Apparaten kopplas inte ur växelströmskällan (nätet) så länge
som den ar ansluten till vägguttaget, även om själva apparaten
har stängts av.
ADVARSEL: Netspændingen til dette apparat er IKKE
afbrudt, sålænge netledningen sidder i en stikkontakt, som er
tændt — også selvom der er slukket på apparatets afbryder.
VAR OITU S:Laitteen toisiopiiriin kytketty käyttökytkin ei irroita
koko laitetta verkosta.
(standby
Het serienummer van dit product wordt vermeld aan de
onderzijde van het instrument. Het is raadzaam dit
serienummer in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren.
Bewaar ook deze handleiding als permanent aankoopbewijs
om identificatie in geval van diefstal te vergemakkelijken.
Modelnummer
Serienummer
(bottom)
IMPORTANT NOTICE FOR THE UNITED KINGDOM
Connecting the Plug and Cord
IMPORTANT. The wires in this mains lead are coloured in
accordance with the following code:
As the colours of the wires in the mains lead of this apparatus
may not correspond with the coloured makings identifying the
terminals in your plug proceed as follows:
The wire which is coloured BLUE must be connected to the terminal which is marked with the letter N or coloured BLACK.
The wire which is coloured BROWN must be connected to the
terminal which is marked with the letter L or coloured RED.
Making sure that neither core is connected to the earth terminal
of the three pin plug.
* This applies only to products distributed by
Yamaha Music U.K. Ltd.
BLUE : NEUTRAL
BROWN : LIVE
(2 wires)
Informatie voor gebruikers van inzameling en verwijdering van oude apparaten en gebruikte batterijen
Deze tekens op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekent dat gebruikte elektrische en
elektronische producten en batterijen niet mogen worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval.
Breng alstublieft voor de juiste behandeling, herwinning en hergebruik van oude producten en gebruikte batterijen
deze naar daarvoor bestemde verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de instructies
2002/96/EC en 2006/66/EC.
Door deze producten en batterijen juist te rangschikken, helpt u het redden van waardevolle rijkdommen en
voorkomt u mogelijke negatieve effecten op de menselijke gezondheid en de omgeving, welke zich zou kunnen
voordoen door ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het inzamelen en hergebruik van oude producten en batterijen kunt u contact opnemen
met uw plaatselijke gemeente, uw afvalverwerkingsbedrijf of het verkooppunt waar u de artikelen heeft gekocht.
[Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie]
Mocht u elektrische en elektronisch apparatuur willen weggooien, neem dan alstublieft contact op met uw dealer of
leverancier voor meer informatie.
[Informatie over verwijdering in ander landen buiten de Europese Unie]
Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie. Mocht u artikelen weg willen gooien, neem dan alstublieft
contact op met uw plaatselijke overheidsinstantie of dealer en vraag naar de juiste manier van verwijderen.
Opmerking bij het batterij teken (onderkant twee tekens voorbeelden):
Dit teken wordt mogelijk gebruikt in combinatie met een chemisch teken. In dat geval voldoet het aan de eis en de
richtlijn, welke is opgesteld voor het betreffende chemisch product.
(weee_battery_eu)
Gebruikershandleiding
3
Page 4
VOORZICHTIG
Spanningsvoorziening/netadapter
Niet openen
Waarschuwing tegen water
Waarschuwing tegen brand
Batterijen
Als u onregelmatigheden opmerkt
Spanningsvoorziening/netadapter
Locatie
Aansluitingen
Zorgvuldig behandelen
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDERGAAT
* Bewaar deze gebruikershandleiding op een veilige plaats voor eventuele toekomstige raadpleging.
WAARSCHUWING
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om ernstig of zelfs dodelijk letsel als gevolg van elektrische
schokken, kortsluiting, beschadiging, brand of andere gevaren te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Plaats het netsnoer uit de buurt van warmtebronnen zoals verwarmingen en
kachels, buig of beschadig het snoer niet, plaats er geen zware voorwerpen op en
zorg dat niemand op het snoer kan trappen, erover kan struikelen of voorwerpen
erover kan rollen.
• Gebruik het instrument uitsluitend op de voorgeschreven elektrische spanning.
De vereiste spanning wordt vermeld op het naamplaatje van het instrument.
• Gebruik uitsluitend de voorgeschreven adapter (pagina 97). Gebruik van een
andere adapter kan beschadiging of oververhitting veroorzaken.
• Controleer de elektrische stekker regelmatig en verwijder vuil of stof dat zich erop
heeft verzameld.
• Dit instrument bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Maak het
instrument nooit open en probeer niet de inwendige onderdelen te demonteren of
te wijzigen. Als het instrument defect lijkt, stopt u onmiddellijk met het gebruik
ervan en laat u het instrument nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Stel het instrument niet bloot aan regen, gebruik het instrument niet in de buurt
van water of onder natte of vochtige omstandigheden en plaats er geen
voorwerpen met vloeistoffen op die in de openingen kunnen terechtkomen.
Wanneer een vloeistof, zoals water, in het instrument lekt, schakelt u het
instrument onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat
het instrument vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Steek/verwijder nooit een stekker in/uit het stopcontact wanneer u natte handen
hebt.
• Plaats geen brandende voorwerpen, zoals kaarsen, op het apparaat.
Een brandend voorwerp kan omvallen en brand veroorzaken.
• Vervang altijd alle batterijen tegelijk. Gebruik geen nieuwe batterijen in
combinatie met oude batterijen.
• Gebruik geen verschillende batterijtypen (zoals alkaline en mangaan), batterijen
van verschillende fabrikanten of verschillende batterijtypen van één fabrikant door
elkaar. Dit kan leiden tot oververhitting, brand of lekkage van batterijvloeistof.
• Probeer niet de batterijen te openen of te demonteren.
• Werp batterijen niet weg in vuur.
• Probeer niet of u niet-oplaadbare batterijen kunt opladen.
• Houd batterijen uit de buurt van kinderen.
• Vermijd contact met de vloeistof uit lekke batterijen. Wanneer batterijvloeistof
in contact komt met uw ogen, mond of huid, spoelt u het desbetreffende
lichaamsdeel onmiddellijk met water en raadpleegt u een arts. Batterijvloeistof
is corrosief en kan gezichtsverlies of chemische brandwonden veroorzaken.
• Let erop dat u de batterijen altijd op de juiste manier plaatst met het plus- (+)
en minteken (-) in de juiste richting. Als u dit niet doet, kan oververhitting,
brand of lekkage van batterijvloeistof ontstaan.
• Verwijder de batterijen wanneer deze leegraken of als u het instrument gedurende
langere tijd niet gebruikt, zodat schade door lekkage van batterijvloeistof wordt
voorkomen.
• Als een van de volgende storingen optreedt, schakelt u de POWER-schakelaar
onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. (Als u batterijen
gebruikt, verwijdert u alle batterijen uit het instrument.) Laat het instrument
vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Het netsnoer of de stekker raakt versleten of beschadigd.
• Het instrument verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt rook uithet
instrument.
• Er is een voorwerp gevallen in het instrument.
• Het geluid valt plotseling weg tijdens het gebruik van het instrument.
LET OP
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om lichamelijk letsel bij uzelf en anderen of beschadiging van
het instrument en andere eigendommen te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Sluit het instrument niet via een verdeelstekker aan op het stopcontact. Dit kan
leiden tot een verminderde geluidskwaliteit of oververhitting in het stopcontact.
• Trek altijd aan de stekker en nooit aan het snoer wanneer u de stekker verwijdert
uit het instrument of het stopcontact. Het snoer kan beschadigd raken als u eraan
trekt.
• Verwijder de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als u het instrument
gedurende langere tijd niet gebruikt.
• Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het per ongeluk kan
omvallen.
• Verwijder alle aangesloten kabels alvorens het instrument te verplaatsen.
• Let erop tijdens het opstellen van het instrument dat het te gebruiken stopcontact
gemakkelijk bereikbaar is. Als er een storing optreedt of het instrument niet
correct werkt, schakelt u de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert
u de stekker uit het stopcontact. Ook wanneer de POWER-schakelaar is
uitgeschakeld, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom naar het
instrument. Verwijder de stekker uit het stopcontact als u het instrument
gedurende langere tijd niet gebruikt.
• Gebruik uitsluitend de standaard die voor uw instrument wordt aanbevolen.
Gebruik uitsluitend de meegeleverde schroeven om de standaard of het rek te
bevestigen. Als u dit niet doet, kunnen de inwendige onderdelen beschadigd
raken en kan het instrument omvallen.
Gebruikershandleiding
4
• Schakel de stroomtoevoer naar alle onderdelen uit voordat u het instrument
aansluit op andere elektronische componenten. Stel alle volumeniveaus in op het
laagste niveau voordat u de stroomtoevoer naar alle onderdelen in- of uitschakelt.
• Zorg dat het volume van alle componenten is ingesteld op het laagsteniveau en
voer het volume tijdens het bespelen van het instrument geleidelijk op tot het
gewenste niveau.
• Steek uw vingers of handen niet in de openingen van het instrument.
• Steek nooit papieren, metalen of andere voorwerpen in de openingen van
het paneel of het toetsenbord en laat dergelijke voorwerpen er niet invallen.
• Leun niet op het instrument, plaats er geen zware voorwerpen op en ga
voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
• Gebruik het instrument/apparaat of een hoofdtelefoon niet te lang op een hoog
of oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan
veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies
constateert.
(7)-1 1/2
Page 5
Yamaha is noch aansprakelijk voor ontstane schade door oneigenlijk gebruik of modificatie van het instrument, noch voor verlies of beschadiging van gegevens.
Schakel het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
Zelfs als de [ ](Standby/On)-schakelaar in de stand-by stand staat (de achtergrondeverlichting van de LCD uit is), loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom door het
instrument. Verwijder de stekker van het netsnoer uit het stopcontact als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
Lege batterijen vallen onder Klein Chemisch Afval en dienen als zodanig te worden behandeld.
LET OP
Volg de voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat het apparaat, gegevens of andere
eigendommen beschadigd raken.
Behandeling en onderhoud
• Gebruik het instrument niet in de nabijheid van een tv, radio, stereoapparatuur, mobiele telefoon of andere elektrische apparaten. Het instrument, de tv
of de radio kunnen ruis genereren.
• Stel het instrument niet bloot aan grote hoeveelheden stof of trillingen, of extreme koude of hitte (zoals in direct zonlicht, bij een verwarming of overdag
in een auto), om eventuele vervorming of verkleuring van het instrument of beschadiging aan de interne componenten te voorkomen.
• Plaats geen vinyl, plastic of rubberen voorwerpen op het instrument, aangezien dit verkleuring van het paneel of het keyboard tot gevolg kan hebben.
• Gebruik bij het schoonmaken een zachte droge doek. Gebruik geen verfverdunners, oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemisch geïmpregneerde
schoonmaakdoekjes.
Gegevens opslaan
• Sommige data-items (pagina 50) worden automatisch als back-updata in het interne geheugen opgeslagen, zelfs als u het instrument uitschakelt.
Opgeslagen data kunnen verloren gaan ten gevolge van een storing of foutieve handeling. Sla belangrijke gegevens op een USB-opslagapparaat
(alleen NP-V80)/of ander extern apparaat, zoals een computer (pagina 88) op.
(alleen NP-V80) Om gegevensverlies door mediabeschadiging te voorkomen, adviseren wij u belangrijke gegevens op twee USB-opslagapparaten of ander extern apparaat
(bijvoorbeeld een computer) op te slaan.
Auteursrechten
• Het kopiëren van commercieel verkrijgbare muziekgegevens, inclusief maar niet beperkt tot MIDI-gegevens en/of audiogegevens, is strikt verboden,
uitgezonderd voor persoonlijk gebruik.
• Dit product bevat en gaat vergezeld van computerprogramma's en inhoud waarvan Yamaha alle auteursrechten heeft of waarvan het over de licenties
beschikt om gebruik te mogen maken van de auteursrechten van derden. Onder dergelijk materiaal waarop auteursrechten berusten, vallen, zonder enige
beperkingen, alle computersoftware, stijlbestanden, MIDI-bestanden, WAVE-gegevens, bladmuziek en geluidsopnamen. Elk ongeautoriseerd gebruik van
dergelijke programma's en inhoud, buiten het persoonlijke gebruik van de koper, is volgens de desbetreffende wettelijke bepalingen niet toegestaan.
Elke schending van auteursrechten heeft strafrechtelijke gevolgen. MAAK, DISTRIBUEER OF GEBRUIK GEEN ILLEGALE KOPIEËN.
Functies/data die bij het instrument zijn meegeleverd
• Sommige presetsongs zijn ingekort of bewerkt, en zijn daarom niet precies hetzelfde als het origineel.
Deze handleiding
• De afbeeldingen en LCD-schermen zoals deze in deze handleiding te zien zijn, zijn uitsluitend bedoeld voor instructiedoeleinden en kunnen dus enigszins
afwijken van de werkelijkheid.
• Windows is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft
®
Corporation in de Verenigde Staten en andere landen.
• De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve
eigenaars.
(7)-1 2/2
Gebruikershandleiding
5
Page 6
Logo's
GM System Level 1
'GM System Level 1' is een aanvulling op de MIDI-standaard die ervoor zorgt dat GM-compatibele
muziekgegevens op elke willekeurige GM-compatibele toongenerator nauwkeurig kunnen worden
teruggespeeld, ongeacht de fabrikant. Het GM-logo is aangebracht op alle software en hardware die
GM System Level ondersteunt.
XGlite
Zoals de naam al aangeeft, is 'XGlite' een vereenvoudigde versie van de kwalitatief hoogwaardige
Yamaha XG-klankopwekkingstechniek. Uiteraard kunt u alle willekeurige XG-songdata afspelen via
een XGlite-toongenerator. Sommige songs worden echter anders afgespeeld dan de originele gegevens
als gevolg van de gereduceerde set besturingsparameters en effecten.
USB
USB is een afkorting van Universal Serial Bus. Het is een seriële interface voor het aansluiten van een
computer met randapparatuur. Het laat 'hot swapping' toe (randapparatuur aansluiten terwijl de computer
aanstaat).
STYLE FILE
SFF (Style File Format) is een originele stijlbestandsindeling van Yamaha, die gebruikmaakt van een
uniek conversiesysteem om in automatische begeleiding van hoge kwaliteit te voorzien, gebaseerd op
een uitgebreide reeks akkoordsoorten.
Gebruikershandleiding
6
Page 7
Over deze gebruikershandleiding en de datalijst
Plaats de
muziekstandaard
in de uitsparingen
zoals aangegeven.
Muziekstandaard
Deze handleiding bestaat uit vier hoofdgedeelten: 'Configuratie', 'Beknopte handleiding', 'Referentie' en 'Appendix'.
Er is ook een afzonderlijke datalijst bijgeleverd.
Gebruikershandleiding (dit boek)
Configuratie
Beknopte
handleiding
Referentie
Appendix
• • • • • • • • •
• • • • • • • • •
• • • • • • • • •
• • • • • • • • •
Lees dit gedeelte eerst.
In dit gedeelte wordt uitgelegd uit hoe u de basisfuncties kunt
gebruiken. Raadpleeg dit gedeelte terwijl u het instrument
bespeelt.
In dit gedeelte wordt gedetailleerd uitgelegd hoe u de veelzijdige
functies van het instrument kunt instellen.
Dit gedeelte bevat informatie over het oplossen van problemen en
specificaties.
Data List (Datalijst)
Voice-overzicht, MIDI-gegevensindeling, enz.
MIDI Reference (MIDI-naslaginformatie)
Het gedeelte MIDI-naslaginformatie bevat informatie met betrekking tot MIDI. De MIDInaslaginformatie kan worden gedownload vanuit de Yamaha Manual Library op:
http://www.yamaha.co.jp/manual/
Bijgeleverde accessoires
De verpakking bevat de volgende onderdelen. Controleer of u ze allemaal hebt.
• Netadapter
* Wordt mogelijk niet meegeleverd in uw regio.
Neem hiervoor contact op met uw Yamaha-dealer.
• Gebruikershandleiding
• Muziekstandaard
• Meegeleverde cd-rom
• Voetschakelaar (alleen NP-V80)
• Datalijst
• My Yamaha Product User Registration
* U hebt de product-id op dit blad nodig bij het invullen
van het gebruikersregistratieformulier.
Gebruikershandleiding
7
Page 8
Speciale kenmerken
Graded keyboard met zachte aanslag
Net als bij een echte vleugel hebben de lagere toetsen een zware aanslag en de hogere
toetsen een lichte, met de zachte aanslag van een digitaal keyboard voor beginners.
Diverse instrumentvoices bespelen
Pagina 16
U kunt de instrumentvoice, die u hoort als u het keyboard bespeelt, wijzigen in een viool,
fluit, harp of een van de vele andere voices. U kunt ook de instrumentatie wijzigen van
een song die voor piano is geschreven, bijvoorbeeld door deze met viool te spelen.
Ontdek een nieuwe wereld van muzikale verscheidenheid.
Meespelen met stijlen
Pagina 23
Wilt u spelen met volledige begeleiding? Probeer dan eens de automatische
begeleidingsstijlen.
Deze begeleidingsstijlen bieden het equivalent van een volledig achtergrondorkest voor
een breed scala aan stijlen, van walsen en 8-beat tot euro-trance ... en nog veel meer.
Selecteer een stijl die past bij de muziek die u wilt spelen of experimenteer met nieuwe
stijlen om uw muzikale horizon te verbreden.
EuTrance
042
Songs gebruiken
Pagina 26
U de 30 interne songs gewoon beluisteren of u kunt ze gebruiken samen met een van de
vele functies op het instrument, zoals de functie speelhulptechnologie, de lesfunctie en
nog veel meer.
Arpeggiofunctie (alleen NP-V80)
Pagina 20
Op dezelfde manier als de arpeggiofuncties op sommige synthesizers produceert deze
functie automatisch arpeggio's (gebroken akkoorden) als u de betreffende noten op het
keyboard speelt. Er kunnen verscheidene arpeggio's worden gespeeld als u een andere
vingerzetting of ander arpeggiotype kiest.
Gebruikershandleiding
8
Page 9
Inhoudsopgave
Over deze gebruikershandleiding en de datalijst .............7
Voer de volgende handelingen uit VOORDAT u het instrument aanzet.
Configuratie
Spanningsvereisten
Hoewel het instrument zowel via een optionele netadapter als via batterijen kan worden gevoed, beveelt Yamaha het
gebruik van een netadapter aan wanneer dat mogelijk is. Gebruik van een netadapter is milieuvriendelijker dan batterijen.
Gegevens kunnen alleen in het USB-flashgeheugen van de NP-V80 worden opgeslagen, verwijderd en geformatteerd
wanneer het instrument is aangesloten op een netadapter. Deze handelingen kunnen niet worden uitgevoerd op
batterijvoeding.
Een netadapter gebruiken
• Gebruik de aangegeven adapter (pagina 97). Gebruik van
andere adapters kan leiden tot onherstelbare beschadiging
van zowel de adapter als het instrument.
1 Sluit de netadapter aan op de voedingsaansluiting.
2 Sluit de netadapter aan op een stopcontact.
• Haal de netadapter uit het stopcontact tijdens onweer of als
u het instrument niet gebruikt.
Voor werking op batterijen heeft het instrument zes
batterijen van 1,5 V (AA, LR6 of equivalent) nodig.
(Alkalinebatterijen worden aanbevolen.) Als de
batterijspanning te laag wordt voor een goede werking,
vervangt u alle batterijen met inachtneming van de
onderstaande veiligheidsmaatregelen.
Zorg er indien nodig voor dat u alle belangrijke
gebruikersgegevens opslaat (zie pagina's 50, 88).
Batterijen gebruiken
1 Open het batterijcompartimentklepje aan de
onderkant van het instrument.
2 Plaats de zes nieuw batterijen en let daarbij goed
op de polariteitsaanduidingen (+/-) aan de
binnenzijde van het compartiment.
3 Plaats het klepje terug en let erop dat het goed
vastklikt.
• Zorg ervoor dat de batterijen in dezelfde richting worden
geplaatst, waarbij de juiste polariteit wordt aangehouden
(zoals aangegeven). Foutieve plaatsing van de batterijen kan
resulteren in brand en/of het lekken van corrosieve chemicaliën.
• Als de batterijen leeg raken, vervangt u deze door een complete
set (6) nieuwe batterijen. Gebruik NOOIT oude en nieuwe
batterijen door elkaar. Gebruik geen verschillende soorten
batterijen (bijvoorbeeld alkaline en mangaan) door elkaar.
• Als het instrument langere tijd niet wordt gebruikt, verwijdert u
de batterijen om eventuele lekkage van vloeistof te voorkomen.
10
OPMERKING
• Het aansluiten van de netadapter zorgt automatisch dat de
netadapter het instrument van stroom voorziet, zelfs als er
batterijen zijn geïnstalleerd.
Gebruikershandleiding
• Voor dit instrument wordt het gebruik van alkalinebatterijen
aanbevolen. Andere typen batterijen kunnen plotseling
spanning verliezen als de batterijen nog maar weinig spanning
hebben, waardoor data in het flashgeheugen verloren kunnen
gaan.
• Gebruik de netadapter als u data overbrengt naar het
flashgeheugen. Batterijen (ook oplaadbare typen) kunnen
snel leeg raken door dergelijke handelingen. Als de batterijen
leegraken tijdens de overdracht van data, gaan zowel de data
die worden overgebracht als de data in de
overdrachtsbestemming verloren.
Page 11
Configuratie
WAARSCHUWING
LET OP
LET OP
Maak alle benodigde aansluitingen die hieronder zijn aangegeven VOORDAT u het
instrument aanzet.
Een hoofdtelefoon aansluiten
(PHONES/OUTPUT-aansluiting)
Hier kunt u elke stereohoofdtelefoon met een 1/4-inch
hoofdtelefoonaansluiting aansluiten voor ongestoord
beluisteren. De luidsprekers worden automatisch
uitgeschakeld wanneer u een stekker in deze aansluiting
steekt.
De PHONES/OUTPUT-aansluiting functioneert ook als
externe uitgang. U kunt de PHONES/OUTPUT-aansluiting
verbinden met een keyboardversterker, stereo-installatie,
mengpaneel, taperecorder of een ander lijnniveauaudioapparaat. Het uitgangssignaal van het instrument
wordt dan naar dat apparaat gestuurd.
• Luister niet gedurende langere tijd met een hoog volume via de
hoofdtelefoon. Dit kan niet alleen vermoeiend voor de oren zijn,
maar kan ook uw gehoor beschadigen.
• Zet, om beschadiging van de luidsprekers te voorkomen, de
volumeregeling van het externe apparaat op de minimumstand
voordat u de aansluiting maakt. Het negeren van deze
waarschuwingen kan leiden tot elektrische schokken of
beschadiging van apparatuur. Stel, als de apparatuur weer aan
staat, het gewenste volume in door geleidelijk tijdens het spelen
het volume weer te verhogen.
Sluit een bijgeleverde voetschakelaar (alleen NP-V80) of
een optionele voetschakelaar FC4/FC5 op deze aansluiting
aan en druk het pedaal in om het geluid te laten
doorklinken. U kunt ook een optioneel FC3-pedaal op deze
aansluiting aansluiten.
Wanneer een optioneel FC3-pedaal is aangesloten, kunt u
het halfpedaaleffect* gebruiken.
* halfpedaalfunctie
Als u tijdens het bespelen van de piano met SUSTAIN het
wollige geluid wilt verwijderen, laat u het voetpedaal voor de
helft los.
OPMERKING
• De sustainfunctie heeft geen invloed op de splitvoices.
• Zorg ervoor dat het instrument uit is als u het pedaal
aansluit of loskoppelt.
• Druk het pedaal niet in terwijl u het instrument aanzet.
Als u dit toch doet, wordt het schakelaar- of pedaaltype
(aan/uit) omgedraaid.
Inschakelen van het instrument
Met de [](Standby/On)-schakelaar zet u het instrument
aan of op stand-by. Zet het volume laag door de [MASTER
VOLUME]-regelaar naar links te draaien en druk op de
[](Standby/On)-schakelaar om het instrument aan te
zetten. Druk opnieuw op de [](Standby/On)-schakelaar
om het instrument op stand-by te zetten.
Configuratie
Een voetschakelaar of
voetpedaal aansluiten
(SUSTAIN-aansluiting)
De SUSTAIN-schakelaar dient om de voetschakelaar of
voetpedaal aan te sluiten. Het pedaal werkt op dezelfde
wijze als een demperpedaal op een akoestische piano.
Terwijl u het keyboard bespeelt, gebruikt u de [MASTER
VOLUME]-regelaar om het volume aan te passen.
• Zelfs als de schakelaar op stand-by staat, loopt er nog een
minimale hoeveelheid stroom door het instrument. Als u het
instrument gedurende een langere tijd niet gebruikt, zorg er dan
voor dat u de netadapter uit het stopcontact haalt en/of de
batterijen uit het instrument verwijdert.
Gebruikershandleiding
11
Page 12
Configuratie
Li
q
e
r
ty
u
i
o !0
w
!1
!2
@6
Voorpaneel
Display (pagina 15)
De schermafbeeldingen die in deze gebruikershandleiding worden weergegeven,
zijn afkomstig van de NP-V80.
Bedieningspaneel en aansluitingen
Voorpaneel
q [ ](Standby/On)-schakelaar........... pagina 11
w [MASTER VOLUME]-regelaar ........... pagina 11
e [DEMO/BGM]-knop ...........................pagina 29
r [REC]-knop........................................pagina 43
t Knoppen [1]–[5], [A] .........................pagina 44
y LESSON START
u [METRONOME
i
o [P.A.T. ON/OFF]-knop........................pagina 35
#1 DC IN-aansluiting.............................. pagina 10
Gebruikershandleiding
13
Page 14
Configuratie
Druk kort
om te
verhogen.
3 Druk hier als u een functie
wilt starten of het keyboard
wilt bespelen.
2
Hiermee kunt u
een item of
waarde selecteren.
