Aeg 64857L User Manual

LAVAMAT 64857L
Gebruiksaanwijzing Wasmachine Notice d'utilisation Lave-linge
Inhoud
2
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
INHOUD
BEDIENINGSINSTRUCTIES 3
VEILIGHEIDSINFORMATIE 3
Algemene veiligheid 3 Installatie 4 Gebruik 4 Veiligheid van kinderen 5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 5
Wasmiddellade 6
BEDIENINGSPANEEL 7 DISPLAY 7
Controlelampjes (10) 8
PERSONALISERING 8
Geluidssignalen 8 Kinderslot 9
DAGELIJKS GEBRUIK 9
Wasgoed in de machine doen 9 Wasmiddel en wasverzachter doseren 9 Het gewenste programma kiezen met de programmakeuzeknop (1) 10 De gewenste TEMPERATUUR kiezen (toets
2) 11 De CENTRIFUGEREN-snelheid of de optie SPOELSTOP kiezen (toets 3) 11 Programmakeuzetoetsen 11 Kies de optie VLEKKEN (Toets 4) 11 De optie BEHOEDZAAM (toets 5) 12 De optie TIJD kiezen (toets 6) 12 De START/PAUZE kiezen (toets 8) 12 De STARTUITSTEL kiezen (toets 9) 12 Een extra spoelgang ( EXTRA SPOELEN) kiezen 13 Een optie of lopend programma wijzigen
13
Een programma onderbreken 13 Een programma annuleren 13 De deur openen nadat het programma is gestart 13 Aan het einde van het programma 14
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 14
De was sorteren 14 Voordat u de was in de machine doet 14 Vlekken verwijderen 15 Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
Hoeveelheid wasmiddel 16 Graden van waterhardheid 16
WASPROGRAMMA'S 16 ONDERHOUD EN REINIGING 19
Ontkalken 19 Na elke wasbeurt 19 Onderhoudswasbeurt 20 Schoonmaken van de buitenkant 20 Wasmiddellade 20 Wastrommel 20 Deurrubber 21 Afvoerpomp 21 De watertoevoerfilters schoonmaken 23 Machine legen in geval van nood 24 Voorzorgsmaatregelen bij vorst 24
PROBLEMEN OPLOSSEN 24 TECHNISCHE GEGEVENS 28 VERBRUIKSWAARDEN 28
MONTAGE-INSTRUCTIES 29
MONTAGE 29
Uitpakken 29 Plaatsing en waterpas zetten 31
15
Veiligheidsinformatie
3
Watertoevoer 31 Waterstop 33 Waterafvoer 33
AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET
MILIEUBESCHERMING 34
Verpakkingsmaterialen 35 Milieutips 35
34
Wijzigingen voorbehouden
BEDIENINGSINSTRUCTIES
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Zorgvuldig lezen en voor toekomstige raadpleging bewaren.
• De veiligheid van uw apparaat voldoet aan de voorschriften en de wettelijke vereisten met betrekking tot de veiligheid van apparaten Wij vinden echter dat wij, als fabrikant, de plicht hebben u de volgende veiligheidsaanwijzingen te geven.
• Het is erg belangrijk dat deze gebruiksaanwijzing bij de machine bewaard zodat u later nog eens iets kunt nalezen. Als het apparaat aan iemand anders verkocht of geschonken wordt, of als u verhuist en de machine achterlaat, zorg er dan voor dat de gebruiksaan­wijzing bij het apparaat blijft zodat de nieuwe eigenaar kennis kan nemen van de werking van het apparaat en de bijbehorende waarschuwingen.
• U MOET deze gebruiksaanwijzing aandachtig doorlezen voordat u de machine te instal­leert of in gebruik neemt.
• Controleer uw machine op eventuele schade, die ontstaan kan zijn tijdens het transport, voordat u hem in gebruik neemt. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Als er on­derdelen zijn beschadigd, neem dan contact op met uw leverancier.
• Als de machine in de winter wordt afgeleverd, als de temperatuur onder nul is. Zet de wasmachine 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u hem in gebruik neemt.
Algemene veiligheid
• Het is gevaarlijk om de specificaties te wijzigen of om te proberen op enigerlei wijze veranderingen aan te brengen aan dit apparaat.
• Tijdens wasprogramma's op hoge temperatuur kan het deurglas heet worden. Niet aan­raken!
• Zorg ervoor dat kleine huisdieren niet in de trommel klimmen. Controleer om dit te voorkomen de trommel vóór gebruik.
• Voorwerpen als munten, veiligheidsspelden, spijkers, schroeven, stenen of andere harde, scherpe materialen kunnen grote schade aan het apparaat toebrengen en mogen niet in het apparaat terechtkomen.
• Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid wasverzachter en wasmiddel. Als u te veel doseert, kunnen kledingstukken beschadigd raken. Raadpleeg de aanbevelingen van de fabrikant met betrekking tot de hoeveelheden.
• Was kleine artikelen zoals sokken, veters, wasbare ceintuurs enz. in een waszak of kus-
132945541-00-142010
sensloop, omdat deze tussen de kuip en de trommel terecht kunnen komen.
