Techno Line WIRELESS 433 MHz TEMPERATURE STATION Instructions manual [nl]

DRAADLOOS 433 MHz-TEMPERATUURSTATION
INLEIDING:
Proficiat met de aankoop van dit geavanceerde 433 MHz-temperatuurstation met gegevensverwerking en data-analyse van maximaal drie b uite ntemp eratur en. H et te mper atuur st ation k an op de C OM -poort v an e en pc worden aangesloten overzenden van gegevens. Met de meegel everde programmatuur kan de gebr ui ker op de pc data analyseren en statistieken produceren. Dit product heeft praktische bedieningstoetsen en is geschikt voor gebruik thuis of op het werk.
EIGENSCHAPPEN: Het temperatuurstation
LCD-scherm
Functietoetsen
Handleiding
123
Hanggaatje
Batterijvak
Ingang voor aansluiting (op PC)
Uitvouwbare standaard
DCF-radiografisch bestuurde tijd met mogelijkheid tot hand bediend instellen
Tijdzone instelbaar ±12 uren
Weergave binnen- en buitentemperatuur met MIN/MAX registraties en tijdstip ervan.
Weergave binnen- en buitenvochtigheid in RH% met MIN/MAX registraties.
Gegevensverwerking – Kan max. 3000 datacombinaties van temperatuur/vochtigheid opslaan.
Aansluitbaar op pc (COM-poort) – via de bijgesloten programmatuur (zie cd-rom) kunnen data naar
een pc worden verzonden.
Kan maximaal 3 buitenzenders ontvangen.
Tijdontvangst kan AAN/UIT worden geschakeld.
Weergave dauwpunttemperatuur
Alarm met hoog/laag van temperatuur & vochtigheid
12/24-uren tijdschaal
Weergave kalenderstand met jaar/maand/ dag
Weergave temperatuur in ºC/ºF
Instelbaar schermcontrast
Lege batterijenindicator
Voor op tafel of aan de muur
De buitentemperatuur zender
Buitentemperatuur en buitenvochtigheid wordt op
afstand via 433 MHz naar het temperatuurstation verzonden.
Regenbestendige behuizing
Houder om mee aan muur te bevestiging
Ophangen op een beschutte plek. Vermijd
rechtstreekse regen en direct zonlicht.
124
PLAATSEN EN VERVANGEN VAN BATTERIJEN IN HET TEMPERATUURSTATION
Het temperatuurstation werkt op 3 x AA, IEC LR6, 1.5V batterijen. Voor plaatsen en vervangen van batterijen a.u.b. de onderstaande stappen volgen:
SIZE AA LR6
SIZE AA LR6
SIZE AA LR6
PLAATSEN EN VERVANGEN VAN BATTERIJEN IN TEMPERATUURZENDER
De buitenzender werkt op 2 x AAA, IEC LR03, 1.5V batterijen. Voor plaatsen van batterijen a.u.b. onderstaande stappen volgen:
Batterijvak
1. Steek vinger of stevig voorwerp in ruimte midden onder op het batterijvak and licht het deksel naar boven.
2. Plaats batterijen met de juiste polariteit (zie markering).
3. Sluit deksel van batterijvak.
1. Verwijder deksel van batterijvak.
2. Plaats de batterijen; let daarbij op juiste polariteit (zie markering in batterijvak).
3. Sluit batterijvak van toestel.
125
BATTEREN WISSELEN:
Als het scherm de lege batterijenindicator weergeeft, wordt het tijd de batterijen te worden vervangen. Gebeurt dit niet dan kan het toestel verkeerd functioneren.
Let op:
Na het wisselen van de batteri jen ho e ft het te mper atuur stati on nie t o pnieuw ing estel d en opg estar t te
worden. Het temperatuurstation onthoudt namelijk alle ontvangen zendergegevens en de volgorde ervan. Het kan echter nodig zijn het gewenste schermcontrast, alarm aan/uit en de klok in te stellen (door de datum en tijd handmatig in te stellen of te wachten op het DCF-tijdsignaal).
Weergave van de “gemiddelde” w aarde v an een bep aald kan aal w ordt berek end aa n de hand v an de
beschikbare gegevens na het wisselen van de batterijen.
Na het wisselen van batterijen in een be paalde zender dient deze opni euw te worden geidentificeerd.
Zie “LEREN/ANNULEREN VAN EEN ZENDER (KANAAL)” voor de procedure van het opnieuw ‘leren’ van een zender.
Het is aanbevolen de batterijen van alle toestellen jaarlijks te vervangen om optimaal functioneren te
garanderen.
Help mee het milieu beschermen. Deponeer lege batterijen in een afvalbak voor klein chemisch afval.
OPSTARTEN
1. Plaats de batterijen in het temperatuurstation (zie “Plaatsen en vervangen van batterijen in de
Let op: Als de binnentemperatuur en binnenvochtigheid na 15 seconden nog steeds niet worden weergegeven, verwijder dan de batterijen en wacht tenminste 2 minuten alvorens deze opnieuw te plaatsen. Controleer ook of de batterijen niet leeg zijn. Is dit het geval, plaats dan verse alkaline batterijen in de toestellen.
temperatuurzender” hierboven). Zodra de batterijen op hun plaats liggen lichten alle delen van het scherm even op. Vervolgens worden de binnentemperatuur en binnenvochtigheid weergegeven. De tijd verschijnt als 0:00 en de datum als 1.1.04.
126
Na het plaatsen van de batterijen in het temperatuurstation volgen vier minuten om alle zenders één voor één in te stellen. De onderstaande stappen 2 t/m 4 dienen binnen deze periode te zijn voltooid.
