Toro 74534TE Operator's Manual [nl]

FormNo.3426-492RevB
GrandStand
MeteenTURBOFORCE
®
maaier
®
of102cm
maaidekvan91cm
Registreeruwproductopwww.T oro.com. Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3426-492*B
DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke conformiteitsverklaring.
Raadpleegdemeegeleverdedocumentatievande motorfabrikant.
Inleiding
Dezestand-ongrasmaaiermetdraaiendemessen isbedoeldvoorprofessioneelgebruik.Demachine isvoornamelijkontworpenvoorhetmaaienvangras opgoedonderhoudenparticuliereofcommerciële gazons.Ditproductgebruikenvooranderedoeleinden danhetbedoeldegebruikkangevaarlijkzijnvooru ofvooromstanders.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruiken enonderhoudenenomschadeaandemachineen letseltevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhet juisteenveiligegebruikvandemachine.
Ganaarwww.Toro.comvoormeerinformatie,inclusief veiligheidstips,instructiemateriaal,informatieover accessoires,hulpbijhetvindenvaneendealerofom uwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren hetserienummervanhetproducttevermelden.De locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
Belangrijk:Ukuntmetuwmobielapparaatde
QR-codeophetplaatjemethetserienummer (indienaanwezig)scannenomtoegangte krijgentotdegarantie,onderdelenenandere productinformatie.
g272373
Figuur1
1.Locatievanhetmodelnummerenhetserienummer .
Modelnr.:
Serienr.:
Dezehandleidingwijstuopmogelijkegevaren enbevatveiligheidswaarschuwingendieukunt herkennenaanhetwaarschuwingspictogram(Figuur
2),datwijstopeengevaardaternstigletselofdedood
kanveroorzakenindienunalaatdevoorgeschreven maatregelentetreffen.
g000502
Figuur2
1.Waarschuwingspictogram
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen. Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie aandiebijzondereaandachtverdient.
©2019—TheToro®Company 8111LyndaleA venueSouth Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.T oro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Veiligheids-eninstructiestickers........................4
Algemeenoverzichtvandemachine.......................10
Bedieningsorganen..........................................10
Specicaties.....................................................11
Werktuigen/accessoires....................................11
Voorgebruik........................................................12
Veiligheidsinstructiesvoorafgaandaanhet
werk..............................................................12
Brandstofbijvullen............................................12
Dagelijksonderhouduitvoeren.........................13
Eennieuwemachineinrijden............................13
Hetveiligheidssysteemgebruiken....................13
Tijdensgebruik....................................................14
Veiligheidtijdenshetwerk.................................14
Parkeerremgebruiken......................................16
Bedieningvandeaftakas..................................16
Degashendelbedienen....................................17
Dechokebedienen..........................................17
Decontactschakelaarbedienen.......................17
Motorstarten....................................................18
Demotorafzetten.............................................18
Hetplatformbedienen......................................19
Vooruit-enachteruitrijden.................................20
Hetgraszijwaartsafvoerenofmulchen.............21
Demaaihoogteinstellen...................................21
Afvoerplaatinstellen.........................................22
Standvanafvoerplaatinstellen.........................22
Gewichtengebruiken........................................23
Nagebruik...........................................................23
Veiligheidnahetwerk.......................................23
Debrandstofafsluitklepgebruiken.....................24
Machinemetdehandduwen............................24
Demachinetransporteren................................25
Onderhoud..............................................................27
Veiligheidbijonderhoud....................................27
Aanbevolenonderhoudsschema.........................28
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........30
Demaaieromhoogbrengenomeenvoudig
toegangtekrijgen..........................................30
Hetkussenlosmakenomtoegangtekrijgen
totdeachterzijde...........................................31
Smering...............................................................32
Demachinesmeren..........................................32
Draaipuntenvandevoorstezwenkwielen
smeren..........................................................32
Dezwenkwielnavensmeren.............................33
Onderhoudmotor................................................34
Veiligheidvandemotor.....................................34
Onderhoudvanhetluchtlter............................34
Motorolieverversen..........................................35
Onderhoudvandebougie................................37
Vonkenvangercontroleren................................38
Onderhoudbrandstofsysteem.............................39
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank............39
Brandstofltervervangen..................................39
Onderhoudelektrischsysteem............................40
Veiligheidvanhetelektrischsysteem................40
Onderhoudvandeaccu....................................40
Onderhoudvandezekeringen..........................42
Onderhoudaandrijfsysteem................................43
Desporingafstellen.........................................43
Afstandschakelaarafstellen..............................43
Debandenspanningcontroleren.......................44
Lagervandraaipuntvanzwenkwiel
afstellen........................................................45
Elektrischekoppelingafstellen.........................45
Onderhoudkoelsysteem.....................................46
Luchtinlaatroosterreinigen...............................46
Hetkoelsysteemreinigen.................................46
Onderhoudenremmen........................................47
Deparkeerremtesten.......................................47
Controlerenvandespelingvanderem
......................................................................47
Remmenafstellen.............................................48
Onderhoudriemen..............................................48
Deriemencontroleren......................................48
Drijfriemvanmaaidekvervangen......................48
Aandrijfriemvanpompvervangen....................49
Onderhoudbedieningsysteem............................50
Derechterrijhendelafstellen............................50
Deneutraalstandvanderijhendels
afstellen........................................................51
Onderhoudhydraulischsysteem.........................52
Veiligheidvanhethydraulischesysteem...........52
Specicatiesvanhethydraulische
systeem........................................................52
Hydraulischevloeistofcontroleren....................52
Hydraulischevloeistofvervangen.....................53
Hydraulischltervervangen.............................54
Hydraulischsysteemontluchten.......................55
Hydraulischeslangencontroleren.....................55
Onderhoudvanhetmaaidek................................55
Onderhoudvandemaaimessen.......................55
Maaidekhorizontaalstellen..............................57
Grasgeleidervervangen...................................61
Reiniging.............................................................62
Deonderkantvanhetmaaidekreinigen............62
Afvalafvoeren..................................................62
Stalling....................................................................62
Veiligheidtijdensopslag...................................62
Reinigenenopslaan.........................................62
Problemen,oorzaakenremedie.............................64
Schema's................................................................66
3
Veiligheid
Dezemachineisontworpenmetinachtnemingvan ENISO5395.
