Toshiba SATELLITE P850, SATELLITE P855 User Manual [nl]

Gebruikers­handleiding
Satellite L855/L855D

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
TOSHIBA: wet- en regelgeving en veiligheid
Copyright, afwijzing van aansprakelijkheid en handelsmerken ....... 1-1
Voorschriften ......................................................................................... 1-2
Licentiekwesties met de OpenSSL Toolkit ......................................... 1-8
Verklaring met betrekking tot videostandaarden ............................. 1-11
ENERGY STAR®-programma ............................................................. 1-12
Verwijdering van de computer en de computeraccu's .................... 1-12
Veiligheidsinstructies voor optische schijfstations ........................ 1-13
Algemene voorzorgsmaatregelen ...................................................... 1-15
Informatie voor draadloze apparaten ................................................ 1-17
Wettelijke voetnoten ............................................................................ 1-25
Berichten .............................................................................................. 1-28
Aan de slag
Controlelijst van apparatuur ................................................................. 2-1
Conventies ............................................................................................. 2-1
Het product voor het eerst gebruiken ................................................. 2-2
Het apparaat uitschakelen .................................................................... 2-8
Voorkant met gesloten beeldscherm .................................................. 3-1
Linkerkant .............................................................................................. 3-2
Rechterkant ............................................................................................ 3-3
Achterkant .............................................................................................. 3-5
Onderkant ............................................................................................... 3-6
Voorkant met geopend beeldscherm .................................................. 3-7
Interne hardwareonderdelen .............................................................. 3-10
De stroomvoorziening controleren .................................................... 3-14
Specificaties ........................................................................................ 3-15
Hoofdstuk 4
Gebruikershandleiding ii
Basisbeginselen
Het toetsenbord ..................................................................................... 4-1
Speciale Windows-toetsen ................................................................... 4-4
ASCII-tekens genereren ........................................................................ 4-4
Optische stations .................................................................................. 4-4
TOSHIBA VIDEO PLAYER ................................................................... 4-11
TOSHIBA Blu-ray Disc Player ............................................................ 4-14
3D-weergave op een extern 3D-apparaat .......................................... 4-16
Draadloze communicatie .................................................................... 4-20
LAN ....................................................................................................... 4-24
Accu ...................................................................................................... 4-25
Aanvullende geheugenmodule .......................................................... 4-32
Randapparaten .................................................................................... 4-36
Optionele TOSHIBA-accessoires ....................................................... 4-43
Geluidssysteem en videomodus ....................................................... 4-44
Omgaan met de computer .................................................................. 4-46
Warmteverspreiding ............................................................................ 4-47
Hoofdstuk 5
Hoofdstuk 6
Hulpprogramma's en geavanceerd gebruik
Hulpprogramma's en toepassingen .................................................... 5-1
Speciale voorzieningen ........................................................................ 5-4
TOSHIBA-wachtwoordhulpprogramma ............................................... 5-6
TOSHIBA-systeeminstellingen ............................................................. 5-9
TOSHIBA Media Player van sMedio TrueLink+ ................................ 5-15
TOSHIBA PC Health Monitor .............................................................. 5-17
Systeemherstel .................................................................................... 5-18
Problemen oplossen
Handelwijze bij probleemoplossing ..................................................... 6-1
Controlelijst voor hardware en systeem ............................................. 6-4
TOSHIBA-ondersteuning .................................................................... 6-16
Gebruikershandleiding iii
Gebruikershandleiding iv
Hoofdstuk 1
TOSHIBA: wet- en regelgeving en veiligheid
In dit hoofdstuk vindt u informatie over wet- en regelgeving en veiligheid met betrekking tot TOSHIBA-computers.

Copyright, afwijzing van aansprakelijkheid en handelsmerken

Copyright

©2012 by TOSHIBA Corporation. Alle rechten voorbehouden. Krachtens de auteurswetten mag deze handleiding op geen enkele wijze worden verveelvoudigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TOSHIBA. Met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding wordt geen octrooirechtelijke aansprakelijkheid aanvaard.
Eerste druk augustus 2012 Het auteursrecht voor muziek, films, computerprogramma's, databases en
ander auteursrechtelijk beschermd intellectueel eigendom berust bij de maker of de copyrighthouder. Auteursrechtelijk beschermd materiaal mag uitsluitend voor privé- of huiselijk gebruik worden verveelvoudigd. Andere toepassingen dan hierboven zijn vermeld (met inbegrip van conversie naar digitale indeling, wijziging, overdracht van gekopieerd materiaal en verspreiding via een netwerk) zonder toestemming van de copyrighthouder vormen schendingen van het auteursrecht en kunnen strafrechtelijk of middels een schadevergoeding worden vervolgd. Houd u aan de auteurswetten wanneer u deze handleiding of delen ervan verveelvoudigt.

Afwijzing van aansprakelijkheid

Deze handleiding is zorgvuldig geverifieerd en nagekeken. De aanwijzingen en beschrijvingen waren correct voor uw computer op het tijdstip waarop deze handleiding ter perse ging. Erop volgende computers en handleidingen kunnen echter zonder kennisgeving worden gewijzigd. TOSHIBA aanvaardt dientengevolge geen aansprakelijkheid voor schade die direct of indirect voortvloeit uit fouten of omissies in de handleiding, of uit discrepanties tussen computer en handleiding.
Gebruikershandleiding
1-1

Handelsmerken

Intel, Intel SpeedStep, Intel Core en Centrino zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation.
AMD, het AMD-logo met de pijl, PowerPlay, Vari-Bright en combinaties daarvan zijn handelsmerken van Advanced Micro Devices, Inc.
Windows, Microsoft en het Windows-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Bluetooth is een handelsmerk in eigendom van de eigenaar en wordt door TOSHIBA onder licentie gebruikt.
De termen HDMI en HDMI High-Definition Multimedia Interface en het HDMI-logo zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC in de Verenigde Staten en andere landen.
SRS en het SRS-logo zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van SRS Labs, Inc. De SRS-technologie wordt gebruikt onder licentie van SRS Labs, Inc.
sMedio en sMedio TrueLink+ zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van sMedio, Inc.
TouchPad is een handelsmerk van Synaptics, Inc. Wi-Fi is een gedeponeerd handelsmerk van de Wi-Fi Alliance. Secure Digital en SD zijn handelsmerken van SD Card Association. MultiMediaCard en MMC zijn handelsmerken van MultiMediaCard
Association. Blu-ray Disc™, Blu-ray™, Blu-ray 3D™, BDXL™ en de logo's ervan zijn
handelsmerken van de Blu-ray Disc Association. QUALCOMM is een handelsmerk van Qualcomm Incorporated,
gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen. ATHEROS is een handelsmerk van Qualcomm Atheros, Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen.
Realtek is een gedeponeerd handelsmerk van Realtek Semiconductor Corporation.
In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn genoemd.

Voorschriften

FCC-informatie

FCC-verklaring van overeenstemming
Deze apparatuur is getest en voldoet aan de voorschriften voor een digitaal apparaat van klasse B, conform deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze voorwaarden zijn ontworpen teneinde redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie bij gebruik in woongebieden. Deze apparatuur genereert en gebruikt hoogfrequente energie en kan deze
Gebruikershandleiding
1-2
energie uitstralen. Indien de apparatuur niet volgens de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan dit resulteren in schadelijke storing van de radiocommunicatie. Zelfs als alle instructies zijn opgevolgd, kan echter storing optreden. Als deze apparatuur schadelijke storing voor radio- of televisieontvangst oplevert (wat kan worden vastgesteld door de apparatuur uit en weer aan te zetten), verdient het aanbeveling een of meer van de volgende maatregelen te treffen om de storing te verhelpen:
Wijzig de richting of positie van de ontvangstantenne. Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de radio/tv. Sluit de apparatuur en de ontvanger op verschillende stopcontacten
aan. Raadpleeg de leverancier of een ervaren radio-/tv-monteur.
Alleen randapparaten die voldoen aan de FCC-normen voor klasse B mogen op deze apparatuur worden aangesloten. Gebruik met niet­compatibele randapparaten of randapparaten die niet door TOSHIBA zijn aanbevolen, zal waarschijnlijk resulteren in storing op radio- en tv­toestellen. U moet afgeschermde kabels gebruiken tussen de externe apparaten en de poort voor een externe RGB-monitor, de Universal Serial Bus-poorten (USB 2.0 en 3.0), de HDMI-poort en de microfoonaansluiting van de computer. Het wijzigen of aanpassen van deze apparatuur zonder uitdrukkelijke toestemming van TOSHIBA of door TOSHIBA erkende partijen kan de machtiging tot het gebruik van de apparatuur tenietdoen.
FCC-voorwaarden
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-voorschriften. De werking van dit product dient te voldoen aan de volgende twee voorwaarden:
1. Het apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken.
2. Het apparaat moet in staat zijn alle ontvangen storing te accepteren, zelfs als de werking van het apparaat hierdoor wordt aangetast.
Contact
Adres: TOSHIBA America Information Systems, Inc.
9740 Irvine Boulevard
Irvine, Californië 92618-1697, V.S.
Telefoon: (949) 583-3000
Gebruikershandleiding 1-3

EU-verklaring van overeenstemming

Dit product draagt het CE-keurmerk in overeenstemming met de relevante Europese richtlijnen. De verantwoording voor de toewijzing van CE-keurmerken ligt bij TOSHIBA Europe GmbH, Hammfelddamm 8, 41460 Neuss, Duitsland. De volledige en officiële EU-verklaring van overeenstemming is te vinden op de TOSHIBA-website http://epps.toshiba-teg.com.
Overeenstemming met CE-richtlijnen
Dit product is voorzien van het CE-keurmerk in overeenstemming met de relevante Europese richtlijnen, met name de richtlijn voor elektromagnetische compatibiliteit (2004/108/EG) voor het notebook en de elektronische accessoires, waaronder de meegeleverde netadapter, de richtlijn voor radioapparatuur en telecommunicatie-apparatuur (1999/5/EG) in het geval van geïmplementeerde telecommunicatieaccessoires en de laagspanningsrichtlijn (2006/95/EG) voor de meegeleverde netadapter. Bovendien voldoet het product aan de richtlijn inzake ecologisch ontwerp 2009/125/EG (ErP) en de bijbehorende implementatiemaatregelen.
Dit product en de oorspronkelijke opties zijn ontworpen conform de relevante EMC- (Elektromagnetische compatibiliteit) en veiligheidsnormen. TOSHIBA garandeert echter niet dat dit product nog steeds aan deze EMC-normen voldoet indien kabels of opties van andere leveranciers zijn aangesloten of geïmplementeerd. In dat geval moeten de personen die deze opties/kabels hebben geïmplementeerd/aangesloten, ervoor zorgen dat het systeem (pc plus opties/kabels) nog steeds aan de vereiste normen voldoet. Ter voorkoming van EMC-problemen moeten in het algemeen de volgende richtlijnen in acht worden genomen:
Alleen opties met het CE-keurmerk mogen worden aangesloten/ geïmplementeerd.
Alleen hoogwaardige afgeschermde kabels mogen worden aangesloten.
Werkomgeving
Dit product is ontworpen conform de EMC-voorschriften (elektromagnetische compatibiliteit) voor zogenoemde 'commerciële, licht­industriële en woonomgevingen'. TOSHIBA keurt het gebruik van dit product in andere werkomgevingen dan de bovengenoemde 'commerciële, licht-industriële en woonomgevingen' af.
De volgende omgevingen zijn bijvoorbeeld niet goedgekeurd:
Gebruikershandleiding
industriële omgevingen (bijvoorbeeld omgevingen waar krachtstroom van 380 V (drie fasen) wordt gebruikt)
omgevingen met medische apparatuur gemotoriseerde voertuigen
1-4
vliegtuigen
この装置は、クラスB情報技術装置です。この装置は、家庭環境で使 用することを目的としていますが、この装置がラジオやテレビジョン
受信機に近接して使用されると、受信障害を引き起こすことがあります。
取扱説明書に従って正しい取り扱いをしてください。
VCCI-B
Gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde werkomgevingen vallen niet onder de verantwoordelijkheid van TOSHIBA.
Mogelijke gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde werkomgevingen zijn onder andere:
storing van de werking van andere apparaten of machines in de nabijheid;
storing van de werking van dit product, mogelijk resulterend in gegevensverlies, als gevolg van storingen die worden gegenereerd door andere apparaten of machines in de nabijheid.
TOSHIBA beveelt gebruikers dan ook met klem aan de elektromagnetische compatibiliteit van dit product vóór gebruik naar behoren te testen in alle niet-geoorloofde omgevingen. In het geval van auto’s of vliegtuigen mag dit product uitsluitend worden gebruikt nadat de fabrikant of luchtvaartmaatschappij hiervoor toestemming heeft verleend.
Verder is het in verband met algemene veiligheidsoverwegingen verboden dit product te gebruiken in omgevingen met ontploffingsgevaar.

Informatie over VCCI klasse B

Canadese voorschriften (alleen in Canada)

De radioruis die door dit digitale apparaat wordt uitgezonden, ligt binnen de limieten voor digitale apparaten van klasse B conform de Radio Interference Regulation (voorschriften voor radiostoring) van het Canadese ministerie van Communicatie (Department of Communications ofwel DOC).
De DOC-voorschriften bepalen dat het wijzigen of aanpassen van deze apparatuur zonder uitdrukkelijke toestemming van TOSHIBA Corporation de machtiging tot het gebruik van de apparatuur kan tenietdoen.
Dit digitale apparaat van klasse B voldoet aan alle voorschriften van de Canadese regeling voor storingsveroorzakende apparatuur.
Cet appareil numérique de la class B respecte toutes les exgences du Règlement sur le matériel brouilleur du Canada.
Gebruikershandleiding
1-5

De volgende informatie is alleen van toepassing voor lidstaten van de EU:

Afvalverwerking van producten
Het symbool van een doorgekruiste vuilnisbak geeft aan dat producten afzonderlijk moeten worden ingezameld en gescheiden van huishoudelijk afval moeten worden verwerkt. Interne batterijen en accu's kunnen met het product worden weggegooid. Ze worden gescheiden door het recyclingcentrum.
De zwarte balk geeft aan dat het product op de markt is gebracht na 13 augustus 2005.
Door producten en batterijen gescheiden in te zamelen, draagt u bij aan de juiste afvalverwerking van producten en batterijen en helpt u mogelijk schadelijke gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid voorkomen.
Voor meer informatie over inzameling en recycling in uw land bezoekt u onze website (http://eu.computers.toshiba­europe.com) of neemt u contact op met het gemeentekantoor of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Afvalverwerking van batterijen en/of accu's
Het symbool van een doorgekruiste vuilnisbak geeft aan dat batterijen en/of accu's afzonderlijk moeten worden ingezameld en gescheiden van huishoudelijk afval moeten worden verwerkt.
Als de batterij of accu meer lood (Pb), kwik (Hg) en/of cadmium (Cd) bevat dan de waarden die zijn gedefinieerd in de richtlijn inzake batterijen en accu's (2006/66/EG), worden de chemische symbolen voor lood (Pb), kwik (Hg) en/of cadmium (Cd) weergegeven onder het symbool van de doorgekruiste vuilnisbak.
Door mee te werken aan het afzonderlijk inzamelen van batterijen, helpt u producten en batterijen op de juiste wijze te verwerken en helpt u zo mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid te voorkomen.
Voor meer informatie over inzameling en recycling in uw land bezoekt u onze website (http://eu.computers.toshiba­europe.com) of neemt u contact op met het gemeentekantoor of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Gebruikershandleiding 1-6
Afhankelijk van in welk land of welke regio u dit product hebt aangeschaft, zijn deze symbolen mogelijk niet aanwezig.

REACH - Verklaring van overeenstemming

De nieuwe verordening van de Europese Unie (EU) met betrekking tot chemische stoffen, REACH (Registration, Evaluation, Authorization and Restriction of Chemicals ofwel registratie, beoordeling, autorisatie en beperkingen van chemische stoffen), is vanaf 1 juni 2007 van kracht. TOSHIBA voldoet aan alle REACH-vereisten en verplicht zich klanten informatie te geven over de chemische stoffen in onze producten in overeenstemming met de REACH-verordening.
Raadpleeg de volgende website reach voor informatie over de aanwezigheid in onze producten van stoffen die op de kandidatenlijst staan volgens artikel 59(1) van verordening (EG) Nr. 1907/2006 („REACH“) in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g).
www.toshiba-europe.com/computers/info/

De volgende informatie geldt alleen voor Turkije:

Overeenstemming met EEE-richtlijnen: TOSHIBA voldoet aan alle vereisten van de Turkse richtlijn 26891 'Beperking op het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur'.
Het aantal mogelijke pixelfouten van het beeldscherm wordt gedefinieerd volgens de norm ISO 9241-307. Als het aantal pixelfouten minder is dan deze norm, wordt dit niet als een fout of defect gerekend.
Accu's zijn verbruiksartikelen, aangezien de accugebruiksduur afhangt van het gebruik van de computer. Als de accu niet meer kan worden opgeladen, wordt dit veroorzaakt door een fout of defect. Veranderingen in de accugebruiksduur zijn geen fout of defect.

De volgende informatie geldt alleen voor India:

Het gebruik van dit symbool geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld.
Door dit product op de juiste manier als afval te verwerken, draagt u eraan bij negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid die kunnen voortvloeien uit onjuiste verwerking van dit product te voorkomen.
Voor meer informatie over recycling van dit product bezoekt u onze website (http://www.toshiba-india.com) of belt u het callcenter (1800-200-8674).
Gebruikershandleiding 1-7
Afhankelijk van in welk land of welke regio u dit product hebt aangeschaft, zijn deze symbolen mogelijk niet aanwezig.

Licentiekwesties met de OpenSSL Toolkit

LICENTIEKWESTIES ============= De OpenSSL Toolkit valt onder twee licenties, dat wil zeggen dat zowel de
voorwaarden van de OpenSSL-licentie als de oorspronkelijke SSLeay­licentie van toepassing zijn op de toolkit. Zie hieronder voor de daadwerkelijke teksten van de licenties. Beide licenties zijn Open Source­licenties uit de BSD-categorie. In het geval van licentiekwesties die te maken hebben met OpenSSL neemt u contact op met openssl­core@openssl.org.
OpenSSL-licentie Gebruikershandleiding 1-7
------------------------
/*===================================================== Copyright (c) 1998-2011 The OpenSSL Project. Alle rechten
voorbehouden. Herdistributie en gebruik van de broncode of van code in binaire vorm, met of zonder wijziging, is toegestaan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
1. Bij herdistributie van de broncode moeten de bovenstaande copyrightmelding, deze lijst met voorwaarden en de volgende afwijzing van aansprakelijkheid worden vermeld.
2. Bij herdistributie in binaire vorm moeten de bovenstaande copyrightmelding, deze lijst met voorwaarden en de volgende afwijzing van aansprakelijkheid in de documentatie en/of andere materialen bij de herdistributie worden vermeld.
3. In elk reclamemateriaal waarin de functies of het gebruik van deze software worden vermeld, moet de volgende kennisgeving worden weergegeven:
'Dit product bevat software die is ontwikkeld door het OpenSSL Project voor gebruik in de OpenSSL Toolkit. (http://www.openssl.org/)'
4. De namen 'OpenSSL Toolkit' en 'OpenSSL Project' mogen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming niet worden gebruikt om producten te onderschrijven of te promoten die zijn afgeleid van deze software. Neem voor schriftelijke toestemming contact op met openssl-core@openssl.org.
5. Producten die zijn afgeleid van deze software mogen geen 'OpenSSL' worden genoemd en 'OpenSSL' mag geen deel uitmaken van de naam zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het OpenSSL Project.
Gebruikershandleiding
1-8
6. Bij herdistributie in welke vorm dan ook moet de volgende kennisgeving worden vermeld:
'Dit product bevat software die is ontwikkeld door het OpenSSL Project voor gebruik in de OpenSSL Toolkit (http://www.openssl.org/)'
DEZE SOFTWARE WORDT DOOR HET OpenSSL PROJECT AANGEBODEN 'ALS ZODANIG' EN ALLE EXPLICIETE OF IMPLICIETE GARANTIES, MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, WORDEN AFGEWEZEN. IN GEEN GEVAL KAN HET OpenSSL PROJECT OF EEN BIJDRAGER ERAAN AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR ENIGE DIRECTE, INDIRECTE, BIJKOMENDE, SPECIALE OF MORELE SCHADE OF GEVOLGSCHADE (MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT HET VERKRIJGEN VAN VERVANGENDE GOEDEREN OF DIENSTEN, VERLIES VAN GEGEVENS, DE ONMOGELIJKHEID TOT GEBRUIK, WINSTDERVING OF BEDRIJFSONDERBREKING), ONGEACHT DE OORZAAK EN ONGEACHT DE AANSPRAKELIJKHEIDSTHEORIE, HETZIJ OP BASIS VAN EEN CONTRACT, BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID OF EEN ONRECHTMATIGE DAAD (MET INBEGRIP VAN NALATIGHEID OF ANDERSZINS), DIE OP ENIGE WIJZE VOORTVLOEIT UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, OOK AL IS MEN OP DE HOOGTE GESTELD VAN DE MOGELIJKHEID VAN DEZE SCHADE.
===================================================== Dit product bevat cryptografische software die is geschreven door Eric
Young (eay@cryptsoft.com). Dit product bevat software die is geschreven door Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com).
*/ Oorspronkelijke SSLeay-licentie Gebruikershandleiding 1-8
----------------------------------
/* Copyright (C) 1995-1998 Eric Young (eay@cryptsoft.com) Alle rechten voorbehouden. Dit pakket is een SSL-implementatie geschreven door Eric Young
(eay@cryptsoft.com). De implementatie is geschreven conform de SSL van Netscape. Deze bibliotheek is gratis voor commercieel en niet-commercieel gebruik,
mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan. De volgende voorwaarden zijn van toepassing op alle code in deze distributie, zoals RC4-, RSA-, lhash-, DES- en andere code, en niet alleen op de SSL-code. Voor de SSL-documentatie bij deze distributie gelden dezelfde copyrightvoorwaarden, behalve dat Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com) hiervan de houder is.
Gebruikershandleiding
1-9
Het copyright blijft in handen van Eric Young en daarom mogen eventuele copyrightmeldingen in de code niet worden verwijderd.
Als dit pakket wordt gebruikt in een product, moet Eric Young worden vermeld als schrijver van de gebruikte onderdelen uit de bibliotheek.
Dit kan gebeuren in de vorm van een tekstbericht wanneer het programma wordt opgestart of in de documentatie (online of in tekst) die bij het pakket wordt geleverd.
Herdistributie en gebruik van de broncode of van code in binaire vorm, met of zonder wijziging, is toegestaan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
1. Bij herdistributie van de broncode moeten de copyrightmelding, deze lijst met voorwaarden en de volgende afwijzing van aansprakelijkheid worden vermeld.
2. Bij herdistributie in binaire vorm moeten de bovenstaande copyrightmelding, deze lijst met voorwaarden en de volgende afwijzing van aansprakelijkheid in de documentatie en/of andere materialen bij de herdistributie worden vermeld.
3. In elk reclamemateriaal waarin de functies of het gebruik van deze software worden gemeld, moet de volgende kennisgeving worden vermeld:
'Dit product bevat cryptografische software die is geschreven door Eric Young (eay@cryptsoft.com).'
Het woord 'cryptografisch' mag worden weggelaten als de gebruikte routines uit de bibliotheek geen verband houden met cryptografie :-).
4. Als u Windows-specifieke code (of een afgeleide ervan) uit de directory apps (met toepassingscode) gebruikt, moet u de volgende kennisgeving toevoegen:
'Dit product bevat software die is geschreven door Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com).'
DEZE SOFTWARE WORDT DOOR ERIC YOUNG AANGEBODEN 'ALS ZODANIG' EN ALLE EXPLICIETE OF IMPLICIETE GARANTIES, MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, WORDEN AFGEWEZEN. IN GEEN GEVAL KAN DE AUTEUR AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR ENIGE DIRECTE, INDIRECTE, BIJKOMENDE, SPECIALE OF MORELE SCHADE OF GEVOLGSCHADE (MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT HET VERKRIJGEN VAN VERVANGENDE GOEDEREN OF DIENSTEN, VERLIES VAN GEGEVENS, DE ONMOGELIJKHEID TOT GEBRUIK, WINSTDERVING OF BEDRIJFSONDERBREKING), ONGEACHT DE OORZAAK EN ONGEACHT DE AANSPRAKELIJKHEIDSTHEORIE, HETZIJ OP BASIS VAN EEN CONTRACT, BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID OF EEN ONRECHTMATIGE DAAD (MET INBEGRIP VAN NALATIGHEID OF ANDERSZINS), DIE OP ENIGE WIJZE VOORTVLOEIT UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, OOK
Gebruikershandleiding 1-10
AL IS MEN OP DE HOOGTE GESTELD VAN DE MOGELIJKHEID VAN DEZE SCHADE.
De licentie en distributievoorwaarden voor een openbaar beschikbare versie of afgeleide van deze code mogen niet worden gewijzigd. Dat wil zeggen dat deze code niet zo maar mag worden gekopieerd om onder een andere distributiecode te plakken, met inbegrip van de openbare GNU­licentie.]
*/

