
FormNo.3375-832RevC
Reelmaster
Modelnr.:03910—Serienr.:313000001enhoger
®
3550tractie-eenheid
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3375-832*C

DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnen,zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Deuitlaatgassenvandedieselmotorvan
ditproductbevattenbestanddelenwaarvan
bekendisdatzekanker,geboorteafwijkingen
ofandereschadeaandevoortplantingsorganen
kunnenveroorzaken.
Belangrijk:Demotorvanditproductisnietuitgerust
meteenvonkenvanger.Alsdemachinewordtgebruikt
ineenbosgebiedofopeenmetdichtstruikgewas
ofgrasbegroeidterrein,handeltdebestuurderin
strijdmetdebepalingenvandeWetopdeOpenbare
Hulpbronnen(PublicResourcesCode),Afdeling4442,
vandeStaatCalifornië.Inanderelandenofstaten
kunnensoortgelijkewettenvankrachtzijn.
Inleiding
Figuur1
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Modelnr.:
Serienr.:
Dezehandleidingnoemteenaantalmogelijkegevarenen
bevateenaantalveiligheidsberichten(Figuur2)metde
volgendeveiligheidssymbolen,dieduidenopeengevaarlijke
situatiediezwaarlichamelijkletselofdedoodtotgevolg
kanhebbenwanneerdeveiligheidsvoorschriftennietinacht
wordengenomen.
Dezemachineiseenzitmaaiermetmessenkooibedoeld
voorgebruikdoorprofessionelebestuurdersincommerciële
toepassingen.Demachineisvoornamelijkontworpenvoor
hetmaaienvangrasvangoedonderhoudengazonsinparken,
golfbanenensportvelden.Demachineisnietontworpen
voorhetmaaienvanborsteliggrasenanderebegroeiinglangs
desnelwegofvoorgebruikindelandbouw .
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweethoeude
machineopdejuistewijzemoetgebruikenenonderhouden
enomschadeaandemachineenletseltevoorkomen.Ubent
verantwoordelijkvoorhetjuisteenveiligegebruikvande
machine.
UkuntrechtstreekscontactopnemenmetToroop
www.Toro.comvoorinformatieoverproductenen
accessoires,omeendealertevindenofomuwproductte
registreren.
Alsuservice,origineleToro-onderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmeteen
erkendeservicedealerofmetdeklantenservicevanToro.U
dienthierbijaltijdhetmodelnummerenhetserienummer
vanhetproducttevermelden.Delocatievanhetplaatjemet
hetmodelnummerenhetserienummervanhetproductis
aangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninde
ruimtehieronder.
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingnog2woordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnischeinformatie
enOpmerkingduidtalgemeneinformatieaandiebijzondere
aandachtverdient.
©2013—TheT oro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS.

Inhoud
Inleiding.......................................................................2
Veiligheid......................................................................4
Veiligebediening.....................................................4
VeiligheidToro-maaiers............................................6
Geluidsniveau.........................................................7
Geluidsdruk...........................................................7
Trillingsniveau........................................................7
Veiligheids-eninstructiestickers................................8
Montage......................................................................13
1Maaidekkenmonteren..........................................14
2Afstellingvandegazoncompensatieveer..................16
3EU-stickersaanbrengen........................................16
4Demotorkapvergrendelingmonteren(uitsluitend
CE)...................................................................16
5Dekick-standaardvanhetmaaidek
gebruiken..........................................................18
Algemeenoverzichtvandemachine................................19
Bedieningsorganen................................................19
Specicaties..........................................................21
Werktuigen/accessoires...........................................21
Gebruiksaanwijzing.......................................................22
Hetmotoroliepeilcontroleren..................................22
Brandstoftankvullen...............................................22
Hetkoelsysteemcontroleren....................................23
Hydraulischevloeistofcontroleren............................24
Contacttussensnijplaatenmessenkooi
controleren........................................................24
Bandenspanningcontroleren...................................25
Dewielmoerenaandraaien.......................................25
Bestuurdersstoelinstellen........................................25
Startenenstoppenvandemotor...............................26
Toerentalvandemessenkooieninstellen....................27
Tegendrukvanhefarmenafstellen............................27
Hetbrandstofsysteemontluchten.............................28
Werkingvanhetdiagnoselampje...............................29
DisplayvanDiagnostischeACE...............................29
Deinterlockschakelaarscontroleren..........................29
Detractie-eenheidslepen........................................31
Tipsvoorbedieningengebruik................................31
Onderhoud..................................................................32
Aanbevolenonderhoudsschema..................................32
Controlelijstvoordagelijksonderhoud......................33
Onderhoudsschema................................................34
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud......................34
Motorkapverwijderen.............................................34
Accudekselverwijderen...........................................34
Smering...................................................................35
Lagersenlagerbussensmeren..................................35
Onderhoudmotor.....................................................37
Onderhoudvanhetluchtlter..................................37
Motorolieverversenenltervervangen.....................37
Onderhoudbrandstofsysteem.....................................38
Onderhoudvandebrandstoftank.............................38
Brandstoeidingenen-verbindingen
controleren........................................................38
Waterafscheideraftappen........................................38
Brandstoflterbusvervangen...................................39
Injectorsontluchten................................................39
Onderhoudelektrischsysteem....................................39
Onderhoudvandeaccu...........................................39
Zekeringen............................................................40
Onderhoudaandrijfsysteem........................................40
Detractie-aandrijvingafstellenvoorde
neutraalstand......................................................40
Onderhoudkoelsysteem.............................................41
Hetkoelsysteemvandemotorreinigen......................41
Onderhoudenremmen..............................................42
Parkeerremafstellen...............................................42
Onderhoudriemen....................................................42
Onderhoudvanderiemenvandemotor....................42
Onderhoudbedieningsysteem.....................................43
Degashendelafstellen.............................................43
Onderhoudhydraulischsysteem..................................44
Hydraulischltervervangen....................................44
Hydraulischevloeistofverversen..............................44
Hydraulischeslangenenleidingencontroleren............45
Onderhoudvanmaaidek.............................................45
Deoptionelemeetstaafgebruiken.............................45
Maaidekkenwetten.................................................45
Stalling........................................................................47
Opslagvandeaccu.................................................47
Voorbereidingenvoorwinteropslag..........................47
Schema's......................................................................48
3

Veiligheid
DezemachinevoldoetminstensaanCEN-norm
EN836:1997(alsdecorrectestickerszijnaangebracht)
endeB71.4-2004specicatiesvanhetAmericanNational
StandardsInstitute(ANSI),dievankrachtzijnophet
momentvanproductie.
Onjuistgebruikofonderhouddoordegebruikerof
eigenaarkanletselveroorzaken.Omhetrisicovan
letseltevermijden,dientuzichaandevolgende
veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet
veiligheidssymboolteletten,datbetekentV oorzichtig,
WaarschuwingofGevaar–“instructievoorpersoonlijke
veiligheid”.Niet-nalevingvandeinstructiekanleiden
totlichamelijkofdodelijkletsel.
Veiligebediening
DevolgendeinstructieszijnontleendaanCEN-norm
EN836:1997,ISO-norm5395:1990enANSIB71.4-2004.
Training
•LeesdeGebruikershandleidingenhetoverige
instructiemateriaalzorgvuldig.Zorgervoordatu
vertrouwdraaktmetdebedieningsorganenende
veiligheidssymbolenenweethoeudemachinemoet
gebruiken.
•Alsdebestuurderofdemonteurdetaalwaarinde
handleidingisgeschreven,nietmachtigis,moetde
eigenaarervoorzorgendatzijdeinhoudvanhetmateriaal
begrijpen.
•Laatkinderenofpersonendiedeinstructies
nietkennen,nooitdemaaimachinegebruiken
ofonderhoudswerkzaamhedendaaraan
verrichten.Plaatselijkevoorschriftenkunneneen
minimumleeftijdsgrensvoordebedieningvandemachine
stellen.
•Houdiedereenweguithetgebiedwaarinudemachine
gebruikt,metnamekinderenenhuisdieren.
•Onthouddatdebestuurderverantwoordelijkisvoor
ongevallenofschadeaananderepersonenofhun
eigendommen.
•Hetisniettoegestaanpassagierstevervoeren.
•Elkebestuurderenmonteurmoetervoorzorgendathij
ofzijprofessioneleenpraktischeinstructiekrijgt.De
eigenaarisverantwoordelijkvoordeinstructievande
gebruikers.Bijeendergelijkeinstructiemoetdenadruk
liggenophetvolgende:
–Zorgvuldigheidenconcentratiebijhetwerkenmet
zitmaaiers
–alsdemachineopeenhellingbegintteglijden,
kandatnietmetderemwordengecorrigeerd.De
belangrijksteoorzakenvoorhetverliezenvande
controlezijn:
◊Onvoldoendegripvandewielen
◊Tesnelrijden
◊Onjuistgebruikvanderem
◊Hettypemachineisnietgeschiktvoorhet
speciekewerk
◊Zichonvoldoendebewustzijnvandespecieke
omstandighedenvanhetterrein,metnameop
hellingen
◊Onjuistebevestigingenverdelingvanlasten
Vóóringebruikname
•Draagtijdenshetmaaienaltijdstevigeschoenen,
eenlangebroek,eenhelm,eenveiligheidsbrilen
gehoorbescherming.Langhaar,lossekledingofsieraden
kunnenwordengegrependoorbewegendeonderdelen.
Loopnietopblotevoetenendraagookgeenschoenen
metopentenenalsudemachinegebruikt.
•Inspecteerhetterreinwaaropudemaaimachinegaat
gebruikengrondigenverwijdereventuelevoorwerpendie
doordemachinekunnenwordenuitgeworpen.
•Waarschuwing–Brandstofiszeerontvlambaar.Neem
devolgendevoorzorgsmaatregelen:
–Bewaarbrandstofuitsluitendintanksofblikkendie
daarspeciaalvoorbedoeldzijn.
–Vuldebrandstoftanknooitbinnenshuis;tijdenshet
bijvullennietroken.
–Vulbrandstofbijvoordatudemotorstart.Nooitde
dopvandebrandstoftankverwijderenofbrandstof
bijvullenalsdemotorlooptofheetis.
–Probeerdemotorniettestartenalserbrandstofis
gemorst.Verwijderdemachinedanuitdebuurtvan
deplekwaarisgemorst,envoorkomelkevormvan
openvuurofvonkentotdatdebrandstofdampen
volledigzijnverdwenen.
–Doesteedsdedopweerzorgvuldigopbrandstoftanks
en-containers.
•Vervangdefectegeluiddempers/knalpotten.
•Inspecteerhetterreinomvasttestellenwelkeaccessoires
enwerktuigennodigzijnomgoedenveiligtewerken.
Gebruikalleendoordefabrikantgoedgekeurde
accessoiresenwerktuigen.
•Controleerofdedodemansknop,deveiligheidsschakelaars
endeveiligheidsschermenzijnbevestigdennaarbehoren
werken.Gebruikdemachineuitsluitendalsdezenaar
behorenwerkt.
Gebruiksaanwijzing
•Laatdemotornooitineenafgeslotenruimtelopen,
omdatzichdaargiftigekoolmonoxidedampenkunnen
verzamelen.
4

•Maaiuitsluitendbijdaglichtofgoedkunstlicht.
•Allewerktuigkoppelingenuitschakelen,versnellinginde
neutraalstandzettenendeparkeerreminwerkingstellen
voordatudemotorstart.Demotormaguitsluitend
wordengestartalsdebestuurderopdestoelzit.Verwijder
nooitderolbeugelendraagaltijddeveiligheidsgordel
tijdenshetgebruik.
•Houdhandenenvoetenuitdebuurtvandraaiende
onderdelen.Blijfaltijduitdebuurtvandeafvoeropening.
•Denkeraandatelkehellinggevaarlijkis.Hetrijden
opmetgrasbegroeidehellingenvereistbijzondere
zorgvuldigheid.Houduaanhetvolgendeomte
voorkomendatdemachinekantelt:
–Nietplotselingstoppenofgaanrijdenbijhetop-en
afrijdenvanhellingen.
–Houddesnelheidlaagophellingeneninscherpe
bochten.
–Letopbultenenkuilenenandereverborgengevaren.
–Maainooitdwarsovereenhelling,tenzijde
maaimachinespeciaaldaarvoorisbedoeld.
•Letopkuileninhetterreinenandereverborgengevaren.
•Letophetverkeeralsuindebuurtvaneenwegwerktof
dezeoversteekt.
•Zetdemaaimessenstilvoordatuandereoppervlakken
dangrasveldenoversteekt.
•Bijgebruikvanwerktuigennooitdeafvoeropeningnaar
omstanderstoerichtenofpersonenindebuurtvande
werkendemachinelatenkomen.
•Gebruikdemachinenooitalsschermen,afdekplaten
ofanderebeveiligingsmiddelenzijnbeschadigdof
ontbreken.Zorgervoordatalleinterlockschakelaars
zijnaangebracht,correctzijnafgesteldennaarbehoren
werken.
•Veranderdeinstellingenvandemotornietenvoorkom
overbelastingvandemotor.Demotormettehoog
toerentallatendraaienkandekansoplichamelijkletsel
vergroten.
•Doehetvolgendevoordatudebestuurderspositieverlaat:
–Stopdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
–Schakeldeaftakasuitenlaatdewerktuigenzakken.
–Zetdeversnellingindeneutraalstandenstelde
parkeerreminwerking.
–Zetdemotorafenhaalhetsleuteltjeuithetcontact.
•Schakeldeaandrijvingnaardewerktuigenuit,zetde
motorafenhaalhetsleuteltjeuithetcontact:
–Voordatudemaaihoogteinstelt,tenzijdievanafde
bestuurderspositiekanwordeningesteld.
–Voordatuverstoppingenverwijdert
–Voordatudemaaimachinegaatcontroleren,
schoonmakenofwerkzaamhedendaaraangaat
verrichten
–Alsueenvreemdvoorwerpheeftgeraaktof
demachineabnormaalbeginttetrillen(direct
controleren).Controleerdemaaidekkenop
beschadigingenenvoerallebenodigdereparatiesuit
voordatudezeweergebruikt.
•Schakeldeaandrijvingnaardewerktuigenuitbijtransport
ofalsdemachinenietingebruikis.
•Zetdemotorafenschakeldeaandrijvingnaarde
werktuigenuitvoordatuhetvolgendedoet:
–Brandstofbijvullen
–Voordatudemaaihoogteinstelt,tenzijdievanafde
bestuurderspositiekanwordeningesteld
•Zetdegashendelterugvoordatudemotorafzet.Alsde
machinemeteenbrandstofafsluitklepisuitgerust,draai
dezedandichtalshetmaaiwerkvoltooidis.
•Umagdemaaidekkennooitomhoogbrengenalsde
messenkooiendraaien.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvande
maaidekken.
•Kijkachteromenomlaagvoordatuachteruitrijdtomer
zekervantezijndatdewegvrijis.
•Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtigalsueen
bochtmaaktofwegenenvoetpadenoversteekt.
•Gebruikdemaaimachinenietalsuonderdeinvloedvan
alcoholofdrugsbent.
•Bliksemkanernstigofdodelijkletselveroorzaken.Alsu
bliksemzietofdonderhoortinhetgebied,gebruikde
machinedanniet;gaschuilen.
•Weesvoorzichtigalsudemachineinlaadtopeen
aanhangerofeenvrachtwagenofuitlaadt.
•Debestuurdermoetdeeventueelbijgeleverde
waarschuwingslichtenlatenknipperenalshijopde
openbarewegrijdt,tenzijditwettelijkisverboden.
Onderhoudenopslag
•Draaiallemoeren,boutenenschroevenregelmatigstrak
aan,zodatdemachinesteedsveiligingebruikis.
•Alserzichbrandstofindetankbevindt,magude
machinenietopslaanineenafgeslotenruimtewaar
brandstofdampenincontactmetopenvuurofvonken
kunnenkomen.
•Laatdemotorafkoelenvoordatudemaaimachineineen
afgeslotenruimtestalt.
•Houddemotor,geluiddemper/knalpot,accubehuizing,
brandstofopslagplaats,maaidekkenenaandrijvingenvrij
vanovertolligvet,grasenbladerenombrandgevaarte
verminderen.Neemgemorsteolieofbrandstofmeteen
op.
•Vervangversletenofbeschadigdeonderdelenmethetoog
opeenveiliggebruik.
•Alshetnodigisdebrandstoftankaftetappen,doedit
danbuiten.
•Alsudemachineparkeert,staltofonbewaaktachterlaat,
moetudemaaidekkenneerlaten,tenzijueenbetrouwbare
mechanischevergrendelinggebruikt.
5

