• Schakeladres voor elke servo afzonderlijk te kiezen
• Instelbare stopposities
•
Instelbare draaisnelheid
• 4 stopposities via 2 adressen in de DCC- werking
• "wipfunctie", bijv. voor slagbomen of seinarmen
•
Instelling via wisseltoetsen van het digitale systeem of via DCC CV- programmering
• Spanningsverzorging via rails of een afzonderlijke trafo
• Laag stroomverbruik door geïntegreerde schakelregelaar
•
Servo- uitgangen met bescherming tegen overbelasting.
Beschrijving
De servodecoder is bedoeld om servo's, die in de modelbouw gebruikelijk zijn, voor
mechanische besturingstaken bij een modelspoorbaan te gebruiken. Met de
overeenkomstige mechaniek kunnen met servo's bijv. de wissels op een andere positie gezet
worden, of de waterkraan bij de waterverzorging bewegen, poorten van een loc- remise
openen, slagbomen bewegen en nog veel meer.
Op een servodecoder kunnen maximaal vier servo's aangesloten worden en afzonderlijk van
elkaar aangestuurd worden. De servodecoder werkt hetzelfde als een wisseldecoder en krijgt
bij een digitaal systeem voor elke servo een magneetartikeladres. Met behulp van de
magneetartikelbesturing van het digitale systeem kan de servo in twee stopposities gezet
worden. De servodecoder werkt met alle DCC- en Motorola- digitale systemen.
De stopposities van de servo voor de magneetartikelposities "rood" of "groen" kunnen
afzonderlijk van elkaar ingesteld worden. Bovendien kan de snelheid ingesteld worden met
welke zich de servo tussen de beide stopposities zal bewegen.
Voor speciale toepassingen kan elk aangesloten servo via telkens een verdere
magneetartikeladres in twee extra, apart instelbare stopposities gebracht worden. Hiermede
kunnen mechanische modellen, zoals bijv. waterkranen, via twee magneetartikeladressen in
vier posities gebracht worden.
Bijkomend beschikt de servodecoder over een zogenaamde "wipfunctie", die bij slagbomen
of seinarmen gebruikt wordt. Als de servo een stoppositie bereikt heeft, wipt deze nog even
na. Hiervoor kan de wipbeweging via de wipsnelheid en de wipuitslag ingesteld worden.
Via een eenvoudige toetsprogrammering kunnen met Motorola- en DCC- centrales het 1e
adres, de twee stopposities en de draaisnelheid voor elke servo apart ingesteld worden.
Bij gebruik van een DCC- centrale, zoals bijv. de intellibox, kunnen alle parameters via CVprogrammering ingesteld worden. Zodoende kunnen 2 adressen, hun stoppositie, de
draaisnelheid en de wipfunctie voor elke servo afzonderlijk ingesteld worden.
2
Inbouw van de servodecoder 67 800
Aansluiting servodecoder
De klemmen "rails" worden met de railklemmen van een DCC- of Motorola- digitale centrale
verbonden. In dit geval wordt de decoder gevoed via de rails.
Opmerking: omdat zich de meeste servo's ongecontroleerd bewegen nadat de voedings-
spanning ingeschakeld wordt (dit is een eigenschap van de servo zelf en wordt niet
veroorzaakt door de servodecoder), bevelen wij aan om de decoder via de klemmen "Trafo"
bijkomend met een 16 V modelspoorbaan- transformator te verbinden. Daardoor komen de
ongecontroleerde bewegingen van de servo's alleen nog voor bij het inschakelen van de
gehele modelspoorbaan.
De servo's op de servodecoder aansluiten
Elke servodecoder bezit vier 3-polige stekkercontacten voor het aansluiten van maximaal
vier servo's. De stekker van de servo's worden in de overeenkomstige stekkercontacten
gestoken zodat de massaleiding van het aansluitkabel (meestal zwart of bruin) zich op de
printplaatvoorzijde bevindt.
Bezetting van de stekkercontacten
massa - voorzijde printplaat
5 V - in het midden
stuurleiding - achter
Tip: als de afstand vanaf de servo naar de servodecoder te groot is, kunt u zonder
problemen de aansluitkabel verlengen. Servokabel met stekker en bus zijn in elke
elektronica- winkel verkrijgbaar.
Programmering
De decoder kan per toets en magneetartikel- commando of met behulp van de CVprogrammering via een DCC- centrale geprogrammeerd worden.
Met de toetsprogrammering zijn niet alle eigenschappen te gebruiken.
