Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren
uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen
maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd
om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de
hand hebt.
De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
Page 3
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt
door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van
het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van
8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over
het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
• Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is.
• Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
NEDERLANDS3
1.2 Algemene veiligheid
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
Page 4
www.aeg.com
4
• De specificatie van het apparaat mag niet worden
veranderd.
• Respecteer het maximale laadvermogen van 7 kg
(raadpleeg hoofdstuk “Programmaschema”).
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant of diens technische dienst of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
• De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen
tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8 bar (0,8 MPa)
• De ventilatie-openingen in de onderkant (indien van
toepassing) mogen niet worden afgedekt door tapijt
• Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden
aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen
niet opnieuw worden gebruikt.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
• Pas de stelvoeten aan om de nodige
2.1 Montage
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Bewaar de transportbouten. Als u het
apparaat gaat verplaatsen, moet de
trommel worden geblokkeerd.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Gebruik of installeer het apparaat niet
als de temperatuur lager is dan 0 °C of
als het is blootgesteld aan het weer.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
waar u het apparaat installeert, vlak,
stabiel, hittebestendig en schoon is.
• Plaats het apparaat niet op een plek
waar de deur niet helemaal open kan.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
• Zorg dat er lucht tussen het apparaat
en de vloer kan circuleren.
Aansluiting op het
elektriciteitsnet
• Dit apparaat moet worden geaard.
• Controleer of de elektrische informatie
• Gebruik altijd een correct geïnstal-
• Gebruik geen meerwegstekkers en
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
ruimte tussen het apparaat en de
vloerbedekking te creëren.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische
schokken.
op het typeplaatje overeenkomt met
de stroomvoorziening. Zo niet, neem
dan contact op met een elektromonteur.
leerd, schokbestendig stopcontact.
verlengsnoeren.
niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan
MOET dit gebeuren door onze Klantenservice.
Page 5
• Steek de stekker pas in het stopcon-
tact als de installatie is voltooid. Zorg
ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
• Trek niet aan het aansluitnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Raak de stroomkabel of stekker niet
aan met natte handen.
• Dit apparaat voldoet aan de EU-richt-
lijnen.
Aansluiting aan de
waterleiding
• Zorg dat u de waterslangen niet be-
schadigt.
• Het apparaat moet met de nieuwe
slangset worden aangesloten op een
kraan. Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt.
• Laat het water stromen tot het schoon
is voordat u het apparaat aansluit op
nieuwe leidingen of leidingen die lang
niet zijn gebruikt.
• Zorg dat er geen lekkages zijn als u
het apparaat de eerste keer gebruikt.
2.2 Gebruik van het apparaat
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, elektrische
schokken, brand, brandwonden
en schade aan het apparaat.
• Gebruik dit apparaat in een huishou-
delijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Volg de veiligheidsinstructies op de
verpakking van het vaatwasmiddel op.
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlamba-
NEDERLANDS5
re producten in, bij of op het apparaat.
• Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in werking is. Het glas
kan heet worden.
• Zorg dat u alle metalen onderdelen uit
het wasgoed verwijdert.
• Plaats geen bak om mogelijke waterlekkage op te vangen onder het apparaat. Neem contact op met de servicedienst om te raadplegen welke accessoires gebruikt mogen worden.
2.3 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan
het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Gebruik geen waterstralen of stoom
om het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
2.4 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat.
3. TECHNISCHE INFORMATIE
AfmetingBreedte / hoogte / diep-
te
Totale diepte540 mm
600 / 850 / 522 mm
Page 6
www.aeg.com
6
Aansluiting aan het elektriciteitsnet:
Spanning
Totale stroom
Zekering
Frequentie
WaterdrukMinimaal0,5 bar (0,05 MPa)
Maximaal8 bar (0,8 MPa)
Watertoevoer
1)
Koud water
Maximale beladingKatoen7 kg
CentrifugesnelheidMaximaal1400 tpm (L 76478 FL)
1)
Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1238
4
5
230 V
2200 W
10 A
50 Hz
1600 tpm (L 76678 FL)
9
0
Bovenblad
1
Wasmiddeldoseerlade
2
Bedieningspaneel
3
Handgreep
4
Typeplaatje
5
Afvoerpomp
6
1
6
7
Stelvoetjes
7
Afvoerslang
8
Watertoevoerklep
9
Netsnoer
10
Transportbouten
11
Stelvoetjes
12
2
Page 7
4.1 Accessoires
12
5. BEDIENINGSPANEEL
123
NEDERLANDS7
Moersleutel
1
Om de transportbouten te verwijderen.
Plastic dopjes
2
Voor het afdichten van de gaten aan
de achterzijde van het apparaat nadat u de transportbouten hebt verwijderd.
Toevoerslang met geïntegreerd
34
3
beschermingssysteem tegen wateroverlast
Om mogelijke wateroverlast te voorkomen.
Plastic slanggeleider
4
Om een afvoerslang op de rand van
een gootsteen te bevestigen.
Katoen
Eco
Super Eco
20 Min. - 3 kg
Kort Intensief
Jeans
Gordijnen
Spoelen
Centrifugeren/
Pompen
Aan-/Uittoets (Aan/Uit)
1
Programmaschakelaar
2
Display
3
Toets Start/Pauze (Start/Pauze)
4
Toets Startuitstel (Startuitstel)
5
Toets Tijd Besparen (Tijd Besparen)
6
Toets Extra spoelen (Extra Spoelen)
7
Toets Vlekken (Vlekken)
8
Toets Kort centrifugeren (TPM)
9
Aan/Uit
Katoen
+ Voorwas
Extra Stil
Synthetica
+ Voorwas
Strijkvrij
Fijne Was
Wol/Zijde
Temp.°C
Extra
Spoelen
Vlekken
TMP
Toets Temperatuur (Temp.°C)
10
Besparen
uitstel
Start-
Tijd
5.1 Aan/uit-toets
Druk op deze toets om het apparaat in
of uit te schakelen. Er klinkt een geluid
als het apparaat wordt ingeschakeld.