•Schakeldeaandrijvingenuit,brengdemaaidekken
omlaag,steldeparkeerreminwerking,zetdemotor
afenverwijderhetcontactsleuteltje.Wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenvoordatude
machineafstelt,reinigtofrepareert.
•Zorgervoordatdebrandstofafsluitklepisgeslotenalsu
demachinestaltoftransporteert.Umagbrandstofniet
opslaanindenabijheidvaneenopenvuur.
•Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.Laat
personeeldatnietbekendismetdeinstructies,nooit
onderhoudswerkzaamhedenaandemachineuitvoeren.
•Plaatsonderdelenopkriksteunenindienditnodigis.
•Haalvoorzichtigdedrukvanonderdelenmetopgeslagen
energie.
•Maakdeaccukabelslosvoordatureparatiewerkzaamhe-
dengaatverrichten.Maakeerstdeminpoolvandeaccu
losendaarnadepluspool.Sluiteerstdepluspoolvande
accuaanendaarnademinpool.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvanbewegende
onderdelen.Stelindienmogelijkdemachinenietafterwijl
demotorloopt.
•Laaddeaccuopineenopen,goedgeventileerderuimte;
doeditnietindebuurtvanvonkenenopenvuur.Haal
deopladeruithetstopcontactvoordatudezeaansluitop
oflosmaaktvandeaccu.Draagbeschermendekledingen
gebruikgeïsoleerdgereedschap.
VeiligheidToro-maaiers
Devolgendelijstbevatveiligheidsinstructiesdie
speciekzijntoegesnedenopToro-producten,ofandere
veiligheidsinstructiesdienietzijnopgenomenindeCEN-,
ISO-ofANSI-normen
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijdenenvoorwerpen
uitwerpen.Volgaltijdalleveiligheidsinstructiesopomernstig
ofmogelijkdodelijkletseltevoorkomen.
Gebruikvanditproductvooranderedoeleindendanhet
bedoeldegebruikkangevaarlijkzijnvoordebestuurderof
omstanders.
WAARSCHUWING
Deuitlaatgassenvandemotorbevatten
koolmonoxide,eenreukloos,dodelijkgif.Laatde
motornietbinnenshuisofineenafgeslotenruimte
lopen.
Vóóringebruikname
Zorgvoorspecialeproceduresenbedrijfsregelsvoor
ongewonewerksomstandigheden(bijvoorbeeldhellingen
dietesteilzijnvoordemachine).Inspecteerhetgehele
maaigebiedomvasttestellenopwelkehellingenveilig
kanwordengewerkt.Hierbijmoetualtijduwgezond
verstandgebruikenenrekeninghoudenmetdeconditie
vanhetgazonenhetrisicodatdemachineomkantelt.
Omvasttestellenopwelkeheuvelsofhellingenveiligkan
wordengewerkt,moetudehellingentabelindehandleiding
raadplegen.Hetmaaigebiedmoetwordengeïnspecteerd
volgensdeprocedureinhethoofdstukGebruiksaanwijzing
vandezehandleiding.Demaximalehellingshoekis
aangegevenopdestickeropdemachine.
Instructie
Debestuurdermoetbedrevenengetraindzijninhetrijden
ophellingen.Onvoorzichtigrijdenopheuvelsofhellingen
kantotgevolghebbendatdemachinekanteltofomrolt.Dit
kanlichamelijkofdodelijkletselveroorzaken.
Gebruiksaanwijzing
•Zorgervoordatuweethoeudemachineendemotor
snelkuntstoppen.
•Draaggeentennisschoenenofgymschoenenalsude
machinegebruikt.
•Hetverdientaanbevelingveiligheidsschoeneneneen
langebroektedragen.Ditisverplichtopgrond
vandiverseplaatselijkeveiligheidsvoorschriftenen
verzekeringsbepalingen.
•Houdhanden,voetenenkledingstukkenuitdebuurt
vanbewegendeonderdelenendeafvoeropeningvande
maaimachine.
•Vuldebenzinetanktot13mmvanafdeonderkantvande
vulbuis.Niettevolvullen.
•Controleerelkedagofdeinterlockschakelaarsgoed
functioneren.Alseenschakelaardefectis,moetudeze
vervangenvoordatudemachinegebruikt.
•Alsudemotorstart,moetudeparkeerreminwerking
stellen,hettractiepedaalindeneutraalstandzettenende
aandrijvingvandemessenuitschakelen.Zodrademotor
start,zetudeparkeerremvrijenhaaltuuwvoetvanhet
tractiepedaal.Demachinemagnietbewegen.Alsditwel
hetgevalis,raadpleegdanhethoofdstukOnderhoudvan
dezehandleidingomdetractieaandrijvingaftestellen.
•Rijzeervoorzichtigalsuwerktopsteilehellingenof
indebuurtvanzandkuilen,greppels,slotenofandere
gevaarlijkepunten.
•Verminderdesnelheidalsueenscherpebochtmaakt.
•Draainietopeenhelling.
•Werknooitopeentesteilehelling.Demachinekan
omrollenvoordatdewielengripverliezen.
•Dehellinghoekwaarbijdemachinezalomkantelen,
isafhankelijkvaneengrootaantalfactoren.Ditzijn
ondermeer:demaaiomstandigheden,zoalseenvochtig
ofoplopendenaopendterrein,desnelheid(vooralin
bochten),dehoogte-instellingvandemaaidekken,de
bandenspanningendeervaringvandebestuurder.Bij
eenhellinghoekvan20gradenofminderiserweinig
risicodatdemachineomrolt.Alsdehellinghoekoploopt
tot25graden(deaanbevolenmaximalehoek),neemthet
6

risicovanomrolleninzekerematetoe.Werknietop
eenhellingvanmeerdan25graden,omdathetrisico
datdemachineomroltendebestuurderernstig
lichamelijkofdodelijkletseloploopt,zeerhoogis.
•Ombeterinbalanstekunnenblijventijdenshet
sturen,moetendemaaidekkenwordenneergelatenalsu
hellingafwaartsrijdt.
•Vermijdplotselingstoppenenstarten.
•Traphetachteruit-pedaalinomteremmen.
•Letophetverkeeralsuindebuurtvaneenwegwerktof
dezeoversteekt.Verleenaltijdvoorrang.
•Demaaidekkenmoetenomhoogwordengebrachtalsu
vanhetenewerkgebiednaarhetandererijdt.
•Raakdemotor,degeluiddemper,deuitlaatpijpofde
hydraulischetanknietaanalsdemotorlooptofdirect
nadatudezeheeftafgezet.Dezekunnenheetzijnen
brandwondenveroorzaken.
•Dezemachineisnietontworpenofbestemdvoor
gebruikopdeopenbarewegeniseenlangzaam
rijdendvoertuig.Indienueenopenbarewegoversteekt
ofhieropmoetrijden,dientuzichtehoudenaan
deplaatselijkevoorschriften,zoalsvoorgeschreven
verlichting,aanduidingvoorlangzaamrijdendevoertuigen
enreectoren.
handen,voetenenanderelichaamsdelenuitdebuurtvan
demaaidekken,werktuigenenbewegendedelenhouden.
Houdiedereenopafstand.
•Voorkomdatdemotorhetmaximaaltoelaatbare
toerentaloverschrijdt,doordatdeinstellingenvande
motorzijnveranderd.Tenbehoevevandeveiligheid
eneennauwkeurigeafstellingmoetuhetmaximale
motortoerentaldooreenerkendeToro-dealerlaten
controlerenmeteentoerenteller.
•Umoetdemotorafzettenvoordatuhetoliepeil
controleertofhetcarterbijvultmetolie.
•Indienbelangrijkereparatiesnodigzijnofhulpisvereist,
moetucontactopnemenmeteenerkendeToro-dealer.
•Omdebesteprestatiesteverkrijgenenerzekervantezijn
datdemachinealtijdveiligkanwordengebruikt,moet
utervervanginguitsluitendorigineleToroonderdelen
enaccessoiresgebruiken.Gebruiktervervangingnooit
onderdelenenaccessoiresvananderefabrikanten,omdat
ditgevaarlijkkanzijn.Ditkanertoeleidendatdegarantie
ophetproductkomttevervallen.
Geluidsniveau
Dezemachineheefteengeluidsniveauvan101dBAmeteen
onzekerheidswaarde(K)van1dBA.
Onderhoudenopslag
•Voordatuonderhoudswerkzaamhedenaandemachine
verrichtofdezeafstelt,moetudemotorafzettenenhet
sleuteltjeuithetcontactverwijderen.
•Zorgervoordatdegehelemachinegoedisonderhouden
enineengoedebedrijfsconditieverkeert.Controleer
regelmatigallemoeren,bouten,schroevenenhydraulische
aansluitingen.
•Zorgervoordatalleaansluitstukkenvandehydraulische
leidingenvastzittenenallehydraulischeslangenen
leidingeningoedestaatverkerenvoordatudrukzetop
hethydraulischesysteem.
•Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleinelekgaten
ofspuitmondenwaaruitonderhogedrukhydraulische
vloeistofontsnapt.Ukuntlekkeninhethydraulische
systeemopsporenmetbehulpvankartonofpapier.Doe
ditnietmetuwhanden.Hydraulischevloeistofdieonder
drukontsnapt,kanvoldoendekrachthebbenomdoorde
huidheentedringenenletselteveroorzaken.Vloeistof
dieindehuidisgeïnjecteerd,dientbinnenenkeleuren
operatieftewordenverwijderddooreenartsdiebekend
ismetdezevormvanverwondingen,omdatanders
gangreenkanontstaan.
•Voordatuhethydraulischesysteemloskoppeltof
werkzaamhedendaaraanverricht,moetualledrukinhet
systeemopheffen.Ditdoetudoordemotoraftezetten
endemaaidekkenneertelatenopdegrond.
•Alsdemotormoetlopenomonderhouds-of
afstelwerkzaamhedenuittevoeren,moetuuwkleding,
Hetgeluidsniveauwerdbepaaldvolgensdeproceduresin
ISO11094.
Geluidsdruk
Dezemachineoefenteengeluidsdrukvan85dBAuitophet
gehoorvandebestuurder(meteenonzekerheidswaarde(K)
van1dBA).
Degeluidsdrukwerdbepaaldvolgensdeproceduresin
EN836.
Trillingsniveau
Hand-arm
Gemetentrillingsniveauvoorderechterhand=0,28m/s
Gemetentrillingsniveauvoordelinkerhand=0,26m/s
Onzekerheidswaarde(K)=0,14m/s
Degemetenwaardenzijnbepaaldvolgensdeproceduresin
EN836.
Gehelelichaam
Gemetentrillingsniveau=0,2m/s
Onzekerheidswaarde(K)=0,1m/s
Degemetenwaardenzijnbepaaldvolgensdeproceduresin
EN836.
2
2
2
2
2
7

Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderenbevindenzich
bijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenenstickers.
93–6688
117-3270
1.Waarschuwing–Raakhetheteoppervlaknietaan.
2.Gevaaropsnijwondenofverliesvandehand;ledematen
kunnengegrepenworden,riem–Blijfuitdebuurtvan
bewegendedelen,houdallebeschermendedelenophun
plaats.
110-9642
1.Opgeslagenenergie–LeesdeGebruikershandleiding.
2.Beweegdeborgpennaardeopeningdiehetdichtstbijde
stangbeugelis,enverwijderdaarnadehefarmenhetjuk
vanhetdraaipunt.
1.Waarschuwing-Leesde
Gebruikershandleiding
voordatuservice-ofonderhoudswerkzaamheden
uitvoert.
1.Motorkoelvloeistofonder
druk.
2.Explosiegevaar–Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Handenenvoetenkunnen
wordengesneden-Zetde
motorafenwachttotdat
allebewegendedelentot
stilstandzijngekomen.
106-6755
3.Waarschuwing–Raakhet
heteoppervlaknietaan.
4.Waarschuwing–Leesde
Gebruikershandleiding.
120-0627
1.Gevaaropsnijwondenofverminking,rotorblad-hou
afstandtotbewegendedelen,laatallebeveiligingenophun
plaats.
93-7276
1.Risicovanexplosie–Draagoogbescherming.
2.Risicovanbijtendevloeistof/chemischebrandwonden–
Afspoelenmetwatereneerstehulpverlenen.
3.Brandgevaar–Geenvonkenofvuurennietroken
4.Giftig–Houdkinderenopveiligeafstandvandeaccu.
8

1.Transportsnelheid2.Maaisnelheid
99–3444
120–2102
1.LeesdeGebruikershandleiding
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding,gebruik
dezemachineuitsluitendalsuhieringetraindbent.
2.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleidingvoordatude
machinegaatslepen.
3.Machinekankantelen–Verminderuwvaartvoordatueen
bochtingaat,maakgeenbochtbijhogesnelheid,laathet
maaidekneeralsueenhellingafrijdt,gebruikeenrolbeugel
endoedeveiligheidsgordelom.
120–1683
4.Waarschuwing–Parkeernooitopeenhelling;stelde
parkeerreminwerking,laatdemaaidekkenneer,zetdemotor
afenverwijderhetsleuteltjeuithetcontactvoordatude
machineverlaat.
5.Demachinekanvoorwerpenuitwerpen–Houdomstanders
opeenveiligeafstandvandemachine.
6.Ledematenkunnenwordengegrepen–Blijfuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenenhoudallebeschermendedelen
ophunplaats.
9

120–1686
(Aanbrengenoponderdeelnr.120-1683volgensEuropesestandaard*)
*DezeveiligheidsstickerwaarschuwtvoorgebruikophellingenenmoetwordenaangebrachtopdemachinevolgensdeEuropeseveiligheidsnormvoor
gazonmaaiersEN836:1997.Deaangegevenmaximalehellinghoekenwaarbijdezemachineveiligkanwordengebruikt,zijngebaseerdopdezenorm.
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding,gebruik
dezemachineuitsluitendalsuhieringetraindbent.
2.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleidingvoordatude
machinegaatslepen.
3.Kantelgevaar–matiguwsnelheidinbochten;rijgeen
hellingenopofafdiesteilerzijndan16graden;rijnietdwars
ophellingensteilerdan22graden.
4.Waarschuwing–Parkeernooitopeenhelling;stelde
parkeerreminwerking,laatdemaaidekkenneer,zetdemotor
afenverwijderhetsleuteltjeuithetcontactvoordatude
machineverlaat.
5.Demachinekanvoorwerpenuitwerpen–Houdomstanders
opeenveiligeafstandvandemachine.
6.Ledematenkunnenwordengegrepen–Blijfuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenenhoudallebeschermendedelen
ophunplaats.
121–7884
1.Afstellingvanmessenkooimet8messen3.LeesdeGebruikershandleidingvoorinformatieoverde
2.Afstellingvanmessenkooimet1 1messen
afstellingvandemessenkooi.
10

