Toro 74573 Operator's Manual [nl]

FormNo.3364-111RevA
DH200Gazontractor
Modelnr.:74573—Serienr.:310000001enhoger
Omuwproductteregistrerenofomeengebruikershandleidingofonderdelencatalogustedownloaden,gaatu naarwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijke
tekst(NL)
DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese richtlijnen.Zievoordetailsdeaparteproduct-specieke conformiteitsverklaring.
Modelnr.:
Serienr.:
Inleiding
Dezemaaitractormetdraaiendemessenisbedoeld voorgebruikdoorparticulieren.Demachineis voornamelijkontworpenvoorhetmaaienvangrasop goedonderhoudenparticulieregazons.Demachineis nietontworpenvoorhetmaaienvanborsteliggrasof voorgebruikindelandbouw .
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruikenen onderhoudenenomschadeaandemachineenletselte voorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhetjuisteen veiligegebruikvandemachine.
UkuntrechtstreekscontactopnemenmetTorovia www.T oro.comvoorinformatieoverproductenen accessoires,omeendealertevindenofomuwproduct teregistreren.
Alsuservice,origineleToro-onderdelenofaanvullende informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice vanToroUdienthierbijaltijdhetmodelnummeren hetserienummervanhetproducttevermelden.De locatievanhetplaatjemethetmodelnummerenhet serienummervanhetproductisaangegevenop Ukuntdenummersnotereninderuimtehieronder.
Figuur1.
Dezehandleidingnoemteenaantalmogelijkegevaren enbevateenaantalveiligheidsberichten(Figuur2) metdevolgendeveiligheidssymbolen,dieduiden opeengevaarlijkesituatiediezwaarlichamelijk letselofdedoodtotgevolgkanhebbenwanneerde veiligheidsvoorschriftennietinachtwordengenomen.
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingnog2woordengebruikt omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen. Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie aandiebijzondereaandachtverdient.
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
©2011—TheT oro®Company 8111LyndaleAvenueSouth Bloomington,MN55420
Figuur1
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS.
Inhoud
Inleiding.......................................................................2
Veiligheid.....................................................................4
Instructiesvoorveiligebedieningvan
(rijdende)maaimachinesmetzittende
bestuurder........................................................4
VeiligebedieningTorozitmaaiers..........................6
Geluidsdruk.........................................................6
Geluidsniveau.......................................................6
Trilling.................................................................6
Hellingsindicator..................................................7
Veiligheids-eninstructiestickers...........................8
Algemeenoverzichtvandemachine............................10
Bedieningsorganen.............................................10
Specicaties........................................................10
Gebruiksaanwijzing....................................................11
Brandstofbijvullen.............................................11
Gebruikvanstabilizer/conditioner.....................11
Brandstoftankvullen..........................................12
Hetmotoroliepeilcontroleren............................12
Parkeerremgebruiken.........................................12
Bestuurdersstoelinstellen...................................12
Bedieningvandeaftakas.....................................12
Demaaihoogteinstellen.....................................13
Afvoerplaatinstellen...........................................13
Maatwielenvandemaaimachineafstellen............14
Motorstarten.....................................................14
Motorafzetten...................................................15
Hetveiligheidssysteemgebruiken.......................15
Veiligheidssysteemtesten....................................16
Demachinemetdehandduwen..........................17
Vooruitenachteruitrijden..................................17
Demachinestoppen...........................................18
Degrasvangergebruiken....................................18
Grasvangerleegmaken........................................18
Werktuigenslepen..............................................19
Tipsvoorbedieningengebruik...........................19
Onderhoud................................................................21
Aanbevolenonderhoudsschema.............................21
Smering..................................................................21
Machinesmeren.................................................21
Methodevansmeren..........................................21
Smeerpunten......................................................22
Onderhoudmotor..................................................22
Onderhoudvanhetluchtlter.............................22
Motorolieverversen/oliepeilcontroleren............24
Onderhoudvandebougie..................................25
Onderhoudbrandstofsysteem................................26
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank.............26
Brandstofltervervangen...................................27
Onderhoudelektrischsysteem................................28
Zekeringvervangen............................................28
Onderhoudvandeaccu......................................28
Onderhoudaandrijfsysteem....................................30
Bandenspanningcontroleren..............................30
Onderhoudenremmen...........................................31
Onderhoudvanderem.......................................31
Grasvangeronderhoud............................................32
Degrasvangerverwijderen..................................32
Grasvangerleegmaken........................................32
Grasvangerentunnelreinigen.............................32
Onderhoudvanhetmaaidek...................................33
Onderhoudvandemaaimessen..........................33
Maaidekverwijderen...........................................34
Maaidekmonteren..............................................34
Kabelstangvoormaaihoogteinstelling
afstellen.........................................................35
Stalling.......................................................................36
Problemen,oorzaakenremedie..................................37
3
Veiligheid
Instructiesvoorveilige bedieningvan(rijdende) maaimachinesmetzittende bestuurder
Leesdezehandleidingenzorgervoordatudezebegrijpt voordatudemachineingebruikneemt.