Veiligheidsinformatie
4
• Gebruik uw wasautomaat niet om artikelen met baleinen, materialen zonder zoom of gescheurde materialen te wassen.
• Trek na gebruik, reiniging en onderhoud van de machine altijd de stekker uit het stop­contact en draai de kraan dicht.
• Probeer in geen geval zelf de machine te repareren. Reparaties uitgevoerd door ondes­kundigen kunnen lichamelijk letsel of ernstige schade aan de machine veroorzaken. Neem contact op met een Klantenservice bij u in de buurt. Vraag altijd om originele vervan­gingsonderdelen.
Installatie
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
• Controleer bij het uitpakken van het apparaat of dit niet is beschadigd. Gebruik het apparaat bij twijfel niet en neem contact op met de Klantenservice.
• Alle verpakkingsmaterialen en transportbouten moeten vóór het gebruik worden ver­wijderd. Als dit wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het product en andere eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de gebruiksaan­wijzing.
• Controleer na de installatie van het apparaat of het niet op de toevoer- en afvoerslang staat en of het werkblad het aansluitsnoer niet platdrukt tegen de muur.
• Als het apparaat op een tapijtvloer wordt geplaatst, dient de hoogte van de stelpootjes te worden aangepast om de lucht onder het apparaat toch goed te kunnen laten circu­leren.
• Let er altijd op of er na de installatie geen water lekt uit de slangen en de aansluitingen.
• Als het apparaat geïnstalleerd is op een plaats waar het kan vriezen, lees dan het hoofd­stuk "Bevriezingsgevaren.
• Eventuele voor de installatie van dit apparaat noodzakelijke loodgieterswerkzaamheden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde loodgieter.
• Eventuele voor de installatie van het apparaat noodzakelijke elektrotechnische werk­zaamheden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien.
Gebruik
• Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk gebruik. Het is niet toegestaan het apparaat te gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor het is bestemd.
• Was in de machine alleen textiel dat geschikt is voor machinaal wassen. Volg de in­structies op het wasvoorschrift in de kleding.
• Doe niet te veel wasgoed in de machine. Zie de "Wasprogramma"-tabel.
• Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat alle knopen en ritsen dicht zijn. Was geen gerafelde of gescheurde artikelen. Behandel vlekken zoals verf, inkt, roest en gras eerst voordat u artikelen met dit soort vlekken gaat wassen. Beugelbeha's mogen NIET machinaal worden gewassen.
• Kledingstukken die in aanraking zijn geweest met vluchtige petroleumproducten mogen niet in de machine gewassen worden. Als vluchtige reinigingsvloeistoffen zijn gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat de vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd voordat u het in de wasautomaat doet.
• Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact; maar aan de stekker zelf.
• Gebruik de wasmachine nooit als het aansluitsnoer, het bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel beschadigd zijn, waardoor de binnenkant van de wasmachine toegankelijk is.
Beschrijving van het product
Veiligheid van kinderen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat
• Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat spelen.
• De verpakkingsmaterialen (zoals plasticfolie en polystyreen) kunnen een gevaar opleve­ren voor kinderen - verstikkingsgevaar! Houd deze materialen buiten het bereik van kinderen.
• Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op.
• Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de trommel kunnen klimmen. Om te voor­komen dat kinderen of huisdieren binnen in deze machine vast komen te zitten, heeft hij een speciale functie. Om deze functie te ac­tiveren draait u de knop (zonder deze in te drukken) aan de binnenkant van de deur naar rechts tot de groef horizontaal staat. Gebruik zo nodig een muntstuk. Om deze functie uit te schakelen en de mogelijkheid te herstellen om de deur te sluiten, draait u de knop naar links tot de groef verticaal staat.
5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Uw nieuwe apparaat voldoet aan alle moderne eisen voor een effectieve behandeling van wasgoed met een laag verbruik van water, energie en wasmiddel. Het spaarklepsysteem staat het totale gebruik van wasmiddel toe en vermindert het wa­terverbruik om energie te sparen.
Beschrijving van het product
6
1 Wasmiddellade 2 Bedieningspaneel 3 Deurhandgreep 4 Typeplaatje 5 Afvoerpomp 6 Verstelbare pootjes
2
1
3
4
5
6
Wasmiddellade
Vakje voor waspoeder voor de voorwas . Het
voorwasmiddel wordt het begin van het waspro­gramma ingespoeld.
Vakje voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel
te gebruiken voor de hoofdwas .
vakje voor vloeibare toevoegingen (wasver-
zachter, stijfsel).
Vakje voor vlekkenverwijderaar te gebruiken
voor de hoofdwas met VLEKKEN-optie .
Bedieningspaneel
BEDIENINGSPANEEL
Hieronder staat een afbeelding van het bedieningspaneel. Het laat de programmakeuzeknop zien alsook de toetsen en controlelampjes. Deze onderdelen worden weergegeven met relevante nummers en op de volgende pagina's uitgelegd.