Houomstandersenkinderenuitdebuurtvan
hetwerkgebied.Laatkinderennooitdemachine bedienen.Laatenkelmensendieverantwoordelijk engetraindzijnendiebovendienvertrouwdzijn metdeinstructiesenfysiekertoeinstaatzijnde machinebedienen.
Algemeneveiligheid
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden envoorwerpenuitwerpen.Volgaltijdalle veiligheidsinstructiesopomernstigletselte voorkomen.
LeesdezeGebruikershandleidingenzorgervoor
datudezebegrijptvoordatudemotorstart.
Houdhandenenvoetenuitdebuurtvande
bewegendeonderdelenvandemachine.
Gebruikdemachinenietalserschermenof
anderebeveiligingsmiddelenontbrekenofals dezenietnaarbehorenwerken.
Blijfuitdebuurtvandeafvoeropening.
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen stickers.
Stopdemachine,schakeldemotoruiten
verwijderhetcontactsleuteltjevoordatu onderhoudswerkzaamhedenuitvoertaande machine,brandstofbijvultofverstoppingen verwijdert.
Onjuistgebruikofonderhoudvandezemachine kanletseltotgevolghebben.Omhetrisicoop letselteverkleinen,dientuzichaandevolgende veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet veiligheidssymbool Voorzichtig,WaarschuwingofGevaar–instructie voorpersoonlijkeveiligheid.Niet-nalevingvandeze instructieskanleidentotlichamelijkofdodelijkletsel.
teletten,datbetekent
decalbatterysymbols
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu.
1.Risicovanexplosie6.Houdomstandersopeen
2.Geenvonkenofvuuren nietroken.
3.Risicovanbijtende vloeistof/chemische brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde Gebruikershandleiding.
afstand.
7.Draagoogbescherming– explosievegassenkunnen blindheidenanderletsel veroorzaken.
8.Accuzuurkan ernstigebrandwonden veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater spoelenensnelarts raadplegen.
10.Bevatlood;niet weggooien.
decaloemmarkt
Merktekenvanfabrikant
1.GeeftaandathetmesonderdeelvaneenorigineleToro maaimachineis.
decal93-7818
93-7818
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleidingvoor instructiesomdemesbout/moervasttezettenmeteen torsievan115tot149N·m.
4
106-5517
1.Waarschuwing–Raakhetheteoppervlaknietaan.
decal106-5517
decal115-4212
115-4212
1.Peilvandehydraulische vloeistof
3.Waarschuwing–Raakhet heteoppervlaknietaan.
2.Leesde Gebruikershandleiding.
decal110-2067
110-2067
decal116-8772
116-8772
1.Accessoire:15A3.Laden:25A
2.Aftakas:10A4.Hoofd:30A
decal115-4186
115-4186
1.Interval
2.Aftakas
3.Parkeerrem
4.Neutraalstand
5.Dodemansknop
6.Accu
5
1.Leesde Gebruikershandleiding.
decal116-8775
116-8775
2.Waarschuwing–Vullen totdeonderkantvande vulbuis;detankniettevol gieten.
Sticker1 19-0186:voor91cmmaaidekken.
decal119-0217
119-0217
1.Waarschuwing–Zetdemotoraf,blijfuitdebuurtvan bewegendeonderdelenenhoudallebeschermendedelen ophunplaats.
decal119-1854
119-1854
1.Stelknopvoordesnelheidvandetractie-aandrijving.
decal119-0186
119-0186
1.Geleidingvandrijfriem
Sticker1 19-0187:voor102cmmaaidekken.
decal119-2317
119-2317
1.Maaihoogte
1.Geleidingvandrijfriem
decal119-0187
119-0187
6
decal121-6049
121-6049
1.Gevaarop weggeslingerdeobjecten –Houdomstandersop eenafstand.
3.Handenofvoeten kunnenworden gesneden/geamputeerd, maaimes–Blijfuitde buurtvanbewegende onderdelen.
2.Demaaierkanvoorwerpen uitwerpen–Gebruikde maaieralleenmetalle beveiligingenenschermen ophunplaats.
117-0454
1.Tractiebediening3.Langzaam5.Achteruit7.Dodemansknop
2.Snel
4.Neutraalstand
6.Aftakas–uitschakelen
decal117-0454
7
decal119-0241
119-0241
1.LeesdeGebruikershandleiding voordatuservice-ofonderhoudswerk-
3.Smeerdezepuntenomde 50bedrijfsuren.
zaamhedenuitvoert.
