Hartelijk dank voor het kiezen van een van onze kwaliteitsproducten. U heeft een
goede keuze gemaakt. Zo kunt u dankzij de combinatie van functioneel design en
hoogwaardige technologie rekenen op optimale prestaties en bedieningsgemak. En
onze zorg voor het milieu, komt o.a. tot uitdrukking in het energiebesparend
functioneren van dit apparaat. Om er zeker van te zijn dat uw apparaat optimaal
en onberispelijk presteert, dient u deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te
lezen. Dan zult u alle processen perfect en zeer efficiënt kunnen besturen.
Wij raden u aan deze gebruiksaanwijzing goed te bewaren, zodat u nog eens iets
kunt nalezen. En wilt u dit boekje doorgeven aan een eventuele volgende eigenaar
van het apparaat.
Wij wensen u veel succes met uw nieuwe apparaat.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het
voorkomen van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Inhoud
3
Inhoud
Bedieningshandleiding 5
Veiligheidsinformatie 5
Correct gebruik 5
Algemene veiligheid 6
De veiligheid van kinderen 6
Installatie 6
Productbeschrijving 7
Bedieningspaneel 8
Instelling 9
Geluidssignalen 9
Ingebruikneming 10
De waterontharder instellen 10
Handmatig instellen 11
Elektronisch instellen 12
Gebruik van afwasmachinezout 12
Gebruik van glansmiddel 13
De glansmiddeldosering in te stellen 14
Dagelijks gebruik 15
Bestek en serviesgoed plaatsen 15
Het onderrek 17
De bestekmand 17
Bovenrek 18
De hoogte van het bovenrek aanpassen 19
Gebruik van afwasmiddel 20
Afwasmiddel doseren 20
Multi-tab-functie 21
In- of uitschakelen van de Multi-tab-functie 22
Afwasprogramma's 23
Een afwasprogramma selecteren en starten 24
De afwasmachine uitruimen 25
117974080-00-13112007
Inhoud
4
Onderhoud en reiniging 26
De filters reinigen 26
De sproeiarmen reinigen 27
Buitenkant 27
De binnenkant van de machine reinigen 27
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt 28
Voorzorgsmaatregelen bij vorst 28
De machine verplaatsen 28
Wat moet u doen, als ... 28
Technische gegevens 31
Tips voor testinstanties 31
Installatie-instructie 33
Installatie 33
Bevestigen aan de aangrenzende keukenmeubelen 33
Waterpas installatie 33
Wateraansluitingen 34
Watertoevoerslang met veiligheidsklep 34
Aansluiting waterafvoerslang 35
Het milieu 37
Verpakkingsmateriaal 37
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
Bedieningshandleiding
Veiligheidsinformatie
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen
is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen,
deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest.
Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te
zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de
werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg
ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat
iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren
is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat.
Correct gebruik
• Deze afwasmachine is uitsluitend bedoeld voor het reinigen van huishoudelijke
gebruiksvoorwerpen die geschikt zijn voor reiniging in een afwasmachine.
• Doe geen oplosmiddelen in de afwasmachine. Dit kan een explosie veroorzaken.
• Messen en andere voorwerpen met scherpe punten moeten met de punt naar
beneden in de bestekmand worden geplaatst of horizontaal in het bovenrek
worden gelegd.
• Gebruik alleen producten (afwasmiddel, zout en glansmiddel) die geschikt zijn
voor afwasmachines.
• Open de deur niet als het apparaat in werking is; er kan hete stoom ontsnappen.
• Neem geen serviesgoed uit de afwasmachine voordat het afwasprogramma is
afgelopen.
• Trek na het gebruik de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een daartoe bevoegde servicemonteur en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele
reserveonderdelen.
• Onder geen voorwaarde moet u proberen de afwasmachine zelf te repareren.
Reparaties die worden uitgevoerd door onervaren personen veroorzaken letsel
of storingen. Neem contact op met onze service-afdeling. Sta te allen tijde op
het gebruik van originele reserveonderdelen.
5
Veiligheidsinformatie
6
Algemene veiligheid
• Afwasmiddelen kunnen chemische brandwonden veroorzaken aan de ogen, de
mond en de keel. Deze kunnen levensbedreigend zijn! Houd u aan de veiligheidsinstructies van de afwasmiddelfabrikant.
• Het water in uw afwasmachine is geen drinkwater. Resten van afwasmiddel
kunnen nog in de machine aanwezig zijn.
• Zorg ervoor dat de deur van de afwasmachine altijd gesloten is als het apparaat
niet wordt in- of uitgeruimd. Zo voorkomt u dat iemand over de open deur
struikelt en zich bezeert.
• Ga niet op de open deur zitten of staan.
De veiligheid van kinderen
• Dit apparaat is bestemd voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen de
afwasmachine niet zonder toezicht gebruiken.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor
verstikking.
• Bewaar alle afwasmiddelen op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen.
• Houd kinderen uit de buurt van de afwasmachine als de deur open staat.
Installatie
• Controleer uw afwasmachine op eventuele transportschade. Sluit nooit een
beschadigde machine aan. Neem contact op met uw leverancier als de machine
beschadigd is.
• Alle verpakkingsmaterialen moeten verwijderd worden voordat u het apparaat
in gebruik neemt.
• Alle elektrische en loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie
van dit apparaat moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en competent persoon.
• Om veiligheidsredenen is het gevaarlijk wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren.
• Gebruik de afwasmachine nooit als het aansluitsnoer of de waterslangen beschadigd zijn; of als het bedieningspaneel, het werkblad of de plint zodanig
beschadigd zijn dat het inwendige van de machine vrij toegankelijk is. Raadpleeg
onze service-afdeling om gevaarlijke situaties te voorkomen.
Productbeschrijving
• In de behuizing van de afwasmachine mogen geen gaten worden geboord ter
voorkoming van schade aan hydraulische en elektrische onderdelen.
WAARSCHUWING!
Voor de aansluiting van elektriciteit en water dienen de instructies in de
desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd.
