AEG SKZ71840S0 User Manual

SKZ71840S0 NL Gebruiksaanwijzing 2
FR Notice d'utilisation 29 DE Benutzerinformation 57
www.aeg.com
2
INHOUD
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. BEDIENINGSPANEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
3. DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
6. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
7. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
8. GELUIDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
9. TECHNISCHE GEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
10. MILIEUBESCHERMING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS 3
1.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarbor­gen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclu­sief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het be­langrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig be­kend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het ap­paraat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigen­dommen dient u zich aan de voorzorgs­maatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoor­delijk voor schade die door het niet op­volgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor ge­bruik door personen (waaronder be­grepen kinderen) met verminderde fy­sieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ou­der apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voor­komt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
1.2 Algemene veiligheid
WAARSCHUWING!
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor los­staande als ingebouwde modellen.
• Dit apparaat is bedoeld voor het be­waren van levensmiddelen en/of dran­ken in een gewoon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje.
• Gebruik geen mechanische hulpmid­delen of kunstgrepen om het ontdooi­proces te versnellen.
• Gebruik geen andere elektrische ap­paraten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
• Let op dat u het koelcircuit niet be­schadigt.
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) be­vindt zich in het koelcircuit van het ap­paraat, dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installa­tie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is: – open vuur en ontstekingsbronnen
vermijden
– de ruimte waar het apparaat zich
bevindt grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit pro­duct op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortslui­ting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken.
www.aeg.com
4
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (net­snoer, stekker, compressor) mo­gen om gevaar te voorkomen uitsluitend worden vervangen door een erkende onderhouds­dienst of gekwalificeerd onder­houdspersoneel.
1.
Het netsnoer mag niet verlengd worden.
2.
Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de achterkant van het apparaat. Een platgedrukte of be­schadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken.
3.
Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4.
Trek niet aan het snoer.
5.
Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico op een elek­trische schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebrui­ken zonder het afdekkapje (indien van toepassing) van het lampje.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzich­tig als u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen voch­tig/nat zijn, dit kan uw huid beschadi­gen of vrieswonden veroorzaken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
• De eventuele gloeilampen in dit appa­raat zijn speciaal geselecteerd en uit­sluitend bedoeld voor gebruik in huis­houdelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
1.3 Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kun­nen ontploffen.
• Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. (Als het apparaat rijpvrij is)
• Diepgevroren voedsel mag niet op­nieuw worden ingevroren als het een­maal ontdooid is.
• Bewaar voorverpakte diepvriesproduc­ten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
• U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mous­serende dranken in de vriezer, deze veroorzaken druk op de fles die daar­door kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
• IJslollies kunnen vrieswonden veroor­zaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat geconsumeerd worden.
1.4 Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Ge­bruik een kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast re­gelmatig op dooiwater. Maak de af­voer, indien nodig, schoon. Als de af­voer verstopt is, zal er water op de bo­dem van het apparaat liggen.
1.5 Installatie
Voor de aansluiting van elektrici­teit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opge­volgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het appa­raat niet aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen on­middellijk bij de winkel waar u het ap­paraat gekocht heeft. Gooi in dat ge­val de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie terugvloeien in de com­pressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoen­de ventilatie te verkrijgen de instruc-
ties met betrekking tot de installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, tenein­de te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden ver­oorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiato­ren of kooktoestellen geplaatst wor­den.
• Verzeker u ervan dat de stekker be­reikbaar is nadat het apparaat geïn­stalleerd is.
• Aansluiten op de drinkwatervoorzie­ning (indien voorzien van een water­aansluiting).
1.6 Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamhe­den die noodzakelijk zijn voor het uit­voeren van onderhoud aan het appa­raat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektricien of competent persoon.
• Dit product mag alleen worden onder­houden door een erkend onderhouds-
NEDERLANDS 5
centrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reser­veonderdelen.
1.7 Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen bescha­digen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatie­schuim bevat ontvlambare gas­sen: het apparaat moet wegge­gooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom be­schadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit appa­raat en die voorzien zijn van het
symbool
zijn recyclebaar.
