Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet
hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal
van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij
de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
Page 3
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt
door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van
het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente
invaliditeit.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat
is heet.
• Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
NEDERLANDS
3
Algemene veiligheid
1.2
• Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren en de kabel vervangen.
• Bedien het apparaat niet met een externe timer of
een apart afstandbedieningssysteem.
• Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of
olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
Page 4
4
www.aeg.com
• Probeer brand nooit met water te blussen, maar
schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek
de vlam, d.w.z. met een deksel of blusdeken.
• Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten.
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
• Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden
geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
• Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit om het risico op
elektrische schokken te voorkomen.
• Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met
de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de
pandetector.
• Van binnen wordt het apparaat heet als het in werking
is. Raak de verwarmingselementen in het apparaat
niet aan. Gebruik altijd ovenhandschoenen om
accessoires of kookgerei te plaatsen of verwijderen.
• Overtollige voedselresten moeten verwijderd worden
alvorens de pyrolytische reiniging te starten. Verwijder
alle onderdelen van de oven.
• Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te
plegen.
• Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te
voorkomen.
• Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
• Wees voorzichtig als u de opslaglade aanraakt. Deze
kan heet worden.
Page 5
• Om de inschuifrailen te verwijderen trekt u eerst de
voorkant van de inschuifrail en dan de achterkant uit
de zijwanden. Installeer de inschuifrails in
omgekeerde volgorde.
• De middelen voor het uitschakelen moeten
opgenomen worden in de vaste bedrading
overeenkomstig de regels voor de bedrading.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
NEDERLANDS
5
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
• Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
• De afmetingen van de keukenkast en
de uitsparing moeten kloppen.
• Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder
en naast veilige installaties wordt
geïnstalleerd.
• Delen van het apparaat staan onder
stroom. Sluit het apparaat met
meubel om te voorkomen dat de
gevaarlijke delen worden aangeraakt.
• De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van
dezelfde hoogte.
• Installeer het apparaat niet op een
platform.
• Installeer het apparaat niet naast een
deur of onder een raam. Dit voorkomt
dat heet kookgerei van het apparaat
valt als de deur of het raam wordt
geopend.
• Installeer een stabilisator om te
voorkomen dat het apparaat kantelt.
Raadpleeg de installatiegids.
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Controleer of de elektrische
informatie op het typeplaatje
overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct
geïnstalleerd, schokbestendig
stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat,
met name niet als deze heet is.
• De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatieapparaten: stroomonderbrekers,
Page 6
6
www.aeg.com
zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden
verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
• De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
• Sluit de deur van het apparaat
volledig voordat u de stekker in het
stopcontact steekt.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Risico op letsel en
brandwonden.
Gevaar voor elektrische
schokken!
• Gebruik dit apparaat uitsluitend in
een huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
• Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
• Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
• Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Gebruikers met een pacemaker
moeten een afstand van minimaal 30
cm bewaren van de
inductiekookzones als het apparaat in
werking is.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
• Verhitte vetten en olie kunnen
ontvlambare damp afgeven. Houd
vlammen of verwarmde voorwerpen
uit de buurt van vet en olie als u er
mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft
kunnen spontane ontbranding
veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten
bevat kan brand veroorzaken bij een
lagere temperatuur dan olie die voor
de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten
of items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
• Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
• Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er
alcohol-luchtmengsel ontstaan.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
• Om schade of verkleuring van het
emaille te voorkomen:
– zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem
van het apparaat.
– Plaats geen water direct in het
hete apparaat.
– haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
– Wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van
accessoires.
• Verkleuring van het email heeft geen
ongewenst effect op de werking van
het apparaat. Dit is geen defect dat
geldt voor het recht op garantie.
• Gebruik een diepe braadpan voor
vochtige taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
• Zet geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei
op het apparaat vallen. Het oppervlak
kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege
pannen of zonder pannen erop.
• Leg geen aluminiumfolie op het
apparaat of direct op de bodem van
het apparaat.
• Pannen van gietijzer, aluminium of
met beschadigde bodems kunnen
krassen veroorzaken. Til deze
Page 7
NEDERLANDS
7
voorwerpen altijd op als u ze moet
verplaatsen op het kookoppervlak.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en
schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat voor onderhoud
uit.
Trek de stekker uit het stopcontact.
• Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld. Er bestaat een risico dat
de glasplaten kunnen breken.
• Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met de erkende
servicedienst.
• Wees voorzichtig als u de deur van
het apparaat verwijdert. De deur is
zwaar!
• Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
• Resterend vet of voedsel in het
apparaat kan brand veroorzaken.
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, oplosmiddelen of
metalen voorwerpen.
• Raadpleeg als u een ovenspray
gebruikt eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
• Reinig niet het katalytisch email
(indien van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
2.5 Pyrolysereiniging
Risico op letsel / Brand /
Chemische uitstoot
(dampen) in pyrolitische
modus.
• Voordat u de pyrolytische
zelfsreinigingsfunctie of de functie
Het eerste gebruik uitvoert, moet u
eerst de volgende items uit de
binnenkant oven verwijderen:
– Eventueel grote hoeveelheden
etensresten, olie of gemorst vet /
afzetttingen
– Eventueel verwijderbare objecten
(inclusief plateaus, zijrails, etc., die
met het product zijn
meegeleverd), in het bijzonder
potten en pannen met
antiaanbaklaag, ovenroosters,
kookgerei, etc.
• Lees zorgvuldig alle instructies voor
pyrolytische reiniging.
• Houd kinderen uit de buurt van het
apparaat als de pyrolytische reiniging
in werking is.
Het apparaat wordt erg heet en er
komt hete lucht uit de
ventilatieopeningen aan de voorkant.
• Pyrolytische reiniging wordt
uitgevoerd onder hoge temperaturen
waarbij er rook van kookresten en
constructiematerialen kan komen.
Daarom gelden de volgende
aanbevelingen voor consumenten:
– Zorg voor goede ventilatie tijdens
en na elke pyrolytische reiniging.
– Zorg tijdens en na het eerste
gebruik bij maximumtemperatuur
voor voldoende verluchting.
• In tegenstelling tot mensen, kunnen
bepaalde vogels en reptielen zeer
gevoelig zijn voor mogelijke
rookgassen die tijdens het
reinigingsproces van alle pyrolytische
ovens worden uitgestoten.
– Houd huisdieren (met name
vogels) uit de buurt van het
apparaat tijdens en na de
pyrolytische reiniging en gebruik
eerst een programma bij
maximale temperatuur in een
goed geventileerde ruimte.
• Kleine huisdieren kunnen ook zeer
gevoelig zijn voor de plaatselijke
temperatuurwijzigingen in de
nabijheid van alle pyrolytische ovens
wanneer de pyrolytische reiniging in
werking is.
• Anti-aanbaklagen in potten en
pannen, schalen, keukengerei, enz.
kunnen worden beschadigd door de
hoge temperatuur van het
pyrolytische reinigingsproces van alle
pyrolytische ovens en kunnen
Page 8
31924
5
6
8
1
2
3
4
5
7
www.aeg.com8
mogelijk ook kleine hoeveelheden
schadelijke gassen veroorzaken.
• Rookgassen die vrijkomen uit alle
pyrolytische ovens / kookresten zoals
beschreven, zijn niet schadelijk voor
mensen, inclusief zuigelingen of
personen met medische
aandoeningen.
2.6 Binnenverlichting
• De gloeilampen of halogeenlampen
in dit apparaat zijn uitsluitend
bedoeld voor gebruik in
huishoudelijke apparaten. Gebruik
deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken!
• Voordat u het lampje vervangt, dient
u de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
2.7 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te
voorkomen dat kinderen en
huisdieren opgesloten raken in het
apparaat.
2.8 Servicedienst
• Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
• Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Algemeen overzicht
Knop voor de ovenfuncties
1
Stroomlampje/symbool/
2
indicatielampje
Elektronische tijdschakelklok
3
Knop voor de temperatuur
4
Verwarmingselement
5
Lampje
6
Verwijderbare inschuifrail
7
Ventilator
8
Roosterhoogtes
9
Page 9
3.2 Indeling kookplaat
4
12
35
Inductiekookzone 2300 W met
1
powerfunctie 3200 W
Inductiekookzone 2300 W met
2
powerfunctie 3200 W
Inductiekookzone 2300 W met
3
powerfunctie 3200 W
Bedieningspaneel
4
Inductiekookzone 2300 W met
5
powerfunctie 3200 W
NEDERLANDS
9
3.3 Accessoires
• Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en
braadvormen.
• Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
• Grill-/braadpan
Voor braden en roosteren of als
schaal om vet op te vangen.
• Teleskopauszüge
Voor roosters en bakplaten
• Bewaarlade
Onder de ovenruimte bevindt zich
een bewaarlade.
Druk op de lade om de lade te
openen. De lade komt dan naar
buiten.
4. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
4.1 Eerste reiniging
Verwijder alle accessoires en
verwijderbare inschuifrails uit het
apparaat.
Zie het hoofdstuk
'Onderhoud en reiniging'.
Reinig het apparaat voor het eerste
gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
4.2 De tiptoetsen gebruiken
Raak om een functie te activeren het
geselecteerde symbool op het display
minimaal 1 seconde aan.
4.3 Tijd instellen
Na de eerste aansluiting op het
elektriciteitsnet, blijven alle symbolen op
het display enkele seconden branden. In
de volgende seconden toont het display
de softwareversie.
Nadat de softwareversie is verdwenen,
toont het display
knippert.
1. Druk op
uur in te stellen.
2. Druk op om te bevestigen. Dit is
alleen nodig de eerste keer dat u de
tijd instelt. Later wordt de nieuwe tijd
automatisch opgeslagen na 5
seconden.
en "12:00". "12"
of op om het huidige
Page 10
1 243
6
75
9811
10
10
www.aeg.com
Het display toont en het
ingestelde uur. "00" knippert.
3. Druk op of op om de huidige
minuten in te stellen.
4. Druk op om te bevestigen. Dit is
alleen nodig de eerste keer dat u de
tijd instelt. Later wordt de nieuwe tijd
automatisch opgeslagen na 5
seconden.
Op het display verschijnt de nieuwe tijd.
Tijd veranderen
U kunt de dagtijd alleen wijzigen als de
oven is uitgeschakeld.
Blijf op drukken tot de weergave voor
de tijd van de dag knippert op het
display.
Zie "De duur instellen" om een nieuwe
tijd in te stellen.
4.5 Voorverwarmen
Verwarm het apparaat voor om het
resterende vet weg te branden.
1. Stel de functie
maximumtemperatuur in.
2. Laat het apparaat een uur werken.
3. Stel de functie
maximumtemperatuur in.
4. Laat het apparaat 15 minuten
werken.
5. Stel de functie en de
maximumtemperatuur in.
6. Laat het apparaat 15 minuten
werken.
Accessoires kunnen heter worden dan
normaal. Het apparaat kan een vreemde
geur en rook afgeven. Dit is normaal.
Zorg dat er voldoende luchtcirculatie in
de ruimte is.
4.4 Verzonken knoppen
Om het apparaat te bedienen, moet u
op de bedieningsknop drukken. De
bedieningsknop komt naar voren.
5. KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK
en de
en de
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
5.1 Kookplaat bedieningspaneel
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en
geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
Page 11
NEDERLANDS11
Tiptoets
1
2
3
4
-KookstanddisplayDe kookstand weergeven.
5
-Timerindicatie voor de
6
-TimerdisplayGeeft de tijd in minuten weer.
7
8
9
10
-BedieningsstripHet instellen van de kookstand.
11
-functieOpmerking
AAN/UITDe kookplaat in- en uitschakelen.
Toetsblokkering / Het
kinderslot
STOP+GODe functie in- en uitschakelen.
BridgeDe functie in- en uitschakelen.
kookzones
-Kookzone selecteren:
-De tijd verlengen of verkorten.
/
PowerfunctieDe functie in- en uitschakelen.
5.2 Kookstanddisplays
Het bedieningspaneel vergrendelen/
ontgrendelen.
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
WeergaveOmschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
-
+ cijfer
/ /
De kookzone wordt gebruikt.
STOP+GO -functie is in werking.
Automatisch opwarmen -functie is in werking.
Powerfunctie is in werking.
Er is een storing.
OptiHeat Control (3-staps restwarmte-indicatie) : doorgaan met koken / warmhoudstand / restwarmte.
Toetsblokkering / Het kinderslot functie is in werking.
Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op
de kookzone geplaatst.
Automatisch uitschakelen -functie is in werking.
Page 12
12
www.aeg.com
5.3 OptiHeat Control (3-staps
restwarmte-indicatie)
WAARSCHUWING!
/ / Er bestaat
verbrandingsgevaar door
restwarmte. Het
controlelampje geeft het
niveau van de restwarmte
aan.
Temperatuurinstelling
, 1 - 3
4 - 75 uur
8 - 94 uur
10 - 141,5 uur
De kookplaat schakelt uit na
6 uur
De inductiekookzones creëren de voor
het kookproces benodigde warmte
direct in de bodem van de pan. Het
glaskeramiek wordt verwarmd door de
warmte van de pannen.
5.4 In- en uitschakelen
Raak 1 seconde aan om de kookplaat
in– of uit te schakelen.
5.5 Automatisch uitschakelen
De functie schakelt de kookplaat
automatisch uit als:
• alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• u de kookstand niet instelt nadat u de
kookplaat hebt ingeschakeld.
• u iets hebt gemorst of iets langer dan
10 seconden op het
bedieningspaneel hebt gelegd (een
pan, doek, etc.). Er klinkt een
geluidssignaal en de kookplaat wordt
uitgeschakeld. Verwijder het
voorwerp of reinig het
bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (b.v. als
een pan droogkookt). De kookzone
moet afgekoeld zijn voordat u de
kookplaat weer kunt gebruiken.
• u ongeschikte pannen gebruikt. Het
symbool gaat branden en na 2
minuten schakelt de kookzone
automatisch uit.
• u een kookzone niet uitschakelt of de
kookstand verandert. Na enige tijd
branden en wordt de
gaat
kookplaat uitgeschakeld.
De verhouding tussen warmteinstelling en de tijd waarna de
kookplaat uitschakelt:
5.6 De kookstand
Voor het instellen of wijzigen van de
kookstand:
Raak de bedieningsstrip aan bij de juiste
kookstand of beweeg uw vinger langs de
bedieningsstrip totdat u de jusite
kookstand heeft bereikt.
5.7 Het gebruik van de
kookzones
Plaats de pannen op het kruis / vierkant
dat op het oppervlak staat waarop u
kookt. Dek het kruis / vierkant volledig af.
Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de
afmeting van het kookgerei aan. U kunt
met groot kookgerei op twee kookzones
tegelijkertijd koken.
5.8 Bridge-functie
Deze functie verbindt twee kookzones en
werken dan samen als één kookzone.
Stel eerst de warmte-instelling in voor
één van de kookzones.
Om de functie voor linker / rechter
kookzones te activeren: raak /
aan. Raak een van de besturingsensoren
links/rechts aan om de kookstand in te
stellen of te wijzigen.
Om de functie uit te schakelen: raak
/ aan. De kookzones werken
onafhankelijk.
Page 13
NEDERLANDS
13
Als u maar één kookzone gebruikt van de
twee dan raden wij aan om de kookzone
achter te gebruiken. Ook als u een grote
pan gebruikt dan raden wij aan om het
kookgerei bij de kookzone achter te
gebruiken.
5.9 Automatisch opwarmen
Als u deze functie activeert, kunt u in
minder tijd een benodigde kookstand
verkrijgen. De functie schakelt even de
hoogste kookstand in en verlaagt dan
naar de juiste kookstand.
Om de functie in werking te
stellen moet de kookzone
koud zijn.
Om de functie voor een kookzone te
activeren: raak
Raak meteen de juiste kookstand aan.
Na 3 seconden gaat branden.
Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.
aan ( gaat aan).
5.10 Powerfunctie
Deze functie maakt meer vermogen
beschikbaar voor de inductiekookzones.
De functie kan voor een beperkte
tijdsduur voor uitsluitend de
inductiekookzone worden geactiveerd.
Daarna wordt de inductiekookzone
automatisch teruggeschakeld naar de
hoogste kookstand.
Om de functie voor een kookzone te
activeren: raak
Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.
aan. gaat aan.
5.11 Timer
Timer met aftelfunctie
U kunt deze functie gebruiken om in te
stellen hoe lang de kookzone moet
werken voor een kooksessie.
Stel eerst de kookzone in en dan de
functie. U kunt de kookstand vóór of na
het instellen van de functie instellen.
Kookzone instellen: raak meerdere
malen aan tot het lampje van de
gewenste kookzone brandt.
Om de functie in te schakelen: raak
van de timer aan om de tijd in te stellen
(00 - 99 minuten). Als het lampje van de
kookzone langzaam gaat knipperen,
wordt de tijd afgeteld.
