Toro 74876 Operator's Manual [nl]

FormNo.3425-758RevA
TimeCutter
®
HDX4850,X5450,
XS4850ofXS5450zitmaaier
Modelnr.:74874—Serienr.:400000000enhoger Modelnr.:74876—Serienr.:400000000enhoger Modelnr.:74886—Serienr.:400000000enhoger Modelnr.:74888—Serienr.:400000000enhoger
Registreeruwproductopwww.T oro.com. Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke conformiteitsverklaring.
Bruto-ennettokoppel:Hetbruto-ennettokoppel vandezemotorisdoordemotorfabrikantin laboratoriumomstandighedengemetenvolgens standaardJ1940ofJ2723vandeSocietyof AutomotiveEngineers(SAE).Omdatbijde conguratierekeningisgehoudenmetdeveiligheids-, emissie-engebruiksvoorschriften,zaldemotorvan dittypemaaiersindepraktijkveelminderkoppel hebben.Raadpleegdemeegeleverdedocumentatie vandemotorfabrikant.
Ganaarwww.Toro.comomdespecicatiesvanuw typeteraadplegen.
Belangrijk:AlsueenmachinemeteenToro
motorgedurendeeenononderbrokenperiode boven1.500mgebruikt,moetuervoorzorgen datdesetvoorgrotehoogteisgemonteerd zodatdemotorvoldoetaandeCARB-en EPA-emissierichtlijnen.Desetvoorgrote hoogtevergrootdemotorprestatiesenvoorkomt vervuilingvandebougie,moeilijkstartenen grotereemissies.Zodraudesethebtgemonteerd, dientuhetlabelvoorgrotehoogteopde machinetebevestigennaastdestickermethet serienummer.Neemcontactopmeteenerkende Toroservicedealeromdegeschiktesetvoor grotehoogteenhetlabelvoorgrotehoogtevoor uwmachineteverkrijgen.Omeendealerinuw buurttevinden,kuntukijkenoponzewebsite www.Toro.comofcontactopnemenmetonzeToro CustomerCareDepartementophetnummerdat isopgegevenindegarantieverklaringvoorhet emissiecontrolesysteem.
Verwijderdesetvandemotorenzetdemotor terugnaarzijnoriginelefabrieksinstellingalsu demotorgebruiktonder1.500m.Gebruikgeen motordiegeschiktisgemaaktvoorgebruikop grotehoogteoplagerehoogtes;anderskande motoroververhitrakenenwordenbeschadigd.
Indienunietzekerbentofuwmachinegeschikt isgemaaktvoorgebruikopgrotehoogte,moetu zoekennaarhetvolgendelabel.
Inleiding
Dezezitmaaiermetdraaiendemessenisbedoeld voorgebruikdoorparticuliereninresidentiële toepassingen.Demachineisvoornamelijkontworpen voorhetmaaienvangrasopgoedonderhouden gazons.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruiken enonderhoudenenomschadeaandemachineen letseltevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhet juisteenveiligegebruikvandemachine.
Ganaarwww.Toro.comvoordocumentatieover productveiligheidenbedieningsinstructies,informatie overaccessoires,hulpbijhetvindenvaneendealer ofomuwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren hetserienummervanhetproducttevermelden.De locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
Belangrijk:Ukuntmetuwmobielapparaatde
QR-codeophetplaatjemethetserienummer (indienaanwezig)scannenomtoegangte krijgentotdegarantie,onderdelenenandere productinformatie.
g234368
Figuur1
©2018—TheToro®Company 8111LyndaleAvenueSouth Bloomington,MN55420
decal127-9363
1.Plaatjemetmodelnummerenserienummer
Ukunthetmodelnummerenhetserienummernoteren inderuimtehieronder:
Modelnr.:
Serienr.:
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen. Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie aandiebijzondereaandachtverdient.
