Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en bewaar de gebruiksaanwijzing zodat deze later kan worden geraadpleegd.
Geef deze gebruiksaanwijzing door aan een eventuele volgende eigenaar van het apparaat.
De volgende symbolen worden in de tekst gebruikt:
1 Veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing! Aanwijzingen ten behoeve van uw persoonlijke veiligheid.
Let op! Aanwijzingen om beschadiging van het apparaat te voorkomen.
Dit apparaat is in overeenstemming met de volgende EG-richtlijnen:
5
– 73/23/EEG van 19.02.1973 Laagspanningsrichtlijn
– 89/336/EEG van 03.05.1989 EMC-richtlijn inclusief aangepaste richt-
lijn 92/31/EEG
– 93/68/EEG van 22.07.93 CE-markeringsrichtlijn
Elektrische veiligheid
• Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden
aangesloten.
• In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen
in de huisinstallatie uitschakelen.
• Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen
worden uitgevoerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen
grote gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties altijd tot onze serviceafdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
• Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
• Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor koken, braden, bakken van levensmiddelen worden gebruikt.
• Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op
stopcontacten in de buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet in
aanraking komen of onder de hete ovendeur ingeklemd raken.
• Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de oven-
ruimte heet.
• Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan evt. een licht
ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dat geval voorzichtig. Kom niet met vuur of vonken in de buurt van de
oven.
5
Page 6
3Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levensmiddelen, met name bij zetmeelhoudende producten,
een gevaar voor de gezondheid door acrylamide veroorzaken. Om die
reden adviseren wij levensmiddelen zoveel mogelijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het
apparaat
• Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten,
pannen, enzovoort op de bodem omdat daarmee het email van de
oven door de ontstane hitteconcentratie wordt beschadigd.
• Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die
niet kunnen worden verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
• Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
• Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email
worden beschadigd en kunnen verkleuringen ontstaan.
• Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste
glasplaat, kan het glas breken.
• Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van
de oven kan dit ontbranden.
• Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor beschadigd raken.
3Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het
gebruik zijn niet van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat
voor regulier of contractueel gebruik. Dit zijn derhalve geen gebreken
in de zin van het recht op garantie.
6
Page 7
Afvalverwerking
Verpakkingsmateriaal
2
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De kunststoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv.
>PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpakkingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de gemeentelijke inzamelplaatsen in de
daarvoor bestemde containers.
2Oud apparaat verwijderen
Verwijder afgedankte apparatuur conform de in uw woonplaats geldende richtlijnen.
1 Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten af-
gedankt apparaten voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het apparaat verwijderen.
7
Page 8
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
Deurgreep
Glazen deur
8
Page 9
Bedieningspaneel
Uitrusting oven
Oven - indicaties
Functietoetsen
Oven
Bovenwarmte en grillelement
Inzetniveaus
Ovenverlichting
Stopcontact voor vlees-
spit
Vetfilter
Ovenverlichting
Verwarmingselement in
de achterwand
Ventilator
Onderwarmte
Uitneembaar inschuifrooster
9
Page 10
Accessoires oven
Combi-rooster
Voor servies, bakvormen, braden en
grilleren.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Braadslede
Om te braden resp. als opvangblik
voor vet
Vleesthermometer
Om precies te bepalen hoe gaar een
stuk vlees is.
10
Page 11
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een stroomstoring knippert Dagtijd automatisch.
1. Voor het wijizgen van een reeds ingestelde dagtijd, eerst de toets Aan/
Uit indrukken. Vervolgens de
toets Selectie zo vaak indrukken
tot Dagtijd knippert.
2. Met de toets of de actuele
dagtijd instellen.
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft de klok de ingestelde
dagtijd weer.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3U kunt de dagtijd alleen veranderen,
wanneer de kinderbeveiliging is uitgeschakeld, geen klokfuncties
Duur of Einde en geen ovenfunctie is ingesteld.
11
Page 12
Eerste reiniging
Alvorens de oven in gebruik te nemen, moet u hem reinigen.
1 Let op: Gebruik geen scherpe schuurmiddelen! U zou de oppervlakken
kunnen beschadigen.
3Gebruik bij ovens met een metalen voorzijde de hiervoor in de handel
verkrijgbare onderhoudsmiddelen.
1. Open de ovendeur.
De verlichting in de oven is nu ingeschakeld.
2. Neem alle accessoires en geleiderails uit de oven en reinig deze met een
warm sopje.