Resterende tijd weergeven:selecteer
de kookzone met
van de kookzone gaat sneller knipperen.
Op het display wordt de resterende tijd
weergegeven.
Om het juiste tijdstip van de dag te
wijzigen:selecteer de kookzone met .
Raak of aan.
Om de functie uit te schakelen: stel de
kookzone in met
resterende tijd telt terug tot 00. Het
indicatielampje van de kookzone gaat
uit.
Als de tijd verstreken is,
klinkt er een geluidssignaal
en knippert 00. De
kookzone wordt
uitgeschakeld.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
CountUp Timer (De timer met
optelfunctie)
Gebruik deze functie om in de gaten te
houden hoe lang de kookzone werkt.
Kookzone instellen: raak meerdere
malen aan tot het lampje van de
gewenste kookzone brandt.
Om de functie in te schakelen: raak
van de timer aan. gaat aan. Als het
lampje van de kookzone langzaam
knippert, wordt de tijd opgeteld. De
display schakelt tussen en getelde tijd
(minuten).
Om in de gaten te houden hoelang de
kookzone werkt:selecteer de kookzone
met . Het indicatielampje van de
kookzone gaat sneller knipperen. De
display geeft aan hoe lang de zone
werkt.
Om de functie uit te schakelen:stel de
kookzone in met
. Het indicatielampje
en raak aan. De
en raak of
Page 14
14
www.aeg.com
aan. Het indicatielampje van de
kookzone gaat uit.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als een
kookwekker terwijl de kookplaat is
ingeschakeld en de kookzones niet
werken (het display van de kookstand
toont ).
Om de functie in te schakelen: Raak
aan. Raak of van de timer aan om
de tijd in te stellen. Als de tijd verstreken
is, klinkt er een geluidssignaal en
knippert 00.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
De functie heeft geen
invloed op de werking van
de kookzones.
5.12 STOP+GO
Deze functie stelt alle kookzones in voor
de laagste warmhoudstand.
Als de functie loopt, kunt u de warmteinstelling niet wijzigen.
De functie stopt de timerfunctie niet.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat branden.
Om de functie uit te schakelen: Raak
aan. De vorige kookstand gaat aan.
5.13 Toetsblokkering
U kunt het bedieningspaneel
vergrendelen terwijl de kookzones in
werking zijn. Hiermee wordt voorkomen
dat de kookstand per ongeluk wordt
veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat gedurende 4 seconden aan.
De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: Raak
aan. De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet,
stopt u deze functie ook.
5.14 Het kinderslot
Deze functie voorkomt dat het
kooktoestel onbedoeld wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: zet de
kookplaat aan met . Stel geen
kookstand in. Raak
gaat aan. Zet de kookplaat uit met
.
Om de functie uit te schakelen: zet de
kookplaat aan met
kookstand in. Raak 4 seconden aan.
gaat aan. Zet de kookplaat uit met
.
Het opheffen van de functie voor maar
één kooktijd: zet de kookplaat aan met
. gaat aan. Raak 4 seconden
aan. Stel de kookstand in binnen 10seconden. U kunt het kooktoestel
bedienen. Als u de kookplaat met
uitzet werkt de functie weer.
4 seconden aan.
. Stel geen
5.15 OffSound Control (In- en
uitschakelen van de geluiden)
Schakel de kookplaat uit. Raak 3
seconden aan. Het display gaat aan en
uit. Raak
gaat branden. Raak aan om één van
het volgende te kiezen:
•
• - de signalen zijn aan
Om uw keuze te bevestigen moet u
wachten tot de kookplaat automatisch
uitschakelt.
Als de functie op staat kunt u de
geluiden alleen horen als:
• U
• Kookwekker naar beneden komt
• Timer met aftelfunctie naar beneden
komt
• als u iets op het bedieningspaneel
plaatst.
3 seconden aan. of
- de signalen zijn uit
aanraakt
Page 15
NEDERLANDS
15
5.16 Vermogensbeheer-functie
• De kookzones zijn gegroepeerd
volgens locatie en aantal fasen van de
kookplaat. Zie afbeelding.
• Elke fase heeft een maximale
elektriciteitslading.
• De functie verdeelt het vermogen
tussen de kookzones aangesloten op
dezelfde fase.
• De functie wordt geactiveerd als de
totale elektriciteitslading van de
kookzones aangesloten op een
enkele fase wordt overschreden.
• De functie verlaagt het vermogen
naar de andere kookzones
aangesloten op dezelfde fase.
• Het warmte-instellingsdisplay van de
verlaagde zone verandert tussen twee
niveaus.
6. KOOKPLAAT - AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Kookgerei
Bij een inductiekookzone
zorgt een sterk elektromagnetisch veld ervoor dat
het kookgerei erg snel heet
wordt.
Gebruik de
inductiekookzones met
geschikt kookgerei.
Materiaal van het kookgerei
• correct: gietijzer, staal, geëmailleerd
staal, roestvrij staal, meerlaagse
bodem (aangemerkt als geschikt voor
inductie door de fabrikant).
• niet correct: aluminium, koper,
messing, glas, keramiek, porselein.
Het kookgerei is geschikt voor een
inductiekookplaat als:
• een beetje water op een zone met de
hoogste kookstand binnen korte tijd
wordt verwarmd.
• een magneet vast blijft zitten aan de
bodem van het kookgerei.
De bodem van het
kookgerei moet zo dik en
vlak mogelijk zijn.
Afmetingen van de pannen
Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de
grootte van de bodem van de pan aan.
De efficiëntie van de kookzone heeft
betrekking op de diameter van het
kookgerei. Kookgerei met een diameter
die kleiner is dan het minimum, ontvangt
slechts een deel van het vermogen dat
door de kookzone wordt gegenereerd.
6.2 Minimale diameter van het
kookgerei
KookzoneDiameter van
Linksachter125 - 210
Rechtsachter125 - 210
Rechtsvoor125 - 210
Linksvoor125 - 210
6.3 Lawaai tijdens gebruik
Als u dit hoort:
• krakend geluid: de pan is gemaakt
van verschillende materialen
(sandwich-constructie).
• fluitend geluid: bij gebruik van de
kookzone met een hoge kookstand
en als de pan is gemaakt van
het kookgerei
(mm)
Page 16
www.aeg.com16
verschillende materialen (sandwichconstructie)
• Zoemen: als u hoge kookstanden
gebruikt.
• Klikken: er treedt elektrische
schakeling op.
• Sissen, zoemen: de ventilator werkt.
Deze geluiden zijn normaal en hebben
niets met een defect van de kookplaat
te maken.
6.5 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De relatie tussen het stroomverbruik van
de warmte-instelling en de kookzone is
niet lineair. Wanneer u de warmteinstelling verhoogt, is dit niet
proportioneel met de toename in
stroomverbruik van de kookzone. Het
betekent dat de kookzone met de
medium warmte-instelling minder dan de
6.4 Öko Timer (Eco-timer)
Om energie te besparen schakelt het
verwarmingselement van de kookzone
eerder uit dan het signaal van de timer
helft van het vermogen gebruikt.
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als
richtlijn.
met aftelfunctie klinkt. Het verschil in
werkingstijd hangt af van het niveau van
de kookstand en de tijd dat u kookt.
Verwarmingsstand
- 1
1 - 3Hollandaisesaus, smelten: bot-
1 - 3Stollen: luchtige omeletten,
3 - 5Zachtjes aan de kook brengen
5 - 7Stomen van groenten, vis en
7 - 9Aardappelen stomen.20 - 60Gebruik max. ¼ l water voor
7 - 9Bereiden van grotere hoeveel-
9 - 12Lichtjes braden: kalfsoester,
Gebruik om:Tijd
(min)
Bereide gerechten warmhouden.
er, chocolade, gelatine.
gebakken eieren.
van rijst en gerechten op melkbasis, reeds bereide gerechten
opwarmen.
veel vloeistof toe als rijst,
melkgerechten tijdens het bereiden tussendoor roeren.
voegen.
750 g aardappelen.
diënten.
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
Page 17
NEDERLANDS17
Verwarmingsstand
12 - 13Door-en-door gebraden, op-
14Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (gou-
Gebruik om:Tijd
(min)
5 - 15Halverwege de bereidingstijd
gebakken aardappelen, lendenbiefstukken, steaks.
lash, stoofvlees), frituren van friet.
Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Powerfunctie is
geactiveerd.
Tips
omdraaien.
7. KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Algemene informatie
• Reinig de kookplaat na elk gebruik.
• Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
• Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op
de werking van de kookplaat.
• Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het
oppervlak van de kookplaat.