1 2 3 4 5 6 87 9 10
1 Programmakeuzeknop 2 TEMPERATUUR -toets 3 CENTRIFUGEREN -toets 4 VLEKKEN -toets 5 BEHOEDZAAM -toets 6 TIJD -toets 7 DISPLAY 8 START/PAUZE -toets 9 STARTUITSTEL -toets
10 Controlelampjes
Symbolen :
Spoelstop, Koud
7
DISPLAY
7.2
7.3
7.1
8
Duur van het gekozen programma (7.1):
Duur van het gekozen programma: Nadat u een programma gekozen heeft, wordt de tijds­duur in uren en minuten weergegeven (bijvoorbeeld 2.05 ). De duur wordt automatisch berekend op basis van de aanbevolen maximale belading voor elk type wasgoed. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt.
Alarmcodes
In geval van problemen met de werking kunnen er alarmcodes weergegeven worden, bij­voorbeeld
Einde van het programma
Als het programma is afgelopen, verschijnt er een knipperende nul DEUR ( 10.2 ), het controlelampje WASSEN ( 10.1 ) en het controlelampje van toets 8 gaan uit. De deur kan nu geopend worden.
Verkeerde optiekeuze
Als een optie wordt gekozen die niet compatibel is met het ingestelde wasprogramma, verschijnt de boodschap Err gedurende een paar seconden en gaat het gele licht van knop 8 knipperen.
Startuitstel (7.2)
Het gekozen uitstel (max. 20 uur), ingesteld met de betreffende toets, wordt gedurende een paar seconden op het display weergegeven, daarna verschijnt de duur van het eerder ge­selecteerde programma. Het symbool 7.2 verschijnt op het display. De tijdsduur van het uitstel neemt per uur met een eenheid af. Als er nog maar 1 uur resteert, neemt de tijd per minuut af.
Kinderslot (7.3)
(zie hoofdstuk «Problemen oplossen...»).
, het controlelampje
Controlelampjes (10)
Nadat u op toets 8 heeft gedrukt, gaat het HOOFD­WAS controlelampje ( 10.1 ) branden. Als het controlelampje 10.1 aan gaat, betekent dit dat de machine in werking is. Het DEUR controlelampje ( 10.2 ) geeft aan of de deur geopend kan worden:
• lampje aan: de deur kan niet geopend worden
• lampje knippert: de deur wordt geopend
• lampje uit: De deur kan nu geopend worden
Als de machine extra spoelgangen uitvoert, gaat het EXTRA SPOELEN controlelampje ( 10.3 ) bran­den. Raadpleeg voor het toevoegen van een extra spoelgang "Een extra spoelgang kiezen".
PERSONALISERING
Geluidssignalen
De wasmachine is voorzien van een geluidssysteem, dat in de volgende gevallen te horen zal zijn:
• aan het einde van een cyclus
Dagelijks gebruik
• in geval van problemen met de werking.
Door ongeveer 6 seconden tegelijkertijd op de toetsen 3 en 4 te drukken, wordt het ge­luidssignaal uitgeschakeld (behalve in het geval van problemen met de werking). Door nogmaals op deze 2 toetsen te drukken, wordt het geluidssignaal weer ingeschakeld.
Kinderslot
Met deze voorziening kunt u het apparaat onbeheerd achterlaten, u hoeft zich dan geen zorgen te maken dat kinderen gewond raken of het apparaat schade toebrengen. Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de machine niet in werking is. Er zijn twee manieren om deze optie in te stellen:
voordat toets 8 wordt ingedrukt: de machine kan niet gestart worden.
nadat toets 8 is ingedrukt: ingestelde programma's of opties kunnen niet veranderd worden.
Om deze optie in- of uit te schakelen tegelijkertijd gedurende ongeveer 6 seconden op de toetsen 4 en 5 drukken tot het symbool 7.3 op (van) het display verschijnt (verdwijnt).
DAGELIJKS GEBRUIK
Wasgoed in de machine doen
1. Open de deur voorzichtig door de hand-
greep naar buiten te trekken. Doe het was­goed stuk voor stuk in de trommel; schud het eerst zo goed mogelijk uit.
2. Doe de deur stevig dicht. U moet bij het
sluiten een klik horen.
WAARSCHUWING!
Laat het wasgoed niet tussen de deur en de rubber pakking terecht komen.
9
Wasmiddel en wasverzachter doseren
Uw nieuwe apparaat is ontworpen om te besparen op het verbruik van water, energie en wasmiddel.
Dagelijks gebruik
10
1. Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk
naar buiten. Meet de vereiste hoeveelheid wasmiddel af, giet het in het vakje voor de hoofdwas wilt uitvoeren, giet dan het wasmiddel in het vakje
Als u de vlekken functie wilt gebruiken, giet de vlekkenverwijderaar dan in het bakje met de pijl
2. Giet, indien gewenst, wasverzachter in het
vakje markering MAX in de lade niet overschrij-
den). Schuif de wasmiddellade er weer voorzichtig in.
en, als u een voorwas fase
.
.