3. Maak de oven ook schoon met een warm sopje en droog hem daarna.
4. Veeg de voorzijde van de oven af met een vochtige doek.
12
Page 13
Bedienen van de oven
De elektronische ovenbesturing
Temperatuur/Dagtijd
Verwarmings-
indicatie
Klokfuncties/bedrijfstijdOvenfuncties
Aan/uit
Ovenfunctie - selectie
n
e
v
l
S
e
r
w
e
n
a
r
m
Insteltoetsen
Klokfuncties
3Algemene aanwijzingen
• Schakel het apparaat altijd eerst met de toets Aan/Uit in.
• Wanneer de gekozen functie brandt, gaat de oven opwarmen of be-
gint de ingestelde tijd te lopen.
• De indicatie van de bedrijfstijd geeft aan hoe lang de oven reeds in-
geschakeld is. De indicatie is alleen zichtbaar als geen van de
klokfuncties Kookwekker, Duur of Einde is ingesteld.
• De ovenverlichting is ingeschakeld, zodra een ovenfunctie is geselec-
teerd.
• Wanneer de gekozen temperatuur is bereikt, klinkt er een zoemer.
• Schakel het apparaat met de toets Aan/Uit uit.
Vleesspit
13
Page 14
Een ovenfunctie kiezen
1. Met de toets Aan/Uit inschakelen.
2. De toets of net zo vaak in-
drukken totdat de gewenste
ovenfunctie verschijnt.
• In de temperatuurindicatie ver-
schijnt een voorstel voor de temperatuur.
• Als de voorgestelde temperatuur
niet binnen ca. 5 seconden wordt
veranderd, gaat de oven opwarmen.
3De ovenfunctie kan tijdens de werking worden gewijzigd.
Oventemperatuur wijzigen
Met de toets of de temperatuur naar beneden of naar boven
wijzigen.
De instelling verloopt in stappen
van 5 °C.
14
Ovenfunctie uitschakelen
Om de oven uit te schakelen, drukt
u net zo vaak op de toets of
totdat er geen ovenfunctie meer
wordt aangegeven.
Oven uitschakelen
Met de toets Aan/Uit uitschakelen.
Page 15
3Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder
lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
3Graden-indicatie
Indicatie Opwarmen
Na het inschakelen geven de ovenfuncties de langzaam na elkaar oplichtende balken aan, tot hoever de
oven reeds verwarmd is.
Indicatie Snelverwarmen
Na het inschakelen van de functie
Snelverwarmen geven de na
elkaar knipperende balken aan dat
de functie Snelverwarmen in werking is.
Indicatie Restwarmte
Na het uitschakelen van de oven
geven de nog oplichtende balken de
resterende restwarme van de oven
aan.
15
Page 16
Snelverwarmen
Na het selecteren van een ovenfunctie kan met behulp van de extrafunctie Snelverwarmen de lege oven in relatief korte tijd worden
voorverwarmd.
1 Let op: Te garen producten a.u.b. eerst in de ovenplaatsen, als Snelver-
warmen beëindigd is en de oven in de gewenste functie werkt.
1. Ovenfunctie en temperatuur selecteren (bijv. Boven- en
onderwarmte). Evt. temperatuurvoorstel wijzigen.
2. Toets Snelverwarmen indrukken. Het symbool brandt.
De achtereenvolgend knipperende balken geven aan dat Snelverwar-
men inwerking is.
Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur branden de balken van
de temperatuurindicatie. Er klinkt een zoemer. Het symbool gaat
uit.
De oven verwarmt nu in de vooringestelde ovenfunctie en temperatuur
verder. U kunt de te garen producten nu in de oven plaatsen.
3De functie Snelverwarmen kan bij de ovenfuncties Super-
hetelucht, Al Gusto-hetelucht, Boven- en onderwarmte en
Infratherm tevens ingeschakeld worden.
16
Page 17
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
OvenfunctieToepassing
Super-hetelucht Voor het bakken op maximaal
Al Gusto-hetelucht
Op lage temperatuur bereiden
Boven- en onderwarmte
InfrathermVoor het braden van grotere stuk-
Grote grill Voor het grilleren van vlakke le-
Grill Voor het grilleren van vlakke le-
WarmhoudstandVoor het warmhouden van ge-
OntdooienVoor het gedeeltelijk of geheel
drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven
20 tot 40 °C lager in dan bij boven-/onderwarmte.
Voor het bakken op een niveau
voor gerechten die een intensie-
vere bruining en knapperigheid
van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven
20 tot 40 °C lager in dan bij boven-/onderwarmte.
Voor het bereiden van bijzonder
mals en sappig braadvlees.
