
FormNo.3409-703RevE
MultiPro
®
WMgazonspuitma-
chine
Modelnr.:41240—Serienr.:400000000enhoger
Opmerking:
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
VoordemontagevandeMultiProWMmoeteneenof
meerbijelkaarhorendesetswordengemonteerd.Neem
voorverdereinformatiecontactopmeteenerkendeToro
distributeur.
*3409-703*E

WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Gebruikvanditproductkanleidentot
blootstellingaanchemischestoffen
waarvandeStaatCaliforniëweetdatze
kanker,geboorteafwijkingenenandere
schadeaanhetvoortplantingssysteem
veroorzaken.
Inleiding
Leesdezehandleidingzorgvuldig,zodatuweethoe
udemachineopdejuistewijzekuntgebruikenen
onderhouden.Deinformatieindezehandleiding
kanuenanderenhelpenletselenschadete
voorkomen.HoewelT oroveiligeproductenontwerpt
enfabriceert,blijftuverantwoordelijkvoorhetjuiste
enveiligegebruikvandemachine.Ukuntop
www.Exmark.comrechtstreekscontactmetT oro
opnemenomtrainingsmaterialeneninformatieover
productveiligheidenaccessoiresteverkrijgen,een
verkopertevindenofuwproductteregistreren.
Modelnr.:
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingeenaantalmogelijke
gevareneneenaantalveiligheidsberichtengenoemd
metdevolgendeveiligheidssymbolen(Figuur2),
dieduidenopeengevaarlijkesituatiediezwaar
lichamelijkletselofdedoodtotgevolgkanhebbenals
udeveiligheidsvoorschriftennietinachtneemt.
g000502
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanToro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummer
enhetserienummervanhetproducttevermelden.
Figuur1geeftdeplaatsvanhetmodelnummerenhet
serienummervanhetproductaan.
Figuur1
1.Locatievanhetmodel-enserienummer
g022350
©2019—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS

Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Veiligebediening................................................4
Instructie.............................................................5
Vóórhetgebruik.................................................5
Chemischeveiligheid..........................................6
Tijdenshetgebruik.............................................6
Onderhoud.........................................................8
Veiligheids-eninstructiestickers........................9
Montage..................................................................14
1Deaanwezigelaadbakverwijderen................17
2Demontagevanhettankframe
voorbereiden.................................................18
3Debevestigingsbeugelsvoorhettankframe
monteren.......................................................19
4Hettankframemonteren................................20
5Hetaftapventielmonteren..............................22
6Deaccuafkoppelen.......................................23
7Dekabelboomvandesnelheidssensor
aansluiten.....................................................24
8Desproeierpompaankoppelen......................25
9Hetbedieningspaneelopdemachine
monteren.......................................................25
10Deelektriciteitskabelsvoorde
spuitmachinemonteren.................................27
11Dezekeringenhoudervande
spuitmachinemonteren.................................28
12Dekabelboomvandespuitmachine
verbindenmetdeaccu..................................29
13Hettankframelatenzakken..........................32
14Demiddelstespuitboommonteren...............33
15Delinker-enrechterspuitboom
monteren.......................................................34
16Despuitboomslangenmonteren..................36
17Despuitdoppenmonteren...........................38
18Dewatertankplaatsen.................................38
19Deanti-overloopaansluiting
monteren.......................................................40
20Deverenvanhetspuitboomscharnier
controleren....................................................41
21Deassteunenopslaan(optioneel)................41
22Meerinformatieoveruwproduct..................42
Algemeenoverzichtvandemachine.......................43
Bedieningsorganen..........................................44
Specicaties....................................................46
Gebruiksaanwijzing................................................47
Veiligheidstaatvoorop......................................47
HetInfoCentergebruiken..................................47
Deingebruiknamevandespuitmachine
voorbereiden.................................................57
Bedieningengebruikvande
spuitmachine.................................................59
Dewatertankvullen..........................................59
Spuittankvullen................................................60
DeSpuitbomenbedienen.................................60
Spuiten.............................................................61
Voorzorgsmaatregelenterbeschermingvan
hetgazontijdensgebruikineenstationaire
stand.............................................................62
Spuittips............................................................62
Eenverstoptespuitdopschoonmaken..............63
Eenspuitdopselecteren...................................63
Despuitmachinereinigen.................................63
Despuitmachinekalibreren..............................64
Aanbevelingenvoorspuitlter...........................68
Onderhoud..............................................................72
Aanbevolenonderhoudsschema.........................72
Controlelijstvoordagelijksonderhoud..............73
Aantekeningvoorspecialeaandachtsgebie-
den................................................................73
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........74
Toegangtotdemachine...................................74
Smering...............................................................75
Spuitsysteemsmeren......................................75
Depompvandeveldspuitsmeren....................75
Spuitboomscharnierensmeren.........................76
Onderhoudvanhetspuitsysteem.........................76
Deslangencontroleren.....................................77
Dezuigkorfvervangen......................................77
Hetdrukltervervangen....................................77
Hetspuitdopltervervangen.............................78
Desproeierpompcontroleren...........................78
Instellingvandespuitbomentotniveau.............79
Denylondraaibussencontroleren....................80
Reiniging.............................................................81
Devloeistofstroommeterreinigen.....................81
Dekleppenvandespuitmachine
reinigen.........................................................81
Stalling....................................................................92
Hetframevandespuitmachineendetank
verwijderen...................................................93
Problemen,oorzaakenremedie.............................96
Schema's................................................................97
3

Veiligheid
Belangrijk:Leesdeveiligheidsinformatieinde
GebruikershandleidingvanuwWorkmanvoordat
udemachineingebruikneemt.
Algemeneveiligheid
Ditproductkanlichamelijkletselveroorzaken.Volg
altijdalleveiligheidsinstructiesopomernstigletsel
tevoorkomen.
•LeesdezeGebruikershandleidingenzorgervoor
datudezebegrijptvoordatudemotorstart.
•Geefuwvolledigeaandachtalsudemachine
gebruikt.Zorgervoordatumetnietsandersbezig
bentwaardoorukuntwordenafgeleid,anders
kanerletselontstaanofkaneigendomworden
beschadigd.
•Gebruikgeschiktepersoonlijkebeschermingsmid-
delen(PPE)omtevoorkomendatuinaanraking
komtmetchemischestoffen.Chemischestoffen
diewordengebruiktinhetspuitsysteemkunnen
gevaarlijkengiftigzijn.
•Houdhandenenvoetenuitdebuurtvande
bewegendeonderdelenvandemachine.
•Gebruikdemachineenkelalsdenodigeschermen
enanderebeveiligingsmiddelenaanwezigzijnen
naarbehorenwerken.
•Ganietinhetspuitgebiedvandespuitdoppen
staan;houerrekeningmeedatdechemische
stoffenkunnenverwaaien.Laatgeenomstanders
ofkinderenhetwerkgebiedbetreden.
•Laatkinderennooitdemachinebedienen.
•Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
(indienaanwezig)enwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandzijngekomenvoordatu
debestuurderspositieverlaat.Laatdemachine
afkoelenvoordatuerinstellingenofonderhoud
aanverricht,ofdemachineschoonmaaktofstalt.
Onjuistgebruikofonderhoudvandezemachine
kanletseltotgevolghebben.Omhetrisicoop
letselteverkleinen,dientuzichaandevolgende
veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet
veiligheidssymbool
Voorzichtig,WaarschuwingofGevaar–instructie
voorpersoonlijkeveiligheid.Niet-nalevingvandeze
instructieskanleidentotlichamelijkofdodelijkletsel.
Nietallewerktuigendiekunnenwordengekoppeld
aandezemachinewordenindezehandleiding
beschreven.Raadpleegdegebruikershandleiding
diebijelkwerktuigisgeleverdvooraanvullende
veiligheidsinstructies.
teletten,datbetekent
Veiligebediening
Belangrijk:Demachineisindeeersteplaats
bedoeldalsoffroad-voertuigenisnietgeschikt
voorintensiefgebruikopdeopenbareweg.
Alsuzichmetdemachineopdeopenbare
wegbegeeft,neemdandeverkeersregelsin
achtengebruikbijkomendeaccessoiresdie
wettelijkverplichtkunnenzijn,zoalsverlichting,
richtingaanwijzers,eenteken'langzaamrijdend
voertuig',etc.
DeWorkmanisontwikkeldengetestomveiligheid
bijhetgebruiktebieden,metdienverstande
dathetvoertuigcorrectmoetwordengebruikt
enonderhouden.Hoewelrisicobeheersingen
ongevallenpreventieafhankelijkzijnvanhet
ontwerpendeconstructievanhetvoertuig,zijn
eerdergenoemdefactorenookafhankelijkvan
deoplettendheid,zorgvuldigheideneengoede
instructievanhetpersoneeldatisbelastmet
gebruik,onderhoudenopslagvanhetvoertuig.
Onjuistgebruikofonderhoudvandemachinekan
lichamelijkofdodelijkletselveroorzaken.
DeWorkmaniseengespecialiseerdmultifunctioneel
voertuigdatnietisontworpenvoorgebruikopde
openbareweg.Hetrijgedragendebedieningvande
machinezijnandersdanvaneenpassagiersvoertuig
ofeenvrachtwagen.Gunuzelfdustijdomvertrouwd
terakenmetdemachine.
Nietallewerktuigendiekunnenwordengekoppeldaan
deWorkman,wordenindezehandleidingbeschreven.
Raadpleegvooraanvullendeveiligheidsinstructies
deMontage-instructiesdiezijngeleverdbijhet
desbetreffendewerktuig.
Omhetrisicovanlichamelijkofdodelijkletsel
teverminderen,moetuzichaandevolgende
veiligheidsinstructieshouden:
Verantwoordelijkhedenvande
bedrijfsleiding
•Zorgervoordatdegebruikersvandemachine
denodigetraininghebbengenotenenbekend
zijnmetdeGebruikershandleidingende
GebruikershandleidingvandeWorkman,het
instructiemateriaal,dehandleidingvandemotor
enallestickersopdeWorkman.
•Zorgvoorspecialeproceduresenbedrijfsregels
voorongewonewerkomstandigheden
(bijvoorbeeldhellingendietesteil
zijnvoordemachine).Gebruikde
derde/hoog-vergrendelschakelaaralseen
hogesnelheidgevaarlijkkanzijnofkanleidentot
verkeerdgebruikvanhetvoertuig.
4

Instructie
•LeesdeGebruikershandleidingenhetandere
instructiemateriaalvoordatuhetvoertuigin
gebruikneemt.
Opmerking:Alsdebestuurder(s)ofde
monteur(s)detaalwaarindehandleidingis
geschreven,nietmachtigis(zijn),moetde
eigenaarervoorzorgendatzijdeinhoudvanhet
materiaalbegrijpen.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
•Allebestuurdersenmonteursmoeten
instructieshebbenontvangen.Deeigenaar
isverantwoordelijkvoordeinstructievande
gebruikers.
•Laatdemachinenooitgebruikenofer
onderhoudswerkzaamhedenaanuitvoerendoor
personendiehiervoornietgetraindzijn.
Opmerking:Plaatselijkevoorschriftenkunnen
nadereeisenstellenaandeleeftijdvandegene
diemetdemachinewerkt.
•Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
ongelukken,letselvanhemzelf/haarzelfofvan
anderen,enschadeaaneigendom,enkandit
voorkomen.
Vóórhetgebruik
•Umaghetvoertuigpasingebruiknemen,nadatu
dezehandleidinghebtgelezenendeinhoudervan
hebtbegrepen.
•Laatnooitkinderendemachinebedienen.
•Laatanderevolwassenendemachinealleen
gebruikenalszijeerstdeGebruikershandleiding
hebbengelezenendezehebbenbegrepen.Deze
machinemaguitsluitendwordengebruiktdoor
opgeleideenbevoegdepersonen.Bestuurders
moetenlichamelijkengeestelijkinstaatzijnde
machinetebesturen.
•Dezemachineisuitsluitendbedoeldvoorhet
vervoervandebestuurderen1passagierinde
stoeldiedefabrikantheeftgeleverd.Vervoer
nooitextrapassagiersopdemachine.
•Gebruikdemachinenooitalsumoe,ziekofonder
deinvloedvanalcoholofdrugsbent.
•Gebruiktijdensbedrijfdeveiligheidsgordelenzorg
ervoordatdezeinnoodgevallensnelkanworden
losgemaakt.
•Zorgervoordatalleveiligheidsschermen,
veiligheidsvoorzieningenenstickersop
hunplaatszitten.Alsveiligheidsschermen,
veiligheidsvoorzieningenofstickersinslechte
staatverkeren,onleesbaarzijnofbeschadigd
raken,moetudezeherstellenofvervangen,
voordatuhetvoertuiggaatgebruiken.
•Draaggeschiktekledingwaarondereen
veiligheidsbril,langebroek,stevigeschoenen
dieuitglijdenvoorkomenofrubberlaarzen,
enhandschoenen.Draaggeensieradenof
loszittendekleding.Draaglanghaarnietlos.
•Houomstandersuitdebuurtvanhetwerkgebied.
•Rijnietalshetdonkeris,vooralnietoponbekend
terrein.Alsutochinhetdonkermoetrijden,rijdan
voorzichtigenzetdekoplampenaan.
•Voordatudemachinegebruikt,dientualtijd
alleonderdelenvandemachineofeventuele
werktuigentecontroleren.Alserietsnietinorde
is,magudemachinenietmeergebruiken.Zorg
ervoordathetprobleemverholpenisalvorens
demachineofhetwerktuigopnieuwtegaan
gebruiken.
•Zorgervoordatdebestuurders-en
passagiersruimteschoonisenvrijvan
chemischrestmateriaalenopgestapeldvuil.
•Zorgervoordatalleaansluitstukkenvande
vloeistoeidingenvastzittenenalleslangenen
leidingeningoedestaatverkerenvoordatudruk
zetophetsysteem.
Opmerking:Gebruikdemachinenietalsdeze
lektofbeschadigdis.
•Brandstofisuiterstontvlambaar.Weesdaarom
voorzichtigalsuermeeomgaat.
–Gebruikeengoedgekeurdebrandstofcontainer.
–Alsdemotordraaitofheetis,magudedop
nietvandebrandstoftankverwijderen.Laat
demotorafkoelenvoordatubrandstofinde
machinegiet.
–Rooknooitalsuomgaatmetbrandstof.
–Ganaarbuitenomdebrandstoftankvande
machinetevullen.
–Vuldebrandstoftankvandemachinetot
ongeveer25mmvanafdebovenkantvande
tank(deonderkantvandevulbuis).Detank
niettevolvullen.
–Neemeventueelgemorstebrandstofop.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenenweethoeudemotorsnel
kuntafzetten.
5

Chemischeveiligheid
WAARSCHUWING
Chemischestoffendiewordengebruiktinhet
strooi-/spuitsysteemkunnengevaarlijken
giftigvoordegebruiker,omstanders,dieren,
planten,debodemofeigendommenzijn.
•Umoetdewaarschuwingsetiketten
endeVeiligheidsinformatiebladen
voorallegebruiktechemischestoffen
zorgvuldiglezeneninachtnemenenuzelf
beschermenvolgensdeinstructiesvan
defabrikantvandechemischestoffen.
Zorgervoordatuwhuidzoveelmogelijkis
bedektalsuchemischestoffengebruikt.
Omtevoorkomendatuinaanraking
komtmetchemicaliën,dientugeschikte
persoonlijkebeschermingsmiddelente
gebruiken,zoals:
–oogbescherming,veiligheidsbrilen/of
gelaatsscherm
–stof-ofltermasker
–handschoenendiebestandzijntegen
chemicaliën
–rubberenlaarzenofanderstevig
schoeisel
–gehoorbescherming
–schonereservekleding,zeepen
wegwerphanddoekendieuindebuurt
bewaartvoorhetgevaluchemische
stoffenmorst.
•Denkeraandatermeerderechemische
stoffenkunnenzijngebruikt,enzorg
ervoordatuinformatieoverelkestofkrijgt.
•Weigerdemachinetegebruikenof
tebedienenalsdezeinformatieniet
beschikbaaris!
•Voordatuonderhouduitvoertaaneen
spuitsysteemmoetditdriekeerzijn
gespoeldengeneutraliseerdvolgensde
instructiesvandefabrikant(en)vande
chemischestoffenenmoetenallekleppen
3cyclussenhebbendoorlopen.
•Controleerofervoldoendewaterenzeep
indenabijheidis,enalsuincontact
komtmetchemischestoffen,moetudeze
onmiddellijkafspoelen.
•Zorgervoordateengoedetraininghebtgekregen
voordatuomgaatmetchemischestoffen.
•Gebruikdejuistechemischestofvoorhetwerk.
•Houduaandeinstructiesvandefabrikantvoorhet
veiliggebruikvandechemischestof.Overschrijd
deaanbevolensysteembedrijfsdrukniet.
•Deeenheidnietvullen,kalibrerenofreinigen
wanneerermensen,inhetbijzonderkinderen,of
huisdierenindebuurtzijn.
•Zorgvooreengoedeventilatievanderuimtewaar
uwerktmetchemischestoffen.
•Zorgervoordaterschoonwatervoorhandenis,in
hetbijzonderalsudespuittankvult.
•Nieteten,drinkenofrokenalsumetchemische
stoffenwerkt.
•Spuitdoppennietschoonmakendoorerinte
blazenofzeindemondtenemen.
•Wasaltijduwhandenenandereonbedekte
lichaamsdelenzosnelmogelijknadatu
werkzaamhedenmetchemischestoffenhebt
beëindigd.
•Bewaarchemischestoffeninhunoriginele
verpakkingopeenveiligeplaats.
•Voerongebruiktechemischestoffenen
verpakkingenvoorchemischestoffenafvolgens
deinstructiesvandefabrikantendeplaatselijk
geldendevoorschriften.
•Chemischestoffenendampenindetankzijn
gevaarlijk;blijfaltijdbuitendetankenhouduw
hoofdnooitbovenofindeopeningvaneentank.
•Volgalleplaatselijkevoorschriftenmetbetrekking
tothetstrooienofspuitenvanchemicaliënop.
Tijdenshetgebruik
WAARSCHUWING
Deuitlaatgassenvandemotorbevatten
koolmonoxide,eenreukloos,dodelijkgif.
Laatdemotornietbinnenshuisofineen
afgeslotenruimtelopen.
•Debestuurderendepassagiermoetenopde
stoelblijvenzittenalsdemachineinbeweging
is.Debestuurdermoetindienmogelijkhetstuur
metbeidehandenvasthoudenendepassagier
moetdeaangebrachtehandgrepengebruiken.
Houduwarmenenbenenteallentijdebinnenhet
voertuig.Vervoernooitpassagiersindebakof
opdewerktuigen.Denkeraandatdepassagier
nietaltijdweetwanneerugaatremmenofeen
bochtmaakt.
•Kijkaltijdgoeduitenvermijdlaagoverhangende
objecten,zoalsboomtakken,deurpostenen
loopbruggen.Controleerofoverhangende
objectenhooggenoegzijnzodatdezedemachine,
despuitbomenenuwhoofdnietraken.
6

•Alsudemotorstart:
–Neemplaatsopdebestuurdersstoelenstelde
parkeerreminwerking.
–Alsuwmachineovereenaftakasofeen
gashendelbeschikt,schakeldandeaftakasuit
enzetdegashendelindeUIT-stand.
–Zetdeschakelhendelindeneutraalstanden
traphetkoppelingspedaalin.
–Raakhetgaspedaalnietaanmetuwvoet.
–Draaihetsleuteltjevandestarterschakelaar
naarSTART.
•Letgoedopalsudemachinegebruikt.Alsde
machinenietveiligwordtgebruikt,kanditleiden
toteenongeluk,omkantelenvandemachineen
ernstiglichamelijkofdodelijkletsel.Rijvoorzichtig.
Ukuntopdevolgendemanierenvoorkomendat
hetvoertuigomkanteltofdatudecontroleover
hetvoertuigverliest:
–Gazeervoorzichtigtewerk,verminderuw
snelheidenblijfopeenveiligeafstandvan
sandtraps,greppels,sloten,hellingenen
onbekendterreinofanderegevaren.
–Letopkuilenofandereverborgengevaren.
–Gavoorzichtigtewerkalsuopeensteile
hellingwerkt.Innormaleomstandigheden
moetueenhellingineenrechtelijnop-en
afrijden.Verminderdesnelheidalsueen
scherpebochtmaaktofdraaitopeenhelling.
Draaiindienmogelijknooitopeenhelling.
–Weesextravoorzichtigalsudemachine
gebruiktopeennatoppervlak,bijhogere
snelhedenofalshetzwaarbelastis.De
stoptijdenderemwegnementoealsde
machinezwaarbelastis.Schakelnaareen
lagereversnellingvoordatueenhellingop-of
afrijdt.
–Vermijdplotselingstoppenenstarten.Zet
hetvoertuignietvandeachteruitstandinde
vooruitstandofvandevooruitstandinde
achteruitstandvoordathetvoertuigvolledigtot
stilstandisgekomen.
–Verminderuwsnelheidvoordatueenbocht
maakt.Maakgeenscherpebochtenen
vermijdabruptemanoeuvresandereriskante
handelingentijdenshetrijden,waardooru
decontroleoverhetvoertuigzoukunnen
verliezen.
–Voordatuachteruitrijdt,moetuachteromkijken
omerzekervantezijndaterzichniemand
achterubevindt.Rijlangzaamachteruit.
–Letophetverkeerbijhetoverstekenenin
debuurtvandeopenbareweg.Verleen
altijdvoorrangaanvoetgangersenandere
voertuigen.Dezemachineisnietbestemd
voorgebruikopdeopenbareweg.Geefaltijd
aandatuafslaat,ofstopbijtijdszodatanderen
wetenwatugaatdoen.Houduaanalle
verkeersregelsenverkeersvoorschriften.
–Deuitlaat-enelektrischesystemenvan
demachinekunnenvonkenveroorzaken
waardoorexplosiefmateriaaltotontbranding
kankomen.Gebruikdemachinenooitineen
omgevingwaarzichstofofdampenindelucht
bevindendiekunnenexploderen.
–Laatbijhetleeglopenvandetankniemand
achterdemachinestaanenlaatgeenvloeistof
opiemandsvoetenlopen.
–Alsunietzekerweetofudemachineveilig
kuntgebruiken,moetuhetwerkstakenende
bedrijfsleidingomadviesvragen.
•Raakdemotorofdegeluiddempernietaan
alsdemotorlooptofdirectnadatudezeheeft
afgezet.Dezekunnenheetzijnenbrandwonden
veroorzaken.
•Alsdemachineabnormaaltrilt,moetuonmiddellijk
stoppen,wachtentotallebewegendedelen
totstilstandzijngekomenendemachineop
beschadigingencontroleren.Repareeralleschade
voordatudemachineweeringebruikneemt.
•Voordatudebestuurdersstoelverlaat:
1.Zetdemachineaf.
2.Haaluwvoetvanhettractiepedaalenstelde
parkeerreminwerking.
3.Draaihetsleuteltjevandestarterschakelaar
naarUIT.
4.Verwijderhetsleuteltjeuitde
starterschakelaar.
Belangrijk:Parkeerdemachinenooitop
eenhelling.
•Bliksemkanernstigofdodelijkletselveroorzaken.
Alsubliksemzietofdonderhoortinhetgebied,
gebruikdemachinedanniet;gaschuilen.
Remmen
•Verminderuwsnelheidalsueenobstakelnadert.
Ditgeeftuextratijdomtestoppenoftedraaien.
Alsueenobstakelraakt,kunnendemachineen
deladingwordenbeschadigd.Enwatbelangrijker
is,uenuwpassagierkunnenletseloplopen.
•Hetmaximaaltoelaatbaretotaalgewichtvaneen
voertuigheefteenbelangrijkeinvloedopuw
vermogendemachinetotstilstandtebrengen
en/oftedraaien.Bijeenzwareladingenzware
werktuigenwordthetmoeilijkerdemachinetot
stilstandtebrengenoftedraaien.Hoezwaarder
delading,destemeertijdhetkostdemachine
totstilstandtebrengen.
•Hetgrasenhetwegdekzijngladalsdezenat
zijn.Destoptijdopeennatoppervlakkan2tot
7

4maallangerzijndanopeendroogoppervlak.
Alsudoorstaandwaterrijdtdatdiepgenoegis
omderemmennattelatenworden,zullenzijpas
goedfunctionerenalszijweerdroogzijn.Nadat
udoorwaterhebtgereden,moetuderemmen
testenomerzekervantezijn,datzijnaarbehoren
functioneren.Alsdatniethetgevalis,moetu
langzaamrijden,terwijlulichtedrukuitoefentop
hetrempedaal.Hierdoordrogenderemmen.
Gebruikophellingenofoneffen
•Letgoedopdatervoldoenderuimtebovende
machineis(denkaantakken,deuropeningen,
elektrischekabels)voordatuondereenobject
doorrijdtenzorgervoordatuditnietraakt.
•Verwijderderolbeugel(ROPS)niet
•Neemgasterugenverminderdeladingalsumoet
rijdenoponeffenterreinenvlaklangswegranden,
kuilenenandereonverwachteveranderingenin
hetterrein.Deladingkangaanschuivenwaardoor
demachinehaarstabiliteitverliest.
terrein
WAARSCHUWING
Onverwachteveranderingeninhetterrein
kunnenleidentotabruptebewegingenvan
hetstuurwieldieletselaanhandenenarmen
kunnenveroorzaken.
•Verminderuwsnelheidalsuoponeffen
terreinenvlaklangswegrandenrijdt.
•Houdhetstuurwiellosjesaanderandvast.
Houduwhandennietopdespakenvanhet
stuurwiel.
Alsudemachineopeenhellinggebruikt,bestaatde
kansdatzeomslaatofgaatrollen.Ookbestaatde
kansdatdemotorafslaatofdatdemachineopeen
hellingvaartverliest.Hierdoorkanlichamelijkletsel
ontstaan.
•Geefniettesnelgasentrapnietabruptophet
rempedaalalsuachteruiteenhellingafrijdt,zeker
nietalsueenladingvervoert.
•Rijnooitdwarsovereensteilehelling;umoet
dezehellingaltijdineenrechtelijnop-ofafrijden
oferomheengaan.
•Alsdemotorafslaatofalsdemachinevaartbegint
teverliezenterwijlueenhellingoprijdt,moetu
voorzichtighetrempedaalindrukkenendehelling
langzaamachterwaartsineenrechtelijnafrijden.
•Draaienalsueenhellingop-ofafrijdt,kan
gevaarlijkzijn.Alsumoetdraaienopeenhelling,
dientuditlangzaamenvoorzichtigtedoen.Maak
nooiteenscherpeofsnellebochtopeenhelling.
•Eenzwareladingheeftinvloedopdestabiliteitvan
hetvoertuig.Verminderhetgewichtvandelading
enneemgasterugalsuopeenhellingrijdt.
•Stopnietopeenhelling,zekernietalsueen
ladingvervoert.Stoppentijdensdeafdalingvan
eenhellingkostmeertijddanopvlakterrein.Alsu
demachinetotstilstandmoetbrengen,magude
snelheidnietteabruptverminderen,omdatdan
dekansbestaatdatdemachineomslaatofgaat
rollen.Trapnietteabruptophetrempedaalals
uachterwaartsrolt,omdatdemachinedankan
omslaan.
Demachinebeladen
Hetgewichtvandeladingkanveranderingbrengenin
hetzwaartepuntvandeWorkmanendewijzewaarop
udemachinemoetgebruiken.Omtevoorkómen
datudecontroleoverdemachineverliestwaardoor
lichamelijkletselkanontstaan,moetudevolgende
richtlijneninachtnemen:
•Verminderhetgewichtvandeladingalsuopeen
hellingofoneffenterreinrijdtomtevoorkomendat
hetvoertuigomkanteltofomslaat.
•Denkeromdatvloeibareladingkangaan
schommelen.Ditgebeurtmeestalalsudraait,een
hellingop-ofafrijdt,plotselinguwsnelheidwijzigt
ofalsuoveroneffenterreinrijdt.Alsdelading
gaatschuiven,kanhetvoertuigomslaan.
•Alsueenzwareladingvervoert,moetude
snelheidverminderenenervoorzorgendatde
remweglanggenoegis.Trapnietabruptophet
rempedaal.Weesextravoorzichtigophellingen.
•Weeseropbedachtdateenzwareladingde
remwegverlengtendemogelijkheidvermindert
omsneltedraaienzonderomteslaan.
Onderhoud
•Demachinemaguitsluitendwordenonderhouden,
gerepareerd,afgesteldengeïnspecteerddoor
vakbekwameenerkendetechnici.
•Voordatuonderhoudswerkzaamhedenaande
machineverrichtdezeafstelt,moetudemachine
opeenhorizontaaloppervlakparkeren,de
parkeerreminwerkingstellen,demotorafzetten
enhetsleuteltjeverwijderenomtevoorkomendat
iemanddemotorperongelukstart.
•Leegdetankvoordatuhetspuitsysteemkanteltof
vanhetvoertuigverwijdertenvoordathetsysteem
wordtgestald.
•Werknooitonderdemachinezonderde
steunstangonderdetank.
•Zorgervoordatalleaansluitstukkenvan
dehydraulischeleidingenvastzittenenalle
hydraulischeslangenenleidingeningoedestaat
verkerenvoordatudrukzetophethydraulische
systeem.
8

•Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleine
lekkenwaaruithydraulischevloeistofonderhoge
drukontsnapt.Ukuntlekkeninhethydraulische
systeemopsporenmetbehulpvankartonof
papier.Doeditnietmetuwhanden.
GEVAAR
Hydraulischevloeistofdieonderdruk
ontsnapt,kanvoldoendekrachthebben
omdoordehuidheentedringen,enletsel
veroorzaken.
Vloeistofdieindehuidisgeïnjecteerd,
dientbinnenenkeleurenoperatief
tewordenverwijderddooreenarts
diebekendismetdezevormvan
verwondingen,omdatandersgangreen
kanontstaan.
•Voordatuhethydraulischesysteemloskoppeltof
werkzaamhedendaaraanteverricht,moetualle
drukinhetsysteemopheffendoordemotorafte
zetten,destortklepvanophalennaarneerlatente
draaienen/ofdetankenwerktuigenneertelaten.
Alsdetankindeopgehaaldestandmoetblijven,
dientudezevasttezettenmetdebeveiliging.
•Omhetvoertuigingoedeconditietehouden,
moetuervoorzorgendatallemoeren,boutenen
schroevengoedzijnvastgedraaid.
•Omhetrisicovanbrandteverminderen,moetu
deomgevingvandemotorvrijvanovertolligvet,
gras,bladerenenaangekoektvuilhouden.
•Alsdemotormoetlopenomonderhouds-of
afstelwerkzaamhedenuittevoeren,moetuuw
kleding,handen,voetenenanderelichaamsdelen
uitdebuurtvandemotorenbewegendedelen
houden.Houdiedereenopafstand.
•Voorkomdatdemotorhetmaximaaltoelaatbare
toerentaloverschrijdt,doordatdeinstellingen
vandemotorzijnveranderd.Hetmaximale
motortoerentalis3650tpm.T enbehoevevande
veiligheideneennauwkeurigeafstellingmoetuhet
maximalemotortoerentaldooreenerkendeT oro
distributeurlatencontrolerenmeteentoerenteller.
•Indienbelangrijkereparatiesnodigzijnofhulpis
vereist,moetucontactopnemenmeteenerkende
Torodealer.
•Omdebesteprestatiesteverkrijgenenervoor
tezorgendatdeveiligheidscerticatenvande
machineblijvengelden,moetutervervanging
altijdorigineleonderdelenenaccessoiresvan
Toroaanschaffen.Gebruiktervervanging
nooitonderdelenenaccessoiresvanandere
fabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijnende
productgarantiekantenietdoen.
•ZiedeGebruikershandleidingvanuwWorkman
machinevooraanvullendeinformatieoverhet
onderhoud.
Veiligheids-eninstructiestickers
1.Automatisch–
dosisinstellinggesloten
circuit
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurder
enbevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeof
ontbrekendestickers.
120-0616
decal131-5808
131-5808
2.Handmatig–
dosisinstellingopencircuit
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding;gebruik
vers,schoonwatervooreerstehulpbijongevallen.
decal120-0616
9

decal120-0622
120-0622
1.Waarschuwing–Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Waarschuwing–Stapniet
indespuittank.
3.Brandgevaarchemische
stoffen;gevaarvoor
inademingvangiftige
gassen–draaghand-,
huid-enoogbescherming;
beschermuwluchtwegen.
decal104-8904
104-8904
1.Neemdespuitboomhiervast.
decal127-6976
127-6976
1.Verminderen2.Verhogen
1.Inhoudtank
decal120-0617
120-0617
1.Amputatiegevaarvande
decal119-9434
119-9434
hand,knelpunt–blijfuit
debuurtvanbewegende
scharnierpunten.
2.Pletgevaar–houd
omstandersuitdebuurt
vandemachine.
10

125-4052
1.Linkerspuitboomomhoog4.Rechterspuitboomomlaag
2.Linkerspuitboomomlaag5.Tankspoeling
in-/uitschakelen
3.Rechterspuitboom
omhoog
6.Sonischespuitboom
in-/uitschakelen
125-8139
1.Spuitboomsproeiersin-/uitschakelen
decal125-4052
decal125-8139
127-3966
1.Leesde
Gebruikershandleiding
voorinformatieoverde
zekeringen.
2.30A–T ankspoeling
3.2A–TEC-regelaar6.15A–Spuitboom
decal127-3966
4.7,5A–TECregelaaroutput
5.10A–Contactslot
1.Gevaaromachteroverte
kantelen–Tileenvolle
tanknietop;verplaats
demachinenietmeteen
opgetildetank;tilalleen
eenlegetankop;verplaats
demachinealleenalsde
tankneergelatenis.
2.Gevaaropelektrocutie,
bovengrondseelektrische
leidingen–controleer
hetwerkterreinop
bovengrondseelektrische
leidingenvoordatubegint
tewerken.
11
decal127-3936
127-3936
3.Pletgevaar–houd
omstandersuitdebuurt
alsudetankneerlaat.

decal127-6981
127-6981
1.Omloop-retourstroom3.Spuitenmetspuitbomen
2.Stroom
decal127-3937
127-3937
1.Waarschuwing–niet
betreedbaar.
2.Waarschuwing–blijf
uitdebuurtvanhete
oppervlakken.
3.Risicoomgegrepente
worden,riem–blijfop
afstandvanbewegende
delen;zorgdatalle
beschermendedelenop
hunplaatszijn.
decal127-6982
127-6982
1.Omloop-retourstroom2.Spuitenmetspuitbomen
decal127-6979
127-6979
1.Omloop-retourstroom
2.Stroom
3.Mengstroom
decal127-6984
127-6984
1.Stroom2.Brandstof-retourstroom
12

decal130-8294
130-8294
1.Linkerspuitboom
2.Sproeierlinkerspuitboom
3.Sproeierlinkerspuitboom
4.Middelstespuitboom
5.Sproeiermiddelste
spuitboomaan
6.Sproeiermiddelste
aan
spuitboomuit
9.Sproeierrechterspuitboom
uit
10.Snelheid
13.Mengen
14.Mengenaan
7.Rechterspuitboom11.V ersnellen15.Mengenuit
uit
8.Sproeierrechterspuitboom
12.Vertragen
aan
13

Montage
Losseonderdelen
Gebruikonderstaandelijstomtecontrolerenofalleonderdelenzijngeleverd.
Procedure
1
2
3
4
Geenonderdelenvereist
Achteraftakas,Workman-voertuigvoor
zwaargebruik(modellenuitdeHD-serie
metmanueletransmissie)
EgalisatiesetvoorMultiProWM
gazonspuitmachine,Workman
multifunctioneelvoertuigmetmanuele
transmissie(modellenuitdeHD-serie
metmanueletransmissie)
EgalisatiesetvoorMultiProWM
gazonspuitmachine,Workman
multifunctioneelvoertuigmetmanuele
transmissie(modellenuitdeHD-serie
metmanueletransmissie)
EgalisatiesetvoorMultiProWM
gazonspuitmachine,Workman
multifunctioneelvoertuigmet
automatischetransmissie(model
HDX-Auto)
Bevestigingsbeugels2
Tankentankframe
Gaffelpennen
Borgpen2
R-pennen2
Lynchpennen4
Bout(½"x1½")
Moeren(½")
Omschrijving
Hoeveel-
heid
–
1
1
1
1
1
2
2
2
Deaanwezigelaadbakverwijderen.
Demontagevandemiddelste
spuitboomvoorbereiden.
Debevestigingsbeugelsvanhet
werktuigmonteren.
Hettankframemonteren.
Gebruik
5
6
7
8
9
Geenonderdelenvereist
Geenonderdelenvereist
Geenonderdelenvereist
Geenonderdelenvereist
Montagebeugelvoorpaneel1
Flensborgmoer(5/16")
Flenskopbout(5/16")
Plasticlagerbus2
Bedieningspaneel1
Borgpen1
Handknop1
14
–
–
–
–
3
3
Hetaftapventielmonteren.
Deaccuafkoppelen.
Dekabelboomvandesnelheidssensor
aansluiten.
Desproeierpompaankoppelen.
Hetbedieningspaneelopdemachine
monteren.

Procedure
J-clips3
10
11
12
13
14
15
16
18
19
20
Bout(¼"x¾")
Flensmoer(¼")
Zekeringsticker(127-3966)
Boutvanaccupool2
Klemmoer2
Kapje–breed(accupool–rood)
Bout(½"x1½")
Borgmoer(½")
Middelstespuitboom1
Bout(⅜"x1")
Flensborgmoer(⅜")
Transporthoudervanspuitbomen2
Bout(½"x1¼")
Flensmoer(½")
Linkerspuitboom1
Rechterspuitboom1
Flenskopbouten(⅜"x1¼")
Steunplaten
Flensborgmoeren(⅜")
Gaffelpen
R-pen2
Slangklemmen
R-klem2
Borstbout2
Ring2
Moer2
Watertank1
90°knie(¾"NPT)
90°tapkraan
Bevestigingsplaatvandewatertank1
Montageband4
Flenskopbout(5/16"x⅝")
Flensborgmoer(5/16")
Steunbuis(watertank)
Contramoer(5/16")
Bout(5/16"x1")
Borstbout(½"x1-15/16")
Bout(5/16"x2¼")
Ring(5/16")
Anti-overloopaansluiting1
Flenskopbout(5/16"x¾")
Geenonderdelenvereist
Omschrijving
Hoeveel-
heid
1
1
1
1
2
2
10
10
4
4
8
8
8
2
3
1
1
4
10
1
1
1
2
2
2
1
–
Hetbedieningspaneelopdemachine
monteren.
Hetbedieningspaneelendekabelboom
monteren.
Dekabelboomvandespuitmachine
verbindenmetdeaccu.
Hettankframelatenzakken.
Despuitboommonteren.
Delinker-enrechterspuitboom
monteren.
Despuitboomslangenmonteren.
Dewatertankplaatsen.
Deanti-overloopaansluitingmonteren.
Deverenvanhetspuitboomscharnier
controleren.
Gebruik
15

Procedure
Voorsteassteun2
Achtersteassteun2
Borgpen4
21
22
Gaffelpen(4½")
Gaffelpen(3")
Knop2
Gebruikershandleiding
Instructiemateriaalvoordegebruiker1
Registratiekaart1
Selectiegids
Controlelijstvoorlevering
Omschrijving
Hoeveel-
heid
2
2
1
1
1
Deassteunenopslaan(optioneel).
Leesdehandleidingenenbekijk
hetinstructiemateriaalvoordatude
machineingebruikneemt.
Gebruik
16

Belangrijk:VoordeMultiProWMgazonspuitmachinemoeteenrolbeugelmet4stangenofcabine
gemonteerdwordenopdeWorkman.
Opmerking:Bepaalvanuitdenormalebedieningspositiedelinker-enrechterzijdevandemachine.
1
Deaanwezigelaadbak
verwijderen
Geenonderdelenvereist
Procedure
VOORZICHTIG
Devolledigelaadbakweegtongeveer95kg.
Ukuntgewondrakenalsudelaadbakzonder
hulpprobeertteverwijderen.
•Probeerdelaadbaknietinuweentjete
monterenofteverwijderen.
•Laat2of3mensenuhelpenofgebruikeen
kraan.
1.Uiteindevancilinderstang4.Borgpen
2.Bevestigingsplaatvan
laadbak
3.Gaffelpen6.Voorstesleuven(⅔bed)
Figuur3
5.Achterstesleuven
(completelaadbak)
g002368
1.Zetdemachineopeenhorizontaalvlak,stelde
parkeerreminwerkingenzetdemotoraf.
2.Zetdehydraulischehefhendelnaarvorenen
laatdelaadbakzakkentotdegaffelpennen
vandehefcilindersaandekantvande
cilinderstangloszittenindemontagesleuven
vandemontageplatenvandelaadbak.
3.Zetdehydraulischehefhendelvrij,schakel
devergrendelingvanhethydraulische
hefsysteeminenzetdemotoruit;raadpleegde
Gebruikershandleidingvanuwmachine.
4.Verwijderdelynchpennenvandeuiteindenvan
degaffelpennenvandecilinderstang(Figuur3).
5.Verwijderdegaffelpennenwaarmeede
uiteindenvandecilinderstangbevestigdzijnaan
demontageplatenvandelaadbak;drukhierbij
depennennaardemiddellijnvandemachine
(Figuur3).
6.Verwijderdelynchpennenengaffelpennen
waarmeededraaibeugelsvandelaadbak
bevestigdzijnaandeframekanalenvande
machine(Figuur4).
17

Figuur4
1.Linkerhoekvanachterzijde
vanlaadbak
2.Framebalkvanvoertuig5.Borgpen
3.Draaiplaat
7.Hefdelaadbakvanhetvoertuig.
8.Sladehefcilindersopindeopslagklemmen.
2
Demontagevanhet
tankframevoorbereiden
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
Achteraftakas,Workman-voertuigvoorzwaargebruik
1
(modellenuitdeHD-seriemetmanueletransmissie)
EgalisatiesetvoorMultiProWMgazonspuitmachine,
Workmanmultifunctioneelvoertuigmetmanuele
1
transmissie(modellenuitdeHD-seriemetmanuele
g002369
4.Gaffelpen
Deachteraftakasmonterenop
Workman-voertuigenvoorzwaar
transmissie)
EgalisatiesetvoorMultiProWMgazonspuitmachine,
Workmanmultifunctioneelvoertuigmetmanuele
1
transmissie(modellenuitdeHD-seriemetmanuele
transmissie)
EgalisatiesetvoorMultiProWMgazonspuitmachine,
1
Workmanmultifunctioneelvoertuigmetautomatische
transmissie(modelHDX-Auto)
gebruik(modellenuitdeHD-serie
metmanueletransmissie)
VoorWorkman-modellenuitdeHD-enHDX-serie
meteenmanueletransmissiedientudevolledige
montageprocedurevandeachteraftakasvoor
Workman-voertuigenvoorzwaargebruikuitte
voeren;raadpleegdeMontage-instructiesvande
achteraftakasvoorWorkman-voertuigenvoorzwaar
gebruik.
Setvooreenhydraulischsysteem
methogestromingvoorWorkman
HDXmultifunctioneelvoertuigmet
automatischetransmissie(Niet-TC
modelHDX-Auto)
Voerdevolledigemontageprocedurevandeset
vooreenhydraulischsysteemmethogestroming
voorWorkmanHDXmultifunctionelevoertuigen
metautomatischetransmissieuit;raadpleeg
deMontage-instructiesvandesetvooreen
hydraulischsysteemmethogestroming,Workman
HDXmultifunctioneelvoertuigmetautomatische
transmissie.
18

Hetframevandesproeieroptillen
Gebruikeenhefwerktuigmeteenhefvermogenvan
408kgomhettankframevandeverzendkisttetillen.
Bevestighetwerktuigaandehefpunten(2vooraanen
2achteraan)(Figuur5).
3
Debevestigingsbeugels
Opmerking:Zorgdathettankframehooggenoeg
getildisomdekrikkenteplaatsen.
Figuur5
1.Hefpuntachteraan2.Hefpuntvooraan
EgalisatiesetvoorMultiPro
voorhettankframe
monteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
2Bevestigingsbeugels
Procedure
1.Verwijderde2achtersteenskopboutenen2
ensborgmoerenwaarmeedesteunbeugelvoor
demotorbuisbevestigdisaanhetframevande
machine(Figuur6).
Opmerking:Bewaardebevestigingenvoor
g023738
toekomstiggebruik.
Workmangazonspuitmachine
(modellenuitdeHD-seriemet
manueletransmissie)
VoorWorkman-modellenuitdeHD-enHDX-serie
meteenmanueletransmissiedientudestappenvan
deMultiProWMgazonspuitmachine-egalisatieset
voorWorkman-voertuigenmetmanueletransmissie
uittevoeren;raadpleegdeMontage-instructies
vandeegalisatiesetvoordeMultiProWM
gazonspuitmachine,Workmanmultifunctioneel
voertuigmetmanueletransmissie.
EgalisatiesetvoorMultiPro
Workmangazonspuitmachine
(modelHDX-Auto)
VoorWorkman-modellenuitdeHDX-seriemet
automatischetransmissiedientudestappenvan
deMultiProWMgazonspuitmachine-egalisatieset
voorWorkmanmultifunctionelevoertuigenmet
automatischetransmissieuittevoeren;raadpleeg
deMontage-instructiesvandeegalisatiesetvoor
deMultiProWMgazonspuitmachine,Workman
multifunctioneelvoertuigmetautomatische
transmissie.
Figuur6
1.Achterstegat–
steunbeugel(motorbuis)
2.Flensborgmoer
3.Flenskopbout
2.Draaidehefcilinderzodaterruimteisvoorde
montagevandebevestigingsbeugelvoorhet
tankframe(Figuur6).
3.Monteerdebevestigingsbeugelsopde
steunbeugelenhetframe;gebruikhierbijde
2enskopboutenendeensborgmoerdieu
verwijderdhebtinstap1(Figuur7).
4.Steunbuisvanmotor
5.Hefcilinder
g028410
19

1.Steunbeugel(motorbuis)
2.Bevestigingsbeugel
(tankframe)
Figuur7
4
Hettankframemonteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
Tankentankframe
2
Gaffelpennen
2Borgpen
g028421
3.Flenskopbouten
4.Hefcilinder
2R-pennen
4Lynchpennen
2
Bout(½"x1½")
2
Moeren(½")
4.Draaideboutenenmoerenaanmet91tot
113N·m.
5.Herhaalstap1en4aandeanderekantvande
machine.
Procedure
GEVAAR
Bijhetomgaanmetdespuittankconstructie
moeturekeninghoudenmeteenrisicoop
opgeslagenenergie.Alsdeconstructie
nietgoedisvastgezetbijhetmonterenof
verwijderen,waardooruofanderenletsel
kunnenoplopen.
Gebruikaltijdriemeneneenhenrichting
omdespuittankconstructieteondersteunen
tijdensmonteren,verwijderenen
onderhoudswerkzaamhedenwaarbiju
bevestigingsmateriaalverwijdert.
1.Gebruikeenhenstallatieomhettankframe
(Figuur8)optetillenenplaatsdezeophet
framevandemachinemetdepompende
kleppennaarachterengericht.
Opmerking:Vraagiemandomutehelpenbij
devolgendestappen.
20

Figuur8
1.Hefpuntachteraan2.Hefpuntvooraan
2.Laathettankframelangzaamophetframevan
demachinezakken.
3.Schuifdehefcilindersuittotdebeugelsvan
hettankframe,enlijndecilinderttingsuitmet
deopeningenindebeugelsvanhettankframe
(Figuur9).
g022354
g023738
1.Borgpen2.Lynchpen
Figuur10
6.Monteereenborgpenen2lynchpennenaan
descharnierendelipomhettankframete
bevestigenaanhetframevandemachine
(Figuur10).
7.Schuifdehefcilindersnaarbuitenomdetank
omhoogtebrengenenhetgewichtervante
ondersteunen.
Opmerking:Maakdetanklosvanhet
hefwerktuig.
8.Verwijderdelaadbakbeveiligingvande
opberghakenopdeachterkantvanhetpaneel
vanderolbeugel(Figuur11).
Figuur9
1.R-pen
2.Gaffelpen
3.Hefcilinders
4.Bevestighettankframeaanbeidezijden
vandemachineaandehefcilindersmetde
gaffelpennenendeR-pennen.
5.Houddeopeningenindescharnierendelippen
aandeachterkantvanhettankframerechtvoor
deopeningenindedraaibuisvandelaadbak
aanhetuiteindevanhetmachineframe(Figuur
10).
g022353
g002397
Figuur11
1.Laadbakbeveiliging
9.Drukdelaadbakbeveiligingopdecilinderstang,
waarbijuervoormoetzorgendatdebeide
uiteindenvandelaadbakbeveiligingrustenop
hetuiteindevandecilinderbusenhetuiteinde
vandecilinderstang(Figuur12).
21

Figuur12
g009164
Figuur13
g213728
1.Laadbakbeveiliging
2.Hefcilinder
3.Steunframe
5
Hetaftapventielmonteren
Geenonderdelenvereist
Procedure
1.Verwijderdekabelbinderwaarmeehet
aftapventielendeslangvandespuittankaan
hetkanaalvandesteunzijnbevestigd(Figuur
13).
1.Aftapklep
2.Kabelbinder
2.Zethetaftapventielendeslangaande
buitenkantvanhetkanaalvandesteun(Figuur
14A).
3.Kanaalvansteun
22

6
Deaccuafkoppelen
Geenonderdelenvereist
Procedure
WAARSCHUWING
Alsaccukabelsverkeerdwordenverbonden,
kanditschadeaandespuitmachineen
dekabelstotgevolghebbenenvonken
veroorzaken.Hierdoorkunnenaccugassen
totontplofngkomenenlichamelijkletsel
veroorzaken.
Maakaltijdeerstdeminkabel(zwart)van
deacculosvoordatudepluskabel(rood)
losmaakt.
Figuur14
1.Aftapventiel3.Beugelvanaftapventiel
2.Flenskopbout(5/16"x⅝")
3.Verwijderde2enskopbouten(5/16"x⅝")uit
debehuizingvanhetaftapventiel(Figuur14).
4.Bevestighetaftapventielaandebeugelvan
hetaftapventiel(Figuur14B);gebruikde2
enskopbouten(5/16"x⅝")dieuverwijderd
hebtinstap3.
5.Draai2enskopboutenmetdehandvast
(Figuur14B).
WAARSCHUWING
Accupolenofmetalengereedschappen
g213726
kunnenkortsluitingmakenmetmetalen
onderdelenvandemachine,waardoor
vonkenkunnenontstaan.Hierdoorkunnen
accugassentotontplofngkomenen
lichamelijkletselveroorzaken.
•Zorgervoordatbijhetverwijderenof
installerenvandeaccudeaccupolen
nietinaanrakingkomenmetmetalen
onderdelenvandemachine.
•Voorkomdatmetalengereedschappen
kortsluitingveroorzakentussende
accupolenenmetalenonderdelenvande
machine.
1.Knijpdezijkantenvanhetaccudekselsamen
omdelipjesuitdegleuvenindeaccubasis
tenemenenverwijderhetaccudekselvande
accubasis(Figuur15).
23

Figuur15
1.Gleuf(accubasis)3.Lipje(accudeksel)
2.Deksel(pluspoolvande
accu)
2.Schuifhetdekselnaarachterenenkoppelde
minpoolvandeaccu(Figuur15).
4.Accupool(minkabelvan
deaccu)
g024088
g028456
1.Aansluitingenvandebestaandesnelheidssensor
3.Sluitdevoertuigstekkermet3pinnenvande
spuitmachinekabelboomaanopdeaansluiting
met3contactenvandekabelboomvande
machine.
Figuur16
3.Koppeldepluspoollosvandeaccu(Figuur15).
7
Dekabelboomvande
snelheidssensoraansluiten
Geenonderdelenvereist
Dekabelboomvande
snelheidssensoraansluiten
(modellenuitdeHD-seriemet
manueletransmissie)
1.Zoekaandesproeierkabelboomdeaansluiting
met3contactenvandesnelheidssensorende
stekkermet3pinnenvanhetvoertuigcircuit.
2.Aandetransaxlevandemachinesluitude
stekkermet3pinnenvandemachinekabelboom
voordesnelheidssensoraanopdeaansluiting
met3contactenvandespuitmachinekabelboom
voordesnelheidssensor(Figuur16).
Dekabelboomvande
snelheidssensoraansluiten
(modelHDX-Auto)
1.Zoekaandesproeierkabelboomdeaansluiting
met3contactenvandesnelheidssensor(Figuur
17).
24

Figuur17
1.Stekkermet3
pinnen(kabelboom
vandemachine–
snelheidssensor)
2.Aansluitingmet3
contacten(kabelboom
vandespuitmachine–
snelheidssensor)
3.Hydraulischetank6.Rechterkantvande
2.Sluitdestekkermet3pinnenvande
machinekabelboomvoordesnelheidssensor
aanopdeaansluitingmet3contacten
vandespuitmachinekabelboomvoorde
snelheidssensor(Figuur17).
4.Achterframebuis
5.Achterkantvanmachine
machine
8
Desproeierpomp
aankoppelen.
Montage-instructiesvandeegalisatiesetvoor
deMultiProWMgazonspuitmachine,Workman
multifunctioneelvoertuigmetautomatische
transmissie.
9
Hetbedieningspaneelop
demachinemonteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
g028436
1Montagebeugelvoorpaneel
3
Flensborgmoer(5/16")
3
Flenskopbout(5/16")
2Plasticlagerbus
1Bedieningspaneel
1Borgpen
1Handknop
Montagebeugelvoorpaneel
bevestigen
Opmerking:OpsommigeWorkman-voertuigen
wordtdebevestigingsplaatvanhetbedieningspaneel
ophetdashboardgemonteerdopdeplaatswaarde
beugelvoordeoptionelegashendelisgemonteerd.
Alsdegashendelsetisgemonteerd,moetudebeugel
vandegashendelvanhetdashboardverwijderen,
debevestigingsplaatvandebedieningskastuitlijnen
methetdashboard,endegashendelbeugelbovenop
debevestigingsplaatmonteren.Raadpleegde
Montage-instructiesvandegashendelsetomnate
gaanhoeudegashendeldientteverwijderenente
monteren.
Geenonderdelenvereist
Procedure
•VoormodellenuitdeHD-seriemetmanuele
transmissiekoppeltudeaftakasaanopde
transaxle;raadpleegdeMontage-instructies
vandeegalisatiesetvoordeMultiProWM
gazonspuitmachine,Workmanmultifunctioneel
voertuigmetmanueletransmissie.
•VoorHDX-Auto-modellenkoppeltude
hydraulischemotorslangenaanopde
snelkoppelingenvanhetpaneelvoor
hogehydraulischestroming;raadpleegde
1.Verwijderde3boutenen3moerenwaarmeehet
dashboardonderaaninhetmiddenbevestigdis
aandebevestigingsbeugelvanhetdashboard
(Figuur18).
Opmerking:Opsommigeoudere
Workman-modellenworden4boutenen
ensmoerengebruikt.
Opmerking:Gooideboutenenmoerenweg.
25

