
FormNo.3417-404RevA
TimeCutter
®
SW4200ofSW5000
zitmaaier
Modelnr.:74676—Serienr.:400000000enhoger
Modelnr.:74680—Serienr.:400220000enhoger
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3417-404*A

DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
Bruto-ennettokoppel
Debruto-ennettokoppelvandezemotorisdoor
demotorfabrikantinlaboratoriumomstandigheden
gemetenvolgensstandaardJ1940ofJ2723vande
SocietyofAutomotiveEngineers(SAE).Omdatbijde
conguratierekeningisgehoudenmetdeveiligheids-,
emissie-engebruiksvoorschriften,zaldemotorvan
dittypemaaiersindepraktijkveelminderkoppel
hebben.Raadpleegdemeegeleverdedocumentatie
vandemotorfabrikant.
WAARSCHUWING
Standaardgemonteerdeoorspronkelijke
onderdelenenaccessoiresverwijderenkan
eeninvloedhebbenopdegarantie,tractieen
veiligheidvandemachine.Niet-origineleT oro
onderdelengebruikenkanernstigletselof
dedoodtotgevolghebben.Ongeoorloofde
wijzigingenaanbrengenaandemotorof
hetbrandstof-ofventilatiesysteemkaneen
inbreukzijnopvoorschriften.
Vervangalleonderdelen,inclusiefmaarniet
beperkttot:banden,riemen,messenen
onderdelenvanhetbrandstofsysteemdoor
origineleT oroonderdelen.
Ganaarwww.Toro.comomdespecicatiesvanuw
maaierteraadplegen.
Belangrijk:AlsueenmachinemeteenToro
motorgedurendeeenononderbrokenperiode
boven1.500mgebruikt,moetuervoorzorgen
datdesetvoorgrotehoogteisgemonteerd
zodatdemotorvoldoetaandeCARB-en
EPA-emissierichtlijnen.Desetvoorgrote
hoogtevergrootdemotorprestatiesenvoorkomt
vervuilingvandebougie,moeilijkstartenen
grotereemissies.Zodraudesethebtgemonteerd,
dientuhetlabelvoorgrotehoogteopde
machinetebevestigennaastdestickermethet
serienummer.Neemcontactopmeteenerkende
Toroservicedealeromdegeschiktesetvoor
grotehoogteenhetlabelvoorgrotehoogtevoor
uwmachineteverkrijgen.Omeendealerinuw
buurttevinden,kuntukijkenoponzewebsite
www.Toro.comofcontactopnemenmetonzeToro
CustomerCareDepartementophetnummerdat
isopgegevenindegarantieverklaringvoorhet
emissiecontrolesysteem.
Verwijderdesetvandemotorenzetdemotor
terugnaarzijnoriginelefabrieksinstellingalsu
demotorgebruiktonder1.500m.Gebruikgeen
motordiegeschiktisgemaaktvoorgebruikop
grotehoogteoplagerehoogtes;anderskande
motoroververhitrakenenwordenbeschadigd.
Indienunietzekerbentofuwmachinegeschikt
isgemaaktvoorgebruikopgrotehoogte,moetu
zoekennaarhetvolgendelabel.
decal127-9363
Inleiding
Dezemaaitractormetdraaiendemessenisbedoeld
voorprofessioneelgebruikofparticulierthuisgebruik.
Demachineisvoornamelijkontworpenvoorhet
maaienvangrasopgoedonderhoudenparticuliereof
commerciëlegazons.Demachineisnietontworpen
voorhetmaaienvanstruikgewasofvoorgebruikin
delandbouw.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet
hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruiken
enonderhoudenenomschadeaandemachineen
letseltevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhet
juisteenveiligegebruikvandemachine.
NeemrechtstreekscontactopmetT orovia
www.toro.comvoortrainingsmaterialenover
productveiligheiden-bediening,informatieover
accessoires,omeenverdelertezoekenofomuw
productrechtstreeksteregistreren.
VoordeGebruikershandleiding,alleinformatieover
degarantieofhetregistrerenvanuwproductkuntu
deQR-codegebruikenofwww.Toro.comraadplegen.
Alsueengedruktexemplaarvandegarantiewilt
ontvangen,belonsdanop0018883849939.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren
hetserienummervanhetproducttevermelden.De
locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren
hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
©2017—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS

Figuur1
1.Plaatjemetmodelnummerenserienummer
Ukunthetmodelnummerenhetserienummernoteren
inderuimtehieronder:
Modelnr.:
Serienr.:
Dezehandleidingwijstuopmogelijkegevaren
enbevatveiligheidswaarschuwingendieukunt
herkennenaanhetwaarschuwingspictogram(Figuur
2),datwijstopeengevaardaternstigletselofdedood
kanveroorzakenindienunalaatdevoorgeschreven
maatregelentetreffen.
Figuur2
Waarschuwingspictogram
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Hellingsindicator................................................5
Veiligheids-eninstructiestickers........................6
Algemeenoverzichtvandemachine.......................13
Bedieningsorganen..........................................13
Voorgebruik........................................................15
Veiligheidsinstructiesvoorafgaandaanhet
werk..............................................................15
Brandstofbijvullen............................................15
Dagelijksonderhouduitvoeren.........................16
Eennieuwemachineinrijden............................16
Hetveiligheidssysteemgebruiken....................17
Bestuurdersstoelinstellen................................18
Hetstuurwielafstellen.......................................19
Zijuitworpgebruiken.........................................19
Tijdensgebruik....................................................22
Veiligheidtijdenshetwerk.................................22
DeSmartPark
™
parkeerremgebruiken............24
Demesschakelaar(aftakas)bedienen..............24
Degashendelbedienen....................................25
g188704
Dechokebedienen...........................................25
Startenvandemotor........................................25
Demotorafzetten.............................................26
Metdemachinerijden.......................................26
Achteruitmaaien..............................................27
Demaaihoogteinstellen...................................27
Antiscalpeerrollenafstellen...............................28
Tipsvoorbedieningengebruik.........................29
Nagebruik...........................................................30
Veiligheidnahetwerk.......................................30
Machinemetdehandduwen............................30
Demachinetransporteren................................31
Onderhoud..............................................................33
Aanbevolenonderhoudsschema.........................33
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........34
Veiligheidbijonderhoud....................................34
Destoelomhoogzetten....................................35
Deafdekkingvanhetmaaidek
losmaken......................................................35
Devoorkantvandemachineomhoog
brengen.........................................................35
Smering...............................................................36
Delagerssmeren.............................................36
g000502
Onderhoudmotor................................................36
Veiligheidvandemotor.....................................36
Onderhoudvanhetluchtlter............................36
Motorolieverversen..........................................38
Onderhoudvandebougie................................41
Hetkoelsysteemreinigen.................................42
Onderhoudbrandstofsysteem.............................42
Brandstofltervandeslangvervangen.............42
Onderhoudelektrischsysteem............................43
Veiligheidvanhetelektrischsysteem................43
Onderhoudvandeaccu....................................43
Onderhoudvandezekeringen..........................45
Onderhoudaandrijfsysteem................................45
Bandenspanningcontroleren............................45
Elektrischeremvrijzetten.................................46
Onderhoudriemen..............................................46
Drijfriemvanmaaidekvervangen......................46
Onderhoudvanhetmaaimachine.........................48
Onderhoudvandemaaimessen.......................48
Maaidekhorizontaalstellen..............................50
Maaidekverwijderen.........................................52
Hetmaaidekmonteren.....................................53
Grasgeleidervervangen...................................53
Reiniging.............................................................54
3

Onderdevoorkantvandemachine
reinigen.........................................................54
Deonderkantvanhetmaaidekreinigen............54
Afvalafvoeren..................................................55
Stalling....................................................................56
Veiligheidtijdensopslag...................................56
Reinigenenopslaan.........................................56
Opslagvandeaccu..........................................57
Problemen,oorzaakenremedie.............................58
Schema's................................................................60
Veiligheid
Dezemachineisontworpeninovereenstemmingmet
deEN-normISO5395:2013.
Algemeneveiligheid
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden
envoorwerpenuitwerpen.Volgaltijdalle
veiligheidsinstructiesopomernstigletselte
voorkomen.
Ditproductgebruikenvooranderedoeleindendanhet
bedoeldegebruikkangevaarlijkzijnvooruofvoor
omstanders.
•Gebruikdemachinenietindebuurtvansteile
hellingen,greppels,oevers,waterofandere
gevaren,ofophellingensteilerdan15graden.
•LeesdezeGebruikershandleidingenzorgervoor
datudezebegrijptvoordatudemotorstart.
•Houdhandenenvoetenuitdebuurtvande
bewegendeonderdelenvandemachine.
•Gebruikdemachineenkelalsdenodigeschermen
enanderebeveiligingsmiddelenaanwezigzijnen
naarbehorenwerken.
•Laatgeenkinderenofomstandershetwerkgebied
betreden.Laatkinderennooitdemachine
bedienen.
•Schakeldemachineendemotoruitvoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert,bijtanktof
demachinevrijmaakt.
Onjuistgebruikofonderhoudvandezemachine
kanletseltotgevolghebben.Omhetrisicoop
letseltevermijden,dientuzichaandevolgende
veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet
veiligheidssymboolteletten,datbetekentVoorzichtig,
WaarschuwingofGevaar–instructievoorpersoonlijke
veiligheid.Niet-nalevingvandezeinstructieskan
leidentotlichamelijkofdodelijkletsel.
Uvindtbijkomendeveiligheidsinformatieopde
betreffendeplaatsenindezehandleiding.
4

