
FormNo.3405-506RevB
MultiPro
Modelnr.:41188—Serienr.:316000001enhoger
®
1750spuitmachine
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3405-506*B

DeMultiProgazonspuitmachineiseenspeciaal
gazonspuitvoertuigenisbedoeldvoorgebruik
doorprofessionelebestuurdersbijcommerciële
toepassingen.Hetsysteemismetnameontworpen
voorspuitenopgoedonderhoudengazonsinparken,
golfbanenensportvelden.
DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
Inleiding
Leesdezehandleidingzorgvuldig,zodatuweethoe
udemachineopdejuistewijzekuntgebruikenen
onderhouden.Deinformatieindezehandleidingkan
uenanderenhelpenletselenschadetevoorkomen.
HoewelT oroveiligeproductenontwerptenfabriceert,
blijftuverantwoordelijkvoorhetjuisteenveilige
gebruikvandemachine.
Alsdemachinezondereengoedwerkende
vonkenvanger,zoalsomschreveninsectie4442,of
eengoedonderhouden,brandveiligemotorwordt
gebruiktineenbosgebiedofopeenmetdicht
struikgewasofgrasbegroeidterrein,handeltde
bestuurderinstrijdmetdebepalingenvansectie4442
of4443vandeWetopdeOpenbareHulpbronnen
(PublicResourcesCode)vandeStaatCalifornië.
Hetelektronischeontstekingssysteemvoldoetaande
CanadesenormICES-002
DebijdezemotorgeleverdeGebruikershandleidingbevatinformatieoverhetEnvironmental
ProtectionAgency(EPA)indeVerenigdeStaten,
hetCaliforniaEmissionControlRegulationvoor
emissiesystemen,onderhoudengarantie.Bestel
vervangingsonderdelenbijdefabrikantvande
motor.
WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Deuitlaatgassenvandemotorvan
ditproductbevattenchemische
stoffenwaarvanbekendisdatze
kanker,geboorteafwijkingenofandere
schadeaandevoortplantingsorganen
kunnenveroorzaken.
Accuklemmen,accupolenendergelijke
onderdelenbevattenlooden
loodverbindingen.Vandezestoffen
isbekenddatzekankerenschadeaan
devoortplantingsorganenveroorzaken.
Wasaltijduwhandennadatumetdeze
onderdeleninaanrakingbentgeweest.
Gebruikvanditproductkanleidentot
blootstellingaanchemischestoffen
waarvandeStaatCaliforniëweetdatze
kanker,geboorteafwijkingenenandere
schadeaanhetvoortplantingssysteem
veroorzaken.
Ukuntopwww.Toro.comrechtstreekscontactmet
Toroopnemenomtrainingsmaterialeneninformatie
overproductveiligheidenaccessoiresteverkrijgen,
eenverkopertevindenofuwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummer
enhetserienummervanhetproducttevermelden.
Figuur1geeftdeplaatsvanhetmodelnummerenhet
serienummervanhetproductaan.
g023031
Figuur1
1.Locatievanhetmodel-enserienummer
Modelnr.:
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingeenaantalmogelijke
gevareneneenaantalveiligheidsberichtengenoemd
metdevolgendeveiligheidssymbolen(Figuur2),
dieduidenopeengevaarlijkesituatiediezwaar
lichamelijkletselofdedoodtotgevolgkanhebbenals
udeveiligheidsvoorschriftennietinachtneemt.
g000502
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
©2018—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS

Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Veiligebediening................................................4
Chemischeveiligheid..........................................5
Tijdenshetgebruik.............................................6
Onderhoud.........................................................8
Geluidsniveau.....................................................8
Geluidsdruk........................................................8
Hand-armtrillingen.............................................8
Trillingenophetgehelelichaam..........................8
Veiligheids-eninstructiestickers........................9
Montage..................................................................16
1Montagevandeanti-overloopaanslui-
ting................................................................16
2Deverenvanhetspuitboomscharnier
controleren....................................................16
3Meerinformatieoveruwproduct....................17
Algemeenoverzichtvandemachine.......................18
Bedieningsorganen..........................................20
Specicaties....................................................24
Werktuigen/accessoires...................................24
Gebruiksaanwijzing................................................25
Veiligheidvoorop..............................................25
Voordatudespuitmachinevoordeeerste
keergebruikt.................................................25
Controlesuitvoerenvóórhetgebruik.................26
Rijdenmetdespuitmachine..............................27
Eennieuwespuitmachineinrijden.....................28
Instellingvandespuitbomentotniveau.............28
Bedieningengebruikvande
spuitmachine.................................................29
Differentieelvergrendelinggebruiken................29
Deschoonwatertankvullen...............................30
Spuittankvullen................................................30
DeSpuitbomenbedienen.................................31
Spuiten.............................................................31
Spuittips............................................................31
Despuitmachinereinigen.................................32
HetInfoCentergebruiken..................................32
Devloeistofstroomvandespuitmachine
kalibreren......................................................40
Desnelheidvandespuitmachine
kalibreren......................................................41
Deomloopkleppenvandespuitbomen
kalibreren......................................................42
Knopstandvanmengomloopklep.....................42
Demengomloopklepkalibreren........................43
Deomloopklepvandespuitboomhoofdscha-
kelaarafstellen..............................................43
Depompzoeken..............................................43
Despuitmachineslepen...................................44
Transportvandespuitmachine.........................44
Onderhoud..............................................................45
Aanbevolenonderhoudsschema.........................45
Controlelijstvoordagelijksonderhoud..............46
Aantekeningvoorspecialeaandachtsgebie-
den................................................................47
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........48
Despuitmachineomhoogbrengen...................48
Smering...............................................................49
Despuitmachinesmeren..................................49
Spuitboomscharnierensmeren.........................49
Onderhoudmotor................................................50
Hetluchtinlaatroostercontroleren.....................50
Onderhoudvanhetluchtlter............................50
Motoroliepeilcontroleren..................................51
Bougiesvervangen...........................................52
Onderhoudbrandstofsysteem.............................54
Brandstofltervervangen..................................54
Onderhouduitvoerenaandevande
koolstofhouder..............................................54
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank............55
Onderhoudelektrischsysteem............................55
Dezekeringenzoeken......................................55
Onderhoudvandeaccu....................................55
Onderhoudaandrijfsysteem................................57
Dewielenenbandencontroleren......................57
Kabelvandedifferentieelvergrendeling
afstellen........................................................57
Toespoorvanvoorwielenafstellen....................58
Onderhoudenremmen........................................59
Remvloeistofpeilcontroleren............................59
Deremmencontroleren....................................59
Parkeerremafstellen........................................59
Onderhoudhydraulischsysteem.........................60
Transaxle-olie/Hydraulischevloeistof
controleren....................................................60
Transaxle-olie/Hydraulischevloeistof
verversen......................................................60
Hydraulischltervervangen.............................61
Onderhoudvanhetspuitsysteem.........................62
Deslangencontroleren.....................................62
Hetdrukltervervangen....................................62
Depompcontroleren........................................63
Denylondraaibussencontroleren....................63
Stroomdiagramspuitmachine...........................64
Reiniging.............................................................65
Vloeistofstroommeterreinigen..........................65
Zuigkorfreinigen...............................................65
Dekleppenvandespuitmachine
reinigen.........................................................65
Stalling....................................................................75
Problemen,oorzaakenremedie.............................77
3

Veiligheid
Onjuistgebruikofonderhouddoordegebruiker
ofeigenaarkanletselveroorzaken.Omhet
risicoopletselteverminderen,moetuzich
aandevolgendeveiligheidsinstructieshouden
enaltijdophetveiligheidssymboolletten,dat
Voorzichtig,WaarschuwingofGevaarkanbetekenen.
Niet-nalevingvandeinstructiekanleidentot
lichamelijkofdodelijkletsel.
DemachinevoldoetaandevereistenvanSAEJ2258.
Instructie
•LeesdeGebruikershandleidingenhetandere
instructiemateriaalvoordatuhetvoertuigin
gebruikneemt.
Opmerking:Alsdebestuurder(s)ofde
monteur(s)detaalwaarindehandleidingis
geschreven,nietmachtigis(zijn),moetde
eigenaarervoorzorgendatzijdeinhoudvanhet
materiaalbegrijpen.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
Veiligebediening
Belangrijk:Demachineisindeeersteplaats
bedoeldalsoffroad-voertuigenisnietgeschikt
voorintensiefgebruikopdeopenbareweg.Alsu
zichmetdemachineopdeopenbarewegbegeeft,
neemdandeverkeersregelsinachtengebruik
bijkomendeaccessoiresdiewettelijkverplicht
kunnenzijn,zoalsverlichting,richtingaanwijzers,
eenteken'langzaamrijdendvoertuig',etc.
DeMulti-Pro1750gazonspuitmachineisontwikkeld
engetestomveiligheidbijhetgebruiktebieden,met
dienverstandedathetvoertuigcorrectmoetworden
gebruiktenonderhouden.Hoewelrisicobeheersing
enongevallenpreventiedeelsafhankelijkzijnvan
hetontwerpendeconstructievanhetvoertuig,zijn
eerdergenoemdefactorenookafhankelijkvande
oplettendheid,zorgvuldigheideneengoedetraining
vanhetpersoneeldatisbelastmethetgebruik,
onderhoudenopslagvanhetvoertuig.Onjuist
gebruikofonderhoudvanhetvoertuigkanlichamelijk
ofdodelijkletselveroorzaken.
Indezehandleidingkomennietallewerktuigen
diecompatibelzijnmetdeMulti-Pro1750
gazonspuitmachineaanbod.Raadpleegde
speciekegebruikershandleidingdiebijelkwerktuig
isgeleverd,vooraanvullendeveiligheidsinstructies.
Leesdezehandleidingen.
Omhetrisicovanlichamelijkofdodelijkletsel
teverminderen,moetuzichaandevolgende
veiligheidsinstructieshouden:
Verantwoordelijkhedenvande
bedrijfsleiding
•Zorgervoordatdebestuurdersgrondig
zijngetraindenbekendzijnmetde
Gebruikershandleiding,Handleidingvoor
demotor,enallestickersopdespuitmachine.
•Zorgvoorspecialeproceduresenbedrijfsregels
voorongewonewerkomstandigheden
(bijvoorbeeldhellingendietesteilzijnvoorde
spuitmachine).
•Allebestuurdersenmonteursmoeten
instructieshebbenontvangen.Deeigenaar
isverantwoordelijkvoordeinstructievande
gebruikers.
•Laatdemachinenooitgebruikenofer
onderhoudswerkzaamhedenaanuitvoerendoor
personendiehiervoornietgetraindzijn.
Opmerking:Plaatselijkevoorschriftenkunnen
nadereeisenstellenaandeleeftijdvandegene
diemetdemachinewerkt.
•Deeigenaar/bestuurderisverantwoordelijkvoor
ongelukkenofletselvananderenenmateriële
schade,enhij/zijkanzulkeongelukkenen
beschadigingenvoorkomen.
Vóórhetgebruik
•Umaghetvoertuigpasingebruiknemen,nadatu
dezehandleidinghebtgelezenendeinhoudervan
hebtbegrepen.
•Laatkinderennooitdespuitmachinebesturen.
•Allebestuurdersmoetenlichamelijkengeestelijk
instaatzijndemachinetebesturen.
•Dezespuitmachineisuitsluitendbedoeldvoor
vervoervandebestuurder.Vervoernooit
passagiersopdespuitmachine.
•Gebruikdemachinenooitalsuziekofvermoeid
bentofonderinvloedvandrugsofalcoholverkeert.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenenweethoeudemotorsnel
kuntafzetten.
•Zorgervoordatalleveiligheidsschermen,
veiligheidsvoorzieningenenstickersop
hunplaatszitten.Alsveiligheidsschermen,
veiligheidsvoorzieningenofstickersinslechte
staatverkeren,onleesbaarzijnofbeschadigd
raken,moetudezeherstellenofvervangen,
voordatuhetvoertuiggaatgebruiken.
•Draaggeschiktekledingenuitrusting,zoals
handschoenen,eenveiligheidsbril,eenlange
4

broek,veiligheidsschoenenmeteengripvastezool
engehoorbescherming.Draaggeenlossekleding.
Draaggeensieraden.Draaglanghaarnietlos.
VOORZICHTIG
Dezemachinesteltdegebruikerblootaan
geluidsniveausvanmeerdan85dBA.Bij
langdurigeblootstellingkanditleidentot
gehoorbeschadiging.
Chemischeveiligheid
WAARSCHUWING
•Chemischestoffendiewordengebruikt
inhetspuitsysteemkunnengevaarlijk
engiftigzijnvoordegebruiker,
omstanders,dieren,planten,debodemof
eigendommen.
Draaggehoorbeschermingalsudeze
machinegebruikt.
•Werkuitsluitendbijdaglichtofgoedkunstlicht.
•Spuitnooitalsermensen,metnamekinderen,en
huisdierenindebuurtzijn.
•Alvorensdespuitmachineingebruiktenemen,
moetualtijddedelenvandemachinecontroleren
diespeciaalwordengenoemdinderubriek
Controlevoorhetgebruikinhethoofdstuk
Gebruiksaanwijzing.Alsdemachinenietgoed
werktofopenigewijzeisbeschadigd,magude
spuitmachinenietgebruiken.Zorgervoordathet
probleemisverholpenvoordatudemachineof
hetwerktuiggaatgebruiken.
•Zorgervoordatdebestuurdersruimteschoonis
envrijvanchemischrestmateriaalenaangekoekt
vuil.
•Zorgervoordatalleaansluitstukkenvande
vloeistoeidingenvastzittenenalleslangenen
leidingeningoedestaatverkerenvoordatudruk
zetophetsysteem.
•Umoetdewaarschuwingsetiketten
endeVeiligheidsinformatiebladen
voorallegebruiktechemischestoffen
zorgvuldiglezeneninachtnemenenuzelf
beschermenvolgensdeinstructiesvan
defabrikantvandechemischestoffen.
Zorgervoordatuwhuidzoveelmogelijkis
bedektalsuchemischestoffengebruikt.
Omtevoorkomendatuinaanrakingkomt
metchemischestoffen,dientugeschikte
persoonlijkebeschermingsmiddelente
gebruiken,zoals:
–oogbescherming,veiligheidsbrilen/of
gelaatsscherm
–stof-ofltermasker
–handschoenendietegenchemische
stoffenzijnbestand
–rubberenlaarzenofanderstevig
schoeisel
–gehoorbescherming
–schonereservekleding,zeepen
wegwerphanddoekendieuindebuurt
bewaartvoorhetgevaluchemische
stoffenmorst.
Belangrijk:Denkeraandatermeerdere
chemischestoffenkunnenzijngebruikt,enzorg
ervoordatuinformatieoverelkestofkrijgt.
Weigerdemachinetegebruikenoftebedienen
alsdezeinformatienietbeschikbaaris.
Voordatuonderhoudswerkzaamhedenuitvoert
aaneenspuitsysteem,moetditdriekeer
zijngespoeldengeneutraliseerdvolgensde
instructiesvandefabrikant(en)vandechemische
stoffenenmoetenallekleppen3cyclussen
hebbendoorlopen.
Controleerofervoldoendewaterenzeepin
denabijheidis,enalsuincontactkomtmet
chemischestoffen,moetudezeonmiddellijk
afspoelen.
•Zorgervoordateengoedetraininghebtgekregen
voordatuomgaatmetchemischestoffen.
•Gebruikdejuistechemischestofvoorhetwerk.
5

•Houduaandeinstructiesvandefabrikantvoorhet
veiliggebruikvandechemischestof.Overschrijd
deaanbevolensysteembedrijfsdrukniet.
•Deeenheidnietvullen,kalibrerenofreinigen
wanneerermensen,inhetbijzonderkinderen,of
huisdierenindebuurtzijn.
•Zorgvooreengoedeventilatievanderuimtewaar
uwerktmetchemischestoffen.
•Zorgervoordaterschoonwatervoorhandenis,in
hetbijzonderalsudespuittankvult.
•Nieteten,drinkenofrokenalsumetchemische
stoffenwerkt.
•Spuitdoppennietschoonmakendoorerinte
blazenofzeindemondtenemen.
•Wasaltijduwhandenenandereonbedekte
lichaamsdelenzosnelmogelijknadatu
werkzaamhedenmetchemischestoffenhebt
beëindigd.
•Bewaarchemischestoffeninhunoriginele
verpakkingopeenveiligeplaats.
•Voerongebruiktechemischestoffenen
verpakkingenvoorchemischestoffenafvolgens
deinstructiesvandefabrikantendeplaatselijk
geldendevoorschriften.
•Chemischestoffenendampenindetankzijn
gevaarlijk;blijfaltijdbuitendetankenhouduw
hoofdnooitbovenofindeopeningvaneentank.
•Volgalleplaatselijkevoorschriftenmetbetrekking
tothetstrooienofspuitenvanchemicaliënop.
Tijdenshetgebruik
WAARSCHUWING
Deuitlaatgassenvandemotorbevatten
koolmonoxide,eenreukloos,dodelijkgif.
Laatdemotornietbinnenshuisofineen
afgeslotenruimtelopen.
•Debestuurdermoetopdestoelblijvenzittenals
despuitmachineinbewegingis.Debestuurder
moetindienmogelijkhetstuurwielmetbeide
handenvasthouden.Houduwarmenenbenente
allentijdebinnendespuitmachine.
•Alsdespuitmachinenietveiligwordtgebruikt,
kanditleidentoteenongeluk,omkantelenvande
machineenernstiglichamelijkofdodelijkletsel.
Rijvoorzichtig.Ukuntopdevolgendemanieren
voorkomendathetvoertuigomkanteltofdatude
controleoverhetvoertuigverliest:
–Gazeervoorzichtigtewerk,verminder
uwsnelheidenblijfopeenveiligeafstand
vanzandkuilen,greppels,sloten,hellingen
enonbekendterreinofterreinwaarvan
debodemomstandighedenofhetreliëf
veranderingenvertonen.
–Letopkuilenofandereverborgengevaren.
–Weesextravoorzichtigalsudespuitmachine
gebruiktopeennatoppervlak,inongunstige
weersomstandighedenenbijhogeresnelheden
ofalsdemachinevolledigbelastis.Destoptijd
enderemwegzullengroterzijnalshetvoertuig
zwaarbelastis.
–Vermijdplotselingstoppenenstarten.Zet
hetvoertuignietvandeachteruitstandinde
vooruitstandofvandevooruitstandinde
achteruitstandvoordathetvoertuigvolledigtot
stilstandisgekomen.
–Verminderuwsnelheidvoordatueenbocht
maakt.Maakgeenscherpebochtenenvermijd
abruptemanoeuvresofandereriskante
handelingentijdenshetrijden,waardoorude
controleoverdemachinekuntverliezen.
–Voordatuachteruitrijdt,moetuachteromkijken
omerzekervantezijndaterzichniemand
achterubevindt.Rijlangzaamachteruit.
–Letophetverkeerbijhetoverstekenenin
debuurtvandeopenbareweg.Verleen
altijdvoorrangaanvoetgangersenandere
voertuigen.Dezemachineisnietbestemd
voorgebruikopdeopenbareweg.Geefaltijd
aandatuafslaat,ofstopbijtijdszodatanderen
wetenwatugaatdoen.Houduaanalle
verkeersregelsenverkeersvoorschriften.
–Deelektrischeenuitlaatsystemenvan
demachinekunnenvonkenveroorzaken
waardoorexplosiefmateriaaltotontbranding
kankomen.Blijfaltijdmetdemachineuit
debuurtvaneenomgevingwaarzichstofof
dampenindeluchtbevindendietotexplosie
kunnenkomen.
–Alsunietzekerweetofuhetvoertuigveilig
kuntgebruiken,moetuhetwerkstakenende
bedrijfsleidingomadviesvragen.
•Raakdemotorofdegeluiddempernietaan
alsdemotorlooptofdirectnadatudezeheeft
afgezet.Dezekunnenheetzijnenbrandwonden
veroorzaken.
•Alsdespuitmachineabnormaaltrilt,moetu
onmiddellijkstoppen,wachtentotallebewegende
delentotstilstandzijngekomenendemachineop
beschadigingencontroleren.Repareeralleschade
voordatudemachineweeringebruikneemt.
•Voordatudebestuurdersstoelverlaat:
1.Brengdemachinetotstilstand.
2.ZetdeschakelhendelindeNEUTRAALST AND
ensteldeparkeerreminwerking.
3.DraaihetcontactsleuteltjeopUIT.
6

4.Verwijderhetcontactsleuteltje.
Gebruikophellingenofoneffen
Belangrijk:Parkeerdemachinenooitop
eenhelling.
•Bliksemkanernstigofdodelijkletselveroorzaken.
Alsubliksemzietofdonderhoortinhetgebied,
gebruikdemachinedanniet;gaschuilen.
Remmen
•Verminderuwsnelheidalsueenobstakelnadert.
Ditgeeftuextratijdomtestoppenoftedraaien.
Alsueenobstakelraakt,kunnendemachineen
deladingwordenbeschadigd.Enwatbelangrijker
is,ukuntletseloplopen.
•Hetmaximaaltoelaatbaretotaalgewichtvaneen
voertuigheefteenbelangrijkeinvloedopuw
vermogenhetvermogentotstilstandtebrengen
en/oftedraaien.Bijeenzwareladingenzware
werktuigenwordthetmoeilijkerdemachinetot
stilstandtebrengenoftedraaien.Hoezwaarder
delading,destemeertijdhetkostdemachine
totstilstandtebrengen.
•Hetgazonenhetwegdekzijnveelgladderalszij
natzijn.Destoptijdopeennatoppervlakkan2tot
4maallangerzijndanopeendroogoppervlak.
Alsudoorstaandwaterrijdtdatdiepgenoegis
omderemmennattelatenworden,zullenzijpas
goedfunctionerenalszijweerdroogzijn.Nadat
udoorwaterhebtgereden,moetuderemmen
testenomerzekervantezijn,datzijnaarbehoren
functioneren.Alsdatniethetgevalis,moetu
langzaamrijden,terwijlulichtedrukuitoefentop
hetrempedaal.Hierdoordrogenderemmen.
Veiligheidvanderolbeugel
Opmerking:Voorelkemachineindeze
GebruikershandleidinggeldtdateendoorT oro
gemonteerdecabineeenrolbeugelbetreft.
•Derolbeugelnietvandemachineverwijderen.
terrein
Alsudespuitmachineopeenhellinggebruikt,bestaat
dekansdatdezeomslaatofgaatrollen.Ookbestaat
dekansdatdemotorafslaatofdatdemachineop
eenhellingvaartverliest.Hierdoorkanlichamelijk
letselontstaan.
•Geefniettesnelgasentrapnietabruptophet
rempedaalalsuachteruiteenhellingafrijdt,zeker
nietalsueenladingvervoert.
•Rijnooitdwarsovereensteilehelling;umoet
dezehellingaltijdineenrechtelijnop-ofafrijden
oferomheengaan.
•Alsdemotorafslaatofalsdemachinevaartbegint
teverliezenterwijlueenhellingoprijdt,moetu
voorzichtighetrempedaalindrukkenendehelling
langzaamachterwaartsineenrechtelijnafrijden.
•Draaienalsueenhellingop-ofafrijdt,kan
gevaarlijkzijn.Alsumoetdraaienopeenhelling,
dientuditlangzaamenvoorzichtigtedoen.Maak
nooiteenscherpeofsnellebochtopeenhelling.
•Eenzwareladingheeftinvloedopdestabiliteitvan
hetvoertuig.Verminderhetgewichtvandelading
enneemgasterugalsuopeenhellingrijdt.
•Stopnietopeenhelling,zekernietalsueen
ladingvervoert.Stoppentijdensdeafdalingvan
eenhellingkostmeertijddanopvlakterrein.Alsu
despuitmachinetotstilstandmoetbrengen,magu
desnelheidnietteabruptverminderen,omdatdan
dekansbestaatdatdespuitmachineomslaatof
gaatrollen.Trapnietteabruptophetrempedaal
alsuachterwaartsrolt,omdatdespuitmachine
dankanomslaan.
•Neemgasterugenverminderdeladingalsumoet
rijdenoponeffenterreinenvlaklangswegranden,
kuilenenandereonverwachteveranderingenin
hetterrein.Deladingkangaanschuivenwaardoor
demachinehaarstabiliteitverliest.
•Bevestigdeveiligheidsgordelenzorgervoordat
udezesnelkuntlosmakenineennoodgeval.
Draagaltijduwveiligheidsgordelalsderolbeugel
omhoogstaatofopeenmachinemeteendoor
Torogemonteerdecabine.
•Controleergrondigoferbovendemachine
obstakelszijnenzorgervoordatudezenietraakt.
•Houdderolbeugelingoedestaatdoordeze
regelmatiggrondigtecontrolerenopbeschadiging,
enzorgdatallebevestigingsmateriaalstevigis
vastgedraaid.
•Vervangbeschadigdeonderdelenvande
rolbeugel.Herstelofwijzigdezeniet.
WAARSCHUWING
Onverwachteveranderingeninhetterrein
kunnenleidentotabruptebewegingen
vanhetstuurwieldieletselaanhandenen
armenkunnenveroorzaken.
•Houdhetstuurwiellosjesaanderandvast.Houd
uwhandennietopdespakenvanhetstuurwiel.
Demachinebeladen
Hetgewichtvandeladingkanveranderingbrengen
inhetzwaartepuntendewijzewaaropude
7