Voor het bakken en braden op één niveau.
ken vlees of gevogelte op één niveau.
Deze functie is ook geschikt voor
gratineren.
vensmiddelen in grotere hoeveel-heden en om te roosteren.
vensmiddelen, die in het midden van het rooster worden geplaatst
en om te roosteren.
rechten.
ontdooien van bijvoorbeeld gebak, boter, brood, fruit of andere
bevroren levensmiddelen.
Verwarmingsele-
ment/ventilator
Boven- en
onderwarmte, verwarmingselement in
de achterwand,
ventilator
Onderwarmte, verwarmingselement in
de achterverwarmings
element, ventilator
Boven- en
onderwarmte, verwarmingselement in
de achterwand,
ventilator
Bovenwarmte,
onderwarmte
Grill, bovenwarmte,
ventilator
Grill, bovenwarmte
Grill
Bovenwarmte,
onderwarmte
Ventilator
17
Page 18
OvenfunctieToepassing
Verwarmingsele-
ment/ventilator
OnderwarmteVoor het afbakken van gebak met
een brosse bodem.
PyrolyseVoor pyrolytische zelfreiniging
van de oven. Hierbij wordt achtergebleven vuil in de oven verbrand.
Na het afkoelen kunnen de resten
vervolgens uit de oven worden
geveegd. De oven wordt verhit tot
circa 500 °C.
Onderwarmte
Bovenwarmte,
Onderwarmte, Grill,
Ventilator
18
Page 19
Rooster, bakplaat en braadslede plaatsen
3Kantelbeveiliging
Alle inschuifdelen hebben links en rechts een kleine uitholling. Deze
uitholling dient als kantelbeveiliging en moet altijd naar achteren wijzen.
Bakplaat resp. braadslede plaatsen:
De kantelbeveiliging moet naar achteren wijzen.
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de
beide geleiders naar boven wijzen.
De kantelbeveiliging moet naar onderen wijzen en moet zich achter in
de oven bevinden.
Rooster en bakplaat resp. braadslede plaatsen:
Bij het gelijktijdig gebruiken van het
rooster en de bakplaat resp. braadslede moet de kantelbeveiliging van
het rooster precies in de welvingen
van de bakplaat resp. de braadslede
worden geplaatst.
19
Page 20
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij
het braden, om het verwarmingse-
lement in de achterwand te beschermen tegen vetspatten.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken
en de beide steuntjes van boven
naar beneden in de opening tegen de achterwand van de oven
(ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en naar boven uit de
oven nemen.
20
Page 21
Vleesthermometer
Voor het op de exacte temperatuur uitschakelen van de oven, wanneer
een ingestelde kerntemperatuur is bereikt.
Er moet op twee temperaturen worden gelet:
– De temperatuur van de oven: zie de braadtabel
– De kerntemperatuur: zie tabel Vleesthermometer
1 Let op: Alleen de meegeleverde vleesthermometer mag worden ge-
bruikt! Wanneer deze moet worden vervangen, mag alleen het originele
reserveonderdeel worden gebruikt!
1. Het apparaat met de toets Aan/Uit inschakelen.
2. Steek de punt van de vleesthermo-
meter volledig in het product dat
gaar moet worden. De punt moet
zich hierbij zo veel mogelijk in het
midden van het product bevinden.
3. Steek de stekker van de vleesthermometer tot de eindaanslag in het
stopcontact in de zijwand van de
oven.
4. Met de toets of de gewenste
kerntemperatuur instellen.
De indicatie gaat naar de actuele
kerntemperatuur
Als de actuele kerntemperatuur
reeds wordt aangegeven, voordat de
gewenste kerntemperatuur wordt
ingesteld, druk dan zo vaak op de
toets Selectie tot de functie
Vleesthermometer knippert en
kunt u vervolgens de instelling uitvoeren.
3De kerntemperatuur wordt vanaf 30°C aangegeven.
21
Page 22
5. Ovenfunctie en –temperatuur instellen.
Zodra de ingestelde kerntemperatuur is bereikt, klinkt er een zoemer
en wordt de oven automatisch uitgeschakeld.
6. Druk op een willekeurige toets om de zoemer uit te schakelen.
1 Waarschuwing: De vleesthermo-
meter is heet! Bij het uittrekken van
de stekker en de punt van de vleesthermometer bestaat verbrandingsgevaar!
7. Trek de stekker van de vleesthermometer uit het stopcontact en neem
het gegaarde product met de ingestoken vleesthermometer uit de
oven.