2. BEDIENINGSPANEEL
Display (weergave)
1
Toets om de temperatuur hoger te
2
zetten Toets om de temperatuur lager te
3
zetten OK-toets
4
Mode-toets
5
ON/OFF-toets
6
Het is mogelijk om het vooraf ingestelde geluid van toetsen te wijzigen in een hard geluid door de Mode -toets en de toets om de temperatuur kouder te zet-
1
56 4 3 2
ten, tegelijkertijd gedurende enkele se­conden in te drukken. U kunt deze wijzi­ging ongedaan maken.
2.1 Display
7
FROST MATIC
Timerfunctie
1
COOL MATIC
5
62 431
www.aeg.com
6
COOLMATIC-functie
2
Minute Minder -functie
3
Kinderslotfunctie
4
Alarmlampje
5
temperatuurlampje
6
FROSTMATIC-functie
7
2.2 Inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in te schakelen:
1.
Steek de stekker in het stopcontact.
2.
Druk op de ON/OFF -toets van het apparaat als het display uit is.
3.
Het alarm kan na een paar seconden afgaan.
Zie 'Alarm hoge temperatuur' voor informatie over het resetten van het alarm.
4.
Als "dEMo" verschijnt op het dis­play, staat het apparaat in de de­monstratiestand. Raadpleeg de pa­ragraaf "Problemen oplossen".
5.
Het temperatuurlampje toont de in-
gestelde standaardtemperatuur. Zie 'Temperatuurregeling' om een ande­re temperatuur in te stellen.
2.3 Uitschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat uit te schakelen:
1.
Druk de ON/OFF-toets van het ap-
paraat gedurende 5 seconden in.
2.
Het display wordt uitgeschakeld.
3.
Trek de stekker uit het stopcontact
om de stroomtoevoer naar het ap-
paraat af te sluiten.
2.4 Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de koel­kast kan worden aangepast door op de thermostaatknoppen te drukken. Standaard ingestelde temperatuur: +5 °C voor de koelkast. Het temperatuurlampje toont de inge­stelde temperatuur. De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt.
Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.
2.5 Minute Minder-functie
DeMinute Minder -functie wordt ge­bruikt om een akoestisch alarm in te stel­len op een bepaalde tijd. Dit is bijvoor­beeld nuttig wanneer een recept gedu­rende een bepaalde tijd moet afkoelen of wanneer u niet wilt vergeten dat u flessen in de vriezer hebt geplaatst om ze snel te laten afkoelen. Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-toets tot het bij­behorende pictogram verschijnt.
Het Minute Minder -lampje knippert. De timer toont gedurende enkele
seconden de ingestelde waarde (30 minuten).
2.
Druk op de timerknop om de waar­de van de timer te wijzigen van 1 tot 90 minuten.
3.
Druk op de OK-toets om te bevesti­gen.
Het Minute Minder -lampje wordt getoond.
De timer begint te knipperen (min). Op het einde van de aftelling knippert het Minute Minder -lampje en klinkt een alarm:
1.
Verwijder alle drankjes uit het vries-
vak.
2.
Druk op de OK -knop om de klank
uit te schakelen en de functie te be-
eindigen. U kunt de functie op elk moment uitzet­ten.
1.
Druk op de Mode-knop tot het Mi-
nute Minder -indicatielampje knip-
pert.
2.
Druk op de OK-knop om te bevesti-
gen.
3.
Het Minute Minder -indicatielampje
gaat uit. U kunt de tijd tijdens het aftellen en na afloop altijd wijzigen door op de knop Temperatuur kouder en de knop Tem­peratuur warmer te drukken.
2.6 Kinderslot-functie
Selecteer de kinderslotfunctie om de be­diening van de knoppen te vergrendelen tegen onbedoelde bediening. Voor inschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij­behorende pictogram verschijnt.
2.
Het indicatielampje Kinderslot knip­pert.
3.
Druk op de OK-knop om te bevesti­gen.
Het indicatielampje Kinderslot wordt getoond.
Voor uitschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het indi­catielampje Kinderslot knippert.
2.
Druk op de OK-knop om te bevesti­gen.
3.
Het indicatielampje Kinderslot gaat uit.
NEDERLANDS 7
Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
Het COOLMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toets OK om te bevesti-
gen.
Het COOLMATIC-lampje wordt ge-
toond. De COOLMATIC-functie wordt automa­tisch na ongeveer 6 uur uitgeschakeld. Om de functie uit te schakelen voor de­ze automatisch afloopt:
1.