Verklaring met betrekking tot videostandaarden

DIT PRODUCT WORDT IN LICENTIE GEGEVEN ONDER DE VISUAL PATENT PORTFOLIO LICENSE VOOR AVC, VD-1 EN MPEG-4 INZAKE PERSOONLIJK, NIET-COMMERCIEEL GEBRUIK DOOR EEN KLANT VOOR (I) CODERING VAN VIDEO IN OVEREENSTEMMING MET DE BOVENGENOEMDE STANDAARDEN ("VIDEO") EN/OF (II) DECODERING VAN AVC, VC-1 EN MPEG-4 VIDEO DIE IS GECODEERD DOOR EEN KLANT ALS ONDERDEEL VAN EEN PERSOONLIJKE EN NIET-COMMERCIËLE ACTIVITEIT EN DIE IS VERKREGEN VAN EEN VIDEOPROVIDER DIE OVER EEN LICENTIE VAN MPEG LA BESCHIKT OM EEN DERGELIJKE VIDEO AAN TE BIEDEN. VOOR AL HET OVERIGE GEBRUIK WORDT GEEN LICENTIE VERLEEND, OOK NIET IMPLICIET. AANVULLENDE INFORMATIE, INCLUSIEF INFORMATIE MET BETREKKING TOT PROMOTIONEEL, INTERN EN COMMERCIEEL GEBRUIK KAN WORDEN VERKREGEN BIJ MPEG LA, L.L.C. ZIE HTTP://WWW.MPEGLA.COM.
Gebruikershandleiding 1-11

ENERGY STAR®-programma

Uw computer voldoet mogelijk aan de ENERGY STAR®­richtlijnen. Als het model dat u hebt gekocht, hieraan voldoet, is de computer voorzien van het ENERGY STAR®-logo en is de volgende informatie van toepassing.
TOSHIBA neemt deel aan het ENERGY STAR­programma van de Environmental Protection Agency (EPA). Deze computer voldoet aan de nieuwste ENERGY STAR-richtlijnen voor energiebesparing. Bij levering zijn de opties voor energiebeheer van uw computer ingesteld op een configuratie die de meest stabiele werkomgeving en optimale systeemprestaties biedt voor gebruik met de netvoeding en met de accu.
Om energie te besparen, wordt uw computer in de energiebesparende slaapstand gezet die het systeem en het beeldscherm uitschakelt als er gedurende 15 minuten in de netvoedingsmodus geen activiteiten hebben plaatsgevonden.
TOSHIBA raadt aan deze en andere energiebesparende instellingen ingeschakeld te laten, zodat de computer zo energiezuinig mogelijk werkt. U kunt de slaapstand uitschakelen door op de aan/uit-knop te drukken.
Producten die een ENERGY STAR hebben, voorkomen uitstoting van broeikasgassen doordat ze voldoen aan de strenge richtlijnen die zijn ingesteld door de US EPA en de Europese Commissie. Volgens de EPA gebruikt een computer die aan de nieuwe ENERGY STAR-specificaties voldoet tussen 20% en 50% minder energie, afhankelijk van het gebruik. Ga naar http://www.eu-energystar.org of http://www.energystar.gov voor meer informatie over het ENERGY STAR-programma.

Verwijdering van de computer en de computeraccu's

Verwijder deze computer overeenkomstig de toepasselijke wetten en voorschriften. Raadpleeg uw lokale overheid voor meer informatie.
Deze computer is uitgerust met een oplaadbare accu. Na herhaaldelijk gebruik zal de accu uiteindelijk niet meer kunnen worden opgeladen en moet deze worden vervangen. Volgens de geldende wetten en voorschriften is het mogelijk niet toegestaan om oude accu's weg te gooien met het huisvuil.
Denk om het milieu. Raadpleeg de lokale overheden voor meer details met betrekking tot de recycling van oude accu's of het op de juiste wijze weggooien hiervan.
Gebruikershandleiding 1-12
Veiligheidsinstructies voor optische
Panasonic Precision Devices Co., Ltd.
1080 Takano Nagomi-machi Tamana-Gun Kumamoto, Japan
TOSHIBA SAMSUNG STORAGE TECHNOLOGY KOREA CORPORATION 14F, Bldg. No.102, Digital empire2, 486 Sin-dong, Yeongtong-gu, Suwon-si, Gyeonggi-do, Korea, 443-734
schijfstations
Vergeet niet de voorzorgsmaatregelen aan het einde van deze paragraaf te lezen.
Het model met een station gebruikt een lasersysteem. Om er zeker van te zijn dat dit product correct wordt gebruikt, dient u deze handleiding zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures anders dan wordt vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
Probeer de kast niet te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico van directe blootstelling aan de laserstraal.
1. Panasonic Precision Devices Co., Ltd.
DVD SuperMulti met Double Layer Blu-ray™-combinatiestation Blu-ray™-schrijfstation
2. TOSHIBA SAMSUNG OPSLAGTECHNOLOGIE
DVD SuperMulti met Double Layer Blu-ray™-combinatiestation Blu-ray™-schrijfstation
3. Hitachi-LG Data Storage, Inc.
DVD SuperMulti met Double Layer
Gebruikershandleiding 1-13
Blu-ray™-combinatiestation
Hitachi-LG Data Storage, Inc. 22-23,KAIGAN 3-CHOME, MINATO-KU,TOKYO,108-0022 JAPAN
Complies with 21 CFR, Chapter 1, Subchapter J.
Sony Optiarc Inc. 1-11-1 Osaki Shinagawa-ku, Tokyo, 141-0032, Japan
Blu-ray™-schrijfstation
4. SONY Optiarc, Inc.
DVD SuperMulti met Double Layer
5. TEAC
DVD SuperMulti met Double Layer
Gebruikershandleiding 1-14

Voorzorgsmaatregelen

LET OP: Dit apparaat bevat een lasersysteem, dat is geclassificeerd als een KLASSE 1­LASERPRODUCT. Om te zorgen dat u dit product correct gebruikt, dient u de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Wend u in geval van problemen met dit model tot het dichtstbijzijnde Authorized Toshiba Service Center. Probeer de kast niet te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico van directe blootstelling aan de laserstraal.

Algemene voorzorgsmaatregelen

TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen die in de handleiding worden gegeven.

Zorg voor afdoende ventilatie

Zorg er altijd voor dat er afdoende ventilatie beschikbaar is voor de computer en de netadapter en dat deze apparaten zijn beschermd tegen oververhitting als de stroom wordt ingeschakeld of als een netadapter wordt aangesloten op een stopcontact (zelfs als de computer in de slaapstand staat). Let hierbij op het volgende:
Dek de computer of netadapter nooit met een voorwerp af. Plaats de computer of netadapter nooit in de buurt van een
warmtebron, zoals een elektrische deken of een verwarmingstoestel. Bedek of blokkeer de luchtopeningen niet, met inbegrip van de
openingen op de onderzijde van de computer. Plaats de computer voor gebruik altijd op een harde, vlakke
ondergrond. Als u de computer gebruikt op een tapijt of een ander zacht materiaal, kunnen de ventilatieopeningen worden geblokkeerd.
Zorg altijd voor voldoende ruimte rondom de computer. Oververhitting van de computer of de netadapter kan resulteren in
systeemstoringen, schade aan computer of netadapter of brand, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Gebruikershandleiding 1-15

Een gebruiksvriendelijke omgeving inrichten

Plaats de computer op een egaal oppervlak dat groot genoeg is voor de computer en eventuele andere apparaten die u nodig hebt, zoals een printer.
Laat voldoende ruimte vrij rondom de computer en andere apparatuur voor een adequate ventilatie. De apparaten kunnen anders oververhit raken.
Houd uw computer in optimale werkconditie door de werkplek niet bloot te stellen aan:
Stof, vocht en direct zonlicht. Apparatuur met sterke magnetische velden, zoals stereoluidsprekers
(andere dan die op de computer zijn aangesloten) of een headset. Plotselinge veranderingen in temperatuur of vochtigheid, en
warmtebronnen zoals radiatoren en airconditioningroosters. Extreme hitte, koude of vochtigheid. Vloeistoffen en bijtende chemicaliën.

Blessures door overbelasting

Lees zorgvuldig de Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort. Hierin wordt toegelicht hoe u hand- en polsblessures als gevolg van langdurig toetsenbordgebruik kunt voorkomen. Dit document bevat eveneens informatie over het inrichten van de werkplek, de lichaamshouding en de verlichting, met behulp waarvan u lichamelijke overbelasting kunt reduceren.

Letsel door verhitting

Vermijd langdurig lichamelijk contact met de computer. Indien de computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan langdurig lichamelijk contact - bijvoorbeeld wanneer u de computer op uw schoot of uw handen op de polssteun laat rusten ­resulteren in rode plekken op de huid.
De metalen plaat die de interfacepoorten ondersteunt, kan heet worden. Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na langdurig computergebruik.
Het oppervlak van de netadapter kan bij gebruik heet worden, maar dit is normaal. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u deze los en laat u deze eerst afkoelen.
Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is, deze kan namelijk schade veroorzaken.

Schade door druk of stoten

Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde stoten, hierdoor kunnen onderdelen van de computer worden beschadigd of storingen optreden.
Gebruikershandleiding 1-16

Mobiele telefoons

Let erop dat het gebruik van mobiele telefoons kan leiden tot storingen in het audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet wordt beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken een afstand van minimaal 30 cm in acht te nemen tussen de computer en de mobiele telefoon.

Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort

Alle belangrijke informatie voor veilig en juist gebruik van deze computer wordt beschreven in de bijgesloten Instructiegids voor veiligheid en comfort. Lees deze gids voordat u de computer gebruikt.

Informatie voor draadloze apparaten

Onderlinge samenwerking tussen draadloze LAN's

Het draadloze LAN is compatibel met LAN-systemen met de Direct Sequence Spread Spectrum (DSSS)/Orthogonal Frequency Division Multiplexing (OFDM) radiotechnologie en voldoet aan de volgende normen:
De IEEE 802.11-standaard voor draadloze LAN's (revisie a/b/g/n of b/ g/n), zoals gedefinieerd en goedgekeurd door het Institute of Electrical and Electronics Engineers.
De Wi-Fi®-certificering (Wireless Fidelity) zoals gedefinieerd door de Wi-Fi Alliance ®.
Het logo Wi-Fi CERTIFIED™ is een keurmerk van de Wi-Fi Alliance®.

Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie

Bluetooth™-kaarten kunnen worden gebruikt in combinatie met elk product met de draadloze Bluetooth-technologie dat is gebaseerd op de FHSS­radiotechnologie (Frequency Hopping Spread Spectrum) en dat compatibel is met:
Bluetooth-specificatie (afhankelijk van het aangeschafte model), zoals gedefinieerd en goedgekeurd door de Bluetooth Special Interest Group.
Logocertificering met Bluetooth-technologie, zoals gedefinieerd door de Bluetooth Special interest Group.
Het is niet mogelijk om het gebruik van alle functies van alle Bluetooth­apparaten die beschikbaar zijn te bevestigen. Het is in dit verband van belang te weten dat sommige functies die verbonden zijn aan een bepaald apparaat, niet goed werken.
Gebruikershandleiding 1-17

WAARSCHUWING over draadloze apparaten

De draadloze apparaten zijn niet geverifieerd op aansluiting van en werking met alle apparaten die de draadloos LAN- of Bluetooth-radiotechnologie gebruiken.
Bluetooth- en draadloos LAN-apparaten werken in hetzelfde frequentiebereik en kunnen elkaars werking verstoren. Als u Bluetooth- en draadloze LAN-apparaten tegelijk gebruikt, kunnen de netwerkprestaties minder dan optimaal zijn of kan de netwerkverbinding zelfs verloren gaan.
Als u dergelijke problemen ondervindt, schakelt u onmiddellijk het Bluetooth- of draadloos LAN-apparaat uit.
Ga naar http://www.pc.support.global.toshiba.com als u vragen hebt over het gebruik van de draadloos LAN- of Bluetooth-kaart van TOSHIBA.
In Europa gaat u naar http://www.toshiba-europe.com/computers/tnt/ bluetooth.htm
Uw Bluetooth-product is niet compatibel met apparaten die Bluetooth versie 1.0B gebruiken.

Draadloze apparaten en uw gezondheid

Net als andere radioapparaten stralen draadloze producten hoogfrequente (HF) elektromagnetische energie uit. Het intensiteitsniveau van de EMF­energie die door draadloze apparaten wordt uitgestraald, is echter aanzienlijk lager dan dat van andere draadloze apparaten zoals bijvoorbeeld mobiele telefoons.
Aangezien draadloze producten voldoen aan de richtlijnen zoals gedefinieerd in HF-veiligheidsnormen en -aanbevelingen, is TOSHIBA van mening dat draadloze producten veilig zijn voor gebruik door klanten. Deze normen en aanbevelingen vertegenwoordigen de consensus van de wetenschappelijke wereld en zijn geformuleerd door panels en commissies van wetenschappers op basis van alle actuele onderzoeksliteratuur.
In sommige situaties of omgevingen kan het gebruik van draadloze producten worden beperkt door de eigenaar van het gebouw of door de verantwoordelijke medewerkers van de organisatie. Dit kan bijvoorbeeld van toepassing zijn in de volgende situaties:
gebruik van draadloze apparatuur in een vliegtuig of in andere omgevingen waar het risico van storing voor andere
apparaten of diensten als schadelijk wordt aangemerkt.
Als u niet zeker weet wat de richtlijnen zijn met betrekking tot het gebruik van draadloze apparatuur in een bepaalde organisatie of omgeving (zoals op vliegvelden), is het raadzaam toestemming te vragen voor u het draadloze apparaat inschakelt.
Gebruikershandleiding 1-18

Informatie over regelgeving

Het draadloze apparaat moet worden geïnstalleerd en gebruikt in strikte overeenstemming met de instructies van de fabrikant, zoals wordt beschreven in de gebruikersdocumentatie bij het product. Dit product voldoet aan de volgende normen op het gebied van radiofrequentie en veiligheid.
Europa
Beperkingen voor gebruik van de frequenties tussen 2400,0-2483,5 MHz in Europa
Frankrijk: Gebruik
buitenshuis is beperkt tot 10 m W.e.i.r.p. binnen de band van 2454-2483,5 MHz
Gebruik voor militaire radioplaatsbepaling. De afgelopen jaren is er voortdurend aan gewerkt om de 2,4 GHz-band aan te passen voor de huidige versoepelde regelgeving. Volledige implementatie staat gepland voor
2012.
Italië: - Voor privégebruik is algemene
goedkeuring vereist als WAS/ RLAN's buiten de eigen locatie wordt gebruikt. Voor openbaar gebruik is algemene goedkeuring vereist.
Luxemburg: Geïmplemen-
teerd
Noorwegen: Geïmplemen-
teerd
Algemene goedkeuring is vereist voor netwerk- en servicelevering.
Deze subsectie geldt niet voor het geografische gebied binnen een straal van 20 km rond het midden van Ny-Alesund.
Russische
- Alleen voor gebruik binnenshuis.
Federatie:
Beperkingen voor gebruik van de frequenties tussen 5150-5350 MHz in Europa
Italië: - Voor privégebruik is algemene
goedkeuring vereist als WAS/ RLAN's buiten de eigen locatie wordt gebruikt.
Luxemburg: Geïmplemen-
teerd
Gebruikershandleiding 1-19
Algemene goedkeuring is vereist voor netwerk- en servicelevering.
Russische Federatie:
Beperkt e.i.r.p 100 mW. Gebruik is alleen
toegestaan binnenshuis, in afgesloten industriële gebieden en opslagplaatsen en aan boord van vliegtuigen.
1. Gebruik is toegestaan voor lokale netwerken voor servicecommunicatie tussen luchtvaartpersoneel aanboord van een vliegtuig op het vliegveld en tijdens alle vluchtstadia.
2. Gebruik is toegestaan voor openbare draadloze lokale netwerken aan boord van een vliegtuig tijdens de vlucht op een hoogte van meer dan 3000 m.
Beperkingen voor gebruik van de frequenties tussen 5470-5725 MHz in Europa
Italië: - Voor privégebruik is algemene
goedkeuring vereist als WAS/ RLAN's buiten de eigen locatie wordt gebruikt.
Luxemburg: Geïmplemen-
teerd
Gebruikershandleiding 1-20
Algemene goedkeuring is vereist voor netwerk- en servicelevering.
Russische Federatie:
Om te voldoen aan de Europese wetten met betrekking tot het bereik van draadloos LAN gelden de bovenstaande beperkingen voor de kanalen van 2,4 en 5 alleen voor gebruik buitenshuis. De gebruiker dient het huidige kanaal te controleren met het hulpprogramma voor draadloos LAN. Als het apparaat werkt buiten de toegestane grenzen voor gebruik buitenshuis, zoals hierboven wordt vermeld, dient de gebruiker contact op te nemen met de desbetreffende landelijke instantie met een verzoek om toestemming voor gebruik buitenshuis.
Beperkt e.i.r.p 100 mW. Gebruik is alleen
toegestaan binnenshuis, in afgesloten industriële gebieden en opslagplaatsen en aan boord van vliegtuigen.
1. Gebruik is toegestaan voor lokale netwerken voor servicecommunicatie tussen luchtvaartpersoneel aanboord van een vliegtuig op het vliegveld en tijdens alle vluchtstadia.
2. Gebruik is toegestaan voor openbare draadloze lokale netwerken aan boord van een vliegtuig tijdens de vlucht op een hoogte van meer dan 3000 m.
Canada - Industry Canada (IC)
Dit apparaat voldoet aan RSS 210 van Industry Canada. De werking van dit product dient te voldoen aan de volgende twee voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen storing veroorzaken, en (2) dit apparaat moet ontvangen storing accepteren, zelfs als de werking van het apparaat hierdoor wordt aangetast.
De letters 'IC' voor het certificeringsnummer van de apparatuur geven enkel aan dat er wordt voldaan aan de technische specificaties voor Industry Canada.
Verenigde Staten-Federal Communications Commission (FCC)
Deze apparatuur is getest en voldoet aan de stipulaties voor een digitaal apparaat van klasse B, conform deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze voorwaarden zijn ontworpen teneinde redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie bij gebruik in woongebieden.
Raadpleeg het gedeelte met FCC-informatie voor meer informatie.
Gebruikershandleiding 1-21
Let op: blootstelling aan HF-straling
Het uitgestraalde uitgangsvermogen van het draadloze apparaat ligt ruimschoots onder de FCC-limieten voor blootstelling aan HF-straling. Niettemin dient het draadloze apparaat zodanig te worden gebruikt dat fysiek contact tijdens normaal gebruik tot een minimum beperkt blijft.
In een normale gebruiksconfiguratie mag de afstand tussen de antenne en de gebruiker niet minder dan 20 cm zijn. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de computer voor meer informatie over de locatie van de antenne.
De installateur van deze radioapparatuur dient ervoor te zorgen dat de antenne zodanig is geplaatst of gericht dat deze geen HF-energie uitstraalt boven de door Health Canada gedefinieerde limieten voor het publiek; raadpleeg Safety Code 6, verkrijgbaar via de website van Health Canada: www.hc-sc.gc.ca
Waarschuwing: RFI-vereisten
Dit apparaat werkt in het frequentiebereik 5,15 tot 5.25 GHz en kan daarom alleen binnenshuis worden gebruikt.
Taiwan
Artikel 12 Zonder toestemming van de NCC is het geen
enkel bedrijf, onderneming of gebruiker toegestaan de frequentie te wijzigen, het zendvermogen te vergroten of de oorspronkelijke eigenschappen of de prestaties te wijzigen van een goedgekeurd apparaat met laag vermogen op radiofrequentie.
Artikel 14 Apparaten met laag vermogen op radiofrequentie
mogen geen invloed hebben op de vliegtuigveiligheid en wettelijk toegestane communicatie niet storen.
Als dat wel het geval is, moet het gebruik onmiddellijk worden beëindigd, zodat er geen storing meer optreedt.
De genoemde wettelijk toegestane communicatie betreft radiocommunicatie die plaatsvindt in overeenstemming met de Telecommunications Act (Wet op de telecommunicatie).
Apparaten met laag vermogen op radiofrequentie moeten gevoelig zijn voor de storing van apparaten voor wettelijk toegestane communicatie of ISM­apparaten die radiogolven uitzenden.
Gebruikershandleiding 1-22
Gebruik van deze apparatuur in Japan
In Japan wordt de frequentiebandbreedte van mobiele objectidentificatiesystemen (gelicentieerd radiostation en gespecificeerd radiostation met laag vermogen) overlapt door de frequentiebandbreedte tussen 2.400 en 2.483,5 MHz voor tweedegeneratiesystemen voor gegevenscommunicatie met laag vermogen zoals deze apparatuur.
1. Belangrijke mededeling
De frequentiebandbreedte van deze apparatuur kan functioneren binnen hetzelfde bereik als industriële apparaten, wetenschappelijke apparaten, medische apparaten, magnetrons, gelicentieerde radiostations en niet­gelicentieerde gespecificeerde radiostations met laag vermogen voor mobiele systemen voor objectidentificatie (RFID) die worden gebruikt in productielijnen in fabrieken (Andere radiostations).
1. Voordat u deze apparatuur in gebruik neemt, dient u te controleren of de apparatuur geen storingen veroorzaakt in de hiervoor genoemde apparatuur.
2. Als deze apparatuur storingen in andere radiostations veroorzaakt, dient u onmiddellijk een andere frequentie te selecteren, een andere gebruikslocatie te kiezen of de zendbron uit te schakelen.
3. Neem contact op met een erkende TOSHIBA-servicedienst als u problemen ondervindt met storingen die dit product bij andere radiostations veroorzaakt.
2. Aanduiding voor draadloos LAN
De hieronder weergegeven aanduiding wordt op deze apparatuur vermeld.
1. 2.4: Deze apparatuur gebruikt een frequentie van 2,4 GHz.
2. DS: Deze apparatuur gebruikt DS-SS-modulatie.
3. OF: Deze apparatuur gebruikt OFDM-modulatie.
4. 4: Het storingsbereik van deze apparatuur is minder dan 40 m.
5.
: Deze apparatuur gebruikt een frequentiebandbreedte van
2.400 MHz tot 2.483,5 MHz. Het is mogelijk om de frequentieband van mobiele objectidentificatiesystemen te vermijden.
3. Aanduiding voor Bluetooth
De hieronder weergegeven aanduiding wordt op deze apparatuur vermeld.
1. 2.4: Deze apparatuur gebruikt een frequentie van 2,4 GHz.
2. FH: Deze apparatuur gebruikt FH-SS-modulatie.
Gebruikershandleiding 1-23
3. 1: Het storingsbereik van deze apparatuur is minder dan 10 m.
4. : Deze apparatuur gebruikt een frequentiebandbreedte van
2.400 MHz tot 2.483,5 MHz. Het is onmogelijk de bandbreedte van identificatiesystemen voor mobiele objecten te omzeilen.
4. Over de JEITA
Draadloos LAN op 5 GHz ondersteunt het kanaal W52/W53/W56.