1 Hiermee kunt u
een basisfunctie
selecteren.
Draai de draaiknop rechtsom
om de waarde van het
geselecteerde item te verhogen
of linksom om de waarde te
verlagen. Als u de waarde
verder wilt verhogen of
verlagen, blijft u de knop
rechts- of linksom draaien.
Draaiknop
Verhogen
Als u een song of stijl selecteert,
kunt u met deze knoppen naar het
eerste item in de volgende of
vorige categorie gaan.
Met de knoppen CATEGORY
[ ] en [ ] kunt u ook functieitems sequentieel selecteren nadat
u op de knop [FUNCTION] hebt
gedrukt.
CATEGORY [ ]- en [ ]-knoppen
f
r
f
r
Met de nummerknoppen kunt u
rechtstreeks het nummer van
een song, stijl of voice of een
parameterwaarde opgeven.
Bij nummers die met een of
twee nullen beginnen, kunt u de
eerste nullen weglaten.
Voorbeeld:
Selectie van voice 003,
Grand Piano.
Nummerknoppen [0]–[9]
Druk kort op de knop [+] om de
waarde met 1 te verhogen of
druk kort op de knop [-] om de
waarde met 1 te verlagen. Houd
deze knoppen ingedrukt om de
waarde doorlopend te verhogen
of te verlagen.
Knoppen [+], [-]
Verlagen
Druk kort
om te
verlagen.
Naar het
eerste item in
de volgende
of vorige
categorie
springen.
Druk op de
nummerknoppen
[0], [0], [3].
Het symbool 'Ingedrukt houden'
Knoppen met deze indicatie kunnen worden gebruikt om een
volgende functie op te roepen als de betreffende knop ingedrukt
wordt gehouden.
Houd deze knop ingedrukt tot de functie is opgeroepen.
Wanneer SONG met de bovengenoemde basisfunctietoetsen 1 is
geselecteerd, gaat de SONG-indicator branden. Als STYLE is
geselecteerd, gaat de STYLE-indicator branden. Daarna zijn de
desbetreffende labels boven de (SONG)-knoppen of onder de
(STYLE)-knoppen van toepassing.
Basisbediening en displays
Basisbediening
Druk op een knop om een basisfunctie te selecteren: voice, stijl of song. Druk op de knop [VOICE] als u de instrumentvoice
wilt wijzigen die u hoort wanneer u het keyboard bespeelt. Druk op de knop [STYLE] als u met automatische begeleiding
wilt spelen. Druk op de knop [SONG] als u naar een song wilt luisteren.
LiveGPno
Gebruikershandleiding
14
Page 15
Basisbediening en displays
Geeft aan dat Touch response
(aanslaggevoeligheid) aanstaat.
(pagina 58)
Geeft aan dat Harmony aanstaat.
(pagina 59)
Geeft aan dat de dualvoicefunctie
aanstaat. (pagina 18)
Geeft aan dat de splitvoicefunctie
aanstaat. (pagina 18)
Geeft aan dat de arpeggiofunctie
aanstaat. (pagina 20)
Geeft aan dat de
speelhulptechnologie aanstaat.
(pagina 33)
Geeft aan dat de begeleiding
aanstaat. (pagina 23)
Geeft aan dat SYNC STOP
aanstaat. (pagina 63)
TOUCH
HARMONY
DUAL
SPLIT
ARPEGGIO (alleen NP-V80)
Speelhulptechnologie
ACMP ON
SYNC STOP
In de lesfunctie voor een song
worden hier de melodie en
akkoorden van een song
weergegeven. In de
woordenboekfunctie worden
hier de noten weergegeven van
akkoorden die u opgeeft. In
andere gevallen worden hier de
noten weergegeven die u op het
keyboard speelt.
Notatie
• Noten die onder of boven de notenbalk vallen,
worden met
'
8va' aangegeven in de notatie.
• Bij enkele specifieke akkoorden kan het voorkomen
dat niet alle noten in het notatiegedeelte van de
display worden aangegeven. Dit komt door
ruimtegebrek in de display.
Geeft het nummer aan van de tel in een
maat als de metronoomfunctie wordt
gebruikt. Hier wordt de huidige maat vermeld tijdens het
afspelen van een song of stijl, en de momenteel ingestelde
tempowaarde voor de song of stijl. (pagina's 19, 45)
Hier wordt de naam aangegeven van het
akkoord dat wordt afgespeeld of van het
akkoord dat op het keyboard wordt gespeeld.
(pagina 23)
Hier wordt informatie over de
songtracks weergegeven.
(pagina's 29, 44, 71)
TELwaarde en MAAT
Akkoorddisplay
Weergave van tracks
Geeft de tellen voor de huidige stijl of
song aan met knipperende pijlen.
(pagina 27)
Teldisplay
Display-items
Op de display worden alle huidige basisinstellingen weergegeven: song, stijl, voice.
De display bevat ook een reeks aanduidingen die aangeven of de verschillende functies aan of uit staan.
OPMERKING
LiveGPno
001
Gebruikershandleiding
001
001
Configuratie
15
Page 16
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen
Verschijnt als de
voicemodus actief is.
Voicenaam
Voicenummer
f
102 Flute selecteren
Beknopte handleiding
Naast piano, orgel en andere 'normale' toetseninstrumenten, bevat dit instrument een
scala aan voices, zoals gitaar, bas, strijkinstrumenten, saxofoon, trompet, drums en
slagwerk, geluidseffecten... een grote verscheidenheid aan muziekgeluiden.
Een voice selecteren en bespelen—MAIN
Met de volgende procedure selecteert u de hoofdvoice voor uw spel op het keyboard.
Druk op de knop [VOICE].
1
Beknopte handleiding
Het nummer en de naam van de voice worden weergegeven.
LiveGPno
001
Selecteer met welke voice u wilt spelen.
2
Draai aan de draaiknop terwijl u naar de voicenaam in de display kijkt.
De beschikbare voices worden geselecteerd en in volgorde
weergegeven. De voice die u hier selecteert, wordt de hoofdvoice.
Selecteer bijvoorbeeld de voice '102 Flute'.
Presetvoicetypen (NP-V80)
001–127Instrumentvoices
128–139
(Drumkit)
Presetvoicetypen (NP-V60)
001–116Instrumentvoices
117–128
(drumkit)
Gebruikershandleiding
16
Flute
102
Verscheidene drum- en percussiegeluiden zijn toegewezen
aan afzonderlijke toetsen, waarmee u ze kunt afspelen.
Raadpleeg het drumkitoverzicht van de afzonderlijke
datalijst voor meer informatie over het toewijzen van
instrumenten aan toetsen.
Verscheidene drum- en percussiegeluiden zijn toegewezen
aan afzonderlijke toetsen, waarmee u ze kunt afspelen.
Raadpleeg het drumkitoverzicht van de afzonderlijke
datalijst voor meer informatie over het toewijzen van
instrumenten aan toetsen.
OPMERKING
• U kunt de voice ook
selecteren met de knoppen
CATEGORY [ ] en [ ]
nadat u op de knop [VOICE]
hebt gedrukt. (pagina 14)
Page 17
Bespeel het keyboard.
3
Probeer eens diverse voices te selecteren en te bespelen.
De voice Grand Piano spelen
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen
OPMERKING
• Voice-instellingen
(pagina 56)
Als u gewoon piano wilt spelen, hoeft u maar op één knop te drukken.
Druk op de knop [GRAND PIANO].
De voice Grand Piano wordt geselecteerd.
OPMERKING
• Als u op de knop [GRAND
PIANO] drukt, worden alle
instellingen uitgezet behalve
de aanslaggevoeligheid. De
dual- en splitvoices worden
ook uitgezet, zodat over het
gehele keyboard alleen de
voice Grand Piano wordt
gespeeld.
Beknopte handleiding
Gebruikershandleiding
17
Page 18
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen
Verschijnt als de dualvoice
is ingeschakeld
Nu klinken er twee
voices tegelijkertijd.
Splitvoice
Splitpunt
Hoofdvoice en dualvoice
Verschijnt als de splitvoice
is ingeschakeld
Twee voices tegelijkertijd bespelen—DUAL
Als u op de knop [DUAL ON/OFF] drukt om de Dual-functie in te schakelen, wordt naast de
hoofdvoice een tweede voice afgespeeld wanneer u het keyboard bespeelt. Deze tweede voice wordt
de dualvoice genoemd.
Beknopte handleiding
Druk nogmaals op de knop om de dualvoice uit te zetten. Als u deze functie
aanzet, wordt automatisch een geschikte dualvoice geselecteerd, maar u kunt
heel eenvoudig een andere dualvoice selecteren (pagina 57).
Flute
102
Verschillende voices met de linker- en rechterhand bespelen—SPLIT
Wanneer u op de knop [SPLIT ON/OFF] drukt om de splitfunctie in te schakelen, kunt u links en rechts
van het 'splitpunt' van het keyboard verschillende voices spelen. Rechts van het splitpunt kunt u de
hoofdvoice en dualvoice bespelen. De voice die u links van het splitpunt bespeelt, wordt de splitvoice
genoemd. U kunt de instelling voor het splitpunt naar wens wijzigen (pagina 65).
Flute
102
Druk nogmaals op de knop om de functie splitvoice uit te zetten. Als u deze
functie aanzet, wordt automatisch een geschikte splitvoice geselecteerd, maar
u kunt heel eenvoudig een andere splitvoice selecteren (pagina 57).
Gebruikershandleiding
18
Page 19
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen
Geeft het nummer aan van de tel in
een maat als de metronoomfunctie
wordt gebruikt.
Huidige tempowaarde
De metronoom gebruiken
Het instrument beschikt over een ingebouwde metronoom (een apparaat dat een accuraat tempo
aanhoudt). Dit is een handig hulpmiddel bij het oefenen.
Druk op de knop [METRONOME ON/OFF] om de metronoom te starten.
Druk nogmaals op de knop [METRONOME ON/OFF] om de metronoom
te stoppen.
LiveGPno
001
4
Als u het tempo van de metronoom wilt aanpassen, drukt u op de knop
[TEMPO/TAP] om de Tempo-instelling in de display weer te geven, waarna u
het tempo kunt instellen met de draaiknop. U kunt ook het tempo instellen met
de nummerknoppen op het voorpaneel.
Tempo
090
U kunt de maatsoort instellen (pagina 53).
OPMERKING
• U kunt de maatsoort
instellen (pagina 53).
Beknopte handleiding
Gebruikershandleiding
19
Page 20
Arpeggio's maken (alleen NP-V80)
Met de arpeggiofunctie kunt u arpeggio's (gebroken akkoorden) maken door alleen
maar de betreffende noten op het keyboard te spelen. Als u bijvoorbeeld de noten van
een drieklank speelt (de grondtoon, de terts en de kwint), maakt de arpeggiofunctie
hiermee automatisch een aantal interessante frasen in de vorm van arpeggio's. Als u
het arpeggiotype en de gespeelde noten wijzigt, kunt u een breed scala aan patronen
en frasen maken die u kunt gebruiken bij het schrijven en uitvoeren van muziek.
Beknopte handleiding
De arpeggiofunctie gebruiken
Druk op de knop [ARPEGGIO ON/OFF] om de
1
arpeggiofunctie aan te zetten.
De knop licht op als de arpeggiofunctie is ingeschakeld.
Speel een of meerdere noten op het keyboard om
2
het afspelen van het arpeggio te starten.
Het geluid van het gespeelde arpeggio is afhankelijk van het aantal
noten dat u speelt en het deel van de toetsen waar u de noten speelt.
OPMERKING
• Als een FC4- of FC5voetschakelaar die op de
SUSTAIN-aansluiting is
aangesloten, wordt
ingedrukt, blijft het
arpeggio doorklinken
nadat de toon wordt
losgelaten (pagina 61).
Als de splitfunctie is ingeschakeld, wordt het arpeggio op de splitvoice
toegepast. Het arpeggio wordt op de hoofd- en dualvoice toegepast als
de splitfunctie is uitgeschakeld. Arpeggio's kunnen niet tegelijkertijd
met de split- en hoofd/dualvoices worden afgespeeld.
Wanneer u niet meer wilt spelen met gebruik van de
3
arpeggiofunctie, drukt u op de knop [ARPEGGIO
ON/OFF] om de functie uit te schakelen.
Gebruikershandleiding
20
Page 21
Arpeggio's maken (alleen NP-V80)
Het geselecteerde
arpeggiotype
Langer dan een seconde
ingedrukt houden.
Het arpeggiotype wijzigen
Als u een voice selecteert, wordt automatisch het meest geschikte arpeggiotype geselecteerd, maar u
kunt gemakkelijk een willekeurig ander arpeggiotype selecteren.
Houd de knop [ARPEGGIO ON/OFF] langer dan een
1
seconde ingedrukt.
Gedurende enkele seconden wordt 'ARP Type' in de display
weergegeven en daarna wordt de naam van het huidige type arpeggio in
de display weergegeven.
PfArp2
02
Draai de draaiknop om het gewenste arpeggiotype
2
te selecteren.
In het arpeggio-overzicht van de afzonderlijke datalijst wordt een lijst
met de beschikbare arpeggiotypes weergegeven.
U kunt de instellingen van het instrument op dit moment opslaan en
later op een willekeurig moment terugroepen wanneer u dit spel wilt
herhalen (pagina 48). U kunt uw spel ook opnemen (pagina 43). Het
arpeggiogeluid voor de splitvoice kunt u echter niet opnemen.
Beknopte handleiding
OPMERKING
• Er wordt geen arpeggio
afgespeeld als u de
arpeggiofunctie inschakelt
terwijl u noten op het
keyboard speelt.
Gebruikershandleiding
21
Page 22
Stijlen afspelen
Dit pictogram wordt weergegeven
bij een stijlnummer en -naam.
Stijlnaam
Stijlnummer
Dit instrument heeft een automatische begeleidingsfunctie die u voorziet van
begeleiding (ritme + bas + akkoorden) in de gekozen stijl bij de akkoorden die u met
uw linkerhand speelt. U kunt op de NP-V80 uit 165 verschillende stijlen kiezen, en op
de NP-V60 uit 160 verschillende stijlen.
In dit gedeelte leert u hoe u de automatische begeleidingsfunctie kunt gebruiken.
Het ritme van een stijl selecteren
Bijna alle stijlen hebben een ritmepartij. U kunt kiezen uit een groot aantal verschillende ritmes:
rock, blues, euro-trance en nog veel meer. Laten we beginnen door te luisteren naar het basisritme.
Beknopte handleiding
De ritmepartij bestaat uitsluitend uit percussie-instrumenten.
Druk op de knop [STYLE].
1
In de display worden het nummer en de naam van de stijl weergegeven.
Std 8Bt
Selecteer een stijl.
2
Selecteer de gewenste stijl met behulp van de draaiknop.
In het stijloverzicht van de afzonderlijke datalijst vindt u een lijst
met alle beschikbare stijlen.
Druk op de knop [START/STOP].
3
Het ritme van de stijl wordt afgespeeld.
Druk nogmaals op de knop [START/STOP] als u het afspelen
wilt stoppen.
Gebruikershandleiding
22
001
PopBossa
102
OPMERKING
• U kunt ook de stijlbestanden
op de meegeleverde cd-rom
gebruiken. Raadpleeg
pagina 81 voor instructies bij
de NP-V80 of pagina 67 voor
instructies bij de NP-V60.
OPMERKING
• De stijl 'Serenade in de categorie Waltz en alle stijlen in
de categorie Pianist hebben
geen ritmegedeelte, dus u
hoort geen ritme als u deze
voor het bovenstaande voorbeeld gebruikt. Zet bij deze
stijlen eerst de automatische
begeleidingsfunctie aan
zoals beschreven op
pagina 23 en druk vervolgens op de knop [START/
STOP]. De bas- en akkoordpartij van de begeleiding
begint te spelen zodra u een
toets indrukt links van het
splitpunt op het keyboard.
Page 23
Stijlen afspelen
Dit icoon verschijnt als de
automatische begeleiding is aangezet.
Gedeelte voor
automatische
begeleiding
Splitpunt (pagina 65)
Knippert als Sync Start actief is.
Meespelen met een stijl
Op de vorige pagina hebt u geleerd u hoe u het ritme van een stijl kunt selecteren.
We laten u nu zien hoe u een bas- en akkoordbegeleiding aan een basisritme kunt toevoegen voor een
volle en rijke begeleiding waarbij u kunt meespelen.
Druk op de knop [STYLE] en selecteer de
1
gewenste stijl.
Selecteer voor dit voorbeeld de voice '153 PnoBoogi'.
Zet de automatische begeleiding aan.
2
Druk op de knop [ACMP ON/OFF].
Druk nogmaals op deze knop om de automatische begeleiding uit
te zetten.
PnoBoogi
153
Als automatische begeleiding actief is...
Het gedeelte van het keyboard links van het splitpunt (54 : F#2) wordt het
'bereik voor automatische begeleiding
aangeven van de begeleidingsakkoorden.
Zet Sync Start aan.
3
Druk op de knop [SYNC START] om de functie Sync Start aan
te zetten.
'
, dat alleen wordt gebruikt voor het
Beknopte handleiding
PnoBoogi
153
Als Sync Start actief is, wordt de bas- en akkoordbegeleiding in een
bepaalde stijl afgespeeld zodra u links van het splitpunt op het
keyboard een toets indrukt. Druk nogmaals op de knop om de functie
Sync Start uit te zetten.
Gebruikershandleiding
23
Page 24
Stijlen afspelen
Gedeelte voor
automatische
begeleiding
Splitpunt
Hier wordt het akkoord aangegeven dat in het
begeleidingsbereik van het keyboard wordt afgespeeld.
Begin te spelen.
4
Het afspelen van de stijl begint zodra u een akkoord speelt in het
gedeelte voor automatische begeleiding op het keyboard. Probeer de
akkoordprogressie te spelen die hieronder wordt weergegeven.
Beknopte handleiding
CC
OPMERKING
• Akkoorden (pagina 25)
• Akkoorden opzoeken in het
woordenboek voor
akkoorden (pagina 68)
F
G
F
C
Dit is een eenvoudige maar effectieve akkoordprogressie.
PnoBoogi
153
Stop met spelen.
5
Als u klaar bent, drukt u op de knop [START/STOP] om het afspelen
van een stijl te stoppen.
001
U kunt het spelen ook stoppen door op de knop [INTRO/ENDING/rit.]
te drukken zodat een passend eindpatroon wordt afgespeeld waarna het
afspelen van de stijl stopt.
U kunt ook van 'stijlsectie' wisselen om de begeleiding wat te variëren.
Zie 'Patroonvariaties (secties)' op pagina 62.
Gebruikershandleiding
24
Page 25
Stijlen afspelen
C
CM
7
D
DM
7
E
Em
7
EM
7
C
F
Fm
FM
7
G
GM
7
A
AM
7
BM
7
Akkoorden
Gebruikers die niet vertrouwd zijn met akkoorden kunnen deze tabel met elementaire akkoorden
raadplegen. Aangezien er vele nuttige akkoorden zijn, evenals vele manieren om ze muzikaal toe te
passen, wordt u aangeraden in de handel verkrijgbare boeken met akkoorden te raadplegen voor meer
informatie.
geeft de grondtoon aan.
MajeurMineurSeptiemMineur septiemMajeur septiem
Cm
C
7
Cm
7
Dm
Em
Gm
Am
B
Bm
• Er kunnen naast de grondligging ook inversies worden gebruikt, met uitzondering van:
• Inversie van de akkoorden 7sus4 en m7(11) worden niet herkend als de noten worden
weggelaten.
• sus2-akkoorden worden alleen aangegeven met de grondtoon.
D
7
E
7
F
7
G
7
A
7
B
7
Dm
Fm
Gm
Am
Bm
7
7
7
7
7
Beknopte handleiding
Gemakkelijke akkoorden
Met deze methode kunt u in het begeleidingsgedeelte van het keyboard met één, twee of drie vingers gemakkelijk
akkoorden spelen.
Voor grondtoon 'C'
C
Een majeurakkoord
spelen
Druk op de grondtoon
) van het akkoord.
(
Cm
Een mineurakkoord
spelen
Speel de grondtoon van het
akkoord met de
dichtstbijzijnde zwarte toets
links ervan.
C
7
Een septiemakkoord
spelen
Speel de grondtoon van het
akkoord met de
dichtstbijzijnde witte toets
links ervan.
Cm
7
Een mineurseptiemakkoord
spelen
Druk de grondtoon van het
desbetreffende akkoord in met de
dichtstbijzijnde witte en zwarte
toets links ervan (drie in totaal).
Gebruikershandleiding
25
Page 26
Songs afspelen
De geselecteerde song en het
songnummer worden weergegeven
Deze song kan
worden afgespeeld
Voor dit instrument verwijst 'song' naar de data waaruit een muziekstuk is opgebouwd.
U de 30 interne songs gewoon beluisteren of u kunt ze gebruiken samen met een van
de vele functies op het instrument, zoals de functie speelhulptechnologie, de
lesfunctie en nog veel meer. De songs zijn ingedeeld in categorieën.
In dit gedeelte leert u hoe u songs kunt selecteren en afspelen en vindt u een korte
beschrijving van de 30 bijgeleverde songs.
Een song selecteren en beluisteren
Druk op de knop [SONG].
Beknopte handleiding
1
Het nummer en de naam van de song worden weergegeven.
U kunt een andere song selecteren met de draaiknop.
Nocturne
011
Selecteer een song.
2
Selecteer een song nadat u het songoverzicht in de afzonderlijke
datalijst hebt bekeken. Selecteer de song die u wilt beluisteren met
behulp van de draaiknop.
ForElise
012
De songs zijn ingedeeld in categorieën.
Song nr.CategorieBeschrijving
001–003
004–008
009–011
012–015
016–020
021–030
031–035GebruikerssongSongs die u zelf opneemt.
036–Flashgeheugen
Main Demo
(main-demo)
Voice Demo
(voice-demo)
Function Demo
(functiedemo)
Piano Solo
(solopiano)
Piano Ensemble
(piano-ensemble)
Piano
Begeleiding
De songs in deze categorie zijn bedoeld om u een idee te geven van de
geavanceerde mogelijkheden van dit instrument.
In deze songs komen veel van de voices voor die beschikbaar zijn op het
instrument.
Deze songs kunt u gebruiken als u wilt experimenteren met de geavanceerde
functies van het instrument: song 9 voor eenvoudige songarrangementen, en
de songs 10 en 11 voor de functie Speelhulptechnologie.
Deze solostukken voor piano zijn ideaal als songlessen.
Een selectie van songs voor piano-ensembles die ook zeer geschikt zijn als
songlessen.
Deze songs zijn ideaal voor het oefenen van begeleidingspatronen.
Songs die zijn opgeslagen op een USB-flashgeheugen dat is aangesloten
op de NP-V80, of songs die zijn overgebracht vanaf een computer
(pagina's 28, 87).
OPMERKING
• Songs die u zelf hebt
opgenomen
(gebruikerssongs) of songs
die naar het instrument zijn
overgebracht vanaf een
computer kunt u op dezelfde
manier afspelen als interne
songs.
Gebruikershandleiding
26
Page 27
Luister naar de song.
De pijlvormige markeringen in de display, knipperen
in de maat met het ritme van de song of stijl.
3
Druk op de knop [START/STOP] om de geselecteerde song af
te spelen.
U kunt het afspelen altijd stoppen door opnieuw op de knop
[START/STOP] te drukken.
ForElise
012
Songs afspelen
OPMERKING
• In het Songbook op de cdrom vindt u muzieknotaties
voor de 30 interne songs.
De uitzonderingen zijn de
songs 1–11 en 30. De
muzieknotatie van songs
9–11 kunt u vinden in de
afzonderlijke datalijst.
Beknopte handleiding
Gebruikershandleiding
27
Page 28
Songs afspelen
USB flashgeheugen (Root)
Song-
bestand
Song-
bestand
Song-
bestand
Song-
bestand
Kan worden geselecteerd/
afgespeeld.
Kan niet worden geselecteerd/
afgespeeld.
Songs op een USB-flashgeheugen selecteren en afspelen (alleen NP-V80)
MIDI-songs die zijn opgeslagen op een USB-flashgeheugen dat is aangesloten op het instrument,
kunnen direct worden geselecteerd en afgespeeld.
Beknopte handleiding
U gaat op exact dezelfde manier te werk als bij het selecteren van interne
songs (pagina 26). Songs op een USB-flashgeheugen zijn genummerd vanaf
36. U hoeft dus alleen songnummer 36 of hoger te selecteren.
De displaytaal voor songtitels veranderen
Bestandsnamen die Japanse katakana-tekens bevatten, worden correct weergegeven
als de displaytaal van het instrument is ingesteld op Japans. Andere informatie dan
bestandsnamen wordt in het Engels in de display weergegeven, zelfs als Japans is
geselecteerd. Kanji-tekens kunnen niet worden weergegeven. U kunt de displaytaal
ook instellen met de functie Language (pagina 75).
OPMERKING
• Voorzorgsmaatregelen
tijdens het gebruik van de
[USB TO DEVICE]aansluiting (pagina 77)
BELANGRIJK
• Als u data wilt afspelen
die van een computer of
ander apparaat zijn
gekopieerd naar een USBflashgeheugen, moeten de
data zijn opgeslagen in de
hoofdmap van het USBflashgeheugen of in een
map van het eerste of
tweede niveau in de
hoofdmap. Data die zijn
opgeslagen in mappen van
het derde niveau binnen
een map van het tweede
niveau, kunnen niet door
dit instrument worden
geselecteerd en
afgespeeld.
Gebruikershandleiding
28
Page 29
Songs afspelen
REW
Druk op deze knop om
versneld terug te
spoelen naar een
eerder punt in de song.
FF
Druk op deze knop om
versneld vooruit te
spoelen naar een later
punt in de song.
PAU SE
Druk op deze knop om
een song tijdens het
afspelen te pauzeren.
Als deze indicator brandt, kunt u de
functies gebruiken die met de labels
boven de knoppen zijn aangegeven.
