INHOUDSOPGAVE
Uw inductiekookplaat
Inleiding 4
Bedieningspaneel 5
Beschrijving 6
Veiligheid
Waar u op moet letten 7
Aansluiten en reparatie 7
Tijdens gebruik 7
Temperatuurbeveiliging 9
Kookduurbegrenzing 9
Gebruik
Werking van de aanraaktoetsen 10
Inductiekoken 10
Werking inductie 11
Inductiegeluiden 11
Pannen 12
Bediening
Inschakelen en vermogen instellen 14
Restwarmte-indicatie 14
Boost 15
Twee achter elkaar liggende kookzones 15
Bridgen van de Adaptive inductiezones 16
Uitschakelen 16
Stand-by modus 17
Eco stand-by modus 17
Kinderslot 18
Pauze 18
Herkennen van een modus 19
Timer / Kookwekker 20
Geluidssignaal in- en uitschakelen 22
Automatische kookprogramma’s 23
Gezond koken 27
Kookstanden 28
Onderhoud
Storingen
Installatie
Milieuaspecten
Reinigen 29
Algemeen 30
Storingstabel 30
Waar u op moet letten 32
Elektrische aansluiting 36
Inbouwen 37
Technische gegevens 38
Afvoeren toestel en verpakking 39
NL 3
UW INDUCTIEKOOKPLAAT
Inleiding
Deze inductiekookplaat is ontworpen voor de echte kookliefhebber.
Koken op een inductiekookplaat heeft een aantal voordelen. Het is
comfortabel, omdat de kookplaat snel reageert en ook op een zeer
laag vermogen is in te stellen. Dankzij het hoge vermogen gaat het aan
de kook brengen zeer snel. De ruime afstanden tussen de kookzones
maken het koken ook comfortabel.
Koken op een inductiekookplaat verschilt met koken op een traditioneel
toestel. Inductiekoken maakt gebruik van een magnetisch veld om warmte
op te wekken. Dit betekent dat u niet zomaar een willekeurige pan kunt
gebruiken. Het hoofdstuk pannen geeft u hierover meer informatie.
Voor optimale veiligheid is de inductiekookplaat uitgerust met meerdere
temperatuurbeveiligingen en een restwarmtesignalering die aangeeft
welke kookzones nog heet zijn.
In deze handleiding staat beschreven op welke manier u de inductie-
kookplaat zo optimaal mogelijk kunt benutten. Naast informatie over
de bediening treft u ook achtergrondinformatie aan die van dienst
kan zijn bij het gebruik van dit product. Tevens zijn kooktabellen en
onderhoudstips opgenomen.
NL 4
Lees eerst de gebruiksaanwijzing geheel en aandachtig door
voordat u het apparaat gaat gebruiken en bewaar deze zorgvuldig
voor latere raadpleging.
De handleiding dient bovendien als referentie voor de servicedienst.
Plak daarom het los bijgeleverde gegevensplaatje in het daarvoor
bestemde kader, achter in de handleiding. Het gegevensplaatje
bevat alle informatie die de servicedienst nodig heeft om adequaat op
uw vragen te reageren.
Veel kookplezier!
UW INDUCTIEKOOKPLAAT
Bedieningspaneel
22 19
1
2
3
4
21
2023
678 109131415161812 17115
1. Pauze-indicatie
2. Pauzetoets
3. Kinderslot-/Eco stand-by toets
4. Kinderslot-indicatie/Eco stand-by indicatie
5. Standen-indicatie in blokjes
6. Aan-/uittoets
7. Vermogen versneld verlagen
8. Vermogen verlagen
9. Kookzone-aanduiding
10. Vermogen ophogen
11. Vermogen versneld ophogen
12. Boost
13. Timer-/kookwekkertoets
14. Kookwekkerindicatie
15. Timerindicatie
16. Bridge functie (koppelt twee kookzones aan elkaar tot één grote
zone die met één slider te bedienen is)
17. Tijd verlagen toets
18. Tijd ophogen toets
19. ‘Minuten achter de punt’ indicatie
20. Timer/kookwekker
21. Menufuncties (zie pagina 23-27; ‘Automatische kookprogramma’s’)
22. Menutoets
23. Standen-indicatie
NL 5
UW INDUCTIEKOOKPLAAT
Beschrijving
Hi1683g
11
Hi1983g
121
1. Adaptive zone 180 x 220 mm 3,7kW (koppelbare zones)
2. Kookzone Ø260 5,5 kW (dubbel ring)
NL 6
VEILIGHEID
Waar u op moet letten
• Inductiekoken is uiterst veilig. De kookplaat is uitgerust met diverse
• ASKO is niet verantwoordelijk voor mogelijke schade ten gevolge van
Aansluiten en reparatie
• Alleen een erkend installateur mag dit toestel aansluiten.