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Waarschuwingspictogram..................................4
Algemeneveiligheid...........................................5
Hellingsindicator................................................6
Veiligheids-eninstructiestickers........................7
Algemeenoverzichtvandemachine.......................13
Bedieningsorganen..........................................13
Voorgebruik........................................................15
Veiligheidsinstructiesvoorafgaandaanhet
werk..............................................................15
Voorhetstarten...............................................15
Brandstofveiligheid...........................................16
Brandstofbijvullen............................................17
Dagelijksonderhouduitvoeren.........................17
Eennieuwemachineinrijden............................17
Hetveiligheidssysteemgebruiken....................18
Bestuurdersstoelinstellen................................18
InstellenvandeMyRide™vering.....................19
Rijhendelsafstellen..........................................20
Zijuitworpgebruiken.........................................20
Tijdensgebruik....................................................24
Veiligheidtijdenshetwerk.................................24
Plaatsnemenindebestuurderspositie..............26
Parkeerremgebruiken......................................26
Messchakelaar(aftakas)inschakelen...............27
Messchakelaar(aftakas)uitschakelen..............27
Degashendelbedienen....................................27
Dechokebedienen...........................................28
Bedieningvandecontactschakelaar................28
Startenvandemotor........................................29
Demotorafzetten.............................................29
Derijhendelsgebruiken....................................29
Metdemachinerijden.......................................30
HetSmartSpeed
gebruiken......................................................31
HetSmartSpeed
gebruiken......................................................32
Zijafvoergebruiken...........................................33
Demaaihoogteinstellen...................................33
Antiscalpeerrollenafstellen...............................34
Werktuigenenaccessoiresgebruiken..............34
Tipsvoorbedieningengebruik.........................35
Nagebruik...........................................................36
Veiligheidnahetwerk.......................................36
Machinemetdehandduwen............................38
Onderhoud..............................................................39
Veiligheidbijonderhoud....................................39
Aanbevolenonderhoudsschema.........................40
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........41
Deafdekkingvanhetmaaidek
losmaken......................................................41
Onderhoudmotor................................................41
Veiligheidvandemotor.....................................41
Onderhoudvanhetluchtlter............................41
Motorolieverversen..........................................43
Onderhoudvandebougie................................46
TM
besturingssysteem
TM
besturingssysteem
3
Hetkoelsysteemreinigen.................................47
Onderhoudbrandstofsysteem.............................47
Brandstofltervandeslangvervangen.............47
Onderhoudelektrischsysteem............................48
Veiligheidvanhetelektrischsysteem................48
Onderhoudvandeaccu....................................48
Onderhoudvandezekeringen..........................50
Onderhoudaandrijfsysteem................................50
Bandenspanningcontroleren............................50
Onderhoudriemen..............................................51
Riemencontroleren..........................................51
Drijfriemvanmaaidekvervangen.....................51
Onderhoudvandemaaimachine..........................52
Veiligheidvandemessen.................................52
Onderhoudvandemaaimessen.......................52
Maaidekhorizontaalstellen..............................55
Maaidekverwijderen.........................................57
Hetmaaidekmonteren.....................................58
Grasgeleidervervangen...................................58
Reiniging.............................................................59
Onderkantvanmaaimachinewassen...............59
Deveringreinigen............................................60
Afvalafvoeren..................................................60
Stalling....................................................................61
Veiligheidtijdensopslag...................................61
Reinigenenopslaan.........................................61
Opslagvandeaccu..........................................62
Problemen,oorzaakenremedie.............................63
Schema's................................................................65
Veiligheid
Dezemachineisontworpenvolgensnorm ENISO5395:2013.
Waarschuwingspictogram
Ditwaarschuwingspictogram(Figuur3)wordtzowel indezehandleidingalsopdemachinegebruiktom belangrijkeveiligheidsinformatieaantegeven.Deze informatiemoetwordenopgevolgdomongelukken tevoorkomen.
Ditpictogrambetekent:ATTENTIE!PASOP!HET
GAATOMUWVEILIIGHEID!
g000502
Figuur3
Waarschuwingspictogram
Ditpictogramstaatboveninformatiedieuwaarschuwt overonveiligehandelingenofsituaties,enwordt gevolgddoorhetwoordGEV AAR,WAARSCHUWING ofVOORZICHTIG.
GEVAAR:eendirectgevaarlijkesituatiedie,alsdeze nietwordtvoorkomen,altijdzalleidentotdedood ofernstigletsel.
WAARSCHUWING:eenmogelijkgevaarlijkesituatie die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot lichtofernstigletsel.
WAARSCHUWING:eenmogelijkgevaarlijkesituatie die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot lichtofmiddelmatigletsel.
Erwordenindezehandleidingnogtweewoorden gebruiktomuwaandachtopbijzondereinformatie tevestigen.Belangrijkattendeertuopbijzondere technischeinformatieenOpmerkingduidtalgemene informatieaandiebijzondereaandachtverdient.
4
Algemeneveiligheid
Dezemachinekanhandenofvoetenafsnijdenen voorwerpenuitwerpen.T oroheeftdezemaaier ontworpenomonderredelijkeomstandigheden veiligtewerken,hetnietopvolgenvande veiligheidsaanwijzingenkanechterleidentotletsel ofdedood.
Leesdeaanwijzingenenwaarschuwingen
metbetrekkingtotdemachine,motoren hulpstukkenindegebruikershandleidingen anderinstructiemateriaal,zorgdatuzebegrijpt, envolgzeop.Allebestuurdersenmonteurs moeteninstructieshebbenontvangen.Alsde bestuurder(s)ofmonteur(s)dezehandleiding nietkan/kunnenlezendanisdeeigenaar verantwoordelijkvoorhetuitleggenvandeinhoud daarvanaanhen.Dehandleidingismogelijk beschikbaarinanderetalenoponzewebsite.
Dezemachinemagalleenwordenbedienddoor
geïnstrueerde,verantwoordelijkebestuurders, diedaartoefysiekinstaatzijnenbekendzijn metdeveiligewerking,bedieningsorganen, veiligheidspictogrammenengebruiksaanwijzing. Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie hebbenontvangen,demachinenooitgebruikenof onderhoudswerkzaamhedendaaraanverrichten. Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen stellenaandeleeftijdvandegenediemetde machinewerkt.
