Zanker SF4000, SF4200, SF4400 User Manual [nl]

Wasautomaat ZANKER SF 4000 Lave-Linge SF 4200 Waschautomat SF 4400 Washing Machine
Gebruiksaanwijzing Mode d’emploi Gebrauchsanweisung User manual
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 1
Inhoud
2
Waarschuwingen 3 Afvalverwerking 4 Milieutips 4 Technische gegevens 4 Installatie 5
Transportbeveiliging 5
Plaatsen 5
Watertoevoer 6
Waterafvoer 6
Elektrische aansluiting 7
Uw nieuwe wasautomaat 7
Wasmiddellade 7
Gebruik 8
Bedieningspaneel 8
Beschrijving van de bedieningselementen 8-9
Adviezen en tips voor het wassen 10 Was niet te lang opsparen 10 Sorteren 10
Temperaturen 10 Hoeveel wasgoed in de trommel? 10 Vóór u het wasgoed in de trommel doet 11 Welke wasmiddelen gebruiken? 11 Traditionele poeder-wasmiddelen 12 Vloeibare wasmiddelen 12 Geconcentreerde poeder-wasmiddelen 12 Wasverzachter 12 Waterontharder 12
Volgorde van handelen 13-14
Textielbehandelingssymbolen 15 Programmatabel 16-17 Onderhoud 18
De buitenkant 18
De deur 18
De wasmiddellade 18
Het toevoerfilter 18
De afvoerpomp 18
Waterafvoer in noodgevallen 19
Voorzorgsmaatregelen bij vorst 19
Eenvoudige storingen 20-21
Enkele paragrafen in deze gebruiksaanwijzing zijn voorzien van symbolen die de volgende betekenis hebben:
Met de waarschuwingsdriehoek geven wij aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van de machine. Let goed op deze aanwijzingen.
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en praktisch gebruik van het toestel.
Dit symbool staat voor tips en aanwijzingen m.b.t. economisch en milieuvriendelijk gebruik van het toestel.
Onze bijdrage aan het beschermen van het milieu:
wij maken gebruik van kringlooppapier.
Geachte Klant,
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door. Lees vooral de aanwijzingen m.b.t. de veiligheid op de eerste pagina’s van deze gebruiksaanwijzing! Bewaar
de gebruiksaanwijzing goed, zodat u nog eens iets kunt nalezen en geef hem door aan een eventuele volgende eigenaar van het toestel.
Transportschaden
Indien u tijdens de aflevering schade aan het apparaat vastgesteld hebt, meldt u dit dan, vóór u het toestel installeert en/of in gebruik neemt, direct aan uw leverancier.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 2
NEDERLANDS
3
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Installatie
Alle delen die tot de transportbeveiliging behoren moeten beslist zijn verwijderd, alvorens het apparaat in gebruik te nemen. Ernstige schade aan het apparaat of andere zaken kan het gevolg zijn van het niet of niet
geheel verwijderen van de
transportbeveiliging.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de elektrische huisinstallatie ten behoeve van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd worden.
Een eventueel noodzakelijke wijziging van de watertoe- en/of afvoervoorzieningen ten behoeve van de installatie van dit apparaat mag uitsluitend door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd worden.
Overtuig u ervan dat het apparaat na de installatie of het verplaatsen niet op het aansluitsnoer staat.
Gebruik
Was geen artikelen in de wasautomaat die hier niet voor geschikt zijn. Raadpleeg het textielonderhoudsetiket.
Overlaad het apparaat niet. Raadpleeg de betreffende adviezen in de gebruiksaanwijzing.
Met vluchtige stoffen, zoals spiritus, benzine, terpentine en dergelijke, gereinigde artikelen mogen niet in de wasautomaat. Indien zulke reinigingsmiddelen gebruikt werden om voortijds vlekken te verwijderen, dan moet met het wassen in de wasautomaat gewacht worden tot het artikel volledig uitgedampt is.
Was kleine artikelen, zoals babysokjes, ceintuurs en dergelijke in een sloop. Zulke kleine artikelen kunnen tussen de trommel en de kuip slippen.
Overtuig u ervan dat, vóór u een kledingstuk in de wasautomaat doet, de borst- en broekzakken leeg zijn, ritssluitingen zijn gesloten en eventueel loshangende knopen verwijderd of eerst aangenaaid zijn. Was geen rafelig of gescheurd goed;
herstel het voortijds. Verwijder voortijds
verf-, inkt-,
roest- en grasvlekken. Was bh’s met
beugels niet in de wasautomaat.
Objecten zoals flippo’s, munten, veiligheids­spelden, naalden, spijkers, schroeven en andere harde of scherpe materialen behoren niet in de wasautomaat; zij kunnen aanzienlijke schade veroorzaken.
Wees voorzichtig met wasverzachter. Een te grote dosering kan schade aan het wasgoed toebrengen. Raadpleeg de instructies van de fabrikant van de wasverzachter.
Kijk, vóór u de vuldeur (voorlader) opent, altijd eerst of het water weggepompt is. Indien dat niet het geval is, laat de machine dan eerst het water afpompen. Raadpleeg in twijfelgeval de gebruiksaanwijzing.
Laat de vuldeur (voorlader) op een kier staan indien het apparaat niet gebruikt wordt. Dat is beter voor de rubbermanchet en u voorkomt het ontstaan van een muffe lucht.
Schakel na het gebruik altijd de stroomtoevoer af door, afhankelijk van de wijze van installatie, de stekker uit het stopcontact te nemen of de badkamertrekschakelaar op de UlT-stand te schakelen. Draai na het gebruik altijd de watertoevoerkraan dicht.
Algemene veiligheid
Tracht, in geval van een storing of defect, dit apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke door niet-deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel leiden. Raadpleeg ELGROEP FABRIEKSSERVICE.
Netsnoer nooit aan het snoer uit het stopcontact trekken, maar aan de stekker.
Deze aanwijzingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Veiligheid van kinderen
Kinderen zien de gevaren niet die ontstaan door ondeskundige omgang met elektrische toestellen. Zorg daarom voor het nodige toezicht als de machine aanstaat en laat kinderen niet met de machine spelen - ze zouden zichzelf of andere kinderen in de machine kunnen opsluiten.
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen; vooral folie en styropor kunnen gevaren opleveren. Verstikkingsgevaar!
Zorg ervoor dat kinderen of kleine huisdieren niet in de trommel van de wasautomaat kunnen klimmen.