2.Monteerhetbedieningspaneelop
demontagebeugelenbevestighet
bedieningspaneelmetdeborgpen(Figuur19).
Opmerking:Zorgdatdeborgpenoverde
draaipengedraaidiszodatdeborgpenstevig
vastzit.
Figuur18
1.Bout
2.Moer6.Flenskopbouten
3.Dashboard(onderaanin
hetmidden)
4.Montagebeugel
(bedieningspaneel)
5.Lagerbus(plastic)
(5/16"x1")
7.Flensborgmoeren(5/16")
2.Lijndegatenindemontagebeugelvoorhet
bedieningspaneeluitmetdegatendieugeboord
hebtinhetdashboardendesteunbeugel(Figuur
18).
3.Bevestigdemontagebeugel,hetdashboard
endesteunbeugelmetde3enskopbouten
(5/16"x1")en3ensborgmoeren(5/16").
4.Draaideboutenenmoerenvast(Figuur18).
5.Steekde2plasticlagerbusseninde
montagebeugel(Figuur18).
Hetbedieningspaneelopde
g028408
g033521
Figuur19
1.Borgpen3.Bevestigingsbeugelvan
2.Draaipen
(bedieningspaneel)
bedieningspaneel
4.Handknop
3.Monteerdehandknopendraaidezevastom
tevoorkomendathetpaneeldraaittijdensde
bediening(Figuur19).
machinemonteren
1.VerwijderdeR-penwaarmeededraaipen
vanhetbedieningspaneelbevestigdisaande
opberghaakopdesproeiertank.
26

10
Deelektriciteitskabelsvoor
despuitmachinemonteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
3J-clips
1
Bout(¼"x¾")
1
Flensmoer(¼")
g028443
Figuur21
ModelHDX-Auto
Deachterstekabelboomvan
despuitmachinenaarhet
bedieningspaneelleiden
1.Bevestig2J-clipsmetdeaanwezigeschroeven
aanhetmiddelstebedieningspaneelopde
plaatsendieaangegevenzijninFiguur20of
Figuur21.
Figuur20
ModellenuitdeHD-seriemetmanueletransmissie
1.Middelste
bedieningspaneel
2.J-clip4.Kabelboomvan
2.MonteereenJ-clipachterdebestuurdersstoel
(Figuur22)metbehulpvaneenbout(¼"x½")
eneenensmoer(¼").
g002507
3.Aanwezigeschroeven
bedieningskast
g024089
Figuur22
1.J-clip3.Kabelboomvan
bedieningskast
2.Aanwezigeschroeven4.Middelste
bedieningspaneel
1.J-clip
3.Bevestigdekabelboomvanhetbedieningspaneelaanhetbedieningspaneelendekapvan
derolbeugelmetbehulpvanJ-clips(Figuur22).
27

Deachterstekabelboomaansluitenopdevoorstekabelboombij
hetbedieningspaneel
11
1.Lijnde2sleuvenvandestekkermet38
pinnenvandeachterstekabelboomvoor
despuitmachineuitmetde2groeveninde
connectormet38contactenvandevoorste
kabelboomdieaanhetbedieningspaneel
bevestigdis(Figuur23).
Dezekeringenhoudervan
despuitmachinemonteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
Zekeringsticker(127-3966)
Procedure
1.Leidbijhetbedieningspaneelvande
spuitmachinedeaftakkingvandevoorste
kabelboommetdezekeringhouderstussende
onderkantvanhetdashboardendedwarsbuis
vanhetmachinechassis,enomlaagnaar
devoorzijdevandezekeringhoudervande
machine(Figuur24).
Figuur23
1.Connectormet38bussen
(voorstekabelboom–
bedieningspaneel)
2.Uitlijningsgroeven
2.Sluitdeconnectorvandeachterstekabelboom
aanopdievandevoorstekabelboom;zorgdat
devergrendelingenvandeconnectorsinelkaar
klikken(Figuur23).
3.Connectormet38pennen
(achterstekabelboom–
spuitmachine)
g033524
g033528
Figuur24
1.Zekeringhouders
(voorstekabelboom–
bedieningspaneel)
2.Zoekdeniet-geïsoleerdeaansluitingaanhet
uiteindevandevrije,gelestroomdraadvan
dezekeringhoudervoordemachine,ende
geïsoleerdeplatteaansluitingaanhetuiteinde
2.Dwarsbuis
(machinechassis)
28

vandegelestroomdraadvooroptiesvan
dezekeringhoudervandebedradingvande
spuitmachine(Figuur25).
Figuur25
g033529
1.Niet-geïsoleerde
aansluiting(gele
optionelevoedingskabel
–zekeringhoudervan
spuitmachine)
2.Geïsoleerdeplatte
aansluiting(gele,
optionelevoedingskabel
–zekeringhoudervan
spuitmachine)
3.Achterkantvanmachine6.Zekeringhouder
4.Zekeringhouder
(spuitmachine-bedrading)
5.Niet-geïsoleerde
aansluiting(gele
voedingskabel–
zekeringhoudervan
machine)
(machinebedrading)
3.Verbinddeniet-geïsoleerdeaansluitingvan
dezekeringhoudervoordemachinemet
degeïsoleerdeplatteaansluitingvande
zekeringhoudervandespuitmachine(Figuur
25).
4.LijndeT-ttingsvandezekeringhoudervan
despuitmachineuitmetdeT-sleuvenvande
zekeringhoudervoordemachineenschuif
dezekeringhoudervandespuitmachineinde
sleuventotdezekeringhoudernietverderkan
(Figuur26).
Figuur26
1.Achterkantvanmachine4.T-sleuven
2.T-ttings(zekeringhouder
voordespuitmachine)
3.Zekeringhoudervoorde
spuitmachine
(zekeringhoudervan
demachine)
5.Zekeringhoudervande
machine
5.Brengdezekeringstickeraanindebuurtvande
zekeringhoudervandespuitmachine.
g028445
29

12
Dekabelboomvande
spuitmachineverbinden
metdeaccu
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
2Boutvanaccupool
2Klemmoer
1
Kapje–breed(accupool–rood)
Depluspoolvandeaccu
g033559
Figuur27
voorbereiden
WAARSCHUWING
Alsaccukabelsverkeerdwordengeleid,kan
ditschadeaandespuitmachineendekabels
totgevolghebbenenvonkenveroorzaken.
Hierdoorkunnenaccugassentotontplofng
komen,waardoorlichamelijkletselkan
ontstaan.
Sluitaltijddepluskabel(rood)vandeaccu
aanvoordatudeminkabel(zwart)aansluit.
1.VerwijderdemoerenenT-boutenaande
klemmenvandeplus-enminkabelvandeaccu
(Figuur27).
Opmerking:UhebtdemoerenenT-bouten
nietmeernodig.
1.T-bout3.Plus-kabelvandeaccu
(machine)
2.Moer4.Min-kabelvandeaccu
(machine)
2.Verwijderhetsmallekapjevandeplus-kabel
vandeaccu(Figuur28).
Opmerking:Uhebthetsmalleaccukapjeniet
meernodig.
30

Figuur29
g033560
Figuur28
1.Kapje–smal(accupool–
rood)
2.Plus-kabelvandeaccu
(machine)
3.Kapje–breed(accupool–
rood)
3.Brenghetbredeaccukapjeaanopdeplus-kabel
vandeaccu;zieFiguur28.
Opmerking:Schuifhetkapjezoveroverde
kabelsdatubijdeaccuklemkunt.
4.Lijnhetringcontactvandezekeringdraad
(kabelboomvanspuitmachine)uitdoorhet
bredeaccukapje;zieFiguur29.
1.Kapje–breed(accupool–
rood)
2.Contact(zekeringdraad
–kabelboomvan
spuitmachine)
5.Monteerlosjeseenboutenklemmoeropde
klemvandeplus-enmin-kabel(Figuur30).
g033568
g033558
Figuur30
1.Boutvanaccupool3.Klemplus-kabel
2.Klemmoer4.Klemmin-kabel
6.Bevestighetringcontactvandezekeringdraad
(kabelboomvanspuitmachine)aandeboutvan
deaccupooldieumeteenklemmoeropde
pluskabelhebtbevestigd(Figuur31).
31

Figuur31
10.Knijpdezijkantenvanhetaccudekselsamen,
lijndelipjesvanhetdekseluitmetdegleuvenin
deaccubasisenlaathetaccudeksellos(Figuur
33).
g033561
1.Ringcontact
(zekeringdraad–
kabelboomvan
spuitmachine)
2.Plus-kabelvandeaccu
(machine)
3.Min-kabelvandeaccu
(machine)
4.Klemmoer
5.Boutvanaccupool
6.Ringcontact(minkabel
–kabelboomvan
spuitmachine)
7.Bevestigderingaansluitingvandemin-kabel
(zwart–kabelboomvanspuitmachine)aande
boutvandeaccupooldieumeteenklemmoer
opdemin-kabelhebtbevestigd(Figuur31).
8.Monteerdeplus-kabelvandeaccuopde
pluspoolvandeaccuendraaideklemmoer
metdehandvast(Figuur32).
Figuur33
1.Gleuf(accubasis)2.Lipje(accudeksel)
13
Hettankframelatenzakken
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
2
Bout(½"x1½")
2
Borgmoer(½")
Procedure
1.Startdemachineentilhettankframeeenbeetje
vandegrondmetdehefcilinders.
2.Verwijderdelaadbakbeveiligingvande
hefcilinderenplaatsdebeveiliginginde
opberghakenaandeachterzijdevanhetpaneel
vanderolbeugel(Figuur34enFiguur35).
g033557
Figuur32
1.Kapje–nieuw(accupool–
rood)
2.Pluspoolvandeaccu
3.Minpoolvandeaccu
9.Monteerdeminkabelvandeaccuopde
minpoolvandeaccuendraaideklemmoermet
dehandvast.
g033567
g033569
Figuur34
32

8.Maakdebevestigingsbeugelvanhettankframe
aanbeidekantenvandemachinevastaande
laadbakbeugelophetframe;gebruikhierbijeen
bout(½"x1½")eneenborgmoer(½")zoals
wordtgetoondinFiguur36.
9.Haaldeboutenborgmoeraanmet91tot
113N·m.
10.Herhaalstappen7totenmet9voordeandere
kantvanhettankframeendemachine.
g002397
Figuur35
1.Laadbakbeveiliging
14
Demiddelstespuitboom
3.Gebruikhefcilindersomdetanklangzaamop
hetframetelatenzakken.
Opmerking:Laateenanderepersoonhet
tankframeindegatenhoudenterwijlhetzakt.
Controleeropslangenendradendiegekneldof
geplooidkunnenworden.
4.Controleerofhettankframerechtophetframe
vandemachinestaat.
5.Verwijderdeinspectieluikenaanweerszijden
vanhettankframe(Figuur36).
Figuur36
monteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1Middelstespuitboom
10
Bout(⅜"x1")
10
Flensborgmoer(⅜")
2Transporthoudervanspuitbomen
4
Bout(½"x1¼")
4
Flensmoer(½")
Monterenvandetransporthouders
vandespuitbomen
1.Bevestigeenhefwerktuigaandemiddelste
spuitboomenneemdezeuitdeverzendkist.
2.Plaatsdetransporthoudersvandespuitbomen
opeenlijnmetdemiddelstespuitboom(Figuur
g022355
37).
1.Inspectieluik
2.Bout(½"x1½")
6.Controleerofdeslangenenbedradingdieu
kuntziendoordeopeninginhettankframe
bekneldofgekniktzijn.
3.Borgmoer(½")
Belangrijk:Alserslangenofkabelsophet
tankframebekneldofgekniktzijn,moetu
hettankframeoptillen,depositieveranderen
endebetreffendeslangenofkabelsweer
vastzetten.
7.Plaatsdevoorstebevestigingsbeugelsopeen
lijnmetdebevestigingsbeugelsdieueerder
hebtgemonteerdin3Debevestigingsbeugels
voorhettankframemonteren(bladz.19).
33

Figuur37
onderstegatindespuitboomdragersvanhet
tankframevandespuitmachine;zieFiguur39.
Opmerking:Zetindiennodigde
spuitboomdragerslosensteldezeafop
basisvandemiddelstespuitboomomde
openingenbeteruittelijnen.Haaldeboutenen
moerenaanmet67tot83N·m.
g028458
1.Transporthoudervan
spuitbomen
2.Bouten(⅜"x1")5.Flensborgmoer(⅜")
3.Verticaleopeningen
(middelstespuitboom)
4.Horizontaleopening
(middelstespuitboom)
3.Bevestigdehoudersaandespuitboom(Figuur
37enFiguur38);gebruikhierbij6bouten
(⅜"x1")en6ensborgmoeren(⅜").
Figuur38
1.Borgmoeren(⅜")
4.Haaldeboutenenmoerenaanmet37tot
45N·m.
Demiddelstespuitboomophet
tankframemonteren
1.Schakeldemachinein,verwijderde
laadbakbeveiligingvandehefcilinderenberg
debeveiligingop,laathettankframezakken,
schakeldemachineuitenhaalhetsleuteltjeuit
destartschakelaar.
2.Lijnhetonderstegatindemontagebeugelsvan
demiddelstespuitboomuitmethetoptweena
g028460
Figuur39
1.Borgmoer(½")
2.Optweenaonderstegat
(spuitboomdrager)
3.Montagebeugelvan
spuitboomgedeelte(links)
4.Montagebeugelvan
spuitboomgedeelte
(rechts)
5.Bout(½"x1¼")
3.Monteerdemiddelstespuitboomaanhet
tankframevandespuitmachine;gebruikhierbij
4bouten(½"x1¼")en4borgmoeren(½").
4.Haaldeboutenenmoerenaanmet67tot
83N·m.
Deslangenenkabelsvoor
g028459
dehefklepvandespuitboom
aankoppelen.
•VoormodellenuitdeHD-seriemetmanuele
transmissieraadpleegtudemontage-instructies
vandeegalisatiesetvoordeMultiProWM
gazonspuitmachine,Workmanmultifunctioneel
voertuigmetmanueletransmissie.
•VoorhetmodelHDX-Autoraadpleegtude
montage-instructiesvandeegalisatiesetvoor
deMultiProWMgazonspuitmachine,Workman
multifunctioneelvoertuigmetautomatische
transmissie.
34

uiteindevandebuitenstespuitboomuitmetde
gatenindedraaibeugel.
15
Delinker-en
rechterspuitboom
monteren.
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1Linkerspuitboom
1Rechterspuitboom
8
Flenskopbouten(⅜"x1¼")
8
Steunplaten
8
Flensborgmoeren(⅜")
2
Gaffelpen
2R-pen
Procedure
Despuitbomenwegenelkongeveer14kg).
1.Verwijderde4enskopbouten(⅜"x1¼"),4
steunplatenen4ensborgmoeren(⅜")vande
scharnierbeugelvandemiddelstespuitboom.
2.Draaidedraaibeugelsaandeuiteindenvande
middelstespuitboomzodatdebeugelsverticaal
uitgelijndzijn(Figuur40).
Opmerking:Zorgervoordatde
spuitdoppenhoudersnaarachterenwijzen.
4.Monteerdescharnierplaatopdedriehoekige
plaatmetde4enskopbouten,4steunplatenen
4ensborgmoeren(Figuur40)dieuverwijderd
hebtinstap1.
5.Haaldeboutenenmoerenaanmet37tot
45N·m.
6.Lijnhetstanguiteindevandehefcilindervande
spuitboomuitmetdegateninhetmontagepunt
vandedraaibeugel(Figuur40).
Figuur41
1.Stanguiteinde(hefcilinder
vanspuitboom)
2.Montagepunt
(draaibeugel)
3.Gaffelpen(⅝"x4¾")
4.R-pen
g028738
Figuur40
1.Middelstespuitboom5.Driehoekige
2.Verlengstukvan
spuitboom
3.Scharnierplaat7.Flensborgmoeren(⅜")
4.Flenskopbouten
(⅜"x1¼")
3.Tildebuitenstespuitboomenopenlijndegaten
indedriehoekigebevestigingsplaataanhet
bevestigingsplaat
6.Steunplaten
7.Bevestighetstanguiteindeaandedraaibeugel;
gebruikhierbijeengaffelpeneneenR-pen
(Figuur40).
8.Herhaalstap1tot5aandeanderekantvande
middelstespuitboommetdetegenoverliggende
spuitboom.
Opmerking:Voordatudezeprocedure
voltooit,dientuervoortezorgendatde
spuitdoppenhoudersnaarachterenwijzen.
g028737
35

16
Despuitboomslangen
monteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
3
Slangklemmen
2R-klem
2Borstbout
2Ring
2Moer
Deslangenvandelinker-en
rechterspuitboommonteren.
1.Leiddeslangenvandespuitboomgedeelten
zoalswordtgetoondinFiguur42enFiguur43.
1.Moer4.Borstbout
2.Ring
3.R-klem
g028468
Figuur42
Slang–linkerspuitboom
7.Slangvanlinkerspuitboom
5.T-tting
6.Slangklem
36
8.Klepvanlinkerspuitboom

Slang–rechterspuitboom
g213727
Figuur43
1.Moer4.Borstbout
2.Ring
3.R-klem
5.T-tting
6.Slangklem
2.Bevestigdespuitboomslangenaandevoorzijde
vandemiddelstespuitboom(Figuur42en
Figuur43);gebruikhierbij1R-klem,1borstbout
(5/16"x1"),1borgmoer(5/16")en1ring(5/16").
3.Brengdeslangvandespuitboomaanoverde
geribdeT-ttingenzetdeslangvastmeteen
slangklem(Figuur42enFiguur43).
Opmerking:Brengeenlaagjevloeibarezeep
aanopdeslangribbelvandeT-ttingomde
slanggemakkelijkertekunnenmonteren.
4.Herhaalstap1totenmet3voordeslang
naardespuitboomaandeanderezijdevande
spuitmachine.
7.Slangvanrechterspuitboom
8.Klepvanrechterspuitboom
37

Deslangvandemiddelste
spuitboommonteren
1.Leiddeslangvandemiddelstespuitboomzoals
wordtgetoondinFiguur44.
2.Schuifdeaansluitingvandespuitdopopeen
ttingopeenspuitdoppenhouder.
3.Draaidespuitdoprechtsomtotdatdenokkenop
deaansluitingvastklikken.
4.Controleerofdeopeningvandespuitdop.
ZiedeMontage-instructiesvandespuitdoppenvoor
meerinformatie.
18
Figuur44
1.Boven4.Middelstespuitboomslang
2.T-tting
3.Slangklem
2.Brengdeslangvandespuitboomaanoverde
geribdeT-ttingvandemiddelstespuitboomen
zetdeslangvastmeteenslangklem(Figuur44).
5.Klepvanmiddelste
spuitboom
6.Voorkantvanmachine
Opmerking:Brengeenlaagjevloeibarezeep
aanopdeslangribbelvandeT-ttingomde
slanggemakkelijkertekunnenmonteren.
17
Despuitdoppenmonteren
Geenonderdelenvereist
g028471
Dewatertankplaatsen
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1Watertank
1
90°knie(¾"NPT)
1
90°tapkraan
1Bevestigingsplaatvandewatertank
4Montageband
4
Flenskopbout(5/16"x⅝")
10
Flensborgmoer(5/16")
1
Steunbuis(watertank)
1
Contramoer(5/16")
1
Bout(5/16"x1")
2
Borstbout(½"x1-15/16")
2
Bout(5/16"x2¼")
2
Ring(5/16")
Demontagebeugelmonterenop
Procedure
Despuitdoppenwaarmeeuchemischestoffenspuit,
zijnverschillend,afhankelijkvandebenodigde
gebruiksdosis;daaromwordendespuitdoppenniet
geleverdbijdemachine.Omdegoedespuitdoppen
teverkrijgen,dientucontactoptenemenmeteen
erkendeToroverdelerendezedevolgendeinformatie
teverschaffen:
•Deaanbevolengebruiksdosisinliterperhectare,
AmerikaansegallonsperacreofAmerikaanse
gallonsper1000vierkantevoet.
•Debeoogderijsnelheidvandemachinein
kilometersperuurofmijlperuur.
1.Schroefofsteekdespuitdopmeteenpakkingin
deaansluitingvoordespuitdop.
dewatertank
1.Monteerdewatertankopdebeugelvande
watertank;gebruikhierbijde2montagebanden,
4enskopbouten(5/16"x⅝")en4
ensborgmoeren(5/16")zoalsafgebeeldop
Figuur45.
Opmerking:Zorgdatdeknieendetapkraan
aandezelfdezijdevandetankzittenalsde
stickervandewatertank.
38

Figuur45
1.Bevestigingsplaatvande
watertank
2.Flensborgmoer(5/16")5.Flenskopbout(5/16"x⅝")
3.Watertank
4.Montageband
Desteunbuisvandetank
monteren
1.Lijndesteunbuisvandewatertankuitmethet
steunkanaalvandetank(Figuur46).
g033572
Figuur46
g033570
1.Contramoer(5/16")5.Bout(5/16"x1")
2.Steunbuis(watertank)6.Flensborgmoer(5/16")
3.Voorkantvanmachine
4.Bovenkantvande
machine
7.Lasmoer(steunkanaal–
watertank)
8.Borstbout(½"x1-15/16")
2.Haaldeboutenenmoerenaanmet20tot
25N·m.
2.Lijndeopeningenindesteunbuisuitmetde
openingeninhetkanaal(Figuur46).
3.Bevestigdebuisaanhetkanaal(Figuur46)
metde2borstbouten(½"x1-15/16")en2
ensborgmoeren(5/16").
4.Haaldeboutenenmoerenaanmet20tot
25N·m.
5.Schroefdecontramoer(5/16")indebout
(5/16"x1");zieFiguur46.
6.Schroefdebout(5/16"x1")endecontramoer
indelasmoeronderaanhetsteunkanaalvan
detank,endraaideboutendecontramoer
handmatigaan(Figuur46).
39

Detankplaatsen
Opmerking:VoordeMultiProWM
gazonspuitmachinemoeteenrolbeugelmet4
stangenofcabinegemonteerdwordenopde
Workman.
1.Monteerdewatertankendebeugelop
desteunbuis;gebruikhierbijde2bouten
(5/16"x2¼")en2ensborgmoeren(5/16")
zoalsafgebeeldopFiguur47.
19
Deanti-overloopaansluiting
monteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1Anti-overloopaansluiting
1
Flenskopbout(5/16"x¾")
Procedure
Plaatshetaansluitpuntopdeschroefdraadopeningin
detank(Figuur48)enzetdeaansluitingvastmeteen
enskopbout(5/16"x¾").
Figuur47
1.Bevestigingsplaatvan
watertank
2.Flensborgmoer(5/16")5.Bout(5/16"x2¼")
3.Steunbuis(watertank)
2.Haaldeboutenenmoerenaanmet20tot
25N·m.
4.Ring(5/16")
g033573
g208978
Figuur48
1.Aansluitpunt
2.Flensbout(5/16"x¾")
40

20
Deverenvanhet
spuitboomscharnier
controleren
Geenonderdelenvereist
Procedure
Belangrijk:Alshetspuitsysteemwordtgebruikt
terwijldeverenvanhetspuitboomscharnierde
verkeerdecompressiehebben,kandespuitboom
schadeoplopen.Meetdeverenendraaiindien
nodigdecontramoeraanomdeverensamente
drukkentot4cm.
Despuitmachinewordtgeleverdmetde
verlengstukkenvandespuitbomennaarvoren
geklapt,omdemachinegemakkelijktekunnen
verpakken.Deverenzijnindefabriekniethelemaal
vastgezetomdespuitbomenvoorvervoerindeze
standtezetten.Voordatdemachineingebruikwordt
genomen,moetdecompressievandeverencorrect
wordeningesteld.
1.Umoetindiennodighetverpakkingsmateriaal
verwijderenwaarmeederechterendelinker
spuitboomtijdenshetvervoerzijnvastgezet.
Figuur49
1.Veervan
spuitboomscharnier
2.Contramoer
4.Herhaaldezeprocedurevoorelkeveeropbeide
spuitboomscharnieren.
5.Zetdespuitbomenkruiselingsoverelkaarinde
transportstand.
Opmerking:ZieDetransporthoudervande
spuitbomengebruiken(bladz.61)voormeer
informatie.
3.4cm
g210326
2.Ondersteundespuitbomenalszijworden
uitgeklaptindespuitstand.
3.Meetbijhetspuitboomscharnierdecompressie
vandebovensteendeondersteverenalsde
spuitbomenzijnuitgeklapt(Figuur49).
A.Drukalleverensamentotze4cmlangzijn.
B.Indiennodigmoetudecontramoer
aandraaienomdeverensamentedrukken
tot4cm.
21
Deassteunenopslaan
(optioneel)
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
2Voorsteassteun
2Achtersteassteun
4Borgpen
2
Gaffelpen(4½")
2
Gaffelpen(3")
2Knop
Procedure
1.Steekdevoorsteassteunenonderstebovenin
hetframebijdevoorstebevestigingspunten
(Figuur50).
41

Figuur50
22
Meerinformatieoveruw
product
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
Gebruikershandleiding
1Instructiemateriaalvoordegebruiker
1Registratiekaart
1
Selectiegids
1
Controlelijstvoorlevering
g023740
1.Voorsteassteun2.Knop
2.Bevestigdevoorsteassteunenmet2
gaffelpennen(3")en2R-pennendoorhet
middelstegatvandesteunen.
3.Steekdeachtersteassteunenvanonderen
naarboveninhetframebijdeachterste
bevestigingspunten(Figuur51).
Figuur51
Procedure
1.Leesdehandleidingen.
2.Bekijkhetinstructiemateriaalvoordegebruiker.
3.GebruikdeSelectiegidsSpuitdoppenom
dejuistespuitdoppenvooruwspecieke
toepassingtekiezen.
4.Bewaarhetdocumentatiemateriaalopeen
veiligeplaats.
g023739
1.Achtersteassteun
4.Bevestigdeachtersteassteunenmet4
gaffelpennen(4½")en2R-pennendoorhet
laatstegatvandesteunen.
42

Algemeenoverzicht
vandemachine
Figuur52
1.Hoofdschakelaarvandespuitbomen6.Spoelschakelaar(optioneel)
2.Spuitboomschakelaars(sproeieraan/uit)7.Schakelaarvansonischespuitboom(optioneel)
3.Schakelaarsvoorspuitboomlift8.Schakelaarvoorgebruiksdosis
4.InfoCenter
5.Drukmeter
9.Mengschakelaar
43
g028854

