Trix minitrix BR 243 User Manual

Modell der
BR 243
2
Informationen zum Vorbild BR 143/243
Die fortschreitende Elektrifi zierung bei der Deutschen Reichsbahn (DR) machte zu Beginn der 80er Jahre die Beschaffung neuer elektrischer Lokomotiven erforder­lich. Auf der Frühjahrsmesse 1982 in Leipzig wurde die vom Kombinat VEB Lokomotivbau Elektrotechnische Werke (LEW) „Hans Beimler“ hergestellte Baumusterlo­komotive 212 001-2 vorgestellt.
Die Maschine war für eine Höchstgeschwindigkeit von 140 Stundenkilometern vorgesehen; sie erhielt 1983 im Reichsbahn-Ausbesserungswerk (RAW) Dessau neue Drehgestelle mit geänderten Getrieübersetzungen.
Die Höchstgeschwindigkeit wurde dadurch auf 120 km/h reduziert, die Maschine erhielt die Bezeichnung 243 001-5.
Zwischen 1984 und 1990 wurden 646 Serienlokomoti­ven der Baureihe (BR) 243 in verschiedenen Bauserien hergestellt. Teilweise sind die 3540 kW starken Loks mit Vielfachsteuerung ausgerüstet.
Die der DR gehörenden Maschinen sind teilweise als Leihloks auch im Netz der Deutschen Bundesbahn (DB) eingesetzt; für den S-Bahn-Verkehr gibt es einige technisch und optisch entsprechend ausgestattete Loks. Seit Januar 1992 werden die Maschinen nach dem gemeinsamen Nummernplan von DR und DB als BR 143 bezeichnet.
Information about the prototype Class 143/243
Progressive electrfi kation by the German State Railroad (DR) necessitated the acquisition of new electric locomotives at the start of the 1980s. The 212 001-2 prototype locomotive produced by the „Hans Beimler“ Locomotive Builder Electrotechnical Works Collective VEB was shown at the Spring Fair in Leipzig.
This unit was designet for a maximum speed of 140 km/h (approx. 88 m.p.h.); in 1983 new trucks with different gear ratios were installed on it at the State Railroad maintenance facility in Desau.
The maximum speed was thereby reduced to 120 km/h (75 m.p.h.) and the locomotive was designated 243 001-5. Between 1984 and 1990 a total of 646 of the class 243 locomotive was built in different series. These units have an output of 3,540 kilowatts and some of them are equipped for a multiple unit operation.
Those locomotives beloinging to the DR are also used in part on loan in the German Federal Railroad (DB) network; for S-Bahn service there are several units with technical and visual alterations to correspond to this type of work. Since January of 1992 these locomotives have been designated as class 143 in accordance with the joint numbering scheme of the DR and DB.
3
Informations concernant le modèle réel BR 143/243
La porsuite de l‘électrifi cation de la Deutsche Reichs­bahn (DR) au début des années 80 rendit nécessaire l‘acquisition de novelles motrices électriques. En 1982, à la Foire de printemps de Leipzig, le combinat „VEB Lokomotivbau Elektrotechnische Werke (LEW) Hans Beimler“ présenta le modèle type de sa locomotive 212 001-2.
La vitesse e pointe prévue sur cette machine était de 140 kilomètres-heure; en 1983, aux ateliers de la Reichsbahn („RAW“) de Dessau, elle fut équipée de nouveaux bogies aux transmissions modifi ées. La vitesse de pointe s‘en trouva ramenée à 120 km/h, la machine reçut la désignation243 001-5. Entre 1984 et 1990, 646 locomotives de type (BR) 234 furent réalisées en différentes séries. Les locomotives dont la puissance atteint 3540 kW sont partiellement équipées pour le couplage de véhicules moteurs.
Les machines appartenant à la DR sont partiellement affectées au réseau de la Deutsche Bundesbahn (DB) comme locomotives de location; pour le trafi c S-Bahn, il existe quelques locomotives modifi ées en consé­quence pour des raisons de technique et d‘habillage. Depuis 1992, les machines ont adopté l‘appelation BR 143 conforme à la nomenclature commune à la DR et à la DB.
Informatie over het voorbeeld Class 143/243
De voortschrijdende elektrifi catie bij de Deutsche Reichsbahn (DR) maakte aan het begin van de jaren tachtig de aanschaf van elektrische lokomotiven nood­zakelijk. Op de Voorjaarsbeurs van 1982 in Leipzig werd door de Combinatie VEB Lokomotivbau Elektrotechni­sche Werke (LEW) „Hans Beimler“ de protolokomotief 212 001-2 voorgesteld.
De machine was bedoeld voor een maximum snelheid van 140 km/h; hij kreeg in 1983 in het Reichsbahn-Aus­besserungswerk (RAW) Dessau nieuwe draaistellen met gewijzigde overbrengverhoudinggen.
De maximum snellheid werd daardoor tot 120 km/h teruggebracht en de machine kreeg de aanduiding 243 001-5. Tussen 1984 en 1990 werden 646 serielokomo­tieven van de serie 243 verschillende series gefabri­ceerd. Voor een deel zijn de 3540 kW sterke loks met meervoudige regeling uitgevoerd.
De tot de DR behorende machines zijn gedeeltelijk als leenloks op het net van de Deutsche Bundesbahn (DB) ingezet; voor het S-Bahn-verkeer zijn er enkele tech­nisch en optisch aangepaste loks aanwezig.
Sinds januari 1992 worden de machines volgens het gemeenschappelijke nummerschema van DR en als serie 143 aangeduid.
4
Funktionen
- Dieses TRIX-Modell ist entsprechend den gesetzli­chen Vorschriften voll funk- und fernsehentstört
- Zum Schutz des Modells ist eine elektronische Über­lastsicherung eingebaut.
- Dreilicht -Spitzensignal mit der Fahrtrichtung wech­selnd.
- Auf Oberleitungsbetrieb umschaltbar.
- Lok mit digitaler Schnittstelle entsprechend NEM
651.
- Analog 14 Volt =, digital 22 Volt ~.
Functions
- This TRIX model complies with the regulations con­cerning suppression of interference with radio and television reception.
- An electronic overload protection is built to protect the model
- Triple headlights that change over with the direction of travel.
- Can be switched to catenary operation.
- Locomotive comes with NEM 651 digital connector.
- Analog 14 volts DC, digital 22 volts AC.
Functionnement
- Ce modèle TRIX protégé contre l‘émission de parasites radio et de télévision conformément aux prescriptions légales.
- Une sécurité électronique protège le modèle contre toute surcharge éventuelle.
- Feux triples avec alternance selon sens de marche.
- Exploitation par caténaire possible.
- Locomotive avec interface digitale conforme à la norme NEM 651.
- Analogique 14 volts =, digital 22 volts ~.
Functies
- Dit TRIX-model is, volgens de geldende voorschrif­ten, geheel radio- en televisie-ontstoort.
- Voor de beveiliging van het model is een elektroni­sche overbelastingsbeveiliging ingebouwd.
- Drievoudige frontverlichting wisselend met de rijrich­ting.
- Omschakelbaar op bovenleiding.
- Loc met stekkerverbinding voor digitale decoder volgens NEM 651.
- Analog 14 Volt =, digital 22 Volt ~.
Loading...
+ 8 hidden pages