Weslo WLEVEX14920 Owner's Manual

Page 1
GEBRUIKSAANWIJZING
Sticker met
Serienummer
Modelnr. WLEVEX14920 Serienr.
VRAGEN?
WAARSCHUWING
Lees alle instructies en voorzorgs­maatregelen in deze handleiding door voordat u dit apparaat gaat gebruiken. Bewaar deze handlei­ding voor verdere raadpleging.
Bezoek onze website
www.iconeurope.com
Page 2
2
INHOUD
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
HOE DE FIETS TE GEBRUIKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
RICHTLIJNEN VOOR DE CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
1. Lees alle instructies in deze handleiding goed door voordat u de fiets gebruikt. Gebruik de fiets alleen zoals voorgeschreven in deze handleiding.
2. De eigenaar moet zich te ervan vergewissen dat allen die gebruik maken van de fiets vol­doende op de hoogte zijn van alle voorzorgs­maatregelen.
3. Gebruik de fiets uitsluitend binnenshuis. Plaats de fiets op een vlakke ondergrond met een matje onder de fiets om uw vloer (bedek­king) te beschermen en uit de buurt van vocht en stof.
4. Inspecteer regelmatig alle onderdelen van de fiets en draai ze dan goed vast. Vervang ver­sleten onderdelen meteen.
5. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en huisdieren bij de fiets vandaan.
6. Draag geschikte kleding wanneer u de fiets gebruikt. Draag nooit losse kleding die in de fiets bekneld kunnen raken. Draag altijd sport­schoenen.
7. De fiets kan alleen door mensen die minder dan 115 kg wegen worden gebruikt.
8. Houdt tijdens het gebruik van de fiets uw rug recht. Krom uw rug niet.
9. Stop meteen en begin geleidelijk af te koelen wanneer u pijn voelt of duizelig wordt.
10.De polssensor is geen medisch instrument. Verschillende factoren kunnen de nauwkeu­righeid van de metingen beïnvloeden. De polssensor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene hartslag meting.
11.Deze fiets is alleen voor huiselijk gebruik bedoeld. Gebruik de fiets niet commercieel of voor verhuur.
WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezond­heidsproblemen. Lees alle instructies voor gebruik door. ICON is niet aansprakelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit produkt.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING:
Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen door
voordat u de fiets gaat gebruiken om persoonlijk letsel te voorkomen.
Page 3
3
Houder voor de Waterfles*
* Fles niet inbegrepen
Weerstandsknop
ACHTERKANT
VOORKANT
Zadel
Bijstelknop
Bijstelknop
Pedaal/Beugel
Bedieningspaneel
Polssensor
Armhendels
RECHTERKANT
Fijn dat U voor de nieuwe WESLO®PURSUIT 202 fiets heeft gekozen. Fietsen is een van de meest doeltreffende oefeningen om uw cardiovasculaire con­ditie te verbeteren, uw weerstand te verhogen, en uw lichaam een goede houding te geven. De PURSUIT 202 fiets biedt een reeks indrukwekkende elementen die in belangrijke mate bijdragen aan het uitvoeren van een gezonde oefening binnen de sfeer en privacy van uw eigen huis.
Lees voor uw eigen welzijn deze handleiding zorg­vuldig door voordat u de fiets gebruikt. Mocht u
nog vragen hebben, neem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht. Om u beter van dienst te kunnen zijn, zorg ervoor dat u het model- en serienummer bij de hand hebt voordat u belt. Het modelnummer van de fiets is WLE­VEX14920. Het serienummer bevindt zich op een sti­cker op de fiets (zie kaft van deze handleiding).
Voordat uw verder gaat met lezen, bekijk a.u.b. de volgende tekening aandachtig om bekend te raken met de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Page 4
4
1. Plaats de Voorste Stabilisator (2) met de Wieltjes (23) gedraaid zoals aangegeven tegen de voorkant van het Onderstel (1). Maak terwijl de tweede persoon de voor­kant van het Onderstel wat optilt de Voorste Stabilisator aan het Onderstel vast met twee 3/8" x 78mm Draagbouten (30) en twee 3/8" Nylon Klemmoeren (33) vast. Zorg ervoor dat de Voorste
Stabilisator zodanig gedraaid wordt dat de Wielen de grond niet raken.