• Open nooit de behuizing van het toestel. Alleen een service technicus
• Maak het toestel spanningsloos voordat met de reparatie wordt
Tijdens gebruik
• WAARSCHUWING: dit apparaat en de toegankelijke delen worden
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder,
• WAARSCHUWING: koken met vet of olie op een kookplaat zonder
• WAARSCHUWING: brandgevaar: laat niets op de kookplaat staan.
• WAARSCHUWING: als het oppervlak is gebarsten, schakelt u het
• Plaats metalen voorwerpen zoals messen, vorken, lepels en deksels
• Schakel het kookplaatelement na gebruik uit met de knop en
beveiligingen zoals restwarmte-signalering en kookduurbegrenzing.
Toch is er net als bij elk toestel een aantal zaken waar u op moet letten.
onjuist, verkeerd en onverstandig gebruik van het apparaat.
mag het toestel openen.
gestart. Bij voorkeur door de stekker uit het stopcontact te nemen,
de (automatische) zekering(en) uit te schakelen of de schakelaar in de
meterkast op nul te zetten bij een vaste aansluiting.
heet tijdens het gebruik. Zorg dat u de verwarmingselementen niet
aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt tenzij er
voortdurend op hen wordt gelet.
alsmede personen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of mentale
vermogens of met ontbrekende ervaring en kennis, mits zij onder
toezicht staan of instructies krijgen in veilig gebruik van het apparaat
en begrijpen wat de betreffende gevaren zijn. Kinderen mogen niet
spelen met het apparaat. Kinderen mogen het apparaat niet reinigen of
onderhouden als zij niet onder toezicht staan.
toezicht kan gevaarlijk zijn en kan brand tot gevolg hebben. Probeer
NOOIT de brand te blussen met water, maar zet het apparaat uit
en dek de vlammen daarna af met bijvoorbeeld een deksel of een
blusdeken.
apparaat uit om het risico van een elektrische schok te vermijden.
niet op het oppervlak van de kookplaat, omdat ze heet kunnen worden.
vertrouw niet alleen op de pandetector.
NL 7
VEILIGHEID
NL 8
• Gebruik het toestel niet beneden 5 °C.
• Dit kooktoestel is ontworpen voor huishoudelijk gebruik. Gebruik
het alleen voor het bereiden van gerechten.
• Als de kookplaat voor de eerste keer gebruikt wordt, zult u een
‘nieuwigheidsluchtje’ ruiken. Dit is normaal. Door te ventileren
verdwijnt de geur vanzelf.
• Houd rekening met de zeer snelle opwarmtijd op de hogere
standen. Blijf er altijd bij staan als u een kookzone op een hoge
stand heeft ingesteld.
• Zorg voor voldoende ventilatie tijdens het gebruik. Houd natuurlijke
ventilatieopeningen open.
• Let op dat pannen niet droog koken. De kookplaat zelf is beveiligd
tegen oververhitting, de pan wordt echter zeer heet en kan
beschadigd raken. Schade door droogkoken valt buiten de garantie.
• Gebruik het kookvlak niet als opslagplaats.
• Zorg voor enkele centimeters afstand tussen de onderkant van de
kookplaat en de inhoud van een lade.
• Leg geen brandbare voorwerpen in een lade onder de kookplaat.
• Zorg ervoor dat snoeren van elektrische apparaten, zoals van een
mixer, niet in aanraking komen met de hete kookzone.
• De kookzones worden warm tijdens gebruik en blijven na gebruik
ook een tijd warm. Laat geen kleine kinderen in de buurt tijdens en
vlak na het koken.
• Flambeer nooit onder de afzuigkap. Door de hoge vlammen kan
brand ontstaan, ook bij een uitgeschakelde afzuigkap.
• De glaskeramische plaat is zeer sterk, maar niet onbreekbaar.
Wanneer er bijvoorbeeld een kruidenpotje of een puntig voorwerp
op valt, kan er een breuk ontstaan.
• Leg geen metalen voorwerpen, zoals bakvormen, koektrommels,
deksels van pannen of bestek, op de kookplaat. Deze kunnen zeer
snel heet worden en brandwonden veroorzaken.
• Houd tijdens het gebruik magnetiseerbare voorwerpen (creditcards,
bankpasjes e.d.) uit de buurt van het toestel. Wij adviseren
pacemaker-dragers om eerst de hart specialist te raadplegen.
• Gebruik nooit een hogedrukreiniger of stoomreiniger voor het
reinigen van de kookplaat.
• Zodra u de kookpan van de kookplaat verwijdert, stopt automatisch
de kookactiviteit. Wen uzelf er echter aan altijd de kookplaat of
zone na gebruik uit te schakelen om onbedoeld inschakelen te
voorkomen.