spuitmachinemoetgebruiken.Omtevoorkomen
datudecontroleoverdemachineverliestwaardoor
lichamelijkletselkanontstaan,moetudevolgende
richtlijneninachtnemen:
•Denkeromdatvloeibareladingkangaan
schommelen.Ditgebeurtmeestalalsudraait,een
hellingop-ofafrijdt,plotselinguwsnelheidwijzigt
ofalsuoveroneffenterreinrijdt.Alsdevloeistof
gaatschommelen,kandemachineomslaan.
•Alsueenzwareladingvervoert,moetude
snelheidverminderenenervoorzorgendatde
remweglanggenoegis.Trapnietabruptophet
rempedaal.Weesextravoorzichtigophellingen.
•Weeseropbedachtdateenzwareladingde
remwegverlengtendemogelijkheidvermindert
omsneltedraaienzonderomteslaan.
Onderhoud
•Despuitmachinemaguitsluitendworden
onderhouden,gerepareerd,afgesteldof
geïnspecteerddoorvakbekwameenerkende
technici.
•Voordatuonderhoudswerkzaamhedenaande
machineverrichtofdezeafstelt,moetudemotor
afzetten,deparkeerreminwerkingstellenen
hetsleuteltjeuithetcontactverwijderenomte
voorkomendatiemandperongelukdemotorstart.
•Omhetvoertuigingoedeconditietehouden,
moetuervoorzorgendatallemoeren,boutenen
schroevengoedzijnvastgedraaid.
•Omhetrisicovanbrandteverminderen,moetu
deomgevingvandemotorvrijvanovertolligvet,
gras,bladerenenaangekoektvuilhouden.
•Controleernooitmeteenopenvuurhetpeilvande
brandstofofhetaccuzuur,ofeenlekkage.
•Alsdemotormoetlopenomonderhouds-of
afstelwerkzaamhedenuittevoeren,moetuuw
kleding,handen,voetenenanderelichaamsdelen
uitdebuurtvandemotorenbewegendedelen
houden.Houdiedereenopafstand.
•Gebruikgeenopenbakkenmetbrandstofof
ontvlambarereinigingsvloeistoffenomonderdelen
schoontemaken.
•Stelderijsnelheidsregelaarnietaf.Tenbehoeve
vandeveiligheideneennauwkeurigeafstelling
moetuderijsnelheidlatencontrolerendooreen
erkendeToro-dealer.
•Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleine
lekgatenofspuitmondenwaaruitonderhoge
drukvloeistofontsnapt.Ukuntlekkenopsporen
metbehulpvankartonofpapier.Vloeistofdie
onderdrukontsnapt,kandoordehuidheen
dringenenletselveroorzaken.Devloeistofdient
binnenenkeleurenoperatieftewordenverwijderd
dooreengespecialiseerdechirurgomdatanders
gangreenkanontstaan.
•Indienbelangrijkereparatiesnodigzijnofhulpis
vereist,moetucontactopnemenmeteenerkende
Torodealer.
•Omdebesteprestatiesteverkrijgenenerzeker
vantezijndathetvoertuigveiligkanworden
gebruikt,moetutervervangingaltijdoriginele
onderdelenenaccessoiresvanT oroaanschaffen.
Gebruiktervervangingnooitonderdelenen
accessoiresvananderefabrikanten,omdat
ditgevaarlijkkanzijn.Elkeveranderingaan
dezespuitmachinediegevolgenheeftvoorde
werking,prestaties,levensduurofhetgebruik
vandemachine,kanlichamelijkofdodelijkletsel
veroorzaken.Dergelijkeveranderingenkunnen
ertoeleidendatdegarantieophetproductkomt
tevervallen.
Geluidsniveau
Dezemachineheefteengegarandeerdgeluidsniveau
van98dBA,meteenonzekerheidswaarde(K)van
1dBA.
Hetgeluidsniveauisvastgesteldvolgensde
proceduresinISO11094.
Geluidsdruk
Dezemachineoefenteengeluidsdrukvan86dBA
uitophetgehoorvandebestuurder,meteen
onzekerheidswaarde(K)van1dBA.
Degeluidsdrukisvastgesteldvolgensdeprocedures
inENISO11201.
Hand-armtrillingen
Gemetentrillingsniveauvoorderechterhand=
3,00m/s
Gemetentrillingsniveauvoordelinkerhand=
3,20m/s
Onzekerheidswaarde(K)=1,6m/s
Degemetenwaardenzijnbepaaldvolgensde
proceduresinENISO20643.
2
2
2
Trillingenophetgehele
lichaam
Gemetentrillingsniveau=0,58m/s
Onzekerheidswaarde(K)=0,29m/s
2
2
8

Degemetenwaardenzijnbepaaldvolgensde
proceduresinEN1032.
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen
bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen
stickers.
106-9206
1.Aanhaalmomentvandewielbouten
2.LeesdeGebruikershandleiding.
decal106-9206
decal120-0617
120-0617
117-2718
120-0616
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding;gebruik
vers,schoonwatervooreerstehulpbijongevallen.
decal117-2718
decal120-0616
1.Amputatiegevaarvande
hand,knelpunt–blijfuit
debuurtvanbewegende
scharnierpunten.
1.Waarschuwing–Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Waarschuwing–Stapniet
indespuittank.
2.Pletgevaar–houd
omstandersuitdebuurt
vandemachine.
decal120-0622
120-0622
3.Brandgevaarchemische
stoffen;gevaarvoor
inademingvangiftige
gassen–draaghand-,
huid-enoogbescherming;
beschermuwluchtwegen.
9

decal125-4129
125-4129
1.Linkerspuitboom3.Rechterspuitboom
2.Middelstespuitboom
decal125-4125
125-4125
1.Gas-/snelheidsblokkering
2.Sonischespuitboom
1.Linkerspuitboom
2.Rechterspuitboom
3.Motor–Starten
in-/uitschakelen
in-/uitschakelen
(optioneel)
(optioneel)
3.Schuimmarkeerders
decal125-6694
125-6694
1.Locatiebevestigingspunt
decal125-4128
125-4128
omhoog-/omlaagbrengen
omhoog-/omlaagbrengen
4.Motor–Lopen
5.Motor–Uitschakelen
10

125-8113
1.Schakelhendel5.Automatisch(optioneel)
2.Differentieelvergrendeling
6.Manueel(optioneel)
inschakelen
3.Differentieelvergrendeling
uitschakelen
7.Slanghaspelopwinden
(optioneel)
4.Koplampen
in-/uitschakelen
125-8114
1.Dosisbegrenzer
in-/uitgeschakeld
2.Spoelpomp
in-/uitschakelen
decal125-8113
decal125-8114
1.Parkeerrem
2.Voorinformatieover
hetstartenvande
motorraadpleegtude
Gebruikershandleiding
–1)Steldeparkeerrem
inwerking;2)Steekhet
sleuteltjeinhetcontact;
3)Draaihetsleuteltjenaar
destandLopen.
decal127-3935
127-3935
3.Voorinformatieover
hetuitschakelenvan
demotor,leestude
Gebruikershandleiding–
1)Drukhetrempedaalin;
2)Schakeldeversnelling
indeneutraalstand;
3)Steldeparkeerrem
inwerking;4)Laathet
rempedaallos;5)Draai
hetcontactsleuteltjenaar
destandStop;6)Neem
hetsleuteltjeuithet
contact.
4.Risicoomgegrepente
worden,riem–Blijfop
afstandvanbewegende
delen;zorgdatalle
beschermendedelenop
hunplaatszijn.
11

decal127-3937
127-3937
1.Waarschuwing–niet
betreedbaar.
2.Waarschuwing–blijf
uitdebuurtvanhete
oppervlakken.
3.Risicoomgegrepente
worden,riem–blijfop
afstandvanbewegende
delen;zorgdatalle
beschermendedelenop
hunplaatszijn.
1.Waarschuwing–leesde
Gebruikershandleiding;
draagaltijdeen
veiligheidsgordelwanneer
udemachinegebruikt;laat
demachinenietkantelen.
2.Kansopvallen–vervoer
geenpassagiersopde
spuittank.
decal127-3939
127-3939
3.Snijgevaar/amputatiegevaar
–houarmenenbenen
nooitbuitenhetvoertuig.
4.Waarschuwing–de
rolbeugelnietboren,
lassenofaanpassen.
12

decal127-3942
127-3942
1.Leesde
6.7,5A
Gebruikershandleiding
voorinformatieoverde
zekeringen.
2.10A–Contactslot
7.7,5A
3.15A–Spuitboom8.2A–TEC
4.15A–Koplampen
9.30A–Spoeltank
5.7,5A
127-6976
1.Verminderen2.Verhogen
decal127-6981
127-6981
1.Omloop-retourstroom3.Spuitenmetspuitbomen
2.Stroom
decal127-6976
decal127-6982
127-6982
1.Omloop-retourstroom2.Spuitenmetspuitbomen
1.Pomp-retourstroom3.Mengstroom
2.Stroom
decal127-6979
127-6979
decal127-6984
127-6984
1.Stroom2.Brandstof-retourstroom
13

decal130-8293
130-8293
1.Spuitmachineuit
2.Spuitmachineaan
5.Versnellen
6.Vertragen
3.Motoraan7.Mengenaan
4.Motoruit8.Mengenuit
1.LeesdeGebruikershandleidingvoormeerinformatieoveronderhoud.
decal133-0382
133-0382
14

decal127-3941
127-3941
1.Waarschuwing–gebruikdemachinenietzonderdenodige
training;leesdeGebruikershandleiding.
2.Waarschuwing–houdomstandersuitdebuurttijdenshet
gebruikvandemachine.
3.Waarschuwing–blijfopafstandvanbewegendedelen;zorg
datallebeschermendedelenophunplaatszijn.
4.Gevaaropelektrocutie,bovengrondseelektrischeleidingen
–controleerhetwerkterreinopbovengrondseelektrische
leidingenvoordatubeginttewerken.
5.Waarschuwing–Steldeparkeerreminwerking,zetdemotor
afenverwijderhetsleuteltjeuithetcontactvoordatude
machineverlaat.
6.Kantelgevaar–traagrijdenmeteenvollespuittank;traag
rijdenoponeffenterrein;geenbochtennemenmethoge
snelheid;traagrijdenwanneerurechtofdwarsopeenheuvel
rijdt.
15

Montage
snelkoppelingzodatdezevastzitaandebeugel
(Figuur3).
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
1
Montagevande
anti-overloopaansluiting
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
Fittingvan90°
1
Snelkoppeling
1
Slangadapter
1Beugelvoorslangaansluiting
1
Flenskopbout,5/16"x¾"
1Anti-overloopslang
Opmerking:Monteerdettingmethetopen
uiteindenaardegroteopeningindebeugelen
inderichtingvandetankzodathetwaterinde
tanklooptalsudezevult.
3.Monteerdeslangadapterindesnelkoppeling
(Figuur3).
4.Zetdeslangadaptervastdoordehendelsnaar
deadaptertedraaienendehendelsvervolgens
teborgenmetdeR-pennen(Figuur3).
5.Installeerdeanti-overloopslangviadegrote
openingvandebeugelenophetgeribde
uiteindevandeelleboogttingvan90°(Figuur
3).
Belangrijk:Umagdeslangnietverlengen
zodatdezeincontactkankomenmetde
vloeistofindetank.
2
Procedure
1.Plaatsdebeugelvandeslangaansluitingopde
schroefdraadopeningindetankenzetdezevast
meteenenskopbout(5/16"x¾")(Figuur3).
Figuur3
1.Beugelvoor
slangaansluiting
2.Schroefdraadopeningin
detank
3.Flensbout,5/16"x¾"
4.Elleboogttingvan90°
5.Snelkoppeling
6.Slangadapter
7.Anti-overloopslang
Deverenvanhet
spuitboomscharnier
controleren
Geenonderdelenvereist
Procedure
Belangrijk:Alshetspuitsysteemwordtgebruikt
terwijldeverenvanhetspuitboomscharnierde
verkeerdecompressiehebben,kandespuitboom
schadeoplopen.Meetdeverenendraaiindien
nodigdecontramoeraanomdeverensamente
drukkentot4cm.
Despuitmachinewordtgeleverdmetde
verlengstukkenvandespuitbomennaarvoren
g001488
geklapt,omdemachinegemakkelijktekunnen
verpakken.Deverenzijnindefabriekniethelemaal
vastgezetomdespuitbomenvoorvervoerindeze
standtezetten.Voordatdemachineingebruikwordt
genomen,moetdecompressievandeverencorrect
wordeningesteld.
1.Umoetindiennodighetverpakkingsmateriaal
verwijderenwaarmeederechterendelinker
spuitboomtijdenshetvervoerzijnvastgezet.
2.Steekhetdraadeindevandeelleboogtting
van90°doordebeugelendraaihieropde
2.Ondersteundespuitbomenalszijworden
uitgeklaptindespuitstand.
16

3.Meetbijhetspuitboomscharnierdecompressie
vandebovensteendeondersteverenalsde
spuitbomenzijnuitgeklapt(Figuur4).
A.Alleverenmoetensamengedruktzijntot
4cm.
B.Indienditniethetgevalis,moetude
contramoeraandraaienomdeverensamen
tedrukkentot4cm.
3
Meerinformatieoveruw
product
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
Contactsleuteltje
1
Gebruikershandleiding
1
Gebruikershandleidingvandemotor
1
Onderdelencatalogus
1Instructiemateriaalvoordegebruiker
1Registratiekaart
1
Controlelijstvoorlevering
Procedure
1.Leesdehandleidingen.
Figuur4
1.Veervan
spuitboomscharnier
2.Contramoer
4.Herhaaldezeprocedurevoorelkeveeropbeide
spuitboomscharnieren.
5.Zetdespuitbomenkruiselingsoverelkaarinde
transportstand.ZieDetransporthoudervande
spuitbomengebruiken(bladz.31)voormeer
informatie.
3.Afmetingsamengedrukte
veer3,96cm
2.Bekijkhetinstructiemateriaalvoordegebruiker.
3.Vulderegistratiekaartinenstuurdezeopnaar
g035648
Toro.
4.Bewaarhetdocumentatiemateriaalopeen
veiligeplaats.
17

Algemeenoverzicht
vandemachine
Figuur5
1.Rolbeugel4.Klepverdelers7.Regelcilindervan
2.Anti-overloopaansluiting5.Rechterspuitboom8.Mengdosisklep
3.Dekselvanchemicaliëntank6.Middelstespuitboom
spuitboom
9.Druklter
g033285
10.Linkerspuitboom
11.Brandstoftank
12.Parkeerrem
18

Figuur6
g033286
1.Rechterspuitboom
2.Transporthoudervanspuitbomen5.Bestuurdersstoel
3.Linkerspuitboom
4.Schoonwatertank
19

Bedieningsorganen
Figuur7
1.InfoCenter6.Schakelhendel11.Opwindknopvan
2.Schakelaarvoorde
schuimmarkeerder
(optioneel)
3.Drukmeter
4.Motorschakelaar
5.Spuitboomschakelaars10.Schakelaarvansonische
7.Choke
8.Schakelaarvankoplampen13.Spuitdrukschakelaar18.Schakelaarsvoor
9.Differentieelvergrendeling
spuitboom(optioneel)
slanghaspel(optioneel)
12.Mengschakelaar
14.Pompschakelaar
15.Spoeltankschakelaar
(optioneel)
g023034
16.Begrenzerschakelaar
(dosis)
17.Hoofdschakelaarvande
spuitbomen
spuitboomlift
19.Schakelaarvan
gas-/toerentalbegrenzer
20.Controlelampjesonische
spuitboom(optioneel)
20

Gaspedaal
Hetgaspedaal(Figuur8)biedtdebestuurderde
mogelijkheidderijsnelheidvandespuitmachinete
regelen.Alsuhetpedaalintrapt,verhoogtude
rijsnelheid.Alsuhetpedaallaatopkomen,vermindert
desnelheidvandemachineengaatdemotor
stationairlopen.
Figuur8
VOORZICHTIG
Versletenofverkeerdafgestelderemmen
kunnenlichamelijkletselveroorzaken.
Alsdevrijeslagvanderempedalentot
devloervandespuitmachineminderdan
2,5cmbedraagt,moetenderemmenworden
afgesteldofgerepareerd.
Parkeerrem
Deparkeerremwordtbediendmeteengrotehendel
linksvandebestuurdersstoel(Figuur9).Stelde
parkeerreminwerkingalsudebestuurdersstoelwilt
verlatenteneindetevoorkomendatdemachineper
ongelukinbewegingkomt.Omdeparkeerremin
werkingtestellen,moetudehendelomhoogennaar
achterentrekken.Omdeparkeerremvrijtezetten,
moetudehendelnaarvorenenomlaagduwen.Als
udemachineopeensteilehellingparkeert,moetu
deparkeerreminwerkingstellenenblokjesachter
dewielenplaatsenomtevoorkomendatdemachine
dehellingafrolt.
g023035
1.Koppelingspedaal
2.Rempedaal
3.Gaspedaal
Koppelingspedaal
Hetkoppelingspedaal(Figuur8)moetvolledigworden
ingetraptomteontkoppelenalsudemotorstartof
schakelt.Laathetpedaalsoepelopkomenalsuhebt
geschakeldomonnodigeslijtagevandeversnelling
enanderebijbehorendeonderdelentevoorkomen.
Belangrijk:Houduwvoetvanhet
koppelingspedaaltijdenshetgebruik.U
moethetkoppelingspedaalvollediglaten
opkomenomdatandersdekoppelingzalslippen
hetgeenverhittingenslijtageveroorzaakt.
Gebruiknooithetkoppelingspedaalwanneeru
hetvoertuigopeenhellinglaatstoppen.Hierdoor
kanschadeaandekoppelingontstaan.
Rempedaal
Methetrempedaalkuntudemachinetotstilstand
brengenofdesnelheidverminderen(Figuur8).
g023036
Figuur9
1.Parkeerremhendel
Heuvelassistentie
Deheuvelassistentievoorkomtdatdespuitmachine
gaatrollenofschokkendoorhetgewichtvande
spuitmachinetijdelijktegentehoudenopheuvelachtig
terreinterwijldebestuurderzijn/haarvoetvanhet
rempedaalnaarhetgaspedaalverplaatst.Omde
heuvelassistentieinteschakelen,schakeltude
koppelinginendruktuhetrempedaalkrachtig
omlaag.Ophetmomentdatdeheuvelassistentieis
ingeschakeld,wordthetheuvelassistentiepictogram
weergegevenophetInfoCenter;zieVerklaring
vanpictogrammeninInfoCenter(bladz.36).
Heuvelassistentiehoudthetgewichtvandemachine
gedurende2secondentegennadathetrempedaal
isvrijgegeven.
21

Opmerking:Omdatdeheuvelassistentiede
spuitmachineslechtstijdelijktegenhoudt,mag
dezefunctienietwordengebruiktinplaatsvande
parkeerrem.
vorenomdelampenteontstekenennaarachteren
omzetedoven.
Schakelaarvangas-
Differentieelvergrendeling
Metdedifferentieelvergrendelingkandeachteras
wordenvergrendeldomdetractieteverbeteren.De
differentieelvergrendeling(Figuur7)magworden
ingeschakeldalsdespuitmachineinbewegingis.
Beweegdehendelnaarvorenennaarrechtsomde
grendelinteschakelen.
Opmerking:Omdedifferentieelvergrendelingin-
ofuitteschakelenmoethetvoertuignaarvoren
bewegeneneenauwebochtmaken.
VOORZICHTIG
Alsueenbochtmaaktmetingeschakelde
differentieelvergrendeling,kuntude
controleoverdemachineverliezen.
Schakeldedifferentieelvergrendelinguit
alsuscherpebochtenmaaktofmeteen
hogesnelheidwerkt;zieKabelvande
differentieelvergrendelingafstellen(bladz.
57).
Chokehendel
Dechokehendeliseenkleineknopachterde
schakelhendel(Figuur7).Omeenkoudemotorte
starten,moetudechokeknopuittrekken.Nadatde
motorisgestart,kuntumetbehulpvandechokede
motorregelmatiglatenlopen.Zodraditmogelijkis,zet
udechokeknopindestandUIT.Alsdemotorwarmis,
hoeftdechokenietofnauwelijkstewordengebruikt.
Schakelhendel
Deschakelhendel(Figuur7)heeft5standen:3
snelhedenvooruit,NEUTRAALenACHTERUIT.Demotor
startpasalsudeschakelhendelindeNEUTRAALST AND
hebtgezet.
Contactschakelaar
Decontactschakelaar(Figuur7)heeft3standen:
STOP,LOPENenST ART.Draaihetsleuteltjerechtsom
naardestandSTARTomdemotortestartenenlaat
hetsleuteltjelosnaardestandLOPENalsdemotoris
gestart.DraaihetcontactsleuteltjeopSTOPomde
motoraftezetten.
/toerentalbegrenzer
AlsdeschakelhendelindeNEUTRAALSTANDstaat,kunt
umetbehulpvanhetgaspedaalhetmotortoerental
verhogen;vervolgensdruktudeschakelaaronder
hetInfoCenternaarvorenomdemotoraftestellen
opdattoerental.Ditisnoodzakelijkomchemicaliën
temengenindestationairestandorvoorhetgebruik
vanwerktuigenzoalsdehandspuitmachine(Figuur7).
Belangrijk:Deschakelaarwerktalleenalsde
schakelhendelindeNEUTRAALSTANDstaatende
parkeerreminwerkingisgesteld.
Brandstofmeter
Debrandstofmeterbevindtzichbovenopdetank,op
delinkerzijdevandemachineengeeftaanhoeveel
brandstoferindetankzit.
Hoofdschakelaarvande
spuitbomen
Dehoofdschakelaarvandespuitbomen(Figuur7)
bevindtzichaandezijkantvandebedieningseenheid,
rechtsvandebestuurder.Hiermeekuntustartenof
stoppenmetspuiten.Drukopdeschakelaaromhet
spuitsysteeminofuitteschakelen.
Spuitboomschakelaars
Despuitboomschakelaarsbevindenzichophet
bedieningspaneel(Figuur7).Zetelkeschakelaar
naarvorenomdecorresponderendespuitboom
inteschakelenennaarachterenomdezeuitte
schakelen.Alsdeschakelaarisaangezet,brandt
ereenlampjeopdeschakelaar.Dezeschakelaars
kunnenuitsluitendwordengebruiktvoordebediening
vanhetspuitsysteemalsdehoofdschakelaarvande
spuitbomenisaangezet.
Pompschakelaar
Depompschakelaarbevindtzichophet
bedieningspaneelaanderechterkantvande
bestuurdersstoel(Figuur7).Zetdezeschakelaar
naarvorenomdepompinwerkingtestellenofnaar
achterenomdezeuitteschakelen.
Schakelaarvankoplampen
Dekoplampenwordenbediendmetde
tuimelschakelaar(Figuur7).Drukdeschakelaarnaar
Belangrijk:Depompschakelaarkanalleen
ingeschakeldwordenalsdemotorlaag
stationairloopt;zowordtvoorkomendatde
pompaandrijvingschadeoploopt.
22

Schakelaarvoorgebruiksdosis
Deschakelaarvoordegebruiksdosisbevindtzich
ophetbedieningspaneelaanderechterkantvande
bestuurdersstoel(Figuur7).Umoetdeschakelaar
naarvorendrukkeneningedrukthoudenomde
drukinhetspuitsysteemteverhogenofnaar
achterendrukkeneningedrukthoudenomdedruk
teverminderen.
Begrenzerschakelaar(dosis)
Deregelschakelaarbevindtzichophet
bedieningspaneelaanderechterkantvande
bestuurdersstoel(Figuur7).Draaidesleutellinksom
naardeVERGRENDELDEstandomdeschakelaarvoor
degebruiksdosisteblokkeren;hiermeevoorkomtu
datiemandperongelukdegebruiksdosisverandert.
DraaidesleutelrechtsomnaardeONVERGRENDELDE
standomdeschakelaarvoordegebruiksdosiste
activeren.
Spuitboomlift
Deliftschakelaarsvandespuitbomenbevindenzich
ophetbedieningspaneelendienenomdelinkerof
rechterspuitboomomhoogtebrengen.
Urenteller
Deurentellergeefthettotaleaantalurenaandatde
motorinbedrijfisgeweest.Ditgetalzietuophet
eersteschermvanhetInfoCenter.Deurentellergaat
lopenzodrahetsleuteltjenaardestandLOPENis
gedraaid.
Figuur10
1.Regelklepvoor
gebruiksdosis
2.Mengklep
3.Hoofdklepspuitboom
4.Vloeistofstroommeter
5.Spuitboomkleppen
Hoofdklepspuitboom
Dehoofdklepvandespuitbomen(Figuur10)dientom
devloeistofstroomnaardevloeistofstroommeteren
despuitboomkleppentestoppen.
Vloeistofstroommeter
Devloeistofstroommetermeetdedoorstroomhoeveelheidvandevloeistofenstuurtdezeinformatienaar
hetInfoCenter(Figuur10).
g028051
Sonischespuitboom(optioneel)
Desonischespuitboomwordtbediendmeteen
tuimelschakelaar.Zetdeschakelaarnaarvoren
voorautomatischebediening,naarachterenvoor
handbedieningeninhetmiddenomdespuitboom
uitteschakelen.
Plaatsenvoorschakelaarvan
schuimmarkeerder(optioneel)
Alsudeschuimmarkeerdersetinstalleert,voegtu
methetoogopdebedieningervanschakelaarstoe
aanhetbedieningspaneel.Despuitmachinewordt
geleverdmetkunststofpluggenopdedesbetreffende
plaatsen.
Regelklepvoorgebruiksdosis
Metdezeklep,diezichachterdetankbevindt(Figuur
10),regeltudehoeveelheidvloeistofdienaarde
spuitbomenmoetgaanenderetourdosisnaarde
tank.
Spuitboomkleppen
Metdezekleppenkuntudedriespuitbomenin-of
uitschakelen(Figuur10).
Omloopklepspuitbomen
Deomloopleidingvandespuitbomenleidtde
vloeistofstroomvooreenspuitboomnaardetankals
udespuitboomuitschakelt.Ukuntdeomloopleiding
afstellenomervoortezorgendatdedrukvan
despuitboomconstantblijft,ongeachthoeveel
spuitbomenzijningeschakeld.ZieDeomloopklepvan
despuitboomhoofdschakelaarafstellen(bladz.43).
Mengklep
Dezeklepbevindtzichachteraandetank(Figuur
10).Wanneerdemengeringeschakeldis,wordtde
vloeistofstroomdoordemengspuitdoppenindetank
geleid.Wanneerdemengeruitgeschakeldis,wordt
devloeistofstroomdoordepompaanzuiginggeleid.
23

