Van harte welkom bij ASKO! We hopen dat u jarenlang plezier zult hebben van uw nieuwe wasautomaat,
die voorzien is van vele bijzondere details. Voor een optimale werking raden we u aan de handleiding door
te lezen voordat u de wasautomaat in gebruik neemt.
INHOUD
EERST LEZEN!
1 Voordat u voor de eerste keer gaat
wassen3
2 Veiligheidsvoorschriften4-5
Algemeen, Installatie, Vuldeur,
Niveauregelaar, Programma afbreken,
Verpakkingsmateriaal, Transport/
Winteropslag, Afdanken
3 Kindveiligheid6
Kindveilig wassen, Denk aan de kinde-
ren, Kinderslot op wasmiddelbakje, Kin-
derslot op Start/Stoptoets en Menu-
toetsen
4 Onderdelen van de wasautomaat7
5 Wasmiddelbakje7
6 Paneel8
7 LC-Display8
INSTALLATIE
Zie installatievoorschriften.
INGEBRUIKNEMING
8 Voordat u gaat wassen9-11
Was sorteren, Kledingstukken, Waseti-
ketten, Bonte katoen, Fijne was, Super
spoelen, Zuinigheid en effectiviteit, Tex-
tiel verven, Wasmiddel, Programma-
duur
9 Wassen12-15
Hoofdschakelaar, Vuldeur openen,
Wasmiddel toevoegen, Programma in-
stellen, Tijdelijke wijzigingen, Waspro-
gramma starten, Wasgoed toevoegen,
Instellingen wijzigen na start, Als u van
programma wilt veranderen, Waspro-
gramma beëindigd, Als u klaar bent met
wassen
10 Verbruiksgegevens - Vooringestelde
wasprogramma’s16
11 Eigen wasprogramma’s maken17-23
Basisprogramma instellen, Programma’s,
Temperatuur, Centrifugetoerental,
Automatische start, Opties, Stappen
overslaan, Vooringestelde programma’s
herstellen
ONDERHOUD
12 Reiniging en onderhoud24-25
Knopenzeef en afvoerpomp controleren,
Wasmiddelbakje reinigen, Buitenkant
machine reinigen, Reinigingsopening
onder de ribben, Bij kalkhoudend water
PROBLEMEN?
13 Foutopsporing26-27
De vuldeur gaat niet open, De machine
start niet, De machine neemt geen water
als deze is gestart, Water blijft achter in
de machine na de laatste keer centri-
fugeren of afpompen, Foutmeldingen,
Verkeerde taal op de display
OVERIGE
14 Technische informatie28
Technische gegevens, Standaardtests
15 Service en garantie29
16 Beknopte handleiding30
17 Trefwoorden31
2
1 VOORDAT U VOOR DE EERSTE KEER GAAT WASSEN
WEES VOORZICHTIG MET BEPAALDE TEXTIELSOORTEN
Volg altijd de aanwijzingen op het wasetiket.
Als dit niet aanwezig is, lees dan het wasadvies
voor de desbetreffende textielsoort in hoofdstuk
8, Voordat u gaat wassen.
TRANSPORTSTEUNEN
Zijn de transportsteunen (drie schroeven aan
de achterzijde van de machine) verwijderd? Zo
niet, zie installatievoorschriften.
VULDEUR
De vuldeur wordt elektrisch geopend. De
vuldeur kan daarom niet worden geopend
voordat de machine is aangesloten op het
elektriciteitsnet. Een geforceerde opening is
echter mogelijk, zie hoofdstuk 13, Foutopspo-
ring.
CONTROLEER DE HARDHEIDSGRAAD VAN HET
WATER
De wasmiddeldosering is onder andere afhan-
kelijk van de hardheidsgraad van het water. In-
formeer bij uw gemeentelijke waterbedrijf naar
de hardheidsgraad van het water.
3
2 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
ALGEMEEN
• Lees de handleiding en berg deze goed op!
• Aansluitingen op het elektriciteits- en het
waterleidingnet, indien nodig, dienen door een
erkend installateur te worden verricht.
• De machine mag alleen volgens de beschrij-
ving in deze handleiding worden gebruikt en is
niet geschikt voor chemische reiniging!
• Gebruik alleen wasmiddel dat bestemd is voor
machinewas!
