Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht
niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt. Model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt
door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van
het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat
is heet.
• Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
• Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder
permanent toezicht.
NEDERLANDS
3
1.2
Algemene veiligheid
•
Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan
worden heet tijdens gebruik. De
verwarmingselementen niet aanraken.
• Bedien het apparaat niet met een externe timer of
een apart afstandbedieningssysteem.
• Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of
olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
4
www.aeg.com
• Probeer brand nooit met water te blussen, maar
schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek
de vlam, d.w.z. met een deksel of blusdeken.
• Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten.
• Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden
geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
• Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met
de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de
pandetector.
• Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit om het risico op
elektrische schokken te voorkomen.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Installatie
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
• Dicht de oppervlakken af met kit om
te voorkomen dat ze gaan opzetten
door vocht.
• Bescherm de bodem van het
apparaat tegen stoom en vocht.
• Installeer het apparaat niet naast een
deur of onder een raam. Dit voorkomt
dat heet kookgerei van het apparaat
valt als de deur of het raam wordt
geopend.
• Als het apparaat geïnstalleerd is
boven lades zorg er dan voor dat de
ruimte tussen de onderkant van het
apparaat en de bovenste lade
voldoende is voor luchtcirculatie.
• De onderkant van het apparaat kan
heet worden. Wij raden aan om een
onbrandbaar scheidingspaneel te
plaatsen onder het apparaat om te
voorkomen dat de onderkant kan
worden aangeraakt.
• Zorg ervoor dat er een
ventilatieruimte van 2 mm vrij is
tussen het werkblad en de voorkant
van de onderste unit. De garantie
dekt geen schade veroorzaakt door
het gebrek aan een adequate
ventilatieruimte.
NEDERLANDS
5
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Verzeker u ervan dat de stekker uit
het stopcontact is getrokken, voordat
u welke werkzaamheden dan ook
uitvoert.
• Controleer of de elektrische
informatie op het typeplaatje
overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
• Zorg ervoor dat het apparaat correct
is geïnstalleerd. Losse en onjuiste
stroomkabels of stekkers (indien van
toepassing) kunnen ervoor zorgen dat
de contactklem te heet wordt.
• Gebruik de juiste stroomkabel.
• Voorkom dat de stroomkabels
verstrikt raken.
• Zorg ervoor dat er een
schokbescherming wordt
geïnstalleerd.
• Gebruik het klem om spanning op het
snoer te voorkomen.
• Zorg ervoor dat de stroomkabel of
stekker (indien van toepassing) het
hete apparaat of heet kookgerei niet
aanraakt als u het apparaat op de
nabijgelegen contactdozen aansluit
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker (indien
van toepassing) of kabel niet
beschadigt. Neem contact op met de
service-afdeling of een
elektromonteur om een beschadigde
hoofdkabel te vervangen.
• De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatieapparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden
verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
• De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
• Verwijder voor gebruik (indien van
toepassing) de verpakking, labels en
beschermfolie.
• Gebruik dit apparaat in een
huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
• Zet de kookzone op "uit" na elk
gebruik.
• Vertrouw niet alleen op de
pandetector.
• Leg geen bestek of pannendeksels op
de kookzones. Deze kunnen heet
worden.
• Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
• Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Sluit het apparaat direct af van de
stroomtoevoer als het oppervlak van
het apparaat gebroken is. Dit om
elektrische schokken te voorkomen.
6
www.aeg.com
• Gebruikers met een pacemaker
moeten een afstand van minimaal 30
cm bewaren van de
inductiekookzones als het apparaat in
werking is.
• Als u eten in de hete olie doet, kan
het spatten.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
• Verhitte vetten en olie kunnen
ontvlambare damp afgeven. Houd
vlammen of verwarmde voorwerpen
uit de buurt van vet en olie als u er
mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft
kunnen spontane ontbranding
veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten
bevat kan brand veroorzaken bij een
lagere temperatuur dan olie die voor
de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten
of items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
• Zet geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei
op het apparaat vallen. Het oppervlak
kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege
pannen of zonder pannen erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat
leggen.
• Pannen van gietijzer, aluminium of
met beschadigde bodems kunnen
krassen veroorzaken in het glas /
glaskeramiek. Til deze voorwerpen
altijd op als u ze moet verplaatsen op
het kookoppervlak.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
2.4 Onderhoud en reiniging
• Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
• Schakel het apparaat uit en laat het
afkoelen voordat u het schoonmaakt.
• Trek voor
onderhoudswerkzaamheden de
stekker uit het stopcontact.
