AEG IAE64421FB User Manual [nl]

USER MANUAL
IAE64421FB
NL Gebruiksaanwijzing 2
Kookplaat
DE Benutzerinformation 24
Kochfeld
www.aeg.com
2

INHOUDSOPGAVE

VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.

VEILIGHEIDSINFORMATIE

1.
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste
NEDERLANDS
gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze voortdurend onder toezicht staan.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij
voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit de buurt te worden gehouden.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Makkelijk toegankelijke onderdelen kunnen heet worden tijdens gebruik.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient
dit te worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
3

Algemene veiligheid

1.2
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient te voorkomen de verwarmingselementen aan te raken.
WAARSCHUWING: Onbewaakt koken op een fornuis
met vet of olie kan gevaarlijk zijn en tot brand leiden.
4
www.aeg.com
Probeer NOOIT om een brand te blussen met water.
Schakel het apparaat uit en bedek dan de vlam, bv.
met een deksel of een vuurdeken.
LET OP: Het apparaat mag niet van stroom worden
voorzien door een extern schakelapparaat, zoals een
tijdklok, of aangesloten worden op een circuit dat
door het elektriciteitsbedrijf regelmatig aan en uit
wordt geschakeld.
LET OP: Het kookproces moet bewaakt worden. Een
kort kookproces moet voortdurend bewaakt worden.
WAARSCHUWING: Brandgevaar: Bewaar geen
voorwerpen op de kookplaten.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden
geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
Gebruik het apparaat niet voordat u het in de
ingebouwde structuur installeert.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met
de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de
pandetector.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit en trek de stekker uit
het stopcontact. In het geval het apparaat direct op
de stroom is aangesloten met een aansluitdoos,
verwijdert u de zekering om het apparaat van de
stroom te halen. Neem in beide gevallen contact op
met de erkende servicedienst.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
WAARSCHUWING: Gebruik alleen
kookplaatbeschermers die door de fabrikant van het
kookapparaat zijn ontworpen of door de fabrikant van
het apparaat in de gebruiksinstructies als geschikt zijn
aangegeven of kookplaatbeschermers die in het
apparaat zijn geïntegreerd. Het gebruik van ongeschikte kookplaatbeschermers kan ongelukken veroorzaken.

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

NEDERLANDS
5

2.1 Installatie

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want het is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Dicht de oppervlakken af met kit om te voorkomen dat ze gaan opzetten door vocht.
• Bescherm de bodem van het apparaat tegen stoom en vocht.
• Installeer het apparaat niet naast een deur of onder een raam. Dit voorkomt dat heet kookgerei van het apparaat valt als de deur of het raam wordt geopend.
• Elk apparaat heeft koelventilatoren op de bodem.
• Als het apparaat gemonteerd wordt boven een lade:
– Leg geen kleine dingen of papier
dewelke kunnen binnengezogen worden, omdat ze de koelventilatoren kunnen beschadigen of het koelsysteem kunnen belemmeren.
– Houd een minimumafstand van 2
cm tussen de bodem van het apparaat en de zaken die u in de lade bewaart.
• Verwijder de afscheidingspanelen die in de kast onder het apparaat zijn geïnstalleerd.
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Verzeker u ervan dat de stekker uit het stopcontact is getrokken, voordat u welke werkzaamheden dan ook uitvoert.
• Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom.
• Zorg ervoor dat het apparaat correct is geïnstalleerd. Losse en onjuiste stroomkabels of stekkers (indien van toepassing) kunnen ervoor zorgen dat de contactklem te heet wordt.
• Gebruik de juiste stroomkabel.
• Voorkom dat de stroomkabels verstrikt raken.
• Zorg ervoor dat er een schokbescherming wordt geïnstalleerd.
• Gebruik het klem om spanning op het snoer te voorkomen.
• Zorg ervoor dat de stroomkabel of stekker (indien van toepassing) het hete apparaat of heet kookgerei niet aanraakt als u het apparaat op de nabijgelegen contactdozen aansluit.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker (indien van toepassing) of kabel niet beschadigt. Neem contact op met
6
www.aeg.com
onze service-afdeling of een elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen.
• De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik enkel correcte isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brandwonden of elektrische schokken.
• Verwijder voor gebruik (indien van toepassing) de verpakking, labels en beschermfolie.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
• De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
• Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
• Vertrouw niet alleen op de pandetector.
• Leg geen bestek of pannendeksels op de kookzones. Deze kunnen heet worden.
• Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Sluit het apparaat direct af van de stroomtoevoer als het oppervlak van het apparaat gebroken is. Dit om elektrische schokken te voorkomen.
• Gebruikers met een pacemaker moeten een afstand van minimaal 30 cm bewaren van de inductiekookzones als het apparaat in werking is.
• Als u eten in de hete olie doet, kan het spatten.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
• Wanneer ze verwarmd worden, kunnen vetten en oliën ontvlambare dampen afgeven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u hiermee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen spontane ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat kan brand veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
• Zet geen heet kookgerei op het bedieningspaneel.
• Leg geen hete deksel op het glazen oppervlak van de kookplaat.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op het apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege pannen of zonder pannen erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen.
min. 50mm
min. 500mm
NEDERLANDS 7
• Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodems kunnen krassen veroorzaken in het glas / glaskeramiek. Til deze voorwerpen altijd op als u ze moet verplaatsen op het kookoppervlak.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer.