Hetveiligheidssymbool( uattenttemakenopmogelijkerisico'soplichamelijk letsel.Houduaanalleveiligheidsberichtenbijdit symboolteneindelichamelijkofzelfsdodelijkletselte voorkomen.
DevolgendeinstructieszijnontleendaandeCEN-norm EN836:1997.
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden envoorwerpenuitwerpen.Volgaltijdalle veiligheidsinstructiesopomernstigofmogelijkdodelijk letseltevoorkomen.
Instructie
Leesdezehandleidingaandachtigdoorvoordatu demaaimachinegaatgebruiken.Zorgervoordatu vertrouwdraaktmetbedieningsorganenenweethoe udemachinemoetgebruiken.
Udienteroptoeteziendatdemachinenietdoor kinderenwordtbediendofdoorvolwassenendie nietvandeinstructiesopdehoogtezijn.Voor debestuurderkaneenwettelijkeminimumleeftijd gelden.
Houdiedereenweguithetgebiedwaarinude machinegebruikt,metnamekinderenenhuisdieren.
Onthouddatdebestuurderverantwoordelijkisvoor ongevallenofschadeaananderepersonenofhun eigendommen.
Hetisniettoegestaanpassagierstevervoeren.
Elkebestuurdermoetervoorzorgendathijofzij professioneleenpraktischeinstructiekrijgt.Bijeen dergelijkeinstructiemoetdenadrukliggenop:
Figuur2)wordtgebruiktom
tesnelrijden,
onjuistgebruikvanderem,
hettypemachineisnietgeschiktvoorhet
speciekewerk,
zichonvoldoendebewustzijnvande
speciekeomstandighedenvanhetterrein, metnameophellingen,
onjuistebevestigingenverdelingvanlasten.
Vóóringebruikname
Draagtijdenshetmaaienaltijdeenlangebroeken stevigeschoenen.Draaggeenschoenenmetopen tenenenloopnietopblotevoeten.
Inspecteerhetterreinwaaropudemaaimachine gaatgebruikengrondigenverwijdereventuele voorwerpendiedoordemachinekunnenworden uitgeworpen.
Waarschuwing–Brandstofiszeerontvlambaar.
Bewaarbrandstofuitsluitendintanksofblikken
diespeciaaldaarvoorbedoeldzijn.
Vuldebrandstoftanknooitbinnenshuis;tijdens
hetbijvullennietroken.
Vulbrandstofbijvoordatudemotorstart.Nooit
dedopvandebrandstoftankverwijderenof brandstofbijvullenalsdemotorlooptofheetis.
Probeerdemotorniettestartenalserbrandstof
isgemorst.Verwijderdemachinedanuitde buurtvandeplekwaarisgemorst,envoorkom elkevormvanopenvuurofvonkentotdatde brandstofdampenvolledigzijnverdwenen.
Zorgervoordatdeafsluitdoppenvan
brandstoftanksen–blikkenweergoedvastzitten.
Vervanggeluiddempersdiegebrekenvertonen.
