AEG B3741-5-M, B3741-5-W User Manual [nl]

B3741-5
Gebruiksaanwijzing Elektrische
inbouwoven
2
1
Geachte mevrouw, heer
Hartelijk dank voor het kiezen van een van onze kwaliteitsproducten. U heeft een goede keuze gemaakt. Zo kunt u dankzij de combinatie van functioneel de­sign en hoogwaardige technologie rekenen op optimale prestaties en bedie­ningsgemak. En onze zorg voor het milieu, komt o.a. tot uitdrukking in het energiebesparend functioneren van dit apparaat. Om er zeker van te zijn dat uw apparaat optimaal en onberispelijk presteert, dient u deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen. Dan zult u alle processen perfect en zeer efficiënt kun­nen besturen. Wij raden u aan deze gebruiksaanwijzing goed te bewaren, zodat u nog eens iets kunt nalezen. En wilt u dit boekje doorgeven aan een eventuele volgende eige­naar van het apparaat. Wij wensen u veel succes met uw nieuwe apparaat.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt: Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over
het voorkomen van schade aan het apparaat.
3 Algemene informatie en tips
2 Milieu-informatie
Inhoud
Gebruiksaanwijzing 5
Veiligheidsvoorschriften 5
Beschrijving van het apparaat 7
Totaalaanzicht 7 Bedieningspaneel 7 Uitrusting oven 8 Accessoires oven 9
Voor het in gebruik nemen 10
Dagtijd instellen en wijzigen 10 Reinigen voor het in gebruik nemen 11
Bedienen van de oven 12
Oven in- en uitschakelen 12 Snelverwarmen 15 Ovenfuncties 16 Rooster en baakplaat plaatsen 17 Klokfuncties 18 Overige functies 23
Indicatie-uitschakeling 23 Kinderbeveiliging van de oven 23 Automatische uitschakeling van de oven 24
Toepassingen, tabellen en tips 25
Bakken 25
Baktabel 27 Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten 29 Tabel diepgevroren kant-en-klare gerechten 30
Braden 30
Braadtabel 31
Vlak-grilleren 32
Grilltabel 32
Ontdooien 33
Ontdooitabel 33 Drogen met hetelucht 34 Wecken 34
Reiniging en onderhoud 36
Buitenkant apparaat 36 Ovenruimte 36 Accessoires 37
3Inhoud
Inhoud4
Vetfilter 37 Pyrolytische reiniging 37 Inschuifroosters 38 Ovenverlichting 39 Bakovendeur 40 Het glas van deur van de bakoven 42
Wat is er aan de hand als … 45 Afvalverwerking 46
Montageaanwijzing 47
Veiligheidsinstructies voor de installateur 47
Garantie/Adres service-afdeling 51
Adres service-afdeling 53
Service 59
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aange- sloten.
In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstallatie uitschakelen.
Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhan­del.
Veiligheid voor kinderen
Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
Personen (waaronder begrepen kinderen) die op grond van hun fysieke, senso­rische of verstandelijke vermogens, dan wel op grond van onervarenheid of onkunde niet in staat zijn het apparaat veilig te gebruiken, dienen dit apparaat niet zonder het toezicht of zonder de instructies van een verantwoordelijke persoon te gebruiken.
Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor koken, braden, bakken van le­vensmiddelen worden gebruikt.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontac­ten in de buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet in aanraking komen of onder de hete ovendeur ingeklemd raken.
Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de ovenruimte heet.
Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan evt. een licht ont-
vlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dat geval voorzich­tig. Kom niet met vuur of vonken in de buurt van de oven.
5Gebruiksaanwijzing
3 Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levensmiddelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levens­middelen zoveel mogelijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Veiligheidsvoorschriften6
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het apparaat
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen, enzovoort op de bodem omdat daarmee het email van de oven door de ont­stane hitteconcentratie wordt beschadigd.
Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die niet kun­nen worden verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden
beschadigd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan het glas breken.
Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit ontbranden.
Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor be­schadigd raken.
Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen terecht kan komen.
3 Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contrac­tueel gebruik. Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garan­tie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
7Beschrijving van het apparaat
Deurgreep
Glazen deur
Bedieningspaneel
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuur-/tijdindicatie
Functietoetsen
Ovenfuncties
Temperatuur-/tijdkeuze
Beschrijving van het apparaat8
Uitrusting oven
Bovenwarmte en grillelement
Inzetniveaus
Uitneembaar inschuifrooster
Binnenkant deur
Aan de binnenkant van de ovendeur is de nummering van de inzetniveaus van de ovenweergegeven.
Ovenverlichting
Ventilator
Onderwarmte
Accessoires oven
Rooster
Voor servies, bak- en braadvormen, braden en grillen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
9Beschrijving van het apparaat
Voor het in gebruik nemen10
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3 De oven functioneert alleen als u de dagtijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een stroomstoring knippert het functie­lampje Dagtijd automatisch.
1. Voor het wijzigen van een reeds ingestelde tijd, de toets Selectie zo vaak indrukken tot het functielampje Dagtijd knippert.
2. Met de schakelaar / de actuele dag­tijd instellen.
Na ca. 5 seconden dooft het knipperen en geeft de klok de ingestelde dagtijd aan
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3 De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als
de kinderbeveiliging is uitgeschakeld en geen van de klokfuncties Kookwekker , Duur of Einde en geen oven-functies zijn ingesteld.
11Voor het in gebruik nemen
Reinigen voor het in gebruik nemen
Voordat u de oven voor de eerste keer gebruikt, moet u deze eerst grondig reini­gen.
1 Let op: gebruik geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen! U zou de opper-
vlakken hiermee kunnen beschadigen.