2.4 Onderhoud en reiniging

• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Schakel het apparaat uit en laat het afkoelen voordat u het schoonmaakt.
• Trek voor onderhoudswerkzaamheden de stekker uit het stopcontact.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen.
• Reinig het apparaat met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale

3. MONTAGE

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

3.1 Voor montage

Voordat u de kookplaat installeert, dient u de onderstaande informatie van het typeplaatje te noteren. Het typeplaatje bevindt zich onderop de kookplaat.
Serienummer ...........................
reinigingsmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.

2.5 Service

• Neem contact op met de erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat.
• Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.

2.6 Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg.
temperatuur van 90 °C of hoger weerstaat. Neem contact op met een klantenservice bij u in de buurt.

3.4 Montage

3.2 Ingebouwde kookplaten

Inbouwkookplaten mogen alleen worden gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in geschikte inbouwunits of werkbladen die aan de normen voldoen.

3.3 Aansluitkabel

• De kookplaat is voorzien van een
• Voor het vervangen van een
aansluitsnoer.
beschadigde voedingskabel, gebruikt u het kabeltype: H05V2V2-F dat een
min. 12min.
60
min. 28
1 1
2
1
1
7 852 43
9
1
12 1011
6
www.aeg.com8
Als het apparaat boven een lade geïnstalleerd is, dan kan tijdens het koken de ventilatie van de kookplaat de items die in de lade geplaatst zijn verwarmen.

4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

4.1 Indeling kookplaat

Inductiekookzone
1
Bedieningspaneel
2
Raadpleeg "Technische gegevens”voor gedetailleerde informatie over de maten van de kookzones.

4.2 Bedieningspaneel-indeling

NEDERLANDS 9
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
Tip­toets
1
2
3
4
- Kookstanddisplay De kookstand weergeven.
5
- Timerindicatie voor de
6
- Timerdisplay De tijd in minuten weergeven.
7
8
9
10
11
- Bedieningsstrip Het instellen van de kookstand.
12
Functie Opmerking
AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen.
Vergrendelen / Kinderbe­veiligingsinrichting
SenseBoil® De functie in- en uitschakelen.
Bridge De functie in- en uitschakelen.
kookzones
Hob²Hood De handmatige modus van functie in- en
- Om de kookzone te selecteren.
- De tijd verlengen of verkorten.
/
PowerBoost Het inschakelen van de functie.
Het bedieningspaneel vergrendelen/ ontgrendelen.
De indicatoren boven het symbool geven de voortgang van de functie aan.
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
uitschakelen.

4.3 Kookstanddisplays

Display Beschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
-
+ cijfer
De kookzone wordt gebruikt.
SenseBoil® is in werking.
Automatisch opwarmen is in werking.
PowerBoost is in werking.
Er is een storing.
10
www.aeg.com
Display Beschrijving
/ /
OptiHeat Control (3 stappen Restwarmte-indicator): doorgaan met koken/warm houden/restwarmte.
Vergrendelen /Kinderbeveiligingsinrichting is in werking.
Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op de kookzone geplaatst.
Automatische uitschakeling is in werking.

4.4 OptiHeat Control (3 stappen Restwarmte-indicator)

WAARSCHUWING!
/ / Er bestaat verbrandingsgevaar door restwarmte. De aanduidingen tonen het niveau van de restwarmte voor de kookzones die u momenteel gebruikt. De aanduidingen kunnen ook aangaan voor de nabijgelegen kookzones, zelfs als u deze niet gebruikt.