Als u het toestel afdankt, maak het dan dadelijk onbruikbaar: stekker uit het stopcontact trekken, aansluitsnoer afsnijden en weggooien. Maak bovendien het deurslot onbruikbaar. Zo kunnen kinderen zichzelf of andere kinderen niet in de machine opsluiten.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 3
4
Milieutips
Normaal verontreinigd wasgoed hoeft u niet voor te wassen. Zo bespaart u wasmiddel, water en tijd (en u ontziet het milieu).
De wasautomaat werkt het zuinigst met een volle trommel.
Door een geschikte voorbehandeling kunnen vlekken en lichte verontreinigingen verwijderd worden. Dan kunt u op een lagere temperatuur wassen.
Doseer het wasmiddel altijd volgens de aanwijzingen van de wasmiddelenfabrikant.
Verpakkingsmateriaal
Alle gebruikte verpakkingsmaterialen zijn niet milieu­onvriendelijk en kunnen zonder gevaar bij het afval worden gezet.
De kunststoffen kunnen hergebruikt worden en hebben de volgende aanduidingen:
>PE<=voor polyethyleen >PS<=voor polystyreen >PP<=voor polypropyleen
Het karton kunt u het beste in een container voor oud papier deponeren.
Oude machine
Informeer bij uw gemeente naar de mogelijkheden voor afvalverwerking in uw woonplaats.
Afvalverwerking
Technische gegevens
Afmetingen hoogte 85 cm
breedte 60 cm diepte 59 cm
Maximum vulgewicht Katoen 5, kg
Synthetica 2,5 kg Fijne was 2,5 kg Wol 2,0 kg
Centrifugeertoerental maximum 1000/min. (SF 4000)
1200/min. (SF 4200) 1400/min. (SF 4400)
Netspanning/-Frequentie 220-230 V/50 Hz Aansluitwaarde 2200 W Zekeren met minimaal 10 A
Waterleidingdrukgrenzen minimum 050 kPa
maximum 800 kPa
Dit toestel voldoet aan de EG-richtlijn 89/336/EEG, 73/23/EEG
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 4
5
NEDERLANDS
Installatie
Transportbeveiliging
Wij adviseren u de verwijderde delen te bewaren; in geval van verhuizing moeten ze wederom aangebracht worden. U gaat als volgt te werk:
1. Schroef met de sleutel de twee onderste schroeven aan de achterkant van de machine los.
2. Verwijder de twee afstandshulzen.
3. Leg de machine voorzichtig op de achterkant;
zodanig dat de slangen niet kunnen beschadigen.
4. Verwijder het polystyreen vulblok uit de onderkant van de machine en maak de 2 plastic zakken aan de voorkant van de machine los.
5. Trek de linker plastic zak voorzichtig naar rechts en dan naar beneden om hem te verwijderen.
6. Trek de rechter plastic zak voorzichtig naar links
en dan naar boven om hem te verwijderen.
Het is beslist noodzakelijk dat u de transportbeveiligingen verwijdert voor u de machine in gebruik neemt.
7. Zet de machine rechtop en verwijder de bovenste schroef uit de achterwand. Verwijder debetreffende huls.
8. Dicht de gaten af met de doppen die bij de
gebruiksaanwijzing verpakt zijn.
Plaatsen
Plaats de machine op een vlakke, harde vloer. Laat een houten vloer met een 5 cm dikke hardhoutenplaat versterken, over tenminste twee draagbalken. De verstevigingsplaat moet aan alle kanten enkele centimeters buiten de machine steken. Indien de machine op een bovenverdieping geplaatst wordt, neem dan zodanige maatregelen dat bij een eventuele lekkage het water niet naar de verdieping eronder kan lekken. Raadpleeg uw leverancier/installateur. Zorg ervoor dat de machine niet tegen de muur of andere keukenmeubels kan leunen.
Wij gaan er van uit dat de waterkraan, de afvoermogelijkheid en de elektriciteitsvoorziening zich binnen het bereik van de machineslangen en het aansluitsnoer bevinden. Als dat niet zo is, dan adviseren wij u uw installateur de kraan en/of de afvoer en/of het stopcontact te laten verplaatsen.
Stel de machine waterpas op. Dat doet u door middel van het in- of uitdraaien van de verstelbare voetjes. Als de machine op tapijt staat, stel de voeten dan zodanig in dat de lucht vrij kan circuleren. Zorg ervoor dat de machine op alle vier de voetjes stevig op de vloer staat: ook dat is zeer belangrijk.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 5
P1129
1
2
3
P1124
P1127
P1128
P0001
P1126
P1051
P0002
6
Watertoevoer
Draai de wartel van de meegeleverde toevoerslang stevig op de 3/4" schroefdraad van de kraan. Gebruik alleen nieuwe slangen voor de watertoevoer.
Het andere eind van de toevoerslang, aan de machinekant, kan naar alle richtingen worden verdraaid. Wartel iets losdraaien, haakse bocht verdraaien en wartel weer stevig vastdraaien.
De toevoerslang mag niet verlengd worden. Mocht de slang te kort zijn en wilt u de kraan niet laten verplaatsen, koop dan een langere, complete, hogedrukslang welke speciaal voor dit doel gemaakt is. Als de aansluiting op nieuwe leidingen of op leidingen, die lange tijd niet zijn gebruikt, wordt gemaakt, is het raadzaam het water enige tijd te laten lopen alvorens de wasmaschine aan te sluiten. Hierdoor wordt voorkommen, dat zand, roest e.d. het filter in de toevoerslang verstoppen.
Waterafvoer
De bocht, aan het eind van de afvoerslang, kunt u op drie manieren plaatsen:
Over de rand van een wasbak. U moet er dan voor zorgen dat de bocht niet, door het snel uitstromende water, van de rand kan schieten.
Bijvoorbeeld door de bocht met een touwtje aan de kraan of aan een haak in de muur op te hangen.
In een aftakking van de wasbakafvoer. Die aftakking moet boven de sifon (stankafsluiter) zitten en zodanig dat de bocht van de slang zich op tenminste 60 cm van de vloer bevindt.
In een afvoerpijp. Wij adviseren een standpijp van 65 cm hoogte; in ieder geval niet lager dan 60 cm en niet hoger dan 90 cm.
Het eind van de afvoerslang moet altijd belucht zijn, dat wil zeggen dat de binnendiameter van de pijp groter moet zijn dan de buitendiameter van het slangeind.
U mag de afvoerslang verlengen tot een maximale totale lengte van 400 cm. Gebruik een verlengslang van tenminste dezelfde binnendiameter als de originele slang en gebruik een koppeling die voor dat doel bestemd is.
De afvoerslang mag niet geknikt zijn.
Voor een goede werking van de machine moet de afvoerslang worden vastgehaakt op de steun die zich bovenaan de achterzijde van het apparaat bevindt.