Gebruikdemachinenietindebuurtvanranden,
sloten,taluds,ofanderegevaren,ofophellingen steilerdan15graden.
Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenvandemachine.
Gebruikdemachinenooitmetbeschadigde
afschermingen,schermenendeksels.Verzeker datdeveiligheidsafschermingen,schakelaars enanderevoorzieningenaanwezigzijnenjuist werken.
Stopdemachine,schakeldemotoruit
enverwijderhetsleuteltjevoordatu onderhoudswerkzaamhedenuitvoertaan demachine,brandstofbijvultofverstoppingen verwijdert.
5
Hellingsindicator
Figuur4
Umagdezepaginakopiërenvoorpersoonlijkgebruik.
1.Demaximalehellingshoekwaarbijudemachinemaggebruikenis15graden.Gebruikhethellingsschemaomdehellingshoek tebepalenvoordatudemachinebedient.Gebruikdemachinenietophellingenvanmeerdan15graden.Langsde betreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand
6
g011841
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen stickers.
Merktekenvanfabrikant
1.GeeftaandathetmesonderdeelvaneenorigineleToro maaimachineis.
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu.
decaloemmarkt
decal117-1 194
decalbatterysymbols
1.Motor
117-1194
1.Risicovanexplosie6.Houdomstandersopeen
2.Nietroken.Geenopen vuurofvonken
3.Risicovanbijtende vloeistof/chemische brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde Gebruikershandleiding.
veiligeafstandvande accu.
7.Draagoogbescherming; explosievegassenkunnen blindheidenanderletsel veroorzaken.
8.Accuzuurkanblindheid ofernstigebrandwonden veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater spoelenensnelarts raadplegen.
10.Bevatlood;niet weggooien
1.Omloophendel,hendelin duwstand
decal121-2989
121-2989
2.Omloophendel,hendelin gebruiksstand
7
decal131-1097
131-3948
131-1097
1.Aftapplug
decal130-0654
130-0654
1.Transportvergrendeling aan
2.Transportvergrendelinguit
1.Waarschuwing– Machinekanvoorwerpen uitwerpen;zorgervoordat degrasgeleideropzijn plaatszit.
1.Leesde Gebruikershandleiding.
2.Maaihoogteselectie
3.Maaihoogte
130-0731
2.Handenofvoetenkunnen wordengesnedendoor hetmaaimes–Blijfuit debuurtvanbewegende onderdelen.
130-0765
3.Neemhetsleuteltjeuitde contactschakelaarenlees deGebruikershandleiding voordatuonderhoud uitvoert.
decal130-0731
decal130-0765
1.Langzaam
2.Bijhetslepen
1.Demachinekan voorwerpenuitwerpen –Houdomstandersuitde buurtvandemachine.
2.Demaaierkanvoorwerpen uitwerpen,geopende uitwerpplaat–Gebruik demachinenietmeteen openmaaidek;gebruik eengrasvangerofeen uitwerpplaat.
decal131-3948
131-3948
3.Snel
decal132-0872
132-0872
3.Handenofvoetenkunnen wordengesneden–Blijfuit debuurtvanbewegende onderdelen.
4.Risicoomgegrepente worden–Blijfuitdebuurt vanbewegendedelenen houdallebeschermende delenophunplaats.
8
136-4243
1.Snel
2.Langzaam5.Handremvrijgesteld
3.Neutraalstand6.Handremingeschakeld
4.Achteruit
136-4244
1.Snel
2.Langzaam4.Achteruit
3.Neutraalstand
decal136-4243
decal136-4244
136-5596
1.Controleerde bandenspanningom de25bedrijfsuren.
2.Motorolie
3.Controleerde bandenspanningom de25bedrijfsuren.
4.Controleerde bandenspanningom de25bedrijfsuren.
5.LeesdeGebruikers- handleidingvoordatu onderhoudswerkzaamhe­denuitvoert.
136-9186
1.LeesdeGebruikershandleidingvoordatugewichttoevoegt aandebak.
decal136-5596
decal136-9186
decal136-4245
136-4245
VoormachinesmetMyRide™
1.Langzaam
2.Transporteren
3.Snel
9
132-0869
Opmerking:Dezemachinevoldoetaandetestsdiedestatischebreedte-enlengtestabiliteitmetenendiestandaardzijninde
sector.Demaximaleaanbevolenhellingshoekwordtvermeldopdesticker.Raadpleegdeinstructiesvoorgebruikvandemachineop hellingenindeGebruikershandleidingendeomstandighedenwaarinudemachinezougebruikenomnategaanofudemachineop eenbepaaldedagenophetterreininkwestiekuntgebruiken.Veranderingeninhetterreinkunnentotgevolghebbendatdemachine andersreageertophellingen.Laatdemaai-eenhedenindienmogelijkneeropdegrondwanneerudemachineopeenhellinggebruikt. Alsudemaai-eenhedenomhoogbrengtophellingen,kandemachineonstabielworden.
decal132-0869
1.Waarschuwing–Leesde Gebruikershandleiding.