• Gebruik geen waterstralen of stoom
om het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, oplosmiddelen of
metalen voorwerpen.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Neem contact met uw plaatselijke
overheid voor informatie m.b.t.
correcte afvalverwerking van het
apparaat.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
211
11
6512
3
4
9118
710
3.1 Indeling kookplaat
Inductiekookzone
1
Bedieningspaneel
2
3.2 Indeling Bedieningspaneel
NEDERLANDS
7
Activeer om het bedieningspaneel te zien het apparaat met .
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en
geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
Tiptoets FunctieOpmerking
1
2
3
4
5
6
7
STOP+GODe functie in- en uitschakelen.
-KookstanddisplayDe kookstand weergeven.
-TimerdisplayGeeft de tijd in minuten weer.
-Timerindicatie voor de
kookzones
Grill FunctionDe functie in- en uitschakelen.
Toetsblokkering / De
kinderbeveiliging
PowerfunctieDe functie in- en uitschakelen.
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
Het bedieningspaneel vergrendelen/
ontgrendelen.
www.aeg.com8
Tiptoets FunctieOpmerking
8
9
10
-BedieningsstripHet instellen van de kookstand.
-De tijd verlengen of verkorten.
/
AAN/UITDe kookplaat in- en uitschakelen.
11
-Kookzone selecteren:
3.3 Kookstanddisplays
DisplayBeschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
-
+ cijfer
/ /
De kookzone wordt gebruikt.
STOP+GO -functie is in werking.
Automatisch opwarmen -functie is in werking.
Powerfunctie is in werking.
Er is een storing.
OptiHeat Control (3 staps restwarmte-indicatie) : doorgaan met koken / warmhoudstand / restwarmte.
Toetsblokkering /De kinderbeveiliging-functie is in werking.
Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op
de kookzone geplaatst.
Automatisch uitschakelen -functie is in werking.
3.4 OptiHeat Control (3 staps
restwarmte-indicatie)
WAARSCHUWING!
/ / Er bestaat
verbrandingsgevaar door
restwarmte. Het
controlelampje geeft het
niveau van de restwarmte
aan.
De inductiekookzones creëren de voor
het kookproces benodigde warmte
direct in de bodem van de pan. Het
glaskeramiek wordt verwarmd door de
warmte van de pannen.
4. DAGELIJKS GEBRUIK
NEDERLANDS
9
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
4.1 In- en uitschakelen
Raak 1 seconde aan om de kookplaat
in– of uit te schakelen.
Het bedieningspaneel gaat aan als u de
kookplaat aanzet en gaat uit als u de
kookplaat uitschakelt. Als de kookplaat is
uitgeschakeld kunt u alleen de tiptoets
zien.
4.2 Automatisch uitschakelen
De functie schakelt de kookplaat
automatisch uit als:
• Alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• U de kookstand niet instelt nadat u de
kookplaat hebt ingeschakeld.
• U iets hebt gemorst of iets langer dan
10 seconden op het
bedieningspaneel hebt gelegd (een
pan, doek, etc.). Er klinkt een
geluidssignaal en de kookplaat wordt
uitgeschakeld. Verwijder het
voorwerp of reinig het
bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (b.v. als
een pan droogkookt). De kookzone
moet afgekoeld zijn voordat u de
kookplaat weer kunt gebruiken.
• U ongeschikt kookgerei gebruikt. Het
symbool
minuten schakelt de kookzone
automatisch uit.
• U een kookzone niet uitschakelt of de
kookstand verandert. Na enige tijd
gaat
kookplaat uitgeschakeld. Zie
hieronder.
De verhouding tussen warmteinstelling en tijden van de functie:
•, 1 — 3 — 6 uur
• 4 — 7 — 5 uur
• 8 — 9 — 4 uur
gaat branden en na 2
branden en wordt de
• 10 — 14 — 1,5 uur
4.3 De kookstand
Voor het instellen of wijzigen van de
kookstand:
Raak de bedieningsstrip aan bij de juiste
kookstand of beweeg uw vinger langs de
bedieningsstrip totdat u de jusite
kookstand heeft bereikt.
4.4 Het gebruik van de
kookzones
Plaats de pannen op het kruis / vierkant
dat op het oppervlak staat waarop u
kookt. Dek het kruis / vierkant volledig af.
Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de
afmeting van het kookgerei aan. U kunt
met groot kookgerei op twee kookzones
tegelijkertijd koken.
4.5 Grill Function
Gebruik deze functie met de
Maxisense Plancha Grill
accessoire.
Deze functie verbindt de twee
rechterkookzones onder het accessoire
zodat ze als één werken.
Stel eerst de kookstand in voor een van
de rechterkookzones.
1
1
De accessoire wordt niet meegeleverd met het apparaat. Neem voor meer informatie contact op
met uw plaatselijke leverancier.
10
www.aeg.com
Om de functie in te schakelen: Raak
aan. Raak één van de
rechterbedieningssensors aan om de
warmte-instelling in te stellen of te
wijzigen.