8. Apparaat uitschakelen
22
Kerntemperatuur opvragen of wijzigen
– De toets Selectie zo vaak indrukken tot de functie knippert
Vleesthermometerof de ingestelde kerntemperatuur wordt aangegeven.
– Wijzig de temperatuur zo nodig met of .
Oventemperatuur opvragen of wijzigen
– Wijzig de temperatuur zo nodig met de toets of .
Page 23
Klokfuncties
Klokfuncties
Tijdsindicatie
Dagtijd
Insteltoetsen
Duur/Einde/Bedrijfstijd
Klokfuncties
Vleesspit
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen
(zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
23
Page 24
3Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
• Na het kiezen van een klokfunctie knippert de bijbehorende functie
ong. 5 seconden. Gedurende deze tijd kunt u met de toetsof
de gewenste tijden instellen of veranderen.
• Na het instellen van de gewenste tijd knippert de functie opnieuw
ong. 5 seconden. Daarna is de functie verlicht. De ingestelde tijd begint te lopen.
3Opvragen van de ingestelde of resterende tijd
De toets Selectie zo vaak indrukken tot de betreffende klokfunctie
knippert of de resterende tijd wordt aangegeven.
2Gebruik van de restwarmte met de klokfunctie Duur en
Einde
Bij gebruik van de klokfuncties Duur en Einde schakelt de oven
de verwarmingselementen uit als 90% van de ingestelde of berekende
tijd is bereikt. De beschikbare restwarmte wordt gebruikt om het gaarproces tot het verlopen van de ingestelde tijd voort te zetten
(3 tot 20 min.).
24
Page 25
Kookwekker
1. Toets Selectie zo vaak indruk-
ken, tot Kookwekker knippert.
2. Stel met de toets of de ge-
wenste korte tijd in
(max. 99,00 minuten).
Na ca. 5 seconden geeft de indicatie
de resterende tijd aan.
Kookwekker brandt.
Als 90% van de ingestelde tijd ver-
lopen is, klinkt een zoemer.
Na het verstrijken van de tijd klinkt
er gedurende 1 minuten een
zoemer.
“00.00“ en Kookwekker knipperen.
Het knipperen en de zoemer uitschakelen:
Willekeurige toets indrukken
25
Page 26
Duur
1. Ovenfunctie en temperatuur
kiezen.
2. Toets Selectie zo vaak indrukken,
tot Duur knippert.
3. Met de toets of de gewenste
gaartijd instellen (max. 09,59 uur)
instellen
Duur brandt.
26
Als de ingestelde tijd verlopen is,
knippert ”00,00“ en Duur.
Er klinkt gedurende 2 minuten een
zoemer.
De oven wordt uitgeschakeld.
Het knipperen en de zoemer uitschakelen:
Willekeurige toets indrukken
Page 27
Einde
1. Ovenfunctie en temperatuur kiezen.
2. Toets Selectiezo vaak indrukken,
tot Einde knippert.
3. Met de toets of de gewenste
uitschakeltijd instellen.
Einde brandt en de bereikte duur
wordt aangegeven.
Als de ingestelde tijd verlopen is,
knippert ”00,00“ en Einde.
Er klinkt gedurende 2 minuten een
zoemer.
De oven wordt uitgeschakeld.
Het knipperen en de zoemer uitschakelen:
Willekeurige toets indrukken
27
Page 28
Duur en Einde in combinatie
3Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt wanneer de
oven op een later tijdstip automatisch moet worden in- en uitgeschakeld.
1. Ovenfunctie en temperatuur
kiezen.
2. Met de functie Duur kunt u de
benodigde gaartijd voor het gerecht
instellen,
bijvoorbeeld: 1 uur.
3. Met de functie Einde kunt u het
tijdstip instellen waarop het gerecht
klaar moet zijn,
bijvoorbeeld: 14:05 uur.
28
Duur en Einde branden.
De oven wordt automatisch inge-
schakeld op het berekende tijdstip,
bijvoorbeeld: 13:05 uur.
Na het verstrijken van de ingestelde
Duur klinkt er een zoemer gedurende 2 minuten en wordt de oven automatisch uitgeschakeld,
bijvoorbeeld: 14:05 uur.
Page 29
Overige functies
Indicatie-uitschakeling
2U kunt energie besparen door de tijdindicatie uit te schakelen.
Tijdindicatie uitschakelen
1. Schakel het apparaat zo nodig met de toets Aan/Uituit.
2. Houd de toetsen Selectie en
tegelijk ingedrukt, totdat de indicatie donker wordt.
3De indicatie wordt automatisch in-
geschakeld wanneer het apparaat
weer in gebruik wordt genomen.