2.Controleerelke50bedrijfsurende bandenspanningvandeaandrijfwielen.
4.Smeerdezwenkwielenelke 500bedrijfsuren.
125-4679
1.Parkeerrem:vrijgesteld5.Motortoerental
2.Parkeerrem:ingeschakeld6.Langzaam
3.Aftakas–ingeschakeld7.Continusnelheidsregeling
4.Aftakas–uitgeschakeld8.Snel
5.Controleerdehydraulischeolieomde 50bedrijfsuren.
6.Controleerdemotorolieomde8 bedrijfsuren.
decal125-4679
8
decal139-2878
139-2878
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding.6.Gevaaropweggeslingerdeobjecten–Houdomstandersop eenafstand.
2.Waarschuwing–Bediendezemachineuitsluitendalsudaarin
bentgetraind.
7.Waarschuwing–Steldeparkeerreminwerking,zetdemotor afenverwijderhetsleuteltjevoordatudemachineverlaatof onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
3.Waarschuwing–Draaggehoorbescherming.
8.Kantelgevaar–Gebruikgeendubbeleoprijplaatbijhetladen opeenaanhanger.Gebruikeenenkeleoprijplaatdiebreed genoegisvoordemachine.Rijachteruitdeoprijplaatopen rijvooruitdeoprijplaataf.
4.Gevaarvanuitgeworpenobjecten–Laatdegrasgeleiderneer voordatudemachinegebruikt.
9.Katelgevaar–Gebruikdemachinenietindebuurtvansteile hellingenofwater;bewaareenveiligeafstandtotsteile hellingen.
5.Gevaar:handenenvoetenkunnenwordengesneden/geam­puteerd–Blijfuitdebuurtvanbewegendedelen;houdalle beschermendedelenophunplaats.
9
Algemeenoverzicht vandemachine
Bedieningsorganen
Zorgdatuvertrouwdbentmetallebedieningsorganen voordatudemotorstartendemachinegebruikt.
Bedieningspaneel
g020528
Figuur3
1.Zijuitwerpkanaal
2.Accu
3.Motor9.Hydraulischetank
4.Brandstoftank
5.Bedieningspaneel11.V oorstezwenkwiel
6.Rijhendels
7.Stootkussenvoor bestuurder
8.Platform(omlaaggeklapt)
10.Maaidek
Figuur4
1.Brandstoftankdop
2.Maaihoogtehendel
3.Aftakasschakelaar(PTO)9.Contactschakelaar
4.Rijhendelrechts
5.Rijhendellinks
6.Parkeerremhendel
7.Urenteller
8.Chokeklep
10.Brandstofmeter
11.Gashendel
Urenteller
Deurentellerregistreerthetaantalurendatde motorinbedrijfisgeweest.Deurentellerwerktals demotorloopt.Gebruikdezetijdenomregelmatig onderhoudswerkzaamhedenteplannen(Figuur5).
g020529
g009467
Figuur5
1.Symbolen veiligheidssysteem
2.Acculampje
10
3.Urenteller
Brandstofmeter
Debrandstofmeterbevindtzichinhetmidden bovenopdetank(Figuur4).
Specicaties
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnen
zondervoorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Indicatorsveiligheidssysteem
Desymbolenopdeurentellergevenmeteenzwarte driehoekaandathetveiligheidssysteemzichinde juistestandbevindt(Figuur5).
Accu-indicatielampje
Alsuhetsleuteltjegedurendeeenpaarseconden indestandAANzet,wordtdeaccuspanning weergegeveninhetgebiedwaarnormaaldeuren wordenweergegeven.
Hetacculampjewordtingeschakeldwanneeruhet sleuteltjenaardestandAANdraaitenwanneerde ladingzichonderhetjuistebedrijfsniveaubevindt (Figuur5).
Gashendel
Degashendelregelthetmotortoerentalenzorgtvoor eencontinuverstelbareregelingvanLANGZAAMtot SNEL(Figuur4).
Chokeknop
Gebruikdechokeknopomeenkoudemotortestarten. Trekdechokeknopomhoogomdezeinteschakelen. Drukdechokeknopomlaagomdezeuitteschakelen.
Aftakasschakelaar
Gebruikdeaftakasschakelaar(PTO)omde maaimessenin-enuitteschakelen(Figuur4),zie
Bedieningvandeaftakas(bladz.16).
Maaidekvan
91cm
Maaibreedte91cm102cm
Breedtemet grasgeleider omlaag
Lengtemet platformomlaag
Lengtemet platformomhoog
Hoogte122cm122cm
Gewicht
131cm142cm
188cm178cm
155cm145cm
343kg351kg
Maaidekvan
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende servicedealerofeenerkendeT orodistributeur, ofbezoekwww.T oro.comvooreenlijstvanalle goedgekeurdewerktuigenenaccessoires.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenerzeker vantezijndatdemachinealtijdveiligkanworden gebruikt,moetutervervanginguitsluitendoriginele Toroonderdelenenaccessoiresgebruiken.Gebruik tervervangingnooitonderdelenenaccessoiresvan anderefabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijn.Dit kanertoeleidendatdegarantieophetproductkomt tevervallen.