VEILIGHEID
• Een klein voorwerp, zoals een te kleine kookpan (kleiner dan
• Het apparaat is niet bedoeld om te worden bediend door middel
• Indien de aansluitkabel beschadigd is mag deze alleen worden
Temperatuurbeveiliging
• Elke kookzone is voorzien van een sensor. Deze sensor controleert
Kookduurbegrenzing
• Als een kookzone gedurende een ongebruikelijk lange tijd aan is,
• Afhankelijk van het gekozen kookvermogen wordt de kookduur als
12 cm), een vork of een lepel, wordt door de kookplaat niet als een
kookpan gedetecteerd. De display van de zone knippert met de
ingestelde stand en de kookzone wordt niet ingeschakeld.
van een externe timer of een apart afstandsbedieningssysteem.
vervangen door de fabrikant, zijn service-organisatie of
gelijkwaardig gekwalificeerde personen, teneinde gevaarlijke
situaties te voorkomen.
ononderbroken de temperatuur van de bodem van de kookpan en
van de onderdelen van de kookplaat om elk risico op oververhitting,
bij bijvoorbeeld een drooggekookte pan, te vermijden. Bij een te hoge
temperatuur wordt het vermogen van de kookzone/kookplaat auto-
matisch verlaagd of schakelt de kookzone/kookplaat helemaal uit.
wordt deze automatisch uitgeschakeld.
volgt begrensd:
Kookstand De kookzone wordt automatisch
uitgeschakeld na:
1 en 2 9 uur
3, 4 en 5 5 uur
6, 7 en 8 4 uur
9 3 uur
10 2 uur
11 en 12 1 uur
Als bovengenoemde tijd verstreken is schakelt de kookzone
automatisch uit.
Kookstand De kookzone wordt automatisch
naar stand 12 geschakeld na:
boost 10 minuten
NL 9
GEBRUIK
Werking van de aanraaktoetsen
Het bedienen van de kookplaat door middel van de aanraaktoetsen
is even wennen als u andere bediening gewend bent. Leg uw vinger-
toppen plat op de toetsen voor het beste effect. U hoeft niet hard te
drukken.
De aanraaksensoren zijn zodanig ingesteld dat deze alleen reageren
op de druk en het formaat van vingertoppen. De kookplaat is niet te
bedienen met andere voorwerpen en zal bijvoorbeeld niet inschakelen
als uw huisdier over de kookplaat loopt.
Inductiekoken
Inductiekoken is snel
• In het begin zult u verrast zijn door de snelheid van het toestel.
Vooral het op een hogere stand aan de kook brengen gaat zeer
snel. Om overkoken of droogkoken te voorkomen, kunt u er het
beste altijd bij blijven.
Het vermogen past zich aan
• Bij inductiekoken wordt alleen dat deel van de zone benut waar de
pan op staat. Gebruikt u een kleine pan op een grote zone, dan
zal het vermogen zich aanpassen aan de diameter van de pan. Het
vermogen zal dus kleiner zijn en het zal langer duren voordat het
Geen warmteverlies en de
handgrepen blijven koud bij
inductiekoken.
gerecht in de pan aan de kook is.
NL 10
Let op
• Zandkorreltjes kunnen krasjes veroorzaken die niet meer te
verwijderen zijn. Zet daarom alleen pannen met een schone bodem
op het kookvlak en til pannen altijd op als u ze verplaatst.
• Gebruik de kookplaat niet als werkvlak.
• Kook altijd met het deksel op de pan om energieverlies te
voorkomen.
GEBRUIK
Werking inductie
In het toestel wordt een magnetisch veld opgewekt.
Door een pan met een ijzeren bodem op een kookzone te plaatsen
ontstaat in de panbodem een inductiestroom. Deze inductiestroom
wekt warmte op in de panbodem.
De spoel (1) in de kookplaat
(2) wekt een magnetisch
veld (3) op. Door een pan
met een ijzeren bodem (4)
op de spoel te plaatsen
ontstaat in de panbodem
een inductiestroom.
Inductiegeluiden
Comfortabel
De elektronische regeling is nauwkeurig en eenvoudig in te stellen.
Op de laagste stand kunt u bijvoorbeeld chocolade direct in de pan
smelten of ingrediënten bereiden die u gewoonlijk au bain marie
verwarmt.
Snel
Door het hoge vermogen van de inductiekookplaat gaat het aan de
kook brengen erg snel. Het doorkoken kost evenveel tijd als koken op
een andere kookplaat.
Schoon
De kookplaat is eenvoudig te reinigen. Doordat de kookzones niet heter
worden dan de pan zelf, kunnen voedselresten niet inbranden.
Veilig
De warmte wordt opgewekt in de pan zelf. De glasplaat wordt niet
warmer dan de pan. Hierdoor blijft de kookzone een stuk koeler dan die
van bijvoorbeeld een keramische kookplaat of een gasbrander.
Na het wegnemen van een pan is de kookzone snel afgekoeld.
U kunt een fluitend geluid horen als er zones gekoppeld zijn of als de
booster function is ingeschakeld.
Tikkend geluid
Een licht tikkend geluid wordt veroorzaakt door de vermogensverdeling
van de voorste en de achterste zone. Ook bij lage kookstanden kan een
zacht tikkend geluid optreden.