Wanneer u het apparaat weer uitschakelt, gaat de dagtijdindicatie
weer uit.
Wanneer u wilt dat de dagtijd weer
blijvend wordt aangegeven, moet u de tijdindicatie weer inschakelen.
Tijdindicatie inschakelen
1. Schakel het apparaat zo nodig met de toets Aan/Uituit.
2. Houd de toetsen Selectie en tegelijk ingedrukt, totdat de indica-
tie weer verschijnt.
Kinderbeveiliging
Zodra de kinderbeveiliging is ingeschakeld, kan het apparaat niet worden gebruikt.
Kinderbeveiliging inschakelen
1. Het apparaat zo nodig met de toets
Aan/Uit inschakelen.
Er mag geen ovenfunctie zijn gekozen.
2. Houd de toetsen Selectie en
tegelijk ingedrukt totdat ”SAFE“ in
de indicatie verschijnt.
De kinderbeveiliging is nu ingeschakeld.
29
Page 30
Kinderbeveiliging uitschakelen
1. Het apparaat zo nodig met de toets Aan/Uit inschakelen.
2. Houd de toetsen Selectie en tegelijk ingedrukt totdat ”SAFE“ in
de indicatie uit gaat.
De kinderbeveiliging is nu uitgeschakeld en de oven weer klaar voor ge-
bruik.
Toetsenvergrendeling
Met deze functie voorkomt u dat ingestelde ovenfuncties per abuis
worden gewijzigd.
Toetsenvergrendeling inschakelen
1. Schakel het apparaat zo nodig met
de toets Aan/Uit in.
2. Kies een ovenfunctie.
3. Houd de toetsen Selectie en
tegelijk ingedrukt, totdat in de indicatie ”LOC“ verschijnt.
De toetsenvergrendeling is nu ingeschakeld.
Toetsenvergrendeling uitschakelen
Houd de toetsen Selectie en tegelijk ingedrukt totdat ”LOC“ in de
indicatie uit gaat.
De toetsenvergrendeling wordt automatisch opgeheven als de
ovenfunctie wordt uitgeschakeld.
30
Page 31
Veiligheidsuitschakeling van de oven
3Als de oven na een bepaalde tijd niet wordt uitgeschakeld of wanneer
de temperatuur niet wordt veranderd, dan wordt de oven automatisch
uitgeschakeld.
In de temperatuurindicatie knippert de laatst ingestelde temperatuur.
De oven schakelt automatisch uit bij een oventemperatuur van.
Schakel de oven helemaal uit.
Daarna kunt u de oven weer in gebruik nemen.
3De veiligheidsuitschakeling wordt opgeheven als de klokfunctie
Duur of Einde ingesteld is.
31
Page 32
Toepassingen, tabellen en tips
Bakken
Ovenfunctie: Super-hetelucht of Boven- en onderwarmte
Bakvormen
• Voor Boven- en onderwarmte zijn vormen van donker metaal en
gecoate vormen geschikt.
• Voor Super-hetelucht zijn ook vormen van licht metaal geschikt.
Inbrengsleuven
• Bakken met Boven- en onderwarmte is altijd slechts op één ni-
veau mogelijk.
• Met Super-hetelucht kunt u op maximaal 3 bakplaten tegelijk
bakken:
1 bakplaat:
bijvoorbeeld inzetniveau 3
1 bakvorm:
bijvoorbeeld inzetniveau 1
32
2 bakplaten:
bijvoorbeeld inzetniveau 1 en 3
3 bakplaten:
inzetniveau 1, 3 en 5
Page 33
Algemene aanwijzingen
• Bakblik met de schuine kant naar voren plaatsen!
• U kunt met Boven- en onderwarmte of Super-hetelucht ook
twee vormen tegelijk naast elkaar op het rooster bakken. Het bakproces duurt nauwelijks langer.
3Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het
gaarproces kromtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tussen het diepgevroren gerecht en de oventemperatuur.
Als de bakplaten zijn afgekoeld trekken ze weer recht.
Aanwijzingen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende
temperatuurvoorschriften, tijden en inzetniveaus.
• De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden. De waarden zijn namelijk afhankelijk van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid
en de bakvorm.
• Wij adviseren om de eerste keer de laagste temperatuurwaarde in te
stellen en pas indien gewenst, bijv. als een sterkere bruining is gewenst of als de baktijd te lang duurt, een hogere temperatuur te kiezen.
• Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept,
kijkt u dan bij een soortgelijk gebak.
