AEG-Electrolux S83600CMW1, S83200CMW1 User Manual

S83200CMW1 S83600CMW1
NL Gebruiksaanwijzing 2 EN User manual 25 DE Benutzerinformation 46
www.aeg.com
2
INHOUD
1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
3. BEDIENINGSPANEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
6. ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
7. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
8. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
9. GELUIDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
10. TECHNISCHE GEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
11. MILIEUBESCHERMING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS 3
1.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarbor­gen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclu­sief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het be­langrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig be­kend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het ap­paraat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigen­dommen dient u zich aan de voorzorgs­maatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoor­delijk voor schade die door het niet op­volgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van
1.2 Algemene veiligheid
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor los­staande als ingebouwde modellen.
• Dit apparaat is bedoeld voor het be-
• Gebruik geen mechanische hulpmid-
• Gebruik geen andere elektrische ap-
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor ge­bruik door personen (waaronder be­grepen kinderen) met verminderde fy­sieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Let op dat u het koelcircuit niet be-
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) be-
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te
een magnetische deursluiting, een ou­der apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voor­komt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
WAARSCHUWING!
waren van levensmiddelen en/of dran­ken in een gewoon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje.
delen of kunstgrepen om het ontdooi­proces te versnellen.
paraten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
schadigt.
vindt zich in het koelcircuit van het ap­paraat, dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installa­tie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is: – open vuur en ontstekingsbronnen
vermijden
– de ruimte waar het apparaat zich
bevindt grondig ventileren
brengen in de specificaties of dit pro­duct op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortslui­ting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken.
www.aeg.com
4
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (net­snoer, stekker, compressor) mo­gen om gevaar te voorkomen uitsluitend worden vervangen door een erkende onderhouds­dienst of gekwalificeerd onder­houdspersoneel.
1.
Het netsnoer mag niet verlengd worden.
2.
Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de achterkant van het apparaat. Een platgedrukte of be­schadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken.
3.
Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4.
Trek niet aan het snoer.
5.
Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico op een elek­trische schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebrui­ken zonder het afdekkapje (indien van toepassing) van het lampje.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzich­tig als u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen voch­tig/nat zijn, dit kan uw huid beschadi­gen of vrieswonden veroorzaken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
• De eventuele gloeilampen in dit appa­raat zijn speciaal geselecteerd en uit­sluitend bedoeld voor gebruik in huis­houdelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
1.3 Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kun­nen ontploffen.
• Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. (Als het apparaat rijpvrij is)
• Diepgevroren voedsel mag niet op­nieuw worden ingevroren als het een­maal ontdooid is.
• Bewaar voorverpakte diepvriesproduc­ten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
• U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mous­serende dranken in de vriezer, deze veroorzaken druk op de fles die daar­door kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
• IJslollies kunnen vrieswonden veroor­zaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat geconsumeerd worden.
1.4 Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Ge­bruik een kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast re­gelmatig op dooiwater. Maak de af­voer, indien nodig, schoon. Als de af­voer verstopt is, zal er water op de bo­dem van het apparaat liggen.
1.5 Installatie
Voor de aansluiting van elektrici­teit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opge­volgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het appa­raat niet aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen on­middellijk bij de winkel waar u het ap­paraat gekocht heeft. Gooi in dat ge­val de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie terugvloeien in de com­pressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoen­de ventilatie te verkrijgen de instruc-
ties met betrekking tot de installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, tenein­de te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden ver­oorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiato­ren of kooktoestellen geplaatst wor­den.
• Verzeker u ervan dat de stekker be­reikbaar is nadat het apparaat geïn­stalleerd is.
• Aansluiten op de drinkwatervoorzie­ning (indien voorzien van een water­aansluiting).
1.6 Service
• Alle elektrotechnische werkzaamhe­den die noodzakelijk zijn voor het uit­voeren van onderhoud aan het appa­raat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektricien of competent persoon.
• Verwijder het afdekplaatje van de LED-verlichting niet. Neem contact op met de dichtstbijzijnde After Sales Service om het LED-lichtbord indien nodig te vervangen.
NEDERLANDS 5
• Dit product mag alleen worden onder­houden door een erkend onderhouds­centrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reser­veonderdelen.