(de gebruikte hoeveelheid mag de
Het gewenste programma kiezen met de programmakeuzeknop (1)
U kunt het juiste programma voor elke soort wasgoed kiezen door de aanwijzingen in de programmatabellen op te volgen (zie "Wasprogramma's"). Draai de programmakeuzeknop op het gewenste programma. Met de programmakeuze­knop bepaalt u het soort wascyclus (bijv. waterpeil, beweging van de trommel, aantal spoelgangen) en de wastemperatuur afhankelijk van het soort wasgoed. Het controlelampje van toets 8 gaat knipperen. De programmakeuzeknop kan met de klok mee of tegen de klok in worden gedraaid. Stand
om het programma te resetten/ De machine uit te schakelen.
Aan het einde van het programma moet de keuzeknop op stand om de machine uit te schakelen.
Als u de programmakeuzeknop naar een ander programma draait terwijl de machine in bedrijf is, gaat het gele controlelampje van toets 8 3 keer knipperen en wordt het bericht Err op het display weergegeven om een onjuiste keuze aan te geven. De machine zal het nieuw gekozen programma niet uitvoeren.
gedraaid worden
Dagelijks gebruik
De gewenste TEMPERATUUR kiezen (toets 2)
Bij het kiezen van een programma stelt het apparaat automatisch de standaardtemperatuur voor dat programma voor.
Druk herhaaldelijk op deze toets om de temperatuur te verhogen of te verlagen, als u wilt dat uw wasgoed wordt gewassen op een temperatuur die afwijkt van de door de wasau­tomaat voorgestelde temperatuur. Door de stand gebruikt bij extreem fijne was zoals gordijnen.
Zie voor de beschikbare maximale en minimale waswatertemperatuur "Wasprogramma's".
(Koud) te kiezen zal de machine wassen met koud water. Deze optie wordt
De CENTRIFUGEREN -snelheid of de optie SPOELSTOP kiezen (toets 3)
Wanneer het gewenste programma is gekozen, stelt uw machine automatisch het maximale centrifugetoerental voor dat programma voor.
Druk herhaaldelijk op deze toets om de centrifugesnelheid te veranderen, als u wilt dat uw wasgoed wordt gecentrifugeerd op een snelheid die afwijkt van de door de wasmachine voorgestelde temperatuur. Het desbetreffende lampje licht op. SPOELSTOP : als u deze optie kiest wordt het laatste spoelwater niet weggepompt, om te voorkomen dat het wasgoed kreukelt. Als het programma is afgelopen verschijnt op het display knipperend deur is vergrendeld om aan te geven dat het water eerst moet worden afgevoerd.
Lees het hoofdstuk "Aan het einde van het programma" voor instructies om het water weg te pompen.
, het controlelampje 10.2 brandt, het lampje van toets 8 is uit en de
11
Programmakeuzetoetsen
Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd worden. Deze functies moeten gekozen worden nadat u het gewenste programma gekozen heeft en voordat u op toets 8 drukt. Als deze toetsen worden ingedrukt, gaan de bijbehorende controlelampjes branden. Als zij opnieuw worden ingedrukt, gaan de controlelampjes uit. Als er een verkeerde optie is gekozen, knippert het gele controlelampje van toets 8 3 keer en verschijnt het bericht Err gedurende enkele seconden op het display.
Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk "Waspro­gramma's".
Kies de optie VLEKKEN (Toets 4)
Kies deze optie om sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken te behandelen met vlekkenverwijderaar (verlengde hoofdwas met tijdgeoptimaliseerde vlekkenbehandelings­fase). Het desbetreffende lampje licht op. Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C. Als u het programma met de vlekkenoptie wilt gebruiken, giet dan vlekkenverwijderaar in het vakje
met een blauwe pijl.
Dagelijks gebruik
12
De optie BEHOEDZAAM (toets 5)
Als u deze optie kiest wordt de wasintensiteit verminderd. De machine voegt een spoelgang toe in de programma's voor KATOEN , 40-60 MIX , SYNTHETICA en ECO . Het bijbehorende symbool verschijnt op het display. Deze optie kan niet gekozen worden samen met de optie EXTRA SPOELEN . Deze optie wordt aanbevolen voor niet-kleurechte artikelen en voor artikelen die vaak gewassen worden.
De optie TIJD kiezen (toets 6)
Met deze optie kunt u de wastijd veranderen die de wasmachine automatisch heeft voor­gesteld. KORT : door eenmaal op toets 6 te drukken gaat het bijbehorende controlelampje branden en zal de wasduur verkort worden om dagelijks wasgoed te wassen. EXTRA KORT : door tweemaal op toets 6 te drukken, blijft het bijbehorende controlelampje branden en wordt de wasduur verkort om licht vervuild wasgoed of artikelen die slechts korte tijd gebruikt of gedragen zijn te wassen. Op het display wordt de aflopende wastijd weergegeven.
De START/PAUZE kiezen (toets 8)
Om het gekozen programma te starten drukt u op toets 8 ; het bijbehorende rode contro­lelampje stopt met knipperen. Het controlelampje 10.1 brandt om aan te geven dat het apparaat begint te werken. Het controlelampje 10.2 brandt om aan de geven dat de deur vergrendeld is. Om een lopend programma te onderbreken drukt u op toets 8 : het bijbehorende rode controlelampje gaat knipperen. Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waarop het werd onderbroken drukt u nogmaals op toets 8 . Als u een uitgestelde start geselecteerd heeft met toets 9 , begint de machine af te tellen. Als er een verkeerde optie is geselecteerd, knippert het gele con­trolelampje van de toets 8 3 keer en wordt de melding Err ongeveer 2 seconden weerge­geven.
