ATAG VA6411TT User Manual [nl]

Page 1
   
VA 6411TT VA 9411TT
handleiding
Page 2
Page 3
Veiligheidsvoorschriften 4. . . . . . . .
Kennismaking met het apparaat 6.
Vóór het eerste gebruik 7. . . . . . . . .
Instellen van de
wateronthardingsinstallatie 8. . . . . .
Onthardingszout toevoegen 9. . . . .
Vullen met glansspoelmiddel 10. . . .
Niet geschikt voor de afwasautomaat 1 1
Serviesgoed sorteren 12. . . . . . . . . .
Afwasmiddelen 15. . . . . . . . . . . . . . . .
auto 3in1 17. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud
serve@Home * 19. . . . . . . . . . . . . . . .
Instellen van het apparaat 20. . . . . .
Programma-overzicht 21. . . . . . . . . .
Opties /basisinstellingen kiezen 22. .
Schoonmaken en onderhoud 28. . . .
Opsporing van storingen 30. . . . . . . .
Inschakelen van de Servicedienst 33
Aanwijzingen 34. . . . . . . . . . . . . . . . .
Installatie 35. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Afvoeren van de verpakking en
van uw oude apparaat 37. . . . . . . . . .
Page 4
Veiligheidsvoorschriften
Bij aflevering
Controleer onmiddellijk of de verpakking en de afwasautomaat tijdens het transport beschadigd zijn. Een beschadigd apparaat niet in gebruik nemen maar contact opnemen met uw leverancier.
Het verpakkingsmateriaal volgens de bestaande milieuvoorschriften (laten) afvoeren:
Het karton bestaat voornamelijk uit oudpapier.
Het opvulmateriaal is van CFK-vrij geschuimd styropor.
Het foliemateriaal van polyetheen (PE) bestaat voor een deel uit secundaire grondstoffen.
Het hout (indien aanwezig) is van afvalhout en onbehandeld.
De banden (indien aanwezig) zijn van polypropeen (PP).
Bij de installatie
Het apparaat volgens het installatie­en montagevoorschrift plaatsen en aansluiten.
Tijdens het installeren mag de afwasautomaat niet op het lichtnet zijn aangesloten.
Overtuig u ervan dat het aardings­systeem van de elektrische huisinstallatie volgens de geldende elektrotechnische voorschriften is geïnstalleerd.
De elektrische aansluitvoorwaarden moeten overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje van de afwasautomaat.
Om uw afwasautomaat geschikt te maken voor serve@Home, hebt u een speciaal toebehoor nodig: een systeeminterface (verkrijgbaar bij uw leverancier). Breng het toebehoor volgens het meegeleverde montagevoorschrift in de schacht aan de voorkant van de afwasautomaat aan.
Als de afwasautomaat in een hoge kast moet worden ingebouwd, dan moet hij volgens de voorschriften en bovendien aan de achterwand bevestigd worden.
Voor een goede stabiliteit van het apparaat mogen integreerbare of onderbouwapparaten alleen onder een doorlopend werkblad worden ingebouwd dat aan de kasten ernaast is vastgeschroefd.
Na het plaatsen van het apparaat moet de stekker gemakkelijk te bereiken zijn.
Niet bij alle modellen: Het kunststof huis aan de water­aansluiting bevat een elektrisch ventiel. In de toevoerslang bevinden zich de aansluitingsleidingen. De slang niet doorsnijden en het kunststof huis niet in water onderdompelen.
Waarschuwing
Als het toestel niet in een nis staat en daardoor een zijwand toegankelijk is, dan moeten de deurscharnieren om veiligheidsredenen bedekt worden (gevaar voor verwondingen). De afdekkingen krijgt u als extra toebehoren bij de klantendienst of uw dealer.
4
Page 5
Dagelijks gebruik
Waarschuwing
Messen en andere voorwerpen met scherpe punten met de punten naar beneden inruimen of plat in de servieskorf leggen.
De afwasautomaat alleen in het huishouden gebruiken en alleen voor het aangegeven doel: het afwassen van huishoudelijk serviesgoed.
Niet op de geopende deur gaan zitten of staan. Het apparaat kan kantelen.
Bij vrijstaande apparaten erop letten dat het apparaat naar voren kan kiepen bij te vol geladen servieskorven.
Het water in de spoelruimte is geen drinkwater.
Doe geen oplosmiddel in de spoelruimte. Kans op explosie.
Tijdens het programmaverloop de deur alleen heel voorzichtig openen. Er kan water uit het apparaat spuiten.
Om verwondingen bijv. door struikelen te voorkomen: de afwasautomaat tijdens het in- en uitladen zo kort mogelijk openen.
Let op de veiligheidsvoorschriften resp. de aanwijzingen op de verpakking van het afwa- en glansspoelmiddel.
Bij kinderen in het huishouden
Kleine kinderen mogen niet met de afwasautomaat spelen of deze bedienen.
Kleine kinderen uit de buurt van afwasmiddel of glansspoelmiddel houden. Deze kunnen irritaties in mond, keel en ogen veroorzaken of tot verstikking leiden.
Kleine kinderen uit de buurt van de geopende afwasautomaat houden. Er kunnen nog resten afwasmiddel in het apparaat zijn achtergebleven.
Kinderbeveiliging *
* niet bij alle modellen Bekijk eerst de afbeeldingen in de omslag.
40 Kinderbeveiliging inschakelen 41 Deur met ingeschakelde
kinderbeveiliging openen
42 Kinderbeveiliging uitschakelen
Bij schade
Reparaties mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd.
Bij reparaties mag het apparaat niet op het lichtnet zijn aangesloten. Stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de meterkast uitschakelen. Alleen aan de stekker trekken, niet aan de aansluitkabel. Kraan dichtdraaien.
Bij het afvoeren van het apparaat
Afgedankte apparaten onmiddellijk onbruikbaar maken waardoor ongevallen worden voorkomen. Stekker uit het stopcontact trekken, aansluitkabel doorknippen en de deursluiting onklaar maken.
Het apparaat volgens de bestaande milieuvoorschriften (laten) afvoeren.
Waarschuwing
Kinderen kunnen in het toestel ingesloten raken (verstikkingsgevaar) of in andere situaties terechtkomen. Daarom: Stekker uittrekken, netkabel afsnijden en weggooien. Deurslot zodanig kapot maken dat de deur niet meer sluit.
5
Page 6
Kennismaking met het apparaat
De afbeeldingen van het bedieningspaneel en van de binnenruimte van het apparaat vindt u vooraan in de omslag van deze gebruiksaanwijzing.
Bedieningspaneel
1 Hoofdschakelaar 2 Toets M/OK: opties kiezen
(gewijzigde waarde opslaan)
3 Toetsen – en +: programma’s
en instellingen kiezen
4 Starttoets: Het programma start 5 Op de indicatie verschijnt in
tekstvorm informatie over de programma’s, opties en instellingen die u kunt kiezen en over de handelingen die u moet verrichten.
6 Toets om de deur te openen
De oplichtende pijlen geven aan of u met – of +
3 andere instellingen kunt kiezen.
Deze afwasautomaat is uitgerust met sensortoetsen. Aantippen van de toetsen is voldoende.
Houd het bedieningspaneel steeds schoon en vetvrij zodat een fout bij de bediening is uitgesloten. Gebruik alleen een droog of vochtig doekje en geen krassende of schurende schoonmaakmiddelen.
Binnenkant van het apparaat
Bovenste servieskorf
20
Extra bestekkorf* voor de bovenste
21
servieskorf Etagère*
22
Bovenste sproeiarm
23
Onderste sproeiarm
24
Reservoir voor onthardingszout
25
Zeven
26
Bestekkorf
27
Onderste servieskorf
28
Vergrendeling voor
29
afwasmiddelbakje Reservoir voor glansspoelmiddel
30
met bijvulindicatie Afwasmiddelbakje
31
Typeplaatje
32
* niet bij alle modellen
6
Page 7
Vóór het eerste gebruik
Bij het eerste gebruik moet de taal worden uitgekozen. Na het inschakelen verschijnt de volgende indicatie:
De afkorting DE van „Duits” knippert. Als u een andere taal wilt kiezen, druk dan net zo vaak – of + 3 in tot de afkorting van de gewenste taal knippert.
Bevestig de gekozen taal met M/OK
2 .
