AEG EBA64520X, EBA63820X, PE3820-M, PE4520-M User Manual [nl]

PE3820-M PE4520-M
S Bruksanvisning
DK Brugervejledning
N Instruksjonsveiledning SF Käyttöopas GB Instructions
F Mode d’emploi
I Istruzioni per l’uso NL Gebruiksaanwijzingen ES Instrucciones para el uso PT Instruções de utilização GR Οδηγίες χρήσης CZ Návod k použití
PL Instrukcja obsługi H Használati kézikönyv SK Návod na použitie SLO Uporabniški priročnik HR Priručnik sa uputstvima SRB Priručnik sa uputstvima RO Manual instrucţiuni LV
Instrukciju rokasgrāmata
LT Naudotojo vadovas EST Kasutusjuhend TR Kullanım talimatları BG
Наръчник с инструкции
RU
Инструкции по эксплуатации
A
A3
A8 A10A7 A6
A4 A5
B
A1A2
A11
A9
B2 B3 B4 B5 B10 B11 B12 B13
A14
A23
A13
A12
A15 A16 A17
B1
A18
A19
A20
A21
A22
A25
A24
C
B6 B7 B8 B9 B14
C1
C6
C5
C4
C3
C7
C2
1 4
5678
9101112
13 14 16
2
15
3
2
1
17 18
22
19 20
24
27
21
28
25
26
23
31 32
29
30
12
1 2 3 4 5 6 7 8
9 10 11 12
1
22
1
6
NL
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING................................7
In deze aanwijzingen gebruikte symbolen .7
Letters tussen haakjes................................7
Problemen en reparaties ............................7
VEILIGHEID ..............................7
Belangrijke waarschuwingen voor de veili-
gheid ..........................................................7
Gebruik conform de bestemming...............8
Gebruiksaanwijzingen.................................8
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT.8
Beschrijving van het apparaat ...................8
Beschrijving van het bedieningspaneel.......8
Beschrijving van het melkreservoir en ac­cessoires
.......................................................9
VOORBEREIDENDE
WERKZAAMHEDEN .....................9
Controle van het transport..........................9
Installatie van het apparaat.........................9
Aansluiting van het apparaat ......................9
VERWERKING............................9
INSTALLATIE (INBOUW)..............10
EERSTE GEBRUIK VAN HET
APPARAAT..............................12
Installatie van het filter .............................12
Vervanging van het filter ..........................13
Verwijdering van het filter ........................13
INSCHAKELING EN OPWARMING ...14 KOFFIE ZETTEN (MET KOFFIEBONEN)14 DE HOEVEELHEID KOFFIE IN HET
KOPJE WIJZIGEN ......................15
DE MAALGRAAD REGELEN ..........16
ESPRESSOKOFFIE ZETTEN MET VOORGEMALEN KOFFIE (IN PLAATS VAN KOFFIEBONEN)
....................16
AFGIFTE VAN HEET WATER..........16
DE HOEVEELHEID HEET WATER
WIJZIGEN...............................17
CAPPUCCINO BEREIDEN ............17
DE HOEVEELHEID KOFFIE EN MELK VOOR CAPPUCCINO WIJZIGEN . . .18
De hoeveelheid melk wijzigen ..................18
De hoeveelheid koffie wijzigen .................18
MEERDERE KOPPEN KOFFIE ZETTEN
MET DE KAN-FUNCTIE................19
DE PARAMETERS VAN DE KAN-
FUNCTIE WIJZIGEN ...................19
REINIGING..............................20
Reiniging van het apparaat.......................20
Reiniging van het koffiedikreservoir .........20
Reiniging van het drupbakje.....................20
Reiniging van de watertank ......................21
Reiniging van de spuitmonden.................21
Reiniging van de trechter voor het inbren-
gen van de voorgemalen koffie.................21
Reiniging van de binnenkant van het appa-
raat...........................................................21
Reiniging van de koffiezeteenheid ............21
Reiniging van het melkreservoir...............22
Reiniging van de koffiekan .......................22
DE MENUPARAMETERS WIJZIGEN EN
INSTELLEN .............................22
Instelling van de taal ................................23
Spoelen ....................................................23
Wijziging van de uitschakeltijd .................23
Instelling van de klok................................23
Instelling van het tijdstip van automatische
inschakeling .............................................24
Wijziging van de koffietemperatuur..........24
Programmering van de hardheid van het
water ........................................................24
Programmering koffie ..............................25
Programmering cappuccino.....................25
Programmering kan .................................25
Programmering heet water.......................25
Ontkalking ................................................25
Herstellen van de fabrieksinstellingen
(reset) ......................................................26
Statistiek-modus ......................................26
Zoemer.....................................................26
Contrastregeling.......................................26
Waterfilter ................................................27
UITSCHAKELING VAN HET APPARAAT27
TECHNISCHE GEGEVENS .............27
MELDINGEN OP HET DISPLAY ......28
OPLOSSING VAN PROBLEMEN......30
INLEIDING
In deze aanwijzingen gebruikte symbolen
De belangrijke waarschuwingen gaan van deze symbolen vergezeld. Veronachtzaming van de vermelde aanwijzingen kan elektrische schokken, ernstig letsel, brandwonden, brand of schade aan het apparaat veroorzaken.
Gevaar!
Veronachtzaming kan de oorzaak zijn of is de oorzaak van letsels door elektrische schokken met gevaar voor het leven.
Attentie!
Veronachtzaming kan de oorzaak zijn of is de oorzaak van letsel of schade aan het apparaat.
Gevaar brandwonden!
Veronachtzaming kan de oorzaak zijn of is de oorzaak van brandwonden of verbrandingen.
Nota Bene:
Belangrijke informatie voor de gebruiker.
Letters tussen haakjes
De letters tussen haakjes komen overeen met de le­genda in de Beschrijving van het apparaat (pag. 3).
Problemen en reparaties
Volg, in geval van problemen, de aanwijzingen op in de paragrafen “Meldingen op het display” en “Oplossing van problemen”. Als deze ondoeltref­fend mochten blijken, wordt geadviseerd om de klantenservice te raadplegen. Wendt u zich voor reparaties uitsluitend tot de Technische Service.
VEILIGHEID
Belangrijke waarschuwingen betreffende de veiligheid
Attentie!
Dit apparaat is uitsluitend be­stemd voor huishoudelijke doeleinden. Gebruik in de volgende ruimten/situaties is niet voorzien:
ruimten ingericht als keuken voor het perso-
neel van winkels, kantoren en andere wer-
kzones
vakantieboerderijen
hotels, motels en andere logiesgelegenheden
kamerverhuurders
Gevaar!
Aangezien het apparaat met elektrische stroom werkt, dient men zich aan de volgende veiligheidsvoorschriften te houden:
Raak het apparaat nooit met vochtige of natte
handen aan.
Raak de stekker nooit met vochtige of natte
handen aan.
Controleer of het gebruikte stopcontact altijd
vrij toegankelijk is, want alleen op die manier kan de stekker indien nodig meteen verwij­derd worden.
Probeer de defecten van het apparaat niet ei-
genhandig te repareren. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar (A23), verwijder de stekker uit het stopcontact en wendt u zich tot de Technische Service.
Attentie!
Bewaar het verpakkingsmateriaal (plastic zakjes, piepschuim, e.d.) buiten het bereik van kinderen.
Attentie!
Sta het gebruik van dit appa­raat niet toe aan personen (ook kinderen) met be­perkte mentale, fysieke of sensoriële capaciteiten, of met onvoldoende ervaring of kennis, tenzij ze aandachtig worden gevolgd of geïnstrueerd door iemand die verantwoordelijk is voor hun veili­gheid. Houd toezicht op kinderen en zorg ervoor dat ze niet met het apparaat spelen.
Gevaar brandwonden!
Dit apparaat pro­duceert heet water en wanneer het werkt kan er waterdamp gevormd worden. Let op dat u niet in contact komt met waterspatten of hete stoom. Gebruik de knoppen of handgrepen.
Attentie!
Steunt u niet op het apparaat wanneer het uit het meubel is getrokken. Plaats geen voorwerpen op het apparaat die vloeistoffen, ontvlambare of corrosieve materialen bevatten, ge­bruik het accessoirevak voor het opbergen van de accessoires die nodig zijn voor het zetten van kof­fie (bijvoorbeeld het maatschepje). Plaats geen grote voorwerpen die bewegingen kunnen verhin-
7NL8
deren of instabiele voorwerpen op het apparaat.
Attentie!
Gebruik het huishoudelijke ap­paraat niet wanneer het uit zijn nis is getrokken: wacht altijd tot het apparaat inactief is alvorens het uit te trekken.
Het regelen van de maalgraad vormt hierop een uitzondering, wat namelijk bij uit­getrokken apparaat moet gebeuren (zie hoofdstuk “De maalgraad regelen”).
Nota Bene:
Gebruik uitsluitend originele of door de fabrikant aanbevolen accessoires en re­serveonderdelen.
Gebruik conform de bestemming
Dit apparaat is gemaakt voor het zetten van koffie en het verwarmen van drankjes. Elk ander gebruik moet als oneigenlijk beschouwd worden. Dit appa­raat is niet geschikt voor commercieel gebruik. De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door oneigenlijk gebruik van het apparaat. Dit apparaat kan geïnstalleerd worden in combinatie met een inbouwoven, als deze oven aan de bovenkant voorzien is van een koelventilator (maximumvermogen van de oven 3 kW).
Gebruiksaanwijzingen
Lees deze aanwijzingen aandachtig door alvorens het apparaat te gebruiken.
Bewaar deze aanwijzingen zorgvuldig.
