Whirlpool ADG 9540/3 AV, ADG 955/1 AVM, ADG 9540/3 NB, ADG 955/1 IXM, ADG 955/1 WHM INSTRUCTION FOR USE [nl]

...
Page 1
INHOUD NL
VOOR DE INGEBRUIKNAME
MILIEUVRIENDELIJKE WENKEN
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN
ENERGIE EN WATER BESPAREN
HET DOSEERBAKJE VAN HET SPOELGLANSMIDDEL VULLEN
HET DOSEERBAKJE VAN HET AFWASMIDDEL VULLEN
GEBRUIK VAN DE VAATWASMACHINE
AANSLUITINGEN
PAGINA
PAGINA
PAGINA
PAGINA
PAGINA
PAGINA
PAGINA
PAGINA
PAGINA
32
32
32
32
33
34
35
36
37
REINIGING EN ONDERHOUD
STORINGEN OPSPOREN
KLANTENSERVICE
Wij raden u aan de gebruiksaanwijzingen aandachtig door te lezen en de programmatabel te gebruiken, om de beste prestaties van uw vaatwasmachine te bereiken.
PAGINA
PAGINA
PAGINA
38
39
39
31
Page 2
VOOR DE INGEBRUIKNAME
Controleer na verwijdering van de
verpakking of de vaatwasmachine geen schade heeft geleden tijdens het transport, en of deur perfect sluit. Wendt u zich in geval van twijfel tot een vakman of tot de Dealer.
Het verpakkingsmateriaal (plastic zakken, enz.) moet buiten het bereik van kinderen gehouden worden, want het zou een bron van gevaren kunnen vormen.
De vaatwasmachine is uitsluitend voor huishoudelijk gebruik bedoeld; gebruik hem
alleen voor de functies waarvoor hij is vervaardigd.
Alle aansluitingen op de waterleiding en het elektriciteitsnet moeten worden verzorgd door vakmensen, in overeenstemming met de aanwijzingen van de fabrikant. Bij deze werkzaamheden moeten alle plaatselijk geldende veiligheidsvoorschriften in acht genomen worden (zie ook de bijgaande aanwijzingen voor de installatie).
MILIEUVRIENDELIJKE WENKEN
1. Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is 100% recyclebaar en draagt het recyclingsymbool .
2. Product
De vaatwasmachine is vervaardigd van recyclebaar materiaal. Voor het afvoeren van de machine dienen de plaatselijke voorschriften voor afvalwerking te worden gevolgd. In ieder geval moet de vaatwasmachine onbruikbaar worden gemaakt door de voedingskabel door te snijden.
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN
Kinderslot
Laat kinderen niet met de vaatwasmachine
spelen.
Bewaar het vaatwasmiddel, het spoelglansmiddel en het zout op een droge plaats, buiten het bereik van kinderen.
Algemene wenken
Gebruik uitsluitend wasmiddelen,
spoelglansmiddel en regenereerzout die specifiek bedoeld zijn voor vaat wasmachines.
Schakel de vaatwasmachine aan het einde van het programma uit en draai de waterkraan dicht.
Zet het apparaat telkens voordat u hem schoon gaat maken of onderhoud gaat plegen uit, trek de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
Doet er zich een storing voor, schakel de vaatwasmachine dan uit en draai de waterkraan dicht.
De deur kan alleen het gewicht van de uitgeschoven korf dragen, met inbegrip van de vaat. Leun niet op de open deur en ga er niet op zitten of staan: de vaatwasmachine zou kunnen kantelen.
Als het nodig is moet de verbindingskabel met het net worden vervangen door een soortgelijk exemplaar, dat verkrijgbaar is bij de Servicedienst. De kabel dient te worden vervangen door een gespecialiseerd technicus.
Alleen voor apparaten die voorzien zijn van een aquastopsysteem:
In de watertoevoerslang en de plastic doos zijn elektrische componenten aanwezig. Snijd de slang dus niet door en dompel de doos niet in water onder. Als de slang kapot is, moet de machine onmiddellijk uitgezet worden.
Gebruik geen oplosmiddelen in de vaatwasmachine: explosiegevaar!
Capaciteit: -12 couverts
.
CE conformiteitsverklaring
Dit apparaat voldoet aan de volgende Richtlijnen:
73/23/EEG
89/336/EEG
93/68/EEG
ENERGIE EN WATER BESPAREN
Spoel de vaat niet af onder stromend water.
