TOSHIBA P500/P500D/X500Gebruikershandleiding voor de draagbare
personal computer
Eerste druk september 2009
Het auteursrecht voor muziek, films, computerprogramma's, databases en
ander auteursrechtelijk beschermd intellectueel eigendom berust bij de
maker of de copyrighthouder. Auteursrechtelijk beschermd materiaal kan
uitsluitend voor privé- of huiselijk gebruik worden verveelvoudigd. Andere
toepassingen dan hierboven zijn vermeld (met inbegrip van conversie naar
digitale indeling, verandering, overdracht van gekopieerd materiaal en
distributie via een netwerk) zonder toestemming van de copyrighthouder
vormen schendingen van het auteursrecht en kunnen strafrechtelijk of
middels een actie tot schadevergoeding worden vervolgd. Houd u aan de
auteurswetten wanneer u deze handleiding of delen ervan verveelvoudigt.
Houd er rekening mee dat u de auteursrechtelijk beschermde rechten van
de eigenaar kunt schenden als u de functies voor het schakelen tussen
beeldschermmodi (zoals breedbeeld of zoomen) van dit product gebruikt
om beelden/video vergroot weer te geven in een café of hotel met als
doel winst te maken of deze beelden aan het publiek aan te bieden.
Dit product gebruikt een technologie voor copyrightbeveiliging die wordt
beschermd door octrooien in de V.S. en andere intellectuele
eigendomsrechten. Gebruik van deze technologie is alleen toegestaan
met toestemming van Macrovision en is uitsluitend bedoeld voor privégebruik en weergave voor een beperkt publiek, tenzij Macrovision
toestemming heeft verleend voor andere gebruiksmogelijkheden.
Terugwerkend construeren of demonteren is verboden.
Afwijzing van aansprakelijkheid
Deze handleiding is zorgvuldig geverifieerd en nagekeken. De
aanwijzingen en beschrijvingen waren correct voor de TOSHIBA P500/
P500D/X500 draagbare personal computers op het tijdstip waarop deze
handleiding ter perse ging. Erop volgende computers en handleidingen
kunnen echter zonder kennisgeving worden gewijzigd. TOSHIBA
aanvaardt dientengevolge geen aansprakelijkheid voor schade die direct
of indirect voortvloeit uit fouten of omissies in de handleiding, of uit
discrepanties tussen computer en handleiding.
Gebruikershandleidingii
Handelsmerken
IBM is een gedeponeerd handelsmerk en IBM PC is een handelsmerk van
International Business Machines Corporation.
Windows en Microsoft zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
DirectX, ActiveDesktop, DirectShow en Windows Media zijn gedeponeerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
Intel, Intel Core, Celeron, Centrino en Pentium zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation.
AMD, het AMD-pijllogo, AMD Athlon, AMD Turion, AMD Sempron, ATI
Radeon, ATI Mobility Radeon en combinaties hiervan zijn handelsmerken
van Advanced Micro Devices, Inc.
Adobe en Photoshop zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken
van Adobe Systems Incorporated.
Bluetooth™ is een gedeponeerd handelsmerk in eigendom van de
eigenaar en wordt door TOSHIBA onder licentie gebruikt.
ConfigFree is een handelsmerk van TOSHIBA Corporation.
WinDVD is een handelsmerk van Corel Corporation.
DVD MovieFactory is een geregistreerd handelsmerk van Corel
Corporation.
ExpressCard is een handelsmerk van PCMCIA.
HDMI, het HDMI-logo en High-Definition Multimedia Interface zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing
LLC.
Blu-ray Disc is een handelsmerk van Sony Corporation.
Memory Stick, Memory Stick PRO en i.LINK zijn geregistreerde
handelsmerken van Sony Corporation.
MultiMediaCard en MMC zijn handelsmerken van MultiMediaCard
Association.
Photo CD is een handelsmerk van Eastman Kodak.
Secure Digital en SD zijn handelsmerken van SD Card Association.
xD-Picture Card is een handelsmerk van Fuji Photo Film, Co., Ltd.
WiMAX, WiMAX Forum, WiMAX Certified, WiMAX Forum Certified, het
WiMAX Forum-logo en het WiMAX Forum Certified-logo zijn
handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van het WiMAX-forum.
Wi-Fi is een gedeponeerd handelsmerk van de Wi-Fi Alliance.
In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken
en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn genoemd.
TOSHIBA P500/P500D/X500
Gebruikershandleidingiii
EU-verklaring van overeenstemming
Dit product en (indien van toepassing) de meegeleverde accessoires zijn
voorzien van het CE-keurmerk en voldoen daarom aan de toepasselijke,
geharmoniseerde Europese normen die worden vermeld in de
Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG, de EMC-richtlijn 2004/108/EG en/of de
R&TTE-richtlijn 1999/5/EG.
De verantwoording
voor de toewijzing
van CE-keurmerken
ligt bij:
U vindt de volledige officiële CE-verklaring van de EU op de volgende
internetpagina: http://epps.toshiba-teg.com.
“TOSHIBA EUROPE GMBH, Hammfelddamm 8,
41460 Neuss, Duitsland.
Minato-ku, Tokio, 105-8001, Japan.
Overeenstemming met CE-richtlijnen
Dit product is voorzien van het CE-keurmerk in overeenstemming met de
relevante Europese richtlijnen, met name de richtlijn voor
elektromagnetische compatibiliteit 2004/108/EC voor de notebooks en
elektronische accessoires, zoals de meegeleverde netadapter, de richtlijn
voor radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur 1999/5/EC in
het geval van geïmplementeerde accessoires voor telecommunicatie en de
laagspanningsrichtlijn 2006/95/EC voor de meegeleverde netadapter.
Dit product en de oorspronkelijke opties zijn ontworpen conform de
relevante EMC- (Elektromagnetische compatibiliteit) en veiligheidsnormen.
TOSHIBA garandeert echter niet dat dit product nog steeds aan deze
EMC-normen voldoet indien kabels of opties van andere leveranciers zijn
aangesloten of geïmplementeerd. In dat geval moeten de personen die
deze opties/kabels hebben geïmplementeerd/aangesloten, ervoor zorgen
dat het systeem (pc plus opties/kabels) nog steeds aan de vereiste normen
voldoet. Ter voorkoming van EMC-problemen moeten in het algemeen de
volgende richtlijnen in acht worden genomen:
■ Alleen opties met het CE-keurmerk mogen worden aangesloten/
geïmplementeerd.
■ Alleen hoogwaardige afgeschermde kabels mogen worden
aangesloten.
TOSHIBA P500/P500D/X500
Werkomgeving
Dit product is ontworpen conform de EMC-voorschriften
(elektromagnetische compatibiliteit) voor zogenoemde "commerciële, lichtindustriële en woonomgevingen".
TOSHIBA keurt het gebruik van dit product in andere werkomgevingen dan
de hiervoor genoemde "commerciële, licht-industriële en
woonomgevingen" af.
De volgende omgevingen zijn bijvoorbeeld niet veroorloofd:
Gebruikershandleidingiv
TOSHIBA P500/P500D/X500
■ industriële omgevingen (bijvoorbeeld omgevingen waar krachtstroom
van 380 V (drie fasen) wordt gebruikt)
■ omgevingen met medische apparatuur
■ auto’s
■ vliegtuigen
Gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde
werkomgevingen vallen niet onder de verantwoordelijkheid van TOSHIBA.
Mogelijke gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde
werkomgevingen zijn onder andere:
■ storing van de werking van andere apparaten of machines in de
nabijheid;
■ storing van de werking van dit product, mogelijk resulterend in
gegevensverlies, als gevolg van storingen die worden gegenereerd
door andere apparaten of machines in de nabijheid.
TOSHIBA beveelt gebruikers dan ook met klem aan de elektromagnetische
compatibiliteit van dit product vóór gebruik naar behoren te testen in alle
niet-geoorloofde omgevingen. In het geval van auto’s of vliegtuigen mag dit
product uitsluitend worden gebruikt nadat de fabrikant of
luchtvaartmaatschappij hiervoor toestemming heeft verleend.
Verder is het in verband met algemene veiligheidsoverwegingen verboden
dit product te gebruiken in omgevingen met ontploffingsgevaar.
Belangrijke veiligheidsinformatie voor computers met een
tv-tuner
IEC60950-1/EN60950-1 IT-apparatuur - Veiligheid - Coaxkabelaansluitingen
op deze computer mogen alleen worden gebruikt als de buitenste
geleidende afscherming van de kabel is geaard door de kabelinstallateur in
het gebouw, zo dicht mogelijk bij het ingangspunt of de aansluiting van de
kabel als praktisch is en als de aansluiting voldoet aan alle plaatselijke
vereisten voor kabelinstallatie die van toepassing zijn in uw regio.
Gebruikershandleidingv
TOSHIBA P500/P500D/X500
De volgende informatie is alleen bestemd voor lidstaten
van de EU:
Afvalverwerking van producten
Het symbool van een doorgekruiste prullenbak geeft aan dat producten
afzonderlijk moeten worden ingezameld en gescheiden van huishoudelijk
afval moeten worden verwerkt. Interne batterijen en accu's kunnen met het
product worden weggegooid. Ze worden gescheiden door het
recyclingcentrum.
De zwarte balk geeft aan dat het product op de markt is gebracht na
13 augustus 2005.
Door producten en batterijen gescheiden in te zamelen, draagt u bij aan
de juiste afvalverwerking van producten en batterijen en helpt u mogelijk
schadelijke gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid
voorkomen.
Zie voor meer informatie over de inzameling en het hergebruik van afval
in uw land onze website (http://eu.computers.toshiba-europe.com) of neem
contact op met uw gemeente of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Afvalverwerking van batterijen en/of accu's
Het symbool van een doorgekruiste prullenbak geeft aan dat batterijen en/
of accu's afzonderlijk moeten worden ingezameld en gescheiden van
huishoudelijk afval moeten worden verwerkt.
3E+J&G
Als de batterij of accu meer lood (Pb), kwik (Hg) en/of cadmium (Cd) bevat
dan de waarden die zijn gedefinieerd in de richtlijn inzake batterijen en
accu's (2006/66/EC), worden de chemische symbolen voor lood (Pb), kwik
(Hg) en/of cadmium (Cd) weergegeven onder het symbool van de
doorgekruiste prullenbak.
Door producten en batterijen afzonderlijk in te leveren, helpt u producten
en batterijen op de juiste wijze weg te gooien. Ook draagt u eraan bij de
negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid te
voorkomen.
Zie voor meer informatie over de inzameling en het hergebruik van afval in
uw land onze website (http://eu.computers.toshiba-europe.com) of neem
contact op met uw gemeente of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Afhankelijk van het land of de regio waar u dit product hebt aangeschaft, is
dit symbool mogelijk niet aanwezig.
Gebruikershandleidingvi
TOSHIBA P500/P500D/X500
Afvalverwijdering van de computer en de computeraccu's
■ Verwijder deze computer overeenkomstig de toepasselijke wetten en
voorschriften. Raadpleeg uw lokale overheid voor nadere informatie.
■ Deze computer is uitgerust met een oplaadbare accu. Na herhaaldelijk
gebruik zal de accu uiteindelijk niet meer kunnen worden opgeladen
en moet deze worden vervangen. Volgens de geldende wetten en
voorschriften is het mogelijk niet toegestaan om oude accu's weg te
gooien met het huisvuil.
■ Denk om het milieu. Raadpleeg de lokale overheden voor nadere
details met betrekking tot de recycling van oude accu's of het op de
juiste wijze weggooien hiervan. Dit product bevat kwik. Om
milieuredenen kunnen er regels gelden voor de verwijdering van dit
materiaal. Raadpleeg uw lokale overheid voor nadere informatie
over verwijdering, hergebruik of recycling.
ENERGY STAR® Program
Uw computermodel voldoet mogelijk aan de EnergyStar®-richtlijnen.
Als het aangeschafte model hieraan voldoet, is de computer voorzien
van het ENERGY STAR-logo en is de volgende informatie van toepassing.
TOSHIBA neemt deel aan het Energy Star-programma van de
Environmental Protection Agency (EPA). Deze computer voldoet aan de
nieuwste Energy Star-richtlijnen voor energiebesparing. Uw computer
wordt geleverd met de energiebeheeropties vooraf geconfigureerd
waardoor de computer de meest stabiele gebruiksomgeving en optimale
systeemprestaties biedt in zowel de netvoedingsmodus als de accumodus.
Om energie te besparen, wordt uw computer in de energiebesparende
slaapstand gezet die het systeem en het beeldscherm uitschakelt als er
gedurende 15 minuten in de netvoedingsmodus geen activiteiten hebben
plaatsgevonden. TOSHIBA raadt aan deze en andere energiebesparende
instellingen ingeschakeld te laten, zodat de computer zo zuinig mogelijk
werkt. U kunt de slaapstand uitschakelen door op de aan/uit-knop te drukken.
Volgens de EPA gebruikt een computer die aan de nieuwe ENERGY
STAR-specificaties voldoet tussen 20% en 50% minder energie, afhankelijk
van het gebruik. Als alle huishoudens en bedrijven in de Verenigde Staten
oude computers zouden vervangen door ENERGY STAR-gekwalificeerde
exemplaren, zouden we de komende vijf jaar meer dan $ 1,8 miljard aan
energiekosten besparen en de broeikasgasuitstoot gelijk aan meer dan
2,7 miljoen auto's voorkomen. Als iedere computer die volgend jaar door
een bedrijf wordt gekocht, zou voldoen aan de ENERGY STAR-vereisten,
dan zou het bedrijfsleven meer dan $ 210 miljard besparen over de
levensduur van deze exemplaren. Dat is equivalent aan het verlichten
van ongeveer 13 miljoen vierkante meter kantoorruimte in de VS per jaar.
Ga naar http://www.energystar.gov of
http://www.energystar.gov/powermanagement voor meer informatie over
het ENERGY STAR-programma.
Gebruikershandleidingvii
TOSHIBA P500/P500D/X500
REACH - verklaring van overeenstemming
De nieuwe verordening van de Europese Unie (EU) met betrekking tot
chemische stoffen, REACH (Registration, Evaluation, Authorization and
Restriction of Chemicals ofwel registratie, beoordeling, autorisatie en
beperkingen van chemische stoffen), is vanaf 1 juni 2007 van kracht.
Toshiba voldoet aan alle REACH-vereisten en verplicht zich klanten
informatie te geven over de chemische stoffen in onze producten in
overeenstemming met de REACH-verordening.
Raadpleeg de volgende website
http://www.toshiba-europe.com/computers/info/reach voor informatie over
de aanwezigheid in onze producten van stoffen die op de kandidatenlijst
staan volgens artikel 59(1) van verordening (EG) Nr. 1907/2006 („REACH“)
in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g).
De volgende informatie is alleen bedoeld voor Turkije:
■ Overeenstemming met EEE-richtlijnen: Toshiba voldoet aan alle
vereisten van de Turkse richtlijn 26891 “Beperking op het gebruik
van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische
apparatuur”.
■ Het aantal mogelijk uitvallende pixels van uw beeldscherm is
gedefinieerd volgens de norm ISO 13406-2. Als er minder pixels
uitvallen dan volgens deze norm is toegestaan, wordt dit niet gezien
als defect of storing.
■ Een accu is een verbruiksproduct, omdat de levensduur van de accu
afhankelijk is van het gebruik van uw computer. Als de accu helemaal
niet kan worden opgeladen, is er sprake van een defect of storing. De
veranderingen in de gebruikstijd van de accu zijn geen defect of storing.
GOST
Gebruikershandleidingviii
TOSHIBA P500/P500D/X500
Veiligheidsinstructies voor optisch schijfstation
Vergeet niet de internationale voorzorgsmaatregelen aan het einde van
deze paragraaf te lezen.
Panasonic
BD-R/RE UJ240
■ Het BD-R/RE-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het oog op
een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd
in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig
kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u
contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures anders dan
wordt vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan de
laserstraal wordt voorkomen.
Gebruikershandleidingix
Hitachi-LG Data Storage
DVD Super Multi GT20N/GT20F
■ Het DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het
oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd
in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig
kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u
contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures anders dan
wordt vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan de
laserstraal wordt voorkomen.
TOSHIBA P500/P500D/X500
Gebruikershandleidingx
TOSHIBA P500/P500D/X500
TOSHIBA SAMSUNG OPSLAGTECHNOLOGIE
DVD Super Multi TS-L633C/TS-L633Y
■ Dit DVD-RW-station maakt gebruik van een lasersysteem. Om ervoor
te zorgen dat dit product correct wordt gebruikt, dient u deze
handleiding zorgvuldig door te lezen en te bewaren, zodat u deze later
nog eens kunt raadplegen. Als het apparaat ooit moet worden
gerepareerd, dient u contact op te nemen met een Authorized Toshiba
Service Center - zie de serviceprocedure.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing. Dit om directe blootstelling aan de laserstraal
te voorkomen.
Gebruikershandleidingxi
Panasonic
DVD Super Multi UJ890AD/UJ890ED
■ Het DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het
oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd
in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig
kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u
contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures anders dan
wordt vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan de
laserstraal wordt voorkomen.
TOSHIBA P500/P500D/X500
Gebruikershandleidingxii
Internationale voorzorgsmaatregelen
LET OP: De apparatuur bevat een
lasersysteem, dat is geclassificeerd als
een KLASSE 1 LASERPRODUCT. Om te
zorgen dat u dit product correct gebruikt,
dient u de gebruiksaanwijzingen
zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de
hand te houden. Als u problemen met dit
model mocht ondervinden, moet u contact
opnemen met de dichtstbijzijnde erkende
servicedienst. Probeer niet de kast te
openen. Doet u dit wel, dan loopt u het
risico van directe blootstelling aan de
laserstraal.
VORSICHT: Dieses Gerät enthält ein
Laser-System und ist als
"LASERSCHUTZKLASSE 1 PRODUKT"
klassifiziert. Für den richtigen Gebrauch
dieses Modells lesen Sie bitte die
Bedienungsanleitung sorgfältig durch und
bewahren diese bitte als Referenz auf.
Falls Probleme mit diesem Modell
auftreten, benachrichtigen Sie bitte die
nächste "autorisierte Service-Vertretung".
Um einen direkten Kontakt mit dem
Laserstrahl zu vermeiden darf das Gerät
nicht geöffnet werden.
ADVARSEL: Denne mærking er anbragt
udvendigt på apparatet og indikerer, at
apparatet arbejder med laserstråler af
klasse 1, hviket betyder, at der anvendes
laserstrlier af svageste klasse, og at man
ikke på apparatets yderside kan bilve
udsat for utilladellg kraftig stråling.
APPARATET BOR KUN ÅBNES AF
FAGFOLK MED SÆRLIGT KENDSKAB
TIL APPARATER MED
LASERSTRÅLER!
Indvendigt i apparatet er anbragt den her
gengivne advarselsmækning, som
advarer imod at foretage sådanne indgreb
i apparatet, at man kan komme til at
udsatte sig for laserstråling.
TOSHIBA P500/P500D/X500
Gebruikershandleidingxiii
TOSHIBA P500/P500D/X500
OBS! Apparaten innehåller
laserkomponent som avger laserstråining
överstigande gränsen för laserklass 1.
VAROITUS. Suojakoteloa si saa avata.
Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää
näkymätöntä silmilie vaarallista
lasersäteilyä.
LET OP: HET GEBRUIK VAN
REGELAARS, INSTELLINGEN OF
PROCEDURES DIE NIET IN DE
GEBRUIKERSHANDLEIDING ZIJN
VERMELD, KAN RESULTEREN IN
BLOOTSTELLING AAN GEVAARLIJKE
STRALING.