1.7 Bescherming van het
milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen bescha­digen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatie­schuim bevat ontvlambare gas­sen: het apparaat moet wegge­gooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom be­schadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit appa­raat en die voorzien zijn van het
symbool
zijn recyclebaar.
www.aeg.com
6
2. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1 2 54 7 8 9
Maxibox-lade
1
Freshbox-lade
2
Glazen planken
3
Dynamic Air-koelen
4
Flessenrek
5
Bedieningspaneel
6
Boterschap
7
3 6
10111213
Deurplateaus
8
Flessenrek
9
Vriesmand
10
Maxibox-lade
11
Vriesmand
12
Typeplaatje
13
3. BEDIENINGSPANEEL
1
7
6
5
Toets temperatuur lager koelkast
1
Toets temperatuur hoger koelkast
2
ON/OFF -toets
3
OK-toets Toets temperatuur hoger vriezer
4
Display
5
Toets temperatuur lager vriezer
6
Mode-toets
7
Het is mogelijk om het ingestelde geluid van knoppen te wijzigen in een luide klank door tegelijkertijd
7
MODE enkele seconden in te drukken. U kunt deze wijziging ongedaan ma­ken.
3.1 Display
10
9
8
7
6
Temperatuurlampje koelkast
1
Vakantiefunctie
2
Functie Extra luchtvochtigheid
3
Koelkast uit
4
Temperatuurlampje vriezer
5
en MINUS 6 gedurende
1
5
NEDERLANDS 7
Alarmlampje
6
Drink Chill-functie
2
3
4
7
FROSTMATIC-functie
8
COOLMATIC-functie
9
Kinderslotfunctie
10
3.2 Inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in te schakelen:
1.
Steek de stekker in het stopcontact.
2.
Druk op de ON/OFF -toets van het apparaat als het display uit is.
3.
Het alarm kan na een paar seconden afgaan.
Zie 'Alarm hoge temperatuur' voor informatie over het resetten van het alarm.
4.
If "dEMo" verschijnt op het display, het apparaat staat in de demonstra­tiestand. Zie 'Problemen oplossen'.
5.
Het temperatuurlampje toont de in-
gestelde standaardtemperatuur. Zie 'Temperatuurregeling' om een ande­re temperatuur in te stellen.
3.3 Uitschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat uit te schakelen:
1.
Druk op de ON/OFF-knop voor 5 se-
conden.
2.
2
3
Het display wordt uitgeschakeld.
3.
Trek de stekker uit het stopcontact
om de stroomtoevoer naar het ap-
paraat af te sluiten.
4
3.4 De koelkast uitschakelen
Voor uitschakeling van de koelkast:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
Het indicatielampje Koelkast uit
knippert.
Het indicatielampje koelkast toont
gedachtestreepjes.
2.
Druk op de OK-knop om te bevesti-
gen.
www.aeg.com
8
3.
Het indicatielampje Koelkast uit wordt getoond.
3.5 De koelkast inschakelen
Voor inschakeling van de koelkast:
1.
Druk op de temperatuurknop van de koelkast.
Of:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij­behorende pictogram verschijnt.
Het indicatielampje Koelkast uit knippert.
2.
Druk op de OK-knop om te bevesti­gen.
3.
Het indicatielampje Koelkast uit gaat
uit. Zie 'Temperatuuregeling' om een ande­re temperatuur in te stellen.
3.6 Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de koel­kast en de vriezer kan worden ingesteld met de temperatuurknoppen. Standaard ingestelde temperatuur:
• +5 °C voor de koelkast
• -18 °C voor de vriezer De temperatuurweergave toont de inge­stelde temperatuur.
Schakel het apparaat uit om de standaard ingestelde tempera­tuur te herstellen.
De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt. Schommelingen van een paar graden rond de ingestelde temperatuur zijn nor­maal en vormen geen storing van het apparaat.
Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.
3.7 Kinderslot-functie
Selecteer de kinderslotfunctie om de be­diening van de knoppen te vergrendelen tegen onbedoelde bediening. Voor inschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
2.
Het indicatielampje Kinderslot knip-
pert.
3.
Druk op de OK-knop om te bevesti­gen.