2. Plaats de batterijen in de eerste zender. Het temperatuurstation identificeert de zender. Nu wordt buitenkanaal 1 (out 1) van de temperatuur en vochtigheid weergegeven. Op het scherm ziet u het pictogram van het buitenkanaal verschijnen. (Als dit na 3 minuten nog niet het geval is, dienen de batterijen uit beide toestellen te worden gehaald en herstart te worden vanaf stap 1.)
3. Nadat de registraties van de eerste zender (Kanaal 1) correct door het temperatuurstation worden weergegeven kunnen de batterijen in de tweede z end er w orden g eplaa tst. N u wor den de r egistr aties van buitentemperatuur en vochtigheid van “Kanaal 2’ weergegeven. Op het scherm staat nu het pictogram van het buitenkanaal.
4. Activeer één voor één de derde, zender (indien van toepassing) zoals hierboven beschreven.
5. Na ontvangst van het zendsignaal probeert het temperatuurstation ook het DCF-tijdsignaal (radiografische transmissie) te ontvangen.
6. Als na ongeveer 10 minuten de DCF-tijd nog steeds niet ontvangen is, houd dan de SET-toets 3 seconden ingedrukt om in de handbediende regelstand te komen. De klok van het temperatuurstation probeert omstreeks midde r nacht aut om ati sch de DC F- ti j d te ontvangen . Als dit gelukt is zal de ontvangen tijd de handmatig ingesteld tijd vervangen. Ook wordt de datum door de ontvangen tijd geactualiseerd. (Zie ook opmerkingen bij “Radiografische tijdontvangst” en
“Handbediende regelstand”).
DCF-77 RADIOGRAFISCH BESTUURDE TIJD
De tijdbasis voor de zenderbestuurde tijd is een cesium atoomklok van het Duitse Rijksinstituut voor Technisch en Natuurkundig Onderzoek in Braunschweig met een tijdafwijking van minder dan één seconde op één miljoen jaar. De tijd wordt gecodeerd verzonden vanuit Mainflingen nabij Frankfurt via h et frequentiesignaal DCF-77 (77.5 kHz) en heeft een zendbereik van ongeveer 1,500 km. Het zendergestuurde temperatuurstation ontvangt dit signaal en zet het om in de precieze zomer- of wintertijd. De kwaliteit van de ontvangst hangt sterk af van uw geografische positie. Normaliter zijn er binnen een straal van 1500 km rondom Frankfurt geen ontvangstproblemen. Zodra de testperiode van de buitenontvangst voorbij is gaan het pictogram van de DCF-torentje middenboven op het scherm knipperen. Dit betekent dat de klok een radiosignaal heeft ontdekt en het
127
probeert te ontvangen. Zodra de tijdcode ontvangen is, blijft het DCF-torentje permanent op het scherm
A
staan en wordt de tijd weergegeven. Als het toren-pictogram knippert maar de tijd niet verschijnt, of als het torentje helemaal niet verschijnt, controleer dan het volgende:
Aanbevolen afstand tot storingsbronnen zoals computermonitoren of tv-toestellen is tenminste 1.5 -
2 meters.
In ruimten met gewapend beton (kelders, torenflats), wordt het signaal verzwakt ontvangen. Zet het
toestel in extreme gevallen dichterbij het raam en/of richt het met de voor- of achterkant naar de zender in Frankfurt.
’s Nachts zijn atmosferische storing over het algemeen minder ernstig en is ontvangst in de meeste
gevallen wel mogelijk. Eén enkele ontvangst per dag is voldoende om de tijdafwijking tot minder dan 1 seconde te beperken.
FUNCTIETOETSEN: Temperatuurstation:
Het temperatuurstation is voorzien van 5 functietoetsen:
SET-toets
larm-toets
Stand-toets
Plus-toets
128
Minus-toets
SET-toets
In normale stand 3 seconden ingedrukt houden om in één van de volgende handbediende
regelstanden te komen: a. Schermcontrast b. Tijdzone c. Zomertijd/wintertijd (Aan/Uit) d. Radiografische gestuurde tijdontvangst (Aan/Uit) e. 12/24-uren tijdschaal f. Instellen tijd (uren en minuten) g. Instellen kalender (jaar, maand en dag) h. Instellen temperatuureenheid (°C/ °F) i. Leren/annuleren kanalen j. Aantal in geheugen te bewaren kanalen
In leesstand of alarmstand drukken om terug te keren naar normale weergavestand.
Plus-toets (+) en Minus-toets (–)
In normale weergavestand drukken om een kanaal te selecteren (de binnensensor of één van de
buitenzenders)
Druk om een wijziging te maken (verhogen of verlagen) in handbediende regelstanden en in
alarmstand.
Stand-toets (mode)
In normale weergavestand drukken om te wisselen tussen de volgende weergavestanden:
a. Maximum registratie van geselecteerde kanaal (de binnensensor of een van de
buitenzenders, afhankelijk van keuze van de gebruiker) b. Minimum registratie van een geselecteerd kanaal c. Gemiddelde registratie van vochtigheid en temperatuur of een geselecteerd kanaal
(genomen over de laatste 100 in het geheugen opgeslagen waarden) d. De dauwpunttemperatuur van een bepaald kanaal e. Registratieverloop in het geheugen van een bepaald kanaal
129
In de regelstand van het alarm indrukken om het alarm van de temperatuur en vochtigheid te activeren/inactiveren
In handbediende indrukken om terug te keren naar normale weergavestand
3 seconden ingedrukt houden om Min/Max-registraties van een kanaal te annuleren
5 seconden ingedrukt houden om Min/Max-registraties van alle kanalen te annuleren
Alarm-toets (AL)
3 Seconden ingedrukt houden om in de regelstand van het alarm te komen.
In regelstand van alarm drukken om te wisselen tussen de volgende instellingen:
1. hoge vochtigheidsalarm
2. lage vochtigheidsalarm
3. hoge temperatuuralarm
4. lage temperatuuralarm
In handbediende regelstand drukken om terug te keren naar normale weergavestand
130
LCD-scherm:
Het LCD-scherm is verdeeld in 4 delen voor weergave van de relatieve vochtigheid, temperatuur, EPROM-status en tijd/datum.
