AEG BPS 546020M User Manual [nl]

USER MANUAL
BPS542020M
NL Gebruiksaanwijzing
Oven
www.aeg.com
2

INHOUDSOPGAVE

VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.

VEILIGHEIDSINFORMATIE

1.
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
NEDERLANDS
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging,
dan dient dit geactiveerd te worden.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de
werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden gehouden.
3

Algemene veiligheid

1.2
Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt of onder permanent toezicht.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
www.aeg.com4
Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te
plegen.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te
voorkomen.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
te voorkomen.
Overtollige voedselresten moeten verwijderd worden
alvorens de pyrolytische reiniging te starten. Verwijder
alle onderdelen van de oven.
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de
voorkant van de inschuifrail en dan de achterkant uit
de zijwanden. Installeer de inschuifrails in de
omgekeerde volgorde.
Gebruik uitsluitend de vleesthermometer die
aanbevolen is voor dit apparaat.
2.

VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

2.1 Montage

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want het is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Trek het apparaat nooit aan de handgreep van zijn plaats.
• Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
• De zijkanten van het apparaat moeten naast apparaten of units staan van dezelfde hoogte.
• Het apparaat is uitgerust met een elektrisch koelsysteem. Het heeft elektrische stroom nodig.
NEDERLANDS
5

2.2 Elektrische aansluiting

WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice.
• Laat de stroomkabel niet in aanraking komen met de deur van het apparaat, met name niet als deze heet is.
• De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie­apparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm.
• Dit apparaat voldoet aan de EEG­richtlijnen.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel, brandwonden, elektrische schokken of een explosie.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat telkens na gebruik uit.
• Wees voorzichtig met het openen van de deur van het apparaat als het apparaat aan staat. Er kan hete lucht ontsnappen.
• Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water.
• Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Open de deur van het apparaat voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-luchtmengsel ontstaan.
• Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de deur.
• Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
• Om schade of verkleuring van het email te voorkomen:
– zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem van het apparaat.
– leg geen aluminiumfolie op de
bodem van het apparaat.
6
www.aeg.com
– plaats geen water direct in het
hete apparaat.
– haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
– wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van accessoires.
• Verkleuring van het email of roestvrij staal is niet van invloed op de werking van het apparaat.
• Gebruik een diepe pan voor vochtige taarten. Fruitsappen kunnen permanente vlekken maken.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer.
• Alle bereidingen moeten worden uitgevoerd met gesloten ovendeur.
• Als het apparaat achter een meubelpaneel gemonteerd is (bijv. een deur), zorg er dan voor dat de deur nooit gesloten is als het apparaat in werking is. Warmte en vocht kunnen achter een gesloten meubelpaneel ophopen en schade aan het apparaat, de behuizing of de vloer veroorzaken. Sluit het meubelpaneel niet tot het apparaat volledig afgekoeld is na gebruik.

2.4 Onderhoud en reiniging

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Zorg dat het apparaat is afgekoeld. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken.
• Vervang direct de glazen deurpanelen als deze beschadigd zijn. Neem contact op met de erkende servicedienst.
• Wees voorzichtig als u de deur van het apparaat verwijderd. De deur is zwaar!
• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Reinig het apparaat met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
• Raadpleeg als u een ovenspray gebruikt eerst de aanwijzingen op de verpakking.
• Reinig niet het katalytisch email (indien van toepassing) met een schoonmaakmiddel.

2.5 Pyrolysereiniging

Risico op letsel / Brand / Chemische uitstoot (dampen) in pyrolitische modus.
• Voordat u de pyrolytische zelfsreinigingsfunctie of de functie Het eerste gebruik uitvoert, moet u eerst de volgende items uit de binnenkant oven verwijderen:
– eventueel grote hoeveelheden
etensresten, olie of gemorst vet / afzetttingen.
– eventueel verwijderbare objecten
(inclusief plateaus, zijrails, etc., die met het product zijn meegeleverd), in het bijzonder potten en pannen met antiaanbaklaag, ovenroosters, kookgerei, etc.
• Lees zorgvuldig alle instructies voor pyrolytische reiniging.
• Houd kinderen uit de buurt van het apparaat als de pyrolytische reiniging in werking is. Het apparaat wordt erg heet en er komt hete lucht uit de ventilatieopeningen aan de voorkant.
• Pyrolytische reiniging wordt uitgevoerd onder hoge temperaturen waarbij er rook van kookresten en constructiematerialen kan komen. Daarom gelden de volgende aanbevelingen voor consumenten:
– zorg voor goede ventilatie tijdens
en na elke pyrolytische reiniging.
– zorg tijdens en na het eerste
gebruik bij maximumtemperatuur voor voldoende verluchting.
• In tegenstelling tot mensen, kunnen bepaalde vogels en reptielen zeer
1
2
3
4
5
2 3 5
7
12
10
8 9
641
11
NEDERLANDS
7
gevoelig zijn voor mogelijke rookgassen die tijdens het reinigingsproces van alle pyrolytische ovens worden uitgestoten.
– Houd huisdieren (met name
vogels) uit de buurt van het apparaat tijdens en na de pyrolytische reiniging en gebruik eerst een programma bij maximale temperatuur in een goed geventileerde ruimte.
• Kleine huisdieren kunnen ook zeer gevoelig zijn voor de plaatselijke temperatuurwijzigingen in de nabijheid van alle pyrolytische ovens wanneer de pyrolytische reiniging in werking is.
• Anti-aanbaklagen in potten en pannen, schalen, keukengerei, enz. kunnen worden beschadigd door de hoge temperatuur van het pyrolytische reinigingsproces van alle pyrolytische ovens en kunnen mogelijk ook kleine hoeveelheden schadelijke gassen veroorzaken.
• Rookgassen die vrijkomen uit alle pyrolytische ovens / kookresten zoals beschreven, zijn niet schadelijk voor mensen, inclusief zuigelingen of personen met medische aandoeningen.

2.6 Binnenverlichting

• De gloeilampen of halogeenlampen in dit apparaat zijn uitsluitend
bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. Gebruik deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken!
• Voordat u het lampje vervangt, dient u de stekker van het apparaat uit het stopcontact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde specificaties.

2.7 Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg.
• Verwijder de deurvergrendeling om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in het apparaat vast komen te zitten.

2.8 Servicedienst

• Neem contact op met een erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat.
• Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.

BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

3.

3.1 Algemeen overzicht

1 2 3 4 5 6 7
8 9
10
Bedieningspaneel Knop voor de ovenfuncties Stroomlampje/symbool Elektronische tijdschakelklok Knop voor de temperatuur Temperatuurindicator / symbool Opening voor
kerntemperatuursensor Verwarmingselement Lampje Ventilator
www.aeg.com8
Verwijderbare inschuifrail
11

3.2 Accessoires

Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Combi schaal
Roosterhoogtes
12
Voor gebak en koekjes. Voor braden en roosteren of als pan om vet op te vangen
Vleesthermometer
Voor het vaststellen van het gaarpunt van het gerecht

4. VOOR HET EERSTE GEBRUIK

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
Raadpleeg voor het instellen van de dagtijd het hoofdstuk "Klokfuncties".

4.1 Eerste reiniging

Verwijder all accessoires en verwijderbare inschuifrails uit het apparaat.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging'.
Reinig het apparaat en de accessoires voor het eerste gebruik. Zet de accessoires en verwijderbare inschuifrails terug in de beginstand.