Bedieningsorganen
InfoCenterlcd-scherm
HetInfoCenterlcd-schermtoontinformatieover
uwmachineenhetaccupack,zoalsdehuidige
accuspanning,snelheid,diagnostischeinformatie,
enz.(Figuur52).GavoormeerinformatienaarHet
InfoCentergebruiken(bladz.47).
Hoofdschakelaarvande
spuitbomen
Metbehulpvandehoofdschakelaarvande
spuitbomenkuntustartenofstoppenmetspuiten.
Drukopdeschakelaaromhetspuitsysteeminofuit
teschakelen(Figuur52).
Spuitboomschakelaars
Deschakelaarsvandeafzonderlijkespuitbomen
bevindenzichaandeonderzijdevanhet
bedieningspaneel(Figuur52).Zetelkeschakelaar
omhoogomdecorresponderendesproeiersinte
schakelenenomlaagomdezeuitteschakelen.
Alsdeschakelaarvanhetspuitboomgedeelteis
AANGEZET,brandtereenlampjeopdeschakelaar.
Dezeschakelaarskunnenuitsluitendwordengebruikt
voordebedieningvanhetspuitsysteemalsde
hoofdschakelaarvandespuitbomenisAANGEZET.
Schakelaarvoorgebruiksdosis
•Gebruikdehandmatigemoduswanneerude
gebruiksdosisvandespuitmachinehandmatigwilt
regelen.
•Gebruikdeautomatischemodusindienuwilt
datdecomputerdegebruiksdosisbepaaltaan
dehandvandeinstellingdieuinvoertinhet
InfoCenter.
Figuur53
1.InfoCenter-paneel
2.Schakelaarspuitmodus
3.Automatischemodus
(schakelaarstand
spuitmodus)
4.Manuelemodus
(schakelaarstand
spuitmodus)
g028486
Deschakelaarvoordegebruiksdosisbevindtzichop
delinkerzijdevanhetbedieningspaneel(Figuur52).U
moetdeschakelaaromhoogdrukkenenindiepositie
blijvenhoudenomdegebruiksdosisteverhogen,of
indrukkeneningedrukthoudenomdegebruiksdosis
teverminderen.
Schakelaarsomspuitbomenopte
heffenenneertelaten
Metdeschakelaarsvoordeelektrischespuitboomlift
kuntudespuitbomenopheffenenneerlaten(Figuur
52).Eriseenschakelaarvoordelinkerenderechter
spuitboom.Umoetdeschakelaaromhoogdrukken
enindiepositieblijvenhoudenomdespuitboomop
teheffen,ofindrukkeneningedrukthoudenomde
spuitboomteneertelaten.
Schakelaarspuitmodus(model
HDX-Auto)
Deschakelaarvandespuitmodusdientomte
schakelentussendevolgendespuitfuncties:
Regelklepvoorgebruiksdosis
Deregelklepbevindtzichachterdetank(Figuur54).
Metderegelklepbepaaltudehoeveelheidvloeistof
dienaardespuitbomenmoetgaanenderetourdosis
naardetank.
44

Figuur54
g028483
1.Regelklepvoor
gebruiksdosis
2.Mengklep
3.Hoofdklepspuitboom
4.Vloeistofstroommeter
5.Spuitboomkleppen
Vloeistofstroommeter
Devloeistofstroommetermeetdedoorstroomhoeveelheidvandevloeistofnaardekleppenvande
spuitbomen(Figuur54).
Spuitboomkleppen
Gebruikdekleppenvandespuitbomenomde
spuitdruknaardespuitdoppenindemiddelsteen
delinker-enrechterspuitboominenuitteschakelen
(Figuur54).
Omloopkleppenspuitbomen
Deomloopkleppenvandespuitbomen(Figuur55
leidendevloeistofstroomvaneenspuitboomnaar
detankalsudespuitboomuitschakelt.Ukuntdeze
kleppenafstellenomervoortezorgendatdedruk
vandespuitbomenconstantblijft,ongeachtwelke
spuitbomenzijningeschakeld;zieDeomloopleiding
vandespuitbomenkalibreren(bladz.66).
Figuur55
1.Omloopklep
linkerspuitboom
2.Omloopklepmiddelste
spuitboom
3.Omloopklep
rechterspuitboom
Mengdosisklep
Dezeklepbevindtzichlinksachteraandetank(Figuur
56).Draaideknopopdeklepinde6uuromde
inhoudvandetanktemengenenop8uuromte
stoppenmetmengen.
g028485
Figuur56
1.Mengregelklep
Opmerking:ModellenuitdeHD-seriemetmanuele
transmissie–Omtemengen,moetudeaftakas
endekoppelinginschakelenendemotorhoger
45
g033579

danstationairlatenlopen.Alsustoptmetsproeien
endeinhoudvandetankwiltmengen,moetu
deschakelhendelindeNEUTRAALSTANDzetten,de
koppelinglatenopkomen,deparkeerreminwerking
stellenendegashendel(indienaanwezig)instellen.
Spuitpomp
Despuitpompbevindtzichaandeachterkantvande
machine(Figuur57).
Debedieningvandespuitpompwerktalsvolgt:
•VoormodellenuitdeHDseriemetmanuele
transmissie–zetdehendelvandeaftakasophet
middelstebedieningspaneelvandemachineAAN
omdepompinteschakelen;zetdehendelvande
aftakasUITomdepomptestoppen.Raadpleeg
deGebruikershandleidingvanhetWorkman
HDX-Autowerkvoertuig.
•VoorhetHDX-Automodel–Drukde
tuimelschakelaarvoorhethydraulischesysteem
methogestromingophetdashboardpaneel
linksvandestuurkolomnaarboveninAANom
despuitpompinteschakelen(hetlampjevan
detuimelschakelaargaatbranden).Drukde
tuimelschakelaarnaarbenedenindestandUIT
omdespuitpompuitteschakelen.Raadpleegde
Montage-instructiesvandehydraulischesetvoor
hogestroming(hetlampjevandetuimelschakelaar
gaatuit).
Totalehoogtevanmachine
metstandaardspuitsysteem
alsdespuitbomenkruislings
zijningeklapt.
Totalebreedtevanmachine
metstandaardspuitsysteem
alsdespuitbomenkruislings
zijningeklapt.
234cm
175cm
Figuur57
1.Spuitpomp
Specicaties
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnen
zondervoorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Basisgewichtvan
spuitsysteem(exclusief
gewichtvanvoertuig)
Tankinhoud757l
Totalelengtevanmachine
metstandaardspuitsysteem
Totalehoogtevanmachine
metstandaardspuitsysteem
totdebovenkantvandetank
424kg
422cm
147cm
g028857
46

Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Opmerking:Alsuhetvoertuigopeen
aanhangwagenmoettransporterenmetde
spuitmachinegemonteerd,zorgerdanvoordatde
spuitbomengoedvastgebondenzijn.
Veiligheidstaatvoorop
Leesaandachtigalleveiligheidsinstructiesen-stickers
inhethoofdstukVeiligebediening.Metbehulpvan
dezeinformatiekuntuvoorkomendatomstandersof
uzelfletseloplopen.
HetInfoCentergebruiken
HetInfoCenterlcd-schermtoontinformatiezoals
debedrijfsmodus,diversediagnostischeinformatie
enanderegegevensoverdemachine(Figuur58).
HetInfoCenterheefteenwelkomstpaginaeneen
hoofdscherm.Ukuntteallentijdeheenenweergaan
tussendewelkomstpaginaenhethoofdschermdoor
omhetevenwelkeknopinhetInfoCentertebedienen
endanopdeovereenkomstigepijltedrukken.
Opmerking:Deknoppenkunnenverschillende
functiesvervullenafhankelijkvanwelkefunctieopdat
momentactiefis.Hetlcd-schermtoonteenpictogram
bovenelkeknopdatdehuidigefunctieweergeeft.
HetInfoCenterstarten
1.Brengdesleutelinhetcontactendraaihetnaar
destandAAN.
Opmerking:HetInfoCenterlichtopenhet
startschermverschijnt(Figuur59).
g028527
Figuur59
Figuur58
1.Controlelampjes
2.Knopnaarrechts4.Linkerknop
3.Middelsteknop
•Linkerknop,knopmenu/terug–drukopdezeknop
omnaardemenu'svanhetInfoCentertegaan.De
knopdientookomhethuidigemenuteverlaten.
•Middelsteknop–gebruikdezeknopomnaar
benedendoormenu'stebewegen.
•Knopnaarrechts–gebruikdezeknopalseenpijl
aangeeftdaternogandereoptiesinhetmenuzijn.
2.Naongeveer15secondenverschijnt
hethoofdscherm.Drukopdemiddelste
selectieknopomdeinformatiecontextweerte
geven(Figuur60).
g020650
g028528
Figuur60
•Drukopnieuwopdemiddelsteselectieknop
omnaarhethoofdmenutegaan.
•Rechterselectieknop:Totalegespoten
oppervlakte(Figuur61A)
•Rechterselectieknop:Gebruiksdosis
(Figuur61B)
47

•Linkerselectieknop:Totalegespoten
deeloppervlakte(Figuur61C)
•Linkerselectieknop:Tankvolume(Figuur
61D)
g028416
Figuur62
BijkomendeoptiesvoormodellenuitdeHDX-Auto-serie
wordennietafgebeeld.
1.Rechterselectieknop(selecteercontext)
4.Drukopderechterselectieknopomnaarde
submenu'smetinstellingentegaan.
Figuur61
Opmerking:Draaidestartschakelaarnaarde
standSTARTenstartdemotor:dewaardenophet
InfoCenter-schermzijneenweerspiegelingvandie
vandeingeschakeldemachine.
Naarhetinstellingenmenugaan
1.StarthetInfoCenter;zieHetInfoCenterstarten
(bladz.47).
Opmerking:Hethoofdschermverschijnt.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomnaarde
informatiecontexttegaan.
Opmerking:Hetpictogramvande
informatiecontextverschijnt.
3.Drukopdemiddelsteselectieknopomnaarhet
hoofdmenutegaan(Figuur62).
Opmerking:Hethoofdmenuverschijnt,met
g029189
deoptieInstellingengeselecteerd.
Opmerking:Drukopdemiddelste
selectieknop(deknoponderdepijlnaar
benedenophetscherm)omnaarbenedente
scrollen.
Meet-eenhedeninstellen
(Amerikaansofmetrisch)
1.Ganaarhetinstellingenmenu;zieNaarhet
instellingenmenugaan(bladz.48).
2.Ukuntdemeet-eenheidwijzigendoorderechter
selectieknopintedrukkenendeweergegeven
meet-eenhedenteveranderen(Figuur63).
•Amerikaans:mph,gallonsenacre
•Oppervlakte:mph,gallonsen1.000ft
•SI(metrisch):km/u,liter,hectare
Opmerking:Hetschermschakelttussen
Engelse,metrischeengazoneenheden.
2
48

Figuur63
g028519
1.Optiesweergeven
(pictogram)
2.Naarbenedenscrollen
(pictogram)
3.Rechterselectieknop
(contextweergeven)
4.Middelsteselectieknop
(contextscrollen)
Opmerking:Drukopdelinkerselectieknopom
uwselectietebewaren,hetinstellingenmenute
verlatenenterugtekerennaarhethoofdmenu.
3.Omdetaalvanhetdisplaytewijzigen,druktu
opdemiddelsteselectieknop(deknoponderde
pijlnaarbenedenophetscherm)enselecteertu
Language/Taal(Figuur63).
4.Drukopderechterselectieknop(deknop
onderhetlijstpictogramophetscherm)omde
weergegeventaalophetschermtemarkeren
(Figuur63).
Opmerking:Ukuntkiezenuitdevolgende
talen:Engels,Spaans,Frans,Duits,Portugees,
Deens,Nederlands,Fins,Italiaans,Noorsen
Zweeds.
5.Drukopdelinkerselectieknopomuwselectie(s)
tebewaren,hetinstellingenmenuteverlatenen
terugtekerennaarhethoofdmenu(Figuur62).
6.Drukopdelinkerselectieknopomterugtekeren
naarhethoofdscherm(Figuur63).
1.Selectiepijl(pictogram)
2.Naarbenedenscrollen
(pictogram)
3.Rechterselectieknop
(selecteercontext)
4.Middelsteselectieknop
(contextscrollen)
g028415
Figuur64
5.Waardeverhogen
(pictogram)
6.Waardeverminderen
(pictogram)
7.Rechterselectieknop
(contextwaardeverhogen)
8.Middelsteselectieknop
(contextwaarde
verminderen)
Deachtergrondverlichtingenhet
contrastvanhetscherminstellen
1.Ganaarhetinstellingenmenu;zieNaarhet
instellingenmenugaan(bladz.48).
2.Omdeachtergrondverlichtingvanhetschermte
wijzigen,druktuopdemiddelsteselectieknop
(deknoponderdepijlnaarbenedenop
hetscherm)enselecteertudeinstelling
Achtergrondverlichting(Figuur64).
3.Drukopderechterselectieknopomdecontext
waardeinstellenweertegeven(Figuur64).
Opmerking:Een(-)-pictogramwordt
weergegevenbovendemiddelsteselectieknop
eneen(+)-pictogrambovenderechter
selectieknop.
4.Ukuntdehelderheidvanhetscherminstellen
metdemiddelsteselectieknopenderechter
selectieknop(Figuur64).
49

Opmerking:Wanneerudehelderheidswaarde
wijzigt,zalhetgeselecteerdehelderheidsniveau
ophetschermveranderen.
Verklaringvanpictogrammen(cont'd.)
5.Drukopdelinkerselectieknop(deknoponder
hetlijstpictogramophetscherm)omuwselectie
tebewaren,hetmenuachtergrondverlichting
teverlatenenterugtekerennaarhet
instellingenmenu(Figuur64).
6.Omhetcontrastvanhetschermtewijzigen,
druktuopdemiddelsteselectieknop(deknop
onderdepijlnaarbenedenophetscherm)en
selecteertudeinstellingContrast(Figuur64).
7.Drukopderechterselectieknopomdecontext
waardeinstellenweertegeven(Figuur64).
Opmerking:Een(-)-pictogramwordt
weergegevenbovendemiddelsteselectieknop
eneen(+)-pictogrambovenderechter
selectieknop.
8.Drukopdelinkerselectieknop(deknoponder
hetlijstpictogramophetscherm)omuwselectie
tebewaren,hetmenucontrastteverlatenen
terugtekerennaarhetinstellingenmenu(Figuur
64).
9.Drukopdelinkerselectieknopomhet
instellingenmenuteverlatenenterugtekeren
naarhethoofdmenu(Figuur62enFiguur64).
10.Drukopdelinkerselectieknopomterugtekeren
naarhethoofdscherm(Figuur64).
Niet-actiefscherm
Ganaarhoofdscherm
Actiefhoofdscherm
Waardeopslaan
Menuverlaten
Urenteller
Correctepincodeingevoerd
Ingevoerdepincode
controleren/Vericatievan
kalibratie
Hoofdspuitboom
aan/Spuitboomsproeieruit
Hoofdspuitboom
aan/Spuitboomsproeieraan
Spuittankvol
InfoCenter-pictogrammen
Verklaringvanpictogrammen
Informatiepictogram
Volgende
Vorige
of
Naarbenedenscrollen
Drukop
Wijzigdevolgendewaardein
delijst
Verhogen
Verminderen
Actiefscherm
Spuittankhalfvol
Tankniveaulaag
Spuittankleeg
Gazoneenheden(1000
vierkantevoet)
Gespotengebied
Gespotenvolume
Pastankvolumeaan
Hoofdscherm
50

Verklaringvanpictogrammen(cont'd.)
Tussenmanuelemodusenautomatische
modusschakelen
Actiefgebiedverwijderen
Allegebiedenverwijderen
Wijzigcijfer
Selecteerhetvolgendegebied
vooraccumulatie
Gebruiksdosis1
Gebruiksdosis2
Gebruiksdosisverhogen
Demenu'sgebruiken
Omnaardekalibratie-instellingeninhetmenusysteem
vanInfoCentertegaan,druktuinhethoofdschermop
demenuknop.Zogaatuterugnaarhethoofdmenu.
Raadpleegdevolgendetabellenvooreenoverzicht
vandeoptiesdieuhebtindemenu's:
Kalibratie
Menu-itemBeschrijving
TestSpeed
Flow
Calibration
Speed
Calibration
Ditmenubepaaltdetestsnelheidvoor
kalibratie.
Ditmenukalibreertdevloeistofmeter.
Ditmenukalibreertdesnelheidssensor.
Figuur65
1.Automatischemodus
(schakelaarstand)
2.Manuelemodus
(schakelaarstand)
•Drukdespuitmodusschakelaarophet
bedieningspaneelnaardelinkerstandomde
gebruiksdosisvandespuitmachineviaInfoCenter
intestellenopAUTOMA TISCHEMODUS.
Opmerking:Erverschijnteenpictogramvoorde
gebruiksdosisophetInfoCenter-scherm.
•Drukdespuitmodusschakelaarnaarrechtsomde
gebruiksdosisvandespuitmachineintestellen
opMANUELEMODUS.
Opmerking:Wanneeruvanautomatischenaar
manuelemodusschakelt,verdwijnthetpictogram
voordegebruiksdosisvanhetscherm.
g028518
Despuitconguratiekiezen
ModelHDX-Auto
51

Tussendeprogramma-instellingenvande
spuitmachineschakelen
Degebruiksdosisendeverhoogde
gebruiksdosisinstellen
ModelHDX-Auto
Gebruiksdosissen1en2instellen
1.Drukinhethoofdschermopdemiddelste
selectieknopomnaarhethoofdmenutegaan.
2.Drukindiennodigopdemiddelsteselectieknop
omdegebruiksdosisvoorspuitprogramma1
aanteduiden(Figuur67).
Opmerking:Hetpictogramvoor
gebruiksdosis1zieteruitalseennummer1in
eenrondje,metlinkservaneendoelwit.
Figuur66
1.Linker-enmiddelsteknop
–gebruiksdosis1kiezen
2.Pictogram–
gebruiksdosis1
3.Pictogram–
gebruiksdosis2
4.Middelsteenrechterknop
–gebruiksdosis2kiezen
5.Linker-enrechterknop–
gebruiksdosisverhogen
6.Pictogram–verhoogde
gebruiksdosis
•Omgebruiksdosis1teselecteren,druktuop
delinker-enmiddelsteknopvanhetInfoCenter
(Figuur66).
Opmerking:Hetpictogram
verschijnt.
•Omgebruiksdosis2teselecteren,druktuop
demiddelsteenrechterknopvanhetInfoCenter
(Figuur66).
Opmerking:Hetpictogram
verschijnt.
•Omdegebruiksdosistijdelijkteverhogen,houdtu
de2buitensteknoppeningedrukt(Figuur66).
Opmerking:Hetpictogram
verschijnt.
Opmerking:Deverhoogdegebruiksdosis
vergrootdegebruiksdosiséénprocentin
vergelijkingmetdegebruiksdosisvanhetactieve
programma(1of2).Houddeknoppeningedrukt
omdefunctieverhoogdegebruiksdosiste
gebruiken;laatdeknoppenlosomdefunctieuit
teschakelen.
g028507
g028512
Figuur67
3.Drukopderechterselectieknopom
spuitprogramma1teselecteren(Figuur67A).
4.Steldenumeriekewaardeindoordevolgende
selectieknoppenintedrukken:
•Drukopderechterselectieknop(Figuur67B)
omdecursornaardevolgendenumerieke
waardeaanderechterkanttebewegen.
•Drukopdemiddelsteselectieknop(Figuur
67C)omdenumeriekewaardeteverhogen
(0tot9).
5.Zodradewaardeuiterstrechtsisingesteld,
druktuopderechterselectieknop.
Opmerking:Hetbewaarpictogramverschijnt
bovendemiddelsteselectieknop(Figuur67D).
52

6.Drukopdemiddelsteselectieknop(Figuur
67D)omdegeprogrammeerdegebruiksdosis
tebewaren.
Hetinstellingenmenugebruiken
ModelHDX-Auto
7.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
gebruiksdosisvoorspuitprogramma2aante
duiden.
Opmerking:Hetpictogramvoor
gebruiksdosis2zieteruitalseennummer2in
eenrondje,metlinkservaneendoelwit.
Opmerking:Ukuntdegebruiksdosisvoor
spuitprogramma2gebruikenomopeenhandige
maniereenhogereoflageregebruiksdosisinte
stellenvooruwgrasterrein.
8.Herhaalstap4tot6.
Deverhoogdegebruiksdosisinstellen
Deverhoogdegebruiksdosisverhoogtde
gebruiksdosisvanhetgeactiveerdeprogrammamet
eenbepaaldpercentagewanneerude2buitenste
knoppenvanhetInfoCenterindrukttijdenshetspuiten
inautomatischemodus.
1.Drukinhethoofdschermopdemiddelste
selectieknopomnaarhethoofdmenutegaan.
2.Drukindiennodigopdemiddelsteselectieknop
omdeverhoogdegebruiksdosisaanteduiden
(Figuur68).
Opmerking:Hetpictogramvoordeverhoogde
gebruiksdosiszieteruitals2(+)-tekensmet
linkservaneenroos(Figuur68).
Deactievegebruiksdosisselectereninhet
instellingenmenu
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
actievegebruiksdosisinstellingaanteduiden
(Figuur69).
g028520
Figuur69
3.Drukopderechterselectieknopomtussen
gebruiksdosis1en2teschakelen(Figuur69).
4.Drukopdelinkerselectieknopomdeinstellingte
bewarenenterugtekerennaarhethoofdmenu.
Waarschuwingbijtankniveauinstellen
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
waarschuwingsinstellingaanteduiden(Figuur
70).
Figuur68
3.Drukopderechterselectieknop(Figuur68)
omhetpercentagewaarmeedegebruiksdosis
verhoogdwordt,tevergroteninstappenvan5%
(maximaal20%).
Opmerking:Depictogrammen(-)en(+)
verschijnenbovendemiddelsteenrechter
selectieknop.
g028513
g028521
Figuur70
3.Drukopderechterselectieknop(Figuur70).
53

4.Gebruikdemiddelsteofrechterselectieknop
omdeminimalehoeveelheidindetank
intestellenwaarbijdewaarschuwingzal
wordenweergegeventijdenshetwerkmetde
spuitmachine(Figuur70).
Opmerking:Houdeknopingedruktomde
waardevandetankwaarschuwingmet10%te
verhogen.
5.Drukopdelinkerselectieknopomdeinstellingte
bewarenenterugtekerennaarhethoofdmenu.
•Drukopdemiddelsteselectieknop(Figuur
71B)omdenumeriekewaardeteverhogen
(0tot9).
•Drukopderechterselectieknop(Figuur71C)
omdecursornaardevolgendenumerieke
waardeaanderechterkanttebewegen.
5.Zodradewaardeuiterstrechtsisingesteld,
druktuopderechterselectieknop.
Opmerking:Erverschijnteenvinkjebovende
middelsteselectieknop(Figuur71D).
DetoegangscodevanhetInfoCenterinstellen
Opmerking:Voerdetoegangscodeinomde
beveiligdeinstellingenofhetpaswoordtewijzigen.
Opmerking:Detoegangscodeisstandaard
ingesteldop1234.
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
instellingvoordebeveiligdemenu'saante
duiden.
6.Drukopdemiddelsteselectieknop(Figuur71D)
omhetpaswoordintevoeren.
Detoegangscodewijzigen
1.Voerdehuidigetoegangscodein:ziestap1
totenmet6vanDetoegangscodevanhet
InfoCenterinstellen(bladz.54).
2.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
3.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
instellingvoordebeveiligdemenu'saante
duiden.
Figuur71
3.Drukopderechterselectieknopombeveiligde
menu'steselecteren(Figuur71A).
4.Steldenumeriekewaardeinhetinvoerscherm
voordetoegangscodeindoordevolgende
selectieknoppenintedrukken:
g028522
g028717
Figuur72
4.Drukopderechterselectieknopombeveiligde
menu'steselecteren(Figuur72A).
5.Voerdenieuwetoegangscodeinophet
invoerschermdoordevolgendeselectieknoppen
intedrukken:
54

•Drukopdemiddelsteselectieknop(Figuur
72A)omdenumeriekewaardeteverhogen
(0tot9).
•Drukopderechterselectieknop(Figuur72C)
omdecursornaardevolgendenumerieke
waardeaanderechterkanttebewegen.
6.Zodradewaardeuiterstrechtsisingesteld,
druktuopderechterselectieknop.
Opmerking:Hetbewaarpictogramverschijnt
bovendemiddelsteselectieknop(Figuur72D).
7.WachttotInfoCenteraangeeftdatdewaarde
opgeslagenisenhetrodeindicatielampjegaat
branden.
Beveiligdeinstellingeninstellen
Belangrijk:Gebruikdezefunctieomde
gebruiksdosistevergrendelen/ontgrendelen.
Opmerking:Umoetdetoegangscodevanvier
cijferskennenominstellingenvoorfunctiesinde
beveiligdemenu'stewijzigen.
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomdeoptie
beveiligdeinstellingenaanteduiden.
Opmerking:Hetvinkjeverschijntbovende
middelsteselectieknop.
6.Drukopdemiddelsteselectieknop.
Opmerking:Desubmenu'svoor
linkerspuitboom,middelstespuitboom,
rechterspuitboomenstandaardwaarden
opnieuwinstellenverschijnen.
7.Drukopdemiddelsteselectieknopomdeoptie
beveiligdeinstellingenaanteduiden.
8.Drukopderechterselectieknop.
Opmerking:ErverschijnteenXinhetvakje
rechtsvandeoptiebeveiligdeinstellingen
(Figuur74).
g028523
Figuur74
Opmerking:AlsergeenXstaatinhetvakje
rechtsvandeoptiebeveiligdeinstellingen,
zijndesubmenu'svoorlinkerspuitboom,
middelstespuitboom,rechterspuitboomen
standaardwaardenopnieuwinstellenniet
vergrendeldmeteentoegangscode(Figuur74).
Figuur73
3.Drukopderechterselectieknop.
Opmerking:Erverschijnteenschermwaarop
udetoegangscodekuntinvoeren.
4.Voerdetoegangscodein:ziestap4inDe
toegangscodevanhetInfoCenterinstellen
(bladz.54).
9.WachttotInfoCenteraangeeftdatdewaarde
opgeslagenisenhetrodeindicatielampjegaat
branden.
Opmerking:Desubmenu'sonderdeoptie
beveiligdemenu'szijnbeveiligdmetde
toegangscode.
Opmerking:Omnaardesubmenu'stegaan,
kiestudeoptiebeveiligdemenu's,druktuopde
rechterselectieknop,voertudetoegangscode
inendruktuopdemiddelsteselectieknop
wanneerhetvinkjeverschijnt.
Degroottevandespuitbomenopnieuw
instellenopdestandaardwaarde
g028524
1.Drukopdemiddelsteselectieknopomte
navigerennaardeoptiewaarmeeude
standaardwaardenopnieuwkuntinstellen
(Figuur75).
5.Zodradewaardeuiterstrechtsisingesteld,
druktuopderechterselectieknop.
55