• Gebruik een speciale schraper voor
de glazen plaat.
gerechten. Anders kan het vuil de
kookplaat beschadigen. Plaats de
speciale schraper schuin op de glazen
plaat en verwijder resten door het
blad over het oppervlak te schuiven.
• Verwijder nadat de kookplaatvoldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende
verkleuringen. Reinig de kookplaat
met een vochtige doek en een beetje
afwasmiddel. Droog de kookplaat na
reiniging af met een zachte doek.
7.2 De kookplaat
schoonmaken
• Verwijder direct: gesmolten plastic,
gesmolten folie en suikerhoudende
8. OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Page 18
www.aeg.com18
8.1 De oven in- en
uitschakelen
Het hangt van het model
of uw apparaat
knopsymbolen,
indicatielampjes of lampjes
heeft:
• Het indicatielampje gaat
aan wanneer de oven
opwarmt.
• Het lampje gaat aan als
het apparaat in werking
is.
• Het symbool geeft aan of
de knop de kookzones,
de ovenfuncties of de
temperatuur bedient.
8.2 Ovenfuncties
SymboolOvenfunctieApplicatie
Uit-standHet apparaat staat uit.
OvenlampjeHet lampje activeren zonder een bereidingsfunctie.
Multi heteluchtOm op 2 rekstanden te bakken en tegelijk voedsel
te drogen.Stel de temperatuur 20 - 40 °C lager in
dan bij Boven- en onderwarmte.
Pizza heteluchtOm gerechten op één niveau te bakken met inten-
sief bruinen en een krokantere korst. Stel de temperatuur 20 - 40 °C lager in dan voor Boven + onderwarmte.
Conventionele functie
(Boven + Onderwarmte)
DrogenVoor het drogen van gesneden fruit (zoals appels,
OntdooienVoor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Voor het bakken en braden op 1 ovenniveau.
pruimen, perziken) en groenten (zoals tomaten,
courgette of champignons).
1. Draai aan de knop voor de
ovenfuncties om een ovenfunctie te
selecteren.
2. Draai de knop voor de temperatuur
naar een temperatuur.
3. Draai om de oven uit te schakelen,
de knop voor de ovenfuncties en de
knop voor de temperatuur naar de
uit-stand.
GrillOm plat voedsel te grillen en brood te roosteren.
Page 19
SymboolOvenfunctieApplicatie
AB C
D
EFG
Multi-hete luchtOm te bakken in bakblikken en te drogen op één
niveau bij lage temperatuur.
CirculatiegrillVoor het braden van grotere stukken vlees of gevo-
gelte met botten op 1 niveau. Ook om te gratineren
en te bruinen.
Pyrolytische reinigingAutomatische pyrolytische reiniging van de oven.
Hierdoor worden vuilresten in de oven verbrand.
NEDERLANDS19
8.3 Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat
koel te houden. Na het uitschakelen van
het apparaat kan de ventilatie doorgaan
totdat het apparaat is afgekoeld.
8.4 Weergave
A) Timer
B) Opwarmen en restwarmte-indicatie
C) Waterreservoir (alleen geselecteerde
modellen)
D) Vleesthermometer (alleen
geselecteerde modellen)
E) Deurslot (alleen geselecteerde
modellen)
F) Uren/minuten
G) Klokfuncties
8.5 Toetsen
KnopFunctieOmschrijving
MINDe tijd instellen.
KLOKDe klokfunctie instellen.
PLUSDe tijd instellen.
8.6 Controlelampje bij
voorverwarmen
Als u een ovenfunctie inschakelt, gaan de
balkjes op het display een voor een
branden. De balkjes geven aan dat de
oventemperatuur toeneemt of afneemt.
8.7 Het kinderslot gebruiken
Het kinderslot voorkomt dat het
apparaat per ongeluk in werking wordt
gesteld.
Page 20
20
www.aeg.com
Als de pyrolysefunctie in
werking is, wordt de deur
vergrendeld.
SAFE gaat aan op het
display als u een schakelaar
verdraait of op een knop
drukt.
1. Stel geen ovenfunctie in.
2. Houd en gedurende ten
minste 2 seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een geluidssignaal. SAFE gaat
aan op het display.
Herhaal stap 2 om het kinderslot uit te
schakelen.
8.8 Gebruik van de
Toetsblokkering.
U kunt de Toetsblokkering alleen
inschakelen als het apparaat in werking
is.
Toetsblokkering voorkomt dat de
temperatuur en de tijdinstelling van een
lopende een ovenfunctie per ongeluk
worden gewijzigd.
1. Selecteer een ovenfunctie en stel het
in volgens uw voorkeur
2. Houd en gedurende ten
minste 2 seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een geluidssignaal. Loc gaat aan
op het display.
Herhaal stap 2 om de toetsblokkering uit
te schakelen.
Als de Pyrolysefunctie werkt,
is de deur vergrendeld en
gaat aan op het display.
8.9 Automatische
uitschakeling
Om veiligheidsredenen wordt het
apparaat na een tijdje automatisch
uitgeschakeld als een ovenfunctie werkt
en u geen instellingen wijzigt.
Temperatuur (°C)Uitschakeltijd (u)
30 - 11512.5
120 - 1958.5
200 - 2455.5
2503
Druk na een automatische uitschakeling
op een willekeurige knop om het toestel
opnieuw te activeren.
De automatische
uitschakeling werkt niet met
de functies: licht, duur,
einde.
8.10 Ovenaccessoires plaatsen
Braadpan:
Plaats de braadpan tussen de
geleidestangen van de inschuifrail.
Loc gaat aan op het display
als u aan de
temperatuurknop draait of
op een knop indrukt. Als u
aan de knop voor de
ovenfuncties draait, gaat het
apparaat uit.
Als u het apparaat
uitschakelt terwijl de
toetsblokkering aan is,
schakelt de toetsblokkering
automatisch over naar
kinderslot. Raadpleeg "Het
kinderslot gebruiken".
Bakrooster en braadpan samen:
Schuif de braadpan tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
het rooster op de roostersteun er boven.
Page 21
• Alle accessoires hebben
links en rechts bovenaan
kleine inkepingen om de
veiligheid te verhogen.
Deze inkepingen zorgen
er ook voor dat ze niet
omkantelen.
• Door de verhoogde lijst
die om het rooster loopt,
is kookgerei beveiligd
tegen wegglijden.
8.11 Telescopische geleiders de ovenaccessoires plaatsen
Bewaar de montageinstructies voor de
telescopische geleiders om
later terug te kunnen lezen.
Plaats het bakrooster op de
telescopische geleiders zodat de pootjes
naar beneden zijn gericht.
Plaats de bakplaat of braadpan op de
telescopische geleiders.
Plaats het bakrooster op de diepe pan.
Plaats het rooster en de diepe pan op de
telescopische geleiders.
NEDERLANDS
21
Met de telescopische geleiders kunt u de
roosters eenvoudig plaatsen en
verwijderen.
Page 22
www.aeg.com
22
9. OVEN - KLOKFUNCTIES
9.1 Tabel klokfuncties
KlokfunctieApplicatie
DAGTIJDMet deze functie kunt u de tijd regelen. Zie "De tijd in-
stellen".
KOOKWEKKERGebruik de kookwekker om de tijd af te tellen (maxi-
maal 23 uur 59 minuten). Deze functie heeft geen invloed op de werking van het apparaat. U kunt de KOOKWEKKER op elk gewenst moment instellen, ook als het
apparaat uit staat.
DUURInstellen hoe lang het apparaat in werking is. Gebruik
dit alleen wanneer een ovenfunctie is ingesteld.
EINDEInstellen wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld.
Gebruik dit alleen wanneer een ovenfunctie is ingesteld. Bereidingsduur en einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt (tijdvertraging), als het apparaat op een
later tijdstip automatisch wordt in- en uitgeschakeld.
Druk opnieuw op om
tussen de klokfuncties te
schakelen.
Gebruik om de
instellingen voor de
klokfuncties te bevestigen of
wacht 5 seconden op een
automatische bevestiging.
9.2 De DUUR of het EINDE
instellen
1. Druk herhaaldelijk op tot het
display of toont.
of knippert op het display.
2. Druk op of om de waarden in
te stellen en druk op
bevestigen.
Voor de Duur stelt u eerst de
minuten en dan de uren in, voor Einde
stelt u eerst de uren en dan de
minuten in.
Er klinkt twee minuten een
geluidssignaal nadat de tijd is afgelopen.
om te
of symbool- en tijdsinstelling
knipperen in het display. De oven stopt.
3. Draai de knop voor de ovenfuncties
naar de uit-stand.
4. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
Als u op de knop drukt
terwijl u het uur instelt voor
de DUUR , gaat het
apparaat naar de instelling
van de functie EINDE .
9.3 De KOOKWEKKER
instellen
1.
Druk steeds opnieuw op
het display verschijnt en "00"
knippert.
2. Druk op of om de
KOOKWEKKER in te stellen.
U moet eerst seconden en dan
minuten en uren instellen.
Eerst wordt de tijd berekend in
minuten en seconden. Als de
ingestelde tijd langer is dan 60
minuten, dan verschijnt het symbool
op het display.
tot op
Page 23
NEDERLANDS23
Het apparaat berekent nu de tijd in uren
en minuten.
3. De KOOKWEKKER start automatisch
na vijf seconden.
Na 90% van de ingestelde tijd klinkt
er een geluidssignaal.
4. Wanneer de ingestelde tijd is
verlopen, klinkt er gedurende twee
minuten een geluidssignaal. "00:00"
en knipperen op het display. Druk
op een willekeurige knop of open de
deur van de oven om het geluid te
stoppen.
Als u de KOOKWEKKER
instelt als de functie DUUR
of EINDE loopt, gaat
het symbool aan op het
display.
9.4 Timer met optelfunctie
Gebruik de timer met optelfunctie om bij
te houden hoe lang de oven werkt. Deze
wordt onmiddellijk ingeschakeld
wanneer de oven begint met opwarmen.
Houd om de timer met optelfunctie te
resetten en ingedrukt. De timer
gaat weer optellen.
10. OVEN - AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en
baktijden in de tabellen zijn
slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en
de hoeveelheid van de
gebruikte ingrediënten.
10.1 Bakken
• Uw oven kan een andere bak-/
braadverhouding hebben dan het
apparaat dat u tot nu toe gebruikt
heeft. Pas uw normale instellingen
(temperatuur, gaartijden) en de
ovenniveaus aan de tabelwaarden
aan.
• De fabrikant raadt u aan de eerste
keer een lagere temperatuur in te
stellen.
• Als u geen concrete aanwijzingen
kunt vinden voor een speciaal recept,
kijkt u bij een soortgelijk product.
• Bij het bereiden van cake op
meerdere niveaus kan de baktijd ca.
10 - 15 minuten langer zijn.
• Als de cake niet overal even hoog is,
wordt de cake in het begin van het
bakproces niet overal even bruin.
Verander in dit geval de
temperatuurinstelling niet. De
verschillen verminderen tijdens het
bakproces.
• Bij langere baktijden kunt u de oven
ca. 10 minuten voor het einde van de
baktijd uitschakelen en profiteren van
de restwarmte.
Wanneer u bevroren gerechten gebruikt,
kunnen de bakplaten in de oven tijdens
het bakken vervormen. Wanneer de
bakplaten afkoelen, verdwijnt de
vervorming.
De timer met optelfunctie
kan niet worden gebruikt
met de functies: Duur ,
Einde .
10.2 Baktips
BakresultaatMogelijke oorzaakOplossing
De onderkant van de cake is
niet voldoende gebruind.
De rekstand is incorrect.Plaats de cake op een lagere
rekstand.
Page 24
www.aeg.com24
BakresultaatMogelijke oorzaakOplossing
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De cake is te droog.De oventemperatuur is te
De cake is te droog.Te lange baktijd.De volgende keer dat u een
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
De cake wordt niet gaar binnen de aangegeven baktijd.
De oventemperatuur is te
hoog.
Te korte baktijd.Baktijd verlengen. U kunt de
Er zit te veel vloeistof in het
mengsel.
laag.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld.
De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktemperatuur lager in.
baktijd niet verlagen door
een hogere temperatuur in
te stellen.
Minder vocht gebruiken. Let
op de kneedtijden, vooral bij
het gebruik van keukenmachines.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktemperatuur hoger in.
cake bakt, gebruikt u een
kortere baktijd.
De baktemperatuur lager instellen en de baktijd verlengen.
Verdeel het deeg gelijkmatig over de bakplaat.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktemperatuur een beetje hoger
in.
10.3 Multi-hete lucht
1. Gebruik de functie om te bakken in
bakblikken en te drogen op één
niveau bij lage temperatuur.
3. We raden het gebruik van Multi-hete
lucht aan zonder voorverwarmen.
4. Gebruik als u de oven wilt
voorverwarmen de functie bereiding
met hete lucht.
2. Bak maar één bakblik of bakplaat
tegelijkertijd.
GerechtTemperatuur
(°C)
Biscuitgebak in bakblik16050 - 702
Tulband of brioche in bakblik150 - 16050 - 702
Zandgebak/Droge vruchtencake in
bakblik
Eiwitgebak, schuimgebak80 - 100120 - 1503
140 - 16070 - 902
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Page 25
NEDERLANDS25
10.4 Bereiding met hete lucht
Bakken op 1 ovenniveau
Bakken in een bakblik
GerechtTemperatuur (°C) Tijd (min)Rooster-
hoogte
Tulband of brioche150 - 16050 - 702
Zandgebak/vruchtencake140 - 16050 - 901 - 2
Biscuittaart zonder vet
Taartbodem van zandtaartdeeg
150 - 160
170 - 180
1)
1)
Taartbodem - zacht cakedeeg150 - 17020 - 252
Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm, dia-
16060 - 902 - 3
gonaal geplaatst)
1)
Oven voorverwarmen.
Gebak op bakplaat
GerechtTemperatuur (°C) Tijd (min)Rooster-
Kruimeltaart (droog)150 - 16020 - 403
Vruchtentaart (bereid met gistdeeg/
sponsdeeg)
1)
15035 - 553
Vruchtentaart met kruimeldeeg160 - 17040 - 803
1)
Gebruik braadpan.
Koekjes
GerechtTemperatuur (°C) Tijd (min)Rooster-
Zandkoekjes150 - 16010 - 203
Zandtaartdeeg/ Deegreepjes14020 - 353
Koekjes gemaakt van roerdeeg150 - 16015 - 203
Eiwitgebak, schuimgebak80 - 100120 - 1503
Bitterkoekjes100 - 12030 - 503
Koekjes gemaakt van gistdeeg150 - 16020 - 403
Klein bladerdeeggebak
Broodjes
170 - 180
160
1)
1)
25 - 403
10 - 252
hoogte
hoogte
20 - 303
10 - 353
Page 26
www.aeg.com26
GerechtTemperatuur (°C) Tijd (min)Rooster-
Kleine cakejes (20 per blad)
1)
Oven voorverwarmen.
150
1)
20 - 353
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
• Gebruik hittebestendig servies om te
braden (lees de instructies van de
fabrikant).
• Grote braadstukken kunt u direct in
de diepe braadpan braden (indien
aanwezig) of op een rooster boven de
braadpan.
• Braad mager vlees in een braadpan
met deksel. Op die manier blijft het
vlees sappiger.
• Alle soorten vlees die een korst
moeten krijgen, kunt u in de
braadschaal zonder deksel braden.
• Wij raden u aan vlees en vis vanaf 1 kg
in het apparaat te bereiden.
• Giet een beetje vloeistof in de
braadpan om het aanbranden van
vleessap of vet te voorkomen.
• Indien nodig het braadstuk (na 1/2 2/3 van de gaartijd) keren.
• Besprenkel grote braadstukken en
gevogelte diverse keren tijdens het
braden met het eigen vleessap.
Hiermee bereikt u een beter
braadresultaat.
• U kunt het apparaat ongeveer 10
minuten voor het einde van de
bereidingstijd uitschakelen om de
restwarmte te gebruiken.
Page 30
www.aeg.com30
10.8 Braden met boven- en onderwarmte
Rundvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Stoofvlees1 – 1,5 kg200 - 230105 - 1501
Rosbief of ossehaas:
rood
Rosbief of ossehaas:
medium
Rosbief of ossehaas:
gaar
1)
Oven voorverwarmen.
per cm dikte
per cm dikte220 - 2308 - 101
per cm dikte200 - 22010 - 121
230 - 250
Varkensvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
Kotelet, ribbetje1 – 1,5 kg180 - 19060 - 901
Gehaktbrood750 g - 1 kg170 - 19050 - 601
Varkensschenkel(voorgekookt)
1 – 1,5 kg210 - 22090 - 1201
750 g - 1 kg200 - 22090 - 1201
Tijd (min)Rooster-
6 - 81
1)
Tijd (min)Rooster-
hoogte
hoogte
Kalfsvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
1 kg210 - 22090 - 1201
Geroosterd kalfsvlees
Kalfsschenkel1,5 – 2 kg200 - 220150 - 1801
1)
Gebruik een afgesloten braadpan.