5. DAGELIJKS GEBRUIK

NEDERLANDS 9
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

5.1 Verzonken knoppen

Om het apparaat te bedienen, moet u op de bedieningsknop drukken. De bedieningsknop komt naar voren.

5.2 Het apparaat aan- en uitzetten

Het hangt van het model of uw apparaat knopsymbolen, indicatielampjes of lampjes heeft:
• Het lampje gaat aan als het apparaat in werking is.
• Het symbool geeft aan of de knop de kookzones, de ovenfuncties of de temperatuur bedient.
• Het indicatielampje gaat aan wanneer de oven opwarmt.

5.3 Ovenfuncties

1. Zet de functieknop van de oven op
een ovenfunctie.
2. Draai de temperatuurknop om een
temperatuur te kiezen.
3. Draai om het apparaat uit te
schakelen, de knop voor de ovenfuncties en de knop voor de temperatuur in de uit-stand.
Ovenfunctie Applicatie
Uit-stand Het apparaat staat uit.
Snel Opwarmen Om de opwarmtijd te verkorten.
Multi Hetelucht Om op drie ovenniveaus te bakken of om voedsel te
drogen.Stel de temperatuur 20 - 40°C lager in dan voor Boven-/onderwarmte.
Pizza Hetelucht Om gerechten op één niveau te bakken met intensief
bruineren en een krokantere korst. Stel de temperatuur 20 - 40°C lager in dan voor boven-/onderwarmte.
Boven-/Onder­warmte
Voor het bakken en braden op een ovenniveau.
A B C
D
EFG
www.aeg.com10
Ovenfunctie Applicatie
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige bo-
Ontdooien Deze functie kan gebruikt worden om bevroren voedsel
Multi Hetelucht (Vochtig)
Grill Om plat voedsel te grillen en brood te roosteren.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogel-
Pyrolyse Automatische pyrolytische reiniging van de oven. Hier-
dem en het inmaken van voedsel.
te ontdooien zoals groente en fruit. De ontdooitijd hangt af van de hoeveelheid en dikte van het voedsel.
Om gebakken voedsel in bakblikken op één rekniveau te bakken. Om tijdens de bereiding energie te bespa­ren. Deze functie moet worden gebruikt in overeen­stemming met de kooktabellen om de gewenste koo­kresultaten te bereiken. Voor meer informatie over de aanbevolen instellingen raadpleegt u de kooktabellen. Deze functie wordt gebruikt om de energie-efficiëntie­klasse vast te stellen overeenkomstig EN 60350-1.
te met botten op één niveau. Ook om te gratineren en te bruinen.
door worden vuilresten in de oven verbrand.
De verlichting kan tijdens sommige ovenfuncties automatisch uitschakelen als de temperatuur onder de 60°C komt.

5.4 Functie Snel opwarmen

De functie Snel opwarmen verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven wanneer de functie Snel opwarmen is ingeschakeld.

5.5 Weergave

1. Stel de functie Snel opwarmen in. Zie
de ovenfunctietabel.
2. Draai de knop voor de temperatuur
om de temperatuur in te stellen. Wanneer het apparaat op de ingestelde temperatuur is, hoort u een geluidssignaal.
De Snel opwarmenfunctie schakelt niet uit na het geluidssignaal. U moet de functie handmatig uitschakelen.
3. Ovenfunctie instellen.
A. Timer B. Opwarmen en restwarmte-indicatie C. Waterreservoir (alleen geselecteerde
modellen) D. Vleesthermometer (alleen
geselecteerde modellen) E. Deurslot (alleen geselecteerde
modellen)
F. Uren/minuten
G. Klokfuncties

5.6 Toetsen

Knop Functie Beschrijving
KLOK De klokfunctie instellen.
MIN Om de tijd in te stellen.
KOOKWEKKER De KOOKWEKKER instellen. Houd de
knop langer dan 3 seconden ingedrukt om de ovenlamp in of uit te schakelen.
PLUS Om de tijd in te stellen.
TEMPERATUUR De oventemperatuur of de temperatuur
van de vleesthermometer (indien van toe­passing). Alleen gebruiken indien er een ovenfunctie in werking is.
NEDERLANDS 11
5.7 Controlelampje bij
voorverwarmen
Als u een ovenfunctie inschakelt, gaan de balkjes op het display een voor een

6. KLOKFUNCTIES

6.1 Tabel klokfuncties

Klokfunctie Toepassing
DAGTIJD Met deze functie kunt u de dagtijd weergeven of veran-
DUUR Instellen hoe lang het apparaat in werking is. Gebruik
EINDE Instellen wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld.
VERTRAGINGS­TIJD
KOOKWEKKER Gebruik de kookwekker voor het instellen van een aftel-
branden. De balkjes geven aan dat de oventemperatuur toeneemt of afneemt.
deren. U kunt de dagtijd alleen wijzigen als het appa­raat uit staat.
dit alleen wanneer de ovenfunctie is ingesteld.
Gebruik dit alleen wanneer de ovenfunctie is ingesteld.
Om de functies BEREIDINGSDUUR en EINDE te combi­neren.
tijd. Deze functie heeft geen invloed op de werking van het apparaat. U kunt de KOOKWEKKER op elk gewenst moment instellen, ook als het apparaat uit staat.
12
www.aeg.com
Klokfunctie Toepassing
00:00 TIMER MET OP-
TELFUNCTIE
Als u geen andere klokfunctie instelt, zal de timer met optelfunctie automatisch bijhouden hoe lang het appa­raat werkt. Deze wordt onmiddellijk ingeschakeld wan­neer de oven begint met opwarmen. De timer met optelfunctie kan niet gebruikt worden met de functies: BEREIDINGSDUUR, EINDE, vleesther­mometer.

6.2 Instellen en wijzigen van de tijd

Wacht na de eerste aansluiting op het stopcontact totdat het display en
"12:00" weergeeft. "12" knippert.
1. Druk op of om de uren in te
stellen.
2. Druk op om te bevestigen en om
naar het instellen van de minuten te gaan.
Het display toont en het ingestelde uur. "00" knippert.
3. Druk op
minuten in te stellen.
4. Druk op om te bevestigen of de
ingestelde dagtijd zal na vijf seconden automatisch worden
opgeslagen. Op het display verschijnt de nieuwe tijd. Druk om de dagtijd te wijzigen
herhaaldelijk op indicatielampje voor de dagtijd
knippert op het display.
of om de huidige
tot het

6.3 De DUUR instellen

1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Druk op
uren voor de BEREIDINGSDUUR in te
stellen.
4. Druk op om te bevestigen. Wanneer de tijd is verlopen, weerklinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. en tijdinstelling knippert in het display. Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld.
of om de minuten en
5. Druk op een willekeurige toets om
het geluidssignaal uit te zetten.
6. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.

6.4 Het EINDE instellen

1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Druk op
uren voor de EINDTIJD in te stellen.
4. Druk op om te bevestigen. Op de ingestelde tijd, weerklinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. en tijdinstelling knippert in het display. Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld.
5. Druk op een willekeurige toets om
het geluidssignaal uit te zetten.
6. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
of om de minuten en

6.5 De functie TIJDVERTRAGING instellen

1. Ovenfunctie instellen.
2. Blijf op
te knipperen.
3. Druk op of om de minuten en
uren voor de BEREIDINGSDUUR in te stellen.
4. Druk op
het display knippert .
5. Druk op
uren voor de EINDTIJD in te stellen.
6. Druk op om te bevestigen. Het apparaat gaat later automatisch aan, werkt voor de ingestelde BEREIDINGSDUUR en stop aan op de
drukken totdat begint
om te bevestigen. Op
of om de minuten en
NEDERLANDS
13
ingestelde EINDTIJD. Op de ingestelde tijd, weerklinkt er gedurende twee
minuten een geluidssignaal. en tijdinstelling knippert in het display. Het apparaat wordt uitgeschakeld.
7. Druk op een willekeurige toets om
het geluidssignaal uit te zetten.
8. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.