Hellingsindicator
Figuur4
Dezepaginamagwordengekopieerdvoorpersoonlijkgebruik.
1.Demaximalehellingshoekwaarbijudemachinemaggebruikenis15graden.Gebruikhethellingsschemaomdehellingshoek
tebepalenvoordatudemachinebedient.Gebruikdemachinenietophellingenvanmeerdan15graden.Langsde
betreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand
5
g011841

Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen
bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen
stickers.
decalbatterysymbols
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu.
1.Risicovanexplosie6.Houdomstandersopeen
2.Nietroken.Geenopen
vuurofvonken
3.Risicovanbijtende
vloeistof/chemische
brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde
Gebruikershandleiding.
veiligeafstandvande
accu.
7.Draagoogbescherming;
explosievegassenkunnen
blindheidenanderletsel
veroorzaken.
8.Accuzuurkanblindheid
ofernstigebrandwonden
veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater
spoelenensnelarts
raadplegen.
10.Bevatlood;niet
weggooien
Merktekenvanfabrikant
1.Geeftaandathetmesonderdeelvaneenoriginele
Toro-maaimachineis.
decal99-3943
99-3943
Voormodellenmeteenmaaidekvan127cm
1.Motor
decaloemmarkt
93-7009
1.Waarschuwing–Gebruikdemaaimachinenietalsde
grasgeleideromhooggeklaptofverwijderdis;zorgervoor
datdegrasgeleiderisgemonteerd.
2.Handenofvoetenkunnenwordengesneden/geamputeerd,
maaimes–Blijfuitdebuurtvanbewegendeonderdelen.
decal93-7009
decal105-7015
105-7015
Voormodellenmetmaaidekkenvan107cm
1.Geleidingvandrijfriem
6

106-8717
1.Leesdeinstructiesalvorensservice-ofonderhoudswerkzaamhedenuittevoeren.
2.Controleerdebandenspanningomde25bedrijfsuren.
3.Smeerdemachineomde25bedrijfsuren.
4.Motor
112-9840
Voormodellenmeteenmaaidekvan127cm
decal106-8717
decal112-9840
decal120-5469
120-5469
Voormodellenmeteenmaaidekvan107cm
1.Maaihoogte
1.Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Maaihoogte
3.Verwijderhetsleuteltje
uithetcontactenlees
deinstructiesvoordatu
service-ofonderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
decal120-5469
120-5470
Voormodellenmeteenmaaidekvan127cm
1.Maaihoogte
7

121-0772
Voormodellenmeteenmaaidekvan107cm
1.Snel4.Choke
2.Continusnelheidsregeling5.Aftakas,messchakelaar
3.Langzaam
decal121-0772
8

121-0773
Voormodellenmeteenmaaidekvan127cm
1.Snel4.Choke
2.Continusnelheidsregeling5.Aftakas,messchakelaar
3.Langzaam
decal121-0773
9

1.Omloophendel,hendelin
duwstand
121-2989
2.Omloophendel,hendelin
gebruiksstand
decal121-2989b
decal131-3621b
131-3621
1.Omstanderskunnenbekneldrakenofledematenverliezen
–Houdomstandersuitdebuurtvandemachine;startde
machinenietalseromstandersindebuurtzijn.
131-1097
1.Aftapplug
131-3620
1.Pedaalstand–vooruit3.Pedaalstand–achteruit
2.Pedaalstand–neutraal
decal131-1097
decal131-3620
decal131-3664
131-3664
Voormodellenmeteenmaaidekvan127cm
1.Mesrotatie3.Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Achteruit
decal131-3665
131-3665
Voormodellenmeteenmaaidekvan107cm
1.Mesrotatie3.Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Achteruit
10