102cm
Contactschakelaar
Decontactschakelaar,waarmeeudemotorstarten afzet,heeft3standen:UIT,LOPENenSTART.ZieDe
contactschakelaarbedienen(bladz.17).
Rijhendels
Derijhendelswordengebruiktomdemotorvooruiten achteruittelatenrijdenenombochtennaarlinksof naarrechtstemaken(Figuur4).
Brandstofklep
Sluitdebrandstofafsluitklepwanneerudemachine transporteertofstalt;zieDebrandstofafsluitklep
gebruiken(bladz.24).
11
Gebruiksaanwijzing
Voorgebruik
Veiligheidsinstructies voorafgaandaanhetwerk
Algemeneveiligheid
Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangendemachinenooitgebruiken. Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen stellenaandeleeftijdvandegenediemetde machinewerkt.Deeigenaarisverantwoordelijk voordeinstructievanallebestuurdersentechnici.
Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
Zorgervoordatuweethoeudemachineende
motorsnelkuntstoppen.
Controleerdeaanwezigheidengoedewerkingvan
dedodemansinrichtingen,veiligheidsschakelaars enafschermingen.Gebruikdemachineuitsluitend alsdezenaarbehorenwerkt.
Controleervoordatubeginttemaaienaltijdde
machineomzekertezijndatdemessen,de mesboutenenhetmaaimechanismeingoede staatzijn.
Inspecteerhetterreinwaaropudemachine
gaatgebruikenenverwijdervoorwerpendiede machinekanuitwerpen.
Inspecteerhetterreinomnategaanwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomde machineveiligengoedtegebruiken.
Brandstofveiligheid
Brandstofisuiterstontvlambaarenzeerexplosief.
Brandofexplosievanbrandstofkanbrandwonden bijuofanderenenmateriëleschadeveroorzaken.
–Omtevoorkomendateenstatischeladingde
brandstoftotontbrandingkanbrengen,moet uhetbenzinevaten/ofdemachinevoordatu detankvultopdegrondplaatsen,nietopeen voertuigofeenanderobject.
–Vuldebrandstoftankindeopenluchtwanneer
demotorkoudis.Eventueelgemorste brandstofopnemen.
–Rooknietalsuomgaatmetbrandstof,en
houdbrandstofuitdebuurtvanopenvuuren vonken.
–Alsdemotordraaitofheetis,magde
brandstoftankdopnietwordenverwijderd
enmagdetanknietmetbrandstofworden bijgevuld.
–Probeerdemotorniettestartenalsu
brandstofmorst.Zorgervoordatergeen ontstekingsbronnenindebuurtzijntotdatde brandstofdampenvolledigzijnverdwenen.
–Brandstofineengoedgekeurdvatofbliken
buitenbereikvankinderenbewaren.
Brandstofisschadelijkofdodelijkbijinname.
Langdurigeblootstellingaandampenkanleiden toternstigletselenziekte.
–Voorkomdatudampenlangetijdinademt.
–Houduwhandenengezichtuitdebuurtvanhet
vulpistoolendeopeningvandebrandstoftank.
–Houdbrandstofuitdebuurtvanogenenhuid.
Slademachineendebrandstofhoudernietop
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof waakvlammen(b.v.vaneenboilerofandere toestellen)aanwezigkunnenzijn.
Vulbrandstofvatennietineenvoertuig,
vrachtwagenofopeenaanhangermetkunststof beplating.Plaatsvatendieuwiltvullenaltijdopde grond,uitdebuurtvanuwvoertuig.
Laaddemachineuitdevrachtwagenofaanhanger
envuldezebijmetbrandstofwanneerzeop degrondstaat.Alsditnietmogelijkis,vuldan brandstofbijmeteendraagbaarvatinplaatsvan meteenvulpistoolvaneenpomp.
Gebruikdemachineuitsluitendalshetcomplete
uitlaatsysteemisgemonteerdennaarbehoren werkt.
Houdhetvulpistoolincontactmetderandvande
benzinetankofhetvattothettankenvoltooidis. Gebruikgeenvergrendelingvoorhetvulpistool.
Alsubrandstofmorstopuwkledingdientuzich
onmiddellijkomtekleden.Eventueelgemorste brandstofopnemen.
Doedebrandstoftanknooittevol.Plaatsde
brandstofdopterugenmaakhemstevigvast.
Brandstofbijvullen
Aanbevolenbrandstof
Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud), loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
Ethanol:benzinemetmaximaal10vol.%ethanol
of15vol.%MTBE(methyltertiairebutylether)is geschikt.EthanolenMTBEzijnverschillende stoffen.Benzinemet15%ethanol(E15)per volumeisnietgoedgekeurdvoorgebruik.Gebruik
12
nooitbenzinediemeerdan10%ethanolper volumebevat,zoalsE15(bevat15%ethanol),
E20(bevat20%ethanol),ofE85(bevattot85% ethanol).Hetgebruikvanniet-goedgekeurde benzinekanleidentotverminderdeprestaties en/ofmotorschadediemogelijknietgedektwordt doordegarantie.
Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
Tijdensdewintergeenbrandstofbewaren
indebrandstoftankofinvaten,tenzijueen brandstofstabilisatorgebruikt.