120–2105
1.Messenkooienneerlaten
2.Messenkooienomhoogbrengen
3.Deknopuittrekkenomde
messenkooieninteschakelen
4.Drukdeknopinomdemessenkooien
uitteschakelen
5.LeesdeGebruikershandleidingvoor
informatieoverhetstartenvande
motor—1)Gaopdebestuurdersstoel
zitten;2)Draaihetcontactsleuteltje
opdestandvoorverwarmen;3)Wacht
tothetlampjevandeelektrische
voorverwarmingdooft;4)Draaihet
sleuteltjenaardestartstand;5)Zetde
parkeerremvrij.
6.LeesdeGebruikershandleidingvoor
informatieoverhetstoppenvande
motor—1)Schakeldemessenkooien
uit;2)Draaihetsleuteltjenaarde
stopstand;3)Neemhetsleuteltjeuit
hetcontact;4)Schakeldeparkeerrem
in.
7.Motor–Afzetten11.Snel
8.Motor–Voorgloeien12.Langzaam
9.Motor–Starten
10.Verlichting
11

Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu
1.Explosiegevaar6.Houdomstandersop
2.Nietroken.Geenopen
vuurofvonken.
3.Risicovanbijtende
vloeistof/chemische
brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde
Gebruikershandleiding.
veiligeafstandvande
accu.
7.Draagoogbescherming;
explosievegassenkunnen
blindheidenanderletsel
veroorzaken
8.Accuzuurkanblindheid
ofernstigebrandwonden
veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater
spoelenensnelarts
raadplegen.
10.Bevatlood;niet
weggooien.
12

Montage
Losseonderdelen
Gebruikonderstaandelijstomtecontrolerenofalleonderdelenzijngeleverd.
Procedure
1
2
3
4
5
Geenonderdelenvereist
Geenonderdelenvereist
Waarschuwingssticker(120–1686)
Vergrendelbeugel1
Popnagel2
Ring1
Schroef,1/4x2inch
Borgmoer,1/4inch
Kick-standaardvanmaaidek1
Instructiemateriaalenaanvullendeonderdelen
Omschrijving
Contactsleuteltjes
Gebruikershandleiding
Gebruikershandleidingvanmotor
Onderdelencatalogus
Omschrijving
Hoeveel-
heid
2
1
1
1
Hoeveel-
heid
–
–
1EU-stickersaanbrengenindienvereist.
1
1
Startdemotor.
Lezenvoordatdemachineingebruikwordtgenomen.
Gebruikenomonderdelenoptezoekenentebestellen.
Maaidekkenmonteren.
Afstellingvandegazoncompensatieveer
Demotorkapvergrendelingmonteren
(CE)
Dekick-standaardvanhetmaaidek
gebruiken
Gebruik
Gebruik
Instructiemateriaalvoorgebruiker1Lezenvoordatdemachineingebruikwordtgenomen.
Maaitestpapier1
Opvulstuk
Opmerking:Bepaalvanuitdenormalebedieningspositiede
linker–enrechterzijdevandemachine.
1
Omdeafstandvandesnijplaattotdemessenkooiafte
stellen
Omdeafstandvandesnijplaattotdemessenkooiafte
stellen
13

1
Maaidekkenmonteren
Geenonderdelenvereist
Procedure
1.Haaldemotorenvandemessenkooienuitde
transportbeugels.
2.Verwijderdetransportbeugelsengooidezeweg.
3.Haaldemaaidekkenuitdedozen.Umoetde
maaidekkenmonterenenafstellenvolgensde
instructiesindeGebruikershandleiding.
4.Zorgervoordathetcontragewicht(
gemonteerdaanhetjuisteuiteindevanhetmaaidek
volgensdeinstructiesindeGebruikershandleidingvan
hetmaaidek.
Figuur3)wordt
Figuur4
1.Gazoncompensatieveer
2.Stangbeugel
B.Verwijderdeensmoerwaarmeedeboutvande
veerbuisisbevestigdaandelipophetdraagframe
(Figuur4).Verwijderhetgeheel.
C.Monteerdeboutvandeveerbuisaandeandere
lipophetdraagframeenzetdezevastmet
deensmoer.Dekopvandeboutmoetzich
bevindenaandebuitenkantvandelipzoalswordt
getoondinFiguur4.
1.Anderelipopdraagframe2.Stangbeugel
3.Veerbuis
Figuur5
Figuur3
1.Contragewicht
5.Allemaaidekkenwordengeleverdmetde
gazoncompensatieveergemonteerdopderechterkant
vanhetmaaidek.Degazoncompensatieveermoet
wordengemonteerdaandezelfdekantvanhetmaaidek
alsdeaandrijfmotorvandemessenkooi.Usteltde
standvandegazoncompensatieveeralsvolgtaf:
A.Draaide2slotboutenendemoerenloswaarmee
destangbeugelisbevestigdaandelippenophet
maaidek(
Figuur4).
D.Monteerdestangbeugelaandelippenophet
maaidekmetdeslotboutenendemoeren(Figuur
5).
Opmerking:Alsudemaaidekkenmonteertof
verwijdert,moetudeR-penindeopeningvoorde
veerstangnaastdestangbeugelplaatsen.Anders
moetdeR-penwordengeplaatstindeopeninginhet
uiteindevandestang.
6.Laatallehefarmenhelemaalneer.
7.Verwijderdeborgpenenhetkapjevanhetjukvanhet
draaipuntvandehefarm(Figuur6).
14

Figuur6
1.Borgpen2.Kapje
8.Alsueenvoormaaidekmonteert,moetuhetmaaidek
onderdehefarmschuiven,terwijludeasvanhet
draagframeinhetjukvanhetdraaipuntvandehefarm
steekt(Figuur7).
Figuur8
1.Lynch-penvanasvandraaipuntvanhefarmenring
B.Plaatshetjukvandehefarmopdeasvanhet
draagframe(Figuur7).
C.Steekdeasvandehefarmindehefarmenzet
dezevastmetderingendelynch-pen(Figuur8).
10.Plaatshetkapjeopdeasvanhetdraagframeenhet
jukvandehefarm.
11.Zethetkapjeendeasvanhetdraagframevastaan
hetjukvandehefarmmetdeborgpen.Gebruikde
sleufalseensturendmaaidekisgewenstofdeopening
alshetmaaidekmoetwordenvastgezetinzijnstand
(Figuur6).
12.Bevestigdekettingvandehefarmaandekettingbeugel
metdeborgpen(Figuur9).Gebruikhetaantal
kettingschakelsvolgensdeinstructiesinde
Gebruikershandleidingvanhetmaaidek.
Figuur7
1.Hefarm
2.Asvandraagframe
3.Jukvandraaipuntvan
hefarm
9.Gaalsvolgttewerkbijdemontagevande
achtermaaidekkenalsdemaaihoogtehogerdan12mm
is.
A.Verwijderdelynch-penenderingwaarmeedeas
vanhetdraaipuntvandehefarmisbevestigdaan
dehefarm,enschuifdeasuitdehefarm(Figuur
8).
Figuur9
1.Kettingvanhefarm
2.Kettingbeugel
3.Borgpen
13.Smeerschoonvetopdesleufasvandemotorvande
messenkooi.
14.SmeerolieopdeO-ringvandemotorvande
messenkooienplaatsdezeopdeensvandemotor.
15.Plaatsdemotordoordezerechtsomtedraaienzodat
deenzenvanmotorloskomenvandeborgmoeren
(Figuur10).Draaidemotorlinksomtotdatdeenzen
omdemoerenzittenendraaivervolgensdemoeren
vast.
Belangrijk:Controleerofdeslangenvande
motorvandemessenkooinietzijnverdraaid,
gekniktofhetrisicolopentewordenafgekneld.
15

Figuur10
1.Aandrijfmotorvan
messenkooi
2.Bevestigingsmoeren
2
Afstellingvande
gazoncompensatieveer
Geenonderdelenvereist
Procedure
Degazoncompensatieveer(Figuur11)zorgtervoordathet
gewichtvandevoorstenaardeachtersterolwordtverplaatst.
(Ditvoorkomtdatereengolfpatroonindegrasmatontstaat,
ookwelbekendals'bobbing'.)
Belangrijk:Steldeveerafalshetmaaidekis
gemonteerdaandetractie-eenheid,rechtnaarvoren
wijstenisneergelatenopdevloervandewerkplaats.
Figuur11
1.Gazoncompensatieveer
2.Borgpen4.Zeskantigemoeren
2.Draaidezeskantigemoerenophetvoorsteuiteindevan
deveerstangvasttotdatdelengtevandesamengedrukte
veer12,7cmbedraagt(Figuur11).
Opmerking:Alsuwerktoponeffenterrein,moet
deveer2,5cmlangerzijn.Demachinezalhet
grondoppervlakietsmindergoedvolgen.
3.Veerstang
3
EU-stickersaanbrengen
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
Waarschuwingssticker(120–1686)
1.Monteerdeborgpenindeachtersteopeninginde
veerstang(Figuur11).
Procedure
AlsdezemachinewordtgebruiktindeEU,moetude
waarschuwingssticker(120-1686)aanbrengenoverdeEngelse
waarschuwingssticker120-1683.
16

4
Demotorkapvergrendeling
monteren(uitsluitendCE)
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1Vergrendelbeugel
2Popnagel
1Ring
1
Schroef,1/4x2inch
1
Borgmoer,1/4inch
Procedure
1.Haakdemotorkapvergrendelinglosvandebeugelvan
demotorkapvergrendeling.
2.Verwijderdetweepopnagelswaarmeede
motorkapvergrendelingaandemotorkapis
bevestigd(Figuur12).Verwijderdebeugelvande
motorkapvergrendelingvandemotorkap.
Figuur13
1.Beugelvan
CE-vergrendeling
4.Lijnderingenuitmetdeopeningenaandebinnenzijde
vandemotorkap.
5.Bevestigdebeugelsenderingenmetdepopnagelsaan
demotorkap(Figuur13).
6.Haakdesluitingopdevergrendelbeugelvande
motorkap(Figuur14).
2.Boutenmoer
Figuur14
1.Motorkapvergrendeling
Figuur12
1.Beugelvan
motorkapvergrendeling
3.PlaatsdebeugelvandeCE-vergrendelingende
beugelvandemotorkapvergrendelingopdemotorkap
enlijndemontage-openingenuit.Debeugelvan
devergrendelingmoetzichtegendemotorkapaan
bevinden(
vandearmvandebeugelvandevergrendeling.
Figuur13).Verwijderdeboutenmoerniet
2.Popnagels
7.Schroefdeboutindeanderearmvande
vergrendelbeugelomdesluitingtevergrendelen
(Figuur15).Deboutstevigaandraaien,maardemoer
niet.
17

Figuur15
1.Bout3.Armvanvergrendelbeugel
2.Moer
5
Dekick-standaardvanhet
maaidekgebruiken
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1Kick-standaardvanmaaidek
Procedure
Alshetmaaidekmoetwordengekanteldombijde
snijplaat/messenkooitekunnenkomen,moetudeachterkant
vanhetmaaidekondersteunenmetdekick-standaardzodat
demoerenophetachtereindvandestelschroevenvande
snijbalknietophetwerkvlakrusten(Figuur16).
Figuur16
1.Kick-standaardvanmaaidek
Bevestigdekick-standaardaandekettingbeugelmetde
borgpen(Figuur17).
Figuur17
1.Kettingbeugel3.Kick-standaardvan
2.Borgpen
18
maaidek

Algemeenoverzicht
vandemachine
Bedieningsorganen
Figuur18
1.Tractiepedaalvoorvooruit
2.Tractiepedaalvoor
achteruit
Tractiepedalen
Traphettractiepedaal(Figuur18)inomvooruitterijden.
Drukhettractiepedaalvoorachteruit(Figuur18)inom
achteruitterijdenofomteremmentijdensvooruitrijden.
Daarnaastkuntuhetpedaalindeneutraalstandzettenom
demachinetestoppen.
3.Schuifvoor
maaien/transport
4.Hendelomstuurwielte
verstellen
Figuur19
1.Borgschroefvoorsnelheid
Hendelomstuurwielteverstellen
Trekdehendelomhetstuurteverstellen(Figuur18)naar
achterenomhetstuurwielindegewenstepositietezetten.
Duwdaarnadehendelnaarvorenomhetstuurindeze
positietevergrendelen.
Contactschakelaar
Decontactschakelaar(Figuur20),waarmeedemotor
wordtgestart,afgezetenvoorgegloeid,heeftdriestanden:
Uit,Aan/VoorgloeienenStart.Draaihetsleuteltje
naarAan/Voorgloeientotdathetindicatielampjevande
gloeibougieuitgaat(ongeveer7seconden);draaidaarnahet
contactsleuteltjenaarStartomdestartmotorinwerkingte
stellen.Laathetsleuteltjeloszodrademotorstart.Het
sleuteltjedraaitautomatischnaardestandAan/Lopen.Om
demotoraftezetten,draaituhetsleuteltjenaardestandUit.
Verwijderhetsleuteltjeuithetcontactomtevoorkomendat
demotorperongelukstart.
Schuifvoormaaien/transport
Metuwhielbeweegtudeschuifvoormaaien/transport
(Figuur18)naarlinksindetransportstandennaarrechts
indemaaistand.Demaaidekkenwerkenalleenin
demaaistand;alszelageringesteldzijn(inde
transportstand)werkenzeniet.
Belangrijk:Demaaisnelheidisindefabriekafgesteld
op9,7kmperuur.Demaaisnelheidkanworden
verhoogdofverlaagddoordeborgschroefvoorde
snelheidteverstellen(
Figuur19).
Figuur20
1.Parkeerrem
2.Contactschakelaar
3.Activerings/blokkeringschakelaar
4.Diagnoselampje10.Waarschuwingslampje
5.Maai-/hefhendel11.Gashendel
6.Urenteller12.Lampjevan
19
7.Oliedruklampje
8.Temperatuurlampje
9.Lichtschakelaar
gloeibougie
wisselstroomdynamo

Gashendel
Zetdehendel(Figuur20)naarvorenomdemotorsnelheidte
verhogenennaarachterenomdesnelheidteverlagen.
ongelukinbewegingkomt.Omdeparkeerreminwerkingte
stellen,moetudehendelomhoogduwen.Demotorstoptals
uhettractiepedaalindruktterwijldeparkeerreminwerking
isgesteld.
Activerings-/blokkeringsschakelaar
Deactiverings-/blokkeringsschakelaar(Figuur20)wordt
incombinatiemetdemaai-/hefhendelgebruiktomde
maaidekkentebedienen.Demaaidekkenkunnenniet
wordenneergelatenalsdemaai-/hefhendelinde
transportstandstaat.
Urenteller
Deurenteller(Figuur20)toonthetaantalurendatde
machineinbedrijfisgeweest.Deurentellergaatlopenalsde
contactschakelaaropAanstaat.
Maai-/hefhendel
Metdezehendel(Figuur20)kuntudemaaidekkenomhoog
enomlaagbrengenomtemaaienendemessenstartenentot
stilstandbrengenalsdemessenindemaaistandzijngezet.
Demaaidekkenkunnennietwordenneergelatenalsde
maai-/hefhendelindetransportstandstaat.
Opmerking:Alsdemaaidekkenopnieuwingeschakeldzijn,
hoeftudehendelnietvooruitteblijvenduwenterwijlde
maaidekkenomhoogofomlaagwordenbewogen.
Diagnoselampje
Hetdiagnoselampje(Figuur20)gaatbrandenalseenfoutin
hetsysteemwordtontdekt.
Brandstofmeter
Debrandstofmeter(Figuur21)geeftaanhoeveelbrandstof
erindetankzit.
Figuur21
1.Brandstofmeter
Waarschuwingslampjekoelvloeistoftemperatuur
Hetwaarschuwingslampjevoordekoelvloeistoftemperatuur
(
Figuur20)gaatbrandenalsdetemperatuurvande
koelvloeistoftehoogwordt.Alsdemachineniettotstilstand
wordtgebrachtendetemperatuurvandekoelvloeistofnog
eens10°Cstijgt,zaldemotorafslaanendemaaidekken
uitgeschakeldworden.
Oliedruklampje
Hetoliedruklampje(Figuur20)lichtopalsdemotoroliedruk
gevaarlijklaagis.
Lampjevanwisselstroomdynamo
Hetlampjevandewisselstroomdynamo(Figuur20)magniet
brandenalsdemotorloopt.Alshetlampjebrandt,moetu
hetoplaadsysteemcontrolerenenindiennodigrepareren.
Indicatielampjegloeibougie
Hetindicatielampjevandegloeibougie(Figuur20)gaat
brandenalsdegloeibougiesinwerkingzijn.
Parkeerrem
Alsudemotorafzet,moetudeparkeerrem(Figuur20)in
werkingstellenteneindetevoorkomendatdemachineper
Aansluitpunt
Hetaansluitpuntbevindtzichaandebuitenkantvanhet
bedieningspaneelenisgeschiktvoorelektrischeapparaten
van12V(
1.Aansluitpunt
Figuur22).
Figuur22
20