Songs achter elkaar spelen
Druk op de knop [DEMO/BGM] om de songs 001–008 achter elkaar af te spelen. Het afspelen wordt
continu herhaald, telkens opnieuw vanaf de eerste song (001). U kunt het afspelen altijd stoppen door
op de knop [DEMO/BGM] te drukken.
Het is ook mogelijk om op te geven dat u alle interne songs, alle songs die
vanaf een computer zijn overgebracht, of alle MIDI-songs op een USBflashgeheugen dat op het instrument is aangesloten, continu wilt afspelen
(pagina 69). Deze functie kunt u weer combineren met de functie voor
willekeurige afspeelvolgorde (pagina 69) om elke gewenste song met
de interne toongenerator van het instrument op de achtergrond (BGM)
OPMERKING
• Nadat u op de knop [DEMO/
BGM] hebt gedrukt, kunt u
een song selecteren met de
knop [+]. Met de knop [-]
kunt u naar het begin van de
geselecteerde song
teruggaan.
af te spelen.
Song snel vooruitspoelen, snel terugspoelen en onderbreken
Deze functies lijken op de knoppen van een cassettedeck of cd-speler, waarmee u een song snel vooruit
kunt spoelen [FF], terug kunt spoelen [REW] en kunt pauzeren [PAUSE].
OPMERKING
• Als het A-B-herhalingsbereik
is ingesteld, werken de
functies voor snel vooruit- en
terugspoelen alleen binnen
dat bereik.
Beknopte handleiding
Gebruikershandleiding
29
Page 30
Een song selecteren voor een les
Track 1 is gedoofd
Track 2 is gedoofd
Track 1 en 2 zijn gedoofd
Les voor de rechterhand
Les voor de linkerhand
Les voor beide handen
Referentie
Yamaha Education Suite
U kunt elke gewenste song selecteren en gebruiken voor een les met de linkerhand,
rechterhand of beide handen. Tijdens de les kunt u zo langzaam spelen als u wilt.
U kunt zelfs de verkeerde noten spelen. De song wordt vertraagd tot een tempo dat
u aan kunt. Het is nooit te laat om te leren!
De oefenmethoden:
Les 1 — WaitingLeer de juiste noten te spelen.
Les 2 — Your Tempo In deze les leert u de juiste noten te spelen met de juiste timing.
Les 3 — Minus One Leer de juiste noten met de juiste timing gelijk met de song te spelen.
Les 1 — Waiting
Bij deze les moet u proberen de juiste noten te spelen. Speel de noot die op de display wordt weergegeven.
De song wordt gepauzeerd tot u de juiste noot speelt.
Selecteer een song voor de les.
1
Selecteer een song uit de categorie Piano Solo (solopiano) of Piano Ensemble
(piano-ensemble). Selecteer voor dit voorbeeld '012 ForElise'.
Zet het afspelen uit van de partij die u wilt oefenen.
2
De presetsongs hebben aparte partijen voor de linker- en rechterhand.
U selecteert de partij voor de rechterhand met de knop [RIGHT](1) en die
voor de linkerhand met de knop [LEFT](2). U kunt de partijen voor linker- en
Referentie
rechterhand indien nodig aan- en uitzetten, zodat u de overeenkomstige partij
op het keyboard kunt oefenen (de partij die is uitgezet). U kunt beide partijen
oefenen wanneer de partij voor zowel de linker- als de rechterhand is
uitgeschakeld.
Als u op de partijknoppen drukt, wordt het afspelen beurtelings in- of
uitgeschakeld. Zet het afspelen uit van de partij die u wilt oefenen. Als u op één
van de knoppen drukt om het afspelen uit te zetten, wordt de indicator voor de
OPMERKING
• De songs 10 en 11 zijn
functiedemo's voor
speelhulp. De lesfunctie kan
niet worden gebruikt voor
deze songs.
• U kunt ook songs gebruiken
(alleen in de SMF-in
deling 0) die u hebt
overgebracht van de
computer en hebt
opgeslagen in het
flashgeheugen.
(pagina's 86–88)
•(alleen NP-V80) U kunt
ook songs op een
USB-flashgeheugen
gebruiken (alleen in de
SMF-indeling 0).
(pagina 28)
OPMERKING
• De partijen kunnen zelfs
tijdens het afspelen worden
aan- en uitgezet.
bijbehorende partij in de display uitgeschakeld en wordt het afspelen van die
partij gedempt.
(Als u voor het eerst een song selecteert, lichten de indicatoren voor de partijen
'1' en '2' op om aan te geven dat u beide partijen kunt afspelen.)
Gebruikershandleiding
30
ForElise
012
Page 31
Start les 1.
Keyboarddisplay
Notatie
In dit geval geeft
'r1'
aan dat
les 1 voor de rechterhand is
geselecteerd.
~~~~~~~~
~~~~~~
~~~~
~~
Excellent
Very Good
Good
OK
Als de lessong is afgelopen, wordt
gekeken hoe u het hebt gedaan. Er
zijn vier verschillende niveaus: OK,
Good, Very Good of Excellent.
'Excellent!' is het hoogst haalbare
niveau.
3
Druk op de knop [WAITING] om les 1 te starten.
Een song selecteren voor een les
Waiting
r1
Speel de noot die op de display wordt weergegeven. Als u de juiste noot speelt,
wordt de volgende noot aangegeven die u moet spelen. De song wordt stilgezet
tot u de juiste noot speelt.
Stop de lesmodus.
4
U kunt de lesmodus altijd stoppen door op de knop [START/STOP] te drukken.
U kunt de lesmodus ook stoppen door op de knop [WAITING] te drukken.
Uw vorderingen bijhouden
Nadat de beoordeling is weergegeven, begint de les weer vanaf het begin.
007
OPMERKING
•De beoordelingsfunctie
kunt u uitzetten via het item
FUNCTION Grade
(pagina 75).
Als u les 1 helemaal onder de knie hebt, kunt u doorgaan met les 2.
Gebruikershandleiding
Referentie
31
Page 32
Een song selecteren voor een les
Keyboarddisplay
Notatie
In dit geval geeft
'r2'
aan dat
les 2 voor de rechterhand is
geselecteerd.
Les 2 — Your Tempo
In deze les leert u de juiste noten te spelen met de juiste timing. Het tempo waarin de song wordt afgespeeld,
wordt aangepast aan het tempo waarin u speelt. De song wordt vertraagd als u fouten maakt, zodat u op uw eigen
snelheid kunt oefenen.
Selecteer de song en de partij die u wilt oefenen (stap 1 en 2 op
1
pagina 30).
Start les 2.
2
Druk op de knop [YOUR TEMPO] om Les 2 te starten.
YourTemp
r2
007
Speel de noot die op de display wordt weergegeven. Probeer de noten met de
juiste timing te spelen. Het tempo versnelt naarmate u de juiste noten met de
juiste timing leert spelen, totdat u uiteindelijk speelt in het oorspronkelijke
tempo van de song.
Referentie
Stop de lesmodus.
3
U kunt de lesmodus altijd stoppen door op de knop [START/STOP] te drukken.
U kunt de lesmodus ook stoppen door op de knop [YOUR TEMPO] te drukken.
Als u les 2 helemaal onder de knie hebt, kunt u doorgaan met les 3.
Gebruikershandleiding
32
Page 33
Een song selecteren voor een les
Keyboarddisplay
Notatie
In dit geval geeft 'r3' aan dat
les 3 voor de rechterhand is
geselecteerd.
Les 3 — Minus One
In deze les kunt u uw techniek perfectioneren.
De song speelt in een normaal tempo, maar zonder de partij die u wilt spelen. Speel mee terwijl u naar de
song luistert.
Selecteer de song en de partij die u wilt oefenen (stap 1 en 2 op
1
pagina 30).
Start les 3.
2
Druk op de knop [MINUS ONE] om les 3 te starten.
MinusOne
r3
007
Speel de noot die op de display wordt weergegeven.
Stop de lesmodus.
3
U kunt de lesmodus altijd stoppen door op de knop [START/STOP] te drukken.
U kunt de lesmodus ook stoppen door op de knop [MINUS ONE] te drukken.
Oefening baart kunst—Leren door herhaling
Gebruik deze functie om te beginnen kort voor een deel waar u een fout hebt gemaakt, om herhaaldelijk een deel
te oefenen dat u moeilijk vindt.
Druk tijdens een les op de knop [REPEAT & LEARN].
De song wordt vier maten teruggespoeld vanaf het punt waar u de knop hebt
ingedrukt en begint te spelen na één maat aftellen. De song wordt afgespeeld tot het
punt waarop u op de knop [REPEAT & LEARN] hebt gedrukt, waarna u vier maten
teruggaat en het afspelen na een inleidende maat wordt herhaald. Dit wordt herhaald
zodat u, als u een fout maakt, alleen op de knop [REPEAT & LEARN] hoeft te
drukken om dat gedeelte net zo lang te oefenen totdat u het onder de knie hebt.
Druk nogmaals op de knop om naar de normale lesmodus terug te gaan.
OPMERKING
• U kunt het aantal maten
instellen dat de functie
Repeat & Learn terugspringt
door tijdens het
herhaaldelijk afspelen op de
nummerknoppen [1]–[9] te
drukken.
Referentie
Gebruikershandleiding
33
Page 34
Piano spelen op een makkelijke manier
Splitpunt
Uw eigen melodie spelen
met de rechterhand.
Dit instrument heeft een voorziening voor speelhulptechnologie zodat u kunt
meespelen met een song en klinkt als een gevorderd pianist (ook als u vele fouten
maakt)! U kunt in principe elke willekeurige noot aanslaan en toch goed klinken!
U kunt dus toch genieten van muziek ook al kunt u geen piano spelen en geen noten
lezen. Het is nooit te laat om te leren!
De speelhulptechnologie bestaat uit twee selecteerbare typen. Selecteer het type dat u
het beste bevalt.
Chord........................ Wat of waar u ook speelt, het resultaat is een muzikaal en
harmonieus geluid. Dit type biedt u veel vrijheid, zodat u alles
kunt spelen met zowel uw linker- als uw rechterhand.
Chord/Free ...............Als u eenvoudige melodieën kunt spelen met uw rechterhand,
maar moeite hebt met de akkoorden voor uw linkerhand. Dit
type Chord heeft alleen betrekking op het linkerhandgedeelte
van het keyboard. U speelt eenvoudige akkoorden met uw
linkerhand ter ondersteuning van de melodie die u met uw
rechterhand speelt.
Referentie
Gebruikershandleiding
34
Page 35
Piano spelen op een makkelijke manier
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF]
om de functie aan of uit te zetten.
Selecteer CHORD
f
r
De speelhulptechnologie gebruiken
CHORD—Met beide handen spelen
Probeer de speelhulptechnologie met de presetsong 'Ave Maria'.
Selecteer een song.
1
Druk op de knop [SONG] zodat het nummer en de naam van de song worden
weergegeven. U kunt een andere song selecteren met de draaiknop of andere
selectieknoppen.
Selecteer voor dit voorbeeld eens de song '010 Ave Maria'.
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF].
2
Het bijbehorende lampje brandt wanneer de speelhulptechnologie actief is.
OPMERKING
• Een song selecteren en
beluisteren (pagina 26)
Selecteer het type CHORD.
3
PAT Type
CHORD
Druk op de knop [FUNCTION] en vervolgens net zo dikwijls op de knoppen
CATEGORY [ ] en [ ] als nodig is om het speelhulptechnologie-item
'PAT Type' te selecteren. 'PAT Type' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde type speelhulptechnologie wordt
weergegeven. Selecteer het type Chord met behulp van de draaiknop.
Referentie
1
Gebruikershandleiding
35
Page 36
Piano spelen op een makkelijke manier
NaVoor
Druk op de knop [START/STOP].
4
De song wordt afgespeeld.
Het basispatroon wordt herhaald. Luister naar vier maten en onthoud het
basispatroon. Vanaf de vijfde maat is het uw beurt om te spelen.
Speel op het keyboard.
5
Speel met beide handen de muziek uit het linkervoorbeeld mee met de
begeleiding. U kunt zelfs dezelfde toetsen telkens opnieuw spelen: C, E, G, C,
Referentie
E, G, C, E. De speelhulptechnologie zorgt ervoor dat de noten klinken zoals in
de muziek uit het rechtervoorbeeld. Zolang u blijft spelen, blijft de
speelhulptechnologie de noten die u speelt 'corrigeren'.
U kunt het afspelen van een song altijd stoppen door op de knop [START/
STOP] te drukken.
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF] om de functie
6
speelhulptechnologie uit te zetten.
OPMERKING
• U vindt de muzieknotatie
van Ave Maria in de
afzonderlijke datalijst.
Gebruikershandleiding
36
Page 37
Piano spelen op een makkelijke manier
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF]
om de functie aan of uit te zetten.
CHD/FREE selecteren
f
r
CHD/FREE—Het type Chord alleen op de linkerhand toepassen
Probeer vervolgens de Nocturne van Chopin te spelen.
Selecteer de song '011 Nocturne'.
1
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF] om de functie
2
speelhulptechnologie aan te zetten.
Het bijbehorende lampje brandt wanneer de speelhulptechnologie actief is.
Het type CHD/FREE.
3
PAT Type
PAT Type
OPMERKING
• Een song selecteren en
beluisteren (pagina 26)
CHD/FREE
CHORD
2
1
Druk op de knop [FUNCTION] en vervolgens net zo dikwijls op de knoppen
CATEGORY [ ] en [ ] als nodig is om het speelhulptechnologie-item 'PAT
Type' te selecteren. 'PAT Type' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde type speelhulptechnologie wordt
weergegeven. Selecteer het type CHD/FREE met de draaiknop.
Gebruikershandleiding
Referentie
37
Page 38
Piano spelen op een makkelijke manier
Druk op de knop [START/STOP].
4
De song wordt afgespeeld. Beluister de eerste acht maten en begin te spelen bij
de negende maat.
Speel op het keyboard.
5
Speel op de toetsen zoals in de afbeelding. Blijf F, A en C spelen met uw
linkerhand. U hoort de juiste noten terwijl de song wordt afgespeeld. Wanneer u
de partij voor de linkerhand beheerst, gaat u naar stap 2 op de volgende pagina
en probeert u de partij voor de rechterhand toe te voegen.
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF] om de functie
6
speelhulptechnologie uit te zetten.
OPMERKING
• U vindt de muzieknotatie
van de Nocturne in de
afzonderlijke datalijst.
Referentie
Gebruikershandleiding
38
Page 39
Probeer vervolgens een andere presetsong te spelen.
Zo te horen weet
u de juiste noten
te raken!
Het resultaat klinkt nog beter als
het ritme van uw linkerhand
overeenkomt met het ritme van
de akkoordenaanduiding in de
display.
Speel beurtelings met uw
linker- en rechterhand.
Speel tegelijkertijd met uw linkeren rechterhand—type 1.
Speel drie noten
tegelijkertijd met
uw rechterhand.
Speel tegelijkertijd met uw linkeren rechterhand—type 2.
Speel beurtelings met uw
linker- en rechterhand—type 3.
Speel drie noten
tegelijkertijd met
uw rechterhand.
Piano spelen op een makkelijke manier
U gaat op dezelfde manier te werk als in de stappen 1–3 voor het
1
afspelen van het Ave Maria (pagina 35). Selecteer een
willekeurige song.
Als u de speelhulptechnologie wilt gebruiken, moet u een song spelen die
akkoordgegevens bevat.
Selecteer een song die akkoordgegevens bevat. Raadpleeg hiervoor het
songoverzicht in de afzonderlijke datalijst.
Druk op de knop [START/STOP] om het afspelen van songs te
2
starten, en speel vervolgens wat u wilt aan de hand van de
OPMERKING
• Songs die van een
computer naar het
instrument zijn
overgebracht, kunnen
ook met de
speelhulptechnologie
worden gebruikt als deze de
vereiste akkoordgegevens
bevatten. Als een song de
benodigde gegevens bevat,
worden de akkoorden rechts
in de display weergegeven.
volgende beschrijving.
Probeer eerst het ritme van de song aan te voelen. Vervolgens speelt u op het keyboard beurtelings met
uw linker- en rechterhand (een willekeurige noot). Houd daarbij uw handen in de houding zoals
aangegeven op de afbeelding.
Hoe klinkt dat? Met de speelhulptechnologie krijgt u een goed resultaat, wat u ook speelt!
Probeer vervolgens eens te spelen zoals in de volgende drie voorbeelden. Verschillende speelwijzen
geven verschillende resultaten.
Als u de slag te pakken hebt, kunt u proberen met uw linkerhand de akkoorden en met uw rechterhand de
melodie of een andere combinatie te spelen.
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF] om de functie
3
speelhulptechnologie uit te zetten.
Gebruikershandleiding
Referentie
39
Page 40
Spelen met behulp van de muziekdatabase
Splitpunt
Als u muziek wilt spelen in uw favoriete stijl, maar niet weet hoe u de beste voice en
stijl voor het gewenste muziektype selecteert, selecteert u de juiste stijl uit de
muziekdatabase. De paneelinstellingen worden automatisch aangepast aan de ideale
combinatie van sounds en stijl!
Druk op de knop [MUSIC DATABASE].
1
Jude Hey
001
Er wordt een naam van een muziekdatabase in de display weergegeven.
Selecteer een muziekdatabase.
2
Raadpleeg het muziekdatabaseoverzicht in de afzonderlijke datalijst en gebruik
de draaiknop om een muziekdatabase te selecteren. Selecteer een
muziekdatabase die past bij de song die u wilt spelen.
Voor dit voorbeeld selecteert u '162 Patrol'.
Patrol
162
Referentie
Speel de akkoorden met uw linkerhand en de melodie met uw
3
rechterhand.
Wanneer u met uw linkerhand links van het splitpunt een akkoord aanslaat,
wordt het afspelen in jazzstijl gestart. Raadpleeg pagina 25 voor informatie over
het spelen van akkoorden.
Druk op de knop [START/STOP] om het afspelen te stoppen.
Gebruikershandleiding
40
Page 41
De stijl van een song wijzigen
Elke song heeft een standaardstijl, maar met de functie Easy Song Arranger kan een
song in elke willekeurige stijl worden uitgevoerd. U kunt een song die eigenlijk een
ballad is bijvoorbeeld dus afspelen als bossa nova, hiphop, enzovoort. U verkrijgt
totaal andere arrangementen door de stijl van een song te wijzigen.
Als u een song volledig wilt veranderen, kunt u ook de melodievoice van een song en
de keyboardvoice wijzigen.
De demosong van Easy Song Arranger beluisteren
Het 'Hallelujah Chorus' in de presetsongs geeft een indruk van de Easy Song Arranger. Speel dit af.
Druk op de knop [SONG] en selecteer '009 Hallelujah Chorus' met de draaiknop.
Druk op de knop [START/STOP] om dit af te spelen.
Halleluj
009
Tijdens het afspelen van de song ziet u alleen de stijlwijzigingen, terwijl de song
hetzelfde blijft.
U kunt de functie Easy Song Arranger ook gebruiken bij andere songs (alle songs die
akkoorddata bevatten).
De Easy Song Arranger gebruiken
Probeer van stijl te wisselen terwijl de song wordt afgespeeld.
Druk op de knop [EASY SONG ARRANGER].
1
De indicator licht op als de functie Easy Song Arranger is ingeschakeld.
Selecteer een song.
2
Druk op de knop [SONG] en selecteer de song die u wilt arrangeren. Selecteer
de songs die de benodigde akkoordgegevens bevatten. Raadpleeg hiervoor het
songoverzicht in de afzonderlijke datalijst.
OPMERKING
• U vindt de volledige
muzieknotatie van het
'Hallelujah Chorus' in de
afzonderlijke datalijst.
Referentie
Gebruikershandleiding
41
Page 42
De stijl van een song wijzigen
Beluister de song.
3
Druk op de knop [START/STOP] om de song af te spelen. Ga verder met de
volgende stap terwijl de song wordt afgespeeld.
Selecteer een stijl.
4
Druk op de knop [STYLE] en draai vervolgens aan de draaiknop om te horen
hoe de song klinkt met verschillende stijlen. Wanneer u de diverse stijlen
selecteert, verandert u alleen de stijl. De song verandert niet.
U kunt ook op de knop [MAIN/AUTO FILL] drukken om de hoofdsectie van de
stijl te wijzigen.
De melodievoice wijzigen
U kunt de melodie van een song wijzigen terwijl de Easy Song Arranger is
ingeschakeld.
Druk eenmaal op de knop [VOICE] om de naam van de huidige
melodievoice weer te geven. Gebruik de draaiknop om een andere voice te
selecteren en houd vervolgens de knop [VOICE] langer dan een seconde
ingedrukt. In de display verschijnt enkele seconden lang de tekst 'SONG
MELODY VOICE'. Deze tekst geeft aan dat de zojuist geselecteerde voice
Referentie
de oorspronkelijke melodievoice van de song heeft vervangen.
OPMERKING
• Tijdens het afspelen van de
songs met de nummers 010
en 021 tot en met 030
worden melodietracks bij
gebruik van Easy Song
Arranger automatisch
gedempt zodat u de
melodie niet hoort. Als u de
melodietracks wilt horen,
drukt u op de trackknoppen
[3] t/m [5].
OPMERKING
• De Easy Song Arranger maakt
gebruik van songdata.
Hierdoor kunt u geen
akkoorden aangeven
wanneer u op het
begeleidingsgedeelte van het
keyboard speelt. De knop
[ACMP ON/OFF] werkt niet.
• Als de maatsoort van de song
en de stijl verschillen, wordt
de maatsoort van de song
gebruikt.
Druk op de knop [EASY SONG ARRANGER] om de functie
5
uit te zetten.
Als de song of stijl wordt afgespeeld, stopt u het afspelen en schakelt
u vervolgens de Easy Song Arranger uit.
De indicator gaat uit.
Gebruikershandleiding
42
Page 43
Uw eigen spel opnemen
LET OP
De lege gebruikerssong met het laagste
nummer (songnummers 031–035) die
beschikbaar is voor opname, wordt
weergegeven. Als u zelf wilt selecteren
welke song moet worden opgenomen,
gebruikt u de knoppen [+] en [-] om de
gewenste song te selecteren.
Knippert
Track 1 wordt automatisch
geselecteerd
Knippert
LET OP
U kunt maximaal 5 songs met uw eigen spel opnemen en opslaan als gebruikerssongs
031 tot en met 035. U kunt de opgenomen song afspelen op het instrument.
Opnemen
Druk op de knop [REC].
1
User 1
031
001
• Als alle gebruikerssongs
(songnummers 031-035)
opgenomen data bevatten,
wordt automatisch song 031
geselecteerd. In dat geval
neemt u op over de data van
song 031 heen. Let dus op
dat u geen materiaal wist
dat u wilt behouden!
OPMERKING
• Nadat de knop [REC] is
ingedrukt, kunt u de
begeleiding niet meer
aan- of uitzetten.
U kunt de opnamemodus uitzetten door opnieuw op de knop [REC] te drukken
(Track 1 houdt op met knipperen).
Start de opname.
2
Zodra u het keyboard bespeelt, wordt de opname gestart.
Stop de opname.
3
Als u op de knop [START/STOP] drukt, stopt de opname en worden de data
naar de gebruikerssong geschreven. (Het bericht 'Writing!' wordt weergegeven.)
Druk op de knop [START/STOP] om het zojuist opgenomen spel af te spelen.
OPMERKING
• Nadat u de gebruikerssong
die u wilt opnemen hebt
geselecteerd, kunt u ook
een stijl voor opname
selecteren. Druk hiervoor op
de knop [STYLE] en
selecteer het stijlnummer
terwijl de ACMP-aanduiding
aan staat.
• Probeer nooit het
instrument uit te zetten
als het bericht 'Writing!'
op de display te zien is.
Als u dit doet, kunt u
het flashgeheugen
beschadigen en kunnen
data verloren gaan.
Gebruikershandleiding
Referentie
43
Page 44
Uw eigen spel opnemen
Melodie
Akkoord
Track(s) opgeven
en opname starten
Tr ac k1Tr ac k2Tr ac k3Tr ac k4Tr ac k5Stijl-
track
Selecteer een songnummer van 031
tot en met 035 met de draaiknop.
LET OP
rEC
User 1
001
Track 1 en Stijltrack
knipperen
Indrukken en
ingedrukt houden
Opnemen op een opgegeven track
Opnamedata
U kunt in totaal 6 tracks opnemen: 5 melodietracks en 1 stijltrack (akkoorden).
Iedere track kan afzonderlijk worden opgenomen.
Melodietrack [1]–[5] ................ Neemt de melodiepartijen op.
Stijltrack [A] ............................Neemt de akkoordenpartij op.
Track dempen
Met dit instrument kunt u kiezen of opgenomen tracks worden afgespeeld
terwijl u andere tracks opneemt of afspeelt (pagina 71).
OPMERKING
• Als u alleen de
melodietracks opneemt,
kunt u een maximum van
ongeveer 10.000 noten
opnemen voor de vijf
gebruikerssongs. Als u
alleen de stijltrack opneemt,
kunt u een maximum
van ongeveer 5.500
akkoordenwisselingen
opnemen voor de vijf
gebruikerssongs.
Druk op de knop [SONG] en selecteer met de draaiknop het
1
nummer voor de gebruikerssong (031–035) waarop u wilt
opnemen.
Referentie
User 1
031
Selecteer de track(s) waarop u wilt opnemen en bevestig uw
2
selectie op de display.
Een melodietrack en begeleidingstrack tegelijk opnemen
Druk op de knoppen [1]–[5] van de melodietrack waarop u wilt opnemen terwijl
u de knop [REC] ingedrukt houdt.
Houd vervolgens de knop [REC] ingedrukt terwijl u op [A] drukt.
De geselecteerde tracks knipperen in de display.
• Als u opneemt op een track
waarop al opnamedata
waren opgeslagen, worden
de aanwezige data
overschreven en gaan deze
verloren.