Pictogram van
tijdontvangst
(voor DCF-tijd)
Pictogram zoemer
aan-stand
Weergave gegevens in geheugen (met aantal ongelezen data-combinaties in geheugen)
Tijd
Kengetal buitenzender
Weergave kalender
Weergave temperatuur in ºC/ ºF
Relatieve vochtigheid in RH%
131
HANDBEDIENDE REGELSTANDEN:
In normale weergavestand de SET-toets 3 seconden indrukken om in een handbediende regelstand te komen: a. Instellen schermcontrast b. Instellen tijdzone c. Zomer/Wintertijd aan/Uit d. Radiografische tijdontvangst aan/uit e. Instellen 12/24-uren tijdschaal f. Instellen tijd (uren en minuten) g. Instellen kalender (jaar, maand en dag) h. Instellen temperatuureenheid (°C/ °F) i. Leren/annuleren van een zender j. Aantal datacombinaties van buitenkanaal die in het geheugen van het temperatuurstation zijn opgeslagen
INSTELLEN SCHERMCONTRAST:
Het schermcontrast kan ingesteld worden op 8 verschillende standen, van LCD 0 t/m LCD7
Tekst knippert
132
(Standaardwaarde “LCD 5”):
1. In normale stand de SET-toets ingedrukt houden totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Gebruik de Plus (+) en Min (–) toets om alle contrastniveaus te bekijken.
3. Kies het gewenste schermcontrast. Druk ter bevestiging op de Alarm-toets om terug te keren naar normale weergavestand.
INSTELLEN TIJDZONE:
De tijdzone van het temperatuurstation is standaard ingesteld op “0”. Stel als volgt een andere tijdzone in:
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk nogmaals even op de SET-toets om in regelstand van de tijdzone te komen. De letters “Zo”
gaan knipperen.
3. Gebruik de Plus- en Min-toetsen om de tijd in te stellen (-12 t/m 12 uur).
4. Druk op de Mode- of Alarm-toets om te bevestigen en terug te keren naar de normale
weergavestand.
Tekst knippert
133
ZOMER-/WINTERTIJD AAN/UIT
Let op:
De functie zomer-/wintertijd aan/uit geldt enkel voor bepaalde gebieden in de Verenigde
Staten waar de WWVB-tijdsbron worden gebruikt. Het is niet van toepassing op het DCF-77 signaal in Europese landen.
Deze instelling kan desgewenst worden overgeslagen voor deze Europese versie van het
temperatuurstation. Regelstand “dS On” of “dS off” heeft geen invloed op de ontvangen tijd.
De instelling “dS off” wordt gebruikt voor een gebied zonder zomer-/wintertijd in de VS, terwijl de
instelling “dS On” voor gebieden in de US met zomer-/wintertijd is.
1. Houd de OK-toets ingedrukt totdat de tekens “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk tweemaal even de OK-toets om de zomer-/wintertijd in te schakelen. De tekens “dS” gaan
knipperen.
3. Schakel met de plus- en min-toets de functie van de zomer-/wintertijd op “Aan” of “Uit”.
4. Druk ter bevestiging op de Stand- of Alarm-toets en keer terug naar de normale weergavestand.
134
Cijfers knipperen
INSTELLEN TIJDONTVANGST AAN/UIT:
In een gebied waar ontvangst van de DCF-tijd niet mogelijk is, kan de functie DCF-tijdontvangst UIT worden geschakeld. De klok werkt dan als een normale kwartsklok. (Standaardwaarde ON).
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk drie maal kort op de SET-toets om in de regelstand van de tijdontvangst te komen. De letters
“rEc” gaan knipperen.
3. Schakel de tijdontvangst met de Plus en Minus-toets aan of uit.
4. Druk op de Mode- of Alarm-toets om te bevestigen en terug te keren naar de normale
weergavestand.
Let op:
Als de functie van de tijdontvangst handmatig UIT is geschakeld, doet de klok geen pogingen tot ontvangst zolang de UIT-stand van de tijdontvangst is geactiveerd. Het “DCF”-pictogram en dat van de tijdontvangst worden niet weergegeven. .
135
Tekst knippert
INSTELLEN 12/24-UREN TIJDSCHAAL:
De tijdweergave kan ingesteld worden op een 12-uren of 24-uren tijdschaal. (Standaardwaarde 24-uren)
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk vier keer kort op de SET- toet s o m in de reg elst and van de tij dschaal te ko men. D e tek st “ 24h”
gaat knipperen.
3. Gebruik de Plus- en Min-toets om de tijd weer te geven volgens een 12-uren of 24-uren tijdschaal.
4. Druk op de Mode- of Alarm-toets om te bevestigen en terug te keren naar de normale
weergavestand.
Tekst knippert
136
HANDBEDIEND REGELEN TIJD:
Als het temperatuurstation het D C F- s ignaal (bijv. Vanweg e at mosferische storingen, zendafstand, enz.) kan de tijd ook handmatig worden ingesteld,. De klok werkt dan als een gewone kwartsklok.