Elektrische aansluiting
De machine is voor 220-230V / 50Hz gemaakt. De machine is voorzien van een drie-aderig aansluitsnoer en stekker met randaarde. De stekker mag u uitsluitend plaatsen in een stopcontact met randaarde; de machine dient deugdelijk geaard te zijn. Het aansluitsnoer mag u niet verlengen. Indien het snoer te kort blijkt te zijn, laat uw installateur dan of een langer snoer aan de machine monteren of het stopcontact verplaatsen.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 6
P0022
P1088
P0021
P1118
7
NEDERLANDS
1 Wasmiddellade 2 Bedieningspaneel 3 Deurhandgreep 4 Afvoerpomp 5 Verstelbare voetjes
Het gebruik van een verlengsnoer of kabelhaspel is niet toegestaan. In bad- of doucheruimten moet doorgaans een zogeheten «vaste aansluiting» gemaakt worden; raadpleeg uw installateur.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade of letsel, ontstaan door het niet voldoen aan bovenstaande veiligheids­voorschriften. Het aansluitsnoer mag uitsluitend door de ELGROEP FABRIEKSSERVICE vervangen worden.
Het aansluitsnoer moet gemakkelijk te bereiken zijn nadat de machine geïnstalleerd is.
Deze nieuwe wasmachine voldoet aan alle eisen voor een moderne behandeling van uw wasgoed, met besparing van water, stroom en wasmiddel. Doordat de wasmachines de laatste jaren steeds zuiniger zijn geworden met energie, is de wastijd langer geworden. U zult echter merken dat het wasresultaat optimaal is.
De programmakeuzeknop zorgt voor een
eenvoudig gebruik van de wasmachine; hiermee worden zowel het programma als de temperatuur gekozen.
De indicatie van het programmaverloop geeft
informatie over het programma dat afgewerkt wordt.
De automatische sopafkoeling op 60° C in het
witte was-programma voor het afpompen
voorkomt dat kunststof afvoerbuizen vervormen.
Het speciale wolprogramma behandelt wollen
goed uiterst voorzichtig.
Stabilisatie-controlesysteem: stabiliteit en
rustige loop.
De "spaarklep" zorgt ervoor dat het wasmiddel
geheel wordt gebruikt en reduceert het waterverbruik; zo wordt energie bespaard.
Uw nieuwe wasautomaat
Wasmiddellade
Voorwasmiddel Hoofdwasmiddel
Wasverzachter
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 7
12
SF 4000
PREWASH / WASH
START/
EXTRA
PREWASH
OPTIONS
QUICK
PAUSE
DOOR
END
WOOL
DELICATES
ON/OFF
COTTONS
95°
60 E
60°
40°
60°
30°
50°
40°
30°
40°
SYNTHETICS
3
4
5
P1141S
8
Gebruik
Bedieningspaneel
Keuzetoetsen
Afhankelijk van het programma kunnen verschillende functies met elkaar gecombineerd worden.
Deze moeten worden gekozen nadat het programma is ingesteld en voordat toets START/PAUZE wordt ingedrukt.
Als een toets wordt ingedrukt, gaat het betreffende lampje branden. Als de toets nogmaals wordt ingedrukt, gaat het lampje uit.
Als het lampje ca. 2 seconden knippert, betekent dat dat een onjuiste keuze is gemaakt.
1 Toets “Options” (Functies)
U hebt de keus uit twee functies:
“verlaagd centrifugeertoerental”
Als u deze functie kiest, verlaagt u het centrifugeertoerental als volgt:
- voor katoen en linnen SF 4000: van 1000 toeren per minuut (tpm) tot 500 tpm
SF 4200: van 1200 tpm tot 600 tpm SF 4400: van 1400 tpm tot 700 tpm
- voor synthetica en wol: van 900 tpm tot 450 tpm
- voor fijne was: van 700 tpm tot 450 tpm
“spoelstop” (water in de kuip). Als u deze functie kiest, blijft het water van de
laatste spoelgang in de kuip staan. Hiermee wordt kreukvorming voorkomen. Aan het einde van de wascyclus branden de lampjes DOOR (deur) en END (einde). Om het water af te pompen, gaat u als volgt te werk:
- draai de programmakiezer op stand “O”;
- kies het programma (afpompen) of (kort centrifugeren)
- druk op de START/PAUZE toets.
2 Toets “QUICK” (snelwas)
Te gebruiken voor licht vuil wasgoed. Deze functie kan niet bij instelling WOL en bij het energie- spaarprogramma 60E gekozen worden. De tijdsduur wordt aangepast aan het soort textiel en de gekozen temperatuur. Max. belading voor witte en bonte was 3 kg.
3 Toets (Extra spoelen)
In alle programma’s mogelijk behalve voor WOL. De machine voert 2 extra spoelgangen uit. Aanbevolen voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in gebieden met heel zacht water.
4 Toets “PREWASH” (Voorwas)
U kiest deze optie als u vóór de hoofdwas een voorwas wil laten uitvoeren (niet mogelijk voor wol). De voorwas eindigt met een korte centrifugegang bij de programma’s voor witte en bonte was en synthetica en met alleen pompen bij fijne was.
5 Toets “Start/Pause” (Start/Pauze)
Nadat u het gewenste programma en de opties geselecteerd heeft, drukt u op deze toets om het wasprogramma te starten. Het lampje boven de toets stopt met knipperen en blijft nu continu branden.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 8
SF 4000
ON/OFF
PREWASH / WASH
OPTIONS
QUICK
EXTRA
PREWASH
START/ PAUSE
DOOR
END
WOOL
DELICATES
30°
30°
40°
123456 7
COTTONS
95°
60 E
60°
40°
60°
50°
40°
SYNTHETICS
9
NEDERLANDS
Het lopende programma wordt onderbroken als u weer op de toets drukt. Het lampje boven de toets gaat knipperen. Om het programma verder af te werken drukt u opnieuw op de Start/Pauze toets.
6 Indicatie van het programmaverloop
Op het moment dat u het programma selecteert, gaan de lampjes branden van de verschillende fasen waaruit het programma samengesteld is. Na het starten van het programma blijft alleen het lampje van de lopende fase branden.
PREWASH/WASH (VOORWAS/HOOFDWAS): als het lampje brandt, betekent dat dat de machine aan het wassen is. Als de optie PREWASH (VOORWAS) gekozen is, zal het ook tijdens de voorwas branden.