Alle teksten op het display verschijnen nu in de gekozen taal.
OK
M
<>
–+
DE EN FR NL IT EL
Verkeerde taal ingesteld
Zo komt u weer in het menu Taal kiezen:
1. Apparaat uitschakelen.
2. Apparaat inschakelen. Toets M/OK
2 net zo vaak indrukken tot op het
display de indicatie Taal kiezen brandt.
3. Gewenste taal kiezen en bevestigen.
Start
Middelen voor het gebruik klaarzetten
Voor het gebruik van uw afwasautomaat hebt u nodig:
onthardingszout (alleen bij een te hoge waterhardheid, zie hoofdstuk „Instellen van de wateronthardingsinstallatie”),
glansspoelmiddel, afwasmiddel.
Gebruik uitsluitend produkten die geschikt zijn voor een afwasautomaat.
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt na het kiezen van de taal onthardingszout (indien nodig) en glansspoelmiddel in het apparaat doen en de wateronthardingsinstallatie instellen. Ga te werk zoals beschreven in de hoofdstukken „Vullen met onthardingszout”, „Vullen met glansspoelmiddel” en „Instellen van de wateronthardingsinstallatie”.
7
Page 8
Instellen van de wateronthardingsinstallatie
Voor een goed afwasresultaat heeft de afwasautomaat zacht water, d.w.z. water met weinig kalk nodig. Anders zetten zich witte kalkresten op het serviesgoed en de binnenkant van de spoelruimte af. Leidingwater met een te hoge hardheidsgraad moet voor gebruik in de afwasautomaat onthard, d.w.z. ontkalkt worden. Dit gebeurt met behulp van speciaal zout in de wateronthardingsinstallatie van de afwasautomaat. De instelling en daarmee de benodigde hoeveelheid zout zijn afhankelijk van de hardheidsgraad van het leidingwater.
De onthardingsinstallatie hoeft alleen ingesteld te worden voordat u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt of bij veranderde waterhardheid.
De waterhardheid bij het waterleidingbedrijf of bij de Servicedienst opvragen.
Apparaat met de hoofdschakelaar 1 inschakelen. Op het display verschijnt
het startmenu (als u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt pas nadat u een taal hebt gekozen en eventueel de reservoirs met zout en glansspoelmiddel hebt gevuld).
Toets M/OK 2 net zo vaak indrukken tot de instelling „Hardheid” op het display verschijnt.
Met de toetsen – of + 3 de instelwaarde tussen 0 en 7 kiezen die volgens de onderstaande tabel overeenkomt met de hardheidsgraad van uw leidingwater. In de fabriek is ingesteld op „Hardheid 4”.
Toets M/OK 2 indrukken. Hiermee is de instelwaarde in het geheugen opgeslagen en keert u terug naar het startmenu.
Bij instelwaarde „0” is de wateronthardingsinstallatie uitgeschakeld. Een eventueel gebrek aan zout wordt niet aangegeven.
Tabel voor de waterhardheid
8
Page 9
Onthardingszout toevoegen
Attentie
Als de hardheidsgraad van het leidingwater overeenkomt met de instelwaarde
(zie het hoofdstuk „Instellen van de wateronthardingsinstallatie”), dan hoeft u geen zout toe te voegen omdat er tijdens het afwassen geen zout wordt verbruikt. Bij het instellen op
tot moet het zoutreservoir met zout gevuld worden.
Tijdens het afwassen wordt het zout automatisch uit het zoutreservoir in de wateronthardingsinstallatie gespoeld waar de kalk wordt opgelost. De kalkhoudende oplossing wordt uit de afwasautomaat gepompt. Daarna functioneert het onthardingssysteem weer. Het regenereren functioneert alleen als het zout in het water is opgelost.
Een gebrek aan zout wordt na het inschakelen van het apparaat op het display aangegeven met de aanwijzing „Vul onthardingszout”. (Deze aanwijzing verschijnt niet meer als u op de wateronthardingsinstallatie de waarde
hebt ingesteld.)
De schroefdop van het voorraadreservoir
Voordat u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt: ca. 1 liter water in het zoutreservoir gieten.
op het apparaat
25 eraf draaien.
Hierna met de meegeleverde maatbeker zoveel zout (geen tafelzout) toevoegen tot het zoutreservoir vol is (maximaal 1,5 kg). Als u het reservoir met zout vult, dan wordt het water verdrongen en loopt weg. Daarom moet altijd onmiddellijk vóór het inschakelen van de afwasautomaat zout worden bijgevuld. (Om corrosie te voorkomen). Hiermee bereikt u dat de overlopende zoutoplossing onmiddellijk wordt verdund en uitgespoeld. Verwijder vervolgens de zoutresten rond de vulopening en schroef het reservoir dicht zonder het deksel er schuin op te draaien.
De indicatie vul onthardingszout gaat uit als zich een voldoende zoutconcentratie heeft gevormd. Als u niet wilt wachten tot de indicatie uitgaat maar onmiddellijk wilt afwassen: met de toets M/OK bevestigen. Als u op dit moment geen zout wilt bijvullen, kunt u de indicatie vul onthardingszout overslaan door de toets M/OK
2 in te drukken.
2 het bijvullen
Het zoutreservoir nooit met afwasmiddel vullen. Hierdoor gaat de onthardingsinstallatie kapot.
Afhankelijk van het aantal afwasbeurten en de instelling van de wateronthardingsinstallatie kan het meerdere maanden duren voordat het zout bijgevuld dient te worden.
9
Page 10
Vullen met glansspoelmiddel
Glansspoelmiddel wordt gebruikt om de glazen helder en het serviesgoed zonder strepen le laten opdrogen.
Gebrek aan glansspoelmiddel wordt na het inschakelen van het apparaat door de indicatie „Vul glansspoelmiddel” aangegeven. U kunt het reservoir zowel bij geheel geopende deur als bij half geopende deur – in een gemakkelijkere houding – met glansspoelmiddel vullen.
Reservoir voor glansspoelmiddel 30 openen. Hiertoe op de knop op het deksel van het voorraadreservoir drukken en het deksel openklappen. Bij half geopende deur ook het vulbakje tot de aanslag eruit trekken.
Indien nodig de hoeveelheid glansspoelmiddel die tijdens het naspoelen wordt toegevoegd, veranderen. Kies hiervoor de optie Hoeveelheid glansspoelmiddel op het apparaat zoals beschreven in het hoofdstuk „Instellen van het apparaat” onder „Opties/basisinstellingen kiezen”.
Indicatie glansspoelmiddel bijvullen
Vullen bij geheel geopende deur van het apparaat.
Het voorraadreservoir langzaam vullen met glansspoelmiddel. Niet laten overlopen. Er is voldoende glansspoelmiddel aanwezig als bij geheel geopende deur de indicatie op het voorraadreservoir donker is en de indicatie Vul glansspoelmiddel niet meer brandt.
Deksel van het voorraadreservoir sluiten tot u een klik hoort. Hierbij wordt eventueel de doseerhulp automatisch weer naar binnen geklapt.
Als u pas op een later tijdstip glansspoelmiddel wilt bijvullen, dan kunt u de indicatie Vul glansspoelmiddel overslaan door de toets M/OK 2 in te drukken.
10
Vullen bij half geopende deur.
Attentie!
Gebruik alleen glansspoelmiddel dat geschikt is voor huishoudelijke afwasautomaten. Gemorst glansspoelmiddel kan bij de volgende afwasbeurt tot overmatige schuimvorming leiden. Het ernaast gegoten glansspoelmiddel daarom met een doekje verwijderen.
Page 11
Niet geschikt voor de afwasautomaat
In uw afwasautomaat mag u het volgende niet afwassen:
Bestek en serviesgoed van hout of met houten onderdelen. Ze logen uit en worden lelijk; ook is de gebruikte lijm niet bestand tegen de optredende temperaturen.
Gevoelige, gedecoreerde glazen, met de hand beschilderde vazen en serviesgoed, speciaal antiek of onvervangbaar serviesgoed. De decoraties waren nog niet geschikt voor de afwasautomaat.
Kunststof voorwerpen die gevoelig zijn voor heet water.
Koperen en tinnen serviesgoed. Serviesgoed dat bevuild is met as,
kaarsvet, smeerolie of verf. Materiaal dat water absorbeert,
zoals sponzen of doeken.