VORSICHT: DIE VERWENDUNG VON
ANDEREN STEUERUNGEN ODER
EINSTELLUNGEN ODER DAS
DURCHFÜHREN VON ANDEREN
VORGÄNGEN ALS IN DER
BEDIENUNGSANLEITUNG
BESCHRIEBEN KÖNNEN
GEFÄHRLICHE
STRAHLENEXPOSITIONEN ZUR
FOLGE HABEN.
Appendix D Het netsnoer en de voedingsaansluitingen
Appendix E Vrijwaringsverklaringen
Appendix F TOSHIBA PC Health Monitor
Appendix G Als uw computer wordt gestolen
Woordenlijst
Index
Gebruikershandleidingxvii
Voorwoord
Gefeliciteerd met uw nieuwe computer uit de TOSHIBA P500/P500D/X500.
Deze krachtige, hoogpresterende notebook staat garant voor jarenlang
betrouwbaar computergebruik en biedt uitstekende
uitbreidingsmogelijkheden, bijvoorbeeld voor multimedia-apparaten.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw computer (TOSHIBA P500/
P500D/X500) gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat. Verder
wordt gedetailleerde informatie gegeven over het configureren van de
computer, elementaire bewerkingen en onderhoud, het gebruik van
optionele apparaten en probleemoplossing.
Als u nog nooit een computer hebt gebruikt of nog nooit met een draagbare
computer hebt gewerkt, lees dan eerst de hoofdstukken Inleiding en
Rondleiding om uzelf vertrouwd te maken met de voorzieningen,
onderdelen en accessoires van de computer. Lees vervolgens Aan de slag
voor stapsgewijze instructies voor het gebruiksklaar maken van de
computer.
Als u een ervaren computergebruiker bent, dient u dit voorwoord te lezen
om inzicht te krijgen in de indeling van deze handleiding. Blader daarna
de handleiding door om ermee vertrouwd te raken. Besteed met name
aandacht aan de paragraaf Specificaties in de Inleiding om kennis te
maken met de voorzieningen die bijzonder of uniek zijn voor de computers.
Als u externe apparaten zoals een monitor gaat aansluiten, dient u
hoofdstuk 8, Optionele apparaten, te lezen.
TOSHIBA P500/P500D/X500
Inhoud van handleiding
Deze handleiding bestaat uit de volgende negen hoofdstukken, zeven
bijlagen, een woordenlijst en een index.
In hoofdstuk 1, Inleiding, biedt een overzicht van de voorzieningen,
mogelijkheden en opties van de computer.
In hoofdstuk 2, Rondleiding, worden de onderdelen van de computer
geïdentificeerd en kort toegelicht.
In hoofdstuk 3, Aan de slag, wordt beknopt uitgelegd hoe u met de
computer aan de slag kunt gaan en worden tips gegeven over veiligheid en
het inrichten van uw werkplek.
Gebruikershandleidingxviii
In hoofdstuk 4, Basisbeginselen, staan instructies voor het gebruik van de
volgende apparaten: touchpad, sensor voor vingerafdrukken, webcam,
optische stations, draadloze communicatie en LAN. U krijgt ook tips voor
het onderhoud van de computer en het omgaan met CD's/DVD’s.
In hoofdstuk 5, Het toetsenbord, worden speciale toetsenbordfuncties,
waaronder sneltoetsen, beschreven.
In hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, vindt u informatie over
de voedingsbronnen en energiebesparingsmodi van de computer.
In hoofdstuk 7, HW Setup, wordt uitgelegd hoe u de computer configureert
met het programma HW Setup.
In hoofdstuk 8, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware
beschikbaar is.
In hoofdstuk 9, Problemen oplossen, verschaft nuttige informatie over het
uitvoeren van diagnostische tests en suggesties voor de beste handelwijze
als de computer niet correct lijkt te werken.
De Bijlagen verschaffen technische informatie over de computer.
De Woordenlijst bevat definities van algemene computertermen en
acroniemen die in de tekst worden gebruikt.
Met behulp van de Index kunt u snel informatie in deze handleiding
opzoeken.
Conventies
In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor
het beschrijven, identificeren en markeren van termen en
bedieningsprocedures.
TOSHIBA P500/P500D/X500
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, of indien dat nodig is
voor de duidelijkheid, wordt deze gevolgd door een verklaring tussen
haakjes. Bijvoorbeeld: ROM (Read Only Memory). Acroniemen worden
tevens gedefinieerd in de Woordenlijst.
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de
computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen
ter aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een
aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te
zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. Enter duidt bijvoorbeeld
de Enter-toets aan.
Gebruikershandleidingxix
TOSHIBA P500/P500D/X500
Gebruik van toetsen
Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen
indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een plusteken
(+) tussen de toetsopschriften. Zo betekent Ctrl + C dat u op C moet
drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen worden gebruikt,
houdt u de eerste twee ingedrukt en drukt u tegelijkertijd op de derde.
ABCWanneer u in een procedure een handeling moet
uitvoeren (bijvoorbeeld een pictogram aanklikken
of tekst invoeren), wordt de pictogramnaam of de
te typen tekst in het links weergegeven lettertype
gedrukt.
Beeldscherm
ABC
De namen van vensters en pictogrammen, en
door de computer gegenereerde tekst die op het
beeldscherm verschijnt, worden in het links
weergegeven lettertype gedrukt.
Mededelingen
Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken
op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals
hieronder wordt geïllustreerd.
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect
gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in
gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de
apparatuur optimaal te gebruiken.
Duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de
instructies kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Terminologie
Deze term wordt in dit document als volgt gedefinieerd:
StartHet woord “Start” verwijst naar de knop in
Microsoft
®
Windows.
Gebruikershandleidingxx
TOSHIBA P500/P500D/X500
Algemene voorzorgsmaatregelen
TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal
gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap
voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen
nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer
verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen
die in de handleiding worden gegeven.
Zorg voor afdoende ventilatie
Zorg er altijd voor dat er afdoende ventilatie beschikbaar is voor de
computer en de netadapter en dat deze apparaten zijn beschermd tegen
oververhitting als de stroom wordt ingeschakeld of als een netadapter
wordt aangesloten op een stopcontact (zelfs als de computer in de
slaapstand staat). Let hierbij op het volgende:
■ Dek de computer of netadapter nooit met een voorwerp af.
■ Plaats de computer of netadapter nooit in de buurt van een hittebron,
zoals een elektrische deken of een verwarmingstoestel.
■ Bedek of blokkeer de luchtopeningen niet, met inbegrip van de
openingen op de onderzijde van de computer.
■ Plaats de computer voor gebruik altijd op een harde, vlakke
ondergrond. Als u de computer gebruikt op een tapijt of een ander
zacht materiaal, kunnen de ventilatieopeningen worden geblokkeerd.
■ Zorg altijd voor voldoende ruimte rondom de computer.
■ Oververhitting van de computer of de netadapter kan resulteren in
systeemstoringen, schade aan computer of netadapter of brand,
met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Gebruikershandleidingxxii
TOSHIBA P500/P500D/X500
Een gebruiksvriendelijke omgeving inrichten
Plaats de computer op een egaal oppervlak dat groot genoeg is voor
de computer en eventuele andere apparaten die u nodig hebt, zoals een
printer.
Laat voldoende ruimte vrij rondom de computer en andere apparatuur voor
een adequate ventilatie. De apparaten kunnen anders oververhit raken.
Houd uw computer in optimale werkconditie door de werkplek niet bloot te
stellen aan:
■ stof, vocht en direct zonlicht;
■ apparatuur met sterke magnetische velden, zoals luidsprekers (andere
dan die op de computer zijn aangesloten) of een hoofdtelefoon;
■ plotselinge veranderingen in temperatuur of vochtigheid, en
warmtebronnen zoals radiatoren en airconditioningroosters;
■ Vermijd extreme hitte, koude of vochtigheid.
■ vloeistoffen en bijtende chemicaliën;
Blessures door overbelasting
Lees de instructiehandleiding met betrekking tot veiligheid en
gebruikomstandigheden. Hierin wordt toegelicht hoe u hand- en
polsblessures als gevolg van langdurig toetsenbordgebruik kunt
voorkomen.
Letsel door verhitting van computeroppervlakken
■ Vermijd langdurig lichamelijk contact met de computer. Indien de
computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak
zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan
langdurig lichamelijk contact - bijvoorbeeld wanneer u de computer op
uw schoot of uw handen op de polssteun laat rusten - resulteren in rode
plekken op de huid.
■ De metalen plaat die de interfacepoorten ondersteunt, kan heet
worden. Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na
langdurig computergebruik.
■ Het oppervlak van de netadapter kan bij gebruik heet worden, maar dit
is normaal. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u deze los en
laat u deze eerst afkoelen.
■ Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is, deze kan
namelijk schade veroorzaken.
Schade door druk of stoten
Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde
stoten, hierdoor kunnen onderdelen van de computer worden beschadigd
of storingen optreden.
Gebruikershandleidingxxiii
TOSHIBA P500/P500D/X500
Mobiele telefoons
Let erop dat het gebruik van mobiele telefoons kan leiden tot storingen in
het audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet wordt
beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken een
afstand van minimaal 30 cm in acht te nemen tussen de computer en de
mobiele telefoon.
Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort
Alle belangrijke informatie voor veilig en juist gebruik van deze computer
wordt beschreven in de bijgesloten Instructiegids voor veiligheid en
comfort. Lees deze gids voordat u de computer gebruikt.
Gebruikershandleidingxxiv
Inleiding
Dit hoofdstuk bevat een controlelijst van de apparatuur en beschrijft de
voorzieningen, opties en accessoires van de computer.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht,
functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt
dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.
Controlelijst van apparatuur
Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het
verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik.
Hardware
Controleer of u de volgende items hebt:
■ TOSHIBA P500/P500D/X500 Draagbare personal computer
■ Universele netadapter en netsnoer
■ Afstandsbediening van normaal formaat of slanke afstandsbediening
(aanwezig op sommige modellen)
■ Twee AA-mangaanbatterijen (voor afstandsbediening van normaal
formaat, aanwezig op sommige modellen)
■ CR2016-batterij (voor slanke afstandsbediening, aanwezig op sommige
modellen)
Inleiding
Hoofdstuk 1
Software
De volgende software is vooraf geïnstalleerd:
■ Windows
■ TOSHIBA Value Added Package
■ TOSHIBA Hardware Setup
■ TOSHIBA Supervisorwachtwoord
■ TOSHIBA Assist
■ TOSHIBA ConfigFree
■ TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging
Gebruikershandleiding1-1
®
7
Inleiding
■ TOSHIBA DVD-speler
■ TOSHIBA-hulpprogramma voor vingerafdrukken (alleen voor
modellen met vingerafdruksensor)
■ TOSHIBA-hulpprogramma's voor SD-geheugenkaarten*
■ TOSHIBA Disc Creator
■ TOSHIBA Recovery Media Creator
■ TOSHIBA-gezichtsherkenning
■ WinDVD BD voor TOSHIBA (aanwezig op sommige modellen)
■ Corel DVD MovieFactory
modellen)
■ TOSHIBA PC Health Monitor
■ TOSHIBA-hulpprogramma USB-slaapstand en laden
■ TOSHIBA-webcamtoepassing
■ TOSHIBA Bulletin Board
■ TOSHIBA ReelTime
■ TOSHIBA Service Station
■ TOSHIBA-ecohulpprogramma
■ Online handleiding
*Aanwezig op sommige modellen
®
voor TOSHIBA (aanwezig op sommige
Documentatie
■ P500/P500D/X500 Gebruikershandleiding
■ P500/P500D/X500 Aan de slag
■ Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort (onderdeel van de
gebruikershandleiding)
■ Garantie-informatie
Neem onmiddellijk contact op met uw leverancier als een of meer items
ontbreken of beschadigd zijn.
Voorzieningen
Processor
Ingebouwd Het type processor hangt af van het model.
Als u wilt controleren welk type processor uw
model bevat, opent u het TOSHIBA PCdiagnoseprogramma door te klikken op
Raadpleeg bijlage E, Vrijwaringsverklaringen, voor meer informatie over
de CPU.
Geheugen
SleuvenIn de twee sleuven kunnen geheugenmodules
van 1024 MB, 2048 MB of 4096 MB worden
geïnstalleerd voor een systeemgeheugen van
maximaal 8 GB.
De grootte en snelheid van het
systeemgeheugen zijn afhankelijk van het
aangeschafte model.
Vrijwaringsverklaring (hoofdgeheugen)
Raadpleeg bijlage E, Vrijwarkingsverklaringen voor meer informatie over
het geheugen (hoofdsysteem).
Video RAMAfhankelijk van het aangeschafte model.
Model met Mobile Intel
Mobile Intel
®
HM57 Express-chipset:
Video-RAM wordt gedeeld met hoofdgeheugen,
waarbij de verdeling afhangt van de Dynamic
Video Memory Technology.
Model met Mobile Intel
chipset in grafische chip van GeForce GTS
250M: extern 1 GB.
Model met Mobile Intel
chipset in grafische chip van GeForce G 210M:
extern 512 MB.
Model met Mobile Intel
chipset in grafische chip van GeForce GT 230M:
extern 1 GB.
Model met AMD RS880MC-chipset/AMD
RS880M-chipset:
Video-RAM wordt gedeeld met hoofdgeheugen,
waarbij de verdeling afhangt van ATI
HyperMemory™.
Model met AMD RS880M/RX881-chipset
in grafische chip van ATI Mobility Radeon™
HD 4570:
extern 512 MB.
Model met AMD RS880M/RX881-chipset
in grafische chip van ATI Mobility Radeon™
HD 4650:
extern 1 G.
®
HM55 Express-chipset/
®
PM55/PM57 Express-
®
PM45/GM45 Express-
®
PM45/GM45 Express-
Gebruikershandleiding1-3
Inleiding
Voeding
Accu-eenheid De computer wordt van stroom voorzien door
een oplaadbare lithium-ion accu-eenheid.
Vrijwaringsverklaring met betrekking tot gebruiksduur van
de accu
Raadpleeg bijlage E, Vrijwaringsverklaringen voor meer informatie over de
gebruiksduur van de accu.
RTC-batterij De computer bevat een interne batterij voor de
interne RTC (Real Time Clock) en kalender.
Netadapter De universele netadapter voorziet het systeem
van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze
opraken. De adapter wordt geleverd met een
verwisselbaar netsnoer.
Aangezien de netadapter universeel is,
ondersteunt hij netspanningen tussen 100 en
240 volt; de uitgangsstroom varieert echter al
naar gelang het model. Gebruik van het
verkeerde model netadapter kan resulteren in
beschadiging van de computer. Raadpleeg de
paragraaf Netadapter in hoofdstuk 2,
Rondleiding.
Schijven
Solid-state driveAfhankelijk van het aangeschafte model.
■ 64 GB
Vaste schijf Afhankelijk van het aangeschafte model.
■ 120 GB
■ 160 GB
■ 200 GB
■ 250 GB
■ 320 GB
■ 400 GB
■ 500 GB
Mogelijk worden er ook nog vaste schijven van andere grootten
ingevoerd.
Gebruikershandleiding1-4
Inleiding
BD-R/RE-stationSommige modellen zijn uitgerust met een BD-R/
RE-stationsmodule van volledige grootte
waarmee u gegevens op herschrijfbare CD's/
DVD's kunt vastleggen. De maximale
leessnelheid is 6-speed voor BD-ROM-schijven,
6-speed voor BD-ROM (DL)-schijven, 8-speed
voor DVD-ROM's en 24-speed voor CD-ROM's.
De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor
CD-R's, 4-speed voor CD-RW's, 8-speed voor
DVD-R's, 6-speed voor DVD-RW's, 8-speed voor
DVD+R's, 8-speed voor DVD+RW's, 4-speed
voor DVD+R (DL)-schijven, 4-speed voor DVD-R
(DL)-schijven, 5-speed voor DVD-RAM-schijven,
6-speed voor BD-R-schijven, 4-speed voor BD-R
(DL)-schijven, 2-speed voor BD-RE-schijven en
2-speed voor BD-RE (DL)-schijven. De volgende
indelingen worden ondersteund:
■ BD-ROM
■ BD-ROM (DL)
■ BD-R
■ BD-R (DL)
■ BD-RE
■ BD-RE (DL)
■ DVD-ROM
■ DVD-Video
■ DVD-R
■ DVD-RW
■ DVD+R
■ DVD+RW
■ DVD-RAM
■ DVD+R DL
■ DVD-R DL
■ CD-DA
■ CD-Text
■ Photo CD (single/multi-session)
■ CD-ROM Mode 1, Mode 2
■ CD-ROM XA Mode 2 (Form1, Form2)
■ Enhanced CD (CD-EXTRA)
■ CD-G (alleen audio-CD)
■ Adresseringsmethode 2
Gebruikershandleiding1-5
Inleiding
DVD Super Multistation
Sommige modellen zijn uitgerust met een DVD
Super Multi-stationsmodule van normaal formaat
waarmee u gegevens kunt vastleggen op
herschrijfbare CD's/DVD's. De maximale
leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en
24-speed voor CD-ROM’s. De maximale
schrijfsnelheid is 24-speed voor CD-R's, 24speed voor CD-RW's, 8-speed voor DVD-R's,
6-speed voor DVD-RW's, 8-speed voor
DVD+R's, 8-speed voor DVD+RW's, 6-speed
voor DVD+R (DL)-schijven, 6-speed voor DVD-R
(DL)-schijven en 5-speed voor DVD-RAMschijven. De volgende indelingen worden
ondersteund:
■ DVD-ROM
■ DVD-Video
■ DVD-R
■ DVD-RW
■ DVD+R
■ DVD+RW
■ DVD-RAM
■ DVD+R DL
■ DVD-R DL
■ CD-DA
■ CD-Text
■ Photo CD (single/multi-session)
■ CD-ROM Mode 1, Mode 2
■ CD-ROM XA Mode 2 (Form1, Form2)
■ Enhanced CD (CD-EXTRA)
■ CD-G (alleen audio-CD)
■ Adresseringsmethode 2
Beeldscherm
Het LCD-scherm van de computer ondersteunt videobeelden met hoge
resolutie. Het scherm kan in diverse standen worden gezet voor maximaal
comfort en optimale leesbaarheid.
Ingebouwd De Thin-Film Transistor kleuren-LCD is verkrijgbaar in
twee formaten:
18,4-inch breed, 1680 horizontale x 945 verticale
pixels
18,4 inch breed, 1920 horizontale × 1080 verticale
pixels
Gebruikershandleiding1-6
Inleiding
Vrijwaringsverklaring met betrekking tot het LCD-scherm
Raadpleeg bijlage E, Vrijwaringsverklaringen voor meer informatie over
het LCD-scherm.
Grafische controller Grafische controller voor optimale
beeldschermprestaties. Raadpleeg Bijlage B,
Beeldschermcontroller voor meer informatie.
Vrijwaringsverklaring met betrekking tot de GPU (Graphics
Processing Unit)
Raadpleeg bijlage E, Vrijwaringsverklaringen voor meer informatie over
GPU (Graphics Processor Unit).
Toetsenbord
Ingebouwd TOSHIBA-toetsenbord, 104 of 105 toetsen met
numeriek toetsenbord, compatibel met uitgebreid
IBM-toetsenbord, vaste cursorbesturingstoetsen
en de toetsen en . Raadpleeg
hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer
informatie.
Aanwijsapparaat
Ingebouwd touchpad Met het touchpad en de besturingsknoppen in de
polssteun kunt u de schermaanwijzer
verplaatsen en door de inhoud van vensters
schuiven.
Poorten
Externe monitor Op deze 15-pins poort kunt u een extern
De USB 2.0-compatibele poorten van de
computer ondersteunen
gegevensoverdrachtsnelheden die veertigmaal
hoger liggen dan die van de USB 1.1-norm.