2.Waarschuwing–Voordat uonderhoudswerkzaam­hedenverricht,moetu deparkeerreminwerking stellen,hetsleuteltjeverwij­derenendebougiekabel losmaken.
3.Handenkunnenworden gesneden,mes.Handen kunnenbekneldraken, riem–Houdhandenen voetenuitdebuurtvan bewegendedelen;zorgdat allebeschermendedelen ophunplaatszijn.
4.Machinekanvoorwerpen uitwerpen–Houd omstandersuitdebuurt vandemachine.Verwijder rommeluithetgebied voordatugaatmaaien. Houdhetgeleiderscherm omlaag.
5.Oprijplaatkankantelen –Gebruikgeendubbele oprijplaatbijhetladenop eenaanhanger.Gebruik eenenkeleoprijplaatdie breedgenoegisvoor demachineendieeen hellingshoekheeftvan minderdan15graden.Rij achteruitdeoprijplaatopen rijvooruitdeoprijplaataf.
6.Risicooplichamelijkletsel –Laatniemandmeerijden. Kijkachterualsuachteruit maait.
7.Kantelgevaarophellingen –Gebruikdemachineniet ophellingenindebuurtvan waterofophellingenvan meerdan15graden.
10
133-9255
Opmerking:Dezemachinevoldoetaandetestsdiedestatischebreedte-enlengtestabiliteitmetenendiestandaardzijninde
sector.Demaximaleaanbevolenhellingshoekwordtvermeldopdesticker.Raadpleegdeinstructiesvoorgebruikvandemachineop hellingenindeGebruikershandleidingendeomstandighedenwaarinudemachinezougebruikenomnategaanofudemachineop eenbepaaldedagenophetterreininkwestiekuntgebruiken.Veranderingeninhetterreinkunnentotgevolghebbendatdemachine andersreageertophellingen.Laatdemaai-eenhedenindienmogelijkneeropdegrondwanneerudemachineopeenhellinggebruikt. Alsudemaai-eenhedenomhoogbrengtophellingen,kandemachineonstabielworden.
decal133-9255
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding.5.Kantelgevaar–Gebruikdemachinenietophellingeninde buurtvanwaterofophellingenvanmeerdan15graden.
2.Risicobijhetgebruikvanoprijplaten–Gebruikgeendubbele
oprijplaatbijhetladenopeenaanhanger;gebruikéénenkele
6.Gevaaropsnijwondenenbeknelling–Houafstandtot bewegendedelen;laatallebeveiligingenophunplaats.
oprijplaatdiebreedgenoegisvoordemachineendieeen hellingshoekheeftvanminderdan15graden;rijachteruitde oprijplaatopenrijvooruitdeoprijplaataf.
3.Demachinekanvoorwerpenuitwerpen–Houdomstanders opeenveiligeafstandvandemachineenverwijdervuil voordatugaatmaaien;laathetgeleiderschermomlaagzitten.
7.Waarschuwing–Voordatuonderhouduitvoertaande machine,moetudeGebruikershandleidinglezen;trekde handremop,verwijderhetsleuteltjeenmaakdedradenvan debougielos.
4.Risicooplichamelijkletsel–Vervoergeenpassagiers;kijk achteromalsuachteruitmaait.
133-5198
1.Vergrendeld
2.Ontgrendeld
decal133-5198
11
133-9263
1.Snel4.Aftakasuitgeschakeld
2.Langzaam
3.Choke
decal133-9263
5.Aftakasingeschakeld
12
Algemeenoverzicht vandemachine
Bedieningsorganen
Zorgervoordatuvertrouwdbentmetalle bedieningsorganeninFiguur6enFiguur7voordatu demotorstartendemachinegebruikt.
Bedieningspaneel
g188738
Figuur6
Figuur5
1.Maaidekpedaal7.Motor
2.Penvoordemaaihoogte
3.Maaihoogtehendel/transportvergrendeling
4.SmartSpeed™hendel
5.Rijhendel11.Zwenkwiel
6.Bedieningsorganen12.Parkeerremhendel
1.Urenteller
2.Gashendel5.Aftakasschakelaar
g195717
8.Brandstoftankdop
9.Maaidek
10.Antiscalpeerrol
3.Chokeknop
Brandstofmeter
Debrandstofmetergeeftaanhoeveelbrandstoferin detankzit(Figuur7).
4.Contactschakelaar
6.12Vaansluitpunt
Figuur7
1.Brandstofmeter2.Dopvanbrandstoftank
Gashendel
Degashendelregelthetmotortoerentalenzorgtvoor eencontinuverstelbareregelingvanLANGZAAMtot SNEL(Figuur6).
13
g238298
Chokeknop
12Vaansluitpunt
Gebruikdechokeknopomeenkoudemotortestarten.
Urenteller
Deurentellerregistreerthetaantalurendatde motorinbedrijfisgeweest.Deurentellerwerktals demotorloopt.Gebruikdezetijdenomregelmatig onderhoudswerkzaamhedenteplannen(Figuur6).
Rijhendels
Derijhendelswordengebruiktomdemotorvooruiten achteruittelatenrijdenenombochtennaarlinksof naarrechtstemaken(Figuur5).