De STARTUITSTEL kiezen (toets 9)
Als u voordat u het programma start de start wilt uitstellen, druk dan herhaaldelijk op de toets om het gewenste uitstel te selecteren. De duur van het gekozen uitstel (max. 20 uur) verschijnt gedurende ongeveer 3 seconden op het display, daarna verschijnt de duur van het programma weer. U moet deze optie kiezen nadat u het programma hebt ingesteld en voordat u op toets 8 drukt. De start van het hoofdwasprogramma kan met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en vervolgens steeds met 1 uur tot een maximum van 20 uur met deze toets worden uitgesteld. Als u later tijdens de vertragingstijd nog wasgoed in de trommel wilt stoppen, druk dan op de toets 8 om de machine op pauze te zetten. Doe het wasgoed in de trommel, doe de deur dicht en druk opnieuw op toets 8 . De uitgestelde start kiezen.
• Kies het programma en de gewenste opties.
• Kies de startvertraging.
Dagelijks gebruik
druk op toets 8 : de machine begint de tijd af te tellen in uren. Het programma zal beginnen als het gekozen uitstel is afgelopen.
Startuitstel annuleren
Zet de wasmachine op PAUZE door op toets 8 te drukken;
Druk eenmaal op toets 9 tot het symbool
druk nogmaals op toets 8 om het programma te starten.
• Het gekozen uitstel kan alleen veranderd worden nadat u het wasprogramma opnieuw
gekozen heeft.
• De deur blijft gedurende het uitstel vergrendeld. Als u de deur toch wilt openen, dan
moet u de wasmachine eerst op PAUZE zetten door op de toets 8 te drukken. Nadat u de deur weer gesloten heeft drukt u weer op de toets 8 .
Toets 9 kan niet gekozen worden bij het programma POMPEN .
wordt weergegeven;
Een extra spoelgang ( EXTRA SPOELEN ) kiezen
Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Voor mensen met een erg gevoelige huid (allergisch voor wasmiddelen) kan het echter noodzakelijk zijn om het wasgoed met een extra hoeveelheid water te spoelen. Druk gedurende enkele seconden tegelijkertijd op de toetsen 2 en 3 : het controlelampje
10.3 gaat branden. Deze functie blijft permanent actief. Om de functie uit te schakelen drukt u nogmaals op dezelfde toetsen tot het lampje 10.3 uit gaat.
Een optie of lopend programma wijzigen
Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voordat u iets kunt veranderen, moet u de wasmachine laten pauzeren door op toets 8 te drukken. U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten . Draai de pro-
grammakeuzeknop eerst op nieuwe programma door nogmaals op toets 8 te drukken. Het water in de kuip zal niet worden weggepompt.
en dan op de stand van het nieuwe programma. Start het
13
Een programma onderbreken
Druk op toets 8 om een lopend programma te onderbreken, het bijbehorende controle­lampje gaat knipperen. Druk nogmaals op de toets om het programma opnieuw te starten.
Een programma annuleren
Draai de keuzeknop op om een lopend programma te annuleren. U kunt nu een nieuw programma kiezen.
De deur openen nadat het programma is gestart
Zet de machine eerst op pauzeren door op toets 8 te drukken. Als het controlelampje
10.2 uitgaat, kan de deur enkele minuten later geopend worden.
Als de deur vergrendeld blijft - het controlelampje 10.2 brandt, betekent dit dat de machine al aan het opwarmen is, dat het waterniveau boven de bodemrand van de deur komt. In dat geval kan de deur niet worden geopend. Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch nodig is, schakelt u de machine uit door de keuzeknop op kan de deur worden geopend (let op het waterniveau en de temperatuur .
te draaien. Na enkele minuten
14
Nadat u de deur gesloten heeft, moet u het programma en de opties opnieuw kiezen en op toets 8 drukken.
Aan het einde van het programma
De machine stopt automatisch, het controlelampje van toets 8 , de controlelampjes 10.1 en 10.2 gaan uit en een knipperende Als er een programma of optie gekozen wordt waarbij het water in de trommel niet wordt weggepompt, dan gaat het controlelampje 10.2 branden, er verschijnt een knipperende
op het display, het controlelampje van toets 8 gaat uit en de deur blijft vergrendeld om
aan te geven dat het water eerst moet worden weggepompt voordat de deur geopend kan worden. Volg onderstaande instructies om het water af te voeren:
• Draai de programmakeuzeknop naar
• Kies het programma POMPEN of CENTRIFUGEREN .
• Verlaag indien nodig het centrifugetoerental met de betreffende toets
Druk op toets 8
• Als het programma is afgelopen verschijnt op het display een knipperende
trolelampje 10.2 gaat uit en de deur kan geopend worden.