(De poorten ondersteunen ook USB 1.1.)
Poorten met het pictogram ( ) bieden de
functie Laden via USB in slaapstand.
De eSATA/USB-combinatiepoort ondersteunt de
USB 2.0- en eSATA-functie.
gegevensoverdracht vanaf externe apparaten
zoals digitale videocamera’s.
Inleiding
TV InOp deze poort kunt u een coaxkabel aansluiten
zodat u tv kunt kijken op uw computer.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Infraroodontvangstve
nster
Dit venster poort ontvangt signalen van de
afstandsbediening.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Sleuven
Express-kaart De ExpressCard-uitbreidingssleuf biedt ruimte
Sleuf voor meerdere
digitale mediakaarten
aan twee standaardmodules: een ExpressCard/
34-module en een ExpressCard/54-module.
Een Express Card is een kleine, modulaire,
toevoegbare kaart met een PCI Express- en
Universal Serial Bus (USB)-interface.
Biedt ondersteuning voor een SD-/SDHCgeheugenkaart, MMC-, MEMORY STICK-,
MEMORY STICK PRO- en xD-Picture-kaart.
Multimedia
WebcamFoto's of videobeelden opnemen/verzenden met
deze geïntegreerde webcam.
Geluidssysteem Het ingebouwde geluidssysteem ondersteunt de
interne luidsprekers en microfoon van de
computer en biedt aansluitingsmogelijkheden
voor een externe microfoon en een
hoofdtelefoon.
Aansluiting voor
hoofdtelefoon (S/P
DIF)
Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonaansluiting kan
Tv-tunerVia de tv-tuner kunnen tv-programma's worden
Infraroodontvangstve
nster
Grote of slanke
afstandsbediening
Via deze aansluiting worden analoge
audiosignalen uitgevoerd. Deze bus kan ook
worden gebruikt als S/P DIF-bus en voor
aansluiting van optische digitale apparatuur.
een drie-aderige miniplug voor monomicrofooninvoer worden aangesloten.
gekeken en opgenomen. (Aanwezig op sommige
modellen.)
Dit is een sensorvenster dat signalen ontvangt
van de afstandsbediening. (Aanwezig op
sommige modellen.)
Gebruik dit apparaat om te navigeren wanneer
u CD's/DVD's/BD's afspeelt. De slanke
afstandsbediening is opgeborgen in de
ExpressCard-sleuf. (Aanwezig op sommige
modellen)
Gebruikershandleiding1-8
Communicatie
Inleiding
LAN De computer is voorzien van een LAN-kaart die
Draadloos LAN Deze functie ondersteunt de standaarden A, B,
De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van
het draadloze LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische
omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van toegangspunten,
clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie. De vermelde
verzendsnelheid is de theoretische maximumsnelheid van de
desbetreffende norm. De daadwerkelijke verzendsnelheid zal lager
zijn dan de theoretische maximumsnelheid.
Fast Ethernet LAN (100 Mbit/s, 100BASE-TX)
of Gigabit Ethernet LAN (1 Gbit/s, 1000BASE-T)
ondersteunt.
G en N (concept). Deze functie is echter ook
compatibel met andere LAN-systemen die zijn
gebaseerd op de Direct Sequence Spread
Spectrum/Orthogonal Frequency Division
Multiplexing-radiotechnologie die voldoet aan
de IEEE 802.11-standaard.
automatische selectie van de verzendsnelheid
■
in het verzendbereik 54, 48, 36, 24, 18, 12, 9
en 6 Mbit/s. (IEEE 802.11a/g)
■ Automatische selectie van verzendsnelheid
in het verzendbereik 11, 5,5, 2 en 1 Mbit/s
(IEEE 802.11b)
■ Zwerven (roaming) over meerdere kanalen
■ Kaartenergiebeheer
■ WEP-gegevenscodering (WEP = Wired
Equivalent Privacy), gebaseerd op 128-bits
coderingsalgoritme.
■ AES-gegevenscodering (AES = Advanced
Encryption Standard), gebaseerd op het
128-bits coderingsalgoritme
(Aanwezig op sommige modellen.)
Vrijwaringsverklaring (draadloos LAN)
Raadpleeg bijlage E, Vrijwaringsverklaringen voor meer informatie over
draadloos LAN.
BluetoothDe draadloze Bluetooth-technologie maakt
Schakelaar voor
draadloze
communicatie
Gebruikershandleiding1-9
kabels tussen elektronische apparaten zoals
computer en printers overbodig. Bluetooth zorgt
voor snelle, betrouwbare en veilige draadloze
communicatie in een kleine ruimte. (Aanwezig op
sommige modellen.)
Met deze schakelaar zet u de draadloos LAN- en
Bluetooth-functies aan en uit.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Beveiliging
Sleuf beveiligingsslot Hiermee kan de computer door middel van een
WachtwoordWachtwoordbeveiliging voor opstarten
Speciale voorzieningen
De volgende functies zijn ofwel uniek voor Toshiba-computers ofwel
geavanceerde functies, waardoor de computer handiger is in gebruik.
Sneltoetsen Door middel van deze toetscombinaties kunt u
Directe beveiligingMet de sneltoets Fn + F1 kunt u het scherm
Beeldscherm
automatisch
uitschakelen
Vaste schijf
automatisch
uitschakelen
Automatische
slaapstand/zuinige
slaapstand
*1
*1
*1
Inleiding
optioneel beveiligingsslot aan een bureau of
ander groot voorwerp worden verankerd.
Wachtwoordbeveiliging voor harde schijf
Wachtwoordarchitectuur met twee niveaus
Vingerafdrukverificatie (niet op alle modellen
beschikbaar)
de systeemconfiguratie snel wijzigen zonder een
programma voor systeemconfiguratie te hoeven
gebruiken.
leegmaken en de computer uitschakelen; deze
functie dient voor gegevensbeveiliging.
Met deze functie wordt de stroom naar het
interne beeldscherm automatisch stopgezet
als het toetsenbord of aanwijsapparaat
een bepaalde tijd niet is gebruikt.
De stroomvoorziening wordt hersteld zodra
een toets wordt ingedrukt of het aanwijsapparaat
wordt gebruikt.
Dit kan worden opgegeven in Energiebeheer.
Met deze functie wordt de stroom naar de vaste
schijf automatisch stopgezet als gedurende een
bepaalde tijd geen activiteit op de vaste schijf
heeft plaatsgevonden. De stroomvoorziening
wordt hersteld zodra de vaste schijf wordt
gebruikt.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Met deze functie wordt het systeem automatisch
in de slaapstand of sluimerstand gezet als een
bepaalde tijd lang geen invoer of
hardwareactiviteit heeft plaatsgevonden.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Gebruikershandleiding1-10
Inleiding
Intelligente
stroomvoorziening
Een microprocessor in de intelligente
*1
stroomvoorziening van de computer detecteert
de acculading en berekent de resterende
accucapaciteit. De microprocessor beschermt de
elektronische onderdelen tevens tegen
ongewone omstandigheden, zoals extreme
spanningspieken vanuit een voedingsbron.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Energiebesparingsmodus
*1
Met deze voorziening kunt u accu-energie
besparen.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
In-/uitschakelen
via LCD
*1
Met deze functie wordt de stroom naar de
computer uitgeschakeld wanneer de LCD wordt
gesloten, en weer ingeschakeld zodra de LCD
wordt geopend.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Automatische zuinige
slaapstand bij lage
acculading
*1
Als de acculading zover is gedaald dat u de
computer niet meer kunt gebruiken, wordt
automatisch de slaapstand geactiveerd en
wordt het systeem afgesloten.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Zuinige slaapstand Met deze functie kunt u de stroom uitschakelen
zonder de software te hoeven sluiten. De inhoud
van het hoofdgeheugen wordt op de vaste schijf
opgeslagen zodat u uw werk kunt hervatten op
de plaats waar u was opgehouden wanneer u de
computer weer aanzet. Raadpleeg de paragraaf
De computer uitschakelen in hoofdstuk 3, Aan de
slag, voor meer informatie.
Slaapstand Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de
computer uitschakelen zonder de software te
hoeven sluiten. De gegevens worden in het
hoofdgeheugen van de computer bewaard
zodat u uw werk kunt hervatten op de plaats
waar u was opgehouden wanneer u de
computer weer aanzet.
1.* Klik op , Configuratiescherm, Systeem en beveiliging en klik op
Energiebeheer.
Gebruikershandleiding1-11
Inleiding
Functie voor USBslaapstand en laden
Deze functie maakt het mogelijk om USBcompatibele externe apparaten, zoals mobiele
telefoons of draagbare digitale muziekspelers,
op te laden via de USB-poort terwijl de computer
in de slaapstand of sluimerstand staat of is
uitgeschakeld.
Deze functie wordt aangestuurd door het
hulpprogramma USB-slaapstand en laden.
Meer informatie vindt u in paragraaf Functie voor
USB-slaapstand en laden in hoofdstuk 4,
Basisbeginselen.
TOSHIBA Value Added Package
In dit gedeelte worden de TOSHIBA-voorzieningen beschreven die vooraf
op de computer zijn geïnstalleerd.
TOSHIBA Power
Saver
TOSHIBAhulpprogramma Zoom
TOSHIBA PC
Diagnostic Tool
TOSHIBA Flash Cards Dit hulpprogramma ondersteunt de volgende
Gemeenschappelijk
stuurprogramma
voor TOSHIBAcomponenten
TOSHIBA
Accessibility
(Toegankelijkheid)
TOSHIBA Button
Support
TOSHIBA Power Saver biedt diverse functies
voor energiebeheer.
Met dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen
op het bureaublad vergroten of verkleinen en het
zoompercentage instellen voor specifieke
toepassingen.
TOSHIBA PC Diagnostic Tool toont gegevens
over de configuratie van de computer en biedt
de mogelijkheid de functionaliteit van bepaalde
ingebouwde apparaten te testen.
functies.
■ Sneltoetsfunctie
■ Functie voor het starten van het TOSHIBA-
hulpprogramma.
TOSHIBA Components Common Driver bevat
de module die nodig is voor het hulpprogramma
dat TOSHIBA biedt.
Het hulpprogramma TOSHIBA Toegankelijkheid
biedt ondersteuning voor gebruikers met
bewegingsbeperkingen wanneer ze de
TOSHIBA-sneltoetsfuncties willen gebruiken.
Met dit hulpprogramma kunt u de FN-toets
vastzetten. U drukt dan eenmaal op de FN-toets,
laat de toets los en drukt op een van de
functietoetsen (F-toetsen) om de functie ervan
te activeren. De FN-toets blijft in dit geval actief
totdat een andere toets wordt ingedrukt.
Met dit hulpprogramma kunt u de knoppen van
de computer gebruiken.
De toepassing die deze knop start, kan worden
gewijzigd.
Gebruikershandleiding1-12
Hulpprogramma's en toepassingen
In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven
en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de online
handleiding, Help of readme-bestanden bij elk hulpprogramma voor
informatie over bewerkingen.
TOSHIBA Assist TOSHIBA Assist is een grafische
gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk
toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
Bluetooth-stack voor
Windows van Toshiba
HW Setup Met dit programma kunt u uw hardware-
Wachtwoord voor
opstarten
TOSHIBA Disc
Creator
WinDVD BD voor
TOSHIBA
Corel DVD
MovieFactory
voor TOSHIBA
®
Door middel van deze software kunnen de
computer en externe Bluetooth-apparaten
zoals printers en mobiele telefoons draadloos
met elkaar communiceren. (Aanwezig op
sommige modellen.)
instellingen aanpassen aan uw werkwijzen en
de randapparaten die u gebruikt. Als u het
hulpprogramma wilt starten, klikt u op de knop
Start van Windows, wijst u Alle programma's
aan, klikt u op TOSHIBA en op
Hulpprogramma's en selecteert u het
pictogram HW Setup.
Er zijn twee niveaus van wachtwoordbeveiliging:
supervisor en gebruiker. Hierdoor kunt u
voorkomen dat onbevoegden uw computer
gebruiken.
U kunt CD's/DVD's in verschillende indelingen
maken: audio-CD's die op een gewone stereoCD-speler kunnen worden afgespeeld, en dataCD's voor het opslaan van de bestanden en
mappen op uw vaste schijf. Deze software kan
worden gebruikt op modellen met een DVD
Super Multi-station.
Deze software wordt meegeleverd voor het
afspelen van Blu-ray-schijven (BD's). De speler
heeft een scherminterface en -functies.
Als u WinDVD BD voor TOSHIBA wilt afspelen,
klikt u op Alle programma's InterVideo WinDVDWinDVD BD voor TOSHIBA.
(Aanwezig op sommige modellen.)
U kunt digitale video's bewerken en video-DVD's
en -BD's maken.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Inleiding
Gebruikershandleiding1-13
Inleiding
Hulpprogramma voor
vingerafdrukken
Op uw computer is een
vingerafdrukhulpprogramma geïnstalleerd
waarmee vingerafdrukken kunnen worden
vastgelegd en herkend. Als u de id en het
wachtwoord vastlegt in het apparaat voor
vingerafdrukverificatie, hoeft u het wachtwoord
niet meer via het toetsenbord in te voeren.
Houd eenvoudig uw vinger tegen de
vingerafdruksensor, waarna de volgende functies
worden ingeschakeld:
■ Aanmelden bij Windows en toegang tot
een beveiligde webpagina via IE
(Internet Explorer).
■ Bestanden en mappen kunnen worden
gecodeerd/gedecodeerd, zodat andere
gebruikers er geen toegang toe hebben.
■ De wachtwoordbeveiliging van de
schermbeveiliging uitschakelen bij terugkeer
uit de energiebesparende stand (slaapstand).
■ Verificatie tijdens de systeemstart en de
functie Single Touch Boot.
■ Opstartbeveiliging en functie voor
enkelvoudige aanmelding.
(Aanwezig op sommige modellen.)
TOSHIBA HDD/SSDwaarschuwing
TOSHIBA HDD/SSD-waarschuwing gebruikt de
functies van de wizard om de status van het
schijfstation te controleren en een
systeembackup uit te voeren.
TOSHIBA DVD-speler De DVD-speler wordt gebruikt om DVD-video's
af te spelen. De speler heeft een scherminterface
en -functies.
TOSHIBA ConfigFree ConfigFree is een programmapakket waarmee
communicatieapparaten en netwerkverbindingen
op simpele wijze kunnen worden beheerd. Met
ConfigFree kunt u tevens
communicatieproblemen opsporen en profielen
maken, waarmee u eenvoudig schakelt tussen
locaties en communicatienetwerken.
Als u ConfigFree wilt uitvoeren, klikt u op ,
selecteert u Alle programma's, TOSHIBA en
klikt u op ConfigFree.
Gebruikershandleiding1-14
Inleiding
TOSHIBAvasteschijfbeveiliging
Deze functie gebruikt de ingebouwde sensor in
de computer om trillingen en schokken te
detecteren en automatisch de kop van de vaste
schijf in een veilige stand te plaatsen. Hiermee
wordt het risico verkleind dat de schijf beschadigt
doordat deze in aanraking komt met de kop.
Raadpleeg paragraaf De vasteschijfbeveiliging
gebruiken in hoofdstuk 4, Basisbeginselen voor
details.
De TOSHIBA-functie voor vasteschijfbeveiliging garandeert echter niet dat
de vaste schijf niet beschadigt.
TOSHIBAgezichtsherkenning
TOSHIBA-gezichtsherkenning gebruikt een
gezichtsherkenningsbibliotheek om de
gezichtsgegevens van gebruikers te verifiëren
als deze zich aanmelden bij Windows. Als de
verificatie is geslaagd, wordt de gebruiker
automatisch aangemeld bij Windows. Op deze
manier hoeft de gebruiker geen wachtwoord in
te voeren, wat het aanmeldproces eenvoudiger
maakt.
TOSHIBAwebcamtoepassing
De TOSHIBA-webcamtoepassing is vooraf zo
geconfigureerd dat het wordt gestart wanneer
u Windows 7 start. Als u het programma
opnieuw moet starten, gaat u naar Start Alle
Het TOSHIBA-ecohulpprogramma helpt u uw
stroombesparing te controleren door real-time
een benadering van het stroomverbruik weer te
geven. Bovendien wordt een benadering
weergegeven van het totale stroomverbruik en
de totale energiebesparing per dag, per week
en per maand bij gebruik van de ecostand.
U kunt de energiebesparing bijhouden als u
de ecostand doorlopend gebruikt.
Gebruikershandleiding1-15
Inleiding
Windows Mobility
Center
TOSHIBAhulpprogramma USBslaapstand en laden
In dit gedeelte wordt Windows Mobility Center
beschreven. Het Mobiliteitscentrum is een
hulpprogramma dat in één venster snel toegang
biedt tot diverse instellingen voor draagbare pc's.
Standaard biedt het besturingssysteem
maximaal acht groepen aan. Er worden echter
twee aanvullende groepen toegevoegd aan het
Mobiliteitscentrum.
Als u het pakket "TOSHIBA Extended Tiles for
Windows Mobility Center" installeert, worden de
volgende functies toegevoegd.
■ Computer vergrendelen:
Vergrendel uw computer zonder deze uit te
schakelen. Dit heeft hetzelfde resultaat als de
knop Vergrendelen, onder in het rechterdeel
van het menu Start.
■ TOSHIBA Assist:
Open TOSHIBA Assist als dit programma al
is geïnstalleerd op uw computer.
Met dit hulpprogramma kunt u de functie voor
USB-slaapstand en laden in- en uitschakelen.
Dit hulpprogramma geeft de posities weer van de
USB-poorten die de functie voor USB-slaapstand
en laden ondersteunen en toont de resterende
capaciteit van de accu.
Als u dit hulpprogramma wilt starten, klikt u op
Start Alle programma's TOSHIBA
Hulpprogramma's USB-slaapstand en laden.
Opties
U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken
door een aantal opties toe te voegen. Raadpleeg hoofdstuk 8, Optionele
apparaten, voor meer informatie. De volgende opties zijn beschikbaar:
Geheugenuitbreiding Er kunnen twee geheugenmodules in de
computer worden geïnstalleerd.
Gebruik alleen compatibele DDRII- of DDRIII-geheugenmodules.
Neem contact op met uw TOSHIBA-dealer voor nadere informatie.
De beschikbaarheid van DDRII of DDRIII is afhankelijk van het
aangeschafte model.
Accu-eenheid U kunt een extra accu-eenheid bij uw TOSHIBA-
NetadapterAls u d
Gebruikershandleiding1-16
leverancier kopen. U kunt deze als reserveexemplaar gebruiken, zodat u langer met uw
computer kunt werken.
e computer regelmatig op verschillende
locaties gebruikt, is het wellicht een goed idee om
voor elke locatie een extra netadapter te kopen: u
hoeft de adapter dan niet telkens mee te ne
men.
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer
geïdentificeerd. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met
de computer aan de slag gaat.
Voorkant met gesloten beeldscherm
De volgende afbeelding geeft de voorkant van de computer weer, met het
beeldscherm gesloten.
Rondleiding
Hoofdstuk 2
2
3
1
1. Infraroodontvangstvenster*
2. Schakelaar voor draadloze communicatie*
3. Lampje voor draadloze activiteit*
4. Kaartsleuf voor meerdere digitale media*
5. DC in-lampje
6. Aan/uit-lampje
7. Accu-lampje
8. Vaste schijf-lampje
9. Lampje voor kaartsleuf voor meerdere digitale media
* Aanwezig op sommige modellen
Infraroodontvangstvenster
4
De voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
Sommige modellen zijn met een
infraroodontvangstvenster uitgerust. Dit is een
sensorvenster dat signalen ontvangt van de
afstandsbediening.