Gebruik de vaatwasmachine steeds wanneer
hij vol is, of selecteer, als er slechts een korf vol is, het vaatwasprogramma met halve lading (indien beschikbaar).
Als er ecologische energiebronnen ter beschikking staan, zoals verwarming met
32
zonnepanelen, warmtepompen of centrale verwarming, dient de vaatwasmachine te worden aangesloten op de leiding van het warme water, tot een temperatuur van hoogstens 60°C. Vergewis u ervan of de watertoevoerslang van het juiste type is. Zie het hoofdstuk “Aansluitingen” in deze aanwijzingen.
Page 3
HET ZOUTRESERVOIR VULLEN
Informeer naar de hardheidsgraad van het water in uw gebied.
U kunt hiernaar vragen bij het waterleidingbedrijf of de laatste waterrekening bekijken.
Stel de hardheidsgraad van het water in door de keuzeknop (indien aanwezig) aan de binnenkant van de deur (linksboven) te verdraaien met behulp van een schroevendraaier. Zet de keuzeknop op de stand die wordt aangegeven in de volgende tabel:
Stand van
de
keuzeknop
0 1 zacht 0 - 5 0 - 9 1 1 - 2 gemiddeld 6 - 10 10 - 18 2 2 gemiddeld 11 - 15 19 - 27 3 3 middel-hard 16 - 21 28 - 37 4 4 hard 22 - 28 38 - 50 5 4 zeer hard 29 - 35 51 - 63 6 4 buitengewoon hard 36 - 60 64 - 107
Als de waterhardheid onder categorie 1 (zacht) valt, hoeft u geen zout te gebruiken.
Als de hardheid van het water hoger is dan 1-2 (gemiddelde hardheid) moet het zoutreservoir voor het eerste gebruik van de vaatwasmachine worden gevuld met regenereerzout en meteen daarna een afwasprogramma worden gestart, zodat de naar buiten gekomen zoutoplossing onmiddellijk wordt geëlimineerd en corrosie vermeden wordt. Om dit resultaat te bereiken is voorspoelen niet voldoende.
Controleer regelmatig het niveau van het regenereerzout.
Let op: gebruik alleen zout voor vaatwasmachines! Vullen van het zoutreservoir met ongeschikte stoffen, zoals bijvoorbeeld afwasmiddel, heeft onherstelbare schade voor het onthardingssysteem tot gevolg.
Om het zoutreservoir te vullen:
1.
Trek de onderste korf naar buiten.
2.
Schroef de dop los tegen de klok in.
3.
Alleen voor het eerste gebruik van de vaatwasmachine: vul het reservoir tot de rand met water.
4.
Vul het reservoir met zou tot aan de rand (max. 2 kg) en roer er doorheen met het handvat van een lepel.
5.
Schroef de dop vast met de klok mee.
Indicator van het zoutniveau
De vaatwasmachine is voorzien van een elektrische indicator of een optische indicator van het zoutniveau (afhankelijk van het model).
Hardheids
categorie
Duitse
hardheid
°dH
Franse
hardheid
°fH
Elektrische indicator:
Het lampje op het bedieningspaneel gaat branden wanneer het zoutreservoir moet worden gevuld.
Optische indicator:
Wanneer het zoutreservoir voldoende gevuld is, is de rode vlotter goed zichtbaar in het venstertje van de dop. De vlotter daalt en is niet zichtbaar meer wanneer het zoutreservoir moet worden gevuld.
33
Page 4
HET DOSEERBAKJE VAN HET SPOELGLANSMIDDEL VULLEN
Het spoelglansmiddel bevordert het drogen van de vaat, doordat het het water beter laat wegstromen, zodat er geen strepen of vlekken achterblijven. Vul het doseerbakje voor het eerste gebruik van de vaatwasmachine. Controleer vervolgens regelmatig het niveau van het spoelglansmiddel.
Gebruik uitsluitend spoelglansmiddel voor vaatwasmachines.
1. Schroef de dop los, druk op de toets A
(zie tekening). Giet het spoelglansmiddel door de opening tot aan de stippellijn (maximum ca. 100 ml).
2. Neem gemorste spoelglansmiddel onmiddellijk af. Zodoende wordt vermeden dat er te veel schuimvorming ontstaat, waardoor minder goed wordt afgewassen.
3. Sluit de dop.
De hoeveelheid spoelglansmiddel instellen.
