Skoda Auto werkt continue aan de doorontwikkeling van alle typen modellen. Heeft u er alstublieft begrip voor, dat daarom ten alle tijde veranderingen van de levering in vorm, uitrusting en techniek mogelijk zijn. De gegevens met betrekking tot de leveringsomvang, het voorkomen, de prestaties, maten, gewichten, brand-stofverbruik, normen en functies van de auto beantwoorden aan de stand van de informatie op het moment van sluiting van de redactie. Enkele van de uitvoeringen zijn mogelijkerwijs pas later leverbaar (informatie geeft uw lokale Škoda-dealer) ofworden slechts op bepaalde markten aangeboden. Daarom kan er niet gerecla-meerd worden naar aanleidingvan de aanduidingen, afbeeldingen en beschrij-vingen in deze gebruiksaanwijzing.
Nadruk, kopiëren, vertaling of een ander gebruik, ook uitzonderingen, is zonder schriftelijk toestemming van Skoda Auto niet toegestaan.
Alle rechten volgens het auteursrecht blijven uitdrukkelijk aan Skoda Auto voorbe-houden.
− Verdere functionele instellingen in verschillende menu's
2MENU
Tuimelschakelaar voor het opvragen van de menu-instellingen van de
parameters voor radio of cd-speler
3
Tuimelschakelaar voor het instellen van de klank
4AS
Tuimelschakelaar voor het automatisch opslaan van de zenders
5SCAN
Tuimelschakelaar voor het activeren van de AM-radiomodus
− Snelzoeken in de betreffende frequentieband
− Inhoud van de cd bekijken
6
Cd-uitwerptoets
CD-schacht
8CD
Toets voor het activeren van de cd-modus
9TP
Tuimelschakelaar om de ontvangst van verkeersmeldingen te activeren
10A/F
Tuimelschakelaar voor het omschakelen tussen de frequentiebanden
AM/FM
11
Tuimeltoetsen ,
− Handmatig zenders zoeken, snelzoeken zenders
− Titels kiezen in de CD-modus, snel vooruit en achteruit in de CD-modus
− Selecteren van de menu-items
12
Display
1316
Zendertoetsen -
− Opslaan en selecteren van de radiozenders
− Cd-selectie
− Code invoeren
Tekens in de tekst
* Delen van de uitrusting met dit teken zijn standaard alleen in bepaalde modellen
gemonteerd of als speciale uitrusting verkrijgbaar.
Eind van de alinea.
De alinea wordt op de volgende bladzijde voortgezet.
Belangrijke informatie
Ga ra nt i e
Dezelfde garantie condities gelden voor de uitrusting als voor nieuwe voertuigen.
Na afloop van de garantie wordt, indien reparatie nodig is, het apparaat voor een
concurrerende prijs door een gereviseerd nieuw apparaat vervangen, waarbij de
onderdelengarantie weer van toepassing is. Een voorwaarde alhoewel is dat er
geen behuizingsschade aanwezig is en geen niet toegelaten reparaties zijn ondernomen.
Aanwijzing
Een defect in het kader van de garantie mag niet zijn te wijten aan een verkeerde
behandeling of door onvakkundig uitgevoerde rep araties. Bov endien moge n geen
uiterlijke schades aanwezig zijn.
Radiobediening
De radio zal alleen gebruikt worden, als het verkeer het werkelijk toelaat.
Het volume moet zo zijn ingesteld, dat akoestische signalen van buitenaf, zoals bijv.
de sirene van hulpdiensten (politie, ambulance en brandweer), op elk moment
duidelijk hoorbaar zijn.
Radio3
A
Uitgangsvermogen
4x20 W
ATT ENT IE!
Richt in eerste instantie uw aandacht op het besturen van de auto! Als
bestuurder draagt u de volle verantwoordelijkheid voor verkeersveiligheid.
Gebruik de functies van de radio alleen op een manier dat u in alle verkeersituaties de controle over uw voertuig behoud!
Omgang met het display
Behandel het display voorzichtig, omdat door het met een vinger hierop drukken
of door contact met een spits voorwerp deukjes of krassen kunnen ontstaan.
Vingerafdrukken op het display kunnen met een zachte doek zo nodig met pure
alcohol worden verwijderd.
