Toshiba SATELLITE M30X User Manual [nl]

Page 1
Satellite M30X-serie
TOSHIBA
Satellite M30X-serie
Gebruikershandleiding
Page 2
Copyright
© 2004 by TOSHIBA Corporation. Alle rechten voorbehouden. Krachtens de auteurswetten mag deze handleiding op geen enkele wijze worden verveelvoudigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TOSHIBA. Met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding wordt geen octrooirechtelijke aansprakelijkheid aanvaard.
TOSHIBA Satellite M30X-serie Draagbare personal computer Gebruikershandleiding
Eerste druk augustus 2004
Disclaimer
Deze handleiding is zorgvuldig gevalideerd en nagekeken. De aanwijzingen en beschrijvingen waren correct voor draagbare personal computers uit de Satellite M30X-serie op het tijdstip waarop deze handleiding ter perse ging. Navolgende computers en handleidingen kunnen echter zonder kennisgeving worden gewijzigd. TOSHIBA aanvaardt dientengevolge geen aansprakelijkheid voor schade die direct of indirect voortvloeit uit fouten of omissies in de handleiding, of uit discrepanties tussen computer en handleiding.
Handelsmerken
IBM is een gedeponeerd handelsmerk, en IBM PC, OS/2 en PS/2 zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
Celeron, Intel, Intel SpeedStep en Pentium zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation of haar dochtermaatschappijen in de Verenigde Staten en andere landen.
MS-DOS, Microsoft, Windows en DirectX zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Centronics is een gedeponeerd handelsmerk van Centronics Data Computer Corporation. Photo CD is een handelsmerk van Eastman Kodak.
Bluetooth is een handelsmerk in eigendom van de eigenaar en wordt door TOSHIBA onder licentie gebruikt.
i.LINK is een handelsmerk van Sony Corporation. TruSurround XT, TruBass, Dialog Clarity, SRS en het SRS-symbool
zijn handelsmerken van SRS Labs, Inc. TruSurround XT-technologie wordt onder licentie van SRS Labs, Inc.
gebruikt. In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken
en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn genoemd.
Gebruikershandleiding ii
Page 3
Informatie over Macrovision
Dit product maakt gebruik van een techniek ter bescherming van auteursrechten. Deze techniek wordt beschermd door methoden en claims onder bepaalde Amerikaanse octrooien en andere intellectuele eigendomsrechten van Macrovision Corporation en andere rechtmatige eigenaars. Gebruik van deze techniek is alleen toegestaan met toestemming van Macrovision Corporation en is uitsluitend bedoeld voor privégebruik en weergave voor een beperkt publiek, tenzij Macrovision Corporation toestemming heeft verleend voor andere gebruiksmogelijkheden. Terugwerkend construeren of demonteren is verboden.
Veiligheidsinstructies
Houd u aan de volgende richtlijnen om uzelf en de computer optimaal te beschermen.
Tijdens het gebruik van de computer
Laat de portable tijdens gebruik niet lange tijd achtereen op uw lichaam rusten. Bij langdurig gebruik kan de onderkant bijzonder warm worden, waardoor onafgebroken lichamelijk contact in ongemak of zelfs brandwonden kan resulteren.
Probeer niet de computer zelf te repareren. Volg de installatie-
instructies nauwgezet.
Draag een accu niet in uw zak, handtas of een andere houder waar
metalen objecten (zoals sleutels) de accuklemmen kunnen kortsluiten. Hierdoor kunnen extreem hoge temperaturen ontstaan, met het risico van brandwonden.
Zorg dat er geen voorwerpen op het snoer van de netadapter rusten en
dat het snoer niet op een locatie ligt waar regelmatig mensen lopen of staan.
Plaats de netadapter op een positie met voldoende ventilatie,
bijvoorbeeld op een bureaublad of op de vloer, wanneer u de computer op de netvoeding gebruikt of de accu oplaadt. Bedek de netadapter niet met papier of andere voorwerpen die afkoeling belemmeren, en gebruik de netadapter niet terwijl deze in een draagtas zit.
Gebruik uitsluitend de netadapter en accu's die zijn goedgekeurd voor
gebruik met deze computer. Gebruik van een ander type accu of netadapter resulteert in brand- of ontploffingsgevaar.
Gebruikershandleiding iii
Page 4
Controleer alvorens de computer op een voedingsbron aan te sluiten of
de spanningsspecificatie van de netadapter overeenkomt met die van de beschikbare voedingsbron.
115 V/60 Hz in het merendeel van Noord- en Zuid-Amerika en een aantal landen in het Verre Oosten (zoals Taiwan).
100 V/50 Hz in het oosten van Japan en 100 V/60Hz in het westen van Japan.
230 V/50 Hz in de meeste landen van Europa, het Midden Oosten en het Verre Oosten.
Als u de netadapter met een verlengsnoer gebruikt, zorg dan dat de
totale stroomsterkte van de op het verlengsnoer aangesloten apparaten niet hoger is dan de stroomspecificatie van het verlengsnoer.
Tijdens onweer dient u geen kabels aan de computer te koppelen of
ervan te ontkoppelen, of onderhouds- of configuratiewerkzaamheden op de computer uit te voeren. Hierdoor loopt u het risico van een elektrische schok.
Plaats de computer op een vlak oppervlak wanneer u ermee gaat
werken.
Probeer niet om gebruikte accu's of batterijen te verbranden: ze kunnen
ontploffen. Houd u bij het afdanken van accu's en batterijen aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften.
Houd de computer tijdens vliegreizen als handbagage bij u. U kunt de
computer tijdens de veiligheidscontrole door een röntgenapparaat laten scannen, maar neem de notebook nooit met u mee door een metaaldetectiepoortje. Zorg bij handmatige inspectie dat u een opgeladen accu paraat hebt, voor het geval u wordt verzocht de computer in te schakelen.
Gebruikershandleiding iv
Page 5
Als u reist met de vaste schijf uit de computer verwijderd, dient u het
schijfstation in een niet-geleidend materiaal (bijvoorbeeld een doek of papier) te wikkelen. Houd er rekening mee dat u bij handmatige inspectie mogelijk zal worden gevraagd de schijf in de computer te installeren. U kunt de vaste schijf tijdens de veiligheidscontrole door een röntgenapparaat laten scannen, maar neem de schijf nooit met u mee door een metaaldetectiepoortje.
Plaats de computer onderweg niet in een bagagevak of –rek waar hij
heen en weer kan schuiven. Laat de computer niet vallen en vermijd tevens andere mechanische schokken.
Houd de computer, accu en vaste schijf stof- en vochtvrij en vermijd
blootstelling aan extreme temperaturen en direct zonlicht. Eet en drink niet in de buurt van de apparatuur.
Als u de computer verplaatst naar een omgeving met een aanzienlijk
hogere of lagere temperatuur en/of vochtigheidsgraad, kan zich condensatie in of op de computer vormen. Wacht in dat geval tot het vocht is verdampt voordat u de computer weer in gebruik neemt.
Bij verplaatsing van een koele naar een warmere omgeving of vice versa dient u de computer op kamertemperatuur te laten komen alvorens de stroom in te schakelen.
Ontkoppel kabels door aan de connector of de snoerontspanningslus te
trekken, niet aan de kabel zelf. Trek de connector recht uit om te voorkomen dat de connectorpennen verbogen raken. Zorg bij het aansluiten van een kabel dat u de connector in de juiste stand en recht insteekt.
Alvorens de computer schoon te maken dient u deze uit te schakelen,
de stekker uit het stopcontact te verwijderen en de accu te verwijderen.
Hanteer computeronderdelen voorzichtig. Houd een onderdeel zoals
een geheugenmodule bij de randen vast, niet bij de pennen.
Neem bij het gebruik van uw telefoonapparatuur fundamentele veiligheidsvoorschriften in acht om het risico van brand, elektrische schokken en persoonlijk letsel te beperken. Bijvoorbeeld:
Gebruik dit product niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een
badkuip, wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder of bij een zwembad.
Telefoneer niet tijdens onweer (behalve als u een draadloze telefoon
gebruikt). Bliksem kan elektrische schokken veroorzaken.
Gebruikershandleiding v
Page 6
Gebruik de telefoon niet om een gaslek te rapporteren in de nabijheid
van het lek.
Gebruik alleen het in deze handleiding vermelde netsnoer.
Vervang de accu uitsluitend door een accu van hetzelfde type of van
een gelijkwaardig, door de fabrikant aanbevolen type.
Houd u bij het afdanken van gebruikte accu's aan de voorschriften van
de fabrikant.
Gebruik alleen de accu-eenheid die bij de computer is geleverd of een optionele, door de fabrikant aanbevolen accu-eenheid. Gebruik van de verkeerde accu kan resulteren in beschadiging van de computer.
In dergelijke gevallen aanvaardt TOSHIBA geen aansprakelijkheid voor schade.
EU-verklaring van overeenstemming
TOSHIBA verklaart dat het product: De Satellite M30X voldoet aan de volgende normen:
Extra informatie: Het product voldoet aan de voorschriften van
de Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEC en de EMC-richtlijn 89/336/EEC en/of de R&TTE­richtlijn 1999/05/EEC.
Dit product draagt het CE-keurmerk in overeenkomst met de relevante Europese richtlijnen. De verantwoording voor de toewijzing van CE­keurmerken ligt bij TOSHIBA Europe GmbH, Hammfelddamm 8, 41460 Neuss, Duitsland.
De volledige en officiële EU-verklaring van overeenstemming is te vinden op de TOSHIBA-website http://epps.toshiba-teg.com op het Internet.
Gebruikershandleiding vi
Page 7
Veiligheidsinstructies voor optische schijfstations
Vergeet niet de internationale voorzorgsmaatregelen aan het einde van
deze paragraaf te lezen.
Het optische station dat in deze computer wordt gebruikt, is uitgerust met een laserapparaat. Het station is voorzien van een classificatie-etiket met de volgende tekst.
CLASS 1 LASER PRODUCT LASER KLASSE 1 LUOKAN 1 LASERLAITE APPAREIL A LASER DE CLASSE 1 KLASS 1 LASER APPARAT De fabrikant van het station met het bovenstaande etiket certificeert dat het
station op de fabricagedatum voldeed aan de voorschriften voor laserproducten conform artikel 21 van de Amerikaanse Code of Federal Regulations (Department of Health & Human Services, Food and Drug Administration).
In andere landen voldoet het station aan de IEC 825- en EN60825­voorschriften voor laserproducten van klasse 1.
Deze computer is uitgerust met een van de optische stations in de volgende lijst, al naar gelang het model.
Fabrikant Type
Matsushita CD-RW/DVD-ROM UJDA760
Matsushita DVD Super Multi UJ-820B
Matsushita DVD Super Multi UJ-831B
TOSHIBA Samsung CD-RW/DVD-ROM SD-R2512
TEAC CD-RW/DVD-ROM DW-224E-B
TEAC DVD Super Multi DV-W24E
Pioneer DVD Dual DVR-K14TBT
HLDS CD-RW/DVD-ROM GCC-4243N
Gebruikershandleiding vii
Page 8
Internationale voorzorgsmaatregelen
Dit station gebruikt een lasersysteem. Om te zorgen dat dit product
correct wordt gebruikt, dient u deze handleiding zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
Probeer niet de kast te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico
van directe blootstelling aan de laserstraal.
Positie van het verplichte etiket
Zie het voorbeeld hieronder. De positie van het etiket en de fabricage­informatie kunnen variëren.
LET OP:Dit apparaat bevat een lasersysteem en is geclassificeerd als een laserproduct van klasse
1. Om te zorgen dat u dit product correct gebruikt, dient u de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Wend u in geval van problemen met dit model tot het dichtstbijzijnde Authorized Toshiba Service Center. Probeer niet de kast te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico van directe blootstelling aan de laserstraal.
Gebruikershandleiding viii
Page 9
VORSICHT: Dieses Gerät enthält ein Laser­System und ist als "LASERSCHUTZKLASSE 1 PRODUKT" klassifiziert. Für den richtigen Gebrauch dieses Modells lesen Sie bitte die Bedienungsanleitung sorgfältig durch und bewahren diese bitte als Referenz auf. Falls Probleme mit diesem Modell auftreten, benachrichtigen Sie bitte die nächste "autorisierte Service-Vertretung". Um einen direkten Kontakt mit dem Laserstrahl zu vermeiden darf das Gerät nicht geöffnet werden.
ADVARSEL: Denne mærking er anbragt udvendigt på apparatet og indikerer, at apparatet arbejder med laserstråler af klasse 1, hviket betyder, at der anvendes laserstrlier af svageste klasse, og at man ikke på apparatets yderside kan bilve udsat for utilladellg kraftig stråling.
APPARATET BOR KUN ÅBNES AF FAGFOLK MED SÆRLIGT KENDSKAB TIL APPARATER MED LASERSTRÅLER!
Indvendigt i apparatet er anbragt den her gengivne advarselsmækning, som advarer imod at foretage sådanne indgreb i apparatet, at man kan komme til at udsætte sig for laserstråling.
OBS! Apparaten innehåller laserkomponent som avger laserstråining överstigande gränsen för laserklass 1.
VAROITUS. Suojakoteloa si saa avata. Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää näkymätöntä silmilie vaarallista lasersäteilyä.
LET OP:HET GEBRUIK VAN REGELAARS, INSTELLINGEN OF PROCEDURES DIE NIET IN DE GEBRUIKERSHANDLEIDING ZIJN VERMELD, KAN RESULTEREN IN BLOOTSTELLING AAN GEVAARLIJKE STRALING.
VORSICHT: DIE VERWENDUNG VON ANDEREN STEURUNGEN ODER EINSTELLUNGEN ODER DAS DURCHFÜHREN VON ANDEREN VORGÄNGEN ALS IN DER BEDIENUNGSANLEITUNG BESCHRIEBEN KÖNNEN GEFÄHRLICHE STRAHLENEXPOSITIONEN ZUR FOLGE HABEN.
Gebruikershandleiding ix
Page 10
Modemwaarschuwing
Verklaring van overeenstemming
De apparatuur is goedgekeurd (conform Commissiebesluit “CTR21”) voor aansluiting van één toestel op het PSTN (Public Switched Telephone Network: openbaar geschakeld telefoonnetwerk) in alle Europese landen.
Als gevolg van variaties tussen de individuele PSTN’s in verschillende landen biedt deze goedkeuring niet per se een garantie voor storingsvrije werking op elke telefoonaansluiting.
Wend u in het geval van problemen in eerste instantie tot uw leverancier.
Netwerkcompatibiliteit
Dit product is ontworpen voor gebruik met de volgende netwerken en is compatibel met deze netwerken. Het is getest en voldoet aan de aanvullende voorschriften in EG 201 121.
Duitsland ATAAB AN005,AN006,AN007,AN009,AN010 en
Griekenland ATAAB AN005, AN006 en GR01, 02, 03, 04
DE03,04,05,08,09,12,14,17
Portugal ATAAB AN001,005,006,007,011 en
Spanje ATAAB AN005, 007, 012 en ES01
Zwitserland ATAAB AN002
Alle overige landen/ regio’s
Voor elk netwerk zijn specifieke switchinstellingen of een specifieke softwareconfiguratie vereist; raadpleeg de relevante gedeelten van de gebruikershandleiding voor nadere informatie.
De hookflash-functie is onderhevig aan afzonderlijke nationale goedkeuring. Deze functie is niet getest op conformiteit met nationale voorschriften, en correcte werking van deze functie op nationale netwerken kan niet worden gegarandeerd.
P03,04,08,10
ATAAB AN003, 004
Japanse voorschriften
Regioselectie
Als u de computer in Japan gebruikt, bent u verplicht Japan als regio te selecteren.
Het is in strijd met de wet om het modem in Japan met een andere regioselectie te gebruiken.
Gebruikershandleiding x
Page 11
Opnieuw kiezen
Een nummer mag maximaal tweemaal opnieuw worden gekozen. Als dit aantal wordt overschreden, wordt een zwarte-lijstcode gegenereerd. Als u problemen met de zwarte-lijstcode ondervindt, stelt u het interval tussen kiespogingen in op 1 minuut of langer.
In Japan is het wettelijk toegestaan om maximaal tweemaal opnieuw te kiezen op analoge telefoons, mits de kiespogingen binnen drie minuten plaatsvinden.
Het interne modem is goedgekeurd door het Japanse keuringsinstituut voor telecommunicatieapparatuur (Japan Approvals Institute for Telecommunications Equipment).
FCC CFR 47, deel 68
Wanneer u gereed bent om het modem te installeren of te gebruiken, belt u uw plaatselijke telefoonbedrijf en verschaft u de volgende informatie:
het telefoonnummer van de lijn waarop u het modem gaat aansluiten;
het registratienummer op het apparaat.
Het FCC-registratienummer van het modem is te vinden op het te installeren apparaat of, indien het apparaat reeds is geïnstalleerd, op de onderkant van het computer (waar zich tevens het systeemetiket bevindt).
Het REN-nummer (REN = Ringer Equivalence Number) van het
modem, dat kan variëren. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij de computer voor het REN-nummer van uw modem.
Het modem wordt door middel van een standaardaansluiting (USOCRJ11C) aan de telefoonlijn gekoppeld.
Servicetype
Het modem is ontworpen voor gebruik op standaardtelefoonlijnen. Aansluiting op munttelefoons die door het telefoonbedrijf zijn verschaft, is verboden. Voor aansluiting op gemeenschappelijke lijnen gelden nationale tarieven. Als u vragen over uw telefoonlijn hebt, bijvoorbeeld als u wilt weten hoeveel toestellen u erop kan aansluiten, neemt u contact op met het telefoonbedrijf.
Procedures van het telefoonbedrijf
Het telefoonbedrijf streeft ernaar u optimale service te bieden en zal daarom van tijd tot tijd wijzigingen in zijn apparatuur, activiteiten of procedures moeten aanbrengen. Als deze wijzigingen van invloed zijn op uw dienstverlening of de werking van uw apparatuur, zult u hiervan schriftelijk op de hoogte worden gesteld, zodat u maatregelen kunt treffen om ononderbroken dienstverlening te waarborgen.
Gebruikershandleiding xi
Page 12
In het geval van problemen
Als uw telefoonapparatuur niet correct werkt, dient u deze onmiddellijk van de telefoonlijn te verwijderen, omdat het telefoonnetwerk anders schade kan oplopen. Als het telefoonbedrijf een probleem constateert, zal de dienst wellicht tijdelijk worden gestaakt. Hiervan zult u voor zover mogelijk vooraf op de hoogte worden gesteld.
Als voorafgaande kennisgeving niet haalbaar is, zult u in een zo vroeg mogelijk stadium op de hoogte worden gesteld. U krijgt dan de gelegenheid het probleem te verhelpen en u wordt op de hoogte gesteld van uw recht om een klacht bij de FCC in te dienen. Reparaties aan uw modem moeten worden verricht door TOSHIBA Corporation of een gemachtigd vertegenwoordiger van TOSHIBA Corporation.
Ontkoppelen
Mocht u ooit besluiten uw modem voorgoed van de huidige lijn te ontkoppelen, dan dient u het telefoonbedrijf hiervan op de hoogte te stellen.
Verplichte informatie op faxberichten
Het is bij de wet verboden om een computer of ander elektronisch apparaat te gebruiken voor het verzenden van een bericht via een telefoonfaxapparaat tenzij in de boven- of ondermarge van de eerste pagina (of alle pagina's) van een dergelijk bericht duidelijk de datum en tijd van verzending worden vermeld, evenals de naam van de firma, persoon of entiteit die het bericht verzendt, en het telefoonnummer van het zendende apparaat of van de respectievelijk firma, persoon of entiteit. Om deze gegevens in uw faxmodem in te stellen dient u de configuratie van uw faxsoftware te voltooien alvorens berichten te versturen.
Belangrijke mededeling
Het is verboden om auteursrechtelijk beschermd materiaal zoals muziek, video's, computerprogramma's en databases te kopiëren, aan te passen, over te dragen, te verzenden of op een andere wijze van de hand te doen, tenzij de relevante auteurswet of de houder van het auteursrecht hiervoor specifiek toestemming verleent.
Overtreding van dit verbod kan resulteren in gerechtelijke vervolging.
Gebruikershandleiding xii
Page 13
Algemene voorzorgsmaatregelen
TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzingen en let op de waarschuwingen die in de handleiding worden gegeven.
Blessures door overbelasting
Lees de Instructiegids voor veiligheid en comfort zorgvuldig. Hierin wordt toegelicht hoe u hand- en polsblessures als gevolg van langdurig toetsenbordgebruik kunt voorkomen. Hoofdstuk 3, Voor u begint, bevat eveneens informatie over het inrichten van de werkplek, de lichaamshouding en de verlichting, met behulp waarvan u lichamelijke overbelasting kunt reduceren.
Verhitting van computeroppervlakken
Vermijd langdurig lichamelijk contact met de onderkant van de
computer. Indien de computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan langdurig lichamelijk contact (bijvoorbeeld wanneer u de computer op uw schoot laat rusten) resulteren in rode plekken op de huid.
De metalen plaat die de I/O-poorten ondersteunt, kan heet worden.
Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na langdurig computergebruik.
Het oppervlak van de netadapter kan heet worden wanneer deze wordt
gebruikt. Dit is normaal. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u deze los en laat u deze eerst afkoelen.
Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is. Het
materiaal kan beschadigd raken.
Schade door druk of stoten
Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde stoten.
Door extreme druk of stoten kunnen computeronderdelen beschadigd raken of kunnen er storingen ontstaan.
Oververhitting van PC-kaarten
Sommige PC-kaarten kunnen bij langdurig gebruik heet worden. Indien er twee kaarten zijn geïnstalleerd, kunnen beide heet worden, zelfs als er slechts één intensief wordt gebruikt. Oververhitting van een PC-kaart kan resulteren in fouten of onstabiele werking van de PC-kaart. Ga ook voorzichtig te werk bij het verwijderen van een PC-kaart die langdurig is gebruikt.
Gebruikershandleiding xiii
Page 14
Mobiele telefoons
Het gebruik van mobiele telefoons kan storing veroorzaken in het audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet wordt beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken een afstand van minimaal 30 cm te handhaven tussen de computer en de mobiele telefoon.
Disclaimer voor CPU-prestaties
De prestaties van de CPU (Central Processing Unit ofwel centrale verwerkingseenheid) in uw computer kunnen afwijken van de specificaties, onder invloed van de volgende factoren:
gebruik van bepaalde externe randapparaten;
gebruik van accuvoeding in plaats van netvoeding;
gebruik van bepaalde multimedia, door de computer gegenereerde
afbeeldingen of videotoepassingen;
gebruik van standaardtelefoonlijnen of langzame netwerkverbindingen;
gebruik van complexe ontwerpsoftware, bijvoorbeeld geavanceerde
CAD-toepassingen;
gelijktijdig gebruik van verschillende toepassingen of functies;
gebruik van de computer in gebieden met lage luchtdruk (grote hoogte
>1000 meter boven zeeniveau);
gebruik van de computer bij temperaturen onder 5ºC of boven 30ºC, of
boven 25ºC op grote hoogte (deze temperatuurlimieten zijn niet precies en kunnen afwijken al naar gelang het specifieke computermodel);
De CPU-prestaties kunnen bovendien afwijken van de specificaties als gevolg van de ontwerpconfiguratie.
In bepaalde omstandigheden kan het gebeuren dat de computer wordt uitgeschakeld.
Dit is een normale beschermende maatregel ter voorkoming van gegevensverlies of beschadiging van het product bij gebruik buiten de aanbevolen omstandigheden.
Vermijd het risico van gegevensverlies door altijd back-ups van gegevens te maken. Dit doet u door de gegevens van tijd tot tijd op een extern opslagmedium op te slaan. Gebruik de computer alleen in de aanbevolen omstandigheden ter waarborging van optimale prestaties. Neem voor nadere informatie contact op met de Toshiba-afdeling voor service en ondersteuning.
Gebruikershandleiding xiv
Page 15
Satellite M30X-serie