Drukmeter
Dedrukmeterbevindtzichophetbedieningspaneel
(Figuur7).Dezemetertoontdedrukvandevloeistof
inhetsysteeminpsienkPa.
InfoCenterlcd-scherm
HetInfoCenterlcd-schermtoontinformatieover
uwmachineenhetaccupack,zoalsdehuidige
accuspanning,snelheid,diagnostischeinformatie,
enz.(Figuur7).
GavoormeerinformatienaarHetInfoCenter
gebruiken(bladz.32).
Mengdosisklep
Demengdosisklepdientomdevloeistofstroomnaar
hetmengcircuitteverminderen.Dezekleplevert
extravloeistofstroomnaardespuitbomen.
Specicaties
machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren
enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealerofverdelerofganaarwww.Toro.com
vooreenlijstvanallegoedgekeurdewerktuigenen
accessoires.
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnen
zondervoorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Gewichtmetstandaard
spuitsysteem,leeg,zonder
bestuurder
Gewichtmetstandaard
spuitsysteem,vol,zonder
bestuurder
Maximaaltoelaatbaar
totaalgewichtvanvoertuig(op
horizontaaloppervlak)
Totalebreedtemetstandaard
spuitsysteem
Totalehoogtemetstandaard
spuitsysteem
Totalehoogtemetstandaard
spuitsysteemtotdebovenkant
vandespuitbomenalsdeze
kruiselingszijningeklapt.
Totalebreedtemetstandaard
spuitsysteemalsde
spuitbomenkruiselings
zijningeklapt
Afstandtotdegrond
Wielbasis155cm
Tankinhoud(inclusiefde5%
overloopvolgensdeEuropese
voorschriften)
953kg
1678kg
1814kg
343cm
191cm
246cm
178cm
14cm
662L
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen
enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde
24

Gebruiksaanwijzing
5.Plaatsdepeilstokweerstevigopzijnplaats.
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Veiligheidvoorop
Leesaandachtigalleveiligheidsinstructiesen-stickers
inhethoofdstukVeiligebediening.Metbehulpvan
dezeinformatiekuntuvoorkomendatomstandersof
uzelfletseloplopen.
Voordatudespuitmachine
voordeeerstekeergebruikt
Motoroliepeilcontroleren
Hetcartervandemotorisindefabriekgevuldmet
olie.Desondanksdientuhetoliepeiltecontroleren
voordatudemotorvoordeeerstekeerstarten
daarnanogeens.
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
2.Verwijderdepeilstokenveegdezeafmeteen
schonedoek(Figuur11).
3.Steekdepeilstokindebuis.Leteropdatde
peilstokervollediginschuift.Haaldepeilstok
eruitencontroleerhetoliepeil.
Bandenspanningcontroleren
Umoetdebandenspanningomde8bedrijfsurenof
dagelijkscontrolerenomerzekervantezijndatdeze
correctis.Brengdebandenopeenspanningvan
1,38bar.Controleerdebandenookopslijtageof
schade.
Brandstofbijvullen
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenisbenzine
uiterstontvlambaarenzeerexplosief.Brand
ofexplosievanbenzinekanbrandwonden
bijuofanderenenmateriëleschade
veroorzaken.
•Vuldebrandstoftankindeopenlucht
wanneerdemotorkoudis.Eventueel
gemorstebenzineopnemen.
•Vuldebrandstoftanknooitalsdemachine
ineengeslotenaanhangerstaat.
•Vuldebrandstoftankniethelemaal.Vul
debrandstoftanktotdathetpeil6mmtot
13mmvandeonderkantvandevulbuis
staat.Dezeruimteindetankgeeftbenzine
dekansomuittezetten.
•Rooknooitwanneerumetbenzinebezig
bent,enhouddebrandstofwegvanopen
vuurofvonken.
Figuur11
1.Dopvanvulbuis2.Peilstok
4.Alshetoliepeiltelaagis,moetudevuldop
losmakenvanhetklepdeksel(Figuur1 1)en
voldoendeoliebijvullentotdathetpeilde
VOL-markeringopdepeilstokbereikt;zie
Motoroliepeilcontroleren(bladz.51)voorhet
juistetypeolieendeviscositeit.Vuldeolie
langzaambijencontroleerdaarbijveelvuldighet
peil.Niettevolvullen.
•Bewaarbenzineineengoedgekeurdvatof
blikenbuitenbereikvankinderen.Koop
nooitmeerbenzinedanuin30dagenkunt
opmaken.
•Gebruikdemachineuitsluitendalshet
completeuitlaatsysteemisgemonteerden
naarbehorenwerkt.
g023037
25

GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenkantijdens
hettankenstatischeelektriciteitworden
ontladenwaardoorvonkenontstaandie
benzinedampentotontbrandingkunnen
brengen.Brandofexplosievanbenzinekan
brandwondenbijuofanderenenmateriële
schadeveroorzaken.
•Zetbenzinevatenaltijdopdegrondenuit
debuurtvanhetvoertuigvoordatudetank
bijvult.
•Vulbenzinevatennietineenvrachtwagen
ofaanhanger,omdatbekledingofkunststof
beplatinghetvatkanisoleren,waardoor
deafvoervanstatischeladingwordt
bemoeilijkt.
•Alshetpraktischmogelijkis,kuntuhet
besteeenmachinemeteenbenzinemotor
eerstvandevrachtwagenofaanhanger
halenenbijtankenalsdemachinemetde
wielenopdegrondstaat.
•Alsditnietmogelijkis,verdienthetde
voorkeurdergelijkemachinesopeen
vrachtwagenofaanhangerbijtevullenuit
eendraagbaarvat,nietmetbehulpvanhet
vulpistoolvaneenbenzinepomp.
•Alsueenvulpistoolmoetgebruiken,dient
uditvoortdurendincontactmetderand
vandebrandstoftankofdeopeningvan
hetvattehouden,totdatuklaarbentmet
bijvullen.
•Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud),
loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of
hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
•ETHANOL:Benzinemetmaximaal10%ethanol
(gasohol)of15%MTBE(methyl-tertiair-butylether)
pervolumeisaanvaardbaar.EthanolenMTBEzijn
niethetzelfde.Benzinemet15%ethanol(E15)per
volumeisnietgeschiktvoorgebruik.Gebruiknooit
benzinediemeerdan10%ethanolpervolume
bevat,zoalsE15(bevat15%ethanol),E20(bevat
20%ethanol),ofE85(bevattot85%ethanol).
Ongeschiktebenzinegebruikenkanleidentot
verminderdeprestatiesen/ofmotorschadedie
mogelijknietgedektwordtdoordegarantie.
•Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
•Indewintergeenbrandstofbewarenin
debrandstoftankofinvaten,tenzijueen
brandstofstabilisatorgebruikt.
•Mengnooitoliedoorbenzine.
Brandstoftankvullen
Deinhoudvandebrandstoftankisongeveer19liter.
Opmerking:Dedopvandebrandstoftankis
voorzienvaneenmeterdiehetbrandstofpeilaangeeft;
controleerditgeregeld.
1.Zetdemotorafensteldeparkeerreminwerking.
2.Maakdeomgevingvandedopvande
brandstoftankschoon(Figuur12).
g023038
Figuur12
1.Dopvanbrandstoftank2.Brandstofmeter
3.Verwijderdedopvandebrandstoftank.
4.Vuldebenzinetanktotongeveer25mmvanaf
debovenkantvandetank(deonderkantvande
vulbuis).Deruimteindetankgeeftdebenzine
dekansomuittezetten.Niettevolvullen.
5.Draaidetankdopstevigvast.
6.Neemgemorstebrandstofop.
Controlesuitvoerenvóór
hetgebruik
Voerelkedagdevolgendecontrolesuitvoordatude
spuitmachinegaatgebruiken:
•Debandenspanningcontroleren.
Opmerking:Dezebandenzijnandersdan
autobanden:zijvereiseneenlagerespanning
omcompactieenbeschadigingvandegrasmat
tevoorkomen.
•Controleerhetpeilvanallevloeistoffen.Indienhet
peiltelaagis,moetubijvullenmetdevereiste
hoeveelheidvloeistofvolgensdespecicaties.
•Controleerofhetrempedaalwerkt.
•Controleerofdeverlichtingwerkt.
•Draaihetstuurwielnaarlinksennaarrechtsom
destuurreactietecontroleren.
•Controleeropolielekken,loszittendeonderdelen
enanderezichtbaregebreken.Zetdemotorafen
wachttotdatallebewegendedelentotstilstand
gekomenzijnvoordatucontroleertopolielekken,
losseonderdelenofanderegebreken.
26

Indieneenvanbovengenoemdezakennietinorde
is,moetudemonteurhiervanopdehoogtestellen
ofcontactopnemenmetdebedrijfsleidingvoordat
udiedagmetdespuitmachinegaatwerken.De
bedrijfsleidingkanuverzoekendagelijksandere
controlesuittevoeren.Vraagdaaromwatuwtaken
zijn.
Rijdenmetdespuitmachine
Gebruikdeonderstaandetabelomde
rijsnelheidvanhetvoertuigtebepalenbijeen
motortoerentalvan3.400tpm.
Overbrenging
166,4:15,63,5
238,1:19,86,1
319,6:119,211,9
Achteruit80,7:14,72,9
Verhouding
Snelheid
(km/u)
Snelheid
(mijl/uur)
Motorstarten
1.Neemplaatsopdebestuurdersstoel,steekhet
sleuteltjeinhetcontactendraaihetrechtsom
naardestandLOPEN.
2.Drukhetkoppelingspedaalinenzetde
schakelhendelindeNEUTRAALSTAND.
3.ZorgervoordatdepompschakelaaropUITstaat.
4.Alsdemotorkoudis,trektudechokeknop
omhoog.
Belangrijk:Umagdechokenietgebruiken
alsdemotorwarmis.
5.DraaihetcontactsleuteltjenaardestandST ART
totdatdemotorstart.
Belangrijk:Houdhetsleuteltjenietlanger
dan10secondenindestandSTART.Alsde
motorna10secondennietaanslaat,moet
u1minuutwachten,voordatueennieuwe
startpogingdoet.Probeerdemotorniette
startendoordespuitmachineaanteduwen
ofteslepen.
6.Alsdemotorisgestart,druktudechokeknop
langzaamin.
Rijden
1.Zetdeparkeerremvrij.
2.Drukhetkoppelingspedaalvolledigin.
3.Zetdeschakelhendelindeeersteversnelling.
4.Laathetkoppelingspedaallangzaamopkomen,
terwijluhetgaspedaalintrapt.
5.Wanneerhetvoertuigvoldoendesnelheid
heeft,haaltuuwvoetvanhetgaspedaal,trapt
uhetkoppelingspedaalvolledigin,zetude
schakelhendelindevolgendeversnellingenlaat
uhetkoppelingspedaalomhoogkomen,terwijlu
hetgaspedaalintrapt.Herhaaldezestappentot
udejuistesnelheidheeftbereikt.
Belangrijk:Stophetvoertuigaltijdvoordat
uvaneenversnellingachteruitnaareen
versnellingvooruitschakelt,ofandersom.
Opmerking:Laatdemotornietlangetijd
stationairdraaien.
Opmerking:Wanneeruhetcontactsleuteltje
gedurendelangeretijdindestandAANlaat
staan,zonderdemotortestarten,kandeaccu
leeglopen.
Belangrijk:Probeerdemotorniettestarten
doorhetvoertuigaanteduwenofteslepen.
Deaandrijijnkanhierdoorschadeoplopen.
Degasblokkeringinstellen
Opmerking:Omdegasblokkeringintestellen
moetendeparkeerremendespuitpompingeschakeld
zijnendeschakelhendelindeNEUTRAALSTANDstaan.
1.Traphetgaspedaalintotdatuhetgewenste
toerentalhebtbereikt.
2.Zetdegasblokkeringophetbedieningspaneel
opAAN.
3.Omdegasblokkeringuitteschakelen,zetude
schakelaarindestandUITofdruktuhetrem-
ofkoppelingspedaalin.
Snelheidsblokkeringinstellen
Opmerking:Voordatdesnelheidsblokkeringwordt
ingesteld,moetuopdebestuurdersstoelzittenmet
deparkeerremuit,depompaanendeschakelhendel
indeversnelling.
1.Traphetgaspedaalintotdatuhetgewenste
motortoerentalhebtbereikt.
2.Zetdesnelheidsblokkeringophet
bedieningspaneelopAAN.
3.Omdesnelheidsblokkeringuitteschakelen,zet
udeschakelaaropUITofdruktuhetrem-of
koppelingspedaalin.
Demotorafzetten
1.Drukhetkoppelingspedaalinenschakelderem
inomhetspuitsysteemtestoppen.
2.Trekdehendelvandeparkeerremomhoogen
naarachterenomdeparkeerreminwerkingte
stellen.
3.ZetdeschakelhendelindeNEUTRAALSTAND.
27

4.DraaihetcontactsleuteltjenaardestandSTOP.
5.Verwijderhetsleuteltjeuithetcontactomte
voorkomendatdemotorperongelukstart.
Eennieuwespuitmachine
inrijden
Omervoortezorgendatdespuitmachinegoede
prestatiesleverteneenlangelevensduurheeft,moet
udeeerste100bedrijfsurendevolgenderichtlijnen
inachtnemen:
•Controleerregelmatighetpeilvandevloeistoffen
endemotorolieenletoptekenendieeropwijzen
dateenonderdeelvandemachineoververhit
raakt.
•Naeenkoudestartmoetudemotorongeveer
15secondenwarmlatenworden,voordatu
optrekt.
•Omhetremsysteemteoptimaliseren,dientude
remmenalsvolgtinterijden:
1.Giet454literwaterindetank.
g013780
Figuur13
1.Actuator4.Borgpen
2.Actuatorstang5.Pen
3.Behuizingvandraaipen
vanspuitboom
2.Rijdemachinenaareenopen,vlakterrein.
3.Rijmetdemachineopvollesnelheid.
4.Traphetrempedaalstevigin.
Opmerking:Brengdemachineineen
rechtelijntotstilstandzonderdewielente
blokkeren.
5.Wacht1minuuttotderemmenafgekoeld
zijn.
6.Herhaalstap3tot5nog9keer.
•Laatdemotorniet'razen'.
•Varieerdesnelheidvandemachinetijdenshet
gebruik.Vermijdsnelstartenenstoppen.
•ZiehethoofdstukOnderhoud(bladz.45)voor
bijzonderecontrolesoprustigemomenten.
Instellingvande
spuitbomentotniveau
Ukuntdevolgendeproceduregebruikenvoorhet
instellenvandeactuatorsopdemiddelstespuitboom
omdelinkerenrechterspuitboomophetzelfdeniveau
tehouden.
3.Tildespuitboomopenverwijderdepen(Figuur
13),enlaatdespuitboomlangzaamopdegrond
zakken.
4.Controleerdepenopbeschadigingenen
vervangdezeindienditnodigis.
5.Zeteenmoersleutelopdeplattekantenvan
deactuatorstangomdezeteimmobiliseren
enzetvervolgensdecontramoerloszodatde
oogstangkanwordenbewogen(Figuur14).
1.Klapdespuitbomenindespuitstand.
2.Verwijderdeborgpenvandedraaipen(Figuur
13).
28

Figuur14
1.Plattekantopde
actuatorstang
2.Contramoer6.Standvanringvoor
3.Ring
4.Contramoerlos
6.Draaideoogstangindeactuatorstangomde
uitstekendeactuatorteverkortenofteverlengen
totdegewenstestand(Figuur14).
5.Ringaangepast
montage
7.Contramoervastgedraaid
omnieuwepositiete
vergrendelen
Opmerking:Draaideoogstanginhalveof
volledigeslagenzodatdestangopnieuwopde
spuitboomkanwordengemonteerd.
7.Zodradeoogstangindegewenstestandstaat,
draaitudecontramoervastomdeactuatoren
deoogstangvasttezetten.
8.Brengdespuitboomomhoogzodathetdraaipunt
endeactuatorstangzichineenlijnbevinden.
Houddespuitboomvastensteekdepen
doorhetdraaipuntvandespuitboomende
actuatorstang(Figuur13).
9.Alsdepenopzijnplaatsis,laatudespuitboom
losenzetudepenvastmetdeborgpendieu
eerderhebtverwijderd.
10.Herhaaldezeprocedureindiennodigbijalle
anderelagersvandeactuatorstang.
Bedieningengebruikvan
driestappenvlaknaelkaaruitvoertomschadeaan
despuitmachinetevoorkomen.Zokuntubeter
chemischestoffenniet'savondsindetankgietenen
mengenenpasdevolgendeochtendgaanspuiten.
Hierdoorbestaatdekansdatdechemischestoffen
wordengescheiden,hetgeenschadekantoebrengen
aandeonderdelenvandespuitmachine.
VOORZICHTIG
Chemischestoffenzijngevaarlijkenkunnen
lichamelijkletselveroorzaken.
•Leesdeaanwijzingenophetfabrieksetiket
voordatugaatwerkenmetchemische
stoffen,enneemalleaanbevelingenen
voorzorgsmaatregelenvandefabrikantin
g014220
acht.
•Zorgervoordatuwhuidnietincontact
komtmetchemischestoffen.Alsdittoch
gebeurt,moetudedesbetreffendeplek
grondigafspoelenmetzeepenschoon
water.
•Draageenveiligheidsbrilofandere
beschermendeuitrustingvolgensde
aanbevelingenvandefabrikantvande
chemischestoffen.
DeMultiProspuitmachineheefteenhoge
duurzaamheid,zodatdezedeverwachtelevensduur
garandeert.Omspecialeredenenzijnop
verscheideneplaatsenopuwspuitmachine
verschillendematerialengebruiktomditdoelte
verwezenlijken.Helaasbestaatergeenenkele
materiaaldatperfectisvoorallevoorzienbare
spuitwerkzaamheden.
Sommigechemischestoffenzijnagressieverdan
andereenelkechemischestofreageertandersmet
verschillendematerialen.Eenaantalvastestoffen
(zoalsbevochtigbaarpoeder,houtskool)heefteen
sterkerschurendewerkingenveroorzaaktmeerdan
normaleslijtage.Alseenchemischestofverkrijgbaar
isineensamenstellingdiedelevensduurvande
spuitmachineverlengt,adviserenwijudezete
gebruiken.
Verdermoetunatuurlijkaltijduwspuitmachinena
gebruikgrondigreinigen.Ditbiedtdebestegarantie
vooreenlangdurigenprobleemloosgebruikvande
spuitmachine.
despuitmachine
OpdeMultiProspuitmachinetegebruiken,moet
ueerstdespuittankvullen.Vervolgensspuitude
oplossingophetwerkgebiedenalsudaarmeeklaar
bent,reinigtudetank.Hetisbelangrijkdatudeze
Differentieelvergrendeling
gebruiken
Dedifferentieelvergrendelingvergrootdetractie
vandespuitmachinedoordeachterwielente
29

vergrendelen,zodatnietéénwielkangaanslippen.
Ditkangoedvanpaskomenwanneeruzware
ladingenmoetvervoerenopnatgras,gladde
oppervlakken,hellingenofzanderigterrein.Udient
echteringedachtentehoudendatdezeextratractie
slechtsbedoeldisvoortijdelijkofbeperktgebruik.Het
isgeenvervangingvoordeveiligheidsmaatregelen
tenaanzienvansteilehellingenenzwareladingendie
hiervooraandeordezijngeweest.
Dedifferentieelvergrendelingzorgtervoordatde
achterwielenmetdezelfdesnelheiddraaien.Wanneer
udedifferentieelvergrendelinggebruikt,wordthet
vermogenomscherpebochtentemakenietsbeperkt
enkanhetgazonwordenbeschadigd.Gebruikde
differentieelvergrendelingalleenwanneerhetnodig
is,bijlagesnelhedenenalleenindeeersteoftweede
versnelling.
WAARSCHUWING
Alsdespuitmachineopeenhellingomslaatof
gaatrollen,kanditernstigletselveroorzaken.
•Deextratractiediede
differentieelvergrendelingbiedt,kan
genoegzijnomuingevaarlijkesituaties
tebrengen,zoalsoprijdenvanhellingen
dietesteilzijnomtedraaien.Weesextra
voorzichtigalsuwerktmetingeschakelde
differentieelvergrendeling,vooralopsteile
hellingen.
•Alsdedifferentieelvergrendelingis
ingeschakeldterwijlumeteenhoge
snelheideenscherpebochtmaakt,en
hetbinnensteachterwielvandegrond
komt,kuntudecontroleoverhetvoertuig
verliezen,waarbijdekansbestaatdatde
spuitmachinegaatslippen.Gebruikde
differentieelvergrendelinguitsluitendbij
lagesnelheden.
Deschoonwatertankvullen
Vuldeschoonwatertankaltijdmetschoonwater
voordatugaatwerkenmetchemischestoffen.
Deschoonwatertankbevindtzichlinksvande
rolbeugel.Dezebevatschoonwater,waarmee
uuwogen,uwhuidandereoppervlakkenkunt
schoonspoelenalsdezeperongelukincontactzijn
gekomenmetchemischestoffen.
Omdetapkraanvandewatertankteopenen,moetu
dehendelopdekraandraaien.
Spuittankvullen
Monteerdevoormengsetvoorchemischestoffenals
uoptimalemengprestatieswenstendeexternetank
zoschoonmogelijkwilthouden.
Belangrijk:Dechemischestoffendieugebruikt,
moetengeschiktzijnvoorViton(raadpleeghet
fabrieksetiket;ditmoetaangevenofdechemische
stoffengeschiktzijn).Chemischestoffendie
nietgeschiktzijnvoorViton,zullendeO-ringen
indespuitmachineaantastenwaardoorlekkage
ontstaat.
Belangrijk:Controleerofdejuistegebruiksdosis
isingesteldvóórhetvullenvandetankmet
chemischestoffen.
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,zetdeschakelhendelinde
NEUTRAALSTAND,zetdemotorafenstelde
parkeerreminwerking.
2.Controleerofdeaftapklepvandetankgesloten
is.
3.Bepaalhoeveelwaterumoetmengenmetde
hoeveelheidvandechemischestoffendieu
nodighebtvolgensdevoorschriftenvande
fabrikantvandechemischestoffen.
4.Openhetdekselvandespuittank.
Opmerking:Hettankdekselbevindtzich
middenopdetank.Omditteopenen,moet
udevoorstehelftvanhetdekselnaarlinks
draaienenopenklappen.Ukuntdezeefaan
debinnenzijdeverwijderenomdezetereinigen.
Omdetankaftesluiten,moetuhetdeksel
dichtdoenendevoorstehelftvanhetdeksel
naarrechtsdraaien.
5.Gietongeveer¾vandebenodigde
hoeveelheidwaterindespuittankviade
anti-overloopaansluiting.
Belangrijk:Umoetdetankaltijdvullenmet
schoonwater.Gietnooitconcentraatineen
legetank.
6.Startdemotorenzetdepompschakelaarop
AAN.
7.Traphetgaspedaalvollediginenzetde
gasbegrenzeropAAN.
8.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
UIT.
9.ZetdemengklepopAAN.
10.Voegdecorrectehoeveelheidhetchemische
concentraattoeindetankvolgensdeinstructies
vandefabrikant.
Belangrijk:Alsueenbevochtigbaarpoeder
gebruiktzondervolledigemenging,moetu
30