5. DAGELIJKS GEBRUIK

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

5.1 In- of uitschakelen

Raak 1 seconde aan om de kookplaat in– of uit te schakelen.

5.2 Automatische uitschakeling

De functie schakelt de kookplaat automatisch uit als:
• alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• u de kookstand niet instelt nadat u de kookplaat hebt ingeschakeld.
• u iets hebt gemorst of iets langer dan 10 seconden op het bedieningspaneel hebt gelegd (een pan, doek, etc.). Er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat wordt
De inductiekookzones creëren de voor het kookproces benodigde warmte direct in de bodem van de pan. Het glaskeramiek wordt verwarmd door de warmte van de pannen.
uitgeschakeld. Verwijder het voorwerp of reinig het bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (bijvoorbeeld als een steelpan droog kookt). De kookzone moet afgekoeld zijn voordat u de kookplaat weer kunt gebruiken.
• u ongeschikte pannen gebruikt. Het symbool gaat branden en na 2
minuten schakelt de kookzone automatisch uit.
• u een kookzone niet uitschakelt of de kookstand verandert. Na een tijdje
gaat aan en schakelt de kookplaat uit.
De verhouding tussen kookstand en de tijd waarna de kookplaat uitschakelt:
NEDERLANDS
11

5.3 De kookstand

Voor het instellen of wijzigen van de kookstand:
Raak de bedieningsstrip aan bij de juiste kookstand of beweeg uw vinger langs de bedieningsstrip totdat u de jusite kookstand heeft bereikt.

5.4 SenseBoil®

De functie past de temperatuur van het water automatisch aan zodat de pan niet overkookt zodra het kookpunt is bereikt.
Wanneer er nog restwarmte ( / / ) op de
kookzone die u wilt gebruiken aanwezig is, wordt een akoestisch signaal uitgezonden en zal de functie niet starten.
1. Tik op om de kookplaat te
activeren.
2. Tik op om de functie in te
schakelen.
Er verschijnt een knipperend pictogram voor kookzones waarop u de functie momenteel kunt gebruiken.
3. Raak de bedieningsbalk van een
beschikbare kookzone aan waarvoor u de functie wilt starten (tussen de
kookstand 1-14). De functie start. Als u niet binnen 5 seconden een kookzone kiest, wordt de functie niet geactiveerd.
Zodra de functie start, gaan de indicatoren boven het
symbool één voor één aan totdat het water het kookpunt bereikt.
-
Wanneer alle kookzones al in gebruik zijn of er zich restwarmte op alle kookzones bevindt, laat de kookplaat een pieptoon horen, knipperen de
indicatoren boven
start de functie niet. Voor het uitschakelen van de functie raakt u aan. De functie wordt
gedeactiveerd en de warmte-instelling daalt tot 0, of raak de bedieningsbalk aan en pas de kookstand handmatig aan.
en

5.5 Het gebruik van de kookzones

Plaats het kookgerei in het midden van de gekozen kookzone. Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de afmeting van het kookgerei aan.
U kunt met groot kookgerei op twee kookzones tegelijkertijd koken. Het kookgerei dient het midden van beide zones te bedekken, maar niet voorbij de gebiedsmarkering komen. Als het kookgerei tussen beide middenzones wordt geplaatst, wordt de functie Bridge niet geactiveerd.
Wanneer de functie het kookpunt detecteert, geeft de kookplaat een akoestisch signaal en verandert het verwarmingsniveau automatisch in 8.
12
www.aeg.com

5.6 Bridge

De functie werkt als de pan de middelpunten van beide zones bedekt. Het werkt niet met de SenseBoil®-functie.
Deze functie verbindt twee linker kookzones en deze werken dan samen als één kookzone.
Stel eerst de kookstand in voor een van de linker kookzones.
Voor het inschakelen van de functie raakt u
bedieningssensors aan om de kookstand in te stellen of te wijzigen.
Voor het uitschakelen van de functie raakt u aan. De kookzones werken
onafhankelijk.
aan. Raak één van de

5.7 Automatisch opwarmen

Activeer deze functie om in een kortere tijd een gewenste kookstand te krijgen. Als het aan staat, werkt de zone in het begin op de hoogste kookstand en gaat daarna verder met koken op de gewenste kookstand.
Om de functie in werking te stellen moet de kookzone koud zijn.
Om de functie voor een kookzone in te schakelen: raak
Raak meteen de gewenste kookstand aan. Na 3 seconden gaat branden. De functie uitschakelen: wijzig de
kookstand.
aan ( gaat aan).