Productbeschrijving
7
1 Bovenrek
2 Aanpassen van de instelling van de waterhardheid
3 Zoutreservoir
4 Afwasmiddeldoseerbakje
5 Glansmiddeldoseerbakje
6 Typeplaatje
7 Filters
8 Onderste sproeiarm
9 Bovenste sproeiarm
Einde programmaGaat branden als een afwasprogramma is afge-
1) De controlelampjes voor zout en glansmiddel branden nooit als een afwasprogramma bezig is, zelfs niet als
bijvullen van zout en/of glansmiddel noodzakelijk is.
Gaat branden als het speciale zout op is.
Gaat branden als het glansmiddel op is.
lopen. Heeft ook andere visuele signaleringsfuncties zoals:
- het instellen van de waterontharder
- geluidssignalen inschakelen/uitschakelen
- melden van een alarm als gevolg van storing
van de machine
1)
1)
Functietoetsen
In aanvulling op de programmakeuze kunnen
• het instellen van de waterontharder
Bedieningspaneel
• activeren/deactiveren van de glansmiddeldosering
• het in- of uitschakelen van de geluidssignalen
eveneens met behulp van deze toetsen worden ingesteld.
Instelling
Het apparaat staat in instelmodus als alle programmalampjes branden.
Vergeet nooit dat bij het uitvoeren van handelingen zoals:
• het selecteren van een afwasprogramma
• het instellen van de waterontharder
• het in-/uitschakelen van de glansmiddeldosering
• het in- of uitschakelen van de geluidssignalen
het apparaat in de instelmodus MOET staan.
Als een lampje van de programmatoetsen gaat branden, is het laatst uitgevoerde
programma nog steeds ingesteld.
Om in dit geval terug te keren naar de instelmodus moet het programma worden
geannuleerd.
Een ingesteld programma of een lopend programma annuleren: houd tegelijkertijd de beide programmatoetsen boven het woord RESET ingedrukt, totdat alle
lampjes van de programmatoetsen branden. Het programma is geannuleerd en de
machine bevindt zich nu in de instelmodus.
9
Geluidssignalen
De geluidssignalen zijn bedoeld om aan te geven welke handelingen het apparaat
aan het uitvoeren is:
• het instellen van de waterontharder
• einde van het afwasprogramma
• melden van een alarm als gevolg van een storing.
Fabrieksinstelling: geluidssignalen ingeschakeld.
De geluidssignalen kunnen worden uitgeschakeld, met behulp van de functietoet-
sen.
In- en uitschakelen van de geluidssignalen
1.
Druk op de aan-/uit-toets. Het apparaat moet in instelmodus staan.
Ingebruikneming
10
2.
Houd de toetsen B en C ingedrukt tot de lampjes van de toetsen A, B en C
beginnen te knipperen.
3.
Druk op toets C, de lampjes van de toetsen A en B gaan uit terwijl het lampje
van toets C blijft knipperen. Tegelijkertijd gaat het controlelampje Eindeprogramma branden om aan te geven dat de geluidssignalen actief zijn.
4.
Om de geluidssignalen uit te schakelen nogmaals op toets C drukken: het
lampje Einde programma gaat uit om aan te geven dat de geluidssignalen
uitgeschakeld zijn.
5. Om de handeling in het geheugen op te slaan, de afwasmachine uitschakelen.
6. Om de geluidssignalen weer in te schakelen hoeft u alleen maar de
bovenstaande instructies op te volgen totdat het indicatielampjeEindeprogramma gaat branden.
Ingebruikneming
Voordat u uw afwasmachine in gebruik neemt:
• Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan
de installatie-instructies
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen uit het inwendige van de machine
• De waterontharder instellen
• Giet 1 liter water in het zoutreservoir en vul het reservoir vervolgens met regenereerzout
• Vul het glansmiddeldoseerbakje
Als u gebruik wilt maken van gecombineerde afwasmiddelblokjes zoals: "3 in 1", "4
in 1", "5 in 1" enz... dient u de multi-tab-functie (zie "Multi-tab-functie") in te
stellen.
De waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een waterontharder die is ontworpen om mineralen en zouten uit het leidingwater te verwijderen die een schadelijk of negatief
effect zouden hebben op de werking van het apparaat.
Hoe hoger het gehalte van deze mineralen en zouten is, des te harder is het water.
De hardheid van water wordt gemeten in equivalente eenheden, Duitse hardheid
De waterontharder instellen
11
(°dH), Franse hardheid (°TH) en mmol/l (millimol per liter - internationale eenheid
voor de hardheid van water).
De ontharder moet worden ingesteld in overeenstemming met de hardheid van
het water in uw omgeving. Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de hardheid van het water in uw woonplaats.
WaterhardheidAanpassen van de waterhard-
heidsinstelling
°dH°THmmol/lhandmatigelektronisch
51 - 7091 - 1259,1 - 12,52niveau 10ja
43 - 5076 - 907,6 - 8,92niveau 9ja
37 - 4265 - 756,5 - 7,52niveau 8ja
29 - 3651 - 645,1 - 6,42niveau 7ja
23 - 2840 - 504,0 - 5,02niveau 6ja
19 - 2233 - 393,3 - 3,92niveau 5ja
15 - 1826 - 322,6 - 3,21niveau 4ja
11 - 1419 - 251,9 - 2,51niveau 3ja
4 - 107 - 180,7 - 1,81niveau 2ja
< 4< 7< 0,71niveau 1nee
De waterontharder moet op beide manieren worden ingesteld: handmatig, met
behulp van de waterhardheidstoets en elektronisch.
Handmatig instellen
De afwasmachine wordt in de fabriek ingesteld op stand 2.
Gebruik van
zout
1. Open de deur van de afwasmachine.
2. Neem het onderrek uit de
afwasmachine.
3. Zet de waterhardheidstoets in stand 1
of 2 (zie tabel).
4. Plaats het onderrek terug.
Gebruik van afwasmachinezout
12
Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5.