Druk op de Mode-knop tot het
COOLMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti-
gen.
3.
Het COOLMATIC-lampje gaat uit.
De functie gaat uit door een an­dere ingestelde koelkasttempe­ratuur te selecteren.
2.7 Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft open­gestaan, klinkt er een geluidsalarm. De alarmtoestand bij geopende deur wordt aangegeven door:
• Een knipperend alarmlampje
•Zoemer Als de normale omstandigheden zijn hersteld (deur gesloten), wordt het ge­luidsalarm uitgeschakeld. Tijdens het alarm kan de zoemer worden uitgeschakeld door op de alarmknop te drukken.
2.8 COOLMATIC-functie
Als u een grote hoeveelheid warm voed­sel, bijvoorbeeld na het doen van de boodschappen, in de koelkast wilt plaat­sen, adviseren wij u de COOLMATIC­functie in te schakelen om deze produc­ten sneller te koelen en om te voorko­men dat voedsel dat al in de koelkast ligt warm wordt.
2.9 FROSTMATIC-functie
Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-toets tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
Het FROSTMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toetsOK om te bevesti-
gen.
Het FROSTMATIC-lampje wordt ge-
toond. Deze functie stopt automatisch na 52 uur. Om de functie uit te schakelen voor de­ze automatisch afloopt:
1.
Druk op de Mode-knop tot het
FROSTMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toetsOK om te bevesti-
gen.
3.
Het FROSTMATIC-lampje gaat uit.
De functie gaat uit door een an­dere ingestelde vriezertempera­tuur te selecteren.
www.aeg.com
8
3. DAGELIJKS GEBRUIK
3.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen. Deze beschadi­gen de lak.
If “dEMo” verschijnt op het dis­play, het apparaat staat in de de­monstratiestand. Raadpleeg de paragraaf "Problemen oplos­sen".
3.2 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invrie­zen van vers voedsel en voor het voor een lange periode bewaren van ingevro­ren en diepgevroren voedsel. Activeer om vers voedsel in te vriezen de FROSTMATIC-functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur kan worden ingevroren wordt aangegeven op het typeplaatje (Zie "Technische gegevens"). Het invriesproces duurt 24 uur: voeg ge­durende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe.
3.3 Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is in-
schakelt, het apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling laten werken voordat u er producten in plaatst. Als er grote hoeveelheden voedsel be­waard moeten worden, alle laden en korven uit het apparaat verwijderen en het voedsel op de koelschappen zetten, hiermee verkrijgt u het beste resultaat.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat het voedsel de beladingslimiet, die op de zijkant van het bovenste gedeelte is ver­meld, niet overschrijdt (indien
van toepassing)
In het geval van onbedoelde ont­dooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsu­meerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer wor­den ingevroren (nadat het afge­koeld is).
3.4 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveel­heid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de be­reiding iets langer duren.
3.5 Verplaatsbare schappen
NEDERLANDS 9
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal glijschoenen zodat de le­grekken op de gewenste plaats gezet kunnen worden. Voor een beter gebruik van de ruimte kunnen de voorste halve plateaus over de achterste worden geplaatst.
3.6 Het plaatsen van de deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te
3.7 Het schuifvak plaatsen
3.8 Koolstofluchtfilter
CLEANAIR CONTROL
maken, kunnen de schappen op verschil­lende hoogtes worden geplaatst.
Het schuifvak kan op verschillende hoogtes worden geplaatst. Om deze aanpassingen uit te voeren, gaat u als volgt te werk:
1.
til het plateau met het schuifvak naar boven gericht uit de houders in de deur
2.
verwijder de opsluitbeugel uit de geleiding onder het plateau
3.
Om het schuifvak op een andere hoogte terug te plaatsen, doet u hetzelfde in omgekeerde volgorde.
Uw apparaat is voorzien van een kool­stoffilter CLEANAIR CONTROL die zich achter een klepje op de achterkant van het koelvak bevindt. Het filter zuivert de lucht van ongewen­ste geuren in de koelkast en het LONG­FRESH -vak, waardoor de bewaarkwali­teit verder wordt verbeterd.