Figuur75
2.Drukopderechterselectieknopomde
standaardwaardenopnieuwintestellen.
3.Drukinhetschermvoordestandaardwaarden
opdelinkerselectieknopvoorNEEofderechter
selectieknopvoorJA(Figuur75).
g028526
g202867
Figuur76
1.Storingsindicatie
2.Uitlegoverhet
bestuurdersadvies
3.Beschrijvingvanhet
bestuurdersadvies
4.Bestuurdersadvies-code
Opmerking:SelecteerJAomdegroottevan
despuitbomenopnieuwintestellenopde
standaardwaarde.
MeldingenInfoCenter
Meldingenvoordebestuurderverschijnen
automatischophetInfoCenterschermwanneereen
machinefunctiebijkomendehandelingenvereist.
Bijvoorbeeld,alsuprobeertdemotortestarten
terwijluhettractiepedaalindrukt,wordtdemelding
weergegevendathettractiepedaalinNEUTRAALmoet
staan.
Voorelkbestuurdersadviesknippertde
storingsindicatoreneenbestuurdersadvies-code
(getal),beschrijvingvanhetbestuurdersadviesen
uitlegoverhetbestuurdersadviesverschijnenophet
scherm,zoalsinFiguur76.
Bestuurdersadviezenenuitlegwordenweergegeven
alspictogrammeninhetInfoCenter.Zie
InfoCenter-pictogrammen(bladz.50)vooreen
beschrijvingvanelkpictogram.
Opmerking:Deuitlegvanhetbestuurdersadvies
geeftinformatieoverdeomstandighedendieleidden
tothetbestuurdersadvieseninformatieoverhet
opheffenvanhetbestuurdersadvies.
Opmerking:Bestuurdersadviezenwordenniet
bewaardinhetstoringslog.
Opmerking:Ukunteenbestuurdersadviesvanhet
weergaveschermverwijderendooreenwillekeurige
toetsvanhetInfoCenterintedrukken.
Raadpleegdeonderstaandetabelvoorde
InfoCenter-meldingen:
Bestuurdersadviezen
Bestuurdersadvies-code
200
201
202
203
204
205Parkeerremingeschakeld
206
207Pompstartgeblokkeerd–motortoerental
208
209
210
211
212Waarschuwing–tankbijnaleeg
Beschrijving
Startgeblokkeerd–pompschakelaaractief
Startgeblokkeerd–nietinNEUTRAALST AND
Startgeblokkeerd–nietopstoel
Startgeblokkeerd–gashendelnietin
uitgangsstand
Startgeblokkeerd–startertelang
geactiveerd
Pompstartgeblokkeerd–spuitboomactief
hoog
Gashendel/snelheidsvergrendeling
geblokkeerd–pompnietactief
Gashendelvergrendelinggeblokkeerd–
parkeerremnietingeschakeld
Snelheidsvergrendelinggeblokkeerd–
bestuurdernietinbestuurdersstoelofde
parkeerremisingeschakeld
Gashendel/snelheidsvergrendeling
geblokkeerd–koppelingofbedrijfsrem
ingeschakeld
56

Bestuurdersadviezen(cont'd.)
Bestuurdersadvies-code
213
220
221
222
223
224
225
226
231
232
233
234
235
236
237
238
241Kalibratiebuitenbereik,standaardwaarde
Beschrijving
SpoelpompAAN
Vloeistofstroom-sensorkalibratie
Vloeistofstroom-sensorkalibratie–vultank
metwaterenvoorvulvolumein
Vloeistofstroom-sensorkalibratie–schakel
depompin
Vloeistofstroom-sensorkalibratie–schakel
allespuitbomenin
Vloeistofstroom-sensorkalibratie–kalibratie
gestart
Vloeistofstroom-sensorkalibratie–kalibratie
voltooid
Vloeistofstroom-sensorkalibratie–
kalibratiemodusverlaten
Snelheidssensorkalibratie
Snelheidssensorkalibratie–vulde
watertank,drukopVolgende
Snelheidssensorkalibratie–vulde
spuitmachinevoordehelftmetwater,druk
opVolgende
Snelheidssensorkalibratie–voorde
kalibratie-afstandin,drukopVolgende
Snelheidssensorkalibratie–markeerenrij
deingegevenafstandmetuitgeschakelde
spuitbomen
Snelheidssensorkalibratie–
snelheidssensorkalibratiewordtuitgevoerd
Snelheidssensorkalibratie–
snelheidssensorkalibratievoltooid
Snelheidssensorkalibratie–schakelde
spuitbomenuit
gebruikt
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.Verwijderbovenaandespuittankdeborgclip
waarmeedeslangttingbevestigdisaande
groteslangvandebehuizingvandezuigkorf
(Figuur77).
g033577
Figuur77
1.Zuigslang2.Borgclip
3.Verwijderdeslangendeslangttingvande
behuizingvandezuigkorf(Figuur77).
4.Trekdezuigkorfuitzijnbehuizingindetank
(Figuur78).
g033578
Figuur78
Deingebruiknamevande
spuitmachinevoorbereiden
Zuigkorfreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikof
dagelijks—Zuigkorfreinigen.
Reinigdezuigkorf(aanzuiglter)
(vakerbijgebruikvanbevochtigbaar
poeder).
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
1.Schermklep2.Zuigkorf
5.Reinigdezuigkorfmetschoonwater.
Belangrijk:Vervangdezuigkorfalsdeze
beschadigdisofnietgoedkanworden
gereinigd.
6.Plaatsdezuigkorfinhethuistotdatdezegoed
opzijnplaatszit.
7.Lijndeslangendeslangttinguitmetde
behuizingvandekorfbovenaandetanken
bevestigdettingendebehuizingmetde
borgclipdieuverwijderdhebtinstap2.
57

Druklterreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikof
dagelijks—Druklterreinigen.
Reinighetdruklter(vakerbij
gebruikvanbevochtigbaarpoeder).
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.Plaatseenopvangbakonderhetdruklter
(Figuur79).
8.Monteerhetdruklterelementindelterkop
(Figuur79).
Opmerking:Zorgdathetlterelementstevig
indelterkopzit.
9.Maakdebakhandmatigvastopdelterkop
(Figuur79).
10.Monteerdeaftapdopopdettingonderaande
bakendraaidedophandmatigvast(Figuur79).
Spuitdoplterreinigen
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.NeemdespuitdopuitdehouderFiguur80
Figuur79
1.Filterkop
2.Pakking(bak)5.Aftapdop
3.Filterelement6.Bak
4.Pakking(aftapplug)
3.Draaideaftapdoplinksomenneemzevande
bakvanhetdruklter(Figuur79).
Opmerking:Laatdebakvolledigleeglopen.
4.Draaidebaklinksomenverwijderdelterkop
(Figuur79).
5.Verwijderhetdruklterelement(Figuur79).
6.Reinighetlterelementmetschoonwater.
Belangrijk:Vervanghetlteralsdit
beschadigdisofnietgrondigkanworden
gereinigd.
7.Controleerdepakkingvoordeaftapplug(inde
bak)endepakkingvoordebak(indelterkop)
opschadeenslijtage(Figuur79).
Belangrijk:Vervangbeschadigdeof
versletenpakkingenvoordeplug,debakof
beide.
g033582
g209504
Figuur80
1.Spuitdophouder3.Spuitdop
2.Spuitdoplter
3.Verwijderhetspuitdoplter(Figuur80).
4.Reinighetspuitdopltermetschoonwater.
Belangrijk:Vervangdezuigkorfalsdeze
beschadigdisofnietgoedkanworden
gereinigd.
5.Monteerhetspuitdoplter(Figuur80).
Opmerking:Verzekerdathetltergoedop
zijnplaatszit.
6.Monteerdespuitdopopdespuitdophouder
(Figuur80).
58

Detankbandencontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikof
dagelijks—Controleerde
tankbanden.
Belangrijk:Debevestigingenvandetankbanden
tevastaandraaienkanvervormingen
beschadigingvandetankenbandenveroorzaken.
1.Vuldehoofdtankmetwater.
2.Controleerofudetankbandenopdetankkunt
bewegen(Figuur81).
Figuur81
1.Achterstetankband4.Voorstetankband
2.Bout5.Voorkantvanmachine
3.Flensborgmoer
3.Alsdetankbandentelosomdetankheenzitten,
draaidandeensborgmoerenendebouten
bovenaandebandenaantotdebandengelijk
komenmethetoppervlakvandetank(Figuur
81).
VOORZICHTIG
Chemischestoffenzijngevaarlijkenkunnen
lichamelijkletselveroorzaken.
•Leesdeaanwijzingenophetfabrieksetiket
voordatugaatwerkenmetchemische
stoffen,enneemalleaanbevelingenen
voorzorgsmaatregelenvandefabrikantin
acht.
•Zorgervoordatuwhuidnietincontact
komtmetchemischestoffen.Alsdittoch
gebeurt,moetudedesbetreffendeplek
grondigafspoelenmetzeepenschoon
water.
•Draageenveiligheidsbrilofandere
beschermendeuitrustingvolgensde
aanbevelingenvandefabrikantvande
chemischestoffen.
DeMultiProWMheefteenhogeduurzaamheid,
zodatdezedevereistelevensduurheeft.Om
specialeredenenzijnopverscheideneplaatsenop
g028263
uwspuitmachineverschillendematerialengebruikt
omditdoelteverwezenlijken.Helaasbestaatergeen
enkelemateriaaldatperfectisvoorallevoorzienbare
spuitwerkzaamheden.
Sommigechemischestoffenzijnagressieverdan
andereenelkechemischestofreageertandersmet
verschillendematerialen.Eenaantalvastestoffen
(zoalsbevochtigbaarpoeder,houtskool)heefteen
sterkerschurendewerkingenveroorzaaktmeer
slijtage.Alseenchemischestofverkrijgbaarisineen
samenstellingdiedelevensduurvandespuitmachine
verlengt,adviserenwijudezetegebruiken.
Opmerking:Zetdebandenvandetankniet
tevast.
Bedieningengebruikvan
despuitmachine
OmdeMultiProWMtegebruiken,moetueerstde
spuittankvullen.Vervolgensspuitudeoplossingop
hetwerkgebiedenalsudaarmeeklaarbent,reinigtu
detank.Hetisbelangrijkdatudezedriestappenvlak
naelkaaruitvoertomschadeaandespuitmachinete
voorkomen.Zokuntubeterchemischestoffenniet
'savondsindetankgietenenmengenenpasde
volgendeochtendgaanspuiten.Hierdoorwordende
chemischestoffengescheiden,hetgeenschadekan
toebrengenaandeonderdelenvandespuitmachine.
Belangrijk:Demarkeringenopdetankzijn
uitsluitendbedoeldalsreferentieenkunnen
nietalsnauwkeurigwordenbeschouwdvoor
kalibratie.
Verdermoetunatuurlijkaltijduwmachineen
spuitsysteemnagebruikgrondigreinigen.Dit
garandeerteenlangdurigenprobleemloosgebruik
vandespuitmachine.
Dewatertankvullen
Vuldeschoonwatertankaltijdmetschoonwater
voordatugaatwerkenmetchemischestoffen.
Dewatertankbevindtzichopderolbeugel,achter
debestuurdersstoel(Figuur82).Dezebevatschoon
water,waarmeeuuwogen,uwhuidofandere
oppervlakkenkuntschoonspoelenalsdezeper
ongelukincontactzijngekomenmetchemische
stoffen.
•Omdetanktevullen,schroeftudedopbovenaan
detanklosenvultudezemetschoonwater.
Plaatsdedopterug.
•Omdetapkraanvandewatertankteopenen,
moetudehendelopdekraandraaien.
59

Figuur82
1.Dopvanvulbuis3.Tapkraan
2.Watertank
draaienenopenklappen.Ukuntdezeefaan
debinnenzijdeverwijderenomdezetereinigen.
Omdetankaftesluiten,moetuhetdeksel
dichtdoenendevoorstehelftvanhetdeksel
naarrechtsdraaien.
4.Gietongeveer¾vandebenodigde
hoeveelheidwaterindespuittankviade
anti-overloopaansluiting.
Belangrijk:Umoetdetankaltijdvullenmet
schoonwater.Gietnooitconcentraatineen
legetank.
5.Startdemotor,schakeldeaftakasinenzetde
gashendelopenindiendezeaanwezigis.
6.ZetdemengschakelaarAAN.
7.Voegdecorrectehoeveelheidhetchemische
concentraattoeindetankvolgensdeinstructies
vandefabrikant.
Belangrijk:Alsueenbevochtigbaar
poedergebruikt,moetuditmeteenkleine
g210327
hoeveelheidwatertoteendikkemassa
mengenvoordatudittoevoegt.
8.Gietderestvanhetwaterindetank.
Opmerking:Vooreenbeteremengingkuntu
degebruiksdosisverlagen.
Spuittankvullen
Monteerdevoormengsetvoorchemischestoffenals
uoptimalemengprestatieswenstendeexternetank
zoschoonmogelijkwilthouden.
Belangrijk:Dechemischestoffendieugebruikt,
moetengeschiktzijnvoorViton
fabrieksetiket;ditmoetaangevenofdechemische
stoffengeschiktzijn).Chemischestoffendieniet
geschiktzijnvoorViton
spuitmachineaanwaardoorlekkageontstaat.
TM
Belangrijk:Alsudetankvoordeeerstekeer
gevuldhebt,controleertudetankbandenop
speling.Indiennodigvastzetten.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,zetdebedieningshendelsinde
neutraalstand,steldeparkeerreminwerking,
schakeldemotoruitenverwijderhetsleuteltje.
2.Bepaalhoeveelwaterumoetmengenmetde
hoeveelheidvandechemischestoffendieu
nodighebtvolgensdevoorschriftenvande
fabrikantvandechemischestoffen.
TM
(raadpleeghet
tastendeO-ringeninde
DeSpuitbomenbedienen
Metdeschakelaarsvandespuitboomliftophet
bedieningspaneelvandespuitmachinekuntude
spuitbomenindetransportstandofindespuitstand
zettenzonderdatudebestuurdersstoelhoeftte
verlaten.Veranderdestandvandespuitboomterwijl
demachinestilstaat.
Devergrendelingvande
hydraulischehenrichting
instellen
Steldehendelvandehydraulischehenrichting
inwerkingenvergrendelhemomtezorgenvoor
dehydraulischebekrachtigingdienodigisomde
spuitboomlifttebedienen.
1.Duwdehendelvandehydraulischehenrichting
naarvoren(Figuur83ofFiguur84).
3.Openhetdekselvandespuittank.
Opmerking:Hettankdekselbevindtzich
middenopdetank.Omditteopenen,moet
udevoorstehelftvanhetdekselnaarlinks
60

Figuur83
WorkmanVoertuigenmeteenhandgeschakelde
versnellingsbak
1.Duwnaarvoren3.Vergrendeling
2.Naarlinks4.Hendelhydraulische
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
2.Brengdespuitbomenmetdeliftschakelaars
omhoogtotdatzijgeheelkruiselingsoverelkaar
indetransportstandindetransporthouder
zijngezetendehefcilindersvolledigzijn
teruggetrokken.
Belangrijk:Tervoorkomingvanschade
aandecilindervandeactuatorsvande
spuitbomen,moetuervoorzorgendatde
g255717
actuatorsvolledigzijningetrokkenvoordatu
demachinegaattransporteren.
Detransporthoudervande
hydraulischehenrichting
henrichting
spuitbomengebruiken
Despuitmachineheefteentransporthoudervoor
despuitbomendieisvoorzienvaneenunieke
beveiliging.Alsdespuitbomentijdenshettransport
perongelukinaanrakingkomenmeteenlaag
overhangendobject,kunnenzijuitdetransporthouder
wordengedrukt.Inditgevalkomendespuitbomenin
eenbijnahorizontalestandopdeachterkantvanhet
voertuigterusten.Hoeweldespuitbomenhierbijgeen
schadeoplopen,dienenzijonmiddellijkteworden
teruggeplaatstindetransporthouder.
Figuur84
WorkmanVoertuigenmeteenautomatischeversnellingsbak
1.Duwnaarvoren3.Vergrendeling
hydraulischehenrichting
2.Naarlinks4.Hendelhydraulische
henrichting
2.Duwdevergrendelingvandehydraulische
henrichtingnaarlinksomdezeinteschakelen
(Figuur83ofFiguur84).
Despuitboomverstellen
Zetdespuitbomendanindespuitstand:
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
2.Laatdespuitbomenneermetbehulpvande
schakelaarsvandespuitboomlift.
Opmerking:Wachttotdatdespuitbomen
volledigzijnuitgeklaptindespuitstand.
Voerhetspuitenuitenzetdespuitbomendaninde
transportstand:
Belangrijk:Despuitbomenkunnen
beschadigdrakenalszijnietkruiselings
wordengetransporteerdindetransporthouder.
g255830
Omdespuitbomenterugteplaatseninde
transporthouder,moetudezeneerlateninde
spuitstandenvervolgensweeromhoogbrengen
indetransportstand.Zorgervoordatdecilinders
vandespuitbomenvolledigzijnteruggetrokkenom
beschadigingvandeactuatorstangtevoorkomen.
Spuiten
Despuitmachinegebruiken
Belangrijk:Omervoortezorgendatdeoplossing
goedgemengdblijft,moetudemengfunctie
gebruikenalsereenoplossingindetankzit.Om
temengen,moetudeaftakasinschakelenende
motorsnellerdanstationairlatendraaien.Als
udemachinestoptenwiltgaanmengen,moet
udeschakelhendelindeNEUTRAALSTANDzetten,
deparkeerreminwerkingstellen,deaftakas
inschakelen,dekoppelinglatenopkomen,ende
gashendel(indienaanwezig)openzetten.
Opmerking:Dezeproceduregaatervanuitdatde
aftakasingeschakeldis(modellenuitdeHD-serie
metmanueletransmissie)endespuitboomkleppen
gekalibreerdzijn.
61

1.Brengdespuitbomenomlaag.
2.VoormodellenuitdeHDX-Auto-seriesteltude
spuitmodusschakelaaralsvolgtin:
Voorzorgsmaatregelen
terbeschermingvanhet
•WanneerudespuitmachineinMANUELE
MODUSgebruikt,drukdeschakelaardannaar
rechts:zieSchakelaarspuitmodus(model
HDX-Auto)(bladz.44).
•WanneerudespuitmachineinAUTOMATISCHE
MODUSgebruikt,drukdeschakelaardan
naarlinks.
3.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
UIT.
4.Indiennodigmoetuelkespuitboomafzonderlijk
INSCHAKELEN.
5.Rijnaarhetgebiedwaarugaatspuiten.
6.Ganaarhetgebruiksdosisschermvanhet
InfoCenterensteldegewenstegebruiksdosis
alsvolgtin:
A.ZorgdatdeschakelaarvandepompAAN
staat.
B.VoormodellenuitdeHDseriemeteen
manueletransmissiesteltuhetgewenste
versnellingenbereikin.
C.Beginmetdegewenstesnelheidterijden.
D.VoormodellenuitdeHD-seriemetmanuele
transmissieofmeteenautomatische
transmissiediegebruiktwordtinde
manuelemodus,dientunategaanofde
monitordejuistegebruiksdosisaangeeft.
Indiennodiggebruiktudeschakelaar
voordegebruiksdosisomdegewenste
gebruiksdosisteverkrijgen.
Opmerking:Voormodellenuitde
HD-seriemetautomatischetransmissiedie
gebruiktwordeninautomatischemodus,
pastdecomputerdespuitdrukautomatisch
aanomdegebruiksdosistebehouden.
E.Rijterugnaarhetterreinwaaru
spuitwerkzaamhedenuitvoert.
7.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
AANenbeginmetspuiten.
Opmerking:Alsdetankbijnaleegis,kanhet
mengenleidentotschuimvormingindetank.
Zetdemengklepuitomdittevoorkomen.Als
alternatiefkuntuookeenantischuimmiddelin
detankgebruiken.
8.Alsuklaarbentmetspuiten,zetude
hoofdschakelaarUITomdeschakelaarsvanalle
spuitbomenuitteschakelen.Daarnaschakelt
udeaftakasuit(modellenuitdeHDseriemet
manueletransmissie).
gazontijdensgebruikin
eenstationairestand
Belangrijk:Insommigeomstandigheden
kandehittevandemotor,deradiateurende
knaldemperschadetoebrengenaanhetgrasals
despuitmachinewordtgebruiktineenstationaire
stand.Demachinelooptstationairalsude
spuitvloeistofindetankmengt,handmatigspuit
meteenspuitpistoolofeenloopspuitboom
gebruikt.
Neemdevolgendevoorzorgsmaatregelen:
•Spuitnooitineenstationairestandbijzeerhete
en/ofdrogeomstandighedenofalshetgazon
tijdensdezeperiodenmeertelijdenkanhebben.
•Parkeernooitophetgazonalsuspuitinde
stationairestand.Parkeeropeenpadalsdit
mogelijkis.
•Beperkzoveelmogelijkdetijddatudemachine
opeenbepaaldstukvanhetgazonlaatdraaien.
Dematevangrasbeschadigingisafhankelijkvan
detijdendetemperatuur.
•Stelhetmotortoerentalzolaagmogelijkaf
omdegewenstedrukenstroomteverkrijgen.
Ditbeperktdehittediewordtontwikkelden
desnelheidvandeluchtdiedekoelventilator
voortbrengt.
•Laatdehittenaarbovenontsnappenvanuit
hetmotorcompartimentdoordestoelomhoog
tezettenalsdemachinewordtgebruiktinde
stationairestand,zodatdehittenietviade
onderkantvandemachinewordtafgevoerd.
Spuittips
•Overlapgeenstukkenwaarueerderhebt
gespoten.
•Controleerofergeenspuitdoppenzijnverstopt.
Vervangversletenofbeschadigdespuitdoppen.
•Schakeleerstmetdehoofdschakelaarde
spuitbomenuitvoordatudespuitmachine
totstilstandbrengt.Nadatudemachine
totstilstandhebtgebracht,moetumetde
motortoerentalbegrenzervandeneutraalstandde
motoroptoerenhouden,zodathetmengenblijft
doorgaan.
•Uverkrijgtbetereresultatenalsdespuitmachinein
bewegingiswanneerudespuitbomeninschakelt.
•Letopveranderingenindegebruiksdosisdie
kunnenaangevendatuwsnelheidtehoogisvoor
62

hetbereikvandespuitdoppenofdaterproblemen
zijnmethetspuitsysteem.
VoormodellenuitdeHD-seriemeteen
automatischetransmissiediegebruiktwordenin
deautomatischemodus
Opmerking:Raadpleegdeselectiegidsmet
spuitdoppendieverkrijgbaarisbijuwerkendeT oro
dealer.
•Alsudespuitmachinebijlagesnelheidgebruikt
endecomputereenspuitsysteemdrukaanhoudt
dielagerisdandeaanbevolendrukvoorde
betreffendespuitdoppen,zaldechemische
oplossingnietgoeduitdespuitdoppenkomen
(stromenofdruppelen).Kieseenspuitdopmet
eenlagereaanbevolengebruiksdosis.
•Alsudespuitmachinebijhogesnelheidgebruikt
endecomputerdemaximalespuitsysteemdruk
aanhoudt,kanhetdatdespuitdruktoch
ontoereikendisomdegewenstegebruiksdosis
teverkrijgen.Gadantragerrijdenomuw
gebruiksdosisteverkrijgenofkieseenspuitdop
diegeschiktisvooreengroteregebruiksdosis.
3.Draaidespuitdoppenhouderinbeiderichtingen
opdejuistespuitdop.
Despuitmachinereinigen
Belangrijk:Umoetdespuitmachinealtijd
onmiddellijknaelkgebruikleeglatenlopenen
reinigen.Indienuditnalaat,kandittotgevolg
hebbendatdechemischestoffenuitdrogenof
dikwordenindeleidingen,waardoordepompen
andereonderdelenverstoptraken.
Gebruikdegoedgekeurdespoelsetvoordeze
machine.Neemvoorverdereinformatiecontactop
meteenerkendeTorodealer.
Reinighetspuitsysteemnaelkespuitbeurt.Omhet
spuitsysteemgoedtereinigen,moetualsvolgtte
werkgaan:
•Spoelhetsysteem3keerom.
•Gebruikdereinigings-enneutraliseermiddelendie
wordenaanbevolendoordefabrikantenvande
chemischestoffen.
Eenverstoptespuitdop
schoonmaken
Alseenspuitdoptijdenshetspuitenverstoptraakt,
kuntudezeschoonmakenmeteenspuitesmet
waterofeentandenborstel.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldemotoruitenverwijderhetsleuteltje.
2.ZeteerstdehoofdschakelaaropUITenschakel
dandepompvandespuitmachinein;zie
Spuitpomp(bladz.46).
3.Verwijderdeverstoptespuitdopenmaakdeze
schoonmeteenspuitesmetwaterofeen
tandenborstel.
Eenspuitdopselecteren
Opmerking:Raadpleegdeselectiegidsmet
spuitdoppendieverkrijgbaarisbijuwerkendeT oro
dealer.
Despuitdoppenhouderszijngeschiktvoorde3
verschillendespuitdoppen.Degewenstespuitdop
kiezen:
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldemotoruitenverwijderhetsleuteltje.
2.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomen
opUITenschakeldandepompvande
spuitmachinein;zieSpuitpomp(bladz.46).
•Gebruikzuiver,schoonwater(zonderreinigings-
enneutraliseermiddelen)voordelaatste
spoelbeurt.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldemotoruitenverwijderhetsleuteltje.
2.Ganaardeaftapplugaanderechterkantvan
demachine(Figuur85).
g208238
Figuur85
1.Aftapventieltank
3.Opendeklepenlaatalhetresterendemateriaal
uitdetanklekken(Figuur86).
Belangrijk:Voerchemischafvalafvolgens
deplaatselijkgeldendevoorschriftenen
deinstructiesvandefabrikantvanhet
materiaal.
63

Figuur86
16.Spuitmeteentuinslangdebuitenkantvande
spuitmachineschoon.Gebruikhierbijschoon
water.
17.Verwijderdespuitdoppenenreinigzemet
dehand.Vervangversletenofbeschadigde
spuitdoppen.
Despuitmachinekalibreren
g208237
Dekalibratievandemachine
1.Klepgesloten2.Klepopen
4.Sluitdeaftapklep(Figuur86).
5.Vuldetankmetminstens190literschoonwater
ensluithetdeksel.
Opmerking:Indiennodigkuntueen
reinigings-/neutraliseermiddeltoevoegenaan
hetwater.Gebruikalleenschoonwatervoorde
laatstespoeling.
6.Laatdespuitbomenneerindespuitstand.
7.Startdemotorenzetdegashendelopeen
hogerstationairtoerental.
8.ZorgdatdemengschakelaarAANstaat.
9.Zetdeschakelaarvandespuitmachineaanen
zetdedrukopeenhogeinstellingmetbehulp
vandeschakelaarvoordegebruiksdosis.
10.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenen
debedieningsschakelaarsvandespuitbomen
opAANomtebeginnenmetspuiten.
11.Laatalhetwaterindetankviadespuitdoppen
naarbuitenspuiten.
12.Controleerofallespuitdoppennaarbehoren
werken.
13.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
UIT,schakeldepompvandespuitmachineuit
enzetdemotoraf.
14.Herhaalstappen5totenmet13nogminstens2
keeromerzekervantezijndathetspuitsysteem
volkomenisgereinigd.
Belangrijk:Umoetdezeprocedurealtijd
minstensdriekeeruitvoerenomerzeker
vantezijndathetspuitsysteemhelemaal
schoonis,omschadeaanhetsysteemte
voorkomen.
15.Reinigdezuigkorfenhetdruklter;zieZuigkorf
reinigen(bladz.57)enDruklterreinigen(bladz.
58).
Belangrijk:Alsubevochtigbaarpoeder
gebruikt,moetudezuigkorfnaelketank
reinigen.
voorbereiden
Belangrijk:Voordatuhetspuitsysteemvanhet
modelHDXAutokalibreert,dientudespuittank
metschoonwatertevullenendemachine
gedurendetenminste30minutenlatenspuiten
meteendrukvan2,75barofmeer.
Opmerking:Voordatudespuitmachinevoorhet
eerstgebruikt,alsudespuitdoppenvervangt,of
alsditomeenandereredennodigis,dientude
vloeistofstroom,snelheidenomloopkleppenvande
spuitmachinetekalibreren.
1.Vuldespuittankvandespuitmachinemet
schoonwater.
Opmerking:Zorgdatergenoegwaterinde
tankisomallekalibratieprocedurestevoltooien.
2.Laatdelinker-enrechterspuitboomzakken.
3.VoorhetmodelHDXAuto:laatdemachine
gedurendetenminste30minutenspuitenmet
eendrukvan2,76barofmeer.Vuldespuittank
metschoonwaterwanneeruklaarbent.
4.Schakeldebeveiligdeinstellingenuit;zie
Beveiligdeinstellingeninstellen(bladz.55).
5.VoorhetmodelHDX-Autosteltuhet
spuitsysteeminopmanuelemodus;zieTussen
manuelemodusenautomatischemodus
schakelen(bladz.51).
Devloeistofstroomvande
spuitmachinekalibreren
Doordegebruikerverstrektebenodigdheden:
Stopwatchdieop±1/10vaneenseconde
nauwkeurigkanmeteneneenopvangbekermeteen
schaalverdelingin50ml.
Opmerking:Omdespuitstroomtekalibrerenvoor
machineszondergasbegrenzerzijn2personen
nodig.
1.Steldetransmissiealsvolgtin:
64