Geglazuurd serviesgoed en voorwerpen van aluminium en zilver kunnen bij het afwassen gaan verkleuren of verbleken. Ook sommige soorten glas (bijv. voorwerpen van kristal) kunnen dof worden nadat ze vele malen zijn afgewassen.
Advies:
koop voortaan alleen serviesgoed waarop staat aangegeven dat het geschikt is voor de afwasmachine.
Schade aan glas en serviesgoed
Oorzaken:
glassoort en fabricagewijze van het glas;
chemische samenstelling van het afwasmiddel;
temperatuur van het water en programmaduur van de afwasautomaat.
Advies:
gebruik glas en porcelein dat door de fabricant aangeduid wordt als geschikt voor afwasautomaten.
Gebruik afwasmiddel dat het serviesgoed ontziet. U kunt dit informeren bij de fabricant van het afwasmiddel.
Kies een programma met een zo laag mogelijke temperatuur en een korte programmaduur.
Om beschadigingen te voorkomen glas en bestek na afloop van het programma zo snel mogelijk uit de afwasautomaat halen.
11
Page 12
Serviesgoed sorteren
Serviesgoed inruimen
Grove etensresten verwijderen. Voorspoelen onder stromend water is niet nodig.
Het serviesgoed als volgt inruimen:
alle soorten vaatwerk zoals kopjes, glazen, pannen etc. met de opening naar beneden zetten.
Serviesgoed met een ronding of een holte schuin in de servieskorf zetten zodat het water er vanaf kan lopen.
Het serviesgoed moet stevig staan en mag niet wankelen.
De twee sproeiarmen moeten ongehinderd kunnen ronddraaien.
Heel kleine stukken kunnen niet in de machine gewassen worden omdat ze makkelijk uit de manden kunnen vallen.
Vaatwerk uit de machine halen
Om te vermijden dat waterdruppels van de bovenste mand op het vaatwerk in de onderste mand vallen, is het aan te raden om eerst de onderste en dan de bovenste mand te legen.
Kopjes en glazen
Bovenste servieskorf 20
Pannen
Onderste servieskorf 28
Bestek
Bestek altijd ongesorteerd met het eetvlak naar beneden inruimen. Zo kan de sproeistraal elk stuk bestek beter bereiken.
Om verwondingen te voorkomen: lange, puntige bestekdelen en messen op de etagère (niet bij alle modellen) of op de besteketagère (tegen meerprijs verkrijgbaar) leggen.
Omklapbare bordensteunen *
* niet bij alle modellen De bordensteunen zijn omklapbaar
waardoor pannen en schalen practischer kunnen worden ingeruimd.
* niet bij alle modellen
12
Page 13
De etagère *
* niet bij alle modellen Hoge glazen en glazen op een hoge voet
niet tegen het servies maar tegen de rand van de etagère laten leunen.
Lange voorwerpen, voorsnij- en slacouverts, pollepels of messen op de etagère leggen zodat de sproeiarmen ongehinderd kunnen ronddraaien. U kunt de etagère naar wens in- en uitklappen.
Houder voor kleingoed *
* niet bij alle modellen Hier kunnen lichte voorwerpen van
kunststof zoals bekers, deksels enz. vastgeklemd worden.
Verstellen van de korfhoogte *
* niet bij alle modellen
Ø max.
86cm
20/*25cm
Ø max. 34/*29cm
Ø max. 20/*25cm
81cm
Ø max. 30/*25cm
De bovenste servieskorf kan – indien gewenst – in de hoogte versteld worden om in de bovenste of in de onderste servieskorf meer ruimte te maken voor hoger serviesgoed.
Afhankelijk van de uitvoering van de bovenste servieskorf in uw model afwasautomaat kunt u kiezen uit een van de volgende manieren om te werk te gaan:
13
Page 14
bovenste servieskorf met boven en onder een paar rollen
De bovenste servieskorf uittrekken. De bovenste servieskorf eruit halen en
op de bovenste resp. onderste rollen weer inhangen.
Bovenste servieskorf met hendels aan de zijkant (Rackmatic)
De bovenste servieskorf uittrekken.
Om de korf te laten zakken: de twee hendels links en rechts aan de buitenkant van de korf één voor één naar binnen drukken. Hierbij altijd de korf aan de zijkant met één hand aan de bovenste rand vasthouden. Hiermee voorkomt u dat de korf plotseling naar beneden valt (waardoor het serviesgoed beschadigd kan worden).
Om de korf op te tillen: de korf aan de zijkant aan de bovenste rand vastpakken en naar boven trekken.
Overtuig u ervan dat de korf – voordat u hem weer in het apparaat schuift – aan beide zijden op dezelfde hoogte staat. Anders kan de deur van het apparaat niet dicht en heeft de bovenste sproeiarm geen verbinding met het aansluitpunt van de watertoevoer.
14
Bakplaat-sproeikop *
* niet bij alle modellen Grote bakplaten of roosters kunt u met
behulp van de bakplaat-sproeikop reinigen. Hiertoe de bovenste servieskorf eruit halen en de sproeikop zoals afgebeeld erin zetten.
Page 15
De bakplaten zoals afgebeeld inruimen zodat de sproeistraal alle delen kan bereiken (maximaal 4 bakplaten en 2 roosters).
Afwasmiddelen
Attentie
U kunt in uw afwasautomaat de in de handel verkrijgbare vloeibare of poedervormige afwasmiddelen, resp. tabletten gebruiken (geen handafwasmiddel!).
Er zijn momenteel drie soorten afwasmiddel verkrijgbaar:
1. met fosfaat en chloor
2. met fosfaat en zonder chloor
3. zonder fosfaat en zonder chloor Bij gebruik van afwasmiddel zonder
fosfaat kan er bij hard leidingwater eerder witte aanslag op het serviesgoed en de wanden van de spoelruimte ontstaan. U kunt dit vermijden door een grotere hoeveelheid afwasmiddel te doseren.
Afwasmiddel zonder chloor heeft een geringere bleekwerking. Dit kan leiden tot een versterkte aanslag van thee of tot verkleuringen op kunststof onderdelen.
Attentie
De afwasautomaat altijd met de bovenste servieskorf of de bakplaat-sproeikop gebruiken!
De oplossing in dit geval: – het gebruik van het afwasprogramma „AUTOMATISCH SUPER“ of – het doseren van een grotere hoeveelheid afwasmiddel of – het gebruik van een afwasmiddel met chloor.
Of een afwasmiddel geschikt is voor zilveren voorwerpen vindt u op de verpakking van het afwasmiddel.
Hebt u nog andere vragen, dan raden wij u aan contact op te nemen met de fabrikant van het afwasmiddel.
15
Page 16
Afwasmiddelbakje met doseerhulp
De indeling in het afwasmiddelbakje biedt hulp bij de juiste dosering van het afwasmiddel. Het afwasmiddelbakje bevat tot de onderste lijn 15 ml en tot de middelste lijn 25 ml afwasmiddel. Een vol afwasmiddelbakje bevat 40 ml als de deur horizontaal is geopend.
Vullen met afwasmiddel
U kunt het afwasmiddelbakje zowel bij geheel geopende deur als bij half geopende deur – in een gemakkelijkere houding – met afwasmiddel vullen.
Als het afwasbakje nog dicht is: op de vergrendeling drukken om het te
openen.
Afwasmiddelbakje met afwasmiddel vullen.
Neem voor een juiste dosering de gegevens van de fabrikant op de verpakking van het afwasmiddel in acht.
Bij half geopende deur nu nog op de knop aan de rechter zijkant van het afwasmiddelbakje drukken. Afwasmiddelreservoir en deksel klappen naar buiten. Het afwasmiddelreservoir ietsje optillen waardoor het zich nog gemakkelijk laat vastklikken.
16
Attentie!
Doordat de reinigingstabletten van verschillend fabrikaat op een verschillende manier oplossen, is het mogelijk dat bij korte programma’s niet de volle reinigingskracht wordt bereikt. Voor deze programma’s is een reinigingsmiddel in poedervorm beter geschikt.
Bij „AUTOMATISCH SUPER“-afwassen ca. 10–15 ml afwasmiddel extra in het speciale vakje van het apparaat strooien.
Page 17
Besparingstip
Als het serviesgoed niet erg vuil is, kunt u normalerwijze volstaan met minder afwasmiddel dan is aangegeven.