3.9 LONGFRESH Vakje
In het LONGFRESH 0°C -vak wordt de temperatuur automatisch geregeld. Het is er permanent ongeveer 0°C, er is geen aanpassing vereist.
Houd tijdens de werking de ventilatiek­lep altijd gesloten.
De constante bewaartemperatuur van ongeveer 0°C en de relatieve vochtig­heidsgraad tussen 45% en 90% bieden optimale omstandigheden voor de ver­schillende soorten voedsel.
www.aeg.com
10
Daarom kunt u een grote verscheiden­heid aan voedingsmiddelen in het LONGFRESH 0°C -vak bewaren, waar ze tot 3 maal langer vers en smaakvol blij­ven in vergelijking met normale koelkast­vaken. Hierdoor kunt u meer verse voe­ding bewaren. Smaak, versheidsgraad, kwaliteit en voedingswaarden (vitaminen en mineralen) worden goed bewaard. En
3.10 Vochtigheidsregeling
het gewichtsverlies van groenten en fruit neemt af. Het voedsel behoudt op die manier meer voedingswaarden.
Het LONGFRESH 0°C -vak is ook ge­schikt voor het ontdooien van voedsel. In dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen bewaard worden.
Beide laden kunnen worden gebruikt in overeenstemming met de gewenste opslagcondities, onafhankelijk van elk­aar, met lagere of hogere luchtvochtig­heid. Elke lade wordt apart geregeld met be­hulp van een schuifklep op de voorzijde van de lade.
• "Droog": lage luchtvochtigheid, tot 50% relatieve luchtvochtigheid
Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt bereikt wanneer beide schuifkleppen
in deze positie worden gezet ventilatie-openingen helemaal open staan.
• Vochtig": hoge relatieve luchtvoch­tigheid, maximaal 90%
Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt bereikt wanneer beide schuifkleppen
in deze positie worden gezet en de ventilatie-openingen zijn geslo­ten. Het vocht in de lucht blijft be­houden en kan niet ontsnappen.
en de
3.11 Longfresh-lades
De vochtigheid is niet af te stellen.
3.12 Bewaartijd in het Longfresh 0°C-vak voor verse voeding
NEDERLANDS 11
De draadlegplanken in de lades zorgen ervoor dat lucht vrij kan circuleren en het voedsel bijgevolg beter bewaard wordt. Het vak beschikt over stoppers om er­voor te zorgen dat de lades niet uit het apparaat vallen wanneer ze geheel naar buiten worden getrokken. Om de lades te verwijderen (bijv. om ze schoon te maken), trek ze zo ver moge­lijk uit, til ze op en haal ze eruit.
Verwijder alle lades om grote hoeveelheden levensmiddelen te bewaren.
Soort voedsel Instelling luchtvochtig-
heid
Uien Boter Grote stukken varkens-
"droog" "droog" "droog"
vlees Rundvlees, wild, kleine
"droog"
stukken varkensvlees, gevogelte
Tomatensaus Vis, schelpdieren, ge-
"droog" "droog"
kookte vleesproducten Gekookte vis en schelp-
"droog"
dieren Salade, groenten Wor-
"vochtig" tels, kruiden, spruitjes, selderij
Artisjokken, bloemkool,
"vochtig" cichorei, ijsbergsla, an-
dijvie, veldsla, botersla, prei, radicchio
Broccoli, paksoi, boe-
"vochtig" renkool, kool, radijsjes,
savooiekool
Bewaartijd
max. 5 maanden max. 1 maand max. 10 dagen
max. 7 dagen
max. 4 dagen max. 3 dagen
max. 2 dagen
max. 1 maand
max. 21 dagen
max. 14 dagen
www.aeg.com
12
Soort voedsel Instelling luchtvochtig-
heid
Erwten, koolrabi Lente-ui, radijsjes, as-
"vochtig"
"vochtig" perges, spinazie
Fruit (hoe rijper het
"vochtig" fruit, hoe korter de be­waartijd) Peren, dadels (vers), aardbeien, perziken
Pruimen (Hoe rijper het
"vochtig" fruit, hoe korter de be-
waartijd) rabarber, kruisbessen
Appels (niet gevoelig
"vochtig" voor koude), kweeperen
Abrikozen, kersen Kriekpruimen, druiven Zwarte bessen, aalbes-
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig" sen
Vijgen (verse) Bosbessen, frambozen
Cakes met room of een andere soorten deegproducten kunnen in het LongFresh 0°C vak worden bewaard gedurende 2 of 3 da­gen.