Draai de programmakeuzeknop op goed uit de trommel en controleer goed of de trommel helemaal leeg is. Als u niet van plan bent om nog een was te doen, draai dan de kraan dicht. Laat de deur open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.
verschijnt op het display.
om de machine uit te schakelen. Verwijder het was-
. Het con-
Stand-by : zodra het programma is geëindigd, wordt na enkele minuten het energiebe­sparingssysteem ingeschakeld. De helderheid van het display wordt verminderd. Door op een willekeurige toets te drukken haalt u het apparaat uit de energiebesparende modus.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
De was sorteren
Houd u aan de wassymbolen op de etiketten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fabrikant. Sorteer het wasgoed als volgt: wit, bont, synthetisch, fijne was, wol.
Voordat u de was in de machine doet
Was witte en bonte was nooit samen. Wit kan in de was zijn "witheid" verliezen. Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen; was dit soort kleding de eerste keer dan ook apart. Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Bind ceintuurs of lange riemen vast. Verwijder hardnekkige vlekken vóór het wassen. Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een speciaal wasmiddel of reinigingspasta. Behandel vitrage met speciale zorg. Verwijder haken of stop ze in een zak of net.
Nuttige aanwijzingen en tips
Vlekken verwijderen
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen worden verwijderd met alleen water en wasmiddel. Het is daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvorens het kledingstuk te wassen. Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water. Laat opgedroogde vlekken een nacht in water met een speciaal wasmiddel inweken; daarna de vlek met het sop uitwassen. Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek; herhaal de behandeling enkele keren. Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpentine, leg het kledingstuk op een zacht oppervlak en dep de vlek met de vingertoppen en een katoenen doek. Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestverwijderingsproduct dat koud wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur in dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de vlek een gat wordt. Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmiddel behandelen (alleen witte en kleurechte weefsels).
Balpeninkt en lijm: bevochtig met aceton dep de vlek. Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven, vervolgens de vlekken met brandspiritus behandelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Rode wijn: laten inweken in water en wasmiddel, uitspoelen en behandelen met azijnzuur of citroenzuur, vervolgens uitspoelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmid­del.
Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het type inkt eerst met aceton azijnzuur; behandel evt. achtergebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel; daarna grondig uitspoelen. Teervlekken: eerst behandelen met vlekkenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzine, ver­volgens inwrijven met reinigingspasta.
1)
, leg het kledingstuk op een zachte doek en
1)
en dan met
15
Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van de keuze van het wasmiddel en het gebruik van de juiste hoeveelheden om verspilling te voorkomen en het milieu te sparen. Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn bevatten wasmiddelen stoffen die - in grote hoe­veelheden - de broze balans van de natuur kunnen verstoren. De keuze van het wasmiddel hangt af van het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.), de kleur, wastemperatuur en de mate van vervuiling. Alle in de handel verkrijgbare machinewasmiddelen kunnen in deze machine worden ge­bruikt:
• waspoeder voor alle soorten weefsels
• waspoeder voor tere weefsels (60°C max) en wol
• vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogramma's op lage temperatuur (60°C
max) voor alle soorten weefsels, of speciaal voor alleen wol. De wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen moeten in het juiste vakje van de wasmid­dellade worden gedaan voordat het wasprogramma wordt gestart.
1) gebruik geen aceton op kunstzijde
Wasprogramma's
16
Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voorwas te worden gekozen. De wasautomaat is uitgerust met een recirculatiesysteem dat een optimaal gebruik van geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt. Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelheden en overschrijd het «MAX» teken in de wasmiddellade niet .
Hoeveelheid wasmiddel
Het type en de te gebruiken hoeveelheid wasmiddel hangen af van het type weefsel, de hoeveelheid wasgoed, de mate van vervuiling en de hardheid van het water. Volg de instructies van de wasmiddelenfabrikant over de te gebruiken hoeveelheden. Gebruik minder wasmiddel als:
• als u een kleine lading wast
• het wasgoed licht vervuild is
• er veel schuimvorming is tijdens het wassen.
Graden van waterhardheid
De hardheid van water wordt geclassificeerd in zogenaamde hardheidsgraden. Informatie over de hardheid van het water in uw omgeving kan worden verkregen bij het desbetref­fende waterleidingbedrijf. Als de waterhardheid middelmatig of hoog is, raden we aan een waterontharder toe te voegen, waarbij u altijd de instructies van de fabrikant opvolgt. Als de hardheid van het water zacht is, pas dan de hoeveelheid wasmiddel aan.
WASPROGRAMMA'S
Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed
KATOEN/LINNEN
95°- Koud Hoofdwas, - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 7 kg - Gereduceerde lading 3,5 kg Voor wit en bont katoen (normaal vervuilde artike­len).
KATOEN MET VOORWAS
95°- Koud Voorwas - Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifu­geren Max. belading 7 kg - Gereduceerde lading 3,5 kg Voor wit of bont katoen met voorwasfase (sterk vervuilde artikelen).
Opties
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , VLEK-
1)
, BEHOED-
KEN
ZAAM , TIJD
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , VLEK-
KEN
ZAAM , TIJD
2)
SPOELEN
1)
, BEHOED-
2)
SPOELEN
, EXTRA
, EXTRA
Wasmiddel
Vakje
3)
Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed
40 - 60 MIX
40° Hoofdwas, - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 7 kg Wit en bont katoen Dit programma kan gebruikt worden voor wasgoed dat apart gewassen moet wor­den op 40°C of 60°C. Zo kunt u de trommel maximaal beladen en energie en water besparen. U krijgt het­zelfde goede wasresultaat als van een normaal pro­gramma op 60°C.