Toerenregelknopmessenkooien
Metdetoerentalregelingvandemessenkooienkuntuhet
toerentalvandemaaidekkenregelen(Figuur23).Uverhoogt
hettoerentaldoordeknoplinksomtedraaien.Raadpleegde
stickermetdetabelmetmessenkooitoerentallen(Figuur31)
omhetjuistemessenkooitoerentaltebepalen.
omdemogelijkhedendaarvanteverbeterenenuitte
breiden.Neemcontactopmeteenerkendeservicedealerof
distributeurofbezoekwww .Toro.comvooreenlijstvanalle
goedgekeurdewerktuigenenaccessoires.
Figuur23
1.Wethendel2.Toerenregelaarvan
messenkooienknop
Wethendel
Dewetschakelaarwordtincombinatiemetde
maai-/hefhendelvandemessenkooiengebruikt(
Figuur23).
Specicaties
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnenzonder
voorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Maaibreedte208cm
Totalebreedte239cm
Transportbreedte231cm
Totalelengte295cm
Hoogtetotbovenzijde
rolbeugel
Wielbasis151cm
Gewichtmet18inch
maaidekkenmet8messen
Gewichtzondermaaidekken
188cm
900kg
708kg
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorTorogoedgekeurdewerktuigenen
accessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetdemachine
21

Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormalebedieningspositiede
linker-enrechterzijdevandemachine.
Hetmotoroliepeilcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Hetcartervandemotorisindefabriekgevuldmetolie;het
oliepeilmoetechterwordengecontroleerdvoordatennadat
demotorvoordeeerstekeerwordtgestart.
Decarterinhoudis2,8litermetlter.
Gebruikhoogwaardigemotoroliediemoetvoldoenaande
volgendespecicaties:
•VereisteonderhoudsclassicatievanAPI:CH-4,CI-4of
hoger.
•Aanbevolenolie:SAE15W-40(boven-17ºC)
•Alternatieveolie:SAE10W-30of5W-30(vooralle
temperaturen)
Opmerking:ToroPremiummotorolieisverkrijgbaarbij
uwdealermeteenviscositeitvan15W-40of10W-30.Ziede
onderdelencatalogusvoordeonderdeelnummers.
Opmerking:Debestetijdomdemotorolietecontroleren
iswanneerdemotorkoudisvoordatdezeisgestartvoorde
dag.Alshijalheeftgedraaid,moetudeolieeerstteruglaten
lopengedurendetenminste10minutenvoordatucontroleert.
AlshetoliepeilopofonderdeBijvullen-markeringop
depeilstokstaat,vuldanoliebijomhetoliepeilbijde
Vol-markeringtebrengen.NIETTEVOLVULLEN.Als
hetolieniveauzichtussendetweemarkeringenbevindt,hoeft
ergeenolietewordenbijgevuld.
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
2.Verwijderdepeilstok(
eenschonedoek.
Figuur24)enveegdezeafmet
4.Alshetoliepeiltelaagis,verwijdertudevuldop(
25)envultubijmetkleinehoeveelhedenolietotdathet
oliepeildeVol-markeringopdepeilstokbereikt.Vul
deolielangzaambijencontroleerdaarbijveelvuldig
hetpeil.
Figuur25
1.Olievuldop
5.Plaatsdevuldopensluitdekap.
Figuur
Brandstoftankvullen
Gebruikuitsluitendschone,versedieselbrandstofof
biodieselmeteenlaag<500ppm)ofultralaag(<15ppm)
zwavelgehalte.Hetcetaangetalmoetminimaal40zijn.Koop
brandstofinhoeveelhedendiebinnen180dagenkunnen
wordengebruiktzodatualtijdversebrandstofheeft.
Deinhoudvandebrandstoftankisongeveer42liter.
Gebruikzomerdieselbrandstof(nr.2-D)bijtemperaturen
boven-7°Cenwinterdieselbrandstof(nr1-Dofnr.
1-D/2-D-mengsel)bijtemperaturenonder-7°C.Gebruik
vanwinterdieselbrandstofbijlagetemperaturenbiedteen
lagervlampunteneenlagerstolpunt.Ditvergemakkelijkthet
startenenvermindertdekansdatdeltersverstoptraken.
Gebruikvanzomerdieselbrandstofbijtemperaturenboven-7
°Czalbijdragenaaneenlangerelevensduurvandepompen
eenhogervermogendangebruikvanwinterdieselbrandstof.
Figuur24
1.Peilstok
3.Steekdepeilstokindebuis.Leteropdatdepeilstoker
vollediginschuift.Haaldepeilstokeruitencontroleer
hetoliepeil.
Geschiktvoorbiodiesel
Dezemachinekanookgebruikmakenvaneendieselmengsel
totmaximaalB20(20%biodiesel,80%petrodiesel).Hetdeel
petrodieselmoeteenlaagofultralaagzwavelgehaltehebben.
Neemdevolgendevoorzorgsmaatregeleninacht:
•Hetdeelbiodieselvandebrandstofmoetvoldoenaande
specicatieASTMD6751ofEN14214.
•HetdieselmengselmoetvoldoenaanASTMD975of
EN590.
•Gelakteoppervlakkenkunnenwordenbeschadigddoor
biodiesel.
•GebruikB5(biodieselinhoud5%)ofmengselsmeteen
lagerpercentageinkoudwater
•Controleerafdichtingen,slangenenpakkingen,diein
contactmetbrandstofkomen,omdatzijindeloopder
tijdhierdoorkunnenwordenaangetast.
22

•Dekansbestaatdateenbrandstoflternaverloopvan
tijdverstoptraakt,nadatubentovergestaptopeen
biodieselmengsel.
•Neemcontactopmetuwleverancieralsuinformatie
overbiodieselwenst
1.Maakdeomgevingvandedopvandebrandstoftank
schoon(
2.Verwijderdedopvandebrandstoftank.
3.Vuldetanktotaandeonderkantvandevulbuis.Niet
tevolvullen.Plaatsdaarnadedopterug.
4.Ombrandgevaartevoorkomen,moetugemorste
brandstofopnemen.
Figuur26).
Verwijderdagelijkshetvuilvanderadiateur/oliekoeler
(Figuur27).Reinigderadiateur/oliekoelerelkuuralsde
machineinzeerstofgeenvuileomstandighedenwordt
gebruikt;zieHetkoelsysteemreinigen.
Figuur27
1.Radiator/oliekoeler
Figuur26
1.Dopvanbrandstoftank
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenzijn
dieselbrandstofenbrandstofdampen
uiterstontvlambaarenexplosief.Brandof
explosievanbrandstofkanbrandwondenof
materiëleschadeveroorzaken.
•Gebruikeentrechteroftuit;brandstof
uitsluitendindeopenluchtbijeen
afgezetteofkoudemotorbijvullen.
Eventueelgemorstebrandstofopnemen.
•Vuldebrandstoftankniethelemaal.Vulde
brandstoftanktotdathetpeil6mmtot13
mmvandeonderkantvandevulbuisstaat.
Ditgeeftdebrandstofindetankruimte
omuittezetten.
•Rooknooitwanneerumetbrandstofbezig
bentenhouddebrandstofwegvanopen
vlammenofvonken.
•Bewaardebrandstofinschone,veiligeen
goedgekeurdecontainersenzorgdatde
dopopzijnplaatsblijft.
Hetkoelsysteembevateenoplossingdiehalfuitwater,half
uitpermanenteethyleenglycol-antivriesbestaat.Controleer
elkedagvóórhetstartenvandemotorhetkoelvloeistofpeil.
Deinhoudvanhetsysteemisongeveer5,7liter.
VOORZICHTIG
Alsdemotorheeftgelopen,kandehete
koelvloeistof,dieonderdrukstaat,ontsnappen
indienderadiateurdopwordtverwijderd.Ditkan
brandwondenveroorzaken.
•Verwijderderadiateurdopnooitalsdemotor
loopt.
•Gebruikeendoekalsuderadiateurdop
verwijdertendraaidedoplangzaamopenom
destoomtelatenontsnappen.
1.Controleerhetkoelvloeistofpeilindeexpansietank
(
Figuur28).Alsdemotorkoudis,behoorthet
koelvloeistofpeilongeveerhalverwegetussende
markeringenopdezijkantvandetanktestaan.
2.Alshetkoelvloeistofpeiltelaagstaat,verwijdertude
dopvandeexpansietankenvultuhetsysteembij.
Niettevolvullen.
3.Plaatsdedopvandeexpansietankterug.
Hetkoelsysteemcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
23

Figuur28
1.Expansietank
Hydraulischevloeistof
controleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks—Hetpeil
vandehydraulischevloeistofcontroleren.
Hetreservoirvanhethydraulischesysteemisindefabriek
gevuldmetongeveer13,2literhoogwaardigehydraulische
vloeistof.Controleerhetpeilvandehydraulische
vloeistofvoordatdemotorvoorheteerstwordtgestart,
envervolgensdagelijks.Aanbevolenwordthetreservoir
bijtevullenmetdevolgendehydraulischevloeistof:
ToroPremiumAllSeasonhydraulischevloeistof
(verkrijgbaarinemmersvan19literofvatenvan208liter.
(ZiedeonderdelencatalogusvandeToro-dealervoorde
onderdeelnummers).
Opmerking:Veelhydraulischevloeistoffenzijnbijna
kleurloos,zodathetmoeilijkislekkagesoptesporen.Eris
eenrodekleurstofvoordevloeistofinhethydraulischsysteem
verkrijgbaarinesjesvan20ml.Éénesjeisvoldoende
voor15-22literhydraulischevloeistof.Ukuntdezekleurstof
bestellenbijeenerkendeToro-dealer,Onderdeelnr.44-2500.
Hoogwaardigebiologischafbreekbarehydraulische
vloeistof-MobilEALEnviroSyn46H
Belangrijk:MobilEALEnviroSyn46Hisdeenige
synthetischebiologischafbreekbarevloeistofdieToro
heeftgoedgekeurd.Dezevloeistofiscompatibelmet
deelastomerendiewordengebruiktinhydraulische
systemenvanToro,enisgeschiktvooreengroot
aantaltemperatuursomstandigheden.Dezevloeistof
iscompatibelmetgangbaremineraleolie,maarmet
hetoogopmaximalebiologischeafbreekbaarheiden
goedeprestatiesmoethethydraulischesysteemgrondig
metgewonevloeistofwordengespoeld.Devloeistofis
verkrijgbaarinemmersvan19literofvatenvan208liter
bijeenMobil-leverancier.
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaalvlak,laatde
maaidekkenneerenzetdemotoraf.
2.Reinigdeomgevingvandevulbuisendedopvande
hydraulischetank(Figuur29).Verwijderdedop.
Anderevloeistoffen:AlsdehydraulischevloeistofvanToro
nietbeschikbaaris,kuntuanderevloeistoffengebruiken
mitsdezevoldoenaanallevolgendemateriaaleigenschappen
enindustriespecicaties:Tororaadtafeensynthetische
vloeistoftegebruiken.Vraaguwsmeermiddelenleverancier
naareengeschiktproduct.Opmerking:Toroaanvaardtgeen
enkeleaansprakelijkheidvoorschadediewordtveroorzaakt
doorgebruikvanverkeerdevervangendevloeistoffen.
Gebruikdaaromuitsluitendproductenvangerenommeerde
fabrikantendiegarantstaanvoordedoorhenaanbevolen
vloeistoffen.
ISOVG46slijtagewerendehydraulischevloeistofmethoge
viscositeitsindex/laagstolpunt
Materiaaleigenschappen:
Viscositeit,ASTMD445cSt@40°C44tot48
Viscositeitsindex
ASTMD2270
Stolpunt,ASTMD97-37°Ctot-45°C
Industriespecicaties:
VickersI-286-S(kwaliteitsniveau),VickersM-2950-S
(kwaliteitsniveau),DenisonHF-0
cSt@100°C7,9tot8,5
140tot160
Figuur29
1.Dopvanhydraulischetank.
3.Verwijderdepeilstokuitdevulbuisenveegdezeaf
meteenschonedoek.Steekdepeilstokindevulbuis,
haalhemervervolgensweeruitencontroleerhet
vloeistofpeil.Hetvloeistofpeildientbinnen6mmvan
demarkeringopdepeilstoktestaan.
4.Alshetpeiltelaagis,vultugenoegvloeistofbijtotdat
hetpeildeVol-markeringbereikt.
5.Plaatsdepeilstokendedopopdevulbuis.
Contacttussensnijplaaten
messenkooicontroleren
Elkedagvoordatugaatmaaienmoetuhetcontacttussen
desnijplaatendemessenkooicontroleren,ongeachtof
24

demaaikwaliteitbijeeneerderemaaibeurtaanvaardbaaris
geweest.Ermoetoverdevollelengteeenlichtcontacttussen
demessenkooiendesnijplaatzijn(zieContacttussensnijplaat
enmessenkooiafstellenindegebruikershandleiding).
Bandenspanningcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Debandenwordenindefabriekopzettelijktehard
opgepompt.Umoetdaaromvoorgebruikwatluchtlaten
ontsnappenomdeluchtdrukteverminderen.Deluchtdruk
indeachterbandenmoet96kPa(12psi)zijn.
Opmerking:Zorgervoordatallebandensteedsde
aanbevolenbandenspanninghebben,hierdoorkandemachine
optimalemaaiprestatiesleverenengoedfunctioneren.
GEVAAR
Eentelagebandenspanningvermindertde
stabiliteitvandemachineophellingen.Hierdoor
kandemachineomkantelen,waardoorlichamelijk
ofdodelijkletselkanontstaan.
Omdestoelteverstellen,draaitudeknopineenvanbeide
richtingenomdemeestcomfortabelepositieteverkrijgen
(Figuur30).
Derugleuningverstellen
Derugleuningkanwordenversteldzodatukuntrijdenineen
comfortabelestand.Zetderugleuningineenstanddievoor
uhetmeestcomfortabelis.
Omderugleuningteverstellen,draaitudeknoponderde
rechterarmsteunineenvanbeiderichtingenomdemeest
comfortabelepositieteverkrijgen(Figuur30).
Dearmsteunenverstellen
Dearmleuningenkunnenwordenversteldzodatukuntrijden
ineencomfortabelehouding.Zetdearmsteunenineenstand
dievooruhetmeestcomfortabelis.
Omdearmleuningteverstellen,draaitudeknoponderde
rechterarmsteunineenvanbeiderichtingenomdemeest
comfortabelestandteverkrijgen(Figuur30).
Pompdebandenniettezachtop.
Dewielmoerenaandraaien
Onderhoudsinterval:Naheteerstebedrijfsuur
Nadeeerste10bedrijfsuren
Omde200bedrijfsuren
Haaldewielmoerenaanmet61tot88Nm.
WAARSCHUWING
Alsdewielmoerennietsteedsdejuistetorsie
hebben,kanditleidentotlichamelijkletsel.
Bestuurdersstoelinstellen
Debestuurdersstoelverstellen
Ukuntdestoelnaarvorenennaarachterenverschuiven.De
standvandestoelmoetzozijndatudemachinehetbest
kuntbedienenendatucomfortabelzit
1.Omdebestuurdersstoelintestellen,moetude
instelhendelzijwaartsbewegen.Hiermeeontgrendeltu
destoel(Figuur30).
2.Verschuifdestoelindegewenstepositieenlaatde
hendellosomdestoeltevergrendeleninzijnpositie.
Destoelophangingverstellen
Destoelkanwordenversteldzodatuprettigencomfortabel
kuntrijden.Zetdestoelineenstanddievooruhetmeest
comfortabelis.
1.Knopvanrugleuning3.Knopvoorstoelophanging
2.Instelhendel
bestuurdersstoel
25
Figuur30
4.Instelknoparmlegger