Apparaatvalidatie

Dit apparaat is goedgekeurd conform de Technical Regulation Conformity Certification en behoort tot de klasse van radio-apparaten van gegevenscommunicatiesystemen met laag vermogen zoals vermeld in de handelswetten op het gebied van telecommunicatie.
Realtek® RTL8188CE draadloos LAN 802.11n PCI-E NIC b/g/n draadloos LAN De naam van de radioapparatuur: RTL8188CE
Japan Approvals Institute for Telecommunications Equipment Keuringsnummer: D100075001
Realtek® RTL8723AE draadloos LAN 802.11n PCI-E NIC b/g/n draadloos LAN en Bluetooth De naam van de radioapparatuur: RTL8723AE
DSP Research, Inc. Keuringsnummer: D111514003 Atheros WB225 802.11b/g/n draadloos LAN en Bluetooth De naam van de radioapparatuur: AR5B225 DSP Research, Inc. Keuringsnummer: D110317003
Atheros HB125 802.11b/g/n draadloos LAN De naam van de radioapparatuur: AR5B125 DSP Research, Inc. Keuringsnummer: D110320003
De volgende beperkingen zijn van toepassing:
Open of wijzig het apparaat niet. Installeer de draadloze LAN-module waarmee het apparaat is
uitgerust, niet in een ander apparaat.
Gebruikershandleiding 1-24

Radiogoedkeuringen voor draadloze apparaten

Goedgekeurde landen/regio's voor draadloze apparaten
Deze apparatuur is goedgekeurd volgens de radionormen van de landen/ gebieden in de onderstaande tabel.
Gebruik deze apparatuur niet in de landen/gebieden die niet in de onderstaande tabel worden vermeld.
Per augustus 2012
Oostenrijk België Bulgarije Canada
Cyprus Tsjechië Denemarken Estland
Finland Frankrijk Duitsland Griekenland
Hong Kong Hongarije IJsland India
Indonesië Ierland Italië Japan
Korea Letland Liechtenstein Litouwen
Luxemburg Malta Monaco Nederland
Noorwegen Filipijnen Polen Portugal
Roemenië Slowakije Slovenië Spanje
Zweden Zwitserland Verenigd
Koninkrijk
V.S.

Wettelijke voetnoten

Niet-toepasselijke pictogrammen

Bepaalde computerchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties voor een volledige productserie te huisvesten. Het door u geselecteerde model heeft dus mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen met de pictogrammen of schakelaars op het computerchassis.
CPU
Wettelijke voetnoten met betrekking tot CPU-prestaties. De prestaties van de CPU (Central Processing Unit ofwel Centrale
Verwerkingseenheid) in uw computer kunnen afwijken van de specificaties, onder invloed van de volgende factoren:
gebruik van bepaalde externe randapparaten; gebruik van accuvoeding in plaats van netvoeding;
Gebruikershandleiding 1-25
gebruik van bepaalde multimedia, door de computer gegenereerde afbeeldingen of videotoepassingen;
gebruik van standaardtelefoonlijnen of langzame netwerkverbindingen;
gebruik van complexe ontwerpsoftware, bijvoorbeeld geavanceerde CAD-toepassingen;
gelijktijdig gebruik van verschillende toepassingen of functies; gebruik van de computer in gebieden met lage luchtdruk (grote hoogte
van meer dan 1000 meter boven zeeniveau); gebruik van de computer bij temperaturen tussen 5°C en 30°C of hoge
dan 25°C op grote hoogte. (Deze temperatuurlimieten zijn niet precies en kunnen afwijken al naar gelang het specifieke computermodel. Raadpleeg uw computerdocumentatie of de TOSHIBA-website op www.pcsupport.toshiba.com voor meer informatie.)
De CPU-prestaties kunnen bovendien afwijken van de specificaties als gevolg van de ontwerpconfiguratie.
In bepaalde omstandigheden kan het gebeuren dat de computer automatisch wordt uitgeschakeld. Dit is een normale beschermende maatregel ter voorkoming van gegevensverlies of beschadiging van het product bij gebruik buiten de aanbevolen omstandigheden. Vermijd het risico van gegevensverlies door altijd back-ups van gegevens te maken. Dit doet u door de gegevens van tijd tot tijd op een extern opslagmedium op te slaan. Voor optimale prestaties dient u uw computer alleen onder de aanbevolen omstandigheden te gebruiken. Lees de aanvullende beperkingen in de productdocumentatie door. Neem voor meer informatie contact op met de TOSHIBA-afdeling voor service en ondersteuning of raadpleeg het gedeelte TOSHIBA-ondersteuning.
64-bits computergebruik
64-bits processors zijn ontworpen voor 32-bits en 64-bits computergebruik. Voor 64-bits computergebruik moet worden voldaan aan de volgende
hardware- en softwarevereisten:
64-bits besturingssysteem 64-bits processor, chipset en BIOS (Basic Input/Output System) 64-bits apparaatstuurprogramma's 64-bits toepassingen
Bepaalde apparaatstuurprogramma's en/of toepassingen zijn mogelijk niet compatibel met 64-bits processoren en werken daarom niet correct.

Hoofdgeheugen

Een deel van het hoofdsysteemgeheugen kan door het grafische systeem worden gebruikt om de grafische prestaties te verbeteren, waardoor de beschikbare hoeveelheid systeemgeheugen voor andere computeractiviteiten afneemt. De hoeveelheid systeemgeheugen die wordt toegewezen om de grafische prestaties te verbeteren, hangt af van het
Gebruikershandleiding 1-26
grafische systeem, de gebruikte toepassingen, de grootte van het systeemgeheugen en andere factoren.
Als uw computer is geconfigureerd met meer dan 3 GB, kan de geheugencapaciteit worden weergegeven als slechts circa 3 GB (afhankelijk van de hardwarespecificaties van de computer).
Dit is correct aangezien het besturingssysteem gewoonlijk de beschikbare hoeveelheid geheugen weergeeft in plaats van de hoeveelheid fysiek geheugen (RAM) die in de computer is ingebouwd.
Diverse systeemcomponenten (zoals de GPU van de grafische kaart en PCI-apparaten zoals draadloos LAN) vereisen hun eigen geheugenruimte. Aangezien een 32-bits besturingssysteem niet meer dan 4 GB geheugen kan adresseren, overlappen deze systeembronnen het fysieke geheugen. Het is een technische beperking dat het overlappende geheugen niet beschikbaar is voor het besturingssysteem. Hoewel sommige hulpprogramma's de daadwerkelijke hoeveelheid fysiek geheugen in de computer kunnen weergeven, is er nog steeds slechts circa 3 GB geheugen beschikbaar voor het besturingssysteem.
Computers die met een 64-bits besturingssysteem zijn geconfigureerd, hebben toegang tot maximaal 4 GB systeemgeheugen.

Gebruiksduur van de accu

De gebruiksduur van de accu varieert sterk al naar gelang factoren zoals productmodel, configuratie, toepassingen, energiebeheerinstellingen en gebruikte functies. Bovendien is de gebruiksduur onderhevig aan de natuurlijke prestatievariaties die voortvloeien uit het ontwerp van afzonderlijke onderdelen. Bepaalde modellen en configuraties die door TOSHIBA vóór het tijdstip van publicatie zijn getest, worden geleverd met een classificatie voor de gebruiksduur van de accu. De oplaadtijd is afhankelijk van het gebruik. De accu wordt mogelijk niet opgeladen wanneer de computer maximale stroom verbruikt.
Nadat de accu meerdere malen is opgeladen en ontladen, kan deze niet langer op maximale capaciteit werken en is het tijd voor vervanging. Dat geldt voor alle accu's. Zie de informatie over accessoires die bij de computer is geleverd om na te gaan hoe en waar u een nieuwe accu­eenheid kunt aanschaffen.

Capaciteit van vaste schijf (HDD)

1 gigabyte (GB) betekent 10×9 = 1.000.000.000 bytes met de macht 10. Het besturingssysteem van de computer vermeldt de opslagcapaciteit echter met de macht 2 waarbij GB = 230 = 1.073.741.824 bytes. Hierdoor wordt een lagere geheugencapaciteit vermeld. De beschikbare opslagcapaciteit is minder als er op het product een of meer besturingssystemen, zoals Microsoft Windows, en/of een of meer toepassingen vooraf zijn geïnstalleerd. De werkelijke capaciteit na formatteren kan per model verschillen.
Gebruikershandleiding 1-27
LCD
Na verloop van tijd en afhankelijk van het gebruik van de computer, neemt de helderheid van het LCD-scherm af. Dit is een bekend kenmerk van de LCD-technologie.
Maximale helderheid is alleen beschikbaar als het apparaat op netvoeding wordt gebruikt. Het beeldscherm wordt gedimd wanneer computer op accu­energie wordt gebruikt. Het is niet mogelijk de helderheid van het scherm te vergroten.

GPU (Graphics Processing Unit)

De prestaties van de Graphics Processing Unit (GPU) hangen af van het productmodel, de ontwerpconfiguratie, de toepassingen, de instellingen voor energiebeheer en de gebruikte functies. De GPU-prestaties worden alleen geoptimaliseerd wanneer het apparaat op netstroom werkt. De prestaties zijn aanzienlijk minder wanneer de accu wordt gebruikt.
De totaal beschikbare hoeveelheid grafisch geheugen is het totaal van, indien van toepassing, speciaal videogeheugen, systeemvideogeheugen en gedeeld systeemgeheugen. De hoeveelheid gedeeld videogeheugen hangt af van de grootte van het systeemgeheugen en andere factoren.

Draadloos LAN

De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van draadloos LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van toegangspunten, clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie.
De werkelijke verzendsnelheid zal lager zijn dan de theoretische maximumsnelheid.

Kopieerbeveiliging

Technologie ter bescherming van het auteursrecht in sommige media verhindert mogelijk het weergeven en opnemen van die media.

Berichten

Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals hieronder wordt geïllustreerd.
Duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de instructies kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Gebruikershandleiding 1-28
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de apparatuur optimaal te gebruiken.
Gebruikershandleiding 1-29
Hoofdstuk 2
Aan de slag
Dit hoofdstuk bevat een controlelijst voor de apparatuur en alle basisgegevens om met uw computer aan de slag te gaan.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht, functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.

Controlelijst van apparatuur

Pak de computer voorzichtig uit en bewaar de doos en het verpakkingsmateriaal voor toekomstig gebruik.

Hardware

Controleer u de volgende items hebt:
TOSHIBA draagbare personal computer Accu-eenheid (vooraf geïnstalleerd op sommige modellen) Netadapter en netsnoer (stekker met 2 of 3 pinnetjes)

Documentatie

L855/L855D-serie Aan de slag Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort

Garantie-informatie

Neem onmiddellijk contact op met uw leverancier als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn.

Conventies

In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor het beschrijven, identificeren en markeren van termen en bedieningsprocedures.
HDD of Hard Disk Drive (vasteschijfstation)
Gebruikershandleiding 2-1
Sommige modellen zijn uitgerust met een solid­state drive (SSD) in plaats van een vaste schijf. In deze handleiding verwijst de term 'vaste schijf' (of HDD voor Hard Disk Drive) ook naar de SSD, tenzij anders wordt aangegeven.
Klikken Tik op het touchpad of klik eenmaal op de
linker touchpadbesturingsknop. Klik eenmaal met de linkermuisknop. Tik eenmaal op het aanraakscherm (alleen
modellen met een aanraakscherm).
Klikken met de rechtermuisknop
Dubbelklikken Tik tweemaal op het aanraakscherm of klik
Slepen en neerzetten Klik om de te verplaatsen items te selecteren.
Charm Als u veegt vanaf de rechterrand (alleen voor
Bureaublad Klik op de tegel Bureaublad in het startscherm
Startscherm U gaat naar het startscherm door op de charm
Klik eenmaal op de rechter touchpadbesturingsknop.
Klik eenmaal met de rechtermuisknop. Tik op het aanraakscherm en laat uw vinger
staan (alleen voor modellen met een aanraakscherm).
tweemaal op de linker touchpadbesturingsknop.
Klik tweemaal met de linkermuisknop. Tik tweemaal op het aanraakscherm (alleen
voor modellen met een aanraakscherm).
Laat uw vinger na de tweede tik op de items staan en verplaats ze naar hun nieuwe bestemming.
modellen met een aanraakscherm) of met de muisaanwijzer de rechterbenedenhoek (of rechterbovenhoek) van het scherm aanwijst, verschijnt er een lijst met charms: Zoeken, Delen, Starten, Apparaten en Instellingen.
om het vertrouwde bureaublad weer te geven.
Starten te klikken. U kunt ook drukken op de toets met het Windows-logo ( ) op het toetsenbord om naar het startscherm te gaan. Raadpleeg Help en ondersteuning van Windows voor meer informatie.

Het product voor het eerst gebruiken

Zorg dat u de bijgesloten Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort hebt gelezen om deze computer veilig en juist te gebruiken. De handleiding is bedoeld om u comfortabeler en productiever met laptops te laten werken. Als u de aanbevelingen in deze handleiding volgt, verkleint u de kans op pijnlijk of blijvend letsel aan uw handen, armen, schouders of nek.
Gebruikershandleiding 2-2
Dit hoofdstuk bevat basisinformatie om met de computer aan de slag te gaan. De volgende onderwerpen worden behandeld:
De netadapter aansluiten Het beeldscherm openen Het apparaat inschakelen Eerste configuratie Kennismaking met het startscherm
Gebruik een programma voor viruscontrole en zorg ervoor dat dit regelmatig wordt bijgewerkt.
Formatteer opslagmedia nooit zonder eerst de inhoud ervan te controleren. Tijdens het formatteren gaan alle opgeslagen gegevens verloren.
Het is verstandig om af en toe een back-up op externe media te maken van de interne vaste schijf of van een ander primair opslagapparaat. Algemene opslagmedia zijn niet duurzaam of stabiel op de lange termijn en onder bepaalde omstandigheden kan dit resulteren in gegevensverlies.
Voordat u een apparaat of toepassing installeert, zorgt u ervoor dat alle gegevens in het geheugen worden opgeslagen op de vaste schijf of op een ander opslagmedium. Als u dat niet doet, kan dit mogelijk resulteren in gegevensverlies.

De netadapter aansluiten

Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om aan de slag te gaan, omdat de accu eerst moet worden opgeladen voordat u het apparaat hiermee van stroom kunt voorzien.
De netadapter kan zich automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 volt en aan een frequentie van 50 of 60 hertz, waardoor u de computer in praktisch elk land of gebied kunt gebruiken. De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en reduceert de spanning die aan de computer wordt geleverd.
Gebruik altijd de TOSHIBA-netadapter die bij uw computer is meegeleverd of gebruik een andere netadapter die door TOSHIBA wordt aanbevolen om het risico van brand of andere schade aan de pc te vermijden. Het gebruik van een incompatibele netadapter kan leiden tot brand of schade aan de computer, mogelijk met ernstig letsel tot gevolg. TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is veroorzaakt door het gebruik van een incompatibele adapter.
Gebruikershandleiding 2-3
Sluit de netadapter nooit aan op een voedingsbron die niet overeenstemt met de spanning en frequentie die op het voorschriftetiket van het apparaat zijn vermeld. Als u dat niet doet, kunnen er brand of elektrische schokken optreden met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Gebruik of koop altijd netsnoeren die overeenstemmen met de wettelijke specificaties en voorschriften met betrekking tot spanning en frequentie die gelden in het land van gebruik. Als u dat niet doet, kunnen er brand of elektrische schokken optreden met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en ­voorschriften in de regio waarin het product wordt verkocht en mag niet buiten deze regio worden gebruikt. Voor gebruik in andere regio's dient u een netsnoer aan te schaffen dat voldoet aan de veiligheidsregels en -voorschriften in die regio.
Gebruik geen verloopstekker van 3-pins naar 2-pins.
Wanneer u de netadapter op de computer aansluit, dient u de stappen precies in de hier beschreven volgorde uit te voeren. Het aansluiten van het netsnoer op een stopcontact moet de laatste stap zijn. Als u deze handeling in een eerder stadium verricht, kan de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter onder stroom komen te staan, waardoor u het risico van een elektrische schok of persoonlijk letsel loopt. Raak voor de veiligheid geen metalen onderdelen aan.
Plaats de computer of netadapter nooit op een houten oppervlak, meubelstuk of een ander oppervlak dat door verhitting kan beschadigen. Tijdens normaal gebruik zal de temperatuur aan de onderkant van de computer en de buitenkant van de netadapter namelijk stijgen.
Plaats de computer of netadapter altijd op een vlak en hard, warmtebestendig oppervlak.
Raadpleeg de bijgesloten Instructiegids voor veiligheid en comfort voor gedetailleerde voorzorgsmaatregelen en bedieningsinstructies.
1. Sluit het netsnoer op de netadapter aan.
Gebruikershandleiding
Afbeelding 2-1 Het netsnoer op de netadapter aansluiten (2-pins stekker)
2-4
Afbeelding 2-2 Het netsnoer op de netadapter aansluiten (3-pins stekker)
1
2
Een 2- of 3-pins adapter/snoer wordt met de computer meegeleverd, afhankelijk van het model.
2. Sluit de uitgangsstekker van de netadapter aan op de gelijkstroominingang (19 V) op de linkerkant van de computer.
Afbeelding 2-3 De gelijkstroomuitgangsstekker op de computer aansluiten
1. Gelijkstroomingang (19 V) 2. Gelijkstroomuitgangsstekker
3. Sluit het netsnoer aan op een stopcontact. Het DC IN-/acculampje op de voorzijde van de computer moet nu gaan branden.