• Verwijder de transportsteunen voordat u de
machine in gebruik neemt, zie installatie-
voorschriften.
INSTALLATIE
Zie bijgevoegde installatievoorschriften.
VULDEUR
De vuldeur wordt elektrisch geopend. De
vuldeur kan daarom niet worden geopend
voordat de machine is aangesloten op het
elektriciteitsnet.
Voor handmatige opening van de vuldeur, zie
De vuldeur gaat niet open in hoofdstuk 13,
Foutopsporing.
De wasautomaat kan niet worden gestart als
de vuldeur is geopend.
Voor opening van de vuldeur tijdens het
wasprogramma, zie Programma afbreken hier-
onder.
NIVEAUREGELAAR
Als het waterniveau van de machine hoger wordt
dan normaal, start de niveauregelaar het afpom-
pen en wordt de watertoevoer stopgezet. Als
het waterniveau niet binnen 60 seconden is ge-
daald, wordt het programma afgebroken.
PROGRAMMA AFBREKEN
U kunt een wasprogramma afbreken door de
-toets drie seconden ingedrukt te hou-
den of door op de hoofdschakelaar,
, te
drukken. De machine zal dan “onthouden” waar
het wasprogramma werd afgebroken. Bij op-
nieuw starten: voeg eventueel opnieuw was-
middel toe, doe de vuldeur dicht en druk op de
Start/Stop
-toets. Het programma gaat dan verder
waar het werd afgebroken.
U kunt een programma ook afbreken door
drie seconden op de
Start/Stop
-toets te drukken.
Als u deze toets gebruikt, vergeet de machine
waar het programma werd afgebroken, zodat u
bij een herstart een nieuw programma moet in-
stellen en eventueel opnieuw wasmiddel moet
toevoegen.
VERPAKKINGSMATERIAAL
Sorteer het afval volgens de voorschriften van
uw gemeente.
TRANSPORT/WINTEROPSLAG
Als de machine vervoerd moet worden of gedu-
rende de winter in een onverwarmde ruimte
moet worden opgeslagen, dienen de knopen-
zeef en de afvoerpomp te worden geleegd, zie
hoofdstuk 12, Reiniging en onderhoud.
Heeft u vragen? Neem dan contact op met
onze serviceafdeling.
4
AFDANKEN
Als de machine zijn beste tijd heeft gehad en
moet worden afgedankt, dient deze onmiddel-
lijk onbruikbaar te worden gemaakt.
Informeer bij uw gemeente waar uw machine
op de juiste wijze kan worden verschroot en
gerecycled.
De machine is gefabriceerd en gemarkeerd
met het oog op recycling.
5
3 KINDVEILIGHEID
KINDVEILIG WASSEN
Doe het deurtje altijd dicht en start het pro-
gramma direct nadat u het wasmiddel in de
machine heeft gedaan.
Voorkom dat kleine kinderen de wasautomaat
gebruiken of ermee spelen.
DENK AAN DE KINDEREN!
Bewaar wasmiddel en wasverzachter buiten
bereik van kinderen!
KINDERSLOT OP WASMIDDELBAKJE
Rechts in de handgreep van het wasmiddelbak-
je bevindt zich een kinderslot dat in- en uitge-
schakeld kan worden.
Kinderslot inschakelen
Om het kinderslot in te schakelen, moet u het
wasmiddelbakje een stukje naar buiten trek-
ken, zodat u bij de vergrendeling kunt. Trek de
vergrendeling vervolgens naar u toe en laat deze
los.
Kinderslot ingeschakeld
Om het wasmiddelbakje naar buiten te kunnen
trekken als het kinderslot is ingeschakeld, moet
u de vergrendeling naar links duwen terwijl u
tegelijkertijd het bakje naar u toe trekt.
Kinderslot uitschakelen
Om het kinderslot uit te schakelen, moet u de
vergrendeling naar links en vervolgens naar bin-
nen duwen.
KINDERSLOT OP
Start/Stop
- EN
Menu
-TOETSEN
U kunt voorkomen dat een kind per ongeluk de
wasautomaat aanzet of instellingen verandert.
Hiervoor moet u de
Start/Stop
- en
Menu
-toetsen
vergrendelen volgens het onderstaande.