Aanwijzing
Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine of terpentine, omdat deze het displayoppervlak kunnen beschadigen.
Diefstalbeveiliging
Anti-diefstal-codering
Uw radio is uitgerust met een Comfort-codering. Bij de eerste ingebruikneming
wordt de veiligheidscode niet alleen in de radio, maar ook in de auto opgeslagen.
Na het losmaken en weer aansluiten van de accukabels, moet eerst het contact
worden ingeschakeld en pas dan de radio.
Als u de radio in een andere auto wilt inbouwen, moet de veiligheidscode worden
ingevoerd. Neem in dit geval contact op met een Škoda-dealer of een Škodaimporteur.
Omdat de radio/cd-speler alleen na het invoeren van de veiligheidscode werkt, is
gebruik na diefstal praktisch uitgesloten - een bijdrage tot een efficiënte diefstalbeveiliging.
Aanwijzing
De code is opgeslagen in het instrumentenpaneel. Hierdoor wordt het automatisch
gedecodeerd (Comfort-codering). Het met de hand invoeren van de code is
normaal gesproken dan ook niet nodig.
Code invoeren
– Schakel bij ingeschakeld contact de radio in. Eerst verschijnt SAFE en
daarna 1000.
– Voer met behulp van de zendertoetsen - de veiligheidscode in.
– Bevestig de veiligheidscode door de zendertoets langdurig in te
14
6
drukken.
Als een verkeerd ingevoerde code wordt bevestigd kan de complete procedure nog
eenmaal worden herhaald.
Indien de code voor een tweede keer verkeerd werd ingevoerd, wordt het apparaat
ca. een uur geblokkeerd. Na het verloop van een uur, terwijl het apparaat en het
contact ingeschakeld zijn, is het mogelijk om de invoer van de veiligheidscode te
herhalen.
De cyclus - twee pogingen, een uur geblokkeerd - geldt hierna opnieuw.
Basisinstelling
Apparaat in- en uitschakelen
– Door het indrukken van de draai-/drukknop wordt het systeem in-
, respectievelijk uitgeschakeld.
1
Radio4
A
A
A
Als bij een ingeschakeld apparaat de contactsleutel uit het contactslot wordt
getrokken wordt het apparaat automatisch uitgeschakeld. De radio kan door het
indrukken van de draai-/drukknop weer worden ingeschakeld. Bij uitgeschakeld contact schakelt het apparaat zich na ca. een uur automatisch uit (bescherming tegen ontladen van de accu).
Als de radio door de contactsleutel uit het contactslot te trekken wordt uitgeschakeld, zal deze na het opnieuw inschakelen van het contact weer worden
ingeschakeld.
1
Audio-instellingen
– Door de tuimelschakelaar opnieuw in te drukken wordt de
gewenste parameter geselecteerd.
– Door het draaien van de draai-/drukknop wordt de gewenste
1
waarde ingesteld.
Er kan worden gekozen tussen de volgende parameters:
• TRE - instelling hoge tonen;
• BASS - instelling lage tonen;
• BAL - Instelling tussen de linkse en rechtse luidsprekers;
• FAD - instelling van de volumeverhouding tussen voor en achter;
Instelling van de speciale functies
– Druk de tuimelschakelaar in om het setup menu te activeren.
– Individuele functies van de menus kunt u selecteren door de tuimel-
schakelaars of , in te drukken.
MENU
– Door aan de bedieningsknop te draaien stelt u de gewenste
waarde in.
MENU
1
REG AUTO / REG OFF
Een aantal programma's van de radiostations worden op bepaalde tijdstippen in
regionale programma's opgedeeld. Daarom kunnen in afzonderlijke regio's regionale programma's met een verschillende inhoud worden uitgezonden.
Het apparaat probeert eerst alleen alternatieve frequenties van de gekozen zender
in te stellen.
Als de kwaliteit echter zo slecht wordt, dat een ’programmaverlies’ dreigt op te
treden, aanvaardt de radio ’verwante’ frequenties.
Bij selectie van REG AUTO vindt de overschakeling naar een regionaal ’verwante’
zender alleen plaats als de zender verloren dreigt te gaan. Bij selectie van REG OFF
zal de ontvanger op de regionaal ’verwante’ zender terugvallen zonder beperkingen.