Veronachtzaming van deze aanwijzingen kan
leiden tot letsel aan personen en schade aan het apparaat. De fabrikant aanvaardt geen aan­sprakelijkheid voor schade veroorzaakt door ve­ronachtzaming van deze gebruiksaanwijzingen.
Nota Bene:
Het apparaat is voorzien van een koelventilator. Deze treedt in werking wan­neer koffie, stoom of heet water wordt afgege­ven. Na enkele minuten gaat de ventilator automatisch uit.
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
Beschrijving van het apparaat
(pag. 3 - A) A1. Opzetvlak kopjes
A2. Servicedeurtje A3. Koffietoevoerlaatje A4. Koffiedikreservoir A5. Koffiezeteenheid A6. Verlichting opzetvlak kopjes A7. Inschakel-/standbyknop A8. Bedieningspaneel A9. Verlichting bedieningspaneel A10. Spuitmond warm water en stoom A11. Kan (Jug) A12. Watertank A13.
Afgiftegroep koffie (verstelbaar in de hoogte) A14. Drupbakje A15. Deksel van koffiebonenreservoir A16. Koffiebonenreservoir A17. Regelknop maalgraad A18. Klepje van trechter voor gemalen koffie A19. Maatschepje A20. Opbergruimte maatschepje A21. Trechter voor inbrengen voorgemalen koffie A22. Netsnoer A23. ON/OFF hoofdschakelaar A24. Accessoirevak A25. Klemmenblok A26. Waterfilter
Beschrijving van het bedieningspaneel
(pag. 3 - B)
Nota Bene:
Wanneer een functie wordt ge­bruikt, worden op het bedieningspaneel alleen die pictogrammen verlicht waarvan de commando’s beschikbaar zijn.
Nota Bene:
Om de pictogrammen te acti-
veren, is een lichte aanraking voldoende.
B1. Display: helpt de gebruiker bij het gebruik
van het apparaat.
B2. Pictogram voor het activeren of inacti-
veren van de instelmodus van de menupa­rameters
B3. Pictogram voor het in-/uitschakelen van
de verlichting A6 en A9
B4. Pictogram voor de selectie van de
smaak van de koffie
B5. Pictogram voor de selectie van de ge-
NL
9
wenste soort koffie (espressokopje, klein kopje, kopje medium, grote kop, beker)
B6. Pictogram ESC om de geselecteerde
modus af te sluiten
B7-B8. Pictogrammen om het menu in
beide richtingen te doorlopen en de ver­schillende werkwijzen weer te geven.
B9. Pictogram OK om de geselecteerde functie
te bevestigen
B10. Pictogram voor de afgifte van een kop
koffie
B11. Pictogram voor de afgifte van twee kop-
pen koffie
B12. Pictogram voor de afgifte van een
cappuccino B13. Pictogram voor de afgifte van heet water. B14. Pictogram “Kan” om meerdere koppen
koffie rechtstreeks in de kan te zetten
(bijgevoegd)
Beschrijving van het melkreservoir en accessoires
(pag. 3 - C) C1. Schuifje melkopschuiminrichting C2. Handgreep van het melkreservoir C3. Toets CLEAN C4. Melkopvoerpijpje C5. Afgiftepijpje opgeschuimde melk C6. Melkopschuiminrichting C7. Waterpijpje
VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN
Controle van het transport
Controleer, na de verpakking te hebben verwij­derd, of het apparaat intact is en alle accessoires aanwezig zijn. Gebruik het apparaat niet indien schade wordt geconstateerd. Wendt u zich tot de Technische Service.
Installatie van het apparaat
Attentie!
De installatie moet verricht worden door een
vakkundig technicus overeenkomstig de gel­dende plaatselijke voorschriften (zie par. “In-
stallatie (inbouw)”).
De verpakkingselementen (plastic zakken, polyester, e.d.) moeten buiten het bereik van kinderen gehouden worden.
Installeer het huishoudelijke apparaat nooit in vertrekken waar de temperatuur tot 0° C kan zakken.
Pas zo snel mogelijk de waarden van de har­dheid van het water aan volgens de aanwij­zingen in “Programmering van de hardheid van het water”.
Aansluiting van het apparaat
Gevaar!
Controleer of de netspanning ove­reenkomt met de spanning aangeduid op het gege­vensplaatje aan de onderkant van het apparaat. Sluit het apparaat alleen aan op een volgens de regels geïnstalleerd stopcontact met een minimaal ver­mogen van 10A en voorzien van een doeltreffende aarding. Indien de stekker niet in het stopcontact past, het stopcontact door een vakman laten ver­vangen door een stopcontact van het geschikte type. Voor het in acht nemen van de veiligheidsri­chtlijnen, moet tijdens de installatie een meerpolige schakelaar met een minimumafstand tussen de contacten van 3 mm worden gebruikt. Gebruik geen meervoudige contactdozen of verlengsnoeren.
Attentie!
Er moeten uitschakelvoorzie­ningen in het stroomnet aanwezig zijn die vol­doen aan de nationale installatievoorschriften.
VERWERKING
Elektrische apparaten mogen niet samen met het gewone huishoudelijke afval worden ver­werkt. De apparaten die van dit symbool zijn
voorzien, vallen onder de Europese richtlijn 2002/96/EG. Alle afgedankte elektrische en elektroni­sche apparaten moeten apart van het huishoudelijke afval worden verwerkt, door ze naar speciale door de overheid aangewezen centra te brengen. Door het af­gedankte apparaat op de juiste manier te verwerken, worden schade aan het milieu en risico’s voor de ge­zondheid voorkomen. Wendt u zich voor meer infor­matie over de verwerking van het apparaat tot uw gemeente, tot de afdeling gescheiden afvalinzameling, of tot de winkel waar het apparaat is gekocht.
NL
10
378 mm
594 mm
20 mm
398 mm
45 mm
45 mm
45
mm
4
5 mm
380 + 2 mm
850 mm Min
500 mm
545 mm Min.
20
0 cm
2
560 + 8
mm
45 m
m
45 mm
45
0 + 2 mm
M
in
560 + 8 mm
500 mm
545 mm Mi
n.
361 mm
528 mm
372 mm
15 mm
INSTALLATIE (INBOUW)
Controleer de benodigde minimumafmetingen voor de correcte installatie van het apparaat. Het koffiezetapparaat moet geïnstalleerd worden in een kolom en deze kolom moet stevig aan de muur bevestigd zijn m.b.v. beugels die in de han­del verkrijgbaar zijn.
Attentie:
Belangrijk: Alle installatie- en onderhoudswer­kzaamheden moeten verricht worden terwijl het apparaat van het elektriciteitsnet is afge­koppeld.
De keukenmeubels die rechtstreeks contact maken met het apparaat moeten hittebesten­dig zijn (min. 65°C).
Laat, om een correcte ventilatie te garanderen, een opening aan de onderkant van het meubel vrij (zie afmetingen op afbeelding).
NL
460 mm
594 mm
20 mm
398 mm
45 mm
45 m
m
45 mm
4
5 mm
450 + 2 mm
850 mm Min
500 mm
545 mm Min.
200 cm
2
560 + 8 mm
h 460 mm
h 378 mm
11
Bevestig het netsnoer met de hiervoor bestemde clip. Het netsnoer moet lang genoeg zijn om toe te staan dat het apparaat uit het meubel kan worden geschoven wanneer het koffiebonenreservoir gevuld moet worden.
De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht. De elektrische aansluiting moet door een gekwalificeerd technicus overeenkomstig de aanwijzingen uitgevoerd worden.
Plaats het apparaat op de rails en controleer of de pennen goed in hun zittingen zijn ingebracht, en bevestig daarna het apparaat met de bijgevo­egde schroeven. Gebruik voor de aanpassing van de hoogte van het apparaat de bijgevoegde cirkelvormige afstandsstukken.
Als het apparaat niet perfect waterpas mocht staan, kunnen de bijgevoegde afstandsstukken onder of opzij van de steun worden geplaatst.
x 16
x 2
Plaats de rails op de zijoppervlakken van het meubel, zoals getoond in de figuur. Bevestig de rails met de bijgeleverde schroeven en trek ze vervolgens volledig uit. Indien het koffiezetapparaat boven een “war­mhoudlade” geïnstalleerd wordt, gebruik dan het bovenste oppervlak van deze warmhoudlade als referentie voor het plaatsen van de rails. In dat geval zal er geen opzetvlak zijn.
app
r
ox. 350 mm
x 1
x 4 x 8
x 4
560 + 1 mm
x 1
Breng indien nodig de sierstaaf aan de onderkant van de lijst aan om eventuele uitlijningsverschil­len met andere huishoudelijke apparaten te com­penseren.
NL
12
EERSTE GEBRUIK VAN HET APPARAAT
Op de fabriek is er koffie gebruikt tijdens de controle van de machine; het is dus normaal als u sporen van koffie in de koffiemolen aan­treft.
Pas zo snel mogelijk de waarden van de har­dheid van het water aan volgens de proce­dure “Programmering van de hardheid van het water”.
1. Sluit het apparaat op het elektriciteitsnet aan. Stel de gewenste taal in.
2. Gebruik voor het instellen van de taal de pic­togrammen (B7 en B8) tot de gewenste taal wordt verkregen (fig. 2). Wanneer op het display de volgende melding verschijnt: “DRUK OK VOOR NEDERLANDS”, houd dan minstens 3 seconden het picto­gram OK (B9) (fig. 3) ingedrukt tot de mel­ding “NEDERLANDS INGESTELD” verschijnt. Als een niet gewenste taal wordt geselecte­erd, volg dan de aanwijzingen in hoofdstuk “Wijziging van de taal”. Als uw taal niet be­schikbaar is, kiest u dan een andere taal die vermeld is op het display. In de aanwijzingen wordt de Engelse taal als uitgangspunt ge­nomen. Volg hierna de aanwijzingen die op het display worden aangegeven:
3. Na 5 seconden geeft het apparaat weer “VUL TANK”: verwijder de tank (fig. 4), spoel hem en vul hem met schoon water zonder de streep MAX te overschrijden. Plaats de tank terug en duw hem goed aan. In de tank kan een waterfilter geïnstalleerd worden (fig. 30).