6.6 De KOOKWEKKER instellen

1. Druk op . en "00" knipperen in het display.
2. Druk op
KOOKWEKKER in te stellen. U moet eerst de seconden en dan de minuten instellen. Als de ingestelde tijd langer is dan
60 minuten knippert op het display.
of om de
3. Stel de uren in.
4. De KOOKWEKKER start automatisch
na vijf seconden. Na 90% van de ingestelde tijd klinkt er een geluidssignaal.
5. Wanneer de ingestelde tijd is
verlopen, weerklinkt er gedurende twee minuten een geluidssignaal.
"00:00" en display. Druk op een willekeurige toets om het geluidssignaal uit te zetten.

6.7 TIMER MET OPTELFUNCTIE

Houd om de timer met optelfunctie te resetten
gaat weer optellen.

7. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

7.1 Vleesthermometer

De sensor van de vleesthermometer meet de temperatuur binnenin het voedsel. Wanneer het voedsel de ingestelde temperatuur heeft bereikt, wordt het apparaat uitgeschakeld.
Er worden twee temperaturen ingesteld:
• de oventemperatuur (minimaal
120°C),
• de kerntemperatuur van het voedsel.
LET OP!
Gebruik alleen de sensor van de vleesthermometer die is meegeleverd and de originele reserveonderdelen.
Aanwijzingen voor de beste resultaten:
• Ingrediënten moeten op
kamertemperatuur zijn.
• De sensor voor de vleesthermometer
kan niet worden gebruikt voor vloeibare gerechten.
• Tijdens de bereiding moet de sensor van de vleesthermometer in het gerecht stoken blijven en de stekker in de houder.
• Maak gebruik van de aanbevolen vleesthermometerinstellingen voor voedsel. Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'.

Voedselcategorieën: vlees, gevogelte en vis

1. Stel de ovenfunctie en temperatuur
in.
2. Plaats de punt van de
vleesthermometer in het midden van
knipperen op het
en ingedrukt. De timer
Telkens u de vleesthermometer in het contact steekt, moet u de kerntemperatuurtijd opnieuw instellen. U kunt de duur en de eindtijd niet instellen.
Het apparaat berekent de geschatte bereidingstijd, maar dit kan veranderen.
14
www.aeg.com
het vlees of de vis, indien mogelijk in het dikste gedeelde. Zorg ervoor dat ten minste 3/4 van de vleesthermometer in het gerecht zit.
3. Steek de stekker van de
vleesthermometer in de aansluiting aan de voorkant van het apparaat.
Het display geeft het symbool van de vleesthermometer weer. Wanneer u de vleesthermometer voor de eerste keer gebruikt, is de standaard kerntemperatuur 60 °C.
Wanneer knippert, kunt u de temperatuurknop gebruiken om de standaard kerntemperatuur te wijzigen. Het display toont het symbool van de vleesthermometer en de standaard kerntemperatuur.
4. Druk op
kerntemperatuur op te slaan, of wacht 10 seconden tot de instelling
automatisch wordt opgeslagen. De nieuwe standaard kerntemperatuur wordt weergegeven tijdens het volgende gebruik van de vleesthermometer. Wanneer het gerecht de ingestelde kerntemperatuur heeft bereikt, gaan de
kerntemperatuur en knipperen. Er
om de nieuwe
klinkt gedurende twee minuten een geluidssignaal.
5. Druk op een willekeurige toets of
open de ovendeur om het geluid te stoppen.
6. Haal de stekker van de
vleesthermometer uit het stopcontact en haal het gerecht uit het apparaat.
WAARSCHUWING!
Er bestaat een risico op verbrandingsgevaar aangezien de vleesthermometer heet wordt. Wees voorzichtig wanneer u de stekker eruit haalt en de vleesthermometer uit het gerecht haalt.

Categorie levensmiddelen: stoofschotel

1. Stel de ovenfunctie en temperatuur
in.
2. Plaats de helft van de ingrediënten in
de ovenschaal.
3. Plaats de punt van de
vleesthermometer precies in het midden van de stoofschotel.De vleesthermometer moet stevig op zijn plaats blijven tijdens het bakproces. Gebruik een solide ingrediënt om dat te bereiken. Gebruik de rand van de ovenschaal om het silicone handvat van de vleesthermometer te ondersteunen. De punt van de vleesthermometer mag de bodem van de ovenschaal niet aanraken.
4. Bedek de vleesthermometer met de
resterende ingrediënten.
5. Steek de stekker van de
vleesthermometer in de aansluiting aan de voorkant van het apparaat.
WAARSCHUWING!
Er bestaat een risico op verbrandingsgevaar aangezien de vleesthermometer heet wordt. Wees voorzichtig wanneer u de stekker eruit haalt en de vleesthermometer uit het gerecht haalt.
NEDERLANDS

De temperatuur wijzigen tijdens het koken

U kunt de temperatuur tijdens de bereiding altijd wijzigen:
1. Druk op
• eenmaal - het display toont de
• tweemaal - het display toont de
• driemaal - het display toont de
2. Draai de knop voor de temperatuur
om de temperatuur in te stellen.
:
ingestelde kerntemperatuur die elke 10 seconden wisselt naar de actuele kerntemperatuur.
actuele oventemperatuur die elke 10 seconden wisselt naar de ingestelde oventemperatuur.
ingestelde oventemperatuur.
15
Het display geeft het symbool van de vleesthermometer weer.
6. Druk op
kerntemperatuur op te slaan, of wacht 10 seconden tot de instelling
automatisch wordt opgeslagen. De nieuwe standaard kerntemperatuur wordt weergegeven tijdens het volgende gebruik van de vleesthermometer. Wanneer het gerecht de ingestelde kerntemperatuur heeft bereikt, gaan de
kerntemperatuur en klinkt gedurende twee minuten een geluidssignaal.
7. Druk op een willekeurige toets of
open de ovendeur om het geluid te
stoppen.
8. Haal de stekker van de
vleesthermometer uit het
stopcontact en haal het gerecht uit
het apparaat.
om de nieuwe
knipperen. Er

7.2 De accessoires plaatsen

Bakrooster: Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
Braadpan: Plaats de braadpan tussen de
geleidestangen van de inschuifrails.
www.aeg.com16
Bakrooster en braadpan samen: Schuif de braadpan tussen de
geleidestangen van de roostersteun en het rooster op de roostersteun er boven en zorg er hierbij voor dat de pootjes naar beneden wijzen.

8. EXTRA FUNCTIES

8.1 Gebruik van het Kinderslot

Als het Kinderslot aanstaat, kan het apparaat niet per ongeluk worden geactiveerd.
De deur is vergrendeld en de symbolen SAFE en
verschijnen op het display als de pyrolysefunctie in werking is. Dit kan worden gecontroleerd op de knop.
1. Zorg dat de knop voor de
ovenfuncties in de uit-stand staat.
2. Druk en gedurende 2
seconden tegelijkertijd in.
Er klinkt een geluidssignaal. SAFE en verschijnen op het display. Herhaal stap 2 om het kinderslot uit te schakelen.