3 Gebruik bij metalen oppervlakken de hiervoor in de handel verkrijgbare onder-
houdsmiddelen.
1. Functiekiezer instellen op verlichting Ovenverlichting .
2. Neem alle toebehoren en inschuifroosters uit de oven en reinig ze met een warm
sopje.
3. Maak ook de oven schoon met een warm sopje en wrijf deze vervolgens droog.
4. Neem de voorzijde van het apparaat af met een vochtige doek.
Bedienen van de oven12
Bedienen van de oven
Oven in- en uitschakelen
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuur-/tijdindicatie
Verwarmings-indicatieSnelverwarmen
Ovenfuncties
Indicatiewisseling
De oven inschakelen
De schakelaar Ovenfuncties op de gewens­te functie draaien. Het bedrijfscontrole­lampje licht op. De temperatuurindicatie toont de voorgestelde temperatuur voor de gekozen ovenfunctie.
De oven begint te verwarmen. Zodra de ingestelde temperatuur is bereikt,
klinkt er een signaal.
KlokfunctiesToets Snelverwarmen
Temperatuur-/tijdkeuze
Oventemperatuur wijzigen
Met de schakelaar / de temperatuur naar boven of naar beneden wijzigen.
De instelling vindt plaats op stappen van 5 °C.
Temperatuur controleren
De toetsen Snelverwarmen en Selectie gelijktijdig indrukken.
De oventemperatuur van dat moment ver­schijnt in de temperatuurindicatie.
13Bedienen van de oven
De oven uitschakelen
Voor het uitschakelen van de oven de scha­kelaar Ovenfuncties in de stand Uit draaien.
3 Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch inge­schakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
Bedienen van de oven14
3 Verwarmings-indicatie
Indicatie opwarmen
Na het inschakelen van de ovenfunctie geven de langzaam na elkaar oplichtende balken aan, hoever de oven reeds opge­warmd is.
Indicatie snelverwarmen
Na het inschakelen van de functie snelverwarmen geven de na elkaar
knipperende balken aan dat de functie snelverwarmen in werking is. Bovendien brandt de balk naast het symbool .
Indicatie restwarmte
Na het uitschakelen van de oven geven de nog oplichtende balken de resterende rest­warmte in de oven aan.
15Bedienen van de oven
Snelverwarmen
Na het kiezen van een ovenfunctie kan met behulp van de extrafunctie Snelverwarmen de lege oven in relatief korte tijd worden voorverwarmd.
1 Let op: Gerecht pas in de oven plaatsen, als Snelverwarmen beëindigd is en
de oven in de gewenste functie werkt.
1. Gewenste ovenfunctie instellen (bijv. Boven- en onderwarmte ). Eventueel temperatuurvoorstel wijzigen.
2. Toets Snelverwarmen indrukken. De balk naast het symbool brandt. De na elkaar knipperende balken geven aan dat Snelverwarmen in werking is. Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur lichten de balken van de verwar-
mingsindicatie op en de balk naast het symbool gaat uit. Er klinkt een signaal.
De oven verwarmt nu in de eerder ingestelde ovenfunctie en temperatuur ver­der. U kunt het gerecht nu in de oven plaatsen.
3 De functie Snelverwarmen kan bij de ovenfuncties Lucht circulatie , Bo-
ven- en onderwarmte en Infratherm ingeschakeld worden.
Bedienen van de oven16
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
Ovenfunctie Toepassing
Ovenverlichting Met deze functie kunt u de binnenzijde van de oven verlichten,
Lucht circulatie Voor het bakken op maximaal twee niveaus.
Boven- en onder­warmte
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
Grote grill Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
Grill Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
Ontdooien Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
Onderwarmte Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem. Pyroluxe Voor pyrolytische zelfreiniging van de oven. Hierbij wordt ach-
bijvoorbeeld om deze schoon te maken.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij boven-/onderwarmte.
Voor het bakken en braden op één niveau.
niveau. Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
veelheden en om te roosteren.
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
tergebleven vuil in de oven verbrand. Na het afkoelen kunnen de resten vervolgens uit de oven worden geveegd. De oven wordt verhit tot circa 500 °C.
Rooster en baakplaat plaatsen
3 Uittrek- en kantelbeveiliging
Ter beveiliging tegen het uittrekken, hebben alle inschuifdelen aan de linker kant een kleine bolling naar onderen. Schuif de inschuifdelen er zo in dat de bolling in het bakgedeelte zich achterin bevindt. Deze bolling is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuif­delen.
Plaats de bakplaat:
Schuif de bakplaat tussen de geleidestan­gen van het gekozen niveau.
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de beide voetjes naar onder wijzen.
Schuif het rooster tussen de geleidestan­gen van het gekozen niveau.
17Bedienen van de oven
3 Door de verhoogde lijst die om het rooster
loopt, is het vaatwerk bovendien be­schermd tegen afglijden.
Gezamenlijk het rooster en de baak­plaat plaatsen:
Plaats het rooster op de baakplaat. Schuif de baakplaat tussen de geleide-
stangen van het gekozen niveau.
Bedienen van de oven18
Klokfuncties
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal. Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen (zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
Temperatuur-/tijdindicatie
Toets Selectie
Indicatiewisseling
Functielampjes voor klok
3 Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
Na het kiezen van een klokfunctie knippert het betreffende functielampje ge-
durende ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kan met de schakelaar / de gewenste tijd ingesteld of gewijzigd worden.
Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna brandt het functielampje. De ingestelde tijd begint op de achtergrond af te tellen.
Na afloop van de klokfunctie Duur en Einde moet de schakelaar oven-
functies op ”0“ worden gezet.
Met de toets Indicatie kan tussen oventemperatuur en dagtijd worden
gewisseld.
Loading...
+ 42 hidden pages