Om de functie uit te schakelen: Raak
aan. De kookzones werken
onafhankelijk.
4.6 Automatisch opwarmen
Als u deze functie activeert, kunt u in
minder tijd een benodigde kookstand
verkrijgen. De functie schakelt even de
hoogste kookstand in en verlaagt dan
naar de juiste kookstand.
Om de functie in werking te
stellen moet de kookzone
koud zijn.
Om de functie voor een kookzone te
activeren: raak aan ( gaat aan).
Raak meteen de juiste kookstand aan.
Na 5 seconden gaat branden.
Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.
4.7 Powerfunctie
Deze functie maakt meer vermogen
beschikbaar voor de inductiekookzones.
De functie kan voor een beperkte
tijdsduur voor uitsluitend de
inductiekookzone worden geactiveerd.
Daarna wordt de inductiekookzone
automatisch teruggeschakeld naar de
hoogste kookstand.
Zie het hoofdstuk
'Technische informatie'.
Om de functie voor een kookzone te
activeren: raak aan. gaat aan.
Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.
4.8 Timer
Timer met aftelfunctie
Gebruik deze functie om in te stellen hoe
lang de kookzone voor alleen deze keer
wordt gebruikt.
Stel eerst de kookzone in, dan de
functie. U kunt de kookstand voor of na
het instellen van de functie selecteren.
Kookzone instellen:raak meerdere
malen aan tot het lampje van de
gewenste kookzone brandt.
Om de functie in te schakelen: raak
van de timer aan om de tijd in te stellen
(00 - 99 minuten). Als het lampje van de
kookzone langzaam gaat knipperen,
wordt de tijd afgeteld.
Resterende tijd weergeven:selecteer
de kookzone met . Het indicatielampje
van de kookzone gaat sneller knipperen.
Op het display wordt de resterende tijd
weergegeven.
Om het juiste tijdstip van de dag te
wijzigen:selecteer de kookzone met
Raak
Om de functie uit te schakelen: stel de
kookzone in met en raak aan. De
resterende tijd telt af tot 00. Het
indicatielampje van de kookzone gaat
uit.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
CountUp Timer (De timer met
optelfunctie)
U kunt deze functie gebruiken om in de
gaten te houden hoe lang de kookzone
werkt.
Kookzone instellen:raak
malen aan tot het lampje van de
gewenste kookzone brandt.
Om de functie in te schakelen: raak
van de timer aan. gaat branden. Als
het lampje van de kookzone langzaam
knippert, wordt de tijd opgeteld. De
display schakelt tussen
(minuten).
of aan.
Als de tijd verstreken is,
klinkt er een geluidssignaal
en knippert 00. De
kookzone wordt
uitgeschakeld.
meerdere
en getelde tijd
.
NEDERLANDS
11
Om in de gaten te houden hoelang de
kookzone werkt:selecteer de kookzone
met . Het indicatielampje van de
kookzone gaat sneller knipperen. De
display geeft aan hoe lang de zone
werkzaam is.
Om de functie uit te schakelen:stel de
kookzone in met
aan. Het indicatielampje van de
kookzone gaat uit.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als een
kookwekker terwijl de kookplaat is
ingeschakeld en de kookzones niet
werken (het display van de kookstand
toont ).
Om de functie in te schakelen: Raak
aan. Raak of van de timer aan om
de tijd in te stellen. Als de tijd verstreken
is, klinkt er een geluidssignaal en
knippert 00.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
De functie heeft geen
invloed op de werking van
de kookzones.
en raak of
4.9 STOP+GO
Deze functie stelt alle kookzones in voor
de laagste warmhoudstand.
Als de functie in werking is, kunt u de
warmte-instelling niet wijzigen.
De functie schakelt de timerfuncties niet
uit.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat aan.
Om de functie uit te schakelen: Raak
aan. De voorgaande kookstand gaat
aan.
4.10 Toetsblokkering
U kunt het bedieningspaneel
vergrendelen terwijl de kookzones
werken. Hiermee wordt voorkomen dat
de kookstand per ongeluk wordt
veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat aan voor 4 seconden.De
timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: Raak
aan. De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat
uitschakelt, stopt deze
functie ook.
4.11 De kinderbeveiliging
Deze functie voorkomt dat het
kooktoestel onbedoeld wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: zet de
kookplaat aan met
kookstand in. Raak 4 seconden aan.
gaat aan. Zet de kookplaat uit met
.
Om de functie uit te schakelen: zet de
kookplaat aan met
kookstand in. Raak
gaat aan. Zet de kookplaat uit met
.
Het opheffen van de functie voor maar
één kooktijd: zet de kookplaat aan met
. gaat aan. Raak 4 seconden
aan. Stel de kookstand in binnen 10seconden. U kunt het kooktoestel
bedienen. Als u de kookplaat met
uitzet werkt de functie weer.