NL 11
GEBRUIK
Pannen
Pan maakt geluid
• De pannen kunnen geluid maken tijdens het koken. Dit wordt
veroorzaakt door de doorstroming van de energie van de kookplaat
naar de pan. Met name bij een hoge kookstand is dit normaal
bij bepaalde pannen. Het is niet schadelijk voor de pan of de
kookplaat.
• Als de panbodem uit lagen van verschillend materiaal is
opgebouwd (sanwichbodem), kunt u een ruisend geluid horen.
Ventilator maakt geluid
Om de levensduur van de elektronica te vergroten, is het apparaat
voorzien van een ventilator. Als u het apparaat intensief gebruikt, wordt
de ventilator ingeschakeld en hoort u een zoemend geluid. Ook nadat u
het apparaat heeft uitgeschakeld, kan de ventilator nog geluid maken.
Pannen voor inductiekoken
Inductiekoken stelt eisen aan de kwaliteit van de pannen.
Let op
• Pannen waarmee al eerder op een gaskookplaat is gekookt, zijn
niet meer geschikt voor inductiekoken.
• Gebruik alleen pannen die geschikt zijn voor elektrisch- en
inductiekoken met:
▷ een dikke bodem van minimaal 2,25 mm;
▷ een vlakke bodem.
NL 12
Tip
Met een magneet kunt u zelf controleren of uw pannen geschikt zijn.
Wanneer de magneet wordt aangetrokken, is de pan geschikt.
Geschikt Ongeschikt
Speciale roestvrijstalen pannen Aardewerk
Class Induction Roestvrijstaal
Solide geëmailleerde pannen Porselein
Geëmailleerde gietijzeren pannen Koper
Kunststof
Aluminium
GEBRUIK
Let op
Wees voorzichtig met dunne plaatstaal geëmailleerde pannen:
• op een hoge stand kan het emaille er afspringen wanneer de pan te
droog is;
• door het hoge vermogen kan de panbodem gemakkelijk
kromtrekken.
Let op
Gebruik nooit pannen met een vervormde bodem. Een holle of bolle
bodem kan de werking van de oververhittingsbeveiliging belemmeren.
Het toestel kan dan te warm worden waardoor de glasplaat kan barsten
en de panbodem kan smelten. Schade, ontstaan door het gebruik van
ongeschikte pannen of droogkoken, valt buiten de garantie.
Minimale pandiameter
De minimale diameter van de panbodem bedraagt 12 cm. Het beste
resultaat bereikt u door een pan te nemen met dezelfde diameter als de
kookzone. Bij te kleine pannen schakelt de kookzone niet in.
Snelkookpannen
Inductiekoken is zeer geschikt voor het koken in snelkookpannen. De
kookzone reageert zeer snel, waardoor de snelkookpan ook snel op druk
komt. Zodra u een kookzone uitschakelt, stopt het kookproces direct.
NL 13
BEDIENING
Inschakelen en vermogen instellen
Het vermogen is in te stellen in 12 standen. Daarnaast is er nog een
‘boost’ stand.
1. Zet een pan op een kookzone.
2. Druk op de sleuteltoets.
Er klinkt een enkel geluidssignaal.
3. Druk op de aan-/uittoets van de gewenste kookzone.
In de display verschijnt een knipperende ‘-’ en er klinkt een enkel
geluidssignaal. Wanneer u geen verdere actie onderneemt, schakelt
de kookzone na 10 seconden vanzelf uit.
4. Stel met de + of - toets, of de << of >> toets de gewenste stand in.
De kookplaat start automatisch in de ingestelde stand (als er een
pan gedetecteerd wordt).
▷ Drukt u de eerste keer op de + of - toets, dan verschijnt stand 6.
▷ Drukt u de eerste keer op de >> toets dan verschijnt stand 12 +
‘boost’. Dit is de ‘boost’ stand en deze kunt u gebruiken om een
korte tijd op heel hoog vermogen te koken (zie pagina 15).
▷ Drukt u de eerste keer op de << toets dan verschijnt stand 1.
Tips
• Met de + of - toets kunt u de stand stapsgewijs ophogen of
verlagen. Drukt u op de << of de >> toets, dan kunt u de stand
versneld ophogen of verlagen.
• U kunt de << , - , + of >> toets ingedrukt houden om sneller het
gewenste vermogen in te stellen.
Restwarmte-indicatie
NL 14
Pandetectie
Indien de kookplaat na het instellen van een kookvermogen geen
(ijzerhoudende) pan detecteert, zal het display blijven knipperen en de
kookzone blijft koud. Indien er binnen 1 minuut geen (ijzerhoudende)
pan geplaatst wordt, schakelt de kookzone automatisch uit (zie ook
pagina 12 en 13; “Pannen”).
Na gebruik van een kookzone kan de gebruikte zone nog een tijd heet
blijven. Zolang de kookzone heet is, blijft er een ‘H’ in de display staan.
