Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren
uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen
maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd
om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de
hand hebt.
De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS3
1.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
In het belang van uw veiligheid en om
een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het
apparaat te installeren en in gebruik te
nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig
doorleest. Om onnodige vergissingen
en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen
die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de
veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze
instructies en zorg ervoor dat zij bij het
apparaat blijven als het wordt verplaatst
of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur
gebruikt, naar behoren is geïnformeerd
over het gebruik en de veiligheid van het
apparaat.
Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen uit dit instructieboekje te
houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt
is.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van
1.2 Algemene veiligheid
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij
van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen.
• Dit apparaat is bedoeld voor het be-
1.1 Veiligheid van kinderen en
kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen) met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een
gebrek aan ervaring en kennis, tenzij
dit onder toezicht gebeurt van een
voor hun veiligheid verantwoordelijke
persoon of tenzij zij van een dergelijke
persoon instructie hebben ontvangen
over het gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te
voorkomen dat ze met het apparaat
gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten
het bereik van kinderen. Gevaar voor
verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de
stekker uit het stopcontact, snij de
voedingskabel door (zo dicht mogelijk
bij het apparaat) en verwijder de deur
om te voorkomen dat kinderen een
elektrische schok krijgen of zichzelf in
het apparaat opsluiten.
• Gebruik geen mechanische hulpmid-
• Gebruik geen andere elektrische ap-
• Let op dat u het koelcircuit niet be-
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) be-
een magnetische deursluiting, een ouder apparaat vervangt, dat voorzien is
van een veerslot (slot) op de deur of
het deksel, zorg er dan voor dat u het
slot onbruikbaar maakt voordat u het
oude apparaat weggooit. Dit voorkomt dat kinderen er in opgesloten
kunnen raken.
WAARSCHUWING!
waren van levensmiddelen en/of dranken in een gewoon huishouden en gelijkaardig gebruik zoals:
– personeelskeukens in winkels, kan-
toren of andere werkomgevingen;
– door gasten in hotels, motels en an-
dere residentiële omgevingen;
– bed-and-breakfast-accommodatie;
– catering en gelijkaardige niet-com-
mercieel gebruik.
delen of kunstgrepen om het ontdooiproces te versnellen.
paraten (bijvoorbeeld ijsmachines) in
koelkasten, tenzij ze voor dit doel
goedgekeurd zijn door de fabrikant.
schadigt.
vindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit is een natuurlijk gas dat
weliswaar milieuvriendelijk is, maar
ook uiterst ontvlambaar.
Controleer of de onderdelen van het
koelcircuit tijdens transport en installatie van het apparaat niet beschadigd
zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is:
– open vuur en ontstekingsbronnen
vermijden
www.aeg.com
4
– de ruimte waar het apparaat zich
bevindt grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te
brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren.
Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische
schok veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen om gevaar te voorkomen
uitsluitend worden vervangen
door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
1.
Het netsnoer mag niet verlengd
worden.
2.
Verzeker u ervan dat de stekker
niet platgedrukt of beschadigd
wordt door de achterkant van het
apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit
raken en brand veroorzaken.
3.
Verzeker u ervan dat u de stekker
van het apparaat kunt bereiken.
4.
Trek niet aan het snoer.
5.
Als de stekker los zit, steek hem
dan niet in het stopcontact. Dan
bestaat er een risico op een elektrische schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebruiken zonder het afdekkapje (indien
van toepassing) van het lampje.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak en
raak ze niet aan als uw handen vochtig/nat zijn, dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot
aan direct zonlicht.
• De eventuele gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal geselecteerd en uitsluitend bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. De lampjes zijn
niet geschikt voor de verlichting van
ruimtes.
1.3 Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof
onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of
vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen.
• U dient zich strikt te houden aan de
aanbevelingen van de fabrikant van
het apparaat met betrekking tot het
bewaren van voedsel. Raadpleeg de
betreffende aanwijzingen.
1.4 Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet met metalen
voorwerpen schoon.
• Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Reinig de afvoer, indien nodig. Als de afvoer verstopt is, zal er zich water onder in het
apparaat verzamelen.