. Stel geen
. Stel geen
4 seconden aan.
4.12 OffSound Control (In- en
uitschakelen van de geluiden)
Schakel de kookplaat uit. Raak 3
seconden aan. Het display gaat aan en
uit. Raak 3 seconden aan. of
gaat branden. Raak aan om één van
het volgende te kiezen:
• - de signalen zijn uit
- de signalen zijn aan
•
Om uw keuze te bevestigen moet u
wachten tot de kookplaat automatisch
uitschakelt.
12
www.aeg.com
Als de functie op staat kunt u de
geluiden alleen horen als:
• U aanraakt
• Kookwekker naar beneden komt
• Timer met aftelfunctie naar beneden
komt
• als u iets op het bedieningspaneel
plaatst.
4.13 Vermogensbeheer-functie
• De kookzones zijn gegroepeerd
volgens locatie en aantal fasen van de
kookplaat (zie afbeelding).
• Elke fase heeft een maximale
elektriciteitslading van 3700 W.
• De functie verdeelt het vermogen
tussen de kookzones aangesloten op
dezelfde fase.
• De functie wordt geactiveerd als de
totale elektriciteitslading van de
5. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
5.1 Kookgerei
Bij een inductiekookzone
zorgt een sterk elektromagnetisch veld ervoor dat
het kookgerei erg snel heet
wordt.
Gebruik de
inductiekookzones met
geschikt kookgerei.
Materiaal van het kookgerei
• correct: gietijzer, staal, geëmailleerd
staal, roestvrij staal, meerlaagse
bodem (aangemerkt als geschikt voor
inductie door de fabrikant).
• niet correct: aluminium, koper,
messing, glas, keramiek, porselein.
Het kookgerei is geschikt voor een
inductiekookplaat als:
• een beetje water op een zone met de
hoogste kookstand binnen korte tijd
wordt verwarmd.
• een magneet vast blijft zitten aan de
bodem van het kookgerei.
kookzones aangesloten op een enkle
fase de 3700 W overschrijdt.
• De functie verlaagt het vermogen
naar de andere kookzones
aangesloten op dezelfde fase.
• Het warmte-instellingsdisplay van de
verlaagde zone verandert tussen twee
niveaus.
De bodem van het
kookgerei moet zo dik en
vlak mogelijk zijn.
Afmetingen van de pannen
Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de
grootte van de bodem van de pan aan.
De efficiëntie van de kookzone heeft
betrekking op de diameter van het
kookgerei. Kookgerei met een diameter
die kleiner is dan het minimum, ontvangt
slechts een deel van het vermogen dat
door de kookzone wordt gegenereerd.
Zie het hoofdstuk
'Technische informatie'.
5.2 Lawaai tijdens gebruik
Als u dit hoort:
• krakend geluid: de pan is gemaakt
van verschillende materialen
(sandwich-constructie).
• fluitend geluid: bij gebruik van de
kookzone met een hoge kookstand
en als de pan is gemaakt van
verschillende materialen (sandwichconstructie)
NEDERLANDS
13
• Zoemen: als u hoge kookstanden
gebruikt.
• Klikken: er treedt elektrische
schakeling op.
eerder uit dan het signaal van de timer
met aftelfunctie klinkt. Het verschil in
werkingstijd hangt af van het niveau van
de kookstand en de tijd dat u kookt.
• Sissen, zoemen: de ventilator werkt.
Deze geluiden zijn normaal en hebben
niets met een defect van de kookplaat
te maken.
5.5 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De relatie tussen het stroomverbruik van
5.3 Energie besparen
• Doe indien mogelijk altijd een deksel
op de pan.
• Zet het kookgerei op de kookzone
voordat u deze inschakelt.
• Gebruik de restwarmte om het eten
warm te houden of te smelten.
5.4 Öko Timer (Eco-timer)
Om energie te besparen schakelt het
verwarmingselement van de kookzone
Temperatuurinstelling
- 1
1 - 3Hollandaisesaus, smelten: bot-
1 - 3Stollen: luchtige omeletten,
3 - 5Zachtjes aan de kook brengen
5 - 7Stomen van groenten, vis en
7 - 9Aardappelen stomen20 - 60Gebruik max. ¼ l water voor
7 - 9Bereiden van grotere hoeveel-
9 - 12Lichtjes braden: kalfsoester,
Te gebruiken voor:Tijd
Bereide gerechten warmhouden
er, chocolade, gelatine.
gebakken eieren.
van rijst en gerechten op melkbasis, reeds bereide gerechten
opwarmen
de warmte-instelling en de kookzone is
niet lineair. Wanneer u de warmteinstelling verhoogt, is dit niet
proportioneel met de toename in
stroomverbruik van de kookzone. Het
betekent dat de kookzone met de
medium warmte-instelling minder dan de
helft van het vermogen gebruikt.
