Techno Line WS 6600 User Manual [de]

WS6600 Bureau Weerstation
Gebruiksaanwijzing
Inleiding
Dit bureau weerstation is voorzien van een scherm dat barometrische weersverwachting, klok, kalender, binnen- en buitentemperatuur en vochtigheid weergeeft. De stroomvoorziening wordt verzorgd door batterijen met een lichtnetadapter. Het wordt aanbevolen om de lichtnetadapter altijd te gebruiken.
Optionele spiegel
Afb.1 Vooraanzicht Afb.2 Achteraanzicht
1. SLUIMER/LICHT toets
2. HISTORIE toets
3. MODE/INST (mode/instellingen) toets
4. -/ RCC toets
5. +/ C/ F toets
6. KANAAL toets
7. MAX/ MIN toets
8. Batterijvak
9. Aansluiting lichtnetadapter
Algemene opmerkingen:
1. Het wordt aanbevolen om de externe temperatuursensor te installeren vóór de
installatie van het weerstation/de klok. Zie “Configureren van de externe temperatuursensor(s)” voor meer informatie. De batterijen en de lichtnetadapter dienen samen te worden gebruikt.
2. Merk op dat geen enkele van de andere instellingen van de klok/ het weerstation
meer werkt als de klok in de stand RCC synchronisatie staat. Zie “RCC Synchronisatie” voor meer informatie.
3. Tijdens de initiële installatie kan het een uur of langer duren voordat de temperatuur en vochtigheidssensor zich aangepast hebben aan de huidige omstandigheden.
Hoe te beginnen
Zonnig
Licht bewolkt
Bewolkt
Regena
chtig
Aansluiten lichtnetadapter: Sluit de lichtnetadapter aan op de aansluiting lichtnetadapter (9) (zie afb. 2.) Gebruik alleen goedgekeurde adapters.
Optionele spiegelafwerking: De optionele spiegelafwerking kan door de gebruiker worden gebruikt voor decoratieve doeleinden. Verwijder voorzichtig de beschermlaag van de achterkant van de spiegelafwerking en plak de spiegelafwerking op het weerstation (zie afb. 1).
Plaatsen van de batterijen
1. Open het batterijvak (8) aan de achterkant van het toestel (zie afb. 2).
2. Plaats/vervang 3 batterijen van AAA formaat in het batterijvak. Het wordt aanbevolen om uitsluitend alkaline batterijen te gebruiken.
3. Sluit het batterijvak (8) aan de achterkant van het toestel.
4. Er klinkt een korte pieptoon om de juiste plaatsing van de batterijen te bevestigen.
5. Na ongeveer 3 seconden licht het scherm op.
Veiligheidswaarschuwingen batterijen:
1. Lees alle aanwijzingen voor het gebruik zorgvuldig door.
2. Neem bij het plaatsen van de batterijen de juiste polariteit in acht (+/-).
3. Vervang altijd alle batterijen tegelijk.
4. Gebruik nooit nieuwe en gebruikte batterijen door elkaar.
5. Verwijder lege batterijen onmiddellijk.
6. Verwijder de batterijen als het toestel niet wordt gebruikt.
7. Herlaad de batterijen niet en gooi ze niet in vuur, omdat de batterijen zouden kunnen ontploffen.
8. Zorg ervoor dat de batterijen uit de buurt van metalen voorwerpen worden bewaard, omdat hierdoor kortsluiting kan ontstaan.
9. Voorkom dat batterijen worden blootgesteld aan extreme temperatuur of vochtigheid of direct zonlicht.
10. Houd alle batterijen buiten bereik van kinderen. Er bestaat gevaar van verstikking.
11. Bewaar de verpakking om hem later te kunnen gebruiken.
Installatie van het weerstation:
Het weerstation laat een enkele pieptoon horen zodra de batterijen zijn geplaatst of de lichtnetadapter is aangesloten.
1. Druk de -/ RCC toets (4) of de +/°C/°F toets (5) om het huidige weerstation voor uw lokatie aan te geven. Zie onderstaande afbeelding 3 voor het weerpatroon dat het meest lijkt op uw onmiddellijke omgeving.
Afb.3 Weerpatroon
2. Druk de HISTORY toets (2) om het weerpatroon te bevestigen.
Betekenis van de symbolen voor de weersverwachting
Het weerstation heeft tenminste 24 nodig om zich aan te passen aan de lokale weersomstandigheden. Het weerstation verwerkt en analyseert de weerpatronen van de afgelopen 24 uur om het weer in de toekomst vast te stellen. Totdat deze periode is verstreken kan het zijn dat de weersverwachting niet de feitelijke weersverwachting in uw omgeving weerspiegelt.
Het weerstation geeft de symbolen (zie afb. 3) weer die de weersverwachting voor de volgende 12 tot 24 huur aangeven binnen een gebied met een straal van ongeveer 30-50 km.
Opmerking:
1. Onder extreme weersomstandigheden kan de nauwkeurigheid lager zijn. De weersverwachting is slechts een indicatie en is uitsluitend bedoelt voor huishoudelijk gebruik. Vertrouw NIET op het weerstation voor weersverwachting als deze noodzakelijk zijn voor ernstige zaken, waaronder, maar niet beperkt tot: persoonlijke gezondheid, een kwestie van leven en dood, of voor zakelijke of financiële beslissingen en/of agrarische planning.
2. De weersverwachting duidt niet het huidige weer aan. Hij geeft het toekomstige weer aan.
Gloeiende weericonen
De oplichtende iconen voor de weersverwachting gloeien met regelmatige tussenpozen op van gedimd tot helder en weer terug naar gedimd.