decal132-0872
132-0872
131-3954
Voormodellenmeteenmaaidekvan127cm
1.Aan2.Uit
131-3955
Voormodellenmeteenmaaidekvan107cm
1.Aan2.Uit
decal131-3954
decal131-3955
1.Demachinekan
voorwerpenuitwerpen
–Houdomstandersuitde
buurtvandemachine.
2.Demaaierkanvoorwerpen
uitwerpen,geopende
uitwerpplaat–Gebruik
demachinenietmeteen
openmaaidek;gebruik
eengrasvangerofeen
uitwerpplaat.
1.Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Parkeerdemachine
opeenhorizontaal
oppervlakwanneeru
debrandstoftankvult.
3.Handenofvoetenkunnen
wordengesneden–Blijfuit
debuurtvanbewegende
onderdelen.
4.Risicoomgegrepente
worden–Blijfuitdebuurt
vanbewegendedelenen
houdallebeschermende
delenophunplaats.
decal138-2456
138-2456
3.Detankniettevolvullen.
decal132-6863
132-6863
11

decal132-0870
132-0870
Opmerking:Dezemachinevoldoetaandetestsdiedestatischebreedte-enlengtestabiliteitmetenendiestandaardzijninde
sector.Demaximaleaanbevolenhellingshoekwordtvermeldopdesticker.Raadpleegdeinstructiesvoorgebruikvandemachine
ophellingenindeGebruikershandleidingendeomstandighedenvoorgebruikvandemachineomnategaanofudemachineop
eenbepaaldedagopuwterreinkuntgebruiken.Veranderingeninhetterreinkunnentotgevolghebbendatdemachineanders
reageertophellingen.Laatdemaai-eenhedenindienmogelijkneeropdegrondwanneerudemachineopeenhellinggebruikt.Alsu
demaai-eenhedenomhoogbrengtophellingen,kandemachineonstabielworden.
1.Waarschuwing–Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Handenkunnenwordengesneden,
mes.Handenkunnenbekneldraken,
riem–Houdhandenenvoetenuit
debuurtvanbewegendedelen;zorg
datallebeschermendedelenophun
plaatszijn.
3.Risicooplichamelijkletsel–laat
niemandmeerijden.Kijkachteruals
uachteruitmaait.
4.Machinekanvoorwerpenuitwerpen
–houdomstandersuitdebuurtvan
demachine.Verwijderrommeluithet
gebiedvoordatugaatmaaien.Houd
hetgeleiderschermomlaag.
5.Oprijplaatkankantelen–gebruikgeen
dubbeleoprijplatenbijhetladenop
eenaanhanger.Gebruikeenenkele
oprijplaatdiebreedgenoegisvoor
demachineendieeenhellingshoek
heeftvanminderdan15graden.Rij
achteruitdeoprijplaatopenrijvooruit
deoprijplaataf.
6.Machinekankantelenophellingen–
maakgeenscherpe,snellebochten.
Nietgebruikenophellingenvanmeer
dan15graden.
12

Algemeenoverzicht
vandemachine
Figuur5
Bedieningspaneel
g028250
Figuur6
1.SmartPark™schakelaar5.Aftakasschakelaar
2.Gashendel
3.Chokeknop
4.Contactschakelaar
g027935
6.Parkeerrem–Inwerking
7.Indicatielampjehandrem
8.Parkeerrem–
Uitgeschakeld
1.Tractiepedaal7.Motor
2.Maaihoogtehendel
3.SmartPark
4.Stuurwiel10.KeyChoice
5.Bedieningspaneel11.Maaidek
6.Bestuurdersstoel12.Voorstezwenkwielen
™
schakelaar9.Achteraandrijfwiel
8.Dopvanbrandstoftank
Bedieningsorganen
Zorgdatuvertrouwdbentmetallebedieningsorganen
voordatudemotorstartendemachinegebruikt.
®
bediening
g028251
Figuur7
1.Waarschuwingslampje
werken-in-achteruit
2.KeyChoicesleutel(blauw
inkleur)
3.Brandstofvenstertje
Contactschakelaar
Decontactschakelaar,waarmeeudemotorstarten
afzet,heeft3standen:UIT,LOPENenST ART.Zie
Startenvandemotor(bladz.25).
Gashendel
Degashendelregelthetmotortoerentalenzorgtvoor
eencontinuverstelbareregelingvanLANGZAAMtot
SNEL(Figuur6).
Chokeknop
Gebruikdechokeknopomeenkoudemotortestarten.
13

