AEG HK 854401 IB User Manual [fr]

HK854401IB
NL
Gebruiksaanwijzing 2 Notice d'utilisation 22
FR
Benutzerinformation 43
DE
www.aeg.com
2

INHOUDSOPGAVE

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE.......................................................................................3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.............................................................................. 4
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT..................................................................... 7
4. DAGELIJKS GEBRUIK............................................................................................... 8
5. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 13
6. ONDERHOUD EN REINIGING.............................................................................. 15
7. PROBLEEMOPLOSSING........................................................................................ 16
8. MONTAGE ..............................................................................................................18
9. TECHNISCHE INFORMATIE.................................................................................. 21
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. Model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE

Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder
permanent toezicht.
NEDERLANDS
3
1.2

Algemene veiligheid

Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. De verwarmingselementen niet aanraken.
Bedien het apparaat niet met een externe timer of
een apart afstandbedieningssysteem.
Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of
olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
4
www.aeg.com
Probeer brand nooit met water te blussen, maar
schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek de vlam, d.w.z. met een deksel of blusdeken.
Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met
de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de pandetector.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit om het risico op elektrische schokken te voorkomen.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

2.1 Installatie

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.
• Dicht de oppervlakken af met kit om te voorkomen dat ze gaan opzetten door vocht.
• Bescherm de bodem van het apparaat tegen stoom en vocht.
• Installeer het apparaat niet naast een deur of onder een raam. Dit voorkomt dat heet kookgerei van het apparaat
valt als de deur of het raam wordt geopend.
• Als het apparaat geïnstalleerd is boven lades zorg er dan voor dat de ruimte tussen de onderkant van het apparaat en de bovenste lade voldoende is voor luchtcirculatie.
• De onderkant van het apparaat kan heet worden. Wij raden aan om een onbrandbaar scheidingspaneel te plaatsen onder het apparaat om te voorkomen dat de onderkant kan worden aangeraakt.
• Zorg ervoor dat er een ventilatieruimte van 2 mm vrij is tussen het werkblad en de voorkant van de onderste unit. De garantie dekt geen schade veroorzaakt door het gebrek aan een adequate ventilatieruimte.
NEDERLANDS
5
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Verzeker u ervan dat de stekker uit het stopcontact is getrokken, voordat u welke werkzaamheden dan ook uitvoert.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur.
• Zorg ervoor dat het apparaat correct is geïnstalleerd. Losse en onjuiste stroomkabels of stekkers (indien van toepassing) kunnen ervoor zorgen dat de contactklem te heet wordt.
• Gebruik de juiste stroomkabel.
• Voorkom dat de stroomkabels verstrikt raken.
• Zorg ervoor dat er een schokbescherming wordt geïnstalleerd.
• Gebruik het klem om spanning op het snoer te voorkomen.
• Zorg ervoor dat de stroomkabel of stekker (indien van toepassing) het hete apparaat of heet kookgerei niet aanraakt als u het apparaat op de nabijgelegen contactdozen aansluit
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker (indien van toepassing) of kabel niet beschadigt. Neem contact op met de service-afdeling of een elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen.
• De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie­apparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken.
• Verwijder voor gebruik (indien van toepassing) de verpakking, labels en beschermfolie.
• Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
• Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
• Vertrouw niet alleen op de pandetector.
• Leg geen bestek of pannendeksels op de kookzones. Deze kunnen heet worden.
• Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Sluit het apparaat direct af van de stroomtoevoer als het oppervlak van het apparaat gebroken is. Dit om elektrische schokken te voorkomen.
6
www.aeg.com
• Gebruikers met een pacemaker moeten een afstand van minimaal 30 cm bewaren van de inductiekookzones als het apparaat in werking is.
• Als u eten in de hete olie doet, kan het spatten.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
• Verhitte vetten en olie kunnen ontvlambare damp afgeven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u er mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen spontane ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat kan brand veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
• Zet geen heet kookgerei op het bedieningspaneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op het apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege pannen of zonder pannen erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen.
• Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodems kunnen
krassen veroorzaken in het glas / glaskeramiek. Til deze voorwerpen altijd op als u ze moet verplaatsen op het kookoppervlak.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer.