Bij gebruik van tabletten vindt u op de verpakking waar u de tabletten moet gebruiken (bijv. in de bestekkorf, het afwasmiddelbakje etc.).
Afwasmiddelbakje sluiten. Hiertoe het deksel helemaal over het bakje schuiven (1) en daarna naar beneden drukken (2) tot het hoorbaar vastklikt.
Het afwasmiddelbakje sluiten bij geheel geopende deur.
Afwasmiddelbakje sluiten bij half geopende deur.
Tijdens het afwassen wordt het deksel van het afwasmiddelbakje automatisch geopend en het afwasmiddel weggespoeld. Hierdoor is na afloop van het programma het deksel geopend.
auto 3in1
Het gebruik van zogenaamde gecombineerde reinigingsproducten kan het gebruik van glansspoelmiddel en/of onthardingszout overbodig maken.
Op het moment zijn verschillende soorten gecombineerde reinigingsproducten verkrijgbaar:
3in1: deze bevatten afwasmiddel, glansspoelmiddel en een zoutfunctie.
2in1: deze bevatten afwasmiddel en glansspoelmiddel of een zoutfuntie.
>>> Altijd nakijken om welk soort
afwasmiddel of gecombineerd product het gaat!
De gebruiksaanwijzing of de aanwijzingen op de verpakking altijd in acht nemen.
Het afwasprogramma past zich automatisch zó aan dat altijd het best mogelijke afwas- en droogresultaat wordt bereikt.
Neem de volgende belangrijke aanwijzingen in acht bij het gebruik van gecombineerde reinigingsproducten:
Alleen tot een waterhardheid van 21 dH (37 fH, 26 Clarke, 3,7 mmol/L) kan van het gebruik van onthardingszout worden afgezien. Andere instellingen aan het apparaat zijn overbodig.
Bij een waterhardheid van meer dan 21 dH (37 fH, 26Clarke, 3,7 mmol/L) is het gebruik van zout wel noodzakelijk. Zoutreservoir zout vullen en de wateronthardingsinstallatie op stand 6 zetten.
Neem in geval van twijfel contact op met de fabrikant van het reinigingsmiddel, vooral als:
het serviesgoed na afloop van het programma erg nat is,
er kalkaanslag ontstaat.
25 met
17
Page 18
Attentie!
Optimale afwas- en droogresultaten bereikt u door het gebruik van normale afwasmiddelen in (apart) gebruik van onthardingszout en glansspoelmiddel.
Het in acht nemen van de gebruiksaanwijzing of de aanwijzingen op de verpakking van de gecombineerde reinigingsmiddelen is van groot belang voor de effectiviteit van deze middelen.
Attentie!
Ook als de indicatie glansspoelmiddel bijvullen en/of onthardingszout bijvullen brandt, loopt het afwasprogramma bij gebruik van 3in1 producten probleemloos af.
Als de indicatie glansspoelmiddel bijvullen of onthardingszout bijvullen u stoort en u deze wilt uitschakelen, ga dan als volgt te werk:
combinatie met
„Vul glansspoelmiddel” uit-/inschakelen:
Apparaat met de hoofdschakelaar 1 inschakelen. Toets M/OK 2 net zo vaak indrukken
tot de instelling „Glansmiddel 4” op de indicatie verschijnt.
Met de toetsen – of + 3 kunt u een instelwaarde tussen 0 en 6 kiezen. In de fabriek is op „Glansmiddel 4” ingesteld. Om uit te schakelen stand „0” kiezen
Toets M/OK 2 indrukken. Hiermee is de instelwaarde in het geheugen opgeslagen en keert u terug naar het startmenu.
Bij instelling op „0” wordt geen glansspoelmiddel toegevoegd. Een eventueel gebrek aan glansspoelmiddel wordt niet
aangegeven.
„Vul onthardingszout” en hiermee de wateronthardingsinstallatie uit-/inschakelen:
Apparaat met de hoofdschakelaar 1 inschakelen. Toets M/OK 2 net zo vaak indrukken
tot de instelling „Hardheid” op het display verschijnt.
Met de toetsen – of + 3 kunt u een instelwaarde tussen 0 (uit) en 7 kiezen. In de fabriek is ingesteld op „Hardheid 4”. Om uit te schakelen: de instelwaarde „0” kiezen
Toets M/OK 2 indrukken. Hiermee is de instelwaarde in het geheugen opgeslagen en keert u terug naar het startmenu.
Bij instelwaarde „0” (uit) is de wateronthardingsinstallatie uitgeschakeld. Een eventueel gebrek aan zout wordt niet aangegeven.
Attentie!
Als u afwasmiddel en glansspoelmiddel apart gebruikt of als u van gecombineerde reinigingsmiddelen op de gebruikelijke reinigingsproducten omschakelt, let er dan op dat de indicatie glansspoelmiddel bijvullen is ingeschakeld en de wateronthardingsinstallatie op de juiste waterhardheid is ingesteld.
18
Page 19
serve@Home *
* niet bij alle modellen Deze afwasautomaat is geschikt voor
serve@Home. serve@Home is een netwerk waarop naast uw afwasautomaat ook andere serve@Home huishoudelijke apparaten aangesloten kunnen worden. Hierdoor heeft u meer comfort en mobiliteit, zowel thuis als onderweg. Om uw afwasautomaat geschikt te maken voor serve@Home, hebt u een speciaal toebehoor nodig: een systeeminterface. Deze is bij uw leverancier tegen meerprijs verkrijgbaar. U moet dit toebehoor in de schacht aan de voorkant van de afwasautomaat aanbrengen. Neem hierbij het met de systeeminterface meegeleverde montagevoorschrift in acht. Als u uw afwasautomaat in de modus „Afstandsbediening aan” zet, dan kunt u het apparaat op afstand bedienen. Als u onderweg bent, dan kunt u de voorbereide, ingeschakelde en gesloten afwasautomaat instellen en starten. U kunt uw afwasautomaat te allen tijde uitschakelen, ook als het apparaat niet in de afstandsbedieningsmodus staat.
Statuscontrole
U kunt te allen tijde controleren in welke status zich uw afwasautomaat bevindt.
Afstandsbediening
Via het serve@Home-systeem kunt u het programma kiezen en de afwasautomaat in gebruik nemen. Om van deze dienst gebruik te kunnen maken moet u de afwasautomaat in de modus „Afstandsbediening aan” zetten.
Aanwijzingen en alarmmelding
Aanwijzingen en alarmmeldingen kunnen van uw afwasautomaat naar uw bedieningseenheid worden doorgegeven.
Afstandsdiagnose
Foutmeldingen kunt u aan de Servicedienst doorgeven waardoor een snellere diagnose plaatsvindt.
19
Page 20
Instellen van het apparaat
Inschakelen van het apparaat
Kraan helemaal opendraaien. Apparaat met de hoofdschakelaar 1 inschakelen, eventueel een gebrek aan
zout en glansspoelmiddel verhelpen (zie de hoofdstukken „Vullen met onthardingszout”, „Vullen met glansspoelmiddel”). Hierna verschijnt het startmenu.
Automatisch afwassen
<>
Na het inschakelen van het apparaat wordt in het startmenu altijd het programma „Automatisch afwassen” aangegeven.
Instellen van het programma
In het startmenu kunt u, uitgaande van het programma „Automatisch afwassen”, achtereenvolgens uit de volgende programma’s kiezen:
„Automatisch super” – „Automatisch afwassen” – „Automatisch soft” – „Snel afwassen” – „Alleen voorspoelen”.
Stel het gewenste programma met de toetsen – of +
Bij de automatische programma’s „Automatisch super”, „Automatisch afwassen” en „Automatisch soft” wordt het programmaverloop automatisch aangepast aan de hoeveelheid en de mate van vervuiling van het serviesgoed. Hierdoor wordt het energie- en waterverbruik zo laag mogelijk gehouden.
Met behulp van het volgende programma-overzicht kunt u voor het soort serviesgoed en de hoeveelheid resp. toestand van de etensresten steeds het geschikte programma kiezen.
3 in.
20
Page 21
Programma-overzicht
Soortserviesgoed bijv. porcelein,
pannen, bestek, glazen, etc.