Vergrendeldeneutraalstand
Zetderijhendelsvanuithetmiddennaarbuitennaar deVERGRENDELDENEUTRAALST ANDwanneerude machineverlaat(Figuur32).Zetderijhendelsaltijdin deVERGRENDELDENEUTRAALSTANDalsudemachine stoptofonbeheerdachterlaat.
Parkeerremhendel
Deparkeerremhendelbevindtzichlinksvande bedieningseenheid(Figuur5).Metderemhendel wordendeaandrijfwielengeblokkeerddoorde parkeerrem.
Hetaansluitpuntdientomaccessoiresvan12Vvan stroomtevoorzien(Figuur6).
Belangrijk:Wanneeruhet12Vaansluitpuntniet
gebruikt,brengdanderubberenplugaanomte voorkomendathetaansluitpuntbeschadigdraakt.
Contactschakelaar
Decontactschakelaar,waarmeeudemotorstarten afzet,heeft3standen:UIT,LOPENenST ART.Zie
Startenvandemotor(bladz.29).
Maaimesschakelaar(aftakas,PTO)
Metdemaaimesschakelaar,aangeduidmethet aftakassymbool(PTO),schakeltudeaandrijvingnaar demaaimessenaanofuit(Figuur6).
Maaihoogtehendel
Demaaihoogtehendelkanincombinatiemethet voetpedaalwordengebruiktomhetmaaidekopeen speciekemaaihoogtetevergrendelen.Stelde maaihoogtealleeninalsdemachinenietrijdt(Figuur
5).
Werktuigen/accessoires
Omdeparkeerreminwerkingtestellen,moetude hendelomhoogtrekkentothijvergrendeldwordtin deinkeping.
Omdeparkeerremuitteschakelen,moetudehendel uitdeinkepingnaarutoetrekken,envervolgensnaar benedenduwen.
Maaidekhefsysteemmet voetpedaal
Methetvoetbediendemaaidekhefsysteemkande gebruikerhetmaaidekomhoogenomlaagbrengen vanuitdebestuurdersstoel.Ukunthetvoetpedaal gebruikenomhetmaaidekkortomhoogtebrengen omobstakelsteontwijkenofomhetmaaidekin dehoogstemaaihoogtestandoftransportstandte vergrendelen(Figuur5).
SmartSpeed™bedieningssys- teem
DehendelvanhetSmartSpeed™systeembevindt zichonderdebestuurdersstoelengeeftudekeuzeuit driesnelheidsbereiken:trimmen,slepenenmaaien (Figuur5).
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende servicedealerofeenerkendeT orodistributeur, ofbezoekwww.Toro.comvooreenlijstvanalle goedgekeurdewerktuigenenaccessoires.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenerzeker vantezijndatdemachinealtijdveiligkanworden gebruikt,moetutervervanginguitsluitendoriginele Toroonderdelenenaccessoiresgebruiken.Gebruik tervervangingnooitonderdelenenaccessoiresvan anderefabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijn.Dit kanertoeleidendatdegarantieophetproductkomt tevervallen.
14
Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande machine.
Voorgebruik
Veiligheidsinstructies voorafgaandaanhetwerk
Inspecteerhetterreinomvasttestellenwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomgoeden veiligtewerken.Gebruikalleenaccessoiresen hulpstukkendiegoedgekeurdzijndoorToro.
Controleerhetgebiedwaardemachinewordt
ingezetenverwijderallestenen,speelgoed, stokken,takken,draden,bottenenandere materialen.Dezekunnenwordenweggeworpen ofdewerkingvandemachinestoren,enkunnen leidentotletselvandegebruikerofomstanders.
Draaggeschiktepersoonlijkebeschermingsmid-
delenzoalseenveiligheidsbril,stevige,stroeve schoenenengehoorbescherming.Draaglang haarnietlosendraaggeenloszittendekledingof sieradendieaangegrepenkunnenwordendoor bewegendedelen.
wordenuitgeworpen.Controleerregelmatigof eronderdelenversletenzijnofhuntoestand achteruitisgegaanenvervangdezeindiennodig dooronderdelendiedoordefabrikantworden aanbevolen.
Voorhetstarten
Vuldebrandstoftankterwijldemachineopeen horizontaaloppervlakstaat.ZieAanbevolen brandstofindeSpecicatiesvoorinformatieoverde benodigdebenzine.
Mengnooitoliedoorbenzine.
Gietdebrandstoftankniettevol.Vuldetanktot
aandeonderkantvandevulbuis.Deruimteindetank geeftbenzinedekansomuittezetten.Alsdetankte volwordtgevuld,kanditleidentotbrandstoekkage ofschadeaandemotorofhetemissiesysteem.
Zorgdatubekendbentmetdebedieningsorganen, hunplaats,functieenveiligheidsvereisten.
ZiehethoofdstukOnderhoudenvoerallevereiste inspectiesenonderhouduit.
VOORZICHTIG
Dezemachinesteltdegebruikerblootaan geluidsniveausvanmeerdan85dBA.Bij langdurigeblootstellingkanditleidentot gehoorbeschadiging.
