeren van de mp3­bestanden adviseren wij een bitsnel­heid van ten minste 160 kbit/s. Bij mp3-bestanden met variabele bitsnel­heid kan de verstreken speeltijd op het display van de werkelijke speelduur afwijken.
• Bij een Mix-Mode Medium (een deel conventionele audiotracks en een deel data) worden alleen de audiotracks afgespeeld. Het datagedeelte wordt, ook wanneer dit mp3 nummers bevat, niet afgespeeld.
Neem voor meer informatie over het maken van mp3-bestanden en ID3-tags contact op met uw dealer of kijk op het Internet.
Aanwijzing:
Met het oog op de grote verscheiden­heid aan brandersoftware en de daarbij behorende instellingen, kunnen wij geen garantie geven op de weergave van mp3-cd’s of microdrive/geheugen­kaart.
342
Modus Media

Mp3-cd-weergave

Voor de weergave van mp3-cd’s gelden de volgende onder “Cd-weergave” op pagina 340 beschreven punten:
• “Aanwijzingen m.b.t. de compactdisc (cd)” op pagina 340.
• “Cd's plaatsen/verwijderen” op pagina 340.
• “Aanwijzingen voor cd-r en cd-rw” op pagina 341.
• “Thermische beveiliging” op pagina 341.

Mp3-geheugenkaart/ microdrive-weergave

Aanwijzing:
• Er kunnen microdrive-drives met een capaciteit van maximaal 4 gigabyte worden gebruikt.
• Als geheugenkaart kunnen CF cards van type 1 en type 2 worden gebruikt. Er kunnen geheugenkaarten met een capaciteit van maximaal 4 gigabyte worden gebruikt.
• Er kunnen SD-/MMC-kaarten met een capaciteit van maximaal 4 giga­byte worden gebruikt.
• Het formaat SD/IO wordt door de sleuf voor de SD-kaart niet onder­steund.
• Zorg ervoor dat het opslagmedium met het bestandssysteem FAT 32 geformatteerd is.
Microdrive/CF-geheugenkaart plaat­sen
De sleuf voor het plaatsen van de microdrive/CF-geheugenkaart bevindt zich onder het afneembare bedienings­gedeelte van de Cascade of onder de geplaatste zichtbeveiliging.
X Verwijder het bedieningsgedeelte
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
X Verwijder de zichtbeveiliging zoals be-
schreven onder “Zichtbeveiliging ver­wijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Plaats de microdrive/CF-geheugen-
kaart in de rechts zichtbare sleuf.
Aanwijzingen:
De geheugenkaart/microdrive kan maar in één richting worden geplaatst. Hier­bij wijst de achterkant van de geheu­genkaart/microdrive naar links.
X Schuif de microdrive/CF-geheugen-
kaart voorzichtig naar voren. De links boven naast de sleuf geplaatste uitwerptoets wordt geactiveerd.
343
Modus Media
X Plaats de zichtbeveiliging weer zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
De microdrive/CF-geheugenkaart is nu gereed voor bedrijf en voorzover er op de microdrive/CF-geheugenkaart mp3­nummers staan, wordt het eerste num­mer in de eerste map automatisch afge­speeld. Wanneer de inhoud van de Microdrive/ CF-geheugenkaart sinds het laatste maal plaatsen niet gewijzigd is, begint de weergave met het laatst afgespeelde nummer.
Microdrive/CF-geheugenkaart verwijderen
X Verwijder het bedieningsgedeelte
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
X Verwijder de zichtbeveiliging zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Druk op de links boven naast de sleuf
geplaatste uitwerptoets.
X De microdrive/CF-geheugenkaart
komt een stukje naar voren.
X Trek de microdrive/CF-geheugen-
kaart uit de sleuf.
X Plaats de zichtbeveiliging weer zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
SD-/MMC-kaart plaatsen
De sleuf voor het plaatsen van de SD-/ MMC-kaart bevindt zich onder het af­neembare bedieningsgedeelte van de Cas­cade of onder de geplaatste zichtbeveili­ging.
X Verwijder het bedieningsgedeelte zoals
beschreven onder “Bedieningsgedeelte
verwijderen/aanbrengen” op
pagina 268.
X Verwijder de zichtbeveiliging zoals be-
schreven onder “Zichtbeveiliging ver-
wijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Plaats de SD-/MMC-kaart in de linker
sleuf. De contacten van de SD-/MMC-
kaart moeten hierbij naar links en de af-
geschuinde hoek van de kaart moet naar
achteren wijzen.
344
Modus Media
X Schuif de SD-/MMC-geheugenkaart
voorzichtig naar voren.
De SD-/MMC-kaart klikt merkbaar vast.
X Plaats de zichtbeveiliging weer zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen” op pagina 269.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen” op pagina 268.
De SD-/MMC-kaart is nu gereed voor bedrijf en voorzover er op de SD-/ MMC-kaart mp3-nummers staan, wordt het eerste nummer in de eerste map au­tomatisch afgespeeld.
Wanneer de inhoud van de SD-/MMC­kaart sinds het laatste maal plaatsen niet gewijzigd is, begint de weergave met het laatst afgespeelde nummer.
SD-/MMC-kaart verwijderen
X Verwijder het bedieningsgedeelte zo-
als beschreven onder “Bedieningsge-
deelte verwijderen/aanbrengen” op
pagina 268.
X Verwijder de zichtbeveiliging zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging
verwijderen/aanbrengen” op
pagina 269.
X Druk voorzichtig op de SD-/MMC-
kaart in de linker sleuf. De SD-/MMC-kaart wordt ontgrendeld en een stukje uitgeworpen.
X Trek de SD-/MMC-kaart uit de sleuf. X Plaats de zichtbeveiliging weer zoals
beschreven onder “Zichtbeveiliging
verwijderen/aanbrengen” op
pagina 269.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder “Bedienings-
gedeelte verwijderen/aanbrengen” op
pagina 268.
345
Modus Media