Niet in het LongFresh 0°C-vak plaatsen:
• koud kwetsbaar fruit dat op kelder- of kamertemperatuur dient te worden bewaard zoals ananas, bananen, grapefruit, meloenen, mango, papaya, si­naasappels, citroenen en ki­wi's.
• Het type voedsel dat hierbo­ven niet wordt genoemd, dient te worden bewaard in het koelvak (bijv. alle soorten kaas, koude vleeswaren, etc.)
"vochtig" "vochtig"
Tips:
• Let op de versheid van het voedsel, in het bijzonder op de vervaldatum. De kwaliteit en versheid hebben invloed op de bewaartijd.
• De gehele opslagtijd hang af van de bewaaromstandigheden voor de uit­eindelijke opslag in de koelkast.
• Voedsel, fruit of groenten moet altijd worden verpakt voordat het wordt be­waard.
• Bewaar diervoer altijd verpakt en droog.
Bewaartijd
max. 10 dagen max. 7 dagen
max. 1 maand
max. 21 dagen
max. 20 dagen
max. 14 dagen max. 10 dagen max. 8 dagen
max. 7 dagen max. 5 dagen
Het niveau van luchtvochtigheid in de laden hangt af van de hoe­veelheid vocht in het opgeslagen voedsel, groenten en fruit en van de frequentie waarop de deur wordt geopend Het LongFresh 0°C-vak is ook geschikt voor het langzaam ont­dooien van voedsel. In dat geval kan het ontdooide voedsel maxi­maal twee dagen worden be­waard in het LongFresh 0°C-vak.
• Voedsel dat rijk is aan proteïnen zal sneller bederven. Dat betekent dat schaal- en schelpdieren eerder beder­ven dan vis en vis eerder bederft dan vlees. Hoewel de bewaartijd voor dit soort voedsel dat wordt bewaard in een 0°C vak tot drie keer verlengd kan worden zonder kwaliteit te verliezen.
• Al het eten dat in een 0°C vak wordt bewaard, dient ongeveer 15-30 minu-
ten voor consumptie uit de lades te worden gehaald - met name fruit en groenten die worden geconsumeerd zonder aanvullend bereidingsproces. Als u fruit en groenten op kamertem­peratuur laat komen, komt dat ten goede aan de structuur en smaak.
4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
NEDERLANDS 13
4.1 Tips voor
energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open la­ten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur staat en het apparaat vol­ledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit ge­beurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen.
4.2 Tips voor het koelen van
vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampen­de vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
4.3 Nuttige tips voor het
koelen
Nuttige tips: Vlees (alle soorten) in plastic zakken ver­pakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mo-
gen op willekeurig welk schap gezet worden. Fruit en groente: deze moeten zorgvul­dig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) ge­plaatst worden. Boter en kaas: dit moet in speciale lucht­dichte bakjes gelegd of in aluminiumfo­lie of plastic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te slui­ten. Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in de deur. Bananen, aardappelen, uien en knof­look, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden.
4.4 Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het in­vriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoonge­maakte levensmiddelen van uitsteken­de kwaliteit in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig wor­den ingevroren en zo kunt u later al­leen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn;
www.aeg.com
14
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is;
4.5 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
5. ONDERHOUD EN REINIGING
• verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op ge­schikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levens­middelen zo snel mogelijk van de win­kel naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk
• als voedsel eenmaal ontdooid is, be­derft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven be­waarperiode.
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshan­deling dan ook verricht, de stek­ker uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onder­houd en herladen mag alleen uit­gevoerd worden door bevoegde technici.
5.1 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutra­le zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te ver­zekeren dat ze schoon en vrij van res­tjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of ka­bels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmid­delen, schuurpoeders, erg ge­parfumeerde reinigingsproduc­ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor aan de achterkant van het apparaat schoon met een borstel. Deze handeling zal de prestatie van het appa­raat verbeteren en het elektriciteitsver­bruik verminderen. Het onderste schap, tussen het koelvak en het LONGFRESH 0°C -vak, kan verwij­derd worden om schoongemaakt te wor­den. Om het te verwijderen het schap recht naar buiten trekken. De afdekplaten boven de lades in het vak kunnen verwijderd worden om ze schoon te kunnen maken.