Aanpassen van het weerstation:
1. Houd de HISTORY toets (2) gedurende 3 seconden ingedrukt totdat een pieptoon wordt gehoord.
2. Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om te wisselen tussen absolute “ABS” en relatieve “REL” atmosferische druk.
3. Druk de HISTORY toets (2) om dit te bevestigen.
4. Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de eenheid voor atmosferische druk te wisselen tussen Pascal (hPa) en inch kwikdruk (inHg).
5. Druk de HISTORY toets (2) om dit te bevestigen.
6. Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om het dichtstbijzijnde zeeniveau aan te geven. De eenheid voor het aanduiden van het zeeniveau is in meters (1 meter is ongeveer gelijk aan 3,28 voet). Neem voor meer informatie contact op met uw lokale meteorologisch instituut of overheid.
7. Druk de HISTORY toets (2) om het zeeniveau te bevestigen.
8. Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de huidige weersgesteldheid van uw lokatie aan te geven. Zie onderstaande afb. 3 voor het weerpatroon dat het meest lijkt op uw onmiddellijke omgeving.
9. Druk de HISTORY toets (2) om dit te bevestigen.
Aflezen van de druktendens:
1. De in het geheugen opgeslagen veranderingen in de barometrische druk worden weergegeven met 3 pijlen die de tendens in de druk aangeven.
Oplopend Stabiel Aflopend
Opmerking: Het is alleen mogelijk om de tendens voor de barometrische druk
goed te meten als het toestel op dezelfde hoogte blijft. Als het toestel er in korte tijd wordt verplaatst over verschillende hoogtes, verandert de luchtdruk en de barometrische druk. De druktendens is alleen maar juist en regelmatig als het toestel gedurende tenminste 24 uur op dezelfde hoogte blijft.
Oproepen van vastgelegde aflezing voor de druk historie.
De aflezing van de barometrische druk wordt ieder uur vastgelegd en kan tot 12 uur eerder worden opgeroepen en weergegeven. Druk herhaaldelijk de HISTORY toets (2) om de opgenomen druk van de afgelopen uren te bekijken. -1 U geeft de druk van het vorige uur aan. De aflezing van de druk historie verschijnt gedurende 20 seconden, daarna wordt de huidige druk weer weergegeven.
RCC synchronisatie:
Indien beschikbaar, kan deze klok op de volgende tijden automatisch synchroniseren met radiobakens: 02:00, 03:00, 04:00, 05:00.
De gebruiker kan de klok ook handmatig synchroniseren door onderstaande aanwijzingen te volgen.
Houd de -/ RCC toets (4) gedurende ongeveer 3 seconden ingedrukt totdat knippert. Wanneer dit teken knippert, probeert de klok om met te synchroniseren met het
radiobaken. knippert als er een sterk signaal wordt ontvangen; de klok
synchroniseert met het radiobaken. Dit proces kan tot 7 minuten duren. stopt met knipperen, maar wordt weer weergegeven zodra het signaal wordt ontvangen en tijdens het synchroniseren.
wordt niet weergegeven als de klok niet in staat is om binnen deze tijdsperiode te synchroniseren. De gebruiker kan later weer handmatig synchroniseren of de klok probeert op de hiervoor vermelde tijd automatisch te synchroniseren. Druk wanneer de klok probeert te synchroniseren de -/ RCC toets (4) om de RCC synchronisatie te annuleren.
Merk op dat geen enkele van de andere instellingen van de klok/ het weerstation meer werkt als de klok in de stand RCC synchronisatie staat. Wacht totdat de klok niet langer probeert om te synchroniseren of hij gesynchroniseerd is om ander functies van de klok en het weerstation in te stellen.
Als het alarm afgaat tijdens het synchroniseren, stopt de RCC synchronisatie onmiddellijk. Volg bovenstaande aanwijzingen nogmaals om de synchronisatie in te stellen.
Succesvol ontvangst of geen ontvangst
Wanneer alleen wordt weergegeven, kan de DCF-tijd niet worden ontvangen op deze locatie.
Wanneer vooral wordt en veranderingen in vaak het zeer onwaarschijnlijk is dat de radiografische tijd kan worden ontvangen op deze locatie.
Wanneer vooral wordt met af is het zeer waarschijnlijk dat de radiografische tijd kan worden ontvangen op deze locatie.
Wanneer alleen getoond, is het zeer waarschijnlijk dat de radiografische tijd kan worden ontvangen op deze locatie.
RCC Zone Compensatie
Deze klok is voorzien van radiobestuurde tijdsinstelling. De gebruiker dient vast te stellen van welke tijdzone het signaal op de huidige lokatie wordt ontvangen en op basis hiervan (indien nodig) de vereiste aanpassingen doen. Met deze functie kunnen ook aanpassingen voor zomertijd worden gedaan. Neem voor meer informatie contact op met uw lokale meteorologisch instituut of overheid. Druk eenmaal de -/ RCC toets (4) voor tijdzone +1. Druk nogmaals de -/ RCC toets (4) voor tijdzone +2. Druk nogmaals de -/ RCC toets (4) voor tijdzone -1. Druk nogmaals de -/ RCC toets (4) voor dezelfde tijdzone.