De AUTO Stand-by functie schakelt het
apparaat automatisch uit om stroom te
besparen als:
Start/Pauze
45678910
1
Page 8
www.aeg.com
8
• Er een programma is geselecteerd,
maar na 5 minuten van de instelling
nog niet op de toets is gedrukt.
– Alle instellingen worden geannu-
leerd
–
Druk op de knop
raat weer in te schakelen.
– Stel het wasprogramma en alle mo-
gelijke opties
1
om het appa-
4
• 5 minuten na afloop van het wasprogramma. Raadpleeg 'Aan het einde
.
van het programma'.
5.2 Programmaschakelaar
Draai deze knop om een programma in
te stellen. Het bijbehorende programma-indicatielampje gaat branden.
2
5.3 Display
3
ABCD
Op het display verschijnt:
A• De maximum temperatuur van het programma.
B• De standaard centrifugesnelheid van het programma.
1)
en "Spoelstop"-symbolen.
2)
C•
•
"Niet centrifugeren"
De displaysymbolen.
SymbolenBeschrijving
Wasfase
Spoelfases
Centrifugefase
Kinderbeveiliging
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het symbool brandt.
U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool
uit gaat.
Het symbool blijft aan, maar het programma is voltooid:
• Er staat water in de trommel.
• De functie 'Spoelstop' is aan.
Startuitstel
Page 9
NEDERLANDS9
D• De programmatijd
Als het programma start, vermindert de tijd in stappen van 1 minuut.
• De uitgestelde start
Als u op de toets startuitstel drukt, toont de display de uitstelde start-
tijd.
•Alarmcodes
Als er een storing in het apparaat optreedt, worden er alarmcodes op
de display weergegeven. Raadpleeg het hoofdstuk "Probleemoplossing".
•Err
Het display toont dit bericht enkele seconden als:
– U een functie instelt die niet van toepassing is voor het programma.
– U het programma wijzigt als het in werking is.
4
Het lampje van de toets Start/Pauze
knippert.
•
Als het programma is voltooid.
1)
Alleen beschikbaar voor het programma Centrifugeren/Afpompen.
2)
De symbolen verschijnen op de display als de bijbehorende fase of functie is ingesteld.
5.4 Toets Start/Pauze
Druk op toets 4 om het programma te
starten of te onderbreken.
5.5 Toets startuitstel
Druk op toets 5 om de start van een
programma vanaf 30 minuten tot 20 uur
uit te stellen.
5.6 Toets tijdbesparing
Druk op de toets 6 om de programmatijd te verminderen.
• Druk een keer om een verkort programma in te stellen voor wasgoed
met dagelijks vuil.
• Druk twee keer voor het instellen van
een extra snel programma voor wasgoed dat bijna niet vuil is.
Sommige programma's accepteren uitsluitend een van de twee
functies.
5.7 Toets extra spoelen
Druk op toets 7 om spoelfases toe te
voegen aan het programma.
4
5
6
7
Gebruik deze functie voor personen die
allergisch zijn voor wasmiddelen en in
gebieden waar het water erg zacht is.
5.8 Toets Vlekken
Druk op toets 8 om de vlekkenfase toe
te voegen aan het programma.
Gebruik deze functie voor wasgoed met
vlekken die moeilijk te verwijderen zijn.
Als u deze functie instelt, doet u vlekken-
verwijderaar in het vakje
Deze functie verlengt de duur
van het wasprogramma.
Deze functie is niet beschikbaar
bij een temperatuur lager dan
40°C.
8
.
5.9 Toets centrifugeren
Druk op deze toets om:
• De maximale snelheid van de centrifugefase te verlagen als u een programma instelt.
De display toont alleen de centrifugesnelheden die voor het ingestelde programma beschikbaar
zijn.
• Schakel de centrifugefase uit.
• Schakel de functie 'Spoelstop' in. Stel
deze functie in om kreukvorming in
9
Page 10
www.aeg.com
10
stoffen te voorkomen. Het apparaat
pompt geen water af als het programma is voltooid.
Centrifugefase is uit.
De functie 'Spoelstop'
is aan.
5.10 Temperatuurtoets
Druk op knop 10 om de standaard temperatuur te wijzigen.
10
- -= koud water
5.11 Geluidssignalenfunctie
U hoort geluidssignalen als:
• U het apparaat inschakelt.
• U het apparaat uitschakelt.
• U op een toets drukt.
• Het programma is voltooid.
• Het apparaat ondervindt een storing.
Voor het uitschakelen/inschakelen van
de geluidssignalen, drukt u tegelijkertijd
op toets
seconden.
8
en toets 7 gedurende 6
Als u de geluidssignalen uitschakelt, blijven ze alleen werken als
u op de toetsen drukt en er een
storing optreedt.
5.12 Functie kinderslot
Deze functie voorkomt dat kinderen spelen met het bedieningspaneel.
• Druk om de functie te activeren, tege-
10
lijkertijd op toets
dat de display het symbool
• Druk om de functie te deactiveren, tegelijkertijd op toets
totdat het symbool uitgaat.
U kunt de volgende functie activeren:
• Voordat u drukt op de toets Start/Pau-
4
ze
: kan het apparaat niet starten.
• Nadat u drukt op de toets Start/Pauze
4
, worden alle toetsen en de pro-
grammaschakelaar uitgeschakeld.
en toets 9 tot-
toont.