• Bij het op meerdere niveaus bakken van gebak op bakplaten of in
vormen kan de baktijd 10-15 minuten langer zijn.
• Bereid vochtig gebak, zoals bijvoorbeeld pizza's en vruchtengebak, op
één niveau.
• Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin
van het bakproces niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. In de loop van het bakproces wordt het
gebak overal even bruin.
2Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van
de baktijd uitschakelen, om de nawarmte te gebruiken.
Tenzij anders aangegeven, gelden de waarden in de tabellen voor het
plaatsen van een gerecht in de koude oven.
Waarschuwing: voor het schoonmaken moet het apparaat zijn uitge-
1
schakeld en afgekoeld.
Waarschuwing: uit veiligheidsoverwegingen is het niet toegestaan
het apparaat met een stoom- of een hogedrukreiniger schoon te maken.
Let op: gebruik geen schuurmiddelen, agressieve schoonmaakmiddelen of schurende voorwerpen.
Buitenzijde van het apparaat
• Neem de voorzijde van het apparaat af met een zachte doek en een
warm sopje.
• Gebruik bij metalen oppervlakken de hiervoor in de handel verkrijg-
bare onderhoudsmiddelen.
Ovenruimte
1 Waarschuwing: Voor het reinigen moet de oven uitgeschakeld en af-
gekoeld zijn.
3Reinig het apparaat elke keer na het gebruik. Verontreinigingen zijn
dan makkelijk te verwijderen en kunnen niet inbranden. Door de
Pyrolyse kan niet verwijderde aanslag verkleuring van de oppervlakte
van het materiaal veroorzaken.
1. Bij het openen van de ovendeur wordt automatisch de ovenverlichting
ingeschakeld.
2. De oven elke keer na het gebruik met een sopje afnemen en drogen.
3Bij hardnekkige verontreiniging met Pyrolyse reinigen.
1 Attentie! Als u ovenspray gebruikt, beslist de aanwijzingen van de fa-
brikant opvolgen.
Accessoires
Alle inschuifdelen (rooster, bakplaat, inschuifroosters enz.) elke keer na
het gebruik afwassen en goed afdrogen. Kort laten inweken zorgt voor
makkelijker schoonmaken.
48
Page 49
Vetfilter
1. Het vetfilter in een heet sopje of in de afwasautomaat reinigen.
2. Als het vuil sterk is ingebrand in wat water en 2-3 eetlepels afwasmiddel
voor afwasautomaten uitkoken.
Pyrolytische reiniging
1 Waarschuwing: De oven wordt tijdens deze procedure heel heet. Kleine
kinderen moeten ver van de oven vandaan worden gehouden.
1 Attentie! Voor het uitvoeren van de pyrolyse moeten alle uitneembare
delen met uitzondering van de inschuifroosters uit de oven worden verwijderd.
3Indien u het als extra accessoire verkrijgbare bakrooster met tele-
scoopgeleiders gebruikt, moet deze voor de pyrolyse worden verwij-
derd.
Bij nog in de oven aanwezige bakroosters verschijnt in de tijdindicatie
’C1’.
De pyrolyseprocedure kan dan als gevolg van de veiligheidsuitschakeling ter bescherming van het bakrooster, niet worden gestart.
Pyrolyse
1. Grove vervuilingen dienen vooraf handmatig verwijderd te worden.
2. Ovenfunctie Pyrolyse kiezen.
– In de temperatuurindicatie verschijnt P1
– in de tijdindicatie verschijnt ”3:15”,
– De tijdsduur knippert gedurende ca. 5 seconden.
Vervolgens start de pyrolytische reiniging.
3De Ovenverlichting is uitgeschakeld.
Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur wordt de deur vergrendeld.
Het symbool ist actief en de balk van de hitte-indicatie brandt tot
de deur weer ontgrendeld is.
49
Page 50
Pyrolyse-duur wijzigen
1. Procedure als bij de pyrolyse beschreven.
2. Zo lang als Duur knippert, met of de gewenste pyrolyseduur
kiezen:
“2:15“ of ”3:15”.
Duur knippert gedurende ca. 5 seconden.
Vervolgens start de pyrolytische reiniging.
3Als Duur niet meer knippert, de toets Selectie nogmaals indruk-
ken en vervolgens de instelling uitvoeren.
3. Na afloop van de pyrolyse, voor het beëindigen op een willekeurige
toets drukken.
Pyrolyse-uitschakeltijd wijzigen
De pyrolyse-uitschakeltijd kan met de klokfunctie Einde worden
uitgesteld (binnen 2 min. na het instellen van de pyrolyse).