BEDIENING
Boost
De ‘boost’ functie kunt u gebruiken om gedurende een korte tijd
(maximaal 10 minuten) op het hoogste vermogen te koken. Na het
verstrijken van de maximale boosttijd wordt het vermogen verlaagd
naar stand 12.
Boost inschakelen
1. Zet een pan op een kookzone en schakel de kookzone in.
2. Druk direct na inschakeling een keer op de >> toets.
In de display verschijnt stand 12 en ‘boost’.
• Staat een zone al ingesteld op een bepaalde stand en wilt u deze
op de ‘boost’ stand zetten, dan kunt u dit doen door meerdere
keren op de >> toets of de + toets te drukken.
De boost functie uitschakelen
De boost functie is ingeschakeld, in de display is stand 12 en ‘boost’
zichtbaar.
1. Druk op de << of - toets.
In de display verschijnt een lagere stand.
Of:
2. Druk op de aan-/uittoets van de kookzone die u wilt uitschakelen.
Er klinkt een enkel geluidssignaal en de display dooft. De kookzone
is nu helemaal uit.
Twee achter elkaar liggende kookzones
• Twee kookzones die achter elkaar liggen beïnvloeden elkaar.
Wanneer deze kookzones tegelijk ingeschakeld zijn, wordt het
vermogen automatisch verdeeld. De eerst ingestelde kookzone
houdt te allen tijde de ingestelde stand. De stand die maximaal
ingesteld kan worden voor de voor- of achterliggende kookzone die
later wordt bijgeschakeld, hangt dus af van de stand van de eerste
kookzone. Wanneer u de maximale combinatie van kookstanden
heeft bereikt, gaat de laatst ingestelde stand knipperen en wordt
automatisch verlaagd naar de hoogst mogelijke stand.
• Twee naast elkaar liggende kookzones beïnvloeden elkaar niet.
U kunt beide kookzones op een hoge stand instellen.
• Indien de Adaptive zones gebridged zijn kunnen deze niet op boost
gezet worden en kunnen de menufuncties niet gebruikt worden.
NL 15
BEDIENING
Bridgen van de Adaptive inductiezones
De Adaptive inductiezones kunnen aan elkaar gebridged (gekoppeld)
worden. Hierdoor ontstaat 1 grote zone die gebruikt kan worden voor bijv.
een grote vispan.
• Indien de Adaptive zones gebridged zijn kunnen deze niet op boost
gezet worden en kunnen de menufuncties niet gebruikt worden.
Gebruik een (vis)pan die ten minste een van de vario zones in het midden
bedekt.
Bridge functie inschakelen
1. Zet de grote pan op beide kookzones zodat deze beide goed bedekt
zijn.
2. Schakel de voorste kookzone in.
3. Houd (gedurende een aantal seconden) twee toetsen gelijktijdig
ingedrukt: druk eerst de << toets van de achterste Adaptive zone in en
druk meteen daarna de >> toets van de voorste Adaptive zone erbij in.
‘BR’ verschijnt in de display van de achterste zone. Daarna kunt u met
de voorste zone bediening voor beide zones een kookstand instellen.
4. Stel met de + of - toets, of de << of >> toets van de voorste zone de
gewenste stand in. Beide zones worden verhit in de ingestelde stand.
Uitschakelen
NL 16
Bridge functie uitschakelen
1. Tip gelijktijdig op de >> toets van de voorste Adaptive zone en de
<< toets van de achterste Adaptive zone om de stand ‘bridge’ uit te
schakelen.
De voorste zone gaat verder op de in bridge functie ingestelde stand.
Of:
2. Druk op de aan-/uittoets van de kookzone die u wilt uitschakelen.
Er klinkt een enkel geluidssignaal en de display dooft. De kookzone is nu
helemaal uit.
Eén kookzone uitschakelen
Druk op de aan-/uittoets van de kookzone die u wilt uitschakelen.
Er klinkt een enkel geluidssignaal en de display dooft.
• Indien alle kookzones op deze manier uitgeschakeld zijn staat de
kookplaat automatisch in stand-by modus (zie ook ‘stand-by modus’).
BEDIENING
Stand-by modus
Alle kookzones tegelijk uitschakelen
Druk kort op de sleuteltoets om alle kookzones gelijktijdig uit te
schakelen.
Er klinkt een enkel geluidssignaal. Naast de sleuteltoets blijft een rood
lampje langzaam aan en uit gaan.
• De kookplaat staat nu in de eco stand-by modus (zie ook ‘eco
stand-by modus’).
In stand-by modus is de kookplaat uitgeschakeld. U kunt naar de
stand-by modus schakelen vanuit eco stand-by modus, of door alle
afzonderlijke kookzones uit te schakelen.
Vanuit de stand-by modus kunt u direct beginnen met koken door op
de aan-/uittoets van de gewenste kookzone te drukken.
De kookplaat vanuit eco stand-by modus naar stand-by modus
schakelen
Het rode lampje naast de sleuteltoets blijft langzaam aan en uit gaan.