10
en toets
9
5.13 Permanente extra
spoelfunctie
Met deze functie kunt u de extra spoelfunctie permanent aan laten als u een
nieuw programma instelt.
• Druk om de functie te activeren, tege-
6
lijkertijd op toets
dat het lampje van toets
• Druk om de functie uit te schakelen,
tegelijkertijd op toets
totdat het lampje van toets 7 uit
gaat.
en toets 5 tot-
7
brandt.
6
en toets
5
6. PROGRAMMA’S
Programma
Huishoudelijk
Katoen
95° - Koud
Type lading
max. gewicht van
belading
Wit en bont katoen,
normaal vervuild.
max. 7 kg
Cyclusbeschrijving
Wassen
Spoelgangen
Lang centrifugeren
Functies
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
VLEKKEN
1)
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
Page 11
NEDERLANDS11
Programma
Huishoudelijk
Katoen + Voorwas
95° - Koud
Extra Stil
95° - Koud
Synthetica
60° - Koud
Synthetica +
Voorwas
60° - Koud
Strijkvrij
3)
60° - Koud
Type lading
max. gewicht van
belading
Wit en bont katoen,
zwaar vervuild.
max. 7 kg
Wit en bont katoen,
normaal vervuild.
max. 7 kg
Synthetische of gemengde stoffen, normaal vervuild.
max. 3.5 kg
Synthetische of gemengde stoffen,
zwaar vervuild.
max. 3.5 kg
Synthetica, normaal
vervuild.
max. 3.5 kg
Cyclusbeschrijving
Voorspoelen
Wassen
Spoelgangen
Lang centrifugeren
Wassen
Spoelgangen
Stop met water in
de trommel
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifugeren
Voorspoelen
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifugeren
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifugeren
Functies
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
VLEKKEN
1)
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
VLEKKEN
1)
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
Fijne Was
40° - Koud
Fijn wasgoed zoals
acryl, viscose, polyester stoffen, normaal
vervuild.
max. 3.5 kg
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifugeren
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
VLEKKEN
1)
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
Page 12
www.aeg.com
12
Programma
Huishoudelijk
Type lading
max. gewicht van
Cyclusbeschrijving
belading
Wol / Zijde
40° - Koud
In de machine wasbare wol. Met de
hand wasbare wol en
fijn wasgoed met het
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifuge-
ren
symbool 'handwas'.
max. 2 kg
Centr. / Pom-
4)
pen
Alle stoffen
De maximale belading van wasgoed is
afhankelijk van het
type wasgoed.
Afvoer van het
water
Centrifugefase
op de maximale
snelheid.
SpoelenAlle stoffen.Eén keer spoelen
met extra centri-
fugeerfase
Gordijnen
40° - Koud
Stel dit programma
in om gordijnen te
wassen. Er wordt automatisch een voorwasfase toegevoegd
Voorspoelen
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifuge-
ren
om het stof uit de
gordijnen te reinigen.
Voeg geen wasmiddel aan het voorwasvakje toe.
max. 2.5 kg
Jeans
60° - Koud
Alle wasgoed van
spijkerstof. Stoffen
van jersey met hitechmaterialen.
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifuge-
ren
max. 7 kg
Functies
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
AANPASSEN
TOERENTAL
NIET CENTRIFUGEREN
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
EXTRA SPOE-
5)
LING
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
TIJDBESPARING
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
Kort Intensief
60° - 40°
20 Min. - 3 kg
40° - 30°
Snel wasprogramma,
te gebruiken voor
licht vervuilde witte/
kleurechte katoenen
en gemende stoffen.
max. 2.5 kg
Katoenen en synthetische kleding met
lichte vervuiling of
slechts eenmaal gedragen.
Wassen
Spoelgangen
Lang centrifuge-
ren
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifuge-
ren
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
EXTRA SPOELEN
AANPASSEN
TOERENTAL
Page 13
NEDERLANDS13
Programma
Huishoudelijk
Type lading
max. gewicht van
Cyclus-
beschrijving
Functies
belading
Super Eco
Koud
6)
Gemengde stoffen
(katoen en synthetische stoffen).
max. 3 kg
Wassen
Spoelgangen
Kort centrifuge-
ren
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
EXTRA SPOELEN
Katoen
7)
Eco
60° - 40°
Wit en bont katoen,
normaal vervuild.
max. 7 kg
Wassen
Spoelgangen
Lang centrifuge-
ren
AANPASSEN
TOERENTAL
ZONDER SPOELING
VLEKKEN
EXTRA SPOELEN
TIJDBESPARING
2)
1)
De functie VLEKKEN is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
2)
Als u twee keer op de toets 6 drukt (duur Extra snel), raden wij u aan om de hoeveelheid
wasgoed te verkleinen. Het is mogelijk om de volledige lading te gebruiken, maar een
optimaal wasresultaat kan dan niet gegarandeerd worden.
3)
De was- en centrifugefase is zacht om te voorkomen dat het wasgoed gaat kreuken. De
wasautomaat voegt extra spoelgangen toe.
4)
De standaardinstelling van de centrifugeersnelheid is gebaseerd op katoenen wasgoed.
Stel de centrifugesnelheid in. Zorg ervoor dat het geschikt is voor het soort wasgoed.
Voor het uitsluitend selecteren van het programma AFPOMPEN, stelt u de functie NIET
CENTRIFUGEREN in.
5)
Druk op de toets EXTRA SPOELING om spoelgangen toe te voegen. Met een lage
centrifugeersnelheid voert het apparaat delicate spoelgangen uit met kort centrifugeren.
6)
Stel dit programma in om de tijd en het water- en energieverbruik te verlagen.