Inhoudsopgave

Voorwoord ......................................................................................xxi
Inhoud van de handleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . xxi
Conventies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . xxii
Hoofdstuk 1 Inleiding
Controlelijst van apparatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1
Hardware . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1
Software . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1
Documentatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2
Voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2
Speciale voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-10
Hulpprogramma's . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-12
Opties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-14
Hoofdstuk 2 Rondleiding
Voorkant met gesloten beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-1
Linkerkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-2
Rechterkant. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-3
Achterkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-5
Onderkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-6
Voorkant met geopend beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-7
Systeemstatuslampjes. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10
Toetsenbordlampjes. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10
Gebruikershandleiding xv
Page 16
Optisch station . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-11
Regiocodes voor DVD-stations en -media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2-11
Beschrijfbare schijven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
CD's . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
DVD's . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
Indelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
CD-RW-/DVD-ROM-station. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
DVD Super Multi-station met ondersteuning voor Double Layer . . 2-13
DVD Super Multi-station . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-13
Netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-14
Hoofdstuk 3 Voor u begint
Uw werkplek inrichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-1
Algemene omstandigheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-2
Plaatsing van de computer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-2
Stoel en werkhouding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-3
Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-3
Werkgewoonten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-4
De netadapter aansluiten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-5
Het beeldscherm openen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6
De computer inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6
De computer voor het eerst opstarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-7
De computer uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-8
Afsluitmodus (opstartmodus) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-8
Slaapstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-8
Stand-by-modus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-10
De computer opnieuw opstarten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-12
De vooraf geïnstalleerde software herstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-12
Het complete systeem herstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-12
TOSHIBA-hulpprogramma’s en -stuurprogramma’s herstellen. . . . 3-13
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 4 Grondbeginselen
Het touchpad gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1
Optische stations gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-2
Schijven laden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-3
Schijven verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-5
Programmeerbare knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-6
CD-/DVD-/audiobedieningsknoppen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-7
CD's beschrijven met een CD-RW-/DVD-ROM-station . . . . . . . . . . . 4-7
Belangrijke mededeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-7
Disclaimer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-7
Vóór schrijven of herschrijven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-8
Tijdens schrijven of herschrijven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-9
Gebruikershandleiding xvi
Page 17
Inhoudsopgave
CD's/DVD's beschrijven met het DVD Super Multi-station en het DVD Super Multi-station met Double Layer-ondersteuning. . . 4-10
Belangrijke mededeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-10
Disclaimer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-10
Vóór schrijven of herschrijven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-11
Tijdens schrijven of herschrijven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-13
RecordNow! Basic voor TOSHIBA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-14
Gegevenscontrole. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-15
DLA voor TOSHIBA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-15
Video. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16
Bij gebruik van WinDVD Creator Platinum:. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16
Een DVD-video maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16
Meer informatie over InterVideo WinDVD Creator achterhalen . . . 4-16
Belangrijke informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-17
Behandeling van schijven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-19
Diskettes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20
Het interne modem gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20
Regioselectie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-21
Menu Eigenschappen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-22
Instelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-22
Modemselectie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-22
Keuze-opties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-23
Aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-23
Ontkoppelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-23
LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-24
De LAN-kabel aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-24
De LAN-kabel ontkoppelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-24
Draadloos LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-25
Beveiliging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-25
Draadloze-communicatieschakelaar. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-25
Draadloze-communicatielampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-25
Tv-uit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-26
Meerdere beeldschermen instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-26
De computer schoonmaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-27
De computer verplaatsen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-27
Gebruikershandleiding xvii
Page 18
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 5
Het toetsenbord
Typemachinetoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-1
Functietoetsen F1 ... F12 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-2
Softkeys: Fn-toetscombinaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-2
Emulatietoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-2
Sneltoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-3
Speciale Windows-toetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-5
Geïntegreerde numerieke toetsen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-5
De geïntegreerde numerieke toetsen inschakelen . . . . . . . . . . . . . . 5-5
Tijdelijk het gewone toetsenbord gebruiken (geïntegreerde
numerieke toetsen ingeschakeld) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-6
Tijdelijk de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken
(geïntegreerde numerieke toetsen uitgeschakeld) . . . . . . . . . . . . . . 5-7
Tijdelijk van modus wisselen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-7
ASCII-tekens genereren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-7
Hoofdstuk 6 Stroomvoorziening en spaarstanden
Stroomvoorzieningsomstandigheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-1
Voedingslampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-3
Acculampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-3
DC IN-lampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-3
Aan/uit-lampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-3
Accutypen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-4
Accu-eenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-4
RTC-batterij. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-4
Onderhoud en gebruik van de accu-eenheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-5
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-5
De accu’s opladen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-8
Accucapaciteit controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-10
Bedrijfstijd van de accu maximaliseren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-10
Behoud van gegevens bij het uitschakelen van de computer
(Stand-by-modus) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-11
Levensduur van de accu verlengen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-11
De accu-eenheid vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-11
De accu-eenheid verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-11
De accu-eenheid installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-13
Spaarstanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-13
In-/uitschakelen via LCD (Panel power on/off). . . . . . . . . . . . . . . . . 6-14
Systeem op stand-by/in slaapstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-14
Gebruikershandleiding xviii
Page 19
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 7
Optionele apparaten
PC-kaarten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-2
Een PC-kaart installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-2
Een PC-kaart verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-3
SD/-MMC-/SM-/MS-/MS Pro-/xD-geheugenkaarten . . . . . . . . . . . . . . 7-4
Een geheugenkaart installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-5
Een geheugenkaart verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-6
Behandeling van geheugenkaarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-7
Geheugenuitbreiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-7
Een geheugenmodule installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-8
Een geheugenmodule verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-9
Extra accu-eenheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-10
Extra netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-10
Parallelle printer (alleen op modellen met parallelle poort) . . . . . . 7-11
Externe monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-11
Televisie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-12
i.LINK (IEEE1394) (alleen op i.LINK-modellen) . . . . . . . . . . . . . . . . 7-14
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-14
Aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-14
Ontkoppelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-15
Beveiligingsslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-15
Hoofdstuk 8 Probleemoplossing
Handelwijze bij probleemoplossing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-1
Algemene controlepunten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-2
Het probleem analyseren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-2
Controlelijst voor hardware en systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-3
Opstartprocedure van het systeem. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-4
Zelftest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-4
Voeding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-5
Toetsenbord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-7
LCD-scherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-7
Vaste schijf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-8
Combostation . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-9
DVD Super Multi-station . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-11
Diskettestation (optioneel) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-12
Geluidssysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-13
Printer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-13
PC-kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-14
Geheugenkaarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-14
Aanwijsapparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-14
USB. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-16
Stand-by/slaapstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-16
RTC (Real Time Clock) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-17
Gebruikershandleiding xix
Page 20
Geheugenuitbreiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-17
Modem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-18
LAN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-19
Draadloos LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-19
Monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-20
i.LINK (IEEE1394). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-20
TOSHIBA-ondersteuning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-21
Voordat u opbelt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-21
Schrijven naar TOSHIBA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-21
Bijlage A Specificaties
Bijlage B Weergavemodi
Bijlage C Netstekkers
Bijlage D Als uw computer wordt gestolen
Woordenlijst
Inhoudsopgave
Gebruikershandleiding xx
Page 21
Satellite M30X-serie

Voorwoord

Gefeliciteerd met uw nieuwe Satellite M30X-computer. Deze krachtige, hoogpresterende notebook staat garant voor jarenlang betrouwbaar computergebruik en biedt uitstekende uitbreidingsmogelijkheden, bijvoorbeeld voor multimedia-apparaten.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw Satellite M30X-computer gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat. Verder wordt gedetailleerde informatie gegeven over het configureren van de computer, elementaire bewerkingen en onderhoud, het gebruik van optionele apparaten en probleemoplossing.
Als u nog nooit een computer hebt gebruikt of nog nooit met een portable hebt gewerkt, leest u eerst de hoofdstukken Inleiding en Rondleiding om uzelf vertrouwd te maken met de voorzieningen, onderdelen en accessoires van de computer. Vervolgens leest u Voor u begint voor stapsgewijze instructies voor het gebruiksklaar maken van de computer.
Bent u een ervaren computergebruiker, dan leest u dit voorwoord verder door om inzicht te krijgen in de indeling van deze handleiding, waarna u de handleiding kunt doorbladeren om ermee vertrouwd te raken. Besteed met name aandacht aan het gedeelte Speciale voorzieningen van de Inleiding om kennis te maken met de voorzieningen die bijzonder of uniek zijn voor de computers.

Inhoud van de handleiding

Deze handleiding bestaat uit acht hoofdstukken, vier bijlagen en een woordenlijst.
Hoofdstuk 1, Inleiding, is een overzicht van de speciale voorzieningen, hulpprogramma's en opties van de computer.
In Hoofdstuk 2, Rondleiding, worden de onderdelen van de computer geïdentificeerd en kort toegelicht.
Gebruikershandleiding xxi
Page 22
In Hoofdstuk 3, Voor u begint, wordt beknopt uitgelegd hoe u met de computer aan de slag gaat en worden tips gegeven over veiligheid en het inrichten van uw werkplek. Lees in elk geval de gedeelten over het installeren van het besturingssysteem en het herstellen van de vooraf geïnstalleerde software.
Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, bevat aanwijzingen voor het gebruik van de volgende apparaten en functies: het touchpad, de optische stations, de programmeerbare knop, de CD-/DVD-/audiobedieningsknoppen, het interne modem, LAN en draadloos LAN.
U krijgt ook tips voor het onderhoud van de computer en het omgaan met diskettes en DVD-/CD-ROM’s.
Hoofdstuk 5, Het toetsenbord, beschrijft speciale toetsenbordfuncties zoals de geïntegreerde numerieke toetsen en de sneltoetsen.
Hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, verschaft details over de voedingsbronnen van de computer.
Hoofdstuk 7, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware beschikbaar is.
Hoofdstuk 8, Probleemoplossing, verschaft nuttige informatie over het uitvoeren van diagnostische tests en suggesties voor de beste handelwijze als de computer niet correct lijkt te werken.
De bijlagen verschaffen technische informatie over de computer. De Woordenlijst bevat definities van algemene computertermen en
acroniemen die in de tekst worden gebruikt.

Conventies

In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor het beschrijven, identificeren en markeren van termen en bedieningsprocedures.
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, wordt deze gevolgd door een verklaring (al dan niet tussen haakjes). Bijvoorbeeld: ROM (Read Only Memory). Acroniemen worden tevens gedefinieerd in de Woordenlijst.
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen ter aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. Enter duidt bijvoorbeeld de Enter-toets aan.
Gebruikershandleiding xxii
Page 23
Gebruik van toetsen
Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een plusteken (+) tussen de toetsopschriften. Zo betekent Ctrl + C dat u op C moet drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen worden gebruikt, houdt u de eerste twee ingedrukt en drukt u tegelijkertijd op de derde.
DISKCOPY A: B: Wanneer u in een procedure een handeling moet
uitvoeren (bijvoorbeeld een pictogram aanklikken of tekst invoeren), wordt de pictogramnaam of de te typen tekst in het links weergegeven lettertype gedrukt.
Beeldscherm
ABC
De namen van vensters en pictogrammen, en door de computer gegenereerde tekst die op het beeldscherm verschijnt, worden in het links weergegeven lettertype gedrukt.
Mededelingen
Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals hieronder wordt geïllustreerd.
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de apparatuur optimaal te gebruiken.
Gebruikershandleiding xxiii
Page 24
Satellite M30X-serie
Inleiding
Dit hoofdstuk bevat een controlelijst van de apparatuur en beschrijft de speciale voorzieningen, opties en accessoires van de computer.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht, functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.

Controlelijst van apparatuur

Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik. Controleer of u de volgende items hebt:

Hardware

Draagbare personal computer uit de Satellite M30X-serie
Universele netadapter en netsnoer
Hoofdstuk 1

Software

De volgende software is vooraf op de vaste schijf geïnstalleerd:
Microsoft
TOSHIBA-hulpprogramma’s
Schermstuurprogramma
Touchpadstuurprogramma
Geluidsstuurprogramma
Diverse stuurprogramma's (afhankelijk van het gekochte model
kunnen dit stuurprogramma's voor het modem, LAN, geheugenmedia, draadloos LAN, de kaartsleuf voor meerdere digitale media en/of de infraroodpoort zijn)
On line gebruikershandleiding
Schijf Productherstel
CD-ROM Tools & hulpprogramma’s
Gebruikershandleiding 1-1
®
Windows® XP
Page 25
Het systeem functioneert wellicht niet correct als u gebruik maakt van stuurprogramma's die niet zijn geïnstalleerd of gedistribueerd door TOSHIBA.

Documentatie

De documentatie voor de computer:
Satellite M30X-serie Personal computer Gebruikershandleiding
Satellite M30X-serie Aan de slag
Microsoft
Instructiegids voor veiligheid en comfort
Garantie-informatie
Als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn, neemt u onmiddellijk contact op met uw dealer.