ditmeteenkleinehoeveelheidwatertoteen
dikkemassamengenvoordatudittoevoegt.
11.Gietderestvanhetwaterindetank.
DeSpuitbomenbedienen
Metdeschakelaarsvandespuitboomliftophet
bedieningspaneelvandespuitmachinekuntu
despuitbomenindeTRANSPORTST ANDofinde
SPUITSTANDzettenzonderdatudebestuurdersstoel
hoeftteverlaten.Hetverdientaanbevelingde
spuitbomenindegewenstestandtezettenterwijlde
machinestilstaat.
Despuitboomverstellen
1.Stopdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
2.Laatdespuitbomenneermetbehulpvande
schakelaarsvandespuitboomlift.
Opmerking:Wachttotdatdespuitbomen
volledigzijnuitgeklaptindeSPUITSTAND.
3.Alsdebomenmoetenwordeningeklapt,dientu
demachinetelatenstoppenopeenhorizontaal
oppervlak.
4.Brengdespuitbomenmetdeliftschakelaars
omhoogtotdatzijgeheelkruiselingsoverelkaar
indetransportstandindetransporthouder
zijngezetendehefcilindersvolledigzijn
teruggetrokken.
Belangrijk:Tervoorkomingvanschade
aandecilindervandeactuatorsvande
spuitbomen,moetuervoorzorgendat
deactuatorsvoortransportvolledigzijn
ingetrokken.
Detransporthoudervande
spuitbomengebruiken
vandespuitbomenvolledigzijnteruggetrokkenom
beschadigingvandeactuatorstangtevoorkomen.
Spuiten
Belangrijk:Omervoortezorgendatdeoplossing
goedgemengdblijft,moetudemengfunctie
gebruikenalsereenoplossingindetankzit.
Omtemengen,moetudepompingeschakeld
hebbenendemotorhogerdanstationairlaten
lopen.Alsuhetvoertuigtotstilstandbrengt
maarhetmengsysteemwensttegebruiken:
steldeparkeerreminwerking,zetdepomp
aan,drukhetgaspedaalvollediginenzetde
gasbegrenzerschakelaaropAAN.
Opmerking:Dezeproceduregaatervanuitdat
depompingeschakeldisnaaraanleidingvande
procedureBedieningengebruikvandespuitmachine
(bladz.29).
1.Brengdespuitbomenomlaag.
2.Zet,terwijldehoofdschakelaarvan
despuitbomenopUITstaat,de3
spuitboomschakelaarsopAAN.
3.Vervolgensrijdtunaarhetperceelwaarumoet
spuiten.
4.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
AANomtebeginnenmetspuiten.
Opmerking:HetInfoCentertoontde
spuitbomendieaanhetsproeienzijn.
Opmerking:Alsdetankbijnaleegis,kanhet
mengenleidentotschuimvormingindetank.
Zetdemengklepuitomdittevoorkomen.Als
alternatiefkuntuookeenantischuimmiddelin
detankgebruiken.
5.Gebruikdedosisschakelaaromdedosiste
wijzigenenintestellen.
Despuitmachineheefteentransporthoudervoorde
spuitbomendieisvoorzienvaneenuniekebeveiliging.
AlsdespuitbomenindeTRANSPORTSTANDstaan
enperongelukinaanrakingkomenmeteenlaag
overhangendobject,kunnenzijuitdetransporthouder
wordengedrukt.Inditgevalkomendespuitbomen
ineenbijnahorizontalestandopdeachterkantvan
demachineterusten.Aangeziendespuitbomen
hierbijgeenschadeoplopen,dienenzijonmiddellijkte
wordenteruggeplaatstindetransporthouder.
Belangrijk:Despuitbomenkunnen
beschadigdrakenalszijnietkruiselings
wordengetransporteerdindetransporthouder.
Omdespuitbomenterugteplaatseninde
transporthouder,moetudezeneerlateninde
SPUITSTANDenvervolgensweeromhoogbrengenin
deTRANSPORTSTAND.Zorgervoordatdecilinders
6.Alsuklaarbentmetspuiten,zetude
hoofdschakelaaropUITomallespuitbomenuit
teschakelen.Daarnazetudepompschakelaar
opUIT.
Spuittips
•Overlapgeenstukkenwaarueerderhebt
gespoten.
•Controleerofergeenspuitdoppenzijnverstopt.
Vervangversletenofbeschadigdespuitdoppen.
•Schakeleerstmetdehoofdschakelaarde
spuitbomenuitvoordatudespuitmachine
totstilstandbrengt.Nadatudemachinetot
stilstandhebtgebracht,moetudeschakelhendel
indeNEUTRAALSTANDzettenenmetde
motortoerentalregelaarvandeneutraalstandde
31

motoroptoerenhouden,zodathetmengenblijft
doorgaan.
•Uverkrijgtbetereresultatenalsdespuitmachinein
bewegingiswanneerudespuitbomeninschakelt.
•Letopveranderingenindegebruiksdosisdie
kunnenaangevendatuwsnelheidtehoogisvoor
hetbereikvandespuitdoppenofdaterproblemen
zijnmethetspuitsysteem.
Despuitmachinereinigen
Belangrijk:Umoetdespuitmachinealtijd
onmiddellijknaelkgebruikleeglatenlopenen
reinigen.Indienuditnalaat,kandittotgevolg
hebbendatdechemischestoffenuitdrogenof
dikwordenindeleidingen,waardoordepompen
andereonderdelenverstoptraken.
Opmerking:Monteerdetankspoelsetvooroptimale
reinigingvandetank.
1.Brengdespuitmachinetotstilstand,stelde
parkeerreminwerking,zetdeschakelhendelin
deNEUTRAALSTANDenzetdemotoraf.Detank
looptleekaandelinkerkantvandemachine.
2.Ganaardeaftapklepaandelinkerkantvande
machine(Figuur15).
Opmerking:Deklepbevindtzichachter
delinkerbeugelvandebumpernaastde
brandstoftank.
Opmerking:Hierdoorkaneventueel
achtergeblevenmateriaalindelijnworden
afgevoerd.
5.Alsdetankvolledigleeggelopenis,sluitude
aftapklepenmonteertudeklepopdebeugel
(Figuur15).
6.Spoeldebinnenzijdevandetankmetminstens
22literschoonwaterensluithetdeksel.
Opmerking:Indiennodigkuntueen
reinigings-/neutraliseermiddeltoevoegenaan
hetwater.Gebruikalleenschoonwatervoorde
laatstespoeling.
7.Startdemotor.
8.ZetdepompschakelaaropAANenzetde
drukopeenhogeinstellingmetbehulpvande
schakelaarvoordegebruiksdosis.
9.ZetdeschakelhendelindeNEUTRAALST AND,
traphetgaspedaalvollediginenzetde
gasbegrenzerschakelaaropAAN.
10.ControleerofdemengklepopAANstaat.
11.Zetdehoofdschakelaarendeschakelaarsvan
despuitbomenopAANomtebeginnenmet
spuiten.
12.Laatalhetwaterindetankviadespuitdoppen
naarbuitenspuiten.
13.Controleerofallespuitdoppennaarbehoren
werken.
14.ZetdehoofdschakelaaropUIT,zetde
pompschakelaaropUITenzetdemotoraf.
15.Herhaalstappen6totenmet14nogminstens2
keeromerzekervantezijndathetspuitsysteem
volkomenisgereinigd.
16.Laatbijdelaatstecyclusdelaatstepaar
literwaterdoordeaftapkleplopenomde
afvoerbuizentereinigen.
17.Reinigdezuigkorf;zieZuigkorfreinigen(bladz.
65).
Figuur15
1.Aftapplugvantank
3.Verwijderdeklepvandebeugelenlegdeklep
opdegrond.
4.Gebruikdeplugomongebruiktmateriaaluit
detanktelatenlopenenaftevoerenvolgens
deplaatselijkgeldendevoorschriftenende
instructiesvandefabrikant(Figuur15).
Belangrijk:Alsubevochtigbaarpoeder
gebruikt,moetudezuigkorfnaelketank
reinigen.
18.Spuitmeteentuinslangdebuitenkantvande
g023039
spuitmachineschoon.Gebruikhierbijschoon
water.
19.Verwijderdespuitdoppenenreinigzemetde
hand.
Opmerking:Vervangversletenofbeschadigde
spuitdoppen.
HetInfoCentergebruiken
HetInfoCenterlcd-schermtoontinformatiezoals
debedrijfsmodus,diversediagnostischeinformatie
32

enanderegegevensoverdemachine(Figuur16).
HetInfoCenterheefteenwelkomstschermeneen
hoofdscherm.Ukuntteallentijdeheenenweergaan
tussenhetwelkomstschermenhethoofdschermdoor
opomhetevenwelkeknopinInfoCentertedrukken
endandeovereenkomstigepijlteselecteren.
Figuur16
g028527
Figuur17
2.Naongeveer15secondenwordthet
hoofdschermweergegeven.Drukopde
g020650
middelsteselectieknopomdeinformatiecontext
weertegeven(Figuur18).
1.Controlelampjes
2.Knopnaarrechts4.Linkerknop
3.Middelsteknop
•Linkerknop,knopmenu/terug–drukopdezeknop
omnaardemenu'svanhetInfoCentertegaan.
Ukunthemookgebruikenomhethuidigemenu
teverlaten.
•Middelsteknop–gebruikdezeknopomnaar
benedendoormenu'stebewegen.
•Knopnaarrechts–gebruikdezeknopalseenpijl
aangeeftdaternogandereoptiesinhetmenuzijn.
Opmerking:Deknoppenkunnenverschillende
functiesvervullenafhankelijkvanwatopdatmoment
nodigis.Voorelkeknopisereenpictogramdatde
huidigefunctieweergeeft.
HetInfoCenterstarten
1.Brengdesleutelinhetcontactendraaihetnaar
destandAAN.
Opmerking:HetInfoCenterlichtopenhet
startschermverschijnt(Figuur17).
g028528
Figuur18
•Drukopnieuwopdemiddelsteselectieknop
omnaarhethoofdmenutegaan.
•Rechterselectieknop:Totalegespoten
oppervlakte(AinFiguur19)
•Rechterselectieknop:Gebruiksdosis(Bin
Figuur19)
•Linkerselectieknop:Totalegespoten
deeloppervlakte(CinFiguur19)
•Linkerselectieknop:Tankvolume(Din
Figuur19)
33

Figuur19
g028416
Figuur20
1.Rechterselectieknop(selecteercontext)
4.Drukopderechterselectieknopomnaarde
g029189
submenu'smetinstellingentegaan.
Opmerking:Hethoofdmenuverschijnt,met
deoptieInstellingengeselecteerd.
Opmerking:Draaidestartschakelaarnaarde
standSTARTenstartdemotor:dewaardenophet
InfoCenter-schermzijneenweerspiegelingvandie
vandeingeschakeldemachine.
Naarhetinstellingenmenugaan
1.StarthetInfoCenter;zieHetInfoCenterstarten
(bladz.33).
Opmerking:Hethoofdschermverschijnt.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomnaarde
informatiecontexttegaan.
Opmerking:Hetpictogramvande
informatiecontextverschijnt.
3.Drukopdemiddelsteselectieknopomnaarhet
hoofdmenutegaan(Figuur20).
Opmerking:Drukopdemiddelste
selectieknop(deknoponderdepijlnaar
benedenophetscherm)omnaarbenedente
scrollen.
Meet-eenhedeninstellen
(imperiaalofmetrisch)
1.Ganaarhetinstellingenmenu;zieNaarhet
instellingenmenugaan(bladz.34).
2.Ukuntdemeet-eenheidwijzigendoorderechter
selectieknopintedrukkenendeweergegeven
meet-eenhedenteveranderen(Figuur21).
•Imperial:mph,gallonsenacre
•Turf:mph,gallonsen1000ft
•SI(metrisch):km/u,liter,hectare
Opmerking:Hetschermzaltussen
Amerikaanseenmetrischeeenheden
schakelen.
2
34

Figuur21
g028519
1.Optiesweergeven
(pictogram)
2.Naarbenedenscrollen
(pictogram)
3.Rechterselectieknop
(contextweergeven)
4.Middelsteselectieknop
(contextscrollen)
Opmerking:Drukopdelinkerselectieknopom
uwselectietebewaren,hetinstellingenmenute
verlatenenterugtekerennaarhethoofdmenu.
3.Omdeweergegeventaaltewijzigen,druktuop
demiddelsteselectieknop(deknoponderdepijl
naarbenedenophetscherm)enselecteertu
Taal(Figuur21).
4.Drukopderechterselectieknop(deknop
onderhetlijstpictogramophetscherm)omde
weergegeventaalophetschermtemarkeren
(Figuur21).
Opmerking:Ukuntkiezenuitdevolgende
talen:Engels,Spaans,Frans,Duits,Portugees,
Deens,Nederlands,Fins,Italiaans,Noorsen
Zweeds.
5.Drukopdelinkerselectieknopomuwselectie(s)
tebewaren,hetinstellingenmenuteverlatenen
terugtekerennaarhethoofdmenu(Figuur20).
6.Drukopdelinkerselectieknopomterugtekeren
naarhethoofdscherm(Figuur21).
1.Selectiepijl(pictogram)
2.Naarbenedenscrollen
(pictogram)
3.Rechterselectieknop
(selecteercontext)
4.Middelsteselectieknop
(contextscrollen)
g028415
Figuur22
5.Waardeverhogen
(pictogram)
6.Waardeverminderen
(pictogram)
7.Rechterselectieknop
(contextwaardeverhogen)
8.Middelsteselectieknop
(contextwaarde
verminderen)
Deachtergrondverlichtingenhet
contrastvanhetscherminstellen
1.Ganaarhetinstellingenmenu;zieNaarhet
instellingenmenugaan(bladz.34).
2.Omdeachtergrondverlichtingvanhetschermte
wijzigen,druktuopdemiddelsteselectieknop
(deknoponderdepijlnaarbenedenop
hetscherm)enselecteertudeinstelling
Achtergrondverlichting(Figuur22).
3.Drukopderechterselectieknopomdecontext
waardeinstellenweertegeven(Figuur22).
Opmerking:Een(-)-pictogramwordt
weergegevenbovendemiddelsteselectieknop
eneen(+)-pictogrambovenderechter
selectieknop.
4.Ukuntdehelderheidvanhetscherminstellen
metdemiddelsteselectieknopenderechter
selectieknop(Figuur22).
35

Opmerking:Wanneerudehelderheidswaarde
wijzigt,zalhetgeselecteerdehelderheidsniveau
ophetschermveranderen.
5.Drukopdelinkerselectieknop(deknoponder
hetlijstpictogramophetscherm)omuwselectie
tebewaren,hetmenuachtergrondverlichting
teverlatenenterugtekerennaarhet
instellingenmenu(Figuur22).
6.Omhetcontrastvanhetschermtewijzigen,
druktuopdemiddelsteselectieknop(deknop
onderdepijlnaarbenedenophetscherm)en
selecteertudeinstellingContrast(Figuur22).
7.Drukopderechterselectieknopomdecontext
waardeinstellenweertegeven(Figuur22).
Opmerking:Een(-)-pictogramwordt
weergegevenbovendemiddelsteselectieknop
eneen(+)-pictogrambovenderechter
selectieknop.
8.Drukopdelinkerselectieknop(deknoponder
hetlijstpictogramophetscherm)omuwselectie
tebewaren,hetmenucontrastteverlatenen
terugtekerennaarhetinstellingenmenu(Figuur
22).
Niet-actiefscherm
Ganaarhoofdscherm
Actiefhoofdscherm
Waardeopslaan
Menuverlaten
Urenteller
Correctepincodeingevoerd
Ingevoerdepincode
controleren/Vericatievan
kalibratie
Handremaan
Heuvelassistentie
9.Drukopdelinkerselectieknopomhet
instellingenmenuteverlatenenterugtekeren
naarhethoofdmenu(Figuur20enFiguur22).
10.Drukopdelinkerselectieknopomterugtekeren
naarhethoofdscherm(Figuur22).
Verklaringvanpictogrammenin
InfoCenter
Informatiepictogram
Volgende
Vorige
Naarbenedenscrollen
Drukop
Wijzigdevolgendewaardein
delijst
Verhogen
Hoofdspuitboom
aan/Spuitboomsproeieruit
Hoofdspuitboom
aan/Spuitboomsproeieraan
Spuittankvol
Spuittankhalfvol
Tankniveaulaag
Spuittankleeg
'Turf'eenheden(1000ft²)
of
Gespotengebied
Gespotenvolume
Verminderen
Actiefscherm
36
Pastankvolumeaan

Hoofdscherm
Actiefgebiedverwijderen
Allegebiedenverwijderen
Wijzigcijfer
Selecteerhetvolgendegebied
vooraccumulatie
Gasbegrenzeractief
Fouten
HoursDitmenutoontdetotaleingeschakeldetijd
Menudiagnostiek
Menu-itemBeschrijving
Pompen
SpuitbomenDitmenugeefttoegangtotdeinputs,
Begrenzer
Motordraaien
Ditmenutoontdemeestrecentefoutenen
delaatstverwijderdefout.
enhetaantalbedrijfsurenvandemachine
envandepomp.Uzietookhetaantaluur
tothetvolgendevereisteonderhoudeneen
onderhoudsreset.
Ditmenugeefttoegangtotdeoptiesvande
pompinstellingen,dekortstondigespoeling
endegeplandespoeling.
voorwaardenenoutputsvandespuitbomen.
Ditmenugeefttoegangtotdeinputs,
voorwaardenenoutputsvande
gasbegrenzer.
Ditmenugeefttoegangtotdeinputsen
outputsvandemotorinschakeling.
Demenu'sgebruiken
Drukinhethoofdschermopdemenuknopomnaarhet
menusysteemvanInfoCentertegaan.Ugaatnaar
hethoofdmenu.Raadpleegdevolgendetabellenvoor
eenoverzichtvandeoptiesdieuhebtindemenu's:
Kalibratie
Menu-itemBeschrijving
TestSpeed
Flow
Calibration
Speed
Calibration
Instellingen
Menu-itemBeschrijving
LowTankAlertInditmenusteltudewaarschuwinglaag
EenhedenInditmenukuntudeeenhedeninhet
Language
BacklightInditmenukuntudehelderheidvanhet
Contrast
Beveiligde
menu's
Ditmenubepaaltdetestsnelheidvoor
kalibratie.
Ditmenukalibreertdevloeistofmeter.
Ditmenukalibreertdesnelheidssensor.
tankvolumein.
InfoCenterveranderen.Deoptieszijn
Engels,MetrischenTurf.
InditmenukuntudetaalvanhetInfoCenter
veranderen.
lcd-schermwijzigen.
Inditmenukuntuhetcontrasttussen
donkereenverlichteveldenophet
lcd-scherminstellen.
Langsditmenukuntunaardebeveiligde
menu'sgaan.
Menumachine
Menu-itemBeschrijving
ModelDitmenutoonthetmodelnummervande
Serienummer
Softwarerevisie
machine.
Ditmenutoonthetserienummervande
machine.
Ditmenutoonthetrevisienummervande
machinesoftware.
Opmerking:Alsudetaalofhetcontrastperongeluk
verandertineeninstellingdiedetekstophetscherm
onleesbaarofonbegrijpbaarmaakt,neemdancontact
opmeteenerkendeT oro-distributeurvoorhulpbijhet
resettenvanhetscherm.
Hetinstellingenmenugebruiken
Waarschuwingbijtankniveauinstellen
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
waarschuwingsinstellingaanteduiden(Figuur
23).
Opmerking:Depictogrammen(-)en(+)
verschijnenbovendemiddelsteenrechter
selectieknop.
Onderhoudsmenu
Menu-itemBeschrijving
37

Figuur23
3.Drukopderechterselectieknop(Figuur23).
4.Gebruikdemiddelsteofrechterselectieknop
omdeminimalehoeveelheidindetank
intestellenwaarbijdewaarschuwingzal
wordenweergegeventijdenshetwerkmetde
spuitmachine(Figuur23).
Opmerking:Houdeknopingedruktomde
waardevandetankwaarschuwingmet10%te
verhogen.
g028521
g028522
Figuur24
5.Drukopdelinkerselectieknopomdeinstellingte
bewarenenterugtekerennaarhethoofdmenu.
DetoegangscodevanhetInfoCenterinstellen
Opmerking:Voerdetoegangscodeinomde
beveiligdeinstellingenofhetpaswoordtewijzigen.
Opmerking:Detoegangscodeisstandaard
ingesteldop1234.
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
instellingvoordebeveiligdemenu'saante
duiden.
3.Drukopderechterselectieknopombeveiligde
menu'steselecteren(AinFiguur24).
4.Steldenumeriekewaardeinhetinvoerscherm
voordetoegangscodeindoordevolgende
selectieknoppenintedrukken:
•Drukopdemiddelsteselectieknop(Bin
Figuur24)omdenumeriekewaardete
verhogen(0tot9).
•Drukopderechterselectieknop(Cin
Figuur24)omdecursornaardevolgende
numeriekewaardeaanderechterkantte
bewegen.
5.Zodradewaardeuiterstrechtsisingesteld,
druktuopderechterselectieknop.
Opmerking:Hetvinkjeverschijntbovende
middelsteselectieknop(DinFiguur24).
6.Drukopdemiddelsteselectieknop(DinFiguur
24)omhetpaswoordintestellen.
Detoegangscodewijzigen
1.Voerdehuidigetoegangscodein:ziestap1
totenmet6vanDetoegangscodevanhet
InfoCenterinstellen(bladz.38).
2.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
3.Drukopdemiddelsteselectieknopomde
instellingvoordebeveiligdemenu'saante
duiden.
38

Figuur25
2.Drukopdemiddelsteselectieknopomdeoptie
beveiligdeinstellingenaanteduiden.
Opmerking:AlsergeenXstaatinhetvakje
rechtsvandeoptiebeveiligdeinstellingen,
zijndesubmenu'svoorlinkerspuitboom,
middelstespuitboom,rechterspuitboomen
standaardwaardenopnieuwinstellenniet
vergrendeldmeteentoegangscode(Figuur27).
g028524
Figuur26
g028717
3.Drukopderechterselectieknop.
4.Drukopderechterselectieknopombeveiligde
menu'steselecteren(AinFiguur25).
5.Voerdenieuwetoegangscodeinophet
invoerschermdoordevolgendeselectieknoppen
intedrukken:
•Drukopdemiddelsteselectieknop(Bin
Figuur25)omdenumeriekewaardete
verhogen(0tot9).
•Drukopderechterselectieknop(Cin
Figuur25)omdecursornaardevolgende
numeriekewaardeaanderechterkantte
bewegen.
6.Zodradewaardeuiterstrechtsisingesteld,
druktuopderechterselectieknop.
Opmerking:HetpictogramOpslaanverschijnt
bovendemiddelsteselectieknop(DinFiguur
25).
7.WachttotInfoCenteraangeeftdatdewaarde
opgeslagenisenhetrodeindicatielampjegaat
branden.
Beveiligdeinstellingeninstellen
Opmerking:Erverschijnteenschermwaarop
udetoegangscodekuntinvoeren.
4.Voerdetoegangscodein:ziestap4inDe
toegangscodevanhetInfoCenterinstellen
(bladz.38).
5.Zodradewaardeuiterstrechtsisingesteld,
druktuopderechterselectieknop.
Opmerking:Hetvinkjeverschijntbovende
middelsteselectieknop.
6.Drukopdemiddelsteselectieknop.
Opmerking:Desubmenu'svoorlinker
spuitboom,middelstespuitboom,rechter
spuitboomenstandaardwaardenopnieuw
instellenverschijnen.
7.Drukopdemiddelsteselectieknopomdeoptie
beveiligdeinstellingenaanteduiden.
8.Drukopderechterselectieknop.
Opmerking:ErverschijnteenXinhetvakje
rechtsvandeoptiebeveiligdeinstellingen
(Figuur27).
Belangrijk:Gebruikdezefunctieomde
gebruiksdosistevergrendelen/ontgrendelen.
Opmerking:Umoetdetoegangscodevanvier
cijferskennenominstellingenvoorfunctiesinde
beveiligdemenu'stewijzigen.
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
39

Figuur27
9.WachttotInfoCenteraangeeftdatdewaarde
opgeslagenisenhetrodeindicatielampjegaat
branden.
Deinstellingvoordeheuvelassistentie
wijzigen
Deheuvelassistentiestaatstandaardaan,maarkan
alsvolgtwordenuitgeschakeld:
1.Drukinhethoofdmenuopdemiddelste
selectieknopomnaarhetinstellingenmenute
gaan.
2.ScrollomlaagnaarHeuvelassistentieendruk
g028523
opdemiddelsteselectieknopomnaarhet
instellingenmenuervantegaan.
3.SelecteerUitinhetinstellingenmenuvan
Heuvelassistentie.
Devloeistofstroomvande
Opmerking:Desubmenu'sonderdeoptie
beveiligdemenu'szijnbeveiligdmetde
toegangscode.
Opmerking:Omnaardesubmenu'stegaan,
kiestudeoptiebeveiligdemenu's,druktuopde
rechterselectieknop,voertudetoegangscode
inendruktuopdemiddelsteselectieknop
wanneerhetvinkjeverschijnt.
Degroottevandespuitboomgedeelten
opnieuwinstellenopdestandaardwaarde
1.Drukopdemiddelsteselectieknopomte
navigerennaardeoptiewaarmeeude
standaardwaardenopnieuwkuntinstellen
(Figuur28).
Figuur28
2.Drukopderechterselectieknopomde
standaardwaardenopnieuwintestellen.
3.Drukinhetschermvoordestandaardwaarden
opdelinkerselectieknopvoorNeeofderechter
selectieknopvoorJa(Figuur28).
Opmerking:SelecteerJaomdegroottevan
despuitbomenopnieuwintestellenopde
standaardwaarde.
spuitmachinekalibreren
Benodigdhedendoordebestuurderverstrekt:
Stopwatchdieop±1/10vaneenseconde
nauwkeurigkanmeteneneenopvangbekermeteen
schaalverdelingin50ml.
Opmerking:Voordatudespuitmachinevoorhet
eerstgebruikt,alsudespuitdoppenvervangt,of
alsditomeenandereredennodigis,dientude
vloeistofstroom,snelheidenomloopkleppenvande
spuitmachinetekalibreren.
1.Vuldespuittankvandespuitmachinemet
schoonwater.
Opmerking:Zorgdatergenoegwaterinde
tankisomdekalibratietevoltooien.
2.Steldeparkeerreminwerkingenstartdemotor.
3.ZetdepompschakelaaropAANenzetde
mengschakelaaropaan.
4.Drukhetgaspedaalintotuhetmaximaletoerentalbereiktenzetdegasbegrenzerschakelaar
opAAN.
5.Zetde3afzonderlijkeschakelaarsende
hoofdschakelaarvandespuitbomenopAAN.
6.Zetdecontroleknop(vergrendelingvande
dosis)indeONTGRENDELDEstand.
g028526
7.Bereiduvooropeenopvangtestmetde
opvangbekermetschaalverdeling.
8.Beginbij2,76barengebruikde
gebruiksdosisschakelaaromdespuitdruk
aantepassentoteenopvangtestde
hoeveelhedenindetabelhieronderoplevert.
Opmerking:Voerdetest3keeruitenneem
hetgemiddelde.
KleurspuitdopMilliliter
Geel
opgevangenin
15seconden
1896,4
Ounces
opgevangenin
15seconden
40