5 6
8 9
7
Gebruikershandleiding2-1
Rondleiding
■ Zet de schakelaar voor draadloze communicatie in vliegtuigen en
ziekenhuizen op uit. Controleer het lampje voor draadloze activiteit.
Het lampje brandt niet wanneer de functie voor draadloze
communicatie is uitgeschakeld.
■ Schakel Wi-Fi- en Bluetooth-functies uit in de buurt van mensen
waarbij mogelijk een pacemaker of een ander medisch elektrisch
apparaat is geïmplanteerd. Radiogolven kunnen de werking van de
pacemaker of het medische apparaat beïnvloeden met mogelijk
ernstig letsel tot gevolg. Volg de instructies bij uw medische apparaat
als u gebruikmaakt van een Wi-Fi- of Bluetooth-functie.
■ Schakel altijd de Wi-Fi- of Bluetooth-functie uit als de computer in de
buurt komt van automatische besturingsapparatuur of -toestellen,
zoals automatische deuren of brandmelders. Radiogolven kunnen
storingen veroorzaken in dergelijke apparatuur met mogelijk ernstig
letsel tot gevolg.
■ Gebruik de Wi-Fi- of Bluetooth-functies niet in de buurt van een
magnetron of in gebieden met radiostoring of magnetische velden.
Storing van een magnetron of andere bron kan tot onderbreking van
de draadloos Wi-Fi- of Bluetooth-functie leiden.
Schakelaar voor
draadloze
communicatie
Met de schakelaar voor draadloze communicatie
wordt de zender/ontvanger van het draadloze
netwerk in- en uitgeschakeld.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Lampje voor
draadloze activiteit
Sleuf voor meerdere
digitale mediakaarten
Geeft aan of draadloos LAN of Bluetooth actief is.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Biedt ondersteuning voor een SD-/SDHC-
geheugenkaart, MMC-, MEMORY STICK-,
MEMORY STICK PRO- en xD-Picture-kaart.
DC-IN-lampjeHet DC-IN-lampje brandt wanneer de computer
is aangesloten op de netadapter, die op zijn beurt
aan een voedingsbron is gekoppeld.
Aan/uit-lampjeHet aan/uit-lampje brandt blauw als de computer
aan is. Als u bij Turn Off Computer (Computer
uitschakelen) klikt op Sleep Mode (Slaapstand),
knippert dit lampje oranje (één seconde aan,
twee seconden uit) terwijl de computer in de
slaapstand wordt gezet.
AcculampjeHet accu-lampje toont het ladingsniveau van de
accu: blauw betekent volledig opgeladen, oranje
betekent dat de accu wordt opgeladen en
knipperend oranje betekent dat de accu bijna
leeg is. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden.
Gebruikershandleiding2-2
Rondleiding
Lampje voor schijfHet lampje voor de schijf geeft aan dat de vaste
schijf of het optische schijfstation wordt gebruikt.
Lampje voor
kaartsleuf voor
meerdere digitale
media
Linkerkant
De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
■ Optisch station met lade
■ Optisch station met sleuf
1. LAN-poort
2. eSATA/USB-combinatiepoort
3. Universal Serial Bus-poort (USB 2.0)
4. HDMI-poort
5. i.LINK-poort (IEEE 1394a)
6. ExpressCard-sleuf
7. ODD-lampje (optisch station met lade)
8. Knop Uitwerpen (optisch station met lade)
9. Nooduitwerpgaatje (optisch station met lade)
10. Knop Uitwerpen (optisch station met sleuf)
Lampje voor kaartsleuf voor meerdere digitale
mediakaarten gaat branden als er toegang tot de
kaartsleuf voor meerdere digitale mediakaarten
wordt gezocht.
(Aanwezig op sommige modellen.)
123456
879
10
Linkerkant van de computer
LAN-aansluitingVia deze poort kunt u de computer op een LAN
aansluiten. De adapter heeft een ingebouwde
voorziening voor ondersteuning van Fast
Ethernet LAN of Gigabit Ethernet.
Gebruikershandleiding2-3
Rondleiding
■ Op de LAN-poort mogen alleen LAN-kabels worden aangesloten.
Als u dit doet, kunnen schade of storingen optreden.
■ Koppel de LAN-kabel niet aan een voedingsbron. Als u dit doet,
kunnen schade of storingen optreden.
eSATA/eSATA/USB-
combinatiepoort
Universal Serial Bus
(USB 2.0)-poort
HDMI-poortMet deze poort kunt u een digitale verbinding
i.LINK-poort
(IEEE1394a)
ExpressCard-sleuf
Zorg ervoor dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes
en paperclips, in de ExpressCard-sleuf terechtkomen. Vreemde metalen
voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de computer
beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
ODD-lampje
(alleen optisch station
met lade)
Uitwerpknop
Nooduitwerp
gaatje (alleen optisch
station met lade)
De eSATA/USB-combinatiepoort ondersteunt
de USB
2.0- en eSATA-functie. Deze beschikt ook over
de functie voor USB-slaapstand en laden.
De Universal Serial Bus-poort voldoet aan de
USB 2.0-standaard.
maken met een HDTV- of
thuisbioscoopontvanger.
Op deze poort kunt u een extern apparaat
aansluiten, bijvoorbeeld een digitale
videocamera, voor snelle gegevensoverdracht.
In deze sleuf kunt u een ExpressCard plaatsen.
Een ExpressCard is een kleine, modulaire,
uitbreidingskaart met een PCI Express- en
Universal Serial Bus (USB)-interface. De maximale
overdrachtssnelheid is 2,5 Gbps. ExpressCard/
34- en ExpressCard/54-typen worden ondersteund.
Het ODD-lampje brand oranje wanneer de
computer toegang heeft tot het optische station.
Druk op deze knop om de stationslade te openen.
Druk op deze knop om de stationslade handmatig
te openen indien het station op onverklaarbare
wijze blokkeert of niet meer reageert.
Gebruikershandleiding2-4
Rechterkant
De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
1. Aansluiting voor hoofdtelefoon (S/PDIF)
2. Microfoonaansluiting
3. USB Serial Bus-poorten (USB 2.0)
4. TV In-poort*
5. Poort voor externe monitor
6. Gelijkstroomingang (19V)
7. Sleuf voor beveiligingsslot
* Aanwezig op sommige modellen
Aansluiting voor
hoofdtelefoon
(S/PDIF)
Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonaansluiting
Universal Serial Buspoorten (USB 2.0)
TV In-poortOp deze poort kunt u een coaxkabel aansluiten
Poort voor externe
monitor
Gelijkstroomingang
(19 V)
Sleuf beveiligingsslot Aan deze poort kan een beveiligingskabel
Rondleiding
1 2
Rechterkant van de computer
3
4567
Via deze aansluiting worden analoge
audiosignalen uitgevoerd. Deze bus kan
ook worden gebruikt als S/PDIF-bus en voor
aansluiting van optische digitale apparatuur.
kan een drie-aderige miniplug voor monomicrofooninvoer worden aangesloten.
De Universal Serial Bus-poorten voldoen aan de
USB 2.0-standaard.
zodat u tv kunt kijken op uw computer.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Op deze 15-pins poort kunt u een extern
beeldscherm aansluiten.
Op deze ingang wordt de netadapter
aangesloten. Gebruik alleen het model
netadapter dat bij de computer is geleverd.
Gebruik van de verkeerde adapter kan
resulteren in beschadiging van de computer.
worden bevestigd. Met de optionele
beveiligingskabel kunt u de computer aan een
bureau of ander groot voorwerp verankeren en
tegen diefstal beschermen.
Gebruikershandleiding2-5
Achterkant
De volgende afbeelding geeft het achterpaneel van de computer weer.
Rondleiding
1. Luchtopeningen
LuchtopeningenDe luchtopeningen dienen om de CPU te
U mag de luchtopeningen niet blokkeren. Zorg ervoor dat er zich geen
vreemde objecten als pennen (of soortgelijke objecten) in de buurt van de
luchtopeningen bevinden, om te voorkomen dat de schakelingen van de
computer worden beschadigd.
Onderkant
De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat
het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
1
Achterkant van de computer
beschermen tegen oververhitting.
123
4
5
7
1. Afdekplaatje van vaste schijf
2. Vergrendeling van de accu-eenheid
3. Accu-eenheid
4. Ontgrendelingsschuif accuhouder
5. Afdekplaatje van vaste schijf
6. Afdekplaatje van geheugenmodule
7. Luchtopeningen
De onderkant van de computer
Gebruikershandleiding2-6
6
Rondleiding
Afdekplaatje vaste
Dit plaatje beschermt de vaste schijf.
schijf
Vergrendeling van
de accu-eenheid
Duw deze schuif opzij, zodat de accu-eenheid
verwijderd kan worden.
Accu-eenheid De accu-eenheid voorziet de computer van
stroom wanneer de netadapter niet is
aangesloten. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden voor meer
informatie over de accu-eenheid.
Ontgrendelingsschuif
accuhouder
Duw deze schuif opzij en houd de schuif vast om
de accu-eenheid vrij te geven. Raadpleeg
hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en
spaarstanden voor meer informatie over het
verwijderen van de accu-eenheid.
Afdekplaatje
geheugenmodule
Dit plaatje beschermt twee connectoren voor
geheugenmodules - een of twee modules zijn
vooraf geïnstalleerd. Raadpleeg de paragraaf
Geheugenuitbreiding in hoofdstuk 8, Optionele
apparaten.
LuchtopeningenDe luchtopeningen dienen om de CPU te
beschermen tegen oververhitting.
Gebruikershandleiding2-7
Voorkant met geopend beeldscherm
TOS
H
IB
A
Sa
tellite
Deze paragraaf beschrijft de voorkant van de computer met geopend
beeldscherm. Als u het beeldscherm wilt openen, tilt u de voorkant van het
scherm omhoog. Zet het scherm in een stand waar u er goed zicht op hebt.
Rondleiding
1 2
9
16
10
11
12
13
14
15
1. Lampje van webcamera
2. Webcam
3. Ingebouwde microfoon
4. Draadloze LAN-antenne*
5. Luidspreker
6. Touchpad
7. Sensor voor vingerafdrukken*
8. Touchpadbesturingsknoppen
9. Beeldscherm
10. Luidspreker
11. Aan/uit-knop
12. ECO-knop*
13. CD/DVD/BD-knop*
14. Knop Vorige*
15. Knop Volume omlaag*
16. Knop Dempen*
17. Knop Afspelen/Pauze*
18. Knop Volgende*
3
4
19
18
17
5
7
8
19. Knop Volume omhoog*
De voorkant van de computer met geopend beeldscherm
* Aanwezig op sommige modellen
Ga voorzichtig om met de computer om krassen of beschadiging van het
oppervlak te voorkomen.
6
Gebruikershandleiding2-8
Rondleiding
WebcamlampjeHet lampje van de webcamera geeft aan of de
webcamera werkt of niet.
WebcamGebruik de webcam om een foto te maken of de
afbeelding naar internetcontactpersonen te
verzenden.
Ingebouwde
microfoon
De microfoon wordt gebruikt met de webcamera
om te praten met andere webcameragebruikers
en om berichten op te nemen op Windows
Media.
Antenne voor
draadloos LAN
Met de antenne voor draadloos LAN kunt u
WLAN's (Wireless Local Area Networks)
detecteren en verbinding maken met internet.
LuidsprekersVia de luidsprekers kunt u het geluid horen dat
door uw software wordt gegenereerd, en de
geluidssignalen die door het systeem worden
gegenereerd, bijvoorbeeld als de accu bijna leeg
is.
Touchpad Gebruik het touchpad in het midden van de
polssteun om de schermaanwijzer te
verplaatsen.
Sensor voor
vingerafdrukken
Wanneer u gewoon uw vinger over de sensor
voor vingerafdrukken haalt, worden de volgende
functies ingeschakeld: Aanmelden bij Windows
en toegang tot een beveiligde webpagina via IE
(Internet Explorer), bestanden en mappen
kunnen worden gecodeerd/gedecodeerd en
toegang tot deze bestanden en mappen door
derden wordt voorkomen. De
wachtwoordbeveiliging van de schermbeveiliging
uitschakelen bij terugkeer uit de
energiebesparende stand (slaapstand).
Verificatie tijdens de systeemstart en de functie
Single Touch Boot. Verificatie van
gebruikerswachtwoord en vasteschijfwachtwoord
terwijl de computer wordt opgestart. Raadpleeg
de paragraaf De sensor voor vingerafdrukken
gebruiken in Hoofdstuk 4, Basisbeginselen.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Touchpadbesturingsk
noppen
Gebruik de besturingsknoppen van het
TouchPad om menuopties te selecteren en
bewerkingen uit te voeren op tekst en
afbeeldingen die u met de schermaanwijzer hebt
geselecteerd. Raadpleeg de paragraaf Het
touchpad gebruiken in Hoofdstuk 4,
Basisbeginselen.
Gebruikershandleiding2-9
Rondleiding
BeeldschermDe LCD toont contrastrijke tekst en afbeeldingen.
Raadpleeg Bijlage B, Beeldschermcontroller. Als
de computer door de accu wordt gevoed, ziet het
scherm er minder helder uit als bij gebruik van de
netadapter. Het lagere helderheidsniveau dient
om accu-energie te besparen.
Aan/uit-knop
Schakelt de computer in en uit en stelt de (zuinige)
slaapstand in en uit.
ECO-knopDruk op deze knop om het ECO-hulpprogramma
te starten.
(Aanwezig op sommige modellen.)
CD/DVD/BD-knopDruk op deze knop om een toepassing te starten
waarmee u CD's, DVD's of BD's kunt afspelen.
De gestarte toepassing verschilt per model:
Windows Media Player/TOSHIBA DVD PLAYER/
WinDVD BD voor TOSHIBA.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop VorigeHiermee gaat u terug naar het vorige nummer,
hoofdstuk of digitale bestand. Zie hoofdstuk 4,
Basisbeginselen, voor meer informatie.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop Volume omlaag Hiermee verlaagt u het volume van de
luidsprekers.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop DempenDruk op deze knop om het geluid uit / in te
schakelen.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop Afspelen/Pauze Druk op deze knop om te beginnen met het
afspelen van een audio-CD, DVD-film of digitaal
audiobestand. Deze knop fungeert tevens als
pauzeknop.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop VolgendeHiermee gaat u verder naar het volgende
nummer, hoofdstuk of digitale bestand. Zie
hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer
informatie.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop Volume omhoog Hiermee verhoogt u het volume van de
luidsprekers.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Gebruikershandleiding2-10
Optisch station
Voor de aansturing van de optische schijf wordt een ATAPIinterfacecontroller gebruikt. Zodra de computer toegang krijgt tot een
optische schijf, gaat het lampje op het systeem branden.
Regiocodes voor BD-stations en media
Blu-ray-schijfstations en de bijbehorende media worden vervaardigd
conform de specificaties van drie verkoopgebieden. Regiocodes kunnen
worden ingesteld op het tabblad WinDVD BD ([regio] in het
installatiedialoogvenster). Om problemen bij het afspelen van BD-video's te
voorkomen, dient u bij de aanschaf van BD-Video-schijven te controleren of
de schijven geschikt zijn voor de regio van uw station.
CodeRegio
ACanada, Verenigde Staten, Japan, Zuidoost-
BEuropa, Australië, Nieuw-Zeeland, Midden-
CChina, India, Rusland
Regiocodes voor DVD-stations en media
DVD Super Multi-stations en de bijbehorende media worden vervaardigd
conform de specificaties van zes verkoopgebieden. Om problemen bij het
afspelen van DVD-video's te voorkomen dient u bij de aanschaf van DVDVideo-schijven te controleren of de schijven geschikt zijn voor de regio van
uw station.
In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare CD's/
DVD's/BD's beschreven. Controleer in de specificaties voor uw station
welke schijftypen kunnen worden beschreven. Raadpleeg hoofdstuk 4,
Basisbeginselen.
CD's
■ CD-R-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven. De
opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
■ CD-RW- ofwel CD-Rewritable-schijven kunnen meer dan één keer
worden beschreven. Gebruik multispeed CD-RW's (1x, 2x of 4x) of
high-speed 4- tot 10-speed schijven. De schrijfsnelheid van ultra-speed
CD-RW's is maximaal 24-speed. (Ultra-speed wordt alleen ondersteund
door het DVD-ROM- en CD-R-RW-station.)
DVD's
■ DVD-R's, DVD+R's, DVD-R DL- en DVD+R DL-schijven kunnen slechts
één keer worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet
worden gewist of veranderd.
■ DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals
worden beschreven.
BD's
■ BD-R's kunnen slechts eenmaal worden beschreven. De opgenomen
gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
■ BD-RE's kunnen meermaals worden beschreven.
Rondleiding
BD-R/RE station
In de BD-R/RE-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder adapter
gegevens op beschrijfbare CD's/DVD's/BD's vastleggen en CD’s/DVD’s/
BD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) lezen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de
buitenrand.
In de DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder
adapter gegevens op beschrijfbare CD's/DVD's vastleggen en CD’s/DVD’s
van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) (station met lade) lezen, of 12 cm
(4,72 inch) (voor station met sleuf) gebruiken.
Gebruik alleen ronde standaardschijven (12 cm) met de sleufversie van
het optische station. Schijven met een andere grootte of vorm kunnen
mogelijk niet uit de sleuf worden verwijderd, waarbij zowel het systeem of
de schijf kan beschadigen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de
buitenrand.
De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en reduceert de
spanning die aan de computer wordt geleverd. De netadapter kan zich
automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 volt en aan
een frequentie van 50 of 60 hertz, waardoor u de computer in praktisch elk
land of gebied kunt gebruiken.
Om de accu op te laden sluit u de netadapter eenvoudig aan op een
voedingsbron en op de computer. Raadpleeg hoofdstuk 6, Stroomvoorziening
en spaarstanden, voor meer informatie.
Rondleiding
De netadapter
■ Afhankelijk van het model wordt er een adapter/voedingskabel met
2 of 3 pinnetjes bij de computer geleverd.
■ Gebruik geen verloopstekker van 3-pins naar 2-pins.
■ Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en -
voorschriften in de regio waarin het product wordt verkocht en mag
niet buiten deze regio worden gebruikt. Voor gebruik van de adapter/
computer in andere regio's, dient u een netsnoer aan te schaffen dat
voldoet aan de veiligheidsregels en -voorschriften in die regio.
Gebruik altijd de TOSHIBA-netadapter die bij uw computer is
meegeleverd of gebruik een andere netadapter die door Toshiba wordt
aanbevolen om het risico van brand of andere schade aan de pc te
vermijden. Het gebruik van een incompatibele netadapter kan leiden tot
brand of schade aan de computer, mogelijk met ernstig letsel tot gevolg.
TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is
veroorzaakt door het gebruik van een incompatibele adapter.
Gebruikershandleiding2-15
Afstandsbediening
Met de afstandsbediening, die bij sommige modellen wordt geleverd, kunt u
bepaalde functies van de computer op afstand uitvoeren.
■ Sommige modellen worden geleverd met een grote afstandsbediening
of een slanke afstandsbediening.
De afstandsbediening kan worden gebruikt in combinatie met Media Center
voor het afspelen van CD's, DVD's, BD's en video's, en voor het bekijken
van foto's.
Met de afstandsbediening kunt u het afspelen van een film via Media
Center regelen.
Met de afstandsbediening kunt u het volgende:
■ Alle schermen in Media Center navigeren en bedienen.
■ De video bedienen.
■ De computer in de slaapstand zetten en weer activeren.
