AEG-Electrolux VAMPYR5030.0, S60270KG18 User Manual

0 (0)

SANTO 60270-18 KG

Dubbeldeurs-koelautomaat

Fridge freezer

Gebruiksaanwijzing

Operating Instructions

Geachte klant,

Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat.

De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren om lager nog eens iets na te kunnen lezen.. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven.

Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p. alleen op de aanwijzingen letten die op uw apparaat betrekking hebben.

Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden (Waarschuwing!, Voorzichtig!, Let op!) wordt de aandacht gevestigd op aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het juist functioneren van het apparaat. Hier absoluut op letten.

Na dit symbool wordt uitleg gegeven over de bediening en het praktisch gebruik van het apparaat.

Met het klaverblad worden tips en aanwijzingen voor een economischen milieuvriendelijk gebruik van het apparaat aangegeven.

Voor eventueel optredende storingen staan in de handleiding aanwijzingen om deze zelf op te lossen, zie Hoofdstuk "Wat te doen als...". Als deze aanwijzingen niet voldoende informatie bieden staat onze service-afdeling u te allen tijde ter beschikking.

2

Inhoud

Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4

Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5

Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . .5 Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6

Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6

Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7

Opstelplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 Uw koelapparaat heeft lucht nodig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 Muur-afstandshouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 Overzetten van het deurscharnier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8

Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

.10

Voor ingebruikname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

10

Bedieningsen controle-inrichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

11

In gebruik nemen en temperatuurregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

11

Interieur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

12

Legvlakken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

12

Variabele binnendeur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

12

Variabele box . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

13

Koelen van levensmiddelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

13

Invriezen en diepgevroren bewaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

14

Diepvrieskalender . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

15

Koude-accu’s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

15

Maken van ijsblokjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

15

Ontdooien van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

16

Apparaat uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

17

Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

17

Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

18

Wat te doen als . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

19

Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

19

Lamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20 Doel, normen, richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21

3

Veiligheid

De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken:

Reglementaire toepassing

Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het koelen, invriezen en diepgevroren bewaren van levensmiddelen en voor het maken van ijs. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoording nemen voor eventuele schaden.

Het ombouwen van of veranderingen aan het koelapparaat aanbrengen is uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan.

Als het koelapparaat commercieel of voor andere doeleinden dan voor het koelen, diepgevroren bewaren en invriezen van levensmiddelen gebruikt wordt, s.v.p. letten op de hiervoor van kracht zijnde wettelijke bepalingen.

Voordat het apparaat voor de eerste keer in gebruik genomen wordt

Controleer het koelapparaat op transportschaden. Een beschadigd apparaat in geen geval aansluiten! Wend u in geval van schade tot de leverancier.

Koelmiddelen

Het apparaat bevat in het koelvloeistofcircuit de koelvloeistof Isobutan (R600a), een natuurlijk, zeer milieuvriendelijk gas, dat echter wel brandbaar is.

Bij het transport en het opstellen van het apparaat erop letten dat geen onderdelen van het koelvloeistofcircuit beschadigd worden.

Bij beschadiging van het koelvloeistofcircuit:

open vuur en brandhaarden absoluut vermijden;

het vertrek waar het apparaat staat goed ventileren.

Veiligheid van kinderen

Verpakkingsdelen (bijv. folies, piepschuim) kunnen voor kinderen gevaarlijk zijn. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsmateriaal van kinderen weghouden!

Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar maken. Stekker uit het stopcontact trekken, stroomkabel doorknippen, eventueel aanwezige snap– of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Daardoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten raken (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen.

4

Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door kinderen, personen met verminderde lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke capaciteiten of een gebrek aan kennis en ervaring, tenzij er toezicht is ingesteld door de persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of tenzij zij van deze persoon instructies hebben gekregen over het gebruik. Laat kinderen niet zonder toezicht in de buurt van het apparaat. .

Bij dagelijks gebruik

Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullingen van aanstekers etc. in het koelapparaat.

Flessen en blikken mogen niet in het vriesvak. Ze kunnen springen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg nooit limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in het vriesvak. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcoholpercentage kan in het vriesvak gelegd worden.

Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct vanuit de vriesruimte in de mond steken. Zeer koud ijs kan aan de lippen of de tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken.

Niet met natte handen aan diepvriesartikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen.

Geen elektrische apparaten (bijv. elektrische ijsmachines, mixers etc.) in het koelapparaat gebruiken.

Voor het schoonmaken het apparaat altijd uitzetten en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de uitschakelen huisinstallatie.

De stekker altijd aan de stekker zelf uit het stopcontact trekken, nooit aan het snoer.