1. Druk op de On/Off toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan.
2.
Druk tegelijkertijd op de toetsen B en C en houd deze ingedrukt totdat de
lampjes van de toetsen A, B en C beginnen te knipperen.
3.
Druk op toets A, de controlelampjes van toets B en C gaan uit terwijl het
controlelampje van toets A blijft knipperen. Tegelijkertijd begint het
controlelampje Einde programma te knipperen en klinkt er een reeks onderbroken geluidssignalen. Het huidige niveau wordt aangegeven door het aantal
keren dat het controlelampje Einde programma (zie figuur) knippert, samen
met een serie onderbroken geluidssignalen en een onderbreking van enkele
seconden.
Om het niveau te wijzigen dient u de toets A in te drukken. Elke keer dat deze
toets wordt ingedrukt, wordt het niveau gewijzigd. (Zie de tabel voor de selectie
van het nieuwe niveau).
Voorbeelden: Als het huidige niveau 5 is, wordt door toets A één keer in te
drukken, niveau 6 geselecteerd. Als het huidige niveau 10 is, wordt door toets
A één keer in te drukken, niveau 1 geselecteerd.
5. Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de aan-/
uit-toets te drukken.
Gebruik van afwasmachinezout
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen zout dat specifiek is bestemd voor gebruik in afwasmachines. Alle
andere soorten zout die niet specifiek zijn ontwikkeld voor gebruik in een
afwasmachine, in het bijzonder tafelzout, zullen schade toebrengen aan de waterontharder. Vul alleen zout bij vlak voordat u een van de volledige afwasprogramma's gaat starten. Hiermee wordt voorkomen dat gemorste zoutkorrels of
zout water enige tijd op de bodem van de machine achterblijven, hetgeen corrosie
kan veroorzaken.
Gebruik van glansmiddel
Vullen:
1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine en schroef het deksel van het
zoutreservoir los door het tegen de wijzers van de klok in te draaien.
2.
Giet 1 liter water in het reservoir (dit is alleen nodig als de machine deeerste keer met zout wordt gevuld) .
3. Giet met behulp van de bijgeleverde
trechter zout in het reservoir totdat
het vol is.
4. Plaats het deksel terug en zorg er voor
dat er geen zoutresten achterblijven
op de schroefdraad of op de pakking.
5. Draai het deksel goed vast door het
met de klok mee te draaien tot de
aanslag (u hoort een klik).
Maak u geen zorgen als er bij het vullen
met zout water uit de vulopening stroomt, dit is heel normaal.
Het zoutcontrolelampje op het bedieningspaneel kan 2-6 uur blijven branden nadat
het zout is bijgevuld, ervan uitgaande dat de afwasmachine ingeschakeld blijft. Als
u gebruik maakt van zout dat minder snel oplost, kan dit nog langer duren. De
werking van de machine wordt hierdoor niet beïnvloed.
13
Gebruik van glansmiddel
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen merkglansmiddelen voor afwasmachines.
Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit met andere middelen (bijv. afwasmachine-
reinigingsmiddel, vloeibaar afwasmiddel). Dit zou het apparaat beschadigen.
Glansmiddel zorgt ervoor dat het serviesgoed grondig wordt gespoeld en vrij van
vlekken en strepen opdroogt.
Glansmiddel wordt tijdens de laatste keer spoelen automatisch gedoseerd.
Gebruik van glansmiddel
14
1. Open het reservoir door op de ont-
grendelknop (A) te drukken.
2. Giet glansmiddel in het reservoir. Het
maximale vulniveau wordt aangegeven door "max".
Het doseerbakje bevat ongeveer 110
ml glansmiddel, voldoende voor tussen de 16 en 40 afwascycli, afhankelijk
van de ingestelde dosering.
3. Zorg ervoor dat het deksel na het vul-
len goed wordt gesloten.
Neem eventueel bij het vullen gemorst
glansmiddel op met een absorberende
doek om de volgende keer als u een programma draait buitensporige schuimvorming te voorkomen.
De glansmiddeldosering in te stellen
Stel de dosering van het glansmiddel in overeenstemming met de bereikte einden droogresultaten in met behulp van de 6-standenschakelaar (stand 1 minimumdosering, stand 6 maximumdosering).
De dosering wordt in de fabriek ingesteld op stand 4.
Dagelijks gebruik
Verhoog de dosering als er na afloop van het
programma waterdruppels of kalkvlekken op
het serviesgoed achterblijven.
Verlaag de dosering als er kleverige witachtige
strepen op het serviesgoed achterblijven of
een blauwzweem op glaswerk of op de lemmeten van messen.
Dagelijks gebruik
• Controleer of het nodig is regenereerzout of glansmiddel bij te vullen.
• Plaats bestek en serviesgoed in de afwasmachine.
• Afwasmiddel doseren.
• Selecteer een programma dat geschikt is voor het bestek en het serviesgoed.
• Start het afwasprogramma.
15
Bestek en serviesgoed plaatsen
Sponzen, huishoudtextiel en voorwerpen die water kunnen absorberen mogen niet
in de afwasmachine worden gereinigd.
• Voordat u het serviesgoed in de machine plaatst, dient u:
– alle voedselresten en rommel te verwijderen.
– Laat aangebakken etensresten in pannen eerst inweken
Bestek en serviesgoed plaatsen
16
• Let bij het plaatsen van serviesgoed en bestek op de volgende punten:
– Borden en bestek mogen de draaibeweging van de sproeiarmen niet belem-
meren.
– Plaats holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen, enz. met de opening
naar beneden zodat ze niet vol water lopen.
– Borden en bestek mogen niet in elkaar liggen of elkaar bedekken.
– Zorg er ter voorkoming van schade aan glaswerk voor dat glazen elkaar niet
raken.
– Leg kleine voorwerpen in de bestekmand.
• Voorwerpen van kunststof en pannen met teflon hebben de neiging waterdruppels vast te houden; deze voorwerpen drogen niet zo goed als voorwerpen van
porselein en staal.