4. Plaats vervolgens een kopje onder het wa­terpijpje (fig. 5). (Als het waterpijpje niet is ingebracht, toont het apparaat de melding “PLAATS WATER­PIJPJE”. Bevestig dit pijpje zoals getoond in figuur 6. Het apparaat toont “HEET WATER DRUK OK”. Druk op het pictogram OK (B9) (fig. 3) en na enkele seconden loopt een be­etje water uit het pijpje.
5. Het apparaat toont “UITZETTEN WACHT AUB” en het apparaat gaat uit.
6. Trek het apparaat naar buiten bij de hiervoor
bestemde handgrepen (fig. 7): open het dek­sel en vul het koffiebonenreservoir, sluit het deksel en duw het apparaat weer naar bin-
nen. Nu is het apparaat klaar voor het normale ge­bruik.
Attentie!
Gebruik nooit voorgemalen kof­fie, oploskoffie, gekarameliseerde koffiebonen of andere voorwerpen die het apparaat kunnen be­schadigen.
Nota Bene:
Bij het eerste gebruik, is het noodzakelijk 4-5 kopjes koffie en 4-5 cappucci­no’s te zetten voordat een bevredigend resultaat wordt verkregen.
Nota Bene:
Bij elke inschakeling m.b.v. de ON/OFF hoofdschakelaar (A23), zal het apparaat de functie “AUTO-DIAGNOSE” starten om ver­volgens uit te schakelen; om het apparaat op­nieuw in te schakelen, moet op de inschakel-/standbyknop (A7) gedrukt worden (fig. 1).
Installatie van het filter
Sommige modellen zijn van een waterfilter voor­zien: dit verbetert de kwaliteit van het water en garandeert een langere levensduur van het appa­raat.
1. Verwijder het filter (A26) uit de verpakking;
2. Verplaats het schuifje van de datumaandui-
ding (zie fig. 30) tot de gebruiksmaanden worden weergegeven.
Nota Bene:
het filter duurt twee maanden als het apparaat op normale wijze wordt ge­bruikt, als het apparaat echter niet gebruikt wordt terwijl het filter geïnstalleerd is, heeft het filter een duur van maximaal 3 weken.
3. Vul de tank met een beetje water tot het in de figuur aangegeven niveau wordt bereikt.
NL
13
4. Doe het filter in de watertank en druk aan tot het de bodem van de tank raakt (zie figuur
30);
5. Vul de tank en breng hem in het apparaat aan en breng het waterpijpje aan (C7) (fig. 6).
6. Plaats een kan onder het waterpijpje (inhoud: minimaal 100 ml).
7. Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen;
8. Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat op het display het opschrift “INSTAL­LEER FILTER” verschijnt;
9. Druk op het pictogram OK (B9);
10. Op het display verschijnt nu de melding: “IN­STALLEER FILTER BEVESTIG AUB”.
11. Druk op het pictogram OK (B9) om de selec­tie te bevestigen (of op ESC (B6) om te an­nuleren); het display toont “HEET WATER DRUK OK”.
12. Druk op het pictogram OK (B9): op het di­splay verschijnt het opschrift “WACHT AUB…”, terwijl het apparaat met de afgifte van heet water begint. Na afgifte geeft het apparaat automatisch weer de ingestelde basiswerkwijzen weer.
Nota Bene:
Het apparaat kan vragen om de handeling meerdere malen te herhalen, na­melijk totdat alle lucht uit het hydraulische circuit is verwijderd.
Vervanging van het filter (“RESET FILTER”)
Wanneer het display “VERVANG FILTER” toont, of wanneer twee maanden zijn verstreken (zie da­tumaanduiding), moet het filter vervangen wor­den:
1. Verwijder het uitgewerkte filter;
2. Verwijder het nieuwe filter uit de verpakking;
3. Verplaats het schuifje van de datumaandui-
ding (zie fig. 30) tot de gebruiksmaanden worden weergegeven (het filter heeft een duur van twee maanden);
4. Doe het filter in de watertank en druk aan tot
het de bodem van de tank raakt (zie figuur
30);
5. Vul de tank, breng hem in het apparaat aan en breng het waterpijpje aan (C7) (fig. 6).
6. Plaats een kan (inhoud: min. 100 ml) onder het waterpijpje.
7. Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen;
8. Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat op het display het opschrift “RESET FILTER” verschijnt;
9. Druk op het pictogram OK (B9);
10. Op het display verschijnt nu de melding: “RESET FILTER BEVESTIG AUB”.
11. Druk op het pictogram OK (B9) om de selec­tie te bevestigen (of op ESC (B6) om te an­nuleren); het display toont “HEET WATER DRUK OK”.
12. Druk op het pictogram OK (B9): op het di­splay verschijnt het opschrift WACHT AUB…”, terwijl het apparaat met de afgifte van heet water begint. Na afgifte geeft het apparaat automatisch weer de ingestelde basiswerkwijzen weer.
Verwijdering van het filter
Om het apparaat zonder filter te gebruiken, moet het verwijderd worden en de verwijdering gemeld wor­den; ga hiervoor als volgt te werk:
1. Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen;
2. Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat op het display het opschrift “INSTALLEER FILTER*” verschijnt;
3. Druk op het pictogram OK (B9);
4. Op het display verschijnt nu de melding: “IN­STALLEER FILTER* BEVESTIG AUB”;
5. Druk op het pictogram ESC (B6);
6. Druk, nadat de asterisk rechts boven op het di­splay is verdwenen, op ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Nota Bene!
Gebruik uitsluitend filters die door de fabrikant worden aanbevolen. Het ge­bruik van ongeschikte filters kan schade aan het apparaat veroorzaken.
NL
14
INSCHAKELING EN OPWARMING
Elke keer dat het apparaat wordt ingeschakeld, wordt automatisch een opwarmings- en spoel­cyclus uitgevoerd die niet onderbroken kan wor­den. Het apparaat is alleen na uitvoering van deze cyclus klaar voor gebruik.
Gevaar brandwonden!
Tijdens het spoelen loopt een beetje warm water uit de spuit­monden van de afgiftegroep van de koffie. Druk, om het apparaat in te schakelen op de in­schakel-/standbyknop (fig. 1): op het display ver­schijnt de melding “VERWARMEN WACHT AUB”. Na het opwarmen toont het apparaat een andere melding: “SPOELEN”; Het apparaat is op tempe­ratuur wanneer op het display “KOPJE MEDIUM NORMAAL” verschijnt. Als na circa 2 minuten op geen enkel pictogram is gedrukt, verschijnt op het display de tijd (indien ingesteld) (zie para­graaf “Instelling van de klok”). Als de tijd niet is ingesteld, toont het apparaat de laatst ingestelde functies. Als op een willekeurig pictogram wordt gedrukt, verschijnt opnieuw “KOPJE MEDIUM NORMAAL”; het apparaat is opnieuw gereed om koffie te zetten.
KOFFIE ZETTEN (MET KOFFIEBONEN)
1. Het apparaat is in de fabriek ingesteld om
koffie met een normaal aroma af te geven. Het is mogelijk koffie met extra mild, mild, normaal, sterk of extra sterk aroma te zetten, en met de optie van voorgemalen koffie. Druk, om het gewenste aroma te selecteren, meerdere malen op het pictogram (B4) (fig. 8): het gewenste aroma verschijnt op het display.
2. Zet één kopje onder de afgiftegroep om 1
koffie te zetten (fig. 9) of 2 kopjes om 2 kof­fie te zetten (fig. 9). Om een smeuïger crème te verkrijgen, de af­giftegroep zo dicht mogelijk bij de kopjes brengen, door hem omlaag te zetten (fig. 10).
3. Druk op het pictogram (B5) (fig. 11) om het gewenste soort koffie te selecteren: espressokopje, klein kopje, kopje medium, grote kop, beker). Druk op het pictogram (B10) (fig. 12) als u één koffie wilt zetten en op het pictogram
(B11) (fig. 13) als u 2 koffie wilt zetten. Het apparaat maalt nu de koffiebonen en geeft de koffie af in het kopje. Zodra de vooraf ingestelde hoeveelheid kof­fie is verkregen, onderbreekt het apparaat de automatische afgifte en voert het koffiedik af naar het koffiedikreservoir.
4. Na enkele seconden is het apparaat opnieuw klaar voor gebruik.
5. Druk, om het apparaat uit te schakelen, op de inschakel-/standbyknop (A7) (fig. 1): (Vóór het uitschakelen, voert het apparaat automatisch een spoeling uit: let op dat u zich niet verbrandt).
OPMERKING 1: Als de koffie druppelsgewijs of helemaal niet afgegeven wordt, raadpleeg dan het hoofdstuk “Regeling van de maalgraad”. OPMERKING 2: Als de koffie te snel afgegeven wordt en de crème niet bevredigend is, raadpleeg dan het hoofdstuk “Regeling van de maalgraad”. OPMERKING 3: Tips om warmere koffie te ver­krijgen:
Ga te werk zoals beschreven in het hoofdstuk “De menuparameters wijzigen en instellen”, functie “Spoeling”.
Gebruik geen te dikke kopjes, omdat deze te veel warmte aan de koffie onttrekken, tenzij ze voorverwarmd worden.
Gebruik kopjes die zijn voorverwarmd door ze met warm water af te spoelen.