7)
Volgens de regulering 1061/2010 zijn deze programma's respectievelijk het “standaard
60° katoenprogramma” en het “standaard 40° katoenprogramma”. Dit zijn de meest
efficiënte programma's qua elektriciteits- en waterverbruik bij het wassen van normaal
vervuild katoenen wasgoed.
Stel dit programma in voor een goed wasresultaat en om het stroomverbruik te
verlagen. De tijd van het wasprogramma wordt verlengd. Voor deze programma's kunt u
alleen de duur Extra kort instellen.
De watertemperatuur van de wasfase kan verschillen van de temperatuur die is
aangegeven voor het geselecteerde programma.
Page 14
www.aeg.com
14
7. VERBRUIKSWAARDEN
Bij start van het programma toont het display de programmaduur voor de
maximale laadcapaciteit.
Tijdens de wasfase wordt de programmaduur automatisch berekend en deze kan flink worden verlaagd als de wasgoedlading lager is dan de maximale laadcapaciteit (bijv. katoen 60°C, maximale laadcapaciteit 7 kg, de programmaduur is langer dan 2 uur, lading 1 kg, de programmaduur is nog
geen uur).
Als het apparaat de echte programmaduur berekent, knippert er een punt
in het display.
De gegevens van deze tabel zijn gemiddelden. Verschillende oorzaken kunnen de gegevens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed, het water
en de omgevingstemperatuur.
Programma’s Lading
(kg)
Energieverbruik
(kWh)
Water-
verbruik
(liter)
Gemid-
delde
pro-
gramma-
duur
(minu-
ten)
Reste-
rend
vocht
1)
(%)
L 76472
FL
Reste-
rend
vocht
(%)
L 76672
FL
Katoen 60 °C71.25701465244
Katoen 40 °C70.78701615244
Synthetische
stoffen 40 °C
Fijne was 40
°C
Wol/Handwas
30 °C
3.50.47501713535
3.50.53621213535
20.2545583030
Standaard katoenprogramma's
Standaard 60
°C katoen
Standaard 60
°C katoen
Standaard 40
°C katoen
1)
Aan het einde van de centrifugeerfase.
70.72452325244
3.50.62331905244
3.50.46341865244
Uit-modus (W)Modus aan laten (W)
0.480.48
De gegevens in de bovenstaande grafiek zijn in overeenstemming met de EU
verordening 1015/2010 die richtlijn 2009/125/EC implementeert.
1)
Page 15
8. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1.
Giet 2 liter water in het vakje voor
het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade om het afvoersysteem te activeren.
2.
Giet een klein beetje wasmiddel in
het vakje van het hoofdwasmiddel
9. DAGELIJKS GEBRUIK
NEDERLANDS15
van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en
start het programma. Dit verwijdert
al het mogelijke vuil uit de trommel
en de kuip.
1.
Draai de waterkraan open.
2.
Steek de stekker in het stopcontact.
3.
Druk op toets 1 om het apparaat in
te schakelen.
4.
Plaats het wasgoed in de machine.
5.
Gebruik de juiste hoeveelheid wasmiddelen en toevoegingen.
6.
U dient het juiste programma in te
stellen en te starten voor het type lading en de mate van vervuiling.
9.1 Wasgoed in de machine
doen
1.
Open de deur van het apparaat.
2.
Plaats het wasgoed een voor een in
de trommel. Schud de items voor u
ze in de wasautomaat plaatst. Zorg
ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
3.
Sluit de deur.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen
de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan.
Page 16
www.aeg.com
16
9.2 Wasmiddel en additieven (wasverzachter, vlekkenmiddel)
toevoegen
Het doseerbakje voor de voorwasfase, het inweekprogramma
en voor de vlekkenfunctie.
Voeg inweek-, vlekken- en voorwasmiddelen toe voordat u het
programma start.
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor
het starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter,
stijfsel).
Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
Klepje voor poeder of vloeibaar wasmiddel.
Draai het klepje (omhoog of omlaag) in de juiste stand om poeder of vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.
De stand van de klep controleren
1.
Trek de wasmiddeldoseerlade uit tot
deze stopt.
2.
Druk de hendel in om de lade uit te
trekken.
Page 17
5.
Meet het wasmiddel en wasverzachter af.
6.
Sluit de wasmiddeldoseerlade voorzichtig. Zorg bij het sluiten van de
lade dat de klep geen blokkering
veroorzaakt.
9.3 Een programma instellen
en starten
1.
Draai de programmaschakelaar. Het
bijbehorende programma-indicatielampje gaat branden.
2.
Het lampje van toets 4 knippert in
het rood.
3.
Op het display verschijnt de standaard temperatuur en centrifugesnelheid. Om de temperatuur en/of
de centrifugesnelheid te wijzigen,
drukt u op de bijbehorende toetsen.
4.
Stel de beschikbare functies in. Het
lampje van de ingestelde functie
gaat aan, of de display toont het bijbehorende symbool.
5.
Druk op toets 4 om het programma te starten. Het lampje van toets
4
is aan.
NEDERLANDS17
3.
Draai de klep omhoog om poederwasmiddel te gebruiken.
4.
Draai de klep omlaag om vloeibaar
wasmiddel te gebruiken.
Met de klep in de stand OMLAAG:
– Gebruik geen gelatineachtige
of dikke vloeibare wasmiddelen.
– Giet niet meer vloeibaar was-
middel in het vakje dan de li-
miet op de klep.
– Stel de voorwasfase niet in.
– Stel de startuitstelfunctie niet
in.
De afvoerpomp kan even werken
als het apparaat gevuld wordt
met water.
9.4 Een programma
onderbreken
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het indicatielampje knippert.
2.
Als u opnieuw op toets 4 drukt.
Het wasprogramma gaat verder.
9.5 Een programma annuleren
1.