• Lichte voorwerpen (kunststofbakjes enz.) moeten in het bovenrek worden geplaatst en zo worden neergezet dat ze niet kunnen bewegen.
Het volgende serviesgoed en bestek is voor reiniging in de afwasmachine
niet geschikt:in beperkte mate geschikt:
• bestek met houten, hoornen, porseleinen of
parelmoeren handgrepen.
• voorwerpen van kunststof die niet hittebestendig zijn.
• ouder bestek met gelijmde onderdelen die
niet hittebestendig zijn.
• gelijmd bestek of gelijmde borden.
• tinnen of koperen voorwerpen.
• glaswerk van loodkristal.
• gemakkelijk roestende stalen voorwerpen.
•houten schotels.
• voorwerpen gemaakt van synthetische vezels.
• Reinig aardewerk alleen in de afwasmachine
als het door de fabrikant specifiek wordt gekenmerkt als afwasmachinebestendig.
• Geglazuurde dessins kunnen vervagen als ze
vaak in de afwasmachine gewassen worden.
• Zilveren en aluminium hebben de neiging om
tijdens het reinigen te verkleuren: Etensresten, bijv. eiwit, eierdooier en mosterd, veroorzaken op zilver vaak verkleuring en vlekken.
Verwijder etensresten dan ook onmiddellijk
van zilver, als dit niet meteen na gebruik
wordt afgewassen.
Open de deur en schuif de rekken naar buiten om het serviesgoed te plaatsen.
Het onderrek
Plaats groter en sterk vervuild serviesgoed in
het onderrek.
Om het plaatsen van grote borden makkelijker
te maken, kunnen de 2 rechter bordenrekken
in het onderrek neergeklapt worden.
Bestek en serviesgoed plaatsen
17
De bestekmand
WAARSCHUWING!
Rechtop geplaatste lange messen zijn een potentieel gevaar. Lang en/of scherp
snijgereedschap zoals bijvoorbeeld vleesmessen moeten horizontaal in het bovenrek worden gelegd. Pas op bij het plaatsen of uitnemen van scherpe voorwerpen
zoals messen.
Opdat alle bestekdelen in de bestekmand door water worden omspoeld, moet u:
Bestek en serviesgoed plaatsen
18
1. de roosterinzet op de bestekmand
plaatsen.
2. vorken en lepels met de greep naar
onderen in de bestekmand plaatsen.
Voor groter kookgerei, zoals gardes,
een helft van het bestekrooster weghalen.
Bovenrek
Plaats klein, teer serviesgoed of lange, puntige
bestekdelen in het bovenrek.
• Plaats serviesgoed op en onder de
neergeklapte kopjesrekken, zodanig dat ze
elkaar niet raken en het water alle voorwerpen kan bereiken.
Bestek en serviesgoed plaatsen
• De kopjesrekken kunnen worden opge-
klapt zodat er plaats is voor hoge serviesdelen.
• Leg of hang wijn- en cognacglazen in de
gleuven in de kopjesrekken.
De hoogte van het bovenrek aanpassen
Maximale hoogte van borden in:
het bovenrekOnderrek
Met bovenrek in hoogste stand 24 cm34 cm
Met bovenrek in laagste stand 26 cm32 cm
De hoogte van het bovenrek kan ook versteld worden als het rek gevuld is.
19
Hoger/lager plaatsen van het bovenrek:
1. Trek het bovenrek helemaal naar buiten.
2. Houd het bovenrek vast bij de handgreep, trek het zo ver mogelijk naar
boven en laat het dan verticaal naar
beneden zakken.
Het bovenrek klikt in de onderste of
bovenste positie vast.
WAARSCHUWING!
Sluit na het vullen van de machine altijd
de deur, want een open deur kan gevaarlijk zijn.
Controleer alvorens de deur te sluiten dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien.
Gebruik van afwasmiddel
20
Gebruik van afwasmiddel
Gebruik uitsluitend afwasmiddelen die specifiek zijn bedoeld voor gebruik in afwasmachines.
Neem de aanbevelingen van de fabrikant voor dosering en bewaren op de verpakking van het afwasmiddel in acht.
Het gebruik van niet meer dan de juiste hoeveelheid afwasmiddel draagt bij aan
minder milieuverontreiniging.
Afwasmiddel doseren
1. Open het deksel.
2. Vul het afwasmiddelbakje (1) met afwasmiddel. De markering geeft de doseerniveaus aan:
20 = ca. 20 g afwasmiddel
30 = ca. 30 g afwasmiddel.
3. Alle programma's met voorwas hebben een extra dosering afwasmiddel
nodig (5/10 g) dat in het
afwasmiddelbakje voor de voorwas (2)
moet worden gedaan.
Deze dosering wordt gebruikt tijdens
de voorwasfase.
4. Bij gebruik van afwasmiddeltabletten,
het tablet in vakje (1) leggen
5. Sluit het deksel en druk totdat het op
zijn plaats klikt.
Afwasmiddeltabletten
Afwasmiddeltabletten van verschillende
fabrikanten lossen niet allemaal even snel
op. Daarom bereiken bepaalde afwasmiddeltabletten tijdens korte programma's
niet hun volledige reinigingswerking. Kies
daarom bij het gebruik van afwasmiddeltabletten lange programma's, om ervoor te zorgen dat tabletresten volledig worden
verwijderd.
Multi-tab-functie
Dit apparaat is uitgerust met de "Multi-tab-functie", die het gebruik van combitabletten mogelijk maakt.
Dit zijn producten met een gecombineerde reinigings-, glans- en zoutfunctie. Ook
kunnen zij verschillende andere middelen bevatten afhankelijk van de soort tabletten die u kiest ("3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" etc...).
Controleer of deze producten geschikt zijn voor uw waterhardheid. Zie de instructies van de fabrikant.
Deze functie kan worden geselecteerd in combinatie met alle programma's. Met
de selectie van deze functie wordt de toevoer van glansmiddel en zout vanuit de
desbetreffende reservoirs automatisch stopgezet en ook de controlelampjes voor
zout en glansmiddel worden gedeactiveerd.