1)
Tijd (min)Rooster-
Lamsvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Lamsbout, geroosterd
lamsvlees
Lamsrug1 – 1,5 kg210 - 22040 - 601
1 – 1,5 kg210 - 22090 - 1201
Tijd (min)Rooster-
hoogte
hoogte
Page 31
NEDERLANDS31
Game
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Hazenrug, hazenbouttot 1 kg
Reerug, hertenrug1,5 – 2 kg210 - 22035 - 401
Reebout, hertenbout1,5 – 2 kg200 - 21090 - 1201
1)
Oven voorverwarmen.
220 - 240
Tijd (min)Rooster-
30 - 401
1)
Gevogelte
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Stukken gevogelte200 – 250 g p.p.220 - 25020 - 401
Halve kip400 – 500 g p.p.220 - 25035 - 501
Kip, haantje1 – 1,5 kg220 - 25050 - 701
Eend1,5 – 2 kg210 - 22080 - 1001
Gans3,5 – 5 kg200 - 210150 - 1801
Kalkoen2,5 – 3,5 kg200 - 210120 - 1801
Kalkoen4 – 6 kg180 - 200180 - 2401
Tijd (min)Rooster-
hoogte
hoogte
Vis
GerechtAantalTempera-
tuur (°C)
Hele vis1 – 1,5 kg210 - 22040 - 701
Tijd (min)Rooster-
10.9 Braden met circulatiegrill
Rundvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Rosbief of ossehaas: roodper cm dikte
Rosbief of ossehaas: medi-umper cm dikte180 - 1906 - 81
Rosbief of ossehaas: gaarper cm dikte170 - 1808 - 101
1)
Oven voorverwarmen.
190 - 200
Tijd (min) Rooster-
5 - 61
1)
hoogte
hoogte
Page 32
www.aeg.com32
Varkensvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
Kotelet, ribbetje1 – 1,5 kg170 - 18060 - 901
Gehaktbrood750 g - 1 kg160 - 17050 - 601
Varkensschenkel(voorgekookt)
1 – 1,5 kg160 - 18090 - 1201
750 g - 1 kg150 - 17090 - 1201
Tijd (min)Rooster-
Kalfsvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Geroosterd kalfsvlees1 kg160 - 18090 - 1201
Kalfsschenkel1,5 – 2 kg160 - 180120 - 1501
Tijd (min)Rooster-
Lamsvlees
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Lamsbout, geroosterd
lamsvlees
Lamsrug1 – 1,5 kg160 - 18040 - 601
1 – 1,5 kg150 - 170100 - 1201
Tijd (min)Rooster-
hoogte
hoogte
hoogte
Gevogelte
GerechtAantalTemperatuur
(°C)
Stukken gevogelte200 – 250 g p.p.200 - 22030 - 501
Halve kip400 – 500 g p.p.190 - 21035 - 501
Kip, haantje1 – 1,5 kg190 - 21050 - 701
Eend1,5 – 2 kg180 - 20080 - 1001
Gans3,5 – 5 kg160 - 180120 - 1801
Kalkoen2,5 – 3,5 kg160 - 180120 - 1501
Kalkoen4 – 6 kg140 - 160150 - 2401
10.10 Grillen in het algemeen
WAARSCHUWING!
Tijdens het grillen moet de
ovendeur altijd gesloten zijn.
• Grill alltijd met de maximale
temperatuurinstelling.
• Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
aangeraden in grilleertabel.
• Altijd de pan plaatsen om vet op te
vangen op de eerste rekstand.
• Alleen platte stukken vlees of vis
grillen.
• Lege oven met grillfuncties altijd 5
minuten voorverwarmen.
Tijd (min)Rooster-
hoogte
Page 33
10.11 Grill
NEDERLANDS33
Het grilgedeelte is ingesteld in het
midden van het rooster.
GerechtTemperatuur
(°C)
Biefstuk, medium210 - 23030 - 4030 - 402
Runderfilet, medium23020 - 3020 - 303
Varkensrug210 - 23030 - 4030 - 402
Kalfsrug210 - 23030 - 4030 - 402
Lamsrug210 - 23025 - 3520 - 353
Hele vis, 500 - 1000g210 - 23015 - 3015 - 303 - 4
10.12 Drogen
Dek de ovenroosters met bakpapier af.
Tijd (min)Roos-
1e kant
2e kant
2e kant
terhoogte
vereiste tijd uit. Open de deur en laat het
apparaat afkoelen. Hierna kunt u het
droogproces afronden.
Voor de beste resultaten: schakel het
apparaat na de eerste helft van de
Groenten
Gerecht
Bonen60 - 706 - 832 / 4
Paprika's60 - 705 - 632 / 4
Groente in het zuur60 - 705 - 632 / 4
Paddestoelen50 - 606 - 832 / 4
Kruiden40 - 502 - 332 / 4
Temperatuur
(°C)
Tijd (u)
Roosterhoogte
1 stand2 standen
Fruit
Gerecht
Pruimen60 - 708 - 1032 / 4
Abrikozen60 - 708 - 1032 / 4
Temperatuur
(°C)
Tijd (u)
Roosterhoogte
1 stand2 standen
Page 34
www.aeg.com34
Gerecht
Schijfjes appel60 - 706 - 832 / 4
Peren60 - 706 - 932 / 4
10.13 ontdrooien
• Haal het voedsel uit de verpakking.
Doe het voedsel op een bord.
• Gebruik voor het afdekken geen
borden of schotels. Hierdoor kan de
ontdooitijd worden verlengd.
GerechtAantalOntdooitijd
Kip1 kg100 - 14020 - 30Kip op een omgedraaid scho-
Vlees1 kg100 - 14020 - 30Halverwege de bereidingstijd
Vlees500 g90 - 12020 - 30Halverwege de bereidingstijd
Forel150 g25 - 3510 - 15-
Aardbeien300 g30 - 4010 - 20-
Boter250 g30 - 4010 - 15-
Room2 x 200 g80 - 10010 - 15Klop de nog licht bevroren sla-
Cake1,4 kg6060-
Temperatuur
(°C)
(min.)
Tijd (u)
• Gebruik de eerste rekstand van de
oven. Het inzetniveau onderaan.
Nadooitijd
(min)
Roosterhoogte
1 stand2 standen
Opmerkingen
teltje in een groot bord leggen. Halverwege de bereidingstijd omdraaien.
omdraaien.
omdraaien.
groom.
11. OVEN - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
11.1 Opmerkingen over
schoonmaken
• Maak de voorkant van het apparaat
schoon met een zachte doek en een
warm sopje.
• Gebruik voor metalen oppervlakken
een universeel reinigingsmiddel.
• Reinig de binnenkant van het
apparaat na elk gebruik.
Opeenhopingen van vetten of andere
voedselresten kunnen brand
veroorzaken. Het risico is hoger voor
de grillpan.
• Verwijder hardnekkig vuil met een
speciale ovenreiniger.
• Reinig alle accessoires na elk gebruik
en laat ze drogen. Gebruik een zachte
doek en een warm sopje en een
reinigingsmiddel.
Page 35
NEDERLANDS
35
• Toebehoren met antiaanbaklaag
mogen niet worden schoongemaakt
met een agressief reinigingsmiddel,
voorwerpen met scherpe randen of
een afwasautomaat. Dit kan de
antiaanbaklaag beschadigen.
11.2 Apparaten van roestvrij
staal of aluminium:
Maak de ovendeur alleen
schoon met een natte spons.
Droog maken met een
zachte doek.
Vermijd het gebruik van
staalwol, zure of schurende
producten, deze kunnen de
oppervlakken van de oven
beschadigen. Maak het
bedieningspaneel van de
oven net zo voorzichtig
schoon
11.3 Pyrolyse
LET OP!
Verwijder alle accessoires en
uitneembare
bakplaatsteunen.
Start de pyrolytische
reiniging niet als u de
ovendeur niet volledig heeft
gesloten. In sommige
modellen geeft het display
"C3" weer als deze fout zich
voordoet.
WAARSCHUWING!
Het apparaat wordt heel
heet. Er bestaat
verbrandingsgevaar.
LET OP!
Gebruik de kookplaat niet
tegelijk met de pyrolytische
functie. Het kan schade aan
het apparaat veroorzaken.
1. Verwijder het ergste vuil met de
hand.
2. Reinig de binnenkant van de deur
met heet water, zodat de resten niet
inbranden door de hete lucht.