Het beeldscherm openen

Het scherm kan in een aantal standen worden geopend voor optimaal kijkgemak.
Druk met één hand op de polssteun, zodat het hoofdgedeelte niet wordt opgetild. Til het scherm nu langzaam op, waarna de hoek van het beeldscherm zo kan worden ingesteld dat de helderheid optimaal is.
Gebruikershandleiding
2-5
Afbeelding 2-4 Het beeldscherm openen
1
1. Beeldscherm
Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van het beeldscherm. Als u het scherm te ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer beschadigt.
Let op dat u het beeldscherm niet te ver opent aangezien dit de scharnieren van het scherm kan overbelasten en beschadigen.
Druk of duw niet op het beeldscherm.
Til de computer niet op aan het beeldscherm.
Klap het beeldscherm niet dicht als er pennen of soortgelijke voorwerpen tussen het beeldscherm en het toetsenbord zijn achtergebleven.
Wanneer u het beeldscherm open- of dichtklapt, moet u een hand op de polssteun plaatsen om de computer op zijn plaats te houden en gebruikt u de andere hand om het beeldscherm voorzichtig open of dicht te klappen (gebruik niet te veel kracht bij het open- of dichtklappen van het beeldscherm).

Het apparaat inschakelen

In deze paragraaf wordt beschreven hoe u de computer aanzet. Het aan/ uit-lampje geeft de status aan. Raadpleeg het gedeelte De
stroomvoorziening controleren voor meer informatie.
Gebruikershandleiding
2-6
Nadat u het apparaat voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u dit niet
1
uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd.
Het volume kan niet worden aangepast tijdens de installatie van Windows.
1. Open het beeldscherm.
2. Houd de aan/uit-knop van de computer twee tot drie seconden ingedrukt.
Afbeelding 2-6 Het apparaat inschakelen
1. Aan/uit-knop

Eerste configuratie

Het opstartscherm van Windows 8 wordt als eerste weergegeven wanneer u de computer aanzet. Volg de aanwijzingen in elk scherm om het besturingssysteem te installeren.
Lees zorgvuldig de Licentievoorwaarden door wanneer deze worden weergegeven.

Kennismaking met het startscherm

Het startscherm van Windows 8 biedt op een nieuwe en gemakkelijke manier toegang tot uw favorieten, zoals apps, websites en contactpersonen.
Als u met de muisaanwijzer de rechterbenedenhoek (rechterbovenhoek) van het scherm aanwijst, wordt er een lijst weergegeven met charms voor verschillende bewerkingen, waaronder basistaken zoals het apparaat uitschakelen en geavanceerde pc-instellingen.
U kunt de vertrouwde instellingen en functies ook weergeven door te klikken op de tegel Bureaublad in het startscherm.
Voor meer informatie over nieuwe onderdelen en het gebruik van Windows 8 raadpleegt u Help en ondersteuning van Windows.
Gebruikershandleiding
2-7

Het apparaat uitschakelen

U kunt de computer uitschakelen in een van de volgende modi: afsluitmodus, slaapstand of sluimerstand.

Afsluitmodus

Wanneer u het apparaat uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen gegevens opgeslagen. De volgende keer dat u de computer aanzet, wordt het hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, slaat u deze op op de vaste schijf of een opslagmedium.
2. Zorg dat alle schijfactiviteit is gestopt voordat u de schijf verwijdert.
Als u de computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt, kunnen gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raken.
Zet het apparaat nooit uit terwijl een toepassing actief is. Dit zou tot gegevensverlies kunnen leiden.
Zet het apparaat nooit uit, koppel nooit een extern opslagapparaat los en verwijder nooit opslagmedia tijdens het lezen/schrijven van gegevens. Als u dat wel doet, kan dit tot gegevensverlies leiden.
3. Klik op de charm Instellingen.
4. Klik op Energie en selecteer Uitschakelen
5. Schakel eventuele randapparaten die op de computer zijn aangesloten uit.
Zet de computer of de randapparaten niet direct weer aan. Wacht korte tijd om mogelijke beschadiging te voorkomen.

De computer opnieuw opstarten

In bepaalde omstandigheden moet u de computer opnieuw instellen (ofwel een reset uitvoeren), bijvoorbeeld:
Als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd. Als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
Als u de computer opnieuw moet opstarten, zijn er drie manieren om dit te doen:
Klik in de charm Instellingen op Energie en selecteer Opnieuw opstarten.
Druk tegelijkertijd (eenmaal) op CTRL, ALT en DEL om het menuvenster weer te geven en selecteer Opnieuw opstarten door te
klikken op het voedingspictogram ( ) in de rechterbenedenhoek
Gebruikershandleiding
2-8
Druk op de aan/uit-knop en houd deze knop circa 5 seconden ingedrukt. Nadat de computer zichzelf heeft uitgeschakeld, wacht u 10 tot 15 seconden voordat u de computer weer inschakelt door op de aan/uit-knop te drukken.

Slaapstand

Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de computer uitschakelen zonder dat u de software hoeft te sluiten door de computer in de slaapstand te zetten. In deze modus worden de gegevens opgeslagen in het hoofdgeheugen van de computer, zodat u kunt verder werken waar u was gebleven wanneer u de computer weer inschakelt.
Als u de computer moet uitschakelen aan boord van een vliegtuig of op een plaats waar elektronische apparaten worden bestuurd of bediend, dient u de computer altijd helemaal uit te zetten. Hierbij moet u ook functies voor draadloze communicatie uitschakelen en instellingen annuleren die de computer automatisch activeren, zoals een opnametimer. Als u de computer niet volledig op deze manier uitschakelt, kan het besturingssysteem opnieuw worden geactiveerd en voorgeprogrammeerde taken uitvoeren of niet-opgeslagen gegevens opslaan en zo luchtvaart- of andere systemen verstoren, wat mogelijk ernstig letsel kan veroorzaken.
Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer in de slaapstand te zetten.
Wanneer de computer in de slaapstand staat, dient u geen geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan bestaat het risico dat de computer of de geheugenmodule schade oploopt.
Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de slaapstand staat (tenzij de computer op een stopcontact is aangesloten). Gegevens in het geheugen kunnen dan verloren gaan.
Schakel niet over naar de slaapstand terwijl gegevens worden overgezet naar externe media, zoals USB-apparaten, geheugenmedia of andere externe geheugenapparaten. Doet u dit toch, dan gaan gegevens verloren.
Als de netadapter is aangesloten, wordt de computer in de slaapstand gezet op basis van de instellingen in Energiebeheer (dat u opent via
Bureaublad -> Desktop Assist -> Configuratiescherm -> Systeem en beveiliging -> Energiebeheer).
Gebruikershandleiding 2-9
Als u de werking van de computer wilt herstellen nadat de slaapstand is geactiveerd, houdt u de aan/uit-knop of een toets op het toetsenbord gedurende korte tijd ingedrukt. Houd er rekening mee dat de toetsenbordtoetsen alleen kunnen worden gebruikt als de optie Activering op toetsenbord is ingeschakeld in de TOSHIBA­systeeminstellingen.
Als de computer automatisch in de slaapstand wordt gezet terwijl een netwerktoepassing actief is, wordt deze toepassing mogelijk niet hersteld wanneer de computer de volgende keer wordt ingeschakeld en uit de slaapstand wordt gehaald.
Als u wilt voorkomen dat de computer automatisch in de slaapstand wordt gezet, schakelt u de slaapstand uit in Energiebeheer.
Als u de hybride slaapfunctie wilt gebruiken, configureert u deze via Energiebeheer.
Voordelen van de slaapstand
De slaapstand biedt de volgende voordelen:
De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de sluimerstand.
De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Slaapstand.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
De slaapstand uitvoeren
U kunt de slaapstand op een van de volgende drie manieren activeren:
Klik in de charm Instellingen op Energie en selecteer Slaapstand. Sluit het beeldscherm. Deze functie moet zijn ingeschakeld via
Energiebeheer. Druk op de aan/uit-knop. Deze functie moet zijn ingeschakeld via
Energiebeheer.
Wanneer u de computer weer inschakelt, kunt u uw werk hervatten op het punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
Wanneer de computer in de slaapstand staat, knippert het aan/uit­lampje wit.
Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de gebruiksduur verlengen door af te sluiten in de sluimerstand, aangezien de slaapstand meer energie gebruikt als de computer uit staat.
Beperkingen van de slaapstand
In de volgende omstandigheden werkt de slaapstand niet:
Gebruikershandleiding 2-10
De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet. Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit of
elektrische ruis.

Sluimerstand

De sluimerstand zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen op de vaste schijf wordt opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld zodat de vorige toestand wordt hersteld wanneer de computer weer wordt aangezet. Vergeet niet dat de status van de randapparaten die op de computer zijn aangesloten, niet wordt opgeslagen bij het inschakelen van de sluimerstand.
Sla uw gegevens op. Wanneer de sluimerstand wordt geactiveerd, wordt de inhoud van het geheugen op de vaste schijf opgeslagen. U kunt uw gegevens voor de zekerheid echter het beste handmatig opslaan.
Als u de accu verwijdert of de netadapter loskoppelt voordat het opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren.
Wanneer de computer in de sluimerstand staat, dient u geen geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan gaan gegevens verloren.
Schakel niet over naar de sluimerstand terwijl gegevens worden overgezet naar externe media, zoals USB-apparaten, geheugenmedia of andere externe geheugenapparaten. Doet u dit toch, dan gaan gegevens verloren.
Voordelen van de sluimerstand
De sluimerstand biedt de volgende voordelen.
Wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu bijna leeg is, worden gegevens op de vaste schijf opgeslagen.
Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige werkomgeving terugkeren.
De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Sluimerstand.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Sluimerstand activeren
Voer de volgende stappen uit om de sluimerstand in te schakelen:
1. Klik op de charm Instellingen.
2. Klik op Energie en selecteer Sluimerstand.
Gebruikershandleiding 2-11
Als u Sluimerstand wilt weergeven in het menu Energie, moet u de volgende stappen uitvoeren:
1. Klik op Bureaublad -> Desktop Assist -> Configuratiescherm ->
Systeem en beveiliging -> Energiebeheer.
2. Klik op Het gedrag van de aan/uit-knop bepalen of Het gedrag van
het sluiten van het deksel bepalen.
3. Klik op Instellingen wijzigen die momenteel niet beschikbaar zijn.
4. Schakel het selectievakje Sluimerstand in bij instellingen voor
Uitschakelen.
5. Klik op de knop Wijzigingen opslaan.
Automatische sluimerstand
De computer wordt automatisch in de sluimerstand gezet wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het scherm sluit. Om deze instellingen in te voeren kunt u de volgende stappen nemen:
1. Klik op Energiebeheer en klik daarna op Het gedrag van de aan/uit-
knop bepalen of Het gedrag van het sluiten van het deksel bepalen.
2. Activeer de gewenste sluimerstandinstellingen voor Als ik op de aan/ uit-knop druk en Als ik het scherm sluit.
3. Klik op de knop Wijzigingen opslaan.
Gegevensopslag in de sluimerstand
Zodra u de computer in de sluimerstand afsluit, worden de gegevens uit het geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal duren.
Nadat u de computer hebt uitgeschakeld en de geheugeninhoud op de vaste schijf is opgeslagen, dient u eventuele randapparaten uit te schakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Gebruikershandleiding 2-12
Hoofdstuk 3
1 2 3
4
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer beschreven. Het wordt aanbevolen vertrouwd te raken met elk onderdeel voordat u de computer gebruikt.
Wettelijke voetnoot (niet-toepasselijke pictogrammen) Raadpleeg het gedeelte Wettelijke voetnoten voor meer informatie over
niet-toepasselijke pictogrammen.
Ga voorzichtig om met de computer om krassen of beschadiging van het oppervlak te voorkomen.

Voorkant met gesloten beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm gesloten.
Afbeelding 3-1 Voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
1. DC IN-/acculampje
2. Aan/uit-lampje 4. Geheugenmediasleuf
De vormgeving van het product verschilt per model.
DC IN-/acculampje Het DC IN-/acculampje geeft de toestand van de
gelijkstroomingang en de lading van de accu aan. Wit betekent dat de accu volledig is opgeladen en dat de netadapter probleemloos werkt.
Raadpleeg het gedeelte De stroomvoorziening
controleren voor meer informatie over deze
functie.
Gebruikershandleiding 3-1
3. Lampje voor draadloze communicatie
Aan/uit-lampje Het aan/uit-lampje brandt wit als de computer
3
1 2
aanstaat. Als u de computer echter uitschakelt naar de slaapstand, knippert dit lampje wit (circa twee seconden aan, twee seconden uit).
Lampje voor draad­loze communicatie
Geheugenmediasleuf In deze sleuf kunt u een SD™/SDHC™/SDXC™-
Zorg ervoor dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes en paperclips, in de geheugenmediasleuf komen. Metalen voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.

Linkerkant

De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
Het lampje voor draadloze communicatie brandt oranje wanneer de functies voor Bluetooth, draadloos LAN of draadloos WAN zijn ingeschakeld.
Alleen sommige modellen zijn voorzien van functies voor Bluetooth en draadloos LAN.
Sommige modellen zijn voorzien van een draadloos WAN-module.
geheugenkaart, miniSD™/microSD™-kaart of MultiMediaCard™ plaatsen. Raadpleeg het gedeelte Geheugenmedia voor meer informatie.
Afbeelding 3-2 Linkerkant van de computer
Gebruikershandleiding
1. Gelijkstroomingang (19 V)
2. Universal Serial Bus-poort (USB 2.0)*
* Aanwezig op sommige modellen. De vormgeving van het product verschilt per model.
3. Optisch station
3-2
Gelijkstroomingang (19 V)
De netadapter wordt op deze ingang aangesloten om de computer van stroom te voorzien en om de interne accu's te laden. Let erop dat u alleen het type netadapter gebruikt dat bij de computer is geleverd ten tijde van de aankoop. Het gebruik van een verkeerde netadapter kan de computer beschadigen.
Universal Serial Bus­poort (USB 2.0)
Het is niet mogelijk om het gebruik van alle functies van alle USB­apparaten die beschikbaar zijn te bevestigen. Het is in dit verband van belang te weten dat sommige functies die verbonden zijn aan een bepaald apparaat, niet goed werken.
Zorg ervoor dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes en paperclips, in de USB-poort komen. Metalen voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Optisch station De computer is mogelijk geconfigureerd met een
DVD-RAM-schijven van 2,6 GB en 5,2 GB kunnen niet worden gelezen of beschreven.

Rechterkant

De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
Eén USB-poort, die voldoet aan de USB 2.0­standaard, bevindt zich in de linkerkant van de computer.
De USB 2.0-poort is niet compatibel met USB
3.0-apparaten.
DVD Super Multi-station, Blu-ray™­combinatiestation of Blu-ray™-schrijfstation.
Gebruikershandleiding
3-3
Afbeelding 3-3 Rechterkant van de computer
1 2 3 4 5 6 7 8 9
1. Hoofdtelefoonaansluiting 6. LAN-aansluiting*
2. Microfoonaansluiting 7. Poort voor externe RGB-monitor*
3. Universal Serial Bus-poort (USB 2.0 of 3.0)*
4. Universal Serial Bus-poort (USB 2.0 of 3.0)*
5. HDMI-uit-poort*
* Aanwezig op sommige modellen. De vormgeving van het product verschilt per model.
8. Luchtopeningen
9. Sleuf beveiligingsslot
Hoofdtelefoonaan­sluiting
Op de 3,5-mm mini-hoofdtelefoonaansluiting kan een stereohoofdtelefoon worden aangesloten.
Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonaansluiting kan een
drie-aderige miniplug voor stereomicrofooninvoer worden aangesloten.
Het ingebouwde geluidssysteem ondersteunt de interne luidsprekers en microfoon van de computer en biedt aansluitingsmogelijkheden voor een externe microfoon en een hoofdtelefoon.
Universal Serial Bus­poort (USB 2.0 of 3.0)
Twee USB-poorten, die voldoen aan de USB 2.0­of 3.0-standaard, bevinden zich in de rechterkant van de computer.
Het type USB-poort hangt af van het gekochte model. De blauwe poort is de USB 3.0-poort.
De USB 2.0-poort is compatibel met de USB 2.0­standaard en is niet compatibel met USB 3.0­apparaten.
De USB 3.0-poort is compatibel met de USB 3.0­standaard en is neerwaarts compatibel met USB
2.0-apparaten. De poort met het pictogram
biedt de functie
Slaapstand en laden.
USB 3.0-poorten werken mogelijk als USB 2.0-poorten als ze worden gebruikt in de modus USB Legacy-emulatie.
Gebruikershandleiding 3-4
HDMI-uit-poort Op de HDMI-uit-poort kan een HDMI-kabel met
1
een type A-stekker worden aangesloten.
LAN-aansluiting Via deze poort kunt u de computer op een LAN
aansluiten. De adapter ondersteunt Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX). Sommige modellen zijn uitgerust met Gigabit Ethernet LAN (1000 megabits per seconde, 1000BASE-T). Raadpleeg
Basisbeginselen voor meer informatie.
Op de LAN-poort mogen alleen LAN-kabels worden aangesloten. Als u dit doet, kunnen schade of storingen optreden.
Poort voor externe RGB-monitor
Luchtopeningen De luchtopeningen helpen oververhitting van de
Sleuf beveiligingsslot Aan deze sleuf kunt u een beveiligingskabel

Achterkant

De volgende afbeelding illustreert de achterkant van de computer.
1. Accu-eenheid
Dit is een 15-pins analoge RGB-poort. Raadpleeg het gedeelte Pintoewijzing van poort
voor externe RGB-monitor voor informatie over
de pintoewijzing van de poort voor een externe RGB-monitor. Via deze poort kunt u een externe RGB-monitor op de computer aansluiten.
processor voorkomen.
bevestigen waarmee u de computer aan een bureau of ander groot voorwerp kunt verankeren ter bescherming tegen diefstal.
Afbeelding 3-4 De achterkant van de computer
De vormgeving van het product verschilt per model.
Gebruikershandleiding
3-5
Accu-eenheid De oplaadbare lithium-ion accu-eenheid voorziet
1 2
3
4

Onderkant

De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg ervoor dat het beeldscherm gesloten is voordat de computer wordt omgedraaid om schade te voorkomen.
1. Accuvergrendeling 3. Sleuf voor geheugenmodule
2. Ontgrendelingsschuif accuhouder 4. Luchtopeningen
de computer van stroom wanneer de netadapter niet is aangesloten.
Raadpleeg het gedeelte Accu voor meer informatie over het gebruik en de werking van de accu-eenheid.
Afbeelding 3-5 Onderkant van de computer
De vormgeving van het product verschilt per model.
Accuvergrendeling Duw de accuvergrendeling opzij, zodat u de
accu-eenheid gemakkelijk kunt verwijderen.
Ontgrendelingsschuif accuhouder
Zet de accuvergrendeling in de ontgrendelde stand, zodat u de accu-eenheid kunt verwijderen.
Raadpleeg het gedeelte Accu voor meer informatie over het verwijderen van de accu­eenheid.
Gebruikershandleiding 3-6
Sleuf voor geheugenmodule
Luchtopeningen De luchtopeningen helpen oververhitting van de
U mag de luchtopeningen niet blokkeren. Zorg ervoor dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes en paperclips, in de koelopeningen komen. Metalen voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Verwijder het stof van het oppervlak van de luchtopeningen voorzichtig met een zachte doek.
In deze sleuven kunt u een extra geheugenmodule plaatsen, vervangen en verwijderen.
De grootte van de geheugenmodules is afhankelijk van het model. De daadwerkelijke hoeveelheid bruikbaar systeemgeheugen is minder dan de geïnstalleerde geheugenmodules.
Raadpleeg het gedeelte Aanvullende
geheugenmodule.
processor voorkomen.