Draaggehoorbeschermingalsudeze machinegebruikt.
Controleerdeaanwezigheidendegoede
werkingvandedetectievandeaanwezigheid vandebestuurder,veiligheidsschakelaarsen afschermingenGebruikdemachinenietindien dezenietgoedfunctioneren.
Gebruikdemaaiernietindienermensen,speciek
kinderen,ofhuisdierenindebuurtzijn.Stopde machineenhetwerktuigindieniemandindebuurt komt.
Gebruikdemachinenietzonderdathetgehele
grasopvangsysteem,degrasgeleider,enandere veiligheidsvoorzieningenaanwezigzijnengoed werken.Deonderdelenvandegrasvangerkunnen slijtenofbeschadigdraken,waardoorbewegende delenzichtbaarwordenofvoorwerpenkunnen
15
Brandstofveiligheid
GEVAAR
Gabijzondervoorzichtigommetbrandstof.
GEVAAR
Onderbepaaldeomstandighedenisbenzine uiterstontvlambaarenzijndedampen explosief.
Brandofexplosiekanbrandwondenbiju ofanderenenschadeaaneigendommen veroorzaken.
Vuldebrandstoftankopeenhorizontaal oppervlakindeopenluchtwanneer demotorkoudis.Eventueelgemorste benzineopnemen.
Umagdebrandstoftanknooitbinnenshuis ofingeslotenaanhangwagenvullenof aftappen.
Vuldebrandstoftankniethelemaalvol. Vuldetanktotaandeonderkantvan devulbuis.Deruimteindetankgeeft benzinedekansomuittezetten.Alsde tanktevolwordtgevuld,kanditleidentot brandstoekkageofschadeaandemotor ofhetemissiesysteem.
Rooknooitwanneerumetbenzinebezig bent,enhouddebrandstofwegvanopen vuurofvonken.
Bewaarbenzineineengoedgekeurdvatof blikenbuitenbereikvankinderen.
Vulbrandstofbijvoordatudemotorstart. Verwijderdedopvandebrandstoftank nooitenvuldetanknooitbijalsdemotor looptofheetis.
Alsubrandstofmorst,startdemotordan niet.Verlaatdemorsplekenvoorkom alleontstekingsbronnentotdatde brandstofdampenvolledigzijnverdwenen.
Gebruikhetvoertuiguitsluitendalshet completeuitlaatsysteemisgemonteerden naarbehorenwerkt.
Inbepaaldeomstandighedenkantijdens hettankenstatischeelektriciteitworden ontladenwaardoorvonkenontstaandie benzinedampentotontbrandingkunnen brengen.Brandofexplosievanbenzine kanbrandwondenofmateriëleschade veroorzaken.
Zetbenzinevatenaltijdopdegrondenuit debuurtvanhetvoertuigalvorensdetank bijtevullen.
Benzinevatennietineenvrachtwagen ofaanhangervullen,omdatbekledingof kunststofbeplatinghetvatkanisoleren, waardoordeafvoervanstatischelading wordtbemoeilijkt.
Alshetpraktischmogelijkis,kuntuhet besteeenmachinemeteenbenzinemotor eerstvandevrachtwagenofaanhanger halenenbijtankenalsdemachinemetde wielenopdegrondstaat.
Alsditnietmogelijkis,verdienthetde voorkeurdergelijkemachinesopeentruck ofaanhangerbijtevullenuiteendraagbaar vat,nietmetbehulpvaneenvulpistoolvan eenpomp.
Alsueenvulpistoolmoetgebruiken,dient udevulpijpvoortdurendincontactmetde randvandebrandstoftankofdeopening vanhetvattehouden,totdatuklaarbent metbijvullen.Gebruikgeenvergrendeling vanhetvulpistool.
WAARSCHUWING
Benzineisschadelijkofdodelijkbijinname. Langdurigeblootstellingaandampenheeft bijlaboratoriumdierenkankerveroorzaakt. Onvoorzichtigheidkanleidentoternstigletsel enziekte.
Voorkomdatudampenlangetijdinademt.
Houduwgezichtuitdebuurtvaneen vulpijpendeopeningvaneentankofeen blik.
Houdzeuitdebuurtvanogenenhuid.
Probeerbrandstofnooitmetuwmondover tehevelen.
Voorkomenvanbrandgevaar:
16
Voorkomdeopbouwopenronddemotorvan
gras,bladeren,overmatigvetofolie,enandere vervuilingdiezichhierkanopbouwen.
Verwijdergemorsteolieenbrandstofenmet
brandstofdoortrokkenrommel.
Laatdemachineafkoelenvoordatudemachine
binnenstalt.Staldemachinenietindebuurt vanopenvuurofeengeslotenruimtemet waakvlammenofverwarmingsapparatuur.