(Open het deksel en sluit het weer na de instelling te hebben verricht).
Fabrieksinstelling: stand 3. Als u niet tevreden bent over het vaatwas- of
droogresultaat, kunt u de instelling veranderen (gebruik het handvat van een lepel, een munt of dergelijke). Als de vaat strepen vertoont, moet de hoeveelheid spoelglansmiddel een stand lager worden gezet. Als de vaat niet perfect droog is, moet de hoeveelheid een stand hoger worden gezet.
Indicator van het spoelglansniveau (optisch of elektrisch, afhankelijk van het model)
Elektrische indicator:
Het lampje op het bedieningspaneel gaat branden wanneer er spoelglansmiddel moet worden toegevoegd.
Optische indicator: licht= spoelglansmiddel toevoegen donker= voldoende spoelglansmiddel.
A
34
Page 5
HET DOSEERBAKJE VAN HET AFWASMIDDEL VULLEN
Gebruik alleen wasmiddelen voor vaatwasmachines.
Als er wasmiddelen van de “nieuwe generatie” worden gebruikt, waarin enzymen zitten, heeft het de voorkeur de Bio­programma's te selecteren (deze zijn ook geschikt voor alle gewone vaatwasmiddelen).
Als er wasmiddelen in tabletten worden gebruik, dient u zich nauwgezet te houden aan de aanwijzingen die door de fabrikant ervan worden gegeven.
Houdt u zich aan de op de verpakking aanbevolen dosering. Gebruik niet méér wasmiddel dan wordt aangegeven, om niet bij te dragen aan milieuvervuiling. De benodigde hoeveelheid product verschilt van merk tot merk.
De cijfers in het grotere bakje dienen als richtlijn voor de dosering. De hoeveelheden zijn in “ml” of
3
in “cm
”.
Vul het doseerbakje van het afwasmiddel pas voordat u een afwasprogramma start.
Normale lading:
Voor programma's met voorspoeling. (Voorbeeld: normaal programma 65°C zie
“Tabel vaatwasprogramma’s”).
Voor programma's met geactiveerde extra functie:
“Halve lading”: vul alleen de bovenste korf of alleen de onderste korf. Gebruik een kleinere hoeveelheid afwasmiddel.
Vul eerst het grootste bakje. Vul vervolgens het kleinere bakje.
1. Giet 2/3 van de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel in het grootste bakje.
2. Giet 1/3 ervan in het kleinere bakje. Opmerking: denk eraan het deksel van het
grootste bakje te sluiten.
Inhoud van het grootste bakje : 45 ml (tot aan de rand).
Inhoud van het kleinere bakje: 10 ml (tot aan de rand).
Voor programma's zonder voorspoeling:
Giet de hele hoeveelheid wasmiddel in het
grootste bakje. Als er op de verpakking hoeveelheden wasmiddel van meer dan 45 ml staan aangegeven, moet de resterende hoeveelheid in het kleinere bakje worden gedaan.
35
Page 6
GEBRUIK VAN DE VAATWASMACHINE
Sluit de deur en draai de waterkraan open.
1.
Naar buiten komen van de programmakeuzeknop
Druk de knop van de programmakeuzeschakelaar in en laat hem weer los. De knop komt naar buiten.
2. Inschakeling van de vaatwasmachine en keuze van het vaatwasprogramma.
Selecteer het gewenste programma door aan de keuzeknop te draaien. Het corresponderende lampje gaat branden.
Indien nodig, de extra functies selecteren. Druk de knop van de programmakeuzeschakelaar naar binnen.
Druk de knop van de programmakeuzeschakelaar zo ver mogelijk in en laat hem weer los. De knop blijft ingetrokken. Opmerking: De in- of uitgetrokken positie van de knop van de programmakeuzeschakelaar is geenszins van invloed op de werking van de vaatwasmachine.
3. Druk op de vaatwasprogramma te starten. Het lampje Start gaat branden De in het geheugen opgeslagen gegevens kunnen niet meer worden gewijzigd door aan de knop van de programmakeuzeschakelaar te draaien of de toetsen in te drukken. Opmerking: nadat op de Start toets gedrukt is, slaat de vaatwasmachine alle geselecteerde programma's op. Deze gegevens blijven ook in het geheugen als de stroom uitvalt.