= spoelen
= centrifugeren
Het lampje DOOR (DEUR) geeft aan of de deur wel of niet geopend kan worden:
- licht aan: de deur blijft gedurende
- licht uit: de deur kan geopend worden De deur blijft gedurende het gehele wasprogramma vergrendeld. De deur kan alleen geopend worden onder bepaalde omstandigheden en als het deurlampje uit is (zie blz 14)
END = einde cyclus
Als het lampje END knippert, betekent dat dat er een storing in de machine opgetreden is:
- 4x aan en uit = deur open
- 2x aan en uit = storing bij de waterafvoer
- 1x aan en uit = storing tijdens de watertoevoer Raadpleeg het hoofdstuk “Eenvoudige storingen”
om het defect op te heffen.
7 Programmakiezer
Deze knop is in 5 sectoren verdeeld:
Witte en bonte was (COTTONS)
Synthetica (SYNTHETICS)
Fijne was (DELICATES)
Wol (WOOL)
Extra programma's (SPECIAL) O Programma annuleren/Machine uitschakelen. De programmakiezer kan zowel naar rechts als naar
links gedraaid worden.
Symbolen op de keuzeknop
E = Energie besparen
= KOUD. De machine wast met koud water.
Aan het einde van het programma moet de programmakiezer op O gedraaid worden.
Let op!
Als de programmakiezer tijdens de uitvoering van een wasprogramma op een ander programma wordt gezet, gaan de lampjes van het programmaverloop knipperen. De machine zal het zojuist gekozen programma niet uitvoeren.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 9
WOOL
DELICATES
ON/OFF
30°
30°
40°
COTTONS
95°
60 E
60°
40°
60°
50°
40°
SYNTHETICS
10
Daarnaast kiest u 40°C als het wasgoed zo weinig vuil is dat het met een lage temperatuur ook nog schoon wordt.
30°C: alhoewel machine-wasbare wol als regel zondermeer op 40°C gewassen mag worden, zult u op het etiket, voorzichtigheidshalve, toch vaak 30°C tegenkomen. Ook bij teer wasgoed, de fijne was, is dat vaak het geval. Wij adviseren u zich altijd aan de etiket-temperatuur te houden.
Hoeveel wasgoed in de trommel?
Wilt u optimale resultaten bereiken, dan adviseren wij u, naast het kiezen van het juiste programma, ook de maximaal toegestane belading van de trommel niet te overschrijden. Wasgoed droog wegen voor u het in de trommel doet, is erg omslachtig, dus helpen wij u op een andere manier op weg:
Volle belading (maar niet proppen) voor katoen en
linnen.
Halfvolle of iets meer dan halfvolle belading voor
sterke synthetica en mengsels. Ook zogeheten
“kreukherstellende stoffen” vallen onder
synthetica.
Eenderde van de trommel voor fijne was en
machine-wasbare wol. In onderstaande tabel geven wij u een indruk wat
wasgoed, bestaande uit katoen en linnen, ongeveer weegt. Voor synthetica, mengsels en fijne was is het onmogelijk om gewichten op te geven, daar deze stoffen zeer verschillend van aard zijn. Voor machine-wasbare wol geven wij doorgaans een maximum van 1 kilogram op, maar feitelijk bedoelen we dat u wol in “ruim sop” moet wassen.
Tweepersoons laken 700 - 1000 g Kussensloop 125 - 0200 g Tafellaken 350 - 0500 g Servet 70 - 0120 g Theedoek 75 - 0100 g Badhanddoek 150 - 0200 g Badlaken 700 - 1000 g Overhemd 200 - 0300 g Schort 150 - 0200 g
Adviezen en tips voor het wassen
Was niet te lang opsparen
In de eerste plaats adviseren wij u wasgoed niet al te lang op te sparen, in ieder geval niet als het vochtig is want het gaat dan schimmelen en veroorzaakt een muffe geur. Men zegt ook wel dat «het weer er in gekomen is»; weervlekken krijgt u er niet meer uit.
Sorteren
Neemt u vooral even de tijd om de in dit boekje afgedrukte kaart voor de behandelingssymbolen aandachtig te lezen. Een streep onder de tobbe betekent dat u het artikel niet met de krachtige katoenprogramma’s mag wassen. Was gekleurd goed, met name donker gekleurd, eerst een keer apart. De kans is groot dat het afgeeft. Sterke kreukherstellende stoffen, zoals polyester/katoen, vallen onder «synthetica». Tere stoffen, zoals acryl en meestal ook vitrages, vallen onder «fijne was».
Het wolwasprogramma van deze wasmachine werd door Woolmark goedgekeurd, op voorwaarde dat de kleding gewassen wordt overeenkomstig de instructies op het kledingetiket en die van de producent van deze wasmachine. M9604.
Bij alle andere wolsoorten en mengsels kan niet worden uitgesloten dat deze krimpen en/of vervilten in de wasmachine.
Temperaturen
In principe kiest u voor een bepaalde wasbeurt de soptemperatuur niet hoger dan het gevoeligste stuk wasgoed nog kan verdragen.
95°C: voor witte- of kookecht-gekleurd katoen en linnen, zoals beddegoed, tafellakens, theedoeken, handdoeken, zakdoeken en ondergoed. Gemakshalve wordt deze groep vaak “witte was” genoemd.
50°-60°C: voor normaal vuile witte was, voor lichtgekleurde bontwas en voor witte- en lichtgekleurde synthetica.
40°C: vrijwel alle textielsoorten kunnen op 40°C gewassen worden. U kiest deze temperatuur ten eerste als dit door het wasetiket aangegeven wordt, bijvoorbeeld voor donkergekleurde textiel en fijne was.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 10
11
NEDERLANDS
Vóór u het wasgoed in de trommel doet
Herstel scheuren, gaten en halen voortijds. Naai loshangende knopen eerst aan of knip ze af. Sluit drukknopen en ritssluitingen. Was geen rafelig goed; herstel eerst de zomen. Haal de haken uit vitrage en doe de vitrage in een sloop of linnen zak.Verwijder voortijds achtergebleven kleine voorwerpen uit borst- en broekzakken.
Behandel voortijds vlekken die er in de wasautomaat moeilijk of in het geheel niet uit zullen gaan:
Was- en kaarsvet. Zoveel mogelijk met een bot mes voorzichtig afschrapen. Tussen twee papieren zakdoekjes de overgebleven was met de warme strijkbout er uit strijken. Niet te heet bij synthetische stoffen.
Inkt en ballpoint: Deppen met spiritus. De kleur van de stof kan aangetast worden door zowel de inkt als de spiritus.
Weer- en schroeivlekken. Bleken met een verdunde oplossing van bleekwater of chloorbleekmiddel.
Roest. Verwijderen met citroenzuur of een speciaal behandelingsmiddel. Eerst koud spoelen en daarna wassen. Geen wasmiddel met bleekmiddel gebruiken.