OPMERKING 4: Op elk moment kan de afgifte van koffie onderbroken worden door opnieuw op het eerder geselecteerde pictogram te drukken, dat verlicht blijft tijdens de werking. OPMERKING 5: Als u, zodra de afgifte is beëin­digd, de hoeveelheid koffie in de kop wilt verho­gen, moet u het eerder geselecteerde pictogram binnen 3 seconden na afloop van de afgifte inge­drukt houden). OPMERKING 6: wanneer op het display de vol­gende melding verschijnt: “VUL TANK” moet de
NL
15
watertank worden gevuld, want anders geeft het apparaat geen koffie af. (Het is normaal dat er nog wat water in het re­servoir staat). OPMERKING 7: na elke 14 enkele kopjes koffie (of 7 dubbele), toont het apparaat de melding: “LEEG KOFFIEDIKRESERVOIR”. Open, voor de reiniging, het deurtje vooraan door aan de afgiftegroep te trekken (fig. 16), neem ver­volgens het drupbakje uit (fig. 17) en maak het schoon.
Wanneer gereinigd wordt, moet het drupbakje
altijd volledig verwijderd worden.
Attentie!
wanneer het drupbakje wordt verwijderd, moet het koffiedikreservoir VER­PLICHT geledigd worden. Als deze handeling niet wordt verricht, kan het apparaat verstopt raken.
OPMERKING 8: wanneer het apparaat koffie af­geeft, mag de watertank nooit verwijderd worden. _Mocht dit toch gebeuren, dan slaagt het appa­raat er niet meer in koffie te zetten en verschijnt de melding: “MAALT TE FIJN MAALGRAAD IN­STELLEN EN DRUK OK” en vervolgens “VUL TANK”. Controleer vervolgens het niveau van het water in de tank en breng de tank in. Breng, om het apparaat weer op te starten, het waterpijpje in als dit nog niet gebeurd is (fig. 6), druk op het pictogram OK (B9) en het display toont “HEET WATER DRUK OK". Druk binnen enkele seconden op het pictogram OK (B9) en laat het water gedurende circa 30 se­conden uit het waterpijpje weglopen. Na afgifte
geeft het apparaat automatisch weer de inge­stelde basiswerkwijzen weer.
Nota Bene:
Het apparaat kan vragen om de handeling meerdere malen te herhalen, na­melijk totdat alle lucht uit het hydraulische circuit is verwijderd.
Nota Bene:
Als de hierboven beschreven handeling niet correct wordt uitgevoerd of als het apparaat wordt uitgezet, kan het display weer de ingestelde basisfuncties weergeven, ook al is het probleem feitelijk nog aanwezig.
DE HOEVEELHEID KOFFIE IN HET KOPJE WIJZIGEN
Het apparaat is vooraf ingesteld in de fabriek om automatisch de volgende soorten koffie af te geven:
espressokopje
klein kopje
kopje medium
grote kop
beker
Ga als volgt te werk om de hoeveelheid te wijzi­gen:
Druk op het pictogram (B2) om het menu
te openen (fig. 15), druk op de pictogram­men (B7) en (B8) (fig. 2) totdat de vol­gende melding verschijnt: “KOFFIEPROGRAMMA”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Selecteer het soort koffie dat gewijzigd moet
worden m.b.v. de pictogrammen (B7) en (B8).
Druk op het pictogram OK (B9) om het soort
koffie dat gewijzigd moet worden te bevesti­gen.
Gebruik de pictogrammen (B7) en (B8)
om de gewenste hoeveelheid koffie te wijzi­gen. De voortgangsbalk geeft de geselecte­erde hoeveelheid koffie aan.
Druk opnieuw op het pictogram OK (B9) om
te bevestigen (of op het pictogram ESC (B6)
NL
om te annuleren).
Druk twee maal op het pictogram ESC (B6) (fig. 18) om het menu af te sluiten.
Nu is het apparaat volgens de nieuwe instellin­gen geprogrammeerd en klaar voor gebruik.
DE MAALGRAAD REGELEN
De koffiemolen hoeft niet te worden geregeld, omdat dit reeds in de fabriek is gebeurd; indien u evenwel na de eerste kopjes vaststelt dat te kof­fie te snel of te langzaam (druppelsgewijs) wordt afgegeven, moet de maalgraad worden geregeld met behulp van de regelknop van de maalgraad (fig. 14).
Attentie!
De regelknop van de maal­graad mag alleen verdraaid worden wanneer de koffiemolen in werking is.
Om een langzamere kof­fieafgifte en een betere crème te verkrijgen, één klik linksom draaien (=koffiebonen fijner ge­malen). Om een snellere koffieaf­gifte te verkrijgen (niet druppelsgewijs), één klik rechtsom draaien (=kof-
fiebonen grover gemalen).
ESPRESSOKOFFIE ZETTEN MET VOORGEMALEN KOF­FIE (IN PLAATS VAN KOFFIE­BONEN)
Druk op het pictogram (B4) (fig. 8) en se-
lecteer de functie voorgemalen koffie.
Trek het apparaat naar buiten bij de hiervoor
bestemde handgrepen (fig. 7).
Til het dekseltje in het midden op, breng in
de trechter een maatschepje voorgemalen koffie in (fig. 19); duw het apparaat naar bin­nen en ga te werk zoals beschreven in “Kof-
fie zetten (met koffiebonen).” NB: Er kan telkens 1 koffie gezet worden door te drukken op het pictogram (B10) (fig.
12).
Als men na het zetten van koffie met voorge­malen koffie, weer koffie wil zetten met kof­fiebonen, moet de functie voorgemalen koffie uitgeschakeld worden door nogmaals te drukken op het pictogram (B4) (fig. 8).
NOPMERKING 1: Doe nooit voorgemalen koffie in het apparaat wanneer dit uitgeschakeld is, om te voorkomen dat de koffie verloren gaat in het apparaat. OPMERKING 2: Breng nooit meer dan 1 maat­schepje in, want anders zet het apparaat geen koffie. OPMERKING 3: Gebruik uitsluitend het bijgevo­egde maatschepje. OPMERKING 4: Doe in de trechter uitsluitend vo­orgemalen koffie voor espressoapparaten. OPMERKING 5: Indien meer dan één maat­schepje voorgemalen koffie ingebracht wordt en de trechter verstopt raakt, gebruik dan een mes om de koffie te doen zakken (fig. 21), en verwij­der en reinig vervolgens de zetgroep en het ap­paraat zoals beschreven in de paragraaf “Reiniging van de koffiezeteenheid”.
AFGIFTE VAN HEET WATER
Controleer altijd of het apparaat klaar is voor gebruik.
Controleer of het waterpijpje vastgehaakt is aan de spuitmond (fig. 6);
Zet een kan onder het waterpijpje.
Druk op het pictogram (B13) (fig. 20). Het apparaat toont de melding ”HEET WATER DRUK OK”. Druk op het pictogram OK (B9) en het hete water zal uit het waterpijpje in de kan lopen. (Laat niet langer dan 2 minuten achter elkaar heet water afgeven). Druk op het pictogram (B13) of het pic­togram ESC (B6) om te onderbreken. Het apparaat onderbreekt de afgifte zodra de vooraf ingestelde hoeveelheid is bereikt.
16NL17
DE HOEVEELHEID HEET WATER WIJZIGEN
Het apparaat is in de fabriek ingesteld om auto­matisch 150 ml heet water af te geven. Indien u deze hoeveelheden wenst te wijzigen, als volgt te werk gaan:
Plaats een kan onder het waterpijpje (fig. 5).
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen (fig. 15), druk op de picto­grammen (B7) en (B8) (fig. 2) totdat de volgende melding verschijnt: “HEETWA­TER PROGRAMMA”.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen.
Selecteer de gewenste hoeveelheid water m.b.v. de pictogrammen (B7) en (B8). De voortgangsbalk geeft de geselecteerde hoeveelheid water aan.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen (of op het pictogram ESC (B6) om te annuleren).
Druk twee maal op het pictogram ESC (B6) (fig. 18) om het menu af te sluiten.
Nu is het apparaat volgens de nieuwe instel­lingen geprogrammeerd en klaar voor ge­bruik.
CAPPUCCINO BEREIDEN
Nota Bene:
De hoeveelheid koffie die men wenst te gebruiken voor een kopje cappuccino, moet ingesteld worden in de functie van het menu “Cappuccinoprogramma”.
Selecteer het gewenste koffiearoma om de
cappuccino te bereiden, door te drukken op het pictogram (B4).
Neem het deksel van het melkreservoir af.
Vul het reservoir met circa 100 gram melk
per cappuccino die men wenst te bereiden (fig. 23), en overschrijd hierbij niet het niveau MAX (komt overeen met ongeveer 750ml), aangegeven op het reservoir. Gebruik bij vo­orkeur magere of halfvolle melk op koelka-
sttemperatuur (ongeveer 5° C).
Zorg ervoor dat het opvoerbuisje goed in het rubbertje is aangebracht (fig. 24); plaats het deksel weer op het melkreservoir.
Plaats het schuifje van het melkreservoir (C1) tussen de opschriften CAPPUCCINO en CAF­FELATTE (koffie verkeerd) die op het deksel van het melkreservoir zijn gestempeld. Het is mogelijk om het soort schuim te rege­len: door het schuifje iets in de richting van het opschrift CAFFELATTE te verplaatsen, verkrijgt men een compacter soort schuim. Door het schuifje echter naar het opschrift CAPPUCCINO te verschuiven, verkrijgt men een minder dicht soort schuim.
Verwijder het waterpijpje (fig. 6) en haak het melkreservoir vast aan de spuitmond (fig.
25).
Verplaats het afgiftepijpje van de melk zoals getoond in fig. 26 en zet een voldoende grote kop onder de afgiftegroep van de koffie en onder het afgiftepijpje van de melk.