8.2 Gebruik van de Toetsblokkering.

U kunt de Toetsblokkering alleen inschakelen als het apparaat in werking is.
Toetsblokkering voorkomt dat de temperatuur en de tijdinstelling van een
Kleine inkepingen bovenaan verhogen de veiligheid. Deze inkepingen zorgen er ook voor dat ze niet omkantelen. De hoge rand rond het rooster voorkomt dat het kookgerei van het rooster afglijdt.
lopende een ovenfunctie per ongeluk worden gewijzigd.
1. Selecteer een ovenfunctie en stel het
in volgens uw voorkeur
2. Houd en gedurende ten
minste 2 seconden samen ingedrukt. Er klinkt een geluidssignaal. Loc gaat aan op het display. Herhaal stap 2 om de toetsblokkering uit te schakelen.
Als de Pyrolysefunctie werkt, is de deur vergrendeld en
gaat aan op het display.
Loc gaat aan op het display als u aan de temperatuurknop draait of op een knop indrukt. Als u aan de knop voor de ovenfuncties draait, gaat het apparaat uit.
Als u het apparaat uitschakelt terwijl de toetsblokkering aan is, schakelt de toetsblokkering automatisch over naar kinderslot. Raadpleeg "Het kinderslot gebruiken".

8.3 Restwarmte-indicatie

Wanneer u het apparaat uitschakelt, geeft het display de restwarmte aan
als de temperatuur in de oven hoger is dan 40 °C. Draai de knop voor de temperatuur naar links of rechts om de oventemperatuur weer te geven.

8.4 Automatische uitschakeling

Om veiligheidsredenen schakelt het apparaat na bepaalde tijd automatisch uit als er een ovenfunctie in werking is en u geen instellingen wijzigt.
Temperatuur (°C) Uitschakeltijd (u)
30 - 115 12.5
120 - 195 8.5

9. AANWIJZINGEN EN TIPS

Temperatuur (°C) Uitschakeltijd (u)
200 - 245 5.5
250 - maximum 1.5
Druk na een automatische uitschakeling op een willekeurige knop om het toestel opnieuw te activeren.
De automatische uitschakeling werkt niet met de functies: vleesthermometer, licht, duur, einde.
NEDERLANDS

8.5 Koelventilator

Als het apparaat in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Na het uitschakelen van het apparaat kan de ventilatie doorgaan totdat het apparaat is afgekoeld.
17
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn afhankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.

9.1 Binnenzijde van de deur

Bij bepaalde modellen vindt u het volgende aan de binnenkant van de deur:
• de nummers van de inzetniveaus.
• informatie over de ovenfuncties, aanbevolen niveaus en temperaturen voor karakteristieke gerechten.

9.2 Bakken

• Het kan gebeuren dat uw oven anders bakt of braadt dan het apparaat dat u vroeger had. Pas de instellingen (temperatuur, kooktijden) en de
rekstand die u gewoon was aan volgens de waarden in de tabellen.
• De fabrikant raadt u aan de eerste keer een lagere temperatuur in te stellen.
• Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor een speciaal recept, kijkt u bij een soortgelijk product.
• Bij het bereiden van cake op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10 - 15 minuten langer zijn.
• Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. De verschillen verminderen tijdens het bakproces.
• Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uitschakelen en profiteren van de restwarmte.
Wanneer u bevroren gerechten gebruikt, kunnen de bakplaten in de oven tijdens het bakken vervormen. Wanneer de bakplaten afkoelen, verdwijnt de vervorming.
www.aeg.com18

9.3 Baktips

Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de cake is niet voldoende gebruind.
De cake zakt in en wordt klef, klonterig, streperig.
De cake zakt in en wordt klef, klonterig, streperig.
De cake zakt in en wordt klef, klonterig, streperig.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te
De cake is te droog. Te lange baktijd. De volgende keer dat u een
De cake wordt ongelijkmatig bruin.
De cake wordt ongelijkmatig bruin.
De cake wordt niet gaar bin­nen de aangegeven baktijd.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere
rekstand.
De oventemperatuur is te hoog.
Te korte baktijd. Baktijd verlengen. U kunt de
Er zit te veel vloeistof in het mengsel.
laag.
De oventemperatuur is te hoog en de baktijd te kort.
Het deeg is niet gelijkmatig verdeeld.
De oventemperatuur is te laag.
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de baktem­peratuur lager in.
baktijd niet verlagen door een hogere temperatuur in te stellen.
Minder vocht gebruiken. Let op de kneedtijden, vooral bij het gebruik van keukenma­chines.
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de baktem­peratuur hoger in.
cake bakt, gebruikt u een kortere baktijd.
De baktemperatuur lager in­stellen en de baktijd verlen­gen.
Verdeel het deeg gelijkma­tig over de bakplaat.
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de baktem­peratuur een beetje hoger in.

9.4 Bakken op één niveau:

Bakken in een bakblik
Gerecht Functie Temperatuur
(°C)
Tulband / brio­che
Moskovisch ge­bak / vruchten­cake
Multi hetelucht 150 - 160 50 - 70 1
Multi hetelucht 140 - 160 70 - 90 1
Tijd (min) Roosterhoogte
NEDERLANDS 19
Gerecht Functie Temperatuur
(°C)
Fatless sponge
Multi hetelucht 140 - 150 35 - 50 2 cake / Vetvrije cake, zacht
Fatless sponge cake / Vetvrije
Boven-/onder-
warmte
160 35 - 50 2
cake, zacht
Taartbodem van zandtaartdeeg
Taartbodem -
Multi hetelucht
170 - 180
1)
Multi hetelucht 150 - 170 20 - 25 2 zacht cakedeeg
Apple pie / Ap-
Multi hetelucht 160 60 - 90 2 peltaart (2 vor­men Ø 20 cm, diagonaal ge­plaatst)
Apple pie / Ap­peltaart (2 vor-
Boven-/onder-
warmte
180 70 - 90 1
men Ø 20 cm, diagonaal ge­plaatst)
Kwarktaart Boven-/onder-
170 - 190 60 - 90 1
warmte
1)
Oven voorverwarmen.
Gebak op bakplaat
Gerecht Functie Temperatuur
(°C)
Vlechtbrood / broodkrans
Kerststol Boven-/onder-
Brood (rogge­brood):
1. Eerste deel
Boven-/onder-
warmte
warmte
Boven-/onder-
warmte
170 - 190 30 - 40 3
160 - 180
1. 230
1)
1)
2. 160 - 180
van het bak­proces.
2. Tweede
deel van het bakproces.
Roomsoezen / Eclairs
Boven-/onder-
warmte
190 - 210
1)
Tijd (min) Roosterhoogte
10 - 25 2
Tijd (min) Roosterhoogte
50 - 70 2
1. 20
1
2. 30 - 60
20 - 35 3
www.aeg.com20
Gerecht Functie Temperatuur
Tijd (min) Roosterhoogte
(°C)
Biscuitrol Boven-/onder-
warmte
Kruimeltaart
Multi hetelucht 150 - 160 20 - 40 3
180 - 200
1)
10 - 20 3
(droog)
Boter-/Suiker­koek
Vruchtentaart
Boven-/onder­warmte
190 - 210
1)
20 - 30 3
Multi hetelucht 150 35 - 55 3 (bereid met gist­deeg/roer-
2)
deeg)
Vruchtentaart (bereid met gist-
Boven-/onder-
warmte
170 35 - 55 3
deeg/roer-
2)
deeg)
Vruchtentaart
Multi hetelucht 160 - 170 40 - 80 3 met kruimel­deeg
Gistcake met delicate garne-
Boven-/onder-
warmte
160 - 180
1)
40 - 80 3
ring (bijvoor­beeld kwark, room, pudding­vulling)
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
Koekjes
Gerecht Functie Temperatuur
Tijd (min) Roosterhoogte
(°C)
Zandkoekjes Multi hetelucht 150 - 160 10 - 20 3
Short bread /
Multi hetelucht 140 20 - 35 3 Zandtaartdeeg / Gebakreepjes
Short bread / Zandtaartdeeg /
Boven-/onder-
warmte
160
1)
20 - 30 3
Gebakreepjes
Koekjes ge-
Multi hetelucht 150 - 160 15 - 20 3 maakt van roer­deeg
NEDERLANDS 21
Gerecht Functie Temperatuur
Tijd (min) Roosterhoogte
(°C)
Eiwitgebak /
Multi hetelucht 80 - 100 120 - 150 3
schuimgebak
Bitterkoekjes Multi hetelucht 100 - 120 30 - 50 3
Koekjes ge-
Multi hetelucht 150 - 160 20 - 40 3 maakt van gist­deeg
Klein blader­deeggebak
Broodjes Multi hetelucht
Broodjes Boven-/onder-
Small cakes / Kleine cakes (20
Multi hetelucht
warmte
Multi hetelucht
170 - 180
1)
160
190 - 210
1)
150
1)
20 - 30 3
10 - 25 3
1)
10 - 25 3
20 - 35 3
stuks/bakplaat)
Small cakes / Kleine cakes (20
Boven-/onder-
warmte
170
1)
20 - 30 3
stuks/bakplaat)
1)
Oven voorverwarmen.