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als
richtlijn.
Tips
(min)
zoals
nodig
5 - 25Van tijd tot tijd mengen
10 - 40Met deksel bereiden
25 - 50Voeg minstens tweemaal zo-
20 - 45Een paar eetlepels vocht toe-
60 - 150 Tot 3 l vloeistof plus ingre-
zoals
nodig
Een deksel op het kookgerei
doen.
veel vloeistof toe als rijst,
melkgerechten tijdens het bereiden tussendoor roeren.
voegen.
750 g aardappelen.
diënten.
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
www.aeg.com14
Temperatuurinstelling
12 - 13Door-en-door gebraden, op-
14Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (gou-
Te gebruiken voor:Tijd
gebakken aardappelen, lendenbiefstukken, steaks
lash, stoofvlees), frituren van friet
Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Power-functie is
geactiveerd.
6. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Algemene informatie
• Maak de kookplaat na ieder gebruik
schoon.
• Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
• Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op
de werking van de kookplaat.
• Gebruik een speciale schraper voor
de glazen plaat.
• Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het
oppervlak van de kookplaat.
Tips
(min)
5 - 15Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
6.2 De kookplaat
schoonmaken
• Verwijder direct: gesmolten plastic,
gesmolten folie en suikerhoudende
gerechten. Anders kan het vuil de
kookplaat beschadigen. Plaats de
speciale schraper schuin op de glazen
plaat en verwijder resten door het
blad over het oppervlak te schuiven.
• Verwijder nadat de kookplaatvoldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende
verkleuringen. Reinig de kookplaat
met een vochtige doek en een beetje
afwasmiddel. Droog de kookplaat na
reiniging af met een zachte doek.
7. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Problemen oplossen
ProbleemMogelijke oorzaakoplossing
U kunt de kookplaat niet inschakelen of bedienen
De kookplaat is niet aangesloten op een stopcontact
of is niet goed geïnstalleerd.
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
lichtnet. Raadpleeg het
aansluitdiagram.
NEDERLANDS
ProbleemMogelijke oorzaakoplossing
De zekering is doorgebrand. Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installateur.
Schakel de kookplaat op-
nieuw in en stel de kookstand binnen 10 seconden
in.
U hebt 2 of meer tiptoetsen
tegelijk aangeraakt.
STOP+GO -functie is in
werking.
Er ligt water of vetspatten
op het bedieningspaneel.
Er klinkt een geluidssignaal
en de kookplaat wordt uit-
U hebt een of meer tiptoetsen afgedekt.
Raak slechts één tiptoets tegelijk aan.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Reinig het bedieningspaneel.
Verwijder het voorwerp van
de tiptoetsen.
geschakeld.
Er weerklinkt een geluidssignaal als de kookplaat
wordt uitgeschakeld.
De kookplaat schakelt uit.U hebt iets op de tiptoets
geplaatst.
Restwarmte-indicatie gaat
niet branden.
De zone is niet heet, omdat
hij slechts kortstondig is bediend.
Verwijder het object van de
tiptoets.
Als de kookzone lang gen-
oeg in werking is geweest
om heet te zijn, neemt u
contact op met de klanten-
service.
Automatisch opwarmen
functie werkt niet.
De hoogste verwarmings-
De zone is heet.Laat de zone voldoende af-
koelen.
De hoogste kookstand heeft
stand is ingesteld.
hetzelfde vermogen als de
functie.
De kookstand schakelt tussen twee kookstanden.
De tiptoetsen worden warm. Het kookgerei is te groot of
Vermogensbeheer functie
wordt geactiveerd.
staat te dicht bij het bedieningspaneel.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Plaats groter kookgerei op
de achterste kookzones in-
dien nodig.
15
www.aeg.com16
ProbleemMogelijke oorzaakoplossing
Er klinkt geen signaal wanneer u de tiptoetsen van het
bedieningspaneel aanraakt.
gaat branden.
gaat branden.
De signalen zijn uitgeschakeld.
Automatisch uitschakelen is
in werking.
De kinderbeveiliging of de
Toetsblokkering functie
Schakel de signalen in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Schakel de kookplaat uit en
weer in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
werkt.
gaat branden.
Er staat geen kookgerei op
de zone.
Zet kookgerei op de zone.
Het kookgerei is niet goed.Gebruik het juiste kookgerei.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
De diameter aan de bodem
van het kookgerei is te klein
voor de zone.
Gebruik kookgerei met de
juiste afmetingen.
Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'.
Het kookgerei dekt het
kruis / vierkant niet.
en een getal gaat bran-
den.
Er heeft zich een fout in de
kookplaat voorgedaan.