Bij storing

Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiksaanwijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven aanwijzingen niet verder helpen zelf niet verder aan het apparaat werken.

Koelapparaten mogen alleen dooor geschoold personeel gerepareerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Wend u zich bij reparaties tot uw vakhandel of tot onze service-afdeling.

Weggooien

Informatie over de verpakking van het apparaat

Alle gebruikte grondstoffen zijn milieuvriendelijk! Ze kunnen zonder gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden!

De grondstoffen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt worden en worden als volgt gekarakteriseerd:

5

>PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnenin.

>PS< voor schuimpolystyrol, bijv. bij de bekledingsdelen, in principe CFK-vrij.

De kartonnen delen zijn van oud papier gemaakt en kunnen ook weer bij het oudpapier gedaan worden.

Weggooien van oude apparaten

Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld te worden. Dit geldt voor uw huidige apparaat en - als het ook aan vervanging toe is - ook voor uw nieuwe apparaat.

Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker er afhalen, netsnoer doorknippen, eventuele snapof grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten worden (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terechtkomen.

Aanwijzingen voor het weggooien:

Het apparaat mag niet bij het huisof grofvuil gezet worden.

Het koelvloeistofcircuit, in het bijzonder de warmtewisselaar aan de achterkant, mag niet beschadigd worden.

Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.

Transportbescherming verwijderen

Het apparaat alsmede de onderdelen van het interieur zijn voor het transport beschermd.

• Alle plakband alsmede bekledingsdelen uit het interieur verwijderen.

Uw apparatuur is voorzien van blokkeringen, waardoor de platen tijdens het transport op hun plaats blijven.

Handel als volgt om deze te verwijderen:

6

Beweeg de blokkeringen in de richting van de pijl, til de glasplaat aan de achterkant op en duw deze in de richting van de pijl tot deze los raakt en verwijder de blokkeringen.

A

B

C

Opstellen

Opstelplaats

Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Het apparaat daarom

niet aan directe straling van de zon blootstellen;

niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen plaatsen;

alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het apparaat is ontworpen.

De klimaatklassees staan op het typeplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt.

De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatklasse behoort:

Klimaatklasse

 

voor een omgevingstemperatuur van

 

 

 

 

 

 

SN

 

+10 tot +32 °C

 

 

 

N

 

+16 tot +32 °C

 

 

 

ST

 

+18 tot +38 °C

 

 

 

T

 

+18 tot +43 °C

 

 

 

Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaat-sen, aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden:

tot elektrische fornuizen 3 cm;

tot olieen kolenfornuizen 30 cm.

Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmte-isoleren- deplaat tussen fornuis en koelapparaat aan te bevelen.

Als het koelapparaat naast een ander koelof diepvriesapparaat staat, is een afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat zich geen condens vormt aan de buitenkant van de apparaten.

7

Uw koelapparaat heeft lucht nodig

Om veiligheidsredenen moet de ventilatie zodanig zijn als aangegeven de afbeelding.

Attentie: zorg ervoor dat de ventilatie openingen tijdens gebruik niet worden afgedekt.

Muur-afstandhouders

In het apparaat bevinden zich twee afstandhouders die in de bovenste hoeken aan de achterzijde geplaatst dienen te worden.

Draai de schroeven los steek de afstandhouder onder de schroefkop en draai de schroeven weer vast.

mm100

mm10 NP00

10 mm

Overzetten van het deurscharnier

Het deurscharnier kan van rechts (stand waarin het wordt afgeleverd) naar links overgezet worden als dat voor de opstelplaats nodig is.

Waarschuwing! Bij het overzetten van de deurscharnieren mag het apparaat niet op het lichtnet aangesloten zijn. Van te voren de stekker uit het stopcontact halen.

Ga nu verder als volgt te werk:

1.Trek het ventilatierooster (D), dat door palwerk vastgezet is, uit.

2.Verwijder het onderscharnier (E) door de twee schroeven, die het bevestigen; verwijder de deur van de vriesruimte door hem naar beneden te schuiven.

3.Draai de schroeven weer vast.

E

F

 

F

 

 

F

D

 

F

 

8

AEG-Electrolux VAMPYR5030.0, S60270KG18 User Manual

4.Verwijder de beschermdopjes van de schroeven linksonder en plaats ze op de schroeven rechts.

5.Draai de twee schroeven links-onder los.

6.Schroef het middenscharnier los; verwijder de deur van de koelruimte door hem naar beneden te schuiven

7.Draai met een schroevendraaier de twee beschermdopjes op de gaatjes links los en monteer ze aan de rechterkant.