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk vijf maal kort op de SET-toets om in de regelstand van de uren te komen. De uren gaan
3. Stel de uren in met de Plus- en Min-toets.
4. Druk ter bevestiging nogmaals op de SET-toets en ga verder met het instellen van de minuten. De
5. Stel de minuten in met de Plus- en Min-toets.
6. Druk ter bevestiging op de Mode- of Alarm-toets en keer terug naar de normale weergavestand.
Let op: Hoewel het toestel handmatig is ingesteld, probeert het nog steeds elke dag het signaal te ontvangen. Zodra het signaal is ontvangen is, wordt de handmatig ingevoerde tijd vervangen door de ontvangen tijd. Tijdens ontvangstpogingen gaat het DCF-torentje knipperen. Als ontvangst niet geslaagd is
Uren knipperen
knipperen.
minuten gaan knipperen.
Minuten knipperen
137
wordt het pictogram van het DCF-torentje niet weergegeven maar wordt een uur later opnieuw een poging tot ontvangst gedaan.
INSTELLEN KALENDER:
De standaardwaarde van het temperatuurstation is 1. 1. van het jaar 2004. Zodra de radiografische tijdsignalen zijn ontvangen, wordt de tijd automatisch geactualiseerd. Als de signalen echter niet worden ontvangen, kan de tijd ook handbediend worden geregeld.
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk zeven maal kort op de SET-toets om in de regelstand van het jaar te komen. De cijfers van
het jaar gaan knipperen op het datumdeel van het scherm.
3. Stel met de Plus- en Min-toets het jaar in.
4. Druk nogmaals op de SET- toets om het jaar te bevestig en en g a verder naar de regelstand van de
maand. De cijfers van de maand gaat knipperen.
5. Stel met de Plus- en Min-toets de maand in.
Datum
Maand
Jaar
138
6. Druk nogmaals op de SET-toets om de maand te bevestigen en ga verder naar de regelstand van
de dag. De cijfers van de dag gaan knipperen.
7. Stel met de Plus- en Min-toets de dag in.
8. Druk op de Mode- of Alarm-toets om terug te keren naar de normale weergavestand.
INSTELLEN TEMPERATUUREENHEID (°C/ °F):
Voor temperatuur kan gekozen worden tussen weergave in °C of °F (standaardinstelling °C).
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk tien maal kort op de SET - toe t s om in de reg els tand van de temper atuur eenhei d t e k omen . De
tekst “°C” gaat knipperen.
3. Stel met de Plus- en Min-toets de temperatuureenheid in op°C of °F.
4. Druk ter bevestiging op de Mode- of Alarm-toets en keer terug naar de normale weergavestand.
Tekst knippert
139
LEREN/ANNULEREN VAN EEN ZENDER (KANAAL)
Na het vervangen van de batterijen van een bepaalde zender, moet het temperatuurstation deze zender in de leerstand opnieuw identificeren. Om het aantal toegepaste zenders te verminderen, kan de gebruiker een zender annuleren, zodat de gegevens van deze zender niet meer door het temperatuurstation zullen worden weergegeven. Onderstaande aanwijzingen beschrijven hoe een kanaal wordt “geleerd” of “vergeten”:
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk elf kort op de SET-toets om een kanaal te leren of annuleren. De tekst “Lrn”, “CH” en de
pictogrammen van de kanalen gaan knipperen.
3. Druk op Plus om Kanaal 1 te selecteren. Het getal”1” gaat knipperen.
4. Druk op Plus om Kanaal 1 in de “leer”-stand te schakelen (het kanaalnummer gaat knipperen), of
5. Druk op de SET-toets om kanaal 2 te selecteren. Het getal “2” gaat knipperen.
6. Herhaal bovengenoemde stappen voor kanaal 2 t/m 3, en schakel ze in “leer”- of “annuleer”-stand.
Let op: Zodra een kanaal is geannuleerd, wordt de verbinding tussen het temperatuurstation “verbroken”
Knippert
druk op Minus om kanaal 1 te annuleren (het kanaalnummer verdwijnt).
en kunnen de gegevens die door dit kanaal worden uitgezonden niet meer op het
140
Tekst knippert
temperatuurstation worden afgelezen.
AANTAL IN HET GEHEUGEN TE BEWAREN BUITENZENDERS
Het temperatuurstation kan ten hoogste 3 buitenzenders ontvangen. De gebruiker bepaalt het aantal zendergegevens dat in het permanente geheugen van het temperat uur station wordt bewaard. De gebruiker kan bijvoorbeeld 3 zenders gebruiken maar d e g eg evens van slechts 2 bepaalde zenders bewaren. Stel als volgt het aantal zenders in waarvan de gegevens in het systeemgeheugen moeten worden opgeslagen:
1. Houd de SET-toets ingedrukt totdat de letters “Lcd” gaan knipperen.
2. Druk twaalf maal kort op de SET-toets om in de regelstand van het zendernummer te komen. De
tekst “Enr” gaat knipperen.
3. Selecteer met de Plus- en Min-toets het aantal met het temperatuurstation te gebruiken zender
(maximaal 3 zenders).
4. Druk ter bevestiging nogmaals op de SET-toets zodat het scherm terugkeert naar de normale
weergavestand.
Let op:
Als de gebruiker “Enr = 2” heeft ingesteld en er vijf zenders aan zijn, dan worden enkel de data van
141
Tekst knippert
kanaal nr. 1 en 2 in het geheugen bewaard. Als de gebruiker “Enr = 4” heeft ingesteld, dan worden de data van nr. 1 t/m 4 bewaard.
Als de gebruiker echter aanvankelijk 5 zenders heeft gebruikt en dan kanaal 3 annuleert, geeft het
temperatuur-station daarna “--.-“ weer voor kan aal 3. En als de gebruiker “Enr = 3” heeft gekozen, dan worden de data van kanaal 1 t/m 3 in het geheugen opgeslagen, in plaats van kanaal 1, 2 en 4. De in het geheugen opgeslagen data voor kanaal 3 worden weergegeven door “--.-“.
Nadat het "Enr"-nummer is gewijzigd worden de historische data gewist en het geheugen ("mem")
teruggesteld op "0000".