4. Om het geselecteerde programma te wijzigen, moet de Start toets ongeveer 5 seconden ingedrukt gehouden worden, totdat het lampje Start dooft. Laat de knop van de programmakeuzeschakelaar naar buiten komen, selecteer het nieuwe programma en druk op de Start toets. Duw de knop van de programmakeuzeschakelaar weer naar binnen. Het einde van het programma wordt gesignaleerd doordat het lampje End (indien aanwezig) kort gaat branden en het lampje Start uitgaat.
5. Trek de knop van de programmakeuzeschakelaar uit, om de vaatwasmachine uit te zetten.
Zet de vaatwasmachine uit door de knop van de programmakeuzeschakelaar naar links te draaien, op de stand “0” (pas nadat het lampje End kort is gaan branden of het lampje Start gedoofd is). Alle lampjes gaan uit. Duw de knop van de programmakeuzeschakelaar weer in. Opmerking: als de vaatwasmachine tijdens het vaatwasprogramma wordt uitgezet wordt het programma hervat vanaf het punt waarop het afgebroken is, als de machine weer wordt aangezet.
Open de deur en laad de vaatwasmachine uit, te beginnen met de onderste korf.
Start toets om het
.
1
2
3
4
5
36
Page 7
AANSLUITINGEN
Neem de apart geleverde installatie­instructies in acht.
Toevoer en afvoer van het water:
Neem de geldende voorschriften van het
waterleidingbedrijf in acht.
Controleer of de watertoevoer- en afvoerslangen niet gevouwen of afgekneld zijn.
Als de slangen niet lang genoeg zijn, wendt u zich dan tot de Servicedienst of de Dealer.
De toevoerslangen moeten veilig en perfect afgedicht op de waterkraan worden aangesloten.
De temperatuur van het toegevoerde water is afhankelijk van het model: toevoerslang met de aanduiding: “25°C max”: maximum temperatuur 25°C. Alle andere modellen: maximum temperatuur 60°C.
Vergewis u er op het moment van installatie van dat het afvoerwater zonder problemen weg kan stromen (verwijder indien nodig ook het netje in de sifon van de wasbak).
Bevestig de afvoerslang aan de sifon met een klembandje, zodat hij niet los kan raken.
Alleen voor apparaten met aquastopsysteem: als de aanwijzingen voor installatie in acht genomen worden, is het aquastopsysteem in staat te voorkomen dat er water uit de machine komt, dat schade zou kunnen aanrichten in uw woning.
Elektrische aansluiting:
Neem de geldende voorschriften van het
waterleidingbedrijf in acht.
De voedingsspanning staat vermeld op het plaatje dat rechts op de binnenkant van deur is aangebracht.
De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht.
Gebruik geen verlengingen of meervoudige adapters
Haal steeds de stekker uit het stopcontact, voordat u onderhoud op de machine gaat plegen.
Gebruik de vaatwasmachine niet als zij beschadigd is tijdens het transport. Neem contact op met de Servicedienst of met de Dealer.
De voedingskabel mag uitsluitend worden vervangen door gekwalificeerde technici.
37
Page 8
REINIGING EN ONDERHOUD
Druk op de toets ON/OFF, alvorens reinigings- of onderhoudswerkzaamheden te gaan verrichten.
1. Maak de buitenkant van de vaatwasmachine
schoon met een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen schuurmiddelen.
2. Maak de pakking van de deur en de binnenkant van de deur schoon met een vochtige doek, om eventuele voedselresten te verwijderen.
Maak de sproeiarmen schoon
(als de gaten verstopt zijn).
Bovenste sproeiarm
Draai de moer A los (tegen de klok in) en haal de sproeiarm weg door hem omlaag te trekken B.
Spoel de gaatjes af.
Om de sproeiarm terug te monteren, moet hij
midden op de draaiende steun worden gezet en worden vastgeklikt.
Draai de moer vast (met de klok mee). Controleer of de moer goed vastgedraaid is (u dient een klik te horen).
De sproeiarm moet ongehinderd kunnen draaien.
Onderste sproeiarm
Druk de twee klemmen A, waarmee de sproeiarm
is vastgezet naar binnen en haal de arm weg door hem op te tillen B.
Spoel de gaatjes af.
Monteer de onderste sproeiarm terug, door hem
midden op de pen van de rotor te zetten en vast te klikken.
Druk de arm omlaag, totdat hij vast komt te zitten.
Controleer of de klemmen goed op hun plaats
zitten (u moet een klik horen). De sproeiarm moet ongehinderd kunnen draaien.