Brandstofbijvullen
Aanbevolenbrandstof
Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud), loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
Ethanol:benzinemetmaximaal10vol.%ethanol
of15vol.%MTBE(methyltertiairebutylether)is geschikt.EthanolenMTBEzijnverschillende stoffen.Benzinemet15%ethanol(E15)per volumeisnietgoedgekeurdvoorgebruik.Gebruik
nooitbenzinediemeerdan10%ethanolper volumebevat,zoalsE15(bevat15%ethanol),
E20(bevat20%ethanol),ofE85(bevattot85% ethanol).Hetgebruikvanniet-goedgekeurde benzinekanleidentotverminderdeprestaties en/ofmotorschadediemogelijknietgedektwordt doordegarantie.
Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
Tijdensdewintergeenbrandstofbewaren
indebrandstoftankofinvaten,tenzijueen brandstofstabilisatorgebruikt.
Mengnooitoliedoorbenzine.
4.Reinighetgebiedronddedopvande brandstoftank.
5.Vuldebrandstoftanktotdebrandstofmeterde vol-markeringbereikt(Figuur8).
Opmerking:Vuldebrandstoftankniet
helemaalvol.Ditgeeftdebrandstofindetank ruimteomuittezetten.
g197123
Figuur8
Gebruikvanstabilizer/conditioner
Gebruikaltijdstabilizer/conditionerindemachine omdebrandstoflangerverstehouden;volgde aanbevelingenvandefabrikantvandestabilizerop.
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven
diemethanolofethanolbevatten.
Voegdehoeveelheidstabilizer/conditionertoeaan deversebrandstofvolgensdevoorschriftenvande fabrikantvandestabilizer.
Brandstoftankvullen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetdemotorafenhaalhetsleuteltjeuithet contact.
Dagelijksonderhoud uitvoeren
Voerelkedag,voordatudemachinestart,de dagelijkseproceduresuitbeschreveninOnderhoud
(bladz.39).
Eennieuwemachine inrijden
Eennieuwemotorheefttijdnodigomvolvermogen teontwikkelen.Maai-eenhedenenaandrijfsystemen hebbenmeerwrijvingalszijnieuwzijn,waardoor demotorextrawordtbelast.Houderrekeningmee dateennieuwemachineeeninrijperiodevan40 tot50bedrijfsurennodigheeftomvolvermogente ontwikkelenvoordebesteprestaties.
17
Hetveiligheidssysteem gebruiken
NEUTRAALSTAND.Startdemotor.Laatdemotor lopenenzetdeparkeerremvrij,schakelde messchakelaar(aftakas)inenkomietsovereind uitdebestuurdersstoel.Demotormoetafslaan.
WAARSCHUWING
Niet-aangeslotenofbeschadigde interlockschakelaarskunnenonverwachte gevolgenhebbenopdewerkingvan demachine.Ditkanlichamelijkletsel veroorzaken.
Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
Controleerelkedagdewerkingvan deinterlockschakelaarsenvervang beschadigdeschakelaarsvoordatude machineweeringebruikneemt.
Werkingvanhetveiligheidssys­teem
Hetveiligheidssysteemisbedoeldomstartenvande motoralleenmogelijktemakenwanneer:
demesschakelaar(aftakas)isuitgeschakeld;
derijhendelsindevergrendeldeNEUTRAALST AND
staan;
4.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin werking,schakeldemesschakelaar(aftakas)
UITenzetderijhendelsindevergrendelde
NEUTRAALSTAND.Startdemotor.Alsdemotor loopt,centreertueenvanbeiderijhendelsen beweegtudezevooruitofachteruit.Demotor moetafslaan.Herhaalditvoordeandere rijhendel.
5.Neemplaatsopdestoel,zetdeparkeerrem vrij,schakeldemesschakelaar(aftakas)
UITenzetderijhendelsindevergrendelde
NEUTRAALSTAND.Probeerdemotortestarten; demotormagnunietgaandraaien.
Bestuurdersstoelinstellen
Ukuntdestoelnaarvorenennaarachteren verschuiven.Destandvandestoelmoetzozijn datudemachinehetbestkuntbedienenendatu comfortabelzit(Figuur9).
deparkeerreminwerkingisgesteld.
Hetveiligheidssysteemzorgtookdatdemotorwordt gestoptwanneerderijhendelsnietindevergrendelde NEUTRAALSTANDstaanenudebestuurdersstoel verlaat.
Hetveiligheidssysteemtesten
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Controleerdewerkingvanhetveiligheidssysteem telkensvoordatudemachineingebruikneemt.Als hetveiligheidssysteemnietwerktzoalshieronder wordtbeschreven,moetuhetdirectlatenrepareren dooreenerkendeservicedealer.
1.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin werkingenschakeldemesschakelaar(aftakas)
IN.Probeerdemotortestarten;demotormag
nunietgaandraaien.
2.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin werkingenschakeldemesschakelaar(aftakas)
UIT.Beweegeenvanbeiderijhendels(uitde
vergrendeldeNEUTRAALST AND).Probeerde motortestarten;demotormagnunietgaan draaien.Beweegnudeandererijhendel.
g027632
Figuur9
3.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerrem inwerking,schakeldemesschakelaarUIT enzetderijhendelsindevergrendelde
18
InstellenvandeMyRide™ vering
UkuntdeMyRide™veringnaaruwvoorkeurinstellen zodatuprettigencomfortabelkuntrijden.Ukuntde 2achtersteschokbrekersverstellenenzodevering sneleneenvoudiginstellen.Steldeveringinzodat dievooruhetmeestcomfortabelis.