9.5 Ovenschotels en gegratineerde gerechten

Gerecht Functie Temperatuur
Tijd (min) Roosterhoogte
(°C)
Pastaschotel Boven-/onder-
180 - 200 45 - 60 1
warmte
Lasagne Boven-/onder-
180 - 200 25 - 40 1
warmte
Circulatiegrill 160 - 170 15 - 30 1 Groentegratin
Stokbroden be-
1)
Multi hetelucht 160 - 170 15 - 30 1 dekt met ge­smolten kaas
Zoete ovenscho­tels
Visschotels Boven-/onder-
Boven-/onder-
warmte
180 - 200 40 - 60 1
180 - 200 30 - 60 1
warmte
Gevulde groen-teMulti hetelucht 160 - 170 30 - 60 1
1)
Oven voorverwarmen.
www.aeg.com22

9.6 Multi Hetelucht (Vochtig)

Gerecht Temperatuur
(°C)
Pastagratin 200 - 220 45 - 55 3
Aardappelgratin 180 - 200 70 - 85 3
Moussaka 170 - 190 70 - 95 3
Lasagne 180 - 200 75 - 90 3
Cannelloni 180 - 200 70 - 85 3
Broodpudding 190 - 200 55 - 70 3
Rijstpudding 170 - 190 45 - 60 3
Appeltaart, gemaakt met roerdeeg (ronde taartvorm)
Witbrood 190 - 200 55 - 70 3
160 - 170 70 - 80 3
Tijd (min) Roosterhoog-
te
9.7 Bakken op meerdere
niveaus
Gebruik de functie Multi hetelucht.
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur
(°C)
Roomsoezen/ tompoezen
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 1 / 4 -
1)
Oven voorverwarmen.
160 - 180
1)
Koekjes/small cakes/cakejes/gebak/broodjes
Gerecht Temperatuur
(°C)
Zandkoekjes 150 - 160 20 - 40 1 / 4 1 / 3 / 5
Short bread / Zandtaartdeeg/ Deegreepjes
Koekjes ge­maakt van roer­deeg
Eiwitgebak, schuimgebak
140 25 - 45 1 / 4 1 / 3 / 5
160 - 170 25 - 40 1 / 4 -
80 - 100 130 - 170 1 / 4 -
Tijd (min) Roosterhoogte
2 standen 3 standen
25 - 45 1 / 4 -
Tijd (min) Roosterhoogte
2 standen 3 standen
NEDERLANDS 23
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
2 standen 3 standen
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 1 / 4 -
Koekjes ge-
160 - 170 30 - 60 1 / 4 ­maakt van gist­deeg
Klein blader­deeggebak
170 - 180
1)
30 - 50 1 / 4 -
Broodjes 180 20 - 30 1 / 4 -
Small cakes / Kleine cakes (20
150
1)
23 - 40 1 / 4 -
stuks/bakplaat)
1)
Oven voorverwarmen.

9.8 Pizza Hetelucht

Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza (dunne korst)
Pizza (met veel gar-
200 - 230
180 - 200 20 - 30 2
1)2)
nering)
Taarten 180 - 200 40 - 55 1
Spinazietaart 160 - 180 45 - 60 1
Quiche Lorraine 170 - 190 45 - 55 1
Zwitserse flan 170 - 190 45 - 55 1
Kwarktaart 140 - 160 60 - 90 1
Appeltaart, gedekt 150 - 170 50 - 60 1
Groentetaart 160 - 180 50 - 60 1
Ongedesemd brood
Bladerdeegtaart
Flammekuchen (piz­za-achtig gerecht uit
230 - 250
160 - 180
230 - 250
1)
1)
1)
de Elzas)
Piroggen (Russische variant op calzone)
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
180 - 200
1)
15 - 20 2
10 - 20 2
45 - 55 2
12 - 20 2
15 - 25 2
www.aeg.com24

9.9 Braden

• Gebruik hittebestendig servies om te braden (lees de instructies van de fabrikant).
• Grote braadstukken kunt u direct in de diepe braadpan braden (indien aanwezig) of op een rooster boven de braadpan.
• Braad mager vlees in een braadpan met deksel. Op die manier blijft het vlees sappiger.
• Alle soorten vlees die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zonder deksel braden.
• Giet een beetje vloeistof in de braadpan om het aanbranden van vleessap of vet te voorkomen.
• Indien nodig het braadstuk (na 1/2 ­2/3 van de gaartijd) keren.
• Besprenkel grote braadstukken en gevogelte diverse keren tijdens het braden met het eigen vleessap. Hiermee bereikt u een beter braadresultaat.
• U kunt het apparaat ongeveer 10 minuten voor het einde van de bereidingstijd uitschakelen om de restwarmte te gebruiken.
• Wij raden u aan vlees en vis vanaf 1 kg in het apparaat te bereiden.