Startenenstoppenvande
motor
Umoetmogelijkhetbrandstofsysteemontluchtenalséén
vandevolgendesituatieszichheeftvoorgedaan(raadpleeg
Brandstofsysteemontluchten):
•Eerstekeerstartenvaneennieuwemotor.
•Demotorisgestoptomdatdebrandstofopwas.
•Erzijnonderhoudswerkzaamhedenuitgevoerdaan
onderdelenvanhetbrandstofsysteem;bijv.nieuwlter
gemonteerd,enz.
Motorstarten
1.Zorgervoordatdeparkeerreminwerkingisgestelden
demaaidekkenzijnuitgeschakeld.
2.Haaluwvoetvanhettractiepedaalenleteropdathet
pedaalindeneutraalstandstaat.
3.Zetdegashendelophalfgas.
4.DraaihetsleuteltjeindeschakelaaropAan/Voorgloeien
totdathetindicatielampjevandegloeibougieuitgaat
(ongeveer7seconden);draaidaarnahetsleuteltjeop
Startomdestartmotorinwerkingtestellen.Laathet
sleuteltjeloszodrademotorstart.Hetsleuteltjedraait
automatischnaardestandAan/Lopen.
endraaihetcontactsleuteltjenaardestandUit.Verwijder
hetsleuteltjeuithetcontactomtevoorkomendatdemotor
perongelukstart.
Belangrijk:Omtevoorkomendatdestartmotor
oververhitraakt,magudestartmotornietlanger
dan15secondeninwerkingstellen.Alsude
motor10secondenachtereenhebtgestart,moet
u60secondenwachtenvoordatueennieuwe
startpogingdoet.
5.Alsdemotorvoordeeerstekeerwordtgestartof
demotoreenrevisiebeurtheeftgehad,moetude
machineeenoftweeminutenindevooruit-ende
achteruit-standlatenwerken.Controleerookde
werkingvandehefhendelendeschakelaarvande
maaidekkenomerzekervantezijndatalleonderdelen
naarbehorenfunctioneren.
Draaihetstuurwielnaarlinksennaarrechtsomde
stuurreactietecontroleren.Zetvervolgensdemotoraf
encontroleeropolielekken,losseonderdelenenandere
waarneembaredefecten.
VOORZICHTIG
Zetdemotorafenwachttotdatallebewegende
delentotstilstandgekomenzijnvoordatu
controleertopolielekken,losseonderdelenen
anderewaarneembaredefecten.
Motorafzetten
Beweegdegashendelnaardestationairstand,verplaatsde
schakelaarvoordemaaidekkennaardestandUitschakelen
26

Toerentalvande
messenkooieninstellen
Omervoortezorgendatdemaaikwaliteitconstantenvan
hoogniveaublijftenhetgazonnahetmaaieneengelijkmatig
uiterlijkkrijgt,ishetbelangrijkdatdetoerentalregelingvande
messenkooien(diezichonderdebestuurdersstoelbevindt)
juistisafgesteld.Ustelthettoerentalalsvolgtin:
1.Selecteerdemaaihoogtewaaropdemaaidekkenzijn
ingesteld.
2.Kiesderijsnelheiddiehetmeestgeschiktisvoorde
maaiomstandigheden.
3.Raadpleegdetabelopdestickermet
messenkooitoerentallen(Figuur31)omhet
juistemessenkooitoerentaltebepalen.
Figuur31
1.Afstellingvanmessenkooimet8messen3.LeesdeGebruikershandleidingvoorinformatieoverde
2.Afstellingvanmessenkooimet1 1messen
4.Omhettoerentalintestellen,draaituaandeknop
(Figuur32)totdewijzerdegewensteinstellingaangeeft.
afstellingvandemessenkooi.
Opmerking:Hettoerentalvandemessenkooien
kanwordenverhoogdofverlaagdomveranderingen
indegazonomstandighedentecompenseren.Alsu
grasvangersgebruikt,moetuhetmessenkooitoerental
verhogenvoorbeteregrasvangprestaties.
Tegendrukvanhefarmen
afstellen
Ukuntdetegendrukopdehefarmenvanhetachtermaaidek
afstellenomdemachineaantepassenvoorverschillende
gazonomstandighedenenervoortezorgendatdemaaihoogte
constantblijftinzwareomstandighedenofopterreinwaar
eenviltlaagisontstaan.
Ukuntelketegendrukveerinstellenopvierverschillende
standen.Elkestandverhoogtofverlaagtdetegendrukop
hetmaaidekmet1,4kgtenopzichtevandevorigestand.
Figuur32
1.Knopvoordetoerentalregelingvandemessenkooien
Deverenkunnenwordengeplaatstopdeachterkantvande
eersteactuatorvandeveeromalletegendrukopteheffen
(vierdestand).
27

1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,laatde
maaidekkenneer,zetdemotoraf,steldeparkeerrem
inwerkingenverwijderhetsleuteltjeuithetcontact
2.Steekeenbuisofgelijksoortigvoorwerpophetuiteinde
vandelangeveeromdespanningopdeveertijdensde
afstellingopteheffen(Figuur33).
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenzijn
dieselbrandstofenbrandstofdampen
uiterstontvlambaarenexplosief.Brandof
explosievanbrandstofkanbrandwondenof
materiëleschadeveroorzaken.
VOORZICHTIG
Deverenstaanonderspanning.
Weesvoorzichtigbijhetafstellen.
3.Alsdeveerisontspannen,verwijdertudeboutende
borgmoerwaarmeedeactuatorvandeveerisbevestigd
aandebeugel(Figuur33).
•Gebruikeentrechteroftuit;brandstof
uitsluitendindeopenluchtbijeen
afgezetteofkoudemotorbijvullen.
Eventueelgemorstebrandstofopnemen.
•Vuldebrandstoftankniethelemaal.Vul
debrandstoftanktotdathetpeil6mmtot
13mmvandeonderkantvandevulbuis
staat.Ditgeeftdebrandstofindetank
ruimteomuittezetten.
•Rooknooitwanneerumetbrandstofbezig
bentenhouddebrandstofwegvanopen
vlammenofvonken.
•Bewaardebrandstofinschone,veiligeen
goedgekeurdecontainersenzorgdatde
dopopzijnplaatsblijft.
3.Draaideontluchtschroefopdebrandstonjectiepomp
open(Figuur34).
Figuur33
1.Veer3.Locatiesvanbijkomende
gaten
2.Actuatorvanveer
4.Plaatsdeactuatorvandeveerindegewensteopening
enzetdezevastmetdeborgmoer.
5.Herhaaldezeprocedurebijdeandereveer.
Hetbrandstofsysteem
ontluchten
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
Zorgervoordatdebrandstoftankminstenshalfvolis.
2.Ontgrendelenopendemotorkap.
Figuur34
1.Ontluchtschroefbrandstonjectiepomp
4.DraaihetcontactsleuteltjenaardestandAan.De
elektrischebrandstofpompbeginttewerken.Hierbij
komterluchtbijdeontluchtschroefnaarbuiten.Laat
hetsleuteltjeopAanstaantotdatereenvollestraal
brandstofbijdeschroefnaarbuitenkomt.
5.Zetdeontluchtschroefweervastendraaihetsleuteltje
opUIT.
Opmerking:Normaalgesprokenzaldemotorna
bovenstaandeontluchtingsprocedurestarten.Indiende
motorechternietstart,kanerluchttussendeinjectiepomp
endeinjectorszitten;zieInjectorsontluchten.
28

Werkingvanhet
DisplayvanDiagnostische
diagnoselampje
Demachineisuitgerustmeteendiagnoselampjedataangeeft
dathetelektronischebesturingssysteemeenelektrische
storingregistreert.Hetdiagnoselampjebevindtzichop
debedieningspaneel(Figuur35).Alshetelektronische
besturingssysteemcorrectfunctioneertenhetcontactsleuteltje
indestandAanstaat,zalhetdiagnoselampjevanhet
besturingssysteem3secondenbrandenendaarnadovenom
aantegevendathetlampjenaarbehorenwerkt.Alsdemotor
afslaat,blijfthetlampjeonafgebrokenbrandentotdathet
sleuteltjeineenanderestandwordtgedraaid.Hetlampjegaat
knipperenalshetbesturingssysteemeenelektrischestoring
ontdekt.Hetlampjehoudtopmetknipperenenwordt
automatischopnieuwingesteldalshetsleuteltjenaardestand
Uitwordtgedraaid.
Figuur35
1.Diagnoselampje
ACE
Demachineisuitgerustmeteenelektronisch
besturingssysteemdatdemeestefunctiesvandemachine
regelt.Hetbesturingssysteembepaaltwelkefunctienodigis
voordeverschillendeinputschakelaars(d.w .z.stoelschakelaar,
contactschakelaar,enz.)enschakeltdeoutputsinomde
solenoïdesofrelaisvoordevereistefunctievandemachine
tebekrachtigen.
Omervoortezorgendathetelektronischebesturingssysteem
demachinebestuurtzoalswordtvereist,moetende
solenoïdesenrelaisvandeoutputszijnaangeslotenencorrect
functioneren.
MetbehulpvandedisplayvandeDiagnostischeACEkunt
udeelektrischefunctiesvandemachinecontrolerenen
herstellen.
Deinterlockschakelaars
controleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Deinterlockschakelaarszijnbedoeldomaanslaanofstarten
vandemotoralleenmogelijktemakenalshettractiepedaalin
deneutraalstandis,deactiverings-/blokkeringsschakelaarop
Blokkerenisgezetendemaai-/hefhendelindeneutraalstand
staat.Daarnaastwordtdemotoruitgeschakeldalshet
tractiepedaalwordtingetraptterwijldebestuurdernietopde
stoelzitofdeparkeerreminwerkingisgesteld.
Alshetdiagnoselampjevanbesturingssysteemknippert,
heefthetbesturingssysteemeenvandevolgendeproblemen
ontdekt:
•Kortsluitingineenvandeoutputs.
•Eenopenkring.
Metbehulpvanhetdiagnostischedisplaykuntuvaststellen
welkeoutputslechtsfunctioneert,zieInterlockschakelaars
controleren.
Alshetdiagnoselampjenietbrandtwanneerhet
contactsleuteltjeopAanstaat,betekentditdathet
elektronischebesturingssysteemnietwerkt.Mogelijke
oorzakenzijn:
•Kringloopisnietaangesloten
•Hetlampjeisdoorgebrand.
•Zekeringenzijndoorgebrand.
•Hetlampjewerktnietnaarbehoren.
Controleerdeelektrischeaansluitingen,ingangszekeringen
enhetpeertjevanhetdiagnoselampjeomhetdefectvast
testellen.Controleerofdekringloopstekkerisbevestigd
aandestekkervandekabelboom.
VOORZICHTIG
Niet-aangeslotenofbeschadigde
interlockschakelaarskunnenonverwachte
gevolgenhebbenopdewerkingvandemachine.
Ditkanlichamelijkletselveroorzaken.
•Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
•Controleerelkedagdewerkingvande
interlockschakelaarsenvervangbeschadigde
schakelaarsvoordatudemachineweerin
gebruikneemt.
Controleofdeinterlockschakelaars
functioneren
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaalvlak,laatde
maaidekkenneer,zetdemotorafensteldeparkeerrem
inwerking.
2.Verwijderdekapvanhetbedieningspaneel.
3.Zoekdekabelboomendetestaansluiting(
Figuur36).
29

8.Laatelkeschakelaarafzonderlijkvandeopennaarde
geslotenstandgaan(d.w.z.neemplaatsopdestoel,
traphettractiepedaalin,enz.)encontroleerofdejuiste
LEDopdeDiagnostischeACEgaatknipperenalsde
corresponderendeschakelaarwordtgesloten.Herhaal
dezeprocedurebijelkeschakelaardiemetdehandvan
deopenindegeslotenstandkanwordengezet.
9.Alsdeschakelaarwordtgeslotenzonderdatde
bijbehorendeLEDgaatbranden,moetuallekabels
enaansluitingennaardeschakelaarcontrolerenen/of
deschakelaardoormetenmeteenweerstandsmeter.
Vervangbeschadigdeschakelaarsenrepareerkapotte
kabels.
Figuur36
1.Testaansluiting
4.Trekdetestaansluitingvoorzichtiguitdestekkervan
dekabelboom.
5.BevestigdestekkervandeDiagnostischeACEaande
stekkervandekabelboom(Figuur37).
Opmerking:Controleerofdejuisteoverlay-sticker
ophetdisplayvandeDiagnostischeACEisgeplaatst.
Opmerking:DeDiagnostischeACEkanook
ontdekkenwelkesolenoïdesofrelaisvandeoutputs
zijningeschakeld.Ditiseensnellemanieromvast
stellenofhetomeenstoringinhetelektrischeofhet
hydraulischesysteemvandemachinegaat.
Controlevandeoutputfunctie
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaalvlak,laatde
maaidekkenneer,zetdemotorafensteldeparkeerrem
inwerking.
2.Verwijderhetinspectieluikopdezijkantvande
bedieningsarm.
3.Ganaardekabelboomendekabelstekkersbijhet
besturingssysteem.
4.Trekdekringloopstekkervoorzichtiguitdestekkervan
dekabelboom
5.BevestigdestekkervandeDiagnostischeACEaande
stekkervandekabelboom.
Opmerking:Controleerofdejuisteoverlay-sticker
opdeDiagnostischeACEisgeplaatst.
6.DraaihetcontactsleuteltjeopAAN,maarstartde
motorniet.
Figuur37
1.DiagnostischeACE
6.DraaihetcontactsleuteltjeopAan,maarstartdemotor
niet.
Opmerking:Derodetekstopdeoverlay-sticker
heeftbetrekkingopdeinputschakelaarsendegroene
tekstopdeoutputs.
7.DeLED'inputsgetoond'opdekolomrechtsonderop
deDiagnostischeACEmoetoplichten.AlsdeLED
'outputsgetoond'oplicht,moetudetuimelschakelaar
opdeDiagnostischeACEindrukkenomdeLED
'inputsgetoond'telatenoplichten.
DeDiagnostischeACEzaldeLEDlatenoplichtendie
hoortbijdeinputschakelaardiewordtgesloten.
Opmerking:Derodetekstopdeoverlay-sticker
heeftbetrekkingopdeinputschakelaarsendegroene
tekstopdeoutputs.
7.DeLED'outputsgetoond'opdekolomrechtsonder
opdeDiagnostischeACEmoetoplichten.AlsdeLED
'inputsgetoond'oplicht,moetudetuimelschakelaarop
deDiagnostischeACEindrukkenomdeLED'outputs
getoond'telatenoplichten.
Opmerking:HetkannoodzakelijkzijndeLEDs
'inputsgetoond'en'outputsgetoond'enigemalen
beurtelingstelatenoplichtenomdevolgendestapuit
tevoeren.OmdeLED'sbeurtelingstelatenoplichten,
druktudetuimelschakelaarnogeenkeerin.Ditkuntu
zovaakdoenalsnodigis.Houddeknopnietingedrukt.
8.Neemplaatsopdestoelenprobeerdegewenste
functievandemachine.Alsdejuisteoutput-LED
gaanbranden,duidtditeropdatdeECMdiefunctie
inschakelt.
30