8.Draai de stift van het bovenscharnier los en monteer haar aan de linkerkant.

9.Plaats de deur van de koelruimte op de bovenstift.

10.Plaats het middenscharnier in het onderste deel van de deur van de koelruimte; vergeet de sluitringetjes niet.

11.Schroef het middenscharnier stevig vast.

12.Plaats de deur van de vriesruimte op het middenscharnier.

13.Hermonteer het onderscharnier (E) aan de andere kant door middel van de twee schroeven die u eerder verwijderd hebt.

14.Verwijder het stopstuk (F) uit het ventilatierooster (D) door het naar de pijlrichting te duwen en breng het aan de andere kant weer aan.

15.Hermonteer het ventilatierooster (D), voer het door palwerk in.

H

G

9

16.De handgreep losschroeven. Aan de andere kant van de deur bevestigen nadat u de dopjes met een priem doorgeprikt heeft. De vrijgekomen gaatjes afsluiten met de bijgeleverde dopjes; deze vindt u in het zakje van de documentatie.

Belangrijk

Na het omkeren van de deurdraairichting moet u controleren of het deurrubber rondom goed op de sponning sluit. In een koud vertrek (in de winter) kan het gebeuren dat dat niet het geval is. Na enkele dagen zal het rubber zich echter aangepast hebben. Wilt u dat bespoedigen, dan kunt u het rubber warm maken met een föhn.

Elektrische aansluiting

Voor de elektrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïnstalleerde contactdoos met randaarde vereist. De contactdoos moet zodanig worden geïnstalleerd, dat de stekker altijd uit de contactdoos kan worden getrokken.

De elektrische zekering dient minstens 10 Ampère te zijn.

Indien het stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegankelijk is, dient een maatregel in de elektrische installatie er voor te zorgen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering, beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm).

Voor ingebruikneming op het typeplaatje van het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort overeenkomen met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het apparaat komt te staan.

Bijv.: AC 220 ... 240

V 50 Hz of

220 ... 240

V~ 50 Hz

(d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 Hertz)

Het typeplaatje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat.

Voor ingebruikname

Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor het eerste gebruik (zie Hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”).

10

Bedieningsen controle-inrichting

A B C D

A.Lichtcontrolelampje (geel)

B.Klimaatschakelaar (EXTRAFREEZE)

C.Lichtnetcontrolelampje (groenON)

D.Temperatuurregelaar

De bedieningsen kontrole-inrichting omvat:

Temperatuurregelaar (D) die tevens dient om het toestel inen uit te schakelen.

Het groene kontrolelampje (C) brandt als het toestel aan netspanning aangesloten en ingeschakeld is. In deze schakelstand is het koelakkgregaat automatisch in bedrijf.

Temperatuurregeling bij een omgevingstemperatuur beneden +16°C.

Indien de temperatuur in het vertrek waarin zich het apparaat bevindt onder +16°C daalt, dient u de klimaatschakelaar in te drukken. Het gele controlelampje boven de schakelaar licht op. Op deze wijze werkt de compressor gedurende langere tijden, zodat ook bij een lage omgevingstemperatuur de bewaartemperatuur -18°C in de vriesruimte behouden kan worden.

Attentie! Als de omgevingstemperatuur onder +10°C daalt, kunnen wij de werking van het apparaat niet garanderen. Zorg er daarom voor dat de omgevingstemperatuur minimaal +10°C is.

Belangrijk!

Indien de omgevingstemperatuur weer boven +16°C stijgt, dient u de klimaatschkelaar uit te schakelen; dit voorkomt onnodig energieverbruik. Het gele controlelampje dooft.

In gebruik nemen en temperatuurregeling

U steekt de steker van de koelkast in een contactdoos met randaarde. Als u de koelkastdeur opent, wordt de binnenverlichting ingeschakeld.

Stand „0“ betekent: uit.

Stand „1“ betekent: hoogste binnentemperatuur, warmste instelling.

11

Stand „4“ betekent: laagste binnentemperatuur, koudste instelling.

Bij het instellen van de juiste stand dient u er rekening mee te houden dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van:

-de kamertemperatuur;

-de frequentie waarmee de deuren geopend worden;

-de hoeveelheid levensmiddelen in de kast;

-de plaats van het apparaat.

De temperaturen in koelruimte en vriesvak kunnen niet gescheiden geregeld worden.

Als verse levensmiddelen snel moeten worden ingevroren, kunt u stand „4“ kiezen. Let u erop, dat de temperatuur in de koelruimte niet beneden 0°C komt en zet de temperatuurregelaar tijdig op stand „2“ of „3“ terug.