Selecteer de "Multi-tab-functie", voordat een afwasprogramma wordt gestart.
Als deze functie is geselecteerd (controlelampje brandt) blijft hij ook actief
gedurende de volgende afwasprogramma's.
Bij gebruik van de "multi-tab-functie" kan de duur van de cyclus veranderen.
Als het programma loopt kan de "Multi-tab-functie" NIET meer worden gewijzigd.
Als u de "Multi-tab-functie" wilt uitschakelen, moet u eerst het ingestelde
programma annuleren en vervolgens de "Multi-tab-functie".
In dat geval moet u opnieuw een programma (inclusief gewenste opties) instellen.
21
22
In- of uitschakelen van de Multi-tab-functie
Druk op de Multi-tab-toets: het bijbehorende controlelampje brandt. Dit betekent
dat de functie actief is.
Om de functie uit te schakelen dient u opnieuw de Multi-tab-toets in te drukken:
het controlelampje gaat uit.
Als u niet tevreden bent over het droogresultaat adviseren wij u:
1. het glansmiddeldoseerbakje te vullen met glansmiddel.
2. de glansmiddeldosering te activeren.
3. de dosering van het glansmiddel in te stellen op stand 2.
• De glansmiddeldosering kan alleen worden geactiveerd/gedeactiveerd als de
"Multi-Tab-functie" is ingeschakeld.
Activering/deactivering van de glansmiddeldosering
1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan.
2.
Druk tegelijkertijd op toetsen B en C, totdat de lampjes van toetsen A , B, en
C beginnen te knipperen.
3.
Druk op toets B, de lampjes van toetsen A en C gaan uit terwijl het lampje van
toets B blijft knipperen: het controlelampje einde programma gaat branden,
waarmee aangegeven wordt dat het glansmiddeldoseerbakje is geactiveerd.
4.
Om de instelling te wijzigen nogmaals op toets B drukken, tot het
controlelampje einde programma uit gaat.
5. Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de aan-/
uit-toets te drukken.
Als u besluit weer over te gaan op het gebruik van de standaardafwasmiddelen
adviseren wij u:
1. de "Multi-Tab-functie" uit te schakelen.
2. het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje opnieuw te vullen.
3. Stel de waterhardheid in op de hoogste stand en laat 1 normaal
afwasprogramma, zonder serviesgoed, draaien.
4. de waterhardheid in te stellen in overeenstemming met de hardheid van het
water in uw omgeving.
5. De glansmiddeldosering in te stellen.
Afwasprogramma's
Afwasprogramma's
23
ProgrammaMate van
vervuiling
INTENSIV
CARE 70°
Sterk vervuild
Soort ser-
viesgoed
Serviesgoed, bestek, potten en pan-
Beschrijving programmaVerbruikswaarden
1)
Voorwas
Hoofdwas
Tussentijdse spoelbeurt
Laatste spoelgang
Drogen
Duur (minuten)
Energie (kWh)
1,5 -1,7
140 - 150
Water (liter)
16 - 18
nen
AUTO
2)
Gemengd
normaal en
sterk vervuild
Serviesgoed, bestek, potten en pan-
1/2x
12 - 23
1,1 - 1,5
90 - 115
nen
30 MIN
3)
Licht vervuild
Serviesgoed en
30
0,9
9
bestek
4)
ECO 50°
Normaal
vervuild
1) De verbruikswaarden zijn bedoeld als richtlijn en zijn afhankelijk van de druk en de temperatuur van het water,
maar ook van de variaties in de netspanning en de hoeveelheid serviesgoed.
2) Tijdens het afwasprogramma "Auto" wordt de hoeveelheid vuil op het serviesgoed bepaald door de troebelheid
van het water. De programmaduur en het water- en energieverbruik kunnen variëren; dit hangt af van het feit
of het apparaat geheel of gedeeltelijk is gevuld en of het servies licht of sterk is vervuild. De temperatuur van
het water wordt automatisch ingesteld tussen 45° C en 70° C.
3) Ideaal voor gebruik bij een gedeeltelijk gevulde afwasmachine. Dit is het perfecte dagelijkse programma, speciaal
bedoeld voor een gezin bestaande uit 4 personen om alleen het serviesgoed van het ontbijt en het avondeten
af te wassen.
4) Test programma voor testinstanties.
Serviesgoed en
bestek
150 - 160
1,0 - 1,2
12 - 14
Een afwasprogramma selecteren en starten
24
Een afwasprogramma selecteren en starten
Selecteer het afwasprogramma en de uitgestelde start met de deur enigszins geopend. De start van het programma of het aftellen voor de uitgestelde start begint
pas nadat de deur is gesloten. Tot dat moment kunnen de instellingen nog worden
gewijzigd.
1. Controleer of de rekken juist zijn geladen en of de sproeiarmen vrij kunnen
draaien .
2. Controleer of de waterkraan is geopend.
3. Druk op de aan-/uit-toets: alle programmalampjes gaan branden (instelmodus).
4. Druk op de toets die correspondeert met het gewenste programma (zie tabel
"afwasprogramma's"). Het controlelampje dat correspondeert met het
geselecteerde programma gaat branden.
Sluit de deur van de afwasmachine, het programma start automatisch.
Het programma instellen en starten met "uitgestelde start"
1. Druk na het kiezen van het programma de toets uitgestelde start in, tot het
overeenkomstige controlelampje van het gewenste aantal uren (3u, 6u of 9u)
begint te knipperen.
2. Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch.
3. Het aftellen vindt plaats in stappen van 3 uur.
4. Het openen van de deur onderbreekt het aftelproces.
5. Als de uitgestelde start is verstreken, start het programma automatisch.
De "uitgestelde start" en / of een afwasprogramma annuleren
• Om een lopend startuitstel te annuleren moet u de afwasmachine opnieuw in-
stellen.