GALA
Uw radio - verhoogt automatisch het volume bij toenemende snelheid. Een hoger
instelling veroorzaakt een sterkere verhoging in het volume.
LOU D
Bij een laag volume versterkt deze functie het gebied van de lage en hoge frequenties.
BEEP
In- of uitschakelen van het toonsignaal bij het opslaan van radiozenders.
ON VOL
Uw radio bewaart het volume dat het laatst voor de uitschakeling werd ingesteld.
Als deze waarde groter is, wordt het volume na het opnieuw inschakelen van de
radio verlaagd naar de waarde van de parameter ON VOL.
PHONE*
Als uw auto met een handsfreesysteem is uitgerust, vindt de monofone weergave
van de telefoongesprekken via de luidsprekers van uw auto plaats.
PDC AT*
Als uw voertuig met ’parkeerhulp’ is uitgeust, wordt het volume automatisch op
een vooraf ingestelde waarde gelagerd, wanneer de ’parkeerhulp’ actief is.
Radio5
A
A
A
• PDC AT0 - begrenst het geluidsvolume niet;
• PDC AT1 - begrenst het actuele geluidsvolume tot een middelmatig niveau;
• PDC AT2 - begrenst het actuele geluidsvolume tot een laag niveau;
• PDC AT3 - schakelt het geluid compleet uit (mute).
AUX*
Instellen van de ingangsgevoeligheid AUX LEV:
• AUX LEV 1 - hoog niveau, gebruik vooral voor notebooks;
• AUX LEV 2 - middenniveau, gebruik voor cassettes of cd-speler;
• AUX LEV 3 - laag niveau, gebruik voor mp3-speler;
Aanwijzing
Elke wijziging van de instelling wordt opgeslagen door naar een ander item van het
menu te gaan.
Radiomodus
Frequentiebandomschakeling
Uw radio is met de frequentiebanden FM en AM uitgerust; om van frequentieband
te veranderen dient u langdurig op de tuimelschakelaar te drukken.
De golfbereiken FM1/FM2 en AM1/AM2 beschikken elk over 6 geheugenposities;
de omschakeling is mogelijk door kortstondig op de tuimelschakelaar te
drukken.
Zoeken en opslaan van radiozenders
A/F
A/F
Automatisch zoeken van radiozenders SEEK
– Door het indrukken van de tuimelschakelaar of zoekt de radio
de op dat moment sterkste radiozender voor de gekozen frequentieband.
SCAN-functie
– Door op de tuimelschakelaar te drukken, worden de radiozen-
SCAN
ders van de huidige frequentieband gedurende korte tijd (10
seconden) weergegeven.
– Door nogmaals op de tuimelschakelaar te drukken, wordt deze
SCAN
functie beëindigd en wordt de huidige zender weergegeven.
Zenders opslaan
– Na het selecteren van de radiozender moet de zendertoets
13
waarop deze zender moet worden opgeslagen, zo lang worden ingedrukt dat deze even wordt stomgeschakeld en er een kort signaal
hoorbaar is.
Automatisch zoeken en opslaan van radiozenders
– Druk op de tuimelschakelaar . Het automatisch zoeken van
AS
zenders wordt gestart, waarbij de 6 zenders met het sterkste signaal
op het geheugenniveau FM2 of AM2 worden opgeslagen. Op het
display wordt STORE weergegeven. Dat geldt echter alleen voor de
frequentiebanden FM2 en AM2.
Als het opslaan van de radiozenders op de zendertoetsen is afgesloten, kan de
gewenste radiozender worden opgeroepen door een zendertoets in te
drukken.
13
13
Handmatig zoeken
– Door het indrukken van de wiptoets of wordt de frequentie van
de gewenste radiozender ingesteld.
Aanwijzing
Steeds na het indrukken van de tuimelschakelaar worden de in het geheugen
opgeslagen radiozenders van de actuele frequentieband geactualiseerd en
opnieuw opgeslagen.
AS
Radio6
Radiotekst
Enkele radiozenders zenden extra tekstinformatie - die als radiotekst
wordt aangeduid.
Aanwijzing
• De tekstinformatie is niet bij alle radiozenders beschikbaar.