2
23
23
33
30
1
1
2. Maak, terwijl de tweede persoon de achterkant van het Onderstel (1) wat optilt, de Achterste Stabilisator (6) met twee 3/8" x 78mm Draagbouten (30) en twee 3/8" Nylon Klemmoeren (33) vast.
30
6
1
2
33
33
MONTAGE
De montage van deze fiets moet door twee mensen gebeuren. Plaats de fiets op een open plek en verwijder
de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de fiets volledig gemonteerd heeft.
U zult het meegeleverde gereedschap en uw eigen kruiskop schroevendraaier en engelse sleutels nodig hebben , en een knijptang nodig hebben.
Gebruik de tekeningen hieronder tijdens de montage van de fiets om de kleine onderdelen te herkennen. Het getal tussen haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel van LIJST MET ONDERDELEN op pagina 14. Het tweede getal geeft het aantal te monteren onderdelen aan. Opgelet: Sommige kleine onderde-
len zijn al gemonteerd om de verzending te vergemakkelijken. Wanneer u een onderdeel niet in de zak met onderdelen kunt vinden, bekijk dan het apparaat om te zien of het al gemonteerd is.
M8 Nylon
Klemmoer (10)–3
M5 x 12mm
Schroef (49)–4
Geaarde Schroef
(27)–1
3/8” Nylon
Klemmoer (33)–4
M8 Platte
Tussenring (51)–3
3/8” x 78mm Draagbouten (30)–4
Page 5
5
3
9
43
19
45
1
13
Gat
Verbinding
Aangegeven
Gat
36
3. Sluit, terwijl de tweede persoon de Staander (13) in de getoonde positie vasthoudt, de Bovenste Draad (36) op de Snelheids Sensor-Draad (43) aan. Snij en verwijder de verbinding die de Snelheid Sensor op het Onderstel (1) vasthoudt. Sluit vervolgens de Weerstandskabel (19) op de volgende manier op de Onderste Kabel (45) aan:
• Zie tekening A. Druk de kleine cilinder aan het uitein­de van de Weerstandskabel (19) in het gat van de connector van de Onderste Kabel (45). Trek op de Weerstandskabel en schuif deze in de gleuf aan de bovenkant van de connector.
• Zie tekening B. Draai de Weerstandskabel (19) tot­dat deze gelijk staat met de gleuf in de connector en druk de Weerstandskabel in de connector. De Weerstandskabel zal dan goed vast zitten.
Trek voorzichtig het uitstekende deel van de Bovenste Draad (36) uit de bovenkant van de Staander (13) en duw het uitstekende deel van de Kabel (19, 45) in het Onderstel (1) en steek de Staander in het Onderstel.
Zorg ervoor dat de Draden en Kabels niet bekneld raken. Stel vervolgens een van de bijstelgaten van de
Staander gelijk met het aangegeven gat in het Onderstel. Steek de Bijstelknop (9) in het Onderstel en in de Staander en draai de Knop met de klok mee vast. Zorg ervoor dat de Bijstelknop door een van
de bijstelgaten van de Buis van het Zadel wordt gestoken.
A
B
45
19
19
Cilinder
Connector
Connector
Gleuf
Gat
Pas op dat wan-
neer U de
Staander insteekt
de draden en
kabels niet
bekneld raken.
4
4. Schuif de twee gleuven in de Klip van de Armhendel (55) op de twee aangegeven plaatsen op de Staander (13). Trek aan de onderkant van de Klem van de Armhendel; maak de Klem van de Armhendel niet van de Staander los. Steek de Armhendel (15) tussen de Klem van de Armhendel en de Staander. Plaats de Armhendel in het midden en draai deze tot de gewenste positie.