Afspeelvolgorde bij mp3-gegevensdragers

U ziet hier een voorbeeld van een mapstructuur op een mp3­gegevensdrager. De grijze rechthoeken zijn mappen/ directory’s. De witte rechthoeken zijn mp3-titels.
De afspeelvolgorde wordt aangeduid door de cijfers tussen haakjes, te beginnen bij (1). Als eerste worden de titels afgespeeld die direct zonder subdirectory op de gegevensdrager staan.
De letters tussen haakjes, te beginnen met (a), duiden de volgorde aan waarin de verschillende mappen/directory’s kunnen worden bekeken via de snelle mediatoegang.

Playlists

Vanwege de grote hoeveelheid mp3­bestanden die op een geheugenkaart/ microdrive of cd kunnen worden opgeslagen, wordt deze gegevensdrager snel onoverzichtelijk. U kunt deze met behulp van playlists overzichtelijker maken.
In een playlist kunt u bijvoorbeeld alle gewenste songs in een bepaalde categorie (bijvoorbeeld Rock) samenvatten. Deze playlist kan dan samen met de in mappen opgeslagen mp3-bestanden op de cd worden gebrand. Het apparaat herkent tijdens het inlezen van de mp3-cd de playlist (ook meerdere) en kan dan de mp3-titels in de middels de playlist vastgelegde volgorde afspelen.
346
Modus Media
Playlists maken
Voor het maken van playlists hebben wij in de testfase de gratis software WINAMP gebruikt. U kunt echter ook andere programma’s voor het maken van playlists gebruiken. Het apparaat ondersteunt de playlistindelingen M3U en PLS. Kijk op internet voor meer informatie over het maken van playlists.
Audioweergave via een optio­nele Apple™ iPod
Aanwijzingen:
• De iPod™, de iPod mini™ en de iPod photo™ zijn draagbare mp3-spelers van de firma Apple met een vaste schijf als opslagmedium.
• Apple, het Apple-logo en iPod zijn geregistreerde handelsmerken van Apple Computer, Inc. in de VS en in andere landen.
Op de Cascade kunt u in plaats van een cd-wisselaar een Apple iPod mp3-speler aansluiten en deze via de Cascade bedie­nen. De volgende apparaten van de Apple iPod-serie worden ondersteund:
• iPod 3e generatie
• iPod 4e generatie
• iPod mini
• iPod photo
Voor het aansluiten van de iPod™ op de Cascade hebt u de als accessoire ver­krijgbare Remote-Kit iPod™ nodig. Bij de Remote-Kit iPod™ worden in­structies voor het aansluiten en het be­dienen ervan meegeleverd. Meer informatie vindt u op www.becker.de.
Aanwijzing:
Als de aansluitkabel op de Cascade is aangesloten, kunt u geen cd-wisselaar en geen adapter voor de afstandsbedie­ning op het stuur aansluiten.
347
Modus Media

Weergave cd-wisselaar

Voor de weergave van de cd-wisselaar gelden de volgende onder “Cd-weer­gave” op pagina 340 beschreven punten:
• “Aanwijzingen m.b.t. de compactdisc (cd)” op pagina 340.
• “Aanwijzingen voor cd-r en cd-rw” op pagina 341.