• Druk kort op de sleuteltoets om naar stand-by modus te schakelen.
Er klinkt een enkel geluidssignaal. Alle lampjes op de kookplaat zijn
uit.
Eco stand-by modus
In eco stand-by modus is de kookplaat uitgeschakeld en verbruikt de
kookplaat het minste energie.
De kookplaat kan naar eco stand-by modus geschakeld worden vanuit
de stand-by modus en wanneer er nog kookzones actief zijn.
Wist u dat
De kookplaat in eco stand-by modus minder dan 0,5 W verbruikt.
Dit is nog minder dan in de stand-by modus van de kookplaat.
De kookplaat naar eco stand-by modus schakelen
• Druk kort op de sleuteltoets.
Er klinkt een enkel geluidssignaal. De eco stand-by modus is actief,
het rode lampje naast de sleuteltoets blijft langzaam aan en uit
gaan.
NL 17
BEDIENING
Kinderslot
Vanuit de eco stand-by modus kunt u niet meteen beginnen met koken.
Hiervoor moet de kookplaat eerst naar stand-by modus geschakeld
worden.
Wist u dat
Na 30 minuten in de stand-by modus schakelt de kookplaat
automatisch naar eco stand-by modus om onnodig energieverbruik
te voorkomen.
U kunt de kookplaat met het kinderslot vergrendelen. Onbedoeld
inschakelen van de kookzones wordt hiermee voorkomen.
De kookplaat naar kinderslot schakelen
1. Druk gedurende 2 seconden op de sleuteltoets.
Er klinkt een dubbel geluidssignaal. Alle toesten zijn nu inactief
behalve de sleuteltoets. De kookplaat schakelt eerst naar eco stand-
by modus en dan door naar de kinderslot modus. Het rode lampje
brandt constant.
2. Druk nogmaals 2 seconden op de sleuteltoets om de kookplaat van
het kinderslot te halen.
Er klinkt een enkel geluidssignaal. De kookplaat is nu in stand-by
modus. Het rode lampje naast de sleuteltoets is uit.
NL 18
Tip
Zet de kookplaat in de kinderslot modus voordat u de kookplaat gaat
reinigen om te voorkomen dat deze per ongeluk inschakelt.
Wist u dat
Wanneer de kookplaat op het kinderslot staat, deze net zo weinig
energie verbruikt als in de eco stand-by modus.
Pauze
Met de pauze functie kunt u de gehele kookplaat tijdens het koken
gedurende 5 minuten ‘op pauze’ zetten. U kunt de kookplaat zo
gedurende een korte tijd, op een veilige manier alleen laten of
schoonmaken, zonder instellingen te verliezen.
BEDIENING
De kookplaat naar pauze modus schakelen
• Druk éénmaal op de pauzetoets.
Er klinkt een dubbel geluidssignaal, de kookzones gaan uit en het
rode lampje naast de pauzetoets knippert.
▷ Eventueel ingestelde timers/kookwekkers staan stil.
▷ Alle kookzones worden automatisch uitgeschakeld.
▷ Alle toetsen zijn inactief behalve de sleuteltoets en de
pauzetoets. Ook de aan-/uittoetsen van de afzonderlijke
kookzones blijven actief, echter deze reageren met een
vertraging van twee seconden zodat u het bedieningspaneel
kunt schoonmaken.
• Indien u binnen 5 minuten nogmaals op de pauzetoets drukt, zullen
de gepauzeerde kookprocessen hervatten.
Er klinkt een dubbel geluidssignaal, de kookplaat hervat de
instellingen zoals deze voor de pauze ingesteld zijn.
• Indien u binnen 5 minuten geen verdere actie onderneemt:
Worden alle actieve kookzones automatisch uitgeschakeld. Daarna
blijft de pauzetoets nog 25 minuten knipperen om aan te geven
dat de kookprocessen door de pauze modus zijn beëindigd. Na
25 minuten schakelt de kookplaat automatisch van pauze modus
naar eco stand-by modus.
Herkennen van een modus
De stand-by modus
De eco stand-by modus
De kinderslot modus
De pauze modus
Er brandt geen enkel lampje.
Het rode lampje naast de sleuteltoets
blijft langzaam aan en uit gaan.
Het rode lampje naast de sleuteltoets
brandt constant.
Het rode lampje naast de pauzetoets
knippert.
NL 19
BEDIENING
Timer / Kookwekker
De timer-/kookwekkertoets van elke kookzone heeft twee functies:
De timerfunctie De kookwekkerfunctie
Deze functie is te herkennen aan
het rode pijltje naar boven.
In de timerfunctie loopt de tijd op. In de kookwekkerfunctie telt de
De timer is niet te koppelen aan
een kookzone.
De timerfunctie schakelt na
het drukken op de timer-/
kookwekkertoets na 3 seconden
vanzelf in als u niets doet.
Let op
• Per set van twee kookzones (voor en achter) is één timer/
kookwekker beschikbaar. In geval van een eventuele 5e kookzone,
heeft de 5e kookzone een eigen timer/kookwekker.