Om de volledige functionaliteit van het LONGFRESH 0°C -vak te garanderen moeten het onderste schap en de afdek­platen, na reiniging, weer op hun oor­spronkelijke plaats gezet worden.
Zorg ervoor dat u het koelsys­teem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreini­gers bevatten chemicaliën die de kunst­stoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwas­middel. Steek, na het schoonmaken van het ap­paraat, de stekker weer in het stopcon­tact.
5.2 De koolstoffilter
vervangen
Voor optimale prestaties moet de kool­stofluchtfilter eenmaal per jaar vervan­gen worden. Nieuwe actieve luchtfilters zijn verkrijg­baar bij uw lokale distributeur. Zie "Montage van de koolstofluchtfilter" voor de instructies.
De luchtfilter is een verbruiksartikel en als zodanig geldt hiervoor geen garan­tie.
5.3 Het ontdooien van de
koelkast
Het vriesvak wordt automatisch ont­dooid. Het water loopt in een opvangbak op de compressor en verdampt. De opvangbak kan niet worden verwijderd.
5.4 De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond het bovenste vak. Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft.
NEDERLANDS 15
Zet, ongeveer 12 uur voordat u gaat ontdooien, de thermostaat­knop op een hogere stand, om voldoende koudereserve op te bouwen voor de onderbreking tijdens de werking.
Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen:
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen kranten­papier en leg het op een koele plaats.
LET OP!
Raak ingevroren voedsel niet met natte handen aan. Uw handen kunnen dan aan de producten vastvriezen.
3.
Laat de deur open staan.
Om het ontdooiproces te ver­snellen kunt u een bak warm wa­ter in het vriesvak zetten. Verwij­der bovendien stukken ijs die af­breken voordat het ontdooien voltooid is.
4.
Na afloop van het ontdooien de bin­nenkant grondig droog maken.
5.
Schakel het apparaat in.
6.
Zet het eerder verwijderde voedsel na twee tot drie uur terug in het vriesvak.
Gebruik nooit scherpe metalen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ont­dooiproces te versnellen, behal­ve die middelen die door de fa­brikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten.
5.5 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de vol­gende voorzorgsmaatregelen:
trek de stekker uit het stopcontact
• verwijder al het voedsel,
www.aeg.com
16
• Ontdooi het apparaat (indien nodig) en toebehoren en maak alles schoon
• laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te voorkomen.
6. PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcon­tact voordat u problemen gaat oplossen. Alleen een gekwalificeerd elektri­cien of een bevoegde persoon mag problemen oplossen die niet in deze handleiding beschre­ven zijn.
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt lawaai
Het apparaat werkt niet. Het lampje brandt niet.
De stekker zit niet goed
Het apparaat krijgt geen
Het lampje werkt niet.
Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervan-
De compressor werkt continu.
De deur is niet goed ge-
De deur is te vaak geo-
De temperatuur van het
Het apparaat staat niet stabiel
Het apparaat is uitge­schakeld.
in het stopcontact.
stroom. Er staat geen spanning op het stopcon­tact.
Het lampje staat in de stand-by stand.
De temperatuur is niet goed ingesteld.
sloten.
pend.
product is te hoog.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te con­troleren, om te voorkomen dat het be­waarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt.
Controleer of het apparaat stabiel staat (alle vier de voetjes moeten op de vloer staan)
Schakel het apparaat in.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcon­tact aan. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien.
Sluit en open de deur.
gen'. Stel een hogere tempera-
tuur in. Zie 'De deur sluiten'.
Laat de deur niet langer dan noodzakelijk open.
Laat het product afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opbergt.
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
De compressor start niet onmiddellijk na
Dit is normaal, er is geen storing.
Verlaag de omgevingstem­peratuur.
De compressor start na enige tijd.
het drukken op de COOLMATIC of de FROSTMATIC scha­kelaar, of na het ver­anderen van de tem­peratuur.
Er loopt water over de achterkant van de koelkast.
Tijdens het automatische ontdooiproces ontdooit de rijp tegen de achter-
Dit is juist.
wand.