HANDBEDIENDE REGELSTAND VERLATEN
De handbediende regelstand kan tijdens het instellen op elk gegeven moment verlaten worden door op de Mode- of Alarm-toets te drukken. Het scherm keert dan terug naar normale tijdweergave.
WISSELEN TUSSEN VERSCHILLENDE KANALEN (BINNEN- EN BUITENKANALEN):
1. Druk op de plus- of mintoets om te verspringen tussen de registraties van de temperatuur en
vochtigheid van het binnenkanaal en het kanaal van de buitenzender(s). Het getal dat het kanaal identificeert (“in”, “out 1”, “out 2”, “out 3” … ) wordt rechtsboven op het scherm weergegeven ter indicatie dat een bepaald kanaal geselecteerd is.
Nu worden temperatuur en vochtigheid van buitenzender nr . 1 weergegeven
142
AFLEZEN VAN REGISTRATIES VAN TEMP/VOCHTIGHEID VAN EEN BEPAALD KANAAL:
Nadat met de Plus- of Min-toets een bepaald kanaal is geselecte erd ( bi nnens ensor of één van buitenzenders), kan één van de volgende standen of data worden afgelezen:
a. Maximum temperatuur en vochtigheid
Druk in normale weergavestand eenmaal op de Mode-toets. Nu worden de gemeten maximum temperatuur en vochtigheid van een kanaal weergegeven, alsmede de datum en het tijdstip van registratie. De tekst “max” gaat knipperen.
Max knippert
143
b. Minimum temperatuur en vochtigheid
In normale weergavestand tweemaal op de Mode-toets drukken. Nu worden de door het kanaal gemeten minimum temperatuur en vochtigheid, alsmede datum en tijdstip van de minimum temperatuur weergegeven. De tekst “min” gaat knipperen.
Min knippert
144
c. Gemiddelde waarde van 100 laatste registraties
A
In normale weergavestand driemaal op de Mode-toets drukken. Nu worden de gemiddelde temperatuur en vochtigheid van de in het systeemgeheugen opgeslagen data weergegeven. Het “avg”-icoon gaat knipperen. Als het kanaal niet is ingesteld om te worden opgeslagen in het geheugen, dan wordt i.p.v. een gemiddelde waarde “--.-“ alsmede weergeven.
Let op: De voor een bepaald kanaal weergegeven “Average”-waarde wordt enkel berekend aan de hand van de nieuwe data die na het wisselen van de batterijen zijn geregistreerd.
145
verage (=gemiddeld)
knippert
d. Dauwpunttemperatuur
Icoon van dauwpunttemperatuur
In normale weergavestand vier maal op de Mode-toets drukken. De dauwpunttemperatuur wordt
naast het knipperende “td” icoon weergegeven.
146
e. Historische datacombinaties van de temperatuur en vochtigheid
In normale weergavestand vijfmaal op de Mode-toets drukken. Het “hist”-icoon gaat knipperen en de laatst gemeten temperatuur en vochtigheid met het registratietijdstip ervan worden weergegeven. Door op de – toets te drukken kunnen eerdere metingen, die op het door de gebruiker ingestelde tussenpozen zijn gedaan, worden afgelezen. Als een kanaal niet is ingesteld om te worden bewaard in het systeemgeheugen, dan kunnen hiervan geen historische data worden weergegeven, en verschijnt “--.-“ op het scherm.
Icoon van historische data knippert
147
PROGRAMMEREN VAN ALARM VOOR BINNEN-/BUITENTEMPERATUUR EN -VOCHTIGHEID
Het weerstation biedt de gebruiker de mogelijkheid een serie alarmen in te stellen die geactiveerd worden door een aantal specifieke, door de gebruiker ingestelde waarden. Zo kan het alarmpunt van de hoge en lage temperatuur op 20°C en 30 °C worden ingesteld. Het alarm klinkt dan zodra de temperatuur hoger is dan 30.0°C of lager dan 20.0 °C.
Instellen van hoog vochtigheidsalarm:
1. Tijdens normale weergave op de Plus- of Min-toets drukken om een kanaal te selecteren (de
sensor van temperatuurstation of één van de buitenzender)
2. Houd de Alarm-toets ongeveer 3 seconden ingedrukt om in de regelstand van de hog e vochtigheid
te komen. De waarde van de vochtigheid, het icoon van de hoogtelimiet en het alarm-icoon gaan knipperen.
3. Druk op de Mode-toets om het hoge vochtigheidsalarm te “activeren” of “inactiveren”.
(weergegeven “Alarm On” icoon geeft aan dat het alarm aan is.)
Icoon hoogtelimiet
waarde van vochtigheid
Icoon alarm aan (Als dit icoon niet wordt weergegeven is het alarm niet geactiveerd)
148
4. Druk op de Plus- of Min-toets om de gewenste grenswaarde van het hoge vochtigheidsalarm in te
stellen.
5. Druk op SET-toets om ter ug te keren naar normale weergave, o f dr u k op de Alarm-toets o m v er der
te gaan naar de regelstand van het lage vochtigheidsalarm.
Instellen van lage vochtigheidsalarm:
1. In normale weergavestand op de Plus- of Min-toets drukken om een kanaal te selecteren (de
sensor van het temperatuurstation of één van de buitenzenders).
2. Houd de Alarm-toets ongeveer 3 seconden ingedrukt om in de regelstand van het lage
vochtigheidsalarm te komen. Druk vervolgens nogmaals kort op de Alarm-toets om in de regelstand van het lage vochtigheidsal arm te komen. De w aarde van de vochtig heid, het ic oon van de laagtelimiet en het alarm-icoon gaan knipperen.