Draai het Bijstelhandvat (42) in de Staander (13) vast. Opgelet: Het Bijstelhandvat werkt net als een engelse sleutel. Draait U het Handvat tegen de klok in dan zal deze zich van de Staander verwijderen. Draait U het Handvat met de klok mee dan zal deze naar de Staander toe komen. Draai het bijstelhandvat dan weer tegen de klok in.
13
15
42
55
Page 6
6
7. Maak het Zadel (12) op de Buis van het Zadel (5) met
drie M8 Platte Tussenringen (51) en drie M8 Nylon Klemmoeren (10) vast. Opgelet: De Platte Tussenringen en de Nylon Klemmoeren kunnen al onder het Zadel gemonteerd zijn.
6. Houdt het Bedieningspaneel (16) bij de Staander (13) vast. Sluit de geaarde draad op de Staander aan met een Geaarde Schroef (27). Sluit de draad van het bedieningspaneel op de Bovenste Draad (36). Steek de extra hoeveelheid draad in de Staander. Plaats het Bedieninspaneel tegen de Staander terwijl dat U de extra hoeveelheid aarding draad in het gat onder het Bedieningspaneel steekt. Ga door tot het uitstekende deel van de draad helemaal in het Bedieningspaneel zit. Maak het Staander van het Bedieningspaneel vast met vier M5 x 12mm Schroeven (49). Zorg ervoor dat
de draden niet bekneld raken.
5. Voor het Bedieningspaneel (16) heeft U drie 1,5V bat­terijen nodig. Wij bevelen alkaliën batterijen aan. Steek drie batterijen in. Zorg ervoor dat de batterijen wor-
den geplaatst zoals aangegeven in het diagram aan de binnenkant van de Bedieningspaneel.
7
16
6
Zorg ervoor
dat de draden
niet bekneld
raken.
13
49
36
27
Geaarde
Draad
Draad
van het
Bediening-
spaneel
5
16
Batterijen
51
12
51
10
10
5
Page 7
7
10. Zorg ervoor dat alle onderdelen van de fiets goed vastgedraaid worden. Opgelet: Het kan zijn dat som-
mige onderdelen na montage overblijven. Leg een matje onder de fiets om uw vloer (bedekking) niet te beschadigen.
9. Zoek naar het Linker Pedaal (24), die van een "L" is
voorzien. Draai met gebruik van een engelse sleutel het Linker Pedaal tegen de klok in goed vast in de linker Crankarm (21). Draai het Rechter Pedaal (niet getoond) met de klok mee goed vast in de rechter Crankarm. Belangrijk: Draai beide Pedalen zo
goed mogelijk vast. Draai de Pedalen nadat u de fiets een week lang heeft gebruikt nogmaals goed vast. Voor een optimaal gebruik moeten de Pedalen goed vastgedraaid blijven.
Stel de linker Pedaal Beugel (25) op de gewenste stand en steek het einde van de Pedaal Beugel in het lusje in het Linker Pedaal (24). Stel de rechter Pedaal Gesp (niet getoond) op dezelfde manier in.
8. Draai de aangegeven Bijstelknop (9) tegen de klok in
los. Steek de Buis van het Zadel (5) in het Onderstel (1). Stel een van de bijstelgaten in de Buis van het Zadel gelijk met het aangegeven gat van het Onderstel. Steek de Bijstelknop door het Onderstel en door de Buis van het Zadel en draai de Knop met de klok mee vast. Zorg ervoor dat de Bijstelknop door een van
de bijstelgaten van de Buis van het Zadel wordt gestoken.
9
1
5
Gat
Aangegeven
Gat
9
8
24
21
25
Lusje
Page 8
8
HOE DE FIETS TE GEBRUIKEN
HOE DE STANG VAN HET ZADEL BIJ TE STELLEN
Voor een effectieve oefening moet het zadel op de juiste hoogte staan. Wanneer de peda­len in de laagste stand staan moeten uw kniëen tijdens het fietsen wat gebogen zijn. Draai eerst om de hoogte van het zadel bij te stellen de aangege­ven knop tegen de klok in los. Til vervolgens de buis wat op of schuif de buis wat naar beneden en stel een van de bijstelgaten in de buis van het zadel gelijk met het aangegeven gat in het onderstel. Steek de knop door het aangegeven gat van het onderstel en door de buis van het zadel en draai de knop met de klok mee vast. Zorg ervoor dat
de knop door een van de bijstelgaten van de buis van het zadel wordt gestoken.