Voorkant met geopend beeldscherm

In deze paragraaf wordt de computer met geopend beeldscherm beschreven. U opent het scherm door dit omhoog te klappen en in een comfortabele kijkhoek te plaatsen.
Gebruikershandleiding
3-7
Afbeelding 3-6 De voorkant van de computer met geopend beeldscherm
8
6
10
11
1
8
9
5
2
3
4
7
7
12
1. Antennes voor draadloze
7. Beeldschermscharnieren
communicatie (niet zichtbaar)*
2. Microfoon* 8. Luidsprekers
3. Webcamlampje* 9. Toetsenbord
4. Webcam* 10. Touchpad
5. Beeldscherm 11. Touchpadbesturingsknoppen
6. Aan/uit-knop 12. Schakelaar voor LCD-sensor (niet zichtbaar)
* Aanwezig op sommige modellen. De vormgeving van het product verschilt per model.
Antennes voor draad­loze communicatie
Sommige computers in deze serie worden geleverd met een draadloos LAN-/Bluetooth­antenne.
Sommige computers in deze serie zijn uitgerust met een draadloos WAN/WiMAX-antenne.
Wettelijke voetnoot (draadloos LAN) Raadpleeg het gedeelte Wettelijke voetnoten voor meer informatie over
draadloos LAN.
Microfoon Met de ingebouwde microfoon kunt u geluid voor
uw toepassing importeren en opnemen. Raadpleeg het gedeelte Geluidssysteem en
Webcamlampje Het webcamlampje brandt wanneer de webcam
videomodus voor meer informatie.
wordt gebruikt.
Gebruikershandleiding 3-8
Webcam Een webcam is een apparaat waarmee u video
kunt opnemen of foto's kunt maken met uw computer. U kunt deze camera gebruiken voor videochats of videovergaderingen via een communicatieprogramma.
Hiermee kunt u video verzenden en chatten met videobeelden via internet met behulp van speciale toepassingen.
Sommige modellen zijn uitgerust met een webcam.
Richt de webcam niet direct op de zon.
Raak de lens van de webcam niet aan en druk er niet op. Als u dat wel doet, kan de beeldkwaliteit afnemen. Gebruik een brillendoekje (lensdoekje) of andere zachte doek om de lens te reinigen als deze vuil wordt.
Beeldscherm Lcd-scherm van 39.6 cm (15.6 inch),
geconfigureerd met de volgende resolutie:
HD, 1366 pixels horizontaal x 768 pixels verticaal
Denk eraan dat als de computer door de accu wordt gevoed, het scherm er niet zo helder uit zal zien als wanneer u een netadapter gebruikt. Dit verschil in helderheid dient om accu-energie te besparen wanneer de computer op de accu werkt.
Wettelijke voetnoot (LCD) Raadpleeg het gedeelte Wettelijke voetnoten voor meer informatie over het
LCD-scherm.
Aan/uit-knop Druk op deze knop om de computer in of uit te
schakelen.
Beeldschermschar­nieren
Dankzij de beeldschermscharnieren kunt u het beeldscherm in de gewenste, comfortabele stand zetten.
Stereoluidsprekers Via de luidsprekers kunt u het geluid horen dat
door uw software wordt gegenereerd, en de geluidssignalen die door het systeem worden gegenereerd, bijvoorbeeld als de accu bijna leeg is.
Gebruikershandleiding 3-9
Toetsenbord Het interne toetsenbord bevat speciale
cijfertoetsen, speciale cursorbesturingstoetsen en de toetsen en .
Raadpleeg het gedeelte Het toetsenbord voor meer informatie.
Touchpad Met het touchpad in de polssteun kunt u de
beweging van de schermaanwijzer aansturen. Als u het touchpad wilt gebruiken, dient u uw vingertop op het touchpad te plaatsen en deze in de richting te bewegen waarin u de schermaanwijzer wilt verplaatsen.
Touchpadbesturings­knoppen
LCD­sensorschakelaar
De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde manier gebruikt als de knoppen op een standaardmuis. Druk op de linkerknop om een menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
Deze schakelaar detecteert wanneer het LCD­scherm wordt gesloten of geopend en activeert de functie In-/uitschakelen via LCD. Als u bijvoorbeeld het beeldscherm van de computer sluit, wordt de computer in de sluimerstand gezet en afgesloten; als u het beeldscherm daarna weer opent, zal de computer automatisch opstarten en terugkeren naar de toepassing waarin u het laatst in werkte. U kunt dit instellen via Energiebeheer.
U opent Energiebeheer door te klikken op
Bureaublad -> Desktop Assist -> Configuratiescherm -> Systeem en beveiliging -> Energiebeheer.

Interne hardwareonderdelen

In dit gedeelte worden de interne hardwareonderdelen van de computer beschreven.
De werkelijke specificaties hangen af van het gekochte model.
Gebruikershandleiding 3-10
CPU Het type processor hangt af van het model.
Als u wilt controleren welk type processor uw model bevat, opent u TOSHIBA PC diagnoseprogramma door te klikken op
Bureaublad -> Desktop Assist -> Ondersteuning & herstel -> PC diagnoseprogramma.
Wettelijke voetnoot (CPU) Raadpleeg het gedeelte Wettelijke voetnoten voor meer informatie over de
CPU.
Vaste schijf of solid­state drive
De grootte van de vaste schijf is afhankelijk van het model.
Als u wilt controleren welk type vaste schijf/SSD uw model bevat, opent u TOSHIBA PC diagnoseprogramma door te klikken op
Bureaublad -> Desktop Assist -> Ondersteuning & herstel -> PC diagnoseprogramma.
Houd er rekening mee dat een deel van de ruimte op de vaste schijf wordt gebruikt voor beheerdoeleinden.
In deze handleiding verwijst de term 'vaste schijf' (of HDD voor Hard Disk Drive) ook naar de SSD, tenzij anders wordt aangegeven.
SSD is een opslagmedium met een hoge capaciteit dat solid-state geheugen gebruikt in plaats van een magnetische schijf, zoals een vaste schijf.
In bepaalde ongebruikelijke omstandigheden wanneer de SSD langere tijd niet wordt gebruikt en/of wordt blootgesteld aan hoge temperaturen, kunnen er fouten met betrekking tot het bewaren van gegevens optreden.
Wettelijke voetnoot (capaciteit van vaste schijf) Raadpleeg het gedeelte Wettelijke voetnoten voor meer informatie over de
capaciteit van de vaste schijf.
RTC-batterij Het apparaat heeft een interne batterij voor de
interne RTC (Real Time Clock) en kalender.
Gebruikershandleiding 3-11
Video-RAM Het geheugen in de grafische kaart van een
computer, dat wordt gebruikt om het beeld op te slaan dat wordt weergegeven op een bitmapscherm.
De beschikbare hoeveelheid video-RAM is afhankelijk van het systeemgeheugen van de computer.
Bureaublad -> Desktop Assist -> Configuratiescherm -> Vormgeving en persoonlijke instellingen -> Beeldscherm -> Resolutie aanpassen.
U kunt de hoeveelheid video-RAM controleren door te klikken op de knop Geavanceerde instellingen in het venster Schermresolutie.
Wettelijke voetnoot (geheugen (hoofdsysteem)) Raadpleeg het gedeelte Wettelijke voetnoten voor meer informatie over het
geheugen (hoofdsysteem).
Beeldschermcontrol­ler
Wettelijke voetnoot (Graphics Processing Unit (GPU)) Raadpleeg het gedeelte Wettelijke voetnoten voor meer informatie over de
GPU (Graphics Processor Unit).
De beeldschermcontroller zet software­opdrachten om in hardware-opdrachten die bepaalde elementen op het scherm in- of uitschakelen.
De schermcontroller bestuurt tevens de videomodus, die de schermresolutie en het maximum aantal kleuren dat per keer op het beeldscherm kan worden weergegeven bepaalt op basis van industriestandaardregels. Software die voor een bepaalde videomodus is geschreven, kan worden gebruikt op elke computer die deze modus ondersteunt.
Energiebesparingstechnologie voor beeldschermen van Intel
®
Het model met een Intel GPU beschikt mogelijk over de energiebesparingstechnologie voor beeldschermen die het stroomverbruik van de computer kan verminderen door het beeldcontrast op het interne LCD-scherm te optimaliseren.
Deze functie kan worden gebruikt als de computer:
Gebruikershandleiding 3-12
wordt gebruikt in de accumodus alleen het interne LCD-scherm gebruikt
De energiebesparingstechnologie voor beeldschermen is standaard ingeschakeld. U kunt deze functie desgewenst uitschakelen.
U kunt de functie voor energiebesparingstechnologie voor beeldschermen uitschakelen in het regelpaneel Intel ® Graphics and Media.
Dit regelpaneel is toegankelijk op de volgende manier:
Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad en klik op Grafische
eigenschappen....
In dit venster:
1. Klik op Power (Voeding).
2. Selecteer On battery (Op accu) in de vervolgkeuzelijst in Power Source (Voedingsbron).
3. Schakel het selectievakje Display Power Saving Technology (Energiebesparingstechnologie voor beeldschermen) uit.
4. Klik op OK.
Als u deze functie onder de bovengenoemde voorwaarden wilt inschakelen, schakelt u het selectievakje Display Power Saving Technology in.
AMD® Vari-Bright
Een model met een AMD-GPU beschikt mogelijk over de functie AMD Vari-Bright™ die het stroomverbruik van de computer kan verminderen door het beeldcontrast op het interne LCD-scherm te optimaliseren.
Deze functie kan worden gebruikt als de computer:
wordt gebruikt in de accumodus alleen het interne LCD-scherm gebruikt
U kunt de Vari-Bright-functie inschakelen in het AMD VISION Engine Control Center/Catalyst Control Center. Dit centrum is toegankelijk op de volgende manier:
Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad en klik op AMD VISION Engine Control Center/Catalyst Control Center.
In dit venster:
1. Selecteer PowerPlay™ onder Power (Stroom).
2. Schakel het selectievakje Enable PowerPlay™ (PowerPlay inschakelen) in en schakel vervolgens het selectievakje Enable Vari- Bright™ (Vari-Bright inschakelen) in.
Als u de beeldkwaliteit in de bovengenoemde omstandigheden wilt verbeteren, past u de instellingen aan naar Maximize Quality (Maximale kwaliteit) of schakelt u de functie uit.
®
Gebruikershandleiding 3-13

De stroomvoorziening controleren

Stroomvoorzieningsomstandigheden

De bedrijfscapaciteit van de computer en de energiestatus van de accu worden beïnvloed door de stroomvoorzieningsomstandigheden, bijvoorbeeld of er een netadapter is aangesloten en wat het ladingsniveau van de accu is.
Het lampje in de volgende tabel is het DC IN-/acculampje.
Ingeschakeld Uitgeschakeld
Netadapter aangesloten
Accu volledig opgeladen
• In werking
• Wordt niet opgeladen
• Lampje: wit
(buiten werking)
• Wordt niet opgeladen
• Lampje: wit
Netadapter niet aangesloten
Accu gedeeltelijk opgeladen of leeg
De resterende accucapaciteit is boven het activerings­niveau voor lage acculading
De resterende accucapaciteit is onder het activerings­niveau voor lage acculading
De accu is leeg. De computer wordt
• In werking
• Wordt geladen
• Lampje: oranje
• In werking
• Lampje: uit
• In werking
• Lampje: knippert oranje
uitgezet

DC IN-/acculampje

Aan de hand van de DC IN/Accu-lampje kunt u de status van de accu en de status van de stroom van de aangesloten netadapter controleren. Let daarbij op de volgende indicaties:
• Wordt snel opgeladen
• Lampje: oranje
Gebruikershandleiding 3-14
Knipperend oranje De energiestatus van de accu is laag, de
netadapter moet worden aangesloten om de accu op te laden.
Duidt op een probleem met de stroomvoorziening. Probeer eerst de adapter op een ander stopcontact aan te sluiten. Als dit niet helpt, neem dan contact op met uw verkoper of leverancier.
Oranje Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en
dat de accu wordt opgeladen.
Wit Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en
dat de accu volledig is opgeladen.
Lampje brandt niet In alle andere omstandigheden is het lampje uit.
Als de accu tijdens het opladen te heet wordt, wordt het opladen stopgezet en gaat het DC IN-/acculampje uit. Zodra de accu een normale temperatuur heeft bereikt, wordt verder gegaan met opladen, ongeacht of de computer aan of uit staat.

Aan/uit-lampje

Controleer het aan/uit-lampje om de status van de accu-eenheid te bepalen. Let daarbij op de volgende indicaties:
Wit Geeft aan dat de computer van stroom wordt
voorzien en is ingeschakeld.
Knippert wit Geeft aan de computer nog steeds in de
slaapstand staat en dat er voldoende stroom is (adapter of accu) om in deze stand te blijven. In de slaapstand zal dit lampje knipperen: één seconde aan en twee seconden uit.
Lampje brandt niet In alle andere omstandigheden is het lampje uit.

Specificaties

Dit gedeelte geeft een overzicht van de technische kenmerken van de computer.

Gewicht en afmetingen

Grootte Circa 380 (b) x 242 (d) x 29/33 (h) millimeter
(uitstekende delen niet inbegrepen). De fysieke afmetingen hangen af van het gekochte
model.
Gebruikershandleiding 3-15

Werkomgeving

610
1
5
15
11
Omstandigheden Omgevings-
Relatieve vochtigheid
temperatuur
In werking 5°C tot 35°C 20% tot 80% (geen
condensvorming)
Niet in werking -20°C tot 60°C 10% tot 90% (geen
condensvorming)
Natte-boltemperatuur maximaal 29°C
Omstandigheden Hoogte (vanaf
zeeniveau)
In werking -60 tot 3.000 meter
Niet in werking -60 tot 10.000 meter

Stroomvoorziening

Netadapter 100-240 V wisselstroom
50 of 60 hertz (cycli per seconde)
Computer 19 V gelijkstroom

Pintoewijzing van poort voor externe RGB-monitor

Pin Signaalnaam Beschrijving I/O
1 CRV Rood videosignaal O
2 CGV Groen videosignaal O
3 CBV Blauw videosignaal O
4 Gereserveerd Gereserveerd
5 GND Aarde
6 GND Aarde
7 GND Aarde
Gebruikershandleiding 3-16
Pin Signaalnaam Beschrijving I/O
8 GND Aarde
9 +5 V Stroomvoorziening
10 GND Aarde
11 Gereserveerd Gereserveerd
12 SDA Gegevenssignaal I/O
13 HSYNC Signaal voor horizontale
synchronisatie
14 VSYNC Signaal voor verticale
synchronisatie
15 SCL Gegevenskloksignaal O
I/O (I): Invoer naar computer I/O (O): Uitvoer van computer

Netsnoer en connectoren

De stekker van het netsnoer moet compatibel zijn met de diverse internationale wandcontactaansluitingen en het netsnoer moet voldoen aan de normen van het land/gebied waarin het wordt gebruikt. Alle snoeren moeten voldoen aan de volgende specificaties:
Kabeldikte:
Minimaal 0,75 mm
Stroomsterkte: Minimaal 2,5 ampère
Certificeringsinstanties
China: CQC
VS en Canada: Goedgekeurd door UL en CSA
Nee. 18 AWG, Type SVT of SPT-2
2
O
O
Australië: AS
Japan: DENANHO
Europa:
Oostenrijk: OVE Italië: IMQ
België: CEBEC Nederland: KEMA
Denemarken: DEMKO Noorwegen: NEMKO
Gebruikershandleiding 3-17
Finland: FIMKO Zweden: SEMKO
Frankrijk: LCIE Zwitserland: SEV
Duitsland: VDE Verenigd
BSI
Koninkrijk:
In Europa moet gebruik worden gemaakt van een dubbeldraads netsnoer van het type VDE, H05VVH2-F of H03VVH2-F, of van een driedraads netsnoer van het type VDE, H05VV-F.
Voor de Verenigde Staten en Canada moeten tweepins stekkers de configuratie 2-15P (250 V) of 1-15P (125 V) hebben, en driepins stekkers de configuratie 6-15P (250V) of 5-15P (125V), conform het U.S. National Electrical Code Handbook en de Canadian Electrical Code Part II.
In de onderstaande afbeeldingen worden de stekkervormen voor de VS en Canada, het Verenigd Koninkrijk, Australië, Europa en China weergegeven.
V.S.
Goedgekeurd door UL
Australië
Goedgekeurd door AS
Canada
Verenigd Koninkrijk
Goedgekeurd door BS
Europa
Goedgekeurd door de
desbetreffende instantie
China
Goedgekeurd door CSA
Gebruikershandleiding 3-18
Goedgekeurd door CCC
Basisbeginselen
In dit hoofdstuk worden de basisbeginselen van computergebruik beschreven en wordt toegelicht welke voorzorgsmaatregelen u daarbij dient te treffen.

Het toetsenbord

Het toetsenbord van de computer is compatibel met een uitgebreid toetsenbord met 104/105 toetsen. Door bepaalde toetsen tegelijkertijd in te drukken kunnen alle uitgebreide functies van dit toetsenbord op de computer worden uitgevoerd.
Het aantal toetsen op uw toetsenbord is afhankelijk van de toetsenbordindeling waarmee uw computer is geconfigureerd. Er zijn toetsenborden voor verschillende talen beschikbaar.
Er zijn verschillende soorten toetsen: typemachinetoetsen, functietoetsen, 'softkeys' en speciale Windows-toetsen.
Verwijder nooit de toetsen van het toetsenbord. Dit kan schade veroorzaken aan de onderdelen onder de toetsen.
Hoofdstuk 4

Toetsenbordlampjes

In de volgende afbeelding wordt de positie aangegeven van het CAPS LOCK-lampje en het NUM LOCK-lampje, die de volgende omstandigheden aangeven:
Wanneer het CAPS LOCK-lampje brandt, zal het toetsenbord hoofdletters produceren.
Als het NUM LOCK-lampje brandt, kunt u met de tien toetsen cijfers invoeren.
Gebruikershandleiding
4-1
Afbeelding 4-1 Toetslampjes
1
2
1. CAPS LOCK-lampje 2. NUM LOCK-lampje
CAPS LOCK Dit lampje brandt groen als de
hoofdlettervergrendeling is ingeschakeld voor lettertoetsen.
NUM LOCK Wanneer het NUM LOCK-lampje brandt, kunt u
de cijfertoetsen van het toetsenbord gebruiken om cijfers in te voeren.

Functietoetsen

De toets FN vormt in combinatie met andere toetsen 'softkeys'. Softkeys zijn toetscombinaties die specifieke voorzieningen activeren, uitschakelen of configureren.
Let erop dat bepaalde software de werking van de softkeys kan uitschakelen of beïnvloeden, en dat de instellingen van de softkeys niet worden hersteld als de computer uit de slaapstand wordt gehaald.
Met de functietoetsen kunt u bepaalde functies van de computer in- of uitschakelen. De functies kunnen worden uitgevoerd met behulp van de bijbehorende functietoetsen.
U kunt de functietoetsmodus configureren door 'Speciale functiemodus' of 'Standaard F1-F12-modus' te selecteren. Raadpleeg het gedeelte
TOSHIBA-systeeminstellingen.
Speciale functiemodus
Standaard F1­F12-modus
Functie
F1 FN + F1 Start het Help-bestand van de
software.
F2 FN + F2 Hiermee verlaagt u stapsgewijs de
helderheid van het computerscherm.
F3 FN + F3 Hiermee verhoogt u stapsgewijs de
Gebruikershandleiding 4-2
helderheid van het computerscherm.
Speciale functiemodus
Standaard F1­F12-modus
Functie
F4 FN + F4 Wijzigt het actieve beeldscherm.
Als u twee beeldschermen tegelijk wilt gebruiken, moet u de resolutie van het interne beeldscherm instellen op dezelfde resolutie als die van het externe scherm.
F5 FN + F5 Schakelt het touchpad in of uit.
F6 FN + F6 Hiermee spoelt u het medium
achteruit.
F7 FN + F7 Hiermee speelt u media af of
pauzeert u de weergave.
F8 FN + F8 Hiermee spoelt u het medium vooruit.
F9 FN + F9 Verlaagt het geluidsvolume van de
computer.
F10 FN + F10 Verhoogt het geluidsvolume van de
computer.
F11 FN + F11 Schakelt het geluid in of uit.
F12 FN + F12 Hiermee schakelt u de
vliegtuigmodus in of uit.
FN + 1 FN + 1 Hiermee verkleint u pictogrammen op
het bureaublad of de tekengrootte binnen een van de ondersteunde toepassingsvensters.
FN + 2 FN + 2 Hiermee vergroot u pictogrammen op
het bureaublad of de tekengrootte binnen een van de ondersteunde toepassingsvensters..
FN + spatiebalk FN + spatiebalk Hiermee wijzigt u de
beeldschermresolutie.
Bij sommige functies wordt een pop-upmelding weergegeven aan de rand van het scherm.
Die pop-upmeldingen zijn standaard uitgeschakeld. U kunt ze inschakelen via de toepassing TOSHIBA-functietoets. U opent deze door te klikken op
Bureaublad -> Desktop Assist -> Hulpprogramma's -> TOSHIBA­functietoets.
Gebruikershandleiding 4-3

Speciale Windows-toetsen

Het toetsenbord is voorzien van twee toetsen die in Windows een speciale functie hebben: de Windows Start-toets activeert het menu Start, terwijl de toepassingstoets dezelfde functie heeft als de rechtermuisknop.
Deze toets activeert het startscherm.
Deze toets heeft dezelfde functie als de secundaire (rechter)muisknop.

ASCII-tekens genereren

Niet alle ASCII-tekens kunnen via het gewone toetsenbord worden gegenereerd, maar u kunt al deze tekens genereren via hun specifieke ASCII-codes.
1. Houd de ALT-toets ingedrukt.
2. Typ de ASCII-code voor het gewenste teken met behulp van de numerieke toetsen.
3. Laat ALT los. Het ASCII-teken verschijnt op het scherm.

Optische stations

Er is mogelijk een DVD Super Multi-station, Blu-ray™-combinatiestation of Blu-ray™-schrijfstation (BDXL™) in de computer geïnstalleerd. Wanneer de computer toegang heeft tot een optische schijf, brandt het lampje op het station.

Indelingen

De stations ondersteunen de volgende indelingen.
DVD Super Multi-station
Dit station ondersteunt de volgende indelingen: CD-ROM, DVD-ROM, DVD-Video, CD-DA, CD-Text, Photo CD™ (single/multi-sessie), CD-ROM Mode 1/Mode 2, CD-ROM XA Mode 2 (Form1, Form2), Enhanced CD (CD­EXTRA), addresseringsmethode 1, DVD-R, DVD-RW, DVD+R, DVD+RW, DVD-RAM, DVD-R DL (Format1) en DVD+R DL.
Blu-ray™-combinatiestation
Naast de bovenstaande indelingen ondersteunt het Blu-ray™­combinatiestation BD-ROM en BD-ROM DL.
Blu-ray™-schrijfstation
Naast de bovenstaande indelingen ondersteunt het Blu-ray™-schrijfstation BD-R, BD-R DL, BE-RE en BD-RE DL.
Gebruikershandleiding
4-4
Blu-ray™-schrijfstation BDXL™
1
2
Naast de bovenstaande indelingen ondersteunt het Blu-ray™-schrijfstation BDXL™ BD-R TL, BD-R QL en BD-RE TL.
DVD-R DL- en DVD+R DL-schijven in bepaalde indelingen kunnen onleesbaar zijn.