1.5 Installatie
Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de
desbetreffende paragrafen
nauwgezet te worden opgevolgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of
er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet aan als het beschadigd is.
Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel waar u het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten
voordat u het apparaat aansluit, dan
kan de olie terugvloeien in de compressor.
• Rond het apparaat dient adequate
luchtcirculatie te zijn, anders kan dit
tot oververhitting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de installatie
opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen
een muur geplaatst te worden, teneinde te voorkomen dat hete onderdelen
(compressor, condensator) aangeraakt
kunnen worden en brandwonden veroorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden.
• Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is.
• Aansluiten op de drinkwatervoorziening (indien voorzien van een wateraansluiting).
1.6 Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van onderhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden
door een gekwalificeerd elektricien of
competent persoon.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en er dient alleen gebruik te
worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
1.7 Bescherming van het
milieu
Dit apparaat bevat geen gassen
die de ozonlaag kunnen bescha-
NEDERLANDS5
digen, niet in het koelcircuit en
evenmin in de isolatiematerialen.
Het apparaat mag niet worden
weggegooid bij het normale
huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat moet weggegooid worden conform de van
toepassing zijnde regels die u bij
de lokale overheidsinstanties
kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid,
vooral aan de achterkant bij de
warmtewisselaar. De materialen
die gebruikt zijn voor dit apparaat en die voorzien zijn van het
symbool
zijn recyclebaar.
2. BEDIENINGSPANEEL
Display (weergave)
1
Toets om de temperatuur hoger te
2
zetten
Toets om de temperatuur lager te
3
zetten
OK-toets
4
Mode-toets
5
ON/OFF-toets
6
Het is mogelijk om het vooraf ingestelde
geluid van toetsen te wijzigen in een
hard geluid door de Mode -toets en de
toets om de temperatuur kouder te zetten, tegelijkertijd gedurende enkele se-
1
56432
conden in te drukken. U kunt deze wijziging ongedaan maken.
2.1 Display
7
COOL
MATIC
Timerfunctie
1
COOLMATIC-functie
2
Minute Minder -functie
3
FROST
MATIC
5
62431
www.aeg.com
6
Kinderslotfunctie
4
Alarmlampje
5
temperatuurlampje
6
FROSTMATIC-functie
7
2.2 Inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in
te schakelen:
1.
Steek de stekker in het stopcontact.
2.
Druk op de ON/OFF -toets van het
apparaat als het display uit is.
3.
Het alarm kan na een paar seconden
afgaan.
Zie 'Alarm hoge temperatuur' voor
informatie over het resetten van het
alarm.
4.
Als "dEMo" verschijnt op het display, staat het apparaat in de demonstratiestand. Raadpleeg de paragraaf "Problemen oplossen".
5.
Het temperatuurlampje toont de in-
gestelde standaardtemperatuur.
Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
2.3 Uitschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat uit
te schakelen:
1.
Druk de ON/OFF-toets van het ap-
paraat gedurende 5 seconden in.
2.
Het display wordt uitgeschakeld.
3.
Trek de stekker uit het stopcontact
om de stroomtoevoer naar het ap-
paraat af te sluiten.
2.4 Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de koelkast kan worden aangepast door op de
thermostaatknoppen te drukken.
Standaard ingestelde temperatuur: +5
°C voor de koelkast.
Het temperatuurlampje toont de ingestelde temperatuur.
De ingestelde temperatuur zal binnen 24
uur worden bereikt.
Na een stroomonderbreking
blijft de ingestelde temperatuur
opgeslagen.
2.5 Minute Minder-functie
DeMinute Minder -functie wordt gebruikt om een akoestisch alarm in te stellen op een bepaalde tijd. Dit is bijvoorbeeld nuttig wanneer een recept gedurende een bepaalde tijd moet afkoelen
of wanneer u niet wilt vergeten dat u
flessen in de vriezer hebt geplaatst om
ze snel te laten afkoelen.
Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-toets tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Minute Minder -lampje knippert.
De timer toont gedurende enkele
seconden de ingestelde waarde (30
minuten).
2.
Druk op de timerknop om de waarde van de timer te wijzigen van 1 tot
90 minuten.