• Bij het annuleren van een uitgestelde start wordt ook het ingestelde
afwasprogramma geannuleerd. In dit geval moet u het afwasprogramma opnieuw instellen. Als er een nieuw afwasprogramma moet worden gekozen,
controleer dan of er afwasmiddel in het doseerbakje zit.
WAARSCHUWING!
Onderbreek of annuleer een lopend afwasprogramma ALLEEN als het absoluut
noodzakelijk is. Let op! Als de deur wordt geopend kan hete stoom vrijkomen. Open
de deur voorzichtig.
De afwasmachine uitruimen
Een lopend afwasprogramma onderbreken:
• Open de deur van de afwasmachine; het programma stopt. Sluit de deur; het
programma gaat verder waar het was onderbroken.
• Druk op de aan-/uit-toets, alle lampjes gaan uit. Druk opnieuw op de aan-/uit-
toets; het programma gaat verder waar het was onderbroken.
Einde van het afwasprogramma
• De afwasmachine stopt automatisch.
• Het geluidssignaal laat u weten dat het programma is beëindigd.
• Open de deur van de afwasmachine.
• Het controlelampje einde programma gaat branden.
• Het controlelampje van het zojuist beëindigde programma blijft branden.
1. Schakel de afwasmachine uit door op de aan-/uit-toets te drukken.
2. Open de deur van de afwasmachine, laat hem op een kier staan en wacht een
paar minuten voordat u het serviesgoed uit de machine haalt; dit zal dan al
enigszins zijn afgekoeld en ook beter zijn gedroogd.
De afwasmachine uitruimen
25
• Hete borden zijn gevoelig voor stoten.
Het is daarom raadzaam het serviesgoed eerst te laten afkoelen alvorens de
machine uit te ruimen.
• Ruim eerst het onderrek en dan het bovenrek uit; hiermee voorkomt u dat er
water van het bovenrek op het serviesgoed in het onderrek druppelt.
• Er kan water op de zijkanten en de deur van de afwasmachine ontstaan omdat
roestvrij staal uiteindelijk koeler zal worden dan het serviesgoed.
LET OP!
Als het afwasprogramma is afgelopen is het raadzaam de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien.
Onderhoud en reiniging
26
Onderhoud en reiniging
De filters reinigen
De filters moeten van tijd tot tijd worden gecontroleerd en gereinigd. Vuile filters
beïnvloeden het afwasresultaat negatief.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de machine is uitgeschakeld voordat de filters worden schoongemaakt.
1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine.
2. Het filtersysteem van de
afwasmachine omvat een grof filter
(A), een microfilter (B) en een platte
filter. Ontgrendel het filtersysteem
met behulp van de hendel op het microfilter en neem het filter uit het
filtersysteem.
3. Draai de greep ongeveer een kwartslag naar links en verwijder het filtersysteem.
4.
Pak het grof filter (A) beet bij de greep
en verwijder het microfilter (B).
5. Maak alle filters onder stromend water grondig schoon.
Onderhoud en reiniging
6. Verwijder het platte filter uit de bodem van het afwascompartiment en
reinig het filter grondig aan beide
kanten.
7. Plaats het platte filter terug in de bodem van het afwascompartiment en
controleer of het filter goed op zijn
plaats zit.
8.
Plaats het grof filter (A) in het microfilter (B) en druk ze tegen elkaar.
9. Breng de filtercombinatie terug op
zijn plaats en vergrendel het geheel door de hendel tot de aanslag met de
wijzers van de klok mee te draaien. Let er bij deze procedure op dat het platte
filter niet boven de bodem van het afwascompartiment uitsteekt.
WAARSCHUWING!
Gebruik de afwasmachine NOOIT zonder filters. Een onjuiste terugplaatsing en bevestiging van de filters heeft slechtere afwasresultaten tot gevolg en kan resulteren
in schade aan het apparaat.
27
De sproeiarmen reinigen
Probeer NOOIT de sproeiarmen te verwijderen.
Als etensresten de openingen in de sproeiarmen hebben verstopt, verwijder deze
dan met een cocktailprikker.
Buitenkant
Reinig de buitenoppervlakken van de machine en het bedieningspaneel met een
vochtige zachte doek. Gebruik - indien nodig - alleen neutrale reinigingsmiddelen.
Gebruik nooit schurende producten, schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, trichlooretheen, enz.).
De binnenkant van de machine reinigen
Zorg ervoor dat de afdichtingsrubbers rondom de deur en het afwasmiddelbakje
en glansmiddeldoseerbakje regelmatig met een vochtige doek worden gereinigd.
Wat moet u doen, als ...
28
Wij adviseren eenmaal per 3 maanden een afwasprogramma voor ernstig vervuild
serviesgoed te draaien met afwasmiddel, maar zonder serviesgoed.
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt
Als u de afwasmachine gedurende langere tijd niet gebruikt, adviseren wij u:
1. de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien.
2. de deur op een kier te zetten om de vorming van onaangename geurtjes te
voorkomen.
3. het inwendige van de machine leeg en schoon te houden.
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Zet de machine niet op een plaats waar de temperatuur lager is dan 0 °C. Als het
toch niet anders kan, maak de machine leeg, sluit de deur, ontkoppel de watertoevoerleiding en laat deze leeglopen.
De machine verplaatsen
Als u de machine moet verplaatsen (bij verhuizing, enz.):
1. trek de stekker uit het stopcontact.
2. draai de waterkraan dicht.
3. verwijder de watertoevoer- en -afvoerslang.
4. trek de machine samen met de slangen naar voren.
Vermijd kantelen van de machine tijdens het vervoer.
Wat moet u doen, als ...
De afwasmachine start niet of stopt als hij bezig is. Bepaalde problemen zijn het
gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of onoplettendheid en kunnen
zonder de inschakeling van een monteur worden opgelost met behulp van de in
de tabel hieronder beschreven aanwijzingen.
Zet de afwasmachine uit en voer de volgende voorgestelde corrigerende handelingen uit.
Wat moet u doen, als ...