Rondleiding
Gebruikershandleiding2-16
Grote afstandsbediening
5
3
Rondleiding
2
1
4
7
9
11
13
15
20
19
26
24
1. Aan/uit
2. Toegangslampje
3. Opnemen
4. Stoppen
5. Pauze
6. Afspelen
7. REW (terugspoelen)
8. FWD (vooruitspoelen)
9. Opnieuw afspelen
10. Overslaan
11. Terug
12. Meer info
13. Pijlen
8
6
10
12
17
14
16
18
22
21
23
25
14. OK
15. Volumeregeling
16. Kanaal-/
paginabesturing
17. Start
18. Dempen
19. Opgenomen tv
20. Gids
21. Live-tv
22. DVD-menu
23. Cijfers
24. Wissen
25. Enter
26. Teletekst
Gebruikershandleiding2-17
Rondleiding
Voed ingHiermee wordt het besturingssysteem gestart of
afgesloten.
Deze knop werkt als de Aan/uit-knop van de
computer. De slaapstand komt standaard
overeen met het uitschakelen van uw computer.
Als u de instelling wilt wijzigen, klikt u op Start.
Selecteer ConfiguratieschermSysteem en beveiligingEnergiebeheer. Als u op de
slaapknop drukt, zijn de volgende drie opties
beschikbaar: Niets doen, Slaapstand en
Sluimerstand.
ToegangslampjeDit lampje brandt terwijl de afstandsbediening
signalen naar de computer stuurt. Als de batterij
leeg is, brandt het lampje niet.
OpnemenHiermee neemt u de geselecteerde tv-
programma's op en worden deze op de vaste
schijf opgeslagen.
StopHiermee stopt u het medium dat op dat moment
wordt afgespeeld.
PauzeHiermee onderbreekt u de weergave van een
audionummer of videotrack en van live of
opgenomen tv-programma's.
AfspelenHiermee speelt u het geselecteerde medium af.
REW (terugspoelen)Hiermee spoelt u het medium (video, DVD,
muziek enzovoort) terug.
FWD (vooruitspoelen) Hiermee spoelt u het medium (video, DVD,
muziek enzovoort) vooruit.
Opnieuw afspelenHiermee verplaatst u het medium terug (zeven
seconden bij video's en live-tv, één
muzieknummer of één DVD-hoofdstuk per keer).
OverslaanHiermee springt het medium vooruit (30
seconden voor video's en live-tv, één
muzieknummer of één DVD-hoofdstuk).
Vori geHiermee wordt het vorige venster weergegeven.
Meer infoVia deze toets krijgt u meer informatie over een
tv-programma dan in de gids staat.
PijlenHiermee verplaatst u de cursor binnen de Media
Center-vensters.
Gebruikershandleiding2-18
Rondleiding
OKHiermee selecteert u de gewenste actie of optie.
Dezelfde functie als ENTER. Tijdens het kijken
naar de tv in een volledig scherm, kunt u terug
naar het vorige bekeken kanaal door op OK te
drukken. Druk daarna nogmaals op OK om terug
te schakelen. Dezelfde functie als de Jump-knop
op sommige tv-afstandsbedieningen.
Volu m e + Hiermee verhoogt u het volume terwijl u tv of
DVD kijkt of een CD afspeelt.
Volu m e - Hiermee verlaagt u het volume terwijl u tv of DVD
kijkt of een CD afspeelt.
StartHiermee opent u Media Center in het
hoofdvenster.
Kanaal/pagina
omhoog (+) en
omlaag (-)
Hiermee verandert u het tv-kanaal of gaat u één
pagina omhoog of omlaag, afhankelijk van de
beschikbare opties.
DempenHiermee schakelt u het geluid van de computer
uit.
Opgenomen tvHiermee kunt u de opname van tv-programma's
starten. De functie Opgenomen tv van Media
Center wordt geactiveerd.
GidsHiermee opent u de tv-programmagids en
worden tv-kanalen en -programma's
weergegeven die bekeken en opgenomen
kunnen worden.
Live-tvHiermee kunt u beelden schermvullend
weergeven. Hiermee gaat u ook terug naar het
actuele moment in een live-tv-programma, als u
live-tv hebt gepauzeerd.
DVD-menuHiermee opent u het hoofdmenu van een DVD-
film, indien beschikbaar.
CijfersHiermee kunt u een kanaal- of hoofdstuknummer
kiezen tijdens het TV-kijken, of tijdens het
terugspelen van een CD/DVD/BD.
Cijfers, letters en symbolen kunnen worden
ingevoerd.
Druk voor het kiezen van een kanaal- of
hoofdstuknummer van twee of meer cijfers de
toetsen na elkaar in. Bijvoorbeeld: druk op "1" en
daarna op "0" om het getal 10 te selecteren.
WissenIngevoerde cijfers, letters of symbolen wissen.
InvoerenDe knop OK op de afstandsbediening heeft
dezelfde functie.
Gebruikershandleiding2-19
Rondleiding
Rode, groene, gele en
blauwe knop
Hiermee springt u naar een vaste koppeling.
Sommige modellen zijn niet uitgerust met deze
knoppen.
TeletekstHiermee wordt teletekst weergegeven of
afgesloten.
Sommige modellen zijn niet uitgerust met deze
knop.
Slanke afstandsbediening
123
20
19
18
17
16
15
14
13
12
4
5
6
7
8
9
10
11
1. CD/DVD/BD-knop
2. LCD-helderheid verlagen
3. LCD-helderheid verhogen
4. Aan/uit
5. Lampje aan/uit
6. Pijlen
7. Meer informatie
8. Vooruitspoelen
9. Afspelen/Pauze
10. Overslaan
11. Stoppen
12. Opnieuw afspelen
13. Terugspoelen
14. Start
15. Terug
16. Dempen
17. OK
18. Volume -
19. Volume +
20. DVD-menu
Gebruikershandleiding2-20
Rondleiding
CD/DVD/BD-knopMet een druk op deze knop start u Windows
Media Player/DVD Video Player/WinDVD BD
voor TOSHIBA.
Helderheid verlagenHiermee verlaagt u de helderheid van het
computerscherm.
Helderheid verhogenHiermee verhoogt u de helderheid van het
computerscherm.
Voed ingHiermee wordt het besturingssysteem gestart of
afgesloten. Deze knop werkt net als de aanuitknop van uw computer. De slaapstand werkt
standaard net zo als het uitschakelen van uw
computer. Als u de instelling wilt wijzigen, klikt u
op StartConfiguratieschermSysteem en
beveiliging Energiebeheer Het gedrag
van de aan/uit-knop bepalen. U kunt kiezen uit
de volgende vier opties: Do nothing (Niets doen),
Sleep (Slaapstand), Hibernate (Zuinige
slaapstand) en Shut down (Uitschakelen).
Volu m e +Hiermee verhoogt u het volume tijdens het
bekijken van DVD's of het afspelen van CD's.
Volu m e - Hiermee verlaagt u het volume tijdens het
bekijken van DVD's of het afpelen van CD's.
DVD-menuHiermee opent u het hoofdmenu van een DVD-
film, indien beschikbaar.
PijlenHiermee verplaatst u de cursor binnen de Media
Center-vensters.
OKHiermee selecteert u de gewenste actie of
menuoptie. Dezelfde functie als ENTER.
Verlichting aan/uitDruk op deze knop om de verlichting van de
lampjes in of uit te schakelen.
DempenHiermee schakelt u het geluid van de computer
uit.
Vori geHiermee wordt het vorige venster weergegeven.
Meer informatieHiermee geeft u gedetailleerde informatie over
functies of opties in het scherm weer.
StartHiermee opent u het menu Start.
Gebruikershandleiding2-21
Rondleiding
TerugspoelenHiermee spoelt u het medium (video, DVD,
muziek enzovoort) terug.
Afspelen/pauzeHiermee speelt u het geselecteerde medium af.
Deze knop fungeert tevens als pauzeknop.
Snel vooruitspoelenHiermee spoelt u het medium (video, DVD,
muziek enzovoort) vooruit.
Opnieuw afspelenHiermee springt het medium terug (zeven
StopHiermee stopt u het medium dat op dat moment
OverslaanHiermee springt het medium vooruit
seconden bij video's, één muzieknummer of één
DVD-hoofdstuk per keer).
wordt afgespeeld.
(30 seconden bij video's, één muzieknummer of
één DVD-hoofdstuk per keer).
Gebruik van de afstandsbediening
Sommige computers worden geleverd met een afstandsbediening,
waarmee een aantal van de functies van de computer op afstand kunnen
worden bediend.
■ De afstandsbediening is speciaal ontworpen voor deze computer.
■ Sommige toepassingen bieden mogelijk geen ondersteuning voor
afstandsbedieningsfuncties.
Gebruiksbereik van de afstandsbediening
Richt de afstandsbediening op de computer en druk op een toets.
De werkzame hoek en afstand worden hierna beschreven.
AfstandBinnen 5 meter van het
infraroodontvangstvenster.
HoekMinder dan circa 30 graden horizontaal en
15 graden verticaal ten opzichte van het
infraroodontvangstvenster.
Gebruikershandleiding2-22
Rondleiding
TO
SH
IB
A
S
a
tellit
e
30˚
30˚
15˚
5M
1
2
1. Infraroodontvangstvenster
2. Afstandsbediening
Gebruiksbereik van de afstandsbediening
* Het uiterlijk van de meegeleverde afstandsbediening kan per model
verschillen.
Zelfs binnen de effectieve afstand zoals hierboven beschreven, kan in de
volgende gevallen de afstandsbediening niet of niet goed werken.
■ Als zich tussen het infraroodontvangstvenster van de computer en de
afstandsbediening een obstakel bevindt.
■ Als direct zonlicht of sterk tl-licht op het infraroodontvangstvenster valt.
■ Als het infraroodontvangstvenster of het gedeelte van de
afstandsbediening waaruit het infraroodlicht komt vuil is.
■ Als er in de buurt van de computer wordt gewerkt met andere
computers die een infraroodafstandsbediening gebruiken.
■ Als de batterijen bijna leeg zijn.
Gebruikershandleiding2-23
Batterijen plaatsen/verwijderen
Zorg dat u de meegeleverde batterijen plaatst voordat u de
afstandsbediening gebruikt. De procedure voor het plaatsen en verwijderen
van de batterijen verschilt per type afstandsbediening. Controleer het type
en plaats of verwijder dan de batterijen volgens de instructies.
Bewaar de batterij voor de afstandsbediening buiten het bereik van
kinderen.
Een kind kan stikken als het een batterij inslikt. Als dit gebeurt, zoekt u
onmiddellijk medische hulp.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht wanneer u de batterij
van de afstandsbediening gebruikt.
■ Gebruik geen andere batterijen dan de aangegeven batterijen.
■ Plaats de batterijen met de positieve (+) en negatieve pool (-) in de
juiste richting.
■ De batterij niet herladen, verhitten, uit elkaar halen of kortsluiten, of
aan vuur blootstellen.
■ Gebruik geen batterijen waarvan de houdbaarheidsdatum is
verstreken of die geheel leeg zijn.
■ Gebruik geen verschillende soorten batterijen of oude en nieuwe
batterijen door elkaar.
■ Vervoer de batterij niet samen met metalen kettingen, haarspelden of
andere metalen voorwerpen.
■ Bij het opbergen of weggooien van batterijen dient u de polen (+ en -)
met isolatietape te bedekken om kortsluiting te voorkomen.
Bij het niet naleven van deze voorzorgsmaatregelen kan verhitting,
lekkage of ontploffing voorkomen. Hierdoor kunnen brandwonden of
ander letsel ontstaan. Wanneer de huid of kleding in aanraking komt met
batterijvloeistoffen, dient u deze direct te wassen met schoon water.
Wanneer batterijvloeistof in de ogen komt, moet u onmiddellijk spoelen
met schoon water en een arts raadplegen. Raak de batterijvloeistof op
instrumenten of apparaten niet met blote handen aan. Veeg de vloeistof af
met een doek of papieren handdoek.
Rondleiding
Gebruikershandleiding2-24
Het soort batterij dat kan worden gebruikt voor de grote
afstandsbediening
Wanneer de batterijen die met de afstandsbediening zijn geleverd leeg zijn,
vervang deze dan door batterijen van het type AA-mangaan of AA-alkaline.
Deze batterijen zijn algemeen verkrijgbaar. Andere soorten batterijen
mogen niet worden gebruikt.
De batterijen plaatsen
1. Open het batterijklepje op de achterzijde van de afstandsbediening.
Schuif het klepje in de richting van de pijl om het te verwijderen.
Het batterijklepje openen
2. Plaats de batterijen op de juiste plaats.
Let er op dat de batterijen met hun polariteiten (+ en -) in juiste positie
worden geplaatst.
Rondleiding
De batterijen plaatsen
3. Sluit het batterijklepje.
Sluit het klepje goed totdat het vastklikt.
Het batterijklepje sluiten
Gebruikershandleiding2-25
De batterijen vervangen
Wanneer de batterijen in de afstandsbediening versleten raken, is het
mogelijk dat de afstandsbediening niet goed of alleen op korte afstand van
de computer werkt. In dat geval dient u de batterijen te vervangen door
nieuwe.
1. Open het batterijklepje op de achterzijde van de afstandsbediening.
2. Vervang de batterijen.
Let er op dat de batterijen met hun polariteiten (+ en -) in juiste positie
worden geplaatst.
De batterijen verwijderen
3. Sluit het batterijklepje totdat het vastklikt.
Het soort batterij dat kan worden gebruikt voor de slanke
afstandsbediening
Wanneer de meegeleverde batterijen leeg zijn, vervangt u deze door een
gelijkwaardig type batterijen. Andere soorten batterijen mogen niet worden
gebruikt.
Rondleiding
De batterijen plaatsen
1. Open het batterijklepje aan de achterzijde van de afstandsbediening.
1
1. Accuklepje
Het batterijklepje openen
Gebruikershandleiding2-26
Rondleiding
2. Let erop dat u de batterijen met de juiste polariteit plaatst. Druk de
batterij omlaag tegen het veertje en druk de batterij vervolgens naar
voren, zodat deze correct in het batterijvak is geplaatst.
1. Veertje
1
2. Accu
2
De batterijen plaatsen
3. Sluit het batterijklepje. Duw zachtjes tot de lade zich vergrendelt.
Het batterijklepje sluiten
De batterijen vervangen
Wanneer de batterijen in de afstandsbediening bijna leeg zijn, is het
mogelijk dat de afstandsbediening niet goed of alleen op korte afstand van
de computer werkt. In dat geval dient u de batterijen te vervangen door
nieuwe.
1. Open het batterijklepje aan de achterzijde van de afstandsbediening.
2. Houd het veertje ingedrukt en schuif de batterij uit het batterijvak.
1. Veertje
2. Accu
Gebruikershandleiding2-27
21
De batterijen verwijderen
3.
Satellite
Plaats de batterij. Let erop dat u de batterijen met de juiste polariteit
plaatst. Druk de batterij omlaag tegen het veertje en druk de batterij
vervolgens naar voren, zodat deze correct in het batterijvak is geplaatst.
4. Sluit het batterijklepje. Duw zachtjes tot de lade zich vergrendelt.
De slanke afstandsbediening plaatsen
Een slanke afstandsbediening in het apparaat plaatsen
Volg de onderstaande stappen als u de slanke afstandsbediening wilt
plaatsen.
1. Zorg dat de ExpressCard-sleuf leeg is.
2. Zorg dat de voorkant naar boven wijst en plaats de slanke
afstandsbediening.
1
Rondleiding
1. Slanke afstandsbediening
De slanke afstandsbediening in het apparaat plaatsen
3. Druk voorzichtig totdat de kaart vastzit.
De slanke afstandsbediening verwijderen
Volg de onderstaande stappen als u de slanke afstandsbediening wilt
verwijderen.
1. Druk de slanke afstandsbediening licht in om deze eruit te halen.
2. Trek de slanke afstandsbediening uit de sleuf.
Gebruikershandleiding2-28
Aan de slag
Dit hoofdstuk verschaft basisinformatie aan de hand waarvan u met uw
computer aan de slag kunt. De volgende onderwerpen worden behandeld:
■ Lees in elk geval de paragraaf De computer voor het eerst opstarten.
■ Zorg dat u de bijgesloten Instructiehandleiding voor veiligheid en
comfort hebt gelezen om deze computer veilig en juist te gebruiken.
De handleiding is bedoeld om u comfortabeler en productiever met
laptops te laten werken. Als u de aanbevelingen in deze gids volgt,
verkleint u de kans op pijnlijk of blijvend letsel aan uw handen, armen,
schouders of nek.
■ De netadapter aansluiten
■ Het beeldscherm openen
■ De computer inschakelen
■ Windows Setup
■ De computer uitschakelen
■ Computer opnieuw opstarten
■ Opties voor systeemherstel en de vooraf geïnstalleerde software
herstellen
■ Gebruik antivirussoftware en controleer regelmatig op updates van
deze software.
■ Formatteer opslagmedia nooit zonder eerst de inhoud ervan te
controleren. Tijdens het formatteren gaan alle opgeslagen gegevens
verloren.
■ Het is verstandig om af en toe een back-up van de interne vaste schijf
of een ander primair opslagapparaat te maken op externe media.
Algemene opslagmedia zijn niet duurzaam of stabiel op de lange
termijn en onder bepaalde omstandigheden kan dit resulteren in
gegevensverlies.
■ Voordat u een apparaat of toepassing installeert, zorgt u ervoor dat
alle gegevens in het geheugen worden opgeslagen op de vaste schijf
of op een ander opslagmedium. Als u dat niet doet, kan dit mogelijk
resulteren in gegevensverlies.
Aan de slag
Hoofdstuk 3
Gebruikershandleiding3-1
De netadapter aansluiten
Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de
netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om met de
computer aan de slag te gaan, omdat de accu-eenheid eerst moet worden
opgeladen voordat u de computer hiermee van stroom kunt voorzien.
De netadapter kan worden aangesloten op elk stopcontact dat tussen
100 en 240 volt, en 50 of 60 hertz levert. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor informatie over het opladen
van de accu-eenheid met de netadapter.
■ Gebruik altijd de TOSHIBA-netadapter die bij uw computer is
meegeleverd of gebruik een andere netadapter die door Toshiba wordt
aanbevolen om het risico van brand of andere schade aan de pc te
vermijden. Het gebruik van een incompatibele netadapter kan leiden
tot brand of schade aan de computer, mogelijk met ernstig letsel tot
gevolg. TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die
is veroorzaakt door het gebruik van een incompatibele adapter.
■ Sluit de netadapter nooit aan op een voedingsbron die niet
overeenstemt met de spanning en frequentie die op het
voorschriftetiket van het apparaat zijn vermeld. Als u dat niet doet,
kunnen er brand of elektrische schokken optreden met mogelijk
ernstig letsel tot gevolg.
■ Gebruik of koop altijd netsnoeren die overeenstemmen met de
wettelijke specificaties en voorschriften met betrekking tot spanning en
frequentie die gelden in het land van gebruik. Als u dat niet doet,
kunnen er brand of elektrische schokken optreden met mogelijk
ernstig letsel tot gevolg.
■ Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en -
voorschriften in de regio waarin het product is gekocht en mag niet
buiten deze regio worden gebruikt. Voor gebruik in andere regio's dient
u een netsnoer aan te schaffen dat voldoet aan de veiligheidsregels en
-voorschriften in die regio.
■ Gebruik geen verloopstekker van 3-pins naar 2-pins.
■ Wanneer u de netadapter op de computer aansluit, dient u de stappen
precies in de hier beschreven volgorde uit te voeren. Het aansluiten
van het netsnoer op een stopcontact moet de laatste stap zijn. Als u
deze handeling in een eerder stadium verricht, kan de
gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter onder stroom komen te
staan, waardoor u het risico van een elektrische schok of persoonlijk
letsel loopt. Raak voor de veiligheid geen metalen onderdelen aan.