2.4 Onderhoud en reiniging

• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Schakel het apparaat uit en laat het afkoelen voordat u het schoonmaakt.
• Trek voor onderhoudswerkzaamheden de stekker uit het stopcontact.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.

2.5 Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1 1
1
2
1
6 742 3
10
1
11 9 8
5

3.1 Indeling kookplaat

Inductiekookzone
1
Bedieningspaneel
2

3.2 Indeling Bedieningspaneel

NEDERLANDS
7
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
Tiptoets Functie Opmerking
1
2
3
4
5
6
7
8
AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen.
Toetsblokkering / De kinderbeveiliging
STOP+GO De functie in- en uitschakelen.
- Kookstanddisplay De kookstand weergeven.
- Timerindicatie voor de kookzones
- Timerdisplay Geeft de tijd in minuten weer.
Hob²Hood De handmatige modus van functie in- en
Powerfunctie De functie in- en uitschakelen.
Het bedieningspaneel vergrendelen/ ontgrendelen.
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
uitschakelen.
www.aeg.com8
Tiptoets Functie Opmerking
9
10
- De tijd verlengen of verkorten.
/
- Kookzone selecteren:
11
- Bedieningsstrip Het instellen van de kookstand.

3.3 Kookstanddisplays

Display Beschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
-
+ cijfer
/ /
De kookzone wordt gebruikt.
STOP+GO -functie is in werking.
Automatisch opwarmen -functie is in werking.
Powerfunctie is in werking.
Er is een storing.
OptiHeat Control (3 staps restwarmte-indicatie) : doorgaan met ko­ken / warmhoudstand / restwarmte.
Toetsblokkering /De kinderbeveiliging-functie is in werking.
Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op de kookzone geplaatst.
Automatisch uitschakelen -functie is in werking.

3.4 OptiHeat Control (3 staps restwarmte-indicatie)

WAARSCHUWING!
/ / Er bestaat verbrandingsgevaar door restwarmte. Het controlelampje geeft het niveau van de restwarmte aan.
De inductiekookzones creëren de voor het kookproces benodigde warmte direct in de bodem van de pan. Het glaskeramiek wordt verwarmd door de warmte van de pannen.

4. DAGELIJKS GEBRUIK

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

4.1 In- en uitschakelen

Raak 1 seconde aan om de kookplaat in– of uit te schakelen.
min.
NEDERLANDS
9

4.2 Automatisch uitschakelen

De functie schakelt de kookplaat automatisch uit als:
• Alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• U de kookstand niet instelt nadat u de kookplaat hebt ingeschakeld.
• U iets hebt gemorst of iets langer dan 10 seconden op het bedieningspaneel hebt gelegd (een pan, doek, etc.). Er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat wordt uitgeschakeld. Verwijder het voorwerp of reinig het bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (b.v. als een pan droogkookt). De kookzone moet afgekoeld zijn voordat u de kookplaat weer kunt gebruiken.
• U ongeschikt kookgerei gebruikt. Het symbool gaat branden en na 2
minuten schakelt de kookzone automatisch uit.
• U een kookzone niet uitschakelt of de kookstand verandert. Na enige tijd
branden en wordt de
gaat kookplaat uitgeschakeld. Zie hieronder.
De verhouding tussen warmte­instelling en tijden van de functie:
, 13 — 6 uur
47 — 5 uur
89 — 4 uur
1014 — 1,5 uur

4.3 De kookstand

Voor het instellen of wijzigen van de kookstand:
Raak de bedieningsstrip aan bij de juiste kookstand of beweeg uw vinger langs de bedieningsstrip totdat u de jusite kookstand heeft bereikt.