Dataformaat x x
Adressen 1 2
Stopposities 2 4
Tijd instellen x x
Wipfunctie - x
Keuze, of de servo altijd of
alleen bij servobeweging
ingeschakeld zal zijn
-
x
3
Programmering per toets of magneetartikel- commando
Alle instellingen, betreffende de stopposities en de servosnelheid, kunnen gemakkelijk aan
de digitale centrale uitgevoerd worden of bij een ander besturingsapparaat waarmee de
magneetartikelen geschakeld kunnen worden.
Aan de te programmeren uitgangen moeten de gewenste servomotoren aangesloten zijn,
omdat de servodecoder tijdens de programmering de instelling van de servoparameters
bevestigd door een beweging van de overeenkomstige servomotor.
1. Programmeermodus activeren
Druk op de toets van de decoder en houdt deze ingedrukt. De controle- LED gaat knipperen.
2. Dataformaat kiezen
De LED knippert afwisselen telkens 5 seconden in het ritme A en in het ritme B.
Hierbij betekent:
Knipperritme A = —— –––– –––– = selectie DCC formaat
Knipperritme B = = selectie Motorola formaat
Als de toets bij het overeenkomstige knipperritme wordt losgelaten, dan is het
desbetreffende dataformaat geselecteerd.
Let op: als de decoder hierna niet meer op toetsinvoeren aan het invoerapparaat reageert,
betekent dit dat het verkeerde dataformaat geselecteerd is! Herhaal de programmering.
3. Te programmeren servo- uitgang vastleggen
Nadat de toets losgelaten wordt, beweegt de servo op aansluiting 1 kort heen en weer.
Wordt de toets opnieuw ingedrukt, beweegt zich de servo op aansluiting 2 kort heen en
weer. Door steeds op de toets te drukken, wisselt u naar uitgang 3 en 4. Drukt u hierna
opnieuw op de toets wordt de programmeermodus verlaten.
De toets zo vaak indrukken, totdat de uitgangsservo, welke u wilt programmeren, kort heen
en weer heeft bewogen.
4. Magneetartikeladres voor de geselecteerde servo- uitgang vastleggen
Druk nu op de digitale centrale of een ander bedieningsapparaat waarmee magneetartikelen
geschakeld kunnen worden, op een van de beide toetsen (rood of groen), die later deze
servoaandrijving zal bewegen. De servodecoder bevestigt het indrukken van de toets door
het kort heen en weer bewegen van de servo.
5. Magneetartikeltoetsen voor de [+] en [-] –toets selecteren
Om tijdens het programmeerproces de stopposities en de snelheid van de servomotoren te
kunnen instellen, moeten twee toetsen vastgelegd worden, die tijdens het programmeren als
[+] en [–] -toetsen dienen.
Druk nu op de digitale centrale of een ander bedieningsapparaat waarmee magneetartikelen
geschakeld kunnen worden, op de toets die tijdens programmeren de [+] toets moet worden.
Het magneetartikeladres van deze toets mag niet dezelfde zijn die u voorheen geselecteerd
heeft als magneetartikeladres. Na het indrukken van de gewenste toets bevestigt dit de
servodecoder door de servo kort heen en weer te bewegen.
Op dezelfde manier bepaald u ook de [-] toets die gebruikt wordt tijdens het programmeren.
Opmerking: Na het programmeren wordt deze toewijzing gewist, zodat de toetsen weer
normaal voor andere schakelingen gebruikt kunnen worden.
4
6. De stopposities van de servo's vastleggen
Nu kan de servo onder het, in stap 4 vastgelegd adres, met de rode magneetartikeltoets in
de stoppositie "rood" gebracht worden. Met behulp van de in stap 5 vastgelegde [+] en [-]
toetsen wordt de stoppositie van de servo's naar behoefte geregeld. Hiertoe drukt u
herhaaldelijk kort op de [+] of [-] toets tot de gewenste stoppositie bereikt is. Met de groene
magneetartikeltoets brengt u de servo in de stoppositie "groen" en stelt deze verder in zoals
hiervoor beschreven.
Als de gewenste posities vastgelegd zijn, moet de servo, zonder dat de instellingen gewijzigd
worden, 3x achter elkaar in de stoppositie "rood" en "groen" gebracht worden (dus roodgroen-rood-groen-rood-groen) om naar de volgende programmeerstap te gaan (toetsen
volgens stap 4).
7. De snelheid van de servo instellen
De servo beweegt zich nu automatisch met de actueel ingestelde snelheid tussen de twee
stopposities heen en weer. Met de in stap 5 vastgelegde [+] en [-] toetsen kan de
bewegingssnelheid verhoogd of verlaagd worden.
8. Programmering beëindigen
Na het instellen van de gewenste snelheid, drukt u op een van de beide toetsen, welke de
servopositie veranderen (toetsen volgens stap 4).
Het programmeren voor deze servo- uitgang is nu afgesloten en er kan nu de volgende
uitgang geprogrammeerd worden. De geselecteerde instellingen blijven permanent
opgeslagen.