Storingscode en storingMogelijke oorzaak en oplossing
• Voortdurend knipperen van het
controlelampje programma bezig,
• 1 onderbroken geluidssignaal
• 1 keer knipperen van het controlelampje
einde programma,
De afwasmachine wordt niet gevuld met water.
• Voortdurend knipperen van het
controlelampje programma bezig,
• 2 intermitterende geluidssignalen
• 2 keer knipperen van het controlelampje
einde programma,
Het afwaswater wordt niet afgevoerd.
• Voortdurend knipperen van het
controlelampje programma bezig,
• 3 intermitterende geluidssignalen
•
3 keer knipperen van het controlelampje
einde programma,
Anti-overstromingsinrichting is geactiveerd.
Het programma begint niet.• De deur van de afwasmachine is niet goed
• De waterkraan is verstopt of aangezet met
kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
• De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan
open.
• Het filter (indien aanwezig) in de schroeffitting van de slang bij de waterinlaatklep is
verstopt.
Reinig het filter in de schroeffitting.
• De watertoevoerslang is niet juist geplaatst of
is gebogen of geknikt.
Controleer de aansluiting van de waterafvoerslang.
• De gootsteenafvoer is geblokkeerd.
Ontstop de gootsteenafvoer.
• De waterafvoerslang is niet juist geplaatst of
is gebogen of geknikt.
Controleer de aansluiting van de waterafvoerslang.
• Draai de waterkraan dicht en neem contact
op met onze service-afdeling.
gesloten. Sluit de deur.
• De stekker zit niet in het stopcontact. Steek
de stekker in het stopcontact.
• De zekering in de meterkast is doorgebrand.
Vervang de zekering.
• Uitgestelde start is ingesteld.
Annuleer de uitgestelde start als het servies-
goed direct moet worden afgewassen.
29
Nadat u deze controles hebt uitgevoerd, schakelt u het apparaat in: Het programma
gaat verder op het punt waar het was onderbroken.
Als de storing of storingscode zich opnieuw voordoet, dient u contact op te nemen
met onze service-afdeling.
Wat moet u doen, als ...
30
Voor andere, niet in de bovenstaande tabel beschreven storingscodes dient u ook
contact op te nemen met ELECTROLUX Service, onder vermelding van het model
(Mod.), productnummer (PNC) en serienummer (S.N.).
Deze informatie is te vinden op het typeplaatje aan de zijkant van de deur van de
afwasmachine.
Wij adviseren u deze nummers hier te noteren zodat u ze altijd bij de hand hebt:
Informatie over de elektrische aansluiting is te vinden op het typeplaatje op de binnenrand van de deur van de afwasmachine
Tips voor testinstanties
Het testen in overeenstemming met EN 60704 moet uitgevoerd worden met een
volledig geladen apparaat en met gebruik van het testprogramma (zie
"Wasprogramma's").
Het testen in overeenstemming met EN 50242 moet worden uitgevoerd nadat
het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje gevuld zijn met respectievelijk
zout en glansmiddel en met gebruik van het testprogramma (zie "Wasprogramma's").
31
Volledige belading: 12 standaardcouverts
Hoeveelheid benodigd afwasmiddel:5 g + 25 g (type B)
Instelling glansmiddel:stand 4 (type III)
Tips voor testinstanties
32
Voorbeelden voor het inruimen van de afwasmachine:
Bovenrek
1)
Onderrek met bestekmandBestekmandje
1) Als er kopjesrekken aan de linkerkant zijn geplaatst, verwijder deze dan.
Installatie
Installatie-instructie
Installatie
WAARSCHUWING!
Alle elektrotechnische en/of loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van het apparaat dienen te worden uitgevoerd door een erkend installateur.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen alvorens de machine te plaatsen.
Plaats de machine indien mogelijk naast een waterkraan en een afvoer.
Deze afwasmachine is ontworpen voor installatie onder een keukenblad of werk-
oppervlak.
Let op! Volg nauwgezet de instructies op de bijgeleverde mal voor de inbouw van
de afwasmachine en plaatsing van het meubelpaneel.
Er zijn geen verdere openingen voor de ontluchting van de afwasmachine vereist,
maar alleen om de watertoevoer- en afvoerslang en het aansluitsnoer door te laten.
De afwasmachine is voorzien van stelvoetjes voor het instellen van de hoogte.
Tijdens alle werkzaamheden waarbij interne onderdelen toegankelijk zijn, dient de
stekker uit het stopcontact te worden getrokken.
Zorg er bij het op zijn plaats schuiven van de machine voor dat de watertoevoers-
lang, de afvoerslang en het aansluitsnoer niet zijn geknikt of worden platgedrukt.
33
Bevestigen aan de aangrenzende keukenmeubelen
De afwasmachine moet beveiligd worden tegen kantelen.
Zorg er daarom voor dat het aanrecht waaronder de machine geplaatst wordt,
stevig bevestigd is aan een vaste structuur (aangrenzende keukenunits, kasten,
muur).
Waterpas installatie
Een machine die goed waterpas staat is essentieel voor een goede sluiting en afdichting van de deur. Als het apparaat goed waterpas staat, raakt de deur aan geen
34
van de kanten de behuizing. Als de deur niet goed sluit, draai dan de stelvoetjes in
of uit totdat de machine perfect waterpas staat.
Wateraansluitingen
Aansluiting op een koudwaterkraan wordt aanbevolen. Als de aansluiting wordt
gemaakt op een heetwaterkraan, dan mag de temperatuur van het water niet hoger
zijn dan 60\xC2\xB0C. Het gebruik van warm water is niet altijd efficiënt bij sterk
vervuild serviesgoed omdat het afwasprogramma in dat geval sterk wordt verkort.
Voor het tot stand brengen van de aansluiting zelf is de wartelmoer die aan de
waterslang van de machine is bevestigd, geschikt voor montage op een
leidinguiteinde van 3/4" gasdraad of op een speciale kraan met snelkoppeling zoals
de Press-block.