Wanneer wordt welke pyrolyse gebruikt:
– 2:15 = pyrolyse licht: voor geringe vervuiling,
– 3:15 = pyrolyse intensief: voor sterke vervuiling.
50
Page 51
Inschuifroosters
Om de zijwanden schoon te maken kunnen de inschuifroosters links en
rechts in de oven worden losgenomen.
Inschuifroosters losnemen
1. Schroeven uitdraaien.
2. Roosters achter van de ovenwand
wegtrekken en naar voren
klappen (1).
3. Roosters losnemen (2).
51
Page 52
Inschuifroosters inzetten
1 Let er bij het weer inzetten op dat
de afgeronde einden van de geleidingsstangetjes naar voren wijzen!
1. Bij het inzetten de roosters eerst
voor inhangen (1).
2. Roosters naar achteren klappen en
insteken (2).
3. Schroeven weer bevestigen.
52
Page 53
Ovenverlichting
1 Waarschuwing: Kans op kortsluiting! Voor het vervangen van de oven-
lamp:
– oven uitschakelen!
– zekeringen in de huisinstallatie uitdraaien resp. uitschakelen.
3Om de ovenlamp en het afdekglas te beschermen een doekje op de bo-
dem van de oven leggen.
Ovenlamp vervangen/glas reinigen
1. Afdekglas linksom draaien, losne-
men en schoonmaken.
2. Indien nodig:
oververlichting 40 watt, 230 V
300 °C hittebestendig
vervangen.
3. Afdekglas weer aanbrengen.
Ovenlamp aan de zijkant vervangen/glas reinigen.
1. Linker inschuifrooster losnemen.
2. Afdekglas met behulp van een smal,
stomp voorwerp (bijv. theelepeltje)
losnemen en reinigen.
doek aanpakken, om te voorkomen
dat vetresten inbranden.
4. Afdekglas weer aanbrengen.
5. Inschuifrooster inzetten.
53
Page 54
Ovendeur
Voor het reinigen kunt u de ovendeur losnemen.
Ovendeur losnemen
1. Ovendeur geheel openen.
2. Messingkleurige klemhendels aan
beide deurscharnieren geheel
openklappen.
3. Ovendeur met twee handen opzij
vastpakken en over de weerstand
heen ongeveer 3/4 sluiten.
4. Deur van de oven wegtrekken
(voorzichtig: zwaar!)
5. Deur met de buitenkant naar bene-
den op een zachte, egale ondergrond leggen, bijv. op een deken,
om krassen te voorkomen.
Ovendeur inzetten
1. Deur met de buitenkant naar u toe
met twee handen opzij vastpakken.
2. Deur onder een hoek van ca. 60°
houden.
3. Deurscharnieren tegelijk zo ver mogelijk in de twee uitsparingen rechts
en links onder aan de oven schuiven.
4. Deur zo ver mogelijk naar boven optillen en dan geheel openen.
5. Messingkleurige klemhendels aan
beide deurscharnieren in de oorspronkelijke stand terugklappen.
6. Ovendeur sluiten.
54
Page 55
Deurvenster van de oven
De ovendeur is voorzien van vier achter elkaar aangebrachte glazen
vensters. De binnenste vensters kunnen worden uitgenomen en gereinigd.
1 Waarschuwing: de volgende stappen mag u uitsluitend uitvoeren op
de uit de hengsels gelichte ovendeur! Als de deur nog in de oven
hangt kan de deur bij het verwijderen van de beglazing door de gewichtsvermindering opspringen en u in gevaar brengen.
1 Attentie! Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de
buitenste glasplaat, kan het glas breken.
Demonteren van het bovenste deurvenster
1. Licht de ovendeur uit de oven en leg
de deur met de handgreep naar beneden op een zachte, vlakke ondergrond.
2. Pak de bovenste glasplaat bij de onderste rand vast en schuif de glasplaat in de richting van de
handgreep van de oven. U voelt wat
weerstand. Schuif de glasplaat door
totdat deze onder vrij ligt (
3. Venster aan de onderkant iets optillen en uittrekken (
á ).
à ).
Middelste glazen vensters uitnemen
1. Middelste glazen vensters een voor
een aan onderrand vastpakken en in
de richting van de handgreep van
de ovendeur schuiven tot de onderkant vrij is (
2. Vensters aan de onderkant iets optillen en uittrekken (
Reinig de deurvensters
á ).
à ).