Schijfstations voor optische media gebruiken

Het station van volledige grootte ondersteunt snelle uitvoering van programma's op een optische schijf. U kunt schijven van 12 cm of 8 cm zonder adapter gebruiken.
Gebruik de DVD-afspeeltoepassing als u DVD-video's wilt bekijken.
Raadpleeg de paragraaf Schijven beschrijven voor voorzorgsmaatregelen bij het beschrijven van schijven.
Voer de volgende stappen uit om schijven te laden:
1. Zorg dat de computer is ingeschakeld en druk op de uitwerpknop om de stationslade enigszins te openen.
2. Trek de schijflade voorzichtig uit totdat deze volledig is geopend.
Afbeelding 4-4 Drukken op de uitwerpknop en de stationslade opentrekken
1. Uitwerpknop
Gebruikershandleiding 4-5
2. Schijflade
3. Leg de schijf met het opschrift omhoog in de schijflade.
1
Afbeelding 4-5 Een schijf plaatsen
1. Laserlens
Wanneer de schijflade volledig is uitgeschoven, bedekt de rand van de computer de schijflade een stukje. Wanneer u de schijf in de lade plaatst, moet u de schijf daarom schuin houden. Zorg na het plaatsen van de schijf echter dat de schijf plat ligt.
Raak nooit de laserlens of de omringende behuizing aan om onjuiste uitlijning te voorkomen.
Zorg dat er geen stof, vuil of voorwerpen in het station terechtkomen. Controleer of de bodem van de schijflade, vooral het gedeelte achter de voorrand van de lade, schoon is voordat u het station sluit.
4. Druk voorzichtig in het midden van de schijf tot deze vastklikt. De schijf moet onder de bovenkant van de as liggen, vlak op het ladeoppervlak.
5. Duw zachtjes tegen het midden van de schijflade om deze te sluiten. Duw zachtjes tot de lade vastklikt.
Als de schijf niet goed zit wanneer de schijflade gesloten is, bestaat het risico dat de schijf beschadigd raakt. Bovendien kan het dan gebeuren dat de schijflade niet volledig wordt geopend wanneer u op de uitwerpknop drukt.
Schijven verwijderen
Voer de volgende stappen uit om schijf te verwijderen:
Druk niet op de uitwerpknop terwijl er activiteit in het optische station plaatsvindt. Wacht totdat het lampje voor het optische station uit is voordat u de schijflade opent. Haal de schijf pas uit de schijflade nadat de schijf is opgehouden met draaien.
Gebruikershandleiding 4-6
1. Druk op de uitwerpknop om de lade een stukje te openen. Trek de
Φ1.0mm
1
lade voorzichtig helemaal open.
Wanneer de schijflade een stukje wordt geopend, moet u even wachten totdat de schijf is opgehouden met draaien voordat u de schijflade volledig opentrekt.
2. De schijf steekt iets uit over de zijkanten van de schijflade, zodat u hem kunt pakken. Til de schijf er voorzichtig uit.
3. Duw zachtjes tegen het midden van de schijflade om deze te sluiten. Duw zachtjes tot de lade vastklikt.
Een schijf verwijderen wanneer de schijflade niet opengaat
U kunt de lade niet met de uitwerpknop openen wanneer de computer is uitgeschakeld. In dat geval kunt u de schijflade openen door een dun voorwerp (ongeveer 15 mm lang), zoals een rechtgebogen paperclip, in het uitwerpgaatje rechts van de uitwerpknop te steken.
Afbeelding 4-6 De lade openen door middel van het uitwerpgaatje
1. Uitwerpgaatje
Als u de lade handmatig wilt openen door middel van het uitwerpgaatje, dient u de computer eerst uit te schakelen. Als de schijf nog draait terwijl u de schijflade opent, kan de schijf van de as vliegen en letsel veroorzaken.

Beschrijfbare schijven

In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare schijven beschreven. Controleer in de specificaties van uw station welke schijftypen kunnen worden beschreven.
CD's
Beschrijfbare CD's (CD-R's) kunnen slechts één keer worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
CD-RW-schijven, zoals multispeed CD-RW's, high-speed CD-RW’s en ultra-speed CD-RW’s kunnen meer dan één keer worden beschreven.
Gebruikershandleiding
4-7
DVD's
DVD-R's, DVD+R's, DVD-R DL- en DVD+R DL-schijven kunnen slechts één keer worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals worden beschreven.
Blu-ray™-discs
Een BD-R, BD-R DL, BD-R TL of BD-R QL kan slechts eenmaal worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
Een BD-RE, BD-RE DL of BD-RE TL kan meer dan eenmaal worden beschreven.

Schijven beschrijven

Met het DVD Super Multi-station of het Blu-ray™-combinatiestation kunt u gegevens schrijven naar CD-R, CD-RW, DVD-R, DVD-R DL, DVD-RW, DVD+R, DVD+R DL, DVD+RW of DVD-RAM.
Met het Blu-ray™-schrijfstation kunt u gegevens schrijven naar CD-R, CD­RW, DVD-R, DVD-R DL, DVD-RW, DVD+R, DVD+R DL, DVD+RW, DVD­RAM, BD-R, BD-R DL, BD-RE of BD-RE DL.
Met het Blu-ray™-schrijfstation BDXL™ kunt u gegevens schrijven naar CD-R, CD-RW, DVD-R, DVD-R DL, DVD-RW, DVD+R, DVD+R DL, DVD +RW, DVD-RAM, BD-R, BD-R DL, BD-RE, BD-RE DL,BD-R TL, BD-R QL of BD-RE TL.
Wanneer u media beschrijft met behulp van een optisch station, moet u de netadapter altijd aansluiten op een stopcontact. Als gegevens worden weggeschreven bij gebruik van de accu, kan het wegschrijven soms mislukken omdat de accu bijna leeg is. Dit kan resulteren in gegevensverlies.
Belangrijk bericht
Lees dit gedeelte grondig door voordat u media gaat beschrijven die door het optische station worden ondersteund en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dat niet, dan kan het gebeuren dan het optische station niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf­of herschrijffouten, wat kan leiden tot gegevensverlies of schade aan station of media.
Afwijzing van aansprakelijkheid
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
Gebruikershandleiding
Schade aan een schijf die is veroorzaakt door te (her)schrijven met dit product.
4-8
Wijzigingen in of verlies van de opgenomen inhoud van media als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, en eventuele resulterende winstderving of bedrijfsschade.
Schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.

Vóór schrijven of herschrijven

Op grond van TOSHIBA’s beperkte compatibiliteitstests worden de volgende fabrikanten van schijfmedia aanbevolen. De schijfkwaliteit kan echter van invloed zijn op het schrijf- of herschrijfproces TOSHIBA staat niet in voor de werking, kwaliteit of prestaties van enigerlei schijven.
CD-R:
TAIYO YUDEN CO., Ltd. MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
CD-RW: (Multi-Speed, High-Speed en Ultra-Speed)
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
DVD-R:
DVD-specificaties voor beschrijfbare schijven voor algemeen gebruik, versie 2.0
TAIYO YUDEN Co., Ltd. (voor 8- en 16-speed media) MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD. (voor 8- en 16-speed media) Hitachi Maxell, Ltd. (voor 8x- en 16x-speed media)
DVD-R DL:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA Co., Ltd. (voor 4x- en 8x-speed media)
DVD+R:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD. (voor 8- en 16-speed media) TAIYO YUDEN Co., Ltd. (voor 8x- en 16x-speed media)
DVD+R DL:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD. (voor 8-speed media)
Gebruikershandleiding 4-9
DVD-RW:
DVD-specificaties voor herschrijfbare schijven voor versie 1.1 of versie 1.2
Victor Company of Japan, Ltd. (JVC) (voor 2x-, 4x- en 6x-speed media) MITSUBISHI KAGAKU MEDIA Co., Ltd. (voor 2x-, 4x- en 6x-speed
media)
DVD+RW:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD. (voor 4- en 8-speed media)
DVD-RAM (alleen DVD Super Multi-station):
DVD-specificaties voor DVD-RAM-schijven voor versie 2.0, 2.1 of 2.2
Panasonic Corporation (voor 3x- en 5x-speed media) Hitachi Maxell, Ltd. (voor 3x- en 5x-speed media)
BD-R:
Panasonic Corporation
BD-R DL:
Panasonic Corporation
BD-RE:
Panasonic Corporation
BD-RE DL:
Panasonic Corporation
BD-R TL:
TDK. SHARP
BD-RE TL:
Panasonic Corporation
DVD-R DL- en DVD+R DL-schijven in bepaalde indelingen kunnen onleesbaar zijn.
Schijven die zijn gemaakt als DVD-R DL indeling 4 (Layer Jump Recording) kunnen niet worden gelezen.
Tijdens schrijven of herschrijven
Neem de volgende punten in acht wanneer u een medium beschrijft of herschrijft:
Kopieer gegevens altijd van de vaste schijf naar het optische station. Gebruik geen knippen en plakken, aangezien de oorspronkelijke gegevens verloren gaan ingeval van een schrijffout.
Gebruikershandleiding 4-10
Vermijd de volgende handelingen:
Wisselen tussen gebruikers in het besturingssysteem. Gebruik van de computer voor andere functies zoals het gebruik
van een muis of touchpad of het sluiten/openen van het beeldscherm.
Een communicatietoepassing starten. Handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen. Het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten
zoals een geheugenkaart, USB-apparaat, externe monitor of een optisch digitaal apparaat.
Gebruik van de audio-/videobedieningsknoppen om geluid te reproduceren.
Het openen van het optische station.
Gebruik tijdens het schrijven of herschrijven niet de functies Afsluiten, Afmelden, Slaapstand of Sluimerstand.
Zorg ervoor dat het schrijven/herschrijven is voltooid voordat u overschakelt naar de slaapstand of de sluimerstand. (U kunt een optisch medium uit het optische schijfstation verwijderen nadat het schrijven is voltooid.)
Controleer of de schijven van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd zijn. Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het (her)schrijven.
Plaats de computer op een egaal, horizontaal oppervlak en vermijd plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen en vliegtuigen. Gebruik ook geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze communicatieapparaten uit de buurt van de computer.

TOSHIBA VIDEO PLAYER

Wanneer u TOSHIBA VIDEO PLAYER gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen:

Opmerkingen betreffende het gebruik

Deze software kan alleen worden gebruikt in Windows 8. TOSHIBA DVD PLAYER wordt meegeleverd voor weergave van DVD-
en videobestanden. Er kunnen frames wegvallen, het geluid kan overslaan en het geluid
en beeld kunnen niet meer synchroon lopen tijdens de weergave van bepaalde video's.
Sluit alle andere toepassingen wanneer u TOSHIBA VIDEO PLAYER gebruikt. Open geen andere toepassingen en voer geen andere bewerkingen uit tijdens de videoweergave. De weergave kan in sommige gevallen stoppen of niet correct werken.
Gebruikershandleiding 4-11
Niet-afgesloten DVD's die zijn gemaakt op een gewone DVD-recorder kunnen mogelijk niet worden afgespeeld op de computer.
Gebruik DVD-video's met een de regiocode 'gelijk aan de standaardfabrieksinstelling' (indien van toepassing) of 'alles'.
Speel geen video af terwijl u met een ander programma een televisieprogramma kijkt of opneemt. Hierdoor kunnen fouten ontstaan in de weergave van de video of de opname van het televisieprogramma. Als een voorgeprogrammeerde opname start tijdens videoweergave, kan dit fouten veroorzaken in de weergave van de video of de opname van het televisieprogramma. Bekijk een video wanneer er geen opname is geprogrammeerd.
De hervattingsfunctie kan niet worden gebruikt met bepaalde schijven in TOSHIBA VIDEO PLAYER.
Het wordt aanbevolen de netadapter aan te sluiten wanneer u video afspeelt. Energiebesparende functies kunnen een vloeiende weergave verstoren. Als u een video afspeelt op de accu, stelt u Energiebeheer in op 'Balans'.
De schermbeveiliging wordt uitgeschakeld tijdens videoweergave met TOSHIBA VIDEO PLAYER. De computer wordt niet automatisch in de sluimerstand, slaapstand of afsluitmodus gezet.
Configureer de functie Beeldscherm automatisch uitschakelen niet zodanig dat deze wordt uitgevoerd terwijl TOSHIBA VIDEO PLAYER actief is.
Schakel niet over naar de sluimerstand of de slaapstand terwijl u TOSHIBA VIDEO PLAYER gebruikt.
Vergrendel de computer niet met de toetsen Windows-logo ( ) + L wanneer u TOSHIBA VIDEO PLAYER gebruikt.
TOSHIBA VIDEO PLAYER heeft een functie voor ouderlijk toezicht. Ter bescherming van het auteursrecht is de Windows-functie Print
Screen uitgeschakeld wanneer TOSHIBA VIDEO PLAYER wordt uitgevoerd.
De Print Screen-functies zijn zelfs uitgeschakeld als u andere toepassingen uitvoert naast TOSHIBA VIDEO PLAYER en TOSHIBA VIDEO PLAYER is geminimaliseerd. Sluit TOSHIBA VIDEO PLAYER als u de Print Screen-functie wilt gebruiken.
Installeer of verwijder TOSHIBA VIDEO PLAYER terwijl u bent aangemeld met een gebruikersaccount met beheerdersrechten.
Schakel niet over naar een andere Windows-gebruiker terwijl TOSHIBA VIDEO PLAYER wordt uitgevoerd.
Als u bij sommige DVD- of videobestanden het geluidsspoor wijzigt via het bedieningsvenster, wordt ook het ondertitelspoor gewijzigd.
Deze software kan alleen MPEG2-, MP4- en WTV-bestanden afspelen die zijn gemaakt met de toepassingen die vooraf zijn geïnstalleerd op dezelfde computer. De weergave werkt mogelijk niet correct als u andere bestanden dan deze bestandstypen gebruikt.
Gebruikershandleiding 4-12

Beeldschermen en geluid

Als het videobeeld niet wordt weergegeven op het externe beeldscherm of de televisie, stopt u TOSHIBA VIDEO PLAYER en wijzigt u de schermresolutie. U wijzigt de schermresolutie door te klikken op Bureaublad -> Desktop Assist -> Configuratiescherm ->
Vormgeving en persoonlijke instellingen -> Beeldscherm -> Resolutie aanpassen. Video kan echter niet worden uitgevoerd naar
sommige externe schermen en televisie vanwege de uitvoer- of weergaveomstandigheden.
Als u video kijkt op een extern scherm of een tv, wijzigt u het weergaveapparaat voordat u de video start. Een video kan alleen worden weergegeven op het interne LCD-scherm of op een extern scherm. In de kloonmodus (dubbele weergave) werkt TOSHIBA VIDEO PLAYER mogelijk niet correct.
Wijzig de schermresolutie niet terwijl TOSHIBA VIDEO PLAYER wordt uitgevoerd.
Wijzig het weergaveapparaat niet terwijl TOSHIBA VIDEO PLAYER wordt uitgevoerd.

TOSHIBA VIDEO PLAYER starten

Voer de volgende stappen uit om TOSHIBA VIDEO PLAYER te starten.
1. Plaats een DVD-video in het optische station terwijl het besturingssysteem wordt uitgevoerd.
Wanneer een DVD-video in het DVD-station wordt geplaatst (voor modellen met een DVD-station), kan TOSHIBA VIDEO PLAYER automatisch starten.
2. Klik op Bureaublad -> Desktop Assist -> Media & entertainment -> TOSHIBA VIDEO PLAYER om TOSHIBA VIDEO PLAYER te starten.

TOSHIBA VIDEO PLAYER gebruiken

Opmerkingen over het gebruik van TOSHIBA VIDEO PLAYER.
De schermweergave en de beschikbare functies kunnen per video en per scène verschillen.
Als het menu in het weergavegebied wordt geopend via de knoppen Top menu of Menu, is bediening via het touchpad of muismenu wellicht niet mogelijk.

De handleiding van TOSHIBA VIDEO PLAYER openen

De functies van en instructies voor TOSHIBA VIDEO PLAYER worden uitgebreid toegelicht in de handleiding van TOSHIBA VIDEO PLAYER. Voer de volgende stappen uit om de handleiding van TOSHIBA VIDEO PLAYER te openen.
Druk op de toets F1 terwijl TOSHIBA VIDEO PLAYER is gestart en klik op de knop Help.
Gebruikershandleiding 4-13

TOSHIBA Blu-ray Disc Player

Wanneer u TOSHIBA Blu-ray Disc Player gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen:

Opmerkingen betreffende het gebruik

Deze software kan alleen worden gebruikt in Windows 8. Tijdens de weergave van inhoud met een hoge bitsnelheid kunnen
frames wegvallen, kan het geluid overslaan of kunnen de computerprestaties afnemen.
Sluit alle andere toepassingen voordat u een afspeelt. Open geen andere toepassingen en voer geen andere bewerkingen uit tijdens de videoweergave.
Schakel niet over naar de sluimerstand of slaapstand terwijl u TOSHIBA Blu-ray Disc Player gebruikt.
Aangezien de weergave van Blu-ray Discs™ werkt op basis van programma's die in de inhoud zijn ingebouwd, kunnen de werkwijze, schermen, geluidseffecten, pictogrammen en andere functies per schijf verschillen. Raadpleeg voor meer informatie over deze items de instructies bij de inhoud of neem rechtstreeks contact op met de fabrikant van de inhoud.
Sluit de netadapter van de computer aan wanneer u een video afspeelt.
TOSHIBA Blu-ray Disc Player ondersteunt de kopieerbeveiligingstechnologie AACS (Advanced Access Control System). De AACS-code die in dit product is ingebouwd, moet worden vernieuwd als u ononderbroken wilt genieten van Blu-ray Discs™. Voor verlenging is een internetverbinding vereist.
U kunt de AACS-code gratis vernieuwen gedurende 5 jaar nadat u dit product hebt gekocht. Na 5 jaar gelden er echter voorwaarden voor de vernieuwing die worden bepaald door de softwareleverancier, TOSHIBA Corporation.
Speel geen video af terwijl u met een ander programma een televisieprogramma opneemt Hierdoor kunnen fouten ontstaan in de weergave van de video of de opname van het televisieprogramma. Als een voorgeprogrammeerde opname start tijdens weergave van een video, kan dit fouten veroorzaken in de weergave van de video of de opname van het televisieprogramma. Bekijk een video wanneer er geen opname is geprogrammeerd.
De sneltoets functioneert niet wanneer een BD-J-titel wordt afgespeeld.
De hervattingsfunctie kan niet worden gebruikt met sommige schijven en TOSHIBA Blu-ray Disc Player.
De interactieve functie van Blu-ray™-discs werkt mogelijk niet, afhankelijk van de inhoud of de netwerksituatie.
Gebruikershandleiding 4-14
Blu-ray™-stations en de bijbehorende media worden vervaardigd conform de specificaties van drie verkoopgebieden. Regiocodes kunnen worden ingesteld via TOSHIBA Blu-ray Disc Player. (Klik in het weergavegebied op de knop Setting (Instelling) en klik op het menu Region (Regio)). Om problemen bij het afspelen van Blu-ray™­video's te voorkomen, dient u bij de aanschaf ervan te controleren of de disc geschikt is voor uw station.
Als u video wilt afspelen op een extern beeldscherm of een tv met TOSHIBA Blu-ray Disc Player, gebruikt u een uitvoerapparaat, zoals een extern beeldscherm of een tv, met een HDMI-poort met HDCP­ondersteuning. De video kan niet worden weergegeven op een externe monitor of tv die is aangesloten op de RGB-aansluiting.
De film op de Blu-ray Disc™ kan alleen worden afgespeeld op het interne LCD-scherm of op externe apparaten die zijn aangesloten via een HDMI-uitgang. In de kloonmodus (dubbele weergave) werkt TOSHIBA Blu-ray Disc Player mogelijk niet correct.
Dit product kan geen HD DVD-schijven afspelen. Voor HD-weergave zijn Blu-ray™-discs met high-definition inhoud vereist.
Deze software kan alleen MPEG2-, MP4- en WTV-bestanden afspelen die zijn gemaakt met de toepassingen die vooraf zijn geïnstalleerd op dezelfde computer. De weergave werkt mogelijk niet correct als u andere bestanden dan deze bestandstypen gebruikt.

TOSHIBA Blu-ray Disc Player starten

Voer de volgende stappen uit om TOSHIBA Blu-ray Disc Player te starten.
Plaats een Blu-ray™ Disc met een film in het optische station terwijl het besturingssysteem wordt uitgevoerd.
Als een Blu-ray™ Disc met een film in het Blu-ray™-station wordt geplaatst (voor modellen met een Blu-ray™-station), kan TOSHIBA Blu-ray Disc Player automatisch worden gestart.
Klik op Bureaublad -> Desktop Assist -> Media & entertainment -> TOSHIBA Blu-ray Disc Player.

TOSHIBA Blu-ray Disc Player gebruiken

Opmerkingen over het gebruik van TOSHIBA Blu-ray Disc Player.
De schermweergave en de beschikbare functies kunnen per Blu­ray™-video en per scène verschillen.
Als het menu in het weergavegebied wordt geopend via de knoppen Top Menu of Menu, is bediening via het touchpad of muismenu wellicht niet mogelijk.

De handleiding van TOSHIBA Blu-ray Disc Player openen

De functies van en instructies voor TOSHIBA Blu-ray Disc Player worden uitgebreid toegelicht in de handleiding van TOSHIBA Blu-ray Disc Player.
Gebruikershandleiding 4-15
U opent de handleiding van TOSHIBA Blu-ray Disc Player als volgt.
Druk op de toets F1 wanneer TOSHIBA Blu-ray Disc Player is gestart en klik op de knop Help.