Druk op het pictogram (B12). Op het display verschijnt de melding “CAP­PUCCINO...” en na enkele seconden loopt de opgeschuimde melk uit het afgiftepijpje in het onderstaande kopje. (De melkafgifte wordt automatisch onder­broken).
Het apparaat geeft koffie af.
De cappuccino is nu klaar: voeg naar wens suiker toe en strooi eventueel een beetje ca­caopoeder op het schuim.
OPMERKING 1: Tijdens de bereiding van een cap­puccino is het mogelijk de afgifte van opge­schuimde melk of koffie te onderbreken, door te drukken op het pictogram (B12).
NL
“Minder dicht”
schuim
GEEN schuim
“Compacter”
schuim
schuifje
OPMERKING 2: Indien het reservoir tijdens de af­gifte van opgeschuimde melk leeg raakt, kan het losgehaakt worden om melk toe te voegen. Haak het reservoir weer vast en druk op het pic­togram (B12) om een nieuwe cappuccino te bereiden. OPMERKING 3: Om een complete reiniging en hygiëne van de melkopschuiminrichting te ga­randeren, moeten de binnenleidingen van het deksel van het melkreservoir na het bereiden van de cappuccino’s gereinigd worden. Op het display knippert de melding “DRUK CLEAN”:
Zet een kan onder het afgiftepijpje van de melk (fig. 26).
Houd de CLEAN-toets (C3) op het deksel minstens 5 seconden ingedrukt (fig. 26) om de reiniging te activeren. Het apparaat toont de melding “REINIGING IN WERKING” met daaronder de voortgan­gsbalk. Men adviseert om de CLEAN-toets niet los te laten zolang de balk niet vol is en dus de rei­nigingsfase nog niet beëindigd is. Als de CLEAN-toets wordt losgelaten, wordt de functie onderbroken. Na de reiniging, het melkreservoir loshaken en in de koelkast plaatsen. Het wordt afgeraden om de melk langer dan 15 minuten buiten de koelkast te laten.
OPMERKING 4: Om de hoeveelheid koffie of op­geschuimde melk die het apparaat automatisch in het kopje afgeeft te wijzigen, te werk gaan zoals beschreven in het hoofdstuk “De hoeveelheid koffie en melk voor cappuccino wijzigen”.
DE HOEVEELHEID KOFFIE EN MELK VOOR CAPPUCCINO WIJZIGEN
Het apparaat is vooraf ingesteld in de fabriek om automatisch een standaard cappuccino af te geven. Indien u deze hoeveelheden wenst te wijzigen, als volgt te werk gaan:
De hoeveelheid melk wijzigen
Vul het melkreservoir tot aan de MAX. aan­duiding;
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen (fig. 15), druk op de picto­grammen (B7) en (B8) (fig. 2) totdat de volgende melding verschijnt: “CAPPU­CINO PROGRAMMA”.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen. Het display toont: MELK NIVEAU”.
Druk opnieuw op het pictogram OK (B9).
Selecteer de gewenste hoeveelheid melk m.b.v. de pictogrammen (B7) en (B8). De voortgangsbalk geeft de geselecteerde hoeveelheid melk aan.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen (of op het pictogram ESC (B6) om te annuleren).
Druk twee maal op het pictogram ESC (B6) (fig. 18) om het menu af te sluiten.
De hoeveelheid koffie wijzigen
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen (fig. 15), druk op de picto­grammen (B7) en (B8) (fig. 2) totdat de volgende melding verschijnt: “CAPPU­CINO PROGRAMMA”.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen en vervolgens op de pictogrammen
(B7) en (B8) (fig. 2) totdat de melding
“KOFFIE VOOR CAPPUCC.” verschijnt.
Druk opnieuw op het pictogram OK (B9).
Selecteer de gewenste hoeveelheid koffie m.b.v. de pictogrammen (B7) en (B8). De voortgangsbalk geeft de geselecteerde hoeveelheid koffie aan.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen (of op het pictogram ESC (B6) om te annuleren).
Druk twee maal op het pictogram ESC (B6) (fig. 18) om het menu af te sluiten.
18NL19
MEERDERE KOPPEN KOFFIE ZETTEN MET DE KAN-FUN­CTIE
Deze functie zorgt voor het automatisch zetten van meerdere koppen koffie (4, 6) in een kan (A11) waarin de koffie warm wordt gehouden.
Draai het deksel van de kan totdat de pijl sa­menvalt met het opschrift OPEN en verwijder het deksel. Spoel de kan en het deksel uit.
Sluit de kan door het deksel naar het op­schrift “CLOSE” te draaien, zodat het deksel goed gesloten is, en zet de kan onder de af­giftegroep van de koffie. Breng de kan aan met de handgreep altijd naar rechts of links gericht, zoals getoond in de figuur.
De afgiftegroep koffie (A13) moet altijd vol­ledig omhoog zijn gezet, om de kan te kun­nen inbrengen. Het display toont: “VUL KOFFIEBONEN EN WATERTANK-LEEG KOF­FIEDIKRESERV. -DRUK OK”; dus controleer of de watertank vol is, of het koffiebonenre­servoir voldoende gevuld is en of het koffie­dikreservoir geleegd is.
Druk op het pictogram OK (B9). Het display toont de geselecteerde soort kof­fie, bijvoorbeeld “KAN EXTRA MILD” en het aantal koppen dat men wil zetten met de kan, bijvoorbeeld “KAN 4 KOPJES”.
Bevestig door te drukken het pictogram (B14). Het display toont een voortgangsbalk die het verloop van het koffiezetproces aan­geeft. Wanneer deze balk voltooid is, beëin-
digt het apparaat het proces en keert het au­tomatisch terug naar de kan-functie. Als het display echter een onvoltooide balk toont, betekent dit dat de cylus niet correct voltooid is. Verwijder de kan en bekijk het type melding dat op het display is versche­nen, en raadpleeg het hoofdstuk "MELDIN­GEN OP HET DISPLAY".
Neem de kan weg, laat het deksel in de stand CLOSE om de koffie lang warm te houden.
Draai het deksel linksom tot de pijl samen­valt met het tuitje van de kan om de koffie uit te schenken.
Attentie!
Wanneer de hoeveelheid koffie­bonen niet voldoende is om de gewenste functie te beëindigen, onderbreekt het apparaat het pro­ces en wacht tot het koffiebonenreservoir op­nieuw gevuld wordt en op het pictogram (B14) wordt gedrukt. Wanneer er bijvoorbeeld 4 kop­pen moeten worden gezet, terwijl de koffiebonen niet voldoende zijn, zet het apparaat 2 koppen en stopt vervolgens het koffiezetten. Vul het koffie­bonenreservoir en druk op het pictogram (B14). Zodra het reservoir is gevuld, zet het ap­paraat uitsluitend de 2 resterende koppen, om het gewenste aantal van 4 koppen te bereiken. Wan­neer het water niet voldoende is om de gewenste functie te beëindigen, of wanneer het koffiedikre­servoir vol is, onderbreekt het apparaat het pro­ces. Om de watertank te vullen of het koffiedikreservoir te legen, moet de kan wegge­nomen worden; op die manier wordt het pro­gramma onderbroken. Nadat de fout is hersteld, moet het programma opnieuw gestart worden. In dat geval moet rekening worden gehouden met de hoeveelheid koffie die reeds in de kan aanwe­zig is, om de kan niet te laten overlopen.
DE PARAMETERS VAN DE KAN-FUNCTIE WIJZIGEN
Het programma voor de kan is in de fabriek op standaardwaarden ingesteld. Deze waarden kunnen aan uw voorkeuren wor­den aangepast en worden opgeslagen.
NL
20
Er kunnen met behulp van een grafische balk 5 verschillende soorten koffie worden geselecteerd, van extra mild tot extra sterk, en 10 hoeveelheden koffie. Deze instellingen kunnen als volgt gewij­zigd worden:
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen. Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat op het display het vol­gende opschrift verschijnt “KAN PRO­GRAMMA”.
Druk op het pictogram OK (B9) en vervol­gens op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat op het display het volgende opschrift verschijnt “KAN KOFFIESTERKTE”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) om een ander koffiearoma te selecteren, van extra licht t/m extra sterk.
Bevestig het gewenste aroma door op het pictogram OK (B9) te drukken.
Druk, om de hoeveelheid koffie te wijzigen, op de pictogrammen (B7) en (B8) tot­dat op het display het opschrift “KAN OF KOP NIVEAU” verschijnt.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen.
Op het display verschijnt een balk die langer of korter kan worden; deze stelt de hoeveel­heid koffie voor die voor elke kop wordt af­gegeven. Wanneer de balk volledig vol is, komt dit overeen met de maximum hoeveel­heid koffie voor een kop.
Druk, wanneer de gewenste hoeveelheid kof­fie wordt aangegeven, op het pictogram OK (B9) om te bevestigen.
Druk, om het aantal kopjes te wijzigen, op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat op het display het volgende opschrift verschijnt “AANTAL KOPJES".
Druk op het pictogram OK (B9) en vervol­gens op de pictogrammen (B7) en (B8) om het gewenste aantal koppen te selecteren (4, 6). Het display toont “KAN 4 KOPJES" of “KAN 6 KOPJES”.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen.
Druk op het pictogram ESC (B6) om de pro-
grammeermodus af te sluiten.
REINIGING
Reiniging van het apparaat
Gebruik voor de reiniging van het apparaat geen oplosmiddelen of schurende reinigingsmiddelen. Het is voldoende om een vochtige en zachte doek te gebruiken. Geen enkel onderdeel van het ap­paraat mag in de vaatwasser afgewassen wor­den. De volgende onderdelen van het apparaat moeten periodiek gereinigd worden:
Koffiedikreservoir (A4).