HOE DE STAANDER BIJ TE STELLEN
De staander kan zo worden bijgesteld dat de stand voor u comfortabel is. Draai eerst om de hoogte van het zadel bij te stellen de aangege­ven knop tegen de klok in los. Til vervol­gens de staander wat op of schuif de staander wat naar beneden en stel een van de bijstelgaten in de staander gelijk met het aangegeven gat in het onderstel. Steek de knop door het aangegeven gat van het onderstel en door de staander en draai de knop met de klok mee vast. Zorg ervoor dat de knop door een van de bij-
stelgaten van de staander wordt gestoken.
HOE DE PEDAAL GESPEN BIJ TE STELLEN
Om de pedaal beu­gels bij te stellen moet u eerst de uit­einden van de beu­gels uit de flajes op de pedalen trekken. Stel de gespen op de
gewenste stand en steek de einden van de beugels weer in de lusjes.
HOE DE WEERSTAND VAN DE PEDALEN BIJ TE STELLEN
Om de weerstand van de pedalen te verhogen moet u de weerstandsknop met de klok mee draaien. Om de weerstand te verla­gen moet u de knop tegen de klok in draaien. Belangrijk:
Stop met het vast­draaien van de knop wanneer U voelt dat het moei­lijker wordt om deze te draaien of wanneer U de knop zou kunnen beschadigen.
HOE DE ARMHENDEL BIJ TE STELLEN
U kunt de armhen­del in een voor U zo aangenaam mogelij­ke stand bijstellen. Om de armhendel bij te stellen moet U eerst het bijstel­handvat tegen de klok in losdraaien. (Opgelet: De arm­hendel werkt als een engelse sleutel. Draait U het bijstel­handvat tegen de klok in dan zal deze zich van de arm­hendel verwijderen. Draait U het bijstelhandvat met de klok mee en deze zal naar de armhendel toe komen. Draai het bijstelhandvat dan weer tegen de klok in. Herhaal deze handeling totdat de armhendel los is.) Draai de armhendel naar boven of naar beneden tot de gewenste stand is bereikt en draai het handvat met de klok mee goed vast.
Beugel
Lusje
Staander
Knop
Gat
Buis van het Zadel
Knop
Gat
Zadel
Weerstands
-knop
Armhendel
Bijstel-
handvat
Page 9
9
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het gemakkelijk te gebruiken bedieningspaneel is ont­wikkeld om U te helpen om het hoogst mogelijke ren­dement uit uw oefening te halen. Het bedieningspa­neel zal tijdens uw oefening de volgende instellingen weergeven:
Tijd—Deze indicator geeft de verlopen tijd aan. Opgelet: Wanneer U met trappen stopt zal de tijd beginnen op te flikkeren.
Afstand—Deze indicator geeft uw afstand.
Calorieën—Deze indicator geeft bij benadering het aantal verbruikte calorieën aan.
Vet Calorieën—Deze indicator geeft bij benade­ring het aantal verbruikte vet calorieën aan (Zie VETVERBRANDEN op pagina 12).
Hartslag—Deze indicator geeft uw hartslag aan wanneer U de polssensor gebruikt.
Snelheid—Deze indicator geeft uw snelheid aan.
Scan- Wanneer deze instelling gekozen wordt dan zal in het bovenste gedeelte van de display de snelheids- en de afstandsinstelling worden aange­ven. Linksonder op de display zal de calorieën- en de vetcalorieën-instelling worden aangeven.
BEDIENINGSPANEEL GEBRUIKEN
Het bedieningspaneel inschakelen.
