Whirlpool ART 107/3-LH, ART 107/3, KDA 3700/1, CFS 671 L S, CFS 671 R S INSTRUCTION FOR USE [nl]

...
6nl33013.fm5 Page 1 Friday, June 15, 2001 11:24 AM
PRODUCTINFORMATIEBLAD
NL
A. Koelvak
Groente- en fruitlade
1.
2.
Schappen / ruimte voor schappen
3.
Thermostaatgroep met verlichting
4.
Ventilator
5.
Deurvakken
6.
Dispenser voor blikjes of deurvakken
7.
(afhankelijk van het model) Flessenplank
8.
Serienummerplaatje (naast de groente-
9.
en fruitlade)
Minst koude zone Gemiddeld koude zone
Koudste zone
Opmerking:
Alle planken, vakken en schappen kunnen worden verwijderd.
Let op: de accessoires van de koelkast mogen niet in de vaatwasmachine worden gewassen.
het aantal schappen en de vorm van de accessoires kan van model tot model verschillen.
D F
B. Vriesvak
Rooster
10.
Diepvrieszone
11.
Bewaarzone ingevroren en
12.
diepgevroren voedsel Ijsbakje (in het vak)
13.
Binnenkant deur vriesvak
14.
Verwijderbare magneetpakking
15.
E P IGB NL
GR
6nl33013.fm5 Page 2 Friday, June 15, 2001 11:24 AM
Deze koelkast/vriesvak wordt in werking gesteld door de thermostaatgroep in het koelvak te bedienen. Ook de temperatuurregeling in zowel het koelvak als het vriesvak wordt bewerkstelligd via dezelfde thermostaat.
Bedieningen voor de instelling van het Koelvak/vriesvak
A.
Thermostaatknop
B.
Lichtknop
C.
Lampenkapje
D.
Referentieteken thermostaatstand
E.
Lampje (max 15 W)
F.
Invriesschakelaar
Thermostaat op z :koeling en verlichting zijn uitgeschakeld Thermostaat op Thermostaat op Thermostaat op
1-3 koudere omgevingstemperatuur (10-17°C) 3-5 gemiddelde omgevingstemperatuur (18-31°C) 2-4 warmere omgevingstemperatuur (32-38°C)
Wij adviseren u de temperatuur in te stellen op de stand 3.
De koelkast kan functioneren bij omgevingstemperaturen tussen +10°C en +38°C. Optimale prestaties worden verkregen bij temperaturen tussen +16°C en +38°C.
Opmerking:
plaats van het apparaat kunnen van invloed zijn op de binnentemperatuur van de koelkast. De thermostaatstand dient op grond van deze factoren te worden aangepast.
de luchttemperatuur van de omgeving, de frequentie waarmee de deur wordt geopend en de
Ventilator:
Met behulp van de ventilator kan de temperatuur in het koelvak gelijkmatiger worden verdeeld, waardoor het voedsel beter wordt geconserveerd. Het is raadza am de ventilator in te schakelen als de omgevingstemperatuur hoger is dan 22 - 23 °C. Druk op de knop (5a) om de ventilator in te schakelen.
Belangrijk: De ventilator draait UITSLUITEND wanneer de compressor werkt. Zet geen voedsel voor de afzuigzone (5b).
Verwijdering lampenkapje
1 - Pak het kapje vast zoals op de afbeelding en duw ertegen 2 - Duw het kapje naar de achterwand van de koelkast
5019 636 33013
D F
E P IGB NL
GR
Printed in Italy 06/01
Loading...