Voorzieningen

Dankzij de geavanceerde LSI- en CMOS-technologie (Large Scale Integration- en Complementary Metal-Oxide Semiconductor-technologie) van TOSHIBA is de Satellite M30X-computer compact, licht van gewicht, uiterst betrouwbaar en energiezuinig. Deze computer biedt de volgende voorzieningen en voordelen:
®
Windows XP Introductiehandleiding
Inleiding
Processor
®
Intel
Pentium® M-processor, 1,5/1,6/1,7 GHz, of
®
Pentium® M-processor, 705/715/725/735/
Intel 745/755
Micro FCPGA-package-CPU Wellicht komen in de toekomst andere
processors beschikbaar.
Gebruikershandleiding 1-2
Page 26
Chipset
Geheugen
Inleiding
ATI MOBILITY™ RADEON™ 9700 ENE KB910 voor toetsenbordcontroller, accu-
eenheid en RTC. ENE CB1410 voor CardBus PCMCIA-controller
(afhankelijk van het gekochte model) ENE CB714 voor PC-kaartcontroller bij kaartsleuf
voor meerdere digitale media (afhankelijk van het gekochte model)
ALC250 voor AC97 CODEC. VIA VT6301S voor IEEE 1394-controller. Realtek RTL8100CL voor LAN SMSC LPC47N217 voor PIO- en FIR-controller
Sleuf Maximaal systeemgeheugen 2 GB (twee SO-
L2-cache
Video-RAM External 64 of 128 MB VGA DDR RAM voor ATI
DIMM-modules van 1 GB)
®
1-MB L2-cache (Intel van 1,5/1,6/1,7 GHz)
2-MB L2-cache (Intel®Pentium® M-processor 705/715/725/735/745/755
MOBILITY™ RADEON™ 9700
Pentium® M-processor
BIOS
512 KB Flash ROM voor systeem-BIOS Wachtstand naar RAM/Schijf Wachtwoordbeveiliging (Systeem) Verschillende sneltoetsen voor systeembeheer Vernieuwingsfunctie Volledige ACPI 1.0b-functie
Gebruikershandleiding 1-3
Page 27
Voeding
Inleiding
Accu-eenheid Li-ion smart accu-eenheid (8 cellen) met een
RTC-batterij De computer heeft een interne batterij voor de
Netadapter De universele netadapter voorziet het systeem
capaciteit van 14,8 V * 4300mAh Oplaadtijd tot 100% accucapaciteit is circa 12 uur
of meer (met systeem ingeschakeld). Oplaadtijd tot 100% accucapaciteit is circa 4 uur
(met systeem uit) Circa 1,5 dagen voor een accu met 8 cellen in de
Stand-by-modus. Ontladingstijd met systeem uit is circa 1 maand.
interne RTC (Real Time Clock) en kalender. Zonder externe voedingsbron blijft de batterij gemiddeld 1 maand werkzaam.
van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze opraken. De adapter wordt geleverd met een verwisselbaar netsnoer.
Diskettestations (optioneel)
Extern USB-diskettestation
Touchpad
Met het touchpad en de besturingsknoppen in de polssteun kunt u de schermaanwijzer verplaatsen.
Beeldscherm
15,0-inch TFT-scherm met 16 miljoen kleuren en een resolutie van 1024 horizontale x 768 verticale pixels XGA.
15,4-inch TFT-scherm met 16 miljoen kleuren en een resolutie van 1280 horizontale x 800 verticale pixels Widescreen XGA.
Gebruikershandleiding 1-4
Page 28
Stations/schijven
Inleiding
Vaste schijf Vaste schijf met een capaciteit van 40 GB/60 GB/
80 GB Busmaster IDE Ondersteuning voor 2,5-inch vaste schijf van 9,5
mm Ultra DMA 100
CD-RW-/DVD-ROM­station
Sommige modellen zijn uitgerust met een CD-RW-/DVD-ROM-combostationsmodule van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's kunt vastleggen en CD’s/DVD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) cm kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en 24­speed voor CD-ROM’s. De maximale schrijfsnelheid voor CD-R's en CD-RW's is 24­speed. Dit station ondersteunt de volgende indelingen:
DVD-ROM
DVD-video
DVD-R
DVD-RW
CD-DA
CD-Text
DVD-RAM
Photo CD (single/multi-session)
CD-ROM Mode1, Mode2
CD-ROM XA Mode 2 (Form1, Form2)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Gebruikershandleiding 1-5
Page 29
Inleiding
DVD Super Multi­station met ondersteuning voor Double Layer
Sommige modellen zijn uitgerust met een DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's kunt vastleggen en CD’s/DVD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) cm kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en 24-speed voor CD­ROM’s. De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor CD-R's, 8-speed voor CD-RW's, 8-speed voor DVD-R's, 4-speed voor DVD-RW's, 3-speed voor DVD-RAM's, 4-speed voor DVD+RW's en 8­speed voor DVD+R's. Dit station ondersteunt de volgende indelingen:
DVD-ROM
DVD-video
DVD-R
DVD-RW
DVD+R
DVD+RW
DVD-RAM
DVD+R (Double Layer)
CD-R
CD-RW
CD-DA
CD-Text
Photo CD (single/multi-session)
CD-ROM Mode1, Mode2
CD-ROM XA Mode2 (Form1, Form2)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Gebruikershandleiding 1-6
Page 30
Inleiding
DVD Super Multi­station
Sommige modellen zijn uitgerust met een DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's kunt vastleggen en CD’s/DVD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) cm kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en 24-speed voor CD­ROM’s. De maximale schrijfsnelheid is 16-speed voor CD-R's, 8-speed voor CD-RW's, 4-speed voor DVD-R's, 2-speed voor DVD-RW's en DVD­RAM's, en 2,4-speed voor DVD+R's en DVD+RW's. Dit station ondersteunt de volgende indelingen:
DVD-ROM
DVD-video
DVD-R
DVD-RW
DVD+R
DVD+RW
CD-R
CD-RW
CD-DA
CD-Text
DVD-RAM
Photo CD (single/multi-session)
CD-ROM Mode1, Mode2
CD-ROM XA Mode2 (Form1, Form2)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Computers in deze serie kunnen worden geconfigureerd met meerdere typen optische stations. Wend u tot uw dealer voor nadere informatie over de beschikbare optische stations. Raadpleeg Hoofdstuk 4, Grondbeginselen voor nadere informatie over het gebruik van het optische station.
Gebruikershandleiding 1-7
Page 31
Inleiding
Sleuven
PC-kaart Een sleuf voor PC-kaarten van Type II
CardBus-kaart Compatibel met PC Card 8.0, ondersteunt
kaarten van 3 V en 5 V
Kaarten voor meerdere digitale media (SD/MMC/SM/ MS/MS Pro/xD)
Door middel van deze sleuf kunt u gemakkelijk gegevens overbrengen van apparaten, bijvoorbeeld digitale camera’s en PDA’s (Personal Digital Assistants), die gebruik maken van flashgeheugen.
Poorten (afhankelijk van configuratie)
Externe monitor De 15-pens analoge VGA-poort ondersteunt
VESA DDC2B-compatibele functies.
Universal Serial Bus De computer heeft drie USB 2.0-compatibele
Universal Serial Bus-poorten, die gegevensoverdrachtsnelheden ondersteunen die ruim 40 maal hoger zijn dan met USB 1.1 (eveneens door deze computer ondersteund.) De USB-poorten kunnen worden gebruikt voor gegevensoverdracht op lage (Low), volledige (Full) en hoge (High) snelheid.
i.LINK (IEEE1394) Deze poort ondersteunt snelle, rechtstreekse
gegevensoverdracht vanaf externe apparaten zoals digitale videocamera’s.
Infrarood De seriële infraroodpoort is compatibel met de
IrDA 1.1-normen (IrDA = Infrared Data Association).
Tv-uit De 4-pens S-Video-poort is compatibel met de
Parallelle poort 25-pens parallelle poort met EPP/ECP-capaciteit
Gebruikershandleiding 1-8
PAL- of NTSC-standaard voor tv en ondersteunt Macrovision 7.02-kopieerbeveiliging.
Page 32
Multimedia
Inleiding
Geluidssysteem Het geluidssysteem, dat compatibel is met
Direct CD afspelen Hiermee kunt u het vaste optische station van de
Hoofdtelefoonbus Een standaardhoofdtelefoonbus van 3,5 mm.
Microfoonbus Op de standaard 3,5-mm mini-microfoonbus kan
Windows Sound System, heeft interne luidsprekers en bussen voor een externe microfoon en hoofdtelefoon.
computer als zelfstandige CD-speler of MP3­speler gebruiken. U kunt de knoppen tevens gebruiken om de DVD-videospeler van de computer of MP3-bestanden te bedienen wanneer het systeem ingeschakeld is.
een monomicrofoon worden aangesloten.
Communicatie
Modem Het ingebouwde modem voorziet in gegevens-
en faxcommunicatie en ondersteunt V.90 of V.92, afhankelijk van de regio. De snelheid van gegevens- en faxverzending is afhankelijk van analoge-telefoonlijnomstandigheden. Het modem heeft een modempoort voor aansluiting op een telefoonlijn.
LAN De computer heeft ingebouwde ondersteuning
Draadloos LAN Sommige computers in deze serie zijn uitgerust
voor Ethernet LAN (10 Mbps, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 Mbps, 100BASE-TX).
met een mini-PCI-kaart voor draadloos LAN die compatibel is met andere LAN-systemen die ondersteuning bieden voor de 802.11b/g-module voor draadloos LAN. Tevens ondersteunt de kaart frequentiebandselectie en zwerven ("roaming") over meerdere kanalen.
Beveiliging
Wachtwoordbeveiliging bij opstarten Wachtwoordarchitectuur met twee niveaus
Sleuf beveiligingsslot
Hiermee kan de computer door middel van een optioneel beveiligingsslot aan een bureau of ander groot, zwaar voorwerp worden verankerd.
Gebruikershandleiding 1-9
Page 33

Speciale voorzieningen

De volgende voorzieningen zijn uniek voor TOSHIBA-computers of zijn geavanceerde voorzieningen die het gebruik van de computer vergemakkelijken.
Inleiding
Sneltoetsen Door middel van deze toetscombinaties kunt u de
Beeldscherm automatisch uitschakelen
Vaste schijf automatisch uitschakelen
Systeem stand-by/in winterslaap
Geïntegreerde numerieke toetsen
Wachtwoord voor opstarten
Energiebesparingsm odus
systeemconfiguratie snel wijzigen zonder een programma voor systeemconfiguratie te hoeven gebruiken.
Met deze functie wordt de stroom naar het interne beeldscherm automatisch stopgezet als het toetsenbord of aanwijsapparaat een bepaalde tijd niet is gebruikt. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra een toets wordt ingedrukt of het aanwijsapparaat wordt gebruikt. U kunt de tijdlimiet opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer.
Met deze functie wordt de stroom naar de vaste schijf automatisch stopgezet als een bepaalde tijd lang geen vaste-schijfactiviteit heeft plaatsgevonden. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra de vaste schijf wordt gebruikt. U kunt de tijdlimiet opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer.
Met deze functie wordt het systeem automatisch op stand-by of in de slaapstand gezet als een bepaalde tijd lang geen invoer of hardware­activiteit heeft plaatsgevonden. U kunt de tijdlimiet opgeven en een keuze maken uit Systeem in winterslaap en Systeem stand-by in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer.
Het toetsenbord heeft tien geïntegreerde numerieke toetsen. Raadpleeg het gedeelte Geïntegreerde numerieke toetsen in Hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor informatie over het gebruik van deze toetsen.
Er zijn twee niveaus van wachtwoordbeveiliging: supervisor en gebruiker. Hierdoor kunt u voorkomen dat onbevoegden uw computer gebruiken.
Met deze voorziening kunt u accu-energie besparen. U kunt het niveau van energieverbruik opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer.
Gebruikershandleiding 1-10
Page 34
Inleiding
Directe beveiliging U kunt het scherm met een sneltoets leegmaken
en zodoende uw gegevens veilig stellen.
In-/uitschakelen via LCD (Panel power on/off)
Met deze functie wordt de stroom naar de computer uitgeschakeld wanneer de LCD wordt gesloten, en weer ingeschakeld zodra de LCD wordt geopend. U kunt deze instelling opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer.
Automatische slaapstand bij lage acculading
Als de acculading zover is gedaald dat u de computer niet meer kunt gebruiken, wordt automatisch de slaapstand geactiveerd en wordt het systeem afgesloten. U kunt deze instelling opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer.
Slaapstand Met deze functie kunt u de stroom uitschakelen
zonder de software te hoeven sluiten. De inhoud van het hoofdgeheugen wordt op de vaste schijf opgeslagen, en wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden. Raadpleeg de paragraaf De computer uitschakelen in Hoofdstuk 3, Voor u begint, voor nadere informatie.
Stand-by-modus In de Stand-by-modus blijft de computer
ingeschakeld maar worden de CPU en alle andere apparaten in een sluimerstand gezet. Wanneer de computer in de Stand-by-modus staat, knippert het aan/uit-lampje oranje. De computer wordt op stand-by gezet ongeacht de slaapstandinstelling. Raadpleeg de paragraaf De computer uitschakelen in Hoofdstuk 3, Voor u begint, voor nadere informatie.
Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer op stand-
by te zetten.
Wanneer de computer in de Stand-by-modus staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de Stand-by-
modus staat. Doet u dit toch, dan gaan de gegevens in het geheugen verloren.
Gebruikershandleiding 1-11
Page 35

Hulpprogramma's

In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de on line handleiding, Help of readme-bestanden bij elk hulpprogramma voor gebruiksaanwijzingen.
Inleiding
Hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer
TOSHIBA Console TOSHIBA Console is een grafische
DVD-videospeler DVD-videospeler heeft een scherminterface en -
ConfigFree ConfigFree is een programmapakket waarmee
TOSHIBA­hulpprogramma Touchpad aan/uit
RecordNow! Basic voor TOSHIBA
U kunt het Configuratiescherm van Windows XP op twee manieren weergeven. De categorieweergave is de standaardweergave. Het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer bevindt zich onder Prestaties en onderhoud.
gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
functies voor het afspelen van DVD-video­schijven. Klik op Start, wijs Alle programma’s aan, wijs InterVideo WinDVD5 aan en klik op Inter Video WinDVD5.
communicatieapparaten en netwerkverbindingen op simpele wijze kunnen worden beheerd. Met ConfigFree kunt u tevens communicatieproblemen opsporen en profielen maken waarmee u eenvoudig tussen locaties en communicatienetwerken kunt schakelen.
U start ConfigFree door op de Windows-knop Start te klikken, achtereenvolgens Alle programma's, TOSHIBA en Netwerk aan te wijzen en op ConfigFree te klikken.
Als u in een Windows-omgeving op Fn+F9 drukt, wordt de touchpadfunctie in- of uitgeschakeld. Wanneer u op deze sneltoets drukt, wordt de huidige instelling veranderd en als pictogram weergegeven.
U kunt CD's/DVD's in verschillende indelingen maken: audio-CD's die op een gewone stereo­CD-speler kunnen worden afgespeeld, en data­CD's/-DVD's voor het opslaan van de bestanden en mappen op uw vaste schijf. Deze software kan worden gebruikt op elk model met een optisch station waarmee u CD's of DVD's kunt branden.
Gebruikershandleiding 1-12
Page 36
DLA voor TOSHIBA DLA (Drive Letter Access ofwel
stationslettertoegang) is het pakketschrijfprogramma waarmee bestanden en/ of mappen via een stationsletter naar een DVD+RW-, DVD-RW- of CD-RW-schijf kunnen worden geschreven, op dezelfde manier als met een diskette of andere verwisselbare schijven.
Inleiding
TOSHIBA Aanraken en starten
TOSHIBA­hulpprogramma Zoom
Het hulpprogramma TOSHIBA Aanraken en starten vergemakkelijkt diverse touchpadtaken. Het is handig in de volgende omstandigheden:
voor het openen van een bestand waarvan
het bureaubladpictogram achter een venster schuilgaat;
voor het openen van een pagina in het menu
Favorieten van Internet Explorer;
voor het weergeven van een lijst met actieve
vensters en het activeren van een ander venster.
Verder biedt dit hulpprogramma de volgende functies door aanpassing van de instellingen:
een bestand openen dat in een vooraf
gedefinieerde map is opgeslagen;
snel uw veelgebruikte toepassingen starten.
Met dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen op het bureaublad of in het toepassingsvenster vergroten of verkleinen.
Gebruikershandleiding 1-13
Page 37

Opties

Inleiding
U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken door een aantal opties toe te voegen. De volgende opties zijn beschikbaar:
Geheugenmodules Er kunnen maximaal twee geheugenmodules in
de computer worden geïnstalleerd.
Gebruik alleen PC2700-compatibele DDR-geheugenmodules. Neem contact op met uw TOSHIBA-dealer voor nadere informatie.
Accu-eenheid U kunt een extra accu-eenheid bij uw TOSHIBA-
Netadapter Als u de computer regelmatig op verschillende
USB-diskettestation U kunt een diskettestation op de computer
dealer kopen. U kunt deze als reserve-exemplaar gebruiken, zodat u langer met uw computer kunt werken.
locaties gebruikt, is het wellicht een goed idee om voor elke locatie een extra netadapter te kopen: u hoeft de adapter dan niet telkens mee te nemen.
aansluiten via de USB-poort.
Gebruikershandleiding 1-14
Page 38
Satellite M30X-serie
Hoofdstuk 2
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer geïdentificeerd. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met de computer aan de slag gaat.
Bepaalde notebookchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties voor een volledige productserie te huisvesten. Uw model heeft mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen met de pictogrammen of schakelaars op het notebookchassis, tenzij u een model hebt geselecteerd dat al deze voorzieningen ondersteunt.