3D-weergave op een extern 3D-apparaat

3D-weergave op een extern 3D-apparaat is alleen mogelijk bij sommige modellen.
Het effect van 3D kan alleen worden weergegeven op externe 3D­apparaten die zijn aangesloten op een HDMI-uitgang. Het kan niet worden weergegeven op het interne beeldscherm. Als u 3D-weergave wilt gebruiken op een extern beeldscherm of een tv, moet u een beeldscherm/ tv met 3D-ondersteuning en een HDCP-compatibele HDMI-poort gebruiken.
De functie voor 3D-weergave ondersteunt de volgende resoluties: 1920x1080, 24 Hz en 1280x720, 60 Hz.
Wijzig de schermresolutie in een van de bovenstaande resoluties voordat u de 3D-weergavefunctie gebruikt.

Belangrijke veiligheidsinformatie over de 3D-functie

Kijk geen 3D-videobeelden of stop met kijken als u zich ziek voelt of een onaangenaam gevoel krijgt.
Kijk geen 3D-videobeelden als u last krijgt van stuiptrekkingen, een lichtgevoeligheidsreactie of hartklachten.
Vanwege de mogelijke invloed op de ontwikkeling van het gezichtsvermogen moeten kijkers van 3D-videobeelden 6 jaar of ouder zijn. Kinderen en tieners zijn mogelijk meer gevoelig voor gezondheidsproblemen die te maken hebben met het kijken naar 3D en moeten in de gaten worden gehouden om te voorkomen dat ze zonder pauze langdurig kijken.
Vermijd het gebruik van de 3D-functie onder invloed van alcohol. Lees de gebruikershandleiding bij de computer zorgvuldig door
voordat u de 3D-weergavefunctie gebruikt. Het 3D-effect verschilt per persoon.

Opmerkingen over 3D-weergave voor TOSHIBA VIDEO PLAYER

TOSHIBA VIDEO PLAYER biedt een 3D-weergavefunctie die 3D-video­inhoud kan afspelen en 2D-homevideo's (DVD of videobestand) kan omzetten in 3D met behulp van real-time 2D-naar-3D-conversie.
Het effect van 3D kan alleen worden weergegeven op externe 3D­apparaten die zijn aangesloten op een HDMI-uitgang. Het kan niet worden weergegeven op het interne beeldscherm.
Gebruikershandleiding 4-16
De functie voor 2D-naar-3D-conversie gebruikt TOSHIBA’s originele algoritme om een 3D-effect toe te passen op uw eigen 2D-video's. Deze functie biedt echter niet dezelfde soort video-inhoud als een video die oorspronkelijk wordt aangeboden in 3D en maakt geen nieuwe video in de 3D-indeling, maar speelt enkel 2D-video's af in een 3D-achtige modus.
De functie voor 2D-naar-3D-conversie is bedoeld om u desgewenst in 3D te kunnen laten genieten van uw eigen 2D-homevideo's en van andere 2D-inhoud die u maakt.
TOSHIBA VIDEO PLAYER is standaard ingesteld op de 2D-indeling. Pas als u drukt op de knop van de functie voor 2D-naar-3D-conversie, activeert u deze functie en geeft u aan dat u uw 2D-inhoud in 3D wilt weergeven. TOSHIBA VIDEO PLAYER voert de functie voor 2D­naar-3D-conversie niet automatisch uit. Raadpleeg de waarschuwingen in dit gedeelte met betrekking tot mogelijke schending van het auteursrecht en zorg dat u over de benodigde toestemming beschikt.
TOSHIBA VIDEO PLAYER is bedoeld om DVD-video-, DVD-VR- en videobestanden af te spelen en om 2D-homevideos's weer te geven in 3D. Voor 3D-weergave van video-inhoud die niet door de gebruiker is gemaakt, is mogelijk toestemming van derden nodig indien de inhoud wordt beschermd door het auteursrecht. TOSHIBA hecht veel waarde aan de bescherming van intellectuele eigendomsrechten. Daarom benadrukt TOSHIBA dat de speler niet mag worden gebruikt op een manier die dergelijke rechten schendt. Het is uw verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat u geen toepasselijke wetten met betrekking tot intellectueel eigendom schendt wanneer u besluit de speler te gebruiken en met name wanneer u de functie voor 2D-naar-3D­conversie van TOSHIBA VIDEO PLAYER gebruikt.
Sommige functies werken niet tijdens 3D-weergave. In dat geval zijn de bijbehorende knoppen niet beschikbaar.
Er kan enige vertraging optreden als u een van de volgende bewerkingen uitvoert terwijl het videoweergavevenster schermvullend wordt weergegeven.
Vensters weergeven zoals het menu van de rechtermuisknop, het instellingenvenster, [Titel/hoofdstuk zoeken], [Bestand selecteren] of een foutbericht.
Bewerkingen in Windows Bewerkingen in andere toepassingen
Zorg dat de netadapter is aangesloten wanneer de 3D­weergavefunctie wordt gebruikt.
3D-weergave kan alleen schermvullend worden uitgevoerd. Wanneer u 3D-weergave inschakelt, wordt het videoweergavevenster automatisch schermvullend gemaakt.
Als u 3D-weergave wilt gebruiken op een extern beeldscherm of een tv, moet u een beeldscherm/tv met 3D-ondersteuning en een HDCP­compatibele HDMI-poort gebruiken.
Gebruikershandleiding 4-17
3D-video-inhoud kan alleen worden afgespeeld op een extern beeldscherm via HDMI 'met 3D'.
Het 3D-effect verschilt per persoon. Kijken naar 3D-beelden kan een onaangenaam gevoel veroorzaken.
Stop in dat geval met kijken en raadpleeg een arts. Overweeg voordat u een kind toestaat om naar 3D-inhoud te kijken, of
dit wel geschikt voor hem of haar is en of u de kijkduur moet beperken.
Afhankelijk van de verlichtingsomstandigheden van de kamer kunt u flikkeringen waarnemen wanneer u de 3D-bril draagt.
De functies voor upconvert en 3D-weergave kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt. Als u overschakelt naar 3D-weergave terwijl upconvert wordt uitgevoerd, wordt de upconvert-functie automatisch uitgeschakeld.
Afhankelijk van de video-inhoud kan deze mogelijk niet worden afgespeeld in 3D.
Alleen de video-indelingen Side-by-Side en Interleave 3D worden ondersteund voor weergave van 3D-video-inhoud.

Opmerkingen over 3D-weergave voor TOSHIBA Blu-ray Disc Player

De 3D-weergavefunctie kan 3D-video-inhoud en 2D-homevideo's en andere 2D-inhoud die u hebt gemaakt (DVD of videobestand) afspelen in 3D met behulp van real-time 2D-naar-3D-conversie.
De 3D-weergavefunctie kan NIET worden gebruikt om 2D-video­inhoud op een Blu-ray Disc of AVCHD in 3D af te spelen met behulp van real-time 2D-naar-3D-conversie.
De 3D-weergavefunctie van de speler is alleen bedoeld voor persoonlijk gebruik thuis. Houd er rekening mee dat toepasselijke auteurswetten weergave in het openbaar kunnen verbieden wanneer u 3D-weergave van video-inhoud van derden aanbiedt aan onbekende personen of een groot publiek.
De functie voor 2D-naar-3D-conversie gebruikt TOSHIBA’s originele algoritme om een 3D-effect toe te passen op uw eigen 2D-video's. Deze functie biedt echter niet dezelfde soort video-inhoud als een video die oorspronkelijk wordt aangeboden in 3D en maakt geen nieuwe video in de 3D-indeling, maar speelt enkel 2D-video's af in een 3D-achtige modus.
Het beeld dat wordt gegenereerd door de functie voor 2D-naar-3D­conversie is niet hetzelfde als het beeld dat wordt gemaakt voor 3D­weergave. De functie voor 2D-naar-3D-conversie gebruikt TOSHIBA’s originele algoritme om een pseudo-3D-effect toe te passen op de 2D­inhoud.
Gebruikershandleiding 4-18
De speler is standaard ingesteld op de 2D-indeling. Pas als u drukt op de knop van de functie voor 2D-naar-3D-conversie, activeert u deze functie en geeft u aan dat u uw 2D-inhoud in 3D wilt weergeven. De speler voert de functie voor 2D-naar-3D-conversie niet automatisch uit. Raadpleeg de waarschuwingen in dit gedeelte met betrekking tot mogelijke schending van het auteursrecht en zorg dat u over de benodigde toestemming beschikt.
De speler is bedoeld om DVD-video, DVD-VR en videobestanden af te spelen en om 2D-homevideo's en andere 2D-inhoud die u zelf hebt gemaakt weer te geven in 3D. Voor 3D-weergave van video-inhoud die niet door de gebruiker is gemaakt, kan directe of indirecte toestemming van derden zijn vereist, indien dergelijke inhoud wordt beschermd door het auteursrecht, tenzij anders is toegestaan volgend de toepasselijke wetten. TOSHIBA hecht veel waarde aan de bescherming van intellectuele eigendomsrechten. Daarom benadrukt TOSHIBA dat de speler niet mag worden gebruikt op een manier die dergelijke rechten schendt. Het is uw verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat u geen toepasselijke wetten met betrekking tot intellectueel eigendom schendt wanneer u besluit de speler te gebruiken en met name wanneer u de functie voor 2D-naar-3D­conversie van de speler gebruikt.
Sommige functies kunnen niet worden gebruikt tijdens 3D-weergave. In dat geval zijn de knoppen voor dergelijke functies mogelijk niet beschikbaar.
Afhankelijk van de systeemomgeving kan de speler automatisch overschakelen naar 2D als u een van de volgende bewerkingen uitvoert tijdens 3D-weergave. Bovendien kunt u enige vertraging ondervinden wanneer de omschakeling plaatsvindt.
- Vensters of pop-upmenu's openen zoals het menu van de rechtermuisknop, het instellingenvenster, [Bestand selecteren] of een foutbericht.
- Windows-functies gebruiken.
- Andere toepassingen gebruiken. Zorg dat u de netadapter aansluit wanneer u de functie voor 3D-
weergave gebruikt. Afhankelijk van de systeemomgeving kan de 3D-weergave mogelijk
alleen worden gebruikt als het videovenster schermvullend wordt weergegeven. De 3D-weergave werkt mogelijk niet in een venster.
Als u 3D-weergave wilt gebruiken op een extern beeldscherm of een tv, moet u een beeldscherm/tv met 3D-ondersteuning en een HDCP­compatibele HDMI-poort gebruiken.
3D-video-inhoud kan alleen worden afgespeeld op een extern beeldscherm dat is aangesloten via HDMI 'met 3D'.
Gebruikershandleiding 4-19
De 3D-instellingen kunnen worden gewijzigd in het venster 'Settings' (Instellingen), maar het wordt ten zeerste aanbevolen de standaardinstellingen te gebruiken. Als u de instellingen wijzigt, kan het stereoscopische 3D-effect sterker worden, wat kan leiden tot vermoeide ogen.
Het 3D-effect verschilt per persoon. Stop de weergave en controleer de instellingen van de apparatuur als u dubbele videobeelden ziet of het stereoscopische 3D-effect niet ziet wanneer u 3D-videobeelden kijkt. Als u het beeld nog steeds niet correct ziet, stopt u de weergave.
Kijk geen 3D-videobeelden of stop met kijken als u zich ziek voelt of een onaangenaam gevoel krijgt.
Ga recht voor het scherm zitten wanneer u 3D-videobeelden kijkt. Neem tussendoor regelmatig pauze.
Vanwege de mogelijke invloed op de ontwikkeling van het gezichtsvermogen moeten kijkers van 3D-videobeelden 6 jaar of ouder zijn.
Overweeg voordat u een kind toestaat om naar 3D-inhoud te kijken, of dit wel geschikt voor hem of haar is en of u de kijkduur moet beperken.
Deze software biedt geen kinderslot voor 3D-videoweergave. Gebruik de Windows-functies voor aanmelding met een wachtwoord als u zich zorgen maakt over het effect van 3D-weergave op het gezichtsvermogen van uw kinderen.
Deze software kan MPEG2-, MP4- en WTV-bestanden afspelen. Uw eigen 2D-video-inhoud die u hebt opgenomen met een videocamcorder en andere inhoud die u zelf hebt gemaakt kan worden afgespeeld in 2D of in 3D met behulp van real-time 2D-naar-3D­conversie. Voor de weergave van 3D-video-inhoud worden alleen de 3D-video-indelingen Side-by-Side en Interleave ondersteund.
Niet alle bestanden kunnen worden afgespeeld.

Draadloze communicatie

De functie voor draadloze communicatie van de computer ondersteunt sommige draadloze apparaten.
Alleen sommige modellen zijn voorzien van functies voor draadloos LAN en Bluetooth.
Gebruik de functies voor draadloos LAN (Wi-Fi) en Bluetooth niet in de buurt van een magnetron of in gebieden met radiostoring of magnetische velden. Storing van een magnetron of andere bron kan tot onderbreking van de Wi-Fi- of Bluetooth-functie leiden.
Gebruikershandleiding 4-20
Schakel alle draadloze functies uit in de buurt van personen bij wie mogelijk een pacemaker of een ander medisch elektrisch apparaat is geïmplanteerd. Radiogolven kunnen de werking van de pacemaker of het medische apparaat beïnvloeden met mogelijk ernstig letsel tot gevolg. Volg de instructies bij uw medische apparaat als u gebruikmaakt van een draadloze functie.
Schakel de draadloze functie altijd uit als de computer in de buurt komt van automatische besturingsapparatuur of -toestellen, zoals automatische deuren of brandmelders. Radiogolven kunnen storingen veroorzaken in dergelijke apparatuur met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Het is wellicht niet mogelijk om een netwerkverbinding met een opgegeven netwerknaam tot stand te brengen door middel van de ad­hoc netwerkfunctie. Als dit het geval is, moet het nieuwe netwerk(*) worden geconfigureerd voor alle computers die zijn aangesloten op hetzelfde netwerk om zo de netwerkverbindingen opnieuw tot stand te brengen. * Zorg dat u de nieuwe netwerknaam gebruikt.

Draadloos LAN

Het draadloze LAN is compatibel met andere LAN-systemen die zijn gebaseerd op de DSSS-/OFDM-radiotechnologie (Direct Sequence Spread Spectrum/Orthogonal Frequency Division Multiplexing) en die voldoen aan de IEEE 802.11-norm voor draadloos LAN.
Selectie van frequentiekanaal van 5 GHz voor IEEE 802.11a en/of IEEE802.11n
Selectie van frequentiekanaal van 2,4 GHz voor IEEE 802.11b/g en/of IEEE.802.11n
Zwerven (roaming) over meerdere kanalen Kaartenergiebeheer WEP-gegevenscodering (Wired Equivalent Privacy), gebaseerd op
128-bits coderingsalgoritme Wi-Fi Protected Access™ (WPA™)
De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van het draadloze LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van toegangspunten, clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie. De vermelde verzendsnelheid is de theoretische maximumsnelheid van de desbetreffende norm. De daadwerkelijke verzendsnelheid zal lager zijn dan de theoretische maximumsnelheid.
Instelling
1. Zorg dat de functie voor draadloze communicatie is ingeschakeld.
Gebruikershandleiding 4-21
2. Klik op Bureaublad -> Desktop Assist -> Configuratiescherm -> Netwerk en internet -> Netwerkcentrum.
3. Klik op Een nieuwe verbinding of een nieuw netwerk instellen.
4. Volg de stappen in de wizard. U hebt de naam van het draadloze netwerk en de beveiligingsinstellingen nodig. Raadpleeg de documentatie van de router of de beheerder van het draadloze netwerk voor de instellingen.
Veiligheid
TOSHIBA beveelt u met klem aan codering in te schakelen om te voorkomen dat anderen via een draadloze verbinding illegaal toegang tot uw computer krijgen. Als u dit advies niet opvolgt, stelt u zich bloot aan afluisterpraktijken en bestaat bovendien het gevaar dat opgeslagen gegevens door onbevoegden worden verwijderd of vernietigd.
TOSHIBA is niet verantwoordelijk voor verlies of beschadiging van gegevens als gevolg van afluisterpraktijken of onrechtmatige toegang via het draadloze LAN.
Kaartspecificaties
Model PCI Express Mini-kaart Compatibiliteit IEEE 802.11-norm voor draadloze LAN's
Wi-Fi (Wireless Fidelity), gecertificeerd door de Wi-Fi Alliance. Het logo 'Wi-Fi certified' is een keurmerk van de Wi-Fi Alliance.
Netwerkbesturings­systeem
Media Access Protocol
Microsoft Windows Networking
CSMA/CA (Collision Avoidance) met ACK (Acknowledgement)
Radiospecificaties
De radiospecificaties van draadloos LAN-modules kunnen variëren afhankelijk van:
land/regio waarin het product is aangeschaft type product
Draadloze communicatie is vaak gebonden aan plaatselijke voorschriften voor radiocommunicatie. Hoewel netwerkproducten voor draadloos LAN zijn ontworpen voor gebruik op de vrij toegankelijk band 2,4 GHz en 5 GHz, is het mogelijk dat onder plaatselijke radiovoorschriften beperkingen worden gesteld aan het gebruik van apparatuur voor draadloze communicatie.
Gebruikershandleiding 4-22
Radiofrequentie 5-GHz band (5150-5850 MHz) (revisie a en
n) 2,4-GHz band (2400-2483,5 MHz) (revisie b/
g en n)
Het bereik van het draadloze signaal is afhankelijk van de overdrachtssnelheid van de draadloze communicatie. Bij lagere overdrachtssnelheden kan over grotere afstanden worden gecommuniceerd.
Het bereik van uw draadloze apparaten kan worden aangetast wanneer de antennes in de buurt van metalen oppervlakken en materialen met een hoge dichtheid worden geplaatst.
Het bereik kan eveneens afnemen als gevolg van obstakels op het pad van het radiosignaal. Deze obstakels kunnen het radiosignaal namelijk absorberen of reflecteren.

Bluetooth-technologie

Sommige computers in deze serie beschikken over een Bluetooth-functie voor draadloze communicatie waardoor er geen snoeren meer nodig zijn tussen elektronische apparaten zoals computers, printers en mobiele telefoons. Als deze functie is ingeschakeld, biedt Bluetooth snel en eenvoudig een veilige en betrouwbare, draadloze netwerkomgeving.
U kunt de ingebouwde Bluetooth-functies van de computer en een externe Bluetooth-adapter niet tegelijk gebruiken. De kenmerken van Bluetooth­technologie zijn als volgt:
Wereldwijde toepasbaarheid
De Bluetooth-radiozender en -ontvanger werkt op de 2,4-GHz band. Deze band, waarvoor geen vergunning nodig is, is compatibel met radiosystemen in de meeste landen.
Radioverbindingen
U kunt eenvoudig verbindingen tot stand brengen tussen twee of meer apparaten, deze verbindingen worden gehandhaafd zelfs als de apparaten buiten het gezichtsveld van elkaar liggen.
Veiligheid
Twee geavanceerde beveiligingsmechanismen zorgen voor optimale beveiliging:
Verificatie voorkomt dat onbevoegden toegang tot kritieke gegevens krijgen en maakt het onmogelijk de oorsprong van een bericht te vervalsen.
Codering biedt bescherming tegen afluisteren en waarborgt de privacy van verbindingen.
Gebruikershandleiding 4-23
LAN
De computer heeft ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) of Gigabit Ethernet LAN (1000 megabits per seconde, 1000BASE-T).
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer koppelt aan en ontkoppelt van een LAN.
Installeer of verwijder geen geheugenmodule zolang Activering op LAN is ingeschakeld.

Typen LAN-kabels

De computer moet correct worden geconfigureerd voordat u verbinding met een LAN maakt. Als u zich bij een LAN aanmeldt terwijl de standaardinstellingen van de computer van kracht zijn, kunnen storingen in het LAN optreden. Vraag de LAN-beheerder naar de juiste configuratieprocedures.
De functie Activering op LAN werkt niet zonder de netadapter. Laat de netadapter aangesloten als u deze functie gebruikt.
De verbindingssnelheid (10/100/1000 megabits per seconde) verandert automatisch, afhankelijk van de netwerkomstandigheden (aangesloten apparaat, kabel of ruis en dergelijke).
Als u Gigabit Ethernet LAN (1000 megabits per seconde, 1000BASE-T) gebruikt, dient u de computer via een CAT5E-kabel of hoger aan te sluiten. U kunt geen CAT3- of CAT5-kabel gebruiken.
Als u Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) gebruikt, dient u de computer met een CAT5-kabel of hoger aan te sluiten. U kunt geen CAT3-kabel gebruiken.
Gebruikt u Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), dan kunt u de computer aansluiten met een CAT3-kabel of hoger.

De LAN-kabel aansluiten

Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel los te koppelen:
Sluit de netadapter aan alvorens de LAN-kabel aan te sluiten. Tijdens LAN-gebruik moet de netadapter aangesloten blijven. Als u de netadapter ontkoppelt terwijl de computer gegevens uitwisselt met een LAN, wordt de verbinding wellicht verbroken.
Sluit uitsluitend LAN-kabels aan op de LAN-poort. Doet u dat wel, dan kan dit schade of storingen veroorzaken.
Gebruikershandleiding 4-24
1
2

Accu

Sluit geen voedingsapparaat aan op de LAN-kabel die aan de LAN­poort is gekoppeld. Als u dit doet, kunnen schade of storingen optreden.
1. Schakel alle externe apparaten uit die op de computer zijn aangesloten.
2. Koppel één uiteinde van de kabel aan de LAN-poort. Duw voorzichtig tot de vergrendeling vast klikt.
Afbeelding 4-7 De LAN-kabel aansluiten
1. LAN-aansluiting 2. LAN-kabel
3. Koppel het andere uiteinde van de kabel aan een LAN-hubconnector of router. Raadpleeg de netwerkbeheerder en hardware- of softwareleverancier voordat u een netwerkverbinding gebruikt of configureert.
In dit gedeelte worden de accutypen, de omgang ermee, de oplaadmethoden en het gebruik ervan toegelicht.