Soort etensresten bijv. van
Hoeveelheid etensresten
Toestand van de etensresten
Onge­voelig
Soep,
soufflé,
saus,
aardappelen,
deegwaren, rijst, eieren,
gebraden gerechten
erg
aangekoekt
Gemengd
Soep,
aardappelen,
deegwaren, rijst, eieren,
gebraden gerechten
veel –> weinig
weinig aangekoekt
Gevoelig
Koffie, gebak, melk, worst, koude
dranken,
salade
Gemengd
Afspoelen
als het
serviesgoed
enkele dagen
tot de afwas
in het
apparaat
bewaard
wordt.
heel
weinig
Afwas­programma
Programma­verloop
AUTOMATISCH
SUPER
AUTOMATISCH
AFWASSEN
AUTOMA-
TISCH
SOFT
60 – 70 45 – 55 35 – 45 45
Het programmaverloop wordt,
afhankelijk van de belading
van het apparaat en van de
graad van vervuiling van het
serviesgoed, geoptimeerd en
aangepast.
Drogen
SNEL
AFWASSEN
Reinigen
Tussen­spoelen
Naspoelen
ALLEEN
VOOR-
SPOELEN
Voorspoelen
21
Page 22
Programmagegevens
U vindt de programmagegevens (duur, energie- en waterverbruik) in de korte handleiding. Ze hebben betrekking op normale omstandigheden. Door:
verschillen in de hoeveelheid serviesgoed
de temperatuur van het toegevoerde water
de druk in de waterleiding de omgevingstemperatuur toleranties in de netspanning en de onvermijdelijke toleranties
in het apparaat (bijv. temperatuur ,
hoeveelheid water, ...) kunnen grotere afwijkingen optreden. Bij de automatische programma’s kunnen
de verbruikswaarden alleen binnen een bepaald bereik worden aangegeven.
De gegevens over het waterverbruik hebben betrekking op instelling 4 van de waterhardheid.
Opties / basisinstellingen kiezen
Bedieningsprincipe Remote instelling **
De afwasautomaat is bij het eerste gebruik automatisch in een serve@Home netwerk geïnstalleerd. In enkele gevallen kan het toch nodig zijn dat het aanmeldingsproces opnieuw gestart wordt.
Bij keuze van de optie „Remote instelling” verschijnt op het display „Apparaat aanmelden”. Door de toets +
3 in te drukken wordt het apparaat
bij de gateway opnieuw aangemeld. Als de aanmelding gelukt is, springt de indicatie op „Automatisch afwassen”.
Als de aanmelding mislukt is, verschijnt op het display „Geen basis gevonden”.
** Alleen als serve@Home geïnstalleerd is
Uitgaande van het startmenu kunt u door herhaaldelijk de toets M/OK in te drukken achtereenvolgens de volgende opties/basisinstellingen kiezen:
Starttijd kiezen Afstandsbediening** Tijd besparen Droogtegraad Signaalsterkte Dosering glansspoelmiddel Waterhardheid Taal Standaardprogramma’s Remote instelling**
2
22
Page 23
** Alleen als serve@Home geïnstalleerd is
Binnen een optie/basisinstelling
bestaan verscheidene
instelmogelijkheden die met de toetsen
– of +
Een gekozen instelling wordt
geaccepteerd als u met de toets
M/OK 2 naar de volgende
optie/basisinstelling gaat.
Als een instelling met – of + gewijzigd
wordt, dan verschijnt na het opslaan
met M/OK 2 op het display kort
„Waarde opgeslagen”. Hierna keert
de indicatie terug naar het startmenu.
3 gekozen kunnen worden.
Starttijd kiezen
U kunt de start van het programma in stappen van uur tot 24 uur later uitstellen.
Bij keuze van de optie Starttijd
programmeren verschijnt op het display
„Start over 00 min.”.
Stel de gewenste tijd in.
Ga met de toets M/OK 2 naar het
startmenu terug en start het ingestelde
programma met de starttoets 4 .
Deur sluiten. Hierna begint de tijd af
te tellen.
Na afloop van de ingestelde tijd begint
het programma automatisch.
Tot het begin van het programma kunt
u de ingestelde tijd en het ingestelde
programma wijzigen: met de toets –
3 „Terug” naar het startmenu gaan
en de instellingen wijzigen. Hierna het
programma weer starten.
Om de starttijd te wissen: de tijd
terugzetten op „Start over 00 min.”.
Afstandsbediening**
Bij de keuze van de optie Afstandsbediening verschijnt op het display „Afst.bediening uit” (door de fabriek ingesteld)
Door het instellen van de optie „Afst.bediening aan” kunt u deze activeren.
**Alleen als serve@Home geïnstalleerd is
Tijd besparen
Bij de automatische programma’s kunt u de looptijd van het programma verkorten. Om toch een optimaal reinigingsresultaat te bereiken, wordt het water- en energieverbruik verhoogd.
Bij keuze van de optie Tijd besparen verschijnt op het display „Tijd besparen: uit” (door de fabriek ingesteld).
Kies „Tijd besparen: aan”. Ga met de toets M/OK 2 naar het startmenu terug en start het ingestelde
programma met de starttoets 4 . Wilt u bij de volgende afwasbeurt
de optie Tijd besparen niet meer gebruiken, dan moet u de optie weer uitschakelen.
23
Page 24
Droogtegraad
Bij keuze van de optie Droogtegraad
verschijnt op het display „Normaal
drogen” (door de fabriek ingesteld).
Als alternatief kunt u „Spaar-drogen”
of „Extra drogen” kiezen.
Bij „Extra drogen” wordt in alle
programma’s de temperatuur tijdens
het glansspoelen verhoogd. (Wees
voorzichtig met gevoelig serviesgoed.)
Signaalsterkte
U kunt de geluidssterkte van het akoestische signaal voor het einde van het programma verhogen, verlagen of helemaal uitschakelen.
Bij keuze van de optie Signaalsterkte
verschijnt op het display „Signaal 6”
(door de fabriek ingesteld).
U kunt de waarde 0 (akoestische
signalen uitgeschakeld) of waarden
van 1 (zacht) tot 6 (hard) instellen.
Een korte signaaltoon geeft aan welke
geluidssterkte overeenkomt met de
gekozen waarde.
Dosering glansspoelmiddel
De dosering van het glansspoelmiddel kan worden ingesteld.
Bij keuze van de optie Dosering glansspoelmiddel verschijnt op het display de indicatie „Glansmiddel 4” (door de fabriek ingesteld). Verander deze instelling alleen als strepen (lagere waarde) of watervlekken (hogere waarde) op het serviesgoed achterblijven.
U kunt een waarde tussen 0 en 6 instellen.
Waterhardheid
Voordat u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt of bij een veranderde waterhardheid moet de wateronthardingsinstallatie van de afwasautomaat op de hardheidsgraad van uw leidingwater worden ingesteld. Ga te werk zoals in het hoofdstuk „Instellen van de wateronthardingsinstallatie” is beschreven.
Taal
U kunt de bij het voor het eerst in gebruik nemen van het apparaat (zie het hoofdstuk „Voor het eerste gebruik”) de taal veranderen.
Bij keuze van de optie Taal kiezen verschijnen op het display een aantal afkortingen. Het afkortingsteken van de momenteel gekozen taal knippert.
Wilt u een andere taal kiezen, druk dan net zo vaak – of + gewenste taal knippert.
De gekozen taal met M/OK 2 bevestigen.
Alle teksten op het display verschijnen nu in de gekozen taal.
3 in tot de
24
Page 25
Standaardprogramma’s
Naast de afwasprogramma’s die in het startmenu worden aangegeven, kunt u ook nog, uitgaande van het programma Normaal, achtereenvolgens uit de volgende standaardprogramma’s kiezen:
Extra, Eco 50, Eco 45, Normaal 45.
Stel het gewenste programma in en
start het ingestelde programma met
de starttoets 4 .
Als u geen van de aangegeven
standaardprogramma’s wilt instellen,
ga dan via de toets M/OK 2 terug
naar het startmenu.
Extra Eco 50 Eco 45 Normaal 45
Als u de keuze van een standaardprogramma ongedaan wilt maken, druk dan de toets „Terug” in. Het gekozen standaardprogramma wordt op het display aangegeven. Door de toets – of + in te drukken wordt in het startmenu het programma „Automatisch afwassen” aangegeven.
Soort serviesgoed
Hoeveelheid etensresten
Toestand van de etensresten
gemengd serviesgoed
weinig tot veel
weinig aangekoekt
De bijbehorende programmagegevens (duur, energie- en waterverbruik) vindt u in de korte handleiding.