JEANS
60° tot Koud Hoofdwas, - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 3,5 kg Speciaal programma voor spijkerbroeken, artikelen van spijkerstof. De optie Extra spoelen wordt auto­matisch geactiveerd.
SYNTHETICA
60° tot Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 3,5 kg - Gereduceerde lading 2 kg Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, ge­kleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blou­ses.
SYNTHETICA MET VOORWAS
60° tot Koud Voorwas - Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifu­geren Max. belading 3,5 kg - gereduceerd. Belading 2kg Synthetische of gemengde stoffen met voorwas­fase: sterk vervuilde artikelen. ondergoed, gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses.
STRIJKVRIJ PLUS
60° tot Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 1 kg
Synthetische stoffen die voorzichtig gewassen en gecentrifugeerd moeten worden. Als u dit pro-
gramma kiest wordt het wasgoed behoedzaam ge­wassen en gecentrifugeerd om eventuele kreukels te voorkomen. Op deze manier kunt u gemakkelijker strijken. Bovendien zal de machine extra spoelgangen uitvoeren.
Wasprogramma's
Opties
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , VLEK-
KEN , BEHOEDZAAM ,
EXTRA SPOELEN
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , VLEK-
1)
, BEHOED-
KEN
ZAAM , TIJD
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , VLEK-
KEN
ZAAM , TIJD
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , EXTRA
2)
SPOELEN
1)
, BEHOED-
2)
SPOELEN
SPOELEN
, EXTRA
, EXTRA
Wasmiddel
Vakje
3)
17
Wasprogramma's
18
Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed
FIJNE WAS
40°- Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 3,5 kg- Gereduceerde belading 2 kg
Fijne was: acryl, viscose, polyester. WOL PLUS /HANDWAS / ZIJDE
40° - Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Wol/Handwas: Max. belading 2 kg; ZIJDE: Max. bela­ding 1 kg Wasprogramma voor in de machine wasbare wol en voor met de hand wasbare wol en fijne stoffen. Op- merking : Een enkel of groot stuk wasgoed kan on­balans veroorzaken. Als de machine de laatste centri­fugefase niet uitvoert, voeg dan meer wasgoed toe, verdeel de lading handmatig opnieuw en kies vervol­gens het centrifugeprogramma.
KORT SPOELEN
Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 7 kg Met dit programma is het mogelijk om katoenen kle­dingstukken die met de hand gewassen zijn uit te spoelen en te centrifugeren. De machine voert enkele spoelgangen uit, gevolgd door een laatste centrifu­gegang. De centrifugesnelheid kan verlaagd worden met de betreffende toets.
POMPEN
Afvoeren van het water Om het laatste spoelwater af te voeren bij program­ma's met de optie SPOELSTOP gekozen.
CENTRIFUGEREN
Pompen en lang centrifugeren Max. belading 7 kg Aparte centrifugegang voor katoenen kledingstukken die met de hand gewassen zijn en na programma's met de gekozen SPOELSTOP optie. Voordat u dit pro-
gramma kiest moet de keuzeknop op U kunt de snelheid met behulp van de betreffende toets aanpassen aan de weefsels die gecentrifugeerd moeten worden.
gedraaid zijn.
Opties
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , VLEK-
1)
2)
, TIJD
KEN
, EXTRA
SPOELEN
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , EXTRA
SPOELEN
CENTRIFUGEREN
Wasmiddel
Vakje
Onderhoud en reiniging
Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed
OPFRISSEN
30° Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 3 kg Dit programma kan gebruikt worden voor het snel wassen van sportartikelen, of katoenen en syntheti­sche artikelen die licht vervuild of slechts eenmaal gedragen zijn.
ECO
60° houden Hoofdwas, - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 7 kg Wit en kleurecht katoen . Dit programma kan worden gekozen voor licht of normaal vervuilde katoenen artikelen. De tempera­tuur wordt verlaagd en de wasduur wordt verlengd. Hierdoor kunt u een goede wasefficiëntie bereiken en tegelijk energie besparen.
/UIT
Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen .
1) VLEKKEN optie kan alleen gekozen worden bij een temperatuur van 40°C of hoger.
2) Als u de optie SUPERSNEL kiest door op toets 6 te drukken, adviseren wij u de maximale belading te beperken,
zoals aangegeven. Volledige belading is mogelijk, de wasresultaten zullen echter minder goed zijn.
3) Als gebruik gemaakt wordt van vloeibaar wasmiddel, moet een programma zonder VOORWAS gekozen worden.
Opties
CENTRIFUGEREN
CENTRIFUGEREN ,
SPOELSTOP , VLEK-
KEN , BEHOEDZAAM ,
EXTRA SPOELEN
Wasmiddel
19
Vakje
ONDERHOUD EN REINIGING
U moet het apparaat LOSKOPPELEN van de elektrische voeding, voordat u welke reinigings­of onderhoudswerkzaamheden dan ook kunt uitvoeren.