Eennieuwemachine inrijden
Eennieuwemotorheefttijdnodigomvolvermogen teontwikkelen.Maai-eenhedenenaandrijfsystemen hebbenmeerwrijvingalszijnieuwzijn,waardoor demotorextrawordtbelast.Houderrekeningmee dateennieuwemachineeeninrijperiodevan40 tot50bedrijfsurennodigheeftomvolvermogente ontwikkelenvoordebesteprestaties.
Mengnooitoliedoorbenzine.
Gebruikvanstabilizer/conditioner
Gebruikstabilizer/conditionerindemachineom debrandstoflangerverstehouden;volgde aanbevelingenvandefabrikantvandestabilizerop.
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven
diemethanolofethanolbevatten.
Voegdehoeveelheidstabilizer/conditionertoeaan deversebrandstofvolgensdevoorschriftenvande fabrikantvandestabilizer.
Brandstoftankvullen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuit,zetde rijhendelsindeVERGRENDELDENEUTRAALST AND ensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Reinigdeomgevingvandetankdopenverwijder detankdop.
4.Vuldetanktotaandeonderkantvandevulbuis.
Opmerking:Vuldebrandstoftankniet
helemaal.Ditgeeftdebenzineruimteomuitte zetten.
5.Draaidetankdopstevigvast.Neemeventueel gemorstebrandstofop.
Dagelijksonderhoud uitvoeren
Voerelkedag,voordatudemachinestart,de dagelijkseproceduresuitbeschreveninOnderhoud
(bladz.27).
Hetveiligheidssysteem gebruiken
WAARSCHUWING
Niet-aangeslotenofbeschadigde interlockschakelaarskunnenonverwachte gevolgenhebbenvoordewerkingvan demachine.Ditkanlichamelijkletsel veroorzaken.
Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
Controleerelkedagdewerkingvan deinterlockschakelaarsenvervang beschadigdeschakelaarsvoordatude machineweeringebruikneemt.
Werkingvanhetveiligheidssys­teem
Hetveiligheidssysteemisbedoeldomhetinschakelen vandeaftakasalleenmogelijktemakenwanneeru 1vandevolgendedoet:
Zetderechterrijhendelindemiddelste,
onvergrendeldestand.
TrekdeaftakasschakelaarindestandAAN.
Hetveiligheidssysteemzorgtervoordatde maaimessen/hetwerktuigwordenuitgeschakeld alsuderijhendelsbeweegtofvrijzetinde
VERGRENDELDENEUTRAALST AND.
Deurentellerisvoorzienvansymbolenom degebruikersopdehoogtetestellendatde onderdelenvanhetveiligheidssysteemindejuiste standstaan.Alshetveiligheidssysteemzichin dejuistestandbevindt,wordtereendriehoekje verlichtinhetbetreffendehokje(Figuur6).
13
1.Dedriehoekjeswordenverlichtalshetveiligheidssysteem zichindejuistestandbevindt.
Figuur6
9.Duwdeaftakasschakelaaromlaagnaarde standUIT.
Opmerking:Demessen/hetwerktuigmoeten
totstilstandkomen.
10.Bijdraaiendemotor:trekdeaftakasschakelaar naarbovenenlaatdezelos,zonderderechter rijhendelvasttehoudenindemiddelste, onvergrendeldestand.
g009472
Opmerking:Demessen/hetwerktuigmogen
nietingeschakeldworden.
Tijdensgebruik
Hetveiligheidssysteemtesten
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Controleerdewerkingvanhetveiligheidssysteem telkensvoordatudemachinegebruikt.
Opmerking:Alshetveiligheidssysteemnietwerkt
zoalshieronderwordtbeschreven,moetuhetdirect latenreparerendooreenerkendeservicedealer.
1.Startdemotor;zieMotorstarten(bladz.18).
2.Zetderechterrijhendelindemiddelste, onvergrendeldestand.
Opmerking:Demessen/hetwerktuigende
motormoetentotstilstandkomen.
3.Startdemotorenzetdeparkeerremvrij.
4.Zetderechterrijhendelindemiddelste, onvergrendeldestand.
5.Houderijhendelindemiddelste,onvergrendelde stand,trekdeaftakasschakelaaromhoogen laatdeschakelaarlos.
Opmerking:Dekoppelingende
maaimessen/hetwerktuigmoeteningeschakeld worden.
6.ZetderechterrijhendelindeVERGRENDELDE
NEUTRAALSTANDoflaatdezedaarin
terugspringen.
Opmerking:Demessen/hetwerktuigmoeten
totstilstandkomenendemotormoetblijven draaien.
7.Duwdeaftakasschakelaarinenzetderechter rijhendelindemiddelste,onvergrendeldestand.
8.Houderijhendelindemiddelste,onvergrendelde stand,trekdeaftakasschakelaaromhoogen laatdeschakelaarlos.
Opmerking:Dekoppelingende
maaimessen/hetwerktuigmoeteningeschakeld worden.
Veiligheidtijdenshetwerk
Algemeneveiligheid
Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
ongelukkendiepersoonlijkletselofmateriële schadekunnenveroorzaken,enhijdientzulke ongelukkentevoorkomen.
Draaggeschiktekledingenuitrusting,
zoalsoogbescherming,eenlangebroek, stevigeschoenenmeteengripvastezoolen gehoorbescherming.Draaglanghaarnietlosen draaggeenlossekledingofjuwelen.