OPMERKING
• Als u de stijltrack [A]
selecteert voor opname,
wordt stijlbegeleiding
automatisch aangezet.
• Tijdens de opname kunt u
stijlbegeleiding niet aan- of
uitzetten.
44
Gebruikershandleiding
Page 45
Een melodietrack opnemen
rEC
User 1
001
Track 1 knippert
003
rEC
User 1
Huidige maat
Opnemen
begint
of
Druk op de knoppen [1]–[5] van de melodietrack waarop u wilt opnemen terwijl
u de knop [REC] ingedrukt houdt.
De geselecteerde track knippert in de display.
Als u de opname op een geselecteerde track wilt annuleren, drukt u nogmaals op
die trackknop.
De opname wordt gestart wanneer u begint te spelen.
3
U kunt het opnemen ook starten door op de knop [START/STOP] te drukken.
Het huidige maatnummer wordt tijdens het opnemen aangegeven in de display.
Druk op de knop [START/STOP] of [REC] als u de opname wilt
4
stoppen.
Uw eigen spel opnemen
OPMERKING
• Als stijlbegeleiding actief is
en track [A] nog niet is
opgenomen, wordt stijltrack
[A] automatisch
geselecteerd voor opname
wanneer u een melodietrack
selecteert. Zorg ervoor dat
stijltrack [A] uit staat als u
alleen een melodietrack wilt
opnemen.
OPMERKING
• Als het geheugen tijdens de
opname vol raakt, verschijnt
een waarschuwing en wordt
de opname automatisch
gestopt. Gebruik de song- of
trackwisfunctie (pagina 47)
om ongewenste data te
verwijderen en ruimte vrij te
maken voor opnamen.
Begin vervolgens opnieuw
met opnemen.
OPMERKING
• Als u alleen het
ritmegedeelte (percussie)
wilt opnemen, drukt u op de
knop [START/STOP] om
alleen het ritme af te spelen
en voegt u vervolgens de
sectiewijziging toe door op
de knop [INTO/ENDING/rit.]
of de knop [MAIN/AUTO/
FILL] te drukken.
Referentie
Zodra de opname is gestopt, keert u terug naar maat 001 en lichten de nummers
van opgenomen tracks in de display op.
Gebruikershandleiding
45
Page 46
Uw eigen spel opnemen
Andere tracks opnemen
Herhaal stap 2 tot en met 4 om op te nemen op de overige tracks.
Selecteer een lege track (trackknoppen [1]–[5], [A]) om de nieuwe track
op te nemen terwijl u luistert naar reeds opgenomen tracks (de tracks die
worden afgespeeld verschijnen op de display). U kunt reeds opgenomen
tracks ook dempen terwijl u nieuwe tracks opneemt (de uitgeschakelde
tracks verschijnen niet op de display).
Een track opnieuw opnemen
Selecteer de track die u opnieuw wilt opnemen en neem deze vervolgens op
de gebruikelijke manier op.
De voorgaande data worden overschreven door het nieuwe materiaal.
Als u klaar bent met de opname…
5
Druk op de knop [START/STOP] om het zojuist opgenomen spel af te spelen.
Een gebruikerssong afspelen
Gebruikerssongs worden op dezelfde manier afgespeeld als gewone songs
(pagina 26).
1 Druk op de knop [SONG].
2 Het nummer/de naam van de huidige song worden weergegeven. Selecteer
met de draaiknop de gebruikerssong (031–035) die u wilt afspelen.
3 Druk op de knop [START/STOP] om het afspelen te starten.
Referentie
Databeperkingen voor opnamen
• De splitvoice kan niet worden opgenomen.
• De volgende instellingen worden opgenomen aan het begin van een track.
Wijzigingen tijdens de song worden niet opgenomen.
reverb type, chorus type, time signature, style number, style volume,
tempo
Gebruikershandleiding
46
Page 47
Song wissen—Gebruikerssongs verwijderen
Indrukken en
ingedrukt houden.
Langer dan een
seconde ingedrukt
houden.
Langer dan een seconde ingedrukt houden.
Uw eigen spel opnemen
Met deze functie wist u een hele gebruikerssong (alle tracks).
Druk op de knop [SONG] en selecteer de gebruikerssong
1
(031–035) die u wilt wissen.
Houd de trackknop [1] langer dan een seconde ingedrukt terwijl
2
u de trackknop [A] ingedrukt houdt.
U wordt gevraagd het wissen te bevestigen.
ClrUser1
YES
Druk op de knop [+/YES].
3
U wordt gevraagd het wissen te bevestigen.
U kunt het verwijderen annuleren door op de knop [-/NO] te drukken.
Druk op de knop [+/YES] om de song te wissen.
4
Terwijl de song wordt gewist, verschijnt kort een mededeling op de display dat
de songwisfunctie wordt uitgevoerd.
OPMERKING
• Als u alleen een bepaalde
track van een
gebruikerssong wilt wissen,
gebruikt u de
trackwisfunctie.
Track wissen—Een bepaalde track uit een gebruikerssong verwijderen
Met deze functie kunt u een bepaalde track van een gebruikerssong verwijderen.
Druk op de knop [SONG] en selecteer de gebruikerssong
1
(031–035) die u wilt wissen.
Houd de trackknop ([1]–[5], [A]) die overeenkomt met de track
2
die u wilt wissen langer dan een seconde ingedrukt.
U wordt gevraagd het wissen te bevestigen.
ClrTr1
YES
Druk op de knop [+/YES].
3
U wordt gevraagd het wissen te bevestigen.
U kunt het verwijderen annuleren door op de knop [-/NO] te drukken.
Druk op de knop [+/YES] om de track te wissen.
4
Terwijl de track wordt gewist, verschijnt kort het bericht op de display dat de
Track Clear-functie wordt uitgevoerd.
Referentie
Gebruikershandleiding
47
Page 48
Uw favoriete paneelinstellingen opslaan in het geheugen
U kunt maximaal 32
presets opslaan (acht
banken van elk vier).
Geheugen 1 Geheugen 2
8 banken
Geheugen 3 Geheugen 4
Banknummer
LET OP
LET OP
Dit instrument is uitgerust met een registratiegeheugenfunctie waarmee u uw favoriete
instellingen kunt opslaan. U kunt die daarna gemakkelijk opnieuw oproepen als u ze
nodig hebt. U kunt maximaal 32 complete set-ups opslaan (8 banken van telkens vier
set-ups).
In het registratiegeheugen opslaan
Stel de paneelregelaars naar wens in, selecteer een voice,
1
begeleidingsstijl enz.
Druk op de knop [MEMORY/BANK]. Als u de knop loslaat, wordt
2
in de display een banknummer weergegeven.
Bank
1
Referentie
Selecteer met de draaiknop of de nummerknoppen [1]–[8] een
3
banknummer tussen 1 en 8.
Druk op een van de knoppen REGIST MEMORY [1] tot [4] terwijl
4
u de knop [MEMORY/BANK] ingedrukt houdt om de huidige
paneelinstellingen op te slaan in het opgegeven
registratiegeheugen.
Writing!
OPMERKING
• Data kunnen niet tijdens het
afspelen van een song in het
registratiegeheugen worden
opgeslagen.
• Als u een registratiegeheugennummer
selecteert waarin al data zijn
opgeslagen, worden de
bestaande data gewist en
door de nieuwe data
overschreven.
• Schakel het apparaat niet uit
terwijl er instellingen in het
registratiegeheugen worden
opgeslagen. Anders kunnen
de data beschadigd raken of
verloren gaan.
Gebruikershandleiding
48
Page 49
Uw favoriete paneelinstellingen opslaan in het geheugen
Banknummer
Een registratiegeheugen terugzetten
Druk op de knop [MEMORY/BANK]. Als u de knop loslaat, wordt
1
in de display een banknummer weergegeven.
Bank
1
Selecteer met de draaiknop of de nummerknoppen [1]–[8] de
2
bank die u wilt terugzetten.
Druk op een van de knoppen REGIST MEMORY [1] tot [4], waarin
3
zich de instellingen bevinden die u wilt terugzetten. In de display
wordt enkele seconden het nummer van het teruggezette
REGIST MEMORY weergegeven. De paneelregelaars worden
onmiddellijk overeenkomstig ingesteld.
REGIST 1
1
Instellingen die kunnen worden opgeslagen in het registratiegeheugen
Stijlinstellingen*
Stijlnummer, automatische begeleiding ON/OFF, splitpunt, stijlinstellingen (Main A/B), Stijlvolume, Tempo
Voice-instellingen
Instelling voor hoofdvoice
Instellingen voor dualvoice
Instellingen voor splitvoice
Van de volgende instellingen wordt altijd een back-up gemaakt; deze worden zelfs behouden wanneer de
stroom uitvalt.
Als u deze instellingen wilt initialiseren, gebruikt u de initialiseringsbewerking 'Backup Clear' die hieronder
wordt beschreven.
• Functie-instellingen: Tuning, Split Point, Touch Sensitivity, Style Volume,
Song Volume, Metronome Volume, Grade, Demo
Group, Demo Play, Demo Cancel, Master EQ type
Initialisatie
Met deze functie wist u alle back-updata in het flashgeheugen van het instrument. De oorspronkelijke
standaardinstellingen worden hersteld. U kunt de volgende initialisatieprocedures gebruiken.
OPMERKING
• U kunt de instellingen als
back-updata op uw
computer opslaan met
behulp van de MSDsoftware (Musicsoft
Downloader). Zie 'Een backupbestand van het
instrument overbrengen
naar een computer' op
pagina 88.
Back-up wissen
Als u data wilt wissen die als back-up in het interne flashgeheugen zijn geplaatst
(zoals hierboven beschreven), zet u het instrument aan met de schakelaar
[](Standby/On) terwijl u de hoogste witte toets op het keyboard ingedrukt houdt.
De back-updata worden gewist en de standaardwaarden worden hersteld.
Referentie
Met 'Backup Clear' wist u geen bestanden die van de computer zijn overgebracht.
Raadpleeg de volgende sectie, 'Bestanden verwijderen', als u de bestanden wilt
verwijderen.
Bestanden verwijderen
Als u songgegevens en stijlbestanden wilt wissen die vanaf een computer zijn
overgebracht naar het interne flashgeheugen, zet u het instrument aan door op de
schakelaar [](Standby/On) te drukken terwijl u de hoogste witte toets en de drie
hoogste zwarte toetsen ingedrukt houdt.
• Als u de bewerking
Flashgeheugen wissen
uitvoert, worden ook data
gewist die u hebt gekocht.
Data die u wilt behouden,
moet u opslaan op een
computer.
Gebruikershandleiding
50
Page 51
Handige speelfuncties
f
Het geselecteerde
reverbt ype
f
Het momenteel geselecteerde chorustype
Reverb toevoegen
Met reverb kunt u de rijke ambiance van een concertzaal
nabootsen. Als u een stijl of song selecteert, wordt
automatisch het optimale reverbtype voor de gebruikte
voice geselecteerd. Volg de hieronder beschreven
procedure als u een ander reverbtype wilt selecteren.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om 'Reverb' te selecteren.
'Reverb' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde reverbtype
wordt weergegeven.
Reverb
Chorus toevoegen
Het choruseffect creëert een vol geluid dat lijkt op een
groot aantal van dezelfde voices die in unisono worden
gespeeld. Wanneer u een stijl of een song selecteert, wordt
het optimale chorustype voor de gebruikte voice
automatisch geselecteerd. Als u een ander chorustype wilt
selecteren, moet u op de volgende manier te werk gaan.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om 'Chorus' te selecteren.
'Chorus' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde chorustype
wordt weergegeven.
Chorus
Hall2
02
Selecteer een reverbtype met de draaiknop.
3
Controleer hoe het geselecteerde reverbtype klinkt
door op het keyboard te spelen.
Zie het Effecttypeoverzicht in de afzonderlijke
datalijst voor informatie over de beschikbare
reverbtypen.
Het reverbzendniveau aanpassen
U kunt de hoeveelheid reverb voor de
hoofdvoice, de dualvoice en de splitvoice
afzonderlijk aanpassen. (Zie pagina 74).
Chorus1
1
Selecteer een chorustype met de
3
draaiknop.
Controleer hoe het geselecteerde chorustype klinkt
door op het keyboard te spelen.
Zie het Effecttypeoverzicht in de afzonderlijke
datalijst voor informatie over de beschikbare
chorustypen.
Het choruszendniveau aanpassen
U kunt de hoeveelheid chorus voor de
hoofdvoice, de dualvoice en de splitvoice
afzonderlijk aanpassen. (Zie pagina 74).
Gebruikershandleiding
Referentie
51
Page 52
Handige speelfuncties
Referentie
Panel Sustain
Met deze functie voegt u sustain toe aan de
keyboardvoices. Gebruik deze functie wanneer u altijd
sustain aan de voices wilt toevoegen, ongeacht de
bediening van de voetschakelaar. De sustainfunctie heeft
geen invloed op de splitvoice.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om 'Sustain' te selecteren.
Op de display verschijnt de huidige instelling.
Sustain
oFF
Gebruik de draaiknop om paneelsustain in-
3
of uit te schakelen.
Panel Sustain wordt toegevoegd aan de noten die u op
het keyboard speelt terwijl Panel Sustain actief is.
Selecteer 'oFF' om de functie uit te zetten.
OPMERKING
• Het is mogelijk dat de sustain van sommige voices niet
duidelijk wordt beïnvloed wanneer de panel sustainfunctie ingeschakeld is.
Toonhoogteregelaars
(Transponeren)
De algemene toonhoogte van het instrument kan met
maximaal 1 octaaf omhoog of omlaag worden verschoven,
in eenheden van een halve toon.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY []
2
en [] om het item Transpose te
selecteren.
Transpos
00
Stel met de draaiknop de
3
transponeerwaarde tussen -12 en +12 in, al
naar gelang de behoefte.
OPMERKING
• De toonhoogte van drumkitvoices kan niet worden
veranderd.
Gebruikershandleiding
52
Page 53
Handige speelfuncties
f
Langer dan een
seconde ingedrukt
houden.
Aantal tellen per maat
f
De lengte van één tel
Toonhoogteregelaars (Stemmen)
De algemene stemming van het instrument kan met
maximaal 100 cents omhoog of omlaag worden
verschoven, in eenheden van een cent
(100 cent = 1 halve toon).
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om het item Tuning te selecteren.
Tuning
000
Stel met de draaiknop de stemmingswaarde
3
tussen -100 en +100 in, al naar gelang de
behoefte.
OPMERKING
• De toonhoogte van drumkitvoices kan niet worden
veranderd.
De maatsoort van de metronoom
instellen
In dit voorbeeld wordt de maatsoort ingesteld op 5/8.
Houd de knop [METRONOME ON/OFF]
1
langer dan een seconde ingedrukt om
de aantal-tellen-per-maatfunctie
'TimesigN' in te stellen.
TimesigN
04
Selecteer het aantal tellen in de maat met
2
de draaiknop.
Op de eerste tel van elke maat klinkt een bel en op
elke andere tel van de maat een tik. Als u deze
parameter op '00' zet, hoort u bij elke tel een tikgeluid
en klinkt er geen bel aan het begin van elke maat.
Het bereik ligt tussen 0 en 60. Selecteer 5 voor dit
voorbeeld.
OPMERKING
• De maatsoort van de metronoom wordt gesynchroniseerd met een stijl of song die wordt afgespeeld,
daarom kunnen deze parameters niet worden gewijzigd
tijdens het afspelen van een song of stijl.
Druk net zo vaak op de knoppen
3
CATEGORY [] en [] als nodig is om de
tellengtefunctie 'TimesigD' te selecteren.
De momenteel geselecteerde tellengte wordt
weergegeven.
TimesigD
04
Selecteer de tellengte met de draaiknop.
4
Selecteer de gewenste lengte voor elke tel: 2, 4, 8 of
16 (halve noot, kwartnoot, achtste noot of 16e noot).
Selecteer 8 voor dit voorbeeld.
Gebruikershandleiding
Referentie
53
Page 54
Handige speelfuncties
Metronoomvolume
Het metronoomvolume
aanpassen
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om het item 'Metronome Volume' te
selecteren.
MtrVol
100
Pitchbend
Met het pitchbendwiel kunt u zachte variaties van de
toonhoogte toevoegen aan de noten die u op het keyboard
speelt. Rol het wiel naar boven als u de toonhoogte wilt
verhogen of naar beneden als u de toonhoogte wilt
verlagen. U kunt de hoeveelheid pitchbend die door het
wiel wordt geproduceerd, veranderen op de manier die
beschreven staat op pagina 74.
Referentie
Stel het gewenste metronoomvolume in
3
met behulp van de draaiknop.
One Touch Setting
Het kan soms lastig zijn om de juiste voice te selecteren
bij een song of stijl. De functie One Touch Setting
selecteert automatisch een goed uitgebalanceerde voice
voor u wanneer u een stijl of song selecteert. Selecteer
voicenummer '000' om deze functie aan te zetten.
Gebruikershandleiding
54
Page 55
Handige speelfuncties
f
Het op dat moment
geselecteerde master-EQ-type.
Een EQ-instelling selecteren voor
het beste geluid
Er zijn vijf verschillende masterequalizer-instellingen
(EQ) beschikbaar, die u het best mogelijke geluid laten
horen wanneer u met verschillende reproductiesystemen
luistert - de interne luidsprekers, de hoofdtelefoon of een
extern luidsprekersysteem.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Op de display verschijnt de momenteel geselecteerde
functie.
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is om de
master-EQ-typefunctie 'MasterEQ' te
selecteren.
'MasterEQ' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde EQ-type
wordt weergegeven.
Instelling van de automatische
uitschakelfunctie
De automatische uitschakelfunctie zet het instrument
automatisch uit als het gedurende bepaalde tijd niet wordt
gebruikt. Hoeveel tijd er moet verstrijken voordat het
instrument wordt uitgezet, kan met stappen van 5 minuten
worden ingesteld op een tijd van 5 tot 30 minuten.
Zet de stroom uit en houd vervolgens
1
de [ ](Standby/On)-schakelaar
ingedrukt tot 'AutoOff' in de display
wordt weergegeven.
AutoOff
oFF
Selecteer het gewenste interval voor de
2
automatische uitschakelfunctie (05–30)
met de draaiknop. Selecteer 'Off' als u
de automatische uitschakelfunctie wilt
uitschakelen.
MasterEQ
Speakerl
1
Selecteer de gewenste master-EQ-instelling
3
met de draaiknop.
U kunt kiezen uit vijf instellingen: 1–5. Instellingen 1
en 2 zijn het best geschikt om te beluisteren via de in
het instrument ingebouwde luidsprekers, instelling 3
is voor een hoofdtelefoon en instellingen 4 en 5 zijn
ideaal om via externe luidsprekers te luisteren.
Gebruikershandleiding
Referentie
55
Page 56
Voice-instellingen
f
Voices bewerken
Maak originele voices door de vele beschikbare
voiceparameters te bewerken. Door de diverse beschikbare
parameters te bewerken, kunt u nieuwe voices maken die
aan uw muzikale behoeften voldoen.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
De momenteel geselecteerde functie wordt in de
display weergegeven.
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is
om het item te selecteren dat u wilt
bewerken.
U kunt de voice-instelling (Volume, Octave, Pan,
Reverb Level, Chorus Level) die op de hoofd-, dualen splitvoices wordt toegepast, afzonderlijk
aanpassen. Raadpleeg de functies op pagina 74 voor
details.
CategoryInstellingDisplay
M.Volume
M.Octave
M.Pan
M.Reverb
M.Chorus
D.Voice
D.Volume
D.Octave
D.Pan
D.Reverb
D.Chorus
S.Voice
S.Volume
S.Octave
S.Pan
S.Reverb
S.Chorus
Main
Voi ce
Dual
Voi ce
Split
Voi ce
Vol um e
Octave
Pan
Reverb Level
Chorus Level
Voi ce
Vol um e
Octave
Pan
Reverb Level
Chorus Level
Voi ce
Vol um e
Octave
Pan
Reverb Level
Chorus Level
Bereik/
Instellingen
000–127
-2–+2
000 (links)–
64 (midden)–
127 (rechts)
000–127
000–127
000–500 (NP-V80)
000–489 (NP-V60)
000–127
-2–+2
000 (links)–
64 (midden)–
127 (rechts)
000–127
000–127
000–500 (NP-V80)
000–489 (NP-V60)
000–127
-2–+2
000 (links)–
64 (midden)–
127 (rechts)
000–127
000–127
Referentie
M.Volume
064
Stel de waarde in met de draaiknop.
3
Bewerkte parameters kunt u in het
registratiegeheugen opslaan (pagina 48). Als u een
andere keyboardvoice selecteert, worden de
parameters hersteld en worden automatisch de ideale
instellingen voor de geselecteerde voice gekozen.
Gebruikershandleiding
56
Page 57
Voice-instellingen
De geselecteerde
dualvoice
De geselecteerde
splitvoice
Een dualvoice selecteren
Houd de knop [DUAL ON/OFF] langer
1
dan een seconde ingedrukt.
Enkele seconden wordt 'D.Voice' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde dualvoice
wordt weergegeven.
D.Voice
Marimba
121
Selecteer de gewenste dualvoice met de
2
draaiknop.
Een splitvoice selecteren
Houd de knop [SPLIT ON/OFF] langer
1
dan een seconde ingedrukt.
Enkele seconden wordt 'S.Voice' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde splitvoice
wordt weergegeven.
S.Voice
FngrBass
047
Selecteer de gewenste splitvoice met de
2
draaiknop.
Gebruikershandleiding
Referentie
57
Page 58
Voice-instellingen
f
Aanslaggevoeligheid
Pictogram voor
aanslagrespons
Aanslaggevoeligheid
Langer dan
een seconde
ingedrukt
houden.
Referentie
Aanslaggevoeligheid (NP-V80)
U kunt de gevoeligheid van het keyboard in vier stappen
aan de dynamische processor aanpassen.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
De momenteel geselecteerde functie wordt in de
display weergegeven.
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is om het
aanraakgevoeligheidsitem 'TouchSns' te
selecteren.
'TouchSns' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
aanslaggevoeligheid wordt weergegeven.
TouchSns
Aanslaggevoeligheid (NP-V60)
Als aanslagrespons is ingeschakeld, kunt u de
gevoeligheid van het keyboard voor dynamiek in drie
stappen aanpassen.
Druk op de knop [TOUCH ON/OFF] om
1
aanslagrespons aan te zetten.
Met de knop [TOUCH ON/OFF] kunt u de
aanslagrespons in- en uitschakelen.
Als de aanslagrespons is ingeschakeld, wordt het
pictogram voor de aanslagrespons in de display
weergegeven.
Als de aanslagrespons is uitgeschakeld, worden alle
noten even hard afgespeeld, ongeacht hoe hard of
zacht u de toetsen aanslaat.
Houd de knop [TOUCH ON/OFF] langer dan
2
een seconde ingedrukt zodat het item
Aanslaggevoeligheid verschijnt.
'TouchSns' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
aanslaggevoeligheid wordt weergegeven.
TouchSns
58
Medium
2
Gebruik de draaiknop in respons
3
op de toetsaanslag om een
aanraakgevoeligheidsinstelling
tussen 1 en 4 te selecteren.
Hogere waarden geven een grotere volumevariatie als
reactie op de toetsaanslag. Met andere woorden: een
grotere gevoeligheid. Als de aanslaggevoeligheid is
ingesteld op 4 (Uit), worden alle noten even hard
afgespeeld, ongeacht hoe hard of zacht u de toetsen
aanslaat.
OPMERKING
• De aanslaggevoeligheid staat aanvankelijk standaard
op '2' ingesteld.
Gebruikershandleiding
Medium
2
Gebruik de draaiknop in respons
3
op de toetsaanslag om een
aanraakgevoeligheidsinstelling
tussen 1 en 3 te selecteren.
Hogere waarden geven een grotere (eenvoudigere)
volumevariatie als reactie op de toetsaanslag. Met
andere woorden: een grotere gevoeligheid.
OPMERKING
• De aanslaggevoeligheid staat aanvankelijk standaard
op '2' ingesteld.
Page 59
Harmony
Wanneer de harmonie
ingeschakeld is, staat het
pictogram van de
harmonie op de display.
Het momenteel
geselecteerde harmonietype
Langer dan
een seconde
ingedrukt
houden.
De harmonietypen afspelen
• Harmonietype 01 tot 05
Druk op de rechterhandtoetsen terwijl u akkoorden
speelt in het automatische begeleidingsgedeelte van
het keyboard als de automatische begeleiding is
ingeschakeld (pagina 23).
• Harmonietype 06 tot 12 (Triller)
Houd twee toetsen ingedrukt.
• Harmonietype 13 tot 19 (Tremolo)
Blijf de toetsen ingedrukt houden.
• Harmonietype 20 tot 26 (Echo)
Blijf de toetsen ingedrukt houden.
Deze functie voegt harmonienoten aan de hoofdvoice toe.
Voice-instellingen
Druk op de knop [HARMONY ON/OFF]
1
om de harmoniefunctie aan te zetten.
Druk nog eens op de knop [HARMONY ON/OFF]
om de harmoniefunctie uit te zetten.
Als u op de knop [HARMONY ON/OFF] drukt om
deze functie aan te zetten, wordt automatisch het
juiste harmonietype voor de huidige hoofdvoice
geselecteerd.
Houd de knop [HARMONY ON/OFF] langer
2
dan een seconde ingedrukt zodat het item
Harmonietype verschijnt.
'HarmType' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde harmonietype
wordt weergegeven. Selecteer een ander
harmonietype met de draaiknop.
Selecteer een harmonietype met
3
de draaiknop.
Zie het Effecttypeoverzicht in de afzonderlijke
datalijst voor informatie over de beschikbare
harmonietypen. Probeer het keyboard te bespelen met
de harmoniefunctie. Het effect en de werking van elk
harmonietype is verschillend. Zie het onderstaande
gedeelte 'De harmonietypen afspelen' en het
Effecttypeoverzicht voor details.