4.4 Aanduiding kookzone

De horizontale lijn toont de afmeting van de kookzone en de minimale diameter van de pan.
Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'.

4.5 Het gebruik van de kookzones

Plaats de pannen op het kruis / vierkant dat op het oppervlak staat waarop u kookt. Dek het kruis / vierkant volledig af. Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de afmeting van het kookgerei aan. U kunt met groot kookgerei op twee kookzones tegelijkertijd koken.

4.6 Automatisch opwarmen

Als u deze functie activeert, kunt u in minder tijd een benodigde kookstand verkrijgen. De functie schakelt even de hoogste kookstand in en verlaagt dan naar de juiste kookstand.
Om de functie in werking te stellen moet de kookzone koud zijn.
Om de functie voor een kookzone te activeren: raak
Raak meteen de juiste kookstand aan. Na 3 seconden gaat branden. Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.
aan ( gaat aan).

4.7 Powerfunctie

Deze functie maakt meer vermogen beschikbaar voor de inductiekookzones. De functie kan voor een beperkte
10
www.aeg.com
tijdsduur voor uitsluitend de inductiekookzone worden geactiveerd. Daarna wordt de inductiekookzone automatisch teruggeschakeld naar de hoogste kookstand.
Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'.
Om de functie voor een kookzone te activeren: raak aan. gaat aan. Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.

4.8 Timer

Timer met aftelfunctie
Gebruik deze functie om in te stellen hoe lang de kookzone voor alleen deze keer wordt gebruikt.
Stel eerst de kookzone in, dan de functie. U kunt de kookstand voor of na
het instellen van de functie selecteren.
Kookzone instellen:raak malen aan tot het lampje van de gewenste kookzone brandt.
Om de functie in te schakelen: raak van de timer aan om de tijd in te stellen (00 - 99 minuten). Als het lampje van de kookzone langzaam gaat knipperen, wordt de tijd afgeteld.
Resterende tijd weergeven:selecteer de kookzone met . Het indicatielampje
van de kookzone gaat sneller knipperen. Op het display wordt de resterende tijd weergegeven.
Om het juiste tijdstip van de dag te wijzigen:selecteer de kookzone met .
Raak of aan. Om de functie uit te schakelen: stel de kookzone in met en raak aan. De
resterende tijd telt af tot 00. Het indicatielampje van de kookzone gaat uit. Om de kookzone uit te schakelen
kunt u ook aanraken.
en gelijktijdig
meerdere
Als de tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en knippert 00. De kookzone wordt uitgeschakeld.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak aan.
CountUp Timer (De timer met optelfunctie)
U kunt deze functie gebruiken om in de gaten te houden hoe lang de kookzone werkt.
Kookzone instellen:raak meerdere malen aan tot het lampje van de gewenste kookzone brandt.
Om de functie in te schakelen: raak van de timer aan. gaat branden. Als
het lampje van de kookzone langzaam knippert, wordt de tijd opgeteld. De
display schakelt tussen (minuten).
Om in de gaten te houden hoelang de kookzone werkt:selecteer de kookzone
met . Het indicatielampje van de kookzone gaat sneller knipperen. De display geeft aan hoe lang de zone werkzaam is.
Om de functie uit te schakelen:stel de kookzone in met
aan. Het indicatielampje van de kookzone gaat uit.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als een kookwekker terwijl de kookplaat is ingeschakeld en de kookzones niet werken (het display van de kookstand
toont
Om de functie in te schakelen: Raak aan. Raak of van de timer aan om
de tijd in te stellen. Als de tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en knippert 00.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak aan.
).
en getelde tijd
en raak of
NEDERLANDS
11
De functie heeft geen invloed op de werking van de kookzones.