Druk op toets 1 om het programma te annuleren en om het apparaat
uit te schakelen.
2.
Druk opnieuw op toets 1 om het
apparaat in te schakelen. U kunt nu
een nieuw wasprogramma kiezen.
Het apparaat pompt geen water
weg.
Page 18
www.aeg.com
18
9.6 Een functie wijzigen
U kunt slechts enkele functies wijzigen
voordat ze gaan werken.
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het indicatielampje knippert.
2.
De ingestelde functie wijzigen.
9.7 Het startuitstel instellen
1.
Druk herhaaldelijk op toets 5 tot
het aantal minuten of uren op de
display verschijnt. De bijbehorende
symbolen gaan branden.
2.
Druk op toets 4 , het apparaat begint het aftellen van de uitgestelde
start.
Nadat het aftelproces voltooid is,
wordt het wasprogramma automatisch gestart.
Voordat u op toets 4 drukt om
het apparaat te starten, kunt u de
instelling van de uitgestelde start
annuleren of wijzigen.
9.8 De uitgestelde start
annuleren
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het bijbehorende indicatielampje knippert.
2.
Druk herhaaldelijk op toets 5 tot
de display 0’ toont.
3.
Als u op de toets 4 drukt: Het programma wordt gestart.
9.9 Deur openen
Als een programma of het startuitstel in
werking is, is de deur van de wasmachine vergrendeld.
De deur van het apparaat openen:
1.
Druk op toets 4 . Het deurvergrendelingssymbool in de display gaat
uit.
2.
Open de deur van het apparaat.
3.
Sluit de deur van de machine en
4
druk op toets
of startuitstel gaat verder.
. Het programma
Als de temperatuur en het waterpeil in de trommel te hoog zijn,
blijft het symbool voor de deurvergrendeling aan en kunt u de
deur niet openen. U opent in dat
geval de deur als volgt:
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Wacht enkele minuten.
3.
Zorg ervoor dat er zich geen
water in de trommel bevindt.
Als u het apparaat uit zet, dient u
het programma opnieuw in te
stellen.
9.10 Aan het einde van het
programma
• Het apparaat stopt automatisch.
• De geluidssignalen klinken.
•
In de display gaat het symbool
• Het indicatielampje van de toets Start/
4
Pauze
• Het deurvergrendelingssymbool gaat
uit.
•
Druk op toets
te schakelen. Vijf minuten na het einde
van het programma wordt het apparaat door de functie AUTO OFF automatisch uitgeschakeld.
• Haal het wasgoed uit de wasmachine.
Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
• Laat de deur iets open staan om de
vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.
• Draai de waterkraan dicht.
Het wasprogramma is voltooid, maar
er staat water in de trommel:
– De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen.
– De deur blijft vergrendeld.
– U moet het water afvoeren om de
deur te kunnen openen.
gaat uit.
1
om het apparaat uit
Als u het apparaat weer inschakelt, wordt het einde van het als
laatste ingestelde programma in
de display weergegeven. Draai
de programmaknop om een
nieuwe cyclus in te stellen.
aan.
Page 19
Het water wegpompen:
1.
Verlaag zo nodig de centrifugesnelheid.
2.
Druk op de toets Start/Pauze 4 .
Het apparaat voert het water af en
centrifugeert.
3.
Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool uit
en kunt u de deur openen.
10. AANWIJZINGEN EN TIPS
NEDERLANDS19
4.
Schakel het apparaat uit.
Na ongeveer 18 uur begint het
apparaat automatisch met het afvoeren van water en centrifugeren.
10.1 Wasgoed sorteren
• Verdeel het wasgoed in: wit, bont,
synthetisch, fijne was en wol.
• Volg de wasinstructies die u op de
waslabels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet samen.
• Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit
soort kleding de eerste keer dan ook
apart te wassen.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Maak riemen
vast.
• Maak alle zakken leeg en vouw alle artikelen open.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en
kleding met geverfde opdrukken binnenstebuiten.
• Verwijder hardnekkige vlekken.
• Was delen met zware vervuiling met
een speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met de gordijnen.
Verwijder de haken of stop de gordijnen in een zak of kussensloop.
• Niet in de machine wassen:
– Wasgoed zonder zomen of met
scheuren
– Beugelbeha's.
– Gebruik een waszakje om kleine
stuk wasgoed te wassen.
• Een zeer kleine lading kan problemen
veroorzaken bij de centrifugefase. Als
dit gebeurt, kunt u de artikelen handmatig verdelen in de trommel en de
centrifugefase opnieuw starten.
10.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en wasmiddel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te verwijderen voordat u deze artikelen in de
machine stopt.
Er zijn speciale vlekverwijderaars verkrijgbaar. Gebruik een speciale vlekverwijderaar die geschikt is voor het type
vlek en stof.
10.3 Wasmiddelen en
nabehandelingsmiddelen
• Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsproducten die bedoeld zijn
voor gebruik in een wasautomaat.
• Vermeng geen verschillende soorten
wasmiddel met elkaar.
• Gebruik niet meer dan de benodigde
hoeveelheid wasmiddel om het milieu
te beschermen.
• Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van deze producten.
• Gebruik de juiste producten voor het
type en de kleur stof, de programmatemperatuur en de mate van vervuiling.
• Stel geen voorwasfase in als u vloeibare wasmiddelen gebruikt.
• Als uw machine geen wasmiddellade
heeft met klepje, voeg dan het vloeibare wasmiddel toe met een doseerbal.
10.4 Waterhardheid
Als de waterhardheid in uw gebied hoog
of gemiddeld is, raden we u het gebruik
Page 20
www.aeg.com
20
van waterverzachter voor wasautomaten
aan. In gebieden waar de waterhardheid
zacht is, is het gebruik van een waterverzachter niet nodig.