OPMERKING
• De harmonienoten kunnen alleen aan de hoofdvoice
worden toegevoegd, en niet aan dual- of splitvoices.
• De toetsen links van het splitpunt van het keyboard
produceren geen harmonienoten als de automatische
begeleiding is aangezet (als ACMP ON wordt
weergegeven).
HarmType
Trio
02
Bij de functie-instellingen kunt u het harmonievolume
aanpassen (pagina 75).
Gebruikershandleiding
Referentie
59
Page 60
Arpeggio-instellingen (alleen NP-V80)
De momenteel geselecteerde
arpeggiosnelheid.
f
De geselecteerde
arpeggiokwantificering.
Arpeggiovolume besturen met de
toetsaanslag
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is
om de arpeggiovelocityfunctie
'ARP Velo' te selecteren.
'ARP Velo' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
arpeggiosnelheidsinstelling wordt weergegeven.
ARP Velo
Een arpeggio synchroniseren
met een tempo van een stijl
of song
Pas de arpeggiokwantificering aan om het arpeggio met
een stijl of song te synchroniseren.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is
om het item 'Quantize' te selecteren.
Enkele seconden wordt 'Quantize' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
kwantificeringswaarde wordt weergegeven.
Referentie
Original
1
Selecteer 2 'Thru' met de draaiknop.
3
Als u '1 Original' hebt geselecteerd, blijft het
arpeggiovolume gelijk ongeacht de wijzigingen
in keyboardsnelheid.
Thru
2
Quantize
1/8
Selecteer de juiste kwantificeringswaarde
3
(1/8, 1/16 of OFF) met de draaiknop.
Bij de instelling '1/8' worden noten buiten de tel
uitgelijnd met de dichtstbijgelegen vierde noot, en bij
de instelling '1/16' worden noten buiten de tel
uitgelijnd met de dichtstbijgelegen achtste noot. Bij
de instelling 'OFF' vindt geen kwantificering plaats.
De standaardinstelling voor arpeggiokwantificering is
afhankelijk van het type arpeggio.
60
Gebruikershandleiding
Page 61
Het afspelen van arpeggio's
f
De functie die aan de
voetschakelaar is toegewezen.
aanhouden
U kunt het afspelen van arpeggio's laten voortduren
nadat de noot is losgelaten. Daartoe drukt u op een
voetschakelaar die op de SUSTAIN-aansluiting is
aangesloten. Het afspelen van arpeggio's stopt zodra u
de voetschakelaar loslaat. Sluit een voetschakelaar aan
(pagina 11) en wijs de functie vervolgens aan de
voetschakelaar toe zoals hieronder wordt beschreven.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is
om het item 'Pdl Func' te selecteren.
Enkele seconden wordt 'Pdl Func' in de display
weergegeven, waarna de functie wordt weergegeven
die aan de voetschakelaar is toegewezen.
Arpeggio-instellingen (alleen NP-V80)
Pdl Func
Sustain
1
Selecteer 'Arp Hold' met de draaiknop.
3
Arp Hold
2
Selecteer 'Sustain' als u de functie van de
voetschakelaar wilt terugzetten op 'Sustain'
(aanhouden). Selecteer 'Hold+Sus' als u beide
functies wilt gebruiken. De sustainfunctie heeft
alleen invloed op de hoofd- en dualvoices. Deze
werken niet voor splitvoices.
Gebruikershandleiding
Referentie
61
Page 62
Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
IntroMain A/B
EindsectieAuto Fill
Dit wordt weergegeven als
automatische begeleiding
is ingeschakeld.
De pijlen voor de
tellen knipperen als
de stand-bymodus
voor synchro start is
geactiveerd
De basisbediening van de stijlfunctie (automatische begeleiding) wordt beschreven op
pagina 22 van de Beknopte handleiding.
Hieronder vindt u een aantal andere manieren om de stijlen te spelen, de procedure
waarmee u het volume kunt aanpassen enz.
Patroonvariaties (secties)
Het instrument beschikt over een grote verscheidenheid aan stijlsecties waarmee u de arrangementen van de begeleiding
kunt variëren om ze zo passend te maken voor de song die u speelt.
Referentie
Introsectie
Dit wordt gebruikt voor het begin van de song. Nadat de intro is afgespeeld, gaat de begeleiding door met
de Main-sectie. De lengte van de intro (in maten) is verschillend en afhankelijk van de geselecteerde stijl.
MAIN-sectie
De Main-sectie wordt gebruikt voor het spelen van het hoofdgedeelte van de song. Er wordt een
begeleidingspatroon gespeeld dat wordt herhaald tot er een andere sectieknop wordt ingedrukt. Er zijn
twee variaties op het basispatroon (A en B) en het afspeelgeluid van de stijl verandert harmonisch,
gebaseerd op de akkoorden die u met uw linkerhand speelt.
Fill-in sectie
Deze sectie wordt automatisch toegevoegd voordat er naar sectie A of B wordt overgestapt.
ENDING-sectie
De Ending-sectie wordt gebruikt voor het einde van de song. Als de eindsectie is afgespeeld, stopt de
automatische begeleiding automatisch. De lengte van de eindsectie (in maten) is verschillend en
afhankelijk van de geselecteerde stijl.
Druk op de knop [STYLE] en selecteer
1
een stijl.
Druk op de knop [ACMP ON/OFF] om
2
automatische begeleiding aan te zetten.
Gebruikershandleiding
62
Druk op de knop [SYNC START] om
3
synchro start aan te zetten.
Synchro Start
Als de stand-bymodus voor Sync Start actief
is, wordt de stijl afgespeeld zodra u een
akkoord speelt in het gedeelte voor
automatische begeleiding op het keyboard.
U kunt de stand-bymodus voor Sync Start
verlaten door nog eens op de knop [SYNC
START] te drukken.
Page 63
Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
De naam van de geselecteerde sectie,
MAIN A of MAIN B, wordt weergegeven.
Splitpunt
Begeleidings-
gedeelte
Verschijnt als de
synchro-stopfunctie
is geactiveerd.
De stijl blijft spelen
terwijl u op de
toetsen speelt
De afspeelstijl stopt
als u de toetsen
loslaat
Druk op de knop [MAIN/AUTO FILL].
4
MAIN A
Druk op de knop [INTRO/ENDING/rit.].
5
INTRO≥A
U bent nu klaar om het intro te spelen.
Zodra u een akkoord speelt met uw
6
linkerhand, begint het intro van de
geselecteerde stijl te spelen.
Speel voor dit voorbeeld een C-majeurakkoord (zoals
hieronder aangegeven). Zie 'Akkoorden' op pagina 25
voor informatie over het invoeren van akkoorden.
Druk op de knop [INTRO/ENDING/rit.].
8
ENDING
Hierdoor wordt naar de endingsectie geschakeld.
Als de eindsectie is afgespeeld, stopt de automatische
begeleiding automatisch. U kunt de eindsectie
geleidelijk laten vertragen (ritardando) door
nogmaals op de knop [INTRO/ENDING/rit.] te
drukken terwijl de eindsectie wordt afgespeeld.
Synchro Stop
Als deze functie is geselecteerd, wordt de
begeleidingsstijl alleen gespeeld terwijl u
akkoorden speelt in het begeleidingsgedeelte
van het keyboard. Het afspelen van de stijl stopt
als u de toetsen loslaat. Druk op de knop
[SYNC STOP] om de functie aan te zetten.
Druk op de knop [MAIN/AUTO FILL].
7
Als de fill-in is afgespeeld, gaat deze vloeiend over in
de geselecteerde hoofdsectie A/B.
FILL A≥B
Gebruikershandleiding
Referentie
63
Page 64
Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
Huidige tempowaarde
f
Referentie
Het tempo van de stijl wijzigen
Stijlen kunnen op elk gewenst tempo worden afgespeeld:
snel of langzaam.
Druk op de knop [TEMPO/TAP] om
1
de tempo-instelling in de display
weer te geven nadat u een stijl hebt
geselecteerd.
Tempo
090
Selecteer met de draaiknop een tempo
2
van 011 t/m 280 slagen van een kwartnoot
per minuut.
Druk de knoppen [+] en [-] tegelijkertijd in om de
waarde onmiddellijk terug te zetten naar het
standaardtempo van een stijl.
Als u het tempo wilt wijzigen terwijl een stijl wordt
afgespeeld, drukt u tweemaal op de knop [TEMPO/
TA P] .
Het stijlvolume aanpassen
Druk op de knop [STYLE] om de stijlfunctie te activeren.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY []
2
en [] om het item Stijlvolume te
selecteren.
StyleVol
100
Stel het stijlvolume met de draaiknop in op
3
een waarde tussen 000 en 127.
Gebruikershandleiding
64
Page 65
Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
Langer dan een seconde
ingedrukt houden.
Splitpunt
Splitpunt (54: F#2)
Splitvoice
Hoofdvoice
f
Het splitpunt instellen
De standaardwaarde voor het splitpunt is toetsnummer 54
#
(de toets F
beschreven manier wijzigen in een andere toets.
1
2
2), maar u kunt deze op de hieronder
Druk op de knop [STYLE].
Houd de knop [ACMP ON/OFF] langer dan
een seconde ingedrukt zodat het item 'Split
point' verschijnt.
SplitPnt
054
Tap S t a r t
U kunt de stijl starten door in het gewenste tempo op de
knop [TEMPO/TAP] te tikken - 4 keer voor maatsoorten
in 4, en drie keer voor maatsoorten in 3. U kunt het tempo
tijdens het afspelen van de stijl veranderen door twee keer
op de knop te drukken.
Stel het splitpunt met de draaiknop in op
3
een willekeurige toets tussen E0(028) en
G6(103).
OPMERKING
• Als u het splitpunt wijzigt, verandert het splitpunt voor
automatische begeleiding ook.
• Het splitpunt kan niet tijdens een les worden gewijzigd.
OPMERKING
• U krijgt ook toegang tot het item 'Split Point' door op de
knop [FUNCTION] te drukken en met de knoppen
CATEGORY [ ] en [ ] het item te zoeken (pagina 74).
Referentie
Gebruikershandleiding
65
Page 66
Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
Verschijnt als automatische begeleiding
actief is
Begeleidings-
gedeelte
2
FullKbd
Een stijl met akkoorden
maar zonder ritme spelen
(stop begeleiding)
Als de automatische begeleiding is aangezet (in dat geval
is het ACMP ON-pictogram zichtbaar) en Synchro Start is
uit, kunt u akkoorden spelen in het gedeelte voor de
linkerhand (begeleiding) van het keyboard terwijl de stijl
is gestopt, en toch de begeleidingsakkoorden horen. Dit is
'Stop Accompaniment', waarbij iedere vingerzetting op de
akkoorden die door het instrument wordt herkend, kan
worden gebruikt (pagina 25).
Druk op de knop [STYLE] om de stijlfunctie
te activeren. Druk vervolgens op de knop
[ACMP ON/OFF] om de automatische
begeleiding aan te zetten.
PnoBoogi
153
Stijlen spelen met behulp van het
volledige Keyboard
In 'Meespelen met een stijl' op pagina 23 beschreven we
een methode om stijlen te spelen waarin akkoorden alleen
links van het splitpunt van het keyboard werden
gedetecteerd. Met de instellingen die hieronder worden
beschreven, gebeurt de akkoorddetectie voor de
stijlbegeleiding over het volledige keyboard, waardoor er
een nog meer dynamische stijl kan worden toegepast.
Op deze manier kunnen alleen de akkoorden die op de
normale manier worden gespeeld (pagina 25), worden
gedetecteerd.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om de functie 'Chord Fingering' te
selecteren.
'ChdFing' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde type
akkoordvingerzetting wordt weergegeven.
Referentie
Gebruikershandleiding
66
ChdFing
Selecteer met behulp van de draaiknop 2
3
'FullKbd'.
Page 67
Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
Stijlbestanden laden (NP-V60)
Dit instrument bevat 160 interne stijlen, maar andere stijlen, bijvoorbeeld de stijlen op de bijgeleverde cd-rom en andere
stijlen die via het internet kunnen worden verkregen (alleen stijlen met extensie '.sty'), kunnen worden geladen in
stijlnummer 161 en op dezelfde manier worden gebruikt als de interne stijlen.
Om de functie voor het laden van stijlbestanden te kunnen gebruiken, moet het bestand al van de computer naar het
instrument zijn overgebracht. De procedure voor het overbrengen van bestanden van een computer naar het instrument,
wordt beschreven op pagina 86 ('Gegevens overbrengen tussen computer en instrument').
In de onderstaande procedure wordt een stijlbestand dat al van een computer naar het instrument is overgebracht, geladen
in stijlnummer 161.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
De geselecteerde functie wordt in de display
weergegeven.
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] om de functie voor
het laden van stijlbestanden, 'Sff Load' te
selecteren.
Sff Load
Na ongeveer twee seconden verschijnt de naam van
het stijlbestand dat kan worden geladen in de display.
Als meerdere stijlbestanden naar het instrument zijn
overgebracht, kunt u met de draaiknop of met de
knoppen [+] en [-] de andere bestanden in volgorde
selecteren (max. 100 bestanden).
Voer de laadhandeling uit.
3
Druk op de nummerknop [0] als de naam van het
stijlbestand dat u wilt laden in de display wordt
weergegeven.
Er verschijnt een bevestigingsbericht voor
4
de laadhandeling. Druk op de knop [+/YES]
om het bestand daadwerkelijk te laden.
Referentie
Gebruikershandleiding
67
Page 68
Stijlfuncties (functies voor automatische begeleiding)
Hoogste toets
Langer dan een seconde
ingedrukt houden.
001
Dict.
001
Dict.
Akkoordnaam
(grondtoon en soort)
Akkoordnotatie
Afzonderlijke noten van het akkoord (keyboard)
Akkoorden opzoeken in het woordenboek voor akkoorden
De woordenboekfunctie is in feite een ingebouwd akkoordenboek waarin u de afzonderlijke noten van akkoorden kunt
zien. Dit is ideaal als u de naam van een bepaald akkoord weet en snel wilt leren hoe u dit akkoord kunt spelen.
Houd de knop [MINUS ONE] langer dan
1
een seconde ingedrukt.
Dict.
Referentie
Als voorbeeld gaat u leren hoe u een
2
GM7-akkoord (G-majeurseptiem) moet
spelen. Raadpleeg de illustratie en druk de
G-toets in het gebied CHORD ROOT in (er
wordt geen geluid geproduceerd). De
grondtoon die u instelt wordt in de display
weergegeven.
Gebruikershandleiding
68
Raadpleeg de illustratie en druk de M7-toets
3
(majeur septiem) in het gebied CHORD
TYPE in (er wordt geen geluid
geproduceerd). De noten die u zou moeten
spelen voor het opgegeven akkoord
(grondtoon en
display getoond
het toetsoverzicht
Druk, om mogelijke inversies van het akkoord op te
roepen, op de [+]/[-]-knoppen.
OPMERKING
• Over majeurakkoorden: Eenvoudige majeurakkoorden
worden gewoonlijk alleen aangegeven met de
grondtoonnoot. 'C' verwijst bijvoorbeeld naar C-majeur.
Als u hier echter majeurakkoorden wilt aangeven, let er
dan op dat u de 'M' (majeur) selecteert nadat u de
grondtoonnoot hebt geselecteerd.
Probeer een akkoord in het automatische
4
begeleidingsgedeelte van het keyboard te
spelen terwijl u de aanduidingen in de
display bekijkt. Als u het akkoord juist hebt
gespeeld, klinkt er een belgeluid om dit aan
te geven. De akkoordnaam in de display
knippert.
akkoordtype), worden in de
, zowel in de notatie als in
.
Page 69
Songinstellingen
Langer dan een seconde
ingedrukt houden.
BGM afspelen
Met de standaardinstelling worden slechts enkele van de
interne songs afgespeeld en herhaald wanneer op de knop
[DEMO/BGM] wordt gedrukt. U kunt deze instelling zo
wijzigen dat alle interne songs worden afgespeeld of dat
alle songs die van een computer naar het instrument zijn
overgebracht, worden afgespeeld.
Er zijn vijf verschillende afspeelgroepen waaruit u
kunt kiezen. Selecteer de instelling die het beste past
bij wat u wilt.
Houd de knop [DEMO/BGM] langer dan
1
een seconde ingedrukt.
Enkele seconden wordt 'DemoGrp' in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde afspeeldoel
wordt weergegeven.
DemoGrp
Songs in willekeurige volgorde
afspelen
In de willekeurige afspeelmodus worden de songs in de
groep voor het afspelen van BGM geselecteerd om in
willekeurige volgorde te worden afgespeeld.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is om het
item 'PlayMode' te selecteren.
Enkele seconden wordt 'PlayMode' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde afspeelmodus
wordt weergegeven.
Selecteer met de draaiknop een herhaalde
2
afspeelgroep uit de volgende tabel.
DemoPresetsongs 001–008
PresetAlle presetsongs
UserAlle gebruikerssongs
Download
USB
(alleen
NP-V80)
Alle songs die vanaf een
computer zijn overgebracht
Alle songs die zijn opgeslagen
in USB-flashgeheugen dat is
aangesloten op het instrument.
PlayMode
U kunt de modus voor herhaald afspelen niet
selecteren als 'Demo' is geselecteerd als herhaalde
afspeelgroep.
Selecteer 'Random' met de draaiknop.
3
Selecteer 'Normal' als u de normale afspeelmodus
wilt herstellen.
Referentie
Gebruikershandleiding
69
Page 70
Songinstellingen
Huidige tempowaarde
Songvolume
Referentie
Het tempo van de song wijzigen
Songs kunnen op elk gewenst tempo worden afgespeeld:
snel of langzaam.
Druk op de knop [TEMPO/TAP] om de
1
tempo-instelling in de display weer te
geven na het selecteren van een song.
Tempo
090
Selecteer met de draaiknop een tempo
2
van 011 t/m 280 slagen van een kwartnoot
per minuut.
Druk de knoppen [+] en [-] tegelijkertijd in om de
waarde onmiddellijk terug te zetten naar het
standaardtempo van een song.
Als u het tempo wilt wijzigen terwijl een song
wordt afgespeeld, drukt u tweemaal op de knop
[TEMPO/TAP].
Songvolume
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om het item 'Song Volume' te
selecteren.
SongVol
100
Gebruik de draaiknop om het songvolume
3
in te stellen tussen 000 en 127.
OPMERKING
• Het songvolume kan worden aangepast terwijl er een
song is geselecteerd.
Gebruikershandleiding
70
Page 71
Songinstellingen
Tracknummer uit: de track is
gedempt of bevat geen gegevens
Tracknummer aan: de track speelt af
A-B herhaling
Met deze functie kunt u een sectie van een song opgeven
om die herhaald af te spelen. ‘A’ is hierbij het beginpunt;
‘B’ het eindpunt.
AB
Speel de song af (pagina 26) en druk
1
op de knop [A-B REPEAT] aan het
begin van de sectie die u wilt herhalen
(punt 'A').
Druk nogmaals op de knop [A-B REPEAT]
2
aan het eind van de sectie die u wilt
herhalen (punt 'B').
Onafhankelijke songtracks
dempen
Elke 'track' van een song speelt een verschillende part van
de song af: melodie, percussie, begeleiding enz. U kunt
afzonderlijke tracks dempen en de gedempte part zelf op
het keyboard spelen, of gewoon tracks dempen die u niet
wilt horen.
U kunt een track dempen door op de desbetreffende
trackknop (TRACK [1]–[5], [A]) te drukken. Druk
nogmaals op dezelfde knop om het dempen van de track
op te heffen.
De opgegeven sectie A-B van de song zal
3
nu herhaaldelijk afspelen.
U kunt het herhaald afspelen op ieder moment
stoppen door op de knop [A-B REPEAT] te drukken.
OPMERKING
• U kunt het begin- en eindpunt voor de herhaling per
maat opgeven.
• Het huidige maatnummer wordt in de display getoond
tijdens het afspelen.
• Als u het beginpunt ‘A’ wilt instellen aan het begin van de
song, drukt u op de knop [A-B REPEAT] voordat u de
song gaat afspelen.
Gebruikershandleiding
Referentie
71
Page 72
Songinstellingen
Langer dan een seconde
ingedrukt houden.
Tap S t a r t
U kunt de song starten door in het gewenste tempo op de
knop [TEMPO/TAP] te tikken - 4 keer voor maatsoorten
in 4, en drie keer voor maatsoorten in 3. U kunt het tempo
tijdens het afspelen van de song veranderen door twee
keer op de knop te drukken.
De melodievoice wijzigen
U kunt de melodievoice van een song wijzigen in elke
andere gewenste voice.
OPMERKING
• U kunt de melodievoice van een gebruikerssong niet wijzigen.
Selecteer de song en speel deze af.
1
Druk op de knop [VOICE] en draai
2
vervolgens aan de draaiknop om de voice
te selecteren die u wilt beluisteren.
Strings
050
Houd de knop [VOICE] langer dan een
3
seconde ingedrukt.
In de display verschijnt enkele seconden
lang de tekst 'SONG MELODY VOICE'.
Deze tekst geeft aan dat de oorspronkelijke
melodievoice is vervangen door de in stap
2 geselecteerde voice.
Referentie
Gebruikershandleiding
72
SONG MEL
Page 73
De functies
f
r
De geselecteerde functie.
Rechtstreekse
numerieke
invoer.
Druk er gelijktijdig
op om de
standaardinstelling
terug te halen.
• De waarde
met 1
verhogen.
•YES
• De waarde
met 1
verlagen.
•NO
Via de functies hebt u toegang tot een hele reeks gedetailleerde instrumentparameters
voor het stemmen, het instellen van het splitpunt en het aanpassen van de voices en
effecten. Bekijk de lijst met functies op de tegenoverliggende pagina.
Als u een functie hebt gevonden die u wilt instellen, selecteert u de displaynaam van
de functie (rechts van de functienaam in de lijst) en past u de functie aan.
Functies selecteren en instellen
Zoek de functie die u wilt instellen in de
1
lijst die begint op de pagina's 74,75.
Druk op de knop [FUNCTION].
2
StyleVol
100
Selecteer een functie.
3
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ]
en [ ] knoppen totdat de naam van de functie in de
display verschijnt.
Gebruik de draaiknop, de knoppen [+] en [-]
4
of de nummerknoppen [0]–[9] om de
geselecteerde functie naar wens in te
stellen.
In sommige gevallen wordt met de knop [+] de
uitvoering van de geselecteerde functie gestart. Met
de knop [-] wordt de selectie ongedaan gemaakt.
Referentie
Transpos
00
Sommige functie-instellingen worden in het geheugen
opgeslagen zodra ze gewijzigd zijn. Raadpleeg 'De backupparameters' op pagina 50 voor informatie over de
functie-instellingen die op het instrument worden
opgeslagen.
Als u de standaardinstellingen voor alle initiële factoren
wilt herstellen, voert u de procedure Back-up wissen uit
die is beschreven in de sectie Initialisatie op pagina 50.
01–10Bepaalt het reverbtype, waaronder 'uit' (10).
01–05Bepaalt het chorustype, waaronder 'uit' (05).
ON/OFF
Speaker1,
Luidspreker2,
Hoofdtelefoon,
Line Out1,
Line Out2
Bepaalt de toonhoogte van het instrument in eenheden van een
halve toon.
Bepaalt de toonhoogte van het geluid van het instrument in
eenheden van 1 cent.
Bepaalt de hoogste toets voor de splitvoice en stelt het 'splitpunt'
in (met andere woorden, de toets die de grens vormt tussen de
split- en hoofdvoice). Het splitpunt en het begeleidingssplitpunt
worden automatisch op dezelfde waarde ingesteld.
Als de aanslagrespons actief is, bepaalt dit de gevoeligheid van
de functie.
Stelt de akkoorddetectiemodus in. Bij meervoudige vingerzetting
(Multi Finger) worden zowel de normale akkoorden gedetecteerd
als de eenvoudige akkoorden die links van het splitpunt worden
gespeeld. In de volledige keyboardmodus worden
standaardakkoorden die eender waar op het keyboard worden
gespeeld, gedetecteerd en zullen de gespeelde noten ook worden
gehoord.
Bepaalt de panpositie van de hoofdvoice in het stereobeeld. Bij de
waarde '0' wordt het geluid volledig links gepand; bij de waarde
'127' wordt het geluid volledig rechts gepand.
Bepaalt hoeveel van het hoofdvoicesignaal naar het reverbeffect
wordt verzonden.
Bepaalt hoeveel van het hoofdvoicesignaal naar het choruseffect
wordt verzonden.
Bepaalt de dualvoice.
Bepaalt de panpositie van de dualvoice in het stereobeeld. Bij de
waarde '0' wordt het geluid volledig links gepand; bij de waarde
'127' wordt het geluid volledig rechts gepand.
Bepaalt hoeveel van het dualvoicesignaal naar het reverbeffect
wordt verzonden.
Bepaalt hoeveel van het dualvoicesignaal naar het choruseffect
wordt verzonden.
Bepaalt de splitvoice.
Bepaalt de panpositie van de splitvoice in het stereobeeld. Bij de
waarde '0' wordt het geluid volledig links gepand; bij de waarde
'127' wordt het geluid volledig rechts gepand.
Bepaalt hoeveel van het splitvoicesignaal naar het reverbeffect
wordt verzonden.
Bepaalt hoeveel van het splitvoicesignaal naar het choruseffect
wordt verzonden.
Bepaalt of panel sustain altijd of nooit wordt toegepast op de
hoofd-/dualvoice. Panel Sustain wordt doorlopend toegepast als
deze aan staat (ON), en nooit wanneer deze uit staat (OFF).
Stelt de equalizer voor de uitgang van de speaker in op een
optimaal geluid in verschillende luistersituaties.
ON/OFFBepaalt of de Gradefunctie aan of uit staat.
1 (Demo)/
2 (Preset)/
3 (User)/
4 (Download)
1(Normal)/2(Random) Bepaalt de modus voor herhaald afspelen.
ON/OFF
OFF, 5–30
Japans/EngelsHiermee stelt u de displaytaal van de bestandsnaam in.
