installation material to be used… Have the material and the device itself checked regularly. Do not
attempt to install the device yourself if you lack these qualifications as improper installation may result
in injuries.
• Adjust the desired inclination angle via the mounting bracket and tighten the bracket screws.
• Make sure there is no flammable material within a 0.5 m radius of the device.
• Have a qualified electrician carry out the electric connection.
• Connect the device to the mains with the power plug. Do not connect it to a dimming pack.
• The installation has to be approved by an expert before the device is taken into service.
5. Features
• easy mounting on a conventional speaker stand
• stand-alone, sound-control or DMX mode
• built-in microphone and sensitivity adjustment knob: the movement direction of the effect will reverse
on the beat of the music
• several internal programs controlled in auto or DMX mode
• DMX-controlled via 7 channels
• clear LED display for easy menu setting
• comes with protection bag for easy transportation
6. Overview
1 built-in microphone 4 XLR input and output
2 rotary sensitivity control 5 power supply input and fuse holder
3 LCD with MODE, UP and DOWN buttons
7. Operation
The projector starts running after connection to the mains. The LCD display [3] lights up and you can
choose the desired running mode using the MODE, UP and DOWN buttons [3] on the rear panel.
The projector has three running modes: stand alone, master/slave and DMX.
Press the MODE button [3] until snd is displayed [3]. The projector features a built-in microphone [1]
and will react to the beat of the ambient music. The projector is thus controllable even without the use of
a controller. Adjust the sensitivity with the rotary control [2] on the rear panel.
Automatic Mode
Press the MODE button [3] until auto is displayed [3]. In automatic mode, the chasers are called up
automatically in a continuous loop. The desired speed values can be selected with the UP and DOWN
buttons [3] on the rear panel (001 = very fast, 100 = very slow).
MASTER/SLAVE MODE
The master/slave mode enables several projectors to be synchronised and controlled by one master
projector. Interconnect each of the projectors [4] using shielded stereo cables (not included). Choose
one of the above running modes on the master device with the UP and DOWN buttons [3] on the rear
panel.
DMX MODE
Press the MODE button [3] until 512 is displayed [3]. Connect your DMX controller to the projector [4]
and set the DMX address with the UP and DOWN buttons [3] on the rear panel.
Serial DMX Chain
Connect an XLR cable to the female 3-pin XLR output of your controller and the other side to the male 3pin XLR input of the projector. Multiple projectors can be linked through serial linking. The linking cable
should be a two-core screened cable with XLR input and output connectors.
Termination
A DMX terminator is recommended for installations where the DMX
cable has to run a long distance or is in an electrically noisy
environment (e.g. discos). The terminator prevents corruption of the
digital control signal by electrical noise. The DMX terminator is simply
an XLR plug with a 120 Ω resistor between pins 2 and 3, which is
then plugged into the XLR output socket of the last device in the
chain. Please see illustration.
DMX Start Address
All DMX-controlled devices need a digital start address so that the
correct device responds to the signals. This start address is the
channel number from which the device starts to “listen” to the DMX
controller. Enter the correct number and read it from the display
located on the base of the projector.
You can use the same starting address for a whole group of devices
or enter an individual one for every device.
When all devices have the same address, all the projectors will “listen” to the control signal on one
particular channel. In other words: changing the settings of one channel will affect all devices
simultaneously. If you set different addresses, each device will “listen” to a separate channel number.
Changing the settings of one channel will only affect the device in question.
In the case of the 7-channel projector, you will have to set the start address of the first projector to 1,
the second projector to 8 (1 + 7), the third to 15 (8 + 7) and so on.
• Wanneer u het toestel voor het eerst gebruikt, kan dit gepaard gaan met een lichte rookontwikkeling
en een bepaalde geur. Dit is normaal en de eventuele rook of geur zal geleidelijk aan verdwijnen.
• Kijk niet rechtstreeks in de lichtbron. De lichtbron kan bij gevoelige mensen leiden tot een aanval van
epilepsie.
• Schade door wijzigingen die de gebruiker heeft aangebracht aan het toestel vallen niet onder de
garantie.
3. Algemene richtlijnen
Raadpleeg de Velleman® service- en kwaliteitsgarantie achteraan deze handleiding.
• Deze projector is ontworpen voor professioneel gebruik op podia, in disco's, enz. U mag deze projector
enkel binnenshuis gebruiken door de meegeleverde adapter aan te sluiten op een wisselspanning van
230 VAC ~ 50 Hz.
• Lichteffecten zijn niet ontworpen voor continue werking: regelmatige onderbrekingen doen ze langer
meegaan.
• Schud het toestel niet dooreen. Vermijd brute kracht tijdens de installatie en de bediening van dit
toestel.
• Installeer het toestel weg van extreme temperaturen (zie ‘Technische specificaties’), vochtigheid en
stof. Bij gebruik van rookmachines, zorg ervoor dat de projector nooit direct is blootgesteld aan
rookuitstoot en dat de projector op een minimumafstand van 0,5 m van de rookmachine geïnstalleerd
is. Zorg voor een minimumafstand van 0,1 m tussen de lichtuitgang van het toestel en het belichte
oppervlak.