9.10 Roostertabel

Rundvlees
Gerecht Gewicht Functie Tempera-
tuur (°C)
Stoofvlees 1 – 1,5 kg Boven-/
onderwarm­te
Rosbief of osse­haas: rood
Rosbief of osse­haas: medium
Rosbief of osse­haas: gaar
1)
Oven voorverwarmen.
per cm dikte Circulatiegrill
per cm dikte Circulatiegrill
per cm dikte Circulatiegrill
Varkensvlees
Gerecht Gewicht (kg) Functie Tempera-
Schouderstuk / nekstuk / ham­lap
Kotelet / ribbe­tje
Gehaktbrood 0.75 - 1 Circulatie-
Varkensschen­kel (voorge­kookt)
1 - 1.5 Circulatie-
grill
1 - 1.5 Circulatie-
grill
grill
0.75 - 1 Circulatie­grill
230 120 - 150 1
190 - 200
180 - 190
170 - 180
tuur (°C)
160 - 180 90 - 120 1
170 - 180 60 - 90 1
160 - 170 50 - 60 1
150 - 170 90 - 120 1
Tijd (min) Rooster-
5 - 6 1
1)
6 - 8 1
1)
8 - 10 1
1)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
hoogte
NEDERLANDS 25
Kalfsvlees
Gerecht Gewicht (kg) Functie Temperatuur
(°C)
Geroosterd kalfsvlees
Kalfsschenkel 1.5 - 2 Circulatiegrill 160 - 180 120 - 150 1
1 Circulatiegrill 160 - 180 90 - 120 1
Tijd (min) Rooster-
Lamsvlees
Gerecht Gewicht (kg) Functie Temperatuur
(°C)
Lamsbout / geroosterd lamsvlees
Lamsrug, me­dium
1 - 1.5 Circulatiegrill 150 - 170 100 - 120 1
1 - 1.5 Circulatiegrill 160 - 180 40 - 60 1
Tijd (min) Rooster-
Wild
Gerecht Gewicht (kg) Functie Temperatuur
(°C)
Hazenrug / hazenbout
Rug 1.5 - 2 Boven-/
Reebout, hertenbout
1)
Oven voorverwarmen.
tot 1 Boven-/
onderwarmte
onderwarmte
1.5 - 2 Boven-/ onderwarmte
1)
230
210 - 220 35 - 40 1
180 - 200 60 - 90 1
Tijd (min) Rooster-
30 - 40 1
Gevogelte
Gerecht Gewicht (kg) Functie Temperatuur
(°C)
Stukken ge­vogelte
Halve kip 0,4 - 0,5 elk Circulatiegrill 190 - 210 35 - 50 1
Kip, haantje 1 - 1.5 Circulatiegrill 190 - 210 50 - 70 1
Eend 1.5 - 2 Circulatiegrill 180 - 200 80 - 100 1
Gans 3.5 - 5 Circulatiegrill 160 - 180 120 - 180 1
Kalkoen 2.5 - 3.5 Circulatiegrill 160 - 180 120 - 150 1
Kalkoen 4 - 6 Circulatiegrill 140 - 160 150 - 240 1
0,2 - 0,25 elk Circulatiegrill 200 - 220 30 - 50 1
Tijd (min) Rooster-
hoogte
hoogte
hoogte
hoogte
www.aeg.com26
Vis (gestoomd)
Gerecht Gewicht (kg) Functie Temperatuur
(°C)
Hele vis 1 - 1.5 Boven-/
onderwarmte
210 - 220 40 - 60 1
Tijd (min) Rooster-
hoogte

9.11 Grill

• Grill altijd met de maximale temperatuurinstelling.
• Rooster in de rekstand plaatsen zoals aanbevolen in grilltabel.
• Lege oven met grillfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen.
LET OP!
Tijdens het grillen moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
• Altijd de pan voor het opvangen van vet op de eerste rekstand plaatsen.
• Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Grill
Gerecht Temperatuur
(°C)
Rosbief 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Runderfilet 230 20 - 30 20 - 30 3
Varkensrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Kalfsrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Lamsrug 210 - 230 25 - 35 20 - 25 3
Hele vis, 500 ­1000 g
210 - 230 15 - 30 15 - 30 3 / 4
Tijd (min) Roosterhoogte
1e kant 2e kant

9.12 Bevroren gerechten

Gebruik de functie Multi hetelucht.
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren 200 - 220 15 - 25 2
American pizza, be­vroren
Pizza, gekoeld 210 - 230 13 - 25 2
Pizza snacks, bevro­ren
Patat, dun 200 - 220 20 - 30 3
Patat, dik 200 - 220 25 - 35 3
190 - 210 20 - 25 2
180 - 200 15 - 30 2
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Aardappelpartjes/­kroketjes
Rösties 210 - 230 20 - 30 3
Lasagne / Cannello­ni, vers
Pastaschotel, bevro­ren
Oven gegratineerde kaas
Kippenvleugels 190 - 210 20 - 30 2
220 - 230 20 - 35 3
170 - 190 35 - 45 2
160 - 180 40 - 60 2
170 - 190 20 - 30 3
NEDERLANDS 27
Bevroren kant-en-klaarmaaltijden
Gerecht Functie Temperatuur
(°C)
Pizza, bevroren Boven-/onder-
warmte
Patat 1) (300 ­600 g)
Baguettes Boven-/onder-
Vruchtentaarten Boven-/onder-
1)
Patat tijdens bakken 2 tot 3 keer omkeren.
Boven-/onder­warmte of Circu­latiegrill
warmte
warmte
volgens aanwij­zingen van de fabrikant
200 - 220 volgens aanwij-
volgens aanwij­zingen van de fabrikant
volgens aanwij­zingen van de fabrikant
Tijd (min) Roosterhoogte
volgens aanwij­zingen van de fabrikant
zingen van de fabrikant
volgens aanwij­zingen van de fabrikant
volgens aanwij­zingen van de fabrikant
3
3
3
3

9.13 Ontdooien

• Haal het gerecht uit de verpakking en plaats het op een bord.
• Bedek het bord niet met een kom of ander bord, aangezien het ontdooien hierdoor langer kan duren.
• Gebruik het eerste roosterniveau vanaf de bodem.
Gerecht Gewicht
(kg)
Kip 1 100 - 140 20 - 30 Kip op een omgedraaid schoteltje
Ontdooitijd (min.)
Nadooitijd (min)
Opmerkingen
in een groot bord leggen. Halver­wege de bereidingstijd omdraai­en.
www.aeg.com28
Gerecht Gewicht
(kg)
Vlees 1 100 - 140 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
Vlees 0.5 90 - 120 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
Forel 0.15 25 - 35 10 - 15 -
Aardbei-en0.3 30 - 40 10 - 20 -
Boter 0.25 30 - 40 10 - 15 -
Room 2 x 0,2 80 - 100 10 - 15 Klop de nog licht bevroren slag-
Gebak 1.4 60 60 -

9.14 Inmaken - Onderwarmte

• Gebruik alleen weckpotten van dezelfde afmetingen.
• Gebruik geen weckpotten met een draai- of bajonetsluiting en metalen bakken.
• Gebruik het eerste rooster van de bodem van deze functie.
• Zet niet meer dan zes weckflessen van 1 liter op het bakrooster.
• Vul de glazen potten gelijkmatig en
Ontdooitijd (min.)
Nadooitijd (min)
Opmerkingen
draaien.
draaien.
room.
• De weckpotten mogen elkaar niet raken.
• Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
• Als de vloeistof in de weckpotten begint te borrelen (na ca. 35 - 60 minuten bij weckpotten van 1 liter), stop de oven of verlaag de temperatuur tot 100 °C (raadpleeg de tabel).
sluit ze af met een klem.
Zachte vruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be­gint (min)
Aardbeien / bosbes­sen / frambozen / rij­pe kruisbessen
160 - 170 35 - 45 -
Steenvruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be­gint (min)
Peren / kweeperen / pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Door blijven koken op 100 °C (min.)
Door blijven koken op 100 °C (min.)
Groenten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be­gint (min)
Wortelen
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde augur­ken
Koolrabi / erwten / asperges
1)
1)
Na uitschakeling in de oven laten staan.
160 - 170 50 - 60 5 - 10
160 - 170 50 - 60 5 - 10
160 - 170 50 - 60 15 - 20
NEDERLANDS 29
Door blijven koken op 100 °C (min.)