In principe raden wij u aan de automatische programma’s te gebruiken omdat daarin op basis van het variabele programmaverloop het energie- en waterverbruik zo laag mogelijk wordt gehouden. Bij de standaardprogramma’s ligt het programmaverloop daarentegen vast.
25
Page 26
Aqua-Sensor *
* niet bij alle modellen De Aqua-Sensor is een optisch
meetsysteem waarmee de vertroebeling van het afwaswater wordt gemeten. Met infrarood licht kan de vervuiling van het water door losgeweekte etensresten, zoals ei, vet en havermout, herkend worden.
Afhankelijk van het programma treedt de Aqua-Sensor in werking. Als de Aqua-Sensor actief is, kan het ”schone” afwaswater in de volgende reinigingsfase gebruikt worden en/of de temperatuur worden aangepast. Is het water te vuil, dan wordt het afgepompt en door vers water vervangen. Op deze manier wordt het waterverbruik bij ”minder” vervuiling van het serviesgoed met ca. 4 liter verminderd.
Optische indicatie tijdens het programmaverloop *
* niet bij alle modellen Terwijl het afwasprogramma loopt,
verschijnt op de vloer onder de deur van het apparaat een lichtpunt. Deur van de afwasautomaat pas openen als de lichtpunt op de vloer niet meer zichtbaar is.
Bij inbouw in een hoge kast met een volledig aansluitende meubeldeur is de lichtpunt niet zichtbaar.
Starten van het programma
Controleer vóór het starten van het programma of de sproeiarmen ongehinderd kunnen draaien.
Druk in het startmenu de toets „Start”
4 in.
Op het display verschijnt de indicatie „Deur sluiten” afgewisseld met de te verwachten duur van het programma. De tijdopgave is een geschatte waarde Deze komt bij het begin van het programma overeen met de looptijd die het ingestelde programma vermoedelijk nodig heeft. Tijdens het programmaverloop wordt de nog resterende looptijd aan de hand van de temperatuur van het toegevoerde water, de hoeveelheid en de mate van vervuiling van het serviesgoed gecorrigeerd.
Als u een starttijd hebt geprogrammeerd, dan verschijnt na het starten van het programma op het display de indicatie „Deur sluiten” afgewisseld met de voorgeprogrammeerde tijd.
Deur sluiten.
Het programma resp. de voorgeprogrammeerde tijd loopt af.
Zolang de deur na het indrukken van de toets „Start” programma en andere instellingen nog veranderen. Ga hiervoor via de toets M/OK 2 terug naar het startmenu en wijzig van daar uit de instellingen. Hierna het programma opnieuw starten. Als de deur na het starten van het programma gesloten is en het programma al begonnen is, dan moet voor het wijzigen van de instellingen het programma worden afgebroken (zie „Afbreken van het programma”).
4 geopend is, kunt u het
26
Page 27
Onderbreking van het programma
Om het programma te onderbreken de
deur openen. De deur eerst op een kier
zetten om naar buiten spuitend water
te voorkomen.
Op het display verschijnt „Programma
afbreken” afgewisseld met de
indicatie „Deur sluiten”, de resterende
programmaduur, het ingestelde
programma en de actuele stand van
het programma. Om het programma te onderbreken mag
de toets – nooit worden ingedrukt. Anders kan het programma niet worden voortgezet.
Om het programma voort te zetten:
deur sluiten. Het programma loopt
automatisch verder.
Bij aansluiting op warm water of als
het apparaat al is opgewarmd: de deur
eerst een paar minuten op een kier
laten staan en daarna dichtdoen.
Anders kan de deur door de in het
apparaat opgesloten warme lucht weer
openspringen.
3 „Programma afbreken”
Afbreken van het programma
Deur openen. De deur eerst op een kier
zetten om naar buiten spuitend water
te voorkomen.
Op het display verschijnt „Programma
afbreken” afgewisseld met de
indicatie „Deur sluiten”, de resterende
programmaduur, het ingestelde
programma en de actuele stand
van het programma.
Om het programma af te breken:
de toets – 3 „Programma afbreken”
indrukken.
Op het display verschijnen de indicaties
„Om af te breken” en „Deur sluiten”.
Deur sluiten. Het nog aanwezige water
in het apparaat wordt afgepompt.
Zodra het afpompen is beëindigd hoort
u 5 keer een signaal.
Deur openen. Op het display verschijnt
kort de indicatie „Klaar”. Het apparaat
wordt na 5 seconden automatisch
uitgeschakeld.
Einde van het programma
Zodra het programma beëindigd is hoort u 5 keer een signaal.
Deur openen. Op het display verschijnt kort de indicatie „Klaar”. Het apparaat wordt na 5 seconden automatisch uitgeschakeld.
Als de deur niet geopend wordt, is gedurende een uur om de 10 minuten een signaaltoon te horen.
Na het afkoelen het serviesgoed uit het apparaat halen.
Attentie
Om het serviesgoed optimaal te laten drogen: na afloop van het programma ca. 15 minuten wachten voordat u de deur opent en het serviesgoed eruit haalt. Gedurende deze tijd kunnen nog aanwezige resten water op het serviesgoed verdampen en zich afzetten op de binnenwanden van het apparaat.
Attentie
Als er tijdens het gebruik van het apparaat geen stroomtoevoer was (bijv. door het uitschakelen of uitvallen van de stroom) dan blijven alle instellingen opgeslagen. Het programma wordt automatisch voortgezet zodra er weer stroom is.
27
Page 28
Schoonmaken en onderhoud
Regelmatige controle en onderhoud van het apparaat dragen ertoe bij defecten te voorkomen. Dit bespaart u tijd en ergernis. Daarom moet u af en toe de afwasautomaat goed controleren.
Algemene toestand van de machine
Spoelruimte controleren op kalkaanslag
en vetresten. Als u zulke aanslag aantreft:
afwasmiddelbakje met afwasmiddel
vullen. Het apparaat zonder
serviesgoed in het programma met
de hoogste afwastemperatuur starten. Om het apparaat te reinigen alleen
speciaal voor afwasautomaten geschikte afwas-/schoonmaakmiddelen gebruiken.
Deurafdichting regelmatig met een
vochtig doekje afnemen om vet en
etensresten te verwijderen. Gebruik bij het reinigen van uw
afwasautomaat nooit een stoomreiniger. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele gevolgen.
Onthardingszout
Uw afwasautomaat geeft op het indicatievenster aan wanneer onthardingszout moet worden bijgevuld.
Glansspoelmiddel
Uw afwasautomaat geeft op het indicatievenster aan wanneer glansspoelmiddel moet worden bijgevuld.
Zeven
De zeven 26 zorgen ervoor dat grove etensresten in het spoelwater niet in de afvoerpomp terechtkomen. Door deze etensresten kunnen de zeven verstopt raken.
Het zeefsysteem bestaat uit een zeefcylinder, een vlakke fijne zeef en – afhankelijk van het type apparaat – tevens uit een microzeef (*).
Na elke afwasbeurt de zeven op etensresten controleren.
Na het losdraaien van de zeefcylinder kunt u het zeefsysteem eruit halen. Etensresten verwijderen en de zeven onder stromend water schoonmaken.
Attentie!
Gebruik nooit andere huishoudelijke schoonmaakmiddelen die chloor bevatten! Ze kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid!
28
Page 29
Bij de montage:
het zevensysteem erin zetten en met
de zeefcylinder vastschroeven.
Sproeiarmen
Kalk en etensresten in het spoelwater kunnen de sproei-openingen en de lagers van de sproeiarmen 23 en 24 blokkeren.
Sproeiopeningen van de sproeiarmen op verstopping door etensresten con­troleren.
Eventueel de onderste sproeiarm 24 naar boven eraf trekken. Bovenste sproeiarm 23 eraf schroeven. Sproeiarmen onder stromend water schoonmaken.
3 2 1
0
Sproeiarmen weer vastdrukken resp. vastschroeven.
29
Page 30
Afvoerpomp *
niet bij alle modellen
*
Grove etensresten in het spoelwater die niet door de zeven worden tegengehouden, kunnen de afvoerpomp blokkeren. Het spoelwater wordt dan niet afgepompt en blijft boven de zeef staan. In dit geval:
De stekker van het apparaat altijd eerst uit het stopcontact trekken of de trekschakelaar uitschakelen.
eventueel water eruit scheppen. Zeven 26 eruit halen. Schroef uit de afdekking schroeven
(torx T 20) en de afdekking eraf halen. Binnenruimte controleren op vreemde
voorwerpen en deze – indien nodig – verwijderen.