4.9 STOP+GO

Deze functie stelt alle kookzones in voor de laagste warmhoudstand.
Als de functie in werking is, kunt u de warmte-instelling niet wijzigen.
De functie schakelt de timerfuncties niet uit.
Om de functie in te schakelen: raak aan. gaat aan. Om de functie uit te schakelen: Raak
aan. De voorgaande kookstand gaat
aan.

4.10 Toetsblokkering

U kunt het bedieningspaneel vergrendelen terwijl de kookzones in werking zijn. Hiermee wordt voorkomen dat de kookstand per ongeluk wordt veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat gedurende 4 seconden aan.De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: Raak aan. De voorgaande kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet, stopt u deze functie ook.

4.11 De kinderbeveiliging

Deze functie voorkomt dat het kooktoestel onbedoeld wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: zet de kookplaat aan met . Stel geen kookstand in. Raak
gaat aan. Zet de kookplaat uit met .
Om de functie uit te schakelen: zet de kookplaat aan met . Stel geen kookstand in. Raak
4 seconden aan.
4 seconden aan.
gaat aan. Zet de kookplaat uit met .
Het opheffen van de functie voor maar één kooktijd: zet de kookplaat aan met
. gaat aan. Raak 4 seconden
aan. Stel de kookstand in binnen 10 seconden. U kunt het kooktoestel
bedienen. Als u de kookplaat met uitzet werkt de functie weer.

4.12 OffSound Control (In- en uitschakelen van de geluiden)

Schakel de kookplaat uit. Raak 3 seconden aan. Het display gaat aan en
uit. Raak 3 seconden aan. of gaat branden. Raak aan om één van
het volgende te kiezen:
- de signalen zijn uit
- de signalen zijn aan
• Om uw keuze te bevestigen moet u wachten tot de kookplaat automatisch uitschakelt.
Als de functie op staat kunt u de geluiden alleen horen als:
aanraakt
• U
• Kookwekker naar beneden komt
• Timer met aftelfunctie naar beneden komt
• als u iets op het bedieningspaneel plaatst.

4.13 Vermogensbeheer-functie

• Kookzones worden gegroepeerd volgens de locatie en het aantal fases in de kookplaat (zie afbeelding).
• Elke fase heeft een maximale elektrische lading van 3700 W.
• De functie verdeelt het vermogen tussen de kookzones die verbonden zijn aan dezelfde fase.
• De functie wordt geactiveerd als de totale elektrische lading van de kookzones, die aan een enkele fase verbonden zijn, de 3700 W overschrijdt.
• De functie vermindert het vermogen naar de andere kookzones die verbonden zijn aan dezelfde fase.
www.aeg.com12
• Het warmte-instellingsdisplay van de verlaagde zones verandert tussen twee niveaus.
Automa-
tische verlicht­ing
ModusH1Aan Uit Uit
Koken
Bakk-
1)
en
2)