Voorkant met gesloten beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm gesloten.
DC-IN-lampje Aan/uit-lampje Acculampje Beeldscherm-
Voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
DC-IN-lampje Het DC-IN-lampje brandt wanneer de computer
is aangesloten op de netadapter, die op zijn beurt aan een voedingsbron is gekoppeld.
Aan/uit-lampje Het aan/uit-lampje knippert oranje wanneer het
systeem in de Stand-by-modus staat, en gaat uit wanneer de computer wordt uitgeschakeld of in de slaapstand wordt gezet. Tijdens normaal gebruik is het lampje groen.
Gebruikershandleiding 2-1
vergrendeling
Page 39
Acculampje Het acculampje geeft het ladingsniveau van de
Beeldscherm­vergrendeling

Linkerkant

De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
Optisch station De computer is uitgerust met een optisch-
Rondleiding
accu aan. Het lampje brandt groen wanneer de accu volledig is opgeladen en oranje wanneer de accu via de netadapter wordt opgeladen, en het knippert oranje wanneer de accu bijna leeg is.
Deze vergrendelingsschuif zet het LCD-scherm vast wanneer dit gesloten is. Duw de vergrendelingsschuif opzij om het beeldscherm te openen.
Vaste schijf Optisch station
Linkerkant van de computer
stationsmodule van volledige grootte waarin u schijven van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) zonder adapter kunt uitvoeren. Raadpleeg het gedeelte Stations in dit hoofdstuk voor technische specificaties voor elk station, en Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor informatie over het gebruik van het station en het omgaan met schijven.
Het lampje van het optische station gaat branden wanneer het station wordt gebruikt.
Gebruikershandleiding 2-2
Page 40

Rechterkant

De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
Volumeregelaar
Hoofdtelefoon
bus
Microfoonbus PC-
kaartsleuf
Rondleiding
Kaartsleuf voor
meerdere digitale
media
Draadloze-
communicatieschakelaar
Universal Serial
Bus-poort (USB)
Rechterkant van de computer
i.LINK-poort (IEEE
1394)
Infraroodpoort
* Niet alle modellen zijn uitgerust met een infraroodpoort, kaartsleuf voor meerdere digitale media en/of draadloze-communicatieschakelaar.
Volumeregelaar Gebruik deze regelaar om het volume van de
stereoluidsprekers of hoofdtelefoon in te stellen.
Hoofdtelefoonbus Op de hoofdtelefoonbus kunt u een
stereohoofdtelefoon of andere audio­uitvoerapparatuur, zoals externe luidsprekers, aansluiten. Als u een hoofdtelefoon of een ander apparaat op deze bus aansluit, worden de interne luidsprekers automatisch uitgeschakeld.
Microfoonbus Op de 3,5-mm mini-microfoonbus kan een
standaard drie-aderige miniplug voor niet­stereofonische microfooninvoer worden aangesloten.
PC-kaartsleuf De PC-kaartsleuf biedt ruimte voor één PC-kaart
van 5 mm (Type II). U kunt elke standaard-PC­kaart installeren, bijvoorbeeld een SCSI-adapter, Ethernet-adapter of flash-geheugenkaart.
Gebruikershandleiding 2-3
Page 41
Rondleiding
Kaartsleuf voor meerdere digitale media
Door middel van deze sleuf kunt u gemakkelijk gegevens overbrengen van apparaten, bijvoorbeeld digitale camera’s en PDA’s (Personal Digital Assistants), die gebruik maken van flashgeheugen. U kunt 5 typen geheugenmodules in deze sleuf inbrengen: SD, MMC, SM, MS Pro en xD.
Infraroodpoort Deze infraroodpoort is compatibel met FIR-
normen (Fast InfraRed-normen) en voorziet in draadloze 4-Mbps gegevensoverdracht met IrDA
1.1-compatibele apparaten (IrDA = Infrared Data Association). Niet alle configuraties in deze serie zijn uitgerust met deze voorziening.
Draadloze­communicatieschak elaar
Met de draadloze-communicatieschakelaar wordt de zender/ontvanger van het draadloze netwerk ingeschakeld. Het draadloze­communicatielampje naast de schakelaar geeft aan of de draadloze netwerkfunctie ingeschakeld is.
Universal Serial Bus­poort (USB)
Via de Universal Serial Bus-poort (USB 2.0 en
1.1) kunt u USB-apparaten zoals toetsenborden, muizen, vaste schijven, scanners en printers aansluiten.
i .LINK-poort (IEEE
1394)
Koppel een extern apparaat zoals een digitale videocamera aan deze poort voor snelle gegevensoverdracht. Afhankelijk van de configuratie is uw computer mogelijk niet uitgerust met deze voorziening.
Gebruikershandleiding 2-4
Page 42

Achterkant

De volgende afbeelding illustreert het achterpaneel van de computer.
Beveiligingsslot Poort voor externe
monitor
Rondleiding
Parallelle poort Modempoort
Gelijkstroomingang
(19 V)
Tv-uit Universal Serial
Achterkant van de computer
Bus-poort (USB)
LAN-poort
* Niet alle modellen zijn uitgerust met een parallelle poort.
Sleuf beveiligingsslot
Aan deze sleuf kan een beveiligingskabel worden bevestigd. De optionele beveiligingskabel verankert de computer aan een bureau of ander groot voorwerp ter bescherming tegen diefstal.
Gelijkstroomingang (19 V)
Poort voor externe monitor
Op de gelijkstroomingang (DC-IN) sluit u de netadapter aan.
Via deze 15-pens poort kunt u een extern beeldscherm op de computer aansluiten.
Tv-uit Koppel een 4-pens S-Video-kabel aan deze poort
voor de uitvoer van NTSC- of PAL-signalen.
Parallelle poort Deze Centronics-compatibele 25-pens parallelle
poort wordt gebruikt voor aansluiting van een parallelle printer of een ander parallel apparaat. Deze poort ondersteunt de ECP-norm (ECP = Extended Capabilities Port).
Universal Serial Bus­poort (USB)
Via de Universal Serial Bus-poort (USB 2.0 en 1.1) kunt u USB-apparaten zoals toetsenborden, muizen, vaste schijven, scanners en printers aansluiten.
Modempoort Met de modempoort kunt u het modem via een
modemkabel rechtstreeks op een telefoonlijn aansluiten.
LAN-poort Via deze poort kunt u de computer op een LAN
aansluiten. De adapter ondersteunt zowel Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) als Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX).
Gebruikershandleiding 2-5
Page 43

Onderkant

De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
Rondleiding
Accu Accuvergrendelingsschuif
Geheugenuitbreidingssleuf Dubbele accuvergrendeling
De onderkant van de computer
Accu Dit is de accu-eenheid, die de computer van
stroom voorziet wanneer de netadapter niet is aangesloten. Raadpleeg Hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, voor uitgebreide informatie over de accu-eenheid.
Geheugen­uitbreidingssleuf
In deze sleuf kunt u een geheugenmodule installeren om het computergeheugen uit te breiden. Raadpleeg het gedeelte Geheugenuitbreiding in Hoofdstuk 7, Optionele apparaten.
Dubbele accuvergrendeling
Wanneer u deze schuif in de vergrendelde stand zet, kan de accu niet losraken, zelfs als u de accuvergrendelingsschuif hebt vrijgegeven.
Accuvergrendelings schuif
Gebruikershandleiding 2-6
Duw deze schuif opzij om de accu-eenheid te verwijderen.
Page 44

Voorkant met geopend beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm geopend. Om het beeldscherm te openen duwt u de vergrendelingsschuif op de voorkant van het beeldscherm opzij en kantelt u het scherm omhoog. Zet het scherm in een stand waar u er goed zicht op hebt.
Beeldscherm Toetsenbordlampjes Touchpad Touchpadbesturings
Rondleiding
knoppen
Vorige/Terug Volgende/Vooruit Stoppen Afspelen/Pauze Programmeerbare knop Aan/uit-knop
Voorkant met geopend beeldscherm
Gebruikershandleiding 2-7
Luidsprekers
Page 45
Rondleiding
Touchpad Met dit aanwijsapparaat, dat zich in het midden
van de polssteun bevindt, kunt u de schermaanwijzer besturen. Raadpleeg de paragraaf Het touchpad gebruiken in Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor details.
Touchpadbesturings knoppen
Met de besturingsknoppen onder het touchpad kunt u menuopties selecteren en bewerkingen uitvoeren op tekst en afbeeldingen die u met de schermaanwijzer hebt geselecteerd.
Aan/uit-knop Druk op de aan/uit-knop om de computer in en
uit te schakelen. De aan/uit-knop gaat blauw branden wanneer het systeem wordt ingeschakeld.
Afspelen/Pauze Druk op deze knop om te beginnen met het
afspelen van een audio-CD, DVD-film of digitale audiobestanden. Deze knop fungeert tevens als pauzeknop. Raadpleeg Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor nadere informatie.
Stoppen Hiermee wordt het afspelen van de CD, DVD of
digitale audio stopgezet. Raadpleeg Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor nadere informatie.
Volgende/Vooruit Hiermee gaat u naar het volgende nummer. Als u
deze knop tijdens het afspelen van een nummer/ hoofdstuk ingedrukt houdt, wordt het nummer/ hoofdstuk vooruitgespoeld. Raadpleeg Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor nadere informatie.
Vorige/Terug Hiermee gaat u terug naar het vorige nummer.
Als u deze knop tijdens het afspelen van een nummer/hoofdstuk ingedrukt houdt, wordt het nummer/hoofdstuk teruggespoeld. Raadpleeg Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor nadere informatie.
Als in Windows Media Player de optie Willekeurig (Random) of Willekeurige volgorde (Shuffle) is geselecteerd, gaat u naar een willekeurige selectie wanneer u Volgende of Vorige selecteert.
Gebruikershandleiding 2-8
Page 46
Rondleiding
Programmeerbare knop
Wanneer u deze knop indrukt terwijl het systeem uitgeschakeld is, wordt de CD-afspeelmodus actief. Als u nogmaals op deze knop drukt, wordt de CD-afspeelmodus uitgeschakeld.
Wanneer het systeem ingeschakeld is, wordt met deze knop het programma gestart dat u eraan hebt toegewezen met het hulpprogramma Programmeerbare knop. (Standaard wordt Windows Media Player gestart.)
Beeldscherm Op de LCD worden contrastrijke tekst en
afbeeldingen weergegeven met 2048x1536 pixels. Raadpleeg Bijlage B, Weergavemodi. Als de computer door de accu wordt gevoed, ziet het scherm er niet zo helder uit als bij gebruik van de netadapter. Het lagere helderheidsniveau dient om accu-energie te besparen.
Gebruik een schermbeveiligingsprogramma (screen saver) om de levensduur van het beeldscherm te verlengen.
Linker en rechter
De audiospeakers.
luidspreker
Gebruikershandleiding 2-9
Page 47

Systeemstatuslampjes

De volgende afbeeldingen illustreren de systeem- en toetsenbordlampjes die tijdens de verschillende computerbewerkingen branden.
Vaste-schijflampje Lampje voor CD-
Rondleiding
afspeelmodus
Vaste-schijflampje Het vaste-schijflampje geeft aan of de vaste
schijf wordt gebruikt. Telkens wanneer de computer een programma uitvoert, een bestand opent of een ander functie verricht waarbij de vaste schijf wordt gebruikt, gaat dit lampje branden.
Lampje voor CD­afspeelmodus
Dit lampje gaat branden wanneer het systeem in de CD-afspeelmodus werkt.

Toetsenbordlampjes

Caps Lock
Cursormodus Numerieke
Gebruikershandleiding 2-10
modus
Caps Lock
Page 48
Cursormodus Als het lampje van de cursormodus groen brandt,
Numerieke modus Als het lampje van de numerieke modus groen
Caps Lock Het Caps Lock-lampje gaat branden wanneer u
Caps Lock

Optisch station

De computer is uitgerust met een CD-RW-/DVD-ROM-combostation of een DVD Super Multi-station, die beide een ATAPI-interfacecontroller gebruiken. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een CD/DVD, gaat een lampje op het station branden.
Rondleiding
kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen (de toetsen met de lichtgrijze opschriften) als cursortoetsen gebruiken. Raadpleeg het gedeelte Geïntegreerde numerieke toetsen in Hoofdstuk 5, Het toetsenbord.
brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen (de toetsen met de lichtgrijze opschriften) gebruiken om cijfers in te voeren. Raadpleeg het gedeelte Geïntegreerde numerieke toetsen in Hoofdstuk 5, Het toetsenbord.
op de toets Caps Lock drukt. In dat geval wordt bij het indrukken van een lettertoets een hoofdletter weergegeven.

Regiocodes voor DVD-stations en -media

Het CD-RW-/DVD-ROM-station, het DVD Super Multi-station en de opgenomen media voor deze stations worden vervaardigd conform de specificaties van zes verkoopgebieden. Om problemen bij het afspelen van DVD-video-schijven te voorkomen dient u bij de aanschaf van dergelijke schijven te controleren of ze geschikt zijn voor uw station.
Code Regio
1 Canada, Verenigde Staten
2 Japan, Europa, Zuid-Afrika, Midden-Oosten
3 Zuidoost-Azië, Oost-Azië
4 Australië, Nieuw Zeeland, Stille-Oceaaneilanden,
Midden-Amerika, Zuid-Amerika, Caribisch gebied
5 Rusland, Indisch subcontinent, Afrika, Noord-
Korea, Mongolië
6 China
Gebruikershandleiding 2-11
Page 49

Beschrijfbare schijven

In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare CD's en DVD's beschreven. Controleer in de specificaties van uw station welke schijftypen kunnen worden beschreven. U kunt de toepassing Record Now! gebruiken voor het beschrijven van CD's. Raadpleeg Hoofdstuk 4, Grondbeginselen.

CD's

Beschrijfbare CD's (CD-R's) kunnen slechts één keer worden
beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
CD-RW- ofwel CD-Rewritable-schijven kunnen meermaals worden
beschreven. Gebruik multispeed CD-RW's (1x, 2x of 4x), high-speed schijven (4x tot 10x) of ultra-speed schijven (24x).

DVD's

DVD-R's en DVD+R's kunnen slechts één keer worden beschreven. De
opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals
worden beschreven.

Indelingen

De stations ondersteunen de volgende indelingen:
DVD-ROM
CD-DA
Photo CD™ (single/multi-
session)
CD-ROM XA Mode 2 (Form1,
Form2)
DVD-video
CD-Text
CD-ROM Mode 1, Mode 2
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Rondleiding

CD-RW-/DVD-ROM-station

In de CD-RW-/DVD-ROM-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's vastleggen en CD’s/ DVD’s van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) lezen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
DVD lezen 8-speed (maximaal) CD lezen 24-speed (maximaal) CD-R schrijven 24-speed (maximaal) CD-RW schrijven 24-speed (maximaal, ultra-speed media)
Gebruikershandleiding 2-12
Page 50
Rondleiding

DVD Super Multi-station met ondersteuning voor Double Layer

In de DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's vastleggen en CD’s/DVD’s van 12cm (4,72 inch) of 8cm (3,15 inch) lezen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
DVD lezen 8-speed (maximaal) DVD-R schrijven 8-speed (maximaal) DVD-RW schrijven 4-speed (maximaal) DVD+R schrijven 8-speed (maximaal) DVD+RW schrijven 4-speed (maximaal) DVD-RAM schrijven 3-speed (maximaal) CD lezen 24-speed (maximaal) CD-R schrijven 24-speed (maximaal) CD-RW schrijven 10-speed (maximaal, ultra-speed
media)
DVD+R (DL) schrijven 2,4-speed (maximaal)

DVD Super Multi-station

In de DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's vastleggen en CD’s/DVD’s van 12cm (4,72 inch) of 8cm (3,15 inch) lezen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
DVD lezen 8-speed (maximaal) DVD-R schrijven 4-speed (maximaal) DVD-RW schrijven 2-speed (maximaal) DVD+R schrijven 2,4-speed (maximaal) DVD+RW schrijven 2,4-speed (maximaal) DVD-RAM schrijven 2-speed (maximaal) CD lezen 24-speed (maximaal) CD-R schrijven 16-speed (maximaal) CD-RW schrijven 8-speed (maximaal, high-speed
media)
Gebruikershandleiding 2-13
Page 51

Netadapter

De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en reduceert de spanning die aan de computer wordt geleverd. De netadapter kan zich automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 volt en aan een frequentie van 50 of 60 hertz, waardoor u de computer in praktisch elk land of gebied kunt gebruiken.
Om de accu op te laden sluit u de netadapter eenvoudig aan op een voedingsbron en op de computer. Zie Hoofdstuk 3, Voor u begint, voor nadere informatie.
De netadapter
Gebruik van de verkeerde adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. In dergelijke gevallen aanvaardt TOSHIBA geen aansprakelijkheid voor schade. De nominale uitgangsspanning die nodig is om de computer van stroom te voorzien is 19 Vdc.
Rondleiding
Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd of een netadapter die door TOSHIBA is gecertificeerd.
Gebruikershandleiding 2-14
Page 52
Satellite M30X-serie
Voor u begint
Dit hoofdstuk verschaft basisinformatie aan de hand waarvan u met uw computer aan de slag kunt. De volgende onderwerpen worden behandeld:
Uw werkplek inrichten - met het oog op uw gezondheid en veiligheid
Lees ook de handleiding Veiligheidsinstructies. In deze gids wordt productaansprakelijkheid toegelicht.
De netadapter aansluiten
Het beeldscherm openen
De computer inschakelen
De computer voor het eerst opstarten
De computer uitschakelen
De computer opnieuw opstarten
De vooraf geïnstalleerde software herstellen
Hoofdstuk 3
Lees in elk geval het gedeelte De computer voor het eerst opstarten zorgvuldig door; hierin wordt beschreven welke handelingen u moet uitvoeren wanneer u de computer voor het eerst inschakelt.