• De timer/kookwekker kan per set van twee kookzones slechts aan
één van beide kookzones gekoppeld worden.
• De timer-/kookwekkerfunctie kan ook gebruikt worden zonder een
bijbehorende kookzone te activeren.
De timer inschakelen
1. Druk éénmaal op de timer-/kookwekkertoets van de kookzone.
De display van de timer licht op en u ziet drie nullen knipperen. Daar
onder verschijnt een + en -.
• Als u geen tijd instelt met de + of - toets gaat na 3 seconden
automatisch de timer lopen. De timer loopt tot maximaal 9 uur en
59 minuten.
Het rode pijltje naar boven licht op en de tijd loopt op.
2. Druk nogmaals op de timer-/kookwekkertoets om deze uit te
schakelen.
Deze functie is te herkennen aan
het rode pijltje naar beneden.
tijd af.
De kookwekker is te koppelen aan
een kookzone. Dit houdt in dat
de kookzone uitschakelt als de
ingestelde tijd afgelopen is.
De kookwekkerfunctie is te
bereiken vanuit de timerfunctie
door op de rode + of - toets te
drukken.
NL 20
BEDIENING
De kookwekker inschakelen
1. Druk éénmaal op de timer-/kookwekkertoets van de kookzone.
2. Druk op de + of - toets om van de timerfunctie naar de
kookwekkerfunctie te schakelen. Daarna kunt met de + toets de
gewenste kookduur instellen. Vervolgens kunt u met de - toets de
ingestelde tijd aanpassen.
Het rode pijltje naar beneden licht op. De tijd telt af.
3. Druk nogmaals op de timer-/kookwekkertoets om deze weer uit te
schakelen.
Let op
• De kookwekker is gekoppeld aan de kookzone indien de
bijbehorende kookzone ingeschakeld is.
• Indien de kookwekker gekoppeld is aan een kookzone zal de
kookzone uitschakelen nadat de ingestelde tijd verstreken is.
Het kookwekkeralarm gaat af en geeft gedurende een kwartier
in afnemende mate een geluidssignaal, terwijl ‘0.00’ en het rode
pijltje naar beneden blijven knipperen. Druk nogmaals op de timer-/
kookwekkertoets van de kookzone waarvan het rode pijltje naar
beneden knippert, om het kookwekkeralarm weer uit te schakelen.
De kookduur instellen
• Schakel de kookwekker in.
Toets Stappen van x per
toetsaanraking
+ x = 1 minuut 0.00 tot ...
- x = 10 seconden 5.00 - 0.00
- x = 30 seconden 9.00 - 5.00
- x = 1 minuut ... tot 9.00
Na 9 minuten en 0 seconden (‘9.00’) verschijnt boven het display het
woord “.min” en tellen de minuten verder op achter de punt.
Tip
U kunt de + of - toets ingedrukt houden om sneller de gewenste
kookduur in te stellen.
Tijdsduur
NL 21
BEDIENING
Geluidssignaal in- en uitschakelen
1. Druk tweemaal op de meest linker aan-/uittoets.
2. Houd daarna tegelijkertijd de << toets en de + toets ingedrukt
totdat u een geluidssignaal hoort.
Het geluidssignaal is nu uitgeschakeld voor alle toetsbedieningen,
behalve bij de pauzetoets en de sleuteltoets. Let wel: het
kookwekker alarm en het geluidssignaal bij foutmeldingen zijn niet
uit te schakelen.
3. Gebruik dezelfde toetscombinatie om het geluid weer in te
schakelen.
NL 22
BEDIENING
Automatische kookprogramma’s
Uw kookplaat is voorzien van 6 automatische kookprogramma’s.
De eventuele eindtijd van een automatisch kookprogramma kunt u
zelf instellen met behulp van de kookwekkerfunctie (zie pagina 21).
De kookprogramma’s zijn gebaseerd op gangbare hoeveelheden.
De tabellen zijn bedoeld als richtlijn, door de ruime marges kunt u
het gerecht naar uw eigen wensen aanpassen.
Een automatisch kookprogramma instellen
De kookzone is ingeschakeld.
• Druk op de menutoets.
Een reeks van 6 iconen licht op, waarvan 1 icoon feller dan de
anderen.
• Druk nogmaals op de menutoets, of houd de menutoets ingedrukt
om naar de volgende menufunctie te gaan.
Het gekozen kookprogramma start automatisch na 3 seconden.
Een ‘A’ van ‘automatisch’ verschijnt in de display.
Indien er een automatisch kookprogramma actief is, kunt u met de
volgende toetsen terugkeren naar het handmatige kookproces:
<< , + , - , >> .
Let op
De kookprogramma’s zijn niet werkzaam indien de zones
gebridged zijn.
NL 23
BEDIENING
(Aan)kookfunctie*
Brengt de inhoud van de pan aan de kook (100 °C) en houdt deze aan
de kook. Er klinkt een geluidssignaal als de inhoud aan de kook is of als
het gerecht moet worden toegevoegd. Deze functie werkt alleen met
deksel op de pan.
