
FormNo.3365-692RevA
ProCore
®
648beluchter
Modelnr.:09200—Serienr.:310000401enhoger
Omuwproductteregistrerenofomeengebruikershandleidingofonderdelencatalogustedownloaden,gaatu
naarwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijke
tekst(NL)

DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnen,zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Deuitlaatgassenvandemotorvanditproduct
bevattenchemischestoffenwaarvanbekend
isdatzekanker,geboorteafwijkingenof
andereschadeaandevoortplantingsorganen
kunnenveroorzaken.
Ditvonkontstekingssysteemisinovereenstemmingmet
deCanadeseICES-002.
Figuur1
1.Locatievanhetmodelnummerenhetserienummer .
Belangrijk:Demotorvanditproductisniet
uitgerustmeteenvonkenvanger.Gebruikvande
machineineenbosgebiedofopeenmetdicht
struikgewasofgrasbegroeidterreinisinstrijd
metdebepalingenvandeWetopdeOpenbare
Hulpbronnen(PublicResourceCode),Afdeling
4442vandeStaatCalifornië.Inanderelandenof
statenkunnensoortgelijkewettenvankrachtzijn.
Inleiding
Dezebeluchterwordtbedienddooreenlopende
bestuurderenisbedoeldvoorgebruikdoorprofessionele
bestuurdersincommerciëletoepassingen.Debeluchter
ismetnameontworpenvoorhetbeluchtenvangrote
oppervlakkenopgoedonderhoudengazonsinparken,
golfbanenensportvelden.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet
hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruikenen
onderhoudenenomschadeaandemachineenletselte
voorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhetjuisteen
veiligegebruikvandemachine.
Modelnr.:
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingeenaantalmogelijke
gevareneneenaantalveiligheidsberichtengenoemd
Figuur2)metdevolgendeveiligheidssymbolen,die
(
duidenopeengevaarlijkesituatiediezwaarlichamelijk
letselofdedoodtotgevolgkanhebbenwanneerde
veiligheidsvoorschriftennietinachtwordengenomen.
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingnog2woordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
UkuntrechtstreekscontactopnemenmetTorovia
www.T oro.comvoorinformatieoverproductenen
accessoires,omeendealertevindenofomuwproduct
teregistreren.
Alsuservice,origineleToro-onderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanToro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummer
enhetserienummervanhetproducttevermelden.
Figuur1geeftdeplaatsvanhetmodelnummerenhet
serienummervanhetproductaan.Ukuntdenummers
notereninderuimtehieronder.
©2010—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS.

Inhoud
Inleiding.......................................................................2
Veiligheid.....................................................................4
Veiligebediening..................................................4
Geluidsniveau.......................................................5
Geluidsdruk.........................................................6
Trillingsniveau.....................................................6
Veiligheids-eninstructiestickers...........................6
Montage.....................................................................10
1Achterwielenmonteren....................................10
2Dehandgreepbevestigen.................................11
3Accuingebruiknemenenopladen...................11
4Achterkapbevestigen(uitsluitend
CE)................................................................13
5Riemkapbevestigen(uitsluitendCE)................14
6Tandhouders,beschermvingersentanden
monteren.......................................................15
Algemeenoverzichtvandemachine............................15
Bedieningsorganen.............................................15
Specicaties........................................................18
Werktuigen/Accessoires.....................................18
Gebruiksaanwijzing....................................................19
Brandstofbijvullen.............................................19
Motoroliepeilcontroleren...................................20
Hydraulischevloeistofcontroleren......................21
Motorschermreinigen........................................22
Demotorstartenenstoppen..............................22
Hetveiligheidssysteem........................................23
Plaatsdeonderhoudsvergrendeling.....................23
Tandenhouders,beschermvingersentanden
monteren.......................................................24
Tandenvervangen..............................................25
Werkdiepteinstellen...........................................25
Handmatiggrondvolgsysteeminstellen...............25
Machinemetdehandduwen/trekken.................26
Hetregelcircuitvansysteemterugstellen.............27
Demachineverplaatsenalsdebeluchtingskop
indestandomlaagisblijvenstaan....................27
Debeluchtervervoeren......................................27
Demarkeerdergebruiken...................................28
Gewichtsverplaatsinginstellen............................29
Extragewichttoevoegen....................................29
Controlemodulevanbeluchter(Aerator
ControlModule,ACM)..................................29
Tipsvoorbedieningengebruik...........................31
Onderhoud................................................................33
Aanbevolenonderhoudsschema.............................33
Controlelijstvoordagelijksonderhoud................34
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud................35
Demachineopkrikken........................................35
Smering..................................................................36
Delagersvandebeluchtingskop
controleren.....................................................36
Onderhoudmotor..................................................37
Onderhoudvanhetluchtlter.............................37
Motorolieverversenenltervervangen..............38
Onderhoudvandebougies.................................39
Onderhoudbrandstofsysteem................................40
Brandstofltervervangen...................................40
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank.............41
Onderhoudelektrischsysteem................................41
Onderhoudvandeaccu......................................41
Zekeringen.........................................................42
Onderhoudaandrijfsysteem....................................43
Bandenspanningcontroleren..............................43
Detractieaandrijvingafstellenvoorde
neutraalstand..................................................43
Onderhoudriemen.................................................44
Riemvanpompafstellen.....................................44
Riemencontroleren............................................44
Onderhoudbedieningsysteem................................45
Hetgrondvolgsysteemterugstellen.....................45
Onderhoudhydraulischsysteem.............................46
Hydraulischeleidingencontroleren.....................46
Hydraulischevloeistofverversenenlter
vervangen.......................................................46
Testpoortenvanhethydraulischesysteem...........47
Onderhoudvandebeluchter..................................47
Torsiecontroleren..............................................47
Zijschermenafstellen.........................................47
Beschermvingersvervangen...............................48
Insteekafstandinstellen......................................48
Timingvandebeluchtingskop............................49
Stalling.......................................................................49
Problemen,oorzaakenremedie..................................51
Schema's....................................................................53
3