Handmatig instellen van de tijd:
Houd de MODE/ SET toets (3) gedurende ongeveer 3 seconden ingedrukt totdat het scherm knippert. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om te wisselen tussen vm/nm en 24-uur aanduiding. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de ureninstelling te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de minuteninstelling te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de jaarinstelling te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de instelling voor maand/datum en datum/maand te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de maandinstelling te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de datuminstelling te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de instelling voor de taal van de dag van de week te wijzigen. ENG voor Engels; GE voor Duits; IT voor Italiaans; FR voor Frans; NE voor Nederlands; ES voor Spaans; DA voor Deens Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3) om de instellingen te bevestigen. Het scherm knippert niet langer.
Om de alarmtijd te zien:
Druk eenmaal de MODE toets (3) en alarmtijd 1 wordt weergegeven zoals aangegeven door AL. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3) en de huidige tijd wordt weergegeven.
Het instellen van de alarmtijd:
Druk eenmaal de MODE/ SET toets (3)en de alarmtijd wordt weergegeven zoals aangegeven door AL. Houd de MODE/ SET toets (3) gedurende ongeveer 3 seconden ingedrukt totdat de cijfers knipperen. Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de ureninstelling te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk de -/ RCC toets (4) of de +/ C/ F toets (5) om de minuteninstelling te wijzigen. Druk nogmaals de MODE/ SET toets (3). Druk als de alarmtijd wordt weergegeven de -/ RCC toets (4) of de+/ C/ F toets (5) om
het alarm in en uit te schakelen. wordt weergegeven als het alarm aan is.
Het alarm klinkt gedurende 120 seconden wanneer de vooraf ingestelde alarmtijd wordt bereikt. Druk op een willekeurige toets op de achterkant van de klok om het alarm te deactiveren. De klok gaat automatisch in de sluimerstand als het alarm niet wordt uitgeschakeld.
Druk de SLUIMER / LICHT toets (1) als het alarm afgaat, om de sluimerstand te
activeren. knippert wanneer de klok in de sluimerstand staat. Na 5 minuten gaat het alarm opnieuw af. Druk op een willekeurige toets op de achterkant van de klok om het alarm te deactiveren.
Merk op dat het instellen van de alarmtijd niet meer werkt als de klok in de stand RCC synchronisatie staat. Wacht totdat de synchronisatie is beëindigd voordat de alarmtijd wordt ingesteld.
Het configureren van de thermometer
Dit weerstation is voorzien van synchronisatie voor maximaal 3 externe temperatuursensors. Er is één externe temperatuursensor inbegrepen. Aanvullende externe temperatuursensors kunnen apart worden aangeschaft. Neem voor de aankoop contact op met uw lokale dealer.
Externe temperatuursensors.
Afb.4 Achteraanzicht Afb.5 Achteraanzicht - open
RTS 1. Ophangoog RTS 2. Schroeven voor batterijvak RTS 3. TX toets RTS 4. Toets voor HERINSTELLEN RTS 5. KANAAL 123 schakelaar
Plaatsen van de batterijen
1. Open het batterijvak op de achterkant van het toestel door de twee kleine schroeven (RTS 2) te verwijderen met een Philips kruiskopschroevendraaier. (zie afb.4)
2. Plaats/vervang 2 batterijen van AAA formaat in het batterijvak. Het wordt aanbevolen om uitsluitend alkaline batterijen te gebruiken. Gebruik geen oplaadbare batterijen.
3. Het weerstation in staat om maximaal 3 verschillende kanalen te ontvangen. Selecteer het kanaalnummer (1, 2, of 3) door de CHANNEL123 schakelaar (RTS 5) te verschuiven. Als u slechts 1 externe temperatuursensor hebt, selecteer dan 1.
4. Druk eenmaal de toets RESET (RTS 4) en het rode lampje knippert één keer.
5. Sluit het batterijvak aan de achterkant van het toestel door de twee schroeven (RTS 2) vast te draaien.
Installatie
1. Plaats de externe temperatuursensor op de gewenste plaats door hem met het ophangoog (RTS 1) aan een schroef te hangen (schroef niet inbegrepen). Het toestel kan ook op een vlakke, horizontale ondergrond worden gezet.
2. Het toestel kan zowel binnenshuis als buitenshuis worden geplaatst. Het toestel is weerbestendig. Dompel het toestel niet onder in water. Stel het toestel niet gedurende langere perioden bloot aan water. Vermijd ophoping van sneeuw of water op het toestel. Vermijd de blootstelling van het toestel aan direct zonlicht. Haal het toestel naar binnen als er zich buiten extreme of zeer slechte weersomstandigheden voordoen, zoals, maar niet beperkt tot, tijdens het orkaan, tyfoon- en cycloonseizoen. Zet het toestel niet op een plaats met zware wind.
3. Plaats de externe temperatuursensor niet meer dan 30 meter (98 voet) van het ontvangende weerstation. De externe temperatuursensor is
het meest effectief als er zich geen belemmeringen en interferentie bevindt tussen de externe temperatuursensor en het weerstation. Het kan nodig zijn dat de externe temperatuursensor dichterbij moet zien dan 30 meter als het weerstation geen enkel signaal kan ontvangen. Dit komt door belemmeringen en interferentie. Het kan nodig zijn dat de gebruiker experimenteert met verschillende locaties om de beste ontvangst te krijgen.
Configuratie van het weerstation voor het ontvangen van externe temperatuursignalen.
1. Volg bovenstaande aanwijzingen om de externe temperatuursensor te installeren.
2. Houd de CHANNEL toets (6) op het weerstation gedurende
3 seconden ingedrukt. knippert. Dit zal alle vastgelegde temperaturen herinstellen.