Ontkalken
Het water dat wij gebruiken bevat gewoonlijk kalk. Het is aan te bevelen om regelmatig een waterontharder in de machine te gebruiken. Doe dit apart van het wassen van wasgoed en volgens de aanwijzingen van de fabrikant van de waterontharder. Hiermee voorkomt u de vorming van kalkaanslag.
Na elke wasbeurt
Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes in het apparaat te voorkomen. Door de deur een tijdje open te laten staan na een wascyclus blijft de afdichting van de deur ook beter bewaard.
Onderhoud en reiniging
20
Onderhoudswasbeurt
Bij wasbeurten op lage temperaturen is het mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant van de trommel blijft zitten. Wij raden u daarom aan regelmatig een onderhoudswasbeurt uit te voeren. Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren:
• Moet de trommel leeg zijn.
• Moet u het heetste wasprogramma voor katoen kiezen.
• Moet u een normale hoeveelheid wasmiddel gebruiken, dit moet waspoeder zijn met
biologische eigenschappen.
Schoonmaken van de buitenkant
Maak de buitenkant van de behuizing van het apparaat alleen schoon met water en zeep, droog het daarna grondig af.
Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of soortgelijke producten om de buitenkant van de machine te reinigen.
Wasmiddellade
De wasmiddellade moet regelmatig worden schoongemaakt.
1. Verwijder de wasmiddellade door hem stevig naar buiten te trekken.
2. Verwijder het tussenschotje van de was-
verzachter uit het middelste vakje.
3. Maak alle onderdelen schoon met water.
4. Schuif het tussenschotje van de wasver-
zachter zo ver mogelijk naar binnen, zodat het stevig op zijn plaats zit.
5. Maak het gehele inspoelbereik met een
borstel schoon, in het bijzonder de sproei­monden in de bovenkant van inspoelvak­jes.
6. Plaats de wasmiddellade in de geleiderails
en duw hem naar binnen.
Wastrommel
Roestaanslag in de trommel kan voorkomen vanwege roestende vreemde voorwerpen in de was of door leidingwater dat ijzer bevat.
Maak de trommel niet schoon met zure ontkalkingsmiddelen, schuurmiddelen die chloor bevatten of ijzer of staalwol.
1. Verwijder alle roestaanslag op de trommel met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
Onderhoud en reiniging
2. Draai een wascyclus zonder was in de trommel om restanten van reinigingsmiddelen
te verwijderen. Programma: Kort katoenprogramma op maximale temperatuur en voeg ong. een kwart
maatbeker wasmiddel toe.
Deurrubber
Controleer van tijd tot tijd het deurrubber en haal evt. aanwezige voorwerpen weg die in de manchet terecht zijn gekomen.
Afvoerpomp
De pomp moet regelmatig worden gecontroleerd en in het bijzonder als:
• de machine niet pompt en/of niet centrifugeert;
• de machine tijdens het pompen een abnormaal geluid maakt als gevolg van veiligheids-
spelden, munten, enz. die de pomp blokkeren;
• er een probleem met de waterafvoer is vastgesteld ( zie hoofdstuk "Problemen oplossen..."
voor meer details).
WAARSCHUWING!
Voordat u het pompdeurtje opent, schakelt u de machine uit en trekt u de hoofdstekker uit het stopcontact.
21
Ga als volgt te werk:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Wacht indien nodig tot het water is afgekoeld.
3. Open het pompdeurtje.
4. Trek de klep naar voren om hem te ver-
wijderen.
5. Plaats een opvangbak dichtbij de pomp
om het vrijkomende water op te vangen.
6. Trek de noodafvoerslang naar buiten,
plaats hem in de opvangbak en verwijder de dop.
Onderhoud en reiniging
22
7. Als er geen water meer naar buiten
komt, schroef dan het deksel van de pomp los door deze naar links te draaien en verwijder het filter. Gebruik indien nodig een tang. Houd altijd een oude doek bij de hand om het eventueel ge­morste water te kunnen opvegen.
Maak het filter schoon onder een kraan om alle pluis te verwijderen.
8. Verwijder vreemde materialen en was-
poeder van het filter en het schoepen­rad.
9. Controleer of het schoepenrad van de
pomp kan draaien (het draait schokke­rig). Als hij niet draait, neemt u contact op met uw klantenservice.
10. Plaats de dop terug op de noodafvoers-
lang en zet de slang terug op zijn plaats.
11. Plaats het filter terug in de pomp door
het goed in de speciale geleidingen te plaatsen. Schroef het deksel van de pomp goed vast door het rechtsom te draaien.
12. Plaats de klep terug en sluit het pomp-
deurtje.
WAARSCHUWING!
Als de machine in werking is en afhankelijk van het gekozen programma kan er heet water in de pomp aanwezig zijn. Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een wascyclus, wacht altijd tot de machine de cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed uit de trommel heeft gehaald. Wanneer u het pomp­deksel weer vastschroeft, dient u goed te controleren of het stevig is vastgezet om lekkages te voorkomen en te voorkomen dat jonge kinderen het kunnen verwijderen.
Loading...
+ 50 hidden pages