Het indicatielampje Kinderslot wordt getoond.
Voor uitschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het indi­catielampje Kinderslot knippert.
2.
Druk op de OK-knop om te bevesti­gen.
3.
Het indicatielampje Kinderslot gaat uit.
3.8 De functie Extra luchtvochtigheid
Als u de luchtvochtigheid in de koelkast wilt verhogen, dan raden we het gebruik van de functie Extra luchtvochtigheid aan. Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij­behorende pictogram verschijnt.
Het Extra luchtvochtigheid-lampje knippert.
2.
Druk op de toets OK om te bevesti­gen.
Het Extra luchtvochtigheid-lampje licht op.
Om de functie uit te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het Extra luchtvochtigheid-lampje knippert.
2.
Druk op de toets OK om te bevesti­gen.
3.
Het Extra luchtvochtigheid-lampje gaat uit.
3.9 COOLMATIC-functie
Als u een grote hoeveelheid warm voed­sel, bijvoorbeeld na het doen van de boodschappen, in de koelkast wilt plaat­sen, adviseren wij u de COOLMATIC­functie in te schakelen om deze produc­ten sneller te koelen en om te voorko­men dat voedsel dat al in de koelkast ligt warm wordt. Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij­behorende pictogram verschijnt.
Het COOLMATIC indicatielampje knippert.
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti­gen.
Het COOLMATIC -indicatielampje
wordt weergegeven. De COOLMATIC-functie wordt automa­tisch na ongeveer 6 uur uitgeschakeld. Om de functie uit te schakelen voor de­ze automatisch afloopt:
1.
Druk op de Mode-knop tot het
COOLMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti-
gen.
3.
Het COOLMATIC-lampje gaat uit.
De functie gaat uit door een an­dere ingestelde koelkasttempe­ratuur te selecteren.
3.10 Minute Minder-functie
DeMinute Minder -functie wordt ge­bruikt om een akoestisch alarm in te stel­len op een gekozen tijd. Dit is bijvoor­beeld nuttig wanneer een recept gedu­rende een bepaalde tijd moet afkoelen of wanneer u niet wilt vergeten dat u flessen in de vriezer hebt geplaatst om ze snel te laten afkoelen. Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
Het Minute Minder indicatielampje
knippert.
De Timer toont gedurende enkele
seconden de ingestelde waarde (30
minuten).
2.
Druk op de knop Koeltemperatuur
om de waarde van de timer te wijzi-
gen van 1 tot 90 minuten.
3.
Druk op de OK-toets om te bevesti-
gen.
Het Minute Minder -indicatielampje
wordt weergegeven.
De timer begint te knipperen (min). Op het einde van de aftelling knippert het Minute Minder -lampje en klinkt een alarm:
1.
Verwijder alle drankjes uit het vries-
vak.
2.
Druk op de OK -knop om de klank
uit te schakelen en de functie te be-
eindigen. De functie kan op elk moment worden uitgeschakeld tijdens het aftellen:
1.
Druk op de Mode-knop tot het Mi-
nute Minder -lampje knippert.
NEDERLANDS 9
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti­gen.
3.
Het Minute Minder -lampje gaat uit. U kunt de tijd tijdens het aftellen en na afloop altijd wijzigen door op de knop Koeltemperatuur kouder en de knop Koeltemperatuur warmer te drukken.
3.11 FROSTMATIC-functie
Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
Het FROSTMATIC indicatielampje
knippert.
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti-
gen.
Het FROSTMATIC -indicatielampje
wordt weergegeven. Deze functie stopt automatisch na 52 uur. Om de functie uit te schakelen voor de­ze automatisch afloopt:
1.
Druk op de Mode-knop tot het
FROSTMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti-
gen.
3.
Het FROSTMATIC-lampje gaat uit.
Plaats het verse voedsel dat moet worden ingevroren in de FROSTMATIC-lade. De functie gaat uit door een an­dere ingestelde vriezertempera­tuur te selecteren.
3.12 Alarm hoge temperatuur
Een toename van de temperatuur in de vriesruimte (bijvoorbeeld door een eer­dere stroomuitval) wordt aangegeven door:
• knipperende indicatielampjes van het
alarm en de vriezertemperatuur
• het geluid van de zoemer. Om het alarm te resetten:
1.