Kauwgom. Wegwrijven met ijsblokjes. Restant verwijderen met nagellak-remover. Pas op met remover bij synthetische stoffen.
Verf. Geef de vlek geen kans om op te drogen. Met witte schone katoenen doek en een oplosmiddel (terpentine, wasbenzine of thinner) behandelen.
Lippenstift. Deppen met spiritus. Met fijnwasmiddel nawassen.
Nagellak. Verwijderen met nagellak-remover. Dit is niet mogelijk bij stoffen als acetaat, triacetaat en chloorvezel.
Olie en teer. Met boter insmeren en laten intrekken. Daarna met terpentine deppen.
Gras. Met spiritus vochtig maken en met een zeepoplossing deppen. Als de kleur of de stof er tegen kan, nableken met bleekwater.
Chocolade, thee, wijn, koffie en vruchtensap.
Voorweken in warm water met een biologisch voorweekmiddel. Als het nodig is en de kleur of de stof er tegen kan, nableken met bleekwater.
Vuile kragen of manchetten. Aanstrijken met zeep of een speciaal daarvoor bedoelde spray of pasta. Dan gewoon wassen.
Bloed. Verse vlekken met lauw water uitspoelen. Oude vlekken voorweken met een biologisch voorweekmiddel.
Transpiratie- en deodorantvlekken. Verse vlekken met sodawater deppen. Oude vlekken met azijn of spiritus deppen.
Hars. Met een speciale vlekkenoplosser behandelen. Sterke stoffen, zoals katoen en linnen, met terpentine, wasbenzine of spiritus behandelen.
Het gebruik van verdampende middelen, zoals terpentine, wasbenzine, spiritus, thinner, aceton en dergelijke is gevaarlijk; niet roken en geen open vuur gebruiken. Doe het karweitje buiten en laat het kledingstuk eerst uitdampen voor u het in de wasautomaat of de droogautomaat doet. De fabrikant van uw wasautomaat is niet aansprakelijk voor schade of letsel ontstaan door het gebruik van gevaarlijke stoffen.
Welke wasmiddelen gebruiken?
Een gouden regel is: gebruik altijd machine­wasmiddelen, dus nooit handwasmiddel of zeep in
de machine. Een nauwelijks minder belangrijke regel is: probeer
gewoon uit welk wasmiddel u het beste bevalt. Houdt u aanvankelijk aan de doseringen die de
fabrikant van het wasmiddel op z'n verpakking aangeeft en let daarbij op de waterhardheid (kunt u opvragen bij het waterleidingbedrijf). Het is de moeite waard om daarna uit te proberen of bij minder doseren uw wasgoed ook nog voldoende schoon wordt. In ieder geval kunt u bij een klein wasje aanzienlijk minder doseren. Er zijn totaal-wasmiddelen voor witte of bonte was, bleekvrije wasmiddelen voor bonte was, speciale fijnwasmiddelen, machine-wolwasmiddelen en biologische voorwas- of voorweekmiddelen.
LET OP Objecten zoals flippo’s, munten, veiligheidsspelden, schroeven en andere harde materialen behoren niet in de wasautomaat; zij kunnen aanzienlijke schade veroorzaken.
Was bh’s met beugels niet in de wasautomaat.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 11
12
Eigenschap
Franse schaal
Kalk slaat uit het water neer op zowel het wasgoed als op machinedelen. Bekend is onder andere het stug worden van wasgoed en het verkalken van het verwarmingselement. Om dat te voorkomen doet de wasmiddelfabrikant een «kalkbindende» stof in het wasmiddel. Voorheen was dat fosfaat. Tegenwoordig, om redenen van milieutechnische aard, een fosfaatvervanger. Het wasmiddel bestaat echter uit vele ingrediënten. Gaat u meer doseren, dan doet u dat feitelijk slechts om meer kalkbindende stoffen aan het water toe te voegen. Automatisch doseert u dan eigenlijk teveel van al die andere actieve stoffen. U kunt dat verhelpen door minder wasmiddel te doseren en het verschil op te vangen door een onthardingsmiddel, zoals Calgon, mee te doseren. Houdt u zich aan de aanwijzingen van de fabrikant van het onthardingsmiddel.
Bereik
1 2 3 4
zacht
gemiddeld
hard
zeer hard
00-07 08-14
15-21
meer dan 21
0-15 16-25 26-37
meer dan 37
Duitse schaal
Waterhardheid
Traditionele poeder-wasmiddelen
Deze wasmiddelen doet u in de vakjes voor de voorwas en voor de hoofdwas.
Vloeibare wasmiddelen
Gebruikt u een vloeibaar wasmiddel, dan mag u dat, mits u geen voorwas doet, direct in het vakje voor het hoofd
wasmiddel gieten. Wel meteen daarna de machine starten. Vloeibare wasmiddelen zijn zeer geschikt voor lage wastemperaturen, dus 30°C en 40°C. Voor hogere temperaturen, 60°C tot 95°C, adviseren wij u een poedervormig wasmiddel te gebruiken.
Geconcentreerde poeder-wasmiddelen (ULTRA’s, MICRO’s en dergelijke)
Geconcentreerde wasmiddelen kunt u op dezelfde manier als vloeibare wasmiddelen doseren. Uiteraard past u de hoeveelheid aan, omdat u van deze wasmiddelen minder nodig hebt.
Wasverzachter
Tijdens de laatste spoelgang doseert de machine automatisch een hoeveelheid vloeibare wasverzachter. U hoeft geen wasverzachter te gebruiken maar dit kan soms toch wenselijk zijn. Bijvoorbeeld als u katoen binnenshuis droogt: het wasgoed voelt dan minder stug aan. Of als u synthetisch wasgoed in de machine droogt: het wordt dan niet statisch (knetteren, kleven). Houdt u aan de aanwijzingen van de fabrikant van de wasverzachter, maar de hoeveelheid wasverzachter mag nooit hoger dan het filternet in het doseervakje of de maximum aanduiding komen. Erg dikke vloeistof voortijds met wat water verdunnen.
Waterontharder
Water is «harder» naarmate er meer calcium en magnesium in voorkomt. In Nederland wordt de hardheid aangegeven in «DH» (Duitse graden). Op de verpakking van het wasmiddel vindt u, in drie globale zones verdeeld, hoeveel wasmiddel u moet doseren. U ziet dat dat meer is naarmate de hardheid hoger is.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 12
13
NEDERLANDS
Volgorde van handelen
Giet vóór het in gebruik nemen 2 liter water in het vakje van de wasmiddellade om de spaarklep te activeren. Voer dan een wasgang zonder wasgoed uit, opdat vetresten (die bij de fabricage zijn ontstaan) uit de wastrommel en de kuip worden verwijderd. Programma: bonte was 60°C, met een halve maatbeker wasmiddel.