4.14 Hob²Hood

Het is een geavanceerde automatische functie die de kookplaat op een speciale afzuigkap aansluit. Zowel de kookplaat als de afzuigkap heeft een infraroodontvanger. De snelheid van de ventilator wordt automatisch bepaald op basis van de modusinstelling en de temperatuur van de heetste pan op de kookplaat. U kunt de ventilator van de kookplaat handmatig bedienen.
Voor de meeste afzuigkappen wordt het afstandsbedieniningssysteem uitgeschakeld. Inschakelen voordat u de functie gebruikt. Zie voor meer informatie de gebruikershandleiding van de afzuigkap.
De functie automatisch bedienen
Stel de automatische modus in op H1 – H6 om de functie automatisch te bedienen. De kookplaat is oorspronkelijk ingesteld op H5. De afzuigkap reageert als u de kookplaat bedient. De kookplaat herkent de temperatuur van de pannen automatisch en stelt de snelheid van de ventilator erop af.
Automatische modi
Automa-
tische verlicht­ing
ModusH0Uit Uit Uit
Koken
Bakk-
1)
2)
en
Modus H2
ModusH3Aan Uit Ventila-
ModusH4Aan Ventila-
ModusH5Aan Ventila-
ModusH6Aan Ventila-
1)
De kookplaat detecteert het kookproces en ac­tiveert de ventilatorsnelheid overeenkomstig de automatische modus.
2)
De kookplaat detecteert het bakproces en ac­tiveert de ventilatorsnelheid overeenkomstig de automatische modus.
3)
Deze modus activeert de ventilator en de ver­lichting en reageert niet op de temperatuur.
Aan Ventila-
3)
torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
torsnel­heid 2
Ventila­torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
Ventila­torsnel­heid 1
Ventila­torsnel­heid 2
Ventila­torsnel­heid 3
De automatische modus veranderen
1. Schakel het apparaat uit.
2. Raak
3 seconden aan. Het display
gaat aan en uit
3. Raak 3 seconden aan.
4. Raak
een paar keer aan tot aan
gaat.
5. Raak van de timer aan om een
automatische modus te selecteren.
Schakel de automatische modus van de functie uit om de kookplaat direct te bedienen op het kookplaatplaneel.
NEDERLANDS
13
Als u stopt met koken en de kookplaat uitschakelt, kan de ventilator nog even blijven werken. Daarna schakelt het systeem de ventilator automatisch uit en wordt voorkomen dat u de ventilator per ongeluk de komende 30 seconden activeert.
De ventilatorsnelheid handmatig bedienen
U kunt de functie ook handmatig bedienen. Raak daartoe aan als de
kookplaat actief is. Dit schakelt de automatische bediening van de functie uit zodat u de ventilatorsnelheid
handmatig kunt veranderen. Als u op drukt, wordt de ventilatorsnelheid met één verhoogd. Als u een intensief niveau

5. AANWIJZINGEN EN TIPS

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

5.1 Kookgerei

Bij een inductiekookzone zorgt een sterk elektro­magnetisch veld ervoor dat het kookgerei erg snel heet wordt.
Gebruik de inductiekookzones met geschikt kookgerei.
Materiaal van het kookgerei
correct: gietijzer, staal, geëmailleerd
staal, roestvrij staal, meerlaagse bodem (aangemerkt als geschikt voor inductie door de fabrikant).
niet correct: aluminium, koper,
messing, glas, keramiek, porselein.
Het kookgerei is geschikt voor een inductiekookplaat als:
• een beetje water op een zone met de hoogste kookstand binnen korte tijd wordt verwarmd.
bereikt en weer op drukt, stelt u de ventilatorsnelheid in op 0 waardoor de afzuigkampventilator uitschakelt. Om de ventilator weer te starten met
ventilatorsnelheid 1, raakt u aan.
Schakel de kookplaat uit en weer aan om de automatische bediening van de functie te activeren.
De verlichting activeren
U kunt de kookplaat instellen om de verlichting automatisch te activeren als u de kookplaat aan zet. Zet daarvoor de automatische modus op H1 – H6.
De verlichting van de afzuigkap gaat uit 2 minuten nadat u de kookplaat heeft uitgeschakeld.
• een magneet vast blijft zitten aan de bodem van het kookgerei.
De bodem van het kookgerei moet zo dik en vlak mogelijk zijn.
Afmetingen van de pannen
Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de grootte van de bodem van de pan aan.
De efficiëntie van de kookzone heeft betrekking op de diameter van het kookgerei. Kookgerei met een diameter die kleiner is dan het minimum, ontvangt slechts een deel van het vermogen dat door de kookzone wordt gegenereerd.
Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'.