■ Plaats de computer of netadapter nooit op een houten oppervlak,
meubelstuk of een ander oppervlak dat door verhitting kan
beschadigen. Tijdens normaal gebruik zal de temperatuur aan de
onderkant van de computer en de buitenkant van de netadapter
namelijk stijgen.
■ Plaats de computer of netadapter altijd op een vlak en hard,
warmtebestendig oppervlak. Raadpleeg de bijgesloten Instructiegids
voor veiligheid en comfort voor gedetailleerde voorzorgsmaatregelen
en hanteringsinstructies.
Aan de slag
Gebruikershandleiding3-2
Aan de slag
1. Sluit het netsnoer op de netadapter aan.
Het netsnoer op de netadapter aansluiten
Een 2- of 3-pins adapter/snoer wordt met de computer meegeleverd,
afhankelijk van het model.
2. Plaats de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter in de
gelijkstroomingang (DC IN 19V) aan de rechterkant van de computer.
De adapter op de computer aansluiten
3. Sluit het netsnoer op een wandcontactdoos aan.
Gebruikershandleiding3-3
Het beeldscherm openen
Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal
kijkgemak.
1. Kantel het scherm omhoog en zet het in de stand waar u er het beste
zicht op hebt.
Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van het beeldscherm. Als u het
scherm te ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer
beschadigt.
Aan de slag
Het beeldscherm openen
■ Wanneer u het beeldscherm opent, dient u dit niet te forceren voorbij
het punt waarbij dit nog gemakkelijk gaat.
■ Let op dat u het beeldscherm niet te ver opent aangezien dit de
scharnieren van het scherm kan overbelasten en beschadigen.
■ Druk of duw niet op het beeldscherm.
■ Til de computer niet op aan het beeldscherm.
■
Klap het beeldscherm niet dicht als er pennen of soortgelijke voorwerpen
tussen het beeldscherm en het toetsenbord zijn achtergebleven.
■ Wanneer u het beeldscherm open- of dichtklapt, moet u een hand op
de polssteun plaatsen om de computer op zijn plaats te houden en
gebruikt u de andere hand om het beeldscherm voorzichtig open of
dicht te klappen (gebruik niet te veel kracht bij het open- of
dichtklappen van het beeldscherm).
Gebruikershandleiding3-4
De computer inschakelen
TO
S
H
IBA
S
a
tellit
e
TOSHIBA
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt.
Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet
uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd. Raadpleeg de
paragraaf Windows Setup.
Houd de Aan/uit-knop van de computer twee tot drie seconden ingedrukt.
Aan de slag
De computer inschakelen
Windows Setup
Wanneer u de computer voor het eerst inschakelt, verschijnt het
opstartscherm van Microsoft
Volg de aanwijzingen op het scherm.
Vergeet niet de Windows-gebruiksrechtovereenkomst zorgvuldig door
te lezen.
®
Windows.
De computer uitschakelen
U kunt de computer uitschakelen in een van de volgende modi:
afsluitmodus (ofwel opstartmodus), sluimerstand of slaapstand.
Gebruikershandleiding3-5
Afsluitmodus (opstartmodus)
Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen
gegevens opgeslagen; bij het opstarten van de computer wordt het
hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, slaat u deze op op de vaste schijf.
2. Controleer of er geen schijfactiviteit meer plaatsvindt en verwijder
vervolgens eventuele schijfmedia (CD/DVD).
■ Controleer of de lampjes van de schijf en het optische station uit
zijn. Als u de computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt,
loopt u het risico dat gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd
raakt.
■ Schakel de computer nooit uit terwijl een toepassing actief is. Dit zou
tot gegevensverlies kunnen leiden.
■ Schakel nooit de stroom uit, koppel nooit een extern opslagapparaat
los en verwijder nooit opslagmedia tijdens het lezen/schrijven van
gegevens. Als u dat wel doet, kan dit tot gegevensverlies leiden.
3. Klik op en vervolgens op de knop Afsluiten .
Kies Afsluiten in het vervolgkeuzemenu.
4. Schakel eventuele randapparaten uit.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even
tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Aan de slag
Slaapstand
Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de computer uitschakelen zonder
de software te hoeven sluiten. De gegevens worden in het hoofdgeheugen
van de computer bewaard. Wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw
werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden.
Als u de computer moet uitschakelen aan boord van een vliegtuig of op
een plaats waar elektronische apparaten worden bestuurd of bediend,
dient u de computer altijd helemaal uit te zetten. Hierbij moet u ook
schakelaars of apparaten voor draadloze communicatie uitzetten en
instellingen annuleren die de computer automatisch activeren, zoals
opnametimer. Als u de computer niet volledig op deze manier uitschakelt,
kan het besturingssysteem opnieuw worden geactiveerd en
voorgeprogrammeerde taken uitvoeren of niet-opgeslagen gegevens
opslaan en zo luchtvaart- of andere systemen verstoren, wat mogelijk
ernstig letsel kan veroorzaken.
Gebruikershandleiding3-6
Aan de slag
■ Wanneer de netadapter is aangesloten, wordt de computer in de
slaapstand gezet conform de instellingen in het dialoogvenster
Energiebeheer.
■ Als u de computer uit de slaapstand wilt halen, drukt u op de Aan/uit-
knop of op een willekeurige toets. De laatste methode werkt alleen als
Activering op toetsenbord is ingeschakeld in HW Setup.
■ Als de computer automatisch in de slaapstand wordt gezet terwijl een
netwerktoepassing actief is, wordt deze toepassing mogelijk niet
hersteld wanneer de computer uit de slaapstand wordt gehaald.
■ Als u wilt voorkomen dat de computer automatisch in de slaapstand
wordt gezet, schakelt u Slaapstand uit in Energiebeheer. Hierna is de
computer echter niet langer compatibel met de Energy Star-richtlijnen.
■ Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer in de
slaapstand te zetten.
■ Wanneer de computer in de slaapstand staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan
bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
■ Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de slaapstand
staat (tenzij de computer op een stopcontact is aangesloten). In dat
geval zullen gegevens in het geheugen verloren gaan.
Voordelen van de slaapstand
De slaapstand biedt de volgende voordelen:
■ De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de slaapstand.
■ De functie bespaart stroom door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer
ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem in
slaapstand.
■ U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
De slaapstand inschakelen
U kunt de slaapstand op een van de volgende drie manieren activeren:
■ Klik op de aan/uit-knop van de computer.
Let erop dat deze functie moet worden ingeschakeld via Energiebeheer
(klik hiervoor op Configuratiescherm Systeem en beveiligingEnergiebeheer).
■ Klik op Start en vervolgens op de pijl op de knop Afsluiten
■ Sluit het beeldscherm. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Raadpleeg
Energiebeheer (klik hiervoor op Configuratiescherm
Systeem en beveiliging Energiebeheer).
Wanneer u de computer weer inschakelt, kunt u uw werk hervatten op het
punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
Gebruikershandleiding3-7
, en selecteer Slaapstand in het menu.
U kunt de slaapstand ook activeren door op Fn + F3 te drukken.
Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
■ Wanneer de computer in de slaapstand staat, knippert het aan/uit-
lampje oranje.
■ Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de gebruiksduur
verlengen door af te sluiten in de sluimerstand, aangezien de
slaapstand meer energie gebruikt.
Beperkingen van de slaapstand
In de volgende omstandigheden werkt de slaapstand niet:
■ De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet.
■ Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit of
elektrische ruis.
Zuinige slaapstand
De sluimerstand zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen wordt
opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld. De volgende keer
dat de computer wordt aangezet, wordt de vorige toestand hersteld. De
status van randapparaten wordt niet door de sluimerfunctie opgeslagen.
■ Sla uw gegevens op. Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd, wordt
de inhoud van het geheugen op de vaste schijf opgeslagen. U kunt uw
gegevens voor de zekerheid echter het beste handmatig opslaan.
■ Als u de accu verwijdert of de netadapter ontkoppelt voordat het
opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren. Wacht tot het
schijflampje uitgaat.
■ Wanneer de computer in de sluimerstand staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan
gaan de gegevens verloren.
Aan de slag
Voordelen van de sluimerstand
De sluimerstand biedt de volgende voordelen.
■ Wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu
bijna leeg is, worden gegevens op de vaste schijf opgeslagen.
■ Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
■ De functie bespaart stroom door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer
ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem in
sluimerstand.
■ U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Gebruikershandleiding3-8
Aan de slag
Sluimerstand activeren
U kunt de zuinige slaapstand ook activeren door op Fn + F4 te drukken.
Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
Voer de volgende stappen uit om de sluimerstand in te schakelen:
1. Klik op .
2. Klik op de pijl in de knop Afsluiten .
3. Selecteer Sluimerstand in het vervolgkeuzemenu.
Automatische sluimerstand
Wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het beeldscherm sluit, wordt de
computer automatisch in de slaapstand gezet. Eerst dient u echter de juiste
instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren.
1. Open het Configuratiescherm.
2. Open Systeem en beveiliging en open vervolgens Energiebeheer.
3. Selecteer Choose what the power button does (Kies wat de aan/uitknop doet).
4. Activeer de gewenste slaapstandinstelling voor Als ik op de Aan/uit-knop druk en Als ik het scherm sluit.
5. Klik op de knop Save changes (Wijzigingen opslaan).
Gegevensopslag in de sluimerstand
Zodra u de computer in de slaapstand afsluit, worden de gegevens uit het
geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal
duren. Gedurende deze periode brandt het vaste-schijflampje.
Nadat u de computer hebt uitgeschakeld en de geheugeninhoud op de
vaste schijf is opgeslagen, dient u eventuele randapparaten uit te
schakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even
tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Computer opnieuw opstarten
In bepaalde gevallen dient u het systeem opnieuw op te starten.
Bijvoorbeeld:
■ als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd;
■ als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
■ Er zijn drie manieren om de computer opnieuw in te stellen:
1. Klik op en vervolgens op de pijl in de knop Afsluiten ,
en kies Opnieuw starten in het vervolgkeuzemenu.
2. Druk op Ctrl+Alt+Del om het menuvenster weer te geven en
selecteer vervolgens Restart (Opnieuw opstarten) in de opties voor
Shut Down (Afsluiten).
3. Druk op de
Als de computer zichzelf heeft uitgeschakeld, wacht u 10 tot 15 seconden
voordat u de computer weer inschakelt door op de aan/uit-knop te dru
Gebruikershandleiding3-9
Aan/uit-knop en houd deze knop circa 5 seconden ingedrukt.
kken.
Aan de slag
Opties voor systeemherstel en de vooraf geïnstalleerde
software herstellen
Op de vaste schijf is een verborgen partitie van ongeveer 1,5 GB
gereserveerd voor de opties voor systeemherstel.
De opties voor systeemherstel kunnen niet meer worden gebruikt als deze
partitie wordt verwijderd.
Opties voor systeemherstel
De opties voor systeemherstel zijn op de vaste schijf geïnstalleerd bij
aflevering uit de fabriek. Het menu voor systeemherstel bevat enkele opties
waarmee opstartproblemen kunnen worden gerepareerd, een diagnose
kan worden uitgevoerd of het systeem kan worden hersteld.
Meer informatie over opstartherstel vindt u in 'Windows Help en
ondersteuning'.
Bij het oplossen van problemen kunnen de opties voor systeemherstel
kunnen ook handmatig worden uitgevoerd.
Ga hierbij als volgt te werk. Volg de aanwijzingen op het scherm.
1. Schakel de computer uit.
2. Zet de computer aan terwijl u de toets F8 ingedrukt houdt. Het menu
Advanced Boot Options (Geavanceerde opstartopties) wordt
weergegeven.
3. Selecteer Uw computer repareren met behulp van de pijltoetsen en
druk op Enter.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm.
De functie Windows Complete PC Back-up kan voor alle edities van
Windows
®
7 worden gebruikt.
De vooraf geïnstalleerde software herstellen
Afhankelijk van het aangeschafte model kunt u de vooraf geïnstalleerde
software op verschillende manieren herstellen:
■ Optische herstelschijven maken en de vooraf geïnstalleerde software
hiervandaan herstellen
■ De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de herstelschijf
■ Herstelschijven bestellen bij TOSHIBA en de vooraf geïnstalleerde
software hiervandaan herstellen*
* Houd er rekening mee dat deze service niet gratis is.
Gebruikershandleiding3-10
Optische herstelschijven maken
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u herstelschijven maakt.
■ Sluit altijd de netadapter aan wanneer u herstelschijven maakt.
■ Sluit alle andere softwareprogramma's behalve TOSHIBA Recovery
Media Creator.
■ Voer geen programma's uit die de processor zwaar belasten, zoals
een schermbeveiliging.
■ Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
■ Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
■ Schrijf niet naar de schijf terwijl antivirussoftware actief is. Wacht tot
het programma klaar is en schakel vervolgens de anti-virussoftware uit
en andere programma's die automatisch bestanden controleren op de
achtergrond.
■ Gebruik geen hulpprogramma's, ook geen hulpprogramma's voor
snelle toegang tot de vaste schijf. Doet u dit toch, dan loopt u het risico
van storingen of gegevensverlies.
■ Gebruik tijdens het (her)schrijven van de schijf niet de afsluit-/
afmeldprocedure of de (zuinige) slaapstand.
■ Plaats de computer op een egaal, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, zoals auto's, treinen en
vliegtuigen.
■ Plaats de computer niet op een onstabiele tafel of ander onstabiel
oppervlak.
Een herstelimage van de software op uw computer wordt opgeslagen op
de vaste schijf en kan naar een DVD worden gekopieerd met behulp van
de volgende stappen:
1. Houd een lege DVD bij de hand.
2. In de toepassing kunt u kiezen uit diverse media waarnaar de
herstelimage wordt gekopieerd, waaronder DVD-R, DVD-R DL, DVDRW, DVD+R, DVD+R DL en DVD+RW.
Onthoud dat sommige van de bovengenoemde media mogelijk niet
compatibel zijn met het optische station dat in uw computer is
geïnstalleerd. Controleer daarom voordat u verdergaat of het optische
station het lege medium dat u hebt gekozen ondersteunt.
3. Schakel uw computer in en wacht totdat het Windows 7besturingssysteem op de vaste schijf op de gebruikelijke manier is
opgestart.
4. Plaats de eerste lege schijf in het optische station.
5. Selecteer het pictogram TOSHIBA Recovery Media Creator in het
menu Start van Windows 7.
6. Kies nadat TOSHIBA Recovery Media Creator is gestart het schijftype
en de titel die u naar het medium wilt kopiëren. Klik vervolgens op de
knop Creëren.
Aan de slag
Gebruikershandleiding3-11
Aan de slag
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de gemaakte
herstelschijven
Als de vooraf geïnstalleerde bestanden beschadigd zijn, kunt u de
computer in de oorspronkelijke staat herstellen met de herstelschijven die u
hebt gemaakt. Volg voor dit herstel de onderstaande stappen:
Als u het geluid hebt gedempt door op Fn + ESC te drukken, schakel het
geluid dan in, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces
start. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
U kunt Opties voor Systeemherstel niet gebruiken als u de vooraf
geïnstalleerde software herstelt zonder Opties voor Systeemherstel.
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de
vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren
gaan.
1. Plaats de (1ste schijf van de) herstelschijf in het optische station en
schakel de computer uit.
2. Houd de toets F12 op het toetsenbord ingedrukt en schakel de
computer in. Wanneer TOSHIBA Leading Innovation>>> wordt
weergegeven laat u de toets F12 los.
3. Gebruik de cursortoetsen Omhoog en Omlaag om het CD-ROMpictogram in het menu te selecteren.
4. Er wordt een menu weergegeven waarin u de instructies moet
uitvoeren.
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de herstelschijf
Een deel van de totale ruimte op de vaste schijf wordt als verborgen
herstelpartitie geconfigureerd. In deze partitie worden bestanden
opgeslagen waarmee vooraf geïnstalleerde software in geval van een
probleem kan worden hersteld.
Als u de vaste schijf vervolgens opnieuw configureert, mag u geen partities
wijzigen, verwijderen of toevoegen anders dan in de handleiding wordt
beschreven. Doet u dat wel, dan is de ruimte voor de vereiste software niet
beschikbaar.
Als u een partitioneringsprogramma van een andere leverancier gebruikt
om de partities op de vaste schijf te configureren, kunt u de computer
mogelijk niet meer installeren.
Als u het geluid hebt gedempt door op het 'dempen'-paneel (Fn + Esc) te
drukken, schakelt u het geluid in, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u
het herstelproces start. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord voor
meer informatie.
U kunt Opties voor Systeemherstel niet gebruiken als u de vooraf
geïnstalleerde software herstelt zonder Opties voor Systeemherstel.
Gebruikershandleiding3-12
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de
vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren
gaan.
1. Schakel de computer uit.
2. Schakel de computer in terwijl u 0 (nul) op het toetsenbord ingedrukt
houdt.
Er wordt een menu weergegeven waarin u de instructies moet uitvoeren.
Stel uw BIOS in op standaard voordat u de fabrieksinstellingen gaat
herstellen!
Herstelschijven bestellen bij TOSHIBA*
U kunt productherstelschijven voor uw notebook bestellen in de TOSHIBA
Europe Backup Media Online Shop.
* Houd er rekening mee dat deze service niet gratis is.
1. Ga naar http://backupmedia.toshiba.eu op internet.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm.
U ontvangt de herstelschijven binnen twee weken na het plaatsen van uw
bestelling.
Aan de slag
Gebruikershandleiding3-13
Basisbeginselen
TO
SHIB
A
Sate
llite
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de basisbewerkingen, zoals het
gebruik van draadloze communicatie, het touchpad, de sensor voor
vingerafdrukken, de webcam, de optische mediastations, het
geluidssysteem en het LAN. Verder worden tips gegeven voor het
onderhoud van de computer.
Het touchpad gebruiken
Om het touchpad te gebruiken plaatst u eenvoudigweg uw vingertop op het
touchpad en schuift deze in de richting waarin u de schermaanwijzer wilt
verplaatsen.
Basisbeginselen
Hoofdstuk 4
1
1. Touchpad
2. Touchpadbesturingsknoppen
Touchpad en touchpadbesturingsknoppen
Gebruikershandleiding4-1
2
De twee knoppen onder het toetsenbord worden op dezelfde wijze gebruikt
als de knoppen op een muis. Druk op de linkerknop om een menuoptie te
selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer
hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie
weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
Druk niet te hard op het touchpad en gebruik geen spitse voorwerpen
zoals ballpoints. Hierdoor kan het touchpad beschadigd raken.
Sommige functies kunt u activeren door het touchpad zachtjes aan te
tikken in plaats van op een besturingsknop te drukken.
Klikken: tik één keer op het touchpad.
Dubbelklikken: tik twee keer op het touchpad.
Slepen en neerzetten:
1. Houd de linkerbesturingsknop ingedrukt en beweeg de cursor om het
te verplaatsen item te verslepen.
2. Til uw vinger op om het item op de gewenste plaats te zetten.
Schuiven:
Verticaal: schuif uw vinger aan de rechterkant van het touchpad omhoog
of omlaag.
Horizontaal: schuif uw vinger aan de onderkant van het touchpad naar
links of rechts.
Touchpadgebaren
Gebruikers kunnen het systeem gemakkelijker en sneller bedienen aan de
hand van vier handige gebaren.
Basisbeginselen
ChiralMotion
U kunt horizontaal en verticaal schuiven. Schakel de selectievakjes Enable
vertical scrolling (Verticaal schuiven inschakelen) en Enable horizontal
scrolling (Horizontaal schuiven inschakelen) in om deze functies te
gebruiken.
Klik op het venster of item dat u wilt schuiven en schuif uw vinger omhoog
of omlaag aan de rechterkant van het touchpad om verticaal te schuiven.