Druk op een willekeurige toets.
2.
De zoemer gaat uit.
3.
De temperatuurweergave van de
vriezer toont de hoogste tempera-
tuur gedurende een aantal secon-
den. En toont dan weer de ingestel-
de temperatuur.
www.aeg.com
10
4.
Het indicatielampje alarm blijft knip­peren totdat de normale omstandig-
heden zijn hersteld. Als het alarm is teruggekeerd, gaat het indicatielampje alarm uit.
3.13 Alarm bij open deur
Als de koelkastdeur enkele minuten heeft opengestaan klinkt er een akoes-
4. DAGELIJKS GEBRUIK
tisch alarm. De alarmtoestand bij geo­pende deur wordt aangegeven door:
• een knipperende alarmindicatie
• een zoemer Als de normale omstandigheden zijn hersteld (deur gesloten), wordt het akoestische alarm uitgeschakeld.
4.1 Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is in­schakelt, het apparaat minstens 2 uur la­ten werken voordat u er producten in plaatst. De vriesladen zorgen ervoor dat u het voedselpakket dat u wenst, snel en mak­kelijk kan vinden. Indien grote hoeveel­heden voedsel moeten worden be­waard, verwijder dan alle lades behalve de onderste lade die nodig is voor een goede luchtcirculatie. Het voedsel kan op alle schappen tot 15 mm ver naar de deur uitsteken.
In het geval van onbedoelde ont­dooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder 'tijdsduur' is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsu­meerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer wor­den ingevroren (nadat het afge­koeld is).
4.2 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het
koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveel­heid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de be­reiding iets langer duren.
4.3 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invrie­zen van vers voedsel en voor het voor een lange periode bewaren van ingevro­ren en diepgevroren voedsel. Om vers voedsel in te vriezen, acvtiveer de FROSTMATIC functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt. Plaats het verse voedsel dat moet wor­den ingevroren in het FROSTMATIC­compartiment. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden is vermeld op het typeplaatje, een etiket dat aan de binnenkant van het apparaat zit. Het invriesproces duurt 24 uur. Vries tij­dens deze periode geen ander voedsel in.
4.4 Temperatuurweergave
NEDERLANDS 11
Thermostaat moet bijgesteld worden
Juiste temperatuur
OK
4.5 CleanAir Control-filter
Uw apparaat is voorzien van een kool­stoffilter dat zich achter een klepje op de achterkant van het luchtdistributievak bevindt.
4.6 Luchtkoeling
Om u te helpen uw apparaat correct te bedienen, hebben we uw koelkast uitge­rust met een temperatuurlampje. Het symbool aan de zijkant duidt het koudste deel van de koelkast aan. Het koudste deel is het deel van de gla­zen legplank van de fruit- en groentenla­de tot aan het symbool of tot de leg­plank ter hoogte van het symbool. Om ervoor te zorgen dat het voedsel op de juiste manier bewaard wordt, zorg er­voor dat het temperatuurlampje het be­richt "OK" weergeeft. Indien "OK" niet wordt weergegeven, stel dan de temperatuur in op een lage­re temperatuur en wacht 12 uur alvorens de temperatuur nogmaals te controle­ren. Het is normaal dat het bericht "OK" ver­dwijnt nadat u voedsel in het apparaat geplaatst hebt of na herhaaldelijk ope­nen van de deur.
Het filter zuivert de lucht van ongewen­ste geuren in de koelruimte, waardoor de bewaarkwaliteit verder wordt verbe­terd.
Met de ClimaTech-technologie wordt voedsel snel gekoeld en wordt de tem­peratuur in het koelvak gelijkmatiger. Deze voorziening maakt snelle koeling van levensmiddelen mogelijk en zorgt voor een gelijkmatiger temperatuur in het vak.
www.aeg.com
12
4.7 QuickChill van dranken
4.8 ProFresh Stand
Deze functie stelt u in staat om dranken snel te koelen. Om de functie aan te zetten:
1.
Verwijder de FreshBox-lade, of plaats deze omhoog, en plaats het flessenrek voor de QuickChill ope­ningen, zoals weergegeven op de afbeelding.