Rood37812,8
Bruin47316,0
Grijs
Wit
Blauw94632,0
Groen
56719,2
757
141948,0
25,6
9.Wanneerdeopvangtestdehoeveelheden
indeonderstaandetabeloplevert,zetude
controleknopvandedosisindeVERGRENDELDE
stand.
10.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenuit.
11.GainhetInfoCenternaarhetkalibratiemenuen
selecteerFlowCalibrationalsvolgt:
Opmerking:Ukuntopelkmomenthet
pictogramvanhethoofdschermselecterenom
dekalibratiesteannuleren.
A.Druktweemaalopdemiddelsteknopvan
hetInfoCenteromnaardemenu'stegaan.
B.Ganaarhetkalibratiemenudoorde
rechterknopvanhetInfoCenterinte
drukken.
C.SelecteerVloeistofkalibratieendrukopde
rechterknopvanhetInfoCenter.
D.Inhetvolgendeschermvoertude
gekendehoeveelheidwaterindieuitde
spuitbomenzalwordengesproeidvoor
dekalibratieprocedure;raadpleegde
onderstaandetabel.
E.Alsudegekendehoeveelheidingevoerd
hebt,druktuderechterknopvanhet
InfoCenterin.
12.Gebruikdesymbolen(+)en(-)omhet
vloeistofvolumeintevoerenvolgensde
onderstaandetabel.
14.Laatdespuitmachinevijfminutendraaienen
vinkhetvakjeafdoordemiddelsteknopvanhet
InfoCenterintedrukken.
Opmerking:Hetisnietergalsde
hoeveelheiddietijdenshetkalibratieproces
wordtweergegevennietovereenstemtmet
degekendehoeveelheidwaterdieuinhet
InfoCenterhebtingevoerd.
15.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomen
na5minutenuitenselecteerhetvinkjeinhet
InfoCenter.
Opmerking:Dekalibratieisnuvoltooid.
Desnelheidvande
spuitmachinekalibreren
Opmerking:Voordatudespuitmachinevoorhet
eerstgebruikt,alsudespuitdoppenvervangt,of
alsditomeenandereredennodigis,dientude
vloeistofstroom,snelheidenomloopkleppenvande
spuitmachinetekalibreren.
1.Vuldetankmetschoonwater.
2.Duidopeenopen,vlakterreineenafstandvan
45tot152maan.
Opmerking:T orobeveeltaanomeen
afstandvan152metertemarkerenvooreen
nauwkeurigerresultaat.
3.Startdemotorenrijnaarhetbeginvande
aangeduidezone.
Opmerking:Zethetmiddenvandevoorste
wielenpreciesbovendestartlijnvoorhetmeest
nauwkeurigeresultaat.
4.GainhetInfoCenternaarhetkalibratiemenuen
selecteerSpeedCalibration.
KleurspuitdopLiterAmerikaanse
Geel
Rood8322
Bruin10628
Grijs
Wit16744
Blauw208
Groen
4211
12533
31483
13.Schakeldehoofdschakelaarvandespuitbomen
5minutenlangin.
Opmerking:T erwijldemachinespuit,zalhet
InfoCenterdegemetenhoeveelheidvloeistof
weergeven.
gallons
Opmerking:Ukuntopelkmomenthet
pictogramvanhethoofdschermselecterenom
dekalibratiesteannuleren.
5.Selecteerdevolgendepijl(→)inhetInfoCenter.
6.Gebruikdesymbolen(+)en(-)omde
gemarkeerdeafstandintevoereninhet
InfoCenter.
55
7.Schakeldemachineineersteversnellingen
rijdegemarkeerdeafstandmetvolgasineen
rechtelijn.
8.Stopdemachineopdegemarkeerdeafstanden
selecteerhetvinkjeinhetInfoCenter.
Opmerking:Vertraagenstopmethetmidden
vandevoorwielenpreciesopdelijnvoorhet
meestnauwkeurigeresultaat.
41

Opmerking:Dekalibratieisnuvoltooid.
Deomloopkleppenvande
spuitbomenkalibreren
Opmerking:Voordatudespuitmachinevoorhet
eerstgebruikt,alsudespuitdoppenvervangt,of
alsditomeenandereredennodigis,dientude
vloeistofstroom,snelheidenomloopkleppenvande
spuitmachinetekalibreren.
Kieseenopenenvlakterreinomdezeprocedureuit
tevoeren.
1.Vuldespuittanktotdehelftmetschoonwater.
2.Laatdespuitbomenneer.
3.ZetdeschakelhendelindeNEUTRAALSTANDen
steldeparkeerreminwerking.
4.Zetde3spuitboomschakelaarsopAAN,maar
laatdehoofdschakelaarvandespuitbomenuit.
5.ZetdepompschakelaaropAANenzetde
mengschakelaaropaan.
6.Drukhetgaspedaalintotuhetmaximaletoerentalbereiktenzetdegasbegrenzerschakelaar
opAAN.
7.GainhetInfoCenternaarhetkalibratiemenuen
selecteerT estSpeed.
Opmerking:Ukuntopelkmomenthet
pictogramvanhethoofdschermselecterenom
dekalibratiesteannuleren.
8.Gebruikdesymbolen(+)en(-)omeen
testsnelheidvan5,6km/uintevoeren
enselecteerdanhetpictogramvanhet
hoofdscherm.
9.Zetdecontroleschakelaar(vergrendelingvan
gebruiksdosis)indeONTGRENDELDEstandenzet
dehoofdschakelaarvandespuitbomenopAAN.
10.Stelmetbehulpvandeschakelaarde
gebruiksdosisinaandehandvande
onderstaandetabel.
Kleur
spuitdop
Geel159l/ha
Rood
Bruin
Grijs478l/ha
Wit
Blauw
Groen1.190l/ha
SI(metrisch)
319l/ha
394l/ha
637l/ha
796l/ha
Engels
17gpa0,39gpk
34gpa0,78gpk
42gpa0,96gpk
51gpa1,17gpk
68gpa1,56gpk
85gpa1,95gpk
127gpa2,91gpk
Turf
29)zodanigindatdedrukmeterdeeerder
gewijzigdewaardeaangeeft(doorgaans
2,75bar).
Opmerking:Denummeraanduidingenvan
deomloopknopennaalddienenenkelter
referentie.
g028047
Figuur29
1.Omloopknoppenvandespuitbomen
12.Schakeldelinkerspuitboominenderechter
spuitboomuit.
13.Steldeomloopknopvanderechterspuitboom
(Figuur29)zodanigindatdedrukmeterde
eerdergewijzigdewaardeaangeeft(doorgaans
2,75bar).
14.Schakelderechterspuitboominendemiddelste
spuitboomuit.
15.Steldeomloopknopvandemiddelstespuitboom
(Figuur29)zodanigindatdedrukmeterde
eerdergewijzigdewaardeaangeeft(doorgaans
2,75bar).
16.Schakelallespuitbomenuit.
17.Zetdepompuit.
Opmerking:Dekalibratieisnuvoltooid.
Knopstandvan
mengomloopklep
•DemengomloopklepstaatindestandOpenzoals
getoondinAvanFiguur30.
•DemengomloopklepstaatindestandGesloten
(0)zoalsgetoondinBvanFiguur30.
•Demengomloopklepstaatineentussenstand
(naargelangdedrukmetervoorhetspuitsysteem)
zoalsgetoondinCvanFiguur30.
11.Schakeldelinkerspuitboomuitenstel
deomloopknopvandespuitboom(Figuur
42

Figuur30
g028228
1.Open
2.Gesloten(0)
3.Tussenstand
Demengomloopklep
kalibreren
Onderhoudsinterval:Jaarlijks
Kieseenopenenvlakterreinomdezeprocedureuit
tevoeren.
1.Vuldespuittankvandespuitmachinemet
schoonwater.
2.Ganaofdemengregelklepopenis.Alsdeze
aangepastis,opentuzenuvolledig.
3.Steldeparkeerreminwerkingenstartdemotor.
4.ZetdeschakelhendelindeNEUTRAALSTAND.
5.ZetdepompschakelaaropAAN.
6.Drukhetgaspedaalinzodatdemotorhet
maximaletoerentalbereiktenschakelde
gasbegrenzerschakelaarin.
7.Zetde3afzonderlijkespuitboomkleppenopUIT.
8.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
AAN.
9.SteldesysteemdrukinopMAXIMUM.
10.ZetdemengschakelaaropUITenleesdestand
vandedrukmeteraf.
•Alsdestand6,9barblijft,isde
mengomloopklepjuistgekalibreerd.
•Alsdedrukmetereenanderestandaangeeft,
gaatudoormetdevolgendestap.
11.Steldemengomloopklep(Figuur31)achteraan
demengklepintotdedrukmeter6,9bar
aangeeft.
Figuur31
1.Mengomloopklep
12.DrukdepompschakelaarnaardestandUIT,
zetdegashendelopST ATIONAIRendraaide
contactschakelaarnaardestandUIT.
2.Omloopklepvanspuitboomhoofdschakelaar
Deomloopklepvande
spuitboomhoofdschakelaar
afstellen
Opmerking:Steldeomloopklepvande
spuitboomhoofdschakelaarafomdevloeistofstroom
dienaardemengdoppenindetankwordtgeleidte
verkleinenofvergrotenwanneerdehoofdschakelaar
vandespuitbomenopUITstaat.
1.Vuldespuittanktotdehelftmetschoonwater.
2.Rijdemachinenaareenopen,vlakterrein.
3.Steldeparkeerreminwerking.
4.ZetdeschakelhendelindeNEUTRAALSTAND.
5.ZetdepompschakelaaropAAN.
6.ZetdemengschakelaaropAAN.
7.Zetdehoofdschakelaarvandespuitbomenop
UIT.
8.Verhooghetmotortoerentalnaarvolgasenzet
degasbegrenzerschakelaaropAAN.
9.Steldeomloophendelvandespuitboomhoofdschakelaarafomtebepaleninwelkematede
inhoudvandetankgemengdwordt(Figuur31).
10.Verlaagdegasinstellingnaarstationair.
11.Zetdemengschakelaarendepompschakelaar
opUIT.
12.Schakeldemachineuit.
g028049
Depompzoeken
Depompbevindtzichonderdestoel(Figuur32).
43

Figuur32
g018934
1.Pomp
2.Smeernippel
Despuitmachineslepen
Innoodgevallenmagdespuitmachineovereen
korteafstandwordengesleept.T oroadviseertechter
hiervangeenstandaardproceduretemaken.
WAARSCHUWING
Alsudemachinebijeentehogesnelheid
sleept,kuntudecontroleoverhetstuur
verliezen.Ditkanletselveroorzaken.
Sleepdespuitmachinenooitsnellerdan8km
peruur.
Demachinemoetwordengesleeptdoor2personen.
Alsudemachineovereengroteafstandmoet
verplaatsen,moetudezevervoerenopeen
vrachtwagenofeenaanhanger;zieTransportvande
spuitmachine(bladz.44).
g028107
Figuur33
1.Voorstebevestigingspunt2.Achterste
bevestigingspunten
1.Bevestigeensleepkabelaanhetchassis.
2.ZetdeschakelhendelindeNEUTRAALSTANDen
zetdeparkeerremvrij.
3.Sleepdemachinenietsnellerdan8kmperuur.
Transportvande
spuitmachine
Omdemachineovergroteafstandenteverplaatsen,
moetueenaanhangergebruiken.Zetdemachine
goedvastopdeaanhanger.Zorgerookvoordatde
spuitbomenvastgebondenzijnenstevigvastzitten.Er
bevindtzich1metalenbeugelvooraanen2aande
achterzijdevanhetframe(Figuur33).
44

Onderhoud
Opmerking:Downloadhetschemagratisopwww.Toro.com;ukuntuwmachinezoekenviadelink
Handleidingenopdehoofdpagina.
Voorbijkomendeinformatieoverhetspuitsysteem,raadpleegtuFiguur58inStroomdiagramspuitmachine
(bladz.64).
Opmerking:Bepaalvanuitdenormalebedieningspositiedelinker-enrechterzijdevandemachine.
Aanbevolenonderhoudsschema
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Nadeeerste8bedrijfsuren
Nadeeerste50bedrijfsuren
Bijelkgebruikofdagelijks
Omde50bedrijfsuren
Omde100bedrijfsuren
•Draaidewielmoerenaan.
•Hydraulischltervervangen.
•Demotorolieverversen.
•Hetluchtltervoordekoolstofhouderinspecteren.
•Vervanghetltervandekoolstofhouder.
•Hetroterendemotorschermcontroleren.
•Hetmotoroliepeilcontroleren.
•Debandenspanningcontroleren.
•Reinigdezuigkorf(vakerbijgebruikvanbevochtigbaarpoeder).
•Smeerdepomp.
•Schuimelementvanluchtlterreinigenenmetoliebestrijken(vakerinstofge,vuile
omstandigheden).
•Controleerdeaansluitingenvandeaccukabels.
•Hetaccuzuurpeilcontroleren.
•Vetinallesmeernippelsspuiten.
•Spuitboomscharnierensmeren.
•Hetroterendemotorschermreinigen(vakerinstofge,vuileomstandigheden).
•Demotorolieverversen(vakerwanneerdemotoronderzwarebelastingofbijhoge
temperaturenmoetwerken).
•Hetmotorolieltervervangen.
•Brandstofltervervangen.
•Draaidewielmoerenaan.
•Conditieenafslijtingvandebandencontroleren.
•T oespoorvanvoorwielcontroleren.
•Deremmencontroleren
•Vervanghetpapierenlterelement(vakerinstofge,vuileomstandigheden).
•Bougiesvervangen.
•Hetluchtltervoordekoolstofhouderinspecteren.
•Vervanghetltervandekoolstofhouder.
Omde200bedrijfsuren
Omde400bedrijfsuren
•Controleerdeafstellingvandekabelvandedifferentieelvergrendeling.
•Deparkeerremcontroleren.
•Transaxle-olie/Hydraulischevloeistofcontroleren.
•Controlerenofalleslangenenaansluitingeningoedestaatverkerenengoedzijn
bevestigd.
•Reinigdevloeistofstroommeter(vakerbijgebruikvanbevochtigbaarpoeder).
•Verrichtallejaarlijkseonderhoudsproceduresdiestaanvermeldinde
gebruikershandleidingvandemotor.
•Brandstoeidingencontroleren.
•Brandstoftankaftappenenreinigen.
•Hetdrukltervervangen.
•Controleerdepompmembranenenvervangindiennodig(neemcontactopmeteen
erkendeT oroservicedealer).
•Controleerdeafsluitkleppenvandepompenvervangindiennodig(neemcontact
opmeteenerkendeT oroservicedealer).
•Denylondraaibussenvandemiddelstespuitboomcontroleren.
45

OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Omde800bedrijfsuren
Jaarlijks
•Transaxle-olie/Hydraulischevloeistofverversenenzeefschoonmaken.
•Hydraulischltervervangen.
•Demengomloopklepkalibreren.
Belangrijk:RaadpleegdeGebruikershandleidingvandemotorvoorverdereonderhoudsprocedures.
Controlelijstvoordagelijksonderhoud
Kopieerdezepaginatenbehoevevangebruikbijroutinecontroles.
Gecontroleerditem
Werkingvanremenparkeerrem
controleren.
Werkingvanschakelinrichting/neutraalstandcontroleren.
Brandstofpeilcontroleren.
Controleerhetmotoroliepeil.
Hettransaxle-oliepeilcontroleren.
Luchtltercontroleren.
Koelribbenvandemotorcontroleren.
Controlerenofmotorongewonegeluiden
maakt.
Controlerenopongewonegeluiden
tijdenshetgebruik.
Debandenspanningcontroleren.
Controlerenoplekkages.
Werkingvaninstrumentencontroleren.
Werkingvanhetgaspedaalcontroleren.
Zuigkorfreinigen.
Toespoorcontroleren.
Vetinallesmeernippelsspuiten.
Beschadigdelakbijwerken.
1
Voorweekvan:
Ma.Di.Wo.Do.Vr.Za.Zo.
1
Onmiddellijknaelkewasbeurt,ongeachthetvoorgeschreveninterval
46

Aantekeningvoorspecialeaandachtsgebieden
Controleuitgevoerddoor:
ItemDatum
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
VOORZICHTIG
Alsuhetsleuteltjeinhetcontactlaat,bestaatdekansdatiemanddemotorperongelukstart
waardooruenandereomstandersernstigletselkunnenoplopen.
Informatie
Haalhetsleuteltjeuithetcontactenmaakdebougiekabel(s)losvoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoertaandemachine.Drukdekabel(s)opzij,zodatdezeniet
onbedoeldcontactkan(kunnen)makenmetdebougie(s).
Figuur34
decal133-0382
47

Procedures
voorafgaandeaan
onderhoud
Despuitmachineomhoog
brengen
Alsudemotorlaatlopenomroutineonderhoudswerkzaamhedenuittevoerenen/
demotortetesten,moetendeachterwielenvan
demachinezich2,5cmbovendegrondbevinden,
waarbijdeachterasmoetsteunenopdesteunpunten
vandekrik.
GEVAAR
Eenopgekriktemachinekanwankelstaanen
vandekrikglijdenwaardooriemanddiezich
onderdemachinebevindt,letselkanoplopen
•Startdemotornietalsdemachineis
opgekrikt.
•Haalaltijdhetsleuteltjeuithetcontact,
voordatuvandemachinestapt.
•Blokkeerdewielenalsdemachineis
opgekrikt.
Hetkrikpuntaandevoorzijdevandemachinebevindt
zichonderdevoorstedwarsstang.Hetkrikpuntaan
deachterkantvandemachinebevindtzichophet
steunpuntvanhetachterframeachterdeachterste
bevestigingspunten(Figuur35).
g028108
Figuur35
1.Krikpuntaandevoorzijde2.Achterste
bevestigingspunten
48

Smering
Despuitmachinesmeren
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren—Smeer
depomp.
Omde100bedrijfsuren/Jaarlijks(houd
hierbijdekortsteperiodeaan)—Vetinalle
smeernippelsspuiten.
Typevet:Nr.2vetoplithiumbasis
1.Veegdesmeernippelschoonzodatergeen
ongerechtighedenkunnenbinnendringeninhet
lagerofdelagerbus.
2.Pompvetinhetlagerofdelagerbus.
3.Veegovertolligvetweg.
ZieFiguur34voordelocatievanalle
smeerpunten.
Spuitboomscharnieren
smeren
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
Belangrijk:Alshetspuitboomscharnieris
afgespoeldmetwater,moetalhetwaterenvuil
vanhetscharnierwordenverwijderdenmoetu
nieuwvetophetscharniersmeren.
Typevet:Nr.2vetoplithiumbasis
1.Veegdesmeernippelsschoonzodatergeen
ongerechtighedenkunnenbinnendringeninhet
lagerofdelagerbus.
2.Pompvetinhetlagerofdelagerbusbijelke
smeernippelFiguur36.
g002014
Figuur36
1.Smeernippel
3.Veegovertolligvetweg.
4.Herhaaldezeprocedurebijalledraaiarmenvan
despuitbomen.
49

Onderhoudmotor
Hetluchtinlaatrooster
controleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks—Het
roterendemotorschermcontroleren.
Omde100bedrijfsuren—Hetroterende
motorschermreinigen(vakerinstofge,vuile
omstandigheden).
Indiennodigdientuhetluchtinlaatroosteropde
voorkantvandemotorvóórelkgebruikofdagelijkste
controlerenentereinigen.
Onderhoudvanhet
luchtlter
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren/Jaarlijks
(houdhierbijdekortsteperiode
aan)(vakerinstofge,vuile
omstandigheden).
Omde200bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbij
dekortsteperiodeaan)(vakerinstofge,vuile
omstandigheden).
Schuim-enpapierelement
verwijderen
1.Steldeparkeerreminwerking,schakelde
pompuit,zetdemotorafenverwijderhet
contactsleuteltje.
2.Maakdevergrendelingopdeachterzijdevande
bestuurdersstoellosenklapdezenaarvoren.
3.Maakdeomgevingvanhetluchtlterschoon
omtevoorkomendatvuilindemotorkomten
schadeveroorzaakt(Figuur37).
Figuur37
1.Luchtlterdeksel5.Schuimelement
2.Knop6.Papierelement
3.Dekselmoer
4.Kap
4.Draaideknopopluchtlterdeksellosen
verwijderhetdeksel(Figuur37).
5.Schuifhetschuimelementvoorzichtigvanhet
papierelementaf(Figuur37).
6.Dekselmoerlosdraaienendekselenpapierlter
verwijderen(Figuur37).
7.Rubberenafdichting
8.Basisvanhetluchtlter
Schuimelementreinigen
1.Washetschuimlterinwarmwatermetvloeibare
zeep.
2.Alshetelementschoonis,moetuhetgrondig
uitspoelen.
3.Schuimlterineenschonedoekwikkelenen
droogknijpen.
4.Giet30tot59mlolieophetlterelement(Figuur
38).
Belangrijk:Vervanghetschuimelementals
hetgescheurdofversletenis.
g001980
1.Schuimelement2.Olie
5.Knijpinhetlteromdeolieteverdelen.
50
g001981
Figuur38

Papierelementcontroleren
Controleerhetpapierelementopscheuren,een
vettigoppervlak,beschadigingenvanderubberen
afdichting,overmatigvuilofandereschade(Figuur
39).Alsueenvandezezakenconstateert,moetu
hetltervervangen.
Belangrijk:Hetpapierelementnooitreinigenmet
persluchtofvloeistoffenzoalsoplosmiddelen,
benzineofpetroleum.
Figuur39
1.Papierelement
2.Rubberenafdichting
ToroPremiummotorolieisverkrijgbaarbijuwdealer
meteenviscositeitvan10W-30of5W-30.Ziede
Onderdelencatalogusvoordeonderdeelnummers.
Motoroliepeilcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Omde400bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbij
dekortsteperiodeaan)
Hetcartervandemotorisindefabriekgevuldmet
olie.Desondanksdientuhetoliepeiltecontroleren
voordatudemotorvoordeeerstekeerstarten
daarnanogeens.
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
2.Verwijderdepeilstokenveegdezeafmeteen
schonedoek(Figuur40).Steekdepeilstokin
g001982
debuis.Leteropdatdepeilstokervolledigin
schuift.Haaldepeilstokeruitencontroleerhet
oliepeil.
Belangrijk:Laatdemotornooitlopenzonderdat
hetcompleteluchtltergemonteerdis,anderskan
demotorbeschadigdraken.
Schuimelementenpapierelement
installeren
1.Schuifhetschuimelementvoorzichtigophet
papierelement(Figuur37).
2.Schuifhetcompletelterophetlangedraadeind.
3.Draaivervolgenshetdekselmoermetdehand
vasttegenhetdekselaan(Figuur37).
Opmerking:Derubberenafdichtingmoetvlak
tegendebodemvanhetluchtlterenhetdeksel
aanliggen.
4.Monteerhetluchtlterdekselendeknop(Figuur
37).
5.Klapdestoelterugenvergrendeldeze.
Motoroliepeilcontroleren
Decarterinhoudis2,0litermetlter.
Gebruikhoogwaardigemotoroliediemoet
beantwoordenaandevolgendespecicaties:
•VereisteonderhoudsclassicatievanAPI:SJof
hoger.
•Aanbevolenolie:SAE10W30(boven-18°C)
•Alternatieveolie:SAE5W30(beneden0°C)
g023037
Figuur40
1.Dopvanvulbuis2.Peilstok
3.Alshetoliepeiltelaagis,moetudevuldop
losmakenvanhetklepdeksel(Figuur40)en
voldoendeoliebijvullentotdathetpeilde
Vol-markeringopdepeilstokbereikt.Vuldeolie
langzaambijencontroleerdaarbijveelvuldighet
peil.Niettevolvullen.
4.Plaatsdepeilstokweerstevigopzijnplaats.
Motorolieverversen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste50
bedrijfsuren—Demotorolie
verversen.
Omde100bedrijfsuren—Demotorolie
verversen(vakerwanneerdemotoronder
zwarebelastingofbijhogetemperaturenmoet
werken).
1.Startdemotorenlaatdeze5minutenlopen.
Warmeoliekanbeterwordenafgetapt.
51