Let op: als het programmeerproces voortijdig afgebroken wordt, doordat de railspanning
uitgeschakeld werd, worden de instellingen die tot dit tijdstip gemaakt zijn opgeslagen.
CV - programmering met DCC-apparaten
De decoder kan met de intellibox en alle DCC- centrales, die 3-cijferige getallen toestaan,
geprogrammeerd worden. Gebruik het programmeermenu van uw DCC-centrale om de
decoder- CV's te lezen en te programmeren. De precieze handelingen vindt u in het
handboek van uw centrale.
Aansluiting van de servodecoder voor de programmering
Voor de programmering moet de servodecoder afzonderlijk op een programmeerrail
aangesloten worden. Op de te programmeren uitgangen worden de gewenste servomotoren
aangesloten.
Configuratie van de servodecoder
Via de CV 119 kunnen verschillende instellingen op de decoder uitgevoerd worden.
Of de spanning op de verschillende servo- uitgangen alleen bij een servobeweging of altijd
ingeschakeld moet zijn en of het bedrijfssoort Motorola of DCC betreft.
5
De in te voeren waarde wordt met de CV-tabel berekend, door de waarden van de gewenste
functie op te tellen.
Voorbeeld
Uitgang 1 spanning altijd aan waarde = 1
Uitgang 2 spanning altijd aan waarde = 2
Uitgang 3 spanning altijd aan waarde = 4
Uitgang 4 spanning altijd aan waarde = 8
Bedrijfssoort DCC waarde = 0
Het totaal van alle waarden is 15.
Deze waarde is bij de CB 119 vanaf fabriek reeds ingesteld.
Bit Functie CV 119 Waarde
0 Spanning uitgang 1
alleen bij servobeweging ingeschakeld
altijd ingeschakeld
1
2 Spanning uitgang 3
3
7 Bedrijfssoort
Spanning uitgang 2
alleen bij servobeweging ingeschakeld
altijd ingeschakeld
alleen bij servobeweging ingeschakeld
altijd ingeschakeld
Spanning uitgang 4
alleen bij servobeweging ingeschakeld
altijd ingeschakeld
DCC
Motorola
0
1*
0
2*
0
4*
0
8*
0*
128
* Vanaf fabriek ingesteld.
Configuratie van de servo- uitgangen
Let op: hierna wordt steeds verwezen op de CV's voor servo- uitgang 1. De CV's voor de
uitgangen 2 tot 4 kunt u uit de tabel halen.
1e en 2e adres (CV 120 en 121, 160 en 161)
De adressen kunnen voor elke servouitgang willekeurig gekozen worden. Geldige adressen
liggen tussen 1 – 2048.
Via het 1e adres wordt de servo in de stoppositie volgens CV 122 (rood) en CV 123 (groen)
gebracht.
Het 2e adres brengt de servo in de stoppositie volgens CV 162 (rood) en CV 163 (groen).
Let op:
het 2e adres kan uitsluitend via de CV- programmering ingesteld worden.
De adressen tot 255 kunnen direct als waarde in de CV voor het low-byte (bijv. CV 121)
ingevoerd worden. De CV voor het high-byte (bijv. CV120) blijft op de waarde 0
(fabrieksinstelling).
Voor
adressen vanaf 256
moeten de waarden voor het high- en low-byte berekend worden.
Als voorbeeld hier de programmering van het adres 2000:
• Deel de adreswaarde door 256 (2000:256 = 7, resterend 208 (dus 2000 – 1792 (7x256)=
208 resterend)
• Voer het delingsresultaat (7) in als waarde in de CV voor het high-byte (bijv. CV 120).
•
Voer het resterende getal (208) in als waarde in de CV voor het low-byte (bijv. 121).
6
Stand stoppositie (CV 122 en 123, 162 en 163)
De instelling voor de stopposities gebeurd via de getallenwaarde tussen 0 en 127.
CV-waarde = 0 maximale waarde voor stoppositie 1 en 3 (CV 122, 162)
CV-waarde = 127 maximale waarde voor de stoppositie 2 en 4 (CV 123 en 163)
Steltijd (CV 124)
Tijdconstante tot de servopositie om 1 toeneemt of afneemt wordt in stappen van 1 ms
uitgevoerd.
Uitvoertijd = (verschil van de waarden voor positie "rood" en "groen") x steltijd x 1ms
Steltijd = (gewenste uitvoertijd in seconden) x 1000________
verschil van de waarden voor stoppositie "rood" en "groen"
Wipfunctie (CV 125 tot 128)
Voor beide stopposities van het 1e
adres van alle vier servo- uitgangen
kan een zogenoemde nawip- functie
geactiveerd worden, zoals deze voor
slagbomen en armsein- signalen
bekend zijn. Hiertoe moet de nawipuitslag in CV 125 en CV 127 anders
zijn dan 0.