2.
Schakel de functie COOLMATIC in.
3.
Het COOLMATIC-lampje gaat bran­den.
4.
Schuif de klep naar boven zoals weergegeven op de afbeelding.
Om de functie uit te zetten:
1.
Schuif de klep naar beneden.
2.
Schakel de COOLMATIC-functie uit.
3.
Het COOLMATIC-lampje gaat uit.
De functie wordt na enkele uren automatisch uitgeschakeld.
Als het compartiment niet als FreshBox nodig is, dan kunnen de instellingen worden gewijzigd om een koude lade te verkrijgen.
Om de functie aan te zetten:
1.
Schuif de klep naar boven zoals weergegeven op de afbeelding.
Om de functie uit te zetten:
1.
Schuif de klep naar beneden.
4.9 FreshBox lade
NEDERLANDS 13
Deze functie maakt snelle koeling van le­vensmiddelen mogelijk en zorgt voor een gelijkmatige temperatuur in de lade.
Om de functie aan te zetten:
1.
Schakel de functie COOLMATIC in.
2.
Het COOLMATIC-lampje gaat bran­den.
3.
Schuif de klep naar boven zoals weergegeven op de afbeelding.
Om de functie uit te zetten:
1.
Schuif de klep naar beneden.
2.
Schakel de COOLMATIC-functie uit.
3.
Het COOLMATIC-lampje gaat uit.
De functie wordt na enkele uren automatisch uitgeschakeld.
4.10 MAXIBOX lade
De lade is geschikt voor het opbergen van fruit en groente. Er zit een schotje in de lade dat in ver­schillende standen gezet kan worden om aan persoonlijke behoeftes te voldoen. Er zit een rooster (indien aanwezig) op de bodem van de lade om fruit en groente op afstand te houden van even­tuele vochtigheid op het oppervlak van de bodem. Verwijder alle delen in de lade voor schoonmaakwerkzaamheden.
www.aeg.com
14
4.11 Flessenrek
Plaats de flessen (met de openingen naar voren gericht) in het voorgeplaatste schap.
Als het schap horizontaal geplaatst is, mogen alleen afgesloten flessen worden neergezet. Dit schap voor een flessenhouder kan worden gekanteld om vooraf geopende flessen te bewaren. Trek hiervoor de houder omhoog zodat deze omhoog draait en op het niveau erboven kan worden geplaatst.
4.12 Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal glijschoenen zodat de le­grekken op de gewenste plaats gezet kunnen worden.
4.13 Het plaatsen van de deurplateaus
Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken, kunnen de schappen op verschil-
1
2
3
lende hoogtes worden geplaatst. Om deze aanpassingen uit te voeren, gaat u als volgt te werk: trek het schap geleidelijk in de richting van de pijlen totdat het los komt en plaats het schap op een andere gewen­ste hoogte terug.
5. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
5.1 Normale bedrijfsgeluiden
• U kunt een zwak gorgelend en borre-
lend geluid horen wanneer het koel-
middel door leidingen wordt ge­pompt. Dit is normaal.
• Als de compressor aan staat, wordt het koelmiddel rondgepompt en dan
zult u een zoemend en kloppend ge­luid van de compressor horen. Dit is normaal.
• De thermische uitzetting kan een plot­seling krakend geluid veroorzaken. Dit is een natuurlijk, niet gevaarlijk fysisch verschijnsel. Dit is normaal.
5.2 Tips voor
energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open la­ten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur staat en het apparaat vol­ledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit ge­beurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen.
5.3 Tips voor het koelen van
vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampen­de vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
5.4 Nuttige tips voor het
koelen
Nuttige tips: Vlees (alle soorten) in plastic zakken ver­pakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mo­gen op willekeurig welk schap gezet worden. Fruit en groente: deze moeten zorgvul­dig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) ge­plaatst worden.
NEDERLANDS 15
Boter en kaas: dit moet in speciale lucht­dichte bakjes gelegd of in aluminiumfo­lie of plastic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te slui­ten. Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in de deur. Bananen, aardappelen, uien en knof­look, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden.