Afdekking weer aanbrengen en vastschroeven.
Zeven er weer in zetten en vastschroeven.
Torx T20
Opsporing van storingen
Kleine storingen zelf verhelpen
De meest voorkomende storingen in het dagelijks gebruik van het apparaat kunt u zelf verhelpen zonder de hulp van de Servicedienst in te roepen. Hiermee bespaart u kosten en bent u ervan zeker dat u het apparaat weer snel kunt gebruiken. Het volgende overzicht kan u erbij helpen de oorzaken van de ontstane storingen vinden.
Storingen
Attentie
Denk eraan: reparaties mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd. Mocht het uitwisselen van een onderdeel noodzakelijk zijn, let er dan op dat alleen originele onderdelen gebruikt worden. Ondeskundige reparatie of gebruik van niet-originele onderdelen kan aanzienlijke schade en gevaar voor de gebruiker opleveren.
30
... bij het inschakelen Verkeerde taal ingesteld
1
2
Zo komt u weer in het taalkeuzemenu:
1. Apparaat uitschakelen.
2. Apparaat inschakelen en de toets M/OK tot de indicatie Taal kiezen brandt.
3. De gewenste taal kiezen en bevestigen.
2 net zo vaak indrukken
Page 31
Het apparaat start niet.
De zekering van de huisinstallatie is niet in orde.
De stekker zit niet in het stopcontact.
De deur van het apparaat is niet goed gesloten.
De deur van het apparaat werd gesloten zonder dat tevoren het programma gestart werd.
Een tijdje na het starten van het programma is voortdurend een akoestisch signaal te horen.
Er stroomt geen water in het apparaat. Na het openen van de deur verschijnt op het display de indicatie „Check watertoevoer!”.
De kraan is niet open. Kraan helemaal opendraaien en de toets M/OK 2 op het apparaat indrukken. Hierna de deur van het apparaat sluiten zodat het programma kan worden voortgezet.
De zeef aan de watertoevoerslang is verstopt. Apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken. Kraan dichtdraaien. Hierna de zeef die zich aan de aansluiting van de Aqua-Stop resp. de toevoerslang bevindt, schoonmaken. Tenslotte de stroom weer inschakelen, de kraan opendraaien, het apparaat inschakelen en de deur sluiten zodat het programma kan worden voortgezet.
Attentie
Denk eraan: Reparaties mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd. Ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke schade voor de gebruiker opleveren.
... aan het apparaat
de onderste sproeiarm draait moeilijk
Sproeiarm door kleine deeltjes of etensresten geblokkeerd.
Deksel van het afwasmiddelbakje kan niet gesloten worden
Doseerreservoir te vol. Mechanisme door vastgeplakte
afwasmiddelresten geblokkeerd.
Er kleven na de afwas resten afwasmiddel in het reservoir
Reservoir was bij het vullen vochtig, alleen een droog reservoir met afwasmiddel vullen.
De bijvulindicatie brandt niet.
Indicatie glansspoelmiddel bijvullen uitgeschakeld. (zie hoofdstuk auto 3in1)
Indicatie onthardingszout bijvullen uitgeschakeld. (zie hoofdstuk auto 3in1)
Na afloop van het programma blijft er water in het apparaat staan.
De afvoerslang is verstopt of geknikt.
De afvoerpomp is geblokkeerd. De zeven zijn verstopt. Het programma is nog niet
afgelopen. Einde van het programma afwachten of het programma afbreken.
31
Page 32
... bij de afwas
Abnormale schuimvorming
Handafwasmiddel in het reservoir voor glansspoelmiddel.
Gemorst spoelmiddel kan bij de volgende spoelbeurt tot overmatige schuimvorming leiden, daarom moet u het gemorste spoelmiddel met een doek verwijderen.
Het programma stopt tijdens de afwas
Stroomtoevoer onderbroken. Watertoevoer onderbroken.
Klappende geluiden tijdens de afwas
Sproeiarm slaat tegen serviesgoed.
Kletterende geluiden tijdens de afwas
Serviesgoed niet goed ingeruimd.
Klappende geluiden van de vul-ventielen
Wordt veroorzaakt door de ligging van de waterleiding en heeft geen invloed op het functioneren van de machine. Deze geluiden kunnen niet verholpen worden.
... aan het serviesgoed
Er blijven gedeeltelijk etensresten aan het serviesgoed plakken
Het serviesgoed was niet goed ingeruimd, de waterstralen konden het oppervlak niet bereiken.
De servieskorf was te vol. Het serviesgoed ligt tegen elkaar
aan. Te weinig afwasmiddel gebruikt. Een te zwak programma gekozen. Sproeiarmen konden niet
ongehinderd ronddraaien doordat een stuk serviesgoed in de weg stond.
Sproeiers van de sproeiarmen zijn door etensresten verstopt.
De zeven zijn verstopt. Zeven verkeerd ingezet. Afvoerpomp geblokkeerd.
Er ontstaan verkleuringen op kunststof onderdelen
Te weinig afwasmiddel gebruikt.
Er blijven gedeeltelijk witte vlekken op het serviesgoed achter, de glazen blijven melkkleurig
Te weinig afwasmiddel gebruikt. Hoeveelheid glansspoelmiddel te
laag ingesteld. Ondanks een hoge
hardheidsgraad van het leidingwater geen zout toegevoegd.
Onthardingsinstallatie te laag ingesteld.
Het deksel van het zoutreservoir is niet goed vastgedraaid.
Als u afwasmiddel zonder fosfaat hebt gebruikt, probeer dan eens afwasmiddel met fosfaat ter vergelijking.
32
Page 33
Het serviesgoed wordt niet droog
Programma zonder drogen gekozen.
Hoeveelheid glansspoelmiddel te laag ingesteld.
Serviesgoed te snel uit het apparaat gehaald.
De glazen zien er dof uit
Hoeveelheid glansspoelmiddel te laag ingesteld.
Resten thee of lippenstift zijn achtergebleven
Het afwasmiddel heeft te weinig bleekwerking.
Een te lage afwastemperatuur gekozen.
Roestsporen op het bestek
Het bestek is niet voldoende roestbestendig.
Het zoutgehalte in het afwaswater is te hoog.
Deksel van het zoutreservoir niet goed vastgedraaid.
Tijdens het navullen te veel zout toegevoegd.
De glazen worden dof en verkleuren, de aanslag kan niet worden afgewreven
Een ongeschikt afwasmiddel gebruikt.
De glazen zijn niet geschikt voor een afwasautomaat.
Op glazen en bestek blijven strepen achter, de glazen zien er metaalachtig uit.
Hoeveelheid glansspoelmiddel te hoog ingesteld.
Inschakelen van de Servicedienst
Als het u niet lukt de fout te verhelpen, schakel dan de Servicedienst in. Het dichtstbijzijnde adres van de Servicedienst vindt u in het telefoonboek of in de meegeleverde brochure met service-adressen. Geef aan de Servicedienst het typenummer (1) en het FD-nummer (2) op. U vindt deze gegevens op het typeplaatje 32 op de deur van het apparaat.
1
FD
2
Opgelet
We willen er u op wijzen dat een bezoek van een technicus van onze klantendienst naar aanleiding van een de beschreven storingen ook tijdens de garantieperiode niet kostenloos is.
... serve@Home
De afwasautomaat kan niet bestuurd worden via serve@Home.
Het apparaat is niet aangesloten op het netwerk.
Het apparaat is niet in paraatheid voor serve@Home.
Systeeminterface is niet geïnstalleerd.
33
Page 34
Aanwijzingen
Afvoeren van de verpakking en van uw oude apparaat
Een oud apparaat is geen waardeloos afval! Door een milieuvriendelijke afvoer kunnen waardevolle grondstoffen na bewerking opnieuw gebruikt worden.
Bij afgedankte apparaten de stekker uit het stopcontact trekken, aansluitkabel doorknippen en samen met de stekker verwijderen. Deurslot en kinderbeveiliging (indien aanwezig) onklaar maken. Hiermee voorkomt u dat kinderen zichzelf tijdens het spelen in het apparaat opsluiten en in levensgevaar geraken.