Veiligheid
Onjuistgebruikofonderhouddoordegebruiker
ofeigenaarkanletselveroorzaken.Omhet
risicoopletselteverminderen,dientuzichaan
devolgendeveiligheidsinstructiestehoudenen
altijdophetveiligheidssymboolteletten,dat
V oorzichtig
voorpersoonlijkeveiligheid'kanbetekenen.
Niet-nalevingvandeinstructiekanleidentot
lichamelijkofdodelijkletsel.
Veiligebediening
DevolgendeinstructieszijnontleendaandeANSI-norm
B71.4-2004.
Instructie
•LeesdeGebruikershandleidingenraadpleegander
instructiemateriaal.Alsdebestuurderofdemonteur
detaalwaarindehandleidingisgeschreven,niet
machtigis,moetdeeigenaarervoorzorgendatzijde
inhoudvanhetmateriaalbegrijpen.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
•Allebestuurdersenmonteursmoeteninstructies
hebbenontvangen.Deeigenaarisverantwoordelijk
voordeinstructievandegebruikers.
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangen,demachinenooitgebruiken
ofonderhoudswerkzaamhedendaaraanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisenstellen
aandeleeftijdvandegenediemetdemachinewerkt.
•Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
ongelukken,letselvanhemzelf/haarzelfofvan
anderen,enschadeaaneigendom,diehij/zijkan
voorkomen.
,
W aar schuwing
of
Gev aar
–'instructie
•Weesextravoorzichtigalsuomgaatmetbenzineof
anderebrandstof.Dezestoffenzijnontvlambaaren
dedampenkunnentotontplofngkomen.
–Gebruikuitsluitendeengoedgekeurdvatofblik.
–Verwijdernooitdedopvandebrandstoftanken
vulnooitbrandstofbijwanneerdemotorloopt.
–Laatdemotorafkoelenvoordatubrandstof
bijvult.
–Nietroken.
–Umagdebrandstoftanknooitbinnenshuis
bijvullenofaftappen.
•Controleerofdedodemansknop,de
veiligheidsschakelaarsendeveiligheidsschermen
zijnbevestigdennaarbehorenwerken.Gebruikde
machineuitsluitendalsdezenaarbehorenwerkt.
Gebruiksaanwijzing
•Laatdemotornooitlopenineenafgeslotenruimte.
•Werkuitsluitendbijgoedlichtenblijfuitdebuurt
vankuilenenverborgengevaren.
•Controleerofalleaandrijvingenindeneutraalstand
staanendeparkeerreminwerkingisgesteldvoordat
udemotorstart.Startdemotoruitsluitendvanafde
bestuurderspositie.
•Gebruikdemachinenooitalshet
veiligheidsschermen,kappenofandere
beschermplatennietstevigophunplaatszitten.
Controleerofalleinterlockschakelaarsnaarbehoren
werken.
•Verandernooitdestandvandetoerenregelaarvan
demotorenlaatdemotorniettesneldraaien.
•Stopdemachineopeenhorizontaaloppervlak,
brengdebeluchtingskopomhoog,schakelde
aandrijvingenuit,steldeparkeerreminwerkingen
zetdemotorafvoordatudebestuurderspositieom
welkeredenookverlaat.
Vóóringebruikname
•Inspecteerhetterreinomvasttestellenwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomgoeden
veiligtewerken.Gebruikalleendoordefabrikant
goedgekeurdeaccessoiresenwerktuigen.
•Draaggeschiktekledingenuitrusting,zoalseen
helm,eenveiligheidsbrilengehoorbescherming.
Langhaar,lossekledingofsieradenkunnenworden
gegrependoorbewegendeonderdelen.
•Inspecteerhetterreinwaarudemachinegaat
gebruiken,enverwijderallevoorwerpenzoals
stenen,speelgoedenkabelswaarmeedebeluchterin
contactkankomen.
•Stopdemachineencontroleerdetandenalsu
eenvreemdvoorwerphebtgeraaktofdemachine
abnormaalbeginttetrillen.Voerallenoodzakelijke
reparatiesuitvoordatudemachineweeringebruik
neemt.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvande
tanden.
•Vervoergeenpassagiersenzorgervoordat
huisdierenenomstandersuitdebuurtblijven.
•Letgoedop,verminderuwsnelheidenwees
voorzichtigalsueenbochtmaakt.Kijkachterom
ennaarlinksennaarrechtsvoordatuvanrichting
verandert.
4

•Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtigalsu
wegenenvoetpadenoversteekt.
werking,zetdemotorafenhaalhetsleuteltjeuithet
contact.
•Gebruikdebeluchternietalsuonderdeinvloedvan
alcoholofdrugsbent.
•Bliksemkanernstigofdodelijkletselveroorzaken.
Alsubliksemzietofdonderhoortinhetgebied,
gebruikdemachinedanniet;gaschuilen.
•Weeszeervoorzichtigalsudemachineinlaadtop
eenaanhangerofeenvrachtwagenofuitlaadt.
•Weesvoorzichtigbijhetnaderenvanblindehoeken,
struiken,bomen,enandereobjectendiehetzicht
kunnenbelemmeren.
•Letaltijdgoedopeventueleobstakelsdiezichinhet
werkveldbevinden.Plandebeluchtingsroutezo,dat
ergeencontactistussenuzelfofdemachineenhet
obstakel.
Werkenophellingen
•Gebruikdebeluchternietindebuurtvansteile
hellingen,greppels,steilaopendetaludsofwater.
Wielendieoverrandenheenkomen,kunnentot
gevolghebbendatdemachineomkantelt,hetgeen
ernstigofdodelijkletselkanveroorzaken.
•Werknooitopeenhellingalshetgrasnatis.Bij
gladheidkunnendewielenhungripverliezen,
waardoordekansbestaatdatdezegaanslippenenu
decontroleoverdemachineverliest.
•Verandernietplotselingderijrichtingofdesnelheid
vandemachine.
•Verminderuwsnelheidenweesuiterstvoorzichtig
ophellingen.
•Verwijderobstakelszoalsstenen,boomtakkenen
dergelijkeuithetwerkgebied,ofmarkeerdeze.In
hooggraszijnobstakelsnietaltijdzichtbaar.
•Letopgreppels,kuilen,stenen,gatenenverhogingen
inhetwerkgebieddiedewerkhoekveranderen,
omdatdemachinekankantelenoponeffenterrein.
•Startofstopnooitopeenhelling.Alsdewielen
gripverliezen,moetudetandenuitschakelenende
heuvellangzaamafrijden.
•Ukuntdestabiliteitverbeterendoorwielgewichten
ofcontragewichtentegebruikenvolgensde
aanwijzingenvandefabrikant.
•Verwijdergrasenvuilvandetanden,de
aandrijvingen,degeluiddempersendemotorom
brandtevoorkomen.Neemgemorsteolieof
brandstofmeteenop.
•Laatdemachineeerstafkoelenvoordatudeze
opslaat.Parkeerdemachinenietindenabijheidvan
eenopenvuur.
•Zorgervoordatdebrandstofafsluitklepisgesloten
alsudemachineopslaatofvervoertmeteen
aanhanger.Umagbrandstofnietopslaaninde
nabijheidvaneenopenvuurofbinnenshuisaftappen
uitdebrandstoftank.
•Parkeerdebeluchteropeenstevig,horizontaal
oppervlak.Laatpersoneeldatnietbekendismetde
instructies,nooitonderhoudswerkzaamhedenaande
machineuitvoeren.
•Gebruikkriksteunenofveiligheidsvergrendelingen
indienditnodigis.
•Haalvoorzichtigdedrukvanonderdelenmet
opgeslagenenergie.
•Maakdeaccukabelslosofverwijderdebougies
voordatureparatiewerkzaamhedengaatverrichten.
Maakeerstdeminpoolvandeacculosendaarnade
pluspool.Sluiteerstdepluspoolvandeaccuaanen
daarnademinpool.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelen.Stelindienmogelijkde
machinenietafterwijldemotorloopt.
•Laaddeaccuopineenopen,goedgeventileerde
ruimte;doeditnietindebuurtvanvonkenen
openvuur.Haaldeopladeruithetstopcontact
voordatudezeaansluitopoflosmaaktvandeaccu.
Draagbeschermendekledingengebruikgeïsoleerd
gereedschap.
•Zorgervoordatalleonderdeleningoedestaat
verkerenenallebevestigingselementenstevig
vastzitten.Vervangversletenofbeschadigdestickers.
•GebruikuitsluitenddoorTorogoedgekeurde
werktuigen.Degarantiekankomentevervallenals
udemachinegebruiktmetwerktuigendienietzijn
goedgekeurd.
Onderhoudenopslag
•Wachttotdatallebewegendedelentotstilstand
zijngekomenvoordatudemachineafstelt,reinigt
ofrepareert.Schakeldetandenuit,brengde
beluchtingskopomhoog,steldeparkeerremin
Geluidsniveau
Dezemachineheefteengegarandeerdgeluidsniveauvan
101dBA,meteenonzekerheidswaarde(K)van1dBA.
Hetgeluidsniveauisvastgesteldvolgensdeprocedures
inISO11094.
5