5.5 Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het in­vriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoonge­maakte levensmiddelen van uitsteken­de kwaliteit in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig wor­den ingevroren en zo kunt u later al­leen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is;
5.6 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
• verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op ge-
www.aeg.com
16
schikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levens­middelen zo snel mogelijk van de win­kel naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk
6. ONDERHOUD EN REINIGING
• als voedsel eenmaal ontdooid is, be­derft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven be­waarperiode.
6.1 De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen. Deze beschadi­gen de lak.
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshan­deling dan ook verricht, de stek­ker uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onder­houd en herladen mag alleen uit­gevoerd worden door bevoegde technici.
6.2 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutra­le zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te ver­zekeren dat ze schoon zijn en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog. Trek niet aan leidingen en/of ka-
bels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmid­delen, schuurpoeders, erg ge­parfumeerde reinigingsproduc­ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat schoon met een borstel of stof­zuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elek­triciteitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsys­teem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreini­gers bevatten chemicaliën die de kunst­stoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwas­middel. Steek, na het schoonmaken van het ap­paraat, de stekker weer in het stopcon­tact.
6.3 Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt elke keer als de compressor­motor tijdens normale werking stopt, au­tomatisch van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een afvoergaatje in een speciale op­vangbak aan de achterkant van het ap­paraat, boven de compressormotor, waar het verdampt. Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig schoon te maken om te voorkomen dat het water overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen. Gebruik daarvoor de speciale reiniger, die al in het afvoergaatje zit.
6.4 Het ontdooien van de vriezer
Het vriesvak van dit model is een "no­frost"-type. Dit betekent dat zich in het vriesvak geen ijs vormt als deze in bedrijf is, noch tegen de wanden noch op de le­vensmiddelen.
NEDERLANDS 17
Het voorkomen van ijsvorming wordt ge­realiseerd door een continue circulatie van koude lucht in het vak, die aange­dreven wordt door een automatisch ge­regelde ventilator.
7. PROBLEMEN OPLOSSEN
LET OP!
Voordat u problemen oplost, trekt u eerst de stekker uit het stopcontact. Alleen een gekwalificeerd elek­trotechnicus of een bevoegd persoon mag problemen oplos­sen die niet in deze handleiding beschreven zijn.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt lawaai.
De compressor werkt continu.
De deur is niet goed ge-
De deur is te vaak geo-
Het apparaat is niet ste­vig en stabiel geplaatst.
De thermostaatknop staat misschien niet goed.
sloten.
pend.
Tijdens een normale gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
Controleer of het apparaat stabiel staat (alle vier de voetjes moeten op de vloer staan).
Stel een hogere tempera­tuur in.
Zie 'De deur sluiten'.
Laat de deur niet langer dan nodig openstaan.
www.aeg.com
18
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De temperatuur van het
product is te hoog.
Laat het product afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opbergt.
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
De functie FROSTMATIC
is ingeschakeld
De functie COOLMATIC
is ingeschakeld
Er loopt water over de achterkant van de koelkast.
Tijdens het automatische ontdooiproces ontdooit de rijp tegen de achter-
Verlaag de omgevingstem­peratuur.
Raadpleeg " FROSTMA­TIC functie"
Raadpleeg " COOLMATIC functie"
Dit is normaal.
wand.
Er loopt water in de koelkast.
Producten verhinderen
Er loopt water over de vloer.
De waterafvoer is ver­stopt.
dat water in de waterop­vangbak kan stromen.
De dooiwaterafvoer loopt niet in de verdamperbak
Reinig de waterafvoer.
Zorg ervoor dat de pro­ducten de achterwand niet raken.
Maak de dooiwaterafvoer vast op de verdamperbak.
boven de compressor.
Er is te veel rijp en ijs.
De deur is niet goed ge-
De producten zijn niet op de juiste wijze verpakt.
Pak de producten beter in.
Zie 'De deur sluiten'.
sloten.
De temperatuur in de
koelkast is te laag.
De temperatuur in het apparaat is te
De deur is niet goed ge­sloten.
Stel een hogere tempera­tuur in.
Zie 'De deur sluiten'.
hoog.
De temperatuur van het
product is te hoog.
Laat het product afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opbergt.
Er zijn veel producten te-
gelijk opgeborgen.
De temperatuur in de koelkast is te hoog.