Geefuwvolledigeaandachtalsudemachine
gebruikt.Zorgervoordatumetnietsandersbezig bentwaardoorukuntwordenafgeleid,anders kunnenerletselsontstaanofkaneigendom wordenbeschadigd.
Gebruikdemachinenietalsuziek,moeofonder
deinvloedvanalcoholofdrugsbent.
Vervoernooitpassagiersopdemachineenhoud
omstandersenhuisdierenwegvandemachine terwijldezewordtgebruikt.
Gebruikdemachineuitsluitendalshetzichtgoed
isenbijgeschikteweersomstandigheden.Gebruik demachinenietalserkansopbliksemis.
Alsunatgrasennattebladerenmaait,kuntu
uitglijden,inaanrakingkomenmethetmesen ernstigletseloplopen.Gebruikdemachinenietin vochtigeomstandigheden.
Voordatudemotorstart:zorgdatalle
aandrijvingenindeneutraalstandstaan,de parkeerreminwerkingisgesteldenuzichinde bestuurderspositiebevindt.
Zorgervoordatustevigstaatwanneeru
dezemachinegebruikt,inhetbijzonderalsu achteruitrijdt.
Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvande
maai-eenheden.Blijfaltijduitdebuurtvande afvoeropening.
14
Kijkachteromenomlaagvoordatuachteruitrijdt
omerzekervantezijndatdewegvrijis.
Weesuiterstvoorzichtigbijhetnaderenvanblinde
hoeken,struiken,bomenenandereobjectendie hetzichtkunnenbelemmeren.
Stopdemaaimessenalsunietdaadwerkelijk
maait.
Stopdemachine,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelentot stilstandzijngekomenvoordatuhetmaaidekof hetwerktuigcontroleertnadatueenvoorwerp hebtgeraaktofwanneerdemachineabnormaal beginttetrillen.Voerallenoodzakelijkereparaties uitvoordatudemachineweeringebruikneemt.
Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtig
alsueenbochtmaaktofwegenenvoetpaden oversteektmetdemachine.Verleenaltijd voorrang.
Schakeldemaai-eenheiduitenstopdemotor
voordatudemaaihoogtewijzigt(tenzijudezekunt aanpassenvanuitdebestuurderspositie).
Laatdemotorenkeldraaieningoed
verluchteomgevingen.Uitlaatgassenbevatten koolstofmonoxide,datdodelijkisbijinademing.
Alsudemachineverlaat,laatdezedanniet
draaien.
Doehetvolgendevoordatudebestuurderspositie
verlaat(inclusiefhetlegenvandegrasvangersof deblokkerenvanhetkanaal):
–Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
–Schakeldevermogenaftakasuit.
–Steldeparkeerreminwerking.
–Zetdemotorafenverwijderhet
contactsleuteltje.
–Wachttotdatallebewegendeonderdelentot
stilstandzijngekomen.
Indevolgendegevallenmoetudemachineende
aandrijvingvandemaai-eenheiduitschakelen:
–voordatubrandstofgaatbijvullen
–voordatuverstoppingenverwijdert
–voordatudemaai-eenheidcontroleert,
schoonmaaktoferonderhoudaanverricht
–alsueenvreemdvoorwerpheeftgeraaktofde
machineabnormaalbeginttetrillen.Controleer demaai-eenheidopbeschadigingenrepareer dezeindiennodigvoordatudemachinestart engebruikt
–Voordatudebedieningsplekverlaat
Demachinenietgebruikenalssleepvoertuig.
GebruikalleendoorTheT oro®Company
goedgekeurdeaccessoiresenwerktuigen.
Demachineveiliggebruikenop hellingen
Hetmaaienophellingeniseenbelangrijke
factorbijongelukkenwaarbijdecontroleoverde machinewordtverlorenofdezeomkantelt.Dit kanernstigofdodelijkletselveroorzaken.Ubent verantwoordelijkvooreenveiliggebruikvande machineophellingen.Gebruikvandemachineop hellingenvereistaltijdextravoorzichtigheid.Doe hetvolgendevoordatudemachineopeenhelling gaatgebruiken:
–Leesdeinstructiesvoorgebruikopeenhelling
indehandleidingenopdemachine,enzorg datudezeinstructiesbegrijpt.
–Onderzoekdetoestandvanhetwerkgebied
opdiedagomtebepalenofdemachine veiligkanwordengebruiktopdehelling. Gebruikuwgezondverstandenuw beoordelingsvermogenwanneerudit onderzoekuitvoert.Veranderingeninhet terrein,zoalsdevochtigheidsgraad,kunnen snelvaninvloedzijnopdemanierwaaropde machinereageertopeenhelling.
Werkzijdelingsophellingen,nooitdehellingopen
neer.Werknietoptesteileofnattehellingen.
Spoorgevarenonderaandehellingop.Gebruik
demachinenietindebuurtvansteilehellingen, greppels,oevers,waterofanderegevaren. Demachinekanplotselingomslaanalseen wieloverderandkomtofalsderandinstort. Houdeenveiligeafstand(tweemaaldebreedte vandemachine)tussendemachineen landschapselementendiegevaarlijkkunnen zijn.Gebruikopdielocatieseenloopmaaierof handgedragengereedschap.