1. Wasgoed in de machine doen
Open de vuldeur. Doe de stukken wasgoed één voor één in de trommel. Haal opgevouwen wasgoed eerst uit elkaar. Sluit de vuldeur; druk hem goed in het slot.
2. Wasmiddel doseren
Trek de wasmiddellade uit het bedieningspaneel tot hij stuit. Meet de gewenste hoeveelheid wasmiddel in een maatbekertje af en giet het in het vakje voor het hoofdwasmiddel . Als u een programma met VOORWAS-functie kiest, ook in vak doseren.
3. Wasverzachter doseren
Giet, indien gewenst, wasverzachter in het daarvoor bestemde vakje . Overschrijd het niveau MAX niet.
4. Het gewenste programma kiezen
Draai de programmaknop op het gewenste programma.
De lampjes van de fasen waaruit het programma bestaat, gaan branden. Het lampje van de START/PAUZE-toets gaat knipperen.
5. Eventueel extra functies kiezen
Het betreffende controlelampje gaat branden.
6. Het programma starten
Druk op de START/PAUZE-toets: het betreffende lampje stopt met knipperen, het lampje “DOOR” brandt en alleen het lampje “PREWASH/WASH” blijft ingeschakeld.
Het programma start.
7. Het wijzigen van het programma
Het programma kan gewijzigd worden zolang u nog niet op de START/PAUZE toets gedrukt heeft. Als het programma al gestart is, kunt u het alleen veranderen door eerst de programmakiezer op stand “O” te zetten. Het water blijft in de kuip. Kies het nieuwe programma en druk opnieuw op START/PAUZE-toets.
8. Het onderbreken van het programma
Druk op de START/PAUZE toets, het betreffende lampje knippert. Om het programma verder af te werken drukt u opnieuw op de START/PAUZE-toets.
9. Het annuleren van het programma
Draai de programmakiezer op stand “O” voor het annuleren van een ingesteld programma. U kunt nu een ander programma kiezen.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 13
EXTRA
QUICKOPTIONS
PREWASH
P1175
P1174
WOOL
DELICATES
ON/OFF
30°
30°
40°
COTTONS
95°
60 E
60°
40°
60°
50°
40°
SYNTHETICS
14
10. Het openen van de deur tijdens een
lopend programma
De deur kan geopend worden, nadat u de machine in PAUZE gezet hebt, mits:
de machine het water niet boven 55°C aan het verwarmen is
het waterniveau niet hoog is
de trommel niet in beweging is
Als dit niet het geval is, gaat het deurlampje uit als de machine in PAUZE komt en kan de deur geopend worden.
Indien de deur niet geopend kan worden (zie boven) en dit absoluut noodzakelijk is, schakelt u de machine uit door de programmakiezer op stand “O” te draaien.
Na ongeveer 3 minuten kunt u de deur openen.
Denk om het waterniveau en soptemperatuur! U kunt nu het programma weer kiezen en
opnieuw op de START/PAUZE-toets drukken, om het programma verder af te werken.
11. Einde van het programma
De machine stopt automatisch. Als u voor de functie SPOELSTOP gekozen
heeft, dan blijven de lampjes END en DOOR ingeschakeld.
U moet het water afpompen voordat u de deur kunt openen. Draai de programmakiezer op stand “O” en dan op programma (afpompen) of (centrifugeren). Er wordt op maximale snelheid gecentrifugeerd. Indien er synthetische, fijne of wollen stoffen worden gewassen, kiest u optie om kreukvorming te voorkomen.
Wanneer het controlelampje “DOOR” uitgegaan is, kunt u deze opendoen. Het lampje END licht op.
Schakel de machine uit door de programmakiezer op stand “O” te draaien.
Open de vuldeur en neem het wasgoed uit de trommel. Controleert u of de trommel helemaal leeg is, anders zou wasgoed bij de volgende wasbeurt kunnen beschadigen (bijv. doorlopen) of op ander wasgoed kunnen afgeven.
Laat de vuldeur enige tijd op een kier staan, zodat de machine kan drogen.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 14
NEDERLANDS
15
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 15
Niet wassen,
ook niet weken
handwas
Alleen snelle
40
Wolwas-
programma
Niet strijkenLauw strijkenWarm strijken
Niet drogen in droogtrommel
40
40
60
60
95
Anti-kreuk-
programma
Gewoon
programma
Anti-kreuk-
programma
Gewoon
programma
Anti-kreuk-
programma
De getallen in de tobben geven de hoogst toelaatbare temperaturen aan:deze niet overschrijden.
Tot de gewone wasprogramma's behoren ook E-, spaar- en halve wasprogramma's.
Anti-kreukprogramma's:voor artikelen die synthetische vezels bevatten en/of kreukherstellend zijn gemaakt;machine
beladen met de helft van het maximale gewicht.Handwas lauw of koud.
van het maximale gewicht.
4
/
1
tot
3
/
1
Wolwas in de machine:uitsluitend Superwash en alleen met door het internationaal Wol Secretariaat (IWS) goedgekeurde
programma's.Belading:
Speciale reiniging Niet chemisch reinigen
Hittegevoelige textiel
De punten verwijzen naar de punten op de regelknop van het strijkijzer.
Koud bleken met bleekwater of geconcentreerd chloorbleekmiddel in verdunde oplossing mogelijk Niet mogelijk
TEXTIELBEHANDELINGSSYMBOLEN
Heet strijken
Gewone reiniging
Artikelen met P of F in de cirkel kunnen meestal niet worden ontvlekt met tetra of tri.
De letters zijn vooral bestemd voor de chemisch reiniger.Zij geven het te gebruiken oplosmiddel aan.Reiniging met F is nauwelijks mogelijk.
De streep onder de cirkel betekent:lichte belading, hoge vlotverhouding, weinig mechanische beweging, korte reinigings, -spoel- en
centrifugeertijden; en vooral: geen water toevoegen.
Normale textiel
95
Gewoon
programma
WASSEN
BLEKEN
STRIJKEN
CHEMISCH
STOMEN=
REINIGEN=
DRY CLEANING
DROGEN
TROMMEL-
Meer informatie in het boekje «Textiel ABC», te verkrijgen door overmaking van f 16,25 op gironummer 666402 van VTWS, Delft.Telefoon (015) 261 12 05
16
Programmatabel
WASPROGRAMMA’S
Soort textiel
Temperatuur/
Programma
Wasprogramma voor
Eventuele
aanvullende
functies
Max.
belading
Energie
kWh
Water
liter
Tijd
min.