Icoon laagtelimiet
3. Druk op de Mode-toets om het lage vochtighei dsalar m te “ activ eren” o f “inactiv eren” (w eergeg even
“Alarm On” icoon geeft aan dat het alarm aan is.)
4. Druk op de Plus- of Min-toets om de gewenste grenswaarde van de lage vochtigheid in te stellen.
waarde van vochtigheid
149
5. Druk op de SET-toets om terug te keren naar de normale weergave of druk op de Alarm-toets om
verder te gaan naar het regelstand van het hoge temperatuursalarm te komen.
Instellen van hoge temperatuuralarm:
1. In normale weergavestand op de Plus- of Min--toets drukken om een kanaal te selecteren (de
sensor van het temperatuurstation of één van de buitenzenders).
3. Houd de Alarm-toets ongeveer 3 seconden ingedrukt om in de regelstand van het hoge
vochtigheidsalarm te komen. Druk ver volgens nog eens tweemaal kort op de Alarm-toets om in de regelstand van het hoge temperatuuralarm te komen. De temperatuurwaarden, het icoon van de hoogtelimiet en het alarm-icoon gaan knipperen.
3. Druk op de Mode-toets om het hoge temperatuuralarm te “activeren” of “inactiveren”
4. Druk op de Plus- of Min-toets om de gewenste grenswaarde van het hoge temperatuuralarm in te
5. Druk op de SET-toets om terug te keren naar normale weergave, of druk op de Alarm-toets om
Icoon hoogtelimiet
knipperen
(weergegeven “Alarm On” icoon geeft aan dat het alarm aan is.) stellen. verder te gaan naar de regelstand van het lage temperatuuralarm.
150
Instellen van lage temperatuuralarm:
1. In normale stand op de Plus- of Mintoets drukken om een kanaal te selecteren (de sensor van het temperatuur-station of één van de buitenzend er s) .
2. Houd de Alarm-toets ongeveer 3 seconden ingedrukt om in de regelstand van het hoge temperatuuralarm te komen. Druk vervolgens nog eens driemaal kort op de Alarm-toets om in de regelstand van het lage temperatuuralarm te komen. De temperatuurwaarde, het icoon van de laagtelimiet en het alarm-icoon gaan knipperen.
3. Druk op de Mode-toets om het lage temperatuuralarm te “activeren” of “inactiveren” (weergegeven
4. Druk op de Plus- of Min-toets om de gewenste grenswaarde van het lage temperatuuralarm in te
1. Druk op SET-toets om terug te keren naar normale weergave.
Let op:
Het alarm kan door de gebruiker desgewenst op een aparte hoge of lage grenswaarde worden
Icoon laagtelimiet
knipperen
“Alarm On” icoon geeft aan dat het alarm aan is.) stellen.
ingesteld. De grenswaarden voor de temperatuur kunnen bijvoorbeeld worden ingesteld op 35°C (hoog) en 25°C (laag), terwijl enkel het hoge temperatuuralarm actief is en dat van de lage
151
temperatuur inactief. In dit geval gaat het alarm niet af als de temperatuur lager is dan 25°C, maar wel als de temperatuur hoger is dan 35.0°C.
Als een van de alarmen is geactiveerd wordt op het LCD-scherm boven de datum een "alm"-icoon
weergegeven.
Als geregistreerd wordt dat de temperatuur of vochtigheid buiten de geprogrammeerde
grenswaarden valt, dan klinkt het alarm en wordt het alarm-icoon wordt op het LCD-scherm weergegeven. De zoemer kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken. Als geen toets wordt ingedrukt, dan blijft het alarm twee minuten lang zoemen, maar het icoon van het alarmsignaal blijft knipperen totdat de temperatuur en vochtigheid weer binnen het ingestelde bereik vallen.
Zodra het alarm geactiveerd is schakelt het scherm over het laatst geactiveerde kanaal. Bovendien
knipperen de iconen van de hoogte- en laagtelimiet en van IN/ OUT zolang aan de alarmcriteria wordt voldaan.
Als een alarm afgaat blijft het alarm-icoon op het scherm knipperen totdat de temperatuur en
vochtigheid weer binnen het bereik van de ingestelde grenswaarden vallen.
Zodra de huidige temperatuur
of vochtigheid buiten de
ingestelde grenswaarden
vallen, gaan het alarmicoon
en de iconen van de
corresponderende hoge of
lage alarmen knipperen.
152
GEHEUGENCAPACITEIT
Het temperatuurstation is in staat gegevens te verwerken. De opslagcapaciteit van de verschillende zenders is als volgt:
Aantal gebruikte zenders Max. aantal datacombinaties van temperatuur en vochtigheid
0 or 1 ~3260
2 ~2510
Let op:
Het meetinterval bedraagt 5 minuten; elke 5 minuten wordt een datacombinatie van temperatuur en
vochtigheid geregistreerd.
Als volledige capaciteit is bereikt worden de oudste gegevens vervangen door de nieuwste, enz.
DATA VAN HET TEMPERATUURSTATION WISSEN
WISSEN VAN MAX/MIN WAARDEN VAN TEMPERATUUR EN VOCHTIGHEID VAN EEN BEPAALD KANAAL
Max/min data van een kanaal wissen:
1. Druk op de Plus- of Min-toets om een kanaal te selecteren.
2. Houd de Mode-toets 3 seconden ingedrukt. De maximum en minimum waarden van
temperatuur/vochtigheid en het registratietijdstip ervan worden teruggesteld op de huidige
waarden. WISSEN VAN MAX/MIN WAARDEN VAN TEMPERATUUR EN VOCHTIGHEID VAN ALLE KANALEN Max/min waarden van alle kanalen wissen:
1. Houd de Mode-toets 5 seconden ingedrukt. De maximum en minimum waarden van
temperatuur/vochtigheid en het registratietijdstip ervan worden teruggesteld op de huidige
waarden.