3.
Druk op de OK-toets om te bevestigen.
Het Minute Minder -lampje wordt
getoond.
De timer begint te knipperen (min).
Op het einde van de aftelling knippert
het Minute Minder -lampje en klinkt een
alarm:
1.
Verwijder alle drankjes uit het vries-
vak.
2.
Druk op de OK -knop om de klank
uit te schakelen en de functie te be-
eindigen.
U kunt de functie op elk moment uitzetten.
1.
Druk op de Mode-knop tot het Mi-
nute Minder -indicatielampje knip-
pert.
2.
Druk op de OK-knop om te bevesti-
gen.
3.
Het Minute Minder -indicatielampje
gaat uit.
U kunt de tijd tijdens het aftellen en na
afloop altijd wijzigen door op de knop
Temperatuur kouder en de knop Temperatuur warmer te drukken.
2.6 Kinderslot-functie
Selecteer de kinderslotfunctie om de bediening van de knoppen te vergrendelen
tegen onbedoelde bediening.
Voor inschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
2.
Het indicatielampje Kinderslot knippert.
3.
Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het indicatielampje Kinderslot wordt
getoond.
Voor uitschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het indicatielampje Kinderslot knippert.
2.
Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3.
Het indicatielampje Kinderslot gaat
uit.
2.7 Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft opengestaan, klinkt er een geluidsalarm. De
alarmtoestand bij geopende deur wordt
aangegeven door:
• Een knipperend alarmlampje
•Zoemer
Als de normale omstandigheden zijn
hersteld (deur gesloten), wordt het geluidsalarm uitgeschakeld.
Tijdens het alarm kan de zoemer worden
uitgeschakeld door op de alarmknop te
drukken.
2.8 COOLMATIC-functie
Als u een grote hoeveelheid warm voedsel, bijvoorbeeld na het doen van de
boodschappen, in de koelkast wilt plaatsen, adviseren wij u de COOLMATICfunctie in te schakelen om deze producten sneller te koelen en om te voorkomen dat voedsel dat al in de koelkast
ligt warm wordt.
Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
NEDERLANDS7
Het COOLMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toets OK om te bevesti-
gen.
Het COOLMATIC-lampje wordt ge-
toond.
De COOLMATIC-functie wordt automatisch na ongeveer 6 uur uitgeschakeld.
Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1.
Druk op de Mode-knop tot het
COOLMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti-
gen.
3.
Het COOLMATIC-lampje gaat uit.
De functie gaat uit door een andere ingestelde koelkasttemperatuur te selecteren.
2.9 FROSTMATIC-functie
Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-toets tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
Het FROSTMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toetsOK om te bevesti-
gen.
Het FROSTMATIC-lampje wordt ge-
toond.
Deze functie stopt automatisch na 52
uur.
Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1.
Druk op de Mode-knop tot het
FROSTMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toetsOK om te bevesti-
gen.
3.
Het FROSTMATIC-lampje gaat uit.
De functie gaat uit door een andere ingestelde vriezertemperatuur te selecteren.
3. DAGELIJKS GEBRUIK
3.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en
de interne accessoires met lauwwarm
water en een beetje neutrale zeep om
de typische geur van een nieuw product
weg te nemen. Droog daarna grondig
af.
www.aeg.com
8
Gebruik geen oplosmiddelen of
schuurmiddelen. Deze beschadigen de lak.
If “dEMo” verschijnt op het display, het apparaat staat in de demonstratiestand. Raadpleeg de
paragraaf "Problemen oplossen".
3.2 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor
een lange periode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de
FROSTMATIC-functie ten minste 24 uur
voordat u het in te vriezen voedsel in het
vriesvak legt.
De maximale hoeveelheid voedsel die in
24 uur kan worden ingevroren wordt
aangegeven op het typeplaatje (Zie
"Technische gegevens").
Het invriesproces duurt 24 uur: voeg gedurende deze periode niet meer in te
vriezen voedsel toe.
3.3 Het bewaren van
ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na
een periode dat het niet gebruikt is in-
schakelt, dient u het apparaat minstens 2
uur op een hoge instelling te laten werken voordat u er producten in plaatst.