Geluidsdruk
Dezemachineoefenteengeluidsdrukvan84dBA
uitophetgehoorvandebestuurder(meteen
onzekerheidswaarde(K)van1dBA.
Degeluidsdrukisvastgesteldvolgensdeproceduresin
ENISO11201.
Trillingsniveau
Hand-arm
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen
bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen
stickers.
Gemetentrillingsniveauvoorderechterhand=
6,15m/s
2
Gemetentrillingsniveauvoordelinkerhand=6,57m/s
Onzekerheidswaarde(K)=0,4m/s
2
Degemetenwaardenzijnvastgesteldvolgensde
proceduresinEN1032.
2
93–6696
1.Opgeslagenenergie–LeesdeGebruikershandleiding.
93-9084
1.Hefpunt
2.Bevestigingspunt
117–2718
106-8835
1.Aan/Uit
2.Output
3.Solenoïdeklepomlaag9.Transport(1)
4.Solenoïdeklepomhoog10.Beluchten(4)
5.Solenoïdeklepsnel11.Grondvolgen
6.Input
7.Beluchtingskopomlaag
8.Beluchtingskopomhoog
12.NeerlatenOK
93-9363
1.Parkeerrem
2.Vergrendeld
3.Ontgrendeld
6

1.Leesde
Gebruikershandleiding.
106-8853
2.Werkdiepte
106-8856
1.LeesdeGebruikershandleiding.
107-7547
1.Risicoomgegrepente
worden,riem–Blijfuit
debuurtvanbewegende
onderdelen.
2.Waarschuwing–Raakhet
heteoppervlaknietaan.
107-7555
7

110-4664
1.Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Formaatsleutel4.Torsie
3.Formaatbout
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu
1.Explosiegevaar6.Houdomstandersop
2.Nietroken.Geenopen
vuurofvonken.
3.Risicovanbijtende
vloeistof/chemische
brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde
Gebruikershandleiding.
veiligeafstandvande
accu.
7.Draagoogbescherming;
explosievegassenkunnen
blindheidenanderletsel
veroorzaken
8.Accuzuurkanblindheid
ofernstigebrandwonden
veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater
spoelenensnelarts
raadplegen.
10.Bevatlood;niet
weggooien.
106-8854
1.LeesdeGebruikershandleiding.4.Motor-Starten7.Omdemotortestarten,moetu
2.Motor-Afzetten5.LeesdeGebruikershandleiding;zetde
3.Motor-Lopen
schakelaaromhoogalsudemachine
degrondwiltlatenvolgen;zetde
schakelaaromlaagenmonteerde
afstandsstukkenalsudemachineniet
meerdegrondwiltlatenvolgen.
6.LeesdeGebruikershandleiding;
drukopdeschakelaaromhet
veiligheidssysteemtetesten.
hetcontactsleuteltjeomdraaien
enparkeerremvrijzetten;lees
deGebruikershandleiding.
8.Omdemotoraftezetten,moetuopde
schakelaardrukkenomdeaftakasuit
teschakelen,deparkeerreminwerking
stellen,hetcontactsleuteltjenaarSTOP
draaienenvervolgensverwijderen;
leesdeGebruikershandleiding.
9.Transportofkeuzevande
insteekafstand
8