Opmerking:Alsdejuisteoutput-LEDsniet
branden,moetucontrolerenofdevereiste
inputschakelaarsindestandzijngezetdienodigis
omdezefunctieinteschakelen.Controleerofde
schakelaarcorrectfunctioneertAlsdeoutput-LEDs
brandenzoalsisgespeciceerd,maardemachineniet
naarbehorenwerkt,duidtditopeendefectdatnietvan
elektrischeaardis.Indiennodigrepareren.
Opmerking:Alseenoutputschakelaarindejuiste
standstaatennaarbehorenfunctioneert,maarde
output-LED'snietcorrectbranden,duidtditopeen
probleemindeECM.Inditgevaldientucontactopte
nemenmetuwToro-dealervoorhulp
Belangrijk:HetdisplayvandeDiagnostische
ACEmagnietaangeslotenblijvenopde
machine.Hetdisplayisnietbestandtegende
omstandighedenwaarindemachineelkedag
wordtgebruikt.AlsudeDiagnostischeACEniet
meernodigheeft,moetudezelosmakenvande
machineendekringloopstekkerweerbevestigen
aandestekkervandekabelboom.Demachine
zalnietwerkenalsdekringloopstekkernietopde
kabelboomzit.BewaardeDiagnostischeACEop
eendrogeveiligeplekindewerkplaats,nietop
demachine
Detractie-eenheidslepen
Tipsvoorbedieningengebruik
Algemenetips
Vertrouwdrakenmetdemachine
Voordatugaatmaaien,moetuzichopeenopenterrein
oefeneninhetgebruikvandemachine.Startenstop
demotor.Rijdemachinevooruitenachteruit.Laatde
maaidekkenneerenhefzeopenschakeldemessenkooien
inenuit.Alsuzichvertrouwdvoeltmetdemachine,moet
uzichoefeneninhethellingopwaartsenafwaartsrijdenbij
verschillendesnelheden.
GEVAAR
Alsuwerktmetdemachine,moetualtijdde
rolbeugelgebruikenendeveiligheidsgordel
omdoen.Gebruiknooiteenveiligheidsgordel
zonderrolbeugel.
Waarschuwingssysteem
Alseenwaarschuwingslampjetijdenshetgebruikgaat
branden,moetudemachineonmiddellijkstoppenenhet
probleemverhelpenvoordatuverdergaatmetmaaien.Een
machinemeteendefectkanernstigeschadeoplopenalsdeze
wordtgebruikt.
Innoodgevallenkandemachineovereenkorteafstand
wordengesleept.Torobeveeltditechternietaanals
standaardprocedure.
Belangrijk:Umagdemachinenietsnellerdan3tot4
kmperuurslepenomdatandershetaandrijfsysteem
kanwordenbeschadigd.Alsdemachineovereengrote
afstandmoetwordenverplaatst,moetudezevervoeren
opeenvrachtwagenofeenaanhanger.
1.Ganaarhetomloopventielopdepomp(Figuur38)en
draaideze90°.
Figuur38
1.Omloopventiel
Maaien
StartdemotorenzetdegashendelopSnel.Zetde
activerings/blokkeringsschakelaaropActiverenengebruikde
maai-/hefhendelomdemaaidekkenomhoogenomlaagte
brengen(devoormaaidekkenzijnzoingestelddatzijeerder
naarbenedenkomendandeachtermaaidekken).Omvooruit
terijdenengrastemaaien,moetudetractiepedaalnaarvoren
intrappen.
Transport
Zetdeactiverings-/blokkeringsschakelaaropBlokkeren
enhefdemaaidekkenopindetransportstand.Zetde
maai-/hefhendelindeTransportstand.Weesvoorzichtigalsu
tussenobjectenrijdtzodatudemachineofdemaaidekken
nietperongelukbeschadigt.Weesextravoorzichtigwanneer
udemachineophellingengebruikt.Rijdlangzaamenmaak
geenscherpebochtenomomkantelentevoorkomen.Om
beterinbalanstekunnenblijventijdenshetsturen,moeten
demaaidekkenzijnneergelatentijdenshetafdalen.
2.Voordatudemotorstart,moetuhetomloopventiel
sluitendoordeze90°(1/4slag)tedraaien.Umagde
motornietstartenalshetventielopenis.
31

Onderhoud
Opmerking:Bepaalvanuitdenormalebedieningspositiede
linker–enrechterzijdevandemachine.
Aanbevolenonderhoudsschema
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Naheteerstebedrijfsuur
Nadeeerste10bedrijfsuren
Nadeeerste50bedrijfsuren
Bijelkgebruikofdagelijks
Omde25bedrijfsuren
Omde50bedrijfsuren
Omde100bedrijfsuren
Omde150bedrijfsuren
Omde200bedrijfsuren
•Dewielmoerenaandraaien.
•Dewielmoerenaandraaien.
•Deconditieendespanningvanalleriemencontroleren.
•Hydraulischltervervangen.
•Motorolieverversenenolieltervervangen.
•Controleerhetmotoroliepeil.
•Koelvloeistofpeilcontroleren.
•Hetpeilvandehydraulischevloeistofcontroleren.
•Controleerdebandenspanning.
•Controleerhetveiligheidssysteem.
•Brandstoflter/waterafscheideraftappen.
•Verwijderhetvuilvanderadiateurendeoliekoeler.
•Hydraulischeslangenenleidingencontroleren
•Zuurpeilcontroleren.(Elke30dagencontrolerenalsdemachineisopgeslagen.)
•Smeerallelagersenbussen.(Smeerallelagersenbussendagelijksinstofgeen
vuileomstandigheden.)
•Deconditieendespanningvanalleriemencontroleren.
•Motorolieverversenenolieltervervangen.
•Dewielmoerenaandraaien.
•Luchtlteronderhoudsbeurtgeven.(V akerinzeerstofgeofvuileomstandigheden)
•Controleerdeafstellingvandeparkeerrem.
•Vervanghethydraulischelter.
•Debrandstoeidingenenaansluitingencontroleren.
Omde400bedrijfsuren
Omde2jaar
•Brandstoflterbusvervangen.
•Dehydraulischevloeistofverversen.
•Brandstoftankaftappenenreinigen.
VOORZICHTIG
Alsuhetsleuteltjeinhetcontactlaat,bestaatdekansdatiemanddemotorperongelukstartwaardooruen
andereomstandersernstigletselkunnenoplopen.
Verwijderhetsleuteltjeuithetcontactvoordatuonderhoudswerkzaamhedenuitvoertaandemachine.
32

Controlelijstvoordagelijksonderhoud
Kopieerdezepaginatenbehoevevangebruikbijroutinecontroles.
Voorweekvan:
GecontroleerditemMa.Di.Wo.Do.Vr.Za.Zo.
Werkingvanveiligheidssysteemcontroleren.
Werkingvanderemmen
controleren.
Motoroliepeilcontroleren.
Peilvandekoelvloeistof
controleren.
Brandstoflter/waterafscheideraftappen.
Luchtlter,stofkap
enontluchtingsventiel
controleren.
Controlerenofmotor
ongewonegeluidenmaakt.
Radiateur/oliekoeler
controlerenopvuil.
Controlerenopongewone
geluidentijdenshetgebruik.
Peilvanhydraulische
vloeistofcontroleren.
Hydraulischeslangen
enleidingenopschade
controleren.
Controlerenoplekkages.
Brandstofpeilcontroleren.
Debandenspanning
controleren.
Werkingvaninstrumenten
controleren.
Maaihoogte-instelling
controleren.
Allesmeernippelssmeren.
Beschadigdelakbijwerken.
1
Controleerdegloeibougieendespuitmondenvandeinjector,alsdemotormoeilijkstart,buitensporigveelrookafgeeftof
ongelijkmatigloopt.
2
Onmiddellijknaelkewasbeurt,ongeachthetvoorgeschreveninterval
2
2
Belangrijk:Ziede
Aantekeningvoorspecialeaandachtsgebieden:
Controleuitgevoerddoor:
ge br uik er shandleiding
ItemDatum
vandemotorvoorverdereonderhoudsprocedures.
Informatie
33

Onderhoudsschema
Figuur39
Procedures
voorafgaandeaan
onderhoud
Motorkapverwijderen
Demotorkapkaneenvoudigwordenverwijderdom
onderhoudswerkzaamhedeninhetmotorgedeeltevande
machineuittevoeren.
1.Ontgrendelenopendemotorkap.
2.VerwijderdeR-penwaarmeehetdraaipuntvande
motorkapaandemontagebeugelsisbevestigd(Figuur
40).
Accudekselverwijderen
1.Opendemotorkap.
2.Zetdeknoppenlosenverwijderhetaccudeksel(
41).
Figuur41
3.RaadpleegOnderhoudvandeaccuinhetonderdeel
Onderhoudvanhetelektrischsysteeminde
Gebruikershandleiding.
Figuur
Figuur40
1.R-pen
3.Schuifdemotorkapnaarderechterkant,tildeandere
kantomhoogentrekdemotorkapuitdebeugels.
Opmerking:Monteerdemotorkapindeomgekeerde
volgorde.
34

Smering
Lagersenlagerbussensmeren
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren(Smeeralle
lagersenbussendagelijksinstofgeen
vuileomstandigheden.)
Demachineisvoorzienvansmeerpuntendieregelmatig
moetenwordengesmeerdmetnr.2smeervetvooralgemene
doeleindenoplithiumbasis.Delagersendelagerbussen
moetenelkedagwordengesmeerdalsdemachineinzeer
stofgeenvuileomstandighedenwordtgebruikt.Bijgebruik
indezeomstandighedenkanervuilterechtkomenindelagers
enlagerbussen,hetgeentotsnellereslijtagekanleiden.Smeer
desmeernippelonmiddellijknaelkewasbeurt,ongeachtde
voorgeschreveninterval.
Desmeerpuntenendehoeveelhedenzijn:
•Draaipunt(Figuur42)
•Draaipuntenenhefcilindersachterstehefarm(3elk)
(Figuur44)
Figuur44
•Draaipuntenvanmaaidekken(2elk)(Figuur45)
Figuur42
•Draaipuntenenhefcilindersvoorstehefarm(3elk)
(Figuur43)
Figuur43
Figuur45
•Afstelmechanismeneutraalstand(Figuur46)
Figuur46
35

•Schuifvoormaaien/transport(Figuur47)
Figuur47
•Draaipuntriemspanning(Figuur48)
Opmerking:Desgewenstkaneenextrasmeernippel
wordengemonteerdophetandereuiteindevande
stuurcilinder.Verwijderdeband,monteerdenippel,spuit
vetindenippel,verwijderdenippelenplaatsdeplug
(Figuur50).
Figuur50
•Stuurcilinder(Figuur49)
Figuur48
Figuur49
36

Onderhoudmotor
Onderhoudvanhetluchtlter
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren(Vakerinzeer
stofgeofvuileomstandigheden)
•Controleerdeluchtlterbehuizingopschadedieeen
luchtlekkanveroorzaken.Vervangdeluchtlterbehuizing
indiendezebeschadigdis.Controleerhetgehele
luchtinlaatsysteemoplekken,beschadigingoflosse
slangklemmen.
•Verrichtdeonderhoudswerkzaamhedenmet
inachtnemingvandeaanbevolenonderhoudsintervallen
ofeerderalsdeprestatiesvandemotorachteruitgaan
alsgevolgvanbuitengewoonstofgeenvuile
omstandigheden.Alsuhetluchtltervervangtvoordat
ditnodigis,wordtalleenmaardekansvergrootdatervuil
indemotorkomtalshetlterwordtverwijderd.
•Zorgervoordathetdekselgoedvastzitende
luchtlterbehuizinghelemaalafsluit.
1.Maakdesluitingenloswaarmeehetdekselvanhet
luchtlterisbevestigdaandeluchtlterbehuizing
Figuur51).
(
2.Verwijderhetdekselvandeluchtlterbehuizing(Figuur
51).
3.Voordatuhetlterweghaalt,moetumetschone
endrogepersluchtonderlagedruk(276kPa)grote
hoeveelhedenaangekoektvuilverwijderendattussen
debuitenkantvanhetvoorlterendelterbuszit.
Gebruikgeenpersluchtonderhogedruk,omdat
hierdoorvuilviathelterinhetinlaatkanaalkan
wordengeblazen.Dezereinigingvoorkomtdater
vuilindeinlaatterechtkomtalshetvoorlterwordt
verwijderd.
Figuur51
1.Luchtlterdeksel
5.Inspecteerhetnieuwelteroptransportschadeen
controleerhetuiteindevanhetlter,datgoedmoet
aansluiten,endelterbehuizing.Eenbeschadigd
elementmagnietwordengebruikt.
6.Plaatshetnieuwelterdoordebuitenringvanhet
elementaantedrukkenomditvasttezetteninde
lterbus.Druknietophetexibelemiddenvan
hetlter.
7.Reinigdeopeningvandevuiluitlaatdiezichinhet
afneembaredekselbevindt.Verwijderderubberen
uitlaatklepvanhetdeksel,maakdeholteschoonen
plaatsdeklepterug.
8.Monteerhetdekselmetderubberenuitlaatklepnaar
benedengericht–ineenstandtussenongeveer5:00tot
7:00uur,gezienvanafhetuiteinde.
9.Maakdesluitingenvanhetluchtlterdekselvast.
2.Filter
4.Verwijderenvervanghetlter(Figuur51).
Hetwordtafgeradenhetgebruikteelementte
reinigenomdatditkanleidentotbeschadigingvande
ltermedia.
Motorolieverversenenlter
vervangen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste50bedrijfsuren
Omde150bedrijfsuren
1.Verwijdereenaftapplug(
eenopvangbaklopen.Alsergeenoliemeernaarbuiten
stroomt,plaatstudeaftapplugterug.
37
Figuur52)enlaatdeoliein

Onderhoud
brandstofsysteem
Onderhoudvande
brandstoftank
Figuur52
1.Aftappluggenmotorolie
2.Verwijderhetolielter(Figuur53).Smeereendun
laagjeschoneolieopdenieuwelterpakkingvoordatu
dezevastschroeft.Niettevastdraaien.
Figuur53
1.Motorolielter
Onderhoudsinterval:Omde2jaar—Brandstoftank
aftappenenreinigen.
Detankmoetwordenafgetaptengereinigdalshet
brandstofsysteemvervuildraaktofwanneerdemachinevoor
langeretijdwordtopgeslagen.Gebruikschonebrandstofom
detankuittespoelen.
Brandstoeidingenen
-verbindingencontroleren
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaarlijks
(houdhierbijdekortsteperiodeaan)
Deleidingenenaansluitingencontrolerenopslijtage,
beschadigingenofloszittendeverbindingen.
Waterafscheideraftappen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Plaatseenschoneopvangbakonderhetbrandstoflter.
2.Draaideaftapplugonderdelterbuslos(Figuur54).
3.Vulhetcarterbijmetolie;zieMotoroliepeil
controleren.
Figuur54
1.Waterafscheider/lterbus3.Aftapventiel
2.Ontluchtingsplug
3.Draaideplugweervastnahetaftappen.
38