3. Het weerstation begint te zoeken naar een signaal voor kanaal 1. Zodra er een signaal voor kanaal 1 wordt ontvangen, wordt de temperatuur weergegeven. Het weerstation zoekt automatisch voor de ander kanalen. Het scant ieder kanaal gedurende ongeveer 3 seconden voordat naar het volgende kanaal wordt gesprongen.
4. Druk zodra alle kanalen worden ontvangen eenmaal de CHANNEL
toets (6) om het kanaal te bevestigen. wordt niet langer weergegeven.
5. Het weerstation ontvangt automatisch iedere 30 seconden een nieuw signaal om de externe temperatuur bij te werken.
6. Druk de CHANNEL toets (6) op het weerstation herhaaldelijk om te wisselen tussen kanaal 1 KAN1, kanaal 2 KAN2 en kanaal 3 KAN3.
7. wordt weergegeven als de batterij van één van de externe temperatuursensors vervangen moet worden.
Temp era tuu r g ehe u ge n
1. Druk de MAX/ MIN toets (7)om de vastgelegde maximumtemperatuur, minimumtemperatuur en huidige temperatuur weer te geven. MAX geeft de maximumtemperatuur aan. MIN geeft de minimumtemperatuur aan
2. Houd de MAX/ MIN toets (7) gedurende ongeveer 3 seconden ingedrukt om de opgeslagen waarden voor de maximum- en minimumtemperatuur en vochtigheid opnieuw in te stellen.
Temp era tuu rs c her m
1. De IN temperatuur geeft de binnentemperatuur weer. Het is de temperatuur van de plaats van het weerstation.
2. De UIT temperatuur geeft de temperatuur van de externe temperatuursensors weer.
3. Druk de CHANNEL toets (6) op het weerstation herhaaldelijk om de temperatuur van kanaal 1, kanaal 2 en kanaal 3 weer te geven.
4. Wanneer wordt weergegeven, zal het scherm automatisch afwisselend alle kanalen van de externe sensors tonen. Druk de
CHANNEL toets (6) om te annuleren.
Celsius / Fahrenheit
1. Druk de +/ C/ F toets (5) of om te wisselen tussen temperatuurweergave in Celsius en Fahrenheit.
Temp era tuu rte n de n s
1.
2.
3.
geeft aan dat de de temperatuur een stijgende tendens vertoont.
geeft aan dat de de temperatuur een stabiele tendens vertoont.
geeft aan dat de de temperatuur een dalend tendens vertoont.
Waarschuwingen
Stel het toestel niet bloot aan overmatige krachten, schokken, stof, temperatuur of vochtigheid.
Dompel het toestel niet onder in water.
Gooi het hele toestel weg als de batterij niet langer oplaadt of wanneer het
toestel niet langer de temperatuur en vochtigheid weergeeft.
Verwijder geen schroeven
Gooi het toestel niet in open vuur. HET KAN EXPLODEREN.
Houd het toestel uit de buurt van kleine kinderen. Het hele toestel of delen van
het toestel kunnen verstikkingsgevaar opleveren.
Probeer nooit om de batterijen op een andere manier op te laden.
Gooi het toestel op legale wijze weg.
Recycle indien mogelijk.
Specificaties
Temp era tu ur ber ei k bin ne ns hu is: 0°C t ot 50 °C ( 32°F t ot 122°F)
Temp era tu ur ber ei k bui te ns hui s: - 20°C t ot 50 °C ( -4 °F tot 122°F)
Bereik relatieve vochtigheid: 20% - 95%
Bereik barometrische druk: 930 mb tot 1050 mb
Vermogen: 3 batterijen AAA Micro 1,5V
Neem wettelijke heffingen in verband met de afvoer van batterijen in aanmerking.
Oude batterijen horen niet bij het huishoudelijk afval, omdat zij schade kunnen toebrengen aan de gezondheid of het milieu. De eindgebruiker is wettelijk verplicht om gebruikte batterijen te retourneren aan distributeurs en andere verzamelpunten.
WS6600 Schreibtisch-Wetterstation
Optionaler Spiegel
Abbildung 1 Frontansicht
Abbildung 2 Rückansicht
Bedienungsanleitung
Einführung
Diese Schreibtisch-Wetterstation besitzt folgende Funktionen: barometrische Wettervorhersage, Uhr, Kalender, Außen- und Innentemperatur und Feuchtigkeitsanzeige. Sie wird mit einer Batterie, bzw. über einen Netzadapter mit Strom versorgt. Es wird empfohlen, den Netzadapter stets zu verwenden.
1. SNOOZE/ LIGHT-Taste
2. HISTORY-Taste
3. MODE/SET-Taste
4. -/ RCC-Taste
5. +/ C/ F-Taste
6. CHANNEL-Taste
7. MAX/ MIN-Taste
8. Batteriefach
9. DC-Eingangsbuchse
Allgemeine Hinweise:
1. Es wird empfohlen, zuerst den Außensensor einzurichten, bevor Sie die
:HWWHUVWDWLRQ8KUNRQILJXULHUHQ6LHKHIUZHLWHUH,QIRUPDWLRQHQÄEinrichten der Außensensoren³%DWWHULHQXQG1HW]DGDSWHUVROOWHQJOHLFK]HLWLJEHQXW]WZHUGHQ
2. Bitte beachten Sie, dass alle anderen Uhr/Wetterstationseinstellungen blockiert sind, wenn die Uhr sich im RCC-Synchronisationsmodus befindet. Für
]XVlW]OLFKH,QIRUPDWLRQHQVLHKHÄRCC-Synchronisierung³
3. Bei der Erstinstallation kann der Temperatur- und Feuchtigkeitssensor bis zu eine Stunde oder länger brauchen, um sich zu akklimatisieren.