55
Page 56
Middelste glazen vensters terugplaatsen
1. Middelste glazen vensters een voor
een schuin van boven in het deurprofiel aan de kant van de handgreep laten zakken (
2. Middelste glazen vensters naar onderen laten zakken en in de richting
van de onderkant van de deur zo ver
mogelijk onder de onderste klem
schuiven (
Terugplaatsen van het bovenste deurvenster
1. Schuif de bovenste glasplaat schuin
van boven in het deurprofiel aan de
kant van de greep (
2. Laat de glasplaat zakken. Venster
met lichte druk aan de handgreepkant voor het stopprofiel aan de onderkant van de deur leggen en
onder het stopprofiel
schuiven (
De glasplaat moet vast zitten!
Hang de ovendeur weer in de oven.
à ).
à).
á ).
á ).
56
Page 57
Wat is er aan de hand als …
StoringMogelijke oorzaakOplossing
De oven wordt niet warm De oven is niet ingeschakeld Oven inschakelen
De dagtijd is niet ingesteldDagtijd instellen
De ovenverlichting valt
uit
De pyrolyse functioneert
niet (in de tijdindicatie
verschijnt ”C1“)
De ovendeur is vergrendeld
De oven wordt niet warm.
Dagtijd brandt
De noodzakelijke instellingen zijn niet uitgevoerd
De veiligheidsuitschakeling
heeft de oven uitgeschakeld
De zekering in de huisinstallatie (stoppenkast) is doorgebrand
De ovenlamp is kapotOvenlamp vervangen
Het bakrooster werd niet
verwijderd
Het apparaat is niet aangesloten; de deurvergrendeling
is geactiveerd
De demo-mode is in werking De toets Selectie gedu-
Instellingen controleren
Zie Veiligheidsuitschakeling.
Zekering controleren Als de
zekeringen meerdere malen
worden uitgeschakeld, neem
dan contact op met een erkend elektro-installateur
Bakrooster verwijderen
Het apparaat aansluiten en
ten minste 15 minuten
wachten totdat de deurvergrendeling automatisch
wordt opgeheven
rende 2 sec. ingedrukt houden, vervolgens binnen 2 sec.
de toetsen Selectie en
gedurende 2 sec. ingedrukt
houden
In de indicatie verschijnt F1De deur is niet goed gesloten Deur goed sluiten en pyroly-
se nogmaals starten. Neem
bij herhaalde indicatie a.u.b.
contact op met de klantenservice
57
Page 58
StoringMogelijke oorzaakOplossing
In de indicatie verschijnt F2De deur kan niet worden ge-
In de indicatie verschijnt F3Elektronisch defectNeem a.u.b. contact op met
In de indicatie verschijnt F4Elektronisch defectNeem a.u.b. contact op met
In de indicatie verschijnt F5TemperatuuroverschrijdingNeem a.u.b. contact op met
In de indicatie verschijnt F6TemperatuuroverschrijdingNeem a.u.b. contact op met
In de indicatie verschijnt F8Elektronisch defectHet apparaat via de huisin-
Wanneer u de storing niet kunt verhelpen met de hierboven gege-
opend
Het apparaat via de huisinstallatie of de veiligheidsschakelaar van de
zekeringkast uitschakelen en
vervolgens weer inschakelen.
Neem bij herhaalde indicatie
a.u.b. contact op met de
klantenservice
de klantenservice
de klantenservice
de klantenservice
de klantenservice
stallatie of de veiligheidsschakelaar van de
zekeringkast uitschakelen en
vervolgens weer inschakelen.
Neem bij herhaalde indicatie
a.u.b. contact op met de
klantenservice
ven aanwijzingen, neem dan contact op met uw vakhandel of met
onze service-afdeling.
1 Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vak-
mensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden.
3Bij een onjuiste bediening wordt het bezoek van de servicetechnicus
ook tijdens de garantieperiode in rekening gebracht.
3Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de ovendeur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens vormen op de binnenkant van het deurvenster.
58
Page 59
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaanwijzing (hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem
zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met
onze service-afdeling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben
wij de volgende gegevens nodig:
From the Electrolux Group. The world´s No.1 choice.
De Electrolux Groep is de grootste producent ter wereld van aangedreven apparaten voor gebruik in de keuken,
reinigingswerkzaamheden en voor gebruik buitenshuis. In meer dan 150 landen over de hele wereld worden
ieder jaar meer dan 55 miljoen Electrolux producten (zoals koelkasten, fornuizen, wasautomaten, stofzuigers,
kettingzagen en grasmaaiers) verkocht ter waarde van circa USD 14 miljard.
AEG Hausgeräte GmbH
Postfach 1036
D-90327 Nürnberg