In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de
stroom langer is uitgevallen dan
de duur die op de kaart met
technische kenmerken onder
"tijdsduur" is vermeld, moet het
ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk
bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is).
3.4 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel
kunt, voordat het gebruikt wordt, in het
koelvak of op kamertemperatuur laten
ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden als ze
nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren.
3.5 Temperatuurweergave
Dit apparaat wordt verkocht in
Frankrijk.
In overeenstemming met de
richtlijnen die gelden in dit land,
moet dit apparaat worden geleverd met een speciaal onderdeel
(zie afbeelding). Dit onderdeel is
geplaatst in de onderste lade van
de koelkast om de koudste zone
aan te geven.
3.6 Verplaatsbare legrekken
A
B
NEDERLANDS9
De wanden van de koelkast zijn voorzien
van een aantal geleiders zodat de legrekken op de gewenste plaats gezet
kunnen worden.
Voor een beter gebruik van de ruimte
kunnen de voorste halve schappen onder de achterste worden geplaatst.
3.7 Het plaatsen van de
deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten
van verschillende afmetingen mogelijk te
maken, kunnen de schappen op verschillende hoogtes worden geplaatst.
3.8 Het schuifvak plaatsen
Het schuifvak kan op verschillende
hoogtes worden geplaatst.
Om deze aanpassingen uit te voeren,
gaat u als volgt te werk:
1.
til het plateau met het schuifvak naar
boven gericht uit de houders in de
deur
2.
verwijder de opsluitbeugel uit de
geleiding onder het plateau
3.
Om het schuifvak op een andere
hoogte terug te plaatsen, doet u
hetzelfde in omgekeerde volgorde.
4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
4.1 Tips voor
energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als de omgevingstemperatuur hoog
is, de thermostaatknop op een lage
temperatuur staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor
continu aan staan waardoor er ijs op
de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar
een warmere instelling om de koelkast
automatisch te laten ontdooien en zo
elektriciteitsverbruik te besparen.
4.2 Tips voor het koelen van
vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast
www.aeg.com
10
• dek het voedsel af of verpak het, in
het bijzonder als het een sterke geur
heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de
lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
4.3 Nuttige tips voor het
koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen,
boven de groentelade.
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts
een of maximaal twee dagen op deze
manier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz:
deze moeten afgedekt worden en mogen op willekeurig welk schap gezet
worden.
Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de
speciaal daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden. Citroensap kan de plastic delen van de koelkast verkleuren.
Daarom wordt aangeraden om citrusvruchten in aparte bakjes te bewaren.
Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic zakjes gewikkeld worden
om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten.
Flessen: deze moeten een afdekdop
hebben en opgeslagen worden in het
flessenrek in de deur.
Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in
de koelkast bewaard worden.
4.4 Tips voor het invriezen
Om u te helpen het voedsel zo goed
mogelijk in te vriezen, volgen hier een
paar belangrijke tips:
• Druk voor het invriezen van de maximale hoeveelheid voedsel (zoals aangegeven op het typeplaatje) 24 uur
voordat u begint met invriezen op de
FROSTMATIC schakelaar, of 4 tot 6
uur van tevoren bij kleinere hoeveelheden Het lampje gaat branden
• De FROSTMATIC schakelaar hoeft
niet te worden ingedrukt voor het invriezen van kleine hoeveelheden
• vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in;
• bereid het voedsel in kleine porties
voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien
die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of
plastic en zorg ervoor dat de pakjes
luchtdicht zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel
niet tegen het al ingevroren voedsel,
om te voorkomen dat dit laatste warm
wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te
bergen dan dikke; zout maakt voedsel
minder lang houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit
het vriesvak geconsumeerd wordt, kan
het aan de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum
op elk pakje te vermelden, dan kunt u
zien hoe lang het al bewaard is.
4.5 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat
te verkrijgen, dient u:
• verzeker u ervan dat de commercieel
ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door de detailhandelaar
werden opgeslagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open
te laten staan dan strikt noodzakelijk
• als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw
worden ingevroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan de
door de fabrikant aangegeven bewaarperiode.