Belangrijk!

Hoge omgevingstemperatuur (bijv. op hete zomerdagen) en koude instelling van de temperatuurregelaar (stand “3” tot “4”) kunnen er voor zorgen dat de compressor continu werkt.

Zet in dat geval de temperatuurregelaar op een warmere stand (stand “2” tot “3”). Bij deze instelling wordt de compressor geregeld en begint het ontdooien weer automatisch.

Interieur

Legvlakken

 

Naargelang het model is het appa-

 

raat voorzien van glazen legvlakken.

 

Het legvlak van glas boven de groen-

 

teen fruitbakken moet altijd op die

 

plaats blijven liggen, opdat groente

 

en fruit langer vers blijven.

D338

De overige legvlakken zijn in hoogte verstelbaar:

Daartoe het legvlak zover naar voren trekken tot het naar boven of onderen bewogen kan worden en eruit gehaald kan worden.

Om de legvlakken op een andere hoogte te zetten in omgekeerde volgorde te werk gaan.

Variabele binnendeur

Naargelang de behoefte kunnen de deurvakken er naar boven uitgenomen worden en op andere plaatsen gezet worden.

12

Variabele box

Sommige modellen hebben een variabele box die naar de zijkant verschoven kan worden en onder een deurvak is aangebracht.

De box kan onder ieder deurvak worden aangebracht.

Voor het omzetten het deurvak met de variabele box naar boven uit de houders in de deur tillen en de beugel uit de geleider onder het deurvak uitnemen.

Inzetten op een andere hoogte geschiedt in omgekeerde volgorde.

Koelen van levensmiddelen

Voor een optimaal gebruik van de koelruimte adviseren wij u de volgende eenvoudige regels in acht te nemen:

Plaats geen warme of dampende spijzen of dranken in de koelruimte;

dek vooral sterk geurend voedsel af of verpak het;

plaats de levensmiddelen zo, dat de lucht vrij eromheen kan circuleren. Enkele belangrijke tips:

Vlees (alle soorten): wordt in plastic zakjes op de glazen plaat boven de groentelade geplaatst.

Bewaar vlees niet langer dan één of twee dagen.

Gekookt voedsel, koude schotels enz.: kunnen, goed afgedekt, op elk legvlak geplaatst worden.

Fruit en groente: worden schoongemaakt in de groentelade(n) gelegd.

Boter en kaas: worden, om blootstelling aan de lucht te voorkomen, in speciale koeldozen bewaard of in plasticof aluminiumfolie verpakt.

Flessen melk: worden, goed gesloten, in het flessenrek geplaatst.

Bewaar niet-luchtdicht verpakte bananen, aardappelen, uien of knoflook niet in de koelkast.

13

Invriezen en diepgevroren bewaren

In uw koelapparaat kunt u diepvriesproducten bewaren en verse levensmiddelen zelf invriezen.

Attentie!

Voor het invriezen van levensmiddelen dient de temperatuur in de vriesruimte –18 °C of lager te zijn.

Let op het op het typeplaatje aangegeven vriesvermogen. Het vriesvermogen is de maximale hoeveelheid verse waren die binnen 24 uur ingevroren kunnen worden. Als er gedurende meerdere dagen achter elkaar ingevroren wordt, neem dan slechts 2/3 tot 3/4 van de hoeveelheid aangegeven op het typeplaatje. De kwaliteit is beter, als de levensmiddelen snel tot in de kern bevriezen.

Warme levensmiddelen voor het invriezen laten afkoelen. De warmte leidt tot verhoogde ijsvorming en verhoogt het energieverbruik.

Bij het bewaren van kant-en-klare diepvriesproducten dient u zich beslist aan de door de fabrikant opgegeven bewaartijd te houden.

Eenmaal ontdooide levensmiddelen zonder verdere verwerking (bereiden tot panklare gerechten) in geen geval een tweede keer invriezen.

Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullingen van aanstekers etc. in het vriesapparaat.

Flessen en blikken mogen niet in de vriesruimte. Ze kunnen springen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg nooit limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in de vriesruimte. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcoholpercentage kan in de vriesruimte gelegd worden.

Alle levensmiddelen voor het invriezen luchtdicht verpakken, zodat ze niet uitdrogen, de smaak niet verloren gaat en de smaak niet op andere diepvriesproducten overgebracht wordt.

Voorzichtig! Diepvriesartikelen niet met natte handen aanraken. De handen

14

Loading...
+ 30 hidden pages