5.2 Lawaai tijdens gebruik

Als u dit hoort:
• krakend geluid: de pan is gemaakt van verschillende materialen (sandwich-constructie).
• fluitend geluid: bij gebruik van één of meer kookzones met een hoge kookstand en als de pan is gemaakt
www.aeg.com14
van verschillende materialen (sandwich-constructie).
• Zoemen: als u hoge kookstanden gebruikt.
eerder uit dan het signaal van de timer met aftelfunctie klinkt. Het verschil in werkingstijd hangt af van het niveau van de kookstand en de tijd dat u kookt.
• Klikken: er treedt elektrische schakeling op.
• Sissen, zoemen: de ventilator werkt.
Deze geluiden zijn normaal en hebben niets met een defect van de kookplaat te maken.
5.5 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De relatie tussen het stroomverbruik van de warmte-instelling en de kookzone is niet lineair. Wanneer u de warmte-

5.3 Energie besparen

• Doe indien mogelijk altijd een deksel op de pan.
• Zet het kookgerei op de kookzone voordat u deze inschakelt.
• Gebruik de restwarmte om het eten warm te houden of te smelten.
instelling verhoogt, is dit niet proportioneel met de toename in stroomverbruik van de kookzone. Het betekent dat de kookzone met de medium warmte-instelling minder dan de helft van het vermogen gebruikt.
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als

5.4 Öko Timer (Eco-timer)

richtlijn.
Om energie te besparen schakelt het verwarmingselement van de kookzone
Temperatuur­instelling
- 1
1 - 3 Hollandaisesaus, smelten: bot-
1 - 3 Stollen: luchtige omeletten,
3 - 5 Zachtjes aan de kook brengen
5 - 7 Stomen van groenten, vis en
7 - 9 Aardappelen stomen 20 - 60 Gebruik max. ¼ l water voor
7 - 9 Bereiden van grotere hoeveel-
Te gebruiken voor: Tijd
(min)
Bereide gerechten warmhou­den
er, chocolade, gelatine.
gebakken eieren.
van rijst en gerechten op melk­basis, reeds bereide gerechten opwarmen
vlees
heden voedsel, stoofschotels en soepen
zoals nodig
5 - 25 Van tijd tot tijd mengen
10 - 40 Met deksel bereiden
25 - 50 Voeg minstens tweemaal zo-
20 - 45 Een paar eetlepels vocht toe-
60 - 150 Tot 3 l vloeistof plus ingre-
Tips
Een deksel op het kookgerei doen.
veel vloeistof toe als rijst, melkgerechten tijdens het be­reiden tussendoor roeren.
voegen.
750 g aardappelen.
diënten.
NEDERLANDS
15
Temperatuur­instelling
9 - 12 Lichtjes braden: kalfsoester,
12 - 13 Door-en-door gebraden, op-
14 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (gou-
Te gebruiken voor: Tijd
(min)
zoals cordon bleu van kalfsvlees, ko­teletten, rissoles, worstjes, lev­er, roux, eieren, pannenkoek­en, donuts.
gebakken aardappelen, lend­enbiefstukken, steaks
lash, stoofvlees), frituren van friet
Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Power-functie is geactiveerd.
nodig
5 - 15 Halverwege de bereidingstijd
Tips
Halverwege de bereidingstijd omdraaien.
omdraaien.

5.6 Praktische tips voor de functie Hob²Hood

Als u de kookplaat bedient met de functie:
• Bescherm het afzuigkappaneel tegen direct zonlicht.
• Breng geen halogeenverlichting aan in het afzuigkappaneel
• Dek het kookplaatpaneel niet af (bijv. door hand of pannengreep)
Het kan gebeuren dat andere op afstand bediende apparaten het signaal blokkeren. Bedien om dit te voorkomen de afstandsbediening van het apparaat en de kookplaat niet tegelijkertijd.
Model van de af­zuigkap
DL8590–M 942 492 488
X69453MV01 942 492 748
X69453BV03 942 492 750
X69453MD02 942 492 752
X89463MD02 942 492 754
X79263MK1 942 492 755
DD8694–M 942 492 478
X79263MV1 942 490 371
X81284WG0 942 492 760
Productnummer­code (PNC)
Afzuigkappen die werken met de functie
Model van de af­zuigkap
X79283MG0 942 492 556
Productnummer­code (PNC)