De waterdruk moet zich binnen de grenzen bevinden zoals vermeld in de "Technische specificaties". Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de gemiddelde
leidingwaterdruk in uw omgeving.
De watertoevoerslang mag tijdens het aansluiten niet zijn geknikt, worden platgedrukt of in de knoop zitten.
De afwasmachine is voorzien van een vul- en afvoerslang die afhankelijk van de
installatie door middel van de sluitmoer naar links of naar rechts kunnen worden
gedraaid.
De sluitmoer moet goed worden bevestigd om waterlekkage te voorkomen.
(Let op! NIET alle modellen afwasmachines hebben vul- en afvoerslangen die zijn
uitgerust met een sluitmoer. In dat geval is de genoemde voorziening niet mogelijk).
Als de machine wordt aangesloten op nieuwe leidingen of op leidingen die lang
niet zijn gebruikt, dient u het water enkele minuten te laten doorlopen alvorens de
toevoerslang aan te sluiten.
Gebruik GEEN aansluitslangen die eerder voor een oude machine zijn gebruikt.
Dit apparaat is uitgerust met veiligheidsvoorzieningen die voorkomen dat het in
de machine gebruikte water terugkeert in het drinkwatersysteem. Dit apparaat
voldoet aan de van toepassing zijnde regelgeving voor loodgieterswerk.
Watertoevoerslang met veiligheidsklep
Na aansluiting van de dubbelwandige watertoevoerslang bevindt de veiligheidsklep
zich bij de kraan. Daarom bevindt de watertoevoerslang zich alleen onder druk als
35
het water loopt. Als de watertoevoerslang dan begint te lekken, sluit de veiligheidsklep het stromende water af.
Pas op als u de watertoevoerslang installeert:
• de elektriciteitskabel voor de veiligheidsklep bevindt zich in de dubbelwandige
watertoevoerslang. Dompel de watertoevoerslang of de veiligheidsklep niet in
water.
• Ais de watertoevoerslang of de veiligheidsklep beschadigd raken, trek dan direct
de stekker uit het stopcontact.
• Een watertoevoerslang met veiligheidsklep mag alleen worden vervangen door
een specialist of door ELECTROLUX Service.
• Plaats de watertoevoerslang zo dat hij nooit hoger is dan de onderrand van de
veiligheidsklep.
WAARSCHUWING!
Waarschuwing! Gevaarlijke spanning.
Aansluiting waterafvoerslang
Het uiteinde van de afvoerslang kan op de volgende manieren worden aangesloten:
1. Aan de gootsteenafvoer, met bevestiging tegen de onderkant van het werk-
oppervlak. Hiermee wordt voorkomen dat gootsteenwater de machine inloopt.
2. Aan een standpijp voorzien van een ventilatieopening, minimale binnendia-
meter 4 cm.
36
De afvalwateraansluiting moet zich op een
hoogte bevinden van 60 cm vanaf de bodem
van de afwasmachine.
De afvoerslang kan vanaf de afwasmachine
naar links of naar rechts lopen.
Verzeker u ervan dat de slang niet gebogen is
of platgedrukt wordt, aangezien dit de afvoer
van water kan vertragen of in de weg staan.
De stop mag niet in de afvoer zitten als de
machine water aan het afvoeren is, aangezien
het water dan weer in de machine terug kan
lopen.
De totale lengte van de afvoerslang, inclusief een eventueel verlengstuk, mag niet
langer zijn dan 4 meter. De binnendiameter van het verlengstuk mag niet kleiner
zijn dan de diameter van de bijgeleverde slang.
Evenmin mag de binnendiameter van de voor de aansluitingen aan de afvoer
gebruikte koppelingen kleiner zijn dan de diameter van de bijgeleverde slang.
Bij het aansluiten van de afvoerslang op een sifon onder de gootsteen moet hetgehele plastic membraan (A) verwijderd worden. Indien niet het gehele membraan wordt verwijderd zullen zich op den duur voedseldeeltjes verzamelen die de
afvoerslang van de afwasmachine kunnen verstoppen.
Onze apparaten worden geleverd met een veiligheidsvoorziening die ervoor zorgt dat vuil water niet terug
kan lopen in de machine. Als uw gootsteenafvoer is
voorzien van een geïntegreerde terugslagklep kan dit
een goede waterafvoer van uw afwasmachine in de weg
staan. Wij adviseren u dan ook de terugslagklep te verwijderen.
37
WAARSCHUWING!
Het apparaat moet volgens de veiligheidsvoorschriften worden geaard.
Alvorens het apparaat in gebruik te nemen dient u zich ervan te verzekeren dat de
nominale spanning en het spanningstype op het typeplaatje in overeenstemming
zijn met de netspanning waarop de machine aangesloten gaat worden.
Ook de waarde van de zekering is te vinden op het typeplaatje.
Steek de stekker altijd in een correct geïnstalleerd schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meervoudige stekkers, verloopstekkers en verlengkabels.
Hierdoor kan brandgevaar door oververhitting ontstaan.
Laat indien nodig de wandcontactdoos van de huisinstallatie verplaatsen. Neem
contact op met onze service-afdeling als het aansluitsnoer moet worden vervangen.
De stekker moet na de installatie van het apparaat toegankelijk zijn.
Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact. Trek altijd aan de stekker
zelf.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als boven genoemde veilig-
heidsmaatregelen niet in acht worden genomen.
Het milieu
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet
als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als
u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen
voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie
over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen worden gerecycled. De
kunststofonderdelen zijn gemarkeerd, bijv. >PE<, >PS <, enz. Gooi het verpakkingsmateriaal in de daarvoor bedoelde container bij uw plaatselijke afvaldienst.
38
WAARSCHUWING!
Als u het apparaat afdankt:
• trek de stekker uit het stopcontact.
• snijd het aansluitsnoer met de stekker af en gooi het weg.
• Verwijder het slot van de deur. Zo voorkomt u dat kinderen zichzelf insluiten en
hun leven in gevaar brengen.
39
www.electrolux.com
www.aeg-electrolux.nl
117974080-00-13112007
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.