Bepaalt de snelheidsmodus voor het afspelen van arpeggio's.
Hiermee kunt u het afspelen van een arpeggio synchroniseren
met een stijl of song.
Hiermee geeft u de pedaalfunctie in de arpeggiomodus aan.
Bepaalt het type van de speelhulptechnologiefunctie.
Optimaliseert de MIDI-instellingen als u het instrument aansluit op
een computer.
Bepaalt of het keyboard van het instrument de interne
toongenerator wel (ON) of niet aanstuurt (OFF).
Bepaalt of het instrument synchroniseert met de interne klok
(OFF) of met een externe klok (ON).
Bepaalt of de toetsgegevens van het instrument worden
verzonden (ON) of niet (OFF).
Bepaalt of stijlgegevens wel (ON) of niet (OFF) via USB TO HOST
worden verzonden tijdens het afspelen van stijlen.
Bepaalt of gebruikerssong wel (ON) of niet (OFF) via USB TO
HOST word verzonden tijdens het afspelen van songs.
Met deze functie kunt u de gegevens van de paneelinstellingen
naar een computer verzenden. Druk op [+/YES] om te verzenden
of druk op [-/NO] om te annuleren.
Bepaalt de lengte van elke metronoomtel.
Bepaalt het gidstracknummer voor de les voor uw rechterhand.
De instelling geldt alleen voor songs in SMF-indeling 0 die zijn
overgebracht vanaf een computer, of voor songs in een USBflashgeheugen dat is aangesloten op het instrument.
Bepaalt het gidstracknummer voor uw linkerhandles. De instelling
geldt alleen voor songs in SMF-indeling 0 die zijn overgebracht
vanaf een computer, of voor songs in een USB-flashgeheugen dat
is aangesloten op het instrument.
Bepaalt de herhaalde afspeelgroep.
Bepaalt of de demoannuleerfunctie is geactiveerd. Als deze
instelling aan staat (ON), wordt de demosong niet afgespeeld,
zelfs niet wanneer u op de knop [DEMO/BGM] drukt.
Hiermee geeft u de tijd op die verstrijkt voordat het instrument
automatisch wordt uitgeschakeld.
De functies
Referentie
Gebruikershandleiding
75
Page 76
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
(knippert)
(wordt gedurende
2 seconden
weergegeven)
(Maatnummer, enz.)
Bevestiging
Geïnstalleerd
Normale
voice display
Langer dan
3 seconden
ingedrukt houden
f
r
USB-flashgeheugen is een geheugenmedium dat wordt gebruikt om gegevens op te
slaan. Als er een USB-flashgeheugenapparaat is geplaatst in de USB TO DEVICEaansluiting van dit instrument, kunnen geregistreerde instellingen worden
opgeslagen van of geladen in het instrument. In deze sectie bekijken we de
procedures voor het instellen en formatteren van USB-flashgeheugenapparaten,
en voor het opslaan en laden van gegevens van en naar deze apparaten. Lees de
sectie ‘Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van een USB TO DEVICE-aansluiting’
op pagina 77 voordat u een USB-apparaat gebruikt.
Functies voor bestandsbesturing
Referentie
Sluit USB-flashgeheugen aan op de
1
USB TO DEVICE-aansluiting en let
daarbij op de juiste richting.
Wacht op bevestiging dat het USB-
2
flashgeheugen correct is aangesloten.
LiveGPno
001
Usb
Usb
001
Usb
De modus voor bestandsbesturingsfuncties
3
Houd de knop [FUNCTION] ingedrukt tot de display
verandert. Wanneer de display verandert, hebt u
toegang tot de functies voor bestandsbesturing.
Load STY
Als de bestandsbesturingsfuncties worden
geopend wanneer een niet-geformatteerd USBflashgeheugen op het instrument is aangesloten, wordt
automatisch de functie 'Format' geselecteerd.
Gebruik de knoppen CATEGORY [ ] en [ ] om
een van de hieronder beschreven
bestandsbesturingsfuncties te selecteren.
BestandsbesturingsfunctieNaslagpagina
Format (formatteren)78
Saving User Files
(gebruikersbestanden opslaan)
Saving User Songs as SMF Files
(gebruikerssongs opslaan als
SMF-bestanden)
Loading User Files
(gebruikersbestanden laden)
Loading Style Files (stijlbestanden laden)81
Deleting User Files (gebruikersbestanden
verwijderen)
Deleting SMF Song Files
(SMB-songbestanden verwijderen)
Exit (Afsluiten)83
79
80
81
82
82
Gebruikershandleiding
76
Als u de modus met functies voor bestandsbesturing
wilt afsluiten, drukt u op de knop [VOICE],
[STYLE], [SONG], [FUNCTION] of [GRAND
PIANO]. U kunt de modus met
bestandsbesturingsfuncties ook afsluiten door EXIT
in het menu te kiezen en op de knop [0] te drukken
(pagina 83).
Page 77
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
LET OP
LET OP
Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van de [USB TO
DEVICE]-aansluiting
Dit instrument heeft een ingebouwde [USB TO DEVICE]aansluiting. Ga voorzichtig om met het USB-apparaat
tijdens het aansluiten op deze aansluiting. Volg de
onderstaande belangrijke voorzorgsmaatregelen.
OPMERKING
• Zie de gebruikershandleiding bij het USB-apparaat voor meer
informatie over het omgaan met USB-apparaten.
Compatibele USB-apparaten
• USB-opslagapparaten (flashgeheugen en diskettestation)
Het instrument ondersteunt niet noodzakelijkerwijs alle in
de handel verkrijgbare USB-apparaten. Yamaha kan de
werking niet garanderen van USB-apparaten die u
aanschaft. Ga voordat u een USB-apparaat aanschaft voor
gebruik met dit instrument naar de volgende webpagina:
http://music.yamaha.com/download/
OPMERKING
• Andere USB-apparaten, zoals een computertoetsenbord of
muis, kunnen niet worden gebruikt.
USB-apparaat aansluiten
• Zorg als u een USB-apparaat aansluit op de [USB TO
DEVICE]-aansluiting, dat u de juiste aansluiting op het
apparaat gebruikt en in de juiste richting aansluit.
• Hoewel het instrument de USB 1.1-standaard
ondersteunt, kunt u ook een USB 2.0-opslagapparaat
aansluiten en gebruiken met het instrument.
De overdrachtssnelheid is in dit geval echter wel
die van USB 1.1.
USB-opslagapparaten gebruiken
Als u het instrument aansluit op een USB-opslagapparaat,
kunt u het aangesloten apparaat gebruiken voor zowel het
opslaan van de door u gemaakte gegevens als het lezen
van opgeslagen gegevens.
OPMERKING
• Hoewel cd-r/rw-stations kunnen worden gebruikt om
gegevens op het instrument in te lezen, kunnen deze niet
worden gebruikt om gegevens op te slaan.
Het aantal te gebruiken
USB-opslagapparaten
Er kan maar één USB-opslagapparaat worden aangesloten
op de [USB TO DEVICE]-aansluiting.
USB-opslagmedia formatteren
Als een USB-opslagapparaat wordt aangesloten of als er
een medium wordt geplaatst, kan er een bericht
verschijnen waarin u wordt gevraagd het apparaat/medium
te formatteren. Als dat gebeurt, voert u de Formathandeling uit (pagina 78).
• Door te formatteren, worden alle bestaande gegevens
overschreven. Zorg dat het medium dat u formatteert geen
belangrijke gegevens bevat.
Uw gegevens beveiligen
(schrijfbeveiliging)
Gebruik de schrijfbeveiliging van het opslagapparaat of medium om te voorkomen dat belangrijke gegevens
onopzettelijk worden gewist. Als u gegevens op het USBopslagapparaat wilt opslaan, moet schrijfbeveiliging zijn
uitgeschakeld.
USB-opslagapparaat aansluiten/
verwijderen
Controleer voordat u het medium van het apparaat
verwijdert of het instrument geen gegevens gebruikt (zoals
bij het opslaan en verwijderen van gegevens).
Referentie
• Vermijd het snel achter elkaar aan-/uitzetten van het USBopslagapparaat, of het te vaak aansluiten/loskoppelen van
het apparaat. Als u dit toch doet, loopt u het risico dat het
instrument vastloopt. Haal de USB-aansluiting NIET los,
verwijder de media NIET uit het apparaat en schakel de
apparaten NIET uit terwijl het instrument gegevens gebruikt
(bijvoorbeeld tijdens opslaan, verwijderen, laden en
formatteren) of terwijl het USB-opslagapparaat wordt
gekoppeld (meteen na het aansluiten). Als u dit toch doet,
kunnen de gegevens op een of beide apparaten beschadigd
raken.
Gebruikershandleiding
77
Page 78
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
• De bestandsselectie
bevestigen
• Uitvoeren
• Annuleren
LET OP
f
r
LET OP
In dit gedeelte wordt beschreven hoe
u de bestandsbesturingsfuncties
gebruikt nadat u de modus met
bestandsbesturingsfuncties hebt
geactiveerd.
Tijdens bestandsbesturingsprocedures worden
mogelijk berichten in de display weergegeven om
de bediening te vergemakkelijken. Raadpleeg de
lijst met berichten op pagina 83 voor details.
OPMERKING
• Er wordt geen geluid geproduceerd als het keyboard wordt
bespeeld terwijl de bestandsbesturingsdisplay actief is, en
alleen de knoppen voor bestandsbesturingsbewerkingen zijn
actief.
OPMERKING
• De bestandsbesturingsdisplay wordt niet weergegeven
tijdens:
• Het afspelen van een stijl of song.
• Lessen.
• Leesbewerkingen van het USB flashgeheugen.
Basisbestandsbewerking
Als meerdere bestanden geselecteerd kunnen
worden, gebruikt u de draaiknop om het gewenste
bestand te selecteren.
USB-flashgeheugen formatteren
USB-flashgeheugenapparaten moeten correct
geformatteerd worden voordat ze met dit instrument
gebruikt kunnen worden.
• Als een USB-flashgeheugen dat gegevens bevat, wordt
geformatteerd zoals hieronder wordt beschreven, worden alle
gegevens gewist. Controleer vóór het formatteren van een
USB-flashgeheugen of het geen belangrijke gegevens bevat.
Gegevens kunnen alleen in het USB-flashgeheugen
worden opgeslagen, verwijderd en geformatteerd wanneer
het instrument is aangesloten op een netadapter. Deze
handelingen kunnen niet worden uitgevoerd op
batterijvoeding.
Selecteer de functie Format.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Format?' wordt
weergegeven.
Format?
Referentie
Druk op de knop [0] om de selectie te bevestigen.
Met de knop [0] voert u de geselecteerde functie
ook uit. Met de knop [-] annuleert u de
geselecteerde functies.
Voer de functie Format uit.
2
Druk op de knop [0]. U wordt gevraagd het
verwijderen te bevestigen. Druk een tweede keer op
de knop [0] om de Format-bewerking uit te voeren, of
druk op de knop [-] om de bewerking te annuleren.
• Tijdens de uitvoering kan de Format-bewerking niet
meer worden geannuleerd. Schakel tijdens het
formatteren de stroom niet uit en verwijder ook het
USB-flashgeheugen niet.
Wacht tot het bericht wordt weergegeven dat de
formattering is voltooid.
Sluit de modus voor
3
bestandsbesturingsfuncties af.
Druk op de knop [VOICE], [STYLE], [SONG],
[FUNCTION] of [GRAND PIANO].
Gebruikershandleiding
78
Page 79
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
f
r
LET OP
Gebruikersbestanden opslaan
'Gebruikersbestanden' met 5 gebruikerssongs, stijl 166 en
het registratiegeheugen kunnen in het USB-flashgeheugen
worden opgeslagen. Gebruikersbestanden hebben de
bestandsextensie .usr (deze wordt niet in de display van
het instrument weergegeven).
Gegevens kunnen alleen in het USB-flashgeheugen
worden opgeslagen, verwijderd en geformatteerd wanneer
het instrument is aangesloten op een netadapter. Deze
handelingen kunnen niet worden uitgevoerd op
batterijvoeding.
Selecteer de functie Save User File.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Save USR' wordt
weergegeven.
Save USR
Sla het gebruikersbestand op.
3
U wordt gevraagd het verwijderen te bevestigen.
Druk op de knop [0] om het bestand op te slaan
of druk op [-] om de bewerking te annuleren.
Gebruikersbestanden worden opgeslagen in de map
'USER FILES', die automatisch in het USBflashgeheugen wordt aangemaakt.
• Het opslaan kan tijdens de uitvoering ervan niet worden
geannuleerd. Schakel tijdens het opslaan de stroom
niet uit en verwijder ook het USB-flashgeheugen niet.
Wacht tot het bericht wordt weergegeven dat het
bestand is opgeslagen.
Sluit de modus voor
4
bestandsbesturingsfuncties af.
Druk op de knop [VOICE], [STYLE], [SONG],
[FUNCTION] of [GRAND PIANO].
OPMERKING
• Hoe lang het duurt om een bestand op te slaan, hangt af
van het gebruikte USB-flashgeheugen.
Geef het doelgebruikersbestand op.
2
Wanneer op de knop [0] wordt gedrukt, wordt
'USERxxx' automatisch als doelgebruikersbestand
opgegeven (waarbij 'xxx' een getal is). Druk op de
knop [0] als u akkoord gaat met de automatisch
opgegeven bestandsnaam. Gebruik de draaiknop als u
een ander doelbestand wilt selecteren (USER001–
USER100) voordat u op de knop [0] drukt.
USER001
Bestaande bestanden overschrijven
Als een bestand dat al gegevens bevat, als
doelgebruikersbestand wordt geselecteerd,
wordt een bevestigingsbericht voor
overschrijven weergegeven.
Referentie
Gebruikershandleiding
79
Page 80
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
f
r
LET OP
Referentie
Gebruikerssongs opslaan als
SMF-bestanden
Gebruikerssongs kunnen worden geconverteerd naar de
SMF-indeling (Standard MIDI File) en in het USBflashgeheugen worden opgeslagen.
OPMERKING
• Zie pagina 86 voor informatie over SMF-bestanden
(Standard MIDI File).
Gegevens kunnen alleen in het USB-flashgeheugen
worden opgeslagen, verwijderd en geformatteerd wanneer
het instrument is aangesloten op een netadapter. Deze
handelingen kunnen niet worden uitgevoerd op
batterijvoeding.
Selecteer de functie Save SMF File.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Save SMF' wordt
weergegeven.
Save SMF
Selecteer het bestand dat u naar de
2
SMF-indeling wilt converteren.
Wanneer op de knop [0] wordt gedrukt, wordt de
naam van een gebruikerssong weergegeven:
Bijvoorbeeld 'User 1'. Druk op de knop [0] als de
weergegeven gebruikerssong de song is die u wilt
converteren. Gebruik de draaiknop als u een andere
gebruikerssong wilt selecteren (User 1–5) voordat u
op de knop [0] drukt. De naam van de
doelgebruikerssong wordt automatisch weergegeven.
Geef de doelgebruikerssong op.
3
Druk op de knop [0] als u akkoord gaat met de
automatisch opgegeven doelgebruikerssong.
Gebruik de draaiknop als u een andere
doelgebruikerssong wilt selecteren
(SONG001–100) voordat u op de knop [0] drukt.
SONG001
Bestaande song overschrijven
Als een song die al gegevens bevat, als
doelgebruikerssong wordt geselecteerd, wordt
een bevestigingsbericht voor overschrijven
weergegeven.
Sla de gebruikerssong op.
4
U wordt gevraagd het verwijderen te bevestigen.
Druk op de knop [0] om het bestand op te slaan
of druk op [-] om de bewerking te annuleren.
Gebruikerssongs worden opgeslagen in de map
'USER FILES', die automatisch in het USBflashgeheugen wordt aangemaakt.
• Het opslaan kan tijdens de uitvoering ervan niet worden
geannuleerd. Schakel tijdens het opslaan
de stroom niet uit en verwijder ook het USBflashgeheugen niet.
Wacht tot het bericht wordt weergegeven dat het
bestand is opgeslagen.
Sluit de modus voor
5
bestandsbesturingsfuncties af.
Druk op de knop [VOICE], [STYLE], [SONG],
[FUNCTION] of [GRAND PIANO].
OPMERKING
• Hoe lang het duurt om een bestand op te slaan, hangt af
van het gebruikte USB-flashgeheugen.
Gebruikershandleiding
80
User 1
Page 81
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
LET OP
f
r
Load USR
LET OP
LET OP
f
r
LET OP
Gebruikersbestanden laden
Gebruikersbestanden die in het USB-flashgeheugen zijn
opgeslagen, kunnen indien nodig in het geheugen van het
instrument worden geladen.
• Wanneer een gebruikersbestand wordt geladen, worden de 5
gebruikerssongs, stijl 166 en het registratiegeheugen
overschreven. Sla belangrijke gegevens die u wilt bewaren op
een afzonderlijk USB-flashgeheugen op voordat u een
gebruikersbestand laadt.
Selecteer de functie Load User File.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Load USR' wordt
weergegeven.
Selecteer het gebruikersbestand dat
2
u wilt laden.
Wanneer u op de knop [0] drukt, worden de bestanden
die zich in het USB-flashgeheugen bevinden,
weergegeven als 'USERxxx' (waarbij 'xxx' een getal
is). Druk op de knop [0] als het oorspronkelijk
geselecteerde bestand het bestand is dat u wilt laden.
Als meer gebruikersbestanden beschikbaar zijn, kunt u
met de draaiknop een ander gebruikersbestand
selecteren voordat u op de knop [0] drukt.
Het gebruikersbestand dat u wilt laden, moet in de
map 'USER FILES' van het USB-flashgeheugen
staan. Bestanden buiten die map worden niet
herkend.
Stijlbestanden laden
Een stijl die in stijlnummer 166 wordt geladen vanuit een
USB-flash-geheugen of vanuit het interne geheugen van
het instrument, kan op dezelfde manier worden gebruikt
als de interne stijlen. Als de stijl vanuit het interne
geheugen van het instrument moet worden geladen, moet
het stijlbestand eerst vanaf een computer naar het interne
geheugen worden overgebracht (pagina 87).
• Wanneer een stijlbestand is geladen, wordt stijl 166
overschreven.
Selecteer de functie Load Style.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Load STY' wordt
weergegeven.
Load STY
Selecteer het stijlbestand dat u wilt laden.
2
Wanneer u op de knop [0] drukt, worden de
stijlbestanden weergegeven die zich in het USBflashgeheugen of het interne geheugen van het
instrument bevinden. Druk op de knop [0] als het
oorspronkelijk geselecteerde bestand het bestand is dat
u wilt laden. Als meer bestanden beschikbaar zijn, kunt
u met de draaiknop een ander stijlbestand selecteren
voordat u op de knop [0] drukt (max. 100 bestanden).
Stijlbestanden die u vanaf het USB-flash-geheugen
wilt laden, moeten in de hoofdmap van het
flashgeheugen staan.
Referentie
Laad het gebruikersbestand.
3
U wordt gevraagd het verwijderen te bevestigen.
Druk op de knop [0] om het bestand te laden of druk
op [-] om de bewerking te annuleren.
• Het laden kan tijdens de uitvoering ervan niet worden
geannuleerd. Schakel tijdens het opslaan de stroom
niet uit en verwijder ook het USB-flashgeheugen niet.
Wacht tot het bericht wordt weergegeven dat het
bestand is geladen.
Sluit de modus voor
4
bestandsbesturingsfuncties af.
Druk op de knop [VOICE], [STYLE], [SONG],
[FUNCTION] of [GRAND PIANO].
Laad het stijlbestand.
3
U wordt gevraagd het verwijderen te bevestigen.
Druk op de knop [0] om het bestand te laden of druk
op [-] om de bewerking te annuleren.
• Het laden kan tijdens de uitvoering ervan niet worden
geannuleerd. Schakel tijdens het opslaan de stroom
niet uit en verwijder ook het USB-flashgeheugen niet.
Wacht tot het bericht wordt weergegeven dat het
bestand is geladen.
Sluit de modus voor
4
bestandsbesturingsfuncties af.
Druk op de knop [VOICE], [STYLE], [SONG],
[FUNCTION] of [GRAND PIANO].
Gebruikershandleiding
81
Page 82
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
f
r
LET OP
f
r
LET OP
Referentie
Gebruikersbestanden verwijderen
Met deze procedure worden gebruikersbestanden van een
USB flashgeheugen verwijderd.
Gegevens kunnen alleen in het USB-flashgeheugen
worden opgeslagen, verwijderd en geformatteerd wanneer
het instrument is aangesloten op een netadapter. Deze
handelingen kunnen niet worden uitgevoerd op
batterijvoeding.
Selecteer de functie Delete User File.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Del USR' wordt
weergegeven.
Del USR
Geef het gebruikersbestand op dat u wilt
2
verwijderen.
Wanneer u op de knop [0] drukt, worden de
bestanden die zich in het USB-flashgeheugen
bevinden, weergegeven als 'USERxxx' (waarbij 'xxx'
een getal is). Druk op de knop [0] als het
oorspronkelijk geselecteerde bestand het bestand is
dat u wilt verwijderen. Als meer gebruikersbestanden
beschikbaar zijn, kunt u met de draaiknop een ander
gebruikersbestand selecteren voordat u op de knop
[0] drukt.
Het gebruikersbestand dat u wilt verwijderen, moet in
de map 'USER FILES' van het USB-flashgeheugen
staan. Bestanden buiten die map worden niet
herkend.
Verwijder het gebruikersbestand.
3
U wordt gevraagd het verwijderen te bevestigen.
Druk op de knop [0] om het bestand te verwijderen of
druk op [-] om de bewerking te annuleren.
SMB-songbestanden verwijderen
Met deze procedure worden SMF-songbestanden die op
dit instrument zijn gemaakt, van een USB-flashgeheugen
verwijderd.
Gegevens kunnen alleen in het USB-flashgeheugen
worden opgeslagen, verwijderd en geformatteerd wanneer
het instrument is aangesloten op een netadapter. Deze
handelingen kunnen niet worden uitgevoerd op
batterijvoeding.
Selecteer de functie Delete SMF File.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Del SMF' wordt
weergegeven.
Del SMF
Geef het SMF-bestand op dat u wilt
2
verwijderen.
Wanneer u op de knop [0] drukt, worden de SMFsongbestanden die zich in het USB-flashgeheugen
bevinden, weergegeven als 'SONGxxx' (waarbij 'xxx'
een getal is). Druk op de knop [0] als het
oorspronkelijk geselecteerde bestand het bestand is
dat u wilt verwijderen. Als meer SMF-songbestanden
beschikbaar zijn, kunt u met de draaiknop een ander
bestand selecteren voordat u op de knop [0] drukt.
Het SMF-songbestand dat u wilt verwijderen, moet in
de map 'USER FILES' van het USB-flashgeheugen
staan. Bestanden buiten die map worden niet
herkend. De bestandsnaam moet bovendien
'SONGxxx' zijn, waarbij 'xxx' een getal is.
Verwijder het SMF-songbestand.
3
U wordt gevraagd het verwijderen te bevestigen.
Druk op de knop [0] om het bestand te verwijderen of
druk op [-] om de bewerking te annuleren.
• Tijdens het verwijderen kan de bewerking niet meer
worden geannuleerd. Schakel tijdens het opslaan de
stroom niet uit en verwijder ook het USB-flashgeheugen
niet.
Wacht tot het bericht wordt weergegeven dat het
bestand is verwijderd.
Sluit de modus voor
4
bestandsbesturingsfuncties af.
Druk op de knop [VOICE], [STYLE], [SONG],
[FUNCTION] of [GRAND PIANO].
Gebruikershandleiding
82
• Tijdens het verwijderen kan de bewerking niet meer
worden geannuleerd. Schakel tijdens het opslaan de
stroom niet uit en verwijder ook het USB-flashgeheugen
niet.
Wacht tot het bericht wordt weergegeven dat het
bestand is verwijderd.
Sluit de modus voor
4
bestandsbesturingsfuncties af.
Druk op de knop [VOICE], [STYLE], [SONG],
[FUNCTION] of [GRAND PIANO].
Page 83
Gegevens opslaan en laden (alleen NP-V80)
f
r
Our
De modus voor
bestandsbesturingsfuncties
afsluiten
Als u de modus met functies voor bestandsbesturing wilt
afsluiten, drukt u op de knop [VOICE], [STYLE],
[SONG], [FUNCTION] of [GRAND PIANO].
U kunt de modus voor bestandsbesturingsfuncties ook als
volgt afsluiten:
Selecteer het item Exit.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [ ] of
[ ] als nodig is tot de functie 'Exit?' wordt
weergegeven.
Exit?
BerichtBeschrijving
Can’t use
Complet.
Data Err
Disk Ful
Error
File Ful
no data
no file
Protect
Unformat
UseAdpt
Geeft aan dat de bestandsbesturingsfunctie op
dat moment niet beschikbaar is omdat het
medium wordt gebruikt.
Geeft aan dat de opgegeven taak is voltooid
(bijvoorbeeld opslaan en verzenden van
gegevens).
Wordt weergegeven wanneer de
gebruikerssong ongeldige gegevens bevat.
Wordt weergegeven wanneer de gegevens
niet kunnen worden opgeslagen omdat het
mediageheugen vol is.
Wordt weergegeven als er een bestandsfout of
bewerkingsfout is opgetreden.
Geeft aan dat SMF-songs niet kunnen worden
weergegeven omdat het totale aantal bestanden
de capaciteit overschrijdt.
Er zijn geen gegevens om in het flashgeheugen
op te slaan.
Er is geen bestand om van de media te laden of
te verwijderen.
Communicatie met het USB-apparaat is
afgebroken omdat er te veel spanning op het
USB-apparaat staat. Koppel het apparaat los
van de [USB TO DEVICE]-aansluiting en
schakel het instrument in.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer u
gegevens op een beveiligd medium probeert op
te slaan of te verwijderen of een beveiligd
medium probeert te formatteren. Schakel de
beveiliging uit en probeer het nogmaals.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer u
verbinding maakt met een ongeformatteerd
medium.