Maaimesschakelaar(aftakas,PTO)
Metdemaaimesschakelaar,aangeduidmethet
aftakassymbool(PTO),schakeltudeaandrijvingnaar
demaaimessenaanofuit(Figuur6).
Omdeparkeerremuitteschakelen,zetudeSmart
ParkschakelaaropUITterwijldesleutelindestand
LOPENstaat.
Werktuigen/accessoires
Brandstofvenstertje
Methetbrandstofvenstertjeaandelinkerkantvande
machinekuntunagaanoferzichbrandstofindetank
bevindt(Figuur7).
Maaihoogtehendel
Metdemaaihoogtehendelkuntuhetmaaidek
opheffenenneerlatenvanuitdebestuurdersstoel.
Alsudehendelomhoogzet,naarutoe,wordt
hetmaaidekopgehevenvandegrondenalsude
hendelomlaagzet,wegvanu,wordthetmaaidek
neergelaten.Demaaihoogtemaguitsluitendworden
ingesteldalsdemachinestilstaat(Figuur28).
KeyChoice
Alsdezeschakelaaringeschakeldis,kuntuin
achteruitmaaien.Omdezeteactiveren,zetude
schakelaarAANenlaatuhemloswanneerdeaftakas
ingeschakeldis.Omdeschakelaaruitteschakelen,
schakeltudeaftakasuit(Figuur7).
®
schakelaar
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen
enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde
machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren
enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealerofdistributeurofbezoekwww.T oro.com
vooreenlijstvanallegoedgekeurdewerktuigenen
accessoires.
OrigineleonderdelenvanT orozijndebestewaarborg
vanuwinvesteringenhetoptimaleprestatievermogen
vanuwT oromaaimachine.Omdebetrouwbaarheid
teverzekerenlevertT ororeserve-onderdelendie
volledigvoldoenaandetechnischespecicatiesvan
onzemachines.KiesvoorzekerheidorigineleT oro
onderdelen.
Waarschuwingslampje'werkenin
achteruit'
Hetwaarschuwingslampje'werkeninachteruit'licht
opalsuhetKeyChoicesleuteltjegebruiktomde
veilgheidvoorwerkeninachteruittedeactiveren.Het
iseengeheugensteuntjeomeraanteherinnerendat
hetveiligheidssysteemuitgeschakeldis.Hetlampje
gaatuitwanneerudeaftakasuitschakeltofdemotor
afzet.Wanneerhetlampjebrandt,kijkdanachterom
enweesextravoorzichtigbijhetachteruitrijden.
SmartPark
Deparkeerremwordtelektronischgeactiveerd.
Activeerdeparkeerremopeenvandevolgende
manieren:
•ZetdeSmartPark
•Deparkeerremwordtautomatischingeschakeld
alsudestoelverlaatenhettractiepedaalin
NEUTRAALstaat.
•Deparkeerremwordtautomatischingeschakeld5
tot6secondennadatdecontactschakelaaropUIT
isgezet(indienhijnognietingeschakeldwas).
™
schakelaar
™
schakelaaropAAN(Figuur6).
14

Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Voorgebruik
Veiligheidsinstructies
voorafgaandaanhetwerk
Algemeneveiligheid
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangen,demachinenooitgebruikenof
onderhoudswerkzaamhedendaaraanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen
stellenaandeleeftijdvandegenediemetde
machinewerkt.Deeigenaarisverantwoordelijk
voordeinstructievanallebestuurdersentechnici.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
•Zorgervoordatuweethoeudemachineende
motorsnelkuntstoppen.
•Controleerofdedodemansknoppen,de
veiligheidsschakelaarsendeveiligheidsschermen
zijnbevestigdennaarbehorenwerken.Gebruik
demachineuitsluitendalsdezenaarbehoren
werkt.
•Controleervoordatubeginttemaaienaltijdde
machineomzekertezijndatdemessen,de
mesboutenenhetmaaimechanismeingoede
staatzijn.Vervangversletenofbeschadigde
messenenboutenaltijdalscompletesetomeen
goedebalanstebehouden.
•Inspecteerhetterreinwaaropudemachine
gaatgebruikenenverwijdervoorwerpendiede
machinekanuitwerpen.
•Inspecteerhetterreinomnategaanwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomde
machineveiligengoedtegebruiken.
Brandstofveiligheid
•Weesuiterstvoorzichtigbijhetomgaanmet
benzineompersoonlijkletselenmateriëleschade
tevoorkomen.Brandstofdampenzijnontvlambaar
enexplosief.
•Doofallesigaretten,sigaren,pijpenenandere
ontstekingsbronnen.
•Gebruikuitsluitendeengoedgekeurdvatofblik
voordebrandstof.
•Wanneerdemotorlooptofheetis,magude
brandstofdopnietverwijderenofgeenbrandstof
toevoegen.
•Vuldemachinenietbinneneengebouwbijmet
brandstof.
•Slademachineendebrandstofhoudernietop
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof
waakvlammen(b.v .vaneenboilerofandere
toestellen)aanwezigkunnenzijn.
•Vulbrandstofvatennietineenvoertuig,
vrachtwagenofopeenaanhangermetkunststof
beplating.Plaatsvatendieuwiltvullenaltijdopde
grond,uitdebuurtvanuwvoertuig.
•Laaddemachineuitdevrachtwagenofaanhanger
envuldezebijmetbrandstofwanneerzeop
degrondstaat.Alsditnietmogelijkis,vuldan
brandstofbijmeteendraagbaarvatinplaatsvan
meteenvulpistoolvaneenpomp.
•Gebruikdemachineuitsluitendalshetcomplete
uitlaatsysteemisgemonteerdennaarbehoren
werkt.
•Houdhetvulpistoolincontactmetderandvande
benzinetankofhetvattothettankenvoltooidis.
Gebruikgeenvergrendelingvoorhetvulpistool.
•Alsubrandstofmorstopuwkledingdientuzich
onmiddellijkomtekleden.Eventueelgemorste
brandstofopnemen.
•Doedebrandstoftanknooittevol.Plaatsde
brandstofdopterugenmaakhemstevigvast.
•Brandstofineengoedgekeurdvatofblikenbuiten
bereikvankinderenbewaren.Koopnooitmeer
benzinedanuin30dagenkuntopmaken.
•Vuldebrandstoftankniethelemaal.Vulde
brandstoftanktotdathetpeil6mmtot13mmvan
deonderkantvandevulbuisstaat.Dezegeeftde
brandstofindetankruimteomuittezetten.
–Voorkomdatudampenlangetijdinademt.
–Houduwgezichtuitdebuurtvanhetvulpistool
endeopeningvandebrandstoftank.
–Vermijdcontactmetdehuid;spoelgemorste
vloeistofafmetwaterenzeep.
Brandstofbijvullen
Aanbevolenbrandstof
•Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud),
loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of
hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
•Ethanol:benzinemetmaximaal10vol.%ethanol
of15vol.%MTBE(methyltertiairebutylether)is
geschikt.EthanolenMTBEzijnverschillende
15

stoffen.Benzinemet15%ethanol(E15)per
volumeisnietgoedgekeurdvoorgebruik.Gebruik
nooitbenzinediemeerdan10%ethanolper
volumebevat,zoalsE15(bevat15%ethanol),
E20(bevat20%ethanol),ofE85(bevattot85%
ethanol).Hetgebruikvanniet-goedgekeurde
benzinekanleidentotverminderdeprestaties
en/ofmotorschadediemogelijknietgedektwordt
doordegarantie.
•Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
•Tijdensdewintergeenbrandstofbewaren
indebrandstoftankofinvaten,tenzijueen
brandstofstabilisatorgebruikt.
•Mengnooitoliedoorbenzine.
Gebruikvanstabilizer/conditioner
Gebruikvanstabilizer/conditionerindemachinebiedt
devolgendevoordelen:
•Houdtdebrandstofversgedurendestalling
van90dagenofminder(laatdebrandstoftank
leeglopenalsudemachinelangerdan90dagen
stalt).
•Houdtdemotortijdenshetgebruikschoon.
•Voorkomtharsachtigeafzettingeninhet
brandstofsysteem,dietotstartproblemenkunnen
leiden
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven
diemethanolofethanolbevatten.
Voegdejuistehoeveelheidstabilizer/conditioner
aandebrandstoftoe.
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkt
hetbestalsdezemetversebenzinewordt
gemengd.Gebruikaltijdstabilizer/conditioner
omhetrisicovanharsachtigeafzettingeninhet
brandstofsysteemzokleinmogelijktehouden.
Brandstoftankvullen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
2.Steldeparkeerreminwerking.
g027243
Figuur8
Dagelijksonderhoud
uitvoeren
Voerelkedag,voordatudemachinestart,de
dagelijkseproceduresuitbeschreveninOnderhoud
(bladz.33).
Eennieuwemachine
inrijden
Eennieuwemotorheefttijdnodigomvolvermogen
teontwikkelen.Maai-eenhedenenaandrijfsystemen
hebbenmeerwrijvingalszijnieuwzijn,waardoor
demotorextrawordtbelast.Houderrekeningmee
dateennieuwemachineeeninrijperiodevan40
tot50bedrijfsurennodigheeftomvolvermogente
ontwikkelenvoordebesteprestaties.
3.Zetdemotorafenhaalhetsleuteltjeuithet
contact.
4.Reinighetgebiedronddedopvande
brandstoftank.
5.Vuldetanktotaandeonderkantvandevulbuis
(Figuur8).
Opmerking:Vuldebrandstoftankniet
helemaalvol.Ditgeeftdebrandstofindetank
ruimteomuittezetten.
16