1.Waarschuwing–Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Waarschuwing–Verwijderhet
sleuteltjeuithetcontactenlees
deinstructiesvoordatuservice-of
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
107-7534
3.Risicoomgegrepenteworden,riem
–Blijfuitdebuurtvanbewegende
onderdelen.
4.Handenofvoetenkunnenbekneld
raken–Houdomstandersopeen
veiligeafstandvandemachine.
5.Handenenlichaamkunnen
bekneldraken–Gebruikde
onderhoudsvergrendelingalsu
debeluchtingskopomhoogbrengt;
leesdeinstructiesvoordatuservice-of
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
6.Leesdeaanwijzingen
voordatuservice-of
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert
–draaideboutenvandetandenvast
met41Nm.
115-4716
1.Waarschuwing–Bediendezemachineuitsluitendalsuhierin
getraindbent.
2.Ledematenkunnenbekneldraken–Loopvooruittijdenshet
gebruikvandemachineenbegeleiddemachineachteruaan.
Alsuachteruitlooptmetdemachine,kijkdanaltijdachterom.
3.Zetdehendelomhoogomdemachineachteruittelaten
rijden.
4.Zetdehendelomlaagomdemachinevooruittelatenrijden.10.Risicoomgegrepenteworden,as–Neemgeenpassagiers
5.Schakeldeaftakasuitenbrengdebeluchtingskopomhoog.
6.Schakeldeaftakasinenbrengdebeluchtingskopomlaag.
7.Waarschuwing–Zetdemotorafenleesdeinstructies
voordatuservice-ofonderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
8.Risicoomgegrepenteworden,riem,enhandenofvoeten
kunnenbekneldraken–Blijfuitdebuurtvanbewegende
onderdelen,houdallebeschermendedelenophunplaatsen
houdomstandersopeenveiligeafstandvandemachine.
9.Waarschuwing–Zetdemotorafvoordatudebenzinetank
vult.
mee.
11.Machinekankantelen–Maakgeenscherpebochtalsumet
hogesnelheidrijdt,verminderuwsnelheidalsueenbocht
maaktenrijnietheuvelopwaartstegeneenhellingvanmeer
dan15graden.
9

Montage
Losseonderdelen
Gebruikonderstaandelijstomtecontrolerenofalleonderdelenzijngeleverd.
Procedure
1
2
3
4
5
6
WielMonteerdeachterwielen.
Borgmoer(1/2inch)
Kabelgeleider1
Bout(5/16x1/2inch)
Bout(1/4x1inch)
Flensmoer(5/16inch)
Sluitvergrendeling
Tapbout2
Inwendigegetandeborgring2
Greep
Popnagel1
Bout(1/4x1inch)
Borgmoer(1/4inch)
Geenonderdelenvereist
Instructiemateriaalenaanvullendeonderdelen
Omschrijving
Omschrijving
Hoeveel-
heid
Hoeveel-
heid
3
Bevestigdehandgreep
2
2
2
2
1
1
1
–
Accuingebruiknemenenopladen.
Achterkapbevestigen(uitsluitendCE)
Bevestigderiemkap(uitsluitendCE)
Monteerdetandhouders,
beschermvingersentanden.
Gebruik
Gebruik
Contactsleuteltje
Klemvoorbeschermvingers4
Flensmoer12
Gebruikershandleiding
Gebruikershandleidingvanmotor
Instructiemateriaalvoordegebruiker1Lezenvoordatudemachinegebruikt.
Onderdelencatalogus
Conformiteitsverklaring
Controlelijstvoorlevering
2Demachinestarten
Plaatsdebeschermvingers.
1
1
1
1
1
Lezenvoordatdemachineingebruikwordtgenomen.
Onderdelenbekijkenenbestellen.
CE-certicaat
Controleerofalleafstelprocedureszijnvoltooidvoor
levering.
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Opmerking:Omdebeluchtingskopomhoogte
brengennadatudemachineuitdedoosheeftgehaald,
moetudemotorstartenenopdeReset-knopdrukken.
RaadpleeghethoofdstukGebruiksaanwijzingindeze
handleidingvoormeerinformatie.
10