Drupbakje (A14).
Watertank (A12).
Spuitmonden van de afgiftegroep koffie (A13).
Trechter voor inbrengen van voorgemalen koffie (A21).
Binnenkant van het apparaat, alleen toegan­kelijk nadat het deurtje is geopend (A2).
Koffiezeteenheid (A5).
Koffiekan.
Reiniging van het koffiedikreservoir
Wanneer op het display het opschrift “LEEG KOF­FIEDIKRESERVOIR” verschijnt, moet dit geleegd en gereinigd worden. Om de reiniging uit te voeren:
open het deurtje vooraan (fig. 16), neem ver­volgens het drupbakje uit (fig.14) en maak het schoon.
Reinig zorgvuldig het koffiedikreservoir.
Attentie!
wanneer het drupbakje wordt verwijderd, moet het koffiedikreservoir verplicht geledigd worden.
Reiniging van het drupbakje
Attentie!
Als het drupbakje niet geleegd wordt, kan het water overlopen. Dit kan het apparaat beschadigen. Het drupbakje is voorzien van een drijvende indicator (rood) van het waterniveau in het bakje zelf (fig. 28). Voor-
NL
dat deze indicator uit het opzetvlak voor de kop­jes steekt, moet het bakje geledigd en gereinigd worden. Om het bakje te verwijderen:
1. Open het servicedeurtje (fig. 16).
2. Verwijder het drupbakje en het koffiedikre­servoir (fig. 17).
3. Reinig het drupbakje en het koffiedikreservoir (A4).
4. Breng het drupbakje met het koffiedikreser­voir (A4) in.
5. Sluit het servicedeurtje.
Reiniging van de watertank
1. Reinig periodiek (circa eens per maand) de watertank (A12) met een vochtige doek en een beetje mild reinigingsmiddel.
2. Verwijder zorgvuldig eventuele resten reini­gingsmiddel.
Reiniging van de spuitmonden
1. Reinig de spuitmonden regelmatig met een sponsje (fig. 29).
2. Controleer periodiek of de gaatjes van de kof­fieafgiftegroep niet verstopt zijn. Verwijder indien nodig de aangekoekte kof­fieresten met een tandenstoker (fig. 27).
Reiniging van de trechter voor het inbrengen van de voorgemalen koffie
Controleer periodiek (circa eens per maand) of de trechter voor het inbrengen van voorgemalen koffie niet verstopt is (fig. 21).
Gevaar!
Voordat reinigingswerkzaamhe­den worden uitgevoerd, dient men het apparaat uit te schakelen door op de hoofdschakelaar (A23) te drukken en het los te koppelen van het elektriciteitsnet. Dompel het apparaat nooit onder in water.
Reiniging van de binnenkant van het apparaat
1. Controleer periodiek (circa eens per week) of
de binnenkant van het apparaat niet vuil is. Verwijder indien nodig de aangekoekte kof­fieresten met een sponsje.
2. Zuig de resten op met een stofzuiger (fig.
31).
Reiniging van de koffiezeteenheid
De koffiezeteenheid moet minstens eens per maand gereinigd worden.
Attentie!
De koffiezeteenheid (A5) kan niet verwijderd worden wanneer het apparaat is ingeschakeld. Probeer de koffiezeteenheid niet op krachtige wijze te verwijderen.
1. Controleer of het apparaat zich correct heeft
uitgeschakeld (zie “Uitschakeling”).
2. Open het servicedeurtje (fig. 16).
3. Verwijder het drupbakje en het koffiedikre-
servoir (fig. 17).
4. Druk de twee rode ontgrendeltoetsen naar
binnen en verwijder tegelijkertijd de koffieze­teenheid (fig. 32).
Attentie!
Reinig de koffiezeteenheid zon­der reinigingsmiddelen te gebruiken, want de bin­nenkant van de zuiger is behandeld met een smeermiddel dat door het reinigingsmiddel ver­wijderd zou kunnen worden.
5. Dompel de koffiezeteenheid circa 5 minuten
in water onder en spoel hem vervolgens af.
6. Breng de koffiezeteenheid (A5) na reiniging
weer aan door hem in de steun en de onder­ste pen te steken;
Pen
Houder
21NL22
druk vervolgens op het opschrift PUSH totdat de “klik” van vergrendeling wordt gehoord.
Nota Bene!
Indien de koffiezeteenheid mo­eilijk in te brengen is, is het noodzakelijk (alvo­rens hem te plaatsen) hem op de juiste maat te brengen door tegelijk krachtig te drukken op de onder- en bovenkant, zoals aangegeven in figuur.
7. Controleer of na het inbrengen de twee rode
toetsen naar buiten zijn gesprongen.
8. Breng het drupbakje met het koffiedikreser-
voir weer in.
9. Sluit het servicedeurtje.
Reiniging van het melkreservoir
Attentie!
Reinig altijd de interne leidin­gen van het melkreservoir (C) na de melk te heb­ben bereid. Als het reservoir nog melk bevat, mag het niet lang buiten de koelkast worden gelaten. Reinig het reservoir na elke bereiding van melk zoals beschreven onder opmerking 3 van hoofd­stuk “Cappuccino bereiden”. Alle onderdelen kunnen in de afwasmachine af­gewassen worden, maar moeten in de bovenste mand van de afwasmachine geplaatst worden.
1. Draai het deksel van het melkreservoir re-
chtsom en verwijder het.
2. Trek het afgiftepijpje en het opvoerbuisje
weg.
3. Trek het schuifje weg door het naar buiten te trekken.
4. Was zorgvuldig alle onderdelen met warm water en een mild reini­gingsmiddel. Let in het bijzon­der op dat er in de gaatjes en op het sleufje in de smalle punt van het schuifje geen melkresten achterblijven.
5. Controleer ook of het opvoerbuisje en het af­giftepijpje niet met melkresten zijn verstopt.
6. Monteer weer het schuifje, het afgiftepijpje en het opvoerbuisje van de melk.
7. Breng het deksel van het melkreservoir weer aan.
Reiniging van de koffiekan
Reinig de kan met een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel.
Nota Bene!
Om esthetische beschadiging van de kan te voorkomen, mag hij niet in de af­wasmachine worden gereinigd.
DE MENUPARAMETERS WIJZIGEN EN INSTELLEN
Wanneer het apparaat klaar is voor gebruik, kun­nen binnen het menu de volgende parameters of functies gewijzigd worden:
Kies taal
NL
Sleufje
Schuifje
Opening
Opening
Afgiftepijpje
Opvoerbuisje
23
Spoelen
Uitschakeltijd
Instellen Klok
Starttijd
Autostart
Temperatuur
Waterhardheid
Koffieprogramma
Cappuccinoprogramma
Kan programma
Heetwater programma
Ontkalken
Reset fabrieksinst.
Statistiek-modus
Installeer filter
Reset filter
Zoemer
Contrast
Instelling van de taal
Ga als volgt te werk om de taal op het display te wijzigen:
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen; op het display verschijnt “KIES TAAL”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Gebruik de pictogrammen (B7) en (B8) tot de gewenste taal wordt getoond.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen.
Druk op het pictogram ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Nota Bene!
Als per ongeluk de verkeerde taal wordt gekozen, kan het menu rechtstreeks worden geopend om deze parameter te wijzigen:
Houd het pictogram (B2) minstens 7 se-
conden ingedrukt totdat het apparaat de di­verse talen weergeeft.
Kies de gewenste taal door te werk te gaan
zoals beschreven in de paragraaf “Eerste ge­bruik van het apapraat”.
Spoelen
Deze functie dient om warmere koffie te verkrij­gen. Ga als volgt te werk:
Wanneer u, meteen nadat u het apparaat in­geschakeld hebt, een klein kopje koffie wilt zetten (minder dan 60 cc), gebruik dan het warme spoelwater om het kopje voor te ver­warmen.
Indien evenwel na de laatst gezette kop kof­fie meer dan 2/3 minuten zijn verstreken, wordt aangeraden de koffiezeteenheid, alvo­rens een nieuw kopje te zetten, voor te ver­warmen door te drukken op het pictogram
(B2) om het menu te openen en ver­volgens op de pictogrammen (B7) en (B8) tot de functie “SPOELEN” wordt gese­lecteerd.
Druk op het pictogram OK (B9). Het display toont “SPOELEN BEVESTIG AUB”.
Druk nogmaals op het pictogram OK (B9). Laat het water in het onderstaande drupbakje lopen of gebruik dit water om het kopje waa­ruit de koffie gedronken wordt te vullen (en vervolgens te ledigen), met de bedoeling het voor te verwarmen.
Wijziging van de uitschakeltijd
Het apparaat is in de fabriek ingesteld om 30 mi­nuten na het laatste gebruik automatisch uit te schakelen. Ga als volgt te werk om dit tijdsinter­val te wijzigen (max. 120 min.):
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen en druk vervolgens op de picto­grammen (B7) en (B8) totdat de vol­gende melding verschijnt: “UITSCHAKELTIJD”.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen.
Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) om te bepalen na hoeveel tijd het apparaat uitgeschakeld moet worden (1/2 uur, 1 uur, 2 uur).
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen.
Druk op het pictogram ESC (B6) om af te sluiten.
Instelling van de klok
Druk op het pictogram (B2) om het
NL
24
menu te openen en druk vervolgens op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat de volgende melding verschijnt: “INSTELLEN KLOK”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Gebruik de pictogrammen (B7) en (B8) om de uren in te stellen en druk op het pic­togram OK (B9) om te bevestigen.
Gebruik de pictogrammen (B7) en (B8) om de minuten in te stellen en druk op het pictogram OK (B9) om te bevestigen.