Hetveiligheidssysteem
gebruiken
WAARSCHUWING
Niet-aangeslotenofbeschadigde
interlockschakelaarskunnenonverwachte
gevolgenhebbenopdewerkingvan
demachine.Ditkanlichamelijkletsel
veroorzaken.
•Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
•Controleerelkedagdewerkingvan
deinterlockschakelaarsenvervang
beschadigdeschakelaarsvoordatude
machineweeringebruikneemt.
Werkingvanhetveiligheidssysteem
Hetveiligheidssysteemheeftdevolgendefuncties:
•Voorkomendatdemotorgestartwordt,tenzijhet
tractiepedaalinNEUTRAALstaat.
•Automatischnagaanofdeparkeerrem
ingeschakeldisendeaftakasuitgeschakeldbijhet
startenvandemachine.
•Demotorstoppenwanneerhettractiepedaalniet
inNEUTRAALstaatenudestoelverlaat.
•Deparkeerremautomatischinschakelenende
aftakasuitschakelenwanneerudestoelverlaat
terwijlhettractiepedaalinNEUTRAALstaat.
•Demotorstoppenwanneerdeparkeerremniet
ingeschakeldisenudestoelverlaat.
6.Zorgervoordathettractiepedaalinneutraal
staatendraaihetsleuteltjenaarSTART.De
aftakasmoetuitgeschakeldwordenendemotor
moetaanslaanenstartenzonderdatdemessen
draaien.
7.Laatdemotorlopenenstaopvandestoel.De
motormoetblijvenlopenenhetremlichtmoet
gaanbranden.
8.Gaterugopdestoelzittenenschakelde
parkeerremuitdoordeSmartParkschakelaar
naarUITteduwen.Demotormoetblijvenlopen.
9.Staopnieuwopuitdestoel.Deremmoet
automatischingeschakeldwordenendemotor
moetblijvendraaien.
10.Gaterugopdestoelzittenenstelde
maaimesseninwerkingdoordemesschakelaar
omhoogtetrekken.
11.Staopuitdestoel.Demessenmoeten
uitgeschakeldwordenendemotormoetblijven
draaien.
12.Gaterugopdestoelzittenentrekde
messchakelaaromhoog.Demessenmoeten
ingeschakeldworden.Schakeldemessenuit
doordemesschakelaarnaarbenedenteduwen.
13.Trekdeaftakasschakelaaromhoogomde
messeninteschakelen.Zethettractiepedaal
indestandACHTERUIT.Demessenmoetentot
stilstandkomen.Zethettractiepedaalinde
standNEUTRAAL.
14.Trekdeaftakasschakelaaromhoogomde
messeninteschakelen.DraaideKeyChoice
schakelaarnaarAANenlaatdeschakelaarlos.
Hetachteruitrijlampjemoetgaanbranden.
Hetveiligheidssysteemtesten
1.Gaopdestoelzittenterwijldemotor
uitgeschakeldisencontroleerofde
aftakasschakelaarindeUIT-standstaat.
2.DraaihetcontactsleuteltjeopST ART;de
startmotormoetnuaanslaan.Probeerdemotor
niettestartenoftestoppenvóórstap3.
3.DraaihetcontactsleuteltjenaardestandAAN
enduwdeSmartParkschakelaarnaarUIT.De
remmoetuitgeschakeldworden,enhetremlicht
moetdoven.
4.Terwijlderemuitgeschakeldisenhet
tractiepedaalinNEUTRAALstaat,draaituhet
sleuteltjenaarSTART.Deremmoetautomatisch
ingeschakeldworden,demotormoetaanslaan,
enhetremlichtmoetgaanbranden.
5.Terwijldemotoruitgeschakeldisenhetsleuteltje
indeAAN-standstaat,schakeltudeaftakasin
doordemesschakelaaromhoogtetrekken;u
moetdekoppelinghorenaangrijpen.
15.ZethettractiepedaalindestandACHTERUIT.
Demessenmoeteningeschakeldblijven.Druk
demesschakelaarinomdemessenuitte
schakelen.Hetachteruitrijlampjemoetuitgaan.
ZethettractiepedaalindestandNEUTRAAL.
16.AlsdeSmartPark-schakelaarnietingeschakeld
is,duwdezedanindeAAN-standentrap
lichtjesophettractiepedaalindeVOORUIT-of
ACHTERUIT-stand.Deremmoetuitgeschakeld
worden,enhetremlichtmoetdoven.
Opmerking:Traplichtophetpedaalen
duwhetnietvolledigin,wantdanloopthet
remsysteemvastenkanhetnietvrijgezet
worden.
17.T erwijlderemvrijgezetis,duwtuhet
tractiepedaaleenbeetjeinenstaatuopvande
stoel.Demotormoetafslaan.
18.Gaterugopdestoelzittenendraaihetsleuteltje
naardeUIT-stand.Naenkelesecondenmoet
hetremsysteemingeschakeldworden.
17