Steldeachtersteschokdempersin(Figuur1 1).
Deachtersteschokdempers instellen
Desleuvenvoordeachtersteschokdempershebben inklikpuntenomdeinstellingaantegeven.Ukuntde achtersteschokdempersechteroveralindesleuven zetten,nietalleenindeinklikpunten.
Deonderstaandetekeningtoontdepositiesvooreen hardeofzachteveringinstelling,endebijbehorende inklikpuntenFiguur10
g195746
Figuur10
1.Hardstevering3.Inklikpuntenindesleuven
2.Zachtsevering
Opmerking:Zorgervoordatdeachterste
schokdemperslinksenrechtsaltijdhetzelfdezijn ingesteld.
g195744
g195745
Figuur11
19
Rijhendelsafstellen
Dehoogteinstellen
Ukuntderijhendelshogeroflagerafstellen,voor meercomfort(Figuur12).
Figuur12
WAARSCHUWING
Hetmaaidekkanvoorwerpenuitwerpenuit niet-afgedichteopeningen,waardooruen anderenletselkunnenoplopen.
Gebruikdemachinenooitzonderdatalle openingeninhetmaaikastzijnafgedicht metboutenenmoeren.
Zorgervoordaterboutenenmoerenzijn gemonteerdindemontageopeningenals demulchplaatisverwijderd.
Machinesmeteenmaaidekvan 122cm
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
g027252
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
Hoekvanrijhendelsverstellen
Ukuntdehoekvanderijhendelsnaarvorenof achterenafstellen,voormeercomfort.
1.Verwijderdebovensteboutwaarmeede rijhendelisbevestigdaandeschachtvande bedieningsarm.
2.Draaideondersteboutlostotdatuderijhendels naarvorenofnaarachterenkuntbewegen (Figuur12).
3.Draaidemoerenaanomderijhendelvastte zettenindenieuwestand.
4.Stelvervolgensookdeandererijhendelaf.
Zijuitworpgebruiken
Hetmaaidekendemaaimessendiewordengeleverd metdemachinezijnontworpenomoptimalemulch­enzijuitworpprestatiesteleveren.
Plaatsdebevestigingenindezelfdeopeningeninhet maaidekalswaardezeoorspronkelijkuitverwijderd zijn.Hierdoorvoorkomtudateropeningenniet afgedektzijnwanneeruhetmaaidekgebruikt.
3.Verwijderhetmaaidek;zieMaaidekverwijderen
(bladz.57).
4.Verwijderde2borgmoeren(5/16")dieaande gelastestuttenvandelinkerplaatbevestigdzijn bovenophetmaaidekinhetmiddenenlinks ervan(Figuur13).
Figuur13
1.Borgmoer(5/16")
2.Slotbout(5/16"x¾")
5.Verwijderdeslotboutenborgmoervande zijwandvanhetmaaidekwaarmeedelinkerplaat bevestigdisaanhetmaaidek.
3.Linkerschot
4.Monteerhet bevestigingsmateriaal hier.
g011 149
6.Verwijderhetlinkerschotvanhetmaaidekzoals getoondinFiguur13.
7.Verwijderde2slotbouten(5/16"x¾")en2 borgmoeren(5/16")waarmeedegemonteerde
20
rechterplaatendebeschermplaatbevestigdzijn aanhetmaaidek(Figuur14).
Figuur14
g191136
1.Slotbout(5/16"x¾")
2.Borgmoer(5/16")
3.Rechterplaat
4.Beschermplaat
8.Verwijderde2borgmoeren(5/16")waarmeede gelastestuttenvanderechterplaatbevestigd zijnbovenophetmaaidekinhetmiddenen rechtservan(Figuur15).
Opmerking:Verwijderhetrechterschotvan
hetmaaidek.
Figuur15
1.Borgmoer(5/16")3.Gelastestutten
2.Rechterplaat
9.Zoekdekeerplaatindezakmet losseonderdelenenverwijderhet bevestigingsmateriaaluitdeachterste openingenvandegeleiderplaat(Figuur16).
(rechterschot)
g190734
Figuur16
1.Aanwezigeslotbouten
2.Achtersteopeningeninde geleiderplaat
3.Keerplaat(los)
4.Oudeborgmoeren
10.Plaatshetschotbijdezijafvoeropeningophet maaidek.
11.Gebruikhetverwijderdebevestigingsmateriaal omdekeerplaataanhetmaaidektebevestigen.
12.Monteerhetmaaidek;zieHetmaaidekmonteren
(bladz.58).
Machinesmeteenmaaidekvan 137cm
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude
g010704
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetmaaidek;zieMaaidekverwijderen
(bladz.57).
4.Verwijderde3borgmoeren(5/16")dieaande gelastestuttenvandelinkerplaatbevestigdzijn bovenophetmaaidekinhetmidden,linkservan enuiterstlinks(Figuur17).
21
Loading...
+ 47 hidden pages