2.Steldeparkeerreminwerking,schakelde
pompuit,zetdemotorafenverwijderhet
contactsleuteltje.
3.Maakdevergrendelingopdeachterzijdevande
bestuurdersstoellosenklapdezenaarvoren.
1.Laatdeolieuitdemotorlopen;zieMotorolie
verversen(bladz.51).
2.Verwijderhetolielter(Figuur41).
3.Veeghetoppervlakvandepakkingvoorhet
ltertussenstukschoon.
VOORZICHTIG
Deonderdelenonderdestoelzullenheet
zijnalsdespuitmachineingebruikis
geweest.Ukuntzichverbrandenalsu
heteonderdelenaanraakt.
Laatdemachineafkoelenvoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoertof
onderdelenonderdemotorkapaanraakt.
4.Plaatseenopvangbakonderdeaftapplug.
5.Verwijderdeaftapplug(Figuur41).
4.Smeereendunlaagjeschoneolieopde
rubberenpakkingvanhetnieuwelter.
5.Plaatshetnieuwelterophetltertussenstuk.
Draaihetolielterrechtsomtotdatderubberen
pakkingcontactmaaktmethetltertussenstuk.
Draaihetltervervolgensnogeens½slag
(Figuur41).
6.Vulhetcartermethetjuistetypenieuweolie;
zieMotorolieverversen(bladz.51),stappen8
totenmet10.
7.Hetgebruikteolielterafgevenbijeenerkende
inzamelplaats.
Bougiesvervangen
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren
Type:ChampionRC-12YC(ofequivalenttype)
Elektrodenafstand:0,76mm
Controleerofdeelektrodenafstandcorrectisvoordatu
debougiesmonteert.Gebruikeenbougiesleutelvoor
het(de)monterenvandebougieseneenvoelermaat
voorhetmetenenafstellenvandeelektrodenafstand.
Figuur41
1.Olielter2.Olieaftapplug
6.Alsalleolieisafgetapt,plaatstudeaftapplug
terugenzetudezevastmet13,6N·m.
7.Geefdeoudeolieafbijeenerkend
inzamelcentrum.
8.Gietca.80%vandegespeciceerde
hoeveelheidolielangzaamindevulbuis(Figuur
40).
9.Controleerhetoliepeil.
10.Gietlangzaamextraoliebijtotdathetoliepeilde
VOL-markeringopdepeilstokbereikt.
Belangrijk:Hetcarternooittevolvullen
metolie.Hierdoorkandemotorworden
beschadigd.
Hetmotorolieltervervangen
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
g023045
Bougiesverwijderen
1.Steldeparkeerreminwerking,schakelde
pompuit,zetdemotorafenverwijderhet
contactsleuteltje.
2.Maakdevergrendelingopdeachterzijdevande
bestuurdersstoellosenklapdezenaarvoren.
3.Maakdekabelslosvandebougies(Figuur42).
4.Maakdeomgevingvandebougieschoonom
tevoorkomendatervuilindemotorkomt,wat
beschadigingkanveroorzaken.
5.Verwijderdebougiesendemetalen
pakkingringen.
52

Figuur42
1.Bougiekabel2.Bougie
Bougiescontroleren
1.Bekijkdebinnenkantvandebougies(Figuur
43).
Opmerking:Alsdeisolatorlichtbruinofgrijs
is,werktdemotornaarbehoren.Eenzwarte
laagopdeisolatorduidtmeestalopeenvuil
luchtlter.
2.Haaldebougiesaanmet24,4tot29,8N·m.
3.Drukdebougiekabelsopdebougies(Figuur42).
4.Klapdestoelterugenvergrendeldeze.
g001985
Belangrijk:Bougiesnooitschoonmaken.
Bougiesaltijdvervangenbijeenzwartelaag
opdebougie,versletenelektroden,een
vettigelaagopdebougieofscheuren.
2.Controleerdeafstandtussendecentrale
elektrodeendemassa-elektrode(Figuur43)en
verbuigdemassa-elektrodealsdeafstandniet
correctis.
Figuur43
1.Centraleelektrodemet
isolator
2.Massa-elektrode
3.Elektrodenafstand(nietop
schaalweergegeven)
g000533
Bougiesmonteren
1.Monteerdebougiesendemetalen
pakkingringen.
53

Onderhoud
Onderhouduitvoerenaan
brandstofsysteem
Brandstofltervervangen
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsu-
ren—Brandstofltervervangen.
Omde400bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbij
dekortsteperiodeaan)—Brandstoeidingen
controleren.
1.Steldeparkeerreminwerking,schakelde
pompuit,zetdemotorafenverwijderhet
contactsleuteltje.
2.Maakdevergrendelingopdeachterzijdevande
bestuurdersstoellosenklapdezenaarvoren.
3.Klemdeslangenafaanbeidezijdenvanhet
brandstoflteromtevoorkomendaterbenzine
uitdeslangenstroomtalsuhetlterverwijdert.
4.Plaatseenopvangbakonderhetlter.
5.Drukdeuiteindenvandeslangklemmennaar
elkaartoeenschuifzewegvanhetlter(Figuur
44).
devandekoolstofhouder
Hetluchtltervoorde
koolstofhouderinspecteren
Onderhoudsinterval:Nadeeerste50bedrijfsuren
Omde200bedrijfsuren
Inspecteerdeopeningonderaanhetluchtltervoorde
koolstofhouderenzorgervoordatdezevrijisvanvuil
enverstopping(Figuur45).
6.Trekhetlteruitdebrandstofslangen.
Figuur44
1.Slangklem
2.Brandstofslang
7.Monteereennieuwlterenschuifde
slangklemmenterugtotdichtbijhetlter.
Zorgervoordatdepijlvoordestroomrichting
naardemotorwijst.
3.Filter
4.Pijlvoorstroomrichting
g033149
Figuur45
1.Openingvanluchtlter4.Koolstofhouder
2.Koolstofhouderlter5.Brandstoftank
g001986
3.Slang
Hetltervandekoolstofhouder
vervangen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste50bedrijfsuren
Omde200bedrijfsuren
1.Verwijderdegeribdeaansluitingvanhet
koolstofhouderltervandeslangonderaande
koolstofhouder.Verwijderhetlter(Figuur45).
Opmerking:Gooihetoudelterweg.
2.Steekdegeribdeaansluitingvanhetnieuwe
koolstofhouderlterhelemaalindeslang
onderaandekoolstofhouder.
54

Brandstofaftappenuitde
Onderhoudelektrisch
brandstoftank
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)
Alshetbrandstofsysteemvervuildraaktofalsude
machinevoorlangeretijdwiltstallen,moetude
brandstoftankaftappenenreinigen.Gebruikverse,
schonebrandstofomdetankuittespoelen.
1.Brengdebrandstofmeteensifonpompover
vanuitdetanknaareengoedgekeurdvatofblik
ofverwijderdetankvandemachineengietde
brandstofvanuitdetankoverinhetvatofblik.
Opmerking:Alsudebrandstoftankverwijdert,
moetueerstdebrandstof-enretourslangenvan
detankverwijderen.
2.Vervanghetbrandstoflter;zieBrandstoflter
vervangen(bladz.54).
3.Spoeldebrandstoftankindiennodigommet
verse,schonebrandstof.
4.Plaatsdetankterugalsudezehebtverwijderd.
systeem
Dezekeringenzoeken
Erzijn2zekeringenen1legesleufinhet
elektrischesysteem.Dezebevindenzichonderde
bestuurdersstoel(Figuur46).
g023046
Figuur46
1.Accu2.Zekeringhouders
5.Vuldebrandstoftankmetverse,schone
brandstof.
Onderhoudvandeaccu
Belangrijk:Startdemachinenietmetstartkabels
ofaccuklemmen.
Houddeaccualtijdschoonenvollediggeladen.
Gebruikeentissueomdeaccuendeaccubakschoon
temaken.Alsdeaccupolenzijngeoxideerd,moetu
dezeschoonmakenmeteenoplossingvanvierdelen
waterenééndeelzuiveringszout.Brengeenlaagje
vetopdeaccupolenaanomcorrosietevoorkomen.
Accuspanning:12V ,280A,koudestartbij-18°C
Accuverwijderen
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.Deaccubevindtzichaanderechterzijdevande
machine,achterdepomp(Figuur46).
3.Maakdeminkabel(zwart)losvandeaccupool.
55

WAARSCHUWING
Alsaccukabelsverkeerdworden
verbonden,kanditschadeaande
spuitmachineendekabelstotgevolg
hebbenenvonkenveroorzaken.
Hierdoorkunnenaccugassentot
ontplofngkomenenlichamelijkletsel
veroorzaken.
•Maakaltijddeminkabel(zwart)van
deacculosvoordatudepluskabel
(rood)losmaakt.
Belangrijk:Zorgervoordatdeaccuhouder
altijdopzijnplaatszitomdeaccute
beschermenenvasttezetten.
3.Sluitdepluskabel(rood)aanopdepluspool
(+)vandeaccuendeminkabel(zwart)op
deminpool(–)vandeaccumetbehulpvan
deboutenendevleugelmoeren.Schuifhet
rubberenkapjeoverdepluspoolvandeaccu
heen.
4.Monteerhetaccudekselenzetditgoedvastmet
de2knoppen(Figuur46).
•Sluitaltijddepluskabel(rood)van
deaccuaanvoordatudeminkabel
(zwart)aansluit.
WAARSCHUWING
Accupolenofmetalengereedschappen
kunnenkortsluitingmakenmetmetalen
onderdelenvandemachine,waardoor
vonkenkunnenontstaan.Hierdoor
kunnenaccugassentotontplofng
komenenlichamelijkletselveroorzaken.
•Zorgervoordatbijhetverwijderenof
installerenvandeaccudeaccupolen
nietinaanrakingkomenmetmetalen
onderdelenvandemachine.
•Voorkomdatmetalengereedschappen
kortsluitingveroorzakentussende
accupolenenmetalenonderdelenvan
demachine.
•Zorgervoordatdeaccuhouderaltijd
opzijnplaatszitomdeaccute
beschermenenvasttezetten.
4.Maakdepluskabel(rood)losvandeaccupool.
5.Verwijderdeaccuhouderenbevestigingen
(Figuur46).
6.Verwijderdeaccu.
Zuurpeilcontroleren
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren
Opmerking:Alsdemachineisgestald,moethet
zuurpeilvandebatterijomde30dagenworden
gecontroleerd.
1.Draaideknoppenaanbeidezijdenvande
accubaklosenverwijderhetaccudeksel(Figuur
46).
2.Verwijderdevuldoppen.Alshetzuurpeil
benedendevulmarkeringstaat,moetubijvullen
metdevereistehoeveelheidgedistilleerdwater;
zieAccubijvullenmetwater(bladz.56).
GEVAAR
Accuzuurbevatzwavelzuur;ditiseen
dodelijkgifdaternstigebrandwonden
veroorzaakt.
•Voorkomdatuaccuzuurinslikt,en
vermijdelkcontactmethuid,ogenof
kleding.Draageenveiligheidsbrilen
rubberhandschoenenomuwogenen
handentebeschermen.
•Vuldeaccualleenbijopplaatsen
waarschoonwateraanwezigisom
indiennodiguwhuidaftespoelen.
Accubijvullenmetwater
Accumonteren
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsu-
ren—Controleerdeaansluitingen
vandeaccukabels.
1.Plaatsdeaccuindeaccubakenzorgervoordat
deaccupolennaardevoorzijdevandemachine
wijzen.
2.Monteerdeaccuhouderenzetdezevastmet
debevestigingendieueerderhebtverwijderd
(Figuur46).
Ukuntdeaccuhetbestbijvullenmetgedistilleerd
watervoordatudemachinegaatgebruiken.Het
watervermengtzichdangoedmethetaccuzuur.
1.Maakdebovenkantvandeaccuschoonmet
eentissue.
2.Verwijderdevuldoppenvandeaccuengiet
langzaamgedistilleerdwaterinelkeceltotdat
hetpeiltotaandeVol-streepstaat.Plaatsde
vuldoppenterug.
Belangrijk:Laatdeaccuniettevolworden.
Erzaldanaccuzuurnaarbuitenstromen
56

overanderedelenvandemachine.Dit
kanernstigecorrosieenbeschadiging
veroorzaken.
Accuopladen
Onderhoud
aandrijfsysteem
Dewielenenbanden
WAARSCHUWING
Bijhetopladenproduceertdeaccugassen
dietotontplofngkunnenkomen.
Rooknooitindebuurtvandeaccuenzorg
ervoordatergeenvonkenofvlammenvlakbij
deaccukomen.
Belangrijk:Zorgervoordatdeaccualtijd
vollediggeladenis(soortelijkgewicht1.260).Dit
isvooralbelangrijkombeschadigingvandeaccu
tevoorkomenbijtemperaturenonder0°C.
1.Verwijderdeaccuvanhetchassis;zieAccu
verwijderen(bladz.55).
2.Controleerhetpeilvanhetaccuzuur;zie
Zuurpeilcontroleren(bladz.56).
3.Sluiteenacculadervan3tot4Aaanopde
accupolen.Laaddeaccuopgedurende4tot
8uurbij3-4A(12V).
Belangrijk:Deaccunietteveropladen.
4.Monteerdeaccuinhetchassis;zieAccu
monteren(bladz.56).
Opslagvandeaccu
Alsudemachinelangerdan30dagengaatopslaan,
moetudeaccuverwijderenenvolledigopladen.U
moetdeaccuapartopslaanofinhetvoertuiglaten
zitten.Deaccukabelsmogennietaangeslotenzijn
opdeaccualsudezeinhetvoertuiglaatzitten.Sla
deaccuopineenkoeleomgevingomtevoorkomen
datdebatterijsnelontlaadt.Omtevoorkomendatde
accubevriest,moetdezevolledigzijnopgeladen.
controleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks—De
bandenspanningcontroleren.
Nadeeerste8bedrijfsuren—Draaide
wielmoerenaan.
Omde100bedrijfsuren—Draaidewielmoeren
aan.
Omde100bedrijfsuren—Conditieenafslijting
vandebandencontroleren.
Umoetdebandenspanningomde8bedrijfsurenof
dagelijkscontrolerenomerzekervantezijndatdeze
correctis.Brengdebandenopeenspanningvan
1,38bar.Controleerdebandenookopslijtageof
schade.
Controleernadeeerste8bedrijfsurenendaarna
omde100bedrijfsurenofdewielenstevigzijn
gemonteerd.Draaideboutenenmoerenvastmet
102tot108N·m.
Umoetdebandenminstensomde100bedrijfsuren
controleren.Ongelukkentijdenswerkzaamheden,
zoalseenbotsingtegeneentrottoirrand,kunnen
eenbandofeenvelgbeschadigenentevensde
wieluitlijningverstoren.Daarommoetunaeen
ongelukdetoestandvandebandencontroleren.
Kabelvande
differentieelvergrendeling
afstellen
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren
1.Zetdehendelvandedifferentieelvergrendeling
opUIT.
2.Draaidecontramoerenloswaarmeedekabel
vandedifferentieelvergrendelingvastzitaande
beugelopdetransaxle(Figuur47).
57

Devoorkantvandewielenmoet0tot6mm
dichterbijstaandandeachterkantvande
voorwielen.
Figuur47
1.Kabeldifferentieelvergrendeling
2.Transaxlebeugel
3.Veer
4.Openingvan0,25tot
1,5mm
3.Steldecontramoerenzoafdatereenopening
van0,25tot1,5mmontstaattussendeveerhaak
endebuitendiametervandeopeninginde
transaxlehendel.
4.Draaidecontramoerenvastalsuklaarbent.
Toespoorvanvoorwielen
afstellen
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)
Hettoespoormoet0tot6mmzijn.
1.Vuldetankmetongeveer331literwater.
2.Controleerdebandenenbrengzeopspanning;
zieBandenspanningcontroleren(bladz.25).
3.Umoetdespuitmachineeenpaarkeernaar
vorenenachterenlatenrijdenomdeA-armen
teontspannen;daarnamoetudemachine
minstens3mvooruitlatenrijden.
4.Meetterhoogtevandeasdeafstandtussende
voorwielenaandevoorkantendeachterkant
vandewielen(Figuur48).
g002425
Figuur48
1.Hart-op-hart-afstand–
achterkantwielen
2.Hart-op-hart-afstand–
voorkantwielen
3.Middellijnvanas6.15cm
4.Spanklem
5.Afstandmiddellijnvanas
g002006
5.Alsdezeafstandbuitenhetgespeciceerde
bereikvalt,moetudecontramoerenaanbeide
uiteindenvandetrekstangenlosdraaien(Figuur
49).
g002007
Figuur49
1.Contramoer2.Spoorstang
6.Draaiaanbeidespoorstangenomdevoorzijde
vanhetwielnaarbinnenofnaarbuitente
draaien.
Opmerking:Detrekstangenmoetendezelfde
lengtehebbenalsuklaarbent.
7.Draaidecontramoerenvandespoorstangweer
vastalsdeafstellingcorrectis.
Opmerking:Deafstandaandeachterkant
vandevoorwielenterhoogtevandeasmoet
wordengemetenmetbehulpvaneenspanklem
ofeenuitlijnmaat.Gebruikditookomdeafstand
aandevoorkantvandevoorwielenterhoogte
vandeastemeten(Figuur48).
8.Zorgervoordathetstuurinbeiderichtingen
volledigkanuitslaan.
58

Onderhoudenremmen
Remvloeistofpeil
controleren
Hetreservoirvoorderemvloeistofisindefabriek
gevuldmetDOT3-remvloeistof.Controleerelkedag
hetremvloeistofpeilvoordatudemotorstart.
Parkeerremafstellen
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren—De
parkeerremcontroleren.
1.Verwijderdeplastichandgreep.
2.Draaidestelschroefloswaarmeedeknopis
bevestigdaandeparkeerremhendel(Figuur51).
g023036
Figuur51
1.Parkeerremhendel
Figuur50
1.Reservoirvoorremvloeistof
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.HetvloeistofpeilmoettotaandeVOL-markering
ophetreservoirstaan.
3.Alshetvloeistofpeiltelaagis,moetude
omgevingvandedopvanhetreservoirreinigen,
dedopverwijderenenhetreservoirvullentot
hetcorrecteniveau.Niettevolvullen.
Deremmencontroleren
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
Deremmenzijnvanessentieelbelangvooreenveilig
gebruikvandespuitmachine.Deremmenwordenals
volgtgecontroleerd:
g023047
3.Draaiaandeknoptotdateenkrachtvan18tot
23kgnodigisomdehendeltebedienen.
4.Draaidestelschroefvast.
•Deremschoenenopslijtageofbeschadigingen
controleren.Alsdediktevanderemvoering
(remblok)minderdan1,6mmis,moetende
remschoenenwordenvervangen.
•Deankerplaatenandereonderdelencontroleren
optekenenvanovermatigeslijtageofvervorming.
Alseenonderdeelisvervormd,moetditdooreen
geschiktonderdeelwordenvervangen.
59

Onderhoudhydraulisch
Transaxle-olie/Hydrauli-
systeem
Transaxle-olie/Hydraulischevloeistofcontroleren
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.Verwijderdepeilstokenveegdezeafmeteen
schonedoek(Figuur52).
schevloeistofverversen
Onderhoudsinterval:Omde800bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.Plaatseenopvangbakonderdeaftapplugvan
hetreservoir.
3.Verwijderdeaftappluguitdezijkantvanhet
reservoirenlaatdehydraulischevloeistofinde
opvangbaklopen(Figuur53).
Figuur52
1.Peilstok2.Vulopening
Belangrijk:Zorgervoordatergeenvuil
ofandereverontreinigendestoffeninde
openingkomenalsudeoliecontroleert.
3.Steekdepeilstokindebuis.Leteropdatde
peilstokervollediginschuift.Haaldepeilstok
eruitencontroleerhetoliepeil.
4.Hetpeilvandetransaxle-oliemoettotaande
bovenkantvanhetplattedeelvandepeilstok
staan.Alsditniethetgevalis,moetuhet
reservoirmetdegeschikteolievullen;zie
Transaxle-olie/Hydraulischevloeistofverversen
(bladz.60).
5.Plaatsdepeilstokweerstevigopzijnplaats.
g002003
Figuur53
g002002
1.Peilstokvanhet
hydraulischesysteem
4.Onthouddepositievandehydraulischeslang
ende90°ttingvoordezeef.
5.Verwijderdehydraulischeslangende90°tting
(Figuur54).
2.Aftapplug
Figuur54
g002004
1.Hydraulischezeef3.Fittingvan90°
2.O-ring
60

6.Verwijderdezeefenreinigdezedoorhem
vanachterendoortespoelenmeteenschoon
ontvettingsmiddel.
7.Laatdezeefaandeluchtdrogen.
8.Plaatsdezeefalsdeoliewordtafgetapt.
9.Monteerdehydraulischeslangende90°tting
opdezeef.
10.Monteerdeaftapplugendraaidezevast.
11.Vulhetreservoirmetongeveer7literDexron
IIIA TF .
Belangrijk:Gebruikuitsluitendde
gespeciceerdehydraulischevloeistoffen.
Anderevloeistoffenkunnenschadeaanhet
systeemveroorzaken.
12.Startdemotorenlaatdespuitmachinerijden
zodatdevloeistofzichverspreidtdoorhet
hydraulischesysteem.
13.Controleerhetoliepeilenvulindiennodigoliebij.
Hydraulischlter
vervangen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste8bedrijfsuren
Omde800bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbij
dekortsteperiodeaan)
GebruiktervervangingeenT orolter
(Onderdeelnr.54-0110).
Belangrijk:Alseenanderlterwordtgebruikt,
kandegarantievanbepaaldeonderdelenkomen
tevervallen.
g028104
Figuur55
1.Hydraulischelter
5.Smeerdenieuwelterpakking.
6.Zorgervoordatdeplaatswaarhetlterwordt
bevestigd,schoonis.
7.Schroefhetltereroptotdatdepakkingcontact
maaktmetdebevestigingsplaat;draaihetlter
vervolgensnogeenseenhalveslag.
8.Startdemotorenlaatdezeongeveer2minuten
lopenomluchtuithetsysteemteverwijderen.
9.Zetdemotorafencontroleerofhetpeilvan
dehydraulischevloeistofcorrectisenofhet
systeemlekt.
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.Reinigdeomgevingvandeplaatswaarhetlter
wordtgemonteerd.
3.Plaatseenopvangbakonderhetlter.
4.Verwijderhetlter(Figuur55).
61

Onderhoudvanhet
Hetdrukltervervangen
spuitsysteem
WAARSCHUWING
Chemischestoffendiewordengebruiktinhet
spuitsysteemkunnengevaarlijkengiftigvoor
degebruiker,omstanders,dieren,planten,de
bodemofeigendommenzijn.
•Umoetdewaarschuwingsetiketten
endeVeiligheidsinformatiebladen
voorallegebruiktechemischestoffen
zorgvuldiglezeneninachtnemenenuzelf
beschermenvolgensdeinstructiesvan
defabrikantvandechemischestoffen.
Bijvoorbeeld,draaggeschiktepersoonlijke
beschermendeuitrustingzoalsgezichtsenoogbescherming,handschoenenof
anderevoorzieningenterbescherming
tegenlichamelijkcontactmetchemische
stoffen.
•Denkeraandatermeerderechemische
stoffenkunnenzijngebruikt,enzorg
ervoordatuinformatieoverelkestofkrijgt.
•Weigerdemachinetegebruikenof
tebedienenalsdezeinformatieniet
beschikbaaris.
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
zetdespuitpompaf,schakeldemotoruiten
verwijderhetsleuteltje.
2.Plaatseenopvangbakonderhetdruklter
(Figuur56).
Figuur56
1.Filterkop4.Bak
2.O-ring(bak)5.O-ring(aftapplug)
3.Filterelement
6.Aftapplug
g033293
•Voordatuonderhouduitvoertaaneen
spuitsysteemmoetditdriekeerzijn
gespoeldengeneutraliseerdvolgensde
instructiesvandefabrikant(en)vande
chemischestoffenenmoetenallekleppen
3cyclussenhebbendoorlopen.
•Controleerofervoldoendewaterenzeep
indebuurtis,enalsuincontactkomt
metchemischestoffen,moetudeze
onmiddellijkafspoelen.
Deslangencontroleren
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsu-
ren—Controlerenofalleslangen
enaansluitingeningoedestaat
verkerenengoedzijnbevestigd.
Controleeralleslangenvanhetspuitsysteemop
scheuren,lekkenofandereschade.Controleer
tegelijkertijddeaansluitingenenttingenop
soortgelijkeschade.Vervangslangenenttingenals
dezebeschadigdzijn.
3.Draaideaftappluglinksomenneemzevande
bakvanhetdruklter(Figuur56).
Opmerking:Laatdebakvolledigleeglopen.
4.Draaidebaklinksomenverwijderdezevande
lterkop(Figuur56).
5.Verwijderhetoudedruklterelement(Figuur56).
Opmerking:Gooihetoudelterweg.
6.ControleerdeO-ringvoordeaftapplug(inde
bak)endeO-ringvoordebak(indelterkop)op
schadeenslijtage(Figuur56).
Opmerking:Vervangbeschadigdeof
versletenO-ringenvoordeplug,debakofbeide.
7.Monteerhetnieuwedruklterelementinde
lterkop(Figuur56).
Opmerking:Zorgdathetlterelementstevig
indelterkopzit.
8.Maakdebakhandmatigvastopdelterkop
(Figuur56).
9.Monteerdeplughandmatigindebak(Figuur
56).
62

Depompcontroleren
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)—Controleerdepompmembranenenvervangindiennodig(neem
contactopmeteenerkendeT oro
servicedealer).
Omde400bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbij
dekortsteperiodeaan)—Controleerde
afsluitkleppenvandepompenvervangindien
nodig(neemcontactopmeteenerkendeToro
servicedealer).
Opmerking:Devolgendeonderdelenzijn
onderhevigaanslijtagedoorgebruik,tenzijdeze
gebrekenvertonen,envallennietonderdedekking
vandegarantieopdezemachine.
LaateenerkendeT oroservicedealerdevolgende
inwendigeonderdelenvandepompopschade
controleren:
•Pompmembranen
•Afsluitkleppenvanpomp
Vervangdezeonderdelenindiennoodzakelijk.
g022367
Figuur57
1.Nylondraaibus3.Bout
2.Draaipen
4.Verwijderdedraaipen.
5.Verwijderdespuitboomendedraaibeugelvan
hetmiddelsteframeombijdenylondraaibussen
tekunnenkomen.
6.Verwijderdedraaibussenvandevoor-en
achterkantvandedraaibeugelencontroleer
deze(Figuur57).
Denylondraaibussen
controleren
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.KlapdespuitbomenindeSPUITSTANDen
ondersteundespuitbomenmetassteunenof
hangdezemetbandenaaneenhenrichting.
3.Alshetgewichtvandespuitboomis
ondersteund,verwijdertudeboutendemoer
waarmeededraaipenisbevestigdaande
spuitboom(Figuur57).
Opmerking:Vervangbeschadigde
draaibussen.
7.Smeereenbeetjeolieopdedraaibussenen
monteerdezeweerindedraaibeugel.
8.Plaatsdespuitboomendedraaibeugelin
hetmiddelsteframeenzorgervoordatde
openingenzichtegenoverelkaarbevinden
(Figuur57).
9.Plaatsdedraaipenenzetdezevastmetdebout
endemoerdieueerderhebtverwijderd.
10.Herhaaldezeprocedurebijalleandere
spuitbomen.
63