Dek het kruis / vierkant volledig af.
Ontkoppel de kookplaat
enige tijd van de stroomtoevoer. Maak de zekering los
in de meterkast van het huis.
Sluit het apparaat opnieuw
aan. Als weer gaat branden, neem dan contact op
met de klantenservice.
gaat branden.
De elektrische aansluiting is
onjuist. De stroomspanning
is buiten bereik.
Laat de installatie controleren door een elektromonteur.
ProbleemMogelijke oorzaakoplossing
gaat branden.
gaat branden.
gaat branden.
Er is een storing in de kookplaat opgetreden, omdat
het kookgerei is droog gekookt Automatisch uitschakelen en de oververhittingsbescherming van de zones
in werking is getreden.
De ventilator wordt geblokkeerd.
De elektrische aansluiting is
onjuist. De kookplaat is maar
aangesloten op één fase.
Schakel de kookplaat uit.
Verwijder het hete kookger-
ei. Schakel na ongeveer 30
seconden de kookzone op-
nieuw in. Als het kookgerei
het probleem was, dan moet
het foutbericht van het dis-
play verdwijnen, maar Rest-
warmte-indicatie kan aan
blijven. Laat het kookgerei
voldoende afkoelen. Con-
troleer of uw kookgerei ge-
schikt is voor de kookplaat.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
Controleer of voorwerpen
de ventilator blokkeren. Als
weer gaat branden,
neem dan contact op met
de klantenservice.
Laat de installatie controleren door een elektromonteur. Raadpleeg het aansluitdiagram.
NEDERLANDS
17
7.2 Als u geen oplossing
vindt...
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper of de serviceafdeling. Geef de
gegevens van het typeplaatje. Geef ook
de driecijferige code voor de keramische
plaat (bevindt zich op de hoek van het
glazen oppervlak) en de foutmelding die
8. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 Voor montage
Voordat u de kookplaat installeert, dient
u de onderstaande informatie van het
typeplaatje te noteren. Het typeplaatje
bevindt zich onderop de kookplaat.
wordt weergegeven. Controleer of u de
kookplaat op de juiste manier gebruikt
hebt. Bij onjuist gebruik wordt het
bezoek van de servicemonteur of de
vakhandelaar in rekening gebracht, zelfs
tijdens de garantieperiode. De
instructies over de servicecentrum en de
garantiebepalingen vindt u in het
garantieboekje.
Serienummer ...........................
8.2 Ingebouwde kookplaten
Inbouwkookplaten mogen alleen worden
gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in
geschikte inbouwunits of werkbladen die
aan de normen voldoen.
min.
50mm
min.
500mm
min.
2mm
< 20 mm
min. 2 mm
A
B
A
12 mm
28 mm
38 mm
B
57 mm
41 mm
31 mm
min
30 mm
min. 500 mm
> 20 mm
min. 2 mm
A
B
A
12 mm
28 mm
38 mm
B
57 mm
41 mm
31 mm
min. 500 mm
www.aeg.com18
8.3 Aansluitkabel
• De kookplaat is voorzien van een
aansluitsnoer.
• Vervang de beschadigde
voedingskabel door een speciale
8.4 Assemblage
kabel (type H05BB-F Tmax 90°C; of
hoger). Neem contact op met een
klantenservice bij u in de buurt.
R 5mm
min.
55mm
490+1mm
750+1mm
min.
38 mm
min.
2 mm
min.
12 mm
min.
2 mm
NEDERLANDS
19
8.5 Beveiligingsdoos
Als u een beveiligingsdoos (een
additioneel toebehoren) gebruikt, zijn de
ruimte van 2 mm op de vloer voor de
luchtstroom en de beschermingsvloer
direct onder het fornuis niet
noodzakelijk. De beveiligingsdoos is als
toebehoren niet in elk land verkrijgbaar.
Neem contact op met uw plaatselijke
leverancier.
U kunt de beveiligingsdoos
niet gebruiken als u de
kookplaat boven een oven
installeert.
www.aeg.com20
9. TECHNISCHE INFORMATIE
9.1 Typeplaatje
Model HK874400FBPNC 949 595 198 00
Typ 58 GBD CC AU220 - 240 V 50 - 60 Hz
Inductie 7.4 kWVervaardigd in Duitsland
Ser.Nr. .................7.4 kW
AEG
9.2 Specificatie kookzones
KookzoneNominaal
vermogen
(max warmteinstelling) [W]
Linksvoor2300320010125 - 210
Linksachter2300320010125 - 210
Rechtsvoor2300320010125 - 210
Rechtsachter2300320010125 - 210
Het vermogen van de kookzones kan
enigszins afwijken van de gegevens in de
tabel. Het verandert met het materiaal
en de afmetingen van het kookgerei.
10. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
Powerfunctie
[W]
Gebruik voor optimale kookresultaten
alleen kookgerei met een diameter niet
groter dan vermeld in de tabel.
Powerfunctie
maximale duur
[min]
Diameter van
het kookgerei
[mm]
FRANÇAIS
TABLE DES MATIÈRES
1. CONSIGNES DE SÉCURITÉ................................................................................... 22
2. INSTRUCTIONS DE SÉCURITÉ.............................................................................. 23
3. DESCRIPTION DE L'APPAREIL.............................................................................. 26
Merci d'avoir choisi ce produit AEG. Nous l'avons conçu pour qu'il vous offre des
performances irréprochables pour longtemps, en intégrant des technologies
innovantes qui vous simplifient la vie grâce à des caractéristiques que vous ne
trouverez pas forcément sur des appareils ordinaires. Veuillez prendre quelques
instants pour lire cette notice afin d'utiliser au mieux votre appareil.
Visitez notre site Internet pour :
Obtenir des conseils d'utilisation, des brochures, de l'aide, des informations :
www.aeg.com
Enregistrez votre produit pour obtenir un meilleur service :
www.registeraeg.com
21
Acheter des accessoires, consommables et pièces de rechange d'origine pour
votre appareil :
www.aeg.com/shop
SERVICE APRÈS-VENTE
Utilisez toujours des pièces d'origine.
Avant de contacter le service, assurez-vous de disposer des informations
suivantes : Modèle, PNC, numéro de série.
Vous trouverez ces informations sur la plaque signalétique.
Avertissement/Consignes de sécurité
Informations générales et conseils
Informations en matière de protection de l'environnement
Sous réserve de modifications.
www.aeg.com
22
1. CONSIGNES DE SÉCURITÉ
Avant d'installer et d'utiliser cet appareil, lisez
soigneusement les instructions fournies. Le fabricant ne
peut être tenu pour responsable des dommages et
blessures liés à une mauvaise installation ou utilisation.
Conservez toujours cette notice avec votre appareil
pour vous y référer ultérieurement.
1.1 Sécurité des enfants et des personnes
vulnérables
• Cet appareil peut être utilisé par des enfants de plus
de 8 ans, ainsi que des personnes dont les capacités
physiques, sensorielles et mentales sont réduites ou
dont les connaissances et l'expérience sont
insuffisantes, à condition d'être surveillés ou d'avoir
reçu des instructions concernant l'utilisation sécurisée
de l'appareil et de comprendre les risques encourus.
Ne laissez pas les enfants jouer avec l'appareil.
•
• Ne laissez pas les emballages à la portée des enfants.
• Tenez les enfants et les animaux éloignés de l'appareil
lorsqu'il est en cours de fonctionnement ou lorsqu'il
refroidit. Les parties accessibles sont chaudes.
• Si l'appareil est équipé d'un dispositif de sécurité
enfants, nous vous recommandons de l'activer.
• Les enfants ne doivent pas nettoyer ni entreprendre
une opération de maintenance sur l'appareil sans
surveillance.
• Les enfants de moins de 3 ans, sans surveillance,
doivent être tenus à l'écart de l'appareil.
1.2
Sécurité générale
•
L'appareil et ses parties accessibles deviennent
chauds pendant son fonctionnement. Ne touchez pas
les résistances.
• Ne faites pas fonctionner l'appareil avec un minuteur
externe ou un système de commande à distance.
FRANÇAIS
• Il peut être dangereux de laisser chauffer de la graisse
ou de l'huile sans surveillance sur une table de cuisson
car cela pourrait provoquer un incendie.
• N'essayez jamais d'éteindre un feu avec de l'eau.
Éteignez l'appareil puis couvrez les flammes, par
exemple avec un couvercle ou une couverture
ignifuge.
• N'entreposez rien sur les surfaces de cuisson.
• Ne posez pas d'objets métalliques tels que couteaux,
fourchettes, cuillères ou couvercles sur la table de
cuisson car ils pourraient chauffer.
• N'utilisez pas de nettoyeur vapeur pour nettoyer
l'appareil.
• Après utilisation, éteignez toujours la zone de cuisson
à l'aide de la manette de commande correspondante
et ne vous fiez pas à la détection des récipients.
• Si la surface vitrocéramique est fissurée, éteignez
l'appareil pour éviter tout risque d'électrocution.
• Si le câble d'alimentation est endommagé, il doit être
remplacé par le fabricant, un service de maintenance
agréé ou un technicien qualifié afin d'éviter tout
danger.
23
2.
INSTRUCTIONS DE SÉCURITÉ
2.1 Installation
AVERTISSEMENT!
L'appareil doit être installé
uniquement par un
professionnel qualifié.
• Retirez l'intégralité de l'emballage.