Gebruik van de cd-wisselaar

Als er een cd-wisselaar op de Cascade is aangesloten, kan deze worden gebruikt zodra het gevulde cd-magazijn is gela­den. Sluit na het laden de klep. U kunt het apparaat verder bedienen via het bedie­ningspaneel op de voorkant van de Cas­cade.

Cd-magazijn laden/verwijderen

Open de schuif van de wisselaar en druk op de eject-knop om het cd-magazijn te verwijderen. Het magazijn wordt uitge­worpen en kan worden verwijderd. Let op het opschrift van het magazijn, als u de cd’s in het magazijn plaatst.
N.B.:
Onjuist geplaatste cd’s worden niet afgespeeld.
Aanwijzing:
Om ervoor te zorgen dat er zo snel mogelijk van cd wordt gewisseld, moet het magazijn vanaf vak 1 geheel met cd’s zijn gevuld.

Weergave externe toestellen/ AUX

U kunt een extern op de Cascade aange­sloten toestel zoals onder “Snelle toe­gang tot media” op pagina 334 beschre­ven opvragen. De AUX-weergave moet u echter zoals onder “Extern toestel” op pagina 442 wordt beschreven activeren.
Het is echter niet mogelijk om de func­ties van het externe toestel te gebruiken. U kunt voor deze bron uitsluitend het volume en de klank instellen.
348

Telefoonmodus

Onderstaand vindt u de beschrijving voor het bedienen van de ingebouwde te­lefoon resp. het bedienen van een op de Cascade aangesloten mobiele telefoon met
Bluetooth
® wireless technology.
U kunt altijd slechts hetzij de interne te­lefoon hetzij een aangesloten mobiele telefoon met Bluetooth® wireless tech­nology gebruiken. U kunt echter met de interne telefoonmodule via SIM-toe­gang de SIM-kaart van een aangesloten mobiele telefoon met Bluetooth® wire­less technology gebruiken.
Omdat de bediening bij de drie opties niet altijd identiek is, wordt er op de des­betreffende plaatsen onderscheid ge­maakt:
• Bij functies en instellingen die alleen bij een aangesloten mobiele telefoon beschikbaar zijn, wordt dit door „al- leen mobiele telefoon“ aangeduid.
• Bij functies en instellingen die alleen bij een ingebouwde telefoon beschik­baar zijn, wordt dit door „alleen inter- ne telefoon“ aangeduid.
• Bij functies die alleen bij een verbin­ding via SIM-toegang beschikbaar zijn, wordt dit door „alleen SIM-toe-
gang“ aangeduid.
Telefoonmodus
Aanwijzingen:
(alleen mobiele telefoon)
• De Cascade kan een mobiele telefoon met
Bluetooth
aansturen. Wij ondersteunen hierbij het
Bluetooth
profiel HFP1.0. Mobiele telefoons zonder logy kunnen niet worden aangestuurd.
• Bij sommige met Bluetooth® wire­less technology uitgevoerde mobiele telefoons kunnen bepaalde functies mogelijk niet beschikbaar zijn. Raadpleeg internetpagina www.becker.de voor gedetailleerde informatie hierover.
• Wanneer de mobiele telefoon ver­bonden is met de Cascade of de inter­ne telefoon actief is en de Cascade is uitgeschakeld (wagen op contact resp. contactsleutel in radiostand), dan wordt de Cascade bij een inko­mend gesprek ingeschakeld.
® wireless technology
® wireless technology-
Bluetooth
® wireless techno-
349
Telefoonmodus
G
G
Waarschuwing Gevaar voor ongevallen
Zorg ervoor dat u de mobiele telefoon veilig in een bijpassende houder be­waart. Alleen zo vermijdt u de kans op letsel bij een verkeersongeval of bij krachtig remmen.