1
Achterwielenmonteren
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
Wiel
Procedure
1.Verwijderde8wielmoerenwaarmeedeachterkant
vandebeluchterisbevestigdaandeverpakking.
2.Monteerhetwielopdenaafvanhetachterwiel
Figuur3).
(
Figuur3
1.Wiel2.Wielmoer
3.Installeerdewielmoeren(Figuur3)endraaideze
vastmet61tot75Nm.
4.Laatdebandenleeglopentot83kPa.
Figuur4
1.Handgreep3.Borgmoer
2.Vork4.Kabelgeleider
3.Bevestigdetapeindenaandevorkmet3borgmoeren
(1/2inch)(
4.Plaatsdekabelgeleiderronddekabels.
5.Monteerdekabelgeleideraandebovenzijdevande
vorkmet2bouten(5/16x1/2inch)(Figuur4).
Figuur4)
3
Accuingebruiknemenen
opladen
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
2
Bout(1/4x1inch)
2
Flensmoer(5/16inch)
2
Dehandgreepbevestigen
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
3
Borgmoer(1/2inch)
1Kabelgeleider
2
Bout(5/16x1/2inch)
Procedure
1.Zwenkdehandgreepvoorzichtignaardevoorkant
vandemachine.Leteropdatudekabelsniet
beschadigt.
2.Steekdemontagetapeindenindeopeningeninde
vork(Figuur4).
Procedure
WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Accuklemmen,accupolenendergelijke
onderdelenbevattenloodenloodverbindingen.
Vandezestoffenisbekenddatzekanker
enschadeaandevoortplantingsorganen
veroorzaken.Wasaltijduwhandennadatumet
dezeonderdeleninaanrakingbentgeweest.
1.Ontgrendelenopenhetdekselvandeaccubehuizing.
2.Verwijderdeaccuuitdeaccubehuizing(Figuur5).
11

Figuur5
1.Accubehuizing
3.Maakdebovenkantvandeaccuschoonenverwijder
devuldoppen.
WAARSCHUWING
Bijhetopladenproduceertdeaccugassendie
totontplofngkunnenkomen.
Rooknooitindebuurtvandeaccuenzorg
ervoordatergeenvonkenofvlammenvlakbijde
accukomen.
7.Alsdeaccuisopgeladen,haaltudeacculaderuithet
stopcontactenmaaktudezelosvandeaccupolen.
Opmerking:Nadatdeaccuingebruikisgenomen,
magudezeindiennodiguitsluitendbijvullen
metgedistilleerdwater,hoewelditinnormale
gebruiksomstandighedenbijonderhoudsvrijeaccu's
nietnodigis.
8.Plaatsdeaccuindebakindeaccubehuizing
Figuur6).Zorgervoordatdeaccupolennaarbuiten
(
zijngericht.
4.Gietvoorzichtigaccuzuurinelkeceltotdatde
vloeistofongeveer6mmbovendeplatenstaat.
Gebruikuitsluitendaccuzuur(meteensoortelijk
gewichtvan1,265)alsudeaccuvoordeeerstekeer
vult.
Belangrijk:Gietgeenaccuzuurindeaccuals
dezeindemachinezit.Erzoudanaccuzuurin
demachinekunnenkomen,waardoorcorrosie
kanontstaan.
GEVAAR
Accuzuurbevatzwavelzuur;ditiseendodelijk
gifdaternstigebrandwondenveroorzaakt.
•Umagaccuzuurnooitinslikkenenmoet
elkcontactmethuid,ogenofkleding
vermijden.Draageenveiligheidsbrilen
rubberhandschoenenomuwogenenhanden
tebeschermen.
•Vuldeaccualleenbijopplaatsenwaar
schoonwateraanwezigisomindiennodig
uwhuidaftespoelen.
WAARSCHUWING
Accupolenofmetalengereedschappenkunnen
kortsluitingmakenmetmetalenonderdelenvan
demachine,waardoorvonkenkunnenontstaan.
Hierdoorkunnenaccugassentotontplofng
komenenlichamelijkletselveroorzaken.
•Zorgervoordatbijhetverwijderenof
installerenvandeaccudeaccupolennietin
aanrakingkomenmetmetalenonderdelen
vandemachine.
•Voorkomdatmetalengereedschappen
kortsluitingveroorzakentussendeaccupolen
enmetalenonderdelenvandemachine.
9.Bevestigdeaccuaandebasisvandebehuizingmet
eensteunstang,2houderstangen,2platteringenen
2vleugelmoeren(Figuur6).
5.Wachtongeveer20tot30minutentotdateventueel
gasuithetzuurisverdwenen.Vulindiennodig
bijtotdathetaccuzuurongeveer6mmvande
onderkantvandevulbuisstaat.
6.Sluiteenacculadervan3tot4Aaanopdeaccupolen.
Laaddeaccuopbij3–4Atotdathetsoortelijk
gewicht1,250ofhogerisendetemperatuurminstens
16ºCbedraagt,waarbijallecellenonbelemmerdgas
afgeven.
12