Schuif uw vinger naar links of rechts langs de onderrand van het touchpad
om horizontaal te schuiven.
Als u niet kunt schuiven, controleert u of het juiste selectievakje is
ingeschakeld en of het venster of item waarop u hebt geklikt wel schuifbaar
is. Als het probleem dan nog niet is opgelost, controleert u de instellingen
bij Scrolling Region (Schuifgebied).
Gebruikershandleiding4-2
Basisbeginselen
Pinch Zoom (Pinch)
Met het Pinch Zoom-gebaar kunt u in vele toepassingen zoomen.
U kunt met dit gebaar dezelfde functies uitvoeren als met het scrollwiel
in standaard Windows-toepassingen die ondersteuning bieden voor de
zoomfunctie CTRL-SCROLLWIEL.
Schakel het selectievakje Enable Pinch Zoom (Pinch Zoom inschakelen)
in om deze functie in te schakelen.
Een Pinch Zoom-gebaar gebruiken:
1. Plaats twee vingers op het oppervlak van het touchpad.
2. Schuif uw vingers verder uit elkaar om in te zoomen of dichter naar
elkaar toe om uit te zoomen. U bereikt het beste resultaat als u uw
vingertoppen gebruikt.
Roteren (ChiralRotate)
Met de rotatiefuncties kunt u handige gebaren gebruiken voor het roteren
van foto's en andere objecten.
Momentum
Met de functie Momentum maakt u snelle, vloeiende trackballachtige
muisbewegingen. Met een snel gebaar van uw vinger op het oppervlak
van het touchpad kunt u de cursor over het volledige computerscherm
verplaatsen. Momentum vermindert de herhaalde bewegingen en
vermoeidheid die kunnen optreden als u de cursor over lange afstanden
verplaatst. Bovendien voelt de beweging net zo natuurlijk aan als het
gebruik van een trackball. Momentum is ideaal voor RTS- (Real Time
Strategy), FPS- (First Person Shooter) en RPG (Role Playing Games)games.
De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde manier gebruikt
als de knoppen op een standaardmuis. Druk op de linkerknop om een
menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met
de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of
andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
De sensor voor vingerafdrukken gebruiken
Op dit product is een vingerafdrukhulpprogramma geïnstalleerd waarmee
vingerafdrukken kunnen worden vastgelegd en herkend. Als u de id en het
wachtwoord vastlegt in het apparaat voor vingerafdrukverificatie, hoeft u
het wachtwoord niet meer via het toetsenbord in te voeren. Houd
eenvoudig uw vinger tegen de vingerafdruksensor, waarna de volgende
functies worden ingeschakeld:
■ Aanmelden bij Windows en toegang tot een beveiligde webpagina via
IE (Internet Explorer).
■ Bestanden en mappen kunnen worden gecodeerd/gedecodeerd, zodat
andere gebruikers er geen toegang toe hebben.
Gebruikershandleiding4-3
■ Bij terugkeer uit de energiebesparende stand (slaapstand) kan een
schermbeveiliging met wachtwoordbeveiliging worden uitgeschakeld.
■ Functie voor opstartbeveiliging en functie voor enkelvoudige
aanmelding.
■ Verificatie van gebruikerswachtwoord en vasteschijfwachtwoord terwijl
de computer wordt opgestart.
Als u uw vinger langs de sensor haalt, leest deze uw vingerafdruk.
Uw vinger laten lezen
Als u de volgende stappen uitvoert wanneer u uw vingers over de sensor
haalt voor vingerafdrukregistratie of -verificatie om zo fouten te voorkomen:
1. Plaats het eerste vingerkootje op dezelfde hoogte als het midden van
de sensor
2. Terwijl u de sensor zachtjes aanraakt, beweegt u uw vinger naar u toe
tot het sensoroppervlak zichtbaar wordt.
3. Zorg dat het midden van de vingerafdruk zich op de sensor bevindt
wanneer u uw vinger langs de sensor haalt.
Basisbeginselen
Beweeg uw vinger over de herkenningssensor
Gebruikershandleiding4-4
Basisbeginselen
■ Houd uw vinger niet stijf en druk niet te hard op de sensor:
De vingerafdruk wordt mogelijk niet correct gelezen als het midden
van uw vingertop de sensor niet raakt of als u te hard drukt. Zorg dat
het midden van de vingertop de sensor raakt voordat u uw vinger over
de sensor beweegt.
■ Controleer waar het midden van de krul op de vingerafdruk zich
bevindt:
De vingerafdruk van de duim bevat een grotere krul, zodat de kans op
afwijkingen en vervormingen groter is. Hierdoor wordt de registratie
moeilijker en zal het verificatiepercentage afnamen. Controleer altijd
waar het midden van de krul in de vingerafdruk zich bevindt, voordat u
uw vinger over het midden van de sensor haalt.
■ Als de vingerafdruk niet wordt gelezen:
Er kunnen verificatiefouten optreden als u uw vinger te snel of te
langzaam over de sensor haalt. Volg de instructies op het scherm om
de snelheid van de beweging aan te passen.
Aandachtspunten met betrekking tot de sensor voor vingerafdrukken
Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dit leiden tot (1) beschadiging
of storing van de sensor, of (2) problemen met de vingerafdrukherkenning
of een lager herkenningspercentage van vingerafdrukken.
■ Kras of duw niet met uw nagels of andere harde of scherpe voorwerpen
op de sensor.
■ Druk niet te hard op de sensor.
■ Raak de sensor niet aan met een natte vinger of natte voorwerpen.
Houd het sensoroppervlak droog en vrij van waterdamp.
■ Raak de sensor niet aan met een vuile vinger. Kleine vuildeeltjes op
een smerige vinger kunnen krassen op de sensor veroorzaken.
■ Plak geen stickers op de sensor en schrijft er niet op.
■ Raak de sensor niet aan met een vinger of een voorwerp met
opgebouwde statische elektriciteit.
Let op het volgende voordat u uw vinger op de sensor plaatst.
■ Was uw handen en droog ze grondig.
■ Verwijder statische elektriciteit van uw vingers door een metalen
oppervlak aan te raken. Statische elektriciteit is een gangbare oorzaak
van sensorstoringen, met name bij droog weer.
■ Reinig de sensor met een pluisvrije doek. Gebruik geen
reinigingsmiddel om de sensor te reinigen.
■ Vermijd het volgende wanneer u uw vingerafdruk vastlegt of wilt laten
herkennen aangezien dit kan leiden tot fouten in de opslag of een
afname in het herkenningspercentage.
■ Weke of gezwollen vinger (bijvoorbeeld nadat u een bad hebt
genomen)
■ Verwonde vinger
■ Natte vinger
■ Vuile of vettige vinger
■ Zeer droge huid
Gebruikershandleiding4-5
Doe het volgende als u het slagingspercentage van de
vingerafdrukherkenning wilt verbeteren.
■ Let twee of meer vingers vast.
■ Leg aanvullende vingers vast als de herkenning vaak mislukt met de
opgeslagen vingers.
■ Controleer de staat van uw vingers. Het herkenningspercentage neemt
af bij veranderingen in de vinger, zoals verwondingen of ruwe, zeer
droge, natte, vuile, vettige, weke of gezwollen vingers. Ook als de
vingerafdruk is verzwakt of als de vinger dunner of dikker wordt, kan het
herkenningspercentage afnemen.
■ De vingerafdruk van elke vinger is verschillend en uniek. Let erop dat u
alleen de geregistreerde of opgeslagen vingerafdruk(ken) voor
identificatie gebruikt.
■ Controleer de positie en snelheid van de vingerbeweging.
■ U kunt 30~34 vermeldingen voor vingerafdrukgegevens opslaan.
■ De vingerafdrukgegevens worden opgeslagen in het niet-vluchtige
geheugen van de sensor voor vingerafdrukken. Het wordt aangeraden
om vingerafdrukgegevens te verwijderen met behulp van het menu
Delete (Verwijderen) in Fingerprint Software Management
(Vingerafdrukbeheer) voordat u de computer weggooit.
De vingerafdrukgegevens verwijderen
Opgeslagen vingerafdrukgegevens worden opgeslagen in het nietvluchtige geheugen in de vingerafdruksensor. Als u de pc aan een ander
geeft of weggooit, wordt aanbevolen de volgende bewerkingen uit te
voeren.
1. Klik op Start Alle programma's TrueSuite Access Manager. Het
scherm voor de TrueSuite Access Manager-vingerafdruksoftware
wordt weergegeven.
2. Voer uw Windows-wachtwoord in en klik op Volge nde om het Control
Center te openen of haal de geregistreerde vinger over de sensor om
het Control Center te openen.
3. Klik op Delete All Fingerprints (Alle vingerafdrukken verwijderen).
Basisbeginselen
Beperkingen van de sensor voor vingerafdrukken
■ De sensor voor vingerafdrukken vergelijkt en analyseert de unieke
eigenschappen van een vingerafdruk.
■ Er wordt een waarschuwing weergegeven als de herkenning afwijkend
is of binnen een bepaalde tijd niet is geslaagd.
■ Het herkenningspercentage kan per gebruiker verschillen.
■ Toshiba garandeert niet dat de technologie voor
vingerafdrukherkenning foutloos is.
Gebruikershandleiding4-6
Basisbeginselen
■ Toshiba garandeert niet dat de sensor voor vingerafdrukken de
opgeslagen gebruiker altijd herkent of onbevoegde gebruikers altijd de
toegang weigert. Toshiba is niet aansprakelijk voor fouten of
beschadigingen die het gevolg kunnen zijn van het gebruik van de
software of het hulpprogramma voor vingerafdrukherkenning.
Aandachtspunten met betrekking tot het hulpprogramma voor
vingerafdrukken
■ Als de bestandscoderingsfunctie EFS (Encryption File System) van
Windows wordt gebruikt om een bestand te coderen, kan het bestand
niet verder worden gecodeerd met de coderingsfunctie van deze
software.
■ U kunt een reservekopie maken van de vingerafdrukgegevens of de
informatie die is opgeslagen in de Password Bank.
■ Gebruik het menu Import/Export (Importeren/Exporteren) in Fingerprint
Software Management (Vingerafdrukbeheer).
■ Raadpleeg tevens het Help-bestand in het hulpprogramma voor
vingerafdrukken voor meer informatie. U start de Help als volgt:
■ Klik op Start, Alle programma's, TrueSuite Access
Manager Document.
Klik op Start Alle programma's TrueSuite Access Manager. Het
hoofdvenster wordt weergegeven. Klik in de rechterbovenhoek van het
scherm op Help.
Configuratieprocedure
Voer de volgende stappen uit als u voor het eerst vingerafdrukverificatie
gebruikt.
Registratie van vingerafdrukken
Sla de vereiste verificatiegegevens op met de Fingerprints Enrollment
Wizard (Wizard voor vastlegging van vingerafdrukken).
■ De vingerafdrukverificatie gebruikt dezelfde aanmeldings-id en
hetzelfde wachtwoord dat u Windows gebruikt. Als u geen
aanmeldingswachtwoord voor Windows hebt ingesteld, doet u
dat voorafgaand aan de registratie.
■ Er kunnen maximaal 30-34 vingerafdrukpatronen worden
geregistreerd.
1. Klik op Start Alle programma's TrueSuite Access Manager of
dubbelklik op het pictogram in de taakbalk. Het venster Enter Windows
Password (Windows-wachtwoord invoeren) verschijnt.
2. Typ een wachtwoord in het veld Enter Windows Password (Windowswachtwoord invoeren) en klik op Volgende. Het scherm van het Control
Center wordt weergegeven.
Gebruikershandleiding4-7
3. Klik op het pictogram voor niet-opgeslagen vingers boven de vinger.
Het venster Fingerprint Enrollment (Vingerafdruk vastleggen) wordt
weergegeven.
4. Bevestig het bericht en klik op Vol gende . Het venster Scanning
Practice (Scanoefening) wordt weergegeven.
5. U kunt nu oefenen en uw vinger over de sensor halen. Wanneer u klaar
bent met oefenen, klikt u op Volgen de. Het scherm Fingerprint Image
Capture (Afbeelding vingerafdruk vastleggen) wordt weergegeven.
6. Volg de instructies op het scherm en beweeg dezelfde vinger die u hebt
geselecteerd in het Control Center (met goede afbeeldingen) drie keer
langs de sensor zodat er een vingerafdruksjabloon kan worden
gemaakt.
7. In geval van een verwonde vinger of een verificatiefout wordt
aanbevolen ook andere vingerafdrukken te registreren. Het volgende
bericht wordt weergegeven: [We recommended enrolling at least two fingerprint images.] (Wij raden u aan om ten
minste twee afbeeldingen van uw vingerafdruk vast te leggen) Klik op
OK en herhaal stap 3, 4, 5 en 6 met een andere vinger.
Aanmelden bij Windows via vingerafdrukverificatie
In plaats van de gebruikelijke Windows-aanmelding met een id en een
wachtwoord, kunt u zich ook bij Windows aanmelden via
vingerafdrukverificatie.
Dit is met name handig als de computer door veel gebruikers wordt
gebruikt, aangezien hierbij de gebruikersselectie kan worden
overgeslagen.
Basisbeginselen
Procedure voor vingerafdrukverificatie
1. Start de computer op.
2. Het venster Logon Authorization wordt weergegeven. Haal een van
de geregistreerde vingers over de sensor. Als de verificatie is gelukt,
wordt de gebruiker aangemeld bij Windows.
■ Als de vingerafdrukverificatie mislukt, dient u zich aan te melden met
het Windows-wachtwoord.
■ Meld u aan met het Windows-wachtwoord als de
vingerafdrukverificatie vijf maal mislukt. Als u zich wilt aanmelden met
het Windows-wachtwoord, voert u dit wachtwoord in het welkomst
scherm in.
■ Er wordt een waarschuwing weergegeven als de verificatie afwijkend
is of binnen een bepaalde tijd niet is geslaagd.
Gebruikershandleiding4-8
Basisbeginselen
Vingerafdrukverificatie tijdens het opstarten van het systeem
Algemeen
Het systeem voor vingerafdrukverificatie kan worden gebruikt als
vervanging van de wachtwoordverificatie via het toetsenbord tijdens het
opstarten van het systeem.
Als u het vingerafdrukverificatiesysteem niet wilt gebruiken tijdens het
opstarten, maar liever een wachtwoord invoert met behulp van het
toetsenbord, drukt u op de toets BACKSPACE wanneer het venster
Fingerprint System Boot Authentication (Vingerafdrukverificatie bij
opstarten) wordt weergegeven. Het scherm waarin u een wachtwoord met
het toetsenbord kunt invoeren wordt nu weergegeven.
■ U moet een gebruikerswachtwoord registreren als u de
vingerafdrukfunctie wilt gebruiken voordat het besturingssysteem is
opgestart, en om de aanvullende functie, enkelvoudige aanmelding via
vingerafdrukken, te gebruiken. Gebruik TOSHIBA HW Setup om het
gebruikerswachtwoord te registreren.
■ Als de vingerafdrukverificatie vaker dan vijfmaal mislukt, moet u het
gebruikers- of supervisorwachtwoord handmatig invoeren om de
computer te starten.
■ Haal uw vinger langzaam en met een constante snelheid langs de
sensor. Als het verificatiepercentage hierdoor niet toeneemt, pas dan
de snelheid aan.
■ Als er wijzigingen zijn in de omgeving of instellingen die te maken
hebben met verificatie, moet u de verificatiegegevens opgeven, zoals
een gebruikerswachtwoord en een wachtwoord voor de vaste schijf.
De instellingen voor vingerafdrukverificatie tijdens het
opstarten inschakelen
U moet uw vingerafdruk vastleggen met TrueSuite Access Manager
voordat u de opstartbeveiliging via vingerafdrukken kunt inschakelen
en configureren.
Controleer of uw vingerafdruk is vastgelegd voordat u de instellingen
configureert.
1. Haal uw vinger over de vingerafdruksensor of typ het Windowswachtwoord en klik op Volgende .
2. Klik op Settings (Instellingen). Het scherm Administrator Settings
(Beheerdersinstellingen) wordt weergegeven.
3. Zet een vinkje in "Enable Pre-OS Fingerprint Authentication"
(Opstartbeveiliging via vingerafdrukverificatie inschakelen) en
klik op OK.
De gewijzigde configuratie voor opstartbeveiliging via vingerafdrukken
wordt toegepast wanneer u het systeem opnieuw opstart.
Gebruikershandleiding4-9
Basisbeginselen
De functie voor enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken
Algemeen
Via deze functie kan de gebruiker zowel de verificatie van het
gebruikerswachtwoord (en desgewenst het wachtwoord voor de vaste
schijf) uitvoeren als hij zich aanmeldt bij Windows met slechts één
vingerafdrukverificatie tijdens het opstarten. De gebruiker moet het
gebruikerswachtwoord en het aanmeldingswachtwoord voor Windows
registreren om de vingerafdrukfunctie te kunnen gebruiken voordat het
besturingssysteem is opgestart en om de functie voor enkelvoudige
aanmelding via vingerafdrukken te kunnen gebruiken. Gebruik TOSHIBA
HW Setup om het gebruikerswachtwoord te registreren.
Er is slechts één vingerafdrukverificatie vereist ter vervanging van het
gebruikerswachtwoord (en het wachtwoord voor de vaste schijf en het
supervisorwachtwoord, indien geselecteerd) en het wachtwoord voor de
Windows-aanmelding.
De functie voor enkelvoudige aanmelding via
vingerafdrukken inschakelen
U moet uw vingerafdruk vastleggen met het programma TrueSuite Access
Manager voordat u enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken kunt
inschakelen en configureren. Controleer of de vingerafdruk is geregistreerd
voordat u de instellingen configureert.
1. Haal uw vinger over de vingerafdruksensor of typ het Windowswachtwoord en klik op Volgende .
2. Klik op Settings (Instellingen). Het scherm Administrator Settings
(Beheerdersinstellingen) wordt weergegeven.
3. Zet een vinkje in "Enable Pre-OS Fingerprint Authentication"
(Opstartbeveiliging via vingerafdrukverificatie inschakelen).
4. Zet een vinkje in Enable Single Sign-On Fingerprint Authentication
(Enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukverificatie inschakelen) en
klik op OK.
De gewijzigde configuratie voor enkelvoudige aanmelding via
vingerafdrukken wordt toegepast wanneer u het systeem opnieuw opstart.
Beperkingen van het hulpprogramma voor vingerafdrukken
TOSHIBA garandeert niet dat de technologie voor het
vingerafdrukhulpprogramma volledig veilig of foutloos werkt. TOSHIBA
garandeert niet dat het vingerafdrukprogramma onbevoegde gebruikers
altijd de toegang weigert. TOSHIBA is niet aansprakelijk voor fouten of
beschadigingen die het gevolg kunnen zijn van het gebruik van de software
of het hulpprogramma voor vingerafdrukken.
Gebruikershandleiding4-10
Functie voor USB-slaapstand en laden
Uw computer kan de USB-poort van stroom (5 V gelijkstroom) voorzien,
zelfs als de computer is uitgeschakeld. Met "uitgeschakeld" wordt bedoeld
dat de computer in de slaapstand of de sluimerstand staat of volledig is
uitgeschakeld.
Deze functie kan alleen worden gebruikt voor poorten die de functie voor
laden via USB in slaapstand ondersteunen (hierna "compatibele poorten"
genoemd).
Compatibele poorten zijn USB-poorten met het symbool ( ).
U kunt de functie "Laden via USB in slaapstand" gebruiken om bepaalde
externe USB-compatibele apparaten op te laden, zoals mobiele telefoons
of draagbare digitale muziekspelers.