5. ONDERHOUD EN REINIGING
NEDERLANDS11
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat
bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde
technici.
5.1 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires
schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig
en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon zijn en vrij van
restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de
kast en verplaats of beschadig ze
niet.
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproducten en waspolijstmiddelen om de
binnenkant schoon te maken,
aangezien deze het oppervlak
beschadigen en een sterke geur
achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de
compressor op de achterkant van het
apparaat schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie
van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in dit apparaat gebruikt zijn
kunnen aantasten/beschadigen. Daarom
wordt het aanbevolen de buitenkant van
dit apparaat alleen schoon te maken
met warm water met een beetje afwasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
5.2 Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt elke keer als de compressormotor tijdens normale werking stopt, automatisch van de verdamper van het
koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt
via een afvoergaatje in een speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor,
waar het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje
van het dooiwater in het midden van het
koelvak regelmatig schoon te maken om
te voorkomen dat het water overloopt
en op het voedsel in de koelkast gaat
druppelen.
www.aeg.com
12
5.3 De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal
zich altijd vormen rond het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de
rijplaag een dikte van ongeveer
3-5 mm bereikt heeft.
Volg onderstaande aanwijzingen om de
rijp te verwijderen:
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Verwijder al het ingevroren voedsel,
wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele
plaats.
3.
Open de deur.
4.
Na afloop van het ontdooien, de
binnenkant grondig droog maken.
5.
Schakel het apparaat in.
6.
Zet de thermostaatknop op de maximale koude en laat het apparaat
twee tot drie uur in deze instelling
werken.
7.
Zet het eerder verwijderde voedsel
terug in het vriesvak.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit scherpe metalen
hulpmiddelen om de rijp van de
verdamper te krabben, deze zou
beschadigd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die
middelen die door de fabrikant
zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd
verkorten.
5.4 Periodes dat het apparaat
niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd
niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voorzorgsmaatregelen:
• trek de stekker uit het stopcontact
• verwijder al het voedsel,
• Ontdooi het apparaat (indien nodig)
en toebehoren en maak alles schoon
• laat de deur/deuren op een kier staan
om de vorming van onaangename
luchtjes te voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag
dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom
uitvalt.
6. PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u problemen gaat
oplossen.
Alleen een gekwalificeerd elektricien of een bevoegde persoon
mag problemen oplossen die
niet in deze handleiding beschreven zijn.
NEDERLANDS13
StoringMogelijke oorzaakOplossing
Het apparaat maakt
lawaai
Het apparaat staat niet
stabiel
Controleer of het apparaat
stabiel staat (alle vier de
voetjes moeten op de
vloer staan)
Het apparaat werkt
niet. Het lampje
Het apparaat is uitgeschakeld.
Schakel het apparaat in.
brandt niet.
De stekker zit niet goed
in het stopcontact.
Het apparaat krijgt geen
stroom. Er staat geen
spanning op het stopcontact.
Steek de stekker goed in
het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch
apparaat op het stopcontact aan.
Neem contact op met een
gekwalificeerd elektricien.
Het lampje werkt
niet.
Het lampje staat in de
stand-by stand.
Sluit en open de deur.
Het lampje is stuk.Zie 'Het lampje vervan-
gen'.
De compressor
werkt continu.
De deur is niet goed ge-
De temperatuur is niet
goed ingesteld.
Stel een hogere temperatuur in.
Zie 'De deur sluiten'.
sloten.
De deur is te vaak geo-
pend.
De temperatuur van het
product is te hoog.
Laat de deur niet langer
dan noodzakelijk open.
Laat het product afkoelen
tot kamertemperatuur
voordat u het opbergt.
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
De compressor start
niet onmiddellijk na
Dit is normaal, er is geen
storing.
Verlaag de omgevingstemperatuur.
De compressor start na
enige tijd.
het drukken op de
COOLMATIC of de
FROSTMATIC schakelaar, of na het veranderen van de temperatuur.
Er loopt water over
de achterkant van de
koelkast.
Tijdens het automatische
ontdooiproces ontdooit
de rijp tegen de achter-
Dit is juist.
wand.