Stroomdiagramspuitmachine
Figuur58
g028078
64

Reiniging
deonderkantvandeturbinenaaf1/16draaitot
deturbinevrijdraait.
Vloeistofstroommeter
reinigen
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)(vakerbijgebruikvanbevochtigbaarpoeder).
1.Hetvolledigespuitsysteemgrondiguitspoelen
enaftappen.
2.Verwijderdestroommeterenspoeldezeafmet
schoonwater.
3.Verwijderdeborgringaandestroomopwaartse
kant(Figuur59).
Zuigkorfreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
(vakerbijgebruikvanbevochtigbaar
poeder).
1.Verwijderdeborgveervanderodeaansluitstuk
datisbevestigdaandegroteslangopdetank.
g005491
Figuur60
Figuur59
1.Aangepasteenseenheid
2.Rotor-/magneetconstructie
3.Naaf-/lagerconstructie8.Schroefmetschroefdraad
4.Naafconstructie(met
spiebaannaarboven)
5.Borgring
4.Reinigdeturbineendeturbinenaafom
metaalvijlselenbevochtigbaarpoederte
verwijderen.
5.Controleerdeturbinebladenopslijtage.
6.Turbinebout
7.Kabelklem
9.Sensorconstructie
Opmerking:Houddeturbineinuwhanden
laatdezedraaien.Deturbinemoetvrijkunnen
draaienenmagnietteveelaanlopen.Alsde
turbinenietvrijdraaitofergaanloopt,moetu
dezevervangen.
6.Zetdevloeistofstroommeterinelkaar.
7.Gebruiklichteluchtdruk(0,34bar)omervoorte
zorgendatdeturbinevrijdraait.Alsdeturbine
nietvrijdraait,geefdandezeskantigepalaan
1.Zuigkorf
2.Maakdeslanglosvandetank.
g012934
3.Trekdezuigkorfuitdeopening.
4.Reinigdezuigkorfmetschoonstromendwater.
5.Plaatsdezuigkorfvolledigterugindeopening.
6.Sluitdeslangaanopdebovenkantvandetank
enzetdezevastmetdeborgveer.
Dekleppenvande
spuitmachinereinigen
•Reinigderegelklepvoordegebruiksdosisaande
handvandevolgendehoofdstukken:
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.66)
2.Deverdelerklepvoordegebruiksdosis
verwijderen(bladz.66)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.70)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.71)
5.Deverdelerklepvoordegebruiksdosis
plaatsen(bladz.72)
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.75)
•Reinigdemengklepaandehandvandevolgende
hoofdstukken:
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.66)
65

2.Demengverdelerklepverwijderen(bladz.
67)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.70)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.71)
5.Demengverdelerklepmonteren(bladz.72)
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.75)
•Reinigdehoofdklepvandespuitbomenaande
handvandevolgendehoofdstukken:
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.66)
2.Deverdelervoordehoofdklepvande
spuitboomverwijderen(bladz.68)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.70)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.71)
5.Deverdelervoordehoofdklepvande
spuitboomplaatsen(bladz.73)
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.75)
•Reinigde3spuitboomkleppenaandehandvan
devolgendehoofdstukken:
Figuur61
Actuatorvanspuitboomklepgetoond(demengklepis
vergelijkbaar)
1.Klepactuator
(spuitboomklepgetoond)
2.Borgclip
3.Ventielopening
g028237
1.Deklepactuatorverwijderen(bladz.66)
2.Despuitboomverdelerklepverwijderen
(bladz.69)
3.Deverdelerklepreinigen(bladz.70)
4.Deverdelerklepmonteren(bladz.71)
5.Despuitboomverdelerklepplaatsen(bladz.
74)
6.Deklepactuatorplaatsen(bladz.75)
Deklepactuatorverwijderen
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltje.
2.Maakdestekkermet3pennenvande
klepactuatorlosvandeelektrischeconnector
met3contactenvandekabelboomvande
spuitmachine.
3.Verwijderdeborgclipwaarmeedeactuator
bevestigdisaandeverdelerklepvoorde
gebruiksdosis,demengklep,dehoofdklepofde
klepvandespuitboom(Figuur61).
4.Verwijderdeactuatoruitdeverdelerklep.
Deverdelerklepvoorde
gebruiksdosisverwijderen
1.Verwijderdeklemmenenpakkingenwaarmee
deverdelerklepvoordegebruiksdosisis
bevestigd(Figuur62).
Opmerking:Bewaardeklem(men)
enpakking(en)voormontageinDe
mengverdelerklepmonteren(bladz.72).
Opmerking:Knijpde2pennenvandeborgclip
samenterwijluhemnaarbenedendrukt.
Opmerking:Bewaardeactuatorende
borgclipomdezelatertemontereninDe
klepactuatorplaatsen(bladz.75).
66

Figuur62
1.Flens(druklterkop)
2.Verdeler(regelklepvoor
gebruiksdosis)
3.Flens(mengklep)6.Connectormet3pennen
4.Klem
5.Pakking
(klepactuator–regelklep
voorgebruiksdosis)
voordegebruiksdosisisbevestigdaande
klepbevestigingenverwijderdeverdeleruitde
machine(Figuur63).
Opmerking:Maakindiennodigde
bevestigingsmaterialenvandedruklterkop
losomderegelklepvoordegebruiksdosis
gemakkelijkertekunnenverwijderen.
Demengverdelerklepverwijderen
1.Verwijderdeklemmenenpakkingenwaarmee
deverdelervoordemengklep(Figuur64)
bevestigdisaandemengomloopklep,de
regelklepvoordegebruiksdosis,dehoofdklep
vandespuitbomenendeadaptertting
(mengdosisklep).
Opmerking:Bewaardeklem(men)
enpakking(en)voormontageinDe
g033304
mengverdelerklepverwijderen(bladz.67).
2.Verwijderdeborgclipwaarmeedeuitgaande
ttingaandeverdelervoordemengklepis
bevestigd(Figuur64).
2.Verwijderdeborgclipwaarmeedeuitgaande
ttingaandeverdelerklepvoordegebruiksdosis
isbevestigd(Figuur63).
Figuur63
1.Flenskopbout4.Borgclip
2.Klepbevestiging
3.Flensborgmoer6.V erdelerklep
5.Houder(uitgaandetting)
g033327
Figuur64
1.Pakking
2.Flens(druklterkop)7.Houder(uitgaandetting)
g033313
3.Verdeler(mengklep)
4.Flens(omloopklep–
mengklep)
5.Flens(hoofdklep
spuitboom)
6.Connectormet3pennen
(klepactuator–mengklep)
8.Borgclip
9.Klem
3.Verwijderde2enskopboutenen2
ensborgmoerenwaarmeederegelklep
3.Verwijderdeenskopboutenensborgmoer
waarmeedemengklepisbevestigdaande
67

klepbevestigingenverwijderdeverdeleruitde
machine(Figuur65).
Figuur65
g033307
1.Flenskopbout3.Klepbevestiging
2.Verdeler(mengklep)
4.Flensborgmoer
Deverdelervoordehoofdklepvan
despuitboomverwijderen
1.Verwijderdeklemmenenpakkingenwaarmee
deverdelervoordehoofdklepvandespuitboom
(Figuur66)isbevestigdaandeomloopklepvan
despuitboomhoofdschakelaar,demengklep
endeverdelervoordehoofdklepvande
spuitboom(aanhetuiteindevandeslangvoor
devloeistofmeter).
Opmerking:Bewaardeklem(men)en
pakking(en)voormontageinDeverdelervoor
dehoofdklepvandespuitboomplaatsen(bladz.
73).
2.Verwijderdeborgclipwaarmeedeuitgaande
ttingaandeverdelervoordehoofdklepvande
spuitboomisbevestigd(Figuur66).
Figuur66
1.Pakking
2.Flens(omloopklep–
hoofdklepspuitboom)
3.Flens(mengklep)
4.Verdeler(hoofdklep
spuitboom)
5.Connectormet3pennen
(klepactuator–hoofdklep
spuitboom)
6.Houder(uitgaandetting)
7.Borgclip
8.Klem
3.Verwijderdeenskopboutenensborgmoer
waarmeedehoofdklepvandespuitboomis
bevestigdaandeklepbevestigingenverwijder
deverdeleruitdemachine(Figuur67).
g033328
1.Flenskopbout3.Klepbevestiging
2.Verdeler(hoofdklep
spuitboom)
68
g033309
Figuur67
4.Flensborgmoer

Despuitboomverdelerklep
verwijderen
1.Verwijderdeklemmenenpakkingenwaarmee
deverdelervoordespuitboomklep(Figuur
68)bevestigdisaandeaangrenzende
spuitboomklep(indienlinkerspuitboomklepen
verloopkoppeling).
g028238
Figuur69
Figuur68
1.Flens(verloopkoppeling)
2.Verdeler(spuitboomklep)
3.Flens(aangrenzende
spuitboomklep)
4.Pakking
5.Flensklem
2.Verwijderdeborgclipswaarmeedeuitgaande
ttingisbevestigdaandeverdelerklepvan
despuitbomenendeborgclipswaarmeede
verdeleraandeomloopttingisbevestigd
(Figuur69).
1.Borgclip
2.Houder(omlooptting)
g028236
3.Bijdekleppenvandelinkerenrechter
3.Houder(uitgaandetting)
4.Verdelerklep
spuitbomen:verwijderdeenskopbouten
enensmoerenwaarmeedeklep(pen)van
despuitbomenaandeklepbevestigingzijn
bevestigdenverwijderdeklepverdeler(s)uit
demachine.Bijdeklepvandemiddelste
spuitboom:verwijderdespuitboomklepverdeler
uitdemachine(Figuur70).
69

Figuur70
1.Omlooptting2.Spuitboomklepverdeler
Deverdelerklepreinigen
1.Plaatsdeafsluiterzodatdezeindegesloten
standstaat(BvanFiguur71).
g028243
Figuur72
g028239
1.Houdervanafsluiter7.O-steunring(0,676"/
2.Afsluiter
3.Ventielopening9.Behuizingvanverdeelstuk
4.Ventielhouder10.Kogelklep
5.Dopaansluiting11.Dopaansluiting
6.O-ringvandopafdichting
(0,796"/0,139")
Mengklepverdeler
0,07")
8.Ringklepzitting
Figuur71
1.Klepopen2.Klepgesloten
2.Verwijderde2dopaansluitingenvande
uiteindenvandeverdelerbehuizing(Figuur72
enFiguur73).
g027562
70

Deverdelerklepmonteren
1.ControleerdestaatvandeO-ringenvande
uitgaandetting(alleenspuitboomklepverdeler),
deO-ringenvandedopafdichting,deO-ringen
vandeachterzittingendekogelzittingopschade
ofslijtage(Figuur72enFiguur73).
Opmerking:Vervangversletenofbeschadigde
O-ringenenzittingen.
2.Brengsmeerselaanopdeafsluiterensteek
dezeindezittingvandeafsluiter(Figuur72en
Figuur73).
3.Monteerdeafsluiterendezittingindeverdeler
enbevestigdeafsluiterendezittingmetde
houdervandeafsluiter(Figuur72enFiguur73).
4.ZorgdatdeO-ringvandeachterzittingende
kogelzittinguitgelijndzijnenophunplaatszitten
indedopaansluiting(Figuur72enFiguur73).
5.Brengdedopaansluitingaanopde
verdelerbehuizingtotdeensvande
g028240
Figuur73
Spuitboomklepverdeler
dopaansluitingcontactmaaktmetde
verdelerbehuizing(Figuur72enFiguur73).
Draaivervolgensdedopaansluitingnog⅛tot¼
slag.Draaidettingaantot225-282N·cm
1.Ventielzitting
2.Ventieleenheid
3.Ventielopening9.Kogelzitting
4.Houdervanafsluiter
5.O-ringvanuitgaande
aansluiting(0,737"/
0,103")
6.Dopaansluiting12.Dopaansluiting
7.O-ringvandop(0,796"/
0,139")
8.O-steunring(0,676"/0,07")
10.Behuizingvanverdeelstuk
11.Kogelklep
3.Draaideafsluiterzodatdekogelindegeopende
standstaat(AvanFiguur71).
Opmerking:Deafsluiterligtdaninhet
verlengdevandestroomindeklependekogel
zaleruitglijden.
4.Verwijderdehoudervandeafsluiteruitde
openingenindeventielopeningvandeverdeler
(Figuur72enFiguur73).
5.Neemdehoudervandeafsluiterendezitting
vandeafsluiteruitdeverdeler(Figuur72en
Figuur73).
6.Neemdeventieleenheiduitdeverdelerbehuizing
(Figuur72enFiguur73).
Opmerking:Weesvoorzichtigzodatuhet
uiteindevandeaansluitingnietbeschadigt.
6.Steekdekogelindeklepbehuizing(Figuur74).
Opmerking:Deafsluitermoetinde
kogelopeningpassen.Alsdeafsluitererniet
inpast,dientudelocatievandekogelaante
passen(Figuur74).
g027565
Figuur74
7.Reinigdebinnenkantvandeverdelerende
buitenkantvandekogelklep,deventieleenheid,
deborgclipendeeindsluitingen.
7.Draaideafsluiterzodatdeklepgeslotenis(B
vanFiguur71)
8.Herhaalstap4en5voordeandere
dopaansluiting.
71

Deverdelerklepvoorde
gebruiksdosisplaatsen
1.Lijndepakkinguittussendeenzenvande
verdelerklepvoordegebruiksdosisende
druklterkop(AvanFiguur75).
Opmerking:Zetindiennodighet
bevestigingsmateriaalvoordedruklterkoplos
omspelingteverkrijgen.
handmatigaangedraaideklem(AvanFiguur
75).
5.Monteerderegelklepvoordegebruiksdosisaan
deklepbevestigingmetde2enskopboutenen
2ensborgmoeren(AvanFiguur75)dieuhebt
verwijderdinstap3vanDeverdelerklepvoorde
gebruiksdosisverwijderen(bladz.66)endraai
demoerenboutvasttot1017-1243N·cm.
6.Monteerdeuitgaandettingopdeonderste
dopaansluitingvandeverdelerklep(Bvan
Figuur75).
7.Bevestigdedopaansluitingaandeuitgaande
ttingdooreenborgclipindehoudervande
uitgaandettingtesteken(BvanFiguur75).
8.Alsuhetbevestigingsmateriaalhebtlosgezet
voordedruklterkop,dientudemoerenbout
aantedraaientot1978-2542N·cm.
Demengverdelerklepmonteren
1.Lijndeensvandemengklepverdeleruitmet
1pakkingendeensvandemengomloopklep
(AvanFiguur76).
Figuur75
1.Borgmoer5.Pakking9.Verdelerklep
2.Klepbevestiging6.Klem10.Houder
3.Flens
(mengklep)
4.Flenskopbout8.Flens
7.Flens
(druklterkop)
(regelklepvoor
gebruiksdosis)
Opmerking:Maakindiennodighet
bevestigingsmateriaalvoordehoofdklepvande
spuitboomlosomspelingteverkrijgen.
g033311
(uitgaande
tting)
11.Borgclip
2.Monteerdeverdelerklepvoordegebruiksdosis,
depakkingendedruklterkopmeteenhandvast
aangedraaideklem(AvanFiguur75).
3.Lijndepakkinguittussendeenzenvan
deregelklepvoordegebruiksdosisende
mengklepverdeler(AvanFiguur75).
4.Monteerdeverdelerklepvoordegebruiksdosis,
depakkingendemengklepverdelermeteen
72

8.Bevestigdedopaansluitingaandeuitgaande
ttingdooreenborgclipindehoudervande
uitgaandettingtesteken(CvanFiguur76).
9.Monteerdemengklepaandeklepbevestiging
metdeenskopboutenensborgmoerdieuhebt
verwijderdinstap3vanDemengverdelerklep
verwijderen(bladz.67)endraaidemoeren
boutvasttot1017-1243N·cm.
10.Alsuhetbevestigingsmateriaalvande
hoofdklepvandespuitboomhebtlosgedraaid,
dientudemoerenboutaantedraaienmet
1978tot2542Ncm.
Deverdelervoordehoofdklepvan
despuitboomplaatsen
1.Lijndeensvandeverdelervoorde
hoofdklepvandespuitboomuitmet1pakking
endeensvandeomloopklepvande
spuitboomhoofdschakelaar(AvanFiguur77).
Figuur76
1.Flensklem7.Flensborgmoer
2.Pakking
3.Verdeler(mengklep)9.Flens(hoofdklep
4.Flens(verdeler–
mengomloopklep)
5.Flenskopbout
6.Klepbevestiging
8.Flens(regelklepvoor
gebruiksdosis)
spuitboom)
10.Borgclip
11.Houder(uitgaandetting)
2.Monteerdemengomloopklep,depakking
endemengklepverdelermeteenhandmatig
bevestigdeklem(AvanFiguur76).
3.Lijndepakkinguittussendeenzenvan
deregelklepvoordegebruiksdosisende
mengklepverdeler(BvanFiguur76).
4.Monteerdepakkingendemengklepverdeler
meteenhandvastaangedraaideklem(Bvan
Figuur76).
5.Lijndepakkinguittussendeenzenvande
mengklepverdelerendehoofdklepvande
spuitboom(BvanFiguur76).
6.Monteerdemengklepverdeler,depakkingende
hoofdklepvandespuitboommeteenhandvast
aangedraaideklem(BvanFiguur76).
g033329
g033330
Figuur77
1.Flensklem6.Klepbevestiging
2.Pakking7.Flensborgmoer
3.Verdeler(hoofdklep
spuitboom)
4.Flens(omloopklep–
hoofdklepspuitboom)
5.Flenskopbout
8.Flens(mengklep)
9.Borgclip
10.Houder(uitgaandetting)
7.Monteerdemengklepverdelerenhoudermet
eenhandvastaangedraaideklem(CvanFiguur
76).
2.Monteerdeverdelervoordehoofdklepvande
spuitboom,depakkingendeomloopklepvande
73

spuitboomhoofdschakelaarmeteenhandvast
aangedraaideklem(AvanFiguur77).
3.Lijndeensvandeverdelervoordehoofdklep
vandespuitboomuitmeteenpakkingende
mengklepverdeler(BvanFiguur77).
4.Monteerdeverdelervoordehoofdklepvande
spuitboom,depakkingendemengklepverdeler
meteenhandvastaangedraaideklem(Bvan
Figuur77).
5.Lijndeensvandeverdelervoordehoofdklep
vandespuitboomuitmeteenpakkingende
behuizingvandehoofdklepvandespuitboom
(BvanFiguur77).
6.Monteerdeverdelervoordehoofdklepvan
despuitboomenhoudermeteenhandvast
aangedraaideklem(BvanFiguur77).
7.Bevestigdedopaansluitingaandeuitgaande
ttingdooreenborgclipindeuitgaandettingte
steken(BvanFiguur77).
8.Monteerdemengklepaandeklepbevestiging
metdeenskopboutenensborgmoerdieu
hebtverwijderdinstap3vanDeverdelervoor
dehoofdklepvandespuitboomverwijderen
(bladz.68)endraaidemoerenboutvasttot
1017-1243N·cm.
Despuitboomverdelerklep
plaatsen
1.Monteerdebovenstedopaansluitingvande
verdelerklepindeomlooptting(AvanFiguur
78).
Opmerking:Zetindiennodighet
bevestigingsmateriaalvoordeomloopttinglos
omspelingteverkrijgen.
Figuur78
1.Flens(verloopkoppeling)6.Houder(uitgaandetting)
2.Houder(omlooptting)
3.Omlooptting8.Flens(verdeler–
4.Flens(aangrenzende
verdeler–mengklep)
5.Dopaansluiting
(verdelerklep)
7.Borgclip
spuitboomklep)
9.Pakking
10.Flensklem
2.Bevestigdedopaansluitingaandeomlooptting
dooreenborgclipindehoudervande
omloopttingtebrengen(AvanFiguur78).
3.Monteerdeuitgaandettingopdeonderste
dopaansluitingvandeverdelerklep(Avan
Figuur78).
4.Bevestigdedopaansluitingaandeuitgaande
ttingdooreenborgclipindehoudervande
uitgaandettingtebrengen(AvanFiguur78).
5.Lijn1pakkinguittussendeenzenvande
verloopkoppelingendespuitboomklepverdeler
(BvanFiguur78).
6.Monteerdeverloopkoppeling,pakkingen
spuitboomklepverdelermeteenhandvast
aangedraaideklem(BvanFiguur78).
7.Bijdemontagevande2spuitboomkleppen
uiterstlinksdientu1pakkinguittelijnen
tussendeenzenvande2aangrenzende
spuitboomklepverdelers(BvanFiguur78).
8.Monteerde2aangrenzendespuitboomklep-
verdelerseneenpakkingmeteenhandvast
aangedraaideklem(BvanFiguur78).
9.Bijdekleppenvandelinkerenrechter
spuitbomen:monteerdekleppenaande
klepbevestigingmetdeenskopbouten
ensborgmoerdieuhebtverwijderdinstap
3vanDespuitboomverdelerklepverwijderen
(bladz.69)endraaidemoerenenboutenvast
tot1017-1243N·cm.
g028245
74

10.Alsuhetbevestigingsmateriaalhebtlosgedraaid
voordeomlooptting,dientudemoerenbout
aantedraaientot1017-1243N·cm.
Deklepactuatorplaatsen
1.Lijndeactuatoruitmetdeverdelerklep(Figuur
61).
2.Bevestigdeactuatorendeklepmetde
borgclipdieuhebtverwijderdinstap3vanDe
klepactuatorverwijderen(bladz.66).
3.Sluitdestekkermet3contactenvande
klepactuatorkabelboomaanopdeconnector
met3contactenvandekabelboomvande
spuitmachine.
Stalling
1.Parkeerdespuitmachineopeenhorizontaal
oppervlak,steldeparkeerreminwerking,
schakeldepompuit,zetdemotorafen
verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.Verwijdervuilenvetvandegehelemachine,
inclusiefdebuitenkantvandecilinder,
dekoelribbenvandecilinderkopende
ventilatorbehuizing.
Belangrijk:Ukunthetvoertuigmeteenmild
reinigingsmiddelenwaterwassen.Doedit
nietmeteenhogedrukreiniger.Daardoorkan
hetelektrischesysteemwordenbeschadigd
ofnoodzakelijkvetopwrijvingspunten
wordenweggespoeld.Gebruiknietteveel
waterindebuurtvanhetbedieningspaneel,
deverlichting,demotorendeaccu.
3.Reinighetspuitsysteem;zieReiniging(bladz.
65).
4.Reinigdezuigersinhetklepstel;zieDekleppen
vandespuitmachinereinigen(bladz.65).
5.Behandelhetspuitsysteemalsvolgt:
A.Laatdeschoonwatertankleeglopen.
B.Laathetspuitsysteemzogrondigmogelijk
leeglopen.
C.Maakroestwerende,niet-alcohol-
gebaseerdeantivriesoplossingvoor
motorvoertuigenvolgensdeinstructiesvan
defabrikant.
D.Gietdeantivriesoplossingvoor
motorvoertuigenindeschoonwatertanken
hetspuitsysteem.
E.Laatdespuitpompeenpaarminutenlopen
zodatdeantivriesvoormotorvoertuigen
doorhetspuitsysteemeneventueel
gemonteerdespuitaccessoiresstroomt.
F.Laatdeschoonwatertankenhet
spuitsysteemzogrondigmogelijk
leeglopen.
6.Hefdespuitbomenopmetbehulpvande
schakelaarsvandespuitboomlift.Hefde
spuitbomenoptotdatzijgeheelkruiselingsover
elkaarindetransportstandindetransporthouder
zijngezetendehefcilindersvolledigzijn
teruggetrokken.Zorgervoordatdecilinders
vandespuitbomenvolledigzijnteruggetrokken
ombeschadigingvandeactuatorstangte
voorkomen.
7.Controleerderemmen;zieDeremmen
controleren(bladz.59).
8.Geefhetluchtltereenonderhoudsbeurt;zie
Onderhoudvanhetluchtlter(bladz.50).
75