Druk op de ON/RESET toets of begin met uw oefening/te trappen om het bedieningspaneel in te schakelen. Opgelet: Het kan zijn dat er op het bedieningspaneel een plastic vel zit.
Begin uw oefening en stel de weerstand van de fiets bij.
Stel de weerstand van de fiets zoals gewenst tij­dens het oefenen bij door aan de weerstandsknop te draaien.
Volg uw vordering op de display.
De scaninstel­ling wordt geko­zen wanneer U het bediening­spaneel in gebruik neemt zoals met het streepje onder het scanteken wordt aangege­ven. Tijdens uw oefening zal in het bovenste gedeelte van de display alternerend de verlopen tijd en de afgelegde afstand worden aangegeven; linksonder op de display verschijnt alternerend het aantal verbruikte calorieën en het aantal verbruik­te vetcalorieën en rechtsonder uw fietssnelheid.
De tempo indicator aan de rechterkant van de dis­play zal bovendien uw snelheid visueel weerge­ven. De indicator zal in hoogte toe- of afnemen wanneer U uw tempo verhoogt of verlaagt.
3
2
1
Instellingsindicator
Tempo Indicator
Page 10
10
Druk op de Instellingstoets om de scanin­stelling op te heffen. Het streepje onder het scanteken zal verdwijnen. In het bovenste gedeelte van de display zal dan alleen de verlopen tijd worden aangegeven en linksonder alleen het aantal ver­bruikte calorieën. Druk nogmaals op de Instellingstoets. In het bovenste gedeelte van de display zal dan alleen de afgelegde afstand wor­den aangegeven en linksonder alleen het aantal verbruikte vetcalorieën. Om de scaninstelling opnieuw te kiezen moet U meerdere malen op de Instellingstoets drukken totdat het streepje onder het scanteken verschijnt.
Druk op de ON/RESET knop om de display opnieuw in te stellen (te resetten). Opgelet: Het
bedieningspaneel kan de snelheid en de afstand in kilometers of mijlen aangeven. Om van eenheid te veranderen druk dan geduren­de 6 seconden op de ON/RESET knop. Het kan zijn dat U de gewenste eenheid opnieuw moet kiezen wanneer U de batterijen vervangt.
U kunt uw hartslag meten als U dat wilt.
Om uw hartslag te meten moet U eerst stoppen met het fietsen en uw duim op de polssensor plaatsen zoals aangegeven.
Druk niet te hard op de sensor. Als u dat doet kunt
U de bloedsomloop in uw duim sterk vermin­deren en daardoor geen hartslag meten. Na
een paar seconden zal de indicator in vorm van een hart in de display opflikkeren, er zullen twee streepjes verschijnen en uw hartslag zal dan wor­den aangegeven. Houdt uw duim op de polssen­sor gedurende 15 seconden voor de zuiverste resultaat.
Als blijkt dat de aangegeven hartslag te hoog of te laag is of als uw hartslag niet wordt aangege­ven haal uw duim dan gedurende een paar seconden van de polssensor. Plaats uw duim dan weer op de polssensor zoals hierboven is aange­geven.
Zorg ervoor dat u de juiste druk op de pols-sen­sor toepast. Gebruik de polssensor een paar keer zodat u er wat beter mee overweg kunt. Vergeet niet dat U stil moet zitten om uw hartslag te meten.
Het bedieningspaneel zal automatisch een paar minuten na het stoppen van uw oefening uitgaan.
Het bedieningspaneel zal om de batterijen te sparen automatisch uitgaan wanneer U een paar minuten lang niet fietst noch op de toetsen
drukt.
5
4
Polssensor
WAARSCHUWING: De
polssensor is geen medisch instrument. Verschillende factoren kunnen de nauw­keurigheid van de metingen beïnvloeden. De polssensor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene hartslagmeting.
Page 11
11
Bekijk de onderdelen van de fiets regelmatig en draai ze goed vast. Vervang versleten onderdelen meteen.
Gebruik een zachte doek en een niet agressief schoon­maakmiddel om de fiets schoon te maken. Belangrijk:
Houdt vloeistoffen weg bij het bedieningspaneel. Houdt het bedieningspaneel uit direct zonlicht.