WAARSCHUWING
Alsaccukabelsverkeerdwordenverbonden,
kanditschadeaandemachineendekabelstot
gevolghebbenenvonkenveroorzaken.Hierdoor
kunnenaccugassentotontplofngkomenen
lichamelijkletselveroorzaken.
altijd
•Maak
deacculosvoordatudepluskabel(rood)
losmaakt.
•Sluit
11.Sluitenvergrendelhetdekselvandeaccubehuizing.
altijd
aanvoordatudeminkabel(zwart)aansluit.
eerstdeminkabel(zwart)van
depluskabel(rood)vandeaccu
4
Achterkapbevestigen
Figuur6
1.Accubak
2.Accuhouder
3.Houderstang
10.Bevestigeerstdepluskabel(rood)aandepluspool
(+)vandeaccumeteenslotbouteneenmoer
(Figuur6)envervolgensdeminkabel(zwart)aan
deminpool(–)vandeaccueveneensmeteen
slotbouteneenmoer(Figuur6).Schuifhetrubberen
stofkapjeoverdepluspoolomeventuelekortsluiting
tevoorkomen.
Belangrijk:Zorgervoordaterruimteistussen
deaccukabelsenderijsnelheidshendel.
Controleerofdeafstandtussende
rijsnelheidshendelenbeidekabelsminimaal
2,5cmbedraagtalsudezedoorzijnhele
bereikbeweegt.Umagdeminkabelende
pluskabelnooitverbindenofmettapeaanelkaar
bevestigen.
4.Pluspool(+)
5.Minpool(–)
(uitsluitendCE)
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
2
Sluitvergrendeling
2Tapbout
2Inwendigegetandeborgring
Procedure
AlsudezemachinegaatgebruikeninEuropa,moetu
deachterkapalsvolgtbevestigenomtevoldoenaande
CE-voorschriften.
1.Bevestigeensluitvergrendelingoverdelinker-en
rechtermotorkapvergrendelingenmeteentapbout
(tweeintotaal)(
Figuur7).
13

Figuur7
1.Tapbout
2.Sluitvergrendeling
3.Interneborgring(aan
binnenzijdemotorkap)
4.Motorkap
2.Gebruikeentangofeenverstelbaresteeksleutel
endraaieeninterneborgringopelkebout(1-2
schroefdraden)omdebouttebevestigen(Figuur7).
5
Riemkapbevestigen
(uitsluitendCE)
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
Greep
1Popnagel
1
Bout(1/4x1inch)
1
Borgmoer(1/4inch)
Figuur8
1.Riemkap2.Handgreepvan
vergrendeling
2.Gebruikdeopeninginderiemkapenmonteerde
greepconstructiemeteenpopnagel(Figuur9).
Figuur9
1.Openinginriemkap
2.Greep
3.Popnagel
Procedure
AlsudezemachinegaatgebruikeninEuropa,moetu
deriemkapalsvolgtbevestigenomtevoldoenaande
CE-voorschriften.
1.Deriemkapisvoorzienvaneenopeningnaast
dehandgreepvandevergrendeling(
Figuur9).
Figuur8en
3.Draaideboutindehandgreepvandevergrendeling
opderiemkap(Figuur10).
14

Figuur10
1.Bout3.Moer
2.Handgreepvan
vergrendeling
Algemeenoverzicht
vandemachine
Figuur11
1.Werkrichting3.Linkerkant
2.Rechterkant
6
Tandhouders,beschermvingersentandenmonteren
Geenonderdelenvereist
Procedure
Eriseenbreedscalatandhouders,beschermvingers
entandenverkrijgbaarvoordebeluchter.Gebruikde
juisteinstellingenvoorhetbetreffendewerktuigzoals
beschrevenisinTandhouders,beschermvingersen
tandenmonterenindegebruiksaanwijzing.
Bedieningsorganen
Zorgdatuvertrouwdbentmetallebedieningsorganen
voordatudemotorstartendemachinegebruikt.
Figuur12
1.Tractiehendel
2.Parkeerrem
3.Schakelaarvoor
omhoogbrengenof
neerlaten/inschakelen
4.Oliedruklampje
Tractiehendel
Omvooruitterijden,zetudetractiehendelnaarvoren.
Omachteruitterijden,zetudetractiehendelnaar
achteren(Figuur12).
Hoeverderudetractiehendelbeweegt,destesneller
zaldemachinerijden.
Omtestoppen,laatudetractiehendellos.
15