• Maak het toestel vast met een geschikte veiligheidskabel (bv. VDLSC7 of VDLSC8).
• Leer eerst de functies van het toestel kennen voor u het gaat gebruiken. Ongeschoolde personen
mogen dit toestel niet gebruiken. Meestal is beschadiging het gevolg van onprofessioneel gebruik.
• Gebruik de oorspronkelijke verpakking wanneer u het toestel vervoert.
• Om veiligheidsredenen mag de gebruiker geen wijzigingen aanbrengen aan het toestel.
• Gebruik het toestel enkel waarvoor het gemaakt is. Andere toepassingen kunnen leiden tot
kortsluitingen, brandwonden, elektrische schokken, enz. Bij onoordeelkundig gebruik vervalt de
garantie.
• De installatie moet voor het eerste gebruik gekeurd worden door een expert.
• Sluit het toestel via de stekker aan op het lichtnet. Sluit het niet aan op een dimmerpack.
4. Installatie
• Laat een geschoolde technicus dit toestel installeren conform EN 60598-2-17 en andere toepasselijke
normen.
• De constructie waaraan het toestel wordt bevestigd, moet gedurende 1 uur 10 x het gewicht van dit
toestel kunnen dragen zonder te vervormen.
• Maak het toestel ook vast met een veiligheidskabel.
• Sta nooit recht onder het toestel wanneer u het monteert, verwijdert of schoonveegt. Laat het toestel
controleren door een geschoolde technicus voor u het in gebruik neemt en laat het 1 x per jaar
volledig nakijken.
• Installeer dit toestel op een plaats waar niemand langs moet lopen, kan neerzitten of het toestel kan
aanraken.
• Een degelijke praktijkervaring is vereist voor de plaatsing van dit toestel. U moet de
maximumbelasting van de draagconstructie kunnen berekenen, weten welk constructiemateriaal u
kunt gebruiken en u moet het gebruikte materiaal en het toestel af en toe laten nakijken. Monteer het
toestel niet zelf indien u er geen ervaring mee heeft. Een slechte montage kan leiden tot
verwondingen.
• Regel de gewenste invalshoek door middel van de montagebeugel en draai de regelschroeven stevig
aan.
• Verwijder alle brandbaar materiaal in een straal van 0,5 m rondom het toestel.
• Een geschoolde elektricien moet het toestel aansluiten.
• Sluit het toestel via de stekker aan op het lichtnet. Sluit het niet aan op een dimmerpack.
• De installatie moet voor het eerste gebruik gekeurd worden door een expert.
5. Eigenschappen
• eenvoudige montage op een standaard luidsprekerstatief
• stand-alone, master-slave of DMX-sturing
• ingebouwde microfoon en regelknop: de richting van het effect keert op de beat van de muziek om
• automatische of DMX-sturing van de interne programma’s
• DMX-sturing via 7 kanalen
• gemakkelijk in te stellen dankzij het duidelijk leesbaar lcd-scherm
• beschermende transporthoes
6. Omschrijving
1 ingebouwde microfoon 4 XL
2 instelknop gevoeligheid 5 voedingsingang met zekering
3 lcd-scherm met MODE, UP en DOWN
-in- en -uitgang
7. Gebruik
De projector start op nadat u de voedingsstekker in het stopcontact gestoken hebt. Het lcd-scherm [3]
licht op en u kunt het gewenste sturingsprogramma kiezen met de MODE-, UP- of DOWN-knop [3] op
het achterpaneel.
De projector heeft drie aanstuurprogramma’s: stand-alone, master-slave en DMX.
STAND-ALONE
Muzieksturing
Druk op MODE [3] tot snd op de display [3] verschijnt. Via de ingebouwde microfoon [1] zal de
projector nu reageren op de omgevingsmuziek. De projector is dus ook aanstuurbaar zonder optionele
controller. Regel de gevoeligheid bij met de draaiknop [2] op het achterpaneel.
Automatische sturing
Druk op MODE [3] tot auto op de display [3] verschijnt. In automatische sturing worden de chaseeffecten automatisch en in een lus afgespeeld. Selecteer de gewenste afspeelsnelheid met UP en DOWN
[3] op het achterpaneel (001 = zeer snel, 100 = zeer traag).
MASTER-SLAVE
De master-slave-instelling laat toe om meerdere projectoren synchroon aan te sturen via een
masterprojector. Koppel alle projectoren [4] aan elkaar met behulp van afgeschermde stereokabels (niet
meegeleverd). Kies een van de hierboven vermelde aanstuurprogramma’s op het mastertoestel met UP
en DOWN [3] op het achterpaneel.
DMX-STURING
Druk op MODE [3] tot 512 op de display [3] verschijnt. Sluit de DMX-controller aan de projector [4] en
stel het DMX adres in met UP en DOWN [3] op het achterpaneel.
Seriële DMX-keten
Sluit een XLR-kabel aan de vrouwelijke 3-pin XLR-uitgang van de controller en de andere kant aan de
mannelijke 3-pin XLR-ingang van de projector. U kunt verscheidene projectoren aan elkaar koppelen met
behulp van een seriële koppeling. Gebruik daarvoor een 2-aderige afgeschermde kabel met XLR ingangen uitgangsaansluitingen.