Controleervóórhetgebruikdemessen, bevestigingsboutenenhetmaaimechanismealtijd opsporenvanslijtageofbeschadiging.Vervang versletenofbeschadigdemessenenboutenaltijdals completesetomeengoedebalanstebehouden.
Letopdatbijmachinesmetmeermaaimessen anderemessenkunnengaandraaiendoordatueen mesdraait.
zorgvuldigheidenconcentratiebijhetwerken
metzitmaaiers;
alsdemachineopeenhellingbegintteglijden,
kandatnietmetderemwordengecorrigeerd. Debelangrijksteoorzakenvoorhetverliezenvan decontrolezijn:
onvoldoendegripvandewielen,
Gebruiksaanwijzing
Laatdemotornooitineenafgeslotenruimtelopen, omdatzichdaargiftigekoolmonoxidedampen kunnenverzamelen.
Maaiuitsluitendbijdaglichtofgoedkunstlicht.
Allewerktuigkoppelingenuitschakelenenversnelling invrijschakelenvoordatudemotorstart.
4
Gebruikdemaaimachinenietopdevolgende hellingen:
dwarsopeenhellingvanmeerdan5°;
heuvelopwaartsopeenhellingvanmeerdan10°;
hellingafwaartsopeenhellingvanmeerdan15°.
Denkeraandatelkehellinggevaarlijkis.Hetrijden opmetgrasbegroeidehellingenvereistbijzondere zorgvuldigheid.Omtevoorkomendatdemachine kantelt:
nietplotselingstoppenofgaanrijdenbijhetop–
enafrijdenvanhellingen;
laatdekoppelinglangzaamopkomen,laatde
machinealtijdindeversnellingrijden,vooral wanneerueenhellingafrijdt;
houddesnelheidlaagbijhetrijdenophellingen
eninscherpebochten;
letopbultenenkuilenenandereverborgen
gevaren;
maainooitdwarsovereenhelling,tenzijde
maaimachinespeciaaldaarvoorisbedoeld.
Gazorgvuldigtewerkalsulastensleeptofzware werktuigengebruikt.
Gebruikuitsluitendgoedgekeurde
trekstangbevestigingspunten.
Beperkdebelastingtotwatuveiligkunt
beheersen.
Maakgeenscherpebochten.Gazorgvuldigte
werkalsuachteruitrijdt.
Gebruikcontragewicht(en)ofwielgewichten,
alsditindebedieningshandleidingwordt geadviseerd.
Letophetverkeeralsuindebuurtvaneenweg werktofdezeoversteekt.
Zetdemaaimessenstilvoordatuandere oppervlakkendangrasveldenoversteekt.
Bijgebruikvanwerktuigennooitdeafvoeropening naaromstanderstoerichtenofpersonenindebuurt vandeinwerkingzijndemachinelatenkomen.
Gebruikdemachinenooitalsschermenofandere beveiligingsmiddelenzijnbeschadigdofontbreken.
Veranderdeinstellingenvandemotornieten voorkomoverbelastingvandemotor.Laatdemotor nietmeteentehoogtoerentallopenomdatditde kansopongevallenkanvergroten.
Voordatudebestuurderspositieverlaat:
aftakasuitschakelenenwerktuigenlatenzakken;
versnellinginneutraalstandzettenenparkeerrem
inwerkingstellen;
motorafzettenensleuteltjeuithetcontact
nemen.
Aandrijvingnaarwerktuigenuitschakelen,motor afzettenenbougiekabel(s)losmakenofsleuteltjeuit hetcontactnemen
voordatuverstoppingenlosmaaktofhet
uitwerpkanaalontstopt;
voordatudemaaimachinecontroleert,reinigtof
daaraanwerkzaamhedenverricht;
alsueenvreemdvoorwerpraakt.Controleer
demaaimachineopbeschadigingenenvoeralle benodigdereparatiesuitvoordatudemachine weergebruikt:
alsdemaaimachineabnormaaltrilt(direct
controleren).
Schakeldeaandrijvingnaardewerktuigenuitalsu demachinetransporteertofnietgebruikt.