6. ONDERHOUD EN REINIGING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

6.1 Algemene informatie

• Maak de kookplaat na ieder gebruik schoon.
• Gebruik altijd pannen met een schone bodem.
www.aeg.com16
• Krassen of donkere vlekken op de oppervlakte hebben geen invloed op de werking van de kookplaat.
• Gebruik een speciale schraper voor de glazen plaat.
• Gebruik een specifiek schoonmaakmiddel voor het oppervlak van de kookplaat.

6.2 Reinigen van de kookplaat

Verwijder direct: gesmolten plastic, gesmolten folie en suikerhoudende gerechten. Anders kan het vuil de

7. PROBLEEMOPLOSSING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

7.1 Problemen oplossen

Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
U kunt de kookplaat niet in­schakelen of bedienen
De zekering is doorgebrand. Controleer of de zekering de
Schakel de kookplaat op-
U hebt 2 of meer tiptoetsen
STOP+GO -functie is in
Er ligt water of vetspatten
De kookplaat is niet aan­gesloten op een stopcontact of is niet goed geïnstalleerd.
tegelijk aangeraakt.
werking.
op het bedieningspaneel.
kookplaat beschadigen. Plaats de speciale schraper schuin op de glazen plaat en verwijder resten door het blad over het oppervlak te schuiven.
Verwijder nadat de kookplaat voldoende is afgekoeld: kalk- en waterkringen, vetspatten en metaalachtig glanzende verkleuringen. Reinig de kookplaat met een vochtige doek en een beetje afwasmiddel. Droog de kookplaat na reiniging af met een zachte doek.
Controleer of de kookplaat goed is aangesloten op het lichtnet. Raadpleeg het aansluitdiagram.
oorzaak van de storing is. Als de zekeringen keer op keer doorslaan, neemt u contact op met een erkende installa­teur.
nieuw in en stel de kook­stand binnen 10 seconden in.
Raak slechts één tiptoets te­gelijk aan.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
Reinig het bedieningspa­neel.
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
Er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat wordt uit­geschakeld. Er weerklinkt een geluids­signaal als de kookplaat wordt uitgeschakeld.
De kookplaat schakelt uit. U hebt iets op de tiptoets
Restwarmte-indicatie gaat niet branden.
Hob²Hood functie werkt niet.
Automatisch opwarmen functie werkt niet.
De hoogste verwarmings-
De kookstand schakelt tus­sen twee kookstanden.
De tiptoetsen worden warm. Het kookgerei is te groot of
Er klinkt geen signaal wan­neer u de tiptoetsen van het bedieningspaneel aanraakt.
gaat branden.
gaat branden.
gaat branden.
Het kookgerei is niet goed. Gebruik het juiste kookgerei.
U hebt een of meer tiptoet­sen afgedekt.
geplaatst.
De zone is niet heet, omdat hij slechts kortstondig is be­diend.
U dekt het bedieningspa­neel af.
De zone is heet. Laat de zone voldoende af-
stand is ingesteld.
Vermogensbeheer functie wordt geactiveerd.
staat te dicht bij het bedie­ningspaneel.
De signalen zijn uitgescha­keld.
Automatisch uitschakelen is in werking.
De kinderbeveiliging of de Toetsblokkering functie werkt.
Er staat geen kookgerei op de zone.
Verwijder het voorwerp van de tiptoetsen.
Verwijder het object van de tiptoets.
Als de kookzone lang gen­oeg in werking is geweest om heet te zijn, neemt u contact op met de klanten­service.
Verwijder het voorwerp van het bedieningspaneel.
koelen.
De hoogste kookstand heeft hetzelfde vermogen als de functie.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
Plaats groter kookgerei op de achterste kookzones in­dien nodig.
Schakel de signalen in. Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
Schakel de kookplaat uit en weer in.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
Zet kookgerei op de zone.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'.
NEDERLANDS
17
www.aeg.com18
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
De diameter aan de bodem
van het kookgerei is te klein voor de zone.
Het kookgerei dekt het
kruis / vierkant niet.
en een getal gaat bran-
den.
gaat branden.
Er heeft zich een fout in de kookplaat voorgedaan.
Er is een storing in de kook­plaat opgetreden, omdat het kookgerei is droog ge­kookt Automatisch uitscha­kelen en de oververhittings­bescherming van de zones in werking is getreden.
Gebruik kookgerei met de juiste afmetingen. Zie het hoofdstuk 'Techni­sche informatie'.
Dek het kruis / vierkant volle­dig af.
Ontkoppel de kookplaat enige tijd van de stroomtoe­voer. Maak de zekering los in de meterkast van het huis. Sluit het apparaat opnieuw
aan. Als weer gaat bran­den, neem dan contact op met de klantenservice.
Schakel de kookplaat uit. Verwijder het hete kookger­ei. Schakel na ongeveer 30 seconden de kookzone op­nieuw in. Als het kookgerei het probleem was, dan moet het foutbericht van het dis­play verdwijnen, maar Rest­warmte-indicatie kan aan blijven. Laat het kookgerei voldoende afkoelen. Con­troleer of uw kookgerei ge­schikt is voor de kookplaat. Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'.