SIM-kaart plaatsen

(alleen interne telefoon)
Aanwijzing:
Van de Cascade worden SIM-kaarten met oude 5V-techniek niet ondersteund.
De sleuf voor het plaatsen van de SIM­kaart bevindt zich onder het afneembare bedieningsgedeelte van de Cascade of onder de geplaatste zichtbeveiliging.
X Verwijder het bedieningsgedeelte zo-
als beschreven onder „Bedieningsge­deelte verwijderen/aanbrengen“ op pagina 268.
X Verwijder de zichtbeveiliging zoals
beschreven onder „Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen“ op pagina 269.
X Plaats de SIM-kaart in de tweede sleuf
van links. De contacten van de SIM­kaart moeten hierbij naar rechts en de afgeschuinde hoek van de kaart moet naar beneden wijzen.
X Plaats de SIM-kaart voorzichtig in de
sleuf.
De SIM-kaart klikt merkbaar vast.
X Plaats de zichtbeveiliging weer zoals
beschreven onder „Zichtbeveiliging verwijderen/aanbrengen“ op pagina 269.
X Plaats het bedieningsgedeelte weer
zoals beschreven onder „Bedienings­gedeelte verwijderen/aanbrengen“ op pagina 268.
350
Telefoonmodus
5050

PIN-code invoeren

(alleen interne telefoon en SIM-toe­gang)
Om de interne telefoon te kunnen active­ren moet de PIN-code worden ingevoerd. De vraag om de PIN-code kan zoals on­der „PIN-instellingen“ op pagina 363 be­schreven worden uitgeschakeld. Dit be­tekent dat een PIN alleen bij het eerste aanbrengen van een nieuwe SIM-kaart hoeft te worden ingevoerd.
X Druk op de toets .
X Voer de PIN-code in. X Selecteer ter bevestiging het symbool
.
X De snelle toegang tot de telefoon ver-
schijnt.
Aanwijzing:
Als de aangebrachte SIM-kaart geblok­keerd is, wordt u gevraagd de PUK-code in te voeren om de SIM-kaart te deblok­keren.

Telefoon oproepen

Aanwijzing:
De voorwaarden voor het direct oproe­pen van de telefoonmodus zijn een ac­tieve interne telefoon of een via Blue­tooth aangesloten mobiele telefoon met Bluetooth® wireless technology.
X Druk op de toets .
5051
De gebruiksmodus telefoon wordt geac­tiveerd. De snelle toegang van de telefoonmodus verschijnt.
Aanwijzing:
De snelle toegang voor een via hands­free aangesloten mobiele telefoon ziet er als volgt uit:
5052
In de snelle toegang staan de laatste 20 gekozen, aangenomen of geweigerde nummers of namen in chronologische volgorde. Meer informatie over de snelle toegang vindt u onder „Functies van snelle toe­gang Telefoon“ op pagina 373.
351
Telefoonmodus

Hoofdmenu Telefoon oproepen

In het hoofdmenu Telefoon kunt u tele­foonnummers invoeren of kiezen, de ge­sprekslijsten oproepen, het alarmnum­mer bellen, de telefooninstellingen oproepen en de telefoon uitschakelen.
Aanwijzing:
De voorwaarden voor het direct oproe­pen van de telefoonmodus zijn een ac­tieve interne telefoon of een via Blue­tooth aangesloten mobiele telefoon met Bluetooth® wireless technology.
X Druk tweemaal achter elkaar op de
toets .
of
X Druk op de toets .
U bevindt zich nu in het menu Snelle toegang.
X Selecteer de optie 7HOHIRQ of 7HOHIRRQ
PHQX
(alleen mobiele telefoon).
5053
Het hoofdmenu Telefoon verschijnt.
X Door de draai-/drukknop te
draaien kunt u nu tussen
1XPPHUNLH]HQ, .LH]HQXLWDGUHVERHN, 2SURHSOLMVW, $ODUPQXPPHU, ,QVWHOOLQJen 7HOHIRRQXLWVFKDNHOHQ (alleen interne te-
lefoon en SIM-toegang) kiezen.
X Druk op de draai-/drukknop om
de keuze te bevestigen.
De gewenste functie wordt opgeroepen.
1XPPHUNLH]HQ
Hiermee gaat u naar het invoermenu voor een telefoonnummer. Zie „Num­mer kiezen“ op pagina 353.
.LH]HQXLWDGUHVERHN
• U kunt een telefoonnummer uit het adresboek selecteren. Zie „Nummer uit adresboek selecteren“ op pagina 354.
2SURHSOLMVW U kunt de gesprekslijsten voor gemis­te gesprekken, aangenomen gesprek­ken en gekozen nummers laten weergeven. Zie „Gesprekslijsten“ op pagina 355.
$ODUPQXPPHU
U kunt met het alarmnummer „112“ bellen. Zie „Alarmnummer“ op pagina 356.
,QVWHOOLQJ
U kunt de functies „Gesprekken door­schakelen“, „Kiezen van nummers“, „Netwerk kiezen“, „Beltoon“ „PIN­instellingen“ instellen en „Dialoog bij oproep“ in- of uitschakelen. Zie „Instellingen“ op pagina 357.
7HOHIRRQXLWVFKDNHOHQ
(alleen interne telefoon en SIM-toe­gang)
U kunt de interne telefoon uitschake­len. Zie „Telefoon uitschakelen“ op pagina 365.
352
Telefoonmodus
5054