Uw werkplek inrichten

Het is voor uzelf en voor de computer belangrijk om een comfortabele werkplek in te richten. Een slechte werkomgeving of ongunstige werkgewoonten kunnen resulteren in ongemak of ernstige RSI-blessures aan handen of polsen of andere gewrichten. Ook voor het functioneren van de computer is het van belang dat de omgeving in orde is. In dit gedeelte komen de volgende onderwerpen aan de orde:
Algemene omstandigheden
Plaatsing van de computer en randapparaten
Stoel en werkhouding
Verlichting
Werkgewoonten
Gebruikershandleiding 3-1
Page 53

Algemene omstandigheden

Een werkomgeving waarin u zich prettig voelt, is in het algemeen ook geschikt voor de computer. Lees echter het volgende om te controleren of uw werkplek aan de eisen voldoet.
Zorg voor voldoende ventilatie door genoeg ruimte vrij te laten rond de
computer.
Zorg dat het netsnoer is aangesloten op een gemakkelijk toegankelijk
stopcontact dicht bij de computer.
De omgevingstemperatuur moet tussen 5 en 35° C liggen en de
relatieve vochtigheid tussen 20 en 80 procent.
Vermijd plaatsen waar plotselinge of extreme temperatuurs- of
vochtigheidsveranderingen kunnen optreden.
Houd de computer stof- en vochtvrij en vermijd blootstelling aan direct
zonlicht.
Houd de computer uit de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld
elektrische kachels.
Houd vloeistoffen of bijtende chemische stoffen uit de buurt van de
computer.
Sommige interne computeronderdelen en gegevensopslagmedia
kunnen door magneten worden beschadigd. Houd de computer uit de buurt van magnetische voorwerpen. Wees voorzichtig met voorwerpen die sterke magnetische velden genereren, bijvoorbeeld stereoluidsprekers. Wees tevens voorzichtig met metalen voorwerpen (bijvoorbeeld armbanden): dergelijke voorwerpen kunnen per ongeluk worden gemagnetiseerd.
Houd mobiele telefoons uit de buurt van de computer.
Zorg dat er geen obstakels in de buurt van de luchtopeningen van de
computer staan en laat genoeg ventilatieruimte vrij.
Voor u begint

Plaatsing van de computer

Plaats de computer en randapparaten zodanig dat comfort en veiligheid gewaarborgd zijn.
Plaats de computer op een vlak oppervlak, op een hoogte en afstand
die voor u comfortabel zijn. Het beeldscherm mag niet hoger zijn dan op oogniveau, om vermoeide ogen te voorkomen.
Plaats de computer zodanig dat deze direct vóór u staat wanneer u
werkt en zorg dat u voldoende ruimte hebt om eventuele andere apparaten te bedienen.
Zorg voor voldoende ruimte achter de computer, zodat u de stand van
het beeldscherm naar wens kunt bijstellen. Het scherm moet zo staan dat u er optimaal zicht op hebt, met minimale reflectie.
Als u een papierstandaard gebruikt, dient u deze op ongeveer dezelfde
hoogte en afstand te zetten als de computer.
Gebruikershandleiding 3-2
Page 54

Stoel en werkhouding

De hoogte van uw stoel in verhouding tot de computer en het toetsenbord, en de steun die de stoel biedt, zijn belangrijke factoren bij het verminderen van de werkbelasting. Hanteer de volgende richtlijnen (zie ook de volgende afbeelding).
90
1
Werkhouding en plaatsing van de computer
Plaats uw stoel zodanig dat het toetsenbord zich ter hoogte van uw
ellebogen of iets lager bevindt. U moet gemakkelijk kunnen typen met uw schouders ontspannen.
Uw knieën moeten iets hoger zijn dan uw heupen. Gebruik zo nodig
een voetsteun (1) om uw knieën omhoog te brengen en de druk op de achterkant van uw dijen te verminderen.
Zorg dat de rugleuning uw onderrug steunt.
Zit rechtop, zodat uw knieën, heupen en ellebogen een hoek van
ongeveer 90 graden vormen wanneer u werkt. Buig niet te ver voorover en leun niet te ver naar achteren.
Voor u begint

Verlichting

Juiste verlichting kan de leesbaarheid van de monitor verbeteren en vermoeidheid van de ogen verminderen.
Plaats de computer op een positie waar het scherm geen zonlicht of fel
kunstlicht kan weerkaatsen. Gebruik vensters van getint glas, jaloezieën of zonneschermen om schel zonlicht te weren.
Plaats de computer niet vóór een fel licht dat direct in uw ogen kan
schijnen.
Gebruik zo mogelijk zachte, indirecte verlichting op uw werkplek.
Gebruik een lamp om uw documenten of bureau te verlichten, maar zorg dat het licht niet in uw ogen schijnt of door het scherm wordt weerkaatst.
Gebruikershandleiding 3-3
Page 55

Werkgewoonten

Om ongemak of spierblessures te voorkomen is het van essentieel belang dat u uw werkzaamheden afwisselt.
Probeer uw werkdag zodanig in te delen dat u een aantal verschillende taken hebt te verrichten. Als u lange periodes achter de computer moet zitten, kunt u overbelasting voorkomen en uw efficiëntie verbeteren door uw dagelijkse routine te doorbreken.
Zit in een ontspannen houding. Goede plaatsing van uw stoel en
apparatuur (zie de aanwijzingen eerder in dit hoofdstuk) kan spierklachten in schouders en nek verminderen en rugpijn helpen voorkomen.
Verander regelmatig van houding.
Sta nu en dan op en strek uw spieren of doe een paar oefeningen.
Oefen en strek een aantal maal per dag uw handen en polsen.
Kijk regelmatig weg van de computer en richt uw ogen een aantal
seconden (bijvoorbeeld 30 seconden per kwartier) op een voorwerp in de verte.
Neem regelmatig korte pauzes in plaats van een of twee lange pauzes,
bijvoorbeeld twee of drie minuten per half uur.
Laat uw ogen regelmatig testen en ga direct naar een dokter als u
vermoedt dat u last hebt van een RSI-blessure.
Controleer elke twee maanden of de luchtinlaat- en
luchtuitlaatopeningen voor de ventilator vrij zijn en maak ze zo nodig schoon.
Er is een aantal boeken verkrijgbaar over ergonomie en RSI (Repetitive Strain Injuries) of RSS (Repetitive Stress Syndrome). Voor nadere informatie over deze onderwerpen of over oefeningen voor RSI-gevoelige lichaamsdelen zoals handen en polsen kunt u terecht bij uw bibliotheek of boekhandel. Raadpleeg ook de Instructiegids voor veiligheid en comfort bij de computer.
Voor u begint
Gebruikershandleiding 3-4
Page 56

De netadapter aansluiten

Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om met de computer aan de slag te gaan, omdat de accu-eenheid eerst moet worden opgeladen voordat u de computer hiermee van stroom kunt voorzien. De netadapter kan worden aangesloten op elk stopcontact dat tussen 100 en 240 volt, en 50 of 60 hertz levert. Raadpleeg Hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, voor informatie over het opladen van de accu-eenheid met de netadapter.
Gebruik van de verkeerde adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. In dergelijke gevallen aanvaardt TOSHIBA geen aansprakelijkheid voor schade. De nominale uitgangsspanning voor de computer is 19 Vdc.
1. Sluit het netsnoer op de netadapter aan.
Voor u begint
Het netsnoer op de netadapter aansluiten
2. Koppel de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter aan de DC IN-gelijkstroomingangspoort op de achterkant van de computer.
De adapter op de computer aansluiten
3. Sluit het netsnoer op een wandcontactdoos aan. Het acculampje en het DC IN-lampje op de voorkant van de computer gaan branden.
Gebruikershandleiding 3-5
Page 57

Het beeldscherm openen

Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal kijkgemak.
1. Duw de schermvergrendelingsschuif op de voorkant van de computer naar rechts om het beeldscherm te ontgrendelen.
d e e
ReW
p S
ritable
h g i H
Het beeldscherm openen
2. Kantel het scherm omhoog en zet het in de stand waar u er het beste zicht op hebt.
Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van het beeldscherm. Als u het te ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer beschadigt.
Voor u begint

De computer inschakelen

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt.
Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd. Raadpleeg het gedeelte De computer voor het eerst opstarten in dit hoofdstuk.
1. Als een optioneel USB-diskettestation is aangesloten, controleer dan of dit leeg is. Als het station een diskette bevat, drukt u op de ejectknop en verwijdert u de diskette.
2. Open het beeldscherm.
Gebruikershandleiding 3-6
Page 58
3. Druk op de aan/uit-knop van de computer en laat weer los.
De computer inschakelen

De computer voor het eerst opstarten

Voor u begint
Wanneer u de computer voor het eerst inschakelt, verschijnt het opstartscherm van Microsoft
®
Windows XP. Volg de aanwijzingen op het scherm. Tijdens de configuratie kunt u op de knop Te r ug klikken om terug te keren naar het vorige scherm.
Vergeet niet om de Windows-gebruiksrechtovereenkomst zorgvuldig door te lezen.
Gebruikershandleiding 3-7
Page 59

De computer uitschakelen

U kunt de computer uitschakelen in een van de volgende modi: afsluitmodus (ofwel opstartmodus), slaapstand of Stand-by-modus.

Afsluitmodus (opstartmodus)

Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen gegevens opgeslagen; bij het opstarten van de computer wordt het hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, slaat u deze op op de vaste schijf of
een diskette.
2. Controleer of er geen schijfactiviteit meer plaatsvindt en verwijder
vervolgens de CD/DVD of diskette.
Controleer of het vaste-schijflampje en het lampje van het optische station uit zijn. Als u de computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit
plaatsvindt, loopt u het risico dat gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raakt.
3. Klik op start en vervolgens op Computer uitschakelen. Klik in het
venster Computer uitschakelenop Uitschakelen.
4. Schakel eventuele randapparaten uit.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Voor u begint

Slaapstand

De slaapstand (ook wel winterslaap genoemd) zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen wordt opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld. De volgende keer dat de computer wordt aangezet, wordt de vorige toestand hersteld. De status van randapparaten wordt niet door de slaapfunctie opgeslagen.
1. Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd, wordt de inhoud van het geheugen op de vaste schijf opgeslagen. Als u de accu verwijdert of de netadapter ontkoppelt voordat het opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren. Wacht tot het vaste-schijflampje uitgaat.
2. Wanneer de computer in de slaapstand is, dient u geen geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan gaan gegevens verloren.
Gebruikershandleiding 3-8
Page 60
Voor u begint
Voordelen van de slaapstand
De voordelen van de slaapstand zijn:
Wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu
bijna leeg is, worden gegevens op de vaste schijf opgeslagen.
Om de computer te kunnen afsluiten in de slaapstand moet u de slaapstand (ofwel winterslaapmodus) op twee plaatsen in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer activeren: het tabblad Energiebesparingsmodi en het tabblad Geavanceerd. Anders wordt de computer in de Stand-by modus afgesloten wanneer de accu bijna leeg is. Als de accu leeg raakt, gaan de gegevens die in de Stand-by-modus zijn opgeslagen, verloren.
Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
De functie bespaart stroom door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardware-activiteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem in slaapstand.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Slaapstand activeren
U kunt de slaapstand ook activeren door op Fn + F4 te drukken. Zie Hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor nadere informatie.
Voer de volgende stappen uit om de slaapstand in te schakelen:
1. Klik op Start.
2. Selecteer Computer uitschakelen.
3. Open het dialoogvenster Computer uitschakelen. Slaapstand wordt niet weergegeven.
4. Druk op de Shift-toets. De optie Stand-by verandert in Slaapstand.
5. Selecteer Slaapstand.
Automatische slaapstand
Wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het beeldscherm sluit, wordt de computer automatisch in de slaapstand gezet. Eerst dient u echter de juiste instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren.
1. Open het Configuratiescherm.
2. Open Prestaties en onderhoud en open TOSHIBA Energiebeheer.
3. Open het tabblad Geavanceerd.
4. Selecteer Slaapstandondersteuning inschakelen.
5. Activeer de gewenste slaapstandinstelling voor Als ik op de aan/uit- knop druk en Als ik het scherm sluit.
6. Klik op OK.
Gebruikershandleiding 3-9
Page 61
Gegevensopslag in de slaapstand
Zodra u de computer in de slaapstand afsluit, worden de gegevens uit het geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal duren. Gedurende deze tijd brandt het vaste-schijflampje.
Nadat u de computer hebt uitgeschakeld en de geheugeninhoud op de vaste schijf is opgeslagen, dient u eventuele randapparaten uit te schakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.

Stand-by-modus

In de Stand-by-modus blijft de computer ingeschakeld maar worden de CPU en alle andere apparaten in een sluimerstand gezet.
Als er gedurende 15 minuten geen activiteit (inclusief de ontvangst van
e-mail) op de computer plaatsvindt terwijl de netadapter aangesloten is, wordt de computer automatisch in de Stand-by-modus gezet (de standaardinstelling van TOSHIBA Energiebeheer).
Wilt u de computer weer in gebruik nemen, dan drukt u op de aan/uit-
knop.
Als een netwerktoepassing actief is wanneer de computer automatisch
op stand-by wordt gezet, wordt deze toepassing mogelijk niet hersteld wanneer de computer uit de Stand-by-modus wordt gehaald. Als u wilt voorkomen dat de computer automatisch op stand-by wordt gezet, schakelt u Stand-by uit in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer. Open het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer en klik op de tab Energiebesparingsmodi. Selecteer vervolgens een netvoedings- of accuoptie en klik op Details. Wanneer het venster met details wordt weergegeven, kunt u de optie Stand-by uitschakelen door de schuifregelaar naar Nooit te slepen. Hierna is de computer echter niet langer compatibel met de Energy Star-richtlijnen.
Voor u begint
Voorzorgsmaatregelen voor de Stand-by-modus
Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer op stand-
by te zetten.
Verwijder/installeer geen geheugen en verwijder geen
voedingscomponenten:
Verwijder/installeer geen geheugenmodule. Doet u dit toch, dan
bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
Verwijder de accu-eenheid niet.
In de bovenstaande gevallen wordt de stand-by-configuratie niet opgeslagen.
Als u de computer meeneemt aan boord van een vliegtuig of in een
ziekenhuis, dient u de computer af te sluiten in de slaapstand of afsluitmodus om verstoring van radiosignalen te voorkomen.
Gebruikershandleiding 3-10
Page 62
Voor u begint
Voordelen van Stand-by
De voordelen van de Stand-by-functie zijn als volgt.
De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de slaapstand.
De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem stand­by.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Stand-by activeren
U kunt Stand-by ook activeren door op Fn + F3 te drukken. Zie Hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor nadere informatie.
U kunt de Stand-by-modus op een van de volgende drie manieren activeren:
1. Klik op start, vervolgens op Computer uitschakelen en ten slotte op Stand-by.
2. Sluit het beeldscherm. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Als u de functie wilt inschakelen, selecteert u het pictogram TOSHIBA
Energiebeheer in het Configuratiescherm, opent u het tabblad Geavanceerd en zet u de opties van Als ik op de aan/uit-knop druk
op Stand-by.
3. Druk op de aan/uit-knop. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Als u de functie wilt inschakelen, selecteert u het pictogram Hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer in het Configuratiescherm en opent u het tabblad Geavanceerd.
Wanneer u de computer weer inschakelt, kunt u uw werk hervatten op het punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
Wanneer de computer in de Stand-by-modus wordt afgesloten, gaat
het aan/uit-lampje oranje branden.
Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de bedrijfstijd verlengen
door in de slaapstand af te sluiten. De Stand-by-modus gebruikt meer energie.
Beperkingen van de Stand-by-modus
In de volgende omstandigheden werkt Stand-by niet:
De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet.
Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit of
elektrische ruis.
Gebruikershandleiding 3-11
Page 63

De computer opnieuw opstarten

In bepaalde omstandigheden moet u het systeem opnieuw instellen (ofwel een reset uitvoeren), bijvoorbeeld:
als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd;
als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
Er zijn drie manieren om de computer opnieuw in te stellen:
1. Selecteer Opnieuw starten in het venster Computer uitschakelen (open dit venster via de knop start).
2. Als de computer reeds ingeschakeld is, drukt u op Ctrl + Alt + Del om
Windows Taakbeheer weer te geven en selecteert u vervolgens Afsluiten en Opnieuw starten.
3. Druk op de aan/uit-knop om de computer uit te schakelen en druk nogmaals op de aan/uit-knop om de computer opnieuw op te starten.
Gebruik stap 3 alleen als het besturingssysteem is vastgelopen en u niets anders kunt doen. Als u stap 3 uitvoert, gaan alle niet-opgeslagen gegevens verloren en loopt u het risico dat kritieke bestanden beschadigd raken.

De vooraf geïnstalleerde software herstellen

Als vooraf geïnstalleerde bestanden beschadigd zijn, gebruikt u de schijf Productherstel of de CD-ROM TOSHIBA Tools & hulpprogramma’s om de bestanden te herstellen.
Voor u begint

Het complete systeem herstellen

Voer de volgende stappen uit om het besturingssysteem en alle vooraf geïnstalleerde software te herstellen.
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren gaan.
1. Plaats de schijf Productherstel in het station en schakel de computer uit.
2. Schakel de computer in en druk op de toets F12 zodra het bericht In Tou c h with Tom o r r ow TO S H IBA verschijnt. U ziet het opstartmenu.
3. Gebruik de pijltoets omhoog of omlaag om het CD-ROM-/DVD-ROM­station te selecteren.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm.
5. Als de computer is geleverd met extra software geïnstalleerd, kan deze software niet worden hersteld met de schijf Productherstel. Installeer deze toepassingen (bijvoorbeeld Works Suite, DVD-speler of spelletjes) zo nodig apart vanaf andere media.
Gebruikershandleiding 3-12
Page 64
Voor u begint

TOSHIBA-hulpprogramma’s en -stuurprogramma’s herstellen

Als Windows naar behoren werkt, kunnen stuurprogramma’s of toepassingen afzonderlijk worden hersteld met de CD-ROM Tools & hulpprogramma's.
De CD-ROM TOSHIBA Tools & hulpprogramma's bevat exemplaren van de stuurprogramma's en toepassingen die in de fabriek op uw computer zijn geïnstalleerd. Als systeemstuurprogramma's of -toepassingen die niet bij uw Microsoft Windows-besturingssysteem zijn geleverd, op een of andere manier zijn beschadigd, kunt u de meeste van deze componenten met deze CD opnieuw installeren.
Gebruikershandleiding 3-13
Page 65
Satellite M30X-serie
Grondbeginselen
In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van computergebruik toegelicht; zo wordt ingegaan op het gebruik van het touchpad, optische stations, de programmeerbare knop, CD-/DVD-/audiobedieningsknoppen, het interne modem, LAN en draadloos LAN. Verder worden tips gegeven voor het onderhoud van de computer en voor bescherming tegen oververhitting.

Het touchpad gebruiken

Om het touchpad te gebruiken plaatst u uw vingertop eenvoudig op het touchpad en schuift u deze in de richting waarin u de schermaanwijzer wilt verplaatsen.
Hoofdstuk 4
Touchpad
Touchpadbesturings-
knoppen
Touchpad en besturingsknoppen
De twee knoppen onder het toetsenbord worden op dezelfde wijze gebruikt als de knoppen op een muis.
Druk op de linkerknop om een menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
Druk niet te hard op het touchpad en gebruik geen spitse voorwerpen zoals ballpoints. Hierdoor kan het touchpad beschadigd raken.
Gebruikershandleiding 4-1
Page 66
Het touchpad heeft dezelfde functies als een muis met twee knoppen en een scrollwiel. Sommige functies kunt u activeren door het touchpad zachtjes aan te tikken in plaats van op een besturingsknop te drukken.
U kunt de bewerkingen van het aanwijsapparaat aanpassen in het venster Eigenschappen voor Muis. Open het Configuratiescherm, selecteer het pictogram Muis en druk op Enter om het venster Eigenschappen voor Muis te openen.
Klikken Klik eenmaal op de linkerbesturingsknop of tik eenmaal
op het touchpad.
Dubbelklikken Klik tweemaal op de linkerbesturingsknop of tik
tweemaal op het touchpad.
Schuiven (scrollen)
Verticaal: Schuif uw vinger aan de rechterkant van het touchpad
omhoog of omlaag.
Horizontaal: Schuif uw vinger aan de onderkant van het touchpad
naar links of rechts.