• N'installez pas et ne branchez pas un
appareil endommagé.
• Suivez scrupuleusement les
instructions d'installation fournies
avec l'appareil.
• Respectez l'espacement minimal
requis par rapport aux autres
appareils et éléments.
• Soyez toujours vigilants lorsque vous
déplacez l'appareil car il est lourd.
Portez toujours des gants de sécurité.
• Isolez les surfaces découpées à l'aide
d'un matériau d'étanchéité pour
éviter que la moisissure ne provoque
des gonflements.
• Protégez la partie inférieure de
l'appareil de la vapeur et de
l'humidité.
• N'installez pas l'appareil près d'une
porte ou sous une fenêtre. Les
récipients chauds risqueraient de
tomber de l'appareil lors de
l'ouverture de celles-ci.
• Si l'appareil est installé au-dessus de
tiroirs, assurez-vous qu'il y a
suffisamment d'espace entre le fond
de l'appareil et le tiroir supérieur pour
que l'air puisse circuler.
• Le dessous de l'appareil peut devenir
très chaud. Veillez à installer un
24
www.aeg.com
panneau de séparation ignifuge sous
l'appareil pour en bloquer l'accès.
• Assurez-vous de laisser un espace de
ventilation de 2 mm entre le plan de
travail et l'avant de l'unité qui se
trouve dessous. La garantie ne couvre
pas les dommages causés par
l'absence d'un espace de ventilation
adéquat.
2.2 Branchement électrique
AVERTISSEMENT!
Risque d'incendie ou
d'électrocution.
• L'ensemble des branchements
électriques doit être effectué par un
technicien qualifié.
• L'appareil doit être relié à la terre.
• Avant toute intervention, assurez-vous
que l'appareil est débranché.
• Vérifiez que les données électriques
figurant sur la plaque signalétique
correspondent à celles de votre
réseau. Si ce n'est pas le cas,
contactez un électricien.
• Assurez-vous que l'appareil est bien
installé. Un câble d'alimentation lâche
et inapproprié ou une fiche (si
présente) non serrée peuvent être à
l'origine d'une surchauffe des bornes.
• Utilisez le câble d'alimentation
électrique approprié.
• Ne laissez pas le câble d'alimentation
s'emmêler.
• Assurez-vous qu'une protection antiélectrocution est installée.
• Utilisez un collier anti-traction sur le
câble.
• Assurez-vous que le câble
d'alimentation ou la fiche (si présente)
n'entrent pas en contact avec les
surfaces brûlantes de l'appareil ou les
récipients brûlants lorsque vous
branchez l'appareil à des prises
électriques situées à proximité.
• N'utilisez pas d'adaptateurs
multiprises ni de rallonges.
• Veillez à ne pas endommager la fiche
secteur (si présente) ni le câble
d'alimentation. Contactez un service
après-vente agréé ou un électricien
pour remplacer le câble
d'alimentation s'il est endommagé.
• La protection contre les chocs des
parties sous tension et isolées doit
être fixée de telle manière qu'elle ne
puisse pas être enlevée sans outils.
• Ne branchez la fiche d'alimentation à
la prise de courant qu'à la fin de
l'installation. Assurez-vous que la
prise de courant est accessible une
fois l'appareil installé.
• Si la prise de courant est lâche, ne
branchez pas la fiche d'alimentation
secteur.
• Ne tirez jamais sur le câble
d'alimentation pour débrancher
l'appareil. Tirez toujours sur la fiche.
• N'utilisez que des systèmes
d'isolation appropriés : des coupecircuits, des fusibles (les fusibles à
visser doivent être retirés du support),
un disjoncteur différentiel et des
contacteurs.
• L'installation électrique doit être
équipée d'un dispositif d'isolement à
coupure omnipolaire. Le dispositif
d'isolement doit présenter une
distance d'ouverture des contacts
d'au moins 3 mm.
2.3 Utilisation
AVERTISSEMENT!
Risque de blessures, de
brûlures ou d'électrocution.
• Avant la première utilisation, retirez
les emballages, les étiquettes et les
films de protection (si présents).
• Utilisez cet appareil dans un
environnement domestique.
• Ne modifiez pas les caractéristiques
de cet appareil.
• Assurez-vous que les orifices de
ventilation ne sont pas bouchés.
• Ne laissez jamais l'appareil sans
surveillance pendant son
fonctionnement.
• Éteignez les zones de cuisson après
chaque utilisation.
• Ne vous fiez pas uniquement au
détecteur de récipient.
• Ne posez pas de couverts ou de
couvercles sur les zones de cuisson.
Elles sont chaudes.
• N'utilisez jamais cet appareil avec les
mains mouillées ou lorsqu'il est en
contact avec de l'eau.
Loading...
+ 56 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.