9.Smeerdespuitmachine;zieSmering(bladz.
49).
Opmerking:Umagdeaccukabelsniet
aansluitenopdeaccupolentijdensstalling.
10.Verversdeolieinhetcarter;zieMotorolie
verversen(bladz.51).
11.Controleerdebandenspanning;zie
Bandenspanningcontroleren(bladz.25).
12.Wanneerhetvoertuiglangerdan30dagenniet
wordtgebruikt,moethetbrandstofsysteemals
volgtwordenvoorbereidopstalling:
A.Voegeenstabilizer/conditionerop
aardoliebasistoeaandebrandstofinde
tank.
Volgdemengvoorschriftenvandefabrikant
vandestabilizerop.Gebruikgeen
stabilisatoropalcoholbasis(ethanolof
methanol).
Opmerking:Stabilisator/conditionerwerkt
hetbestalshetmetversebenzinewordt
vermengdenaltijdwordtgebruikt.
B.Laatdemotorvijfminutenlopenom
destabilisator/conditionerdoorhet
brandstofsysteemteverspreiden.
C.Zetdemotoraf,laatdezeafkoelenenlaat
debenzineuitdetanklopen.
D.Motoropnieuwstartenenlatenlopentotdat
dezeafslaat.
E.Chokedemotor.
F.Startdemotortotdatdezenietmeerstart.
Belangrijk:Deaccumoetvolledig
opgeladenzijnomtevoorkomendat
dezebevriestenbeschadigdraaktbij
temperaturenbeneden0°C.Eenvolledig
opgeladenaccukanongeveer50dagen
wordengestaldbijtemperaturenbeneden
4°Czondertussentijdstewordenopgeladen.
Bijtemperaturenboven4°Cmoetuomde
30dagenhetwaterpeilindeaccucontroleren
endeaccuopladen.
18.Controleerallebouten,schroevenenmoeren
endraaidezevast.Repareerofvervang
beschadigdedelen.
19.Controleerdeconditievanallespuitslangenen
vervangdezealszebeschadigdofversleten
zijn.
20.Draaialleslangaansluitingenvast.
21.Werkallekrassenenbeschadigingenvandelak
bij.Bijwerklakisverkrijgbaarbijeenerkende
servicedealer.
22.Staldemachineineenschone,drogegarageof
opslagruimte.
23.Verwijderhetcontactsleuteltjeenbewaarditop
eenveiligeplaatsbuitenhetbereikvankinderen.
24.Dekdemachineafomdezetebeschermenen
schoontehouden.
G.Umoetbrandstofopdejuistewijze
afvoeren.Verwerkdezevolgensde
plaatselijkgeldendevoorschriften.
Belangrijk:Benzinewaaraan
stabilisator/conditioneristoegevoegd,
nietlangerdan90dagenbewaren.
13.Verwijderdebougiesencontroleerhun
toestand;zieBougiesvervangen(bladz.52).
14.Nadatdebougiesuitdecilinderzijnverwijderd,
gietutweeeetlepelsmotorolieinde
bougie-opening.
15.Gebruikdeelektrischestartmotoromdemotorte
latendraaienenzodeolieoverdecilinderwand
teverspreiden.
16.Monteerdebougiesendraaizevastmethet
aanbevolenmoment;zieBougiesmonteren
(bladz.53).
Opmerking:Debougiekabelnietopde
bougie(s)drukken.
17.Verwijderdeaccuuithetchassis,controleerhet
zuurpeilenlaaddeaccuvolledigop;zieAccu
verwijderen(bladz.55).
76

Problemen,oorzaakenremedie
Problemenmetdemotorendemachineverhelpen
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Destartmotorslaatnietaan.
Demotordraait,maarstartniet.
1.Deschakelhendelstaatin
deversnellingennietinde
NEUTRAALSTAND.
2.Deelektrischeaansluitingenzijn
gecorrodeerdofzittenlos.
3.Doorgebrandeoflossezekering.3.Zekeringgoedinzettenofvervangen.
4.Accuisleeg.
5.Hetveiligheidssysteemisdefect.
6.Eenstartmotorofstartmotorsolenoïde
isstuk.
7.Deinterneonderdelenvandemotor
zijnvastgelopen.
1.Debrandstoftankisleeg.1.Brandstoftankmetversebrandstof
2.Vuil,waterofoudebrandstofinhet
brandstofsysteem.
3.Debrandstoeidingisverstopt.3.Brandstofsysteemreinigenof
4.Debougiekabelisnietaangesloten.4.Bougieaansluiten.
5.Eenbougieisbeschadigdofvuil.
6.Hetafbreekrelaisisnietbekrachtigd.
7.Deontstekingisdefect.
1.Hetrempedaalintrappenende
schakelhendelindeNEUTRAALSTAND
zetten.
2.Controlerenofdeelektrische
aansluitingengoedcontactmaken.
4.Accuopladenofvervangen.
5.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
6.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
7.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
vullen.
2.Brandstofaftappenuitdebrandstoftank
endezeschoonspoelen.T ankvullen
metversebrandstof.
vervangen.
5.Bougievervangen.
6.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
7.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
Demotorstart,maarblijftnietlopen.
Demotorloopt,maarkloptofhapert.
1.Deontluchtingvandebrandstoftank
wordtbelemmerd.
2.Vuilofwaterinhetbrandstofsysteem.2.Brandstofaftappenuitdebrandstoftank
3.Hetbrandstoflterisverstopt.3.Brandstofltervervangen.
4.Doorgebrandeoflossezekering.4.Zekeringgoedinzettenofvervangen.
5.Debrandstofpompisdefect.
6.Decarburateurisdefect.
7.Lossekabelsofslechteaansluitingen.
8.Depakkingvandecilinderkopiskapot.8.Neemcontactopmeteenerkende
1.Vuil,waterofoudebrandstofinhet
brandstofsysteem.
2.Eenbougiekabelzitlos.2.Kabelopbougieaansluiten.
3.
Eenbougieisdefect.
4.Lossekabelsofslechteaansluitingen.
5.Demotorraaktoververhit.5.Zieverder'Demotorraaktoververhit'.
1.Brandstoftankdopvervangen.
endezeschoonspoelen.T ankvullen
metversebrandstof.
5.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
6.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
7.Dekabelaansluitingencontrolerenen
vastzetten.
servicedealer.
1.Brandstofaftappenuitdebrandstoftank
endezeschoonspoelen.T ankvullen
metversebrandstof.
Bougievervangen.
3.
4.Dekabelaansluitingencontrolerenen
vastzetten.
77

ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Motorlooptnietstationair.
Demotorraaktoververhit.
1.Deontluchtingvandebrandstoftank
1.Brandstoftankdopvervangen.
wordtbelemmerd.
2.Vuil,waterofoudebrandstofinhet
brandstofsysteem.
2.Brandstofaftappenuitdebrandstoftank
endezeschoonspoelen.T ankvullen
metversebrandstof.
3.Eenbougieisbeschadigdofdefect.
4.Deleegloopkanalenvandecarburateur
zijnverstopt.
5.Deregelschroefvoorstationair
toerentalisonjuistafgesteld.
6.Debrandstofpompisdefect.
3.Bougievervangen.
4.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
5.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
6.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
7.Lagecompressie.7.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
8.Hetluchtlterelementisvuil.8.Elementreinigenofvervangen.
1.Verkeerdoliepeilinhetcarter .
1.Vullenofaftappentotdathetoliepeilde
VOL-markeringbereikt.
2.Debelastingistegroot.2.Deladingverminderen;meteenlagere
snelheidrijden.
3.Deluchtinlaatroosterszijnvuil.3.Bijelkgebruikreinigen.
4.Dekoelribbenenluchtkanalenonder
4.Bijelkgebruikreinigen.
debehuizingvandemotorventilator
en/ofhetdraaiendeluchtinlaatrooster
zijnverstopt.
5.Hetbrandstofmengselisschraal.
5.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
Demotorverliestvermogen.
Demachinetriltabnormaal.
Demachinerijdtingeenvanbeide
richtingenomdatdemotorvastlooptof
afslaat.
Demachinerijdtingeenvanbeide
richtingen.
1.Verkeerdoliepeilinhetcarter .
1.Vullenofaftappentotdathetoliepeilde
VOL-markeringbereikt.
2.Hetluchtlterelementisvuil.2.Reinigenofvervangen.
3.Vuil,waterofoudebrandstofinhet
brandstofsysteem.
3.Brandstofaftappenuitdebrandstoftank
endezeschoonspoelen.T ankvullen
metversebrandstof.
4.Demotorisoververhit.4.ZieMotorraaktoververhit.
5.Eenbougieisbeschadigdofvuil.
6.Deventilatieopeningindeontluchting
5.Bougievervangen.
6.Brandstoftankdopvervangen.
vandebrandstoftankisverstopt.
7.Lagecompressie.7.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
1.Debevestigingsboutenvandemotor
zittenlos.
1.Debevestigingsboutenvandemotor
vastdraaien.
2.Eriseenprobleemmetdemotor.2.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
1.Deparkeerremisinwerkingisgesteld.1.Zetdeparkeerremvrij.
1.Deschakelhendelinde
NEUTRAALSTANDzetten.
1.Hetrempedaalintrappenende
schakelhendelineenversnelling
zetten.
2.Deparkeerremisnietvrijgezetofde
parkeerremkomtnietvrij.
3.Detransmissieisdefect.
2.Deparkeerremvrijzettenofde
koppelingcontroleren.
3.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
4.Dekoppelingvandebediening
moetwordenafgesteldofworden
4.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
vervangen.
Neemcontactopmeteenerkende
5.
Despievandeaandrijfstangofde
wielnaafisbeschadigd.
5.
servicedealer.
78

Problemenmethetspuitsysteemverhelpen
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Eenspuitboomwerktniet.
Eenspuitboomkannietworden
uitgeschakeld.
Eenklepvaneenspuitboomlekt.
Dedrukdaaltalsueenspuitboom
inschakelt.
1.Deelektrischeaansluitingopdeklep
vandespuitboomisvuiloflos.
2.Eenvandezekeringenisdoorgebrand.2.Dezekeringencontrolerenenindien
3.Erziteenslanggekneld.
4.Eenomloopleidingvandespuitboom
isverkeerdingesteld.
5.Erzijnspuitboomkleppenbeschadigd.5.Neemcontactopmeteenerkende
6.Hetelektrischesysteemisbeschadigd.6.Neemcontactopmeteenerkende
1.Deklepvaneenspuitboomis
beschadigd.
1.Eriseenafdichtingversletenof
beschadigd.
1.Deomloopleidingvandespuitboomis
verkeerdingesteld.
2.Erziteenverstoppingindeklepvan
despuitboom.
3.Eenltervaneenspuitdopis
beschadigdofverstopt.
1.Deklepmetdehanduitschakelen.
Deelektrischeconnectoropdeklep
losmakenenallekabelsreinigen;
daarnadeelektrischeconnector
aansluiten.
nodigvervangen.
3.Slangreparerenofvervangen.
4.Steldeomloopleidingvande
spuitboomjuistaf.
servicedealer.
servicedealer.
1.Demonteerdeklepvandespuitboom;
ziehethoofdstukDekleppenvande
spuitmachinereinigen.Controleeralle
onderdelenenvervangdezealsze
beschadigdzijn.
1.Demonteerdeklepenvervangde
afdichtingenmetbehulpvandeset
voorklepreparatie;neemcontactop
meteenerkendeservicedealer.
1.Deomloopleidingvandespuitboom
instellen.
2.Deinlaat-enuitlaataansluitingenvan
deklepvandespuitboomnemenen
deverstoppingverwijderen.
3.Allespuitdoppenverwijderenen
controleren.
79

Opmerkingen:

Opmerkingen:

Opmerkingen:

Lijstmetinternationaledistributeurs
Distributeur:Land:
AgrolancKft
AsianAmericanIndustrial(AAI)
B-RayCorporation
BrisaGoodsLLC
CascoSalesCompany
CeresS.A.CostaRica
CSSCTurfEquipment(pvt)Ltd.SriLanka
CyrilJohnston&Co.
CyrilJohnston&Co.
FatDragon
FemcoS.A.Guatemala
FIVEMANSNew-T echCo.,LtdChina
ForGarderOU
G.Y .K.CompanyLtd.
GeomechanikiofAthensGriekenland
GolfinternationalTurizm
HakoGroundandGarden
HakoGroundandGarden
HayterLimited(U.K.)
HydroturfInt.CoDubai
HydroturfEgyptLLC
IrrimacPortugal351212388260ToroEuropeNVBelgië3214562960
IrrigationProductsInt'lPvtLtd.India00914424494387ValtechMarokko212537663636
JeanHeybroekBVNederland31306394611VictusEmakPolen48618238369
Hongarije3627539640
Hongkong85224977804
Korea82325512076
Mexico12104952417
PuertoRico7877888383
Noord-Ierland442890813121
Ierland442890813121ParklandProductsLtd.Nieuw-Zeeland6433493760
China
Estland3723846060
Japan81726325861Riversa
Turkije902163365993
Zweden4635100000
Noorwegen4722907760
VerenigdKoninkrijk441279723444
VerenigdeArabische
Emiraten
Egypte2025194308T oroAustraliaAustralië61395807355
Telefoonnummer:
5062391138
94112746100
8861080841322
5024423277
86-10-63816136
30109350054
97143479479T-MarktLogisticsLtd.Hongarije3626525500
Distributeur:Land:
MaquiverS.A.Colombia
MaruyamaMfg.Co.Inc.
Mountelda.s.
Mountelda.s.Slowakije
MunditolS.A.
NormaGarden
OslingerTurfEquipmentS.A.
OyHakoGroundandGardenAb
Perfetto
PratoverdeSRL.
Prochaska&CieOostenrijk
RTCohen2004Ltd.
LelyTurfcare
Lely(U.K.)Limited
SolvertS.A.S.
SpyrosStavrinidesLimitedCyprus
SurgeSystemsIndiaLimited
Telefoonnummer:
Japan81332522285
Tsjechië420255704220
Argentinië541148219999
Rusland74954116120
Ecuador59342396970
Finland35898700733
Polen48618208416
Italië390499128128
Israël97298617979
Spanje
Denemarken4566109200
Verenigd
Koninkrijk
Frankrijk33130817700
India911292299901
5712364079
420255704220
4312785100
34952837500
441480226800
35722434131
PrivacyverklaringvoorEuropa
DeinformatiedieT oroverzamelt
ToroWarrantyCompany(T oro)respecteertuwprivacy.Omuwgarantieclaimtebehandelenencontactmetuoptenemeninhetgevalvaneen
terugroepactievragenwijombepaaldepersoonlijkeinformatiemeetedelen,hetzijdirectofviauwlokaleTorodealer .
HetT orogarantiesysteemwordtgehostopserversindeVerenigdeStaten,waardeprivacywetmogelijknietdezelfdebeschermingbiedtalsinuwland.
DOORUWPERSOONLIJKEGEGEVENSMETONSTEDELENSTEMTUINMETDEVERWERKINGVANUWPERSOONLIJKEGEGEVENS
ZOALSBESCHREVENINDEZEPRIV ACYVERKLARING.
HoeT oroinformatiegebruikt
Torokanuwpersoonsgegevensgebruikenomuwgarantieclaimtebehandelen,contactmetuoptenemeninhetgevalvaneenterugroepactie,ofvoor
eenanderdoeleindewaarvanweuopdehoogtebrengen.Torokanuwinformatiedelenmetzijnafdelingen,dealersofanderezakenpartnersinverband
metdezeactiviteiten.Weverkopenuwpersoonsgegevensnietaananderebedrijven.Webehoudenonshetrechtvoorompersoonsgegevenstedelen
teneindetevoldoenaangeldendewettenenverzoekenvandeaangewezenautoriteiten,opdatwijonzesystemennaarbehorenkunnengebruikenofmet
hetoogoponzeeigenbeschermingofdievananderegebruikers.
Behoudvanuwpersoonlijkeinformatie
Wijbewarenuwpersoonsgegevenszolangalsnodigisvoordedoeleindenwaarvoorzeoorspronkelijkwerdenverzameldofvooranderelegitieme
doeleinden(zoalsnalevingvanvoorschriften),ofzolangalsvereistisdoordevantoepassingzijndewet.
Toro'sengagementvoordebeveiligingvanuwpersoonlijkegegevens.
Wenemenredelijkevoorzorgenomuwpersoonlijkegegevenstebeschermen.Weproberenbovendiendenauwkeurigheidengeldigheidvan
persoonlijkegegevenstewaarborgen.
Toegangtotenaanpassingvanuwpersoonlijkeinformatie
Alsutoegangwensttotuwpersoonlijkegegevensofdezewiltaanpassen,gelievedaneene-mailtesturennaarlegal@toro.com.
Australischeconsumentenwet
AustralischeklantenkunnenvoorinformatieoverdeAustralischeconsumentenwet(AustralianConsumerLaw)terechtbijdelokaleTorodealerofze
kunnendezeinformatieindedoosvinden.
374-0269RevK

ToroGarantie
Beperktegarantievantweejaar
Voorwaardenenproductenwaarvoordegarantiegeldt
TheT oroCompanyendehieraangelieerdeonderneming,T oroWarrantyCompany ,
biedenkrachtenseenovereenkomsttussenbeideondernemingengezamenlijk
degarantiedatuwT oroproduct(hierna:het'product')gedurendetweejaarof
1500bedrijfsuren*vrijvanmateriaalgebrekenoffabricagefoutenis,metdien
verstandedathierbijdekortsteperiodemoetwordenaangehouden.Dezegarantie
geldtvooralleproductenmetuitzonderingvanbeluchters(ziedeafzonderlijke
garantieverklaringenvoordezeproducten).Ineengevalwaarindegarantievan
toepassingis,zullenwijhetproductkosteloosreparerenenooknietdekosten
vandiagnose,arbeid,onderdelenentransportinrekeningbrengen.Degarantie
gaatinopdedatumwaarophetproductisgeleverdaandeoorspronkelijkekoper .
*Hetproductisuitgerustmeteenurenteller .
Aanwijzingenvooraanvraagvangarantieservice
Udientcontactoptenemenmetdedistributeuroferkendedealerbijwieuhetproduct
heeftgekocht,zodraudenktdatersprakeisvaneengevalwaaropdegarantievan
toepassingis.Alshetumoeitekosteendistributeuroferkendedealertevindenof
vragenhebtoverrechtenofplichtenmetbetrekkingtotdegarantie,kuntucontact
metonsopnemenop:
ToroCommercialProductsServiceDepartment
ToroWarrantyCompany
811 1LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420-1196
+1-952-888-8801of+1-800-952-2740
E-mail:commercial.warranty@toro.com
Plichtenvandeeigenaar
AlseigenaarvanhetproductbentuverantwoordelijkvoordevereisteonderhoudsenafstelwerkzaamhedendiewordenvermeldindeGebruikershandleiding.Indienu
devereisteonderhouds-enafstelwerkzaamhedennietuitvoert,kanuwgarantieclaim
wordenafgewezen.
Zakenengevallendienietonderdegarantievallen
Nietallestoringenofdefectenvanhetproductdieplaatsvindentijdensde
garantieperiodezijnmateriaalgebrekenoffabricagefouten.Buitendezegarantie
vallen:
•DefectenalsgevolgvanhetgebruikvananderedanorigineleT oroonderdelen,
ofalsgevolgvandemontageengebruikvanadditionele,gewijzigdeofnietvan
Toroafkomstigeaccessoiresenproducten.Defabrikantvandezeartikelenkan
eenafzonderlijkegarantieverstrekken.
•Defectenalsgevolgvannalatigheidomaanbevolenonderhouds-en/of
afstelwerkzaamhedenteverrichten.AlsuuwT oroproductnietgoed
onderhoudtvolgensdelijstmetaanbevolenonderhoudswerkzaamhedenin
deGebruikershandleiding,kanditertoeleidendatgarantieclaimsworden
afgewezen.
•Defectenalsgevolgvanverkeerd,achteloosofroekeloosgebruikvanhet
product.
•Onderdelendieonderhevigzijnaanslijtagedoorgebruik,tenzijdezegebreken
vertonen.Voorbeeldenvanonderdelendieslijtenofwordenverbruikt
tijdenseennormaalgebruikvanhetproductzijnondermeer,maarniet
uitsluitend:remblokkenenremvoeringen,koppelingsvoeringen,maaimessen,
messenkooien,rollenenlagers(verzegeldofsmeerbaar),snijplaten,bougies,
zwenkwielenenzwenkwiellagers,banden,lters,drijfriemenensommige
onderdelenvanspuitmachineszoalsmembranen,spuitdoppen,afsluitkleppen
endergelijke.
•Defectenveroorzaaktdoorexterneinvloeden.Externeinvloedenzijnondermeer ,
maarnietuitsluitend:weersomstandigheden,wijzevanopslag,verontreiniging,
gebruikvanniet-goedgekeurdebrandstoffen,koelvloeistoffen,smeermiddelen,
additieven,meststoffen,water ,chemischestoffenendergelijke.
•Storingenofgebrekkigeprestatiesdiehetgevolgzijnvanhetgebruikvan
brandstoffen(bv.benzine,dieselofbiodiesel)dienietvoldoenaanhun
respectievelijkeindustriestandaarden.
•Normalegeluidssterkte,trillingen,slijtageenachteruitgang.
•Normaleslijtageomvatondermeer,maarnietuitsluitend:schadeaanstoelenals
gevolgvanslijtageofafschuring,afgebladderdeverfoppervlakken,beschadigde
stickersenkrassenopruiten.
Onderdelen
Garantiewordtverleendoponderdelendiemoetenwordenvervangeninhetkadervan
hetvereisteonderhoud,gedurendedegarantieperiodetothungeplandevervanging.
Eenonderdeeldatuithoofdevandegarantieisvervangen,komtvoordeduurvande
oorspronkelijkeproductgarantieinaanmerkingvoordegarantieenwordteigendom
vanT oro.T oroneemtdeuiteindelijkebeslissingofeenonderdeelofeengroepvan
onderdelenwordtgerepareerdofvervangen.T oromagvoorgarantiereparatiesinde
fabriekgereviseerdeonderdelengebruiken.
Garantiesemitractieaccuenlithiumionaccu:
Semitractieaccu'senlithiumionaccu'shebbeneenspeciektotaalaantal
kilowatturendiezijtijdenshunlevensduurkunnenleveren.Dewijzewaaropzij
wordengebruikt,opgeladenenonderhoudenkanhunlevensduurverlengenof
bekorten.Alsdeaccu'sinditproductwordengebruikt,zalhunbruikbaarheid
tussendeoplaadintervallenlangzaamverminderentotdatzijvollediguitgeput
zijn.Vervangingvaneenaccudieisuitgeputalsgevolgvannormaalgebruik,is
deverantwoordelijkheidvandeeigenaarvanhetproduct.Eenaccumoetsoms
tijdensdenormalegarantieperiodeopkostenvandeeigenaarwordenvervangen.
Opmerking:(alleenlithiumionaccu):Eenlithiumionaccuheefteengedeeltelijke
proratagarantiedielooptvanjaar3totjaar5engebaseerdisopdetijddie
deaccualdienstheeftgedaanendegebruiktekilowatturen.Raadpleegde
Gebruikershandleidingvoormeerinformatie.
Onderhoudopkostenvandeeigenaar
Opvoerenvandemotor,smeren,reinigenenwaxen,hetvervangenvanlters,
koelvloeistofenhetuitvoerenvanaanbevolenonderhoudswerkzaamhedenbehoren
totdegebruikelijkewerkzaamhedendienodigzijnvoorT oroproductenendievoor
rekeningvandeeigenaarzijn.
Algemenevoorwaarden
Opgrondvandezegarantiesmogenreparatiesuitsluitendwordenuitgevoerddoor
eenerkendeT orodealer.
TheToroCompanyendeT oroWarrantyCompanyzijnnietaansprakelijkvoor
indirecteofbijkomendeschadeofgevolgschadeinsamenhangmethetgebruik
vandeToroproductendieonderdezegarantievallen,inclusiefdekosten
ofuitgavenvoordeleveringvanvervangenmateriaalofdienstengedurende
eenredelijkeperiodevanonbruikbaarheidofbuitengebruikstellingtijdens
deuitvoeringvanreparatiewerkzaamhedenopgrondvandezegarantie.Met
uitzonderingvandeemissiegarantiewaarnaarhieronder,indienvantoepassing,
wordtverwezen,bestaatergeenandereexplicietegarantie.Alleimpliciete
garantiesvanverkoopbaarheidofgeschiktheidvoorgebruikzijnbeperkttot
deduurvandezeexplicietegarantie.
Sommigelandenstaanuitsluitingenvanbijkomendeschadeofgevolgschadeof
beperkingenopdeduurvandeimplicietegarantieniettoe,zodatbovengenoemde
uitsluitingenenbeperkingeninuwgevalmogelijknietvantoepassingzijn.Deze
garantiegeeftuspeciekejuridischerechten;daarnaastkuntubeschikkenover
andererechtendieperlandkunnenverschillen.
Opmerkingmetbetrekkingtotdegarantieopdemotor:
Hetemissiecontrolesysteemopuwproductkanvallenonderdedekkingvan
eenafzonderlijkegarantiedietegemoetkomtaandeeisenvandeAmerikaanse
EnvironmentalProtectionAgency(EP A)en/ofdeCaliforniaAirResourcesBoard
(CARB).Debeperkingenvandebedrijfsurendiehierbovenzijngenoemd,geldenniet
voordegarantieophetemissiecontrolesysteem.Ziedegarantieverklaringvoorhet
controlesysteemvandeemissievandemotorindeGebruikershandleidingvanuw
productofinhetdocumentatiemateriaalvandefabrikantvandemotorvoornadere
bijzonderheden.
AnderelandendandeVSofCanada
KopersvanT oroproductendiezijngeëxporteerduitdeVerenigdeStatenofCanada,moetencontactopnemenmethunT oroDistributeur(Dealer)voordegarantiebepaling
dieinhunland,provincieofstaatvantoepassingzijn.Alsuomeenofandereredenontevredenbentoverdeservicevanuwverdelerofmoeilijkinformatieoverde
garantiekuntkrijgen,verzoekenwijucontactoptenemenmetdeT oroimporteur.
374-0253RevD