Verbruikswaarden*
5 kg
2,5 kg
0,9 54 90
2,5 kg
0,5 53 60
2 kg
0,25 55 50
5 kg
2,0 53 145
1,2 55 120
Bonte was
60°
COTTONS
Bont wasgoed, van linnen of katoen, overhemden, ondergoed, badstof. Lichte kleuren
5 kg
0,55 55 115
Bonte was
40°
COTTONS
Donkere kleuren, bijv. overhemden, blouses, ondergoed
Synthetica
40°-50°
60°
SYNTHETIC
30°-40°
DELICATES
30°
KOUD
WOOL
Synthetica, ondergoed, gekleurde textiel, no-iron overhemden
Voor alle fijne textiel, bijvoorbeeld gordijnen
WOL Wolwasprogramma woor textiel met het wolmerk en de aanduiding “krimpvrij” of “wasmachine veilig”
Fijne was
QUICK
PREWASH
Wol
Witte was
95°
COTTONS
Witgoed, bijvoorbeeld werkkleding die normaal verontreinigd is, bedde-, tafel- en ondergoed, handdoeken
QUICK
PREWASH
5 kg
0,95 49 128
Witte was SPAAR
60E
COTTONS
Witgoed SPAAR, bijvoorbeeld beddegoed dat kort gebruikt is, licht vuil linnengoed, enz.
PREWASH
QUICK
PREWASH
QUICK
PREWASH
QUICK
PREWASH
ENERGIE BESPAREN
Voor licht tot normaal vervuilde witte was kan het spaarprogramma 60E gebruikt worden: er wordt een goed wasresultaat behaald en energie bespaard.
Het programma 60E is het referentie programma voor de gegevens op het verbruiksetiket, volgens EEGnorm 92/75.
* De verbruikswaarden zijn indicatieve waarden en hangen af van het type en de hoeveelheid wasgoed, van de
temperatuur van het leidingwater en van de omgevingstemperatuur. Deze waarden hebben betrekking op de hoogste soptemperatuur welke voor het programma voorzien is.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 16
17
NEDERLANDS
Programmatabel
EXTRA PROGRAMMA’S
Programma-
knop op
Spoelen
Programma
voor
Korte
beschrijving
Eventuele
aanvullende
functies
Max.
belading
Energie
kWh
Water
liter
Tijd
min.
Verbruikswaarden*
Op de hand gewassen goed kan met dit programma uitgespoeld worden
Compleet spoelprogramma eventueel met wasverzachter. Kort centrifugeren op de maximum snelheid
5 kg 0,05 55 30
/
-
-
1,5
5 kg
--5
Afpompen
Waterafvoer van de laatste spoelgang voor de wasprogram­ma’s die eindi­gen met water in de trommel (SPOELSTOP­functie )
Aparte centrifugegang voor alle textiel
Water afvoeren
Kort centrifugeren op de maximum snelheid
Centrifuge-
ren
/
-
-
-
Programma annuleren, machine uitschakelen
O
Annuleren/
Uit
* De verbruikswaarden zijn indicatieve waarden en hangen af van het type en de hoeveelheid wasgoed, van de
temperatuur van het leidingwater en van de omgevingstemperatuur.
Miniprogram
Voor licht verontreinigd wasgoed, behalve wol.
Synthetica, fijne textiel
2 kg
0,23
39
30
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 17
18
Onderhoud
1. De buitenkant
De buitenkant van de machine kunt u, naar behoefte, reinigen met een vochtige doek en een neutraal huishoudschoonmaakmiddel. Moderne schoonmaakmiddelen drogen doorgaans streeploos op. Nalappen met schoon water en daarna droogzemen. Belangrijk: Gebruik nooit spiritus, terpentine en dergelijke oplosmiddelen.
2. De deur
Regelmatig controleren of zich aanslag of vreemde voorwerpen in de rubber manchet achter de deur bevinden.
3. De wasmiddellade
Wasmiddelen en wasverzachter koeken na verloop van tijd aan.
Maak de wasmiddellade af en toe schoon onder de stromende kraan. U kunt daartoe de lade geheel uit de machine nemen door op de pal, links achterin, in te drukken.
De bovenkant van het vakje voor de wasverzachter kunt u, ten behoeve van het schoonmaken, verwijderen.
Ook in de behuizing van de wasmiddellade kan zich op den duur wasmiddel verzamelen. Maak de binnenkant met een oude tandenborstel schoon. Plaats de lade terug in z'n behuizing en laat de machine, zonder wasgoed, een spoelgang doen.
4. Het toevoerfilter
Wanneer u merkt dat de machine langer over het wateropnemen gaat doen, verdient het aanbeveling om het toevoerfilter te controleren op verstopping. Daartoe draait u eerst de kraan dicht en vervolgens draait u de slangwartel van de kraan af. Reinig het filter met een borsteltje. Draai de wartel weer stevig op de kraan.
5. De afvoerpomp
De afvoerpomp moet regelmatig worden gecontroleerd en vooral als
de machine niet pompt en/of centrifugeert
de machine tijdens het pompen een ongewoon
geluid maakt dat wordt veroorzaakt door voorwerpen als veiligheidsspelden, munten e.d. die de pomp blokkeren.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 18
P1050
P0038
P1090
P1142
P1143
NEDERLANDS
19
6. Waterafvoer in noodgevallen
Als het water niet wordt weggepompt gaat u als volgt te werk om de machine te legen:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Draai de waterkraan dicht.
Wacht, indien nodig, tot het water is afgekoeld.
Open het pompdeurtje.
Zet een bak op de vloer en leg het einde van de
noodaftapslang in de bak. Verwijder de dop. Het water moet door de zwaartekracht in de bak lopen. Als de bak vol is, zet u de dop weer op de slang. Herhaal de procedure tot er geen water meer uitkomt.
Maak de pomp eventueel schoon zoals eerder
beschreven.
Zet de dop weer op de noodaftapslang en plaats
de slang terug.
Draai het pompdeksel vast en sluit het deurtje.
7. Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Indien de wasautomaat wordt blootgesteld aan temperaturen onder 0°C moeten enkele voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Draai de waterkraan dicht en draai de
watertoevoerslang van de kraan los.
Zet een bak op de vloer, leg het uiteinde van de
noodaftapslang en van de toevoerslang in de bak en laat het water uit de machine lopen.
Schroef de watertoevoerslang weer op de kraan,
zet de dop weer op de noodaftapslang en plaats de slang terug.
Het water dat in de leidingen is achtergebleven, wordt op deze manier afgevoerd en hiermee wordt voorkomen dat er ijsvorming optreedt die de machine kan beschadigen.