Optische stations gebruiken

De illustraties in deze paragraaf stroken wellicht niet helemaal met uw station, maar het gebruik is voor alle optische stations identiek. Het station ondersteunt snelle uitvoering van CD-ROM- en DVD-ROM-programma's. U kunt CD's/DVD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) zonder adapter gebruiken. Voor het aansturen van CD-/DVD-ROM’s wordt een ATAPI­interfacecontroller gebruikt. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een CD/DVD, gaat het lampje op het station branden.
Grondbeginselen
Gebruik de toepassing WinDVD 5 voor het bekijken van DVD-video­schijven.
Raadpleeg bij gebruik van een CD-RW-/DVD-ROM-station tevens de paragraaf CD's beschrijven met het CD-RW-/DVD-ROM-station voor voorzorgsmaatregelen bij het beschrijven van CD's.
Raadpleeg bij gebruik van een DVD Super Multi-station tevens de paragraaf CD's/DVD's beschrijven met het DVD Super Multi-station voor voorzorgsmaatregelen bij het beschrijven van CD's.
Gebruikershandleiding 4-2
Page 67

Schijven laden

Voer de volgende stappen uit en raadpleeg de bijbehorende afbeeldingen om een DVD/CD te laden.
1. Schakel de stroom in.
2. a. Druk op de ejectknop om de lade een stukje te openen.
Ejectknop
d e e
ReW
p S
ritable
h g i H
De ejectknop indrukken
b. U kunt de lade niet met de ejectknop openen wanneer de computer
uitgeschakeld is. In dat geval kunt u de lade openen door een dun voorwerp (ongeveer 15 mm lang) zoals een rechtgebogen paperclip in het ejectgaatje rechts van de ejectknop te steken.
Grondbeginselen
d e e
ReW
p S
ritable
h g i H
De lade door middel van het ejectgaatje openen
Gebruikershandleiding 4-3
Page 68
Grondbeginselen
3. Trek de lade voorzichtig uit totdat deze volledig is geopend.
De lade opentrekken
4. Leg de DVD/CD met het opschrift omhoog in de lade.
Een DVD/CD in de lade plaatsen
Zorg dat u de lens of het gebied eromheen niet aanraakt. Hierdoor kunt u storingen teweegbrengen in de werking van het station.
5. Druk voorzichtig in het midden van de DVD/CD tot deze vastklikt. De DVD/CD moet onder de bovenkant van de as liggen, vlak op het lade­oppervlak.
Gebruikershandleiding 4-4
Page 69
6. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt.
Als de DVD/CD niet goed zit wanneer de lade gesloten is, bestaat het risico dat de schijf beschadigd raakt. Bovendien kan het dan gebeuren dat de lade niet volledig wordt geopend wanneer u op de ejectknop drukt.
De DVD-ROM-lade sluiten

Schijven verwijderen

Voer de volgende stappen uit om de CD/DVD te verwijderen.
Druk niet op de ejectknop terwijl er activiteit in het DVD-station plaatsvindt. Wacht tot het diskette-/optisch-stationslampje uitgaat voordat u de lade opent. Neem de schijf pas uit de lade nadat deze is opgehouden met draaien.
Grondbeginselen
1. Druk op de ejectknop om de lade een stukje te openen. Trek de lade voorzichtig open.
Wanneer de lade een stukje wordt geopend, moet u even wachten tot
de DVD/CD is opgehouden met draaien voordat u de lade volledig opentrekt.
Als u de lade handmatig wilt openen door middel van het gaatje naast
de ejectknop, dient u de computer eerst uit te schakelen. Als de DVD/ CD nog draait terwijl u de lade opent, kan de schijf van de as vliegen en letsel teweegbrengen.
Gebruikershandleiding 4-5
Page 70
2. De DVD/CD steekt iets uit over de zijkanten van de lade, zodat u hem kunt pakken. Til de schijf voorzichtig uit de lade.
3. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt.

Programmeerbare knop

U kunt de werking van de programmeerbare knop zelf definiëren. Als de knop eenmaal is gedefinieerd, wordt de opgegeven toepassing gestart zodra de knop wordt ingedrukt. Als u geen toepassing aan de knop toewijst, wordt hiermee Windows Media Player gestart.
Grondbeginselen
Een DVD/CD verwijderen
Druk op de programmeerbare knop of de bedieningsknoppen wanneer het computersysteem uitgeschakeld is. Als het station een audio-CD bevat, activeert het systeem de CD-afspeelmodus en werkt het als een zelfstandige CD-speler. Bevat het station een DVD-video-schijf, dan worden het besturingssysteem en de DVD-video gestart.
Gebruikershandleiding 4-6
Page 71
Grondbeginselen

CD-/DVD-/audiobedieningsknoppen

Met de volgende vier knoppen kunt u functies van het optische station en digitale audiogegevens besturen:
Afspelen/Pauze Het afspelen starten of onderbreken.
Stoppen Het afspelen stopzetten.
Volgende Volgende nummer/hoofdstuk/gegevens afspelen.
Vorige Vorige nummer/hoofdstuk/gegevens afspelen.
Als in Windows Media Player de optie Willekeurig (Random) of Willekeurige volgorde (Shuffle) is geselecteerd, gaat u naar een willekeurige selectie wanneer u Volgende of Vorige selecteert.

CD's beschrijven met een CD-RW-/DVD-ROM-station

Met het CD-RW-/DVD-ROM-station kunt u gegevens schrijven naar to CD­R-/CD-RW-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf geïnstalleerd. Record Now!/DLA, onder licentie van Sonic Solutions.

Belangrijke mededeling

Lees deze paragraaf vóór het beschrijven van CD-R-/CD-RW-schijven grondig door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat het CD-RW-/DVD-ROM-station niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies of andere schade.

Disclaimer

TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
beschadiging van CD-R-/CD-RW-schijven als gevolg van het schrijf- of
herschrijfproces;
wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/CD-RW-
schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, of hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking;
schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.
Gebruikershandleiding 4-7
Page 72
Beschrijfbare CD's (CD-R's) kunnen slechts één keer worden beschreven. Herschrijfbare CD's (CD-RW's) kunnen meermaals worden beschreven.

Vóór schrijven of herschrijven

Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het schrijven en herschrijven van gegevens.
De volgende fabrikanten van CD-R- en CD-RW-media worden
aanbevolen.
Grondbeginselen
CD-R: TAIYO YUDEN CO., LTD.
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION RICOH Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd.
CD-RW: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
TOSHIBA garandeert de correcte werking van CD-R- en CD-RW-media van de bovenstaande fabrikanten, maar staat niet in voor de werking van andere media.
Herschrijfbare CD's (CD-RW's) kunnen ongeveer duizend keer worden
beschreven, al naar gelang de kwaliteit van de media en de gebruikswijze.
Vergeet niet de universele netadapter aan te sluiten voordat u begint
met schrijven of herschrijven.
Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware.
Voer geen programma's uit die de CPU belasten, bijvoorbeeld
schermbeveiliging.
Zorg dat de computer op volledige energie werkt. Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot de viruscontrole
is beëindigd en schakel vervolgens de anti-virussoftware (en eventuele op de achtergrond uitgevoerde bestandscontroleprogramma's) uit.
Gebruik geen vaste-schijfprogramma's, met inbegrip van
hulpprogramma's voor snelle schijftoegang. Doet u dit toch, dan loopt u het risico van storingen en gegevensverlies.
Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD. Probeer niet
te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of andere netwerkapparaten.
Voor het beschrijven van optische schijven wordt uitsluitend Sonic
RecordNow! aanbevolen. TOSHIBA staat niet in voor de werking van andere schrijfsoftware.
Gebruikershandleiding 4-8
Page 73

Tijdens schrijven of herschrijven

Houd u aan de volgende richtlijnen/voorschriften bij het schrijven van gegevens naar een CD-R of CD-RW.
Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de CD. Gebruik geen
functies voor knippen en plakken. In het geval van schrijffouten gaan de originele gegevens verloren.
Vermijd de volgende handelingen:
het wisselen van gebruikers in het besturingssysteem Windows XP;
gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat en het sluiten/openen van het LCD-scherm;
het starten van communicatietoepassingen (bijvoorbeeld een
modemprogramma);
handelingen waardoor de PC wordt blootgesteld aan schokken of
trillingen;
het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten
zoals: PC-kaart, USB-apparaten, extern beeldscherm, optische digitale apparaten;
het openen van het optische station.
Controleer of de schijven van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd
zijn. Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het schrijf­of herschrijfproces.
Plaats de computer op een egaal, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze-communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-9
Page 74
Grondbeginselen
CD's/DVD's beschrijven met het DVD Super Multi­station en het DVD Super Multi-station met Double Layer-ondersteuning
Met het DVD Super Multi-station kunt u gegevens schrijven naar CD-R-/ CD-RW-schijven en naar DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- en DVD-
RAM-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf geïnstalleerd. Record Now!/DLA, onder licentie van Sonic Solutions. InterVideo WinDVD
Creator 2 Platinum, een product van InterVideo, Inc.

Belangrijke mededeling

Lees deze paragraaf vóór het beschrijven van CD-R-/CD-RW-schijven of DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- of DVD-RAM-schijven grondig door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat het DVD Super Multi-station niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies of materiële schade.

Disclaimer

TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
beschadiging van CD-R-/CD-RW-, DVD-R-/DVD-RW- of DVD+R-/
DVD+RW-/DVD-RAM-schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces;
wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/CD-RW-
schijven, DVD-R-/DVD-RW-schijven of DVD+R-/DVD+RW-/DVD-RAM­schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, of hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking;
schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.
Gebruikershandleiding 4-10
Page 75

Vóór schrijven of herschrijven

Neem bij het schrijven of herschrijven van gegevens de volgende voorzorgsmaatregelen/voorschriften in acht.
Op grond van TOSHIBA’s beperkte compatibiliteitstests worden de
volgende fabrikanten van CD-R-/CD-RW-schijven en DVD-R-/DVD­RW-, DVD+R-/DVD+RW- en DVD-RAM-schijven aanbevolen. TOSHIBA staat echter niet in voor de werking, kwaliteit of prestaties van enigerlei schijven. De schijfkwaliteit kan het schrijf- of herschrijfproces beïnvloeden.
CD-R: TAIYO YUDEN CO., LTD.
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION RICOH Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd.
CD-RW: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
DVD-R: DVD-specificaties voor beschrijfbare schijven
voor algemeen gebruik, Versie 2.0
TAIYO YUDEN CO., LTD. PIONEER VIDEO CORPORATION MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
Grondbeginselen
DVD-RW: DVD-specificaties voor herschrijfbare schijven,
Versie 1.0 of Versie 1.1, Versie 1.2 (alleen voor DVD Super Multi-stations met Double Layer­ondersteuning)
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED TDK Corporation
DVD+R: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
DVD+RW: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
*DVD-RAM: DVD-specificaties voor DVD-RAM-schijven,
Versie 2.0 of Versie 2.1
Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. *Het DVD Multi-station en het DVD Super Multi­station ondersteunen DVD-RAM.
DVD+R
(Double Layer)
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION, alleen voor DVD Super Multi-stations met Double Layer­ondersteuning
Controleer of de schijven van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd
zijn. Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het schrijf­of herschrijfproces.
Hoe vaak een CD-RW of DVD-RW/DVD+RW/DVD-RAM kan worden
beschreven, is afhankelijk van de schijfkwaliteit en de manier waarop de schijf wordt gebruikt.
Gebruikershandleiding 4-11
Page 76
Grondbeginselen
Er zijn twee soorten DVD-R-schijven: "authoring"-schijven (voor
auteursgebruik) en schijven voor algemeen gebruik (ofwel General­schijven). Gebruik geen authoring-schijven. Alleen schijven voor algemeen gebruik kunnen met een computerstation worden beschreven.
U kunt gebruik maken van DVD-RAM-schijven die uit een cassette
kunnen worden verwijderd, en DVD-RAM-schijven die zonder cassette zijn ontworpen. U kunt geen gebruik maken van enkelzijdige schijven met een capaciteit van 2,6 GB of van dubbelzijdige schijven met een capaciteit van 5,2 GB.
DVD-R's, DVD+R's, DVD-RW's, DVD+RW's en DVD-RAM's kunnen
wellicht niet worden gelezen op bepaalde DVD-spelers of op DVD­ROM-stations voor computers.
Gegevens die naar een CD-R-, DVD-R- of DVD+R-schijf zijn
geschreven, kunnen niet gedeeltelijk of volledig worden verwijderd.
Gegevens die van een CD-RW of DVD-RW/DVD+RW/DVD-RAM zijn
gewist, kunnen niet worden teruggehaald. Controleer de inhoud van een schijf zorgvuldig voordat u deze verwijdert. Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet de gegevens van het verkeerde station verwijdert.
Bij het schrijven naar een DVD-R/DVD+R/DVD-RW/DVD+RW is
schijfruimte nodig voor bestandsbeheer, wat inhoudt dat schijven mogelijk niet tot de maximale capaciteit kunnen worden beschreven.
De schijf functioneert volgens de DVD-R/-RW-norm en wordt opgevuld
met dummygegevens als er gegevens naar worden geschreven die minder dan 1 GB in beslag nemen. Zelfs als u een kleine hoeveelheid gegevens schrijft, kan het even duren om de schijf met dummygegevens te vullen.
Er zijn twee typen DVD-R-/DVD+R-/DVD-RW-/DVD+RW-/DVD-RAM-
schijven op de markt: data en video. U gebruikt een videoschijf om videogegevens op te slaan. Videoschijven zijn geschikt voor DVD­recorders en DVD-ROM-stations van computers. Dataschijven zijn niet geschikt voor DVD-recorders.
Een DVD-RAM die met FAT32 is geformatteerd, kan onder Windows
2000 alleen met een DVD-RAM-stuurprogramma worden gelezen.
Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven
kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet naar het verkeerde station schrijft.
Vergeet niet de universele netadapter aan te sluiten voordat u begint
met schrijven of herschrijven.
Als u wilt overschakelen naar stand-by of de slaapstand, moet u eerst
controleren of het schrijven naar DVD-RAM is voltooid. Het schrijven is voltooid wanneer u de DVD-RAM-schijf kunt uitwerpen.
Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware.
Voer geen programma's uit die de CPU belasten, bijvoorbeeld
schermbeveiligingsprogramma's.
Zorg dat de computer op volledige energie werkt. Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
Gebruikershandleiding 4-12
Page 77
Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot de viruscontrole
is beëindigd en schakel vervolgens de anti-virussoftware (en eventuele op de achtergrond uitgevoerde bestandscontroleprogramma's) uit.
Gebruik geen vaste-schijfprogramma's, met inbegrip van
hulpprogramma's voor snelle schijftoegang. Doet u dit toch, dan loopt u het risico van storingen en gegevensverlies.
Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD/DVD. Probeer
niet te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of andere netwerkapparaten.
Voor het beschrijven van optische schijven wordt uitsluitend Sonic
RecordNow! aanbevolen. TOSHIBA staat niet in voor de werking van andere schrijfsoftware.

Tijdens schrijven of herschrijven

Neem de volgende punten in acht wanneer u CD-R-/CD-RW-schijven, DVD-R-/DVD-RW-/DVD-RAM-schijven of DVD+R-/DVD+RW-schijven beschrijft of herschrijft.
Vermijd de volgende handelingen tijdens het schrijf-/herschrijfproces:
het wisselen van gebruikers in het besturingssysteem Windows XP;
gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat en het sluiten/openen van het LCD-scherm;
het starten van communicatietoepassingen (bijvoorbeeld een
modemprogramma);
handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen;
het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten
zoals: PC-kaart, USB-apparaten, extern beeldscherm, optische digitale apparaten;
gebruik van de audio-/videobedieningsknoppen om geluid te
reproduceren;
het openen van het DVD-ROM- & CD-R/RW- of het DVD Super
Multi-station.
Gebruik tijdens het schrijven of herschrijven niet de afsluit-/
afmeldprocedure en stand-by/slaapstand.
Zorg ervoor dat het schrijven of herschrijven is voltooid voordat u
overschakelt naar de Stand-by-modus of de slaapstand. Het schrijfproces is voltooid als u de lade van het DVD-ROM- & CD-RW­station of het DVD Super Multi-station kunt openen.
Plaats de computer op een egaal, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze-communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de DVD-RAM.
Gebruik geen functies voor knippen en plakken. In het geval van schrijffouten gaan de originele gegevens verloren.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-13
Page 78

RecordNow! Basic voor TOSHIBA

Wanneer u RecordNow! gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen:
RecordNow! kan niet worden gebruikt voor het maken van DVD-video.
RecordNow! kan niet worden gebruikt voor het maken van DVD-audio.
U kunt de functie "Audio CD for Car or Home CD Player" van
RecordNow! niet gebruiken voor het opnemen van muziek op DVD-R/ DVD-RW of DVD+R/DVD+RW.
Gebruik de functie "Exact Copy" van RecordNow! niet voor het
kopiëren van auteursrechtelijk beschermde DVD-video-schijven en DVD-ROM's.
U kunt geen back-up maken van DVD-RAM-schijven met de functie
"Exact Copy" van RecordNow!.
U kunt de inhoud van een CD-ROM of CD-R/RW niet naar een DVD-R/
DVD-RW of DVD+R/DVD+RW kopiëren met de functie "Exact Copy" van RecordNow!.
U kunt de inhoud van een DVD-ROM, DVD-video-schijf, DVD-R/DVD-
RW of DVD+R/DVD+RW niet naar een CD-R/CD-RW kopiëren met de functie “Exact Copy” van RecordNow!.
RecordNow! kan niet in pakketindeling opnemen.
Met de functie "Exact Copy" van RecordNow! kunt u wellicht geen
back-up maken van een DVD-R-/DVD-RW of DVD+R/DVD+RW die met andere software op eenandere DVD-R/-RW- of DVD+R/+RW­recorder is gemaakt.
Als u gegevens toevoegt aan een DVD-R of DVD+R waarop reeds
gegevens zijn opgenomen, kunnen de toegevoegde gegevens in bepaalde omstandigheden niet worden gelezen. Zo kunnen de
gegevens niet worden gelezen in 16-bits besturingssystemen zoals Windows 98SE en Windows ME. In Windows NT4 hebt u Service Pack 6 of hoger nodig om toegevoegde gegevens te kunnen lezen. In Windows 2000 hebt u Service Pack 2 of hoger nodig om de gegevens te kunnen lezen. In bepaalde DVD-ROM-stations en DVD-ROM- & CD­R/-RW-stations kunnen toegevoegde gegevens überhaupt niet worden gelezen, ongeacht het besturingssysteem.
Opname op DVD-RAM-schijven wordt niet ondersteund door
RecordNow!. Als u op een DVD-RAM wilt opnemen, dient u Verkenner of een ander hulpprogramma te gebruiken.
Controleer alvorens een back-up van een DVD te maken of het
bronstation ondersteuning biedt voor opnemen op DVD-R-/DVD-RW- of DVD+R-/DVD+RW-schijven. Is dit niet het geval, dan wordt de DVD
mogelijk niet correct gekopieerd.
Wanneer u een back-up maakt van een DVD-R, DVD-RW, DVD+R of
DVD+RW, dient u hetzelfde type schijf te gebruiken.
Gegevens die naar een CD-RW, DVD-RW of DVD+RW zijn
geschreven, kunnen niet gedeeltelijk worden verwijderd.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-14
Page 79

Gegevenscontrole

Om te controleren of het schrijf-/herschrijfproces correct verloopt, voert u de volgende stappen uit voordat u gegevens naar een data-CD of -DVD
schrijft.
1. Klik op de knop Opties ( ) in het bedieningspaneel van RecordNow! om de optiepanelen te openen.
2. Selecteer de gegevens in het menu aan de linkerkant.
3. Activeer het selectievakje Verify data written to the disc after burning (Gegevens controleren die na het branden aan de schijf zijn
toegevoegd) in Data Options (Gegevensopties).
4. Klik op OK.