Nummer kiezen

Met deze functie kunt u een telefoon­nummer invoeren en het bellen van dit nummer starten.
X Kies in het hoofdmenu Telefoon de
optie
1XPPHUNLH]HQ.
Op het display verschijnt het invoerme­nu voor het telefoonnummer.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop achter elkaar de cijfers van het gewenste telefoon­nummer.
Aanwijzing
Door kiezen van het symbool kunt u steeds het laatste teken van de invoer wissen. Neem ook de beschrijving onder „In­voermenu’s“ op pagina 266 in acht.
Verbinding opbouwen:
X Kies in het invoermenu de optie .LH]HQ.
of
X Druk langer dan 2 seconden op de
draai-/drukknop .
Met de volgende melding geeft de Cas­cade aan dat de verbinding wordt opge­bouwd.
5055
Door indrukken van de draai-/drukknop
kunt u het bellen onderbreken.
Als de gebelde persoon het gesprek aan­neemt, schakelt de Cascade over op het statusscherm voor actieve telefoonge­sprekken.
Nummer bezet
Als het gebelde nummer bezet is, ver­schijnt de volgende melding (alleen in- terne telefoon en SIM-toegang) en hoort u de bezet-toon:
5056
X Druk op de draai-/drukknop .
Als u zoals onder „Instellingen voor het kiezen“ op pagina 360 beschreven de au­tomatische nummerherhaling hebt geac­tiveerd, verschijnt de volgende melding:
5057
U kunt vervolgens door het kiezen van
NHLQH :LHGHUKROXQJ de nummerherhaling
voor dit nummer starten.
353
Telefoonmodus
Aanwijzing:
Sommige mobiele telefoons (alleen mobiele telefoon) verbreken de verbin-
ding bij een ingesprektoon zo snel, dat u geen ingesprektoon kunt horen. Het menu van waaruit het bellen is gestart, wordt dan meteen weer weergegeven.
Nummer uit adresboek selecte­ren
Met deze functie kunt u een telefoon­nummer van een adresboekvermelding selecteren en het bellen van dit nummer starten.
X Kies in het hoofdmenu Telefoon de
optie
.LH]HQXLWDGUHVERHN.
5058
De adresboekvermeldingen met een te­lefoonnummer verschijnen.
Aanwijzing:
Als er één of meerdere telefoonnum­mers bij meer dan 10 vermeldingen in het adresboek opgeslagen zijn, ver­schijnt er een invoermenu om de ge­wenste naam op te zoeken.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop de gewenste vermelding.
Als er meerdere telefoonnummers in de adresboekvermelding opgeslagen zijn, verschijnt de volgende melding.
5059
Aanwijzing:
De maximaal drie weergegeven tele­foonnummers zijn met verschillende symbolen gemarkeerd:
staat voor het mobiele-telefoon-
nummer.
staat voor het zakelijke nummer. staat voor het privé-nummer.
X Kies door draaien van de draai-/druk-
knop en vervolgens indrukken van de draai-/drukknop het gewenste nummer.
De verbinding wordt opgebouwd.
354
Loading...