9.15 Drogen - Multi hetelucht

• Gebruik hiervoor een met boterhampapier of bakpapier belegde plaat.
• Stop de oven voor een beter resultaat halverwege de droogtijd, open de deur en laat het één nacht afkoelen om het drogen te voltooien.
Groenten
Gerecht Temperatuur
(°C)
Bonen 60 - 70 6 - 8 3 1 / 4
Paprika's 60 - 70 5 - 6 3 1 / 4
Groente in het zuur
Paddenstoelen 50 - 60 6 - 8 3 1 / 4
Kruiden 40 - 50 2 - 3 3 1 / 4
60 - 70 5 - 6 3 1 / 4
Tijd (u) Roosterhoogte
1 stand 2 standen
Fruit
Gerecht Temperatuur
(°C)
Pruimen 60 - 70 8 - 10 3 1 / 4
Abrikozen 60 - 70 8 - 10 3 1 / 4
Schijfjes appel 60 - 70 6 - 8 3 1 / 4
Peren 60 - 70 6 - 9 3 1 / 4
Tijd (u) Roosterhoogte
1 stand 2 standen
www.aeg.com30

9.16 Kabel vleesthermometer

Rundvlees Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Rood Medium Gaar
Biefstuk 45 60 70
Ossenhaas 45 60 70
Rundvlees Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Gehaktbrood 80 83 86
Varkensvlees Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Ham, Braadstuk
Schenkel (rug), Gerookte varkensrug, Gerookte varkensrug, gepocheerd
Kalfsvlees Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Geroosterd kalfsvlees 75 80 85
Kalfsschenkel 85 88 90
80 84 88
75 78 82
Minder Medium Meer
Schapenvlees / lamsvlees Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Schapenbout 80 85 88
Schapenrug 75 80 85
Lamsbout, Geroosterd lamsvlees
Wild Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Hazenrug Reerug, hertenrug
Hazenpoot, hazenbout Gehele haas, Ree- /hertenrug
65 70 75
Minder Medium Meer
65 70 75
70 75 80
Gevogelte Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Kip (hele/halve/filet) 80 83 86
Eend (hele/halve), Kalkoen (hele/halve)
Eend (filet) 60 65 70
Vis (zalm, forel, snoekbaars) Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Vis (hele/grote/gestoomde), Vis (hele/grote/geroosterde)
75 80 85
Minder Medium Meer
60 64 68
NEDERLANDS 31
Ovenschotels - Voorgekookte groenten
Ovenschotel courgette, Ovenschotel broccoli, Ovenschotel venkel
Ovenschotel - Hartig Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Cannelloni, Lasagne, Pastaschotel
Ovenschotel - Zoet Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Ovenschotel witbrood met/zonder fruit, Ovenschotel rijstepap met/zonder fruit, Ovenschotel zoete noedels
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
85 88 91
Minder Medium Meer
85 88 91
Minder Medium Meer
80 85 90

10. ONDERHOUD EN REINIGING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
10.1 Opmerkingen over
schoonmaken
• Maak de voorkant van het apparaat
• Gebruik voor metalen oppervlakken
schoon met een zachte doek en een warm sopje.
een specifiek reinigingsmiddel.
2
1
32
www.aeg.com
• Reinig de binnenkant van het apparaat na elk gebruik. Vetophoping of andere voedingsresten kunnen brand veroorzaken. Het gevaar is groter voor de grillpan.
• Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger.
• Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze drogen. Gebruik een zachte doek met een warm sopje en een reinigingsmiddel.
• Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoongemaakt met een agressief reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of een afwasautomaat. Dit kan de antiaanbaklaag beschadigen.
10.2 Verwijderbare
inschuifrails
Als u de binnenkant van de oven wilt reinigen, verwijdert u de inschuifrails.
1. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
de zijwand.
2. Trek de geleider bij de achterkant uit
de zijwand en verwijder deze.
Installeer de inschuifrails in de omgekeerde volgorde.
1.
2. Reinig de binnenkant van de deur
3. Stel de pyrolytische functie in.
4. Wanneer

10.3 Pyrolytische reiniging

LET OP!
Verwijder alle accessoires en verwijderbare inschuifrails.
Druk op of draai de temperatuurknop om de procedure te starten.
Start de pyrolytische reiniging niet als u de ovendeur niet volledig heeft gesloten. In sommige modellen geeft de display "C3" weer als deze fout zich voordoet.
WAARSCHUWING!
Het apparaat wordt heel heet. Gevaar voor brandwonden.
LET OP!
Als er in hetzelfde kastje andere apparaten zijn geïnstalleerd, gebruik deze dan niet tegelijkertijd met de pyrolytische functie. Het kan schade aan het apparaat veroorzaken.
Verwijder de ergste etensresten met de hand.
met warm water om te voorkomen dat resten inbranden door hete lucht.
Raadpleeg de "Ovenfuncties".
knippert, drukt u op
of op om de gewenste procedure in te stellen:
Optie Beschrijving
P1 Als de oven
niet erg vuil is. Tijdsduur van de proce­dure: 1 uur 30 min.
P2 Als het vuil
niet eenvou­dig te verwij­deren is. Tijdsduur van de procedure: 2 uur 30 min.
A
A
1
2
B
NEDERLANDS
33
U kunt de eindfunctie gebruiken om het starten van de reinigingsprocedure uit te stellen. Tijdens de pyrolytische reiniging is het ovenlampje uit.
5. U kunt de standaardlengte van de procedure (P1 of P2) wijzigen door
op te drukken om in te stellen. Druk vervolgens op of op
om de duur van de
reinigingsprocedure in te stellen.
6. Als de oven de ingestelde temperatuur bereikt, vergrendelt de deur. Het display toont het symbool
en de balken van de warmteaanduiding totdat de deur ontgrendelt.
7. Na afloop van de pyrolytische
reiniging geeft het display de tijd van de dag aan. De ovendeur blijft vergrendeld.
8. Zodra het apparaat is afgekoeld,
klinkt een geluidssignaal en wordt de ovendeur ontgrendeld.

10.4 Reinigingsherinnering

Om u te herinneren aan de pyrolytische reiniging, knippert PYR in het display gedurende 10 seconden na elke in- en uitschakeling van het apparaat.
De reinigingsherinnering gaat uit:
• na het einde van de functie pyrolytische reiniging.
• Als u gelijktijdig op en
drukt terwijl PYR op
het display knippert.
1. Open de deur helemaal.
2. Duw de klemhendels (A) volledig op
de twee scharnieren.
3. Sluit de ovendeur in de eerste
openingsstand (in een hoek van ongeveer 70°).
4. Pak de deur aan de zijkanten met
beide handen vast en trek deze onder een opwaartse hoek weg van het apparaat.
5. Plaats de ovendeur met de
buitenkant omlaag op een zachte en egale ondergrond. Dit voorkomt krassen.
6. Deurafdekking (B) aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten vastpakken en naar binnen drukken om de klemsluiting te ontgrendelen.
7. Trek de deur naar voren om hem te
verwijderen.
8. Houd de glasplaten aan de
bovenkant vast en trek deze een voor een omhoog uit de geleiding.