Druk op het pictogram ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Instelling van het tijdstip van automatische inschakeling
Met deze functie wordt het tijdstip geprogram­meerd waarop het apparaat automatisch inscha­kelt.
Controleer of de klok van het apparaat inge­steld is.
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen en druk vervolgens op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat de volgende melding verschijnt: “STARTTIJD”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Gebruik de pictogrammen (B7) en (B8) om de starttijd in te stellen en druk op het pictogram OK (B9) om te bevestigen.
Gebruik de pictogrammen (B7) en (B8) om de minuten in te stellen en druk op het pictogram OK (B9) om te bevestigen.
Druk, om de functie “automatische start” te activeren, op de pictogrammen (B7) en (B8) tot het apparaat de melding “AUTO­START” toont.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen. Op het display verschijnt het symbool .
Druk op het pictogram ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Wijziging van de koffietemperatuur
Om de temperatuur van de gezette koffie te wijzi­gen, als volgt te werk gaan:
Druk op het pictogram (B2) om het
menu te openen en druk vervolgens op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat de volgende melding verschijnt: “TEMPERA­TUUR”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Gebruik de pictogrammen (B7) en (B8) om de gewenste koffietemperatuur te wijzigen. laag, gemiddeld, hoog.
Druk op het pictogram OK (B9) om de geko­zen temperatuur te bevestigen.
Druk op het pictogram ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Programmering van de hardheid van het water
Deze werkingsperiode kan worden verlengd, wa­ardoor de ontkalking minder frequent wordt uit­gevoerd. Dit gebeurt door het apparaat op basis van het werkelijke kalkgehalte in het gebruikte water te programmeren. Ga als volgt te werk:
verwijder het reageerstrookje “Total hardness test uit zijn verpakking (bijgevoegd op pag.
2) en dompel het enige seconden volledig onder in een glas water. Neem het uit het water en wacht circa 30 se­conden (totdat het van kleur verandert en rode vierkantjes verschijnen).
schakel het apparaat in door op de inschakel­/standbyknop (A7) te drukken.
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen en druk vervolgens op de picto­grammen (B7) en (B8) totdat de vol­gende melding verschijnt: “WATERHARDHEID”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat het nummer is geselecteerd dat overeenkomt met het aantal rode vierkantjes dat op het reageerstrookje is verschenen (als er bijvoorbeeld 3 rode vierkantjes op het rea­geerstrookje zijn verschenen, moet de mel­ding “WATERHARDHEID ” geselecteerd worden);
Druk op het pictogram OK (B9) om het ge­geven te bevestigen. Nu is het apparaat ge-
NL
25
programmeerd om de ontkalkingswaarschu­wing te geven wanneer dit daadwerkelijk nodig is.
Programmering koffie
Zie voor de aanwijzingen voor de programmering van de koffie het hoofdstuk “DE HOEVEELHEID KOFFIE IN HET KOPJE WIJZIGEN”.
Programmering cappuccino
Zie voor de aanwijzingen voor de programmering van de koffie het hoofdstuk “DE HOEVEELHEID KOFFIE EN MELK VOOR CAPPUCCINO WIJZI­GEN”.
Programmering kan
Zie voor de aanwijzingen voor de programmering van de kan het hoofdstuk “DE PARAMETERS VAN DE KAN-FUNCTIE WIJZIGEN”.
Programmering heet water
Zie voor de aanwijzingen het hoofdstuk “DE HOE­VEELHEID HEET WATER WIJZIGEN”.
Ontkalking
Attentie!
Het ontkalkingsproduct bevat zuren. Neem de veiligheidsvoorschriften van de fa­brikant die op de verpakking van het ontkalkin­gsproduct zijn aangegeven in acht.
Nota Bene!
Gebruik uitsluitend een on­tkalkingsproduct dat door de fabrikant wordt aan­bevolen. In tegengesteld geval is de garantie niet geldig. Bovendien is de garantie niet geldig als de ontkalking niet regelmatig wordt uitgevoerd.
Attentie!
Controleer, voordat u met het
ontkalken begint, of het waterfilter verwijderd is.
Wanneer de melding “GRAAG ONTKALKEN” ver­schijnt, is het moment aangebroken om de on­tkalking van het apparaat uit te voeren. Ga als volgt te werk:
controleer of het apparaat klaar is voor ge-
bruik;
Haak het waterpijpje (C7) vast aan de spuit­mond (A10);
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen en druk vervolgens op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat de volgende melding verschijnt: “ONTKALKEN”.
Druk op het pictogram OK (B9) en de vol­gende melding verschijnt: “ONTKALKEN BE­VESTIG AUB”;
Druk op het pictogram OK (B9). Op het display verschijnt het opschrift “VOEG ONTKALKER TOE BEVESTIG AUB”.
Ledig de watertank, giet de inhoud van een flacon ontkalkingsmiddel in de tank met ina­chtneming van de aanwijzingen op de ver­pakking. Voeg water toe tot het MAX. niveauteken dat op de tank is gedrukt. Plaats een bak met een inhoud van ongeveer 2 liter onder het waterpijpje.
Druk op het pictogram OK (B9), waarna de oplossing met ontkalkingsmiddel uit het wa­terpijpje begint te lopen en de onderstaande kan vult. Op het display verschijnt de melding “ON­TKALKEN”.
Het ontkalkingsprogramma voert automa­tisch een aantal keren afgifte en pauzes uit.
Na circa 30 minuten verschijnt de melding “ONTKALKING AFGEROND BEVESTIG AUB”.
Druk op het pictogram OK (B9) en de vol­gende melding verschijnt: “SPOELEN BEVE­STIG AUB”.
Leeg de watertank, spoel hem om resten on­tkalkingmiddel te verwijderen, en vul hem met schoon water.
Breng de tank vol met schoon water weer aan. Op het display verschijnt het opschrift “SPOELEN BEVESTIG AUB”.
Druk opnieuw op het pictogram OK (B9). Het hete water komt uit het pijpje, vult de on­derstaande kan en de volgende melding ver­schijnt: “SPOELEN”;
Wacht op de melding “SPOELEN AFGEROND BEVESTIG AUB”.
Druk op het pictogram OK (B9). Op het di­splay verschijnt het opschrift “ONTKALKING
NL
26
AFGEROND” en vervolgens “VUL TANK”. Vul de watertank opnieuw met schoon water.
Het ontkalkingsprogramma is nu afgelopen en het apparaat is klaar om opnieuw koffie te zetten. OPMERKING: Als men het ontkalkingspro­gramma vóór het einde onderbreekt, moet men weer van voren af aan beginnen.
Attentie!
DE GARANTIE VERVALT INDIEN DE ONTKALKING NIET REGELMATIG WORDT UITGEVOERD.
Herstellen van de fabrieksinstellingen (reset)
Het is mogelijk om terug te gaan naar de oor­spronkelijke instellingen van het apparaat (zelfs nadat de gebruiker ze gewijzigd heeft), en wel als volgt:
Druk op het pictogram (B2) om het menu
te openen en druk vervolgens op de picto­grammen (B7) en (B8) totdat de vol­gende melding verschijnt: “RESET FABRIEKSINST.”.
Druk op het pictogram OK (B9) en de vol-
gende melding verschijnt: “RESET FABRIEK­SINST. BEVESTIG AUB”;
Druk op het pictogram OK (B9) om terug te
gaan naar de fabrieksinstellingen.
Statistiek-modus
Met deze functie worden de statistische gegevens van het apparaat weergegeven. Ga voor weergave van deze gegevens als volgt te werk:
Druk op het pictogram (B2) om het menu
te openen en druk vervolgens op de picto­grammen (B7) en (B8) totdat de vol­gende melding verschijnt: “STATISTIEK-MODUS”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Door op de pictogrammen (B7) en
(B8) te drukken, kan het volgende gecontro­leerd worden:
- Hoeveel kopjes koffie en cappuccino gezet
zijn.
- Hoeveel ontkalkingen uitgevoerd zijn.
- Hoeveel liter water in totaal afgegeven is.
Druk één maal op het pictogram ESC (B6) om deze functie af te sluiten of druk twee maal op het pictogram ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Zoemer
Met deze functie wordt de zoemer in- of uitge­schakeld die het apparaat inschakelt wanneer op één van de pictogrammen wordt gedrukt en wan­neer accessoires worden aangebracht/verwij­derd.
Nota Bene!
Het apparaat is met geactive-
erde zoemer ingesteld.
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen en druk vervolgens op de picto­grammen (B7) en (B8) totdat de vol­gende melding verschijnt: “ZOEMER”.
Druk op het pictogram OK (B9). Op het di­splay verschijnt het opschrift “ZOEMER BE­VESTIG AUB”.
Druk op het pictogram ESC (B6) om het ge­luidssignaal uit te schakelen of op het picto­gram OK (B9) om het in te schakelen.
Druk op het pictogram ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Contrastregeling
Ga als volgt te werk om het contrast van het di­splay te verhogen of te verlagen:
Druk op het pictogram (B2) om het menu te openen en druk vervolgens op de picto­grammen (B7) en (B8) totdat de vol­gende melding verschijnt: “CONTRAST”.
Druk op het pictogram OK (B9).
Druk op de pictogrammen (B7) en (B8) totdat het gewenste contrast op het di­splay verschijnt: de voortgangsbalk geeft het geselecteerde contrastniveau aan.
Druk op het pictogram OK (B9) om te beve­stigen.
Druk één maal op het pictogram ESC (B6) om deze functie af te sluiten of druk twee
NL
27
maal op het pictogram ESC (B6) om het menu af te sluiten.
Waterfilter
Zie voor de aanwijzingen over het waterfilter het ho­ofdstuk “INSTALLATIE VAN HET FILTER”.