Neem contact op met de plaatselijke
waterautoriteit voor de waterhardheid in
uw gebied.
Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van de producten.
Waterhardheidstabel
NiveauType
°dH°THmmol/lClarke
1zacht0-70-150-1.50-9
2medium8-1416-251.6-2.510-16
3hard15-2126-372.6-3.717-25
4erg hard> 21> 37>3.7>25
11. ONDERHOUD EN REINIGING
Gelijkwaardige eenheden meten de waterhardheid:
• Duitse graden (°dH).
• Franse graden (°TH)
• mmol/l (millimol per liter - een internationale eenheid voor de hardheid van
water).
• Clarke-graden.
Waterhardheid
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt.
11.1 Ontkalken
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk.
Als het nodig is dient u waterverzachter
te gebruiken om deze kalk te verwijderen.
Gebruik een speciaal product voor wasautomaten. Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van de producent.
Doe dit apart van het wassen van wasgoed.
11.2 Buitenkant reinigen
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of chemische producten.
11.3 Onderhoudswasbeurt
Bij programma's met lage temperaturen
is het mogelijk dat er wat wasmiddel
achterblijft in de trommel. Voer regelmatig een onderhoudswas uit. Om dit te
doen:
• Haal al het wasgoed uit de trommel.
• Stel het heetste wasprogramma in
voor katoen
• Gebruik de juiste hoeveelheid poederwasmiddel met biologische eigenschappen.
Houd de deur enige tijd open na elke
wasbeurt, om schimmels te voorkomen
en onprettige geurtjes te verwijderen.
Page 21
11.4 Deurrubber
NEDERLANDS21
Controleer het deurrubber regelmatig
en verwijder voorwerpen uit de binnenkant.
11.5 Trommel
Controleer de trommel regelmatig om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten om
roestdeeltjes uit de trommel te verwijderen.
11.6 Wasmiddeldoseerlade
De wasmiddeldoseerlade reinigen:
1
2
Ga als volgt te werk:
• Reinig de trommel met een speciaal
product voor roestvrij staal.
• Start een kort programma voor katoen
op de maximale temperatuur met een
kleine hoeveelheid wasmiddel.
1.
Druk op de hendel.
2.
Trek de doseerlade naar buiten.
3.
Verwijder het bovenste gedeelte
van het vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
4.
Maak alle onderdelen schoon met
water.
5.
Maak de ruimte van de wasmiddeldoseerlade schoon met een borstel.
6.
Plaats de wasmiddeldoseerlade terug in de ruimte.
Page 22
www.aeg.com
22
11.7 Afvoerpomp
Controleer de afvoerpomp regelmatig en zorg dat deze schoon
is.
De pomp schoonmaken als:
• Het apparaat geen water wegpompt.
• De trommel niet kan draaien.
• Het apparaat een ongebruikelijk geluid maakt door een blokkade in de afvoerpomp.
• De display een alarmcode weergeeft
door een probleem met de waterafvoer.
De afvoerpomp reinigen:
WAARSCHUWING!
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Verwijder het filter niet als
het apparaat in gebruik is.
Reinig de afvoerpomp niet
als het water in de machine
heet is. Het water moet koud
zijn voordat u de afvoerpomp kunt reinigen.
1.
Open het afvoerpompdeurtje.
2.
Trek de klep naar voren om hem te
verwijderen.
3.
Plaats een bak onder de uitsparing
van de afvoerpomp om het uitstromende water op te vangen.
4.
Druk de twee hendels in en trek het
afvoerkanaal naar voren om het water eruit te laten stromen.
5.
1
Als de bak vol met water is, duwt u
het afvoerkanaal terug en leegt u de
bak. Herhaal stap 4 en 5 tot er geen
water meer uit de afvoerpomp
stroomt.
6.
Duw het afvoerkanaal terug en draai
het filter om het te verwijderen.
2
Page 23
NEDERLANDS23
7.
Verwijder stof en voorwerpen uit de
pomp.
8.
Zorg dat het schoepenrad op de
juiste wijze kan draaien. Neem als
dit niet lukt, contact op met de klantenservice.
9.
2
Reinig het filter onder de waterkraan en plaats het terug in de speciale geleiders van de pomp.
10.
Zorg ervoor dat het filter stevig vastzit om waterlekkage te voorkomen.
11.
Plaats de klep terug en sluit het af-
1
voerpompdeurtje.
11.8 Het filter van de
toevoerslang en het klepfilter
Het kan nodig zijn filters te reinigen als:
• Het apparaat niet met water wordt gevuld.
• De machine langdurig water vult.
De watertoevoerfilters schoonmaken:
•
Het lampje van toets
4
knippert en
de display het bijbehorende alarm
weergeeft. Raadpleeg 'Probleemoplossing'.
WAARSCHUWING!
Trek de stekker uit het stopcontact.
1.
Draai de waterkraan dicht.
2.
Verwijder de watertoevoerslang van
de kraan.
3.
Reinig het filter in de toevoerslang
met een harde borstel.
Page 24
www.aeg.com
24
20°
45°
4.
Verwijder de toevoerslang achter de
machine.
5.
Reinig het filter in de klep met een
harde borstel of een handdoek.
6.
Installeer de watertoevoerslang opnieuw. Zorg ervoor dat de koppelingen stevig vast zitten om lekkage te
voorkomen.
7.
Draai de waterkraan open.
11.9 Noodafvoer
Het apparaat kan geen water afvoeren
door een storing.
Als dit optreedt, voert u stap (1) tot en
met (6) van "De afvoerpomp reinigen"
uit.
Maak de pomp zo nodig schoon.
Plaats het afvoerkanaal terug en sluit de
afvoerpompklep.