BATTERIJEN VERVANGEN
Wanneer het bedieningspaneel niet goed meer oplicht moeten de batterijen vervangen worden. Raadpleeg stap 6 op pagina 6 om de batterijen te vervangen en maak het bedieningspaneel van de staander los. Raadpleeg vervolgens stap 5 en plaats drie batterijen in het bedieningspaneel. Maak het bedieningspaneel weer aan de staander vast terwijl U ervoor zorgt dat de draden niet bekneld raken.
HOE DE SNELHEID SENSOR BIJ TE STELLEN
Wanneer het bedieningspaneel gegevens niet goed aangeeft moet u de snelheid sensor bijstellen. Maak het linker zijschild los om de snelheidssensor bij te stellen.
Draai aan de Crankarm (21) in de getoonde positie vasthoudt. Draai met gebruik van een engelse sleutel het Linker Pedaal (24) tegen de klok in los. Draai ver­volgens de vijf M4 x 25mm Schroeven (52) en de M4 x 19mm Schroef (54) van het Linker Zijschild (17) los. Verwijder voorzichtig het Linker Zijschild.
Zoek vervolgens naar de Snelheid Sensor (43). Draai aan de Crankarm (21) totdat de Magneet (38) op gelij­ke hoogte komt met de Snelheid Sensor. Draai de M4 x 12mm Schroef (46) wat los. Schuif de Snelheid Sensor wat dichter naar of verder van de Magneet. Maak de Schroef weer vast. Draai even aan de Crankarm. Herhaal deze procedure totdat het bedie­ningspaneel weer goede informatie aangeeft. Wanneer de Snelheid Sensor goed is bijgesteld maak dan de linker zijschild, de kap van het zijschild en het linker pedaal weer vast.
PROBLEMEN MET DE POLSSENSOR OPLOSSEN
Zie stap 4 op pagina 10 .
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
52
54
17
21
38
43
46
52
24
21
Page 12
12
De volgende richtlijnen zullen u helpen bij het plannen van uw oefenprogramma. Vergeet niet dat een goede voeding en voldoende rust essentieel zijn voor opti­male resultaten.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardiovas­culair systeem te verbeteren dan is de juiste intensi­teithet middel. U kunt het juiste intensiteitniveau bepa­len door uw hartslag als leidraad te gebruiken. Het diagram hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor vetverbranding, voor maximale vetverbranding en voor een cardiovasculaire (aerobic) oefening.
Om de juiste hartslag te berekenen moet u eerst onderaan de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie getallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw trainingszone aan. Het laagste getal is de aanbe­volen hartslag voor vetverbranding. Het middelste getal is de aanbevolen hartslag voor maximale vetver­branding. Het hoogste getal is voor aerobic oefenin­gen aanbevolen.
Vetverbranden
Om effectief vet te verbranden moet U gedurende lan­gere tijd op een relatieve lage intensiteit oefenen.
Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw lichaam makkelijk bereikbare koolhydraten. Pas na de eerste paar minuten begint uw lichaam vet als energie te verbruiken. Stel de intensiteit van uw oefe­ning bij totdat uw hartslag rond een van de twee laag­ste getallen van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden.
Aerobicoefening
Als uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbete­ren dan moet uw oefening “aerobic” zijn. Een aerobic oefening vereist gedurende langere periodes een grote hoeveelheid zuurstof. Dit vraagt van het hart een verhoogde pompbeweging naar de spieren en van de longen een grotere zuurstofvoorziening van het bloed. Pas voor een aerobic oefening uw pro­gramma zodanig aan dat uw hartslag zo dicht moge­lijk het hoogste getal van uw trainingszone benadert.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderdelen bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarmfase van 5 à 10 minuten door spieren te strek­ken en wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefening verhoogt uw lichaamstemperatuur, uw hartslag en bevordert uw bloedsomloop als voor­bereiding op uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi­teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart­slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60 minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten.)