Controleer, wanneer u de wasautomaat opnieuw wilt gebruiken, of de omgevingstemperatuur hoger dan 0°C is.
Belangrijk!
Elke keer dat u m. b.v. de noodaftapslang water aftapt, moet u 2 liter water in het vak voor hoofdwasmiddel in de wasmiddellade gieten en dan programma “pompen” instellen. Hierdoor wordt de "spaarklep" geactiveerd en wordt voorkomen dat bij de volgende wasbeurt wasmiddel ongebruikt achterblijft.
Ga als volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Wacht, indien nodig, tot het water is afgekoeld.
Open het pompdeurtje.
Zet een bak op de vloer om evt. water op te
vangen.
Trek de noodaftapslang uit zijn plaats, leg hem in
het bakje en verwijder de dop.
Als er geen water meer uitkomt, draai dan het
pompdeksel los.
Verwijder vreemde voorwerpen uit het
schoepenrad van de pomp door hem te draaien.
Zet de dop weer op de noodaftapslang en plaats
de slang terug.
Draai het pompdeksel volledig vast.
Sluit het pompdeurtje.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 19
P1114
P1115
P1117
Moderne wasmachines werken heel zuinig met lage waterniveaus. Was- en spoelresultaat zijn desondanks uitstekend.
In de trommel is geen water te zien:
Eenvoudige storingen
20
Storingen Mogelijke oorzaken
De machine start niet:
De machine neemt geen water
op:
Staat de waterkraan open?
Geeft de kraan water? Probeert u dat even uit.
Toevoerslang bekneld of geknikt geraakt?
Toevoerfilter verstopt?
Vuldeur goed gesloten?
De machine neemt wel water op,
maar dat stroomt er door de afvoer weer uit:
Het uitstroomeind van de afvoerslang bevindt zich op een te laag punt, ten opzichte van de vloer waarop de machine staat. Raadpleeg het betreffende hoofdstuk.
De machine pompt niet af en/of
centrifugeert niet:
Afvoerslang bekneld of geknikt geraakt?
Programma met SPOELSTOP-optie gekozen? Het laatste spoelwater wordt niet automatisch afgepompt.
Afvoerpomp verstopt?
Er ligt water op de vloer:
Teveel wasmiddel gebruikt?
Wasmiddel is ongeschikt omdat het teveel schuimt? Teveel schuim veroorzaakt lekkage.
Een van de toevoerslangwartels lekt? U ziet nauwelijks dat er water langs de slang loopt; voelt u dus even of de slang nat is.
Afvoerslang beschadigd?
Is de wasmiddellade schoon?
Is de noodaftapslang gesloten?
Ga, alvorens de Servicedienst in te schakelen, eerst even na of u de storing zelf kunt verhelpen.
Tijdens de werking van de machine kan het EINDE controlelampje gaan knipperen: 4x aan en uit = deur open 2x aan en uit = storing bij de waterafvoer 1x aan en uit = storing tijdens de watertoevoer Bij sommige modellen wordt ook een geluidssignaal gegeven.
Nadat u eventuele oorzaken verwijderd heeft, drukt u op de START/PAUZE-toets om het onderbroken programma te hervatten. Indien de storing niet opgeheven kan worden, contact opnemen met het servicecentrum.
De machine dreunt of is erg
luidruchtig:
Zijn alle transportbeveiligingen verwijderd?
Leunt de machine ergens tegenaan?
Staan alle stelvoeten stevig op de vloer?
Wasgoed niet goed verdeeld in de trommel?
Is de vuldeur goed gesloten?
Is de betreffende groepzekering heel?
Is de programmakiezer juist ingesteld?
Is de START/PAUZE-toets ingedrukt?
Staat de waterkraan open?
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 20
NEDERLANDS
21
Het elektronische stabilisatie-controlesysteem is in werking getreden. Het wasgoed wordt, doordat de draairichting van de trommel gewijzigd wordt, losgemaakt, beter verdeeld en er wordt opnieuw met centrifugeren begonnen. Dit kan herhaaldelijk het geval zijn, totdat de onbalans opgeheven is en het centrifugeren definitief afgewerkt kan worden. Indien het wasgoed na 10 minuten niet losgemaakt is, wordt het niet gecentrifugeerd. In dit geval moet u zelf het wasgoed beter in de trommel verdelen en het centrifugeerprogramma kiezen.
Het centrifugeren begint traag of het wasgoed wordt niet gecentrifugeerd:
De machine heeft een modern aandrijfsysteem, dat in vergelijking met oudere wasautomaten een afwijkend geluid maakt. Het nieuwe aandrijfsysteem maakt de trage aanloop bij centrifugeren mogelijk. Hierdoor wordt de stabiliteit verbeterd.
De machine maakt een ongewoon geluid:
Het wasresultaat is niet als
gewoonlijk:
Misschien hebt u te weinig of te veel wasmiddel gedoseerd.
Onderdosering leidt tot vergrauwing van het wasgoed en tot kalkaanslag in het toestel.
Nauwkeuriger doseren!
Hebt u bijzondere vlekken voorbehandeld?
Hebt u het juiste programma en de juiste temperatuur gekozen?
Is de machine overbeladen?
Na beëindiging van het
programma zijn op het wasgoed witte wasmiddelresten te zien:
Hierbij gaat het meestal om onoplosbare bestanddelen van moderne wasmiddelen. Ze zijn niet het gevolg van een onvoldoende spoeleffect. Mogelijke oplossingen: uitborstelen of uitschudden, evt. ook het wasgoed binnenste buiten wassen.
Storingen Mogelijke oorzaken
Na de laatste spoelgang is nog
schuim zichtbaar:
Moderne wasmiddelen kunnen ook in het laatste spoelwater nog schuim veroorzaken, wat echter geen invloed op het spoelresultaat heeft.
Kunt u de storing niet zelf opsporen of verhelpen, raadpleegt u dan de servicedienst. Noteer, voor u gaat telefoneren, even merk, modelnummer en aankoopdatum van uw machine; de servicedienst zal u er om vragen.
De deur kan niet geopend
worden:
Is de machine in bedrijf?
Is de deur nog vergrendeld? Het deur­controlelampje brandt nog.
Het waterniveau in de machine komt boven de onderkant van de deur uit.
De machine is aan het verwarmen.
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 21
P0042 BD
Mod. ..........
Prod. No. ...........
Ser. No. .........
P M ro o
d. N
d
. ..........
o. ...........
S er. N
o
. ...
......
132991320NL.qxd 17/09/2003 17:54 Pagina 22
Loading...