Erste Schritte
Sonnig
Etwas bewölkt
Bewölkt
Regnerisch
Installation des Netzadapters: Schließen Sie AC/DC-Adapter an die DC-Eingangsbuchse (9) an (Siehe Abbildung 2). Verwenden Sie nur zugelassene Adapter.
Optionales Spiegelfinish: Sie können für Dekorationszwecke das optionale Spiegelfinish verwenden. Entfernen Sie vorsichtig die Klebebandabdeckung auf der Rückseite des Spiegelfinish und setzen Sie das Spiegelfinish auf die Wetterstation (Siehe Abbildung 1).
Batterien einlegen
1. Öffnen Sie das Batteriefach (8) auf der Rückseite des Geräts (Siehe Abbildung 2).
2. Legen Sie 3 x AAA Batterien in das Batteriefach ein oder ersetzen Sie diese. Es ist ratsam, nur Alkali-Batterien zu verwenden.
3. Schließen Sie das Batteriefach (8) auf der Rückseite des Geräts.
4. Ein kurzer Piepton ertönt, um das korrekte Einlegen der Batterien zu bestätigen.
5. Es dauert ungefähr 3 Sekunden, bis das Display aufleuchtet.
Batterie-Sicherheitshinweise:
1. Bitte lesen Sie vor der Inbetriebnahme alle Anweisungen sorgfältig durch.
2. Legen Sie die Batterien unter Beachtung der Polarität (+/-) richtig ein.
3. Stets einen vollständigen Batteriesatz ersetzen.
4. Alte und neue Batterien niemals mischen.
5. Erschöpfte Batterien sofort entfernen.
6. Bei Nichtbenutzung die Batterien entfernen.
7. Die Batterien nicht aufladen und nicht in ein Feuer werfen, da sie explodieren können.
8. Achten Sie darauf, dass die Batterien nicht in der Nähe von Metallobjekten aufbewahrt werden, da durch einen Kontakt ein Kurzschluss verursachen kann.
9. Setzen Sie Batterien keinen hohen Temperaturen, extremer Feuchtigkeit oder direktem Sonnenlicht aus.
10. Bewahren Sie Batterien außerhalb der Reichweite von Kindern auf. Verschlucken der Batterien kann zum Ersticken führen.
11. Die Verpackung für spätere Verwendung aufheben.
Einrichten der Wetterstation:
Die Wetterstation gibt einen Piepton aus, sobald die Batterien eingelegt oder der Netzadapter angeschlossen wurde.
1. Drücken Sie die -/ RCC- (4) oder die +/ C/ F-Taste (5), um das aktuelle Wettersymbol Ihres Standorts zu ändern. Siehe Abbildung 3 unten für das Wettersymbol, das zu Ihrem unmittelbaren Standort passt.
Abbildung 3 Wettersymbole
2. Drücken Sie die HISTORY-Taste (2), um das Wettersymbol zu bestätigen.
Interpretieren der Wettervorhersagesymbole
Zunehmend
Unverändert
Abnehmend
Die Wetterstation benötigt mindestens 24 Stunden, um sich an die örtlichen Witterungsverhältnisse zu akklimatisieren. Die Wetterstation verarbeitet und analysiert die Wettersymbole der vergangenen 24 Stunden, um das zukünftige Wetter zu bestimmen. Während diese Zeitraums gibt die Wettervorhersage für den unmittelbaren Standort nicht exakt das aktuelle Wetter wieder.
Die Wetterstation zeigt die Symbole an (siehe Abbildung 3), welche die Wettervorhersage für die nächsten 12 bis 24 Stunden für einen Standort innerhalb eines Radius von ungefähr 30 bis 50 km darstellen.
Hinweis:
1. Die Genauigkeit ist bei extremen Witterungsverhältnissen niedriger. Die Wettervorhersage dient nur als Referenz und sie ist nur für den Hausgebrauch gedacht. Verlassen Sie sich NICHT auf die Wettervorhersage der Wetterstation, wenn ernsthafte Folgen auf ihr basieren, einschließlich, aber nicht beschränkt auf: personenbezogene Gesundheit, lebensgefährliche und tödliche Situationen, Geschäfte oder finanzielle Entscheidungen, bzw. landwirtschaftliche Planung.
2. Die Wettervorhersage zeigt nicht das aktuelle Wetter an. Sie stellt das zukünftige Wetter dar.
Leuchtende Wettersymbole Die Wettervorhersagesymbole werden in einem regelmäßigen Intervall beleuchtet.
Einstellen der Wetterstation:
1. Drücken Sie die HISTORY-Taste (2) für 3 Sekunden, bis ein Piepton ertönt.
2. Drücken Sie die -/ RCC- (4) oder +/ C/ F-Taste (5), um zwischen absolutem Ä$%6³XQGUHODWLYHPÄ5(/³/XIWGUXFNXP]XVFKDOWHQ
3. Bestätigen Sie mit der HISTORY-Taste (2).
4. Drücken Sie die -/ RCC-Taste (4) oder +/ RCC-Taste (5), um zwischen den Einheiten für den Luftdruck auf Pascal (hPa) nach Inch Quecksilbersäule (inHg) umzuschalten.