De functie "Laden via USB in slaapstand" werkt echter mogelijk niet bij
bepaalde externe apparaten, zelfs als deze compatibel zijn met de USBspecificatie. Zet in die gevallen de computer aan om het apparaat op te
laden.
■ De functie "Laden via USB in slaapstand" werkt alleen voor
compatibele poorten. Deze functie is standaard uitgeschakeld.
■ Als de functie 'USB-slaapstand en laden' is ingesteld op
[Ingeschakeld], krijgen compatibele USB-poorten stroom (5 V), zelfs
als de computer is uitgeschakeld.
Er wordt ook stroom (5 V) geleverd aan externe apparaten die op de
compatibele USB-poorten zijn aangesloten. Sommige externe
apparaten kunnen echter niet alleen via USB-stroom (5 V) worden
opgeladen.
Neem voor de specificaties van de externe apparaten contact op met
de fabrikant van het apparaat of raadpleeg de specificaties van het
apparaat voordat u dit gebruikt.
■ Externe apparaten opladen via de functie 'USB-slaapstand en laden'
duurt langer dan wanneer u de eigen lader van het apparaat gebruikt.
■ Als de functie USB Sleep and Charge (USB-slaapstand en laden) is
ingesteld, zal de accu van de computer ontladen als deze in de zuinige
slaapstand staat of wanneer de computer wordt uitgeschakeld. Het is
aan te bevelen om de netadapter op de computer aan te sluiten
wanneer u de functie 'USB-slaapstand en laden' gebruikt.
■ Externe apparaten die stroom (5 V) krijgen via de USB-poorten van de
computer, kunnen altijd worden gebruikt.
■ Als de externe apparaten die op de compatibele poorten zijn
aangesloten, te veel stroom trekken, kan de toevoer van USB-stroom
(5 V) uit veiligheidsoverwegingen worden gestopt.
Basisbeginselen
Metalen paperclips of haarspelden genereren warmte als ze in contact
komen met een USB-poort. Voorkom daarom dat USB-poorten in contact
komen met metalen voorwerpen, bijvoorbeeld wanneer u de computer in
een tas draagt.
Gebruikershandleiding4-11
Het hulpprogramma USB-slaapstand en laden starten
U start dit hulpprogramma door te klikken op Start Alle programma's
TOSHIBA Hulpprogramma's USB-slaapstand en laden.
USB-slaapstand en laden inschakelen
Dit hulpprogramma kan worden gebruikt om de functie voor USBslaapstand en laden in en uit te schakelen. Schakel het selectievakje USBslaapstand en laden in. Deze functie is standaard uitgeschakeld.
Instellingen voor de stroomvoorzieningsmodus
Er zijn diverse modi beschikbaar voor de functie USB-slaapstand en laden.
Normaal gesproken dient u Modus 4 (standaardinstelling) te gebruiken.
Stel een andere modus in (probeer van Modus 3 tot Modus 1)*1 als de
oplaadfunctie niet kan worden gebruikt in Modus 4 (standaardinstelling).
Deze functie kan mogelijk niet worden gebruikt met bepaalde aangesloten
externe apparaten, ook al is de juiste modus geselecteerd. Schakel in dat
geval het selectievakje USB-slaapstand en laden uit en gebruik deze
functie niet.
*1 Sommige modi worden mogelijk niet in de lijst weergegeven.
Accu-instellingen
Het gedeelte Accu kan worden gebruikt om de ondergrens voor de
resterende gebruiksduur van de accu voor de functie USB-slaapstand en
laden in te stellen. Verplaats de schuifregelaar om de ondergrens in te
stellen. Als de resterende gebruiksduur van de accu onder deze instelling
valt, wordt de functie USB-slaapstand en laden gestopt. Als u het
selectievakje Enable under Battery Mode (Inschakelen in accumodus)
uitschakelt, wordt de laadfunctie alleen gebruikt als de netadapter is
aangesloten.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-12
De webcamera gebruiken
TO
SH
IB
A
S
a
tellit
e
Sommige modellen beschikken over een ingebouwde webcamera
waarmee foto's en videobeelden kunnen worden vastgelegd. De webcam
wordt automatisch ingeschakeld als Windows wordt opgestart.
Verwijder het plastic beschermfolie voordat u de webcam gaat gebruiken.
Basisbeginselen
1
2
3
1. Ingebouwde microfoon
2. Lens van webcamera
3. Lampje van webcamera
Gebruikershandleiding4-13
De software gebruiken
De software voor de webcamera is vooraf geconfigureerd om te worden
gestart als u Windows inschakelt. U start deze software als volgt
handmatig: StartAlle programma'sToshiba Hulpprogramma's Web Camera Application (Webcameratoepassing).
123
4
5
6
78
1. Foto's maken
2. Video opnemen
3. Audio opnemen
4. Functie
5. Weergavevenster
6. Cameraresolutie
7. Dempen
8. Effecten
Foto's vastleggenKlik om een voorbeeld van de vastgelegde
afbeelding weer te geven. U kunt deze
afbeelding ook verzenden per e-mail.
Video opnemenKlik om alles klaar te maken voor de opname en
Audio opnemenKlik hier om te beginnen met opnemen.
FunctieToegang tot extra functies: About, Player,
AboutHier worden de gegevens van de
SpelerHiermee speelt u videobestanden af.
EffectsKies de beelden die moeten worden
klik nogmaals om te beginnen met opnemen.
Klik een derde keer om de opname te stoppen
en een voorbeeld van de video te zien.
Klik nogmaals om te stoppen en te luisteren
naar een voorbeeld van de audio.
Effecten, Eigenschappen, Instellingen en Help.
softwarefabrikant weergegeven.
weergegeven op het vastlegscherm.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-14
EigenschappenIn het tabblad Opties stelt u instellingen voor
InstellingenWijzig de positie van het hulpprogramma in het
HelpHier worden de Help-bestanden voor de software
De microfoon gebruiken
De computer heeft een ingebouwde microfoon waarmee u monogeluid in
uw toepassingen kunt opnemen. Deze kan ook worden gebruikt om
spraakopdrachten te geven aan toepassingen die dergelijke functies
ondersteunen. (Sommige modellen zijn voorzien van een ingebouwde
microfoon)
Als de computer een ingebouwde microfoon en luidspreker heeft, kan er
onder bepaalde omstandigheden "rondzingen" optreden. Akoestische
terugkoppeling ontstaat wanneer geluid uit de luidspreker in de microfoon
wordt opgevangen en versterkt naar de luidspreker wordt teruggezonden,
vanwaar het weer wordt teruggestuurd naar de microfoon.
Dit type terugkoppeling treedt herhaalde malen op en veroorzaakt een
harde, hoge toon. Het gaat hier om een algemeen verschijnsel dat in elk
geluidssysteem voorkomt wanneer de microfooninvoer naar de luidspreker
wordt uitgevoerd (doorvoer) terwijl de luidspreker te hard staat of zich te
dicht bij de microfoon bevindt. U kunt de doorvoer regelen door het volume
van de luidspreker aan te passen of met de functie Dempen in het
deelvenster Hoofdvolume. Raadpleeg de Windows-documentatie
voor informatie over het gebruik van het deelvenster Hoofdvolume
(Master Volume).
Basisbeginselen
omdraaien, zoomen, knippersnelheid,
nachtmodus en compensatie
achtergrondverlichting in. Wijzig de
kleurinstellingen in het tabblad Image
(Afbeelding). Wijzig de lichtomstandigheden in
het tabblad Profielen.
tabblad Opties. Kies het tabblad Afbeelding om
de opties voor afbeeldingsuitvoer zoals grootte,
exportbestand en opslagpad te selecteren. Kies
het tabblad Video voor video-uitvoerinstellingen
zoals framesnelheid, grootte,
opnamecompressor en opslagpad.
Kies het tabblad Audio om audioapparaat,
audiocompressor, audiovolume en opslagpad te
wijzigen.
weergegeven.
Gebruikershandleiding4-15
TOSHIBA-gezichtsherkenning gebruiken
TOSHIBA-gezichtsherkenning gebruikt een
gezichtsherkenningsbibliotheek om de gezichtsgegevens van gebruikers
te verifiëren als deze zich aanmelden bij Windows. De gebruiker hoeft in
dit geval dus geen wachtwoord in te voeren, waardoor de aanmelding
gemakkelijker verloopt.
■ Met de TOSHIBA-gezichtsherkenningsfunctie kan niet worden
gegarandeerd dat de identificatie van een gebruiker juist is.
Wijzigingen aan het uiterlijk van een geregistreerde gebruiker zoals
haardracht, het dragen van een pet of een bril kunnen gevolgen
hebben voor het slagingspercentage van de gezichtsherkenning.
■ Met de TOSHIBA-gezichtsherkenningsfunctie kan een gezicht dat lijkt
op het gezicht van een andere gebruiker ten onrechte worden
herkend.
■ TOSHIBA-gezichtsherkenning is niet geschikt voor streng beveiligde
toepassingen; het is geen geschikte vervanger voor wachtwoorden
van Windows. Gebruik de wachtwoorden die u hebt ingesteld voor
Windows als beveiliging zeer belangrijk is.
■ Scherpe achtergrondverlichting en/of schaduw kunnen tot gevolg
hebben dat een geregistreerde gebruiker niet wordt herkend. Meld u in
dat geval aan met uw wachtwoord voor Windows. Als de herkenning
van een gebruiker herhaaldelijk mislukt, dient u de documentatie van
uw computer te raadplegen voor tips om de prestaties van de
gezichtsherkenningsfunctie te verbeteren.
■ TOSHIBA Gezichtsherkenning legt gegevens over gezichten vast in
een logbestand wanneer de gezichtsherkenning mislukt. Wanneer u
de computer van de hand doet of weggooit, dient u de toepassing of
alle logbestanden die de toepassing heeft gemaakt te verwijderen.
Raadpleeg het Help-bestand voor meer informatie hierover.
Basisbeginselen
Afwijzing van aansprakelijkheid
Toshiba garandeert niet dat de technologie voor gezichtsherkenning
volledig veilig of foutloos werkt. Toshiba garandeert niet dat het programma
voor gezichtsherkenning onbevoegde gebruikers altijd de toegang weigert.
Toshiba is niet aansprakelijk voor fouten of beschadigingen die het gevolg
kunnen zijn van het gebruik van de software of het hulpprogramma voor
gezichtsherkenning.
TOSHIBA EN ZIJN DOCHTERONDERNEMINGEN EN LEVERANCIERS
ZIJN NIET AANSPRAKELIJK VOOR SCHADE AAN OF VERLIES VAN
PROGRAMMA'S, GEGEVENS, NETWERKSYSTEMEN OF
VERWISSELBARE OPSLAGMEDIA, WINSTDERVING OF
BEDRIJFSSCHADE DIE VOORTVLOEIT UIT OF HET GEVOLG IS VAN
HET GEBRUIK VAN HET PRODUCT, OOK AL IS TOSHIBA OP DE
HOOGTE GESTELD VAN DE MOGELIJKHEID DAARVAN.
Gebruikershandleiding4-16
De gegevens voor gezichtsherkenning registreren
Maak een foto voor gezichtsherkenningsdoeleinden en registreer de
vereiste gegevens als u zich aanmeldt. Volg de hierna genoemde stappen
om de vereiste gegevens voor het aanmelden te registreren:
1. Klik op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's Face Recognition (Gezichtsherkenning).
■ Het registratievenster wordt weergegeven voor een aangemelde
gebruiker wiens gezicht nog niet is geregistreerd.
■ Het beheervenster wordt weergegeven voor een aangemelde
gebruiker wiens gezicht al is geregistreerd.
2. Klik in het venster Management (Beheer) op de knop Register face
(Gezicht registreren). Het venster Registration (Registratie) wordt
weergegeven.
■ Klik op Volgende als u wilt oefenen.
■ Klik op Overslaan als u niet wilt oefenen.
3. Klik op Vo lgende om de gids te starten.
4. Maak een foto terwijl u uw hoofd iets naar links en naar rechts beweegt.
5. Maak een foto terwijl u uw hoofd omlaag en omhoog beweegt.
■ Klik op de knop Ter ug als u nog een keer wilt oefenen.
6. Klik op Vo lgende als u de opnameprocedure voor de foto wilt starten.
7. Houd uw gezicht zo dat het binnen het gezichtvormige kader valt. Zodra
u uw gezicht in de juiste positie houdt, start de opname.
8. Beweeg uw hoofd iets naar links en naar rechts, en beweeg het
vervolgens omhoog en omlaag. De opname stopt nadat u uw hoofd een
aantal keren naar links en rechts, en omlaag en omhoog hebt bewogen.
Als de registratie is geslaagd, wordt in het venster het volgende bericht
weergegeven: "Registration successful. U gaat nu de verificatietest doen. Click the Next button."
(Registratie voltooid. We voeren nu een verificatietest uit. Klik op de
knop Next (Volgende)).
9. Klik op Vo lgende en voer de verificatietest uit.
Kijk naar het venster, net als bij de registratie.
■ Klik op de knop Back (Terug) als de verificatie mislukt en registreer
uzelf opnieuw. Zie de stappen 6 tot en met 8.
10. Klik op Volgen de als de verificatie is voltooid en registreer een account.
11. Vul de velden Gebruikersnaam, User Full name (Volledige naam
gebruiker), Aanmelden op, Wachtwoord en Bevestig het wachtwoord in.
Klik op Vol gend e als u klaar bent. Het venster Management (Beheer)
wordt weergegeven.
12. Klik op de geregistreerde accountnaam. De vastgelegde foto van uw
gezicht wordt links weergegeven.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-17
De gegevens voor gezichtsherkenning verwijderen
Afbeeldingsgegevens, accountgegevens en gegevens uit de persoonlijke
record die zijn aangemaakt bij de registratie verwijderen. Voer de hierna
beschreven stappen uit als u de gegevens voor gezichtsherkenning wilt
verwijderen:
1. Klik op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's Face Recognition (Gezichtsherkenning).
Het venster Management (Beheer) wordt weergegeven.
2. Selecteer een gebruiker.
3. Klik op de knop Delete (Verwijderen). "You are about to delete the user data. Would you like to continue?" (U staat op
het punt om de gebruikersgegevens te verwijderen. Wilt u doorgaan?)
wordt weergegeven op het scherm.
■ Als u de gegevens niet wilt verwijderen, klikt u op de knop Nee,
waarna u terugkeert naar het beheervenster.
■ Als u op de knop Ja klikt, wordt de geselecteerde gebruiker
verwijderd uit het beheervenster.
Het Help-bestand openen
Verdere informatie over dit hulpprogramma vindt u in het Help-bestand.
1. Klik op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's Gezichtsherkenning Help.
Basisbeginselen
Aanmelden bij Windows via TOSHIBA-gezichtsherkenning
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u zich bij Windows aanmeldt met
TOSHIBA Gezichtsherkenning. Er zijn twee verificatiemodi beschikbaar.
■ Venster AUTO Mode Login (Aanmelding via AUTO-modus): als het
gezichtsherkenningsbestand standaard is geselecteerd, kunt u zich
aanmelden zonder toetsenbord of muis.
■ Venster 1:1 Mode Logon: (Aanmelding via 1:1-modus): deze methode
is in feite gelijk aan de automatische methode, maar het venster
Account selecteren wordt weergegeven voorafgaand aan het venster
Vastgelegde foto weergeven en u moet de gebruikersaccount
selecteren die moet worden geverifieerd om het verificatieproces te
starten.
Gebruikershandleiding4-18
Basisbeginselen
Het venster AUTO Mode Logon (Aanmelding via AUTOmodus)
1. Schakel de computer in. Het venster Select Tiles (Tegels selecteren)
wordt weergegeven.
2. Selecteer de tegel voor de gezichtsherkenning. ''Please face the camera'' (Draai uw gezicht naar de camera) wordt weergegeven.
3. De verificatie wordt uitgevoerd. Als de verificatie is voltooid, verschijnen
langzaam de afbeeldingsgegevens die zijn vastgelegd in stap 2 over
elkaar heen.
■ Als er een fout optreedt tijdens de verificatie, keert u terug naar het
venster Select Tiles (Tegels selecteren).
4. Het welkomstscherm van Windows wordt weergegeven en u wordt
automatisch aangemeld bij Windows.
Het venster 1:1 Mode Logon (Aanmelding via 1:1-modus)
1. Schakel de computer in. Het venster Select Tiles (Tegels selecteren)
wordt weergegeven.
2. Selecteer de tegel voor de gezichtsherkenning. Het venster Select Account (Account selecteren) wordt weergegeven.
3. Selecteer de account en klik op de pijl. ''Please face the camera''
(Draai uw gezicht naar de camera) wordt weergegeven.
4. De verificatie wordt uitgevoerd. Als de verificatie is voltooid, verschijnen
langzaam de afbeeldingsgegevens die zijn vastgelegd in stap 6 over
elkaar heen.
■ Als er een fout optreedt tijdens de verificatie, keert u terug naar het
venster Select Tiles (Tegels selecteren).
5. Het welkomstscherm van Windows wordt weergegeven en u wordt
automatisch aangemeld bij Windows.
■ Als de verificatie is voltooid, maar er treedt vervolgens een
verificatiefout op bij de aanmelding bij Windows, dan wordt u
gevraagd uw accountgegevens te verstrekken.
Gebruikershandleiding4-19
Tv-tuner
Gebruik de functie Mijn tv van Media Center in de Windows-modus om tvprogramma's te kijken of op te nemen. Sluit een tv-tunerantenne aan op de
tv-tuneraansluiting op de computer.
Sommige modellen zijn uitgerust met een tv-tuner.
De afmetingen en vorm van de tv-antennepoort verschillen per regio.
De tv-tuner werkt alleen in het land waarin de computer is gekocht.
De tv-tuner gebruiken
Antenne
■ De kwaliteit van beeld en geluid is sterk afhankelijk van de voortplanting
■ Als u de computer gebruikt in gebieden met zwakke radiogolven en de
De kabel aansluiten
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de antennekabel op de computer
aansluit.
De antennekabel aansluiten
Basisbeginselen
van radiogolven.
ontvangst is slecht, neem dan contact op met de leverancier van de
computer of gebruik een in de handel verkrijgbare antenneversterker.
Raadpleeg de handleiding bij de antenneversterker voor meer informatie.
■ Sommige computermodellen zijn uitgerust met een ontvanger die
digitale uitzendingen kan ontvangen. Deze ontvangers kunnen digitale
DVB-T-uitzendingen ontvangen. Digitale uitzendingen kunnen niet
worden ontvangen in gebieden waar digitale DVB-T-uitzendingen niet
beschikbaar zijn.
■ Gelijktijdige ontvangst en opname is niet mogelijk als een set-top-box
is aangesloten en de bovenstaande instellingen worden gebruikt.
■ In verband met wettelijke voorschriften is het niet toegestaan om PAL/
SECAM tv-tuners in Korea in te voeren.
Bij onweer dient u de antennekabel niet aan te raken. Als u dit toch doet,
kan dit een elektrische schok veroorzaken.
Als u tijdens onweer met de computer werkt en de tv-tuner op een externe
antenne hebt aangesloten, dient u de computer op netvoeding te
gebruiken. De netadapter biedt enige bescherming tegen mogelijke
elektrische schokken als gevolg van onweer (maar kan deze niet
helemaal voorkomen). Volledige bescherming ontstaat als u de computer
tijdens onweer niet gebruikt.
1. Sla uw werk op, sluit Windows af en schakel de computer uit.
2. Sluit de antennekabel aan op de tv-in-poort van de computer.
Als u een descrambler hebt gebruikt om de programma's via kabel-tv of
satelliet te ontvangen, dient u de set-top box en splitter aan te sluiten op
de coaxkabel en de antennekabel.
Gebruikershandleiding4-20
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.