De temperatuur in de vriezer is te
Er is geen koude luchtcir­culatie in het apparaat aanwezig.
Producten zijn te dicht op elkaar geplaatst.
hoog.
Het apparaat werkt niet.
Het apparaat is uitge­schakeld.
Berg minder producten te­gelijk op.
Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het appa­raat aanwezig is.
Berg de producten zo op dat er een koude luchtcir­culatie is.
Schakel het apparaat in.
NEDERLANDS 19
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De stekker zit niet goed
in het stopcontact.
Het apparaat krijgt geen
stroom. Er staat geen spanning op het stopcon­tact.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcon­tact aan. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien.
Het lampje werkt niet.
"dEMo" verschijnt op het display.
Het lampje staat in stand­by.
Het apparaat staat in de demonstratiestand.
Sluit en open de deur.
Houd de knop OK onge­veer 10 seconden inge­drukt tot er een lang zoemgeluid klinkt en het display even uit gaat: het apparaat gaat weer wer­ken.
Bel, wanneer het advies niet tot resultaten leidt, de dichtstbijzijnde klantenservice voor dit merk.
3.
7.1 De deur sluiten
1.
Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2.
Stel de deur, indien nodig, af. Raad­pleeg "Montage".
Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met de klantenservice.
8. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het appa­raat eerst de "veiligheidsinforma­tie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren.
8.1 Opstelling
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur over­eenkomt met de klimaatklasse die ver­meld is op het typeplaatje van het appa­raat:
Kli-
Omgevingstemperatuur maat­klasse
SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C
www.aeg.com
20
8.2 Locatie
100 mm
min
A
20 mm
B
8.3 Afstandhouders achterkant
Het apparaat moet ver van hittebronnen, zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht enz., vandaan worden geïnstalleerd. Zorg er voor dat de lucht vrij kan circule­ren aan de achterkant van de kast. Als het apparaat onder een wandkast wordt geplaatst, moet de minimale afstand tus­sen de bovenkant van de kast en de wandkast ten minste 100 mm bedragen om optimale prestaties te garanderen. Voor de beste prestatie kunt u het appa­raat echter beter niet onder een wand­kast zetten. De afstelbare voetjes aan de onderkant van het apparaat garanderen een nauwkeurig horizontale uitlijning.
WAARSCHUWING!
De stroomtoevoer aan het appa­raat moet verbroken kunnen wor­den; de stekker moet daarom na de installatie gemakkelijk toe­gankelijk zijn.
4
8.4 Nivellering
2
1
3
U vindt de twee afstandhouders in de zak van de gebruikershandleiding. Volg deze stappen om de afstandhou­ders te installeren:
1.
Draai de schroef los.
2.
Plaats de afstandhouder onder de schroef.
3.
Draai de afstandshouder in de juiste positie.
4.
Draai de schroeven opnieuw aan.
Zorg ervoor dat het apparaat waterpas staat wanneer u het plaatst. Deze stand kan bereikt worden met de twee afstel­bare voetjes die aan de voorkant en on­derkant van het apparaat bevestigd zijn
8.5 Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typepla­tje overeenkomen met de stroomtoe­voer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De net­snoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeen­stemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. De fabrikant neemt geen verantwoorde­lijkheid op zich als de bovenstaande vei­ligheidsmaatregelen niet worden nage­leefd. Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlij­nen.
8.6 Omkeerbaarheid van de deur
Als u de openingsrichting van de deur wenst te wijzigen, neemt u contact op
NEDERLANDS 21
met de dichtstbijzijnde klantenservice. Een vakman van de klantenservice zal de draairichting van de deuren op uw kos­ten veranderen.
8.7 Omkeerbaarheid van de deur
Als u de openingsrichting van de deur wenst te wijzigen, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde klantenservice. Een vakman van de klantenservice zal de draairichting van de deuren op uw kos­ten veranderen.
9. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u gelui­den (compressor, koelmiddelcirculatie).
OK
SSSRRR!
HISSS!
BLUBB!
CLICK!
BRRR!
CRACK!
www.aeg.com
22
CLICK!
BRRR!
BLUBB!
CLICK!
BRRR!
BLUBB!
HISSS!
HISSS!
Loading...
+ 50 hidden pages