10.5 De deur verwijderen en installeren

U kunt de ovendeur en het interne glazen paneel verwijderen om het schoon te maken. Het aantal glasplaten verschilt per model.
WAARSCHUWING!
Wees voorzichtig als u de deur van het apparaat verwijdert. De deur is zwaar.
9. Reinig de glasplaat met een sopje.
Droog de glasplaat voorzichtig af. Voer de bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit als de
A B C
www.aeg.com34
reiniging is voltooid. Plaats de kleinste glasplaat eerst, daarna de grotere glasplaten en de deur.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de glasplaten in de juiste positie zijn geplaatst, anders kan het deuroppervlak oververhit raken.
Zorg ervoor dat u de glasplaten (C, B en A) weer in de juiste volgorde terugplaatst. Plaats eerst glasplaat C. Deze heeft op de linkerkant een vierkant en op de rechterkant een driehoek opgedrukt. Deze symbolen vindt u ook in reliëf op het frame van de deur. Het driehoeksymbool op het glas moet overeenkomen met de driehoek op het frame van de deur en het vierkantsymbool met het vierkant op de deur. Plaats daarna de andere twee glasplaten.

10.6 Het lampje vervangen

Leg een doek op de bodem van de binnenkant van het apparaat. Dit voorkomt schade aan het afdekglas en de ovenruimte.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrocutie! Maak de zekering los voordat u de lamp vervangt. De lamp en het afdekglas kunnen heet zijn.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder de zekeringen in de
zekeringenkast, of schakel de stroomonderbreker uit.

Het bovenste lampje

1. Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300 °C hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.

PROBLEEMOPLOSSING

11.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
NEDERLANDS 35

11.1 Problemen oplossen

Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt de oven niet inscha­kelen of bedienen.
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
De oven wordt niet warm. De automatische uitschake-
De oven wordt niet warm. Het kinderbeveiliging is ge-
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgesla-
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
De vleesthermometer werkt niet.
De bereiding van de gerech­ten duurt te lang of de ge­rechten worden te snel gaar.
Stoom en condens slaan neer op de gerechten en in de ovenruimte.
Op het display verschijnt "C2".
Op het display verschijnt "C3".
De oven is niet aangesloten op een elektriciteitsnet of is niet goed geïnstalleerd.
zijn niet ingesteld.
ling is actief.
activeerd.
gen.
De stekker van de vleesther­mometer is niet goed in de aansluiting gestoken.
De temperatuur is te laag of te hoog.
Het gerecht heeft te lang in de oven gestaan.
U wilt de pyrolyse- of ont­dooifunctie starten, maar u hebt de vleesthermometer niet uit de aansluiting ge­haald.
De reinigingsfunctie werkt niet. De deur is niet volledig gesloten of het deurslot is defect.
Controleer of de oven goed is aangesloten op het elek­triciteitsnet (zie het aansluit­diagram indien beschikbaar).
Zorg ervoor dat de instellin­gen juist zijn.
Raadpleeg "Automatisch uitschakelen".
Raadpleeg "Gebruik van het kinderbeveiliging".
Controleer of de zekering de oorzaak van de storing is. Als de zekeringen keer op keer doorslaan, neemt u contact op met een erkende installa­teur.
Steek de stekker van de vleesthermometer zo ver mogelijk in het stopcontact.
Pas indien nodig de tempe­ratuur aan. Volg het advies in de handleiding op.
Laat gerechten na het berei­den niet langer dan 15 - 20 minuten in de oven staan.
Haal de stekker van de vleesthermometer uit de aansluiting.
Sluit de deur volledig.
www.aeg.com36
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Op het display verschijnt "F102".
Het display toont een fout­code die niet in deze tabel staat.
Het apparaat staat aan maar wordt niet warm. De ventila­tor werkt niet. Op het dis­play verschijnt "Demo".
• U heeft de deur niet he­lemaal gesloten.
• De deurvergrendeling is stuk.
Er is een elektrische fout. • Schakel de oven uit via
De demofunctie is ingescha­keld.
• Sluit de deur volledig.
• Schakel het apparaat uit via de huiszekering of de veiligheidsschakelaar in de zekeringkast en scha­kel het apparaat dan weer in.
• Neem contact op met de klantenservice, wanneer "F102" opnieuw wordt weergegeven.
de huiszekering of de vei­ligheidsschakelaar in de zekeringkast en schakel deze weer in.
• Neem contact op met de klantenservice wanneer de foutcode opnieuw wordt weergegeven.
1. Schakel de oven uit.
2. Druk op de -toets en
houd deze ingedrukt.
3. Het eerste nummer op
het display en het De- mo-indicatielampje be­ginnen te knipperen.
4. Voer de code 2468 in
door op de knop te drukken om de waarden te veranderen
en druk op om te be­vestigen.
5. Het volgende nummer
begint te knipperen.
6. Demo-modus schakelt
uit als u het laatste num­mer bevestigt en de co­de juist is.
of -

11.2 Onderhoudgegevens

Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de serviceafdeling.
De contactgegevens van het servicecentrum staan op het typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich voor aan de binnenkant van het apparaat. Verwijder het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................

12. ENERGIEZUINIGHEID

12.1 Productkaart en informatie volgens EU 65-66/2014

Naam leverancier AEG
Modelidentificatie BPS542020M
Energie-efficiëntie Index 81.2
Energie-efficiëntieklasse A+
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand boven + onderwarmte
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand hetelucht
Aantal ruimten 1
Warmtebron Electriciteit
Volume 71 l
Soort oven Inbouwoven
Massa 39.0 kg
1.09 kWh/cyclus
0.69 kWh/cyclus
NEDERLANDS
37
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke kookapparaten - deel 1: Range-ovens, ovens, stoomovens en grills - Methoden voor prestatiemeting.

12.2 Energie besparen

Dit apparaat bevat functies die u helpen energie te besparen tijdens het dagelijks koken.
Algemene tips
Zorg ervoor dat de ovendeur goed is gesloten als het apparaat werkt en houd de deur tijdens de bereiding zo veel mogelijk gesloten.
Gebruik metalen schalen om meer energie te besparen.
Indien mogelijk de oven niet voorverwarmen voordat u er voedsel in plaatst.
Verlaag bij een bereidingsduur langer dan 30 minuten de oventemperatuur met minimaal 3 - 10 minuten, afhankelijk van de bereidingsduur voordat de kooktijd verstrijkt. De restwarmte in de oven zorgt ervoor dat het gerecht wordt voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken om andere maaltijden op te warmen.
Bereiding met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de bereidingsfuncties met hete lucht om energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden, als een programma met tijdselectie (Duur of Einde) in werking is en de bereidingstijd
38
www.aeg.com
langer is dan 30 minuten, de verwarmingselementen automatisch 10% eerder uitgeschakeld.
De lamp en ventilator blijven wel werken.
Eten warm houden
Kies de laagst mogelijke temperatuurinstelling om de restwarmte te gebruiken en een maaltijd warm te houden. Het display toont de restwarmteaanduiding of -temperatuur.
Koken met de verlichting uitgeschakeld
Deactiveer de verlichting tijdens de bereiding en activeer ze enkel indien nodig.
Multi Hetelucht (Vochtig)
Functie is ontworpen om tijdens de bereiding energie te besparen. Het
13. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten
functioneert op zodanige wijze dat de temperatuur in de ovenruimte tijdens een kookcyclus kan verschillen van de temperatuur die staat aangegeven op het display. Kooktijden kunnen verschillend zijn van de kooktijden in andere programma's.
Wanneer u Multi hetelucht (vochtig) gebruikt, wordt de lamp automatisch na 30 seconden uitgeschakeld. U kunt de lamp weer inschakelen maar deze actie vermindert de verwachte energiebesparingen.
gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
*
NEDERLANDS 39
www.aeg.com/shop
867336143-A-452016
Loading...