Zetdemotorafenschakeldeaandrijvingnaarde werktuigenuit:
vóórhetbijvullenvanbrandstof;
vóórverwijderingvandegrasvanger;
voordatudemaaihoogteinstelt,tenzijdievanaf
debestuurderspositiekanwordeningesteld.
Zetdegashendelterugterwijldemotoruitloopt.Als demachinemeteenbrandstofafsluitklepisuitgerust, draaidezedandichtalshetmaaiwerkvoltooidis.
Bliksemkanernstigofdodelijkletselveroorzaken. Alsubliksemzietofdonderhoortinhetgebied, gebruikdemachinedanniet;gaschuilen.
Onderhoudenopslag
Draaiallemoeren,boutenenschroevenregelmatig strakaan,zodatdemachinesteedsveiligingebruikis.
Staldemachinenooitmetbrandstofindetankin eengebouwwaardampenopenvlammenofvonken kunnenbereiken.
Laatdemotorafkoelenvoordatudemachineineen afgeslotenruimtestalt.
Houddemotor,geluiddemper,accubehuizingende brandstofopslagplaatsvrijvanovertolligvet,grasen bladerenombrandgevaarteverminderen.
Controleerdegrasvangerregelmatigopslijtageen mankementen.
Vervangversletenofbeschadigdeonderdelenmet hetoogopeenveiliggebruik.
Alsdebrandstoftankmoetwordenafgetapt,dient ditbuitenplaatstevinden.
5
Letopdatbijmachinesmetmeermaaimessen anderemessenkunnengaandraaiendoordatueen mesdraait.
Alsudemachineparkeert,staltofonbewaakt achterlaat,moetuhetmaaiwerktuigneerlaten,tenzij ueenbetrouwbaremechanischevergrendeling gebruikt.
VeiligebedieningToro zitmaaiers
Devolgendeparagraafbevatveiligheidsinstructiesdie speciekzijntoegesnedenopToro-productenenniet zijnopgenomenindeCEN-norm.
GebruikuitsluitenddoorTorogoedgekeurde werktuigen.Degarantiekankomentevervallenals udemachinegebruiktmetwerktuigendienietzijn goedgekeurd.
Geluidsdruk
Dezemachineoefenteengeluidsdrukvan80dBA uitophetgehoorvandebestuurder(meteen onzekerheidswaarde(K)van1dBA).Degeluidsdrukis vastgesteldvolgensdeproceduresinEN836.
Geluidsniveau
Dezemachineheefteengeluidsniveauvan100dBA meteenonzekerheidswaarde(K)van1dBA.Het geluidsniveauisvastgesteldvolgensdeproceduresin ISO11094.
Trilling
Hand-arm
Gemetentrillingsniveauvoorderechterhand=3,6
2
m/s
Gemetentrillingsniveauvoordelinkerhand=3,6
2
m/s
Onzekerheidswaarde(K)=1,8m/s
2
Degemetenwaardenzijnbepaaldvolgensdeprocedures inEN836.
Gehelelichaam
Gemetentrillingsniveau=1,1m/s
Onzekerheidswaarde(K)=0,55m/s
Degemetenwaardenzijnbepaaldvolgensdeprocedures inEN836.
2
2
6
Hellingsindicator
G011841
Figuur3
Dezepaginamagwordengekopieerdvoorpersoonlijkgebruik.
1.Demaximalehellingshoekwaarbijudemachineveiligkuntgebruikenis10gradenbijhetmaaienvanhellingenen15gradenbij hetmaaienheuvelopofaf.Gebruikhethellingsschemaomdehellingshoektebepalenvoordatudemachinebedient.Gebruik demachinenietophellingenvanmeerdan15graden.Langsdebetreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand.
7
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen stickers.
Merktekenvanfabrikant
1.Geeftaandathetmesonderdeelvaneenoriginele Toro-maaimachineis.
93-7276
1.Risicovanexplosie–Draagoogbescherming.
2.Risicovanbijtendevloeistof/chemischebrandwonden– Afspoelenmetwatereneerstehulpverlenen.