Brandstoflterbusvervangen
Onderhoudelektrisch
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren
1.Reinigdeomgevingvandeplaatswaardelterbus
wordtgemonteerd(
2.Verwijderdelterbusenreinigdeplaatswaardeze
wordtgemonteerd.
3.Smeerschoneolieopdepakkingvandelterbus.
4.Monteerdelterbusmetdehandtotdatdepakking
contactmaaktendraaidezevervolgensnogeenhalve
slagverder.
Figuur54).
Injectorsontluchten
Opmerking:Dezeproceduremaguitsluitendworden
toegepastalshetbrandstofsysteemisontluchtmetbehulpvan
denormaleontluchtingsproceduresendemotornietstart;zie
Brandstofsysteemontluchten.
1.Draaideleidingconnectornaarspuitmondnr.1ende
houderlos.
Figuur55
1.Brandstonjectors
2.ZetdegashendelopSnel.
3.DraaihetsleuteltjenaardestandStartenbekijkhoe
debrandstofomdeconnectorstroomt.Draaihet
sleuteltjeopUITwanneerueenononderbrokenstraal
ziet.
4.Draaideleidingconnectorgoedvast.
5.Herhaaldezeprocedurebijdeoverigeverstuivers.
systeem
Onderhoudvandeaccu
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsuren—Zuurpeil
controleren.(Elke30dagencontroleren
alsdemachineisopgeslagen.)
Hetaccuzuurmoetophetjuistepeilwordengehoudenen
debovenkantvandeaccumoetschoonblijven.Alsde
machinewordtopgeslagenineenzeerheteomgeving,zalde
accusnellerontladendanwanneerdemachineineenkoele
omgevingwordtopgeslagen.
Ukunthetpeilindecellenbijhoudenmetgedestilleerdof
gedemineraliseerdwater.Vuldecellenniethogerdande
onderkantvandesleufringinelkecel.Plaatsdevuldoppenen
zorgervoordatdedoppennaardeachterkantwijzen(inde
richtingvandebrandstoftank).
GEVAAR
Accuzuurbevatzwavelzuur;ditiseendodelijkgif
daternstigebrandwondenveroorzaakt.
•Umagaccuzuurnooitinslikkenenmoet
elkcontactmethuid,ogenofkleding
vermijden.Draageenveiligheidsbrilen
rubberhandschoenenomuwogenenhandente
beschermen.
•Vuldeaccualleenbijopplaatsenwaarschoon
wateraanwezigisomindiennodiguwhuidaf
tespoelen.
Houddebovenkantvandeaccuschoondoordezeafen
toetereinigenmeteenborsteldieineenoplossingvan
ammoniakofnatriumbicarbonaatisgedompeld.Spoelde
bovenkantnahetreinigenafmetwater.Verwijdernooitde
vuldoppenbijhetreinigen.
Deaccukabelsmoetenstevigopdeaccupolenzittenzodat
zegoedcontactmaken.
WAARSCHUWING
Alsaccukabelsverkeerdwordenverbonden,kan
ditschadeaandemachineendekabelstotgevolg
hebbenenvonkenveroorzaken.Hierdoorkunnen
accugassentotontplofngkomenenlichamelijk
letselveroorzaken.
•Maak
voordatudepluskabel(rood)losmaakt.
•Sluit
aanvoordatudeminkabel(zwart)aansluit.
altijd
deminkabel(zwart)vandeacculos
altijd
eerstdepluskabel(rood)vandeaccu
Alseropdeaccupolencorrosieontstaat,moetudekabels
losmaken,demin(–)kabeleerst,endeklemmenenpolen
39

afzonderlijkschoonkrabben.Zetdekabelsweervast,deplus
(+)kabeleerst,ensmeerdeaccupoleninmetvaseline.
WAARSCHUWING
Onderhoud
aandrijfsysteem
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Accuklemmen,accupolenendergelijke
onderdelenbevattenloodenloodverbindingen.
Vandezestoffenisbekenddatzekanker
enschadeaandevoortplantingsorganen
veroorzaken.
dez e onderdelen in aanraking bent gew eest.
W as altijd uw handen nadat u met
Zekeringen
Dezekeringeninhetelektrischesysteemvandemachine
bevindenzichonderdekapvanhetbedieningspaneel.
Detractie-aandrijvingafstellen
voordeneutraalstand
Alsdemachinebeweegtwanneerhettractiepedaalinde
neutraalstandstaat,moetdeafstelnokvandetractieworden
afgesteld.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlaken
zetdemotoraf.
2.Krikdemachineomhoogzodatdezemetéénvoorwiel
enéénachterwielvrijkomtvandegrond,enplaats
steunblokkenonderhetframe.
WAARSCHUWING
Alsdemachinenietgoedisondersteund,
kandezeperongeluknaarbenedenvallen,
waardooriemanddiezicheronderbevindt,
letselkanoplopen.
en
Éénvoorwiel
vrijkomenvandegrond,omdatandersde
machinetijdensdeafstellingzalbewegen.
éénachterwielmoeten
3.Draaideborgmoeropdeafstelnokvandetractielos
(Figuur56).
Figuur56
1.Afstelnokvandetractie
2.Borgmoer
40

WAARSCHUWING
Demotormoetlopenzodateenlaatste
afstellingvandeafstelnokvandetractiekan
wordenuitgevoerd.Contactmetheteof
bewegendeonderdelenkanlichamelijkletsel
veroorzaken.
Houdgezicht,handen,voetenenandere
lichaamsdelenuitdebuurtvande
geluiddemper,anderehetedelenvandemotor
endraaiendeonderdelen.
4.Startdemotorendraaidezeskantigemoervandenok
inbeiderichtingenomdemiddelstepositievanhet
bereikvandeneutraalstandtebepalen.
5.Draaideborgmoervastomdeafstellingteborgen.
6.Zetdemotoraf.
7.Haaldesteunblokkenwegenlaatdemachineneer
opdegrond.Maakeenproefritmetdemachine
omerzekervantezijndatdezenietbeweegtalshet
tractiepedaalindeneutraalstandstaat.
Onderhoudkoelsysteem
Hetkoelsysteemvandemotor
reinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Verwijderdagelijkshetvuilvandeoliekoeler/radiateur.Reinig
zevakeralsinvuileomstandighedenwordtgemaaid.
1.Zetdemotorafenopendemotorkap.Verwijder
grondigalhetvuildatzichrondhetmotorgedeelte
bevindt.
2.Reinigbeidezijdenvandeoliekoeler/radiateurgrondig
metperslucht(Figuur57).
1.Radiator/oliekoeler
3.Sluitdemotorkap.
Figuur57
41

Onderhoudenremmen
Onderhoudriemen
Parkeerremafstellen
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren—Controleer
deafstellingvandeparkeerrem.
1.Draaidestelschroefloswaarmeedeknopisbevestigd
aandeparkeerremhendel(Figuur58).
Figuur58
1.Parkeerremhendel
2.Knop
3.Stelschroef
Onderhoudvanderiemenvan
demotor
Onderhoudsinterval:Nadeeerste10bedrijfsuren—De
conditieendespanningvanalleriemen
controleren.
Omde100bedrijfsuren—Deconditieendespanning
vanalleriemencontroleren.
Riemvanwisselstroomdynamo/ventilatorspannen
1.Opendemotorkap.
2.Controleerdespanningdoorderiemmiddentussen
poeliesvandewisselstroomdynamoendekrukasinte
drukkenmeteenkrachtvan98N.Deriemmoeteen
spelingvan11mmhebben.
2.Draaiaandeknoptotdateenkrachtvan130-140N
nodigisomdehendeltebedienen.
3.Draaidestelschroefvastnadatdecorrecteafstelling
isverkregen.
Figuur59
1.Riemvanwisselstroomdynamo/ventilator
3.Alsdespelingnietcorrectis,voltooidandevolgende
procedureomderiemtespannen:
A.Draaideboutloswaarmeedebeugelisbevestigd
aandemotorendraaideboutloswaarmeede
wisselstroomdynamoisbevestigdaandebeugel.
B.Plaatseenrolkoevoettussende
wisselstroomdynamoendemotorenwrik
dewisselstroomdynamolos.
C.Alsdejuistespanningisverkregen,draaitude
wisselstroomdynamoendeboutenvandebeugel
vastomdeafstellingteborgen
DeHydrostataandrijfriemvervangen
1.Steekeendopschroevendraaierofeenstukjebuisinhet
uiteindevandespanveervanderiem.
WAARSCHUWING
Weesvoorzichtigalsudeveerontspantomdat
deveerbelastinghoogis.
42

2.Drukhetuiteindevandeveeromlaagennaarvoren
(Figuur60)omdezelostemakenvandebeugelende
veerspanningopteheffen.
Figuur60
Onderhoud
bedieningsysteem
Degashendelafstellen
1.Zetdegashendelnaarachterenzodatdezetegende
sleufinhetbedieningspaneelaankomt.
2.Maakdeklemvandegaskabelopdehefboomarmvan
deinjectiepomplos(
Figuur61).
1.Hydrostataandrijfriem
3.Plaatsderiemterug.
4.Omdeveertespannen,moetudeprocedureinde
omgekeerdevolgordeuitvoeren.
2.Uiteindevanveer
Figuur61
1.Hefboomarmvaninjectiepomp
3.Houddehefboomarmvandeinjectiepomptegende
regelschroefvoorhetstationairtoerentalenzetde
kabelklemvast.
4.Draaideschroevenloswaarmeedegashendelis
bevestigdaanhetbedieningspaneel.
5.Duwdegashendelhelemaalnaarvoren.
6.Schuifdeaanslagplaattegendegashendelaanendraai
deschroevenvastwaarmeedegashendelisbevestigd
aanhetbedieningspaneel
7.Alsdegashendeltijdenshetgebruiknietinpositie
blijft,moetudeborgmoerwaarmeedefrictieregelaar
opdegashendelwordtvastgezet,aandraaienmeteen
torsievan5-6Nm.Dekrachtdienodigisomde
gashendeltebedienen,magmaximaal89Nzijn.
43

Onderhoudhydraulisch
systeem
Hydraulischltervervangen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste10bedrijfsuren
Omde200bedrijfsuren/Jaarlijks(houdhierbijde
kortsteperiodeaan)
Alsuhetltervervangt,moetueenorigineelToro-lter
(onderdeelnr.86-3010)monteren.
Belangrijk:Alseenanderlterwordtgebruikt,kande
garantievanbepaaldeonderdelenkomentevervallen.
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,laatde
maaidekkenneer,zetdemotoraf,steldeparkeerrem
inwerkingenverwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.Reinigdeomgevingvandeplaatswaarhetlterwordt
gemonteerd.Plaatseenopvangbakonderhetlter
Figuur62)enverwijderhetlter.
(
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,laatde
maaidekkenneer,zetdemotoraf,steldeparkeerrem
inwerkingenverwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
2.Maakdegrotehydraulischeslang(
hetreservoirenlaatdehydraulischevloeistofineen
opvangbaklopen.Brengdehydraulischeslangterug
aanalsergeenhydraulischevloeistofmeernaarbuiten
komt.
Figuur63)losvan
Figuur62
1.Hydraulischlter
3.Smeerdenieuwelterpakkingenvulhetltermet
hydraulischevloeistof.
4.Zorgervoordatdeplaatswaarhetlterwordt
bevestigd,schoonis.Schroefhetltereroptotdatde
pakkingcontactmaaktmetdebevestigingsplaat:draai
hetltervervolgensnogeenseen1/2slag.
5.Startdemotorenlaatdezeongeveer2minutenlopen
omluchtuithetsysteemteverwijderen.Zetdemotor
afencontroleeropolielekkages.
Figuur63
1.Hydraulischeslang
3.Vulhetreservoir(Figuur64)metongeveer13,2liter
hydraulischevloeistof;zieHydraulischevloeistof
controleren.
Belangrijk:Gebruikuitsluitendde
gespeciceerdehydraulischevloeistoffen.
Anderevloeistoffenkunnenschadeaanhet
systeemveroorzaken.
Hydraulischevloeistof
verversen
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren
Alsdevloeistofverontreinigdraakt,moetucontactopnemen
metuwplaatselijkeToro-dealeromdathetsysteemdient
tewordenschoongespoeld.Verontreinigdehydraulische
vloeistofzieterinvergelijkingmetschonevloeistof
melkachtigofzwartuit.
Figuur64
1.Dopvandehydraulischetank
4.Plaatsdedopweerophetreservoir.Startdemotor
engebruikallehydraulischebedieningsorganenom
dehydraulischevloeistofdoorhethelesysteemte
verspreiden.Controleerookoplekkages;zetdaarna
demotoraf.
44

5.Controleerhetvloeistofpeilenvulvoldoendevloeistof
bijtotdathetpeildeVol-markeringopdepeilstok
bereikt.Niettevolvullen.
Onderhoudvanmaaidek
Deoptionelemeetstaaf
Hydraulischeslangenen
leidingencontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Dehydraulischeleidingenenslangencontrolerenoplekkages,
kinken,loszittendesteunen,slijtage,loszittendeaansluitingen,
slijtagedoorweersinvloedenendeinwerkingvanchemicaliën.
Voerallenoodzakelijkereparatiesuitvoordatudemachine
weeringebruikneemt.
WAARSCHUWING
Hydraulischevloeistofdieonderdrukontsnapt,kan
doordehuidheendringenenletselveroorzaken.
•Controleerofallehydraulischeslangen
enleidingeningoedestaatverkeren
enallehydraulischeaansluitingenen
verbindingsstukkenstevigvastzittenvoordatu
drukzetophethydraulischesysteem.
•Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleine
lekgatenofspuitmondenwaaruitonderhoge
drukhydraulischevloeistofontsnapt.
•Ukuntlekkeninhethydraulischesysteem
opsporenmetbehulpvankartonofpapier.
•Hefalledrukinhethydraulischesysteemop
veiligewijzeop,voordatuwerkzaamhedengaat
verrichtenaanhethydraulischesysteem.
•Waarschuwonmiddellijkeenartsalser
hydraulischevloeistofisgeïnjecteerdindehuid.
gebruiken
Gebruikdemeetstaafomhetmaaidekaftestellen.Raadpleeg
degebruikershandleidingvoordemaaidekkenvoorde
afstellingvanhetmaaidek(Figuur22).
Figuur65
1.Hoogtelat
2.Stelschroefvoor
maaihoogte
3.Moer
4.Openingenvoorhet
instellenvandeGroomer
HOG
5.Ongebruikteopening
Maaidekkenwetten
WAARSCHUWING
Contactmetdemessenkooienofanderebewegende
onderdelenkanlichamelijkletselveroorzaken.
•Houdvingers,handenofkledinguitdebuurtvande
messenkooienofanderebewegendeonderdelen.
•Probeerdemessenkooiennooitmetuwhandenofvoeten
tedraaienofaanterakenterwijldemotordraait.
Opmerking:Bijhetwettendraaienallemaaidekkensamen.
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaaloppervlak,laatde
maaidekkenneer,zetdemotoraf,steldeparkeerrem
inwerkingenzetdeactiverings-/blokkeringsknopop
BLOKKEREN.
2.Tilhetvloerpaneelopomtoegangtekrijgentotde
bedieningselementen.
3.Voervoorhetwettendeeersteafstellingenuitvanhet
contacttussenmessenkooiensnijplaat;raadpleegde
Gebruikershandleidingvanhetmaaidek.
45