3 ~2170
voor elke zender en de binnensensor
153
ALLE OPGESLAGEN WAARDEN VAN TEMPERATUUR EN VOCHTIGHEID WISSEN (UIT TIJDELIJK GEHEUGEN VAN TEMPERATUURSTATION)
De temperatuur- en vochtigheidsgegev ens worden s tee ds in een zg n. ri ngbu f fergeh eugen opgesl agen (ee n tijdelijk geheugen waar nieuwe data de oudste data vervangen als het geheugen vol is). Volg de volgende aanwijzingen op om dit geheugen te wissen:
1. Druk zowel de Plus-toets als de SET-toets tegelijkertijd 2 seconden in. Alleen de temperatuur- en
vochtigheidgegevens van alle kanalen (binnen- en buit enkanal en) w orden g ewi st. De g emiddeld e en historische data zijn dus niet meer opvraagbaar. Nadat alle data zijn gewist geeft het geheugenscherm “mem000” weer.
Let op: De maximum/minimum waarden van de temperatuur en vochtigheid worden niet gewist.
ALLE GEGEVENS EN INSTELLINGEN UIT PERMANENTE GEHEUGEN VAN TEMPERATUURSTATION WISSEN (FABRIEKSINSTELLINGEN)
Stel het toestel terug op de fabriekinstellingen bij foutief fuctioneren van het temperatuurstation. Dit gebeurt als volgt:
1. Zorg ervoor dat het toestel in normale weergavestand is, d.w.z. geen max, min, of historische data
weergeeft, en dat het toestel geen DCF of HF aan het ontvangen is.
2. Druk op de set-, plus-, minus- en mode-toets en houd deze 3 seconden ingedrukt in deze volgorde:
druk eerst de set-toets in, vervolg ens bin nen 1 seconde de a ndere dri e toet s en. H oud de v ier toet sen 3 seconden lang ingedrukt totdat rechtsboven op het scherm bewegende leestekens verschijnen.
Let op: Als het terugstellen niet geslaagd is, herstart dan vanaf stap 1.
154
3. De bewegende leestekens worden gedurende ongeveer 6 minuten weergegeven; vervolgens
Let op: Nadat het temperatuurstation is teruggesteld op de fabrieksinstellingen, zijn alle data gewist. Het permanente geheugen van het temp eratuurstation is gewist en de data (van alle kanalen) zij n g eannul eerd. Ook zijn alle vorige instellingen van het station zoals datum en tijd, alarm, kalibreerwaarden, enz. gewist.
Houd eerst SET-toets
worden alle schermdelen vertoond. Verwijder nu de batterijen en plaats deze opnieuw in het toestel. Nu is de herstartprocedure voltooid.
ingedrukt
Druk deze 3 toetsen meteen tegelijkertijd in.Houd de vier toetsen samen ongeveer 3 seconden ingedrukt.
155
A
lle delen van het scherm lichten even op. Verwijder en herplaats de batterijen om het temperatuurstation opnieuw op te starten.
Op het scherm verschijnen wat bewegende cijfers tekens als het temperatuurstation teruggesteld wordt.
156
Nadat de batterijen opnieuw zijn geplaat st, spring t het stati on automatisch i n de leers tand . Het scherm g eeft de indicator van de signaalontvangst weer. De gebruiker dient het temperatuurstation opnieuw in te stellen voor de gewenste toepassing. (Zie ”OPSTARTEN” vorige paragraaf)
Let op:
Als de batterijen leeg raken verschijnt na het herstarten de tekst “No EPr” om aan te geven dat de
batterijstroom te zwak is om het temper atuur st ati on go ed te l aten fun ctioner en. I n dit g ev al diene n de batterijen te worden vervangen.
Het is aanbevolen alle nuttige data op de pc te bewaren (indien mogelijk) alvorens het toestel terug
te stellen op de fabrieksinstellingen.
GEBRUIK VAN HET TEMPERATUURSTATION MET EEN PC
Met behulp van de meegeleverde programmatuur biedt het temperatuurstation de volgende extra functies.
1. Data van temperatuurstation importeren op e en pc .
2. Bestand met historische data afdrukken Wijze van installeren van de programmatuur op een pc en het gebruik ervan is beschreven in de
handleiding van de pc-programmas.
OVER DE BUITENZENDER
Het bereik van de temperatuurzender kan worden beïnvloed door de temperatuur. Koude temperaturen kunnen de zendafstand reduceren. Houd hiermee rekening bij het positioneren van de zenders. Ook de batterijen van de temperatuurzender kunnen erdoor verzwakt raken.
157
CONTROLE 433MHz-ONTVANGST
Als de gegevens van de buitentemperatuur niet binnen drie minuten na het opstarten zijn ontvangen (of als scherm van de buitengegevens bij normaal functioneren na 3 mislukte pogingen “- -. -” weergeeft), controleer dan het volgende:
1. De afstand van het temperatuurstation tot mogelijke sto ringsbronnen zoals een computer monitor of tv-toestel dient tenminste 2 meter te zijn.
2. Plaats de zenders niet in de onmiddellijke nabijheid van metalen ramen.
3. Het gebruik van andere elektrische producten zoals een hoofdtelefoon of luidsprekerboxen die ook op via 433MHz-signaalfrequentie werken, kan de goede ontvangst of transmissie van het signaal belemmeren. Naburige bewoners die elektrische apparaten gebruiken die ook op de 433MHz-signaalfrequentie werken kunnen ook voor interferentie zorgen.
Let op:
Als het 433MHz-signaal correct ontvangen is het batterijvak van de zender of het temperatuurstation niet meer openen. Hierdoor kunnen de batterijen los springen van de contactpunten zodat de zender of het temperatuurstation onnodig o pnieuw moet w orden opges t art. Gebe urt dit per ong eluk toch , hers t art dan alle toestellen (zie “OPSTARTEN” hierboven) anders kunnen zendproblemen optreden.