Als u het water afvoert met de noodafvoerprocedure, dient u het afvoersysteem opnieuw te activeren:
1.
Giet 2 liter water in het vakje voor
het hoofdwasmiddel van de wasmiddeldoseerlade.
2.
Start het programma om water af te
voeren.
11.10 Voorzorgsmaatregelen
bij vorst
Als het apparaat is geïnstalleerd in een
gebied waar de temperatuur lager is dan
12. PROBLEEMOPLOSSING
Het apparaat start niet of stopt tijdens
het programma.
Probeer eerst het probleem zelf op te
lossen (zie tabel). Indien dit niet lukt,
0 °C, dan dient u het resterende water
uit de afvoerslang en de afvoerpomp te
verwijderen.
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Draai de waterkraan dicht.
3.
Verwijder de watertoevoerslang.
4.
Plaats de twee uiteinden van de toevoerslang in een bak en laat het water uit de slang stromen.
5.
Leeg de afvoerpomp. Raadpleeg de
noodafvoerprocedure.
6.
Als de afvoerpomp leeg is, installeert u de toevoerslang opnieuw.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de temperatuur
hoger is dan 0 °C voordat u het
apparaat opnieuw gebruikt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door lage
temperaturen is veroorzaakt.
neem contact op met de service afdeling.
Page 25
NEDERLANDS25
Bij sommige problemen werken de
geluidssignalen en toont de display
een alarmcode:
•
- Het apparaat wordt niet gevuld
met water.
•
- Het apparaat pompt geen wa-
ter weg.
•
- De deur is open of niet goed
gesloten.
•
- Anti-overstromingsbeveiliging
is aan.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit voordat
u controles uitvoert.
ProbleemMogelijke oorzaakMogelijke oplossing
Het apparaat
De waterkraan is dicht.Draai de waterkraan open.
neemt geen water.
De watertoevoerslang is
beschadigd.
De filters in de water-
toevoerslang zijn ver-
Controleer of de watertoevoerslang niet is beschadigd.
Reinig de filters Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
stopt.
De waterkraan is ver-
Maak de waterkraan schoon.
stopt of aangezet met
kalkaanslag.
De aansluiting van de
watertoevoerslang is
Zorg dat de aansluiting altijd
correct is.
niet correct.
De waterdruk is te laag.Neem contact op met het wa-
terleidingbedrijf.
Het apparaat
pompt geen water
De waterafvoerslang is
beschadigd.
Controleer of de waterafvoers-
lang niet is beschadigd.
weg.
Het filter in de afvoer-
pomp is geblokkeerd.
Reinig het filter of maak de af-
voerpomp schoon. Zie het
hoofdstuk "Onderhoud en reini-
ging".
De aansluiting van de
waterafvoerslang is niet
Zorg dat de aansluiting altijd
correct is.
correct.
Er is een wasprogram-
Stel het afvoerprogramma in.
ma zonder afvoerfase
ingesteld.
De functie 'Spoelstop' is
Stel het afpompprogramma in.
aan.
De deur is open of
Sluit de deur goed.
niet goed gesloten.
Page 26
www.aeg.com
26
ProbleemMogelijke oorzaakMogelijke oplossing
Anti-overstromingsbeveilliging
is aan.
• Schakel het apparaat uit en
trek de stekker uit het stopcontact.
• Draai de waterkraan dicht.
• Neem contact op met het servicecentrum.
Het apparaat centrifugeert niet.
Het filter in de afvoer-
De centrifugafase is uit.Stel het centrifugeprogramma
in.
Reinig het filter of maak de af-
pomp is geblokkeerd.
voerpomp schoon. Zie het
hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Balansproblemen met
de waslading.
Verdeel de artikelen handmatig
in de trommel en start de centrifugefase opnieuw.
Het programma
start niet.
De zekering in de me-
De stekker zit niet goed
in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcontact.
Vervang de zekering.
terkast is doorgebrand.
U heeft niet op toets
4
Als u op de toets 4 drukt:
gedrukt.
De uitgestelde start is
ingesteld.
Annuleer de uitgestelde start
om het programma direct te
starten.
Het kinderslot is geacti-
Het kinderslot uitschakelen.
veerd.
Er ligt water op de
vloer.
Lekkages van de koppelingen van de waterslan-
Zorg dat de koppelingen goed
zijn aangedraaid.
gen.
Lekkages van de afvoer-
pomp.
De waterafvoerslang is
beschadigd.
Zorg dat het filter van de afvoerpomp goed is bevestigd.
Verzeker u ervan dat de watertoevoerslang niet is beschadigd.
U kunt de deur
van het apparaat
Het wasprogramma is
bezig.
Laat het wasprogramma beëindigen.
niet openen.
Er staat water in de
trommel.
Het apparaat
maakt een abnor-
Het apparaat staat niet
waterpas.
Kies het programma Pompen of
Centrifugeren.
Het apparaat waterpas afstellen.
Raadpleeg "Installatie".
maal geluid.
Page 27
NEDERLANDS27
ProbleemMogelijke oorzaakMogelijke oplossing
De verpakking en/of de
transportbouten zijn
niet verwijderd.
Verwijder de verpakking en/of
de transportbouten. Raadpleeg
"Installatie".
De lading is erg klein.Meer wasgoed in de machine
doen.
Het apparaat vult
zich met water en
Het uiteinde van de afvoerslang is te laag.
Zorg dat de afvoerslang op de
juiste hoogte staat.
pompt het direct
weer af.
Het wasresultaat is
niet bevredigend.
Het door u gebruikte
wasmiddel was niet cor-
Gebruik meer wasmiddel of ge-
bruik een ander middel.
rect of onvoldoende.