5.8 PowerBoost

Deze functie maakt meer vermogen beschikbaar voor de inductiekookzones. De functie kan voor een beperkte tijdsduur voor uitsluitend de inductiekookzone worden geactiveerd. Daarna wordt de inductiekookzone automatisch teruggeschakeld naar de hoogste kookstand.
Zie het hoofdstuk 'Technische gegevens'.
Om de functie voor een kookzone in te schakelen: raak aan. gaat aan. Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.

5.9 Timer

Timer met aftelfunctie
U kunt deze functie gebruiken om in te stellen hoe lang de kookzone moet werken voor een kooksessie.
Stel eerst de warmtestand voor de kookzone in en dan de functie.
Kookzone instellen:raak malen aan tot het lampje van de gewenste kookzone brandt.
De functie inschakelen: raak van de timer aan om de tijd in te stellen (00 - 99 minuten). Als het lampje van de kookzone langzaam gaat knipperen, wordt de tijd afgeteld.
Resterende tijd weergeven:selecteer de kookzone met
van de kookzone gaat sneller knipperen. Op het display wordt de resterende tijd weergegeven.
Om het juiste tijdstip van de dag te wijzigen:selecteer de kookzone met .
Raak De functie uitschakelen: stel de kookzone in met en raak aan. De
resterende tijd telt af naar 00. Het indicatielampje van de kookzone gaat uit.
Het geluidssignaal stopzetten: raak aan.
CountUp Timer (De timer met optelfunctie)
Gebruik deze functie om in de gaten te houden hoe lang de kookzone werkt.
Kookzone instellen:raak meerdere malen aan tot het lampje van de gewenste kookzone brandt.
of aan.
Als de tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en knippert 00. De kookzone wordt uitgeschakeld.
meerdere
. Het indicatielampje
NEDERLANDS
13
De functie inschakelen: raak van de
timer aan. gaat aan. Als het lampje van de kookzone langzaam knippert, wordt de tijd opgeteld. De display
schakelt tussen (minuten).
Om in de gaten te houden hoe lang de kookzone werkt:selecteer de kookzone
met . Het indicatielampje van de kookzone gaat sneller knipperen. De display geeft aan hoe lang de zone werkt.
De functie uitschakelen:stel de kookzone in met
aan. Het indicatielampje van de kookzone gaat uit.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als Kookwekker terwijl de kookplaat is ingeschakeld en de kookzones niet werken. De warmtestand op het display
toont .
De functie inschakelen: raak Raak
tijd in te stellen. Als de tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en knippert
00.
Het geluidssignaal stopzetten: raak
aan.
of van de timer aan om de
De functie heeft geen invloed op de werking van de kookzones.
en getelde tijd
en raak of
aan.

5.10 Vergrendelen

U kunt het bedieningspaneel vergrendelen terwijl de kookzones in werking zijn. Hiermee wordt voorkomen dat de kookstand per ongeluk wordt veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat gedurende 4 seconden aan.De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: raak aan. De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet,
stopt u deze functie ook.
5.11

Kinderbeveiligingsinrichting

Deze functie voorkomt dat de kookplaat onbedoeld wordt gebruikt.
De functie inschakelen: schakel de kookplaat in met kookstand in. Raak 4 seconden aan.
gaat aan. Schakel de kookplaat uit
met . De functie uitschakelen: schakel de kookplaat in met kookstand in. Raak 4 seconden aan.
gaat aan. Schakel de kookplaat uit
met .
De functie gedurende één kooksessie onderdrukken: zet de kookplaat aan
. gaat aan. Raak 4 seconden
met aan. Stel de kookstand in binnen 10 seconden. U kunt de kookplaat bedienen. Als u de kookplaat uitschakelt
, treedt de functie weer in
met werking.
. Stel geen
. Stel geen

5.12 OffSound Control (De geluiden in- en uitschakelen)

Schakel de kookplaat uit. Raak 3 seconden aan. Het display gaat aan en
uit. Raak gaat branden. Raak aan om één van
het volgende te kiezen:
- de signalen zijn aan Om uw keuze te bevestigen moet u wachten tot de kookplaat automatisch uitschakelt.
Als de functie op staat, kunt u de geluiden alleen horen als:
• u
• Kookwekker naar beneden komt
• Timer met aftelfunctie naar beneden
komt
3 seconden aan. of
- de signalen zijn uit
aanraakt
www.aeg.com14
• u iets op het bedieningspaneel plaatst.