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 minuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw spieren bevorderen en problemen helpen voorko­men na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet U 3 keer per week oefenen met minstens één dag rust tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt U als U dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te oefenen.
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon­der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik.
De polssensor is geen medisch instrument. Verschillende factoren kunnen de nauwkeu­righeid van de metingen beïnvloeden. De polssensor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene hartslagmeting.
RICHTLIJNEN VOOR DE CONDITIE
Page 13
13
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
De juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek U langzaam, vermijdt krachtige inspanning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel moge­lijk en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: knie­pees, achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar U toe en leg deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover mogelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/Achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been. Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen. Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer. Spieren: dijspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
Page 14
14
1 1 Onderstel 2 1 Voorste Stabilisator 3 1 Houder van "C" Magneet 4 4 Stabilisator Kapje 5 1 Buis van het Zadel 6 1 Achterste Stabilisator 7 2 Armhendel Beschermkapje 8 2 Schuimrubber Handvat 9 2 Bijstelknop 10 4 M8 Nylon Klemmoer 11 2 M6 x 32mm Bout 12 1 Zadel 13 1 Staander 14 2 Staander Huls 15 1 Armhendel 16 1 Bedieningspaneel 17 1 Linker Zijschild 18 1 Rechter Zijschild 19 1 Weerstandscontrole/-Kabel 20 1 M8 x 5mm Tussenstuk 21 1 Crankarm/Katrol 22 1 Snelheidssensorklip 23 2 Wiel 24 1 Linker Pedaal 25 2 Pedaal Beugel 26 1 Rechter Pedaal 27 1 Geaarde Schroef 28 5 3/8” Klemmoer 29 2 "U" Houder 30 4 3/8” x 78mm Draagbout
31 2 Oogbout 32 4 M6 Nylon Klemmoer 33 4 3/8” Nylon Klemmoer 34 1 M8 x 15mm Schroef met
Ronde Kop 35 1 M10 Platte Tussenring 36 1 Bovenste Draad 37 1 Vliegwiel 38 1 Magneet 39 1 As van het Vliegwiel 40 2 Pakking van het Vliegwiel 41 1 C-Magneet 42 1 Bijstelhandvat 43 1 Snelheid Sensor/Draad 44 1 Crankpakking 45 1 Onderste Kabel 46 1 M4 x 12mm Schroef 47 1 Veer 48 1 Riem 49 4 M5 x 12mm Schroef 50 1 M5 x 20mm Schroef 51 4 M8 Platte Tussenring 52 5 M4 x 25mm Schroef 53 1 Weerstandsknop 54 2 M4 x 19mm Schroef 55 1 Klem van de Armhendel 56 1 3/8” Klemmoer # 1 Gebruiksaanwijzing # 2 Inbussleutel
Opgelet: # betekent onderdeel niet getoond. Specificaties kunnen zonder opgave van redenen gewijzigd zijn. Kijk op de achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen.
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. WLEVEX14920 R1002A
Nr. Aantal Beschrijving Nr. Aantal Beschrijving
Page 15
15
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. WLEVEX14920 R1002A
7
8
16
7
8
49
13
15
53
27
54
52
55
19
18
17
52
42
12
48
50
54
25
30
23
36
11
23
32
32
4
1
2
4
45
33
47
44
56
34
28
20
31
35
14
46
43
28
3
29
32
51
10
5
9
14
22
33
33
41
51
10
51
1011
40
33
6
4
25
26
21
24
38
28
28
31
39
29
32
4
9
37
40
30
Page 16
Onderdeel Nr. 190780 R1002A In Taiwan gedrukt © 2002 ICON Health & Fitness, Inc.
WESLO is een merk van ICON Health & Fitness, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit apparaat hebt gekocht.
het MODELNUMMER van het produkt (WLEVEX14920)
de NAAM van het produkt (WESLO
®
PURSUIT 202 fiets)
het SERIENUMMER van het produkt (zie de kaft van de handleiding)
het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING van het onderdeel op pagina 14)
Loading...