Vermijdstarten,stoppenofbochtenmakenop
hellingen.Vermijdplotseveranderingenvan snelheidofrichting;verandertraagengeleidelijk vanrichting.
Gebruikeenmachinenietinomstandigheden
waarbijutwijfeltovertractie,sturenofstabiliteit. Denkeraandatdemachinetractiekanverliezen doordatubergafwaarts,opnatgrasofdwarsop eenhellingmaait.Alsdeaandrijfwielentractie verliezen,kunnenzegaanslippenenkuntu nietmeerremmenofsturen.Demachinekan schuiven,zelfsalsdeaandrijfwielennietdraaien.
Verwijderofletopobstakelsalssloten,gaten,
geulen,hobbels,stenenofandereverborgen gevaren.Inhooggraszijnobstakelsniet altijdzichtbaar.Demachinekanomslaanop oneffenhedeninhetterrein.
Weesextravoorzichtigbijhetgebruikvan
accessoiresofhulpstukken.Dezekunnende machineminderstabielmaken,waardoorude
15
controleoverdemachinekuntverliezen.Volgde instructiesvoorgebruikvancontragewichtenop.
Alsudebeheersingoverdemachineverliest,stap
erdanafenloopwegindetegenovergestelde richtingvanderijrichtingvandemachine.
Parkeerremgebruiken
Steldeparkeerremaltijdinwerkingwanneeru demachinestoptofdezeonbeheerdachterlaat. Voorelkegebruikmoetudejuistewerkingvande parkeerremcontroleren.
Alsdeparkeerremnietgoedwerkt,moetudeze afstellen;zieParkeerremgebruiken(bladz.16).
Trekdehendelvandeparkeerremnaarachterenin omdezeinteschakelen(Figuur7).
Duwdeparkeerremhendelnaarvorenomdezeuitte schakelen.
Inschakelenvande aftakasschakelaar(PTO)
g216326
Figuur8
Uitschakelenvande
Figuur7
1.Parkeerrem:ingeschakeld2.Parkeerrem:vrijgesteld
Bedieningvandeaftakas
Gebruikdeaftakasschakelaar(PTO)samenmetde rijhendelsomdemaaimessenofhulpstukkenin-en uitteschakelen.
aftakasschakelaar(PTO)
Figuur9enFiguur10latentweemethodeszienom
deaftakasin-enuitteschakelen.
g009465
g009174
Figuur9
g012895
Figuur10
16
Degashendelbedienen
Decontactschakelaar
Degashendelheefttweestanden:SNELenLANGZAAM (Figuur11).
GebruikaltijddestandSNELwanneerudeaftakas inschakelt.
Figuur11
Dechokebedienen
Gebruikdechokeomeenkoudemotortestarten.
1.Trekdeknopvandechokeomhoogomdeze inteschakelenvoordatudecontactschakelaar inschakelt(Figuur12).
bedienen
Belangrijk:Steldestartmotortelkensnietlanger
dan5secondeninwerking.Alsdemotorniet wilstarten,moetunaelkepoging15seconden wachten.Indienudezeinstructiesnietopvolgt, kandestartmotordoorbranden.
Opmerking:Mogelijkmoetuverschillendekeren
proberenomdemotortestartenalsudemotorvoor heteerststartnadathetbrandstofsysteemhelemaal zonderbrandstofheeftgezeten.
g008946
g031239
Figuur13
2.Drukdeknopvandechokeomlaagomdeze weeruitteschakelennadatdemotorisgestart (Figuur12).
Figuur12
g031281
Figuur14
g008959
1.AAN2.UIT
17
Motorstarten
Demotorafzetten
Belangrijk:Steldestartmotortelkensnietlanger
dan5secondeninwerking.Alsdemotorniet wilstarten,moetunaelkepoging15seconden wachten.Indienudezeinstructiesnietopvolgt, kandestartmotordoorbranden.
Opmerking:Alsdemotorwarmofheetis,hoeftu
dechokeniettegebruiken.
Opmerking:Mogelijkmoetuverschillendekeren
proberenomdemotortestartenalsudemotorvoor heteerststartnadathetbrandstofsysteemhelemaal zonderbrandstofheeftgezeten.
VOORZICHTIG
Kinderenofomstanderskunnenletsel oplopenalszijdemachineverplaatsenof proberentebedienenterwijldezeonbeheerd staat.
Verwijderaltijdhetsleuteltjeenstelde parkeerreminwerkingwanneerude bestuurderspositieverlaat.
Laatdemotor60secondenstationairdraaienmeteen lagesnelheid(schildpad)voordatudecontactsleutel naarUITdraait.
Figuur15
g032587
Figuur16
g032586
Belangrijk:Zorgervoordatdebrandstofaf-
sluitklepisgeslotenvoordatudemachine transporteertofstaltomeenbrandstoekte voorkomen.Voordatudemachinestalt,moetude bougie(s)losmakenomtevoorkomendatiemand perongelukdemachinestart.
18
Hetplatformbedienen
Ukuntdemachinegebruikenmethetplatform omhoogofomlaag.Ukuntzelfbeslissenwelkestand uverkiest.
Demachinebedienenmethet platformomlaag
Gebruikdemachinemethetplatformomlaaginde volgendegevallen:
WAARSCHUWING
Hetbestuurdersplatformiszwaarenkanletsel veroorzakenwanneeruhetomhoogofomlaag brengt.Brenghetbestuurdersplatform voorzichtigomhoogofomlaag:ukunt gewondrakenalsuhetplotslaatvallen.