Er loopt water in de koelkast.
Producten verhinderen
De temperatuur in het apparaat is te
De waterafvoer is ver­stopt.
dat water in de waterop­vangbak kan stromen.
De temperatuurregelaar is niet goed ingesteld.
Reinig de waterafvoer.
Zorg ervoor dat de pro­ducten de achterwand niet raken.
Stel een hogere/lagere temperatuur in.
laag/hoog.
De temperatuur in de koelkast is te hoog.
De temperatuur in de vriezer is te hoog.
Er is geen koude luchtcir­culatie in het apparaat aanwezig.
Producten zijn te dicht op elkaar geplaatst.
Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het appa­raat aanwezig is.
Bewaar de producten op een manier die een koude luchtcirculatie mogelijk maakt.
Er is te veel rijpvor­ming.
De deur is niet goed ge-
Het product is niet goed verpakt.
Verpak het op de juiste manier.
Zie 'De deur sluiten'.
sloten.
De temperatuurregelaar
is niet goed ingesteld.
Er wordt een vier­kantje boven- of on-
Er is een fout opgetreden in de temperatuurmeting.
derin het tempera­tuurdisplay weerge­geven.
Stel een hogere tempera­tuur in.
Neem contact op met de klantenservice (het koelsys­teem blijft werken om uw levensmiddelen koud te houden, maar de tempera­tuur kan niet aangepast worden).
NEDERLANDS 17
www.aeg.com
18
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing dEMo verschijnt op
het display.
6.1 Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LED­binnenlampje dat een lange levensduur heeft. Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting vervangen. Neem contact op met uw servicecentrum.
6.2 De deur sluiten
1.
Maak de afdichtingen van de deur schoon.
7. MONTAGE
Het apparaat staat in de demonstratiestand (dE­Mo).
2.
Stel de deur, indien nodig, af. Raad­pleeg "Montage".
3.
Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met de klantenservice.
Houd de knop OK onge­veer 10 seconden inge­drukt tot er een lang zoemgeluid klinkt en het display even uit gaat: het apparaat gaat weer wer­ken.
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het appa­raat eerst de "veiligheidsinforma­tie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren.
7.1 Opstelling
WAARSCHUWING!
Als u een oud apparaat weg­gooit dat voorzien is van een deurslot of vergrendeling, zorg er dan voor dat dit onbruikbaar gemaakt wordt, zodat kinderen er niet in opgesloten kunnen ra­ken.
De stekker van het apparaat moet na installatie toegankelijk zijn.
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur over­eenkomt met de klimaatklasse die ver­meld is op het typeplaatje van het appa­raat:
Kli-
Omgevingstemperatuur maat­klasse
SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C
7.2 Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typepla­tje overeenkomen met de stroomtoe­voer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De net­snoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeen­stemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. De fabrikant neemt geen verantwoorde­lijkheid op zich als de bovenstaande vei­ligheidsmaatregelen niet worden nage­leefd.
Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlij­nen.
7.3 Ventilatievereisten
NEDERLANDS 19
5 cm
min. 200 cm
2
min. 200 cm
De luchtcirculatie achter het apparaat moet voldoende zijn.
2
7.4 Installatie van het koolstofluchtfilter
1
2
7.5 Omkeerbaarheid van de deur
De deur van het apparaat gaat naar rechts open. Als u wilt dat de deur naar
De koolstofluchtfilter is een filter met actieve koolstof dat vervelende geurtjes absorbeert. Hierdoor blijven de optima­le smaak en het aroma van het voedsel bewaard zonder dat luchtjes van het ene levensmiddel op het andere wor­den overgebracht. Bij aflevering zit de koolstoffilter in een plastic zak om de levensduur en eigen­schappen ervan te garanderen. De filter moet achter de klep geplaatst worden voordat het apparaat wordt ingescha­keld.
1.
Open de klep (1).
2.
Haal de filter uit de plastic zak.
3.
Plaats de filter in de gleuf in de achterkant van het klepdeksel (2).
4.
Sluit het klepdeksel.
links open gaat, ga dan als volgt te werk, voordat u het apparaat installeert:
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten. De filter moet voorzichtig wor­den gehanteerd om te voorko­men dat deeltjes van het opper­vlak loskomen.
www.aeg.com
20
1.