UITSCHAKELING VAN HET APPARAAT
Elke keer dat het apparaat wordt uitgeschakeld, vindt een automatische spoeling plaats die niet onderbroken kan worden.
Gevaar brandwonden!
Tijdens het spoe-
len loopt een beetje warm water uit de spuit­monden van de afgiftegroep van de koffie. Let op dat u niet wordt geraakt door waterspat­ten. Druk, om het apparaat uit te schakelen, op de inschakel-/standbyknop (A7): Het apparaat voert het spoelen uit en schakelt zich vervolgens uit.
Nota Bene!
Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt zal worden, zet dan ook de ON/OFF hoofdschakelaar (A23) aan de achter­kant van het apparaat in de stand 0.
TECHNISCHE GEGEVENS
Spanning: 220-240 V~ 50/60 Hz max. 10A Vermogensverbruik: 1350W Druk: 15 bar Inhoud waterreservoir: 1,8 liter Afmetingen LxHxD: 594x 378/460x398 mm Gewicht: 23/24 kg
Het apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen:
Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG en latere
wijzigingen.
EMC-richtlijn 2004/108/EG en latere wijzigin-
gen.
De materialen en voorwerpen die bestemd zijn om met levensmiddelen in contact te komen zijn conform de voorschriften van de Europese verordening nr. 1935/2004.
NL
MELDINGEN OP HET DISPLAY
WEERGEGEVEN MELDING MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
VUL TANK De watertank is leeg of
verkeerd geplaatst.
Vul de watertank en/of breng hem correct aan door hem volledig aan te duwen.
MAALT TE FIJN MAALGRAAD INSTELLEN
(en afwisselend)
DRUK OK
De maalgraad is te fijn en de koffie komt dus te lan­gzaam naar buiten.
Het apparaat slaagt er niet in koffie te zetten omdat er lucht in het hydraulische circuit aanwezig is. Moge­lijke oorzaak de installatie­procedure van het filter is niet correct uitgevoerd.
Draai de regelknop van de maalgraad één klik ri­chting nummer 7.
Controleer of het filter (A26) goed geïnstalleerd is en of de installatiepro­cedure correct uitgevoerd is.
LEEG KOFFIEDIKRESERVOIR Het koffiedikreservoir (A4)
is vol of er zijn meer dan drie dagen sinds de laat­ste afgifte verstreken (deze handeling garande­ert een correcte hygiëne van het apparaat).
Ledig het reservoir, reinig het en breng het weer aan. Belangrijk: wanneer het drupbakje wordt verwij­derd, moet het koffiedi­kreservoir VERPLICHT geledigd worden, ook al is het niet vol. Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat bij het zetten van de volgende kopjes koffie, het koffiedikreservoir te vol raakt en het apparaat verstopt raakt.
MAALT TE FIJN MAALGRAAD INSTELLEN
(en afwisselend)
DRUK OK
(en vervolgens)
VUL TANK!
De tank is tijdens de af­gifte verwijderd.
Er zit lucht in het hydrau­lische circuit.
Breng de tank aan en druk op het pictogram OK (B9). Het display toont “HEET WATER DRUK OK”. Druk nogmaals op het picto­gram OK (B9). Het appa­raat keert terug naar de werkwijze “klaar voor ge­bruik”.
PLAATS KOFFIEDIKRESER­VOIR
Na de reiniging is het kof­fiedikreservoir niet aange­bracht.
Open het deurtje en breng het koffiedikreservoir aan.
28NL29
PLAATS KOFFIEZETEENHEID Na het reinigen is de zete-
enheid niet aangebracht.
Breng de zeteenheid aan zoals beschreven in de pa­ragraaf “Reiniging van de koffiezeteenheid”.
WEERGEGEVEN MELDING MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
DOE DEUR DICHT Het deurtje is open Sluit het deurtje.
VUL KOFFIEBONENRESERV. De koffiebonen zijn op. Vul het reservoir met kof-
fiebonen.
ALGEMEEN ALARM!
De binnenkant van het ap­paraat is zeer vuil.
Reinig het apparaat zor­gvuldig zoals beschreven in de paragraaf “Reiniging en onderhoud”. Als het apparaat na de reiniging nog steeds de melding laat zien, zich tot een ser­vicecentrum wenden.
GRAAG ONTKALKEN!
(afwisselend)
KOPJE MEDIUM NORMAAL
Geeft aan dat het apparaat ontkalkt moet worden.
Het ontkalkingspro­gramma beschreven in de paragraaf “Ontkalking” moet zo snel mogelijk uit­gevoerd worden.
MINDER KOFFIE
Er is te veel koffie ge­bruikt.
Kies een lichter aroma of gebruik minder voorge­malen koffie en zet op­nieuw koffie.
VERVANG FILTER!
Geeft aan dat het waterfil­ter (A26) vervangen moet worden.
Vervang meteen het filter volgens de aanwijzingen in de paragraaf “Vervan­ging van het filter”.
VOEG VOORGEMALEN KOFFIE TOE
De functie “voorgemalen koffie” is geselecteerd, maar er is geen voorge­malen koffie in de trechter gedaan.
De trechter (A21) is ver­stopt.
Trek het apparaat uit en doe de voorgemalen kof­fie in de trechter.
Ledig de trechter met be­hulp van een mes zoals beschreven in de para­graaf ”Reiniging van de trechter voor het inbren­gen van voorgemalen kof­fie”.
NL
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
OPLOSSING VAN PROBLEMEN
Hieronder zijn enkele mogelijke storingen opgesomd. Als het probleem niet op de beschreven manier opgelost kan worden, moet contact worden opgenomen met de Technische Service.
De koffie is niet warm. De kopjes zijn niet voor-
verwarmd
De koffiezeteenheid is koud geworden omdat er 2/3 minuten sinds de laat­ste koffie zijn verstreken.
De ingestelde tempera­tuur is te laag.
Verwarm de kopjes door ze met warm water af te spoelen.
Alvorens koffie te zetten, de zetgroep verwarmen met de functie SPOELEN binnen het menu.
• Wijzig de ingestelde tem­peratuur (zie de paragraaf “Wijziging van de koffie­temperatuur”).
De koffie heeft weinig crème. De koffiebonen zijn te grof
gemalen
De koffiemelange die ge­bruikt wordt is niet ge­schikt.
Draai de regelknop van de maalgraad één klik lin­ksom richting nummer 1 terwijl de koffiemolen werkt (fig. 14).
Gebruik een koffieme­lange voor espressoappa­raten.
De koffie wordt te langzaam of druppelsgewijs afgegeven.
De koffiebonen zijn te fijn gemalen
Draai de regelknop van de maalgraad één klik re­chtsom richting nummer 7 terwijl de koffiemolen werkt (fig. 14). Ga steeds één klik verder, totdat de gewenste afgifte wordt verkregen. Het effect is pas duidelijk na de afgifte van 2 kopjes koffie.
30NL31
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
De koffie wordt te snel afge­geven.
De koffiebonen zijn te grof gemalen
Draai de regelknop van de maalgraad één klik lin­ksom richting nummer 1 terwijl de koffiemolen werkt (fig. 14). Let erop dat de regelknop van de maalgraad niet te veel wordt verdraaid, want anders kan de afgifte druppelsgewijs gebeuren als er twee kopjes koffie worden gezet. Het effect is pas duidelijk na de afgifte van 2 kopjes koffie.
De koffie loopt niet uit een of beide spuitmonden van de afgiftegroep.
De spuitmonden zijn ver­stopt.
Reinig de spuitmonden met een tandenstoker (fig.
27).
De koffie loopt niet uit de spuitmonden van de afgifte­groep, maar langs het deurtje (A2).
De gaatjes in de spuit­monden zijn verstopt door opgedroogde koffieresten.
Het koffietoevoerlaatje (A13) in het deurtje is ge­blokkeerd.
Reinig de spuitmonden met een tandenstoker, een sponsje of een keuken­borstel met harde haren (fig. 27-29).
Reinig het koffietoevoerla­atje (A3) zorgvuldig, voo­ral in de buurt van de scharnieren.
Uit de afgiftegroep komt geen koffie maar water.
De voorgemalen koffie is in de trechter (A21) blij­ven vastzitten.
Reinig de trechter (A21) met een houten of plastic vork, reinig de binnenkant van het apparaat.
NL32NL
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
De melk heeft grote luchtbel­len of komt spuitend uit het af­giftepijpje.
De melk is niet voldoende koud of is niet mager/hal­fvol.
Het schuifje van de mel­kopschuiminrichting is niet goed geplaatst.
Het deksel van het mel­kreservoir is vuil.
Gebruik bij voorkeur ma­gere of halfvolle melk op koelkasttemperatuur (on­geveer 5° C). Indien het resultaat nog niet naar wens is, probeer dan een ander merk melk te ge­bruiken.
Verplaats het schuifje iets naar het opschrift “CAFFE­LATTE” (zie par. “Cappuc­cino bereiden”).
Maak het deksel van het melkreservoir schoon, zoals beschreven in de pa­ragraaf “Reiniging van het melkreservoir”.
De melk komt niet uit het af­giftepijpje (C5).
Het opvoerbuisje is afwe­zig of niet goed geplaatst.
Breng het opvoerbuisje (C4) goed in het rubbertje van het deksel van het melkreservoir aan (fig.
24).
De melk is niet voldoende op­geschuimd.
Het deksel van het mel­kreservoir is vuil.
Het schuifje van de mel­kopschuiminrichting is niet goed geplaatst.
Reinig het deksel van het melkreservoir zoals be­schreven in de paragraaf “Reiniging van het mel­kreservoir”.
Regel volgens de aanwij­zingen in de paragraaf “Cappuccino bereiden”.
www.electrolux.com
5713212481/08.09
10
Loading...