A
B
Reiniging van de zeven
1. Draai de middelste, grove zeef tegen de klok in en haal hem weg A.
2. Draai de cilindervormige zeef helemaal en haal het
uit de middelste grove zeef B (let op de holten in de onderkant van de zeef).
3. Haal de fijne zeef C weg.
4. Maak alle onderdelen schoon.
5. Hermonteren:
Breng de cilindervormige zeef aan in de middelste grove zeef. Breng de fijne zeef aan en bevestig de zeefgroep door hem met de klok mee te draaien. Het is belangrijk dat de zeven worden aangebracht
bij het vaatwassen te behalen.
38
, om bevredigende resultaten
op de juiste manier
C
Page 9
STORINGEN OPSPOREN
Mocht de vaatwasmachine storingen in de werking vertonen, dan wordt u verzocht de volgende punten na te gaan, alvorens contact op te nemen met de Servicedienst.
Houdt de storing aan, laat het programma dan opnieuw starten vanaf het begin.
Houd de ingedrukt, totdat het lampje
Druk kort op de
Zet de vaatwasmachine uit als de storing desondanks aanhoudt of opnieuw verschijnt en draai de waterkraan dicht. Neem contact op met de Servicedienst.
De vaatwasmachine werkt niet.
Zit de stekker wel goed in het stopcontact?
Is de stroom niet uitgevallen?
Staat de vaatwasmachine aan?
Is er op de
Is de timer voor latere start ingesteld (indien aanwezig)?
Staat de waterkraan wel open? Is dat niet het geval:
Draai om dit te controleren de waterkraan dicht, maak de waterslang los, maak de zeef schoon, sluit de waterslang aan op de waterkraan en draai deze open.
Zijn de zeven vuil? Is de vaat op zijn kop in de vaatwasmachine gezet? Let erop, in het bijzonder bij grote stukken, of het water onmiddellijk weg kan lopen van de vaat en er niet in achterblijft.
Is de deur goed gesloten?
Is er een foutmelding? Het lampje
Start
toets circa 5 seconden
Start
gedoofd is.
Start
toets.
Start
toets gedrukt?
De waterkraan opendraaien. Controleer of de watertoevoer wordt
verhinderd door vuil.
Start
knippert:
Andere foutmeldingen: afhankelijk van het model.
Als het waarschuwingslampje van de programmafase knippert op het bedieningspaneel:
Deblokkeer de onderste sproeiarm. Controleer of de vaat en het bestek goed geplaatst zijn en of de onderste sproeierarm correct gemonteerd is.
De vaat is niet perfect schoon.
Is er een verkeerd programma gekozen?
Is er te veel of te weinig afwasmiddel gebruikt?
Zijn de zeven vuil of niet goed geplaatst?
Zijn de sproeiarmen geblokkeerd of zijn de gaatjes verstopt?
Is de dop van het zoutreservoir wel helemaal vastgedraaid?
Is de vaat wel op de juiste manier in de vaatwasmachine geladen?
(De waterstralen moeten alle oppervlakken van het vaatwerk kunnen bereiken).
De vaat vertoont vlekken.
Is het doseerbakje van het zout niet goed ingesteld?
Ontbreekt er zout in het onthardingssysteem (zoutreservoir)?
Is er onvoldoende reinigingsmiddel gebruikt?
Glazen en bestek vertonen watervlekken.
Is er te veel spoelglansmiddel gebruikt? (Zet het doseerbakje van het spoelglansmiddel een stand lager).
Opmerkingen:
Bij enkele modellen wordt, als op de wordt gedrukt, voor het eigenlijke programma een intern voorspoelprogramma gestart; op deze manier wordt het onthardingssysteem geregenereerd.
End
Start
toets
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de Servicedienst:
1.
Ga na of u de storing eigenhandig kunt verhelpen. (Zie “Storingen opsporen”).
2.
Zet de vaatwasmachine uit en start het programma opnieuw, om te controleren of de storing verholpen is.
Neem contact op met de Servicedienst, als de storing na de bovengenoemde controles aanhoudt of terugkeert.
U dient de volgende zaken te vermelden:
de aard van de storing;
het type en model van de vaatwasmachine;
het service-nummer (dit nummer bevindt zich na het woord Service op de sticker) rechts op de binnenkant van de deur;
uw volledige adres en telefoonnummer.
39
Loading...