Kinderslot Aan/Uit:
Zet de hoofdschakelaar, , uit en vervol-
gens weer aan, zodat de machine zich in de
uitgangspositie bevindt.
Druk binnen vijftien seconden vijf keer op de
Enter
-toets en vervolgens vijf keer op de P3-
toets.
Binnen drie seconden nadat u de laatste keer
op de P3 -toets heeft gedrukt, moet u met de
-toetsen instellen of u het Kinderslot
Aan (rechtsonder op de display verschijnt een
3) of Uit wilt zetten (rechtsonder op de display
verschijnt een 0).
Programma starten met vergrendelde
toets:
Om de machine te starten, moet u de
Start/Stop
Start/Stop
-
toets drie seconden ingedrukt houden.
Instellingen wijzigen met vergrendelde
toets:
Om instellingen te wijzigen, moet u de
Menu
-
Menu
toets drie seconden ingedrukt houden. Als u de
Menu
-toets drie seconden lang heeft ingedrukt,
werkt deze weer normaal. Als u dan niet binnen
twee minuten weer op een toets drukt, wordt
Menu
de
-toets opnieuw vergrendeld.
LET OP!
Om instellingen te wijzigen nadat u een pro-
gramma heeft gestart, moet u de
Menu
-toets
altijd drie seconden ingedrukt houden.
-
-
6
4 ONDERDELEN VAN DE WASAUTOMAAT
1. WASMIDDELBAKJE
2. HOOFDSCHAKELAAR
3. PANEEL
4. TYPEPLAATJE
5. KLEP AFVOERPOMP
6. AFVOERPOMP (ACHTER DE KLEP)
7. VULDEUR
8. KLEP
4
1
2
5
3
P
1
P
2
P
3
P
4
S
t
a
r
t
/
S
t
o
p
M
e
n
u
E
n
t
e
r
8
7
6
5 WASMIDDELBAKJE
1. WASMIDDELBAKJE VOORWAS
2. WASMIDDELBAKJE HOOFDWAS
3. WASVERZACHTERBAKJE
4. TUSSENSCHOTJE (WORDT GEBRUIKT BIJ
VLOEIBARE WASMIDDELEN)
5. KINDERSLUITING (AAN DE BINNENKANT VAN
DE HANDGREEP)
1
2
4
5
3
7
6 PANEEL
134 5 678
1. WASMIDDELBAKJE
2. INDICATIELAMPJE AAN/UIT
3. HOOFDSCHAKELAAR
4. PROGRAMMAKEUZETOETS P1
5. PROGRAMMAKEUZETOETS P2
6. PROGRAMMAKEUZETOETS P3
7. PROGRAMMAKEUZETOETS P4
2
7 LC-DISPLAY
1
468101112
5
1. TEKSTVELD, HIER WORDEN PROGRAMMA’S,
OPTIES, FOUTMELDINGEN, ENZ. WEERGEGEVEN
2. GEEFT HET GEKOZEN CENTRIFUGETOERENTAL
AAN
3. GEEFT AAN DAT 2 HET GEKOZEN CENTRIFUGETOERENTAL WEERGEEFT
4. GEEFT AAN DAT P1 HET GEKOZEN PROGRAMMA IS
5. GEEFT AAN DAT P2 HET GEKOZEN PROGRAMMA IS
97
23
P3P1 P2P4
Start/Stop
MenuEnter
10
911 12 13 14
8. LC-DISPLAY
9. START/STOP-TOETS
10. DEUROPENINGSTOETS
11. MENU-TOETS
12. STAP ACHTERUIT
13. STAP VOORUIT
14. ENTER-TOETS
6. GEEFT AAN DAT P3 HET GEKOZEN PROGRAMMA IS
7. GEEFT AAN DAT P4 HET GEKOZEN PROGRAMMA IS
16
8. GEEFT AAN DAT EEN PROGRAMMA IS GESTART
15
14
9. GEEFT AAN DAT HET DEURTJE IS GEOPEND OF
GEOPEND MOET WORDEN
13
10. GEEFT AAN DAT EEN PROGRAMMA IS BEËINDIGD OF STOPGEZET
11. EN 12 GEVEN DE GEKOZEN WASTEMPERATUUR AAN
13. GEEFT TEZAMEN MET 14 HET AANTAL UUR
VOOR DE AUTOMATISCHE START AAN, EN TEZAMEN MET 15 DE RESTERENDE ROGRAMMADUUR
14. GEEFT AAN DAT 13 DE AUTOMATISCHE
START WEERGEEFT
15. GEEFT AAN DAT 13 DE RESTERENDE PROGRAMMADUUR WEERGEEFT
16. GEEFT AAN DAT 11 DE TEMPERATUUR WEERGEEFT
8
8 VOORDAT U GAAT WASSEN
Hier volgt een aantal praktische adviezen voor-
dat u gaat wassen.