• Afhankelijk van de kwaliteit van het ontvangen signaal heeft de radio een
bepaalde tijd nodig om alle karakters correct in te lezen.
Verkeersberichten
Activeren en deactiveren van verkeers meldingen
Druk de tuimelschakelaar in, op het display verschijnt TP. Als de radio op een
zender is ingesteld die geen verkeersinformatie uitzendt, zoekt de radio een zender
die deze wel uitzendt. Op het display verschijnt de melding TP-SEEK.
Als er geen radiozender met verkeersinformatie wordt gevonden, verschijnt op het
display NO TP.
Binnenkomende verkeersinformatie onderbreekt automatisch het weergeven van
cd's of het beluisteren van andere zenders die geen verkeersinformatie uitzenden.
Op het display wordt INFO en zendernaam weergegeven. Na het beëindigen van
de verkeersmelding keert de radio automatisch terug naar de oorspronkelijke
radiozender.
Als u de verkeerszender wilt deactiveren, moet opnieuw de tuimelschakelaar
worden ingedrukt, op het display verschijnt de melding TP.
TP
TP
Cd-speler
A
A
Cd-speler7
Bediening
Cd laden
– Druk op de toets om de bron voor de weergave te selecteren: CD
(intern cd-station), EXT (cd-wisselaar, indien aangesloten op de radio)
of AUX.
– Schuif een cd voorzichtig in de cd-schacht tot de cd automatisch
verder naar binnen wordt getrokken. De weergave start
automatisch.
Gebruik van de cd-speler
Audio CD: Titel kiezen
– Tijdens de weergave van de cd moet u op de wiptoets of
drukken om de vorige of volgende titel te selecteren.
– Voor snelle weergave van de vorige, respectievelijk de volgende titels
drukt u de tuimelschakelaar of langer. De weergave wordt
voortgezet na het loslaten van de toets.
MP3-data: Titel kiezen
– Tijdens de weergave van de cd moet u op de wiptoets of
drukken om de vorige of volgende titel te selecteren.
– Voor snelle weergave van de vorige, respectievelijk de volgende titels
drukt u de tuimelschakelaar of langer. De weergave wordt
voortgezet na het loslaten van de toets.
– Voor het bladeren in mappen of playlists (indien op de CD aanwezig)
de tuimelschakelaar of kort indrukken.
CD
7
SCAN-functie
– Druk de tuimelschakelaar in om het doorzoeken van de cd te
SCAN
starten. Van iedere titel worden de eerste 10 seconden afgespeeld.
– Om naar de normale modus terug te keren, drukt u nogmaals op de
tuimelschakelaar .
SCAN
– Wanneer u de vorige of volgende titel wilt selecteren, druk dan de
tuimelschakelaar of in.
Weergave van de cd stoppen
– Om de weergave van de cd te beëindigen en de radio te activeren,
drukt u op de tuimelschakelaar . De cd blijft in het apparaat zitten.
A/F
Cd uitwerpen
– Druk op de toets , de cd wordt uitgeworpen.
Weergave van aanvullende informatie (MP3 bestanden)
Met behulp van de zendertoetsen - kunt u de weergave van extra informatie
over MP3 bestanden op het display selecteren:
1
• - Nummer van de map en nummer van het titel;
2
• - Naam van het titel;
3
• - Naam van de artiest;
4
• - Naam van het album;
5
• - Naam van het bestand;
6
• - Naam van de map.
6
1 6
Aanwijzing
• Als de uitgeworpen cd niet wordt weggenomen, wordt deze om veiligheidsre-
denen weer in het apparaat getrokken.
Cd-speler8
A
• Als de radio vóór de overschakeling naar de cd-modus in de TP-modus werkt,
wordt de weergave van de cd tijdens de verkeersberichten onderbroken en schakelt het apparaat naar de radiomodus over. Na afloop van de verkeersberichten
keert het apparaat weer naar de cd-modus terug.
Titel in willekeurige volgorde weergeven
– Druk de tuimelschakelaar in om het setup menu te activeren.
– Met behulp van de station toetsen kiest u een functie van het menu
MIX.
– Door aan de bedieningsknop te draaien stelt u de gewenste
waarde in.
MIX
Weergave van titels in willekeurige volgorde.