•VoormodellenuitdeHDseriemeteen
manueletransmissieschakeltude
transmissieindeNEUTRAALSTAND.
•VoorhetmodelHDX-Autoschakeltude
transmissieinP(parkeren).
2.Steldeparkeerreminwerkingenstartdemotor.
3.Schakeldepompvandespuitmachineinen
activeerdemengfunctie.
4.Traphetgaspedaalintotdatdemotorhet
maximaletoerentalbereikt.
5.Stelhetmotortoerentalalsvolgtin:
•Voormachineszonderoptionele
gasbegrenzer–laat1persoonhet
gaspedaalinduwentotdemotorhet
maximaletoerentalbereikt.
Opmerking:Ukuntopelkmomenthet
pictogramvanhethoofdschermselecterenom
dekalibratiesteannuleren.
A.Druktweemaalopdemiddelsteknopvan
hetInfoCenteromnaardemenu'stegaan.
B.Ganaarhetkalibratiemenudoorde
rechterknopvanhetInfoCenterinte
drukken.
C.SelecteerVloeistofkalibratieendrukopde
rechterknopvanhetInfoCenter.
D.Inhetvolgendeschermvoertude
gekendehoeveelheidwaterindieuitde
spuitbomenmoetwordengesproeidvoor
dekalibratieprocedure;raadpleegde
onderstaandetabel.
Opmerking:Laatdeanderepersoon
monstersvandespuitdoppennemen.
•Voormachinesmetoptionelegasbegrenzer
druktuhetgaspedaalintotdemotor
hetmaximaletoerentalbereikt.Schakel
dandegasbegrenzerin;raadpleegde
bedieningsinstructiesvoordegashendelset
vanuwWorkman.
6.Zetde3afzonderlijkeschakelaarsende
hoofdschakelaarvandespuitbomenopAAN.
7.Bereiduvooropeenopvangtestmetde
opvangbekermetschaalverdeling.
8.Beginbij2,75barengebruikde
gebruiksdosisschakelaaromdespuitdruk
aantepassentoteenopvangtestde
hoeveelhedenindetabelhieronderoplevert.
Opmerking:Neem3monstersvan
15secondenenneemhetgemiddeldevande
verzameldehoeveelhedenwater.
Kleur
spuitdop
Geel
Rood37812,8
Bruin47316,0
Grijs
Wit
Blauw946
Groen
9.Wanneerdeopvangtestdehoeveelhedeninde
10.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
11.GainhetInfoCenternaarhetkalibratiemenuen
Milliliteropgevangen
in15seconden
1896,4
56719,2
757
1419
Ouncesopgevangen
in15seconden
25,6
32,0
48,0
onderstaandetabeloplevert,VERGRENDELTude
controleknopvandedosis.
UIT.
selecteerFlowCalibrationalsvolgt:
E.Alsudegekendehoeveelheidingevoerd
hebt,druktuderechterknopvanhet
InfoCenterin.
12.Gebruikdesymbolen(+)en(-)omhet
vloeistofvolumeintevoerenvolgensde
onderstaandetabel.
Kleur
spuitdop
Geel
Rood8322
Bruin10628
Grijs
Wit16744
Blauw208
Groen
LiterAmerikaansegallons
4211
12533
55
31483
13.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomen
gedurende5minutenopAAN.
Opmerking:T erwijldemachinespuit,zalhet
InfoCenterdegemetenhoeveelheidvloeistof
weergeven.
14.Laatdemachine5minutenspuitenenvink
hetvakjeafdoordemiddelsteknopvanhet
InfoCenterintedrukken.
Opmerking:Hetisnietergalsde
hoeveelheiddietijdenshetkalibratieproces
wordtweergegevennietovereenstemtmet
degekendehoeveelheidwaterdieuinhet
InfoCenterhebtingevoerd.
15.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenna
5minutenindeUIT-standenselecteerhetvinkje
inhetInfoCenter.
Opmerking:Dekalibratieisnuvoltooid.
65

Desnelheidvandespuitmachine
kalibreren
1.Zorgdatdespuittankgevuldismetwater.
2.Duidopeenopen,vlakterreineenafstandvan
45tot152maan.
Opmerking:Markeereenafstandvan
152metervooreennauwkeurigerresultaat.
3.Startdemotorenrijnaarhetbeginvande
aangeduidezone.
Opmerking:Zethetmiddenvandevoorste
wielenpreciesbovendestartlijnvoorhetmeest
nauwkeurigeresultaat.
4.GainhetInfoCenternaarhetkalibratiemenuen
selecteerSpeedCalibration.
Opmerking:Ukuntopelkmomenthet
pictogramvanhethoofdschermselecterenom
dekalibratieteannuleren.
5.Selecteerdevolgendepijl(→)inhetInfoCenter.
6.Gebruikdesymbolen(+)en(-)omde
gemarkeerdeafstandintevoereninhet
InfoCenter.
7.Voereenvandevolgendeproceduresuit:
•VoormodellenuitdeHD-seriemetmanuele
transmissie–Schakeldemachineineerste
versnellingenrijdegemarkeerdeafstand
metvolgasineenrechtelijn.
•VoorhetmodelHDX-Auto:Schakelde
machineinD(rijden)enrijdegemarkeerde
afstandmetvolgasineenrechtelijn.
8.Stopdemachineopdegemarkeerdeafstanden
selecteerhetvinkjeinhetInfoCenter.
Opmerking:Vertraagenstopmethetmidden
vandevoorwielenpreciesopdelijnvoorhet
meestnauwkeurigeresultaat.
Opmerking:Dekalibratieisnuvoltooid.
Deomloopleidingvande
spuitbomenkalibreren
Belangrijk:Kieseenopenenvlakterreinom
dezeprocedureuittevoeren.
Opmerking:Omdeomloopleidingvande
spuitbomentekalibrerenvoormachineszonder
gasbegrenzerzijn2personennodig.
1.Zorgdatdespuittankgevuldismetwater.
2.Steldetransmissiealsvolgtin:
•VoormodellenuitdeHDseriemeteen
manueletransmissieschakeltude
transmissieindeNEUTRAALSTAND.
•VoorhetmodelHDX-Autoschakeltude
transmissieinP(parkeren).
3.Steldeparkeerreminwerkingenstartdemotor.
4.Zetde3spuitboomschakelaarsindestand
AAN,maarlaatdehoofdschakelaarvande
spuitbomenUIT.
5.ZetdepompschakelaaropAANenzetde
mengschakelaaropaan.
6.Stelhetmotortoerentalalsvolgtin:
•Voormachineszonderoptionele
gasbegrenzer–laat1persoonhet
gaspedaalinduwentotdemotorhet
maximaletoerentalbereikt.
Opmerking:Laatdeanderepersoonde
omloopkleppenvandespuitbomenafstellen.
•Voormachinesmetoptionelegasbegrenzer
druktuhetgaspedaalintotdemotor
hetmaximaletoerentalbereikt.Schakel
dandegasbegrenzerin;raadpleegde
bedieningsinstructiesvoordegashendelset
vanuwWorkman.
7.GainhetInfoCenternaarhetkalibratiemenuen
selecteerT estSpeed.
Opmerking:Ukuntopelkmomenthet
pictogramvanhethoofdschermselecterenom
dekalibratieteannuleren.
8.Gebruikdesymbolen(+)en(-)omeen
testsnelheidvan5,6km/uintevoeren
enselecteerdanhetpictogramvanhet
hoofdscherm.
9.Stelmetbehulpvandeschakelaarde
gebruiksdosisinaandehandvandevolgende
tabel.
Tabelgebruiksdosisspuitdop
Kleur
spuitdop
Geel159liter/ha
Rood
Bruin
Grijs478liter/ha
Wit
Blauw
Groen1,190liter/ha
SI(metrisch)
319liter/ha
394liter/ha
637liter/ha
796liter/ha
10.Schakeldelinkerspuitboomuitenstelde
omloopklepvandespuitboom(Figuur87)
zodanigindatdedrukmeterdeeerder
Engels
17gpa0,39gpk
34gpa0,78gpk
42gpa0,96gpk
51gpa1,17gpk
68gpa1,56gpk
85gpa1,95gpk
127gpa2,91gpk
Turf
66

gewijzigdewaardeaangeeft(doorgaans
2,75bar).
Opmerking:Denummeraanduidingenvande
omloopklepdienenenkelterreferentie.
g214029
Figuur88
Figuur87
1.Afstellingvanspuitbomen
11.Schakeldelinkerspuitboominenderechter
spuitboomuit.
12.Steldeomloopklepvanderechterspuitboom
(Figuur87)zodanigindatdedrukmeterde
eerdergewijzigdewaardeaangeeft(doorgaans
2,75bar).
13.Schakelderechterspuitboominendemiddelste
spuitboomuit.
14.Steldeomloopklepvandemiddelstespuitboom
(Figuur87)zodanigindatdedrukmeterde
eerdergewijzigdewaardeaangeeft(doorgaans
2,75bar).
15.Schakelallespuitbomenuit.
16.Zetdepompuit.
Opmerking:Dekalibratieisnuvoltooid.
Knopstandenvanmengomloopklep
•Demengomloopklepstaathelemaalindestand
OpenzoalsgetoondinFiguur88A.
•DemengomloopklepstaatindestandGesloten
(0)zoalsgetoondinFiguur88B.
•Demengomloopklepstaatineentussenstand
(naargelangdedrukmetervoorhetspuitsysteem)
zoalsgetoondinFiguur88C.
1.Open
2.Gesloten(0)
g028047
3.Tussenstand
Demengomloopklepkalibreren
Onderhoudsinterval:Jaarlijks
Belangrijk:Kieseenopenenvlakterreinom
dezeprocedureuittevoeren.
Opmerking:Omdemengomloopkleptekalibreren
voormachineszondergasbegrenzerzijn2
personennodig.
1.Zorgdatdespuittankgevuldismetwater.
2.Ganaofdemengregelklepopenis.Alsdeze
aangepastis,opentuzenuvolledig.
3.Steldetransmissiealsvolgtin:
•VoormodellenuitdeHDseriemeteen
manueletransmissieschakeltude
transmissieindeNEUTRAALSTAND.
•VoorhetmodelHDX-Autoschakeltude
transmissieinP(parkeren).
4.Steldeparkeerreminwerkingenstartdemotor.
5.Schakeldepompvandespuitmachinein.
6.Stelhetmotortoerentalalsvolgtin:
•Voormachineszonderoptionele
gasbegrenzer–laat1persoonhet
gaspedaalinduwentotdemotorhet
maximaletoerentalbereikt.
Opmerking:Laatdeanderepersoon
monstersvandespuitdoppennemen.
•Voormachinesmetoptionelegasbegrenzer
druktuhetgaspedaalintotdemotor
hetmaximaletoerentalbereikt.Schakel
dandegasbegrenzerin;raadpleegde
bedieningsinstructiesvoordegashendelset
vanuwWorkman.
7.Zetde3afzonderlijkespuitboomkleppeninde
standUIT.
8.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
AAN.
67

9.Steldesysteemdrukinophetmaximum.
10.ZetdemengschakelaaropUITenleesdestand
vandedrukmeteraf.
•Alsdestand6,9barblijft,isde
mengomloopklepjuistgekalibreerd.
•Alsdedrukmetereenanderestandaangeeft,
gaatudoormetdevolgendestap.
11.Steldemengomloopklep(Figuur89)achteraan
demengklepintotdedrukmeter6,9bar
aangeeft.
Figuur89
•VoormodellenuitdeHDseriemeteen
manueletransmissieschakeltude
transmissieindeNEUTRAALSTAND.
•VoorhetmodelHDX-Autoschakeltude
transmissieinP(parkeren).
4.Schakeldepompvandespuitmachinein.
5.ZetdemengschakelaaropAAN.
6.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
UIT.
7.Stelhetmotortoerentalalsvolgtin:
•Voormachineszonderoptionele
gasbegrenzer–laat1persoonhet
gaspedaalinduwentotdemotorhet
maximaletoerentalbereikt.
Opmerking:Laatdeanderepersoon
monstersvandespuitdoppennemen.
•Voormachinesmetoptionelegasbegrenzer
druktuhetgaspedaalintotdemotor
hetmaximaletoerentalbereikt.Schakel
dandegasbegrenzerin;raadpleegde
bedieningsinstructiesvoordegashendelset
vanuwWorkman.
8.Steldeomloophendelvandespuitboomhoofdschakelaarafomtebepaleninwelkematede
inhoudvandetankgemengdwordt(Figuur89).
9.Verlaagdegasinstellingnaarstationair.
10.Zetdemengschakelaarendepompschakelaar
opUIT.
g033583
11.Zetdemotoraf.
1.Mengomloopklep
2.Omloopklepvanspuitboomhoofdschakelaar
12.DrukdepompschakelaarnaardestandUIT,
zetdegashendelopSTATIONAIRendraaide
startschakelaarnaardestandUIT.
Deomloopklepvande
spuitboomhoofdschakelaar
instellen
Opmerking:Steldeomloopklepvande
spuitboomhoofdschakelaarafomdevloeistofstroom
dienaardemengdoppenindetankwordtgeleidte
verkleinenofvergrotenwanneerdehoofdschakelaar
vandespuitbomenindeUIT-standstaat.
1.Zorgdatdespuittankgevuldismetwater.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Steldetransmissiealsvolgtin:
Aanbevelingenvoor
spuitlter
Eenzuigkorfkiezen
Standaarduitrusting;zuigkorf50mesh(blauw)
Gebruikdezuigkorftabelomnategaanwelkgaas
udienttegebruikenvooruwspuitdoppenopbasis
vanchemischeproductenofoplossingenmeteen
viscositeitgelijkwaardigmetdievanwater.
Zuigkorftabel
Kleurcodespuitdop(doorstroomhoeveelheid)
Geel(0,2gpm)
Rood(0,4gpm)
Bruin(0,5gpm)50(of30)Blauw(ofgroen)
Grijs(0,6gpm)
Wit(0,8gpm)
Groottevangaas*
50Blauw
50Blauw
30
30
Kleurcodevan
lter
Groen
Groen
68

Zuigkorftabel(cont'd.)
Kleurcodespuitdop(doorstroomhoeveelheid)
Blauw(1,0gpm)
Groen(1,5gpm)
*Degaasgroottevandezuigkorvenindezetabelgaat
uitvanchemischeproductenofoplossingenmeteen
viscositeitgelijkwaardigmetdievanwater.
Groottevangaas*
30
30
Kleurcodevan
lter
Groen
Groen
Belangrijk:Alsuchemicaliënmeteen
hogereviscositeit(dikker)ofoplossingenmet
bevochtigbarepoedersgebruikt,dientumogelijk
eengaasmetgrotereopeningentegebruikenvoor
deoptionelezuigkorf;zieFiguur90.
g214214
Figuur91
Groottevangaas–gebruiksdosis
1.Groteregebruiksdosis3.Groottevangaas
2.Kleineregebruiksdosis
Eendruklterkiezen
Enkeleleverbareschermgroottes:
Standaarduitrusting;zuigkorf50mesh(blauw)
Figuur90
Gaasgrootte–viscositeitchemischproductofoplossing
1.Chemicaliënof
oplossingenmethogere
viscositeit
2.Chemicaliënof
oplossingenmetkleinere
viscositeit
3.Groottevangaas
Wanneerumeteenhogeregebruiksdosisspuit,
overweegdaneengrotergaasvoordeoptionele
zuigkorf;zieFiguur91.
Gebruikdedrukltertabelomnategaanwelkgaas
udienttegebruikenvooruwspuitdoppenopbasis
vanchemischeproductenofoplossingenmeteen
viscositeitgelijkwaardigmetdievanwater.
g214212
Tabelvandruklter
Kleurcodespuitdop(doorstroomhoeveelheid)
Zoalsvereist
voorchemicaliën
ofoplossingen
metlage
viscositeitofkleine
gebruiksdosissen
Geel(0,2gpm)
Rood(0,4gpm)
Bruin(0,5gpm)
Grijs(0,6gpm)
Wit(0,8gpm)
Blauw(1,0gpm)
Groen(1,5gpm)
Zoalsvereist
voorchemicaliën
ofoplossingen
methoge
viscositeitofgrote
gebruiksdosissen
Groottevangaas*
100
80
50Blauw
50Blauw
50Blauw
50Blauw
50Blauw
50Blauw
30Rood
Kleurcodevan
lter
Groen
Geel
69

Tabelvandruklter(cont'd.)
Kleurcodespuitdop(doorstroomhoeveelheid)
Zoalsvereist
voorchemicaliën
ofoplossingen
methoge
viscositeitofgrote
gebruiksdosissen
*Degaasgroottevandedrukltersindezetabelgaat
uitvanchemischeproductenofoplossingenmeteen
viscositeitgelijkwaardigmetdievanwater.
Groottevangaas*
16Bruin
Kleurcodevan
lter
Belangrijk:Alsuchemicaliënmeteen
hogereviscositeit(dikker)ofoplossingenmet
bevochtigbarepoedersgebruikt,dientumogelijk
eengaasmetgrotereopeningentegebruikenvoor
hetoptioneledruklter;zieFiguur92.
g214240
Figuur93
Groottevangaas–gebruiksdosis
1.Groteregebruiksdosis3.Groottevangaas
2.Kleineregebruiksdosis
Eenspuitdoplterkiezen
(optioneel)
Opmerking:Gebruikeenoptioneelspuitdoplter
omdekopvandespuitdoptebeschermenende
levensduurervanteverlengen.
Figuur92
Gaasgrootte–viscositeitchemischproductofoplossing
1.Chemicaliënof
oplossingenmethogere
viscositeit
2.Chemicaliënof
oplossingenmetkleinere
viscositeit
3.Groottevangaas
Wanneerumeteenhogeregebruiksdosisspuit,
overweegdaneengrotergaasvoorhetoptionele
druklter;zieFiguur93.
g214211
Gebruikdespuitdopltertabelomnategaanwelk
gaasudienttegebruikenvooruwspuitdoppenop
basisvanchemischeproductenofoplossingenmet
eenviscositeitgelijkwaardigmetdievanwater.
Tabelspuitdoplter
Kleurcodespuitdop(doorstroomhoeveelheid)
Geel(0,2gpm)
Rood(0,4gpm)
Bruin(0,5gpm)
Grijs(0,6gpm)
Wit(0,8gpm)
Blauw(1,0gpm)
Groen(1,5gpm)
*Degaasgroottevandespuitdopltersindezetabelgaat
uitvanchemischeproductenofoplossingenmeteen
viscositeitgelijkwaardigmetdievanwater.
Groottevan
ltergaas*
100
50Blauw
50Blauw
50Blauw
50Blauw
50Blauw
50Blauw
Kleurcodevan
lter
Groen
Belangrijk:Alsuchemicaliënmeteen
hogereviscositeit(dikker)ofoplossingenmet
bevochtigbarepoedersgebruikt,dientumogelijk
eengaasmetgrotereopeningentegebruikenvoor
hetoptionelespuitdoplter;zieFiguur94.
70

Figuur94
Gaasgrootte–viscositeitchemischproductofoplossing
g214246
1.Chemicaliënof
oplossingenmethogere
viscositeit
2.Chemicaliënof
oplossingenmetkleinere
viscositeit
3.Groottevangaas
Wanneerumeteenhogeregebruiksdosisspuit,
overweegdaneengrotergaasvoorhetspuitdoplter;
zieFiguur95.
Figuur95
Groottevangaas–gebruiksdosis
1.Groteregebruiksdosis3.Groottevangaas
2.Kleineregebruiksdosis
g214245
71

Onderhoud
Opmerking:Downloadhetelektrischeofhydraulischeschemagratisopwww.Exmark.com;ukuntuw
machinezoekenviadelinkHandleidingenopdehoofdpagina.
Opmerking:Bepaalvanuitdenormalebedieningspositiedelinker-enrechterzijdevandemachine.
Aanbevolenonderhoudsschema
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
•Zuigkorfreinigen.
Bijelkgebruikofdagelijks
•Druklterreinigen.
•Controleerdetankbanden.
Omde50bedrijfsuren
Omde100bedrijfsuren
Omde200bedrijfsuren
Omde400bedrijfsuren
Jaarlijks
•Smeerdepomp.
•Spuitvetinallesmeernippels.
•Spuitboomscharnierensmeren.
•Controlerenofalleslangenenaansluitingeningoedestaatverkerenengoedzijn
bevestigd.
•Devloeistofstroommeterreinigen(vakerbijgebruikvanbevochtigbaarpoeder).
•O-ringenindekleppencontrolerenenindiennodigvervangen.
•Dezuigkorfvervangen.
•Hetdrukltervervangen.
•Pompmembraancontrolerenenindiennodigvervangen
•Afsluitkleppenvanpompcontrolerenenindiennodigvervangen.
•Denylondraaibussencontroleren.
•Spoeldespuitmachinemetschoonwater.
•Kalibreerdemengomloopklep.
Belangrijk:Raadpleegdegebruikershandleidingvanuwmachineendehandleidingvandemotorvoor
bijkomendeonderhoudsprocedures.
72

Controlelijstvoordagelijksonderhoud
Kopieerdezepaginatenbehoevevangebruikbijroutinecontroles.
Gecontroleerditem
Werkingvanremenparkeerrem
controleren.
Werkingvanschakelinrichting/neutraalstandcontroleren.
Brandstofpeilcontroleren.
Motoroliepeilcontrolerenvoordatude
tankvult.
Transaxle-oliepeilcontrolerenvoordatu
detankvult.
Luchtltercontrolerenvoordatudetank
vult.
Koelribbenvandemotorcontroleren
voordatudetankvult.
Controlerenofmotorongewonegeluiden
maakt.
Controlerenopongewonegeluiden
tijdenshetgebruik.
Debandenspanningcontroleren.
Controlerenoplekkages.
Werkingvaninstrumentencontroleren.
Werkingvanhetgaspedaalcontroleren.
Zuigkorfreinigen.
Toespoorcontroleren.
Vetinallesmeernippelsspuiten.
Beschadigdelakbijwerken.
1
Voorweekvan:
Ma.Di.Wo.Do.Vr.Za.Zo.
1
Onmiddellijknaelkewasbeurt,ongeachthetvoorgeschreveninterval
Aantekeningvoorspecialeaandachtsgebieden
Controleuitgevoerddoor:
ItemDatum
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Informatie
73

VOORZICHTIG
Alsuhetsleuteltjeindestarterschakelaarlaat,bestaatdekansdatiemanddemotorper
ongelukstart,waardooruenomstandersernstigletselkunnenoplopen.
Haalhetsleuteltjeuitdestarterschakelaarenmaakdemin-abellosvandeaccuvoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.Drukdekabelopzijzodatdezenietonbedoeldcontact
kanmakenmetdeaccupool.
Procedures
voorafgaandeaan
onderhoud
Toegangtotdemachine
Detankovereindzetten
GEVAAR
Bijhetomgaanmetdespuittankconstructie
moeturekeninghoudenmeteenrisicoop
opgeslagenenergie.Alsdeconstructie
nietgoedisvastgezetbijhetmonterenof
verwijderen,waardooruofanderenletsel
kunnenoplopen.
Gebruikaltijdriemeneneenhenrichting
omdespuittankconstructieteondersteunen
tijdensmonteren,verwijderenen
onderhoudswerkzaamhedenwaarbiju
bevestigingsmateriaalverwijdert.
Ukuntdetankomhoogbrengenomgoedbijdemotor
enoverigeinterneonderdelentekunnen.Kantelhet
verlengstukvandespuitboomnaarvorenomhet
gewichtgelijkmatigerteverdelen.
g022366
Figuur96
1.Bout(½"x1½")2.Borgmoer(½")
6.Vouwdespuitboomverlengingennaar
vorenlangsdetankconstructieomhet
gewichtgelijkmatigerteverdelenenom
achteroverkantelentevoorkomen.
7.Brengdetankconstructieomhoogtotdatde
hefcilindershunuiterstepositiehebbenbereikt.
8.Verwijderdelaadbakbeveiligingvande
opberghakenopdeachterkantvanhetpaneel
vanderolbeugel(Figuur97).
1.Laatdespuittankleeglopen.
2.Parkeerhetvoertuigopeenhorizontaal
oppervlak.
3.Gebruikdebedieningsschakelaarsvan
despuitboomomdespuitboomverlenging
ongeveer45°omhoogtebrengen.
4.Steldeparkeerreminwerking,zetdemotoraf
enverwijderhetcontactsleuteltje.
5.Verwijderdeveiligheidsboutenuitdevoorzijde
vandesteunbalk(Figuur96).
g002397
Figuur97
1.Laadbakbeveiliging
9.Drukdelaadbakbeveiligingopdecilinderstang,
waarbijuervoormoetzorgendatdebeide
uiteindenvandelaadbakbeveiligingrusten
74

ophetuiteindevandecilinderbusenhet
stanguiteindevandehefcilinder(Figuur98).
Figuur98
1.Laadbakbeveiliging3.Laadbak
2.Cilinder
Smering
Spuitsysteemsmeren
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
Wijadviserenuallelagersenlagerbussenomde100
bedrijfsurenofeenkeerperjaartesmeren,waarbijde
kortsteperiodemoetwordenaangehouden.
Typevet:Nr.2vetoplithiumbasis
1.Veegdesmeernippelschoonzodatergeen
ongerechtighedenkunnenbinnendringeninhet
lagerofdelagerbus.
2.Pompvetinhetlagerofdelagerbus.
3.Veegovertolligvetweg.
g009164
Depompvandeveldspuit
smeren
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren
Detankconstructieomlaag
brengen
1.Alsuklaarbentomdetanktelatenzakken,
verwijdertudelaadbakbeveiligingvande
cilinderenplaatstudezeindebeugelsaande
achterzijdevanhetpaneelvanderolbeugel.
Belangrijk:Probeernooitde
tankconstructieneertelatenmetde
laadbakbeveiligingopdecilinder.
2.Trekdehefcilinderterugomdetankvoorzichtig
ophetframetelatenzakken.
3.Bevestigdetweebevestigingsboutenenhet
bevestigingsmateriaalomdetankconstructie
vasttezetten.
4.Vouwdespuitboomverlengingnaarachterentot
deuitgeschovenstand.
5.Gebruikdebedieningsschakelaarsvande
spuitboomomdespuitboomverlengingomhoog
tebrengentotdeTRANSPORTSTAND.
Typesmeermiddel:MobilXHP461
1.Zoekdesmeernippelsvandespuitpompop.
Opmerking:Despuitpompbevindtzichaan
deachterkantvandemachine.
g208179
Figuur99
1.Spuitpomp2.Smeernippel
2.Veegde2uitwendigesmeernippelsschoon.
3.Pompvetindeuitwendigesmeernippels.
4.Veegovertolligvetweg.
75