WASETIKETTEN
Kijk op de wasetiketten. Onderstaande tabel
bevat adviezen voor de geschikte waspro-
WAS SORTEREN
Sorteer het wasgoed op:
gramma’s voor verschillende textielsoorten en
washoeveelheden.
• hoe vuil het is
• kleur
• textielsoort
BONTE KATOEN
Bonte katoen met als wasvoorschrift 60°C, moet
de eerste keer op 60°C worden gewassen om
KLEDINGSTUKKEN
• Doe ritsen dicht zodat het textiel niet bescha-
digd kan raken.
• Nieuwe, bonte kledingstukken kunnen over-
tollige verfstoffen bevatten en moeten daarom
eventuele overtollige verfstoffen te verwijderen.
Doet u dit niet, dan loopt u het risico dat het
textiel verkleurt. Gebruik een wasmiddel zon-
der bleekmiddel om de kleur van het textiel te
bewaren.
de eerste paar keer apart wor-
den gewassen.
• Draai kwetsbare kleding-
stukken binnenstebuiten.
Daarmee verkleint u de kans op
pluisvorming en kleurverschillen.
• Haal zakken leeg en was deze
bij voorkeur binnenstebuiten!
FIJNE WAS
Ongebleekt linnen
Ongebleekt linnen moet op 60°C worden ge-
wassen met een wasmiddel zonder bleekmiddel
of optisch witmiddel. Zeer vuil linnen kan af en
toe op hogere temperaturen worden gewassen,
maar niet te vaak om te voorkomen dat de warm-
te, de glans en de sterkte van het linnen worden
Symbolen wasvoorschriften
WASETIKET TEXTIELSOORTPROGRAMMABELADING
aangetast.
Katoen, linnen. Witte en lichtbonte was.Normale was 60° tot 95° 1/1 trommel
Katoen, linnen. Donkerbonte was.Normale was 60°1/1 trommel
Polyester, katoen/polyester, nylon. Witte was.Synthetische was 60°1/2 trommel
Rayon, acetaat, acryl. Was met kwetsbare kleuren.Synthetische was 40°1/2 trommel
Polyester, katoen/polyester, nylon. Bonte was.Synthetische was 40°1/2 trommel
Zijde en zeer kwetsbare weefsels.Synthetische was 30°1/3 trommel
Textiel voorzien van een IWS-merk en Superwash.Wol/Handwas 40°1/3 trommel
9
Wol en zijde
Deze weefsels moeten volgens de wasvoorschrif-
ten soms in de machine en soms met de hand
worden gewassen. Het Wol-/handwasprogram-
ma van deze wasautomaat is minstens even mild
voor uw kwetsbare was als wassen met de hand.
Met name wol is gevoelig voor bewerking.
Als u liever niet wilt centrifugeren, kunt u het
water er met badstof handdoeken uitdrukken.
De meeste kledingstukken zijn echter wel be-
stand tegen kort centrifugeren.
Kunstvezels en synthetische vezels
Deze textielsoorten hebben veel ruimte nodig
om niet te kreuken. Vul de trommel slechts
voor de helft als u kunstvezels of synthetische
vezels wast. Kies voor kort centrifugeren!
LET OP!
Viscose en acetaat zijn kwetsbaar in natte toe-
stand.
SUPER SPOELEN
De wasautomaat is voorzien van een superspoel-
functie. U kunt deze functie gebruiken bij het
wassen van kleding e.d. van mensen met een
gevoelige huid, bijvoorbeeld mensen met
allergieën en kleine kinderen.