MENU
1
• MIX OFF - de functie van het menu is uitgeschakeld;
• MIX CD - om de titels van een cd in een willekeurige volgorde weer te geven;
• MIX FLD - weergave van de titels in willekeurige volgorde in een bepaalde map
(folder);
• MIX PLS - Weergave van de playlist (bestand van de verkozen titels uit indivi-
duele bestanden die zijn opgeslagen op de CD). Wordt alleen aangegeven,
wanneer er een afspeellijst aanwezig is op de teruggegeven CD.
Algemene aanwijzingen voor de MP3-modus
Voorwaarden voor de MP3-data en -datadrager
• Cd-rom, cd-r, cd-rw met een capaciteit van 650 MB en 700 MB.
• De cd's moeten voldoen aan de norm ISO 9660 niveau 2, alsook aan het het
Joliet-datasysteem (single session en multisession).
• Bestandsnamen mogen niet langer zijn dan 64 tekens.
• De directorystructuur is beperkt tot 8 directoryniveaus.
• De naam van de artiest, het album en de titel van de weergegeven MP3-
bestanden kunnen worden weergegeven, indien deze informatie als een ID3-tag
aanwezig is. Als er geen ID3-tag aanwezig is, wordt de directorynaam of de
bestandsnaam weergegeven.
• Afspeellijsten worden niet ondersteund.
Bit ratio (gegevensstroom per tijd eenheid)
• De uitrusting ondersteund MP3 data met een gegevensstroom van 32 tot 320
kbits/s en ook MP3 data met een veranderlijke gegevensstroom.
• Bij dossiers met een variabele bitsnelheid kan de weergave van de speelduur
onnauwkeurig zijn.
Cd-speler9
Opeenvolging van afspelen van MP3 data en bestanden
Afb. 1 Opeenvolging van
afspelen van MP3 data en
bestanden
Het apparaat speelt de op een datadrager opgeslagen MP3-dossiers in een
bepaalde volgorde af ⇒ afb. 1. De afbeelding geeft als voorbeeld een typische
MP3-CD, de titel (tracks ), map (folder ) en submap onthoudt.
Aanwijzingen voor de omgang met cd's
Overslaan
Op slechte wegen en bij heftige trillingen kan de cd overslaan.
Condensvorming
Bij koud weer en bij regenbuien kan vocht ontstaan in de cd-speler (condensatie).
Dit kan zorgen voor het overslaan of de weergave verhinderen. In dit soort gevallen
moet worden gewacht tot het vocht is verdwenen.
Aanwijzingen met betrekking tot het onderhoud van cd's
Als een cd vuil is, de cd niet met een draaiende beweging schoonmaken, maar van
binnen naar buiten met een zachte pluisvrije doek schoonwrijven. Bij sterke vervuiling adviseren wij, om de cd met een universele cd-reiniger schoon te maken. Maar
ook in dit geval mag de cd niet met een draaiende beweging (cirkelvormig) worden
schoongemaakt, maar van binnen naar buiten en moet deze aansluitend drogen.
Beveiliging tegen oververhitting
Als de temperatuur in het apparaat groter wordt dan 85°C, w ordt de weerga ve van
de cd om veiligheidsredenen gestopt.
Voorzichtig!
• Gebruik nooit vloeistoffen zoals benzine, verfverdunner of grammofoonplaat-
reiniger, omdat deze het oppervlak van de cd kunnen beschadigen!
• Stel de cd nooit bloot aan direct zonlicht!
• Schrijf of plak nooit een sticker op de cd!
Aanwijzing
Elke verontreiniging of beschadiging van een cd kan tot problemen leiden bij het
’lezen’ van de informatie. De ernst van de leesfout is afhankelijk van de vervuiling,
respectievelijk van de ernst van de mechanische beschadiging. Diepe krassen
veroorzaken leesfouten, waardoor de cd kan overslaan of ’blijft hangen’. Alle cd's
moeten zorgvuldig worden behandeld en altijd in een beschermhoes worden
bewaard.
Cd-speler10
Ingang AUX-IN*
De ingang voor een externe audiobronnen AUX-IN bevindt zich onder de
armleuning van de voorstoelen en is gecodeerd met
.