7.2 Als u geen oplossing vindt...

Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de serviceafdeling. Geef de gegevens van het typeplaatje. Geef ook de driecijferige code voor de keramische plaat (bevindt zich op de hoek van het glazen oppervlak) en de foutmelding die

8. MONTAGE

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
wordt weergegeven. Controleer of u de kookplaat op de juiste manier gebruikt hebt. Bij onjuist gebruik wordt het bezoek van de servicemonteur of de vakhandelaar in rekening gebracht, zelfs tijdens de garantieperiode. De instructies over de servicecentrum en de garantiebepalingen vindt u in het garantieboekje.

8.1 Voor montage

Voordat u de kookplaat installeert, dient u de onderstaande informatie van het typeplaatje te noteren. Het typeplaatje bevindt zich onderop de kookplaat.
min. 50mm
min. 500mm
min. 2mm
< 20 mm
min. 2 mm
A
B
A
12 mm 28 mm 38 mm
B
57 mm 41 mm 31 mm
min 30 mm
min. 500 mm
> 20 mm
min. 2 mm
A
B
A
12 mm 28 mm 38 mm
B
57 mm 41 mm 31 mm
min. 500 mm
NEDERLANDS
19
Serienummer ...........................

8.2 Ingebouwde kookplaten

Inbouwkookplaten mogen alleen worden gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in geschikte inbouwunits of werkbladen die aan de normen voldoen.

8.3 Aansluitkabel

• De kookplaat is voorzien van een aansluitsnoer.

8.4 Assemblage

• Vervang de beschadigde voedingskabel door een speciale kabel (type H05BB-F Tmax 90°C; of hoger). Neem contact op met een klantenservice bij u in de buurt.
774+1mm
514+1mm
490+1mm
min. 55mm
750+1mm
R10mm
R5mm
12mm
7mm
min. 38 mm
min. 2 mm
min. 12 mm
min. 2 mm
www.aeg.com20

8.5 Beveiligingsdoos

Als u een beveiligingsdoos (een additioneel toebehoren) gebruikt, zijn de ruimte van 2 mm op de vloer voor de luchtstroom en de beschermingsvloer direct onder het fornuis niet noodzakelijk. De beveiligingsdoos is als toebehoren niet in elk land verkrijgbaar. Neem contact op met uw plaatselijke leverancier.
U kunt de beveiligingsdoos niet gebruiken als u de kookplaat boven een oven installeert.
Loading...
+ 44 hidden pages