U kunt deze functie ook gebruiken als u tex-
tiel wilt verven. Voor het instellen van Super-
spoelen, Zie hoofdstuk 11, Eigen waspro-
gramma’s maken.
ZUINIGHEID EN EFFECTIVITEIT
U kunt veel energie besparen door niet een
krachtiger programma te gebruiken dan nodig
is.
• Kies Super kort programma, programma 3,
als u bijvoorbeeld overhemden of sportkleding
alleen maar wat wilt opfrissen. Daarmee be-
spaart u zowel water als energie.
•Als u E2: Eco-programma instelt, verlengt u
de hoofdwas met ca. 22 minuten en kunt u de
temperatuur verlagen zonder het wasresultaat
nadelig te beïnvloeden. Daarmee bespaart u
energie. Voor het inschakelen van E2: Eco-
programma, zie hoofdstuk 11, Eigen
wasprogramma’s maken.
• Kies voor een hoog centrifugetoerental, daar-
mee verlaagt u het energieverbruik als u de was
droogt in een wasdroger of een droogkast. Zie
Tijdelijke wijzigingen in hoofdstuk 9, Wassen.
TEXTIEL VERVEN
Als u textiel in de machine wilt verven, stelt u
het programma Normale was in en zet u de
optie Super spoelen Aan. Stel de temperatuur
in volgens de aanwijzingen van de verffabrikant.
LET OP!
Bleekmiddelen of vlekkenverwijderaars met de
chemische aanduiding Na
en Natriumdit-
2S2O4
hioniet (sodium dithionite) of Natriumsulfiet
(sodium hyposulphite) genaamd, mogen niet in
deze wasmachine worden gebruikt. Bij gebruik
van deze middelen bestaat er gevaar voor corro-
sie en verkleuring.
Als het textiel dat u wilt verven bestaat uit
een mengweefsel van katoen/polyester, moet u
tevens kiezen voor kort centrifugeren en een
centrifugetoerental van 800 omwentelingen per
minuut.
Voor het kiezen van deze instellingen, zie
hoofdstuk 11, Eigen wasprogramma’s maken,
10
(Super spoelen) en hoofdstuk 9, Wassen - Tij-
delijke wijzigingen (Centrifugesnelheid).
LET OP!
Doe de verf direct in de wastrommel, niet in
het wasmiddelbakje. Na het verven moet u de
machine met een lege trommel hetzelfde pro-
gramma laten draaien. Gebruik een normale
hoeveelheid wasmiddel.
WASMIDDEL
Een overdosering wasmiddel geeft geen beter
wasresultaat, maar heeft alleen een extra belas-
ting voor het milieu tot gevolg.
Probeer eens met wat minder wasmiddel te
wassen, en gebruik alleen een grotere hoeveel-
heid als u niet tevreden bent met het wasresul-
taat.
PROGRAMMADUUR
De resterende programmaduur wordt tezamen
met het
-symbool rechtsonder op de display
aangegeven.
Wanneer er een programma wordt gekozen,
verschijnt er een berekende looptijd voor het
programma. De tijd kan van keer tot keer enigs-
zins verschillen, al naargelang de temperatuur
van het inkomende water.
Vóór de laatste spoeling wordt de resterende
tijd herberekend en deze kan dan een beetje toe
of afnemen.
11
9 WASSEN
DRUK OP DE -TOETS
Op de display verschijnen nu de vier vooringe-
stelde programma’s. Als er niet binnen drie mi-
nuten op een toets wordt gedrukt, gaat de dis-
play weer uit. Druk op de
Enter
-toets om de
display weer aan te zetten. Voor het veranderen
van de taal op de display, zie hoofdstuk 13,
Foutopsporing.
VULDEUR OPENEN
Druk op de -toets en leg het wasgoed in
de machine.
WASMIDDEL EN EVENTUEEL WASVERZACHTER
TOEVOEGEN
Op de wasmiddelverpakking wordt aangegeven
hoeveel wasmiddel u moet gebruiken. De machi-
ne heeft een capaciteit van 5,0 kg wasgoed. Als
u een kleine hoeveelheid wasgoed in de machi-
ne stopt, kunt u de dosering iets verminderen.
Het bijgeleverde tussenschotje wordt alleen
gebruikt voor vloeibaar wasmiddel, zie hieron-
der.