3.Brandgevaar–Geenvonkenofvuurennietroken
4.Giftig–Houdkinderenopveiligeafstandvandeaccu.
1.Deknopuittrekkenomde aftakasinteschakelen.
2.Drukdeknopinomde aftakasuitteschakelen.
104-3235
3.Aftakasschakelaar
99-5340
1.KeyChoice-sleuteltje–Omdraaienalsuwiltmaaieninde achteruit-stand.
104-2853
1.Maakdeafvoeropening groteralsulang,natgras maait.
2.Maakdeafvoeropening kleineralsukort,droog grasmaait.
104-3237
1.Parkeerrem
8
1.Startprocedure
2.Leesde Gebruikershandleiding.
3.Controleerhet motoroliepeil.
4.Maaidekopheffen.
5.Tractorinneutraalstand zetten.
104-3238
6.Deparkeerrem vergrendelen.
7.Alsdemotorkoudis, degashendelopChoke zetten.
8.Startdemotor .
9.Deparkeerremvrijzetten.
1.Drukdehendelinomde machineteduwen.
1.Grasopvangen
104-3243
2.Trekdehendeluitomde machinetelatenrijden.
106-8552
2.Recyclen
104-3239en104-3240
1.Maaihoogte3.Verhogen
2.Verminderen
104-3241
1.Vooruit4.Langzaam
2.Continusnelheidsregeling5.Snel
3.Neutraalstand6.Achteruit
107-2220
1.Maaieninde achteruit-stand ingeschakeld.
2.Maakdegrasvangerleer.
3.Aftakasschakelaar
9
107-8920
1.Choke5.Motor–Afzetten
2.Snel
3.Continusnelheidsregeling7.Motor–Starten
4.Langzaam
6.Aan
Algemeenoverzicht vandemachine
Bedieningsorganen
Zorgdatuvertrouwdbentmetdebedieningsorganen voordatudemotorstartendemachinegebruikt (Figuur4).
1.Brandstof
2.Leeg
3.Half
4.Vol9.Neutraalstand
5.Accu10.Dodemansknop
116-1716
6.Urenteller
7.Aftakas
8.Parkeerrem
1.Ontsteking6.Openingmotorkap
2.Gas/Chokehendel
3.Rempedaal8.Pedaalachteruit
4.Parkeerremhendel9.Bag-on-demandpedaal
5.Aftakasknop
Figuur4
7.Pedaalvooruitversnelling
versnelling
Specicaties
Gewicht
250kg239cmmet
Lengte
grasvanger
BreedteHoogte
107cm113cm
10
Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande machine.
Brandstofbijvullen
Gebruikloodvrije,normalebenzinevoorautomobielen (octaangetalminimaal85).Umagookgelodebenzine gebruikenalsergeenloodvrijebenzineverkrijgbaaris.
Belangrijk:Gebruiknooitmethanol,benzine diemethanolbevat,gasoholdiemeerdan10% ethanolbevat,benzine-additieven,superbenzineof wasbenzineomdatditkanleidentotschadeaan hetbrandstofsysteem.Geenoliebijdebenzine mengen.
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenisbenzineuiterst ontvlambaarenzeerexplosief.Brandofexplosie vanbenzinekanbrandwondenbijuofanderenen materiëleschadeveroorzaken.
Vuldebrandstoftankindeopenluchtwanneer demotorkoudis.Eventueelgemorstebenzine opnemen.
Vuldebrandstoftankniethelemaal.Vulde brandstoftanktotmaximaal6tot13mmvanaf deonderkantvandevulbuis.Dezeruimteinde tankgeeftbenzinedekansomuittezetten.
Rooknooitwanneerumetbenzinebezigbent, enhouddebrandstofwegvanopenvuurof vonken.
Bewaarbenzineineengoedgekeurdvatofblik enbuitenbereikvankinderen.Koopnooit meerbenzinedanuin30dagenkuntopmaken.
Zetbenzinevatenaltijdopdegrondenuitde buurtvanhetvoertuigvoordatudetankbijvult.