Maak de bovenste pen los en verwij­der deze.
2.
Verwijder de deur.
3.
Verwijder het afstandsstuk.
4.
Maak de onderste pen los met een sleutel.
Op de tegenoverliggende zijde:
1.
Zet de onderste pen vast.
2.
Installeer het afstandsstuk.
3.
Monteer de deur.
4.
Zet de bovenste pen vast.
7.6 Het apparaat installeren
LET OP!
Zorg ervoor dat het aansluitsnoer niet klem zit.
x
Ga als volgt te werk:
Knip indien nodig de zelfklevende af­dichtstrip op maat en bevestig het op het apparaat zoals aangegeven op de afbeel­ding.
x
1
13 mm
Ø 2.5 mm
NEDERLANDS 21
Boor gaten in het apparaat met een boor van Ø 2,5 mm (max. doordringdiepte 10 mm). Bevestig het vierkante montagestuk aan het apparaat.
2
3
Plaats het apparaat in de nis. Duw het apparaat in de richting van de pijl (1) totdat het afdekplaatje van de opening aan de bovenkant tegen het keukenmeubel aankomt. Duw het apparaat in de richting van de
2
pijl (2) tegen de kast tegenover het schar­nier.
4mm
44mm
1
Stel het apparaat af in de nis. Zorg ervoor dat de afstand tussen het ap­paraat en de voorste rand van de kast 44 mm is. Het afdekplaatje voor het onderste schar­nier (in de zak met accessoires) zorgt er­voor dat de afstand tussen het apparaat en het keukenmeubel correct is. Zorg ervoor dat er een ruimte van 4 mm tussen het apparaat en de kast aanwezig is. Open de deur. Bevestig het afdekplaatje van het onderste scharnier op de juiste plek.
www.aeg.com
22
Bevestig het apparaat met 4 schroeven in de nis.
I
I
Verwijder het juiste onderdeel van het af­dekplaatje van het scharnier (E). Verwijder onderdeel DX als het scharnier rechts staat, of onderdeel SX als het scharnier links staat.
Bevestig de afdekplaatjes (C, D) aan de uitsteeksels en de gaten van de scharnie­ren.
C
D
E
E
Installeer het ventilatierooster (B). Bevestig de de afdekplaatjes (E) op het scharnier.
B
NEDERLANDS 23
Maak de onderdelen (Ha), (Hb), (Hc) en (Hd) los.
Monteer onderdeel (Ha) op de binnen­kant van de keukenkastdeur.
Hc
~50 mm
~50 mm
Ha
21 mm
o
90
o
90
o
90
Duw onderdeel (Hc) op onderdeel (Ha).
www.aeg.com
24
8 mm
Hb
Hb
Ha
Zet de deur van het apparaat en de keu­kenkastdeur open onder een hoek van 90°. Plaats het kleine vierkantje (Hb) in de ge­leider (Ha). Zet de deur van het apparaat en de keu­kenkastdeur tegen elkaar en markeer de gaten. Verwijder de kleine vierkantjes en boor gaten met een diameter van 2 mm op 8 mm vanaf de buitenste rand van de deur. Plaats het kleine vierkantje terug op de geleider en bevestig het met de bijgele­verde schroeven.
Lijn de deur van het keukenmeubel en de deur van het apparaat uit met behulp van het onderdeel (Hb).
Hb
Hd
Voer een eindcontrole uit en verzeker u ervan dat:
• Alle schroeven zijn aangedraaid.
Druk onderdeel (Hd) op onderdeel (Hb).
• De afdichtingsstrip goed bevestigd is aan de kast.
• De deur goed open en dicht gaat.
7.7 Omkeerbaarheid van de deur van de vriezer
2
1
NEDERLANDS 25
180˚
8. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u gelui­den (compressor, koelmiddelcirculatie).
1
2
www.aeg.com
26
SSSRRR!
HISSS!
CLICK!
BRRR!
OK
CLICK!
BRRR!
CRACK!
BLUBB!
CLICK!
BRRR!
BLUBB!
BLUBB!
HISSS!
NEDERLANDS 27
HISSS!
SSSRRR!
CRACK!
SSSRRR!
CRACK!
Loading...
+ 61 hidden pages