Waspoeder
Doe het waspoeder in het bakje voor hoofdwas
( ) en eventueel voorwas ( ), zie afbeelding.
Hoofdwas
Vloeibaar wasmiddel
Voorwas
Wasverzachter
Aan de onderkant van het wasmiddelvakje vindt
u een tussenschotje voor vloeibaar
wasmiddel. Schuif deze in de gleuf
achter in het wasmiddelbakje, zie
afbeelding. Giet het wasmid-
del direct in het bakje voor
hoofd-was (
Wasbolletje of doseerzakje
).
Als u een wasbolletje of doseerzakje gebruikt,
kunt u dit direct in de trommel leggen en een
programma zonder voorwas instellen.
Wasverzachter
Giet de wasverzachter in het bakje met het -
symbool. Doseer deze volgens de aanwijzingen
op de verpakking.
LET OP!
Doe niet meer wasverzachter in het bakje dan
door het maximale niveau wordt aangegeven.
De wasverzachter zal dan te vroeg in de machine
lopen en een slechter wasresultaat opleveren.
PROGRAMMA INSTELLEN
Stel een van de vooringestelde wasprogramma’s
P1
tot P4 in.
Vooringestelde wasprogramma’s
P1
-Normale was, , 1500 omw./min.,
hoofdwas, drie keer spoelen, kort centrifugeren
na de hoofdwas en de eerste twee spoelingen en
lang centrifugeren na de laatste spoeling.
P2
-Normale was, , 1500 omw./min.,
hoofdwas, drie keer spoelen, kort centrifugeren
na de hoofdwas en de eerste twee spoelingen en
lang centrifugeren na de laatste spoeling.
12
Afpompen
Centri-
fugeren
Kort centri-
fugeren
E2: Eco-
program
Korte hoofd-
was
. ST
TAL (rpm
TUUR (°C)
PERA
Super
spoelen
ma
Inweken
ART (h)
)
PTIES
O
AUTOM
CENTRIFUGETOEREN-
TEM
AAN
AAN
AANUITUITUIT
UITUITUITAAN
UIT
UIT
UIT
0
0
1500**
1500**
60*
40*
AAN
AAN
AAN
UIT
UIT
UIT
UIT
0
800*
AANAAN
AANUIT
UITUIT
UIT
0
800**
30*
P3
-Super kort programma, , 800 omw./
min., hoofdwas, twee keer spoelen en kort cen-
trifugeren.
P4
-Wol/Handwas, , 800 omw./min.,
hoofdwas, drie keer spoelen en één keer kort
centrifugeren.
U kunt de Temperatuur en Centrifugesnelheid
van de vooringestelde programma’s wijzigen
volgens Tijdelijke wijzigingen, zie hieronder.
U kunt ook de inhoud (o.a. programma en
opties) van de vooringestelde programma’s wij-
zigen, zodat ze precies tegemoetkomen aan uw
persoonlijke wensen, zie hoofdstuk 11, Eigen
wasprogramma’s maken.
TIJDELIJKE WIJZIGINGEN
Als u een van de vooringestelde programma’s
P1
tot P4 heeft gekozen, kunt u op eenvou-
dige wijze de Temperatuur en de Centrifugesnel-
heden wijzigen. Deze instellingen nemen hun
oorspronkelijke waarden weer aan nadat het
wasprogramma is beëindigd. Voor blijvende wij-
zigingen in de programma’s, zie hoofdstuk 11,
Eigen wasprogramma’s maken.
PRO
PRO
GRAM
GRAM
ATO
M
Temperatuur
A
M
U kunt de temperatuur C (koud water) of tem-
peraturen tussen de 30°C en 95°C instellen. Als
u C instelt, zal de watertemperatuur gelijk zijn
NORMALE WASUIT
NORMALE WAS
SUPER KORT PROGR.
ETS
P1
P2
WOL/HANDWASP4
P340*
De instellingen van de vier vooringestelde programma’s. *) Deze instellingen kunnen tijdelijk worden gewijzigd. **) Deze instellingen zijn de maximale waarden
van het programma en kunnen bij een tijdelijke wijziging alleen maar een lagere waarde krijgen. Voor wijzigingen van de overige instellingen, zie Eigen