4.Startdemotorenlaatdezeopeenlaagstationair
toerentallopen.
GEVAAR
Wanneeruhettoerentalvandemotor
tijdenshetwettenverandert,kunnende
messenkooientotstilstandkomen.
•Verandernooithetmotortoerentaltijdens
hetwetten
•Wetdemessenkooienuitsluitendalsde
motorstationairloopt.
5.Zetdetoerentalregelingvandemessenkooienopstand
1(Figuur66).
10.Alsudemaaidekkentijdenshetwettenwilt
afstellen,schakeltudemessenkooienuitdoorde
maai-/hefhendelnaarachterentebewegen;zetde
activerings-/blokkeringsschakelaaropBlokkerenen
zetdemotoraf.Nadeafstellingherhaaltustappen
tot5enmet9.
11.Herhaaldezeprocedurebijallemaaidekkendieuwilt
wetten.
12.Alsuklaarbentmetwetten,moetudewethendelsin
demaaistandzetten,demotorkaplatenzakkenenalle
wetpastavandemaaidekkenwassen.Stelindiennodig
hetcontacttussendemessenkooiendesnijplaataf.
Zetdetoerentalregelingvandemessenkooieninde
gewenstemaaistand.
Belangrijk:Alsdewetschakelaarnahetwetten
nietindemaaistand(F)wordtgezet,zullende
maaidekkennietomhoogkomenofnaarbehoren
werken.
Opmerking:Vooreenbeteresnijrandmoetude
voorkantvandesnijplaatbijvijlenalsuklaarbentmet
wetten.Hiermeeverwijdertubramenofruweranden
diekunnenzijnontstaanopdesnijrand.
Figuur66
1.Wethendel2.Toerenregelaarvan
6.Zetdewethendelindeachteruitstand(R)(Figuur66).
messenkooienknop
GEVAAR
Omlichamelijkletseltevoorkomen,dientu
buitenhetbereikvandemaaidekkentezijn
voordatuverderewerkzaamhedenuitvoert.
7.Zetdemaai-/hefhendelindeMaaistandenzetde
activerings-/blokkeringsschakelaaropBlokkeren.Zet
demaai-/hefhendelnaarvorenomtebeginnenmet
wetten.
8.Brengdewet-pastaaanmetdeborstelmetdelange
steel.Gebruiknooiteenborstelmeteenkortesteel.
9.Alsdemessenkooienblijvenvastzittenofinstabiel
wordentijdenshetwetten,moetuhettoerentalvande
messenkooienverhogentotdatdesnelheidstabiliseert.
Zetdaarnahettoerentalweeropstand1ofdegewenste
snelheid.
46

Stalling
Opslagvandeaccu
Alsudemachinelangerdan30dagengaatopslaan,moetude
accuverwijderenenvolledigopladen.Sladeaccuopineen
koeleomgevingomtevoorkomendatdeaccusnelontlaadt.
Omtevoorkomendatdeaccubevriest,moetdezevolledig
zijnopgeladen.Hetsoortelijkgewichtvaneenvolledig
opgeladenaccuis1,265-1,299.
Voorbereidingenvoor
winteropslag
Volgdezeprocedureselkekeeralsudemachinelangerdan
30dagenopslaat.
Motor
1.Tapdemotorolieafuithetcarterenplaatsdeaftapplug
weerterug.
2.Verwijderhetolielterengooihetweg.Plaatseen
nieuwolielter.
3.Vulhetoliecartermetongeveer3,8literSAE15W-40
motorolie.
4.Startdemotorenlaatdezeongeveertweeminuten
stationairlopen.
5.Zetdemotoraf.
6.Tapallebrandstofgoedafuitdebrandstoftank,de
brandstoeidingenenhetbrandstoflter/waterafscheider.
7.Spoeldebrandstoftankommetverse,schone
dieselbrandstof.
Tractie-eenheid
1.Reinigdetractie-eenheid,demaaidekkenendemotor
grondig.
2.Controleerdebandenspanning.Pompallebandenop
tot12psi.
3.Controleerofallebevestigingenvastzitten;zetzevast
indiennodig.
4.Smeerallesmeer-endraaipuntenmetvetofolie.Neem
overtolligvetop.
5.Plaatsenwaardelakisbekrast,beschadigdofgeroest,
moetenlichtgeschuurdenbijgewerktworden.
Eventueledeukenindemetalencarrosserieuitdeuken.
6.Verrichtdevolgendeonderhoudswerkzaamhedenaan
deaccuendekabels:
A.Haaldeaccuklemmenlosvandeaccupolen.
B.Verwijderdeaccu.
C.Laaddeaccuvoordeopslagenomde60dagen
24uurlangopomloodsulfatievandeaccute
voorkomen.
8.Zetalleonderdelenvanhetbrandstofsysteemweer
goedvast.
9.Zorgervoordathetluchtltergrondigworden
gereinigdeneenonderhoudsbeurtkrijgt.
10.Plakdeluchtlterinlaatendeuitlaatafmet
weerbestendigetape.
11.Controleerdeantivriesbeschermingenvulzoveelbij
alsnodigismethetoogopdeplaatselijkteverwachten
minimumtemperatuur.
Omtevoorkomendatdeaccubevriest,moetdeze
volledigzijnopgeladen.Hetsoortelijkgewicht
vaneenvolledigopgeladenaccuis1,265-1,299.
D.Reinigdeaccu,deklemmenendepolenmet
behulpvaneenstaalborsteleneenoplossingvan
zuiveringszout(natriumbicarbonaat).
E.SmeereendunlaagjeGrafo112X-vet(Toro
onderdeelnr.505-47)ofvaselineopde
kabelklemmenendeaccupolenomcorrosiete
voorkomen.
F.Umoetdeaccuineenkoelgebiedapartopslaan
ofopdemachineplaatsen.Deaccukabelsmogen
nietaangeslotenzijnopdeaccualsudezeopde
machineplaatst.
47

Schema's
Elektrischschema(Rev.B)
48

.73
.33 .58
OR7
.035 "
500 ps i
3000 psi
100-150 psi
12.012.0
24.7
1.44
6.1
100 0 ps i
OR1
.040
1.50" Bore
0.625" Rod
2.25" St roke
Ste ering Cylinder
2.00" Bore
0.625" Rod
3.79" St roke
ENG INE IDLE
3200 / 1400
PUMP RP M = 0. 96 x
ENG INE RP M
MOW = 10 G PM (6 MPH)
TRANSPO RT = 18 GP M (11 MPH)
BACKLAP
SWITCH
(SW)
REEL #4
OR2
.020"
OR1
.050"
LC
FC
PRV
MV
T
M1
C1
P
C4
G
G1 P
M2
T
C5
RV
S2
S4S3
S1
P E T
L R
4.0 G PM
7.0 G PM
BREATHER
SUCTION
STRAINER
TOW
VALVE
G2
C2
MOW CO NTROL
VALVE
LIFT CO NTROL
VALVE
200-300 psi
.73 .73 .73 .73
REEL #1 REEL #5 REE L #2 REEL #3
CV1
25 p si
1.50" Bore
0.625" Rod
2.33" St roke
OR3
.040 "
OR5
.040 "
OR2
.046 "
OR4
.046 "
OR6
.046 "
OR6
.055 "
C2
C3 C7
C6
C8
2x
1.50" Bore
0.625" Rod
2.25" St roke
1.50" Bore
0.625" Rod
2.33" St roke
150 0 ps i
M3
G02 2031
Hydraulischschema(Rev.B)
49

Opmerkingen:
50

Opmerkingen:
51

DegarantietotaaldekkingvanT oro
Beperktegarantie
Gedektevoorwaardenenproducten
DeT oroCompanyendehieraangelieerdeonderneming,T oroW arrantyCompany ,
biedenkrachtenseenovereenkomsttussenbeideondernemingengezamenlijk
degarantiedatuwT oro-product(hierna:het'product')gedurendetweejaarof
1500bedrijfsuren*vrijvanmateriaalgebrekenoffabricagefoutenis,metdien
verstandedathierbijdekortsteperiodemoetwordenaangehouden.Dezegarantie
geldtvooralleproductenmetuitzonderingvanbeluchters(ziedeafzonderlijke
garantieverklaringenvoordezeproducten).Ineengevalwaarindegarantievan
toepassingis,zullenwijhetproductkosteloosreparerenenooknietdekosten
vandiagnose,arbeid,onderdelenentransportinrekeningbrengen.Degarantie
gaatinopdedatumwaarophetproductisgeleverdaandeoorspronkelijkekoper.
*Productenuitgerustmeteenurenmeter.
Aanwijzingenvooraanvraagvangarantieservice
Udientcontactoptenemenmetdedistributeuroferkendedealerbijwieuhet
productheeftgekocht,zodraudenktdatersprakeisvaneengevalwaaropde
garantievantoepassingis.Alshetumoeitekosteendistributeuroferkendedealer
tevindenofvragenhebtoverrechtenofplichtenmetbetrekkingtotdegarantie,kunt
ucontactmetonsopnemenop:
ToroCommercialProductsServiceDepartment
ToroWarrantyCompany
811 1LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420-1196,VS
+1–952–888–8801of+1–800–952–2740
E-mail:commercial.warranty@toro.com
Plichtenvandeeigenaar
AlseigenaarvanhetproductbentuverantwoordelijkvoordevereisteonderhoudsenafstelwerkzaamhedendiewordenvermeldindeGebruikershandleiding.Indien
unalaatdevereisteonderhouds-enafstelwerkzaamhedenuittevoeren,kandit
aanleidingzijneenaanspraakopgarantieaftewijzen.
Zakenengevallendienietonderdegarantievallen
Nietallestoringenofdefectenvanhetproductdieplaatsvindentijdensde
garantieperiodezijnmateriaalgebrekenoffabricagefouten.Buitendezegarantie
vallen:
•DefectenalsgevolgvanhetgebruikvananderedanorigineleT oro-onderdelen,
ofalsgevolgvandemontageengebruikvanadditionele,gewijzigdeofnietvan
Toroafkomstigeaccessoiresenproducten.Defabrikantvandezeartikelenkan
eenafzonderlijkegarantieverstrekken.
•Defectenalsgevolgvannalatigheidomaanbevolenonderhoudsen/of
afstelwerkzaamhedenteverrichten.AlsuuwT oro-productnietgoed
onderhoudtvolgensdelijstmetaanbevolenonderhoudswerkzaamhedenin
deGebruikershandleidingkanditertoeleidendatgarantieclaimsworden
afgewezen.
•Defectenalsgevolgvanverkeerd,achteloosofroekeloosgebruikvanhet
product.
•Onderdelendieonderhevigzijnaanslijtagedoorgebruik,tenzijdezegebreken
vertonen.V oorbeeldenvanonderdelendieslijtenofwordenverbruikt
tijdenseennormaalgebruikvanhetproductzijnondermeer,maarniet
uitsluitend:remblokkenenremvoeringen,koppelingsvoeringen,maaimessen,
messenkooien,rollenenlagers(verzegeldofsmeerbaar),snijplaten,bougies,
zwenkwielenenzwenkwiellagers,banden,lters,drijfriemenensommige
onderdelenvanspuitmachineszoalsmembranen,spuitdoppen,afsluitkleppen
endergelijke.
•Defectenveroorzaaktdoorexterneinvloeden.Externeinvloedenzijnonder
meer,maarnietuitsluitend:weersomstandigheden,wijzevanopslag,
verontreiniging,gebruikvanniet-goedgekeurdebrandstoffen,koelvloeistoffen,
smeermiddelen,additieven,meststoffen,water ,chemicaliënendergelijke.
•Storingenofgebrekkigeprestatiesdiehetgevolgzijnvanhetgebruikvan
brandstoffen(bv.benzine,dieselofbiodiesel)dienietvoldoenaanhun
respectievelijkeindustriestandaarden.
•Normalegeluidssterkte,trillingen,slijtageenachteruitgang.
•Normaleslijtageomvatondermeer ,maarnietuitsluitend:schadeaan
stoelenalsgevolgvanslijtageofafschuring,afgebladderdeverfoppervlakken,
beschadigdestickersenkrassenopruiten.
Onderdelen
Garantiewordtverleendoponderdelendiemoetenwordenvervangeninhetkader
vanhetvereisteonderhoud,gedurendedegarantieperiodetothungeplande
vervanging.Eenonderdeeldatuithoofdevandegarantieisvervangen,komtvoor
deduurvandeoorspronkelijkeproductgarantieinaanmerkingvoordegarantieen
wordteigendomvanT oro.T oroneemtdeuiteindelijkebeslissingofeenonderdeel
ofeengroepvanonderdelenwordtgerepareerdofvervangen.T oromagvoor
garantiereparatiesindefabriekgereviseerdeonderdelengebruiken.
Garantiesemitractieaccuenlithiumionaccu:
Semitractieaccu'senlithiumionaccu'shebbeneenspeciektotaalaantalkilowatturen
diezijtijdenshunlevensduurkunnenleveren.Degebruiktetechniekenvoorhet
bedienen,opladenenonderhoudenvandeaccukanleidentoteenlangereof
korterelevensduurvandeaccu.Alsdeaccu’sinditproductwordengebruikt,zalhun
bruikbaarheidtussendeoplaadintervallenlangzaamverminderentotdatzijvolledig
uitgeputzijn.V ervangingvaneenaccudieisuitgeputalsgevolgvannormaalgebruik,
isdeverantwoordelijkheidvandeeigenaarvanhetproduct.Eenaccumoetsoms
tijdensdenormalegarantieperiodeopkostenvandeeigenaarwordenvervangen.
Opmerking:(alleenlithiumionaccu):eenlithiumionaccuheefteengedeeltelijke
proratagarantiedielooptvanjaar3totjaar5endiegebaseerdisopdetijddie
deaccualdienstheeftgedaanendegebruiktekilowatturen.Raadpleegde
Gebruikershandleidingvoormeerinformatie.
Onderhoudistenkostevandeeigenaar
Opvoerenvandemotor,smeren,reinigenenwaxen,hetvervangenvanlters,
koelvloeistofenhetuitvoerenvanaanbevolenonderhoudswerkzaamhedenbehoren
totdegebruikelijkewerkzaamhedendienodigzijnvoorT oro-productenendievoor
rekeningvandeeigenaarzijn.
Algemenevoorwaarden
Opgrondvandezegarantiesmogenreparatiesuitsluitendwordenuitgevoerddoor
eenerkendeT oro-dealer.
TheToroCompanyendeT oroWarrantyCompanyzijnnietaansprakelijk
voorindirecteofbijkomendeschadeofgevolgschadeinsamenhangmet
hetgebruikvandeToro-productendieonderdezegarantievallen,inclusief
dekostenofuitgavenvoordeleveringvanvervangenmateriaalofdiensten
gedurendeeenredelijkeperiodevanonbruikbaarheidofbuitengebruikstelling
tijdensdeuitvoeringvanreparatiewerkzaamhedenopgrondvandezegarantie.
Metuitzonderingvandeemissiegarantiewaarnaarhieronder ,indienvan
toepassing,wordtverwezen,bestaatergeenandereexplicietegarantie.Alle
implicietegarantiesvanverkoopbaarheidofgeschiktheidvoorgebruikzijn
beperkttotdeduurvandezeexplicietegarantie.
Sommigestatenlatengeenuitsluitingvanincidenteleofvoortvloeiendeschadetoe,
nochbeperkingenvandeduurvangeïmpliceerdegaranties.Debovenstaande
uitsluitingenenbeperkingenzijndaarommogelijknietopuvantoepassing.Deze
garantiegeeftuspeciekejuridischerechten;daarnaastkuntubeschikkenover
andererechtendieperlandkunnenverschillen.
Opmerkingmetbetrekkingtotdegarantieopdemotor:
Hetemissiecontrolesysteemopuwproductkanvallenonderdedekkingvan
eenafzonderlijkegarantiedietegemoetkomtaandeeisenvandeAmerikaanse
EnvironmentalProtectionAgency(EP A)en/ofdeCaliforniaAirResourcesBoard
(CARB).Debeperkingenvandebedrijfsurendiehierbovenzijngenoemd,gelden
nietvoordegarantieophetemissiecontrolesysteem.Ziedegarantieverklaringvoor
hetcontrolesysteemvandeemissievandemotorindeGebruikershandleidingvan
uwproductofinhetdocumentatiemateriaalvandefabrikantvandemotorvoor
naderebijzonderheden
AnderelandendandeV erenigdeStatenenCanada
KopersvanT oro-productendiezijngeëxporteerduitdeVerenigdeStatenofCanada,moetencontactopnemenmethunToroDistributeur(Dealer)voordegarantiebepaling
dieinhunland,provincieofstaatvantoepassingzijn.Alsuomeenofandereredenontevredenbentoverdeservicevanuwdistributeurofmoeilijkinformatieoverde
garantiekuntkrijgen,verzoekenwijucontactoptenemenmetdeT oro-importeur .
374-0253RevB