Benzinevatennietineenvrachtwagenof aanhangervullen,omdatbekledingofkunststof beplatinghetvatkanisoleren,waardoorde afvoervanstatischeladingwordtbemoeilijkt.
Alshetpraktischmogelijkis,kuntuhetbeste eenmachinemeteenbenzinemotoreerstvande vrachtwagenofaanhangerhalenenbijtanken alsdemachinemetdewielenopdegrondstaat.
Alsditnietmogelijkis,moetudergelijke machinesopeentruckofeenaanhangerbij voorkeuruiteendraagbaarvatbijvullen,niet metbehulpvaneenvulpistoolvaneenpomp.
Alsueenvulpistoolmoetgebruiken,dientude vulpijpvoortdurendincontactmetderandvan debrandstoftankofdeopeningvanhetvatte houden,totdathetbijvullenvoltooidis.
Gebruikvanstabilizer/conditi­oner
Gebruikvanstabilizer/conditionerindetractie-eenheid biedtdevolgendevoordelen:
Houdtdebenzineversgedurendestallingvan 90dagenofminder.Alsudemachinelanger wiltstallen,moetudebenzineaftappenuitde brandstoftank.
Houdtdemotorschoontijdenshetgebruik
Voorkomtharsachtigeafzettingeninhet brandstofsysteem,dietotstartproblemenkunnen leiden
11
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven diemethanolofethanolbevatten.
Opmerking:Deparkeerremhendelmoetnu vrijkomen.
Voegdejuistehoeveelheidstabilizer/conditioneraan debenzinetoe.
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkthetbestals dezemetversebenzinewordtgemengd.Gebruikaltijd stabilizer/conditioneromhetrisicovanharsachtige afzettingeninhetbrandstofsysteemzokleinmogelijk tehouden.
Brandstoftankvullen
1.Zetdemotorafenwachttotdatallebewegende onderdelentotstilstandgekomenzijn.
2.Reinigdeomgevingvandetankdopenverwijder deze.
3.Vuldebrandstoftankbijmetloodvrije,normale benzinetotmaximaal6tot13mmvanaf deonderkantvandevulinrichting.Vulde brandstoftankniethelemaal.Vuldebrandstoftank
niethelemaalaf.
Opmerking:Deruimteindetankgeeftde benzinedekansomuittezetten.
2.Laathetrempedaalnulangzaamopkomen.
Bestuurdersstoelinstellen
Ukuntdestoelnaarvorenennaarachterenverschuiven. Destandvandestoelmoetzozijndatudemachine hetbestkuntbedienenendatucomfortabelzit.
1.Tildestoelopendraaideinstelknoppenlos (Figuur5).
4.Draaidetankdopstevigvast.
5.Gemorstebenzineopnemen.
Hetmotoroliepeilcontroleren
Voordatudemotorstartendemachineingebruik neemt,moetuhetoliepeilinhetcartervandemotor controleren;zieMotoroliepeilcontrolerenin.
Parkeerremgebruiken
Steldeparkeerremaltijdinwerkingwanneerude machinestoptofdezeonbeheerdachterlaat.
Parkeerreminwerkingstellen
1.Traphetrempedaalin(Figuur4)enhouddit ingetrapt.
2.Draaideparkeerremhendel(Figuur4)naarlinksen neemuwvoetlangzaamvanhetrempedaal.
Opmerking:Hetkoppelings-/rempedaalmoetin deingetrapte(vergrendelde)standblijvenstaan.
Figuur5
1.Instelknoppen
2.Schuifdestoelnaardegewenstestandendraaide knoppenweervast.
Bedieningvandeaftakas
Metdemes-knopschakeltudeaandrijvingnaarde maaimesseninofuit.
Demaaimesseninschakelen
1.Traphetrempedaalinomdemachinetestoppen.
2.Trekdemaaimes-knopuitindeingeschakelde positie(Figuur6).
Parkeerremvrijzetten
1.Traphetrempedaalin(Figuur4).
12
Loading...
+ 28 hidden pages