Gegevens kunnen niet in het USBflashgeheugen worden opgeslagen, verwijderd
en geformatteerd wanneer het instrument wordt
gevoed met een batterij. Gebruik een
netadapter.
Exit.
2
Druk op de knop [0] om de modus met
bestandsbesturingsfuncties te verlaten.
Gebruikershandleiding
Referentie
83
Page 84
Aansluiten op een computer
USB-aansluitingUSB TO HOST-aansluiting
USB-kabel
Instrument
LET OP
Dit instrument kan op een computer worden aangesloten om MIDI-gegevens of een
bestand over te brengen.
Een pc aansluiten
Referentie
MIDI Basics (MIDI-basisinformatie)
Als u meer wilt weten over MIDI en het gebruik
ervan, leest u dit inleidende boek. De MIDIbasisinformatie kan worden gedownload vanuit de
Yamaha Manual Library op:
http://www.yamaha.co.jp/manual/
Als u wilt communiceren met instrumenten en die
instrumenten wilt gebruiken als ze op uw computer zijn
aangesloten, moet de bijbehorende
stuurprogrammasoftware correct op uw computer worden
geïnstalleerd. Dankzij het USB-MIDI-stuurprogramma
kunnen sequencesoftware en gelijksoortige toepassingen
op uw computer MIDI-gegevens via een USB-kabel naar
en van MIDI-apparaten verzenden en ontvangen. U vindt
het USB MIDI-stuurprogramma op de cd-rom. Hoe u het
USB-MIDI-stuurprogramma kunt installeren, leest u op
pagina 91.
• Sluit het instrument uitsluitend op externe apparatuur aan als
alle apparaten zijn uitgezet. Schakel vervolgens eerst de
stroom van het instrument in en daarna van de aangesloten
externe apparatuur. Zet de apparatuur in omgekeerde
volgorde uit.
Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van de USB TO HOSTaansluiting
Neem de volgende punten in acht als u de computer aansluit
op de USB TO HOST-aansluiting. Als u dit niet doet, loopt
u het risico dat de computer vastloopt en dat gegevens
worden beschadigd of verloren gaan. Als de computer of
het instrument vastloopt, start u de toepassingssoftware of
het besturingssysteem van de computer opnieuw op, of
schakelt u het instrument uit en weer in.
• Gebruik een USB-kabel van het type AB die niet
langer is dan ongeveer 3 meter.
• Voordat u de computer op de USB TO HOSTaansluiting aansluit, haalt u de computer uit
eventuele energiebesparende modi (zoals de
sluimerstand, de slaapstand of stand-by).
• Voordat u het instrument inschakelt, verbindt u de
computer met de USB TO HOST-aansluiting.
• Ga als volgt te werk voordat u het instrument aan-/
uitzet, of de USB-kabel verbindt met of loskoppelt
van de USB TO HOST-aansluiting.
• Sluit eventuele geopende softwaretoepassingen
op de computer af.
• Zorg ervoor dat er geen gegevens door het
instrument worden verzonden. (Er worden altijd
gegevens verzonden als er op het keyboard
wordt gespeeld, als er een song wordt
afgespeeld enz.)
• Als er een computer op het instrument is
aangesloten, wacht u minimaal zes seconden tussen
deze handelingen: (1) het uitzetten en vervolgens
weer aanzetten van het instrument, of (2) het
aansluiten en vervolgens weer loshalen van de
USB-kabel en andersom.
84
Gebruikershandleiding
Page 85
Aansluiten op een computer
f
Spelgegevens naar en van een computer overbrengen
Als u het instrument aansluit op een computer, kunnen de spelgegevens van het instrument worden gebruikt op de
computer en spelgegevens van de computer kunnen op het instrument worden afgespeeld.
MIDI-instellingen
Deze instellingen hebben specifiek betrekking op het
verzenden en ontvangen van gegevens.
ItemDisplay
Local
Externe
klok
Keyboard
Out
Style
Out
Song
Out
Local
ExtClock
KbdOut
StyleOut
SongOut
Als het instrument geen geluid geeft, is dit de meest voor
de hand liggende oorzaak.
Als de externe klok aan staat (ON) en er geen kloksignaal
wordt ontvangen van een extern apparaat, worden de
functies voor songs, stijl en metronoom niet gestart.
Bereik/
instellingen
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
Beschrijving
Lokale besturing bepaalt of
de noten die op het
instrument worden gespeeld,
door het interne
toongeneratorsysteem
worden voortgebracht:
het interne
toongeneratorsysteem is
actief wanneer de lokale
regeling aan staat en nietactief wanneer de lokale
regeling uit staat.
Dit bepaalt of het instrument
wordt gesynchroniseerd met
de eigen interne klok (OFF) of
met een kloksignaal van een
extern apparaat (ON).
Deze instellingen bepalen of
de toetsgegevens van het
instrument worden verzonden
(ON) of niet (OFF).
Deze instellingen bepalen of
stijlgegevens wel (ON) of
niet (OFF) worden
verzonden tijdens het
afspelen van stijlen.
Deze instellingen bepalen of
gebruikerssong wel (ON) of
niet (OFF) wordt verzonden
tijdens het afspelen van
songs.
PC-modus
Een aantal MIDI-instellingen moeten worden gemaakt als
u spelgegevens wilt uitwisselen tussen de computer en het
instrument. PC Mode kan in één enkele bewerking op een
eenvoudige manier verschillende instellingen voor u
maken. U kunt kiezen uit drie instellingen: PC1, PC2 en
OFF.
Deze instelling is niet nodig wanneer er song- of backupbestanden tussen de computer en het instrument worden
uitgewisseld.
PC1PC2*OFF
LocalOFFOFFON
External ClockONOFFOFF
Song OutOFFOFFOFF
Style OutOFFOFFOFF
Keyboard OutOFFONON
* Stel de pc-modus in op PC2 als u Digital Music Notebook
gebruikt.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk net zo vaak op de knoppen
2
CATEGORY [] en [] als nodig is om het
pc-modusitem 'PC Mode' te selecteren.
Referentie
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om het item te selecteren waarvan u de
waarde wilt veranderen.
Gebruik de draaiknop om ON of OFF te
3
selecteren.
PC mode
oFF
Selecteer PC1, PC2 of OFF met de
3
draaiknop.
OPMERKING
• Hoewel gebruikerssongs van het instrument kunnen
worden overgebracht met de functie Song Out, kunnen
presetsongs niet op deze manier worden overgebracht.
Gebruikershandleiding
85
Page 86
Aansluiten op een computer
f
Referentie
Initiële verzending
Met deze functie kunt u de gegevens van de
paneelinstellingen naar een computer verzenden. Voordat
u spelgegevens opneemt op een sequencertoepassing op
uw computer, verzendt en registreert u best eerst de
gegevens van de paneelinstellingen en daarna pas de
eigenlijke spelgegevens.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de knoppen CATEGORY [] en
2
[] om het item Initiële verzending (Initial
Send) te selecteren.
InitSend
Druk op [+/YES] om te verzenden of druk op
3
[-/NO] om te annuleren.
Gegevens overbrengen tussen
computer en instrument
Song- en stijlbestanden die zich op een computer of de
meegeleverde cd-rom bevinden, kunnen worden
overgebracht naar het instrument. Back-upbestanden
kunnen ook van het instrument naar de computer worden
overgebracht en omgekeerd.
U moet het programma Musicsoft Downloader en het
USB-MIDI-stuurprogramma die op de meegeleverde
cd-rom staan, installeren op uw computer om bestanden
tussen uw computer en het instrument te kunnen
uitwisselen. Zie de installatiegids voor de cd-rom voor de
accessoires op pagina 89 voor meer informatie over de
installatie.
Gegevens die van een computer naar dit
instrument kunnen worden overgebracht.
De SMF-indeling (Standard MIDI File) is een van de
meest gebruikte en meest compatibele sequenceindelingen die worden gebruikt voor het opslaan van
sequencegegevens. Er zijn twee versies: Format 0 en
Format 1. Een groot aantal MIDI-apparaten is
compatibel met SMF Format 0 en de meeste in de
handel verkrijgbare MIDI-sequencegegevens
worden in SMF Format 0 geleverd.
Gebruikershandleiding
86
Met Musicsoft Downloader kunt u
het volgende doen:
Breng bestanden van de computer over naar het
flashgeheugen van het instrument.
zie de procedure die beschreven is op pagina 87.
Als voorbeeld wordt de procedure beschreven om
songs van de meegeleverde cd-rom van uw computer
naar het instrument over te brengen.
Back-upbestanden kunnen van het instrument naar een
computer worden overgebracht en omgekeerd.
zie de procedure die beschreven is op pagina 88.
* Gebruik de toepassing Musicsoft Downloader met Internet
Explorer 5.5 of hoger.
Page 87
Aansluiten op een computer
w Dubbelklik op de map
'SampleData' de map
'SongData' en klik op een
songbestand.
e Klik op
'Open'
q Klik op het cd-romstation
q Klik op 'Electronic Musical
Instruments' en vervolgens op
'Flash Memory'
Gebruik Musicsoft Downloader om
songs van de meegeleverde cd-rom
over te brengen naar het
flashgeheugen van het instrument.
OPMERKING
• Als er een song of een stijl wordt afgespeeld, moet u het
afspelen stoppen voordat u verder gaat.
Installeer Musicsoft Downloader en het
1
stuurprogramma van USB-MIDI op uw
computer en sluit dan de computer en
het instrument aan (pagina 84).
Plaats de meegeleverde cd-rom in het cd-
2
rom-station.
Dubbelklik op het pictogram van de
3
snelkoppeling van Musicsoft Downloader
dat op het bureaublad wordt aangemaakt.
Hiermee wordt de Musicsoft Downloader-applicatie
opgestart. Het hoofdvenster verschijnt op het scherm.
OPMERKING
• Zolang Musicsoft Downloader draait, kan het instrument
niet worden gebruikt.
Een kopie van het geselecteerde MIDI-
6
songbestand verschijnt in de 'List of files
stored temporarily' bovenaan in het venster.
Het geheugenmedium wordt ook weergegeven
onderaan in het venster. Hier wordt de
overdrachtsbestemming gespecificeerd. Klik op
'Electronic Musical Instruments' en vervolgens op
'Flash memory'.
Klik op de knop 'Add File' om het
4
gelijknamige venster te openen.
Klik op de knop rechts van 'Look in' en
5
selecteer het cd-rom-station in het
vervolgmenu dat verschijnt. Dubbelklik in
het venster op de map 'SampleData'.
Selecteer het bestand dat u wilt
overbrengen naar het instrument in de map
'Song Data' en klik op 'Open'.
Nu kunt u een stijlbestand op de computer of cd-rom
selecteren en dit op dezelfde manier als een
songbestand kopiëren naar het instrument.
Nadat u het bestand hebt geselecteerd in
7
de 'List of files stored temporarily', klikt u
op de pijl-omlaag [Move], waarna een
bevestigingsbericht wordt weergegeven.
Klik op [OK]. De song wordt dan van de lijst
met de tijdelijk opgeslagen bestanden naar
het geheugen van het instrument
overgebracht.
Sluit het venster om Musicsoft Downloader
8
af te sluiten.
OPMERKING
• Sluit Musicsoft Downloader om het bestand dat is
overgebracht van uw computer af te spelen.
Gebruikershandleiding
Referentie
87
Page 88
Aansluiten op een computer
LET OP
LET OP
f
r
LET OP
LET OP
Druk op de knop [SONG] om de song
9
af te spelen die is opgeslagen in het
flashgeheugen.
Selecteer met behulp van de draaiknop de
song die u wilt afspelen en druk daarna op
de knop [START/STOP] om met het
afspelen te beginnen.
Een stijlbestand dat in het flashgeheugen is
opgeslagen, moet eerst met de functie Load Style
File in stijlnummer 166 (op de NP-V80) of in
stijlnummer 161 (op de NP-V60) worden geladen
voordat het kan worden afgespeeld. Zie pagina 81
voor details over de NP-V80 of pagina 67 voor details
over de NP-V60.
• Maak de USB-kabel niet los tijdens het overbrengen van
gegevens. De gegevens worden hierdoor niet alleen niet
overgebracht en opgeslagen, maar de werking van het
geheugen kan bovendien instabiel worden en de inhoud van
het geheugen kan verdwijnen als de stroom wordt in- of
uitgeschakeld.
• Opgeslagen gegevens kunnen verloren gaan door een
storing of een verkeerd gebruik van de uitrusting. Om
veiligheidsredenen adviseren wij u om een kopie te bewaren
van alle belangrijke gegevens die u hebt opgeslagen op uw
computer.
• Wij adviseren u om tijdens het overbrengen van gegevens een
netadapter te gebruiken en geen batterijen. De gegevens
kunnen beschadigd raken als de batterijen tijdens het
overbrengen leeg raken.
Een back-upbestand van het
instrument overbrengen naar
een computer
U kunt met behulp van Musicsoft Downloader een backupbestand met back-upgegevens (pagina 50), inclusief de
vijf gebruikerssongs van het instrument naar een computer
overbrengen. Als u in de display van Musicsoft
Downloader op 'Electronic Musical Instruments' en
vervolgens op 'System Drive' klikt, wordt in de
rechterbenedenhoek van de display van Musicsoft
Downloader een bestand met de naam '10PK6.BUP
(NP-V80), 10PK5.BUP(NP-V60)' weergegeven. Dit is
het back-upbestand. Zie voor meer informatie over
het verzenden van back-upbestanden met Musicsoft
Downloader het online Help-onderwerp 'Transferring
Data Between the Computer and Instrument (for
unprotected data)' van het programma.
• De back-upgegevens, waaronder de vijf gebruikerssongs,
worden als één bestand verzonden of ontvangen. Hierdoor
worden alle back-upgegevens telkens overschreven wanneer
u de data verzendt of ontvangt. Onthoud dit wanneer u
gegevens overbrengt.
• Geef het back-upbestand op de computer geen andere naam.
Als u dit wel doet, wordt het bestand niet herkend wanneer
het naar het instrument wordt overgebracht.
Referentie
Overgebrachte songs voor lessen gebruiken...
Als u voor lessen songs (alleen in SMF Format 0)
gebruikt die van een computer zijn overgebracht,
kunt u opgeven welke kanalen als partij voor de
rechter- en de linkerhand moeten worden afgespeeld.
1
Druk op de knop [SONG] en selecteer de song
(036–) in het flashgeheugen waarvoor u de
gidstrack wilt instellen.
2
Druk op de knop [FUNCTION].
3
Gebruik de knoppen CATEGORY [ ] en [ ]
om het item 'R-Part' of 'L-Part' te selecteren.
4
Selecteer met de draaiknop het kanaal dat u wilt
afspelen als de opgegeven partij voor de rechterof linkerhand.
De standaardinstellingen zijn kanaal 1 voor de partij
van de rechterhand en kanaal 2 voor de partij van de
linkerhand.
Gebruikershandleiding
88
Page 89
Installatiegids voor de meegeleverde cd-rom
LET OP
BIJZONDERE KENNISGEVINGEN
• Yamaha Corporation heeft het exclusieve auteursrecht van de software en deze handleiding.
• Het gebruik van de software en deze handleiding is omschreven in de licentieovereenkomst waarmee de koper
zich door het verbreken van het zegel van de softwareverpakking verklaard heeft volledig akkoord te gaan.
(Lees de Softwarelicentieovereenkomst op pagina 95 zorgvuldig door voordat u de toepassing gaat installeren.)
• Het is uitdrukkelijk verboden op enigerlei wijze de software te kopiëren of deze handleiding te reproduceren,
hetzij geheel of gedeeltelijk, zonder schriftelijke toestemming van de fabrikant.
• Yamaha geeft geen garanties met betrekking tot het gebruik van de software en documentatie en kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor de resultaten van het gebruik van deze handleiding en de software.
• Deze schijf met software is niet bestemd voor gebruik met een audio/visueel systeem (cd-speler, dvd-speler
enz.). Probeer de schijf niet te gebruiken op andere apparatuur dan een computer.
• De schermweergaven zoals ze in deze handleiding te zien zijn, zijn uitsluitend bedoeld voor
instructiedoeleinden en kunnen dus enigszins afwijken van de werkelijkheid.
• Software zoals het USB MIDI-stuurprogramma kan zonder voorafgaande kennisgeving worden aangepast en
bijgewerkt. Download indien nodig de meest recente versie van de software van de volgende website:
http://music.yamaha.com/download/
• Toekomstige upgrades van het programma en de systeemsoftware, en wijzigingen in specificaties en functies
zullen afzonderlijk worden bekendgemaakt.
Belangrijke informatie over de cd-rom
Gegevenstypen
Deze cd-rom bevat onder andere toepassingssoftware. Zie pagina 91 voor instructies voor het installeren van de software.
• Probeer deze cd-rom niet af te spelen op andere apparatuur
dan een computer. De resulterende sterke ruis kan mogelijk
gehoorbeschadiging tot gevolg hebben of schade aan uw
apparatuur.
Besturingssysteem
De toepassingen op deze cd-rom zijn geschikt voor verschillende versies van het Windows-besturingssysteem.
Referentie
Gebruikershandleiding
89
Page 90
Installatiegids voor de meegeleverde cd-rom
Inhoud van cd-rom
Het volgende startvenster verschijnt automatisch nadat u de meegeleverde cd-rom in het cd-rom-station hebt geplaatst.
(Als het startvenster niet automatisch op het scherm verschijnt, opent u de map 'Deze computer' en dubbelklikt u op
'Start.exe' in het cd-rom-station.)
q
Referentie
w
MapToepassing/GegevensnaamInhoud
Deze toepassing kan worden gebruikt om MIDI-songgegevens van
MSD_
q
USBdrv32_
w
USBdrv64_
SongBook
e
SongData
SampleData
Om de PDF-notaties te kunnen bekijken, moet u Acrobat Reader op uw computer installeren.
U kunt Acrobat Reader gratis downloaden van de Adobe-website.
StyleData
MDB
Musicsoft Downloader
USB-MIDI-stuurprogramma
(voor de 32-bits versie van
Windows 2000/XP/Vista/7)
USB-MIDI-stuurprogramma
(voor de 64-bits versie van
Windows XP/Vista/7)
Song Book
MIDI 70 songs
5 stijlbestanden
5 Music Database-data
internet te downloaden en ze van de computer naar het geheugen
van het instrument over te brengen.
Raadpleeg pagina 93 voor installatie-instructies.
U hebt de stuurprogrammasoftware nodig om MIDI-apparaten via
USB op uw computer aan te sluiten.
Raadpleeg pagina 91 voor installatie-instructies.
Omvat onder meer notatiegegevens voor de 30 interne songs op het
instrument en 70 MIDI-songs die op de cd-rom staan. De
uitzonderingen zijn de songs 1–11 en 30. De muzieknotatie van
songs 9–11 kunt u vinden in de afzonderlijke datalijst.
Deze songs, stijlen of gegevens kunnen naar het instrument worden
overgebracht en worden afgespeeld of worden gebruikt met de
functies van het instrument.
128 MB of meer
beschikbare
schijfruimte
(512 MB of meer
beschikbare
schijfruimte wordt
aanbevolen)
10 MB of meer—
10 MB of meer—
Musicsoft
Downloader
USBstuurprogramma
voor Windows
Windows 2000/XP Home
Edition/XP Professional/Vista
* Alleen 32-bits wordt
ondersteund.
Windows 7
Windows XP Professional
(SP2/SP3)/XP Home Edition
(SP2/SP3)/2000 (SP4)
Windows XP Professional
x64 Edition (SP2)
Windows Vista (SP0/SP1/
SP2)
Windows 7
233 MHz of hoger; Intel
Pentium/Celeronprocessorfamilie
(500 MHz of meer wordt
aanbevolen)
166 MHz of hoger; Intel
Core/Pentium/Celeronprocessor
Intel 64-compatibele
processor
800 MHz of hoger; Intel
Core/Pentium/Celeronprocessor of Intel 64compatibele processor
1,4 GHz of hoger; Intel
Core/Pentium/Celeronprocessor of Intel
64-compatibele processor
64 MB of meer
(256 MB of meer
wordt aanbevolen)
32 MB of meer
(64 MB of meer
wordt aanbevolen)
256 MB of meer10 MB of meer—
512 MB of meer10 MB of meer—
1 GB of meer
(32-bits)/2 GB of
meer (64-bits)
Software-installatie
800 x 600
HighColor
(16-bits)
Raadpleeg het gedeelte 'Problemen oplossen' op
pagina 93 als u problemen ondervindt bij het installeren.
• De voorbeelddisplays in deze handleiding zijn in het Engels.
Het USB-MIDI-stuurprogramma
installeren/bijwerken
Als u wilt communiceren met MIDI-instrumenten en die
instrumenten wilt gebruiken als ze op uw computer zijn
aangesloten, moet de bijbehorende
stuurprogrammasoftware correct op uw computer worden
geïnstalleerd.
Dankzij het USB-MIDI-stuurprogramma kunnen
sequence-software en gelijksoortige toepassingen op uw
computer MIDI-gegevens via een USB-kabel naar en van
MIDI-instrumenten verzenden en ontvangen.
Volg de onderstaande stappen om het USB-MIDIstuurprogramma te installeren (of bij te werken).
Koppel alle USB-apparaten van de
1
computer los, behalve de muis en het
toetsenbord van de computer.
Start de computer en meld u met
2
beheerdersrechten (Administrator) aan
bij Windows.
Sluit alle openstaande programma's en vensters.
Plaats de meegeleverde cd-rom in het
3
cd-rom-station van uw computer.
Zet het instrument uit.
4
Sluit de USB-aansluiting van de computer
5
met een standaard-USB-kabel aan op de
USB-aansluiting van het MIDI-instrument.
OPMERKING
• Gebruik geen USB-hub om meerdere USB-apparaten
aan te sluiten.
OPMERKING
• Als u meerdere MIDI-instrumenten tegelijk wilt
gebruiken via de USB-aansluiting, sluit u al deze
instrumenten aan op de computer. Vervolgens zet u
de instrumenten allemaal aan en voert u de volgende
installatieprocedure uit.
Zet het instrument of de instrumenten aan.
6
Wanneer het venster van de wizard voor
7
gevonden nieuwe hardware verschijnt, klikt
u op [Annuleren].
OPMERKING
• Op sommige computers kan het even duren voordat dit
scherm verschijnt.
Gebruikershandleiding
Referentie
91
Page 92
Installatiegids voor de meegeleverde cd-rom
OPMERKING
Windows 2000
Windows XP
Windows Vista/7
• Als u Windows XP x64/Vista/7 gebruikt, dubbelklikt u op
het pictogram 'Yamaha USB-MIDI Driver (WDM)'.
OPMERKING
• Dit scherm verschijnt niet in Windows 7. Als een bericht
verschijnt dat de driversoftware voor de apparatuur niet
correct is geïnstalleerd, gaat u verder met de
installatieprocedure.
Referentie
• Dit scherm verschijnt niet als u de USB-MIDI-driver
van de vorige versie bijwerkt. Ga verder met de
installatieprocedure.
Open de volgende map van het cd-rom-
8
station in de map 'Deze computer' en
dubbelklik op 'setup.exe'.
• Voor gebruikers van de 32-bits versie van
Windows 2000/XP/Vista/7: 'USBdrv32_'
• Voor gebruikers van de 64-bits versie van
Windows XP/Vista/7: 'USBdrv64_'
* Selecteer menu [Start] [Configuratiescherm]
[Systeem] om het systeem te controleren.
(Windows XP: 'x64 Edition' verschijnt alleen
bij de 64-bits versie, niet bij de 32-bits versie.)
Als het venster voor downloaden van het
9
bestand verschijnt, klikt u op [Uitvoeren] of
[Openen].
Het venster voor voorbereiding van de installatie
verschijnt. Wanneer deze voorbereiding is voltooid,
verschijnt het volgende venster.
OPMERKING
• De berichten in dit venster kunnen enigszins afwijken
van het voorbeeld, afhankelijk van de browser die u
gebruikt.
OPMERKING
• (Windows XP) Wanneer het venster met een
veiligheidswaarschuwing verschijnt, klikt u op [Uitvoeren].
OPMERKING
• (Windows Vista/7) Als het venster
'Gebruikersaccountbeheer' wordt weergegeven, klikt u
op [Doorgaan] of [Ja].
Als het venster 'Welcome to the
10
InstallShield Wizard for Yamaha USB-MIDI
Driver' verschijnt, klikt u op [Next]
(Volgende).
Als de onderstaande waarschuwing tijdens de
installatie verschijnt, klikt u op [Yes] (Ja), [Continue
Anyway] (Toch doorgaan) of [Install] (Installeren).
Wanneer een bericht verschijnt dat het
11
stuurprogramma op de juiste wijze is
geïnstalleerd, klikt u op [Voltooien].
OPMERKING
• Op sommige computers kan het even duren voordat dit
scherm verschijnt.
Wanneer u in een venster wordt
12
gevraagd de computer opnieuw op te
starten, doet u dit.
Start de computer opnieuw op volgens de
aanwijzingen op het scherm.
OPMERKING
• Dit venster wordt niet weergegeven als u Windows XP
x64/Vista/7 gebruikt. U hoeft dan niet opnieuw op te
starten.
Het versienummer van het stuurprogramma
controleren
Open het Configuratiescherm en dubbelklik op het
pictogram 'Yamaha USB-MIDI Driver'.
Het versienummer van de driver wordt linksonder in
het weergegeven scherm vermeld.
OPMERKING
Gebruikershandleiding
92
Page 93
Installatiegids voor de meegeleverde cd-rom
Musicsoft Downloader installeren
BELANGRIJK
• U moet beschikken over beheerdersrechten om Musicsoft
Downloader te kunnen installeren op een computer met
Windows 2000, XP, Vista of 7.
Plaats de meegeleverde cd-rom in het
1
cd-rom-station van uw computer.
Het startvenster met de softwaretoepassingen wordt
automatisch geopend.