5. Bestätigen Sie mit der HISTORY-Taste (2).
6. Drücken Sie die -/ RCC- (4) oder die +/ C/ F-Taste (5), um den Meeresspiegel möglichst nahe an Ihrem Standort einzustellen. Die Einheit des Meeresspiegels ist Meter (1 Meter entspricht ungefähr 3,28 Fuß). Wenden Sie sich für weitere Informationen an Ihre örtlichen Wetterdienste oder Behörden.
7. Bestätigen Sie den Meeresspiegel mit der HISTORY-Taste (2).
8. Drücken Sie die -/ RCC- (4) oder die +/ C/ F-Taste (5), um das aktuelle Wettersymbol Ihres Standorts zu ändern. Siehe Abbildung 3 unten für das Wettersymbol, das zu Ihrem unmittelbaren Standort passt.
9. Bestätigen Sie mit der HISTORY-Taste (2).
Messen der Luftdrucktendenz:
1. Die aufgezeichneten Daten der barometrischen Druckänderungen werden mit 3 Pfeilen angezeigt, um die Luftdrucktendenz darzustellen.
Hinweis: Die barometrische Drucktendenz kann nur ordnungsgemäß gemessen
werden, wenn das Gerät auf der gleichen Höhe bleibt. Beim Bewegen auf unterschiedlichen Höhen innerhalb kurzer Zeit, ändern sich der Luftdruck und der barometrische Druck. Die Drucktendenz wird nur richtig und regelmäßig sein, wenn sich das Gerät für 24 Stunden oder länger auf der gleichen Höhe befand.
Abrufen der aufgezeichneten Messungen des Luftdruckverlaufs
Die Messung des barometrischen Drucks wird in einem stündlichen Intervall aufgezeichnet und kann für die vergangenen 12 Stunden abgerufen und angezeigt werden. Drücken Sie wiederholt die HISTORY-Taste (2), um den in den vergangenen Stunden aufgezeichneten Druck anzuzeigen. -1 HR zeigt den Druck der letzten Stunde an. Der Verlauf der Druckmessung wird für 20 Sekunden angezeigt, bevor zur aktuellen Druckanzeige zurückgekehrt wird.
RCC-Synchronisierung:
Wenn verfügbar, wird sich diese Uhr zu folgenden Zeiten mit den Funk-Zeitsendern automatisch synchronisieren: 02:00, 03:00, 04:00, 05:00.
Sie können die Uhr mit folgenden Anweisungen auch manuell synchronisieren.
Halten Sie die -/ RCC-Taste (4) für ungefähr 3 Sekunden gedrückt, bis blinkt. Wenn dieses Symbol blinkt, versucht die Uhr sich mit den Funk-Zeitsendern zu
synchronisieren. leuchtet auf, wenn ein starkes Signal empfangen wird. Die Uhr wird sich mit dem Funk-Zeitsender synchronisieren. Dieser Vorgang kann zu 7 Minuten
dauern. hört auf zu blinken und die Zeit wird angezeigt, sobald das Signal empfangen und die Zeit synchronisiert wird.
wird nicht angezeigt, wenn sich die Uhr innerhalb dieser Zeitspanne nicht synchronisieren kann. Sie können später erneut manuell synchronisieren oder die Uhr wird automatisch versuchen, sich zur oben aufgeführten Zeit zu synchronisieren. Wenn die Uhr versucht sich zu synchronisieren, drücken Sie die -/ RCC-Taste (4), um die RCC-Synchronisierung abzubrechen.
Bitte beachten Sie, dass alle anderen Uhr/Wetterstationseinstellungen blockiert sind, wenn die Uhr sich im RCC-Synchronisationsmodus befindet. Warten Sie, bis die Uhr nicht mehr versucht sich zu synchronisieren oder synchronisiert ist, um andere Funktionen der Uhr und Wetterstation einzustellen.
Wenn sich während des Synchronisierungsmodus der Alarm ausschaltet, wird die RCC­Synchronisierung sofort wirksam. Befolgen Sie erneut die obigen Anweisungen, um die Synchronisierung einzustellen.
Erfolgreicher Empfang oder fehlgeschlagener Empfang
Wird nur angezeigt, ist kein Funkempfang an diesem Ort möglich.
Wird hauptsächlich angezeigt und wechselt zeitweise zu , ist der Funkempfang an diesem Ort nur bedingt möglich.
Wird hauptsächlich angezeigt und gelegentlich , ist ein Funkempfang an diesem Ort gut möglich.
Wird ausschließlich angezeigt, ist der Funkempfang an diesem Ort optimal.
RCC-Zeitzonenoffset
Diese Uhr ist mit einer funkgesteuerten Zeiteinstellung ausgestattet. Die müssen das Zeitzonensignal auswerten, das Sie an ihrem aktuellen Standort empfangen und nötigenfalls Einstellungen vornehmen. Mit dieser Funktion können Sie auch die Sommerzeitanpassung einstellen. Wenden Sie sich für weitere Informationen an Ihre örtlichen Wetterdienste oder Behörden. Drücken Sie die -/ RCC-Taste (4) einmal für +1 Zeitzone. Drücken Sie die -/ RCC-Taste (4) noch einmal für +2 Zeitzonen. Drücken Sie die -/ RCC-Taste (4) noch einmal für -1 Zeitzonen. Drücken Sie die -/ RCC-Taste (4) noch einmal für die gleiche Zeitzone.