Let op: De geprogrammeerde
stoppositie van de servo moet hierbij
kleiner of hetzelfde zijn dan de
eindaanslag minus de wipaanslag.
Opmerking: De stopposities voor het
2e adres worden dan niet meer
uitgevoerd.
Bij een ingestelde wipfunctie wipt de
servo na het bereiken van de
desbetreffende stoppositie "rood" of
"groen" met de waarde van de
wipuitslag buiten de stoppositie.
Vervolgens wordt de bewegingsrichting
omgekeerd en de servo wipt dan alleen
nog buiten de stoppositie met de waarde van de wipuitslag –1.
Bij elke keer omkeren van de bewegingsrichting wordt de uitslag steeds minder en na een
paar bewegingen is de wipuitslag 0 en de stoppositie van de servo bereikt.
Wiptijd = duur van een periode___
4 x wipuitslag x 1 ms
Voorbeeld
In dit voorbeeld werd de wipuitslag voor positie "groen" (CV 127) op de waarde 4 gezet.
De eerste uitslag komt precies overeen met deze waarde, elke verdere uitslag wordt steeds
met 1 vermindert.
Let op: De geprogrammeerde stoppositie van de servo plus de wipuitslag moet hierbij
kleiner of hetzelfde zijn dan de eindaanslag (= mogelijke positie).
7
Technische gegevens
Adressen: 2
Adresbereik: 1 – 2048
Digitaal formaat: DCC, Motorola
Servouitgangen: elk 700 mA
Totale belasting: 700 mA
Accessoires
Transformator 45 VA artnr. 20 040
De transformator heeft een uitgangsspanning van 16 V. De maximale stroom bedraagt 2,8 A.
De trafo heeft 2 aansluitklemmen aan de laagspanningszijde.
Servo's
Met toebehoren, bevestigingsmateriaal en steldraad, 2x0,4 mm en 1x0,6 mm, lengte elk 100
mm.
Mini- servo artnr. 81 410
Gebruik voor beperkte ruimte, voor toepassingen die geen grote stelkracht nodig hebben.
Afmeting 20,0x17,6x8,0, draaimoment 4 Ncm.
Standaard servo artnr. 814 20
Voor universele toepassing, bijv. aan wissels. Afmeting 22,2,x20,0x11,1 mm, draaimoment
13 Ncm.
Precisie- servo artnr. 81 430
Heel stil en heel precies. Afmeting 22,2,x21,3x11,1 mm, draaimoment 14 Ncm.
CV- tabel (Configuration Variables) van de servodecoder 67800
Configuratie van de decoder
CV Omschrijving Waarde-
bereik
112 Softwareversie (de gebruikte processor kan
geupdate worden
113 Fabriekscode
119 Decoder configuratie waarde
Bit 0=0 spanning uitgang 1 alleen bij servobeweging ingeschakeld 0
Bit 0=1 spanning uitgang 1 steeds ingeschakeld 1*
Bit 1=0 spanning uitgang 1 alleen bij servobeweging ingeschakeld 0
Bit 1=1 spanning uitgang 1 steeds ingeschakeld 2*
Bit 2=0 spanning uitgang 1 alleen bij servobeweging ingeschakeld 0
Bit 2=1 spanning uitgang 1 steeds ingeschakeld 4*
Bit 3=0 spanning uitgang 1 alleen bij servobeweging ingeschakeld 0
Bit 3=1 spanning uitgang 1 steeds ingeschakeld 8*
Bit 4-6 niet gebruikt Bit 7=0 DCC werking 0*
Bit 7=1 Motorola werking 128
Het sterretje * kenmerkt de fabrieksinstelling
- verschillende
- 85
0-255 15
Waarde vanaf
fabriek
8
Configuratie van de servo- uitgangen
*) Bij gebruik van een Motorola-centrale zijn de vanaf fabriek ingestelde adressen niet
beschikbaar en moeten door de gebruiker via toetsprogrammering ingesteld worden.
Garantieverklaring
Elke module wordt voor de uitlevering gecontroleerd op een perfecte functie. Indien binnen
de garantieperiode van 2 jaar een fout optreedt, wordt het product, na het voorleggen van de
aankoopnota, kosteloos gerepareerd. Het recht op garantie vervalt, indien de schade door
onvakkundige behandeling veroorzaakt werd.
De genoemde merken zijn geregistreerde handelsmerken van de desbetreffende fabrikant.
Elektronische apparaten mogen niet via het gewone huisvuil verwijdert worden.
Het product is niet geschikt voort kinderen onder de 10 jaar.
9
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.