DLA voor TOSHIBA

Wanneer u DLA gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen:
Deze software ondersteunt uitsluitend herschrijfbare schijven
(DVD+RW, DVD-RW en CD-RW). Niet-herschrijfbare schijven zoals DVD+R's, DVD-R's en CD-R's worden niet ondersteund.
Het formatteren en beschrijven van DVD-RAM-schijven wordt niet
ondersteund door DLA. Deze functies worden uitgevoerd door het DVD-RAM-stuurprogramma. Als het DLA-formatteringsmenu verschijnt wanneer u een DVD-RAM-schijf in het station plaatst en in Windows Verkenner rechtsklikt op het stationspictogram, gebruikt u "DVDForm" om deze schijf te formatteren. U kunt DVDForm uitvoeren door op de knop Start in de taakbalk te klikken en in het menu Start achtereenvolgens Alle programma's, DVD-RAM, DVD-RAM Driver en DVDForm te selecteren.
Gebruik geen schijven die zijn geformatteerd met andere
pakketschrijfsoftware dan DLA. Gebruik schijven die met DLA zijn geformatteerd, niet met met andere pakketschrijfsoftware. Formatteer schijven waarmee u niet bekend bent vóór gebruik met de optie “Full Format”.
Pas de functies voor knippen en plakken niet toe op bestanden en
mappen. Een geknipt bestand of geknipte map kan verloren gaan als het schrijven mislukt door een schijffout.
Wanneer u de Setup-bestanden voor het programma naar een met DLA
geformatteerde schijf schrijft en Setup vanaf deze schijf start, kan een fout optreden Kopieer de bestanden in dat geval naar de vaste schijf en start Setup.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-15
Page 80

Video

Bij gebruik van WinDVD Creator Platinum:

Met WinDVD Creator Platinum kunt u via i.LINK (IEEE1394) video op uw digitale camcorder opnemen. Bij het afspelen van de video kan het geluid echter schokkerig klinken.
1. Klik op de Windows-knop Start en selecteer de optie Configuratiescherm.
2. Klik in het Configuratiescherm op het pictogram Prestaties en onderhoud.
3. Klik in het venster Prestaties en onderhoud op het pictogram Systeem.
4. Klik in het venster Systeemeigenschappen op de tab Geavanceerd.
5. Klik op het pictogram Instellingen in de sectie Prestaties.
6. Klik in het venster Instellingen voor prestaties op de tab Geavanceerd.
7. Klik op het pictogram Wijzigen in de sectie Virtueel geheugen.
8. Selecteer de knop Aangepaste grootte in het venster Virtueel geheugen.
9. Geef veel hogere waarden op voor Begingrootte en Maximale grootte.
10. Klik op de knop Instellen in het venster Virtueel geheugen.
11. Klik op OK in het venster Virtueel geheugen.

Een DVD-video maken

Eenvoudige stappen voor het maken van een DVD-video op basis van videogegevens afkomstig van een DV-camcorder:
1. Klik op [Start]-[Alle programma's] - [InterVideo WinDVD Creator2]­[InterVideo WinDVD Creator] om WinDVD Creator te starten.
2. Klik op de knop [Capture] en neem de videogegevens via IEEE1394 over van de DV-camcorder.
3. Klik op de knop [Edit] en sleep de videoclips van het tabblad [Video Library] naar de edit-strook.
4. Klik op de knop [Make Movie] bovenaan.
5. Dubbelklik op de pijlknop rechts, in het midden van de rechterkant.
6. Plaats een lege DVD-R/DVD+R of een gewiste DVD-RW/DVD+RW in het station.
7. Klik op [Start] om te beginnen met opnemen.
8. De lade gaat open zodra de opname is voltooid.
Grondbeginselen

Meer informatie over InterVideo WinDVD Creator achterhalen

Raadpleeg de on line Help voor extra informatie over InterVideo WinDVD Creator.
Gebruikershandleiding 4-16
Page 81

Belangrijke informatie

Houd rekening met de volgende beperkingen wanneer u een video-DVD maakt:
1. Digitale video bewerken
U kunt WinDVD Creator alleen gebruiken als u bent aangemeld met
beheerdersbevoegdheden (Administrator).
Gebruik WinDVD Creator alleen terwijl de computer op de
netvoeding is aangesloten.
Zorg dat de computer op volledige energie werkt. Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
Tijdens het bewerken van een DVD kunt u voorbeelden ("Previews")
weergeven. Als er echter een andere toepassing actief is, worden de voorbeelden mogelijk vervormd.
WinDVD Creator kan geen videobeelden op de externe monitor
weergeven wanneer de modus voor gelijktijdige weergave actief is.
DVD-inhoud die tegen kopiëren is beveiligd, kan niet met WinDVD
Creator worden bewerkt of afgespeeld.
Wijzig geen beeldscherminstellingen tijdens het gebruik van
WinDVD Creator.
Zorg dat de computer tijdens het gebruik van WinDVD Creator niet
op stand-by of in de slaapstand wordt gezet.
Gebruik WinDVD Creator niet direct na het inschakelen van de
computer. Wacht tot alle schijfactiviteit is gestopt.
Wanneer u met een DV-camcorder opneemt, dient u de camcorder
eerst enkele seconden te laten draaien voordat u daadwerkelijk begint met opnemen. Doet u dit niet, dan gaan de eerste seconden van uw opname mogelijk verloren.
Deze versie ondersteunt geen CD-recorder-, JPEG-, DVD-audio-,
mini-DVD- en video-CD-functies.
Zorg dat alle andere programma's tijdens het opnemen van
videogegevens op DVD of tape gesloten zijn.
Voer geen programma's uit die de CPU belasten, bijvoorbeeld
schermbeveiligingsprogramma's.
Voer geen communicatieprogramma's uit (bijvoorbeeld een
modemtoepassing).
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-17
Page 82
Grondbeginselen
2. Alvorens de video op een DVD op te nemen
Wanneer u op een DVD opneemt, dient u alleen schijven te
gebruiken die door de stationsfabrikant zijn aanbevolen.
Stel het actieve station niet in op een langzaam apparaat zoals een
USB 1.1-harddisk. Als u dit doet, zal het beschrijven van de DVD mislukken.
Vermijd de volgende handelingen:
gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat (muis of touchpad) en het sluiten/openen van het LCD-scherm;
handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen;
gebruik van de modusschakelaar en audio-/
videobedieningsknoppen om geluid te reproduceren;
het openen van het DVD-station;
het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten
zoals: PC-kaart, SD-kaart, USB-apparaten, extern beeldscherm,
i.LINK-apparaten, optische digitale apparaten.
Controleer de schijf na het opnemen van belangrijke gegevens.
Een DVD-R/DVD+R/DVD-RW kan niet in VR-indeling worden
beschreven.
U kunt maximaal 2 uur aan videogegevens in DVD-video-indeling
naar een DVD-R/DVD+R/DVD-RW/DVD+RW schrijven.
Met WinDVD Creator kunt u niet naar DVD-audio-, video-CD-, of
mini-DVD-indeling exporteren.
Met WinDVD Creator kunt u een DVD-RAM/DVD+RW in VR-
indeling beschrijven, maar de schijf kan vervolgens alleen op uw computer worden afgespeeld.
Wanneer u naar een DVD schrijft, heeft WinDVD Creator voor elk
uur video minstens 2 GB schijfruimte nodig.
Wanneer u een DVD vol schrijft, worden de hoofdstukken mogelijk
niet in de juiste volgorde afgespeeld.
Gebruikershandleiding 4-18
Page 83
3. Disc Manager
Met WinDVD Creator kunt u één afspeellijst op een schijf bewerken.
In WinDVD Creator wordt mogelijk een andere miniatuur
weergegeven dan u oorspronkelijk op de DVD-RAM-recorder hebt ingesteld.
Met Disc Manager kunt u gegevens in de volgende indelingen
bewerken: DVD-VR op DVD-RAM, DVD+VR op DVD+RW en DVD­video op DVD-RW.
4. Opgenomen DVD's
DVD-R's, DVD+R's, DVD-RW's, DVD+RW-'s en DVD-RAM's
kunnen wellicht niet worden gelezen op bepaalde DVD-spelers of op DVD-ROM-stations voor PC's.
Gebruik de toepassing WinDVD om de opgenomen schijf op de
computer af te spelen.
Als u opneemt op een herschrijfbare schijf die te veel is gebruikt,
kan de schijf mogelijk niet volledig worden geformatteerd. Gebruik een nieuwe schijf.

Behandeling van schijven

Deze paragraaf bevat tips voor het beschermen van de gegevens die u op CD's, DVD's of diskettes hebt opgeslagen.
Ga voorzichtig om met schijven. Door de volgende eenvoudige richtlijnen in acht te nemen kunt u de levensduur van uw schijven verlengen en de erop opgeslagen gegevens beschermen:
1. Bewaar uw CD's/DVD's in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden.
2. Buig een CD/DVD niet.
3. Beschadig het oppervlak van een CD/DVD niet door er bijvoorbeeld een etiket op te plakken of erop te schrijven.
4. Houd een CD/DVD bij de rand of bij het gat in het midden vast. Vingerafdrukken op het oppervlak van een CD/DVD kunnen de schijf onleesbaar maken.
5. Stel de discs niet bloot aan direct zonlicht, extreme hitte of extreme koude. Plaats geen zware voorwerpen op uw CD's/DVD's.
6. Als uw CD's/DVD's stoffig of vuil raken, kunt u ze afvegen met een schone, droge doek. Veeg vanuit het midden naar buiten (niet in een cirkel). Gebruik zo nodig een doek die is bevochtigd met water of een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen benzeen, verdunningsmiddel of soortgelijke schoonmaakmiddelen.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-19
Page 84

Diskettes

1. Bewaar diskettes in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden. Maak een vuile diskette schoon met een zachte doek die is bevochtigd met water. Gebruik geen schoonmaakmiddelen.
2. Duw het metalen schuifje van een diskette niet opzij en raak het magnetische oppervlak niet aan. Vingerafdrukken kunnen een diskette onleesbaar maken.
3. Buig diskettes niet en stel ze niet bloot aan direct zonlicht of extreme temperaturen; als u dit voorschrift niet in acht neemt, kunnen gegevens verloren gaan.
4. Plaats geen zware voorwerpen op uw diskettes.
5. Eet, rook of gum niet in de nabijheid van uw diskettes. Vreemde deeltjes kunnen het magnetische oppervlak van de diskette beschadigen.
6. Magnetische energie kan de gegevens op diskettes vernietigen. Houd uw diskettes daarom uit de buurt van voorwerpen die magnetische velden genereren, zoals luidsprekers, radio’s en tv’s.

Het interne modem gebruiken

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u instellingen opgeeft en het modem aansluit. Raadpleeg de on line Help van de computer voor meer informatie. Raadpleeg tevens de on line Help bij uw modemsoftware.
Grondbeginselen
Het interne modem biedt geen ondersteuning voor de spraakfuncties die in de on line Help worden beschreven. De data- en faxfuncties worden wel ondersteund.
Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
Sluit het modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Hierdoor zal het
modem schade oplopen.

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES

Neem bij het gebruik van uw telefoonapparatuur fundamentele veiligheidsvoorschriften in acht om het risico van brand, elektrische schokken en persoonlijk letsel te beperken. Bijvoorbeeld:
1. Gebruik dit product niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een badkuip, wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder of bij een zwembad.
2. Telefoneer niet tijdens onweer (behalve als u een draadloze telefoon gebruikt). Bliksem kan elektrische schokken veroorzaken.
3. Gebruik de telefoon niet om een gaslek te rapporteren in de nabijheid van het lek.
4. Gebruik alleen het in deze handleiding vermelde netsnoer.
Gebruikershandleiding 4-20
Page 85

Regioselectie

Telecommunicatievoorschriften variëren per land/regio, en u moet er dus voor zorgen dat de modeminstellingen correct zijn voor het land/de regio waarin u het modem gaat gebruiken.
1. Wijs achtereenvolgens Alle programma's, TOSHIBA en Netwerk aan en klik op Selectie van modemregio.
Als in het hulpprogramma Modeminstallatie van het Configuratiescherm een functie voor regio-/landselectie beschikbaar is, dient u deze niet te gebruiken. Als u het land/de regio in het Configuratiescherm wijzigt, wordt deze wijziging mogelijk niet doorgevoerd.
2. Het pictogram Regioselectie wordt weergegeven in de Windows­taakbalk.
Het pictogram Regioselectie
3. Klik met de primaire knop op het pictogram om een lijst van ondersteunde regio's weer te geven. U ziet tevens een submenu met telefoonlocatie-informatie. Naast de geselecteerde regio en de geselecteerde telefoonlocatie staat een kruisje.
4. Selecteer een regio uit het regiomenu of een telefoonlocatie uit het submenu.
Wanneer u op een regio klikt, wordt dit de regioselectie van het
modem en wordt automatisch de nieuwe telefoonlocatie ingesteld.
Wanneer u een telefoonlocatie selecteert, wordt automatisch de
corresponderende regio geselecteerd en wordt dit de huidige regio­instelling van het modem.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-21
Page 86

Menu Eigenschappen

Klik met de secundaire knop op het pictogram om het volgende menu weer te geven.
Het menu Eigenschappen

Instelling

U kunt de volgende instellingen in- of uitschakelen:
Automatisch uitvoeren
Het hulpprogramma voor regioselectie wordt automatisch gestart wanneer u het besturingssysteem start.
Dialoogvenster Keuze-opties openen na selectie van de regio
Het dialoogvenster Keuze-opties wordt automatisch geopend nadat u de regio hebt geselecteerd.
Grondbeginselen
Locatielijst voor regioselectie
Er verschijnt een submenu met informatie over telefoonlocaties.
Dialoogvenster openen als modem en huidige telefoonlocatie niet overeenkomen
Er verschijnt een waarschuwingsvenster als de huidige instellingen voor het regionummer en de telefoonlocatie incorrect zijn.

Modemselectie

Als de computer het interne modem niet herkent, verschijnt er een dialoogvenster waarin u de COM-poort selecteert die door het modem moet worden gebruikt.
Gebruikershandleiding 4-22
Page 87

Keuze-opties

Als u deze optie selecteert, worden de keuze-opties weergegeven.
Als u de computer in Japan gebruikt, bent u verplicht Japan als regio te selecteren. Het is in strijd met de wet om het modem in Japan met een andere regioselectie te gebruiken.

Aansluiten

Voer de volgende stappen uit om de kabel van het interne modem aan te sluiten.
Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
Sluit het modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Hierdoor zal het
modem schade oplopen.
1. Steek één uiteinde van de modemkabel in de modempoort.
2. Koppel het andere uiteinde van de modemkabel aan een telefoonaansluiting.
Grondbeginselen
Het interne modem aansluiten
U dient niet aan de kabel te trekken of de computer te verplaatsen terwijl de kabel is aangesloten.
Als u gebruik maakt van een opslagapparaat (bijvoorbeeld een DVD-ROM­station of vaste schijf) dat aan een 16-bits PC-kaart is gekoppeld, krijgt u mogelijk te maken met lage modemsnelheid en/of onderbrekingen in de communicatie.
Als het modem traag werkt of de communicatie tijdens modemgebruik wordt onderbroken, controleert u de CPU-snelheid in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer en stelt u deze in op Maximum.

Ontkoppelen

Voer de volgende stappen uit om de kabel van het interne modem te ontkoppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de telefoonaansluiting in en trek de connector eruit.
2. Trek de andere kabelconnector op dezelfde manier uit de computer.
Gebruikershandleiding 4-23
Page 88
LAN
De computer is uitgerust met LAN-schakelingen die Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) ondersteunen. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer koppelt aan en ontkoppelt van een LAN.
Installeer of verwijder geen optionele geheugenmodule zolang Activering op LAN ingeschakeld is.
De functie Activering op LAN werkt niet zonder de netadapter. Laat de netadapter dus aangesloten als u deze functie gebruikt.

De LAN-kabel aansluiten

De computer moet correct worden geconfigureerd alvorens verbinding met een LAN te maken. Als u zich bij een LAN aanmeldt terwijl de standaardinstellingen van de computer van kracht zijn, kunnen storingen op het LAN optreden. Vraag de LAN-beheerder naar de juiste configuratieprocedures.
Als u Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) gebruikt, dient u de computer met een CAT5-kabel aan te sluiten. U kunt geen CAT3-kabel gebruiken.
Gebruikt u Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), dan kunt u de computer aansluiten met een CAT5- of een CAT3-kabel.
Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel aan te sluiten.
1. Schakel de computer en alle erop aangesloten externe apparaten uit.
2. Koppel één uiteinde van de kabel aan de LAN-poort. Duw voorzichtig tot de vergrendeling vastklikt.
Grondbeginselen
De LAN-kabel aansluiten
3. Koppel het andere uiteinde van de kabel aan een LAN-hubconnector. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel op een hub aansluit.

