7
SOORT
VOEDSEL
HOEVEEL-
HEID
VERMO-
GEN
TIJD NAGAARTIJD TIPS
HELE KIP 1000 G
MAX
(700 W)
18 - 20
MIN.
5 - 10 MIN.
DRAAI DE KIP halverwege de
bereidingstijd om. Controleer of het vleessap helder
gekleurd is wanneer de bereidingstijd voorbij is.
KIP ( lets of
stukken)
500 G 8 - 10 MIN. 5 MIN.
CONTROLEER of het vleessap helder gekleurd is wanneer de
bereidingstijd voorbij is.
B
ACON 150 G 3 - 4 MIN. 1 - 2 MIN.
PLAATS DEZE OP KEUKENPAPIER OP EEN
BORD in 2 of 3 lagen en dek ze af
met nog meer keukenpapier.
GROENTEN
(vers)
300 G 3 - 4 MIN. 1 - 2 MIN.
MET DEKSEL BEREIDEN en 2 tl zout
toevoegen.
G
ROENTEN
(diepvries)
250 - 400 G
3 - 4 MIN.
5 - 6 MIN.
1 - 2 MIN.
MET DEKSEL BEREIDEN
AARDAPPELEN, IN
SCHIL
1 STUK
4 STUKS
4 - 6 MIN.
12 - 15 MIN.
2 MIN.
5 MIN.
INPRIKKEN MET EEN VORK. (1 stuk =
250 g). Halverwege omdraaien.
GEHAKTBROO D 600 - 700 G
600 W
12 - 14
MIN.
5 MIN.
H
ELE VIS 600 G 8 - 9 MIN. 4 - 5 MIN.
VEL INSNIJDEN en afgedekt bereiden.
V
IS (moten of
lets)
400 G 5 - 6 MIN. 2 - 3 MIN.
DUNSTE DELEN NAAR het midden
van het bord plaatsen. Met
deksel bereiden.
NL
KOOKTABEL
HOE MEER VOEDSEL U WILT BEREIDEN , hoe langer de be-
reiding zal duren. Een vuistregel is dat de dubbele hoeveelheid voedsel bijna tweemaal zoveel
tijd vergt.
H
OE LAGER DE BEGINTEMPERATUUR, hoe langer
de vereiste bereidingstijd. Voedsel op kamertemperatuur kookt sneller dan voedsel dat rechtstreeks uit de koelkast komt.
A
LS U MEERDERE STUKKEN VAN hetzelfde
voedsel bereidt, bijvoorbeeld aardappelen in
de schil, dient u deze in een kring in de oven te
zetten, zodat ze gelijkmatig gaar worden.
SOMMIGE VOEDINGSMIDDELEN ZIJN BEDEKT DOOR EEN SCHIL
OF MEMBRAAN , bijvoorbeeld aardappels, appels en
eidooiers. Prik in dergelijke gevallen met een vork
of cocktailprikker in het voedsel om de druk te
verminderen en openbarsten te voorkomen.
KLEINERE STUKK EN VOEDSEL KOKEN SNELLER DAN
GROTERE STUKKEN EN REGELMATIG gevormde stuk-
ken worden gelijkmatiger gaar dan onregelmatig gevormde stukken.
H
ET ROEREN EN OMSCHEPPEN VAN VOEDSEL zijn tech-
nieken die zowel voor traditioneel koken als
het koken met de magnetron worden ge-
bruikt om de warmte snel tot midden
in het voedsel te verdelen en het over-
koken bij de buitenranden te voorkomen.
W
ANNEER U VOEDSEL MET EEN ONREGELMAT IGE
VORM of dikte bereidt, moet u het dunste
gedeelte van het voedsel in de richting van
het midden van het bord plaatsen, waar het als
laatste verwarmd zal worden.
VOEDSEL DAT VEEL VET EN SUIKER bevat zal sneller
koken dan voedsel dat veel water bevat. Vet en
suiker bereiken ook een hogere temperatuur
dan water.
LAAT HET VOEDSEL NA HET BEREIDEN altijd even
staan. Dit levert altijd een verbetering van het
resultaat op aangezien de temperatuur op die
manier gelijkmatig over het voedsel verdeeld
zal worden.