3. Stel de pyrolytische functie in.
Raadpleeg de "Ovenfuncties".
4. Wanneer
of op om de gewenste procedure
in te stellen:
OptieBeschrijving
P1Als de oven
P2Als het vuil
Na 2 seconden begint de procedure.
U kunt de eindfunctie gebruiken om het
starten van de reinigingsprocedure uit te
stellen.
Tijdens de pyrolytische reiniging is het
ovenlampje uit.
5. U kunt de standaardlengte van de
procedure (P1 of P2) wijzigen door
op te drukken om in te
stellen. Druk vervolgens op
om de duur van de
reinigingsprocedure in te stellen.
6. Als de oven de ingestelde
temperatuur bereikt, vergrendelt de
deur. Het display toont het symbool
en de balken van de
warmteaanduiding totdat de deur
ontgrendelt.
7. Na afloop van de pyrolytische
reiniging geeft het display de tijd van
de dag aan. De ovendeur blijft
vergrendeld.
8. Zodra het apparaat is afgekoeld,
klinkt een geluidssignaal en wordt de
ovendeur ontgrendeld.
knippert, drukt u op
niet erg vuil
is. Tijdsduur
van de procedure: 1 uur 30
min.
niet eenvoudig te verwijderen is.
Tijdsduur van
de procedure:
2 uur 30 min.
of op
11.4 Reinigingsherinnering
Om u te herinneren aan de pyrolytische
reiniging, knippert PYR in het display
Page 36
1
2
1
2
36
www.aeg.com
gedurende 10 seconden na elke in- en
uitschakeling van het apparaat.
De reinigingsherinnering
gaat uit:
• na het einde van de
functie pyrolytische
reiniging.
• Als u gelijktijdig op en
drukt terwijl PYR op
het display knippert.
11.5 Verwijderen van de
inschuifrails
Om de oven te reinigen, verwijdert u de
inschuifrails.
1. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
de zijwand.
2. Trek de geleider bij de achterkant uit
de zijwand en verwijder deze.
De pinnetjes op de
telescopische geleiders
moeten naar voren wijzen.
Installeer de inschuifrails in omgekeerde
volgorde.
11.6 Uitnemen van de
ovendeur
Om het reinigen te vergemakkelijken,
verwijdert u best de ovendeur.
1. Open de deur helemaal.
2. Verplaats de schuif totdat u een klik
3. Sluit de deur tot de schuif
4. Verwijder de deur.
Wanneer u klaar bent met reinigen,
plaatst u de ovendeur terug in
omgekeerde volgorde. Zorg ervoor dat u
een klik hoort wanneer u de deur
terugplaatst. Gebruik indien nodig enige
kracht.
LET OP!
Zorg ervoor dat de langste
bevestigingsdraad voorin
wordt aangebracht. De
uiteinden van de twee
draden moeten naar
achteren wijzen. Incorrecte
installatie kan schade aan
het email toebrengen.
hoort.
vergrendelt.
Om de deur te verwijderen, trek de
deur eerst aan de ene zijde naar
buiten en daarna aan de andere
zijde.
Page 37
1
2
B
NEDERLANDS
37
11.7 Verwijderen en reinigen
van de deurglazen
De glasplaten van de
ovendeur op uw product
kunnen in type en vorm
verschillen van de
voorbeelden die u hier ziet.
Het aantal glasplaten kan
ook verschillen.
1. Deurafdekking B aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten
vastpakken en naar binnen drukken
om de klemsluiting te ontgrendelen.
2. Trek de deur naar voren om hem te
verwijderen.
3. Houd de glasplaten aan de
bovenkant vast en trek deze een voor
een omhoog uit de geleiding.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrocutie!
Maak de zekering los
voordat u de lamp vervangt.
De lamp en het afdekglas
kunnen heet zijn.
LET OP!
Houd de halogeenlamp
altijd met een doek vast om
te voorkomen dat er
vetrestjes op de ovenlamp
verbranden.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder de zekeringen in de
zekeringenkast, of schakel de
stroomonderbreker uit.
De lamp aan de achterkant.
Het afdekglas van het
lampje bevindt zich in de
achterkant van de
ovenruimte.
1.
Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang het ovenlampje met de
relevante tegen 300 °C
hittebestendig ovenlampje.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
11.9 De lade verwijderen
WAARSCHUWING!
4. Reinig de glasplaten.
Om de panelen te plaatsen, moet u de
stappen in omgekeerde volgorde
uitvoeren.
11.8 Het lampje vervangen
Leg een doek op de bodem van de
binnenkant van het apparaat. Dit
voorkomt schade aan het afdekglas en
de ovenruimte.
De lade onder de oven kan worden
verwijderd om gemakkelijker te worden
schoongemaakt.
1. Trek de lade volledig naar buiten, tot
2. Til de lade enigszins op, zodat het
Bewaar geen ontvlambare
dingen in de lade (bijv.
schoonmaakmiddelen,
plastic zakken,
ovenhandschoenen, papier,
reinigingssprays, enz). Als u
de oven gebruikt, kan de
lade heet worden. Gevaar
voor brand
deze niet verder kan.
naar boven kan worden getild in een
hoek van de ladegeleiders.
Page 38
www.aeg.com38
Om de lade te installeren, volgt u de
procedure in omgekeerde volgorde.
12. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
12.1 Wat moet u doen als…
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
U kunt het apparaat niet activeren.
U kunt het apparaat niet activeren.
U kunt de kookplaat niet inschakelen of bedienen.
U kunt de kookplaat niet inschakelen of bedienen.
U kunt de kookplaat niet inschakelen of bedienen.
Er klinkt een geluidssignaal
en de kookplaat wordt uitgeschakeld.
Er weerklinkt een geluidssignaal als de kookplaat uit
staat.
De kookplaat schakelt uit.U hebt iets op de tiptoets
Restwarmte-indicatie treedt
niet in werking.
Automatisch opwarmenfunctie werkt niet.
Het apparaat is niet aangesloten op een stopcontact
of is niet goed geïnstalleerd.
De zekering is doorgebrand. Controleer of de zekering de
U hebt twee of meer tiptoetsen tegelijk aangeraakt.
STOP+GO -functie is in
werking.
Er ligt water of vetspatten
op het bedieningspaneel.
U hebt een of meer tiptoetsen afgedekt.
geplaatst.
De zone is niet heet, omdat
hij slechts kortstondig is gebruikt.
De zone is heet.Laat de zone voldoende af-
Controleer of het apparaat
goed is aangesloten op het
lichtnet.
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende elektricien.
Raak slechts één tiptoets tegelijk aan.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Kookplaat - Dagelijks gebruik'.
Reinig het bedieningspaneel.
Verwijder het voorwerp van
de tiptoetsen.
Verwijder het object van de
tiptoets.
Als het lang duurt alvorens
de zone voldoende heet is,
neem dan contact op met
de klantenservice.
koelen.
Page 39
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Automatisch opwarmenfunctie werkt niet.
De kookstand schakelt tussen twee kookstanden.
De sensorvelden worden
warm.
Er klinkt geen signaal wanneer u de sensorvelden van
het bedieningspaneel aanraakt.
verschijnt op het display
van de kookplaat.
verschijnt op het display
van de kookplaat.
verschijnt op het display
van de kookplaat.
verschijnt op het display
van de kookplaat.
verschijnt op het display
van de kookplaat.
verschijnt op het display
van de kookplaat.
De oven wordt niet warm.De oven is uitgeschakeld.Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm.De klok is niet ingesteld.Stel de klok in.
De oven wordt niet warm.De benodigde kookstanden
De oven wordt niet warm.De automatische uitschakel-
De oven wordt niet warm.Het kinderslot is geacti-
De hoogste verwarmingsstand is ingesteld.
Vermogensbeheer -functie is
in werking.
Het kookgerei is te groot of
staat te dicht bij het bedieningspaneel.
De signalen zijn uitgeschakeld.
Automatisch uitschakelen is
in werking.
Het kinderslot of de Toetsblokkering-functie is in werking.
Er staat geen kookgerei op
de zone.
Het kookgerei is niet goed.Gebruik het juiste kookgerei.
De diameter aan de bodem
van het kookgerei is te klein
voor de zone.
Het kookgerei dekt het
kruis / vierkant niet.
zijn niet ingesteld.
ing is actief.
veerd.
De hoogste kookstand heeft
hetzelfde vermogen als de
functie.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Kookplaat - Dagelijks gebruik'.
Plaats groter kookgerei op
de achterste zones indien
mogelijk.
Schakel de signalen in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Kookplaat - Dagelijks gebruik'.