Manuelles Einstellen der Uhrzeit:
Halten Sie den MODE/ SET-Taste (3) für ungefähr 3 Sekunden gedrückt, bis die Anzeige anfängt zu blinken. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Schalten Sie mit -/ RCC- (4) oder +/ C/ F- Taste (5) zwischen dem AM/PM- und dem 24-Stunden-Anzeigeformat um. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit der -/ RCC- (4) oder der +/C/ F-Taste (5) die Stundeneinstellung. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit der -/ RCC- (4) oder der +/ C/ F-Taste (5) die Minuteneinstellung. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit der -/ RCC- (4) oder der +/ C/ F-Taste (5) die Einstellung des Jahres. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit der -/ RCC- (4) oder der +/ C/ F-Taste (5) die Einstellung auf Monat/Tag oder Tag/Monat. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit der -/ RCC- (4) oder der +/ C/ F-Taste (5) die Einstellung des Monats. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit der -/ RCC- (4) oder der +/ C/ F-Taste (5) die Einstellung des Datums. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit der -/ RCC- (4) oder der +/ C/ F-Taste (5) die Sprache des Kalenders. ENG für Englisch; GE für Deutsch; ES für Italienisch; FR für Französisch; NE für Holländisch; E für Spanisch; DA für Dänisch Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3), um die Einstellungen zu bestätigen. Die Anzeige blinkt nicht mehr.
Anzeige der Weckzeit:
Abbildung 4 Rückansicht
Abbildung 5 Rückansicht - geöffnet
Drücken Sie einmal die MODE/ SET-Taste (3). Die Weckzeit wird mit AL angezeigt. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Die aktuelle Zeit wird angezeigt.
Einstellen der Weckzeit:
Drücken Sie einmal die MODE/ SET-Taste (3). Die Weckzeit wird mit AL angezeigt. Halten Sie die MODE/ SET-Taste (3) für ca. 3 Sekunden gedrückt, bis die Ziffern blinken. Ändern Sie mit -/ RCC- (4) oder +/C/ F-Taste (5) die Stundeneinstellung. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Ändern Sie mit -/ RCC- (4) oder +/ C/ F-Taste (5) die Minuteneinstellung. Drücken Sie erneut die MODE/ SET-Taste (3). Wenn die Weckzeit angezeigt wird, drücken Sie die -/ RCC- (4) oder die +/ C/ F-Taste
(5), um den Wecker ein- oder auszuschalten. wird angezeigt, wenn der Wecker eingeschaltet ist.
Der Wecker ertönt 120 Sekunden lang, wenn die voreingestellte Weckzeit erreicht wurde. Drücken Sie eine beliebige Taste auf der Rückseite der Uhr, um den Wecker zu deaktivieren. Wenn der Wecker nicht deaktiviert wurde, wird die Uhr automatisch den Schlummermodus aktivieren.
:HQQGHU:HFNHUHLQJHVFKDOWHWLVWUXIHQ6LHPLWGHUÄ6122=(/,*+7³-Taste (1) den
Schlummermodus auf. blinkt, wenn die Uhr sich im Schlummermodus befindet. Der Wecker ertönt nach 9 Minuten erneut. Drücken Sie eine beliebige Taste auf der Rückseite der Uhr, um den Wecker zu deaktivieren.
Bitte beachten Sie, dass die Weckzeiteinstellung blockiert ist, wenn die Uhr sich im RCC-Synchronisationsmodus befindet. Warten Sie, bis Synchronisierung beendet ist, bevor Sie die Weckzeit einstellen.
Konfigurieren des Thermometers
Diese Wetterstation kann sich mit bis zu 3 Außensensoren synchronisieren. Ein Außensensor wird mitgeliefert. Zusätzliche Außensensoren sind separat erhältlich. Bitte wenden Sie sich zum Erwerben an Ihren örtlichen Distributor.
Außensensoren
RTS 1. Aufhängeöse RTS 2. Batteriefachschrauben RTS 3. TX-Taste RTS 4. RESET-Taste RTS 5. CHANNEL 123-Schiebeschalter
Batterien einlegen
1. Öffnen Sie das Batteriefach auf der Rückseite des Geräts, indem Sie die beiden kleinen Schrauben (RTS 2) mit einem Kreuzschlitzschraubendreher entfernen. (siehe Abbildung 4)
2. Legen Sie 2 x AAA Batterien in das Batteriefach ein oder ersetzen Sie diese. Es ist ratsam, nur Alkali-Batterien zu verwenden. Verwenden Sie keine wiederaufladbaren Batterien.
3. Die Wetterstation kann bis zu 3 unterschiedliche Kanäle empfangen. Wählen Sie die Kanalnummer (1, 2 oder 3) mit dem CHANNEL 123- Schiebeschalter (RTS 5) aus. Wenn Sie nur 1 Außensensor besitzen, wählen Sie 1.
4. Drücken Sie einmal die RESET-Taste (RTS 4) und die rote LED leuchtet einmal auf.
5. Schließen Sie das Batteriefach auf der Rückseite der Geräts, indem Sie die zwei Schrauben (RTS 2) festziehen.
Aufstellen
1. Platzieren Sie den Außensensor am gewünschten Ort, indem Sie die Aufhängeöse des Gerätes (RTS 1) auf eine Schraube setzen (Schraube nicht im Lieferumfang enthalten). Alternativ kann das Gerät auf einer ebenen horizontalen Fläche aufgestellt werden.