Uw nieuwe apparaat werd tijdens het transport naar u door de verpakking beschermd. Voor de verpakking wordt gebruik gemaakt van materialen die het milieu kan verdragen en die geschikt zijn voor hergebruik. Help daarom mee en zorg ervoor dat de verpakking milieuvriendelijk wordt afgevoerd.
U kunt bij uw leverancier of bij de reinigingsdienst in uw gemeente informeren hoe u uw oude apparaat en het verpakkingsmateriaal van het nieuwe apparaat kunt (laten) afvoeren.
Laat kinderen niet met de verpakking en de onderdelen daarvan spelen. Kans op stikken door vouwdozen en folie.
Aanwijzingen voor vergelijkende tests
De voorwaarden voor de vergelijkende tests vindt u op het extra blad “Aanwijzingen voor vergelijkende tests”. De verbruikswaarden voor de betreffende programma’s vindt u in de korte handleiding.
Algemeen
Geïntegreerde en onderbouwapparaten die achteraf als vrijstaand apparaat worden opgesteld, moeten beveiligd worden tegen kantelen, bijv. door vastschroeven aan de muur of door inbouw onder een doorlopend werkblad dat aan de kasten ernaast is vastgeschroefd.
34
Page 35
Installatie
Om de afwasautomaat goed te laten functioneren moet hij vakkundig worden aangesloten. De gegevens van de watertoevoer en -afvoer en de elektrische aansluitwaarden moeten met de vereiste criteria overeenkomen zoals deze in de volgende alinea’s resp. in het montagevoorschrift zijn beschreven.
Bij de montage de juiste volgorde van de handelingen aanhouden: – bij aflevering controleren – plaatsen – aansluiten op de waterafvoer – aansluiten op de watertoevoer – elektrische aansluiting
Aflevering
Uw afwasautomaat werd in de fabriek zorgvuldig getest op functioneren waardoor kleine watervlekken zijn achtergebleven. Deze verdwijnen na de eerste afwas.
Plaatsing
De vereiste inbouwmaten vindt u in het montagevoorschrift. Het apparaat met behulp van de verstelbare voetjes waterpas zetten. Let erop dat het apparaat stevig staat.
Aansluiten op de waterafvoer
De noodzakelijke handelingen vindt u in het montagevoorschrift. Eventueel een sifon met aansluitnippel monteren. Afvoerslang met behulp van de meegeleverde onderdelen op de aansluitnippel van de sifon aansluiten. Let erop dat de afvoerslang niet geknikt, platgedrukt of ineengestrengeld is. (Let er ook op dat de stop niet in de wasbak zit zodat het water ongehinderd kan weglopen!)
Aansluiten op de watertoevoer
Aansluiting volgens montagevoorschrift. Toevoerslang met behulp van de meegeleverde onderdelen op de kraan aansluiten.
Let erop dat de watertoevoerslang niet geknikt, platgedrukt of ineengestrengeld is. Bij vervanging van het apparaat moet ook de watertoevoerslang voor de aansluiting op de kraan vervangen worden. De oude toevoerslang mag niet meer gebruikt worden.
Waterdruk:
minimaal 0,05 MPa (0,5 bar), maximaal 1 MPa (10 bar). Bij hogere druk een reduceerventiel aanbrengen.
Hoeveelheid binnenstromend water:
minimaal 10 liter per minuut.
Temperatuur van het water:
bij voorkeur koud water. Warm water mag maximaal een temperatuur van 60 °C hebben.
Elektrische aansluiting
Het apparaat uitsluitend via een volgens de voorschriften aangebracht, randgeaard stopcontact op 230 volt wisselstroom aansluiten. Zie het typeplaatje 32 voor de vereiste zekering. Het stopcontact moet zich in de buurt van de afwasautomaat bevinden en gemakkelijk bereikbaar zijn. Veranderingen in de aansluiting mogen alleen door een deskundig monteur worden uitgevoerd.
Bij gebruik van een aardlekschakelaar mag alleen een type met het teken
geïnstalleerd worden. Alleen deze aardlekschakelaar voldoet aan de nu geldende voorschriften.
35
Page 36
Demontage
De volgorde van de handelingen is ook hier van belang: altijd eerst het apparaat van het elektriciteitsnet loskoppelen. Stekker uit het stopcontact trekken. Kraan dichtdraaien. Aansluiting op de waterafvoer en -toevoer loskoppelen. Bevestigingsschroeven onder het werkblad eruit draaien. De plint – indien aanwezig – demonteren. Apparaat eruit halen en daarbij de slang voorzichtig naar voren trekken.
Transport
Het apparaat via de volgende stappen laten leeglopen:
kraan opendraaien. Apparaat inschakelen. Een willekeurig automatisch
programma starten en de deur van het apparaat sluiten.
Ca. 4 minuten wachten. Hierna de deur openen, het programma
afbreken en de deur sluiten om af te pompen.
Wachten tot er 5 keer een signaal klinkt. Het afpompen is nu beëindigd.
Apparaat uitschakelen. Kraan dichtdraaien.
Losse onderdelen vóór het transport vastzetten.
Het apparaat alleen rechtop transporteren. Anders kan er resterend water in de besturing van de machine terechtkomen waardoor het apparaat niet meer functioneert.
Bescherming tegen vorst
Als het apparaat niet in een vorstvrije ruimte staat (bijv. in een vakantiehuisje), dan moet u het apparaat helemaal laten leeglopen (zie transport).
Kraan dichtdraaien, toevoerslang losmaken en laten leeglopen.
36
Page 37
Afvoeren van de verpakking en van uw oude apparaat
Afvoeren van de verpakking en van uw oude apparaat
Een oud apparaat is geen waardeloos afval! Door een milieuvriendelijke afvoer kunnen waardevolle grondstoffen na bewerking opnieuw gebruikt worden.
Bij afgedankte apparaten de stekker uit het stopcontact trekken, aansluitkabel doorknippen en samen met de stekker verwijderen. Deurslot en kinderbeveiliging (indien aanwezig) onklaar maken. Hiermee voorkomt u dat kinderen zichzelf tijdens het spelen in het apparaat opsluiten en in levensgevaar geraken.
Uw nieuwe apparaat werd tijdens het transport naar u door de verpakking beschermd. Voor de verpakking wordt gebruik gemaakt van materialen die het milieu kan verdragen en die geschikt zijn voor hergebruik. Help daarom mee en zorg ervoor dat de verpakking milieuvriendelijk wordt afgevoerd. Alle kunststofdelen van het apparaat zijn gemerkt met een gestandaardiseerd afkortingsteken (bijv. >PS< polystyreen). Hierdoor kunnen de kunststof afvaldelen bij de verwerking van het apparaat voor een milieubewuste recycling gescheiden worden.
U kunt bij uw leverancier of bij de reinigingsdienst in uw gemeente informeren hoe u uw oude apparaat en het verpakkingsmateriaal van het nieuwe apparaat kunt (laten) afvoeren.
Afvoeren van de verpakking
Het verpakkingsmateriaal milieuvriendelijk volgens de geldende voorschriften afvoeren. Laat kinderen niet met de verpakking en de onderdelen daarvan spelen. Kans op stikken door vouwdozen en folie.
Het karton bestaat overwegend uit oud papier.
Het CFK-vrije opvulmateriaal is gemaakt van geschuimd polystyreen.
Het foliemateriaal is gemaakt van polyetheen (PE) en bestaat voor een deel uit secundaire grondstoffen.
Het hout (indien aanwezig) is niet chemisch behandeld.
De banden (indien aanwezig) zijn gemaakt van polypropeen (PP).
Afvoeren van uw oude apparaat
Het afgedankte apparaat onmiddellijk onbruikbaar maken om eventuele ongelukken te voorkomen.
Het apparaat op een milieuvriendelijke wijze (laten) afvoeren.
37
Page 38
Attentie
Kinderen kunnen zichzelf tijdens het spelen in het apparaat opsluiten (kans op stikken) of in een andere gevaarlijke situatie geraken. Trek daarom de stekker uit het stopcontact. Aansluitkabel doorknippen en verwijderen. Deurslot onklaar maken zodat de deur niet meer sluit.
Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met de Europese richtlijn 2002/96/EG betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment – WEEE). De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude apparaten.
38
Page 39
Loading...