Activeren van een externe audiobron
– Druk de toets in en druk de toets opnieuw in om de externe
CDCD
ingang te selecteren. Na het aansluiten van de externe bron start de
weergave automatisch.
Weergave van de externe bron beëindigen
– Druk op de tuimelschakelaar . De radio start met de weergave van
A/F
de laatst gekozen radiozender.
– Druk op de toets en selecteer de CD bron voor de weergave.
Eeen externe radiobron die is aangelsoten op de AUX-IN stekker wordt alleen weergegeven via de radio en de luidsprekers. Externe audiobronnen kunnen niet via de
radio bediend worden.
U kunt altijd een ander audiobron kiezen op de radio. Zolang u de externe audiobron niet uitschakeld, blijft deze actief op de achtergrond.
Voor bediening van de externe audiobron raadpleeg svp de handleiding van de
respectievelijke fabrikant.
Voor de AUX-IN stekker wordt de standaard stekker 3.5 mm toegepast. Heeft de
externe audiobron deze stekker niet, dan moet u een adaptor gebruiken.
Weergave volume van de externe audiobron aanpassen
Het weergave volume van de externe audiobron kan door het volumecontrole van
de radio veranderd worden.
Afhankelijk van de aangesloten audiobron kan het volume veranderd worden via
de externe audiobron.
U kunt bovendien de ontvangstgevoeligheid van de AUX-IN stekker veranderen
⇒ bladzijde 4, om zodoende het volume van de extern radiobron aan te passen
aan de andere audiobronnen of om distorties te vermijden.
CD
ATT ENT IE!
• Plaats de extern audiobron in geen enkel gaval op het instumentpaneel.
Het kan bij een plotseling manoeuvre onder het rijden in de ruimte van de
passagier vliegen en deze kwetsen.
• Externe audiobronnen in geen enkel geval in de buurt van de airbags
plaatsen. Ze kunnen bij het activern van de airbags terug geslingerd worden
in de ruimte van de passageir en deze kwetsen.
• Onder het rijden mag u de externe audiobron niet in de hand of op de
knieën houden. Het kan bij een plotseling manoeuvre onder het rijden in de
ruimte van de passagier vliegen en deze kwetsen.
• Geleid de aansluitkabel vande externe audiobron altijd op dusdanige
manier, dat het u onder het rijden niet belemmerd.
Voorzichtig!
De AUX-IN stekker mag alleen voor audiobronnen gebruikt worden!
Aanwijzing
• Uw radio heeft geen controle over de niveau-instelling van de externe bron;
Houd er rekening mee dat de hoogste kwaliteit door een passende combinatie van
de ingangsgevoeligheid en de uitgangsgevoeligheid van de externe bron (meestal
met behulp van de volumeregelaar) wordt verkregen. Gedetailleerde informatie
met betrekking tot deze instelling staat in de handleidingen van de apparaten.
• Indien er via AUX-IN een externe audiobron met een adapter voor externe
voeding aangesloten is, kan het gebeuren dat het audiosignaal gestoord wordt. Dit
hangt van de kwaliteit van de gebruikte adapter af.
• De luidsprekers in de auto zijn afgestemd op een uitgangsvermogen van de
radio van 30 W.
Aantekeningen11
Skoda Auto werkt continue aan de doorontwikkeling van alle typen modellen.
Heeft u er alstublieft begrip voor, dat daarom ten alle tijde veranderingen van de
levering in vorm, uitrusting en techniek mogelijk zijn. De gegevens met betrekking
tot de leveringsomvang, het voorkomen, de prestaties, maten, gewichten, brandstofverbruik, normen en functies van de auto beantwoorden aan de stand van de
informatie op het moment van sluiting van de redactie. Enkele van de uitvoeringen
zijn mogelijkerwijs pas later leverbaar (informatie geeft uw lokale Škoda-dealer) of
worden slechts op bepaalde markten aangeboden. Daarom kan er niet gereclameerd worden naar aanleiding van de aanduidingen, afbeeldingen en beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing.
Nadruk, kopiëren, vertaling of een ander gebruik, ook uitzonderingen, is zonder
schriftelijk toestemming van Skoda Auto niet toegestaan.
Alle rechten volgens het auteursrecht blijven uitdrukkelijk aan Skoda Auto voorbehouden.