Spuitboomscharnieren
Onderhoudvanhet
smeren
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
Belangrijk:Alsuhetspuitboomscharnier
afspoeltmetwater,moetalhetwaterenvuilvan
hetscharnierwordenverwijderdenmoetunieuw
vetophetscharniersmeren.
Typevet:Nr.2vetoplithiumbasis
1.Veegdesmeernippelsschoonzodatergeen
ongerechtighedenkunnenbinnendringeninhet
lagerofdelagerbus.
2.Pompvetinhetlagerofdelagerbusbijelke
smeernippelFiguur100.
spuitsysteem
WAARSCHUWING
Chemischestoffendiewordengebruiktinhet
strooi-/spuitsysteemkunnengevaarlijken
giftigvoordegebruiker,omstanders,dieren,
planten,debodemofeigendommenzijn.
•Umoetdewaarschuwingsetiketten
endeVeiligheidsinformatiebladen
voorallegebruiktechemischestoffen
zorgvuldiglezeneninachtnemenenuzelf
beschermenvolgensdeinstructiesvan
defabrikantvandechemischestoffen.
Zorgervoordatuwhuidzoveelmogelijkis
bedektalsuchemischestoffengebruikt.
Omtevoorkomendatuinaanraking
komtmetchemicaliën,dientugeschikte
persoonlijkebeschermingsmiddelente
gebruiken,zoals:
–oogbescherming,veiligheidsbrilen/of
gelaatsscherm
Figuur100
Rechterspuitboom
1.Smeernippel
3.Veegovertolligvetweg.
4.Herhaaldezeprocedurebijalledraaiarmenvan
despuitbomen.
–stof-ofltermasker
–handschoenendiebestandzijntegen
chemicaliën
–rubberenlaarzenofanderstevig
schoeisel
–gehoorbescherming
g002014
–schonereservekleding,zeepen
wegwerphanddoekendieuindebuurt
bewaartvoorhetgevaluchemische
stoffenmorst.
•Denkeraandatermeerderechemische
stoffenkunnenzijngebruikt,enzorg
ervoordatuinformatieoverelkestofkrijgt.
•Weigerdemachinetegebruikenof
tebedienenalsdezeinformatieniet
beschikbaaris!
•Voordatuonderhouduitvoertaaneen
spuitsysteemmoetditdriekeerzijn
gespoeldengeneutraliseerdvolgensde
instructiesvandefabrikant(en)vande
chemischestoffenenmoetenallekleppen
3cyclussenhebbendoorlopen.
•Controleerofervoldoendewaterenzeep
indenabijheidis,enalsuincontact
komtmetchemischestoffen,moetudeze
onmiddellijkafspoelen.
76

Deslangencontroleren
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren
Omde400bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbij
dekortsteperiodeaan)
Controleeralleslangenvanhetspuitsysteemop
scheuren,lekkenofandereschade.Controleer
tegelijkertijddeaansluitingenenttingenop
soortgelijkeschade.Vervangslangenenttingenals
dezebeschadigdzijn.
Dezuigkorfvervangen
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren
Opmerking:Kiesdegewenstemaasgroottevande
zuigkorfvooruwtoepassing,zieEenzuigkorfkiezen
(bladz.68).
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.Verwijderbovenaandespuittankdeborgclip
waarmeedeslangttingbevestigdisaande
groteslangvandebehuizingvandezuigkorf
(Figuur101).
Figuur101
1.Zuigslang2.Borgclip
g033578
Figuur102
1.Schermklep2.Zuigkorf
5.Monteerdenieuwezuigkorfindebehuizing.
Opmerking:Verzekerdatdekorfgoedopzijn
plaatszit.
6.Lijndeslangendeslangttinguitmetde
behuizingvandekorfbovenaandetanken
bevestigdettingendebehuizingmetde
borgclipdieuverwijderdhebtinstap2.
Hetdrukltervervangen
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren
Opmerking:Kiesdegewenstemaasgroottevande
zuigkorfvooruwtoepassing,zieEendruklterkiezen
(bladz.69).
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
g033577
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.Plaatseenopvangbakonderhetdruklter
(Figuur103).
3.Verwijderdeslangendeslangttingvande
behuizingvandezuigkorf(Figuur101).
4.Verwijderdeoudezuigkorfuitdebehuizingin
detank(Figuur102).
Opmerking:Gooihetoudelterweg.
77

Figuur103
Hetspuitdoplter
vervangen
Opmerking:Kiesdegewenstemaasgrootte
vanhetspuitdopltervooruwtoepassing,zieEen
spuitdoplterkiezen(optioneel)(bladz.70).
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.NeemdespuitdopuitdehouderFiguur104
g033582
1.Filterkop
2.Pakking(bak)5.Aftapdop
3.Filterelement6.Bak
3.Draaideaftapdoplinksomenneemzevande
bakvanhetdruklter(Figuur103).
4.Pakking(aftapplug)
Opmerking:Laatdebakvolledigleeglopen.
4.Draaidebaklinksomenverwijderdelterkop
(Figuur103).
5.Verwijderhetoudedruklterelement(Figuur
103).
Opmerking:Gooihetoudelterweg.
6.Controleerdepakkingvoordeaftapplug(inde
bak)endepakkingvoordebak(indelterkop)
opschadeenslijtage(Figuur103).
Opmerking:Vervangbeschadigdeofversleten
pakkingenvoordeplug,debakofbeide.
7.Monteerhetnieuwedruklterelementinde
lterkop(Figuur103).
g209504
Figuur104
1.Spuitdophouder3.Spuitdop
2.Spuitdoplter
3.Verwijderhetoudespuitdoplter(Figuur104).
Opmerking:Gooihetoudelterweg.
4.Monteerhetnieuwespuitdoplter(Figuur104).
Opmerking:Verzekerdatdekorfgoedopzijn
plaatszit.
5.Monteerdespuitdopopdespuitdophouder
(Figuur104).
Opmerking:Zorgdathetlterelementstevig
indelterkopzit.
8.Maakdebakhandmatigvastopdelterkop
(Figuur103).
9.Monteerdeaftapdopopdettingonderaande
bakendraaidedophandmatigvast(Figuur
103).
Desproeierpomp
controleren
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)—Pompmembraancontroleren
enindiennodigvervangen(neem
contactopmeteenerkendeT oro
servicedealer).
Omde400bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbij
dekortsteperiodeaan)—Afsluitkleppenvan
78

pompcontrolerenenindiennodigvervangen.
(neemcontactopmeteenerkendeToro
servicedealer).
Opmerking:Devolgendeonderdelenzijn
onderhevigaanslijtagedoorgebruik,tenzijdeze
gebrekenvertonen,envallennietonderdedekking
vandegarantieopdezemachine.
LaateenerkendeT oroservicedealerdevolgende
inwendigeonderdelenvandepompopschade
controleren:
•Pompmembraan
•Pompterugslagkleppen
Vervangdezeonderdelenindiennoodzakelijk.
Instellingvande
spuitbomentotniveau
Devolgendeprocedurekanwordengebruiktvoorhet
instellenvandeactuatorsophetmiddenomlinkeren
rechterspuitboomophetzelfdeniveautehouden.
1.Klapdespuitbomenindespuitstand.
2.Verwijderdeborgpenvandedraaipen(Figuur
105).
5.Zeteenmoersleutelopdeplattekantenvande
actuatorstangomdezeteimmobiliserenenzet
vervolgensdecontramoerloszodatdestang
methetoogkanwordenbewogen(Figuur106).
Figuur106
1.Plattekantopde
actuatorstang
2.Contramoer6.Standvanringvoor
3.Ring
4.Contramoerlos
5.Ringaangepast
montage
7.Contramoervastgedraaid
omnieuwepositiete
vergrendelen
g014220
Figuur105
1.Actuator4.Borgpen
2.Actuatorstang5.Pen
3.Behuizingvandraaipen
vanspuitboom
3.Tildespuitboomopenverwijderdepen(Figuur
105),enlaatdespuitboomlangzaamopde
grondzakken.
4.Controleerdepenopbeschadigingenen
vervangdezeindienditnodigis.
6.Draaideoogstangindeactuatorstangomde
uitstekendeactuatorteverkortenofteverlengen
totdegewenstestand(Figuur106).
Opmerking:Draaidestangmethetoogin
halveofvolledigeslagenzodatudestangaan
despuitboomkuntmonteren.
7.Zodradegewenstepositieisbereikt,bevestigtu
decontramoeromdeactuatorendeoogstang
vasttezetten.
8.Hefdespuitboomopzodathetdraaipuntende
g013780
actuatorstangzichineenlijnbevinden.
9.Houddespuitboomvastensteekdepen
doorhetdraaipuntvandespuitboomende
actuatorstang(Figuur105).
10.Alsdepenopzijnplaatsis,laatudespuitboom
losenzetudepenvastmetdeborgpendieu
eerderhebtverwijderd.
11.Herhaaldezeprocedureindiennodigbijalle
anderelagersvandeactuatorstang.
79

Denylondraaibussen
controleren
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.Klapdespuitbomenindespuitstanden
ondersteundespuitbomenmetassteunenof
hangdezemetbandenaaneenhenrichting.
3.Alshetgewichtvandespuitboomis
ondersteund,verwijdertudeboutendemoer
waarmeededraaipenisbevestigdaande
spuitboom(Figuur107).
Herhaaldezeprocedurebijalleanderespuitbomen.
Figuur107
1.Nylonlagerbussen3.Bout
2.Draaipen
4.Verwijderdedraaipen.
5.Verwijderdespuitboomendedraaibeugelvan
hetmiddelsteframeombijdenylondraaibussen
tekunnenkomen.
6.Verwijderdedraaibussenvandevoor-en
achterkantvandedraaibeugelencontroleer
deze(Figuur107).
Opmerking:Vervangbeschadigde
draaibussen.
7.Smeereenbeetjeolieopdedraaibussenen
monteerdezeweerindedraaibeugel.
8.Plaatsdespuitboomendedraaibeugelin
hetmiddelsteframeenzorgervoordatde
openingenzichtegenoverelkaarbevinden
(Figuur107).
9.Plaatsdedraaipenenzetdezevastmetdebout
endemoerdieueerderhebtverwijderd.
g022367
80

Reiniging
7.Gebruiklichteluchtdruk(0,34bar)omervoorte
zorgendatdeturbinevrijdraait.
Opmerking:Alsdeturbinenietvrijdraait,geef
Devloeistofstroommeter
dandezeskantigepalaandeonderkantvande
turbinenaaf1/16draaitotdeturbinevrijdraait.
reinigen
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)(vakerbijgebruikvanbevochtigbaarpoeder).
1.Hetvolledigespuitsysteemgrondiguitspoelen
enaftappen.
2.Verwijderdevloeistofstroommeterenspoel
dezeafmetschoonwater.
3.Verwijderdeborgringaandestroomopwaartse
kant(Figuur108).
Figuur108
1.Flens(behuizingvan
vloeistofstroommeter)
2.Stroomafwaartsenaaf
(metspiebaannaar
boven)
3.Borgring9.Draadboomklem
4.Stroomafwaartsgerichte
pijl
5.Stroomopwaarts1 1.Sensorconstructie
6.Rotor/magneet
4.Reinigdeturbineendeturbinenaafom
metaalvijlselenbevochtigbaarpoederte
verwijderen.
5.Controleerdeturbinebladenopslijtage.
7.Stroomopwaartsenaafen
lager(metspiebaannaar
boven)
8.Turbinepal
10.Flenskopschroef
Opmerking:Houddeturbineinuwhanden
laatdezedraaien.Deturbinemoetvrijkunnen
draaienenmagnietteveelaanlopen.Alsde
turbinenietvrijdraaitofergaanloopt,moetu
dezevervangen.
6.Monteerdevloeistofstroommeter.
Dekleppenvande
spuitmachinereinigen
•Reinigderegelklepvoordegebruiksdosisaande
handvandevolgendehoofdstukken:
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.82)
2.Deverdelerklepvoordegebruiksdosis
verwijderen(bladz.82)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.86)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.88)
5.Deverdelerklepvoordegebruiksdosis
plaatsen(bladz.88)
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.92)
•Reinigdemengklepaandehandvandevolgende
hoofdstukken:
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.82)
2.Demengverdelerklepverwijderen(bladz.
83)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.86)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.88)
5.Demengverdelerklepmonteren(bladz.89)
g214630
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.92)
•Reinigdehoofdklepvandespuitbomenaande
handvandevolgendehoofdstukken:
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.82)
2.Deverdelervoordehoofdklepvande
spuitboomverwijderen(bladz.84)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.86)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.88)
5.Deverdelervoordehoofdklepvande
spuitboomplaatsen(bladz.90)
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.92)
•Reinigde3spuitboomkleppenaandehandvan
devolgendehoofdstukken:
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.82)
2.Despuitboomverdelerklepverwijderen
(bladz.85)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.86)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.88)
5.Despuitboomverdelerklepplaatsen(bladz.
91)
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.92)
81

Deklepactuatorverwijderen
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
2.Maakdestekkermet3pennenvande
klepactuatorlosvandeelektrischeconnector
met3contactenvandekabelboomvande
spuitmachine.
3.Verwijderdeborgclipwaarmeedeactuator
bevestigdisaandeverdelerklepvoorde
gebruiksdosis,demengklep,dehoofdklep
vandespuitboomofdeklepvaneen
spuitboomgedeelte(Figuur109).
Opmerking:Knijpde2pennenvandeborgclip
samenterwijluhemnaarbenedendrukt.
Opmerking:Bewaardeactuatorende
borgclipomdezelatertemontereninDe
klepactuatorplaatsen(bladz.92).
Opmerking:Bewaardeensklemmenen
pakkingenvoormontageinDeverdelerklepvoor
degebruiksdosisplaatsen(bladz.88).
Figuur109
Actuatorvaneenklepvanhetspuitboomgedeeltegetoond
(deactuatorvandemengklepisvergelijkbaar)
1.Klepactuator
(spuitboomklepgetoond)
2.Borgclip
3.Ventielopening
4.Verwijderdeactuatoruitdeverdelerklep.
g033584
Figuur110
1.Flens(druklterkop)
2.Verdeler(regelklepvoor
gebruiksdosis)
3.Flens(mengklep)6.Connectormet3pennen
4.Flensklem
5.Pakking
(klepactuator–regelklep
voorgebruiksdosis)
2.Verwijderdeborgclipwaarmeedeuitgaande
ttingaandeverdelerkoppelingvoorde
regelklepvoordegebruiksdosisisbevestigd
(Figuur111).
g028237
Deverdelerklepvoorde
gebruiksdosisverwijderen
1.Verwijderde2ensklemmenen2pakkingen
waarmeedeverdelervoorderegelklepvoorde
gebruiksdosisisbevestigd(Figuur1 10)aanhet
druklterendemengklep.
82

Figuur112
g033586
Figuur111
1.Flenskopbout(¼"x¾")
2.Klepbevestiging
3.Flensborgmoer(¼")6.Koppeling(verdeler
4.Borgclip
5.Houder(uitgaandetting)
–regelklepvoor
gebruiksdosis)
3.Verwijderde2enskopbouten(¼"x¾")en2
ensborgmoeren(¼")waarmeederegelklep
voordegebruiksdosisisbevestigdaande
klepbevestigingenverwijderdeverdeleruitde
machine(Figuur111).
Opmerking:Maakindiennodigde
bevestigingsmaterialenvandedruklterkop
losomderegelklepvoordegebruiksdosis
gemakkelijkertekunnenverwijderen.
Opmerking:Bewaardeenskopbouten,
ensborgmoerenenborgclipvoormontagein
Deverdelerklepvoordegebruiksdosisplaatsen
(bladz.88).
g033585
1.Flens(druklterkop)
2.Verdeler(mengklep)6.Connectormet3pennen
3.Flens(omloopklep–
mengklep)
4.Flensklem
5.Pakking
(klepactuator–mengklep)
7.Flens(hoofdklep
spuitboom)
2.Verwijderdeborgclipwaarmeedevrouwelijke
snelkoppelttingaandesnelkoppelttingvande
verdelervoordemengklepisbevestigd(Figuur
113).
Demengverdelerklepverwijderen
1.Verwijderde3ensklemmenen3pakkingen
waarmeedeverdelervoordemengklepis
bevestigd(Figuur112)aandemengomloopklep,
deregelklepvoordegebruiksdosisende
hoofdspuitboomklep.
Opmerking:Bewaardeensklemmenen
pakkingenvoormontageinDemengverdelerklep
monteren(bladz.89).
83

Figuur113
1.Flenskopbout(¼"x¾")
2.Verdelerklep(mengklep)
3.Klepbevestiging
4.Flensborgmoer(¼")
5.Borgclip
6.Vrouwelijke
snelkoppeltting
7.Snelkoppeltting
(koppeling)
3.Verwijderdeenskopbout(¼"x¾")en
ensborgmoer(¼")waarmeedemengklepis
bevestigdaandeklepbevestigingenverwijder
deverdeleruitdemachine(Figuur113).
Opmerking:Bewaardeenskopbouten,
ensborgmoerenborgclipvoormontageinDe
mengverdelerklepmonteren(bladz.89).
Deverdelervoordehoofdklepvan
despuitboomverwijderen
1.Verwijderdeensklemmenenpakkingen
waarmeedeverdelervoordehoofdklepvan
despuitboom(Figuur114)isbevestigdaande
omloopklepvandespuitboomhoofdschakelaar,
demengklependeelleboogttingvan90°
(aanhetuiteindevandeslangvoorde
vloeistofmeter).
g033590
g214596
1.Flens(mengklep)
2.Flens(omloopklep–
hoofdklepspuitboom)
3.Verdeler(hoofdklep
spuitboom)
Figuur114
4.Flensklem
5.Pakking
6.Connectormet3pennen
(klepactuator–hoofdklep
spuitboom)
2.Verwijderdeborgclipwaarmeedeuitgaande
ttingvan90°aandeverdelerkoppelingvoor
dehoofdklepvandespuitboomisbevestigd
(Figuur115).
Opmerking:Bewaardeensklemmenen
pakkingenvoormontageinDeverdelervoorde
hoofdklepvandespuitboomplaatsen(bladz.
90).
84

Figuur115
1.Verdeler(hoofdklep
spuitboom)
2.Klepbevestiging5.Borgclip
3.Flensborgmoer(¼")6.Houder(uitgaandetting
4.Flenskopbout(¼"x¾")
van90°)
3.Verwijderdeenskopbout(¼"x¾")en
ensborgmoer(¼")waarmeedehoofdklep
vandespuitboomisbevestigdaande
klepbevestigingenverwijderdeklepverdeleruit
demachine(Figuur115).
Opmerking:Bewaardeenskopbout,
ensborgmoerenborgclipvoormontageinDe
verdelervoordehoofdklepvandespuitboom
plaatsen(bladz.90).
Despuitboomverdelerklep
verwijderen
1.Verwijderdeklemmenenpakkingenwaarmee
deverdelervoordespuitboomklep(Figuur
116)bevestigdisaandeaangrenzende
spuitboomklep(indienlinkerspuitboomklepen
verloopkoppeling).
g033591
1.Flens(verloopkoppeling)
2.Verdeler(spuitboomklep)
3.Flens(aangrenzende
spuitboomklep)
Figuur116
4.Pakking
5.Flensklem
g028236
2.Verwijderdeborgclipswaarmeedeuitgaande
ttingisbevestigdaandeverdelerklepvan
despuitbomenendeborgclipswaarmeede
verdeleraandeomloopttingisbevestigd
(Figuur117).
85

g028238
Figuur117
1.Borgclip
2.Houder(omlooptting)
3.Houder(uitgaandetting)
4.Verdelerklep
1.Omlooptting2.Spuitboomklepverdeler
Figuur118
g028239
3.Bijdekleppenvandelinkerenrechter
spuitbomen:verwijderdeenskopbouten
enensmoerenwaarmeedeklep(pen)van
despuitbomenaandeklepbevestigingzijn
bevestigdenverwijderdeklepverdeler(s)uit
demachine.Bijdeklepvandemiddelste
spuitboom:verwijderdespuitboomklepverdeler
uitdemachine(Figuur118).
Deverdelerklepreinigen
1.Plaatsdeafsluiterzodatdezeindegesloten
standstaat(Figuur119B).
g027562
Figuur119
1.Klepopen2.Klepgesloten
2.Verwijderde2dopaansluitingenvande
uiteindenvandeverdelerbehuizing(Figuur120
enFiguur121).
86

Figuur120
Mengklepverdeler
1.Houdervanafsluiter7.O-steunring(0,676"x
2.Afsluiter
3.Ventielopening9.Behuizingvanverdeelstuk
4.Ventielhouder10.Kogelklep
5.Dopaansluiting11.Dopaansluiting
6.Afdichtringvoordop
(0,796"x0,139")
0,07")
8.Ringklepzitting
g028243
g028240
Figuur121
Spuitboomklepverdeler
1.Ventielzitting
2.Ventieleenheid
3.Ventielopening9.Kogelzitting
4.Houdervanafsluiter
5.O-ringvanuitgaande
aansluiting(0,737"x
0,103")
6.Koppeling(verdeler)
7.O-ringvandop(0,796"x
0,139")
8.O-steunring(0,676"x
0,07")
10.Behuizingvanverdeelstuk
11.Kogelklep
12.Koppelingseenheid
(verdeler)
3.Draaideafsluiterzodatdekogelindegeopende
standstaat(Figuur119A).
Opmerking:Wanneerdeafsluiterinhet
verlengdevandestroomindeklepligt,zalde
kogeleruitglijden.
4.Verwijderdehoudervandeafsluiteruitde
openingenindeventielopeningvandeverdeler
(Figuur120enFiguur121).
5.Neemdehoudervandeafsluiterendezitting
vandeafsluiteruitdeverdeler(Figuur120en
Figuur121).
6.Neemdeventieleenheiduitdeverdelerbehuizing
(Figuur120enFiguur121).
7.Reinigdebinnenkantvandeverdelerende
buitenkantvandekogelklep,deventieleenheid,
deborgclipendeeindsluitingen.
87

Deverdelerklepmonteren
Deverdelerklepvoorde
1.ControleerdestaatvandeO-ringenvande
uitgaandetting(alleenspuitboomklepverdeler),
deO-ringenvandedopafdichting,deO-ringen
vandeachterzittingendekogelzittingopschade
ofslijtage(Figuur120enFiguur121).
Opmerking:Vervangversletenofbeschadigde
O-ringenenzittingen.
2.Brengsmeerselaanopdeafsluiterensteek
dezeindezittingvandeafsluiter(Figuur120
enFiguur121).
3.Monteerdeafsluiterendezittingindeverdeler
enbevestigdeafsluiterendezittingmetde
houdervandeafsluiter(Figuur120enFiguur
121).
4.ZorgdatdeO-ringvandeachterzittingende
kogelzittinguitgelijndzijnenophunplaatszitten
indedopaansluiting(Figuur120enFiguur121)
5.Brengdedopaansluitingaanopde
verdelerbehuizingtotdeensvande
dopaansluitingcontactmaaktmetde
verdelerbehuizing(Figuur120enFiguur121).
Draaivervolgensdedopaansluitingnog⅛tot
¼slag.
gebruiksdosisplaatsen
1.Lijneenpakkinguittussendeenzenvan
deregelklepvoordegebruiksdosisende
druklterkop(Figuur123A).
Opmerking:Zetindiennodighet
bevestigingsmateriaalvoordedruklterkoplos
omspelingteverkrijgen.
Opmerking:Weesvoorzichtigzodatuhet
uiteindevandeaansluitingnietbeschadigt.
6.Steekdekogelindeklepbehuizing(Figuur122).
Opmerking:Deafsluitermoetinde
kogelopeningpassen.Alsdeafsluitererniet
inpast,dientudelocatievandekogelaante
passen(Figuur122).
Figuur122
7.Draaideafsluiterzodatdeklepgeslotenis
(Figuur119B)
8.Herhaalstap4en5voordeandere
dopaansluiting.
g028538
Figuur123
1.Borgmoer(¼")
2.Klepbevestiging
3.Flens
(mengklep)
4.Flenskopbout
(¼"x¾")
g027565
5.Pakking9.Koppeling
6.Flensklem10.Houder
7.Flens
(druklterkop)
8.Flens
(regelklepvoor
gebruiksdosis)
(verdelerklep)
(uitgaande
tting)
11.Borgclip
2.Monteerdeverdelerklepvoordegebruiksdosis,
depakkingendedruklterkopmeteenensklem
endraaihandmatigvast(Figuur123A).
3.Lijndepakkinguittussendeenzenvan
deregelklepvoordegebruiksdosisende
mengklepverdeler(Figuur123A).
88

4.Monteerdeverdelerklepvoordegebruiksdosis,
depakkingendemengklepverdelermeteen
ensklemendraaihandmatigvast(Figuur
123A).
5.Monteerderegelklepvoordegebruiksdosisaan
deklepbevestigingmetde2enskopboutenen
2ensborgmoeren(Figuur123A)dieuhebt
verwijderdinstap3vanDeverdelerklepvoorde
gebruiksdosisverwijderen(bladz.82)endraai
demoerenboutvasttot10-12N·m.
6.Monteerdeuitgaandettingopde
koppelingttingonderaandeverdeler
voorderegelklepvoordegebruiksdosis(Figuur
123B).
7.Bevestigdekoppelingvandeuitgaandetting
dooreenborgclipindehoudervandeuitgaande
ttingtesteken(Figuur123B).
8.Alsuhetbevestigingsmateriaalhebtlosgezet
voordedruklterkop,dientudemoerenbout
aantedraaientot10-12N·m.
Demengverdelerklepmonteren
1.Lijndeensvandemengklepverdeleruitmet
eenpakkingendeensvandemengomloopklep
(AvanFiguur124).
Opmerking:Maakindiennodighet
bevestigingsmateriaalvoordehoofdklepvande
spuitboomlosomspelingteverkrijgen.
Figuur124
1.Flenskopbout(¼"x¾")
2.Pakking6.Klepbevestiging
3.Verdeler(mengklep)7.Connectormet3pennen
4.Flensborgmoer(¼")
5.Flensklem
(klepactuator–mengklep)
2.Monteerdemengomloopklep,depakkingende
mengklepverdelermeteenensklemendraai
handmatigvast(Figuur125).
3.Lijndepakkinguittussendeenzenvan
deregelklepvoordegebruiksdosisende
mengklepverdeler(Figuur125A).
g033604
1.Flens(regelklepvoor
gebruiksdosis)
2.Flens(hoofdklep
spuitboom)
3.Flensklem7.Borgclip
4.Pakking
89
g033605
Figuur125
5.Koppeling(verdelerklep)
6.Houder(uitgaandetting)

4.Monteerderegelklepvoordegebruiksdosis,
depakkingendemengklepverdelermeteen
ensklemendraaihandmatigvast(Figuur
125A).
5.Lijndepakkinguittussendeenzenvande
mengklepverdelerendehoofdklepvande
spuitboom(Figuur125A).
6.Monteerdemengklepverdeler,depakkingende
hoofdklepvandespuitboommeteenensklem
endraaihandmatigvast(Figuur125A).
7.Monteerdeuitgaandettingopde
koppelingttingonderaandeverdeler
voordemengklep(Figuur125B).
8.Bevestigdeuitgaandettingaande
koppelingttingdooreenborgclipindehouder
vandeuitgaandettingtesteken(Figuur125B).
9.Monteerdemengklepaandeklepbevestiging
metdeenskopboutenensborgmoer(Figuur
124)dieuhebtverwijderdinstap3vanDe
mengverdelerklepverwijderen(bladz.83)en
draaidemoerenboutaanmet10-12N·m.
10.Alsuhetbevestigingsmateriaalvandehoofdklep
vandespuitboomhebtlosgedraaid,dientude
moerenboutaantedraaienmet10tot12N·m.
Deverdelervoordehoofdklepvan
despuitboomplaatsen
1.Flens(mengklep)
2.Flens(omloopklep–
hoofdklepspuitboom)
3.Verdeler(hoofdklep
spuitboom)
g033590
Figuur126
4.Flensklem
5.Pakking
6.Connectormet3pennen
(klepactuator–hoofdklep
spuitboom)
1.Lijndeensvandeverdelervandehoofdklep
vandespuitboomuitmeteenpakking
endeensvandeomloopklepvande
spuitboomhoofdschakelaar(Figuur126).
2.Monteerdeverdelervandehoofdklepvande
spuitboom,depakkingendeomloopklepvande
spuitboomhoofdschakelaarmeteenhandvast
aangedraaideensklem(Figuur126).
3.Lijndeensvandeverdelervandehoofdklep
vandespuitboomuitmeteenpakkingende
mengklepverdeler(Figuur126).
4.Monteerdeverdelervoordehoofdklepvande
spuitboom,depakkingendemengklepverdeler
meteenensklemendraaihandmatigvast
(Figuur126).
5.Lijndehoudervandeuitgaandettingvan90°
uitopdekoppelingttingonderaandeverdeler
voordehoofdklepvandespuitboom(Figuur
127).
90