De LAN-kabel ontkoppelen

Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel te ontkoppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de LAN-poort van de computer in en trek de connector eruit.
2. Ontkoppel de kabel op dezelfde wijze van de LAN-hub. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel van de hub ontkoppelt.
Gebruikershandleiding 4-24
Page 89

Draadloos LAN

Het draadloze LAN is compatibel met andere LAN-systemen die voldoen aan de 802.11g-norm voor draadloos LAN.
Deze voorziening ondersteunt de volgende functies:
Automatische selectie van de verzendsnelheid in het verzendbereik 54,
11, 5,5, 2 en 1 Mbit/s
AES-gegevenscodering (AES = Advanced Encryption Standard),
gebaseerd op het 128-bits coderingsalgoritme
De functie Activering op LAN (Wake-up on LAN) werkt niet op een draadloos LAN.
Frequentiebandselectie
Zwerven (roaming) over meerdere kanalen
Kaartenergiebeheer
WEP-gegevenscodering (WEP = Wired Equivalent Privacy). De functie
Activering op LAN (Wake-up on LAN) werkt niet in een draadloos LAN.

Beveiliging

1. Schakel de functie WEP (codering) in. Doet u dat niet, dan is uw computer via het draadloos LAN toegankelijk voor buitenstaanders, wat kan leiden tot onwettige binnendringing, afluisterpraktijken en verlies of vernietiging van opgeslagen gegevens. TOSHIBA raadt u daarom met klem aan de WEP-functie in te schakelen.
2. TOSHIBA is niet verantwoordelijk voor indringing tot gegevens via het draadloos LAN of voor beschadiging van die gegevens.
Grondbeginselen

Draadloze-communicatieschakelaar

U kunt de draadloos-LAN-functie in- of uitschakelen met de draadloze­communicatieschakelaar. Als de schakelaar op uit staat, kunnen geen gegevens worden verzonden of ontvangen. Schuif de schakelaar naar voren om de functie in te schakelen en naar achteren om de functie uit te schakelen.
Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer aan de hand van het draadloze-communicatielampje of de functie voor draadloze communicatie uit is (het lampje brandt in dat geval niet).

Draadloze-communicatielampje

Dit lampje geeft de status van de draadloze-communicatiefuncties aan.
Status van het lampje
Lampje uit Draadloze-communicatieschakelaar staat op uit.
Lampje brandt Draadloze-communicatieschakelaar staat op
Gebruikershandleiding 4-25
Betekenis
aan.
Page 90

Tv-uit

Via de tv-uit-poort kunt u de computer op een tv aansluiten. Gebruik een 4­pens S-Video-kabel.
Tv-uit-poort

Meerdere beeldschermen instellen

U kunt de computer configureren voor het gebruik van meerdere beeldschermen, zodat het bureaublad in feite over twee monitors wordt verdeeld.
In het venster Eigenschappen voor Beeldscherm kunt u de relatieve posities van de twee beeldschermen (wanneer deze als een uitgebreid bureaublad zijn geconfigureerd) preciezer aanpassen. In dit venster kunt u de twee beeldschermen in een horizontale, verticale of diagonale configuratie plaatsen, zoals in de volgende afbeelding wordt aangegeven.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-26
Page 91
Als er geen extern beeldscherm aangesloten zal zijn wanneer u de computer de volgende keer gebruikt, dient u eventuele kloonscherminstellingen of instellingen voor een uitgebreid bureaublad uit te schakelen alvorens de computer af te sluiten.
Kloonscherminstellingen zijn instellingen waar meer dan één apparaat is geselecteerd en tegelijk van toepassing is.

De computer schoonmaken

Om een lange levensduur en storingsvrij gebruik te waarborgen dient u de computer stofvrij te houden en voorzichtig te zijn met vloeistoffen in de buurt van de computer.
Mors geen vloeistoffen in de computer. Als de computer toch nat wordt,
schakelt u onmiddellijk de stroom uit; laat de computer volledig drogen voordat u hem weer aanzet.
Reinig de computer met een licht (met water) bevochtigde doek. Voor
het beeldscherm kunt u een glasreinigingsmiddel gebruiken. Sproei een kleine hoeveelheid reinigingsmiddel op een zachte, schone doek en veeg het scherm hiermee voorzichtig af.
Sproei schoonmaakmiddel nooit rechtstreeks op de computer en laat er geen vloeistof inlopen. Gebruik nooit bijtende chemicaliën om de computer te reinigen.
Grondbeginselen

De computer verplaatsen

De computer is een robuust apparaat. Wanneer u de computer verplaatst, dient u echter enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen te treffen om te zorgen dat het systeem probleemloos blijft werken.
Zorg dat alle schijfactiviteit is gestopt voordat u de computer verplaatst.
Controleer het vaste-schijf- en het diskette-/optisch-stationslampje op de computer.
Als het diskettestation een diskette bevat, verwijdert u deze.
Als het optische station een schijf bevat, verwijdert u deze. Zorg tevens
dat de stationslade goed is gesloten.
Schakel de computer uit.
Ontkoppel alle randapparaten alvorens de computer te verplaatsen.
Sluit het beeldscherm. Til de computer niet op bij het scherm of bij de
achterkant (waar de interfacepoorten zich bevinden).
Sluit alle poortafdekkingen.
Ontkoppel de netadapter als deze is aangesloten.
Gebruik de draagtas wanneer u de computer vervoert.
Gebruikershandleiding 4-27
Page 92
Satellite M30X-serie
Het toetsenbord
Het toetsenbord van de computer is compatibel met een uitgebreid toetsenbord met 101/102 toetsen. Door bepaalde toetsen tegelijkertijd in te drukken kunt u alle functies uitvoeren die op een toetsenbord met 101/102 toetsen beschikbaar zijn.
Het aantal toetsen op uw toetsenbord is afhankelijk van de toetsenbordindeling waarmee uw computer is geconfigureerd. Er zijn toetsenborden voor verschillende talen beschikbaar.
Er zijn vijf soorten toetsenbordtoetsen: typemachinetoetsen, geïntegreerde numerieke toetsen, functietoetsen, zogenoemde “softkeys” en cursorbesturingstoetsen. De typemachinetoetsen en de geïntegreerde numerieke toetsen zijn grijs. De overige toetsen zijn donkergrijs.

Typemachinetoetsen

Hoofdstuk 5
De typemachinetoetsen produceren de hoofd- en kleine letters, cijfers, leestekens en speciale symbolen die op het scherm verschijnen.
Er zijn echter enkele verschillen tussen het gebruik van een typemachine en het gebruik van een computertoetsenbord:
Letters en cijfers die met de computer zijn geproduceerd, verschillen
van breedte. Spaties, die door een spatieteken worden gecreëerd, kunnen ook variëren, al naar gelang uitlijning en andere factoren.
Op computers zijn de kleine letter l (el) en het cijfer 1 (één) niet
verwisselbaar.
Hoofdletter O en 0 (nul) zijn niet verwisselbaar.
Caps Lock, de functietoets voor hoofdlettervergrendeling, is alleen van
invloed op de lettertoetsen, niet (zoals op typemachines) op de cijfer­en symbooltoetsen.
De Shift- of hoofdlettertoetsen, de Tab-toets en de toets BkSp
(backspace- ofwel correctietoets) hebben dezelfde functie als de gelijknamige typemachinetoetsen maar hebben bovendien speciale computerfuncties.
Gebruikershandleiding 5-1
Page 93

Functietoetsen F1 ... F12

De functietoetsen, niet te verwarren met de Fn-toets, zijn de 12 toetsen boven aan het toetsenbord. Deze toetsen zijn donkergrijs, maar werken anders dan de andere donkergrijze toetsen.
F1 tot en met F12 worden aangeduid als functietoetsen, omdat u hiermee geprogrammeerde functies kunt uitvoeren. Als u pictogramtoetsen in combinatie met de Fn-toets gebruikt, worden specifieke functies op de computer uitgevoerd. Zie het gedeelte Softkeys: Fn-toetscombinaties in dit hoofdstuk. De werking van individuele toetsen is afhankelijk van de software die u gebruikt.

Softkeys: Fn-toetscombinaties

De toets Fn (functie) is een bijzondere toets die alleen op TOSHIBA­computers aanwezig is en die in combinatie met andere toetsen “softkeys” vormt. Softkeys zijn toetscombinaties die specifieke voorzieningen activeren, uitschakelen of configureren.
In sommige softwareprogramma’s werken softkeys niet naar behoren of werken ze in het geheel niet. De softkey-instellingen worden niet hersteld door de Stand-by-functie.
Het toetsenbord

Emulatietoetsen

Het is mogelijk dat uw softwaretoepassing een toets vereist die niet op het toetsenbord voorkomt. Door de Fn-toets in combinatie met een van de volgende toetsen in te drukken emuleert u de functies van het uitgebreide toetsenbord.
Druk op Fn + F10 of Fn + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen te activeren. De grijze toetsen met witte cijfers worden hierdoor cijfertoetsen (Fn + F11) of cursorbesturingstoetsen (Fn + F10). Raadpleeg de paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in dit hoofdstuk voor meer informatie over het gebruik van deze toetsen. Standaard zijn beide functies bij het opstarten van de computer uitgeschakeld.
Druk op Fn + F12 (ScrLock) om de cursor op een bepaalde regel te vergrendelen. Bij het opstarten is deze functie standaard uitgeschakeld.
Gebruikershandleiding 5-2
Page 94
Met Fn + Enter emuleert u de Enter-toets op het numerieke toetsenblok van het uitgebreide toetsenbord.
Met Fn + Ctrl emuleert u de rechter Ctrl-toets van het uitgebreide toetsenbord.

Sneltoetsen

Fn + Esc Geluid dempen Hiermee schakelt u het
Fn + F1 Directe beveiliging Hiermee wordt het scherm
Fn + F2 Energiebesparingsmodi Hiermee worden de
Fn + F3 Stand-by Hiermee wordt het systeem in de
Fn + F4 Slaapstand Hiermee wordt het systeem in de
Fn + F5 Beeldschermselectie Hiermee kunt u van
Het toetsenbord
volume in of uit.
leeggemaakt en de schermbeveiliging geactiveerd. U kunt het bureaublad weer herstellen door op een willekeurige toets te drukken of het touchpad aan te raken.
energiebesparingsmodi weergegeven, waarna u wijzigingen in de energie-instellingen kunt aanbrengen.
Stand-by-modus gezet.
slaapstand gezet.
beeldscherm wisselen.
De standaardresolutie voor de simultaanmodus is XGA (1024 x 768). Als u een externe monitor aansluit die deze resolutie niet ondersteunt, dient u de resolutie te wijzigen in het onderdeel Beeldscherm van het Configuratiescherm.
Gebruikershandleiding 5-3
Page 95
Het toetsenbord
Fn + F6 Helderheid verlagen
Fn + F7 Helderheid verhogen Fn + F8 Draadloos apparaat omschakelen Met deze
sneltoets kunt u omschakelen tussen actieve draadloze apparaten. Werkt alleen als de draadloze-communicatieschakelaar op aan staat.
Fn + F9 Touchpad aan/uit Fn + F10 Cursortoetsenblok aan/uit Met deze sneltoets
schakelt u het geïntegreerde cursortoetsenblok in en uit. De Num Lock-status wordt softwarematig uitgeschakeld. Zie Hoofdstuk 3, Voor u begint, voor meer informatie.
Fn + F11 Numeriek toetsenblok aan/uit Met deze
sneltoets schakelt u het geïntegreerde numerieke toetsenblok in en uit. De Num Lock-status wordt softwarematig ingeschakeld. Zie Hoofdstuk 3, Voor u begint, voor meer informatie.
Fn + F12 Scroll Lock aan/uit
Fn + spatiebalk Resolutie wijzigen Hiermee doorloopt u de
beschikbare resoluties, van de huidige resolutie tot 800x600, 1024x768, en weer terug naar de oorspronkelijke resolutie.
Fn + 1
Uitzoomen Om de pictogrammen op het
bureaublad of in het toepassingsvenster te vergroten drukt u op 1 terwijl u Fn ingedrukt houdt.
Fn +2
Inzoomen Om de pictogrammen op het
bureaublad of in het toepassingsvenster te verkleinen drukt u op 1 terwijl u Fn ingedrukt houdt.
Voordat u Fn+1 en Fn+2 gebruikt, dient u het TOSHIBA-hulpprogramma Zoom te installeren. Dit hulpprogramma ondersteunt uitsluitend de volgende toepassingen: Microsoft Internet Explorer, Microsoft Office, Windows Media Player, Adobe Reader en de pictogrammen op het bureaublad.
Gebruikershandleiding 5-4
Page 96

Speciale Windows-toetsen

Het toetsenbord is voorzien van twee toetsen die in Windows XP speciale functies hebben. De ene activeert het menu Start en de andere heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.
Deze toets activeert het Windows-menu Start.
Deze toets heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.

Geïntegreerde numerieke toetsen

In plaats van een apart numeriek toetsenblok heeft het toetsenbord van uw computer geïntegreerde numerieke toetsen.
De toetsen met de witte opschriften in het midden van het toetsenbord zijn de geïntegreerde numerieke toetsen. Deze toetsen hebben dezelfde functie als de numerieke toetsenbloktoetsen van het uitgebreide toetsenbord met 101/102 toetsen.

De geïntegreerde numerieke toetsen inschakelen

U kunt de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken voor het invoeren van cijfers of voor cursor- en paginabesturing.
Het toetsenbord
Cursormodus
Om de cursormodus te activeren drukt u op Fn + F10 (het lampje van de cursormodusgaat branden). Nu is cursor- en paginabesturing mogelijk
met de toetsen die in de volgende afbeelding worden geïllustreerd. Druk nogmaals op Fn + F10 om de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen.
Gebruikershandleiding 5-5
Page 97
Het toetsenbord
Numerieke modus
Om de numerieke modus te activeren drukt u op Fn + F11 (het lampje van de numerieke modusgaat branden). Nu kunt u cijfers invoeren met de toetsen die in de volgende afbeelding worden geïllustreerd. Druk nogmaals op Fn + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen.
De geïntegreerde numerieke toetsen

Tijdelijk het gewone toetsenbord gebruiken (geïntegreerde numerieke toetsen ingeschakeld)

Tijdens het gebruik van de geïntegreerde numerieke toetsen kunt u tijdelijk met het gewone toetsenbord werken zonder de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen:
1. Houd Fn ingedrukt en druk op een andere toets. Alle toetsen werken alsof de geïntegreerde numerieke toetsen zijn uitgeschakeld.
2. Typ hoofdletters door Fn + Shift ingedrukt te houden en op een lettertoets te drukken.
3. Laat Fn los om de geïntegreerde numerieke toetsen weer in gebruik te nemen.
Gebruikershandleiding 5-6
Page 98

Tijdelijk de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken (geïntegreerde numerieke toetsen uitgeschakeld)

Tijdens het gebruik van het gewone toetsenbord kunt u tijdelijk met de geïntegreerde numerieke toetsen werken zonder deze in te schakelen:
1. Druk op Fn en houd deze toets ingedrukt.
2. Controleer de toetsenbordlampjes. Door op Fn te drukken activeert u de laatstgebruikte modus van de geïntegreerde numerieke toetsen. Als het lampje van de numerieke modus brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen voor het invoeren van cijfers gebruiken. Brandt het lampje van de cursormodus, dan kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken voor cursor- en paginabesturing.
3. Laat Fn los om het gewone toetsenbord weer in gebruik te nemen.

Tijdelijk van modus wisselen

Als de numerieke modus actief is, kunt u tijdelijk naar de cursormodus overschakelen door op een Shift-toets te drukken.
Als de cursormodus actief is, kunt u tijdelijk naar de numerieke modus overschakelen door op een Shift-toets te drukken.

ASCII-tekens genereren

Niet alle ASCII-tekens kunnen via het gewone toetsenbord worden gegenereerd. U kunt deze tekens echter door middel van hun ASCII-codes genereren.
Voer de volgende stappen uit met de geïntegreerde numerieke toetsen ingeschakeld:
1. Houd Alt ingedrukt.
2. Typ de ASCII-code met behulp van de geïntegreerde numerieke toetsen.
3. Laat Alt los; het ASCII-teken verschijnt op het scherm.
Als de geïntegreerde numerieke toetsen zijn uitgeschakeld, voert u de volgende stappen uit:
1. Houd Alt + Fn ingedrukt.
2. Typ de ASCII-code met behulp van de geïntegreerde numerieke toetsen.
3. Laat Alt + Fn los; het ASCII-teken verschijnt op het scherm.
Het toetsenbord
Gebruikershandleiding 5-7
Page 99
Satellite M30X-serie
Hoofdstuk 6
Stroomvoorziening en spaarstanden
De computer kan via de netadapter of via de interne accu van stroom worden voorzien. In dit hoofdstuk leest u hoe u deze energiebronnen optimaal gebruikt en hoe u de accu oplaadt en vervangt. Verder worden tips gegeven voor het besparen van accu-energie en krijgt u informatie over spaarstanden.

Stroomvoorzieningsomstandigheden

De bedrijfscapaciteit en de accu-energiestatus van de computer worden beïnvloed door de stroomvoorzieningsomstandigheden: of er een netadapter is aangesloten, of er een accu is geïnstalleerd en wat het ladingsniveau van de accu is.
Stroom ingeschakeld Stroom uitgeschakeld
(buiten werking)
Netadapter aangesloten
Accu volledig opgeladen
• In werking
• Wordt niet opgeladen
• Lampje: Accu groen DC IN groen
• Wordt niet opgeladen
• Lampje: Accu groen DC IN groen
Accu gedeeltelijk opgeladen
Geen accu geïnstalleerd of accu leeg
Gebruikershandleiding 6-1
• In werking
• Wordt opgeladen
• Lampje: Accu oranje DC IN groen
• In werking
• Wordt niet opgeladen
• Lampje: Accu uit
DC IN groen
• Wordt opgeladen
• Lampje: Accu oranje DC IN groen
• Wordt niet opgeladen
• Lampje: Accu uit DC IN groen
Page 100
Netadapter niet aangesloten
Accucapaciteit is boven activeringsnive au lage acculading
Accucapaciteit is onder activeringsnive au lage acculading
Stroomvoorziening en spaarstanden
Stroom ingeschakeld Stroom uitgeschakeld
(buiten werking)
• In werking
• Lampje: Accu uit DC IN uit
• In werking
• Alarm klinkt (afhankelijk
van de optie Low Battery Alarm in het CMOS SETUP-menu & de corresponderende instelling in het hulpprogramma TOSHIBA Energiebeheer)
• Lampje: Accu knippert
oranje
DC IN uit
Accu leeg Computer wordt in
slaapstand gezet of afgesloten (afhankelijk van de instelling in het hulpprogramma Toshiba Energiebeheer)
Geen accu geïnstalleerd
• Buiten werking
• Lampje: Accu uit
DC IN uit
Gebruikershandleiding 6-2
Loading...