U heeft de hardnekkige
vlekken niet voor het
wassen uit het wasgoed
Gebruik speciale producten om
hardnekkige vlekken te verwij-
deren.
gehaald.
Onjuiste temperatuur
ingesteld.
Te veel wasgoedbela-
ding.
Schakel het apparaat na de controle in.
Het programma gaat verder vanaf het
punt waar het werd onderbroken.
Als het probleem opnieuw optreedt,
neem dan contact op met onze service
afdeling.
Zorg dat u de juiste tempera-
tuur instelt.
Verminder de hoeveelheid was-
goed.
Indien het display andere alarmcodes
meldt, neem dan contact op met onze
service afdeling.
13. MONTAGE
13.1 Set bevestigingsplaatjes
(4055171146)
Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde verkooppunt.
Zet het apparaat goed vast met de bevestigingsplaatjes als u het apparaat op
een plint plaatst.
Volg de instructies die bij de set zijn
meegeleverd.
Page 28
www.aeg.com
28
13.2 Uitpakken
1.
Gebruik de handschoenen. De externe folie eraf trekken. Gebruik zo
nodig een mes.
2.
Verwijder de kartonnen deksel.
3.
Verwijder de piepschuim verpakkingsmaterialen.
4.
De interne folie eraf trekken.
5.
Open de deur en verwijder alle materialen.
Page 29
NEDERLANDS29
6.
Plaats het piepschuim verpakkingsmateriaal op de vloer achter het apparaat. Plaats het apparaat met de
achterzijde voorzichtig op het kartonnen deksel. Zorg dat u de slangen niet beschadigt.
7.
Verwijder de piepschuim bescherming van de onderkant.
8.
Zet het apparaat weer rechtop.
1
2
9.
Verwijder het aansluitsnoer en de
afvoerslang van de slanghouders.
10.
Draai de drie transportbouten los.
Gebruik de bij het apparaat geleverde moersleutel.
11.
Trek de bouten met de plastic tussenstukken eruit.
Page 30
www.aeg.com
30
– Wij raden u aan om alle trans-
portbouten en verpakking te
bewaren voor als u het apparaat gaat verplaatsen.
– Als de machine in de winter
wordt afgeleverd, als de temperatuur onder nul is, zet u de
wasmachine 24 uur in een
ruimte met kamertemperatuur
voordat u ze in gebruik neemt.
13.3 Plaatsing en waterpas zetten
12.
Doe de plastic dopjes in de gaatjes.
U vindt deze doppen in de zak van
de gebruikershandleiding.
x4
• Installeer het apparaat op een vlakke
harde vloer.
• Zorg ervoor dat de vloerbedekking de
luchtcirculatie onder het apparaat niet
stopt.
• Zorg ervoor dat het apparaat geen
muren of andere apparaten raakt.
• Gebruik de stelvoetjes om het apparaat waterpas te zetten. Een juiste afstelling van het apparaat voorkomt trillingen en lawaai en het bewegen van
het apparaat als deze in bedrijf is.
• Het apparaat moet waterpas en stabiel staan.
Page 31
LET OP!
20
O
45
O
Plaats geen karton, hout of vergelijkbare materialen onder de
voeten van het apparaat om deze waterpas te stellen.
13.4 De toevoerslang
O
O
20
20
• Sluit de slang aan op het apparaat.
Draai de toevoerslang alleen naar links
of rechts. Maak de ringmoer los om
hem in de juiste stand te zetten.
O
O
45
45
• Sluit de watertoevoerslang aan op een
koudwaterkraan met 3/4-schroefdraad.
LET OP!
Zorg ervoor dat de koppelingen
niet lekken.
NEDERLANDS31
Gebruik geen verlengslang als
de toevoerslang te kort is. Neem
contact op met de klantenservice
voor vervanging van de toevoerslang.
Page 32
www.aeg.com
32
Waterstop
De watertoevoerslang is voorzien van
een waterstop. Dit toestel voorkomt lekkage in de slang door natuurlijke slijtage. Het rode gedeelte in het venster «A»
toont deze storing.
Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht
en neemt u contact op met de klantenservice om de slang te laten vervangen.
A
13.5 Waterafvoer
Er zijn verschillende procedures om de
afvoerslang aan te sluiten:
Met de plastic slanggeleider.
• Op de rand van een gootsteen.
• Zorg dat de plastic geleider niet kan
bewegen als het apparaat water afvoert. Bevestig de geleider op de waterkraan of wand.
• Op een standpijp met ventilatieopening.
Raadpleeg de illustratie. Rechtstreeks
in een afvoerpijp op een hoogte van
niet minder dan 60 cm en niet meer
dan 100 cm. Het einde van de afvoerslang moet altijd geventileerd zijn,
d.w.z. dat de binnendiameter van de
afvoerpijp groter moet zijn dan de buitendiameter van de afvoerslang.
Page 33
Zonder de plastic slanggeleider.
U kunt de afvoerslang maximaal
400 cm verlengen. Neem contact
op met de klantenservice voor
de andere afvoerslang en het
verlengstuk.
NEDERLANDS33
• Op een gootsteenafvoer.
Raadpleeg de illustratie. Plaats de af-
voerslang in de gootsteenafvoer en
draai vast met een clip. Zorg dat de afvoerslang een bocht maakt om te
voorkomen dat resterende deeltjes uit
de gootsteen in het apparaat komen.
• Direct op een ingebouwde afvoerpomp in de kamerwand en zet vast
met een klem.
14. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het
symbool
een geschikte verzamelcontainer om
het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
. Gooi de verpakking in
elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het
symbool
huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u
in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
niet weg met het
Page 34
www.aeg.com
34
Page 35
NEDERLANDS35
Page 36
www.aeg.com/shop
132917590-A-472012
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.