5.13 Vermogensbeheer

• De kookzones zijn gegroepeerd volgens locatie en aantal fasen van de kookplaat. Zie afbeelding.
• Elke fase heeft een maximale elektriciteitslading van 3700 W.
• De functie verdeelt het vermogen tussen de kookzones aangesloten op dezelfde fase.
• De functie wordt geactiveerd als de totale elektriciteitslading van de kookzones aangesloten op een enkele fase de 3700 W overschrijdt.
• De functie verlaagt het vermogen naar de andere kookzones aangesloten op dezelfde fase.
• De weergave van de warmte-instelling van de verlaagde zones wisselt af tussen de gekozen warmte-instelling en de verlaagde warmte-instelling. Na enige tijd blijft de weergave van de warmte-instelling van de verlaagde zones op de verlaagde warmtestand staan.
Voor de meeste afzuigkappen wordt het afstandsbedieniningssysteem uitgeschakeld. Inschakelen voordat u de functie gebruikt. Zie voor meer informatie de gebruikershandleiding van de afzuigkap.
De functie automatisch bedienen
Stel de automatische modus in op H1 – H6 om de functie automatisch te bedienen. De kookplaat wordt oorspronkelijk ingesteld op H5.De afzuigkap reageert als u de kookplaat in gebruik neemt. De kookplaat herkent de temperatuur van de pannen automatisch en stelt de snelheid van de ventilator erop af.
Automatische modi
Automa-
tische verlich­ting
ModusH0Uit Uit Uit
Koken
Bak-
1)
2)
ken

5.14 Hob²Hood

Het is een geavanceerde automatische functie die de kookplaat op een speciale afzuigkap aansluit. Zowel de kookplaat als de afzuigkap heeft een infraroodontvanger. De snelheid van de ventilator wordt automatisch bepaald op basis van de modusinstelling en de temperatuur van de heetste pan op de kookplaat. U kunt de ventilator van de kookplaat handmatig bedienen.
ModusH1Aan Uit Uit
Modus H2
ModusH3Aan Uit Ventila-
ModusH4Aan Ventila-
ModusH5Aan Ventila-
Aan Ventila-
3)
torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
Ventila­torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
Ventila­torsnel­heid 1
Ventila­torsnel­heid 2
Automa-
tische verlich­ting
ModusH6Aan Ventila-
1)
De kookplaat detecteert het kookproces en ac-
tiveert de ventilatorsnelheid overeenkomstig de automatische modus.
2)
De kookplaat detecteert het bakproces en acti-
veert de ventilatorsnelheid overeenkomstig de automatische modus.
3)
Deze modus activeert de ventilator en de ver-
lichting en reageert niet op de temperatuur.
Koken
torsnel­heid 2
1)
Bak-
2)
ken
Ventila­torsnel­heid 3
De automatische modus veranderen
1. Schakel het apparaat uit.
2. Raak 3 seconden aan. Het display
gaat aan en uit.
3. Raak
3 seconden aan.
4. Raak een paar keer aan tot aan
gaat.
5. Raak
van de timer aan om een
automatische modus te selecteren.
Schakel de automatische modus van de functie uit om de kookplaat direct te bedienen op het kookplaatpaneel.
NEDERLANDS 15
De ventilatorsnelheid handmatig bedienen
U kunt de functie ook handmatig bedienen. Raak daartoe aan als de
kookplaat actief is. Dit schakelt de automatische bediening van de functie uit zodat u de ventilatorsnelheid
handmatig kunt veranderen. Als u op drukt, wordt de ventilatorsnelheid met één verhoogd. Als u een intensief niveau
bereikt en weer op drukt, stelt u de ventilatorsnelheid in op 0 waardoor de afzuigkapventilator uitschakelt. Om de ventilator weer te starten met
ventilatorsnelheid 1, raakt u aan.
Schakel de kookplaat uit en weer aan om de automatische bediening van de functie te activeren.
De verlichting activeren
U kunt de kookplaat instellen om de verlichting automatisch te activeren als u de kookplaat aan zet. Zet daarvoor de automatische modus op H1 – H6.
De verlichting van de afzuigkap gaat uit 2 minuten nadat u de kookplaat heeft uitgeschakeld.
Als u stopt met koken en de kookplaat uitschakelt, kan de ventilator nog even blijven werken. Daarna schakelt het systeem de ventilator automatisch uit en wordt voorkomen dat u de ventilator per ongeluk de komende 30 seconden activeert.

6. AANWIJZINGEN EN TIPS

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
+ 33 hidden pages