Accutypen

De computer bevat verschillende soorten accu’s/batterijen.
Accu-eenheid
De verwisselbare lithium-ion accu-eenheid, in deze handleiding aangeduid als de hoofdaccu, is de voornaamste energiebron van de computer wanneer de netadapter niet is aangesloten. U kunt extra accu-eenheden kopen voor langdurig computergebruik zonder netstroom, maar u moet de accu-eenheid niet verwisselen als de adapter is aangesloten.
Alvorens de accu-eenheid te verwijderen dient u uw gegevens op te slaan en de computer af te sluiten of de computer in de sluimerstand te zetten. Let erop dat als u de computer in de sluimerstand zet, de geheugeninhoud op de vaste schijf zal worden opgeslagen, hoewel het uit veiligheidsoverwegingen verstandig is uw gegevens ook handmatig op te slaan.
Gebruikershandleiding 4-25
RTC-batterij (batterij voor de real-time klok)
De RTC-batterij (Real Time Clock) voorziet de interne real-time klok en kalender van stroom en handhaaft de systeemconfiguratie als de computer is uitgeschakeld. Als de RTC-batterij leeg is, raakt het systeem deze gegevens kwijt en werken de real-time klok en kalender niet meer.
U kunt de instellingen van de RTC wijzigingen in het hulpprogramma BIOS Setup. Raadpleeg Problemen oplossen voor meer informatie.

Onderhoud en gebruik van de accu

Dit gedeelte bevat belangrijke voorzorgsmaatregelen voor een correcte behandeling van de accu.
Raadpleeg de bijgesloten Instructiegids voor veiligheid en comfort voor gedetailleerde voorzorgsmaatregelen en bedieningsinstructies.
Zorg dat de accu-eenheid correct in de computer is geïnstalleerd voordat u probeert de eenheid op te laden. Onjuiste installatie kan resulteren in beschadiging van de accu of in rookontwikkeling of brand.
Houd de accu buiten het bereik van baby's en kinderen. De accu kan letsel veroorzaken.
De lithium-ionaccu kan ontploffen als deze batterij onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften. Gebruik alleen accu’s die door TOSHIBA zijn aanbevolen.
De RTC-batterij van de computer is een lithiumbatterij die uitsluitend mag worden vervangen door uw leverancier of een TOSHIBA­servicevertegenwoordiger. Indien de batterij onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften.
Laad de accu op bij een omgevingstemperatuur tussen 5°C en 35ºC. Als u de accu bij een hogere of lagere temperatuur oplaadt, kan elektrolytische vloeistof ontsnappen en kunnen de werking en de gebruiksduur van de accu achteruitgaan.
Installeer of verwijder de accu-eenheid nooit voordat de computer is uitgeschakeld en de netadapter is ontkoppeld. Verwijder de accu­eenheid nooit terwijl de slaapstand op de computer is geactiveerd. Doet u dit toch, dan kunnen gegevens verloren gaan.
Gebruikershandleiding 4-26
Verwijder de accu-eenheid nooit terwijl de functie Activering op LAN ingeschakeld is. Doet u dit toch, dan gaan gegevens verloren. Schakel de functie Activering op LAN uit alvorens de accu-eenheid te verwijderen.

De accu opladen

Als de accu bijna leeg is, gaat het DC IN-/acculampje oranje knipperen om aan te geven dat er nog slechts enkele minuten op accustroom kan worden gewerkt. Als u de computer blijft gebruiken terwijl het DC IN-/acculampje knippert, wordt de sluimerstand geactiveerd (zodat u geen gegevens verliest) en wordt de computer automatisch afgesloten.
U moet een accu opladen wanneer deze leeg raakt.
Procedures
Als u een accu-eenheid wilt opladen, steekt u het ene uiteinde van de netadapter in de gelijkstroomingang (DC IN 19V) en het andere uiteinde in een functionerend stopcontact. Het DC IN-/acculampje brandt oranje terwijl de accu wordt opgeladen.
Gebruik voor het opladen van de accu-eenheid alleen de computer (aangesloten op het stopcontact) of de optionele accu-oplader van TOSHIBA. Probeer nooit de accu met een andere lader op te laden.
Oplaadtijd
In de volgende tabel wordt aangegeven hoe lang het ongeveer duurt om een lege accu volledig op te laden.
Type accu Uitgeschakeld Ingeschakeld
Accu-eenheid (24 Wh, 3 cellen)
Accu-eenheid (48 Wh, 6 cellen)
Accu-eenheid (66 Wh, 6 cellen met
hoge capaciteit)
Let erop dat de oplaadtijd als de computer is ingeschakeld, wordt beïnvloed door de omgevingstemperatuur, de temperatuur van de computer en hoe u de computer gebruikt. Als u bijvoorbeeld intensief gebruik maakt van externe apparaten, wordt de accu tijdens gebruik wellicht nauwelijks opgeladen.
Gebruikershandleiding 4-27
max. 3 uur 3~5 uur
max. 3 uur 3~5 uur
max. 4 uur 4~5 uur
Opmerkingen over het opladen van de accu
In de volgende omstandigheden kan het gebeuren dat de accu niet direct wordt opgeladen:
De accu is te heet of te koud (als de accu erg heet is, wordt deze helemaal niet opgeladen). Om te zorgen dat de accu maximaal wordt opgeladen, dient u deze bij een kamertemperatuur tussen 5°C en 35°C op te laden.
De accu is praktisch leeg. Laat de netadapter in dat geval enkele minuten aangesloten; hierna begint het opladen.
Als u een accu in de volgende omstandigheden probeert op te laden, kan het gebeuren dat het DC IN-/acculampje een snelle daling in de gebruiksduur van de accu aangeeft:
De accu is lange tijd niet gebruikt. De accu is na verlies van zijn lading lange tijd in de computer gelaten.
Voer in dergelijke gevallen de volgende stappen uit:
1. Ontlaad de accu volledig door deze in de ingeschakelde computer te laten tot het systeem zichzelf automatisch uitschakelt.
2. Sluit de netadapter aan op de gelijkstroomingang (19 V) van de computer en op een werkend stopcontact.
3. Laad de accu op totdat het DC IN-/acculampje wit brandt.
Herhaal deze stappen twee of drie keer tot de accucapaciteit het normale niveau heeft bereikt.

Accucapaciteit controleren

De resterende accu-energie kan als volgt worden gecontroleerd:
Door te klikken op het accupictogram op de taakbalk Via de accustatus in het venster Windows Mobiliteitscentrum
Wacht ten minste zestien seconden na het inschakelen van de computer voordat u probeert de resterende gebruiksduur te controleren. Dit omdat de computer deze tijd nodig heeft om de resterende capaciteit van de accu te controleren en om de resterende bedrijfstijd uit te rekenen op basis van het huidige energieverbruik.
Let er wel op dat de werkelijke resterende gebruiksduur enigszins kan afwijken van de berekende tijd.
Bij herhaald ontladen en opladen zal de capaciteit van de accu geleidelijk afnemen. Een veelgebruikte oudere accu zal derhalve niet zo lang werken als een nieuwe accu, zelfs indien beide volledig opgeladen zijn.
Gebruikershandleiding 4-28

Bedrijfstijd van de accu maximaliseren

De bruikbaarheid van een accu is afhankelijk van de gebruiksduur die één acculading levert, terwijl de gebruiksduur van de lading in een accu afhangt van het volgende:
Processorsnelheid Helderheid van scherm Slaapstand Sluimerstand Tijd waarna het beeldscherm wordt uitgeschakeld Tijd waarna de vaste schijf wordt uitgeschakeld
Hoe vaak en hoe lang u de vaste schijf en externe stations, zoals het optische station, gebruikt.
Het oorspronkelijke ladingsniveau van de accu. De wijze waarop u gebruikmaakt van optionele apparaten (zoals een
USB-apparaat) die door de accu van stroom worden voorzien. Of de slaapstand is ingeschakeld, zodat accu-energie kan worden
bespaard als u de computer regelmatig in- en uitschakelt. De locatie waar u uw programma’s en gegevens opslaat. Of u het scherm sluit wanneer u het toetsenbord niet gebruikt. Het
scherm sluiten bespaart energie. De omgevingstemperatuur. De gebruiksduur neemt af bij lage
temperaturen. Of u de functie Slaapstand en laden inschakelt. De conditie van accuklemmen. Zorg ervoor dat deze altijd schoon zijn
door ze te reinigen met een schone droge doek voordat de accu­eenheid wordt geïnstalleerd.

Leeglooptijd van accu's

Wanneer u de computer uitschakelt terwijl de accu volledig is opgeladen, zal de accu binnen de onderstaande geschatte tijdsduur zijn leeggelopen.
Type accu Slaapstand Afsluitmodus
Accu-eenheid (24 Wh, 3 cellen)
Accu-eenheid (48 Wh, 6 cellen)
Accu-eenheid (66 Wh, 6 cellen met
hoge capaciteit)
Gebruikershandleiding 4-29
circa 1,9 dagen circa 2,9 maanden
circa 3,7 dagen circa 5,8 maanden
circa 5,1 dagen circa 8 maanden

Gebruiksduur van de accu verlengen

U kunt de gebruiksduur van de accu-eenheid als volgt verlengen:
Ontkoppel de computer ten minste eenmaal per maand van de voedingsbron en gebruik het systeem op accu-energie totdat de accu­eenheid helemaal leeg is. Voer eerst de volgende stappen uit:
1. Schakel de computer uit.
2. Koppel de netadapter los en schakel de computer in. Als de computer niet wordt ingeschakeld, gaat u naar stap 4.
3. Laat de computer vijf minuten aanstaan op de accu. Als de accu­eenheid minimaal vijf minuten gebruiksduur heeft, ga dan verder totdat de accu helemaal leeg is. Als echter het DC IN-/acculampje knippert of als er een ander signaal is dat de accu bijna leeg is, ga dan naar stap 4.
4. Sluit de netadapter aan op de gelijkstroomingang (19 V) van de computer en op een werkend stopcontact. Het DC IN/Accu-lampje moet oranje branden om aan te geven dat de accu-eenheid wordt opgeladen. Als het DC IN/Accu-lampje niet brandt, betekent dit dat er nog geen stroom wordt toegevoerd. Controleer de aansluitingen van de netadapter en het netsnoer.
5. Laad de accu op totdat het DC IN-/acculampje wit brandt.
Als u extra accu-eenheden hebt, gebruik deze dan afwisselend. Verwijder de accu-eenheid als u het systeem geruime tijd ,
bijvoorbeeld langer dan een maand, niet gebruikt. Bewaar reserve-accu’s op een koele, droge plek zonder direct
zonlicht.

De accu-eenheid vervangen

Vergeet niet dat de accu-eenheid een verbruiksartikel is. De gebruiksduur van de accu neemt geleidelijk af door herhaaldelijk laden
en ontladen, en deze zal moeten worden vervangen als de levensduur voorbij is. U kunt daarnaast een lege accu-eenheid ook vervangen door een reserve-accu als u de computer voor een langere tijd niet op het elektriciteitsnet kunt aansluiten.
In deze paragraaf wordt het verwijderen en installeren van de accu­eenheid behandeld. Eerst wordt het verwijderen besproken aan de hand van de volgende stappen.
Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de slaapstand staat. Gegevens worden in het RAM opgeslagen, dus als de stroomvoorziening naar de computer wordt afgebroken, gaan de gegevens mogelijk verloren.
Gebruikershandleiding 4-30
In de slaapstand gaan gegevens verloren als u de accu-eenheid
1
2
3
3
1
2
verwijdert of de netadapter ontkoppelt voordat het opslagproces is voltooid.
Raak de accu-ontgrendelingsschuif niet aan terwijl u de computer vasthoudt omdat de accu-eenheid er dan uit kan vallen doordat de accuhouder per ongeluk wordt ontgrendeld en letsel kan veroorzaken.
De accu-eenheid verwijderen
Voer de volgende stappen uit om een lege accu te verwijderen.
1. Sla uw werk op.
2. Klik op Energie in de charm Instellingen en klik vervolgens op Uitschakelen terwijl u de SHIFT-toets ingedrukt houdt. Let erop dat het aan/uit-lampje uit is.
3. Verwijder alle op de computer aangesloten kabels en randapparatuur.
4. Sluit het beeldscherm en leg de computer ondersteboven.
5. Schuif de accuvergrendeling naar de ontgrendelde stand (
).
6. Duw de accu-ontgrendelingsschuif opzij en houd deze vast, zodat de accu vrij komt. Til vervolgens de accu uit de computer.
Afbeelding 4-8 De accu-eenheid vrijgeven - 1
Afbeelding 4-9 De accu-eenheid vrijgeven - 2
1. Accuvergrendeling
2. Ontgrendelingsschuif accuhouder
3. Accu-eenheid
De accu installeren
Gebruikershandleiding 4-31
Voer de volgende stappen uit om een accu-eenheid te installeren:
Raak de accu-ontgrendelingsschuif niet aan terwijl u de computer vasthoudt omdat de accu-eenheid er dan uit kan vallen doordat de accuhouder per ongeluk wordt ontgrendeld en letsel kan veroorzaken.
1. Schuif de accu zo ver als het gaat in de computer.
2. Zorg dat de accu-eenheid correct is geplaatst en dat de accuvergrendeling in de vergrendelde stand staat.
3. Draai de computer om.

Aanvullende geheugenmodule

U kunt het geheugen van de computer uitbreiden om de hoeveelheid beschikbaar systeemgeheugen te vergroten. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een optionele geheugenmodule installeert en verwijdert.
Leg een doek onder de computer om te voorkomen dat het deksel wordt beschadigd wanneer u de geheugenmodules plaatst/vervangt. Gebruik geen doek van materiaal dat statische elektriciteit genereert of vasthoudt.
Raak geen andere interne computeronderdelen aan als u een geheugenmodule installeert of verwijdert.
Gebruik alleen geheugenmodules die zijn goedgekeurd door TOSHIBA.
U mag een geheugenmodule niet installeren of verwijderen in de volgende omstandigheden: a. De computer is ingeschakeld.
b. De computer is afgesloten in de slaapstand of de sluimerstand.
c. Activering op LAN is actief.
d. De functie voor draadloze communicatie is ingeschakeld.
e. De functie Slaapstand en laden is ingeschakeld.
Zorg dat u geen schroefjes of ander materiaal in de computer laat vallen. Dit kan storing of een elektrische schok veroorzaken.
Aanvullende geheugenmodules zijn elektronische precisiecomponenten die onherstelbaar kunnen worden beschadigd door statische elektriciteit. Aangezien het menselijk lichaam statische elektriciteit kan bevatten, is het belangrijk dat u zichzelf ontlaadt voordat u aanvullende geheugenmodules aanraakt of plaatst. Raak eenvoudig met blote handen een metalen voorwerp aan om de statische elektriciteit van uw lichaam te laten afvloeien.
Gebruikershandleiding 4-32
Gebruik een kruiskopschroevendraaier nummer 0 om de schroeven te
1
2
verwijderen en vast te draaien. Een verkeerde schroevendraaier kan de schroefkoppen beschadigen.

Een geheugenmodule installeren

Voer de volgende stappen uit om een geheugenmodule te installeren :
1. Klik op Energie in de charm Instellingen en klik vervolgens op Uitschakelen terwijl u de SHIFT-toets ingedrukt houdt. Let erop dat het aan/uit-lampje uit is.
2. Verwijder de netadapter en alle kabels en randapparaten die op de computer zijn aangesloten.
3. Sluit het beeldscherm.
4. Draai de computer ondersteboven en verwijder de accu-eenheid (raadpleeg zo nodig het gedeelte De accu-eenheid vervangen).
5. Draai de schroef los waarmee het afdekplaatje van de geheugenmodules is bevestigd. De schroef is aan het plaatje bevestigd om zoekraken te voorkomen.
6. Schuif uw nagel of een dun voorwerp onder het plaatje en til het op.
Afbeelding 4-10 Het afdekplaatje van de geheugenmodule verwijderen
1. Afdekplaatje geheugenmodule 2. Schroef
De vormgeving van het product verschilt per model.
Gebruikershandleiding 4-33
7. Breng het uitstekende gedeelte van de geheugenmodule op één lijn
3
2
1
met de geheugensleuf en plaats de voorzichtig in de sleuf onder een hoek van ongeveer 30 graden. Duw de module vervolgens omlaag tot deze aan weerszijden vastklikt.
Afbeelding 4-11 De geheugenmodule plaatsen
1. Inkeping 3. Sleuf A
2. Sleuf B
De vormgeving van het product verschilt per model.
Let erop dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes of paperclips in de computer terechtkomen. Vreemde metalen voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de computer beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Raak de connectoren op de geheugenmodule en op de computer niet aan. Vuil op de connectoren kan problemen met de toegang tot het geheugen veroorzaken.
Sleuf A is gereserveerd voor de eerste geheugenmodule. Gebruik sleuf B voor het uitbreidingsgeheugen. Als er slechts één module is geïnstalleerd, gebruikt u sleuf A.
Plaats de groeven aan de randen van de geheugenmodule tegenover de vergrendellipjes op de connector en sluit de module stevig aan op de connector. Als het u in eerste instantie niet lukt de geheugenmodule te installeren, duwt u de vergrendellipjes voorzichtig naar buiten met uw vinger.
Houd de module vast aan de linker- en rechterrand, de randen met de
Gebruikershandleiding 4-34
groeven.
8. Plaats het afdekplaatje van de geheugenmodule terug en bevestig het
1
2
met de schroef.
Zorg ervoor dat het afdekplaatje goed vastzit.
Afbeelding 4-12 Het afdekplaatje over de geheugenmodule plaatsen
1. Afdekplaatje geheugenmodule 2. Schroef
De vormgeving van het product verschilt per model.
9. Installeer de accu-eenheid. Raadpleeg zo nodig het gedeelte De accu-
eenheid vervangen.
10. Draai de computer om.
11. Zet de computer aan en controleer of het toegevoegde geheugen wordt herkend door te klikken op Bureaublad -> Desktop Assist -> Configuratiescherm -> Systeem en beveiliging -> Systeem.

Een geheugenmodule verwijderen

Voer de volgende stappen uit als u een geheugenmodule wilt verwijderen:
1. Klik op Energie in de charm Instellingen en klik vervolgens op Uitschakelen terwijl u de SHIFT-toets ingedrukt houdt. Let erop dat het aan/uit-lampje uit is.
2. Verwijder de netadapter en alle kabels en randapparaten die op de computer zijn aangesloten.
3. Sluit het beeldscherm.
4. Zet de computer ondersteboven en verwijder de accu-eenheid.
5. Draai de schroef los waarmee het afdekplaatje van de geheugenmodules is bevestigd. De schroef is aan het plaatje bevestigd om zoekraken te voorkomen.
6. Schuif uw nagel of een dun voorwerp onder het plaatje en til het op.
7. Druk de veertjes naar buiten om de module los te maken. Eén uiteinde van de module komt schuin omhoog.
Gebruikershandleiding 4-35
8. Pak de module bij de randen vast en verwijder hem uit de computer.
3
2
1
1
Bij langdurig computergebruik worden de geheugenmodules en de nabijgelegen schakelingen heet. Laat de geheugenmodules in dat geval afkoelen tot kamertemperatuur alvorens ze te hanteren. Als u de modules eerder aanraakt, kunt u zich branden.
Raak de connectoren op de geheugenmodule en op de computer niet aan. Vuil op de connectoren kan problemen met de toegang tot het geheugen veroorzaken.
Afbeelding 4-13 De geheugenmodule verwijderen
1. Klemmetjes
De vormgeving van het product verschilt per model.
9. Plaats het afdekplaatje van de geheugenmodule terug en bevestig het met de schroef.
Zorg ervoor dat het afdekplaatje goed vastzit.
10. Installeer de accu-eenheid.
11. Draai de computer om.

Randapparaten

Geheugenmedia

Deze computer is uitgerust met een geheugenmediasleuf waarin u verschillende soorten geheugenmedia met diverse capaciteiten kunt plaatsen, zodat u eenvoudig gegevens kunt overbrengen vanaf apparaten zoals digitale camera's en PDA's (Personal Digital Assistants).
Zorg dat er geen voorwerpen in de geheugenmediasleuf terechtkomen. Let erop dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes en paperclips in de geheugenmediasleuf terechtkomen. Vreemde metalen
Gebruikershandleiding 4-36
voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de computer beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Voor gebruik van een miniSD/microSD-kaart is een adapter vereist.
Houd er rekening mee dat niet alle geheugenmedia zijn getest op een correcte werking. Er kan derhalve niet worden gegarandeerd dat alle geheugenmedia probleemloos functioneren.
De sleuf ondersteunt geen Magic Gate-functies.
Afbeelding 4-14 Voorbeelden van geheugenmedia
Secure Digital (SD)­kaart
microSD­kaartadapter en
MultiMediaCard (MMC)
microSD-kaart
Geheugenmedia
Dit gedeelte bevat belangrijke voorzorgsmaatregelen voor een correcte behandeling van geheugenmedia.
Aandachtspunten met betrekking tot geheugenkaarten
SD/SDHC/SDXC-geheugenkaarten zijn compatibel met SDMI (Secure Digital Music Initiative), een technologie ter voorkoming van het illegaal kopiëren of afspelen van digitale muziek. U kunt beschermd materiaal dus niet op andere computers of apparaten afspelen of naar andere computers of apparaten kopiëren, en u mag auteursrechtelijk materiaal alleen verveelvoudigen voor privégebruik.
Hieronder vindt u een eenvoudige uitleg van de manier waarop u SD­geheugenkaarten kunt onderscheiden van SDHC- en SDXC­geheugenkaarten.
SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten zien er vrijwel hetzelfde uit. Het logo op geheugenkaarten verschilt echter, zodat u bij aanschaf goed op het logo moet letten.
Het logo van een SD-geheugenkaart is ( ).
Het logo van een SDHC-geheugenkaart is ( ).
Het logo van een SDXC-geheugenkaart is (TM).
Gebruikershandleiding 4-37
Loading...