Figuur127
1.Verdeler(hoofdklep
spuitboom)
2.Klepbevestiging5.Borgclip
3.Flensborgmoer(¼")6.Houder(uitgaandetting
4.Flenskopbout(¼"x¾")
van90°)
6.Bevestigdekoppelingvandeuitgaandetting
dooreenborgclipindehoudervandeuitgaande
ttingtesteken(Figuur127).
7.Monteerdemengklepaandeklepbevestiging
metdeenskopboutenensborgmoer(Figuur
126)dieuhebtverwijderdinstap3vanDe
verdelervoordehoofdklepvandespuitboom
verwijderen(bladz.84)endraaidemoeren
boutaanmet10-12N·m.
Despuitboomverdelerklep
plaatsen
1.Monteerdebovenstedopaansluitingvande
verdelerklepindeomlooptting(Figuur128A).
Opmerking:Zetindiennodighet
bevestigingsmateriaalvoordeomloopttinglos
omspelingteverkrijgen.
g033609
Figuur128
1.Flens(verloopkoppeling)6.Houder(uitgaandetting)
2.Houder(omlooptting)
3.Omlooptting8.Flens(verdeler–
g033591
4.Flens(aangrenzende
verdeler–mengklep)
5.Dopaansluiting
(verdelerklep)
7.Borgclip
spuitboomklep)
9.Pakking
10.Flensklem
2.Bevestigdedopaansluitingaandeomlooptting
dooreenborgclipindehoudervande
omloopttingtebrengen(Figuur128A).
3.Monteerdeuitgaandettingopdeonderste
dopaansluitingvandeverdelerklep(Figuur
128A).
4.Bevestigdedopaansluitingaandeuitgaande
ttingdooreenborgclipindehoudervande
uitgaandettingtebrengen(Figuur128A).
5.Lijndepakkinguittussendeenzenvande
verloopkoppelingendespuitboomklepverdeler
(Figuur128B).
6.Monteerdeverloopkoppeling,depakkingende
spuitboomklepverdelermeteenklemendraai
handmatigvast(Figuur128B).
7.Bijdemontagevande2spuitboomkleppen
uiterstlinksdientupakkinguittelijnen
tussendeenzenvande2aangrenzende
spuitboomklepverdelers(Figuur128B).
8.Monteerde2aangrenzendespuitboomklepver-
delerseneenpakkingmeteenklemendraai
dezemetdehandvast(Figuur128B).
9.Bijdekleppenvandelinkerenrechter
spuitbomen:monteerdekleppenaande
klepbevestigingmetdeenskopbouten
ensborgmoerdieuhebtverwijderdinstap
3vanDespuitboomverdelerklepverwijderen
(bladz.85)endraaidemoerenenboutenaan
met10-12N·m.
91

10.Alsuhetbevestigingsmateriaalhebtlosgedraaid
voordeomlooptting,dientudemoerenbout
aantedraaientot10-12N·m.
Deklepactuatorplaatsen
1.Lijndeactuatoruitmetdeverdelerklep(Figuur
109).
2.Bevestigdeactuatorendeklepmetde
borgclipdieuhebtverwijderdinstap3vanDe
klepactuatorverwijderen(bladz.82).
3.Sluitdestekkermet3contactenvande
klepactuatorkabelboomaanopdeconnector
met3contactenvandekabelboomvande
spuitmachine.
Stalling
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
steldeparkeerreminwerking,schakelde
spuitpompuit,zetdemotorafenverwijderhet
sleuteltje.
Opmerking:VoormodellenuitdeHD-serie
endeHDX-seriemeteenhandgeschakelde
versnellingsbakschakeltudeaftakasuit.
2.Verwijdervuilenvetvanhethelevoertuig,
inclusiefdebuitenkantvandekoelribbenvande
cilinderkopendeventilatorbehuizing.
Belangrijk:Ukunthetvoertuigmeteenmild
reinigingsmiddelenwaterwassen.Doedit
nietmeteenhogedrukreiniger.Daardoorkan
hetelektrischesysteemwordenbeschadigd
ofnoodzakelijkvetopwrijvingspunten
wordenweggespoeld.Gebruiknietteveel
waterindebuurtvanhetbedieningspaneel,
deverlichting,demotorendeaccu.
3.Behandelhetspuitsysteemalsvolgt:
A.Laatdewatertankleeglopen.
B.Laathetspuitsysteemzogrondigmogelijk
leeglopen.
C.Maakroestwerende,nietopalcohol
gebaseerdeantivriesoplossingvoor
motorvoertuigenaanvolgensdeinstructies
vandefabrikant.
D.Gietdeantivriesoplossingvoor
motorvoertuigenindewatertanken
despuittank.
E.Laatdespuitpompeenpaarminutenlopen
zodatdeantivriesvoormotorvoertuigen
doorhetspuitsysteemeneventueel
gemonteerdespuitaccessoiresstroomt;zie
Spuitpomp(bladz.46).
F.Laatdewatertankenhetspuitsysteemzo
grondigmogelijkleeglopen.
4.Tildespuitbomenopmetbehulpvande
schakelaarsvandespuitboomlift.Breng
despuitbomenomhoogtotdatzijgeheel
kruiselingsoverelkaarindetransportstandin
detransporthouderzijngezetendehefcilinders
volledigzijnteruggetrokken.
Opmerking:Zorgervoordatdecilindersvan
despuitbomenvolledigzijnteruggetrokken
ombeschadigingvandeactuatorstangte
voorkomen.
5.Voerdevolgendeonderhoudsstappenuit
wanneerudemachinevoorkorteoflangetijd
gaatstallen:
92

•Kortestalling(minderdan30dagen),
reinighetspuitsysteem;zieDespuitmachine
reinigen(bladz.63).
•Langestalling(langerdan30dagen),doe
hetvolgende:
A.Maakdespuitkleppenschoon;zieDe
kleppenvandespuitmachinereinigen
(bladz.81).
B.Smeerdespuitmachine;zieSmering
(bladz.75).
C.Controleerallebouten,schroevenen
moerenendraaidezevast.
Opmerking:Vervangofrepareer
versletenofbeschadigdeonderdelen.
D.Controleerdestaatvanalle
spuitslangen.
Opmerking:Vervangversletenen
beschadigdeslangen.
E.Draaialleslangaansluitingenvast.
F.Werkallekrassenofafgebladderde
metaaloppervlakkenbijmetlak
dieverkrijgbaarisbijuwerkende
servicedealer.
G.Staldemachineineenschone,droge
garageofopslagruimte.
H.Verwijderhetcontactsleuteltjeuitde
starterschakelaarenbewaarhetop
eenveiligeplaatsbuitenhetbereikvan
kinderen.
I.Dekdemachineafomdezete
beschermenenschoontehouden.
Hetmiddelstebedieningspaneel
gebruiksklaarmaken
1.Koppeldeaccukabelslosvandeaccu;zie6De
accuafkoppelen(bladz.23).
2.Maakdezekeringhoudervandespuitmachine
losvandezekeringhoudervande
machine,enkoppeldebedradingtussen
de2zekeringhouderslos;zie1 1De
zekeringenhoudervandespuitmachine
monteren(bladz.28).
3.VerwijderdekabelboomvandeJ-clips;zieDe
achterstekabelboomvandespuitmachinenaar
hetbedieningspaneelleiden(bladz.27).
4.Zetdehandknoponderhetpaneellosen
verwijderdeR-pen;zieHetbedieningspaneel
opdemachinemonteren(bladz.26).
5.Maakdekabelswaarmeedezekeringhouder
voordespuitmachineaangeslotenisopde
zekeringhoudervandemachinelos;zie11
Dezekeringenhoudervandespuitmachine
monteren(bladz.28).
6.Maakdezekeringhoudervandespuitmachine
losvandezekeringhoudervandemachine;zie
11Dezekeringenhoudervandespuitmachine
monteren(bladz.28).
7.Verwijderhetpaneelvandemontagebeugelvan
hetpaneelaanhetdashboardvandemachine
enlijndedraaipenvanhetbedieningspaneeluit
metdeopberghaakaandevoorstetankband
(Figuur129);zieHetbedieningspaneelopde
machinemonteren(bladz.26).
Hetframevande
spuitmachineendetank
verwijderen
Vermogenhefwerktuig:408kg
GEVAAR
Bijhetomgaanmetdespuittankconstructie
moeturekeninghoudenmeteengevaar
dooropgeslagenenergie.Alsdeconstructie
nietgoedisvastgezetbijhetmonterenof
verwijderenkandezebewegenofvallen,
waardooruofanderenletselkunnenoplopen.
Gebruikaltijdriemeneneenhenrichting
omdespuittankconstructieteondersteunen
tijdensmonteren,verwijderenen
onderhoudswerkzaamhedenwaarbiju
bevestigingsmateriaalverwijdert.
g033615
Figuur129
1.Bedieningspaneel3.R-pen
2.Opberghaak(voorste
bandvanspuittank)
8.Monteerhetpaneelopdebeugelenbevestigde
draaipenmetdeR-penaandebeugel(Figuur
129).
93

Deassteunenmonteren
Vermogenhefwerktuig:408kg
1.Zetdevoorsteassteunopeenlijnmetde
assteunbeugelaandevoorkantvandetank
(Figuur130).
Figuur130
1.Gaffelpen(½"x3")4.R-pen(5/32"x2⅝")
2.Assteunbeugel5.Voorsteassteun
3.Borgknop
2.Steekdeassteunindebeugeltothetmiddelste
gatindehorizontalebuisvandeassteunopéén
lijnismethetgatbovenaandebeugel(Figuur
130).
3.Steekdegaffelpen(½"x3")indegateninde
assteunenbeugel,enbevestigdegaffelpen
meteenR-pen(5/32"x2⅝").
4.Draaieenborgknopindeassteunbeugelen
draaidezehandvast(Figuur130).
5.Lijndeachtersteassteunuitmetdebeugelvan
deachtersteassteun(Figuur131).
g028422
g028423
Figuur131
1.R-pen(5/32"x2⅝")
2.Gaffelpen(½"x4½")
3.Assteunbeugel
4.Achtersteassteun
6.Lijnhetgatbovenaandeassteunuitmethetgat
inhettankframe(Figuur131).
7.Bevestigdeassteunaandebeugelenhetframe
met2gaffelpennen(½"x4½")en2R-pennen
(5/32"x2⅝")zoalsinFiguur131.
8.Herhaalstap1tot7voordevoorsteenachterste
assteunaandeanderezijdevanhettankframe.
94

Hetframevandesproeier
verwijderen
1.Laatdespuitbomenzakkentotongeveer45°en
draaizedannaarvoren(Figuur132).
Figuur132
2.Verwijderaanbeidekantenvandemachine
de2bouten(½"x1½")en2borgmoeren(½")
waarmeedesteunbeugelvoorhettankframe
bevestigdisaandemachine,zie13Het
tankframelatenzakken(bladz.32).
5.Bevestighethefwerktuigaandehorizontale
buizenvandevoorsteassteunenendeverticale
stangvandeachtersteassteunen(Figuur132).
6.Brengdetankconstructie7,5tot10cmomhoog
enverwijderdelynchpennenengaffelpennen
waarmeedehefcilindersaandetankzijn
bevestigd.
7.Tilhettankframehooggenoegvandemachine
omhetframevandemachinetekunnennemen
(Figuur132).
8.Rijhetvoertuigvoorzichtignaarvoren,onder
hettankframeuit.
9.Laathettankframelangzaamneeropdegrond.
g033619
3.Tilhettankframeopmetdehefcilinders,monteer
decilindervergrendeling,endoehetvolgende:
Opmerking:ZieDetankovereindzetten
(bladz.74).
•VoorWorkman-modellenuitdeHD-en
HDX-seriemetmanueletransmissiekoppelt
udeaftakaslosvandetransaxle;raadpleeg
demontage-instructiesvandeegalisatieset
voordeMultiProWMgazonspuitmachine,
Workmanmultifunctioneelvoertuigmet
manueletransmissie.
•VoorWorkman-modellenuitdeHDX-serie
metautomatischetransmissiekoppelt
udehydraulischeslangenaanhet
paneelvoorhogestrominglos;bedekde
ttings.Raadpleegdemontage-instructies
vandeegalisatiesetvoordeMultiPro
WMgazonspuitmachine,Workman
multifunctioneelvoertuigmetautomatische
transmissie.
•Koppeldebedradingvandesnelheidssensor
af;zieDekabelboomvandesnelheidssensor
aansluiten(modellenuitdeHD-seriemet
manueletransmissie)(bladz.24)en
Dekabelboomvandesnelheidssensor
aansluiten(modelHDX-Auto)(bladz.24).
4.Verwijderdecilindervergrendelingenlaathet
tankframezakkenmetdehefcilinders;zieDe
tankconstructieomlaagbrengen(bladz.75).
95

Problemen,oorzaakenremedie
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Eenspuitboomwerktniet.
Eenspuitboomkannietworden
uitgeschakeld.
Eenklepvaneenspuitboomlekt.
Dedrukdaaltalsueenspuitboom
inschakelt.
1.Deelektrischeaansluitingopdeklep
vandespuitboomisvuiloflos.
2.Eenvandezekeringenisdoorgebrand.2.Dezekeringencontrolerenenindien
3.Erziteenslanggekneld.
4.Eenomloopklepvandespuitboomis
verkeerdingesteld.
5.Eenvandespuitboomkleppenis
beschadigd.
6.Hetelektrischesysteemisbeschadigd.6.Neemcontactopmeteenerkende
1.Deklepvaneenspuitboomis
beschadigd.
1.Eriseenafdichtingversletenof
beschadigd.
1.Deomloopklepvandespuitboomis
verkeerdingesteld.
2.Erziteenverstoppingindeklepvan
despuitboom.
3.Eenltervaneenspuitdopis
beschadigdofverstopt.
1.Deklepmetdehanduitschakelen.
Deelektrischeconnectoropdeklep
losmakenenallekabelsreinigen;
daarnadeelektrischeconnectorweer
aansluiten.
nodigvervangen.
3.Slangreparerenofvervangen.
4.Steldeomloopkleppenvande
spuitboomin.
5.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
servicedealer.
1.Demonteerdeklepvandespuitboom;
ziehethoofdstukDekleppenvande
spuitmachinereinigen.Controleeralle
onderdelenenvervangdezealsze
beschadigdzijn.
1.Demonteerdeklepenvervangde
afdichtingenmetbehulpvandeset
voorklepreparatie;neemcontactop
meteenerkendeservicedealer.
1.Deomloopklepvandespuitboom
instellen.
2.Deinlaat-enuitlaataansluitingenvan
deklepvandespuitboomnemenen
deverstoppingverwijderen.
3.Allespuitdoppenverwijderenen
controleren.
96

Schema's
Stroomdiagram,spuitsysteem(Rev.B)
97
g209531

Opmerkingen:

PrivacyverklaringvoorEuropa
DeinformatiedieT oroverzamelt
ToroWarrantyCompany(Toro)respecteertuwprivacy.Omuwgarantieclaimtebehandelenencontactmetuoptenemeninhetgevalvaneen
terugroepactievragenwijombepaaldepersoonlijkeinformatiemeetedelen,hetzijdirectofviauwlokaleTorodealer.
HetT orogarantiesysteemwordtgehostopserversindeVerenigdeStaten,waardeprivacywetmogelijknietdezelfdebeschermingbiedtalsinuwland.
DOORUWPERSOONLIJKEGEGEVENSMETONSTEDELENSTEMTUINMETDEVERWERKINGVANUWPERSOONLIJKEGEGEVENS
ZOALSBESCHREVENINDEZEPRIV ACYVERKLARING.
HoeToroinformatiegebruikt
Torokanuwpersoonsgegevensgebruikenomuwgarantieclaimtebehandelen,contactmetuoptenemeninhetgevalvaneenterugroepactie,ofvoor
eenanderdoeleindewaarvanweuopdehoogtebrengen.Torokanuwinformatiedelenmetzijnafdelingen,dealersofanderezakenpartnersinverband
metdezeactiviteiten.Weverkopenuwpersoonsgegevensnietaananderebedrijven.Webehoudenonshetrechtvoorompersoonsgegevenstedelen
teneindetevoldoenaangeldendewettenenverzoekenvandeaangewezenautoriteiten,opdatwijonzesystemennaarbehorenkunnengebruikenofmet
hetoogoponzeeigenbeschermingofdievananderegebruikers.
Behoudvanuwpersoonlijkeinformatie
Wijbewarenuwpersoonsgegevenszolangalsnodigisvoordedoeleindenwaarvoorzeoorspronkelijkwerdenverzameldofvooranderelegitieme
doeleinden(zoalsnalevingvanvoorschriften),ofzolangalsvereistisdoordevantoepassingzijndewet.
Toro'sengagementvoordebeveiligingvanuwpersoonlijkegegevens.
Wenemenredelijkevoorzorgenomuwpersoonlijkegegevenstebeschermen.Weproberenbovendiendenauwkeurigheidengeldigheidvan
persoonlijkegegevenstewaarborgen.
Toegangtotenaanpassingvanuwpersoonlijkegegevens
Alsutoegangwensttotuwpersoonlijkegegevensofdezewiltaanpassen,gelievedaneene-mailtesturennaarlegal@toro.com.
Australischeconsumentenwet
AustralischeklantenkunnenvoorinformatieoverdeAustralischeconsumentenwet(AustralianConsumerLaw)terechtbijdelokaleTorodealerofze
kunnendezeinformatieindedoosvinden.
374-0282RevC

ToroGarantie
Beperktegarantievantweejaar
Voorwaardenenproductenwaarvoordegarantiegeldt
TheT oroCompanyendehieraangelieerdeonderneming,T oroWarrantyCompany,
biedenkrachtenseenovereenkomsttussenbeideondernemingengezamenlijk
degarantiedatuwT oroproduct(hierna:het'product')gedurendetweejaarof
1500bedrijfsuren*vrijvanmateriaalgebrekenoffabricagefoutenis,metdien
verstandedathierbijdekortsteperiodemoetwordenaangehouden.Dezegarantie
geldtvooralleproductenmetuitzonderingvanbeluchters(ziedeafzonderlijke
garantieverklaringenvoordezeproducten).Ineengevalwaarindegarantievan
toepassingis,zullenwijhetproductkosteloosreparerenenooknietdekosten
vandiagnose,arbeid,onderdelenentransportinrekeningbrengen.Degarantie
gaatinopdedatumwaarophetproductisgeleverdaandeoorspronkelijkekoper.
*Hetproductisuitgerustmeteenurenteller .
Aanwijzingenvooraanvraagvangarantieservice
Udientcontactoptenemenmetdedistributeuroferkendedealerbijwieuhetproduct
heeftgekocht,zodraudenktdatersprakeisvaneengevalwaaropdegarantievan
toepassingis.Alshetumoeitekosteendistributeuroferkendedealertevindenof
vragenhebtoverrechtenofplichtenmetbetrekkingtotdegarantie,kuntucontact
metonsopnemenop:
ToroCommercialProductsServiceDepartment
ToroWarrantyCompany
811 1LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420-1196
+1-952-888-8801of+1-800-952-2740
E-mail:commercial.warranty@toro.com
Plichtenvandeeigenaar
AlseigenaarvanhetproductbentuverantwoordelijkvoordevereisteonderhoudsenafstelwerkzaamhedendiewordenvermeldindeGebruikershandleiding.Indienu
devereisteonderhouds-enafstelwerkzaamhedennietuitvoert,kanuwgarantieclaim
wordenafgewezen.
Zakenengevallendienietonderdegarantievallen
Nietallestoringenofdefectenvanhetproductdieplaatsvindentijdensde
garantieperiodezijnmateriaalgebrekenoffabricagefouten.Buitendezegarantie
vallen:
•DefectenalsgevolgvanhetgebruikvananderedanorigineleToroonderdelen,
ofalsgevolgvandemontageengebruikvanadditionele,gewijzigdeofnietvan
Toroafkomstigeaccessoiresenproducten.Defabrikantvandezeartikelenkan
eenafzonderlijkegarantieverstrekken.
•Defectenalsgevolgvannalatigheidomaanbevolenonderhouds-en/of
afstelwerkzaamhedenteverrichten.AlsuuwToroproductnietgoed
onderhoudtvolgensdelijstmetaanbevolenonderhoudswerkzaamhedenin
deGebruikershandleiding,kanditertoeleidendatgarantieclaimsworden
afgewezen.
•Defectenalsgevolgvanverkeerd,achteloosofroekeloosgebruikvanhet
product.
•Onderdelendieonderhevigzijnaanslijtagedoorgebruik,tenzijdezegebreken
vertonen.V oorbeeldenvanonderdelendieslijtenofwordenverbruikt
tijdenseennormaalgebruikvanhetproductzijnondermeer,maarniet
uitsluitend:remblokkenenremvoeringen,koppelingsvoeringen,maaimessen,
messenkooien,rollenenlagers(verzegeldofsmeerbaar),snijplaten,bougies,
zwenkwielenenzwenkwiellagers,banden,lters,drijfriemenensommige
onderdelenvanspuitmachineszoalsmembranen,spuitdoppen,afsluitkleppen
endergelijke.
•Defectenveroorzaaktdoorexterneinvloeden.Externeinvloedenzijnondermeer,
maarnietuitsluitend:weersomstandigheden,wijzevanopslag,verontreiniging,
gebruikvanniet-goedgekeurdebrandstoffen,koelvloeistoffen,smeermiddelen,
additieven,meststoffen,water ,chemischestoffenendergelijke.
•Storingenofgebrekkigeprestatiesdiehetgevolgzijnvanhetgebruikvan
brandstoffen(bv.benzine,dieselofbiodiesel)dienietvoldoenaanhun
respectievelijkeindustriestandaarden.
•Normalegeluidssterkte,trillingen,slijtageenachteruitgang.
•Normaleslijtageomvatondermeer,maarnietuitsluitend:schadeaanstoelenals
gevolgvanslijtageofafschuring,afgebladderdeverfoppervlakken,beschadigde
stickersenkrassenopruiten.
Onderdelen
Garantiewordtverleendoponderdelendiemoetenwordenvervangeninhetkadervan
hetvereisteonderhoud,gedurendedegarantieperiodetothungeplandevervanging.
Eenonderdeeldatuithoofdevandegarantieisvervangen,komtvoordeduurvande
oorspronkelijkeproductgarantieinaanmerkingvoordegarantieenwordteigendom
vanT oro.Toroneemtdeuiteindelijkebeslissingofeenonderdeelofeengroepvan
onderdelenwordtgerepareerdofvervangen.T oromagvoorgarantiereparatiesinde
fabriekgereviseerdeonderdelengebruiken.
Garantiesemitractieaccuenlithiumionaccu:
Semitractieaccu'senlithiumionaccu'shebbeneenspeciektotaalaantal
kilowatturendiezijtijdenshunlevensduurkunnenleveren.Dewijzewaaropzij
wordengebruikt,opgeladenenonderhoudenkanhunlevensduurverlengenof
bekorten.Alsdeaccu'sinditproductwordengebruikt,zalhunbruikbaarheid
tussendeoplaadintervallenlangzaamverminderentotdatzijvollediguitgeput
zijn.Vervangingvaneenaccudieisuitgeputalsgevolgvannormaalgebruik,is
deverantwoordelijkheidvandeeigenaarvanhetproduct.Eenaccumoetsoms
tijdensdenormalegarantieperiodeopkostenvandeeigenaarwordenvervangen.
Opmerking:(alleenlithiumionaccu):Eenlithiumionaccuheefteengedeeltelijke
proratagarantiedielooptvanjaar3totjaar5engebaseerdisopdetijddie
deaccualdienstheeftgedaanendegebruiktekilowatturen.Raadpleegde
Gebruikershandleidingvoormeerinformatie.
Onderhoudopkostenvandeeigenaar
Opvoerenvandemotor,smeren,reinigenenwaxen,hetvervangenvanlters,
koelvloeistofenhetuitvoerenvanaanbevolenonderhoudswerkzaamhedenbehoren
totdegebruikelijkewerkzaamhedendienodigzijnvoorT oroproductenendievoor
rekeningvandeeigenaarzijn.
Algemenevoorwaarden
Opgrondvandezegarantiesmogenreparatiesuitsluitendwordenuitgevoerddoor
eenerkendeT orodealer.
TheToroCompanyendeToroWarrantyCompanyzijnnietaansprakelijkvoor
indirecteofbijkomendeschadeofgevolgschadeinsamenhangmethetgebruik
vandeToroproductendieonderdezegarantievallen,inclusiefdekosten
ofuitgavenvoordeleveringvanvervangenmateriaalofdienstengedurende
eenredelijkeperiodevanonbruikbaarheidofbuitengebruikstellingtijdens
deuitvoeringvanreparatiewerkzaamhedenopgrondvandezegarantie.Met
uitzonderingvandeemissiegarantiewaarnaarhieronder,indienvantoepassing,
wordtverwezen,bestaatergeenandereexplicietegarantie.Alleimpliciete
garantiesvanverkoopbaarheidofgeschiktheidvoorgebruikzijnbeperkttot
deduurvandezeexplicietegarantie.
Sommigelandenstaanuitsluitingenvanbijkomendeschadeofgevolgschadeof
beperkingenopdeduurvandeimplicietegarantieniettoe,zodatbovengenoemde
uitsluitingenenbeperkingeninuwgevalmogelijknietvantoepassingzijn.Deze
garantiegeeftuspeciekejuridischerechten;daarnaastkuntubeschikkenover
andererechtendieperlandkunnenverschillen.
Opmerkingmetbetrekkingtotdegarantieopdemotor:
Hetemissiecontrolesysteemopuwproductkanvallenonderdedekkingvan
eenafzonderlijkegarantiedietegemoetkomtaandeeisenvandeAmerikaanse
EnvironmentalProtectionAgency(EP A)en/ofdeCaliforniaAirResourcesBoard
(CARB).Debeperkingenvandebedrijfsurendiehierbovenzijngenoemd,geldenniet
voordegarantieophetemissiecontrolesysteem.Ziedegarantieverklaringvoorhet
controlesysteemvandeemissievandemotorindeGebruikershandleidingvanuw
productofinhetdocumentatiemateriaalvandefabrikantvandemotorvoornadere
bijzonderheden.
AnderelandendandeVSofCanada
KopersvanT oroproductendiezijngeëxporteerduitdeVerenigdeStatenofCanada,moetencontactopnemenmethunT oroDistributeur(Dealer)voordegarantiebepaling
dieinhunland,provincieofstaatvantoepassingzijn.Alsuomeenofandereredenontevredenbentoverdeservicevanuwverdelerofmoeilijkinformatieoverde
garantiekuntkrijgen,verzoekenwijucontactoptenemenmetdeT oroimporteur .
374-0253RevD