OPMERKING
• Als het startvenster niet automatisch op het scherm
verschijnt, opent u de map 'Deze computer' en
dubbelklikt u op 'Start.exe' in het cd-rom-station. Daarna
gaat u verder met stap 2 hieronder.
Klik op [Musicsoft Downloader].
2
Klik op de knop [Install] en volg de
3
aanwijzingen op het scherm om de software
te installeren.
Raadpleeg het Help-menu voor bedieningsinstructies
van Musicsoft Downloader: start de Musicsoft
Downloader-applicatie op en klik op ‘Help’.
* Ga naar de volgende website voor de meest recente
versie van Musicsoft Downloader:
http://music.yamaha.com/download/
BELANGRIJK
• Voor het overbrengen van bestanden tussen dit instrument en
een computer kan alleen Microsoft Downloader worden
gebruikt. U kunt geen andere programma's voor
bestandsoverdracht gebruiken.
Problemen oplossen
Het stuurprogramma kan niet worden
geïnstalleerd.
• Is de USB-kabel goed aangesloten?
Controleer de aansluiting van de USB-kabel. Koppel de
USB-kabel los en sluit deze dan weer aan.
• Is de USB-functie geactiveerd op uw computer?
Als u het instrument de eerste keer aansluit op de
computer en de wizard 'Nieuwe hardware toevoegen
(gevonden)' of de wizard 'Nieuwe hardware gevonden'
niet verschijnt, is de USB-functie op de computer
mogelijk uitgeschakeld. Voer de volgende stappen uit.
1 Selecteer [Configuratiescherm]*
[Systeem] [Hardware]
[Apparaatbeheer] (voor Windows 2000/XP),
of selecteer [Configuratiescherm]
[Apparaatbeheer] (voor Windows Vista/7).
* Alleen Klassieke weergave in Windows XP.
2 Controleer of er geen '!' of 'x' wordt
weergegeven bij USB-controllers of USBhoofdhub. Als dat wel het geval is, wordt de
controller of hub niet herkend door de
computer.
• Is er een onbekend apparaat geregistreerd?
Als het stuurprogramma niet kan worden geïnstalleerd,
wordt het instrument als ‘Onbekend apparaat’
gemarkeerd en kunt u het stuurprogramma niet
installeren. Ga als volgt te werk om het onbekende
apparaat te verwijderen.
1 Selecteer [Configuratiescherm]*
[Systeem] [Hardware]
[Apparaatbeheer] (voor Windows 2000/XP),
of selecteer [Configuratiescherm]
[Apparaatbeheer] (voor Windows Vista/7).
* Alleen Klassieke weergave in Windows XP.
2 Kijk of u in het menu Apparaten op type in
het menu Overige apparaten ziet staan.
3 Als dat het geval is, dubbelklikt u erop in de
consolestructuur om te zoeken naar
'Onbekende apparaten'. Als er een
onbekend apparaat wordt weergegeven,
selecteert u het apparaat en klikt u op de
knop [Verwijderen].
4 Haal de USB-kabel uit het instrument en
sluit de kabel weer aan.
5 Installeer het stuurprogramma opnieuw.
(pagina's 91–92)
Gebruikershandleiding
Referentie
93
Page 94
Installatiegids voor de meegeleverde cd-rom
Referentie
Als u het instrument vanaf uw computer
bedient via USB, werkt het instrument niet goed
of hoort u geen geluid.
• Is het stuurprogramma geïnstalleerd? (pagina 91)
• Is de USB-kabel goed aangesloten?
• Zijn de volume-instellingen van het instrument, het
afspeelapparaat en de toepassing juist?
• Hebt u een juiste poort in de sequencesoftware
geselecteerd?
• Gebruikt u de laatste versie van het USB MIDIstuurprogramma? Het laatste stuurprogramma kan
worden gedownload via de volgende website.
http://music.yamaha.com/download/
Het afspelen gaat met iets vertraging.
• Voldoet uw computer aan de systeemvereisten?
• Loopt er een ander programma of een ander
stuurprogramma?
De computer kan niet op de juiste manier in de
slaapstand worden gezet of uit de slaapstand
worden gehaald.
• Zet de computer niet in stand-by als er een MIDIprogramma wordt uitgevoerd.
Als u Windows 2000 gebruikt, is het, afhankelijk van de
systeemconfiguratie (USB Host Controller, enz.),
mogelijk dat u de computer niet op de normale manier
in/uit de stand-bymodus kunt zetten. U kunt het
probleem in ieder geval oplossen door de USB-kabel los
te koppelen en weer aan te sluiten.
Hoe kan ik de software verwijderen?
[Windows 2000/XP]
1 Koppel alle USB-apparaten van de
computer los, behalve de muis en het
toetsenbord.
2 Start de computer en meld u aan met de
'Administrator'-account.
Sluit alle openstaande programma's en vensters.
3 Selecteer in het menu [Start] de optie
([Instellingen]) [Configuratiescherm]
[Software] om het venster 'Software' te
openen.
4 Klik op 'Programma's wijzigen of
verwijderen' linksboven en selecteer
'Yamaha USB-MIDI Driver' of 'Yamaha
Musicsoft Downloader' in het overzicht in
het rechter deelvenster.
5 Klik op [Verwijderen].
Er verschijnt een dialoogvenster. Volg de instructies
om de software te verwijderen.
[Windows Vista/7]
1 Koppel alle USB-apparaten van de
computer los, behalve de muis en het
toetsenbord.
2 Start de computer en meld u aan met de
'Administrator'-account.
Sluit alle openstaande programma's en vensters.
3 Selecteer in het menu [Start] de optie
[Configuratiescherm] [Programma's en
onderdelen] of [Een programma
verwijderen] om het venster 'Een
programma verwijderen of wijzigen' te
openen.
Gebruikershandleiding
94
4 Selecteer 'Yamaha USB-MIDI Driver' of
'Yamaha Musicsoft Downloader' in het
overzicht.
5 Klik op [Verwijderen].
Als het venster 'Gebruikersaccountbeheer' wordt
weergegeven, klikt u op [Toestaan] of [Doorgaan].
Er verschijnt een dialoogvenster. Volg de instructies
om de software te verwijderen.
Page 95
Installatiegids voor de meegeleverde cd-rom
ATTENTIE
SOFTWARELICENTIEOVEREENKOMST
LEES DEZE SOFTWARELICENTIEOVEREENKOMST
('OVEREENKOMST') ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U DEZE
SOFTWARE GEBRUIKT. U MAG DEZE SOFTWARE ALLEEN
GEBRUIKEN ALS U INSTEMT MET ALLE VOORWAARDEN EN
BEPALINGEN DIE IN DEZE OVEREENKOMST WORDEN GENOEMD.
DIT IS EEN OVEREENKOMST TUSSEN U (ALS INDIVIDU OF
JURIDISCHE EENHEID) EN YAMAHA CORPORATION ('YAMAHA').
DOOR DE VERZEGELING VAN DIT PAKKET TE VERBREKEN STEMT
U ERMEE IN DAT DE VOORWAARDEN IN DEZE OVEREENKOMST
BINDEND ZIJN. ALS U NIET MET DE VOORWAARDEN INSTEMT,
MOET U DE SOFTWARE NIET INSTALLEREN, KOPIËREN OF
ANDERSZINS GEBRUIKEN.
1. TOEKENNING VAN LICENTIE EN COPYRIGHT
Yamaha kent u hierbij het recht toe om één exemplaar te gebruiken van de
softwareprogramma's en gegevens ('SOFTWARE') die bij deze overeenkomst
worden geleverd. De term SOFTWARE omvat eventuele updates van de
meegeleverde software en gegevens. De SOFTWARE is eigendom van Yamaha
en/of licentienemers van Yamaha en wordt beschermd door de toepasselijke
wetten en bepalingen op het gebied van copyright. Hoewel u het recht hebt om
het eigendom te claimen van de gegevens die met behulp van de SOFTWARE
zijn gemaakt, blijft de bescherming van de SOFTWARE door de toepasselijke
copyrights van kracht.
• Het is u toegestaan de SOFTWARE op één computer te gebruiken.
• Het is u toegestaan om, uitsluitend voor back-updoeleinden, één kopie
van de SOFTWARE te maken, in een door computers leesbare vorm, mits
de SOFTWARE zich bevindt op media waarvoor een dergelijk backupexemplaar is toegestaan. Op het back-upexemplaar moet u de
copyrightverklaring van Yamaha en eventuele andere
eigendomsvermeldingen reproduceren die op de oorspronkelijke kopie
van de SOFTWARE aanwezig waren.
• Het is u toegestaan om al uw rechten op de SOFTWARE definitief over te
dragen aan een derde, mits u geen kopieën achterhoudt en de ontvangende
partij alle voorwaarden in deze Overeenkomst leest en daarmee instemt.
2. BEPERKINGEN
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE aan reverse engineering te
onderwerpen, te disassembleren of te decompileren of anderszins te trachten
broncode van de SOFTWARE te achterhalen.
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE of enig deel daarvan te
reproduceren, te wijzigen, te verhuren, in lease te geven of te distribueren
of afgeleide werken van de SOFTWARE te maken.
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE op elektronische wijze van de ene
computer naar de andere over te brengen of de SOFTWARE gezamenlijk te
gebruiken via een computernetwerk.
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE te gebruiken voor de distributie van
illegale gegevens of van gegevens die de openbare orde schenden.
• Het is u niet toegestaan diensten te ontwikkelen die op het gebruik van de
SOFTWARE zijn gebaseerd zonder toestemming van Yamaha Corporation.
Voor de gegevens waarop copyrights of auteursrechten rusten die via de
SOFTWARE zijn verkregen, inclusief maar niet beperkt tot de MIDI-gegevens
van songs, gelden de onderstaande beperkingen.
• Gegevens die door middel van de SOFTWARE zijn verkregen mogen niet
voor commerciële doeleinden worden gebruikt, tenzij de eigenaar van het
copyright of auteursrecht daarvoor toestemming heeft verleend.
• Gegevens die door middel van de SOFTWARE zijn verkregen mogen niet
worden gedupliceerd, overgebracht, gedistribueerd of in het openbaar worden
afgespeeld of uitgevoerd, tenzij de eigenaar van het copyright of auteursrecht
daarvoor toestemming heeft verleend.
• De codering van gegevens die door middel van de SOFTWARE zijn
verkregen mag niet worden verwijderd en het elektronische watermerk mag
niet worden gewijzigd, tenzij de eigenaar van het copyright of auteursrecht
daarvoor toestemming heeft verleend.
3. BEËINDIGING
Deze Overeenkomst wordt van kracht op de dag waarop u de SOFTWARE
ontvangt en blijft van kracht totdat de Overeenkomst is beëindigd. Indien
copyrightwetten of bepalingen in deze Overeenkomst worden geschonden,
wordt de Overeenkomst automatisch en onmiddellijk beëindigd, zonder
kennisgeving van Yamaha. Bij een dergelijke beëindiging moet u de
SOFTWARE waarop de licentie betrekking heeft en alle meegeleverde
schriftelijke documenten en alle kopieën daarvan onmiddellijk vernietigen.
4. BEPERKTE GARANTIE OP MEDIA
Bij SOFTWARE die op tastbare media wordt verkocht geeft Yamaha de
garantie dat de tastbare media waarop de SOFTWARE is vastgelegd bij
normaal gebruik gedurende een periode van veertien (14) dagen na de datum
van ontvangst, zoals kan worden aangetoond met een kopie van het
ontvangstbewijs, vrij is van materiaal- en productiefouten. De enige
verplichting van Yamaha en uw exclusieve recht op verhaal is vervanging van
de defectieve media, mits deze binnen veertien dagen met een kopie van het
ontvangstbewijs worden geretourneerd aan Yamaha of een geautoriseerde
Yamaha-leverancier. Yamaha is niet verantwoordelijk voor de vervanging van
media die door ongelukken, misbruik of verkeerde toepassingen zijn
beschadigd. TOT HET MAXIMUM DAT WETTELIJK IS TOEGESTAAN
WIJST YAMAHA NADRUKKELIJK ALLE IMPLICIETE GARANTIES OP
DE TASTBARE MEDIA AF, DAARONDER BEGREPEN DE IMPLICIETE
GARANTIES MET BETREKKING TOT VERHANDELBAARHEID EN
GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
5. AFWIJZING VAN GARANTIE OP SOFTWARE
U verklaart nadrukkelijk en stemt ermee in dat u de SOFTWARE volledig op
eigen risico gebruikt. De SOFTWARE en verwante documentatie worden
'ALS ZODANIG' ('as is') en zonder enige vorm van garantie geleverd.
ONDANKS EVENTUELE ANDERE BEPALINGEN IN DEZE
OVEREENKOMST WIJST YAMAHA NADRUKKELIJK ALLE
GARANTIES OP DE SOFTWARE AF, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET,
DAARONDER BEGREPEN DOCH NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE
GARANTIES MET BETREKKING TOT VERHANDELBAARHEID,
GESCHIKTHEID VOOR EEN SPECIFIEK DOEL OF GARANTIES DAT
GEEN INBREUK WORDT GEMAAKT OP RECHTEN VAN DERDEN.
YAMAHA VERKLAART NADRUKKELIJK, DOCH ZONDER
BEPERKING VAN HET VOORAFGAANDE, GEEN GARANTIE TE
GEVEN DAT DE SOFTWARE AAN UW BEHOEFTEN VOLDOET, DAT DE
SOFTWARE ZONDER ONDERBREKINGEN OF FOUTLOOS KAN
WORDEN UITGEVOERD OF DAT FOUTEN IN DE SOFTWARE
WORDEN GECORRIGEERD.
6. BEPERKING VAN AANSPRAKELIJKHEID
DE ENIGE VERPLICHTING DIE YAMAHA OP BASIS VAN DEZE OVEREENKOMST HEEFT IS HET TOESTAAN VAN HET GEBRUIK OP BASIS
VAN DE IN DEZE OVEREENKOMST GENOEMDE VOORWAARDEN. IN
GEEN GEVAL KAN YAMAHA DOOR U OF EEN ANDERE PERSOON
AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR SCHADE, MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT EVENTUELE DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE OF GEVOLGSCHADE, KOSTEN, GEDERFDE
WINSTEN, GEGEVENSVERLIES OF ANDERE SCHADE, VOORTVLOEIEND UIT HET GEBRUIK, HET ONEIGENLIJK GEBRUIK OF HET NIET
KUNNEN GEBRUIKEN VAN DE SOFTWARE, ZELFS ALS YAMAHA OF
EEN GEAUTORISEERDE LEVERANCIER OP DE HOOGTE IS GESTELD
VAN DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE. De totale aansprakelijkheid van Yamaha jegens u voor alle schade, verliezen en handelingen
(gerelateerd aan contracten, onrechtmatige handelingen of anderszins) overschrijdt in geen geval het bedrag dat voor de SOFTWARE is betaald.
7. SOFTWARE VAN DERDEN
Bij de SOFTWARE worden mogelijk software en gegevens van derden
('SOFTWARE VAN DERDEN') geleverd. Indien Yamaha in de schriftelijke
materialen of elektronische gegevens die bij de Software worden geleverd
bepaalde software en gegevens als SOFTWARE VAN DERDEN aanduidt,
verklaart u en stemt u ermee in zich te houden aan de voorwaarden in een
eventuele Overeenkomst die bij de SOFTWARE VAN DERDEN wordt
geleverd en dat de leverancier van de SOFTWARE VAN DERDEN
verantwoordelijk is voor eventuele garanties of aansprakelijkheid gerelateerd
aan of voortvloeiend uit de SOFTWARE VAN DERDEN. Yamaha draagt geen
enkele verantwoordelijkheid voor de SOFTWARE VAN DERDEN of het
gebruik daarvan.
• Yamaha biedt geen uitdrukkelijke garantie op de SOFTWARE VAN
DERDEN. DAARNAAST WIJST YAMAHA NADRUKKELIJK ALLE
IMPLICIETE GARANTIES AF, DAARONDER BEGREPEN DOCH NIET
BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES MET BETREKKING TOT
VERHANDELBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN SPECIFIEK
DOEL, met betrekking tot de SOFTWARE VAN DERDEN.
• Yamaha biedt geen diensten of onderhoud aan met betrekking tot de
SOFTWARE VAN DERDEN.
• Yamaha kan niet door u of een andere persoon aansprakelijk worden gesteld
voor schade, met inbegrip maar niet beperkt tot eventuele directe, indirecte,
incidentele of gevolgschade, kosten, gederfde winsten, gegevensverlies of
andere schade, voortvloeiend uit het gebruik, het oneigenlijk gebruik of het
niet kunnen gebruiken van de SOFTWARE VAN DERDEN.
8. ALGEMEEN
Op deze Overeenkomst is het Japanse recht van toepassing en deze
Overeenkomst wordt op basis van het Japanse recht geïnterpreteerd, zonder
verwijzingen naar principes met betrekking tot juridische conflicten. Eventuele
disputen of procedures worden voorgelegd aan de rechtbank van het district
Tokyo in Japan. Indien een rechtbank met competente jurisdictie een
willekeurig gedeelte van deze Overeenkomst om een willekeurige reden niet
kan bekrachtigen, blijft het resterende gedeelte van deze overeenkomst volledig
van kracht.
9. VOLLEDIGE OVEREENKOMST
Deze Overeenkomst vormt de volledige overeenkomst tussen de partijen met
betrekking tot het gebruik van de SOFTWARE en eventuele meegeleverde
schriftelijke materialen en vervangt alle eerdere of gelijktijdige afspraken of
overeenkomsten, schriftelijk of mondeling, met betrekking tot de inhoud van
deze Overeenkomst. Geen enkele aanvulling op of herziening van deze
Overeenkomst is bindend, tenzij deze op schrift is gesteld en is ondertekend
door een volledig geautoriseerde vertegenwoordiger van Yamaha.
Gebruikershandleiding
Referentie
95
Page 96
Problemen oplossen
gAppendix
Als het instrument wordt aan- of uitgezet, is er kort een ploppend
geluid te horen.
Bij gebruik van een mobiele telefoon worden er bijgeluiden
geproduceerd.
Er is geen geluid, zelfs niet als het keyboard wordt bespeeld of
als er een song of stijl wordt afgespeeld.
Het bespelen van toetsen in het rechterhandgedeelte van het
keyboard geeft geen geluid.
Het volume is te zacht.
De geluidskwaliteit is matig.
Het ritme stopt onverwacht of wordt niet afgespeeld.
De opgenomen gegevens van de song enz. worden niet goed
afgespeeld.
De LCD-display wordt plotseling donker en alle
paneelinstellingen worden gereset.
De stijl of de song wordt niet afgespeeld als er op de knop
[START/STOP] wordt gedrukt.
De stijl klinkt niet zoals het hoort.Zorg ervoor dat het stijlvolume (pagina 64) op het juiste niveau staat.
Er wordt geen ritmebegeleiding afgespeeld als u op de knop
[START/STOP] drukt nadat u de stijl 'Serenade' in de categorie
Waltz en alle stijlen in de categorie Pianist hebt geselecteerd.
Niet alle voices lijken te horen, of het geluid wordt afgekapt.Het instrument is polyfoon tot maximaal 32 noten. Als de dualvoice of
Sommige noten klinken niet als er meerdere noten tegelijkertijd
op het keyboard worden gespeeld, of als er arpeggio's worden
gespeeld.
De voetschakelaar (voor sustain) lijkt precies omgekeerd te
werken. Indrukken van de voetschakelaar kapt bijvoorbeeld het
geluid af en loslaten geeft juist sustain aan de geluiden.
Het geluid van de voice klinkt iets anders van noot tot noot.Dit is normaal. De AWM-klankopwekkingsmethode gebruikt meerdere
Appendix
De verkeerde noten klinken als het keyboard wordt bespeeld.Misschien is de speelhulptechnologie ingeschakeld.
De aanduiding ACMP ON verschijnt niet nadat op de knop
[ACMP ON/OFF] is gedrukt.
Het USB-apparaat reageert niet.Koppel het apparaat los van de [USB TO DEVICE]-aansluiting en schakel
De bestandsnaam wordt niet weergegeven van een bestand dat
naar het flashgeheugen van het instrument is overgebracht, of
een bestand in een USB-flashgeheugen dat op het instrument is
aangesloten.
ProbleemMogelijke oorzaak en oplossing
Dit is normaal en geeft aan dat het instrument elektrische stroom ontvangt.
Als een mobiele telefoon in de onmiddellijke nabijheid van het instrument
wordt gebruikt, kan dit storing veroorzaken. Om dit te voorkomen, kunt u de
mobiele telefoon uitschakelen of deze verder uit de buurt van het
instrument gebruiken.
Controleer of er niets op de PHONES/OUTPUT-aansluiting op het
achterpaneel is aangesloten. Als er een hoofdtelefoon op deze aansluiting
is aangesloten, komt er geen geluid uit de luidsprekers.
Controleer of de lokale besturing is in- of uitgeschakeld. (Zie pagina 85.)
Als u de Dictionary-functie (pagina 68) gebruikt, worden de toetsen in het
rechterhandgedeelte alleen gebruikt voor het invoeren van de grondtoon
en de akkoordsoort.
De batterijen zijn bijna of helemaal leeg. Vervang alle zes de batterijen door
nieuwe of gebruik de optionele netadapter.
Staat External Clock op ON? Zorg dat External Clock is uitgezet (OFF), zie
'Externe klok' op pagina 85.
Is het splitpunt ingesteld op de juiste toets voor de akkoorden die u speelt?
Stel het splitpunt in op de juiste toets (pagina 65).
Wordt de aanduiding 'ACMP ON' weergegeven in de display? Als dit niet
het geval is, drukt u op de knop [ACMP ON/OFF] om de aanduiding weer
te geven.
Dit is geen fout. De stijl 'Serenade in de categorie Waltz en alle stijlen in de
categorie Pianist hebben geen ritmegedeelte. Er wordt dus geen ritme
afgespeeld. De andere partijen worden afgespeeld wanneer u een akkoord
speelt in het begeleidingsgedeelte van het keyboard, en de functie
afspelen aan staat.
splitvoice wordt gebruikt en er tegelijkertijd een song of stijl wordt
afgespeeld, kunnen sommige noten worden weggelaten of worden
'gestolen' van de begeleiding of de song.
U hebt het aantal van 32 gelijktijdig gespeelde noten overschreden. 32 is de
maximale polyfonie (het maximumaantal noten dat tegelijkertijd kan worden
gespeeld) van het instrument. Het instrument speelt normaal zolang niet
meer dan 32 noten tegelijkertijd worden gespeeld, zowel op het keyboard als
door de automatische afspeelfuncties.
De polariteit van de voetschakelaar is omgedraaid. Zorg dat het pedaal
juist is aangesloten op de SUSTAIN-aansluiting vóór u het instrument
aanzet.
opnamen (samples) van een instrument over het hele keyboard. De voice
kan dus van noot tot noot iets anders klinken.
Druk op de knop [P.A.T. ON/OFF] om de functie uit te zetten.
Druk altijd eerst op de knop [STYLE] als u een stijlgerelateerde functie gaat
gebruiken.
het instrument in.
Het aantal bestandsnamen dat in de display kan worden weergegeven, is
beperkt tot 500 voor songbestanden en 100 voor stijlbestanden. Beperkt
het aantal bestanden dienovereenkomstig.
Gebruikershandleiding
96
Page 97
Specificaties
Keyboards
• 76 vierkante toetsen (E0–G6), met aanslaggevoeligheid.
Local On/Off, External Clock, Initial Send,
Keyboard Out, Style Out, Song Out
Denominator, Metronome Volume
REW, FF, START/STOP
Opnemen
• Song
Gebruikerssong:5 songs
Opnametracks:1, 2, 3, 4, 5, STYLE
MIDI
• Local On/Off • Initial Send• External Clock
• Keyboard Out• Style Out• Song Out
Aux. aansluitingen
• PHONES/OUTPUT, DC IN, USB, SUSTAIN, USB TO
DEVICE
Versterker
•6 W + 6 W
speakers
• NP-V80: (12 cm x 6 cm) x 2 + 5 cm x 2
• NP-V60: (12 cm x 6 cm) x 2
Spanningsvoorziening
• Adapter:Gebruikers in V.S: PA-150 of een equivalent
• Batterijen: Zes 'AA'-batterijen (LR6 of equivalent)
Afmetingen (B x D x H)
• NP-V80: 1264 x 312 x 111 mm (49-3/4 inch x 12-5/16 inch x
4-3/8 inch)
• NP-V60: 1228 x 312 x 111 mm (48-3/8 inch x 12-5/16 inch x
4-3/8 inch)
Gewicht
• NP-V80: 7,1 kg (15 lbs. 10 oz.)
• NP-V60: 6,3 kg (13 lbs. 14 oz.)
* (exclusief batterijen)
Bijgeleverde accessoires
• Netadapter PA-150
* Wordt mogelijk niet meegeleverd in uw regio. Neem hiervoor
contact op met uw Yamaha-dealer.
• Voetschakelaar (alleen NP-V80)
• Muziekstandaard
• Cd-rom 'Accessory'
• Gebruikershandleiding
• Handleiding Data List
• My Yamaha Product User Registration
* U hebt de product-id op dit blad nodig bij het invullen van het
gebruikersregistratieformulier.
Optionele accessoires
• Netadapter:
• Voetschakelaar:FC4/FC5
• Keyboardstandaard: L-2C/L-2L
• Hoofdtelefoon:HPE-150/30
• Voetpedaal:FC3
* Specificaties en beschrijvingen in deze
gebruikersgebruikershandleiding zijn uitsluitend voor
informatiedoeleinden. Yamaha Corp. behoudt zich het recht
voor om producten of hun specificaties op elk gewenst moment
zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen of te modificeren.
Aangezien specificaties, apparatuur en opties per locatie kunnen
verschillen, kunt u het best contact opnemen met uw Yamahaleverancier.
Overige: PA-5D, PA-150 of een equivalent
Gebruikers in de V.S.: PA-150 of gelijkwaardig
Overige: PA-5D, PA-150 of een equivalent