Opmerking:AlshetsleuteltjeindeUIT-stand
staat,gaathetremlichtnietbranden.
Bestuurdersstoelinstellen
Ukuntdestoelnaarvorenennaarachteren
verschuiven.Destandvandestoelmoetzozijn
datudemachinehetbestkuntbedienenendatu
comfortabelzit(Figuur9).
Figuur9
g027249
18

Hetstuurwielafstellen
Hetstuurwielheeft3bedrijfsstandenenéén
opgerichtestand.Deopgerichtestanddientomopde
machinetestappenenomdestoelendemachinete
verlaten.Plaatshetstuurwieltijdenshetwerkenmet
demachinezodatuwcontroleoverdemachineen
uwcomfortoptimaalzijn.
1.Drukmetuwvoetdevrijgavehendelvande
stuurkolomin.
2.Zethetstuurwielindegewenstestand(Figuur
10).
Figuur10
Zijuitworpgebruiken
g230251
Figuur11
1.Grendelhouder3.Afvoerafsluiter
2.Vergrendeling
4.Maakdehaakvormigegrendelbovenaande
afvoerafsluiterlosvandedraaistang(Figuur15).
5.Buighetmetalenlipjevandeafvoerafsluiter
uitdesleufindebeugeldieisgelastaanhet
maaidek(Figuur12).
g027751
Machinesmeteenmaaidekvan
107cm
Hetmaaidekendemaaimessendiewordengeleverd
metdemachinezijnontworpenomoptimalemulchenzijuitworpprestatiesteleveren.
Uitworpafsluiterverwijderenom
uitwerpkanaaltegebruiken
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdebuigbarevergrendelinglosvande
grendelhouderopdeafvoerafsluiterenkantel
deafvoerafsluiternaarrechts(Figuur11).
Figuur12
1.Afvoerafsluiter
2.Metalenlipje
3.Beugelophetmaaidek
Deuitworpafsluitermonterenomtemulchen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Buighetmetalenlipjevandeafvoerafsluiter
indesleufindebeugeldieisgelastaanhet
maaidek(Figuur13).
g230250
19

Figuur13
g230248
1.Afvoerafsluiter
2.Metalenlipje
3.Beugelophetmaaidek
4.Draaideafvoerafsluiternaarachtereninde
richtingvanhetmaaidekzodatdeafvoerafsluiter
opgelijkehoogtemethetmaaidekis(Figuur14).
Figuur14
5.Zetdehaakvormigevergrendelingopde
bovenkantvandeafvoerafsluitervastrondde
draaistangvandegrasgeleider(Figuur15).
g230253
Figuur15
1.Grasgeleider
2.Vergrendeling
3.Draaistang
4.Afvoerafsluiter
6.Bevestigdeafvoerafsluiteraanhetmaaidekdoor
debuigbarevergrendelingopdeafvoerafsluiter
tebevestigenaandehouderophetmaaidek
(Figuur1 1).
g230249
Machinesmeteenmaaidekvan
127cm
Hetmaaidekendemaaimessendiewordengeleverd
metdemachinezijnontworpenomoptimalemulchenzijuitworpprestatiesteleveren.
Rechterplaatverwijderenomuitwerpkanaal
tegebruiken
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetrechtermesvandemaaier,zie
Maaimessenverwijderen(bladz.49)
4.Verwijderde2knoppenendeklemringen
waarmeederechterplaatisbevestigdaanhet
maaidek(Figuur16).
20