Gerecht Aantal
personen
1 - 3 200 - 500 g Steelpan (Ø 200) Ø 145 1,0 l incl. aardappelen
3 - 5 500 - 800 g Lage pan (Ø 200) Ø 180 1,5 l incl. aardappelen
3 - 5 500 - 800 g Hoge pan (Ø 200) Ø 180 1,5 l incl. aardappelen
Gekookte
aardappelen
6 - 8 1000 - 1400 g Hoge pan (Ø 200)
9 - 15 1500 - 2200 g Grote pan (Ø 240) Ø 260 3,5 l incl. aardappelen
9 - 15 1500 - 2200 g Grote pan (Ø 240)
1 - 3 150 - 250 g Steelpan (Ø 200) Ø 145 1,0 l incl. groenten
3 - 4 300 - 500 g Lage pan (Ø 200) Ø 180 1,5 l incl. groenten
Gekookte
(harde)
groenten
3 - 4 300 - 500 g Hoge pan (Ø 200) Ø 180 1,5 l incl. groenten
4 - 6 500 - 750 g Hoge pan (Ø 200)
6 - 8 750 - 900 g Grote pan (Ø 240) Ø 260 3,5 l incl. groenten
6 - 8 750 - 900 g Grote pan (Ø 240)
Eieren
2 - 6 2 - 6 eieren Steelpan (Ø 200) Ø 145 1,0 l incl. eieren
8 - 12 8 - 12 eieren Lage pan
1 100 g Steelpan (Ø 200) Ø 145 1,0 l alleen water
2 - 4 200 - 400 g Lage pan (Ø 200) Ø 180 1,5 l alleen water
Rijst
2 - 4 200 - 400 g Hoge pan (Ø 200) Ø 180 1,5 l alleen water
4 - 5 400 - 500 g Hoge pan (Ø 240)
1 - 2 100 - 200 g Lage pan (Ø 200) Ø 180 1,0 l alleen water
2 - 3 200 - 300 g Hoge pan (Ø 200)
Pasta
4 - 6 400 - 600 g Grote pan (Ø 240) Ø 260 3,0 l alleen water
4 - 6 400 - 600 g Grote pan (Ø 240)
Hoeveelheid Pan Zone De pan vullen tot:
(begin kookproces)
Ø 210 /
Adaptive
Ø 260
dubbel
Ø 210 /
Adaptive
Ø 260
dubbel
2,5 l incl. aardappelen
3,5 l incl. aardappelen
2,5 l incl. groenten
3,5 l incl. groenten
(Ø 200) Ø 180 1,5 l incl. eieren
Ø 210 /
Adaptive
Ø 210 /
Adaptive
Ø 260
dubbel
2,0 l alleen water
2,0 l alleen water
3,5 l alleen water
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
NL 24
1) Na het geluidssignaal kan de rijst of pasta worden toevoegd.
* Deze menufuncties werken het best als ze worden opgestart aan het
begin van het kookproces.
BEDIENING
Sudderfunctie
De temperatuur van het gerecht wordt constant tegen het kookpunt
(90 °C - 95 °C) aangehouden. De sudderstand werkt het beste met
een deksel op de pan. Dikkere gerechten moeten elke 15 minuten
omgeroerd worden. De maximale suddertijd is 8 uur, tenzij er met
behulp van een timer een kortere tijd ingesteld is.
Gerecht Hoeveelheid +/- Pan Zone
1 l Lage pan (Ø 200) Ø 145
1 l Lage pan (Ø 200) Ø 180
1,5 l Hoge pan (Ø 200) Ø 180
Saus of soep
1 l Lage pan (Ø 200) Ø 210 / Adaptive
1,5 l Hoge pan (Ø 200) Ø 210 / Adaptive
2,5 l Grote pan (Ø 240) Ø 260
2.5 l Grote pan (Ø 240) Ø 260 dubbel
Warmhoudfunctie
De temperatuur van het gerecht wordt automatisch op een constante
temperatuur van 70 °C - 75 °C gehouden. De warmhoudstand werkt
het beste met een deksel op de pan. Grotere hoeveelheden en dikkere
gerechten moeten af en toe geroerd worden. De maximale warmhoudtijd
is 8 uur, tenzij er met behulp van een timer een kortere tijd ingesteld is.
Gerecht Aantal
personen
1 1000 g Steelpan (Ø 200) Ø 145
2 - 3 1500 g Lage pan (Ø 200) Ø 180
4 2000 g Hoge pan (Ø 200) Ø 180
Alle gerechten
4 2000 g Hoge pan (Ø 200)
8 4000 g Grote pan (Ø 240) Ø 260
8 4000 g Grote pan (Ø 240) Ø 260 dubbel
Hoeveelheid
+/-
Pan Zone
Ø 210 /
Adaptive
NL 25