Houdvingersenhandenuitdebuurt vanhetscharnierendegedeeltevanhet platformalshetplatformomhoogof omlaagwordtbewogen.
Zorgervoordathetplatformwordt ondersteundalsudevergrendelpeneruit trekt.
Zorgervoordatdevergrendelinghet platformhoudtalsuhetinklapt.Drukhet platformgoedaanzodatdevergrendelpen opdejuisteplaatsvastklikt.
Houdomstandersopafstandvande machinealsuhetplatformomhoogof omlaagbrengt.
bijgebruikvandemachineindemeeste
omgevingen
hetmaaienophellingen
hetafrijdenvaneenhelling
Omhetplatformomlaagtebrengen,druktuhet platformnaarvorentegenhetkussenzodatde spanningopdevergrendelpenafneemtentrektu vervolgensaandeknopomhetplatformomlaagte brengen(Figuur17).
demachinebedienenmethet platformomhoog
Gebruikdemachinemethetplatformomhooginde volgendegevallen:
alsudemachinegebruiktindebuurtvansteile
randen
alsudemachinegebruiktoptekleineoppervlakten
alsudemachinegebruiktopplaatsenmetlaag
overhangendetakkenofobstakels
alsudemachinelaadtvoortransport
alsueenhellingoprijdt
Omhetplatformomhoogtebrengen,moetude achterzijdevanhetplatformomhoogtrekkenzodatde vergrendelpenen-knopophunplaatsvastklikken. Drukhetplatformgoedaanzodatdevergrendelpen opdejuisteplaatsvastklikt.
1.Platformomhoog
2.Platformomlaag
g012181
Figuur17
3.Deknopuittrekkenomhet platformvrijtezetten.
19
Vooruit-enachteruitrijden
Metdegashendelregeltudesnelheidvandemotor, oftewelhettoerental(inomwentelingenperminuut). ZetdegashendelopSNELomdebesteprestatieste verkrijgen.
VOORZICHTIG
Demachinekanergsneldraaien.Ukunt daarbijdecontroleoverdemachineverliezen, watkanleidentotlichamelijkletselenschade aandemachine.
Verminderdesnelheidvandemachine voordatueenscherpebochtmaakt.
Vooruitrijden
1.Schakeldeparkeerremuit;zieParkeerrem
gebruiken(bladz.16).
2.Zetderechterrijhendelindemiddelste, onvergrendeldestand.
3.Zetdesnelheidshendelopdegewenste snelheid.
4.Beweegderijhendelslangzaamnaarvoren (Figuur19).
Opmerking:Demotorwordtuitgeschakeldals
ueenrijhendelbeweegtterwijldeparkeerrem aangetrokkenis.
Opmerking:Hoeverderuderijhendelsineen
vanbeiderichtingenbeweegt,destesnellerde machineindegewensterichtingrijdt.
Opmerking:Omtestoppen,zetubeide
rijhendelsterugindeNEUTRAALSTAND.
Figuur18
1.Voorstereferentiebalk
2.Rijhendellinks5.Derechterrijhendel
3.Rechterreferentiebalk
4.Rijhendelrechts
indeVERGRENDELDE
NEUTRAALSTAND
g009473
Figuur19
Achteruitrijden
1.Zetderechterrijhendelindemiddelste, onvergrendeldestand.
2.Beweegderijhendelslangzaamnaarachteren (Figuur20).
g020531
20
Figuur20
Hetgraszijwaartsafvoeren ofmulchen
Dezemachineisuitgerustmeteenscharnierende grasgeleiderdiehetmaaiselzijwaartsenomlaagnaar hetgazonafvoert.
GEVAAR
Zonderaangebrachtegrasgeleider, afvoerafsluiterofcompletegrasvanger kunnenuofandereninaanrakingmethet maaimesofuitgeworpenvoorwerpenkomen. Contactmetdraaiendemaaimessenen
g009474
uitgeworpenvoorwerpenkanlichamelijkof dodelijkletselveroorzaken.
Verwijderdegrasgeleidernietvande machine,wantdegrasgeleidervoert hetmaaiselafnaarhetgazon.Een beschadigdegrasgeleidermoetdirect wordenvervangen.
Steeknooithandenofvoetenonderde machine.
Probeernooitdeuitwerpzoneofde maaibladentereinigenzondereerst debeugelvrijtezettenendeaftakas uitteschakelen.Draaihetsleuteltje naardestandUIT.Verwijderverderhet contactsleuteltjeentrekdebougiekabel(s) vandebougie(s).
Demaaihoogteinstellen
Ukuntdemaaihoogteinstellenvan25tot127mm,in stappenvan6mm.
1.Zetdemaaihoogtehendelindetransportstand (helemaalomhoog).
2.Draaidepen90gradenenverwijderzeuitde maaihoogtebeugel.
3.Kiesdeopeningindemaaihoogtebeugel dieovereenkomtmetdegewenste maaihoogtestand,ensteekdaarinde pen(Figuur21).
4.Drukopdeknopaandebovenzijdeenbreng demaaihoogtehendelomlaagtotaandepen (Figuur21).
21
Loading...
+ 47 hidden pages