Er loopt water in de
koelkast.
De waterafvoer is verstopt.
Reinig de waterafvoer.
www.aeg.com
14
StoringMogelijke oorzaakOplossing
Producten verhinderen
dat water in de wateropvangbak kan stromen.
De temperatuur in
het apparaat is te
De temperatuurregelaar
is niet goed ingesteld.
Zorg ervoor dat de producten de achterwand niet
raken.
Stel een hogere/lagere
temperatuur in.
laag/hoog.
De temperatuur in
de koelkast is te
hoog.
De temperatuur in
de vriezer is te
hoog.
Er is geen koude luchtcirculatie in het apparaat
aanwezig.
Producten zijn te dicht op
elkaar geplaatst.
Zorg ervoor dat er koude
luchtcirculatie in het apparaat aanwezig is.
Bewaar de producten op
een manier die een koude
luchtcirculatie mogelijk
maakt.
Er is te veel rijpvorming.
De deur is niet goed ge-
Het product is niet goed
verpakt.
Verpak het op de juiste
manier.
Zie 'De deur sluiten'.
sloten.
De temperatuurregelaar
is niet goed ingesteld.
Er wordt een vierkantje boven- of on-
Er is een fout opgetreden
in de temperatuurmeting.
derin het temperatuurdisplay weergegeven.
Stel een hogere temperatuur in.
Neem contact op met de
klantenservice (het koelsysteem blijft werken om uw
levensmiddelen koud te
houden, maar de temperatuur kan niet aangepast
worden).
dEMo verschijnt ophet display.
Het apparaat staat in de
demonstratiestand (dEMo).
Houd de knop OK ongeveer 10 seconden ingedrukt tot er een lang
zoemgeluid klinkt en het
display even uit gaat: het
apparaat gaat weer werken.
2.
6.1 Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LEDbinnenlampje dat een lange levensduur
heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de
verlichting vervangen. Neem contact op
met uw servicecentrum.
Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage".
3.
Vervang, indien nodig, de defecte
deurafdichtingen. Neem contact
met de service-afdeling.
6.2 De deur sluiten
1.
Maak de afdichtingen van de deur
schoon.
7. MONTAGE
NEDERLANDS15
7.1 Opstelling
WAARSCHUWING!
Als u een oud apparaat weggooit dat voorzien is van een
deurslot of vergrendeling, zorg
er dan voor dat dit onbruikbaar
gemaakt wordt, zodat kinderen
er niet in opgesloten kunnen raken.
De stekker van het apparaat
moet na installatie toegankelijk
zijn.
Installeer dit apparaat op een plaats
waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat:
Kli-
Omgevingstemperatuur
maatklasse
SN+10°C tot + 32°C
N+16°C tot + 32°C
ST+16°C tot + 38°C
7.3 Ventilatievereisten
Kli-
Omgevingstemperatuur
maatklasse
T+16°C tot + 43°C
7.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het
voltage en de frequentie op het typeplatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact. De netsnoerstekker is voorzien van een contact
voor dit doel Als het stopcontact niet
geaard is, sluit het apparaat dan aan op
een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels,
raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd
elektricien
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden.
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen.
5 cm
8. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
min.
200 cm
De luchtcirculatie achter het apparaat
2
min.
200 cm
moet voldoende zijn.
2
www.aeg.com
16
SSSRR
HISSS!
R!
CLICK!
BRRR!
OK
SSSRRR!
HISSS!
SSSRRR!
HISSS!
BLUBB!
CLICK!
BRRR!
CRACK!
CLICK!
BRRR!
BLUBB!
BLUBB!
CRACK!CRACK!
9. TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen van de uitsparing
Hoogte880 mm
Breedte560 mm
Diepte550 mm
Tijdsduur12 h
Spanning230-240 V
Frequentie50 Hz
De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het
apparaat en op het energielabel.
10. MILIEUBESCHERMING
NEDERLANDS17
Recycle de materialen met het
symbool
een geschikte verzamelcontainer om
het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
. Gooi de verpakking in
elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het
symbool
huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u
in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
niet weg met het
Loading...
+ 39 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.