Schakel de kookplaat uit en
weer in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Kookplaat - Dagelijks gebruik'.
Zet kookgerei op de zone.
Zie het hoofdstuk 'Kookplaat
- Nuttige aanwijzingen en
tips'.
Gebruik kookgerei met de
juiste afmetingen.
Zie het hoofdstuk 'Kookplaat
- Nuttige aanwijzingen en
tips'.
Dek het kruis / vierkant volledig af.
Zorg ervoor dat de instellingen correct zijn.
Raadpleeg "Automatisch
uitschakelen".
Raadpleeg "Gebruik van het
kinderslot".
NEDERLANDS39
Page 40
www.aeg.com40
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Het lampje brandt niet.Het lampje is stuk.Vervang het lampje.
De bereiding van de gerechten duurt te lang of de
gerechten worden te snel
gaar.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Op het display van de oven
verschijnt "F102".
De oven is geactiveerd en
wordt niet warm. De ventilator werkt niet. Op het display van de oven wordt
"Demo" weergegeven.
Het display toont een foutcode die niet in deze tabel
staat.
De temperatuur is te laag of
te hoog.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
• U heeft de deur niet helemaal gesloten.
• Het deurslot is defect.
De demofunctie is ingeschakeld.
Er is een elektrische fout.Schakel het apparaat uit via
Pas indien nodig de temperatuur aan. Volg het advies in
de handleiding op.
Laat gerechten na het bereiden niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
• Sluit de deur volledig.
• Schakel de oven uit via
de huiszekering of de veiligheidsschakelaar in de
zekeringkast en schakel
deze weer in.
• Neem contact op met de
klantenservice, wanneer
"F102" opnieuw wordt
weergegeven.
1. Schakel de oven uit.
2. Druk op de -toets en
houd deze ingedrukt.
3. Draai als er een geluids-
signaal klinkt de knop
voor de ovenfuncties rechtsom naar de eerste
functie. "Demo" knippert in het display.
4. Draai de knop voor de
ovenfuncties naar de uitstand.
5. Laat de knop
6. Draai de temperatuur-
knop drie seconden naar
rechts. Het geluidssignaal klinkt drie keer.
De demofunctie is uitgeschakeld.
de huiszekering of de veiligheidsschakelaar in de zekeringkast en schakel het apparaat dan weer in.
Neem contact op met de
klantenservice wanneer de
foutcode opnieuw wordt
weergegeven.
los.
Page 41
A
A
B
NEDERLANDS
41
12.2 Onderhoudgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper of de serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.).........................................
Het typeplaatje bevindt zich voor aan de
binnenkant van het apparaat. Verwijder
het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
Minimum afstanden
Afmetingenmm
A2
B685
13.3 Het apparaat waterpas
zetten
13.2 Locatie van het apparaat
U kunt uw vrijstaand apparaat met kasten
aan een of twee zijden en in de hoek
plaatsen.
Gebruik kleine pootjes aan de onderkant
van het apparaat om het kookoppervlak
aan de bovenkant waterpas met andere
oppervlakken te brengen.
Page 42
1
2
49 mm
77 mm
42
www.aeg.com
13.4 Anti-kantelbescherming
LET OP!
Monteer de antikantelbescherming zodat
het apparaat niet valt als het
incorrect wordt geladen. De
antikantelbescherming werkt
alleen als het apparaat in
een correcte ruimte is
geplaatst.
Uw apparaat is voorzien van
het symbool weergegeven in
de afbeelding (indien van
toepassing) om u te
herinneren aan de montage
van de antikantelbescherming.
2. Installeer de anti-kantelbescherming
77 mm onder het bovenvlak van het
apparaat en 49 mm van de linkerkant
van het apparaat in de ronde
opening op een steun. Zie
afbeelding. Schroef de beveiliging
stevig in solide materiaal of gebruik
geschikte versteviging (muur).
3. U vindt het gat aan de
linkerachterkant van het apparaat.
Zie afbeelding. Til de voorkant van
het apparaat op (1) en plaats dit in
het midden van de ruimte tussen de
kastjes (2). Als de afstand tussen de
aanrechtkastjes groter is dan de
breedte van het apparaat, moet u de
zijmaten aanpassen als u het
apparaat wilt centreren.
LET OP!
Zorg dat u de antikantelbescherming op de
correcte hoogte installeert.
Zorg ervoor dat het oppervlak achter het
apparaat glad is.
1. Stel de correcte hoogte in en bepaal
waar op het apparaat u de antikantelbescherming gaat plaatsen.
13.5 Elektrische installatie
WAARSCHUWING!
De fabrikant is niet
verantwoordelijk indien u
deze veiligheidsmaatregelen
uit hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie' niet
opvolgt.
Dit apparaat wordt geleverd zonder
stekker en netsnoer.
14.1 Productinformatie voor kookplaat volgens EU-richtlijn
66/2014
Modelidentificatie68476IU-MN
Type kooktoestelKookplaat in vrijstaand fornuis
Aantal kookzones4
VerwarmingstechnologieInductie
Diameter ronde kookzones (Ø)Linksvoor
Energieverbruik per kookzone (EC
electric cooking)
Energieverbruik van de kookplaat
(EC electric hob)
Linksachter
Rechtsvoor
Rechtsachter
Linksvoor
Linksachter
Rechtsvoor
Rechtsachter
169,1 Wh / kg
NEDERLANDS43
21,0 cm
21,0 cm
21,0 cm
21,0 cm
174,3 Wh / kg
165,3 Wh / kg
171,3 Wh / kg
165,3 Wh / kg
EN 60350-2 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - Deel 2: Kookplaten Methodes voor het meten van de
prestatie.
De energiemetingen betreffende de
kookzone worden geïdentificeerd door
de kruizen van de respectievelijke
kookzones.
14.2 Kookplaat Energiebesparing
U kunt elke dag energie besparen tijdens
het koken door de onderstaande tips te
volgen.
• Warm alleen de hoeveelheid water op
die u nodig heeft.
• Doe indien mogelijk altijd een deksel
op het kookgerei.
• Zet uw kookgerei op de kookzone
voordat u deze activeert.
• Zet kleiner kookgerei op kleinere
kookzones.
• Plaats het kookgerei precies in het
midden van de kookzone.
• Gebruik de restwarmte om het eten
warm te houden of te smelten.
14.3 Productfiche en informatie voor ovens volgens EU
65-66/2014
Naam leverancierAEG
Modelidentificatie68476IU-MN
Energie-efficiëntie Index100.0
Energie-efficiëntieklasseA
Page 44
44
www.aeg.com
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand
boven + onderwarmte
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand
hetelucht
Aantal ruimten1
WarmtebronElectriciteit
Volume72 l
Soort ovenOven in vrijstaand fornuis
Massa58.7 kg
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - Deel 1: Reeksen, ovens,
stoomovens en grills - Methoden voor
prestatiemeting.
0.98 kWh/cyclus
0.85 kWh/cyclus
kooktijd verstrijkt. De restwarmte
in de oven zorgt ervoor dat het
gerecht wordt voltooid.
– U kunt de restwarmte gebruiken
om ander eten op te warmen.
14.4 Oven - Energiebesparing
Dit apparaat bevat functies die u helpen
energie te besparen tijdens het dagelijks
koken.
• Algemene tips
– Zorg ervoor dat de ovendeur
goed is gesloten als het apparaat
werkt en houd de deur tijdens de
bereiding zo veel mogelijk
gesloten.
– Gebruik metalen schalen om
meer energie te besparen.
– Zet indien mogelijk het eten in de
oven zonder voor te verwarmen.
– Verlaag bij een bereidingsduur
langer dan 30 minuten de
oventemperatuur met minimaal 3
- 10 minuten, afhankelijk van de
• Bereiding met hete lucht - gebruik
indien mogelijk de bereidingsfuncties
met hete lucht om energie te
besparen.
• Restwarmte
– Bij sommige ovenfuncties
worden, als een programma met
tijdselectie (Duur, Einde) in
werking is en de bereidingstijd
langer is dan 30 minuten, de
verwarmingselementen
automatisch 10% eerder
uitgeschakeld. De lamp en
ventilator blijven wel werken.
• Eeten warm houden - kies de laagste
temperatuur als u de restwarmte wilt
gebruiken om eten warm te houden.
Het display toont de
restwarmtetemperatuur.
bereidingsduur voordat de
15. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
*
Page 45
NEDERLANDS45
Page 46
www.aeg.com46
Page 47
NEDERLANDS47
Page 48
www.aeg.com/shop
867319419-A-062015
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.