2. Das Gerät kann im Innen- und Außenbereich aufgestellt werden. Das Gerät ist witterungsbeständig. Das Gerät nicht in Wasser tauchen. Das Gerät nicht längere Zeit Wasser aussetzen. Die Ansammlung von Wasser oder Schnee auf dem Gerät vermeiden. Das Gerät nicht direkter Sonnenstrahlung aussetzen. Bei extremen oder rauen Wetterbedingungen das externe Gerät entfernen. Das ist nicht nur auf die Jahreszeiten für einen Hurrikan, Taifun oder Zyklon beschränkt. Das Gerät nicht in Bereichen mit starkem Wind aufstellen.
3. Stellen Sie den Außensensor nicht weiter als 30 Meter von der empfangenden Wetterstation auf. Der Außensensor funktioniert am effektivsten, wenn zwischen dem Außensensor und der Wetterstation keine Hindernisse oder Störungen vorhanden sind. Die Entfernung zwischen dem Außensensor und der Wetterstation könnte weniger als 30 Meter betragen, wenn die Signale nicht empfangen werden. Dies kann an Hindernissen oder Störungen liegen. Sie müssen für den bestmöglichen Empfang möglicherweise verschiedene Standorte testen.
Konfigurieren der Wetterstation, um Außensensorsignale zu empfangen.
1. Befolgen Sie die Anweisungen zum Einrichten des Außensensors.
2. Halten Sie die CHANNEL-Taste (6) an der Wetterstation für
3 Sekunden gedrückt. wird blinken. Dies setzt alle Temperaturspeicher zurück.
3. Die Wetterstation fängt an, nach Signalen von Kanal 1 zu suchen. Sobald Signale von Kanal 1 empfangen werden, wird die Temperatur angezeigt. Die Wetterstation wird automatisch die anderen Kanäle suchen. Es wird jeder Kanal für ungefähr 3 Sekunden gesucht, bevor zum nächsten Kanal weiter gegangen wird.
4. Nachdem alle Kanäle empfangen werden, drücken Sie einmal die
CHANNEL-Taste (6), um den Kanal zu bestätigen. wird nicht mehr angezeigt.
5. Die Wetterstation empfängt automatisch alle 30 Sekunden ein neues Signal, um die Außentemperatur zu aktualisieren.
6. Drücken Sie wiederholt die CHANNEL-Taste (6) an der Wetterstation, um zwischen Kanal 1 CH1, Kanal 2 CH2 und 3 CH3 umzuschalten.
7. wird angezeigt, wenn die Batterie eines der Außensensoren ersetzt werden muss.
Temperaturspeicher
1. Drücken Sie die MAX/ MIN-Taste (7), um zwischen aufgezeichneter maximaler Temperatur, minimaler Temperatur und aktueller Temperatur zu wechseln. MAX zeigt die maximale Temperatur an. MIN zeigt die minimale Temperatur an.
2. Halten Sie die MAX/ MIN-Taste (7) für ungefähr 3 Sekunden gedrückt, um die maximale und minimale Temperatur und die Luftfeuchtigkeitsdatensätze zurückzusetzen.
Temperaturanzeige
1. Die IN-Temperatur zeigt die Innentemperatur an. Dies ist die Temperatur am Aufstellungsort der Wetterstation.
2. Die OUT-Temperatur zeigt die Temperatur der Außensensoren an.
3. Drücken Sie wiederholt die CHANNEL-Taste (6) an der Wetterstation, um die Temperatur von Kanal 1, Kanal 2 und Kanal 3 anzuzeigen.
4. Wenn angezeigt wird, zeigt das Display zyklisch alle Außensensorkanäle an. Bestätigen Sie mit der CHANNEL-Taste (6).
Celsius / Fahrenheit
1. Wechseln Sie mit der +/C/ F-Taste (5) zwischen der Temperaturanzeige in Celsius und Fahrenheit.
Temperaturtendenz
1.
2.
3.
Zeigt an, dass die Temperatur eine steigende Tendenz hat. Zeigt an, dass die Temperatur keine Tendenz zur Änderung hat. Zeigt an, dass die Temperatur eine sinkende Tendenz hat.
Warnhinweise
Setzen Sie das Gerät keinen übermäßigen Kraftanwendungen, Stößen, Staub,
Temperaturen oder Feuchtigkeit aus. Das Gerät nicht in Wasser tauchen. Entsorgen Sie das gesamte Gerät, wenn die Batterie keine Ladung mehr
annimmt oder wenn das Gerät keine Temperatur und Feuchtigkeit anzeigt. Entfernen Sie keine Schrauben. Werfen Sie dieses Gerät nicht in Feuer. ES KANN EXPLODIEREN. Halten Sie daher kleine Kinder von diesem Gerät fern. Verschlucken des Geräts
oder von seinen Teilen kann zum Ersticken führen. Versuchen Sie niemals die Batterien mit anderen Methoden aufzuladen. Entsorgen Sie das Gerät entsprechend zu den örtlichen Vorschriften. Recyceln Sie es möglichst.
Technische Daten
Innentemperaturmessbereich: 0°C bis 50°C (32°F bis 122°F)
Außentemperaturmessbereich: -20°C bis 50°C (-4°F bis 122°F)
Relativer Luftfeuchtigkeitsmessbereich: 20% - 95%
Barometrischer Druckmessbereich: 930 mb bis 1050 mb
Spannungsversorgung: 3 x 1,5V-Batterien Typ Micro AAA
Entsorgung gemäß dem Batterie-Entsorgungsgesetz
Alte Batterien gehören nicht in den Hausmüll, weil dies zu schädlichen Auswirkungen auf die Gesundheit und die Umwelt führen kann. Endverbraucher sind gesetzlich dazu aufgefordert, verbrauchte Batterien an Händler oder Sammelstellen zurückzubringen.
Loading...