Parkeerrem
Omdeparkeerreminwerkingtestellen,moetude
hendelinderichtingvandemotorbewegen.Omde
parkeerremvrijtezetten,beweegtudehendelnaar
voren(Figuur12).
Steldeparkeerremaltijdinwerkingwanneerude
machinestoptofdezeonbeheerdachterlaat.
Duwdetractiehendelnaarvorenennaarachterenom
deparkeerremvrijtezetten.
Oliedruklampje
Hetoliedruklampje(Figuur12)lichtopindiende
motoroliedrukgevaarlijklaagis.Alsdeoliedrukte
laagis,moetudemotorafzettenenvaststellenwatde
oorzaakis.Herstelhetdefectvoordatudemotorweer
start.
Schakelaarvooromhoogbrengenof
neerlaten/inschakelen
Omhoogbrengen–Drukopdebovenkantvan
deschakelaar(Figuur12)omdebeluchtingskop
omhoogtebrengen.Demotormoetlopenom
hefdrukteverkrijgen.RaadpleegRegelcircuitvan
systeemterugstellenalsdebeluchtingskoponderde
transporthoogtestaat.
Neerlaten/Inschakelen–Drukopdeonderkantvan
deschakelaar(
Figuur12)omdebeluchtingskopneerte
laten.Detractiehendelmoetindevooruitstandstaan
omdeschakelaarteactiveren.
VOORZICHTIG
Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
debeluchtingskop.Controleeroferzichgeen
obstakelsindeomgevingvandebeluchtingskop
bevindenvoordatudezeneerlaat.
Figuur13
1.Ontsteking5.Urenteller/toerenteller
2.Hendelvoor
insteekafstand
3.Gashendel
4.Choke
6.Schakelaarvoor
handbedieningvan
grondvolgsysteem
7.Reset-knopvansysteem
Hendelvoorinsteekafstand
Kiesmetdehendelvoordeinsteekafstand(Figuur13)
degewensteafstandofzetdezeopTvoortransport
vandemachine.
Gashendel
Metdegashendel(Figuur13)kuntudemotormet
verschillendetoerentallenlatenwerken.Beweegde
gashendelinderichtingvandestandSnelomhet
motortoerentalteverhogenennaarachtereninde
richtingvandestandLangzaamomhettoerentalte
verlagen.Metdegashendelregeltuhettoerentalvande
beluchtingkopenderijsnelheidvandemachine.
Omdebeluchtingskopneertelatenzonderdezete
starten,moetuhetcontactsleuteltjenaardestand
Lopendraaien(zonderdemotortelatenlopen),de
tractiehendelnaarvorenzettenenopdeonderkantvan
deschakelaardrukken.
Contactschakelaar
Decontactschakelaar(Figuur13),waarmeeudemotor
startenafzet,heeftdriestanden:Uit,LopenenStart.
DraaihetsleuteltjerechtsomnaardestandStartom
destartmotorinwerkingtestellen.Zodrademotor
aanslaat,laatuhetsleuteltjelosdatautomatischnaarde
standAanbeweegt.Omdemotoraftezetten,draaitu
hetsleuteltjelinksomnaardestandUit.
Urenteller/toerenteller
Alsdemotorisafgezet,verschijntopde
urenteller/toerenteller(Figuur13)hetaantalurendat
demachineinbedrijfisgeweest.Alsdemotorloopt,
toontdetellerhetmotortoerentalinomwentelingenper
minuut(tpm).
Nadeeerste50bedrijfsurenenvervolgensnaelke
100uur(bijv150,250,350,etc.)verschijntophetscherm
demededelingCHGOILomueraanteherinnerendat
deoliemoetwordenververst.Omde100bedrijfsuren
verschijntophetschermdemededelingSVComueraan
teherinnerendatuandereonderhoudswerkzaamheden
moetuitvoerenopbasisvaneenonderhoudsschema
16

van100,200of500bedrijfsuren.Dezemededelingen
verschijnendrieuurvoordeonderhoudsintervalop
hetschermenwordendaarnagedurendezesuurmet
regelmatigetussenpozenherhaald.
Choke
Omeenkoudemotortestarten,moetudechokeknop
(Figuur13)volledignaarvorenzetten.Nadatdemotor
isgestart,kuntumetbehulpvandechokedemotor
regelmatiglatenlopen.Zodraditmogelijkis,opentude
chokedoordechokeknopnaarachterentezetten.
Keuzeschakelaarvoorhandbediening
vangrondvolgsysteem
ZetdeschakelaaromlaagomdefunctieTrueCore
(Figuur13)uitteschakelen.Verwijderdebout
omtoegangtekrijgentotdeschakelaarvoorde
handbedieningvanhetgrondvolgsysteem.
Systeemopnieuwinstellen
DrukopdeReset-knopvanhetsysteem(Figuur13)om
debeluchtingskopomhoogtebrengenalshetsysteem
uitvalt(bijvoorbeeldomdatdebrandstoftankleegis).
Hendelvoorwerkdiepte
Zetdehendelopdegewenstewerkdiepte(Figuur14).
1.Hendelvoorwerkdiepte
2.Stickervoordewerkdiepte
Figuur14
17