Het zendbereik van de temper at uur zender naar het temperatuur station is ongeveer 100 me ter ( i n vrije veld). Het hangt echter ook af van omgevingsfactoren en het niveau van interferentie. Als ondanks het in acht nemen van deze factoren ontvangst niet mogelijk is, dienen alle toestellen van het systeem te worden herstart (zie “OPSTARTEN” boven).
158
POSITIONEREN VAN TEMPERA TUURSTATION:
Het temperatuurstation is inclusief een afneembare standaard die de keuze biedt het toestel op tafel op te stellen of aan de muur op te hangen. Alvorens aan de muur te bevestigen controleren of de buitentemperaturen vanuit de gekozen locaties(s) kunnen worden ontvangen. Voor ophangen aan muur:
1. Bevestig een schroef (niet meegeleverd) in de muur; laat de kop ongeveer 5mm uitsteken.
2. Zorg ervoor dat het toestel goed bevestigd is alvorens los te laten.
POSITIONING THE OUTDOOR TEMPERATURE TRANSMITTER
De buitenzender wordt geleverd met een houder die met de twee meegeleverde schroeven. Volg de onderstaande stappen om met de schroeven aan de mu ur v ast te maken:
1. Gebruik een potlood om de boorposities door de gaatjes in de houder op de muur te markeren.
2. Boor gaatjes op de gemarkeerd punten.
3. Schroef de houder vast tegen de muur.
159
Het is mogelijk dat het oppervlak waarop bevestigd wordt het zendbereik beïnvloedt. Als het toestel bijvoorbeeld wordt vastgemaakt op een metalen plaat, kan dit het zendbereik zowel verbeteren als verslechteren. Vandaar dat wordt aanbevolen het toestel niet op metalen oppervlakken te bevestigen, of op plekken in de onmiddellijke nabijheid van een zeer glad oppervlak (garagedeuren, dubbele beglazing, enz.). Controleer voordat u het temperatuurstation voorgoed vastmaakt of het toestel het 433MHz signaal van de buitenzender vanuit de gekozen positie kan ontvangen.
VERZORGING EN ONDERHOUD:
Toestellen niet op locaties zetten die onderhevig zijn aan vibraties en schokken omdat deze tot
beschadiging kunnen leiden, alsmede tot inaccurate voorspellingen en metingen.
Bij het schoonmaken van het scherm en de bekapping een zacht vochtig doekje gebruiken. Gebruik
geen oplossingen of schuurmiddelen, want deze kunnen krassen op het scherm en de behuizing maken.
Toestellen niet onder water dompelen.
Lege batterijen meteen verwijderen om schade als gevolg van lekkage te vermijden. Enkel
vervangen door verse batterijen van het aanbevolen formaat.
Probeer het toestel niet zelf te repareren. Breng het terug naar het oorspronkelijke verkooppunt om het
te laten repareren door een gekwalificeerd technicus. Door het toestel te openen en eraan te prutsen kan de garantie komen te vervallen.
Toestellen niet blootstellen aan hevige temperatuurschommelingen; dit kan leiden tot snelle
wijzigingen in voorspellingen en metingen, hetgeen de meetprecisie ervan niet ten goede komt.
160
SPECIFICATIES:
Meetbereik temperatuur:
Binnen : 0ºC t/m +59.9ºC met 0.1°C resolutie 32ºF t/m +139.8ºF met 0.2ºF resolutie (“OFL” wordt weergegeven indien buiten dit bereik) Buiten : -29.9ºC t/m +69.9ºC met 0.1°C resolutie
-21.8ºF t/m +157.8ºF met 0.2ºF resolutie (“OFL” wordt weergegeven indien buiten dit bereik) Meetbereik vochtigheid: Binnen : 1% t/m 99% met 1% resolutie (“- -“ wordt weergegeven indien bui ten dit bereik) Buiten : 1% t/m 99% met 1% resolutie (“- -“ wordt weergegeven indien bui ten dit bereik) Meetinterval binnentemperatuur : Elke 15 seconden Meetinterval binnenvochtigheid : Elke 20 seconden Meetinterval buitentemperatuur : Elke 5 minuten Meetinterval buitenvochtigheid : Elke 5 minuten Zendbereik : Maximaal 100 meter (vrije veld)
Voeding: (alkaline batterijen aanbevolen) Temperatuurstation : 3 x AA, IEC LR6, 1.5V Zender : 2 x AAA, IEC LR03, 1.5V
Afmetingen (L x B x H):
Temperatuurstation : 104.2 x 29.5 x 128.9 mm Zender : 56 x 24 x 80 mm
161
BEPERKTE AANSPRAKELIJKHEID:
Fabrikant en leverancier aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor onjuiste registraties en de
gevolgen daarvan.
Dit product is niet geschikt voor medische toepassingen of informatie aan het publiek.
Dit product is enkel geschikt voor gebruik thuis ter indicatie van het komende weer en is niet 100%
accuraat. Weersvoorspellingen van dit product zijn slechts indicatief en niet geheel accuraat.
De specificaties van dit product kunnen wijzigen zonder voorgaande kennisgeving.
Dit product is geen speelgoed. Uit de buurt van kinderen houden.
Geen enkel deel van deze handleiding mag gereproduceerd worden zonder schriftelijke
toestemming van fabrikant.
R&TTE richtlijnen 1999/5/EC
Samenvatting van conformiteitverklar i ng : H ier bi j verklaren wij dat dit draadloze zend toestel voldoet aan alle hoofdvereisten van de R&TTE richtlijnen 1999/5/EC.
162
Loading...